Free2choose handleiding voor leerkrachten FREE2CHOOSE HANDLEIDING VOOR LEERKRACHTEN

Free2choose handleiding voor leerkrachten

FREE2CHOOSE HANDLEIDING VOOR LEERKRACHTEN


-Inhoudstafel

Inhoud dvd box

1

Inleiding

2

Hoofdstuk 1: Hoe deze handleiding te gebruiken

3

Hoofdstuk 2: Achtergrondinformatie Hoofdstuk 3: Vrijheidsrechten 3.1. Mensenrechten 3.1.1. De vrijheid van meningsuiting 3.1.2. De vrijheid van godsdients 3.1.3. Het recht op privacy 3.1.4. Het recht om te betogen 3.1.5. De vrijheid van drukpers 3.2. Mensenrechten in België 3.2.1. Inleiding 3.2.2 Vrijheidsrechten in België 3.2.3. De rol van de overheden

4

Hoofdstuk 4: Inhoud van de Vlaamse Free2choose clips

10

Hoofdstuk 5: Inhoud van de Nederlandse Free2choose clips

13

Hoofdstuk 6: Debat

14

Hoofdstuk 7: Debatmethodes op school

15

Hoofdstuk 8: Ingrediënten voor een succesvol debat

21

Hoofdtuk 9: Interesante inks voor debatten

23

Bijlage: scoreformulieren bij free2choose filmclips

26

5


-Inhoud dvd box-

Vlaamse versie van Free2choose Ontwikkeld door de Evens Stichting Films door leerlingen van SISA en de Kunsthumaniora Antwerpen Thema’s • De vrijheid van personen • De vrijheid in het privéleven • Het nemen van belangrijke beslissingen door minderjarigen • Het recht om samen te komen in een publieke ruimte

X disc sticker 1 05

12/14/06

4:46 PM

Pagina 1

Nederlandse versie van Free2choose Ontwikkeld door de Anne Frank Stichting. Thema’s • vrijheid van meningsuiting • Vrijheid van godsdienst • Persvrijheid • Recht op betoging • recht op privacy

1


-InleidingSinds 2005 is Free2choose als tentoonstelling te zien in het Anne Frank Huis in Amsterdam. De Anne Frank Stichting heeft dit project reeds uitgedragen naar verschillende landen over de hele wereld. De Evens Stichting heeft de Vlaamse versie ontwikkeld. In de filmclips worden dilemma’s gepresenteerd waarbij duidelijk wordt dat vrijheidsrechten soms kunnen botsen met elkaar. Doordat de één z’n recht opeist kan hij/zij soms de vrijheid van de ander bedreigen of inperken. Na iedere clip komt er een stelling met betrekking tot het dilemma. De bedoeling is dat jongeren die naar de filmclips kijken een standpunt innemen en een debat voeren waarin ze het leren verdedigen. De dilemma’s van Free2choose hebben meestal te maken met vrijheidsrechten, zoals het recht op vrije meningsuiting, de persvrijheid en het recht op betogen. Een voorbeeld van zo’n dilemma is de vraag of een groep neonazi’s in Berlijn mag betogen voor een synagoge. Vanzelfsprekend is iedereen het erover eens dat burgers altijd en overal hun mening mogen verkondigen. Maar hoe zit dat als die mening beledigend is voor anderen? En wat te doen met groeperingen die de democratie willen afschaffen? Mogen zij ook gebruik maken van die vrijheidsrechten? Free2choose wil geen kant en klare oplossingen voor de dilemma’s geven. Het zijn uiteindelijk rechters en politici die de beslissingen moeten nemen. Maar het is van groot belang dat zulke beslissingen gesteund worden door de samenleving. Free2choose probeert jongeren bij de discussie te betrekken. Jongeren van twee Antwerpse scholen, De Kunsthumaniora en het SISA, maakten films over dilemma's rond vrijheid in de actuele samenleving in Vlaanderen. Aan de hand van die filmclips worden kijkers uitgedaagd om na te denken over deze vragen. De inhoud van het project Free2Choose kan een waardevolle aanvulling zijn bij de vooropgestelde eindtermen in zowel ASO, TSO, KSO en BSO, zowel bij vakgebonden eindtermen (zoals Geschiedenis, Nederlands, Project Algemene Vakken) als vakoverschrijdende eindtermen zoals Sociale Vaardigheden en Opvoeden tot Burgerzin en decretale specifieke eindtermen voor de pool Humane Wetenschappen. Het project is ook zeer boeiende stof voor levensbeschouwelijke vakken.

Evens Stichting

Anne Frank Stichting

Van Breestraat 14 2018 Antwerpen Telefoon: 03-2313970 Fax: 03-2339432 E-mail: [email protected]

Postbus 730, 1000 AS Amsterdam Nederland Telefoon: +31 (20) 5567100 Fax: +31 (20) 6389856 E-mail: [email protected]

2


Hoofdstuk 1 -Hoe deze handleiding te gebruikenVoor wie is deze handleiding bedoeld? De handleiding Free2choose is bedoeld voor mensen die discussies rondom Free2choose gaan organiseren. Vaak zullen deze discussies op school plaatsvinden. Maar het is ook goed denkbaar om Free2choose te gebruiken in een buitenschoolse context. In het algemeen zijn de videoclips en de methodes in de handleiding bedoeld voor jongeren tussen de 13 en 18 jaar oud. Wat heb ik aan deze handleiding? In de handleiding vind je algemene achtergronden bij de thematiek die in de clips behandeld worden. Bovendien worden er methodes voorgesteld hoe je op een creatieve manier kunt discussiëren aan de hand van de vraag die aan iedere clip verbonden is. De voorgestelde ideeën zijn erop gericht om iedereen in de groep aan het woord te laten komen - niet slechts degenen die altijd al het hoogste woord voeren in discussies. Een waarschuwing Het belangrijkste doel van Free2choose is het betrekken van jongeren bij de discussie over maatschappelijke problemen die op dit moment spelen. Uitgangspunt is dat de deelnemers aan de discussie respect hebben voor het standpunt van de ander. Sommige onderwerpen in Free2choose zijn echter erg controversieel en kunnen sterke emoties oproepen. Dit hoeft niet perse een probleem te zijn, maar een debatleider moet zich van tevoren bewust zijn van dit risico en zich erop voorbereiden. Soms is al vóór het begin van de discussie afzienbaar dat bepaalde filmclips een té polariserende werking zullen hebben. In dat geval adviseren wij die filmclips over te slaan en zich te concentreren op andere clips. Barry van Driel, Anne Frank Stichting.

3


Hoofdstuk 2 -Achtergrondinformatie-

In iedere democratische samenleving hebben de burgers bepaalde vrijheidsrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting, het recht op privacy, godsdienstvrijheid etc. Zijn deze rechten absoluut? Wat gebeurt er als de verschillende rechten en vrijheden met elkaar in conflict komen of wanneer de veiligheid van de samenleving in gevaar is. En wie mag hierover een beslissing nemen? Free2choose presenteert actuele voorbeelden waarbij fundamentele rechten met elkaar in conflict komen. Voor de Vlaamse versie hebben de jongeren zelf gekozen welke dilemma’s ze zelf belangrijk vonden. Het gaat daarom niet per se altijd over ‘pure’ vrijheidsrechten. maar wel over wat zijzelf al dan niet als vrijheden ervaren en waar zij conflicten waarnemen De centrale thema’s die in de Vlaamse versie van Free2choose aan bod komen: • De vrijheid van personen • De vrijheid in het privéleven • Het nemen van belangrijke beslissingen door minderjarigen • Het recht om samen te komen in een publieke ruimte De thema’s die centraal staan in de Nederlandse versie van Free2choose zijn: • De vrijheid van meningsuiting • De vrijheid van godsdienst • De vrijheid van drukpers • Het recht om te betogen • Het recht op privacy.

Iedere clip eindigt met een vraag over het dilemma dat getoond wordt. Hiermee wordt men aangezet een standpunt in te nemen en te bepalen welk recht het belangrijkste is. Maar: er is geen goed of fout antwoord. Er zijn goede argumenten aan te voeren voor beide standpunten; het is een echt dilemma.

4


Hoofdstuk 3 -Vrijheidsrechten3.1 Mensenrechten De grondrechten die we vandaag de dag kennen werden voor het eerst vastgelegd in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Destijds zochten veel landen naar een manier om wereldwijd mensenrechten te waarborgen. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948 is misschien de bekendste van deze verdragen. De verklaring is echter niet bindend, het is eerder een opsomming van uitgangspunten waaraan men zegt zich aan te houden. In de praktijk betekent het dat staten die zich niet houden aan de Verklaring niet vervolgd kunnen worden. Op basis van de Universele Verklaring hebben de Verenigde Naties twee mensenrechtenverdragen aangenomen: een verdrag met betrekking tot de burgerrechten en een verdrag met betrekking tot economische, sociale en culturele rechten (1966). Beide verdragen zijn inmiddels door bijna alle lidstaten van de Verenigde Naties ondertekend.Veel lidstaten hebben echter bedenkingen geuit met betrekking tot sommige artikelen van deze overeenkomsten. Het Europese Verdrag voor de Bescherming van de Mensenrechten en Vrijheidsrechten (ECHR) uit 1950 is eveneens gebaseerd op de Universele Verklaring. Alle Europese landen die lid zijn van de Raad van Europa hebben dit verdrag ondertekend. In tegenstelling tot de Universele Verklaring is dit wél een bindend document. Het Europees Hof voor de Mensenrechten in Straatsburg ziet toe op de naleving. Als een burger van een van de landen die het verdrag ondertekend hebben vindt dat zijn/haar staat het verdrag schendt dan kan hij/zij het Hof om een oordeel vragen. Free2choose gaat over de vraag wat er moet gebeuren als rechten en vrijheden met elkaar in conflict komen. De videoclips gaan over de volgende rechten en vrijheden. 3.1.1. De vrijheid van meningsuiting De vrijheid van meningsuiting houdt in dat ieder individu het recht heeft om openlijk zijn/haar mening te geven, zonder het risico te lopen hiervoor veroordeeld te worden door de staat. De vrijheid van meningsuiting is essentieel in een moderne democratie. In artikel 10 van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens wordt dit recht vastgelegd. Hierin is echter tevens een beperking opgenomen: mensen mogen weliswaar hun mening vrij uiten, maar ze mogen bijvoorbeeld niet tot geweld oproepen tegen individuen of groepen. Enkel de rechter kan achteraf bepalen of de vrijheid van meningsuiting overschreden is. 3.1.2. De vrijheid van godsdienst De vrijheid van godsdienst is het recht van mensen om vrijelijk hun geloof te beleven. Het is een individueel recht: iedereen moet in staat gesteld worden om uiting te geven aan zijn/haar geloof. Het is ook een collectief recht: iedereen heeft het recht om zijn/haar geloof met anderen te beleven, ook in het openbaar. De vrijheid van godsdienst wordt gegarandeerd door artikel 9 van het Europese Verdrag voor de Bescherming van de Mensenrechten. Bovendien is de godsdienstvrijheid opgenomen in de grondwet van de meeste Europese landen. De geschiedenis laat zien dat de interpretatie van de vrijheid van godsdienst van land tot land kan verschillen. Bijvoorbeeld: in de Verenigde Staten mag de staat zich niet bezighouden met georganiseerde religies, terwijl Europese landen vooral de godsdienstvrijheid van de individuele burgers als onaantastbaar zien. 5


3.1.3. Het recht op privacy Het recht op privacy werd in de negentiende eeuw gedefinieerd als het recht om ‘met rust gelaten te worden’. Het is ook het recht van een burger om persoonlijke informatie over hem/ haarzelf geheim te kunnen houden. Het recht op privacy is vastgelegd in alle belangrijke mensenrechtenverdragen, zoals bijvoorbeeld in Artikel 8 van het Europese Verdrag van de Mensenrechten. Privacy is een breed begrip. Het heeft betrekking op de bescherming van wat een burger dagelijks doet in zijn/haar privésfeer. Dit betekent dat de communicatie van iedereen vertrouwelijk is: je mag niet iemand afluisteren en je mag niet iemands post openen. Privacy heeft ook betrekking op de bescherming van de integriteit van iemands lichaam en eigendom. 3.1.4. Het recht om te betogen Het recht om te betogen is feitelijk afgeleid van het recht op vrije meningsuiting. Ook dit is een belangrijk recht in een democratische samenleving. Het betekent dat burgers publiekelijk duidelijk kunnen maken dat ze, alleen of in groepsverband, een bepaalde mening hebben. In de meeste Europese landen wordt het recht om te betogen ingeperkt wanneer de overheid vermoedt dat de betoging met geweld gepaard zal gaan, zodat de openbare orde in het geding is. 3.1.5. De vrijheid van drukpers De vrijheid van drukpers houdt in dat iedereen het recht heeft om in een krant, op televisie of in het internet z’n mening te geven. Ook dit recht heeft veel te maken met het recht op vrije meningsuiting. De publicaties mogen niet van tevoren door de overheid gecensureerd worden. Tegelijkertijd blijft de auteur of degene die de publicatie openbaar maakt verantwoordelijk voor de inhoud. Hij/zij kan vervolgd worden als de wet overtreden is.

6


3.2. Mensenrechten in België1 3.2.1. Inleiding Mensenrechten stammen af van de waardigheid van de mens; ze zijn universeel, onverdeelbaar en afhankelijk van elkaar. Zij hebben vooral betrekking op de relatie tussen de mensen en de overheid, zij controleren de uitoefening van de staatsmacht over de burgers en kennen diezelfde burgers een aantal vrijheden in hun relatie tot de overheid toe. Die vrijheden noemt men ook vrijheidsrechten. De mensenrechten hebben in de loop der eeuwen een lange evolutie gekend; vanaf de 13° eeuw verschenen de eerste teksten maar het duurde nog tot de 18° eeuw vooraleer vrijheidsrechten in bindende verklaringen werden omgezet en ze in nationale grondwetten werden opgenomen. De ontwikkeling van de mensenrechten kreeg een definitieve impuls na 1945. De verschrikkingen van de oorlog wekten een sterke behoefte aan universele mensenrechten. Deze behoefte vinden we terug in het Handvest van de Verenigde Naties, waarin de eerbied voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden één van de doelstellingen van de Verenigde Naties werd. In 1948 vaardigden de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit die in 1966 werd uitgewerkt in het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten.

In Europa waar de ellende, dood en verwoesting die de tweede wereldoorlog teweeg had gebracht het sterkst werd gevoeld ging men nog een stap verder en werd het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en van de Fundamentele vrijheden tot stand gebracht. Het Verdrag van Rome, zoals het wel eens wordt genoemd, werd op 4 november 1950 ondertekend en trad op 3 september 1953 in werking. Het Verdrag dat in de loop der jaren nog verder werd aangevuld met een aantal protocollen is zonder twijfel de meest verregaande internationale tekst in het domein der mensenrechten. Het Verdrag geeft dank zij de werking van het Europees Hof voor de rechten van de Mens aanleiding tot een bijzonder hoogstaande rechtspraak. Het Verdrag, dat in vele landen, waaronder België, rechtstreeks kan worden toegepast verschaft aan de burgers rechtszekerheid met betrekking tot de vrijheidsrechten. Door de doeltreffendheid van het controlemechanisme en de mogelijkheid tot werkelijke sanctionering gaat er van het Verdrag een sterke preventieve werking uit.

1 Met dank aan Georges Pyl, auteur van het handboek “Politie & mensenrechten”, uitgegeven bij de uitgeverij Politeia nv en de uitgeverij ASP nv, te Brussel, 2008. 7


Ook de Europese Unie heeft aandacht voor de mensenrechten. Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie , dat op 7 december 2000 in Nice werd afgekondigd, vormt de synthese van de gemeenschappelijke waarden van de lidstaten van de Europese Unie. Door toedoen van het Verdrag van Lissabon, dat de Europese Unie grondig moet hervormen, wordt het Handvest binnenkort een bindend juridisch instrument, zodat de burgers in de Europese Unie ook beschermd worden in hun betrekkingen met de Europese instellingen. 3.2.2 Vrijheidsrechten in België De vrijheidsrechten in België worden gegarandeerd door de grondwet, door het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke rechten en door het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en van de Fundamentele vrijheden. De beide laatste verdragen hebben directe werking; dat wil zeggen dat zij rechtstreeks voor de interne Belgische rechter kunnen worden ingeroepen. De Belgische grondwet is de hoogste norm die tot grondslag dient voor alle overige wetten. Elke overheid put rechtstreeks of onrechtstreeks zijn bevoegdheid uit de grondwet. De vrijheidsrechten zijn opgenomen in Titel II van de grondwet die handelt over “De Belgen en hun rechten”. Het is de grondslag voor de meest essentiële rechten en rechtsbeginselen zoals het gelijkheidsbeginsel, het verbod van discriminatie, de vrijheid van persoon, van eredienst en van onderwijs, het recht op een menswaardig leven, het recht van vergadering, de onschendbaarheid van het briefgeheim en nog vele andere grondrechten. Het basisprincipe van de regeling van de vrijheden in de grondwet is het “vermoeden van vrijheid”: alles wat niet uitdrukkelijk verboden is toegelaten met één fundamentele begrenzing, de rechten en vrijheden van anderen. Ondanks de titel “De Belgen en hun rechten” staat het vast dat de rechten en vrijheden in de grondwet ook gelden ten aanzien van vreemdelingen, met uitzondering van de bij wet voorziene beperkingen. Opvallend is wel dat een aantal internationaal gewaarborgde rechten en vrijheden niet vernoemd worden in de Belgische grondwet: dat zijn het recht op leven; het recht op fysieke integriteit2 en het verbod van slavernij en dwangarbeid. Deze rechten en vrijheden worden echter wel gewaarborgd door de genoemde internationale verdragen zodat dit niet echt een probleem vormt. We stellen dus vast dat vrijheidsrechten èn door de grondwet, èn door een of meer internationale verdragen worden gewaarborgd maar niet altijd in dezelfde mate. De regel is nochtans eenvoudig; het is de nationale of de internationale waarborg die de meeste garanties biedt, die telt.

2 Artikel 22bis van de grondwet waarborgt wel de fysieke en geestelijke integriteit van kinderen.

8


3.2.3. De rol van de overheden De naleving en de bescherming van de individuele rechten en vrijheden en de ontwikkeling van de democratische maatschappij moeten altijd de leidraad zijn bij het optreden van de overheden. Overheidsambtenaren worden geacht te allen tijde en in alle omstandigheden bij te dragen tot de bescherming van de medeburgers en de fundamentele rechten en vrijheden in acht te nemen en ze te doen naleven. Wanneer de overheid een vrijheidsrecht wil beperken moet haar optreden aan de volgende principes beantwoorden: ten eerste moet er een wettelijke basis bestaan voor het optreden; ten tweede moet het optreden een wettelijk doel voor ogen hebben en ten derde moet er ook een sociale behoefte zijn om het optreden in een democratie te rechtvaardigen, m.a.w. het optreden moet echt noodzakelijk zijn. Het volstaat dus niet meer dat hier of daar een wettelijke basis voor het optreden zou bestaan; aan de uitoefening van bevoegdheden worden ook inhoudelijke eisen gesteld. Die inhoudelijke eisen worden voor een groot deel ingevuld door de fundamentele rechten en vrijheden van de burgers, de waardigheid van de mens en de democratische ontwikkeling van de maatschappij. Andere opvattingen er alleen maar toe leiden dat een bepaald overheidsoptreden weliswaar conform is met de wet, maar tegelijkertijd onrechtmatig.

9


Hoofdstuk 4 -Inhoud van de Vlaamse filmclipsAls we spreken over mensenrechten in België moeten we er rekening mee houden dat buiten de Universele verklaring van de rechten van de mens van de Verenigde Naties er een Belgische Grondwet1 is die soms verschilt van die van de Verenigde Naties2. Het is vanzelfsprekend dat elk land graag aanpassingen maakt naargelang de lokale context. Hieronder de inhoud van de zes filmclips van de Evens Stichting die op de dvd van Free2choose voor Vlaanderen te zien zijn: 1. Thema: euthanasie bij minderjarigen. Vraag: Vindt u dat minderjarigen die ongeneeslijk ziek zijn zelf mogen beslissen of ze euthanasie plegen of niet? Universele Verklaring van de Mensenrechten (VN): Niemand zal onderworpen worden aan willekeurige inmenging in zijn persoon lijke aangelegenheden (artikel 12)

Art.12 Niemand zal onderworpen worden aan inmenging in zijn persoonlijke aangelegenheden, in zijn gezin, zijn tehuis of zijn briefwisseling, noch aan enige aantasting van zijn eer of goede naam.Tegen een dergelijke inmenging of aantasting heeft een ieder recht op bescherming door de wet.

Belgische Grondwet: euthanasie is een recht dat in bepaalde gevallen door de wetgever wordt gegarandeerd maar is absoluut geen grondrecht.Verwijst naar artikel 12 en 22.

Art. 12 De vrijheid van de persoon is gewaarborgd. Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft. Behalve bij ontdekking op heterdaad kan niemand worden aange houden dan krachtens een met redenen omkleed bevel van de rechter, dat moet worden betekend bij de aanhouding of uiterlijk binnen vierentwintig uren.

Art. 22 Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven en zijn gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald.

2.

Thema: vrijheid voor eigen lichaam

1 2

http://www.arbitrage.be/nl/basisteksten/basisteksten_grondwet.html http://www.jongereninformatie.be/xtr/inpetto/jibe/Documents/gedragscode/UVRM.pdf

Vraag: Mogen jongeren zelf beslissen of ze een tatoeage of piercing nemen?

10


Universele Verklaring van de Mensenrechten (VN): Art.12 Niemand zal onderworpen worden aan inmenging in zijn persoonlijke aangelegenheden, in zijn gezin, zijn tehuis of zijn briefwisseling, noch aan enige aantasting van zijn eer of goede naam.Tegen een dergelijke inmenging of aantasting heeft een ieder recht op bescherming door de wet.

Belgische Grondwet: Het artikel dat de vrijheid van de persoon waarborgt en het artikel dat het privéleven beschermt. Art. 12 De vrijheid van de persoon is gewaarborgd. Niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft. Behalve bij ontdekking op heterdaad kan niemand worden aange houden dan krachtens een met redenen omkleed bevel van de rechter, dat moet worden betekend bij de aanhouding of uiterlijk binnen vierentwintig uren. Art. 22 Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven en zijn gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald.

3. Thema: Heeft de inhoud van videospelletjes een invloed op jongeren? Vraag: Moeten gewelddadige spelletjes beter gecontroleerd worden om geweld bij jongeren te voorkomen? Universele Verklaring van de Mensenrechten (VN): Men zou eerder kunnen denken aan het privé leven voor zover die spelletjes in de private sfeer worden gespeeld. Dit probleem heeft te maken met de rol van de overheid in de preventie van misdrijven en de verplichting om de bevolking te beschermen tegen dreigend kwaad. Dat noemt men de “positieve verplichting” die uitgaat van bepaalde rechten.

Belgische Grondwet: Art. 22 Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven en zijn gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald. Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden1:

Artikel 8 Recht op eerbiediging van privéleven, familie- en gezinsleven - Een ieder heeft recht op respect voor zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn cor respondentie. - Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijk- heden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.

1

http://www.echr.coe.int/NR/rdonlyres/655FDBCF-1D46-4B36-9DAB-99F4CB59863C/0/DutchN%C3%A9erlandais.pdf

11


4.

Thema: verbieden van jongeren om op bepaalde plaatsen te verenigen Vraag: Mag men hoge tonen gebruiken om hangjongeren weg te jagen?

Belgische Grondwet: Hier kan men verwijzen naar artikel 20. Dat gaat over de deelname aan erediensten. Het recht van vereniging wordt gegarandeerd door artikel 27, terwijl het recht van vreedzame vergadering in artikel 26 wordt behandeld.

Art. 27 De Belgen hebben het recht van vereniging; dit recht kan niet aan enige preventieve maatregel worden onderworpen.

5.

Thema: promotie van zelfmoord en zelfmoordtechnieken Vraag: Mag je zelfmoord promoten op het internet?

Universele Verklaring van de Mensenrechten (VN) en Belgsiche Grondwet: Dit gaat om vrijheid van meningsuiting in communicatiemid delen zoals internet.

Art. 25 De drukpers is vrij; de censuur kan nooit worden ingevoerd; geen borgstelling kan worden geëist van de schrijvers, uitgevers of drukkers.

6.

Thema: discriminatie op de werkvloer Vraag: Mogen werkgevers mij weigeren omwille van mijn uiterlijk? Belgische grondwet: het zijn sociaal economische rechten die een programmatorische functie hebben en als dusdanig niet kunnen worden afgedwongen. Het thema betreft een grondrecht dat wel afdwingbaar is. discriminatie (artikel 11) is een horizontale norm die doorwerkt naar alle an dere rechten en vrijheden. De link naar arbeid is niet specifiek.

Art. 11 Het genot van de rechten en vrijheden aan de Belgen toegekend moet zonder discriminatie verzekerd worden. Te dien einde waarborgen de wet en het decreet inzonderheid de rechten en vrijheden van de ideologische en filosofische minderheden.

Universele Verklaring van de Mensenrechten (VN): Artikel 20 1. Een ieder heeft recht op vrijheid van vreedzame vereniging en vergadering.

Art. 26 De Belgen hebben het recht vreedzaam en ongewapend te vergaderen, mits zij zich gedragen naar de wetten, die het uitoefenen van dit recht kunnen regelen zonder het echter aan een voorafgaand verlof te onderwerpen. Deze bepaling is niet van toepassing op bijeenkomsten in de open lucht, die ten volle aan de politiewetten onderworpen blijven.

12


Hoofdstuk 5 -Inhoud van de Nederlandse filmclipsIeder filmpje van Free2choose laat een korte discussie zien over een controversieel onderwerp. Na de uiteenzetting van het onderwerp volgt een vraag die de kijker uitnodigt om zijn/haar mening te geven. Het gaat daarbij niet zozeer om een antwoord dat gebaseerd is op de wet - dat is eerder iets voor advocaten en rechters. Free2choose wil vooral de persoonlijke mening van de kijker weten. Hieronder een overzicht van de tien filmclips van de Anne Frank Stichting die op de tweede dvd te zien zijn: 1.Vrijheid van meningsuiting Thema: Jamaicaanse zanger beledigt homoseksuelen. Vraag: Mogen artiesten homo’s op zo’n manier beledigen? Thema: De wet om vlagverbrandingen in de VS tegen te gaan. Vraag: Mag je de nationale vlag in brand steken? 2.Vrijheid van godsdienst Thema: Een politieagent in Londen draagt een tulband omdat hij Sikh is. Vraag: Mag een politieagent een tulband dragen tijdens het uitoefenen van zijn functie? Thema: Homofobe uitingen door leiders van de katholieke kerk in Polen. Vraag: Mogen kerkelijke leiders homoseksualiteit op zo’n manier afwijzen? 3. Persvrijheid Thema: Het verbieden van een krant die gelieerd is aan de terroristische organisatie ETA. Vraag: Moet een regering het recht hebben om een krant te verbieden? Thema: Hitler’s Mein Kampf is een bestseller in Turkije. Vraag: Moet een regering het recht hebben om de verkoop van Mein Kampf te verbieden? 4. Recht op betoging Thema: Antisemitische uitingen tijdens pro-Palestina demonstratie in Amsterdam. Vraag: Moeten dergelijke beledigingen strafbaar gemaakt worden? Thema: Neonazi’s demonstreren in Berlijn. Vraag: Mogen neonazi’s demonstreren voor de synagoge? 5. Recht op privacy Thema: De Nederlandse politie willen een ‘elektronische slotgracht’ aanleggen. Vraag: Moet de staat de mogelijkheid hebben een ‘elektronische slotgrachct’ aan te leggen. Thema: Bibliotheken en boekhandels in de VS weigeren om mee te doen aan de Patriot Act Vraag: Onze regering moet het recht hebben om te weten wat de burgers lezen.

13


Hoofdstuk 6 -DebatFree2choose werd ontworpen al een debatvorm voor het Anne Frank Huis in Amsterdam. In een tweede fase werd er gekozen deze technieken ook naar scholen te brengen over heel Europa. De debatten vinden plaats in allerlei verschillende locaties van scholen tot buitenschoolse plaatsen waar jongeren thuis zijn. In deze handleiding concentreren we ons op debatten die in scholen worden gevoerd. Debat op school - Debat in de klas De voornaamste doelen die we met de debatten in de klas wensen te bereiken: • studenten vertrouwen met het voeren van een debat als discussievorm; • de studenten debattechnieken aanleren; • actief luisteren en presentatietechnieken aanleren; • de studenten helpen bij het onderscheid maken tussen feit en opinie en hoe ze bewijs kunnen aanbrengen; • de studenten helpen bij het maken van onderscheid tussen verschillende soorten van argumenten (bijvoorbeeld: morele, legale,…); • Studenten helpen met het kritisch denken over belangrijke sociale problemen; • Studenten helpen te verduidelijken wat ze over bepaalde sociale problemen denken; De leerkracht kan kiezen of hij de leerlingen in kleine groepjes laat debatteren of een aantal leerlingen uitkiest die voor de hele klas debatteren. Debatteren in kleinere groepjes zorgt ervoor dat iedereen meer en intensiever betrokken is maar het heeft wel niet hetzelfde effect als het ‘traditioneel’ debat waar twee personen voor een groter publiek debatteren. Voor leerkrachten die niet van debatten houden hebben we ook een voorbeeld van klasdiscussie zonder debat.

14


Hoofdstuk 7 -Debatmethodes op schoolHieronder stellen we vier schoolse debatten voor. Zij die met Free2choose werken kunnen componenten van verschillende debatvormen uitkiezen om zo de voor hen meest vertrouwde werkvorm te creëren. Let wel: De meest ideale context is als de leerlingen voorbereid aan de slag kunnen. Het is dus aangewezen dat de leerkracht eerst 1 à 2 lesperiodes geeft over mensenrechten. (Voor mogelijke invulling van lessen rond mensenrechten, zie appendix 1)

School – klascontext – groepswerk Voorgestelde debatmethode 1 Duurtijd: minimum twee lesperiodes van 50 minuten Publiek: andere leden van (kleine) groep Benodigd materiaal: • De films • Computer/Dvd-speler/Video/Televisie, liefst met beamer • Scoreformulieren • Pennen of potloden • 2-3 spel kaarten/fiches Lesperiode 1 STAP

ACTIVITEIT

DUUR

1

De leraar bespreekt met de studenten het thema mensenrechten, bijvoorbeeld door te spreken over mensenrechtenschendingen of het aanhalen van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.

20 min

2

De leraar introduceert Free2choose en de opdracht voor de volgende twee lesperiodes – studenten krijgen scoreformulieren (zie appendix 3 van deze handleiding: scoreformulier 3) en worden gevraagd om (zonder overleg) hun eigen mening te geven. De studenten geven een score van 0 tot 10 voor elke film.

5 min

3

De klas krijgt alle Free2choose films te zien. De studenten geven hun scores aan op de formulieren

15 min

4

De leraar bespreekt kort mogelijke problemen die de studenten ondervonden hebben, zaken die onduidelijk waren en wat er de volgende lesperiode zal gebeuren. Films die te onduidelijk waren kunnen in dit stadium geschrapt worden. De leraar verzamelt alle scoreformulieren.

10 min

15


Tussen de lesperiodes: De leraar gaat door alle formulieren en selecteert de 2-3 films waarover de grootste verscheidenheid aan meningen bestaat. De leraar maakt dan groepen voor de volgende les. Elke groep zal zich op één ‘controversiële’ film concentreren (niet elke groep zal een verschillende film krijgen aangezien 2-3 werden geselecteerd). Elke groep bestaat uit 5 studenten: een student (die ergens in het midden scoorde) zal de discussieleider zijn. De leraar zorgt dan voor een zodanige verdeling dat er in elke groep twee studenten VOOR en twee studenten TEGEN zijn. Lesperiode 2 STAP 1

ACTIVITEIT De leraar plaatst de studenten in hun groepen, geeft uitleg over wat er gaat gebeuren en geeft de studenten hun rollen (wie is de discussieleider) en over welke film elke groep zal debatteren. Elke debatterende student krijgt vijf kaarten/fiches enz. Deze zijn persoonlijk (kunnen niet geruild worden) en hebben elk een waarde van één minuut debattijd. De discussieleider zorgt ervoor dat de sprekers hun gegeven tijd niet overschrijden. De discussieleider of een ander aangewezen groepslid neemt best nota’s tijdens het debat.

DUUR 10 min

2

De relevante films worden nogmaals getoond.

5 min

3

In elke groep introduceert de discussieleider het thema.

1 min

4

De studenten debatteren 15 minuten (sommigen kunnen te weinig kaartjes hebben).

15 min

5

Elke groepsleider rapporteert gedurende ongeveer twee minuten aan de ganse klas de gang van het debat (heftig, respectvol, enz.) en welke argumenten hij/zij denkt dat de meeste impact hadden.

15 min

6

De leraar vraagt of iemand van gedachten veranderd is door het debat en zo ja, welke argumenten het verschil maakten – afronding.

3 min

7

De studenten stemmen opnieuw over de films die gebruikt werden voor deze oefening – dit kan een goed hulpmiddel zijn voor verdere klassikale discussies.

1 min

Noot: Wegens het beperkt aantal kaarten/fiches/munten, is de oefening niet enkel gericht op debatteren op zich, maar ook op actief luisteren. Het stimuleert alle studenten en niet enkel de vlotste praters om deel te nemen. Deze methode maakt het jongeren die niet graag voor een publiek spreken eenvoudiger, aangezien er slechts een beperkt aantal personen meeluisteren. De keuze van de discussieleider is belangrijk, aangezien deze persoon het discussieproces moet begeleiden. Idealiter heeft deze persoon sterke intermenselijke vaardigheden.

16


School – klascontext – de klasdiscussie Voorgestelde debatmethode 2 Duurtijd: 2 lesperiodes van 50 minuten Publiek: geen werkelijk debat – de hele klas neemt deel in de klasdiscussie Deze specifieke debatmethode is eigenlijk geen debat, maar een klasdiscussie gebaseerd op de meningen van de studenten en op een brainstorming. Benodigd materiaal: • • • •

De films Scoreformulieren (Ja/Nee versie) Computer/Dvd-speler/Video/Televisie, best met beamer Pennen of potloden

Lesperiode 1 STAP 1

ACTIVITEIT De leraar bespreekt met de studenten het thema mensenrechten, bijvoorbeeld door te spreken over mensenrechtenschendingen of het aanhalen van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens

DUUR 10 min

2

De leraar introduceert Free2choose en de opdracht voor de volgende twee lesperiodes – studenten krijgen scoreformulieren (zie appendix 3 van deze handleiding: scoreformulier 1) en worden gevraagd om (zonder overleg) hun eigen mening te geven

5 min

3

De klas krijgt alle Free2choose films te zien. De studenten geven hun scores aan op de formulieren en schrijven per film de belangrijkste reden op waarom ze zo stemden.

25 min

4

De leraar bespreekt kort mogelijke problemen die de studenten ondervonden hebben, zaken die onduidelijk waren en wat er de volgende lesperiode zal gebeuren. Films die te onduidelijk waren kunnen in dit stadium geschrapt worden. De studenten leveren hun formulieren in.

10 min

Tussen de lesperiodes: De leraar gaat door alle formulieren en selecteert de 2 films waarover de grootste verscheidenheid aan meningen bestaat, en/of interessante argumenten VOOR of TEGEN.

17


Lesperiode 2 STAP 1

ACTIVITEIT (dit onderdeel wordt per film herhaald) De leraar overhandigt de formulieren terug aan de studenten en legt uit wat er de volgende lesperiode gaat gebeuren

DUUR 5 min

HET VOLGENDE ONDERDEEL WORDT PER FILM HERHAALD

2

Eén van de twee geselecteerde Free2choose films wordt in de klas getoond. Na elke film wordt de studenten gevraagd om aan verschillende kanten van het klaslokaal te gaan staan: één kant is VOOR, één kant is TEGEN en er is ook de mogelijkheid om NEUTRAAL te blijven. De leraar gebruikt een schoolbord om alle argumenten VOOR en TEGEN te noteren. De leraar vraagt ook waarom de NEUTRALEN geen beslissing konden nemen.

15 min x2

3

De leraar rondt af door aan de studenten te vragen om hun lijst te bekijken. Zijn er verschillen en gelijkenissen? Welke soorten argumenten werden er gebruikt (morele of andere)? Welke argumenten zijn volgens hen het krachtigst? Is er iemand van gedachten veranderd door de voorgestelde argumenten?

15 min

Deze methode zal eenvoudiger zijn voor leraars die vrezen voor wrijving of conflict in de klas, en een minder confronterende aanpak willen kiezen.

Voorgestelde debatmethode 3 – De Viskom Duurtijd: minimum 2 lesuren van 50 minuten Publiek: studenten in de klas Deze bepaalde debatmethode is een debat zonder face-to-face confrontatie. Er is ook een publiek van ‘neutrale’ studenten die overtuigd moeten worden. Benodigd materiaal: • • • •

De eigenlijke films op DVD of video Computer/Dvd-speler/Video/Televisie, best met beamer Scoreformulieren/Pennen of potloden Fiches of ander papiermateriaal om vragen op te schrijven

18


Lesperiode 1 STAP 1

ACTIVITEIT

DUUR

De leraar bespreekt met de studenten het thema mensenrechten, bijvoorbeeld door te spreken over mensenrechtenschendingen of het aanhalen van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.

2

De leraar introduceert Free2choose en de opdracht voor de volgende twee lesperiodes – studenten krijgen scoreformulieren (waarin akkoord of niet akkoord is aangegeven, met een mogelijkheid tot het nemen van een middenpositie – zie appendix 1, scoreformulier 2) en worden gevraagd om (zonder overleg) hun eigen mening te geven

3

De klas krijgt alle Free2choose films te zien. De studenten geven hun scores aan op de formulieren.

4

De leraar bespreekt kort mogelijke problemen die de studenten ondervonden hebben, zaken die onduidelijk waren en wat er de volgende lesperiode zal gebeuren. Films die te onduidelijk waren kunnen in dit stadium geschrapt worden. De leraar verzamelt alle scoreformulieren.

Tussen de lesperiodes: De leraar gaat door alle formulieren en selecteert de 2-3 films waarover de grootste verscheidenheid aan meningen bestaat. Er worden drie groepen gemaakt: een groep die “akkoord gaat”, een groep die “niet akkoord gaat”, en een “geen voorkeur” groep. De leraar bedeelt de studenten in de “akkoord” en “niet akkoord” groep met de volgende rollen: een groepsleider voor de groepsdiscussie, een schrijver (die nota neemt) en een presentator/woordvoerder (die zal pleiten tot de studenten uit de “geen voorkeur” groep).

19


Lesperiode 2 STAP 1

2 3

4 5 6 7

8 9 10 11

ACTIVITEIT De studenten in de “akkoord” groep zitten in een cirkel en bespreken gedurende tien minuten alle redenen waarom ze akkoord gaan met de stelling. De groepsleider leidt de bespreking. De anderen zitten in een andere cirkel buiten de “akkoord” groep. Zij kunnen enkel waarnemen en mogen op geen enkele manier commentaren geven. De groepsleider probeert om elk lid van de groep ongeveer één minuut spreektijd te geven (afhankelijk van de grootte van de groep). De rollen worden omgekeerd. De “niet akkoord” groep zit in de binnencirkel en de anderen zitten buiten de binnencirkel. De studenten blijven waar ze zijn. De studenten in de buitencirkel (“akkoord” groep) noteren vragen voor de studenten in de binnencirkel en overhandigen die aan hun eigen groepsleider. Hij/zij selecteert de twee vragen waarvan hij/zij vindt dat de andere groep die onvoldoende beantwoord heeft en overhandigt die aan de groepsleider van de binnencirkel. De binnencirkel (“niet akkoord” groep) beantwoordt de twee vragen. De groepen veranderen van plaats en nu noteert de “niet akkoord” groep de vragen en overhandigt die aan de binnencirkel. De “akkoord” groep beantwoordt de twee vragen die gesteld werden door de “niet akkoord” groep. De groepen gaan naar verschillende plaatsen in het lokaal. Elke groep bereidt een twee minuten durende presentatie voor (geleid door de presentator) die gericht is aan de “geen voorkeur” groep. De “akkoord” groep geeft zijn presentatie. De “niet akkoord” groep geeft zijn presentatie. De “geen voorkeur” groep stemt opnieuw over de stelling. De leraar bespreekt mogelijke wijzigingen in mening, vooral in de “geen voorkeur” groep, en de redenen voor deze wijziging. De leraar bespreekt ook welke argumenten het meest doorslaggevend waren en waarom.

20

DUUR 8 min

8 min 4 min

4 min 4 min 4 min 5 min

2 min 2 min 1 min 8 min


Hoofdstuk 8 -Ingrediënten voor een succesvol debatEr zijn vele manieren om een debat te organiseren en het succes ervan zal afhangen van uw eigen doelstellingen. In sommige gevallen zal het een debat met publiek van buitenaf zijn (tijdens een gemeenschapsdebat), terwijl het in andere gevallen een beperkt debat zal zijn (in schoolklassen). OPGELET: Sommige televisiedebatten kunnen niet als ‘goede debatten’ beschouwd worden omdat er vele onderbrekingen zijn en omdat veel debaters elkaar niet eerbiedig behandelen. Hoewel sommige televisiedebatten ernstig zijn en goede voorbeelden kunnen zijn van hoe een debat kan plaatsvinden, zijn er anderen die louter voor hun amusementswaarde gehouden worden. Schreeuwen en de spreker continu onderbreken kan onderhoudend zijn, maar verwezenlijkt zelden de doelstellingen van een debat: posities verduidelijken, zoveel mogelijk relevante argumenten naar voren brengen, en het publiek een beter inzicht in bepaalde kwesties verstrekken. Algemeen gesteld moet er aan criteria voldaan worden om een succesvol en ernstig debat te houden. Criteria voor een succesvol debat: • • • • • • •

Duidelijke instructies: De moderator en de debaters moeten weten wat er van hen verwacht wordt, wat de regels van het debat zijn en hoeveel tijd ze krijgen. Zorg ervoor dat ook het publiek dit weet. Efficiënte moderator: Dit is iemand die de kwestie kan verduidelijken en samenvatten doorheen het debat. De moderator moet zich ook tot het publiek richten. Dit is minder essentieel in een klassen debat. Zie verder voor meer informatie. Interessante films: Selecteer videoclips die meningsverschillen onder zowel de debaters als het publiek opwekken. De kwestie moet ook interessant zijn voor de debaters en het publiek. Duidelijke taal: de debatmoderator en de debaters zelf dienen duidelijke en begrijpelijke taal te spreken. Verhinder onderbrekingen: Debaters moeten begrijpen dat ze mogen spreken wanneer het hun beurt is. Ze mogen de andere persoon niet onderbreken. Dit is het alleenrecht van de moderator. Vermijd persoonlijke aanvallen: Debaters moeten zich beperken tot die argumenten die betrekking hebben op de aan hen gestelde vraag. Ze dienen persoonlijke aanvallen op elkaars intelligentie, moraal, gevoel, enz. te vermijden. Zichtbaarheid: zorg ervoor dat het publiek de debaters kan zien en dat ze kunnen horen wat er gezegd wordt.

21


Er zijn enkele concrete regels aangaande de specifieke debatvormen: Schooldebat Klassendebat Aangezien studenten ervaring te laten opdoen in het debatteren en hen bepaalde zaken beter te doen begrijpen de belangrijkste doelstellingen zijn, is het belangrijk dat: • • • • •

Alle studenten de kans krijgen om verschillende rollen te spelen – die van debater en moderator. Studenten andere meningen respecteren. De leraar aandachtig de klassendynamiek observeert ingeval van polarisatie, uitsluiting, enz. De leraar een veilige ruimte voor het debat creëert om conflicten te vermijden. De leraar een grondige nabeschouwing maakt

Schooldebat Als de studenten voor een groter publiek van medestudenten en misschien zelfs van leerkrachten en ouders debatteren, zijn de essentiële zaken: • •

Dat de moderator een geëerbiedigde persoon is (een leraar of liefst de schooldirecteur). Zie verder onder ‘Gemeenschapsdebat’ voor verdere vereisten voor de moderator. Dat het publiek de regels van het debat begrijpt.

22


Hoofdstuk 9 –Interessante links voor debatten- Zelfmoord

http://www.suicidemethods.net/ http://www.churchofeuthanasia.org/press/bathchronicle.html ! article son killed himself http://www.china.org.cn/english/China/168111.htm parents sue online game son’s suicide http://news.bbc.co.uk/2/hi/uk_news/wales/4605073.stm http://en.wikipedia.org/wiki/Internet_suicide http://www.wired.com/culture/lifestyle/news/2006/03/70386

- zelfmoord op het internet

http://news.bbc.co.uk/2/hi/health/3270709.stm http://www.dailymail.co.uk/news/article-509804/A-wild-child-surfed-way-suicide-virtual-immortali ty.html http://www.usatoday.com/news/nation/2008-11-23-suicide_N.htm http://en.wikipedia.org/wiki/Suicide_methods -- law situation http://blogs.law.harvard.edu/digitalnatives/2008/01/26/internet-assisted-suicide/ http://www.finalexit.org/ http://www.lep.co.uk/stop-the-pedlars-of-death/Firms-fail-to-back-suicide.907921.jp http://news.cnet.com/2100-1030_3-5760586.html http://www.computing.co.uk/computing/news/2231965/queen-speech-outlaws-suicide http://www.theage.com.au/news/web/myspace-suicide-new-law-outlaws-cyberbullying/2008/07/01/1 214677994885.html australia cyberbullying

- online zelfmoordhulp

http://www.metanoia.org/suicide/

- pro-anorexia nervosa websites

http://www.pro-ana.be/ http://www.mamavision.typepad.com/2007/02/17/ kristi(34) documented suicide on livejournal http://en.wikipedia.org/wiki/Pro-ana

- Tatoeage en piercing

http://tattoo.about.com/cs/beginners/a/071803.htm http://www.theage.com.au/news/national/call-for-tougher-law-as-kids-go-wild-for-body-piercing/2007/ 04/21/1176697155282.html http://www.momaroo.com/Momaroo/688195395/the-piercing-debate/?ref=xn

23


http://www.wtov9.com/news/9824967/detail.html http://news.bbc.co.uk/2/hi/uk_news/magazine/7034500.stm http://media.www.trumanindex.com/media/storage/paper607/news/2006/04/13/Trulife/Tattoos. Needle.Hot.Debates-1846442.shtml

- videospelletjes http://www.apa.org/science/psa/sb-anderson.html http://www.theregister.co.uk/2009/02/21/california_violent_video_game_ban_appeals_rejected/ http://www.reuters.com/article/newsOne/idUSTRE51J62220090220 california law attempt rejected - IDEA Er is een organisatie die werkt rond debatteren voor jongeren: International Debate Education Association http://www.idebate.org/about/history.php IDEA beschikt over een database over onderwerpen die gebruikt kunnen worden en ook lijsten met belang-rijke pro en contra argumenten: http://www.idebate.org/debatabase/topic_index.php Andere interessante links voor debatten rond andere thema’s: - Creationisme versus Evolutie http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=186 - Verbannen van extremistisch politieke partijen http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=163 -Vlagverbranding http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=175 - Verhinderen van vrije meningsuiting http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=100 - Internet censuur http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=83 - hoofddoeken http://www.idebate.org/debatabase/topic_details.php?topicID=290

24


Dank Aan de Anne Frank Stichting, Barry van Driel, Levien Rouw en aan Janine Zettl. Dank aan Hafida Talhaoui, advocate Met dank aan Georges Pyl, auteur van het handboek “Politie & mensenrechten”, uitgegeven bij de uitgeverij Politeia nv en de uitgeverij ASP nv, te Brussel, 2008.

25


Bijlage -Score formulierenHier hebt u drie soorten scoreformulieren die naar de meningen van de kijker vragen omtrent de problematiek of dilemma’s die aan bod komen in de Free2choose films. 1. Scoreformulieren bij Vlaamse free2choose films 1ste VERSIE: GELIEVE JE MENING AAN TE GEVEN OMTRENT DE VOLGENDE VRAGEN: -Ja en Nee antwoorden op de vragen1.

Thema: euthanasie bij minderjarigen. Vraag: Vindt u dat minderjarigen die ongeneeslijk ziek zijn zelf mogen beslissen of ze euthanasie plegen of niet?

2.

Thema: vrijheid voor eigen lichaam. Vraag: Mogen jongeren zelf beslissen of ze een tatoeage of piercing nemen?

O O

O O

Ja, minderjarigen moeten er zelf over kunnen beslissen. Nee, het mag niet toegelaten worden dat minderjarigen daar zelf over beslissen.

Ja, minderjarigen moeten het zelf kunnen kiezen. Nee, het mag niet toegelaten worden dat minderjarigen daar zelf over beslissen.

3. Thema: Heeft de inhoud van videospelletjes een invloed op jongeren? Vraag: Moeten gewelddadige spelletjes beter gecontroleerd worden om geweld bij jongeren te voorkomen? O Ja, ze moeten beter gecontroleerd worden worden O Nee, ze moeten niet beter gecontroleerd worden 4. 5.

Thema: verbieden van jongeren om op bepaalde plaatsen te verenigen Vraag: Mag men hoge tonen gebruiken om hangjongeren weg te jagen? O Ja, het moet toegelaten worden O Nee, het mag niet toegelaten worden Thema: promotie van zelfmoord en zelfmoordtechnieken Vraag: Mag je zelfmoord promoten op het internet? O O

Ja, het moet toegelaten worden Nee, het mag niet toegelaten worden

26


6.

Thema: discriminatie op de werkvloer Vraag: Mogen werkgevers mij weigeren omwille van mijn uiterlijk? O O

Ja, een werkgever moet iemand kunnen weigeren op basis van zijn/haar uiterlijk Nee, een werkgever mag niemand weigeren op basis van zijn/haar uiterlijk

2de VERSIE: GEEF AAN WAT JE MENING IS BETREFFENDE DE VOLGENDE VRAGEN: -Ja en Nee antwoorden met de mogelijkheid geen voorkeur aan te geven- 1.

Thema: euthanasie bij minderjarigen. Vraag: Vindt u dat minderjarigen die ongeneeslijk ziek zijn zelf mogen beslissen of ze euthanasie plegen of niet?

2.

Thema: vrijheid voor eigen lichaam. Vraag: Mogen jongeren zelf beslissen of ze een tatoeage of piercing nemen?

O O O

O O O

Ja, minderjarigen moeten er zelf over kunnen beslissen. Nee, het mag niet toegelaten worden dat minderjarigen daar zelf over beslissen. Geen voorkeur/ ik weet het niet

Ja, minderjarigen moeten het zelf kunnen kiezen. Nee, het mag niet toegelaten worden dat minderjarigen daar zelf over beslissen. Geen voorkeur/ ik weet het niet

3. Thema: Heeft de inhoud van videospelletjes een invloed op jongeren? Vraag: Moeten gewelddadige spelletjes beter gecontroleerd worden om geweld bij jongeren te voorkomen? O Ja, ze moeten beter gecontroleerd worden worden O Nee, ze moeten niet beter gecontroleerd worden O Geen voorkeur/ ik weet het niet 4. 5.

Thema: verbieden van jongeren om op bepaalde plaatsen te verenigen Vraag: Mag men hoge tonen gebruiken om hangjongeren weg te jagen? O Ja, het moet toegelaten worden O Nee, het mag niet toegelaten worden O Geen voorkeur/ ik weet het niet Thema: promotie van zelfmoord en zelfmoordtechnieken Vraag: Mag je zelfmoord promoten op het internet?

27


O O O

6.

Thema: discriminatie op de werkvloer Vraag: Mogen werkgevers mij weigeren omwille van mijn uiterlijk? O O O

Ja, het moet toegelaten worden Nee, het mag niet toegelaten worden Geen voorkeur/ ik weet het niet

Ja, een werkgever moet iemand kunnen weigeren op basis van zijn/haar uiterlijk Nee, een werkgever mag niemand weigeren op basis van zijn/haar uiterlijk Geen voorkeur/ ik weet het niet

3de VERSIE: GEEF AAN WAT JE MENING IS BETREFFENDE DE VOLGENDE VRAGEN: -Aangeven in hoeverre je een verklaring steunt1. Thema: euthanasie bij minderjarigen. Vraag: Vindt u dat minderjarigen die ongeneeslijk ziek zijn zelf mogen beslissen of ze euthanasie plegen of niet? IK VIND DAT MINDERJARIGEN IKVIND DAT MINDERJARIGEN NIET ZELF MOGEN BESLISSEN ZELF MOGEN BESLISSEN

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0

2. Thema: vrijheid voor eigen lichaam. Vraag: Mogen jongeren zelf beslissen of ze een tatoeage of piercing nemen? IK VIND DAT MINDERJARIGEN IKVIND DAT MINDERJARIGEN NIET ZELF MOGEN BESLISSEN ZELF MOGEN BESLISSEN

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0

3. Thema: Heeft de inhoud van videospelletjes een invloed op jongeren? Vraag: Moeten gewelddadige spelletjes beter gecontroleerd worden om geweld bij jongeren te voorkomen? IK VIND DAT HET BETER IKVIND NIET DAT HET BETER GECONTROLEERD MOET WORDEN GECONTROLEERD MOET WORDEN

10

9

8

7

6

5

4

4.

Thema: verbieden van jongeren om op bepaalde plaatsen te verenigen Vraag: Mag men hoge tonen gebruiken om hangjongeren weg te jagen?

28

3

2

1

0


IK VIND DAT HET TOEGELATEN MAG ZIJN

IKVIND DAT HET NIET TOEGELATEN MAG ZIJN

1

10

9

8

7

6

5

4

3

2

0

5. Thema: promotie van zelfmoord en zelfmoordtechnieken Vraag: Mag je zelfmoord promoten op het internet? IK VIND DAT HET TOEGELATEN MOET WORDEN

IKVIND DAT HET NIET TOEGELATEN MOET WORDEN

10

1

6.

Thema: discriminatie op de werkvloer Vraag: Mogen werkgevers mij weigeren omwille van mijn uiterlijk?

9

8

7

6

5

4

3

2

0

IK VIND DAT EEN WERKGEVER OP BASIS VAN UITERLIJK MAG WEIGEREN

IKVIND DAT EEN WERKGEVER NIET OP BASIS VAN UITERLIJK MAG WEIGEREN

4

3

10

9

8

7

6

5

2

1

0

2. Scoreformulieren bij Nederlandse free2choose films 1ste VERSIE: GELIEVE JE MENING AAN TE GEVEN OMTRENT DE VOLGENDE VRAGEN: -Ja en Nee antwoorden op de vragenVrijheid van meningsuiting Film nr. 1: Jamaicaanse dance-hall artist beledigt homo’s Vraag: Kunnen antihomo teksten in muziek toegelaten worden? O Ja, het moet toegelaten worden O Nee, het mag niet toegelaten worden Film nr. 2: Het tot een wet verheffen van de het verbod op het verbranden van de vlag van de Verenigde Staten. Vraag: Moet het verbranden van een nationale vlag toegestaan worden?

O O

Ja, het moet toegestaan worden Nee, het mag niet toegestaan worden.

29


Vrijheid van religie Film nr. 3: Sikhs met een tulband aan het werk als politieagent in Londen Vraag: Moet het toegelaten worden dat een politieagent een tulband draagt tijdens zijn werkuren?

O O

Ja, een politieagent mag een tulband dragen Nee, een politieagent mag geen tulband dragen

Film nr. 4 Homofobe uitspraken van de katholieke leiders in Polen Vraag: mogen kerkleiders homoseksualiteit op deze manier afkeuren? Ja, kerkleiders hebben het recht homoseksualiteit op deze manier af te keuren Nee, kerkleiders zouden homoseksualiteit niet op de ze manier afkeuren. Persvrijheid Film nr. 5: een krant verbonden aan de ETA verbannen in Spanje. Vraag: Heeft de regering het recht een zulke krant te verbannen?

O O

Ja, de regering zou het recht moeten hebben zulke kranten te verbannen Nee, de regering zou het recht niet mogen hebben zulke kranten te verbannen.

Film nr. 6: Hitler’s Mein Kampf bestseller in Turkije Vraag: zou de regering de verkoop van een boek als Mein Kampf moeten kunnen verbieden? O O

Ja, de regering zou de verkoop van een boek als Mein Kampf moeten kunnen verbieden. Nee, de regering zou de verkoop van een boek als Mein Kampf niet moeten kunnen verbieden.

Recht op betogen Film nr. 7: Antisemitische statements tijdens een pro-Palestijnse betoging in Amsterdam Vraag: Zou de uiting van aanstootgevende meningen zoals deze wettelijk gestraft moeten kunnen worden?

O O

Ja, het uiten van dit soort van meningen zoud strafbaar moeten zijn. Nee, het uiten van dit soort van meningen moeten niet strafbaar zijn.

Film nr. 8: Neonazi’s betogen in Berlijn Vraag: Moet men toestaan dat neonazi’s betogen voor een synagoge?

O O

Ja, men moet neonazi’s toestaan te betogen voor een synagoge Nee, men zou neonazi’s niet mogen toestaan te betogen voor een synagoge.

Recht op privacy Film nr. 9: De politie in Nederland wil de grote steden omringen door een ‘elektronische slotgracht’ Vraag: Zouden de autoriteiten van je land een elektronische slotgracht mogen installeren?

O

Ja, de autoriteiten van je landen moeten een elektronische slotgracht kunnen installeren.

30


O

Nee, de autoriteiten van je land zouden geen elektronische slotgracht mogen installeren.

Film nr. 10: bibliotheken en boekenwinkels in de verenigde Staten weigeren de ‘Patriot Act’ wetgeving uit te voeren. Vraag: Zou onze regering wettelijk recht moeten hebben te weten wat de mensen lezen?

O O

Ja, onze regering zou het recht moeten hebben te weten wat de mensen lezen. Nee, onze regering zou het recht niet mogen hebben te weten wat de mensen lezen.

2de VERSIE: GEEF AAN WAT JE MENING IS BETREFT DE VOLGENDE VRAGEN: -Ja en Nee antwoorden met de mogelijkheid geen voorkeur aan te gevenVrijheid van meningsuiting Film nr. 1: Jamaicaanse dance-hall artist beledigt homo’s Vraag: Kunnen antihomo teksten in muziek toegelaten worden? O Ja, het moet toegelaten worden O Nee, het mag niet toegelaten worden O Geen voorkeur/ ik weet het niet Film nr. 2: Het tot een wet verheffen van de het verbod op het verbranden van de vlag van de Verenigde Staten. Vraag: Moet het verbranden van een nationale vlag toegestaan worden? O Ja, het moet toegestaan worden O Nee, het mag niet toegestaan worden. O Geen voorkeur/ ik weet het niet Vrijheid van religie Film nr. 3 Sikhs met een tulband aan het werk als politieagent in Londen Vraag: Moet het toegelaten worden dat een politieagent een tulband draagt tijdens zijn werkuren? O Ja, een politieagent mag een tulband dragen O Nee, een politieagent mag geen tulband dragen O Geen voorkeur/ ik weet het niet Film nr. 4 Homofobe uitspraken van de katholieke leiders in Polen Vraag: mogen kerkleiders homoseksualiteit op deze manier afkeuren?

O O O

Ja, kerkleiders hebben het recht homoseksualiteit op deze manier af te keuren Nee, kerkleiders zouden homoseksualiteit niet op de ze manier afkeuren. Geen voorkeur/ ik weet het niet

31


Persvrijheid Film nr. 5: een krant verbonden aan de ETA verbannen in Spanje. Vraag: Heeft de regering het recht een zulke krant te verbannen?

O O O

Ja, de regering zou het recht moeten hebben zulke kranten te verbannen Nee, de regering zou het recht niet mogen hebben zulke kranten te verbannen. Geen voorkeur/ ik weet het niet

Film nr. 6: Hitler’s Mein Kampf bestseller in Turkije Vraag: zou de regering de verkoop van een boek als Mein Kampf moeten kunnen verbieden? O Ja, de regering zou de verkoop van een boek als Mein Kampf moeten kunnen verbieden. O Nee, de regering zou de verkoop van een boek als Mein Kampf niet moeten kunnen verbieden. O Geen voorkeur/ ik weet het niet Recht op betogen Film nr. 7: Antisemitische statements tijdens een pro-Palestijnse betoging in Amsterdam Vraag: Zou de uiting van aanstootgevende meningen zoals deze wettelijk gestraft moeten kunnen worden?

O O O

Ja, het uiten van dit soort van meningen zoud strafbaar moeten zijn. Nee, het uiten van dit soort van meningen moeten niet strafbaar zijn. Geen voorkeur/ ik weet het niet

Film nr. 8: Neonazi’s betogen in Berlijn Vraag: Moet men toestaan dat neonazi’s betogen voor een synagoge?

O O O

Ja, men moet neonazi’s toestaan te betogen voor een synagoge Nee, men zou neonazi’s niet mogen toestaan te betogen voor een synagoge. Geen voorkeur/ ik weet het niet

Recht op privacy Film nr. 9: De politie in Nederland wil de grote steden omringen door een ‘elektronische slotgracht’ Vraag: Zouden de autoriteiten van je land een elektronische slotgracht mogen installeren?

O O O

Ja, de autoriteiten van je landen moeten een elektronische slotgracht kunnen installeren. Nee, de autoriteiten van je land zouden geen elektronische slotgracht mogen installeren. Geen voorkeur/ ik weet het niet

Film nr. 10: bibliotheken en boekenwinkels in de verenigde Staten weigeren de ‘Patriot Act’ wetgeving uit te voeren. Vraag: Zou onze regering wettelijk recht moeten hebben te weten wat de mensen lezen?

O O O

Ja, onze regering zou het recht moeten hebben te weten wat de mensen lezen. Nee, onze regering zou het recht niet mogen hebben te weten wat de mensen lezen. Geen voorkeur/ ik weet het niet

32


3de VERSIE: GEEF AAN WAT JE MENING IS BETREFFENDE DE VOLGENDE VRAGEN: -Aangeven in hoeverre je een verklaring steuntVrijheid van meningsuiting Film nr. 1: Jamaicaanse dance-hall artist beledigt homo’s Vraag: Kunnen antihomo teksten in muziek toegelaten worden? IK VIND DAT HET TOEGELATEN MOET WORDEN

IKVIND DAT HET NIET TOEGELATEN MOET WORDEN

2

10

9

8

7

6

5

4

3

1

0

Film nr. 2: Het tot een wet verheffen van de het verbod op het verbranden van de vlag van de Verenigde Staten. Vraag: Moet het verbranden van een nationale vlag toegestaan worden? IK VIND DAT HET TOEGELATEN MOET WORDEN

IK VIND DAT HET NIET TOEGELATEN MOET WORDEN

2

10

9

8

7

6

5

4

3

1

0

Vrijheid van religie Film nr. 3 Sikhs met een tulband aan het werk als politieagent in Londen Vraag: Moet het toegelaten worden dat een politieagent een tulband draagt tijdens zijn werkuren? IK VIND DAT HET IK VIND DAT HET NIET TOEGELATEN MOET WORDEN TOEGELATEN MOET WORDEN 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 Film nr. 4 Homofobe uitspraken van de katholieke leiders in Polen Vraag: mogen kerkleiders homoseksualiteit op deze manier afkeuren? IK VIND DAT ZULKE UITSPRAKEN TOEGELATEN MOETEN WORDEN

IK VIND DAT ZULKE UITSPRAKEN NIET TOEGELATEN MOET WORDEN

2

10

9

8

7

6

5

4

33

3

1

0


Persvrijheid Film nr. 5: een krant verbonden aan de ETA verbannen in Spanje. Vraag: Heeft de regering het recht een zulke krant te verbannen? IK VIND DAT DE REGERING ZULKE IK VIND DAT DE REGERING ZULKE KRANTEN MOET KUNNEN VERBANNEN KRANTEN NIET MOET KUNNEN VERBANNEN

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0

Film nr. 6: Hitler’s Mein Kampf bestseller in Turkije Vraag: zou de regering de verkoop van een boek als Mein Kampf moeten kunnen verbieden? IK VIND DAT DE REGERING MEIN KAMPF MOET KUNNEN VERBANNEN

IK VIND DAT DE REGERING MEIN KAMPF NIET MOET KUNNEN VERBANNEN

3

10

9

8

7

6

5

4

2

1

0

Recht op betogen Film nr. 7: Antisemitische statements tijdens een pro-Palestijnse betoging in Amsterdam Vraag: Zou de uiting van aanstootgevende meningen zoals deze wettelijk gestraft moeten kunnen worden? IK VIND DAT ZULKE MENINGEN STRAFBAAR MOETEN ZIJN

IK VIND DAT ZULKE MENINGEN NIET STRAFBAAR MOETEN ZIJN

3

10

9

8

7

6

5

4

2

1

0

Film nr. 8: Neonazi’s betogen in Berlijn Vraag: Moet men toestaan dat neonazi’s betogen voor een synagoge? IK VIND DAT HET IK VIND DAT HET NIET TOEGELATEN MOET WORDEN TOEGELATEN MOET WORDEN

10

9

8

7

6

5

4

3

2

1

0

Recht op privacy Film nr. 9: De politie in Nederland wil de grote steden omringen door een ‘elektronische slotgracht’ Vraag: Zouden de autoriteiten van je land een elektronische slotgracht mogen installeren? IK VIND DAT DE REGERING ZOIETS MAG DOEN 10 9 8 7 6 5 4 3

34

IK VIND DAT DE REGERING ZOIETS NIET MAG DOEN 2

1

0

Free2choose handleiding voor leerkrachten FREE2CHOOSE HANDLEIDING VOOR LEERKRACHTEN

Recommend Documents