Fortuna 2007 Prognose Wonen met Zorg
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Inleiding De nieuwste ramingen op het gebied van wonen met zorg zijn weer beschikbaar: Fortuna 2007. Deze ramingen zijn gebaseerd op de uitkomsten van het WoON 2006 en Primos 2007. De resultaten van Fortuna 2007 geven een beeld van de opgave van voor ouderen geschikte woningen. De gehanteerde definities en methodiek sluiten aan bij de onderzoeken die ABF Research heeft uitgevoerd voor het ministerie van VROM. Zie ook het actieplan wonen en zorg op de VROM-site. De nieuwste ramingen zijn ook voor uw gemeente of uw regio beschikbaar. Bij de resultaten van Fortuna 2007 ontvangt u een rapport dat de ramingen inzichtelijk maakt. Daarnaast ontvangt u in Excel-vorm de gedetailleerde resultaten. Een Fortuna-rapport bevat de volgende hoofdstukken: Samenvatting voor uw gemeente of regio Uitgangspunten -Definities: beschermd wonen, verzorgd wonen, wonen met diensten, overige ouderenwoningen, aangepaste woningen en nultredenwoningen. - Berekeningswijze van de toekomstige behoefte wonen met zorg. Bevolkingsontwikkeling en vergrijzing in uw regio De toekomstige behoefte aan wonen met zorg tot en met 2030. De behoefte wordt nader uitgesplitst naar een opgave als gevolg van de bevolkingsontwikkeling en als gevolg van de extramuralisering. De invulling van de opgave en de rol van de nieuwbouw hierin In de tabellen en figuren in de hoofdtekst wordt uw eigen gemeente of regio vergeleken met bijvoorbeeld de provincie of Nederland. In overleg zijn de (vergelijkings-)gebieden aan te passen. De resultaten zijn beschikbaar op het niveau van regio’s, gemeenten, woonplaatsen en 4-cijferige postcode. De bijlage bevatten de meer gedetailleerde tabellen. Daarnaast wordt er nog een algemeen beeld gegeven van de gevoeligheid van de analyse met behulp van een scenario-analyse. Dit rapport geeft met voorbeelden een goed beeld van een te ontvangen rapportage.
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Samenvatting
De samenvatting is een kort en beknopt overzicht van de situatie in uw regio of uw gemeente.
Voorbeeld van de provincie Friesland Demografie
- In Friesland groeit het aantal 55-plussers tot 2030 met circa 70 duizend. - De groei is relatief het grootst op de Waddeneilanden; relatief gering in Leeuwarden. - Het aandeel 75-plussers groeit tot 2030 in Friesland sneller dan landelijk Beschermd wonen
- In Friesland zijn circa 2650 plekken voor beschermd wonen beschikbaar. - Tot 2030 zijn er nog bijna 2100 plekken extra nodig. - Harlingen, Bolsward en Terschelling hebben relatief gezien de grootste opgave. Verzorgd wonen
- In Friesland zijn tot 2030 bijna 6500 woningen voor verzorgd wonen nodig. - Relatief gezien is de grootste opgave te vinden in Terschelling, Bolsward en Harlingen. Overige geschikte huisvesting
- De groep overige geschikte huisvesting voor ouderen moet tot 2030 met 24.000 woningen toenemen. - Daarvan moeten er bijna 5.000 in Leeuwarden worden gerealiseerd. - Relatief gezien is de grootste opgave in Terschelling, Bolsward en Harlingen. Totale opgave voor wonen met zorg
- De totale opgave voor wonen met zorg in Friesland bedraagt circa 33.000 woningen. - In ongeveer 40% van de gevallen gaat het om realiseren van nultredenwoningen. - In Friesland ligt de nadruk minder op de kwalitatieve invulling van de opgave dan landelijk. - Er is een behoorlijke kwalitatieve opgave in Ferweradiel en Wunseradiel. Invulling van de opgave
- In Friesland geeft de nieuwbouw minder kansen voor de invulling van de opgave dan landelijk. - Binnen de bestaande voorraad ligt de grootste opgave bij Terschelling, Bolsward en Harlingen. - De nieuwbouw biedt relatief veel kansen voor Leeuwarden.
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Uitgangspunten In dit gedeelte worden de uitgangspunten en de berekeningswijze van de toekomstige behoefte op een rij gezet.
Omschrijvi ng van de begrippen Een belangrijk punt van aandacht zijn de definities voor de diverse vormen van wonen met zorg. De totale huisvesting voor ouderen en andere zorgbehoevenden wordt omschreven als geschikte huisvesting voor wonen met zorg. Deze valt uiteen in drie hoofdgroepen: Beschermd wonen betreft woon- en verblijfsvormen met 24-uurs nabije zorg en bescherming. Met ‘nabij’ wordt gedoeld op zorg die permanent aanwezig is. In het algemeen betreft het onzelfstandig wonen. Alle verpleeghuisplaatsen worden als beschermd wonen gerekend. In de berekeningen is uitgegaan dat ook 15% van de verzorgingshuiscapaciteit behoort tot het beschermd wonen. Voor de overige 85% van de verzorgingshuisplaatsen wordt uitgegaan van een dalend aanbod, dit wordt besproken onder het kopje extramuralisering in de volgende paragraaf. Verzorgd wonen betreft de situatie wanneer een huishouden in een ouderenwoning woont en gebruik kan maken van verpleging of verzorging vanuit een nabij zorgsteunpunt. Overige geschikte huisvesting voor ouderen en andere hulpbehoevenden betreffen zelfstandige woningen waarvan diverse kenmerken aangeven dat ze meer geschikt zijn voor de doelgroep dan gebruikelijke woningen. Deze kenmerken zijn: De woning is een ouderenwoning als onderdeel van een complex met extra diensten zoals maaltijdverzorging, receptie, gemeenschappelijke recreatieruimte, etc. (wonen met diensten) De woning is een ouderenwoning, niet vallend onder verzorgd wonen of wonen met diensten (overige ouderenwoning) De woning is ingrijpend aangepast (ingrijpend aangepaste woning) De woning is een nultredenwoning (overige nultredenwoning) Een woning is een nultredenwoning indien deze extern toegankelijk is (de woonkamer dient bereikbaar te zijn vanaf de straat zonder trap te hoeven lopen) en intern toegankelijk (vanuit de woonkamer zijn zonder traplopen de keuken, het toilet, de badkamer en tenminste 1 slaapkamer te bereiken).
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Berekening van de opgave De opgave beschermd wonen wordt volledig bepaald door extra vraag in de toekomst ten gevolge van de bevolkingsontwikkeling. De huidige tekorten, ofwel de wachtlijsten, zijn in de opgave beschermd wonen dus niet meegenomen.
Binnen de zelfstandige woningvoorraad (bovenbeschreven categorieën 2. en 3.) bestaat de opgave voor geschikte huisvesting uit drie componenten: De huidige situatie met betrekking tot wonen met zorg wordt bepaald aan de hand van vraag en aanbod. Deze onderwerpen worden met behulp van de woningbehoefte-onderzoeken vastgesteld. Daarmee kan de huidige spanning, uitgedrukt in een tekort of overschot, worden weergegeven. Voor Fortuna 2007 is gebruik gemaakt van het WoON 2006. De toekomstige situatie bestaat uit twee componenten: Ten eerste wordt bepaald wat de extra vraag in de toekomst is door de ontwikkeling van de bevolking, met als meest prominent kenmerk de vergrijzing. Maar, niet alleen de leeftijd is van belang voor de vraag naar geschikte huisvesting. Er is in de toekomstige vraag ook rekening gehouden met het geslacht, de huishoudsamenstelling, het opleidingsniveau en het inkomen. Ten tweede ontstaat er een toekomstige opgave door het overheidsbeleid van extramuralisering. Hierbij wordt landelijk uitgegaan van een afname van de verzorgingscapaciteit met 40% ofwel zo’n 40 duizend plaatsen. Ook bij instellingen in de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en Gehandicaptenzorg (GZ) wordt er rekening gehouden met een vermindering van in totaal 8500 plaatsen. Deze vermindering is gelijkmatig over alle instellingen in Nederland verdeeld. De opgave is een optelsom van de bovengenoemde componenten en is vastgesteld op regionaal niveau (zorgregio). Vervolgens is, indien van toepassing, de regionale opgave normatief verdeeld over de gemeenten en postcodegebieden binnen deze regio. De uitkomsten van deze exercitie dienen dan ook als indicatief te worden beschouwd. De aard van de vraag die huishoudens uitoefenen wordt gedurende de prognoseperiode constant verondersteld. Bijvoorbeeld, een huishouden dat woont in verzorgd wonen heeft de mogelijkheid om vanuit een nabij gelegen steunpunt verpleging of verzorging te ontvangen. Maar, niet alle huishoudens maken hiervan gebruik. Het aandeel huishoudens dat gebruik maakt van deze gelegenheid blijft onveranderd in de prognose. Bij de invulling is het wel een aandachtspunt dat er meer huishoudens die zorg nodig hebben in het verzorgd wonen terecht komen, bijvoorbeeld via woningtoewijzing.
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Bevolkingsontwikkeling en vergrijzing
Alhoewel vergrijzing niet het enige element is dat bij de bevolkingsontwikkeling een rol speelt, is dit wel één van de sterkste determinanten. In het algemeen geldt dat de doelgroep voor geschikte huisvesting met name bestaat uit personen uit de leeftijdscategorie van 55 jaar en ouder, en de doelgroep voor de meer zorgintensieve woonvormen met name uit de leeftijdsgroep van 75 jaar en ouder. In dit hoofdstuk wordt hier dan ook op ingezoomd.
Voorbeeld van een gedeelte van de tekst voor de regio Haaglanden Voor de leeftijdscategorie 55 jaar en ouder wordt in Haaglanden een toename verwacht van 8% ten opzichte van 2006. Dat wil zeggen, in 2006 was ongeveer 25% van de bevolking 55 jaar of ouder, in 2030 naar verwachting ongeveer 33%. Deze ontwikkeling ligt lager dan landelijke gemiddeld (10%). In absolute aantallen houdt dit in dat in Haaglanden het aantal inwoners van 55 en ouder groeit van circa 250 duizend in 2006 naar circa 360 duizend in 2030. Figuur 1 laat zien dat binnen Haaglanden er de relatief grootste groei van het aantal 55plussers is in Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp en Zoetermeer. De groei is relatief gering in Wassenaar, Delft en Den Haag. Figuur 1: bevolkingsontwikkeling voor 55 jaar en ouder, 2006-2030 (Primos 2007) 50% 45% 40%
8%
35%
24%
7%
4% 36%
36%
14%
33%
30% 25%
16%
26% 23%
20%
8%
18%
24%
5%
5%
24%
24%
25%
10% 26%
20%
15% 10% 5%
d er la n
de n
N ed
la n aa g H
D el G ft ra ve nh ag e 's-
ijs w ijk m -V oo rb ur W g as se na ar W es tl a nd Zo et Pi e jn rm ac ee ke r r-N oo td or p da
ds ch en Le i
M id d
en
R
-D el
fla nd
0%
Groei percentage 55+, 2006-2030
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Huidig percentage 55+
Ook binnen een gemeente zijn er vaak nog flinke verschillen in demografische verwachingen Voorbeeld van een gedeelte van de tekst voor de gemeente Ede Figuur 2 laat de ontwikkeling zien van het aantal 75-plussers in de gemeente Ede en Nederland. In de gemeente Ede bedraagt het huidige aantal 75-plussers ongeveer 6% van de bevolking. In 2030 zal dit percentage gegroeid zijn tot 10%, ofwel een absolute groei van 4%. Deze groei in de gemeente Ede is lager dan in Nederland. In de gemeente Ede groeit het aantal 75-plussers het sterkst in Bennekom, Ede en De Klomp. In Ederveen, Harskamp en Wekerom is de groei relatief laag. Figuur 2 Percentage van de bevolking 75 jaar en ouder, 2006 en 2030 16% 14% 12%
5%
10% 9% 8%
4%
4%
4%
2%
5%
2% 7%
6% 6%
6%
6%
4%
6%
1%
1%
5%
5%
6%
1% 4%
2%
Huidig percentage 75+
Ed e N ed er la nd
ee nt e G em
Ed er ve en H ar sk am p W ek er om
tte rlo O
Lu nt er en
Kl om p
D e
Ed e
Be nn ek om
0%
Groei percentage 75+, 2006-2030
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
De toekomstige behoefte aan wonen met zorg In dit hoofdstuk wordt de opgave voor wonen en zorg geschetst voor de categorieën beschermd wonen, verzorgd wonen en de overige geschikte woningen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in de opgave als gevolg van de bevolkingsontwikkeling, de extramuralisering en het ingeschatte huidige tekort.
Voorbeeld van een gedeelte van de tekst voor de regio Rotterdam Uit Figuur 3 blijkt dat het huidige tekort verzorgd wonen in Regio Rotterdam hoger is dan het tekort in Nederland. Het huidige tekort, dat naar schatting ongeveer 5200 woningen bedraagt, komt overeen met ongeveer 0,9% van de huidige woningvoorraad in Regio Rotterdam. In Nederland bedraagt het huidige tekort circa 0,6%. De bevolkingsontwikkeling in de periode 2006-2030 leidt in Regio Rotterdam tot een opgave van naar schatting 3150 woningen (0,7% van de totale woningvoorraad). Dat is lager dan landelijke opgave. De opgave in de gemeente Rotterdam en Albrandswaard is relatief gering, de opgave in Zevenhuizen-Moerkapelle, Lansingerland is juist vrij hoog. De derde component van de opgave wordt bepaald door de vraag die ontstaat ten gevolge van de extramuralisering. In 2005 telde Regio Rotterdam iets meer dan 6700 bedden in verzorgingshuizen. Hiervan stonden er ruim 3500 in Rotterdam. De 40%-norm die de Rijksoverheid aanhoudt voor de vermindering van deze plaatsen is ook aangehouden voor de regio. Daarnaast wordt er ook een gedeelte van de intramurale Geestelijke Gezondheidszorg en Gehandicaptenzorg verminderd. Rekening houdend met het feit dat deze vraag voor het grootste gedeelte wordt opgevangen op de reguliere markt voor verzorgd wonen en dat er sprake is van constant gebruik, leidt dit alles tot een extra opgave voor Regio Rotterdam van bijna 3900 woningen. Dat komt overeen met 0,9% van de huidige woningvoorraad en is relatief iets hoger dan de landelijke opgave. Figuur 3: Opgave verzorgd wonen regio Rotterdam, 2006-2030, naar componenten en als percentage van de totale woningvoorraad (Fortuna 2007)* 5,0% 4,5% 4,0% 3,5% 3,0% 2,5% 2,0% 1,5% 1,0% 0,5%
N ie uw
Ze ve n
bevolkingsontwikkeling
extramuralisering
tekort
* Gemeentelijke cijfers moeten met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, met name de tekorten zijn slechts indicatief
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
hu iz en -M o er La erk ke ns ap r Kr k e i im aa nge lle pe n rla d n nd aa en n IJs de se n l R IJs id de sel W e rke H stvo rk el le or O vo ne ud et -B slu ei j is Sp erla ijk nd en Be isse Bi rni nn ss e e Vl nm aa aa Ba rdin s C Al ren gen ap br d el an rec le d h aa sw t aa n de rd n Sc IJss hi el e R da ot m te rd R am eg io R ot te N rda ed m er la nd
0,0%
Voorbeeld van een gedeelte van de tekst voor de provincie Friesland Figuur 4 geeft een overzicht van de totale opgave voor de overige geschikte woningen. De totale opgave in Friesland bedraagt 24,1 duizend woningen, ofwel 7,9% van de woningvoorraad, dit is hoger dan het landelijke percentage van 6,9%. Binnen Friesland heeft Leeuwarden met 4,7 duizend woningen de hoogste opgave. Uitgedrukt als percentage van de woningvoorraad is de opgave het hoogst in Terschelling, Bolsward en Harlingen. Figuur 4: totale opgave overige geschikte woningen Friesland, 2006-2030 (Fortuna 2007)* Opgave overige geschikte woningen, als percentage van huidige woningvoorraad <6 6 -< 8 8 -< 10 10 -< 12 >= 12
* Gemeentelijke cijfers moeten met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd, met name de tekortcijfers, die zijn meegenomen in bovenstaand totaaloverzicht, zijn slechts indicatief
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
De invulling van de opgave en de rol van de nieuwbouw In dit hoofdstuk wordt nader gekeken naar de mogelijkheden voor invulling van de opgave. Het geeft een kwalitatieve beschrijving van de mogelijkheden, waarbij de mogelijkheden binnen de geplande de nieuwbouw nader worden bekeken.
Voorbeeld van een gedeelte van de tekst voor de zorgregio Twente De totale uitbreiding van de woningvoorraad in de zorgregio Twente tot 2030 bedraagt naar verwachting 29 duizend woningen. Uitgaande van het landelijke streefpercentage van 40% nultredenwoningen in de nieuwbouw zou dit betekenen dat er ruim 11 duizend geschikte woningen bijkomen. De totale opgave voor geschikte woningen bedraagt 25 duizend woningen. Voor circa 14 duizend woningen zal dan ook een invulling binnen de huidige woningvoorraad moeten worden gezocht. Figuur 5 laat de totale opgave voor geschikte woningen zien, waarbij de opgave net als in eerdere figuren is uitgedrukt als percentage van de huidige woningvoorraad. In de figuur is ook weergegeven in hoeverre de opgave zou kunnen worden ingevuld door nieuwbouw, uitgaande van de 40%-norm. Voor de zorgregio Twente is de mogelijke invulling via nieuwbouw iets lager dan in Nederland. Terwijl landelijk circa 4% van de huidige woningvoorraad geschikt zal moeten worden gemaakt voor ouderen, is dit percentage in Twente 5%, Uitgedrukt als percentage van de woningvoorraad is de opgave binnen de huidige woningvoorraad het hoogst in Losser, Haaksbergen en Oldenzaal. In Twenterand en Borne biedt de nieuwbouw de veel kansen. Figuur 5 Mogelijke invulling van de opgave voor geschikte woningen in de zorgregio Twente, (Fortuna 2007) 18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2%
Tw en te ra nd R ijs Bo se rn n- e H ol te Al n En me sc lo he H de en g W elo ie Tu rd bb en e H Di rge of nk n va el n lan T d H we el le nte nd O oo l rn d H aa enz ks aa be l rg Lo en Zo ss er rg re gi o Tw N ent ed e er la nd
0% -2%
Benodigde invulling binnen eigen w oningvoorraad
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Mogelijke invulling binnen de nieuw bouw
Bijlage : scenario’s opgave wonen en zorg De veronderstellingen omtrent de raming zijn voor het grootste gedeelte al in de hoofdtekst vermeld. Een belangrijk uitgangspunt in de raming betreft de demografische raming naar leeftijd, geslacht, huishoudtype en opleiding (LGHO) welke is gebaseerd op de Primos-2007-raming. Daarnaast is ook inkomen meegenomen in de raming. In de raming, conform de raming voor het ministerie van VROM uitgegaan van gematigde inkomensraming, het scenario LGHO. In dit scenario wordt uitgegaan van een meer relatieve invloed van inkomensposities op de vraag naar wonen en zorg. Het inkomen, uitgedrukt in quintielen stijgt met name door het toenemende opleidingsniveau. Alleen deze relatieve veranderingen in inkomensposities leiden tot een in dit geval lagere vraag naar intensievere vormen van wonen en zorg, zoals verzorgd wonen en wonen met diensten In een ander mogelijk scenario wordt de inkomensraming van het ministerie van SZW gevolgd, het scenario LGHOI. In het LGHOI-scenario stijgen de inkomens, uitgedrukt in quintielen, harder dan in het berekende LGHO-scenario, hetgeen gegeven het uitgangspunt van constant gebruik leidt tot een lager zorggebruik en tot een lagere vraag naar intensievere vormen van wonen en zorg, zoals verzorgd wonen en wonen met diensten. In het LGHOI-scenario wordt meer de nadruk gelegd op een absolute invloed van inkomensveranderingen. De volgende figuren geven voor Nederland de verschillen weer. De twee scenario’s geven de marges weer waarbinnen de toekomstige vraag naar wonen en zorg zich zou kunnen ontwikkelen. Overigens bestaat de mogelijkheid om het model met eigen specifieke informatie, zoals een eigen bevolkingsprognose maar ook een eigen extramuraliseringsbeleid door te rekenen. Er kan dan een aangepaste opgave worden doorgerekend. Deze exercitie leidt tot een eigen scenario betreffende de opgave voor geschikte woningen naast de hierboven beschreven uitkomsten kunnen worden gebruikt.
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
Voorbeeld van twee scenario’s voor Nederland Scenario Fortuna LGHOI 900.000
Onderwerpen Opgave beschermd wonen vanaf 2006 [bedden]
800.000
Opgave VZW vanaf 2006 [woningen] Opgave wonen met diensten vanaf 2006 [woningen]
700.000
Opgave overige ouderenwoningen vanaf 2006 [woningen]
600.000
Opgave aangepaste won. vanaf 2006 [woningen]
500.000
Opgave overige nultredewoningen vanaf 2006 [woningen]
400.000
Let op: negatieve waarden zijn vervangen door een 0. 300.000
200.000
100.000
0 2006
2008
2010
2012
2014
2016
2018
2020
2022
2024
2026
2028
2030
Scenario Fortuna LGHO 900.000
Onderwerpen Opgave beschermd wonen vanaf 2006 [bedden]
800.000
Opgave VZW vanaf 2006 [woningen] Opgave wonen met diensten vanaf 2006 [woningen]
700.000
Opgave overige ouderenwoningen vanaf 2006 [woningen]
600.000
Opgave aangepaste won. vanaf 2006 [woningen]
500.000
Opgave overige nultredewoningen vanaf 2006 [woningen]
400.000
Let op: negatieve waarden zijn vervangen door een 0. 300.000
200.000
100.000
2008
2010
2012
2014
2016
2018
2020
2022
2024
2026
2028
2030
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
0 2006
Bijlage: de cijfers op een rij In de bijlage worden alle cijfers op een rij gezet. In de bijlage zijn opgenomen de bevolkingsprognoses, de verwachte ontwikkeling van de woningvoorraad en een overzicht van het huidige aanbod verpleeghuis- en verzorgingshuisbedden. Daarnaast worden van alle hierboven genoemde prognoses van de opgave beschermd wonen, verzorgd wonen, wonen met diensten, overige ouderenwoningen, ingrijpend aangepaste woningen en overige nultredenwoningen, de prognoses per gemeente uitgesplitst naar de opgave ten gevolge van de bevolkingsontwikkeling en de extramuralisering. Alle prognoses worden weergegeven voor de steekjaren 2006, 2010, 2015, 2020 en 2030.Dit betreft in de eerste plaats de opgave beschermd wonen en verzorgd wonen. De opgave overige geschikte woningen wordt nader uitgesplitst naar wonen met diensten, ouderenwoningen, aangepaste woningen en overige nultredenwoningen. De bijlage wordt ook meegeleverd als Excel-bestand. Voorbeeld van een zeer summier gedeelte van de bijlage voor de gemeenten Oldebroek en Zwolle Beschermd Verzorgd wonen
Overige geschikte woningen
wonen opgave opgave
opgave
totaal
totaal
tgv ontwikk. tekort
opgave tgv extra- opgave
bevolking muralisering totaal
tekort
opgave
opgave
tgv ontwikk.
tgv extra-
bevolking muralisering
Oldebroek
2006
0
31
31
0
0
33
33
0
0
Oldebroek
2010
4
67
31
8
27
174
33
137
4
Oldebroek
2015
14
113
31
29
53
367
33
323
10
Oldebroek
2020
28
147
31
50
66
537
33
490
13
Oldebroek
2025
44
180
31
70
79
677
33
627
17
Oldebroek
2030
63
215
31
87
97
789
33
735
21
Zwolle
2006
0
192
192
0
0
98
98
0
0
Zwolle
2010
43
403
192
30
180
687
98
560
30
Zwolle
2015
77
578
192
76
310
1597
98
1437
62
Zwolle
2020
110
652
192
127
333
2482
98
2317
68
Zwolle
2025
170
776
192
203
382
3403
98
3226
80
Zwolle
2030
255
946
192
295
459
4220
98
4024
99
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA
VOORBEELD-RAPPORTAGE FORTUNA