Formulierspecificatie controle vuurwerkopslagen 2013 - 2014
Versie Status Datum
1.0 Definitief 7 november2013
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Inhoudsopgave 1.
Document beheer ................................................................................................................... 3 1.1. Documenthistorie ............................................................................................................ 3 1.2. Gerelateerde documenten ............................................................................................... 3
2.
Inleiding.................................................................................................................................. 4 2.1. Wat is het doel van de controlelijst? ................................................................................ 4 2.2. Scope .............................................................................................................................. 5 2.3. Wie kan deze controlelijst gebruiken? ............................................................................. 5 2.4. Verantwoording ............................................................................................................... 5
3.
De formulierspecificatie Controle vuurwerkopslag .................................................................. 6 3.1. Behandelaar vaststellen .................................................................................................. 6 3.2. Datum en tijdstip controle vaststellen .............................................................................. 6 3.3. Controle locatie vaststellen.............................................................................................. 6 3.4. Bedrijf vaststellen ............................................................................................................ 7 3.5. Bevindingen over de opslag ............................................................................................ 7 3.5.1. Landelijk ................................................................................................................... 8 3.5.2. Regionaal ................................................................................................................. 8 3.6. De volgorde van de vragen ............................................................................................. 9 3.7. Prioritering van de vragen ............................................................................................... 9 3.8. Acties .............................................................................................................................. 9
4.
Informatie uitwisseling tussen controlelijst en VTH-Systeem ................................................ 10
5.
Overige requirements ........................................................................................................... 12 5.1. Toelichting bij het vaststellen van een kenmerk............................................................. 12 5.2. Extra informatie bij het vastgestelde kenmerk ............................................................... 12
6.
Definities en afkortingen ....................................................................................................... 13
Bijlage 1: Hoe is de standaard van toepassing? .......................................................................... 14 Toezichtzaak ........................................................................................................................... 14 Bevinding ................................................................................................................................. 15 VTH-zaak................................................................................................................................. 15 Handhavingsobject .................................................................................................................. 16 Adresobject.............................................................................................................................. 17 Pand ........................................................................................................................................ 17 Betrokkene en Rol ................................................................................................................... 17 Niet-natuurlijk persoon ............................................................................................................. 17 Natuurlijk persoon .................................................................................................................... 18 Document ................................................................................................................................ 18 Bijlage 2: Controle-items ............................................................................................................. 19
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
2 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
1. Document beheer 1.1. Documenthistorie Versie 0.1 0.2 0.3 0.4
Datum 30-07-2013 02-09-2013 05-09-2013 09-09-2013
Status Concept Conc ept Concept Concept
Auteur Berend Timmer Berend Timmer Berend Timmer Berend Timmer
0.9
19-09-2013
Concept
Berend Timmer
1.0
7-11-2013
Definitief
Berend Timmer
Opmerkingen Initiële versie Aanpassingen o.b.v. workshop 27-08-13 Aanpassingen o.b.v. workshop 03-09-13 Aanpassingen projectleider PIM standaarden (Marco Aarts) Aanpassingen specialist standaarden (Arjan Kloosterboer) verwerkt. Bijlage 1 – TIJDELIJK – verwijderd. Dit is het enige element dat dit document niet definitief maakt. Laatste aanvullingen van Arjan Kloosterboer verwerkt
1.2. Gerelateerde documenten RIHa Milieu UCV
Juriconnect standaard BWB
RIHa-Milieu, Referentie Informatiemodel Handhaving Milieu, Arjan Kloosterboer (ICTU - PIM), 1.0, februari 2013 De cirkel sluiten. Digitale ondersteuning van het toezicht op vuurwerk. Plan van aanpak fase 2 van het project “Risicogestuurd toezicht in de vuurwerkketen door betere informatie-uitwisseling”, Berend Timmer, 1.0, Definitief, 23 augustus 2012 Juriconnect-standaard voor identificatie van en verwijzing naar wet- en regelgeving, Matthijs Breebaart (Juriconnect, platform voor informatie-uitwisseling en standaardisatie in het juridisch domein)), 11 februari 2013, versie 1.3
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
3 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
2. Inleiding Deze specificaties zijn opgesteld voor het project “De cirkel sluiten. Digitale ondersteuning van het toezicht op vuurwerk. Plan van aanpak fase 2”. Dit is onderdeel van het project “Risicogestuurd toezicht in de vuurwerkketen door betere informatie-uitwisseling.” Dit deelproject richt zich op het uniformeren van bestaande controlelijsten die gebruikt worden bij het toezicht en handhaving in de vuurwerkketen. Om een landelijke aanpak van risicogestuurd toezicht en handhaven in de vuurwerkketen mogelijk te maken is het van belang om de manier waarop geïnspecteerd wordt, meer te uniformeren. Hiertoe zijn, op basis van afgestemde wensen en eisen voor de controlelijsten, deze specificaties opgesteld. Hiermee kan (de software leverancier van) een ketenpartner een webformulier maken die toezichthouders in het veld kunnen gebruiken om op een gebruikersvriendelijke wijze controlegegevens in te voeren. De specificaties kunnen gebruikt worden voor controles op drie momenten: 1. Controle op voorzieningenniveau in de periode september – december. 2. Controle op verkoopeisen, gebruik (buffer)bewaarplaats, opslaghoeveelheden en bevoorrading, tijdens de verkoopdagen in december. 3. Controle op de opslag van restanten consumentenvuurwerk in de periode januari – februari –maart. Met behulp van deze specificaties kan er voor worden gezorgd dat op wezenlijke punten gelijkvormigheid is in de controlelijsten voor alle regio’s. Dit gaat met name om de volgende aspecten:
Uniformeren van de vast te stellen kenmerken. Uniformeren van acties op basis van vestgestelde, van de norm afwijkende, kenmerken.
Het aspect van de uniformering van acties is dit jaar nog niet meegenomen. Het is de bedoeling dat dit volgend jaar opgepakt wordt.
2.1. Wat is het doel van de controlelijst? Deze controlelijst ondersteunt bij het administreren van bevindingen die worden gedaan tijdens het uitvoeren van een controle op een opslaglocatie. Er zijn meerdere type contoles die op een opslaglocatie kunnen worden uitgevoerd en die worden ondersteund door deze controlelijst. Hierbij kan gedacht worden aan de volgende controles: 1. Controle van de administratie op locatie 2. Controle van de constructie van de (buffer)bewaarplaats 3. Controle van het gebruik van de (buffer)bewaarplaats 4. Controle van de automatische sprinklerinstallatie 5. Controle van algemene voorschriften opslag en verkoop 6. Controle van de brandveiligheidinstallatie 7. Controle van de brandblusmiddelen 8. Controle van de in- en externe afstanden 9. Controle van het gedrag 10. Controle van de verkoopruimte 11. Controle van laden en lossen van vuurwerk NB. Deze opsomming is niet bij voorbaat uitputtend.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
4 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
2.2. Scope De scope van deze specificatie is aangegeven met de rode cirkel in onderstaande figuur.
Het systeem acteert via 2 interfaces met zijn omgeving. Via de GUI naar de gebruiker die de controlelijst invult (bijv. een applicatie op een tablet) Via een (technische) interface naar het VTH-systeem (bijv. een uploadfunctie vanaf de tablet naar de backoffice)
2.3. Wie kan deze controlelijst gebruiken? De controlelijst is bestemd voor de toezichthouder vuurwerk van provincie, gemeente en/of RUD. Provincie, gemeente en RUD zijn bevoegd gezag voor toezicht op vuurwerkopslagen overeenkomstig eisen Vuurwerkbesluit 2012. Daarnaast zijn ze ‘oog en oor’ voor andere ketentoezichthouders. Alhoewel de controlelijst voor iedere toezichthouder vuurwerkopslagen toepasbaar is heeft het de voorkeur dat deskundigen hiervan gebruik maken.
2.4. Verantwoording Deze controlelijstspecificatie is ontwikkeld in een samenwerkingsverband van de volgende deelnemers: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving (PIM), deelproject Vuurwerk Omgevingsdienst NZKG+ DCMR Milieudienst Rijnmond Provincies Groningen en Drenthe Provincie Noord-Holland Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) IPO-vuurwerkcoördinatorenoverleg
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
5 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
3. De formulierspecificatie Controle vuurwerkopslag Deze controlelijst heeft de volgende hoofdfunctionaliteiten: Vaststellen wie de toezichthouder is die de controle uitvoert. Vaststellen wanneer de controle is uitgevoerd. Vaststellen op welke locatie de controle is uitgevoerd. Vaststellen kenmerken van de opslag
3.1. Behandelaar vaststellen Van de behandelaar (de toezichthouder) moeten een aantal gegevens worden vastgelegd. Behandelaar Voorletters Voorvoegsel achternaam Achternaam
3.2. Datum en tijdstip controle vaststellen De datum en het tijdstip van de controle moet worden vastgelegd. Hierbij zijn de volgende gegevens relevant. Datum en tijdstip controle Datum en tijdstip controle
3.3. Controle locatie vaststellen Voor de locatie zijn de volgende gegevens relevant: Controle locatie Straatnaam Huisnummer Huisletter Huisnummertoevoeging
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
6 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Postcode Plaatsnaam
3.4. Bedrijf vaststellen Van het bedrijf moeten een aantal gegevens worden vastgelegd. Hierbij zijn de volgende gegevens relevant.
Bedrijfsnaam Contactpersoon van bedrijf o Voorletters o Voorvoegsel achternaam o Achternaam o Telefoonnummer
3.5. Bevindingen over de opslag Als er een locatie wordt bezocht, moet er worden vastgesteld wat de situatie is. Dit heeft drie doelen: 1. Deze gegevens zijn van belang voor het Vergunning, Toezicht en Handhavingsysteem op basis waarvan planning en beheertaakuitvoering plaatsvindt. 2. De situatie bepaald welke actie, met welke urgentie er moet worden uitgevoerd. 3. De situatie bepaald welk inhoudelijk advies er moet worden gegeven. Er zijn drie type situaties waarvoor de vragen gesteld kunnen worden: 1. Voorcontrole van de opslaginrichting. Op voorzieningenniveau in de periode september – december NB. In deze lijst wordt er vanuit gegaan dat er altijd vuurwerk aanwezig kan zijn (naar voorbeeld van de brandweer). Deze controlelijst wordt dus ook gebruikt als er verondersteld wordt dat er geen vuurwerk aanwezig is. 2. Controle tijdens verkoopperiode Op verkoopeisen, gebruik (buffer)bewaarplaats, opslaghoeveelheden en bevoorrading. Vier verkoopdagen betekent dat er vier (of soms meer) inspecties gedaan kunnen worden. De gegevens die de eerste keer zijn ingevoerd, kunnen bij de tweede keer automatisch getoond worden en waar nodig gewijzigd. Bij het opslaan wordt deze wijzigingen verwerkt en als een tweede (of derde, of vierde) ingevulde checklist opgeslagen. Elke inspectie moet daarbij als een aparte zaak behandeld worden. RIHA is namelijk bij het zaaktype ‘Toezicht uitvoeren;’ erop ingericht dat dit één inspectie betreft. Een zaak van dit zaaktype heeft één inspectiedatum en geen drie (of meer). Bovendien, na elke inspectie kan handhaving volgen. Elke inspectie staat dan op zich. Wat uiteraard niet belet om de gegevens van de vorige inspectie te hergebruiken. 3. Controle na 1 februari Op de opslag van restanten consumentenvuurwerk in de periode januari – februari – maart. Als eerste moet de invuller van de controlelijst aangeven voor welke situaties de vragen gesteld moeten worden. Op basis hiervan zal er zal er begonnen worden met het stellen van vragen voor de geselecteerde situaties. Per vraag is aangegeven op welke situatie deze betrekking heeft: 1, 2, of 3. Vervolgens kunnen onderstaande vragen beantwoord worden bij de beoordeling van de situatie op de locatie worden bepaald. Elke vraag heeft een uniek nummer (ID).
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
7 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
3.5.1. Landelijk In de specificaties die landelijk zijn bepaald, zijn per vraag de volgende elementen opgenomen:
1 2
Element van de bevinding (controleitem) Referentie naar artikel uit weten regelgeving als grondslag van de controlevraag
Kolomtitel Bevinding ID
Toelichting Identificatienummer - Hierbij is gebruik gemaakt van de Juriconnect standaard BWB -
3
Omschrijving van de vraag
4
Type controlelijst
- Wet - Wettelijke grondslag / Wetsartikel - Wettelijke grondslag / specificatie Omschrijving (kenmerk) Checklist
5
Prioriteit
Prioriteit
6
Informatiekundige aspecten
- Soort vraag - Waarden - Formaat - Kardinaliteit
Sommige vragen moeten zowel in de voorcontrole, de controle tijdens de verkoopperiode als in de controle na 1 februari gesteld worden. In deze kolom is dit aangegeven. Het bepalen van prioriteit van de vraag is landelijk voorgeschreven, de hoogte (schaal 1 t/m 4, oplopend) wordt regionaal ingevuld.
3.5.2. Regionaal Regionaal kunnen per vraag extra kenmerken worden opgenomen: 1. Prioriteit Omdat niet alle vragen even relevant zijn, en er regionale verschillen zijn in het bepalen van de prioriteit, wordt dit overgelaten aan de regio’s. Zoals gezegd, het bepalen van prioriteit van de vraag is landelijk voorgeschreven, de hoogte (schaal 1 t/m 4, oplopend) wordt regionaal ingevuld. 2. Hoofdstuk In de landelijke lijst is een onderscheid gemaakt in drie controles. Per regio kan hier een extra detaillering op aangebracht worden die goed aansluit bij de werkwijze van de inspecteur. Dit kan gedaan worden door vragen in te delen in een aantal hoofdstukken, zodat ze in clusters getoond kunnen worden in de applicatie van de inspecteur. Bovendien kan hiermee een logische ordening aangebracht worden, zoals de looproute door een bedrijfsvestiging. Dit moet regionaal, in overleg met gebruikers en leverancier, ingevuld worden. 3. Basistekst Dit is de voorbeeldtekst voor de brief. Bij overtreding van een artikel wordt de overtreder daarop (veelal schriftelijk) van op de hoogte gesteld. Deze teksten kunnen extra worden opgenomen bij de controlelijst. Hierbij is er ruimte voor de regio om daar zelf invulling aan te geven. 4. Toelichting Aanwijzingen en achtergrondinformatie voor de inspecteur tijdens de controle. Regionaal in te vullen.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
8 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
5. Volledige tekst wet- en regelgeving Het eventueel opnemen van volledige tekst van het wetsartikel is een implementatiekeuze en wordt niet landelijk voorgeschreven.
3.6. De volgorde van de vragen De controlevragen, zoals opgesomd in de bijlage, zijn geordend op basis van de volgorde in de wet- en regelgeving en besluiten waarop zij gebaseerd zijn. Per vraag wordt apart aangegeven of deze in de voorcontrole, de controle tijdens de verkoopperiode of tijdens de controle na 1 februari gesteld moeten worden. In deze specificaties wordt geen verdere categorisering van vragen gemaakt, bijvoorbeeld op basis van de looproute. Op landelijk niveau wordt dit niet gedaan. Redenen: Dit ontneemt inspecteurs in de verschillende regio’s de mogelijkheid zelf hun werkwijze in te richten; Als we dit zouden willen, vergt dit op dit moment een te grote inspanning om tot overeenstemming hierover te komen. De volgorde voor de standaardvragen maakt in principe niet uit. Het is belangrijker dat ze op dezelfde manier gesteld worden. Om de informatie die met de controlelijsten verzameld wordt te kunnen uitwisselen, samenvoegen en analyseren is het belangrijker dat de vragen op dezelfde manier geformuleerd zijn en dat de antwoorden op dezelfde manier worden verwerkt.
3.7. Prioritering van de vragen De vragen die in een controlelijsten gesteld worden zijn niet allemaal even belangrijk. Sommige vragen kunnen soms gewoon weggelaten worden. Er wordt op landelijk niveau geen onderscheid gemaakt tussen verplichte en optionele vragen. Alle vragen worden in principe optioneel. Dit geeft de regio’s ruimte zelf hierin keuzes te maken. Dit doet recht aan de praktijk dat er in verschillende regio’s andere prioriteiten gesteld kunnen zijn (in het licht van beperkte handhavingscapaciteit). In de specificaties voor de controlelijst wordt daarom de mogelijkheid opgenomen aan te geven wat de prioriteit is. Hierbij kan gekozen worden uit 4 waarden (1 t/m 4; 1 = lage prioriteit, 4 = hoge prioriteit). Raadzaam is om bij de prioritering die een regio aanbrengt vast te leggen, zodat dit transparant gemaakt kan worden voor landelijke uitwisseling en analyse.
3.8. Acties Het systeem toont welke afwijkingen er allemaal zijn geconstateerd zodat de toezichthouder deze kan opnemen in het proces verbaal van bevindingen. In het komend jaar worden er geen landelijke afspraken gemaakt over de acties die naar aanleiding van een vastgestelde bevindingen gedaan moeten worden. Het gebruik van controlelijsten op basis van de landelijke specificaties maakt het wel mogelijk om aan het eind van het seizoen met elkaar in gesprek te gaan hoe men elkaar kan versterken bij een effectievere en efficiëntere invulling van het toezicht op vuurwerkopslag. Daartoe is een werkend overleg tussen ketenpartners een voorwaarde.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
9 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
4. Informatie uitwisseling tussen controlelijst en VTH-Systeem De informatie die met de controlelijst wordt verzameld en bepaald zoals beschreven in hoofdstuk 3 wordt aangeboden ter verdere verwerking aan het VTH systeem. Het kan zijn dat een deel van deze informatie al in het VTH systeem aanwezig is. In dat geval is het wenselijk dat de informatie van het VTH systeem in de controlelijst wordt getoond. Deze informatie moet wel aanpasbaar zijn op basis van de werkelijke situatie zoals vastgesteld bij de controle. Welke informatie dit betreft hangt af van de werkwijze in de regio en zal dus per regio moeten worden bepaald. Vastgestelde situatie De vastgestelde situatie is een lijst van omschrijvingen van alle bevindingen (controle-elementen) (zie bijlage 2) die voor de situatie zijn vastgesteld. Met onderstaande data structuur kan de vastgestelde situatie worden beschreven. Attribuutnaam Bevinding
Formaat groepattribuut
Kardinaliteit 1–N
Een overzicht van de bevindingen (controle-elementen) en de attributen daarvan (kolommen) is te vinden in bijlage 2. Inspectiezaak identificatie Attribuutnaam Inspectiezaak identificatie
Formaat AN40
Kardinaliteit 1-1
Inspectiezaak identificatie: de unieke identificatie van de zaak Toezichthouder Attribuutnaam Voorletters Voorvoegsel achternaam Achternaam
Formaat AN20 AN10 AN200
Kardinaliteit 1–1 0–1 1–1
Formaat Datum/tijd (JJJJMMDDHHMM)
Kardinaliteit 1-1
Datum en tijdstip controle Attribuutnaam Datum en tijdstip controle
Datum: dag waarop de inspectie uitgevoerd wordt. Tijdstip controle: tijdsaanduiding van het moment waarop de inspectie begint. Dit zal doorgaans het moment zijn waarop de toezichthouder bij de onder toezicht staande arriveert. Controle locatie Attribuutnaam Adres Straatnaam Huisnummer Huisletter Huisnummertoevoeging Postcode Plaatsnaam Locatie-omschrijving
Formaat Adres AN80 N5 A1 AN4 AN6 AN80
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
Kardinaliteit 0–1 1–1 1–1 0–1 0–1 0–1 1–1
10 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Locatie-omschrijving: De aanvullende omschrijving van de ligging van het HANDHAVINGSOBJECT binnen het ADRESOBJECT. Bedrijf Attribuutnaam Verkort naam (vestiging)
Formaat AN45
Kardinaliteit 0–1
Verkorte naam (vestiging): De administratieve naam van de vestiging in het handelsregister indien de naam langer is dan 45 karakters.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
11 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
5. Overige requirements In dit hoofdstuk staan de overige requirements ingedeeld volgens de MoSCoW-methode. Dit is een wijze van prioriteiten stellen waarvan de letters staan voor: M - must haves: deze eisen (requirements) moeten in het eindresultaat terugkomen, zonder deze eis is het product niet bruikbaar; S - should haves: deze eisen zijn zeer gewenst, maar zonder is het product wel bruikbaar; C - could haves: deze eisen zullen alleen aan bod komen als er tijd genoeg is; W - won't haves: deze eisen zullen in dit project niet aan bod komen maar kan in de toekomst, bij een vervolgproject, interessant zijn. Betreffende extra requirements zijn beiden Should haves
5.1. Toelichting bij het vaststellen van een kenmerk In de specificaties die landelijk zijn bepaald (en daarmee verplicht zijn), zijn zes kenmerken opgenomen (zie 3.5). Door de regio’s kunnen de volgende vraagelementen toegevoegd worden: Ordening op niveau 2, bijvoorbeeld op basis van looproute Toelichting op de vraag, bijvoorbeeld een invulinstructie Opnemen volledige tekst van artikel uit Vuurwerkbesluit Tekst voor in de brief. Deze zal veelal (ook) in het VTH systeem opgenomen zijn. Een URL die verwijst naar relevante toelichtende informatie op internet (veel wetteksten zijn op internet raadpleegbaar) Door regionale organisatie moeten acties toegevoegd kunnen worden (op basis van het handhavingsbeleid in de in de regio). Dit is een: should have
5.2. Extra informatie bij het vastgestelde kenmerk Als een invuller een kenmerk heeft vastgesteld kan hierbij nog extra informatie worden gegeven. Deze extra informatie kan bestaan uit: Beeldmateriaal (film of foto) als bewijs voor een constatering Tekstuele opmerkingen of toelichtingen bij het vastgestelde kenmerk Dit is een: should have
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
12 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
6. Definities en afkortingen Vb CKI IL&T ISZW RUD RvA SZW Wabo WED Wm Awb
Vuurwerkbesluit 2012 Certificerings- en Keurings-Instelling Inspectie Leefomgeving en Transport Inspectie SZW Regionale uitvoeringsdienst Raad voor Accreditatie Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet op de economische delicten Wet milieubeheer Algemene wet bestuursrecht
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
13 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Bijlage 1: Hoe is de standaard van toepassing? Deze bijlage beschrijft hoe het Referentie Informatiemodel Handhaving Milieu (RIHa Milieu), zoals beschreven in [RIHa Milieu], van toepassing is op de controlelijst Vuurwerkopslag. Het RIHa milieu is een standaard voor het uitwisselen van gegevens vanuit een VTH systeem met ketenpartners. De informatie die via de controlelijst Vuurwerkopslag wordt verzameld wordt dus niet rechtreeks uitgewisseld volgens de standaard. Deze zal eerst via het VTH systeem verrijkt, omgevormd en aangevuld moeten worden om aan de standaard te kunnen voldoen. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de informatie uit de controlelijst Vuurwerkopslag past in de RIHA Milieu standaard. Ook worden de punten geïdentificeerd waar het VTH systeem de informatie moet verrijken, omvormen of aanvullen om aan de standaard te voldoen.
Als er besloten wordt om een controle op locatie uit te voeren wordt in het VTH-systeem een toezichtzaak aangemaakt. Daarna vindt pas de betreffende inspectie plaats. Een toezichtzaak is een specialisatie van een VTH-zaak in RIHa-Milieu cq. is een zaak van het generieke zaaktype ‘Inspectie uitvoeren’. De toezichtzaak heeft betrekking op een handhavingsobject: het object waarin het vuurwerk is opgeslagen. Het vuurwerk kan worden opgeslagen in een pand en/of adresobject. Dit zijn beide specialisaties van een ruimtelijk object. Dit ruimtelijk object vormt de afbakening van het handhavingsobject. De organisatie die verantwoordelijk is voor de vuurwerkopslag is een betrokkene bijhet handhavingsobject. Ook andere betrokkenen kunnen een rol hebben bij het handhavingsobject, bijvoorbeeld de toezichthoudende organisatie. Een betrokkene kan een natuurlijk persoon zijn, een nietnatuurlijk persoon of een vestiging. Hierna word per objecttype beschreven welke attributen bij deze RIHa-objecttypen een rol hebben en hoe deze moeten worden gevuld.
Toezichtzaak Inspectiedatum Dit is de datum van de controle zoals vastgesteld in de controlelijst. Inspectietype Dit attribuut heeft de vaste waarde “Incidentele controle”.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
14 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Hersteldatum De uiterste datum waarop, in het geval van een waarschuwing, de geconstateerde afwijking van de normstelling hersteld dient te zijn. Deze datum wordt niet in de controlelijst bepaald.
Bevinding Bij een toezichtzaak kunnen 0 of meer bevindingen worden gedaan. Per bevinding zijn de volgende attributen relevant. Controle-element Dit gaat om een omschrijving (kenmerk) met als waarden “Voldoet – Voldoet niet – n.v.t.”. Wetsartikel Het wetsartikel wat van toepassing is op een controle-element. Prioriteit In de controlelijst kunnen de volgende waarden worden toegekend: 1, 2, 3, of 4. De waarde 1 komt overeen met een hoge prioriteit, de waarde 4 met een lage prioriteit. Bijzonderheden Dit veld hangt samen met de overige requirement 5.2 (hoofdstuk 0). Als deze requirement wordt gerealiseerd kan hier door de invuller een tekstuele toelichting worden gegeven bij het vastgestelde kenmerk wat hier kan worden overgenomen.
VTH-zaak Zaakidentificatie Unieke identificatie (binnen de VTH organisatie) die wordt aangemaakt door het VTH systeem bij het aanmaken van de VTH-Zaak. De waarde kent restricties zoals beschreven in [RIHa Milieu]. Zaaktype-identificatie Dit attribuut heeft voor een vuurwerksignaal een vaste numerieke waarde voor het zaaktype “inspectie uitvoeren” zoals door de toezichthoudende organisatie toegekend. Zaaktype-omschrijving generiek Dit attribuut heeft voor een vuurwerksignaal de vaste waarde “Inspectie uitvoeren”. Omschrijving Door de behandelaar vrij in te vullen omschrijving bij de VTH zaak. Hierbij kan het volgende formaat worden gebruikt: “Controle vuurwerkopslag voorzieningenniveau op [locatie]”. Bijvoorbeeld “Controle vuurwerkopslag voorzieningenniveau op Rozenweg 17”. Behandelaar Bestaat uit een aantal subattributen: - Achternaam, Voorletters en Voorvoegsel achternaam: aam van de toezichthouder voorletters, voorvoegsel achternaam en achternaam - zoals vastgesteld in de controlelijst - Naam organisatorische eenheid verkort: de naam van de afdeling o.i.d. waarin de toezichthouder werkzaam is. Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd, evt. vullen vanuit een ‘tabel’ met toezichthouders per afdeling of een standaardwaarde indien de toezichthouders in één afdeling werkzaam zijn. Telefoonnummer: telefoonnummer van de toezichthouder. Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd. - E-mailadres: e-mailadres van de toezichthouder. Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
15 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Startdatum Datum, bepaald door het VTH systeem, waarop de zaak is aangemaakt. Status Dit attribuut heeft de waarde “Zaak gepland” of “Geïnspecteerd”. Als de bevindingen zijn vastgesteld is de waarde “Inspectie afgerond”. Geometrie Wordt niet gebruikt omdat de locatie altijd het gehele handhavingsobject betreft (dat ruimtelijk afgebakend is met een pand en/of een adresobject). Einddatum gepland Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd. Kan eventueel in het VTH systeem bepaald worden op het moment dat de zaak aangemaakt wordt. Einddatum Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd. Moet in het VTH systeem van een waarde voorzien worden bij het afronden van de toezichtzaak. Resultaatomschrijving Wordt niet in de controlelijst uitgevraagd. Kan eventueel in het VTH systeem bepaald worden. VTH-ZAAK betreft HANDHAVINGSOBJECT Op deze relatie gaan we in de volgende paragraaf in.
Handhavingsobject Bij de opslag van vuurwerk is het object waarin deze handeling wordt uitgevoerd het handhavingobject. De vuurwerkopslag vind plaats in een adresobject en/of in een pand. Dus in de standaard vormt het adresobject of, als de opslag niet plaatsvindt in een adresobject, het pand, wat beide specialisaties zijn van een ruimtelijk object, in dit geval de ruimtelijke afbakening van het handhavingsobject. Handhavingsobjectidentificatie Unieke identificatie (binnen de VTH organisatie) aangemaakt door het VTH systeem bij het aanmaken van het handhavingsobject Soort Dit attribuut heeft de vaste waarde “Vuurwerkopslag”. Categorie De waarde van dit attribuut is nog te bepalen en moet worden geselecteerd uit de referentielijst Handhavingsobjectcategorie. Omschrijving Door de handhavingsorganisatie gekozen omschrijving voor de specifieke instantie van een vuurwerkopslag, bijvoorbeeld “Vuurwerkopslag IJzerwarenwinkel Gerritsen, Rozenweg 17”. . Locatie-omschrijving Omschrijving van de locatie waar zich de vuurwerkopslag bevindt binnen het adresobject, indien deze vermelding toegevoegde waarde heeft, dan wel het adres van het meest nabijgelegen adresobject indien de vuurwerkopslag in een pand, zijnde geen adresobject, plaats heeft. Risico-indicatie
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
16 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Dit betreft de volgende subattributen: - Risico-aspect: vaste waarde “Vuurwerkbesluit”; - Risico-aanduiding: vaste waarde “Ongeval met explosieve stoffen”. Geometrie Dit attribuut is niet van toepassing omdat de locatie wordt bepaald via het ruimtelijk object. Ontstaansdatum Door de VTH organisatie bepaalde begindatum van de periode waarin de vuurwerkopslag relevant is voor de bevoegde gezag organisatie uit oogpunt van toezicht en/of handhaving. Vervaldatum Door de VTH organisatie bepaalde einddatum van de periode waarin de vuurwerkopslag relevant was voor de bevoegde gezag organisatie uit oogpunt van toezicht en/of handhaving. VTH-ZAAK betreft HANDHAVINGSOBJECT Bij het voorafgaand aan het uitvoeren van de inspectie aanmaken van de VTH-Zaak moet het juiste handhavingsobject worden geselecteerd op basis van het bouwwerk waar het vuurwerk wordt opgeslagen. HANDHAVINGSOBJECT komt ruimtelijk overeen met RUIMTELIJK OBJECT Met deze relatie wordt aangegeven in welk adresobject of pand de vuurwerkopslag plaats heeft. De relatie wordt gelegd bij de creatie van het handhavingsobject.
Adresobject Het adresobject is het verblijfsobject, standplaats of ligplaats (uit de BAG) dat voorzien is van een officieel adres waar vuurwerk wordt opgeslagen. Het adresobject is een specialisatie van een ruimtelijk object en vorm de afbakening van een handhavingsobject voor vuurwerkopslag indien die opslag plaatsvindt in een adresobject. Het adresobject is al aanwezig in het VTH-Systeem of wordt overgenomen uit de BAG.
Pand Het pand (uit de BAG) betreft het ruimtelijk object waarin het vuurwerk wordt opgeslagen indien die opslag niet plaatsvindt in een adresobject. Het pand is al aanwezig in het VTH-Systeem of wordt overgenomen uit de BAG
Betrokkene en Rol De organisatie die verantwoordelijk is voor de behandeling van de VTH-zaak is een betrokkene bij die zaak. Deze organisatie is tevens betrokkene bij het Handhavingsobject in de rol van “Bevoegd gezag”. Daarnaast is er minimaal nog één betrokkene bij het handhavingsobject. Deze betrokkene heeft een bepaalde rol bij het handhavingsobject. Als het handhavingsobject al geregistreerd was dan speelt dit hier niet. Zo niet dan moet deze betrokkene bepaald en geregistreerd worden.Als het handhavingsobject nog niet in het VTH-systeem aanwezig was en dus moet worden aangemaakt dan is de betrokkene de degene die aansprakelijk is voor de opslag van vuurwerk conform de daaraan gestelde eisen.
Niet-natuurlijk persoon De betrokkene kan een niet-natuurlijk persoon zijn. Deze is al in het VTH-systeem aanwezig of wordt overgenomen uit het handelsregister en in het VTH-systeem geregistreerd.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
17 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Natuurlijk persoon Betrokkenen zoals verkopers en transporteurs kunnen natuurlijke personen zijn. Deze zijn al in het VTH-systeem aanwezig of worden overgenomen uit het GBAen in het VTH-systeem geregistreerd.
Document Desgewenst kan de ingevulde controlelijst als document aan de zaak gerelateerd worden. Daarmee wordt bereikt dat er een getrouwe registratie is van de controlelijst zoals dit ingevuld is ontvangen, los van eventuele interpretaties of fouten bij verwerking daarvan. Documentidentificatie Unieke identificatie (binnen de VTH organisatie) aangemaakt door het VTH systeem bij het registreren van de ingevulde controlelijst. Documenttype-omschrijving Dit attribuut heeft voor een vuurwerkopslag controlelijst de vaste waarde “Controlelijst vuurwerkopslag”. Documenttype-omschrijving generiek Dit attribuut heeft voor een vuurwerkopslagcontrolelijst de vaste waarde “Verslag van bevindingen”. Documenttitel Titel voor een specifieke instantie van een vuurwerkopslag controlelijst, bijvoorbeeld “Controle vuurwerkopslag” van [datum controle] betreffende [locatiewaar de controle is uitgevoerd]. Vertrouwelijk aanduiding Dit attribuut heeft de vaste waarde “INTERN”. Documentstatus Het document heeft altijd de status “Definitief”. Documentlink Door het VTH systeem bepaalde hyperlink naar het document. DOCUMENT documenteert VTH-ZAAK De ingevulde controlelijst wordt als document gerelateerd aan de eerder gecreëerde VTH-zaak.
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
18 van 19
Programma Informatie-uitwisseling Milieuhandhaving
Bijlage 2: Controle-items Deze bijlage geeft voor alle controle-items de kenmerken weer. Het gaat daarbij om:
Identificatienummer van de vraag (controle-item) Referentie naar artikel uit wet- en regelgeving als grondslag van de controlevraag Omschrijving van de vraag Type controlelijst Prioriteit Informatiekundige aspecten
Deze bijlage is een apart document met als documentnaam: Specificaties-controle-vuurwerkopslag_Bijlage2_v2
Formulierspecificatie - Controle - Vuurwerkopslag - versie1.0
19 van 19