Pr eventie e n w e t g e v i n g
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen 2012/2 actualisatie november 2014
Inhoud 1 Wettelijk kader
.........................................................................................................................................................................................................................................................
5
1.1 Referentie .......................................................................................................................................................................................................................................................... 5 1.2 Historiek ............................................................................................................................................................................................................................................................ 5 1.2.1 Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB) .................................................................................................................... 5 1.2.2 Omzetting naar wet en codex Welzijn op het werk ......................................................................................................................................... 6 1.3 Herziening van de wetgeving ............................................................................................................................................................................................................. 6 2 Krachtlijnen ................................................................................................................................................................................................................................................................. 9 2.1 Definities ........................................................................................................................................................................................................................................................... 9 2.1.1 Arbeidsongeval .............................................................................................................................................................................................................................. 9 2.1.2 Licht ongeval ................................................................................................................................................................................................................................... 9 2.1.3 Ernstig arbeidsongeval ............................................................................................................................................................................................................ 9 2.1.4 Zeer ernstig arbeidsongeval ............................................................................................................................................................................................. 11 2.2 Verplichtingen van de werkgevers .............................................................................................................................................................................................. 11 2.2.1 Analyseren van alle (bijna)ongevallen ..................................................................................................................................................................... 11 2.2.2 Het bijhouden en registreren van de arbeidsongevallen .......................................................................................................................... 12 2.2.3 Het opmaken van een arbeidsongevallensteekkaart ................................................................................................................................... 12 2.2.4 Het onderzoeken en het opmaken van een verslag voor ernstige arbeidsongevallen ....................................................... 13 2.2.5 Onmiddellijk melden van zeer ernstige arbeidsongevallen ..................................................................................................................... 17 3 Bijkomende informatie
...................................................................................................................................................................................................................................
19
3.1 Literatuurreferenties .............................................................................................................................................................................................................................. 19 3.2 Interessante websites
...........................................................................................................................................................................................................................
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
19
3
1 Wettelijk kader 1.1
Referentie
De belangrijkste bepalingen inzake de melding en de registratie van arbeidsongevallen zijn terug te vinden in volgende wetteksten: - Wet betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, 4 augustus 1996, BS 18 augustus 1996, hoofdstuk XIbis Maatregelen om herhaling van ernstige ongevallen te voorkomen; - KB betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, 27 maart 1998, BS 31 maart 1998, Codex, titel I, hfst. 3 (KB Beleid); - KB betreffende de Interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, 27 maart 1998, BS 31 maart 1998, Codex, titel II, hfst. 1 (KB Interne dienst); - KB tot uitvoering van hoofdstuk XIbis van de wet welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, 28 mei 2003, BS 12 juni 2003 (KB Uitvoering ernstige arbeidsongevallen); - MB tot vaststelling van het model van het verslag met inbegrip van het lastenboek, en van de termijnen voor mededeling van het verslag van de deskundige in het kader van het onderzoek van ernstige arbeidsongevallen, 31 mei 2006, BS 12 juni 2006 (MB model deskundigenverslag). Voor de aangifte en de melding van arbeidsongevallen zijn er enerzijds wettelijke regels die gericht zijn op de schadeloosstelling van het slachtoffer (aangifte bij de arbeidsongevallenverzekeraar) en anderzijds bestaan er bepalingen over het melden en registreren van arbeidsongevallen in het kader van preventie (herhaling van ongevallen in de toekomst voorkomen). Deze uitgave handelt enkel over de wetgeving inzake het melden en registreren van arbeidsongevallen met het oog op preventie, m.n. - het registreren van ongevallen met eerste hulp; - het bijhouden van gegevens over arbeidsongevallen en vermelden in het maandverslag en het jaarverslag van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk; - het registreren en beschrijven van arbeidsongevallen met ten minste 4 dagen ongeschiktheid (arbeidsongevallensteekkaart); - het opmaken van een omstandig verslag voor ernstige arbeidsongevallen; - het onmiddellijk melden van zeer ernstige arbeidsongevallen.
1.2
Historiek
De huidige bepalingen i.v.m. de melding en de registratie van arbeidsongevallen maken deel uit van de wet en de codex Welzijn op het werk. Voorheen waren de bepalingen i.v.m. deze materie opgenomen in het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB).
1.2.1 Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB) Registreren en beschrijven van arbeidsongevallen Het ARAB stelde dat er voor elk ongeval dat op het werk of op de weg naar en van het werk gebeurt, een ongevallensteekkaart gemaakt moest worden. Het opmaken van een ongevallensteekkaart maakte deel uit van de verplichtingen voor het diensthoofd VGV (Veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen). De bepalingen stonden beschreven in artikel 835quater e.v., titel V Eindbepalingen, hoofdstuk 2 Organen voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen, Afdeling II Diensten voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen. Op de steekkaart moesten de omstandigheden van het ongeval en de preventiemaatregelen beschreven worden. De bijlage bevatte een model voor steekkaart. Deze steekkaart mocht vervangen worden door een afschrift van de aangifte van het arbeidsongeval opgemaakt voor de verzekeraar. Voorwaarde was wel dat de inlichtingen betreffende het ongeval door het ‘diensthoofd VGV’ opgesteld werden (art. 835quinquies). De werkgever had de verplichting om elke steekkaart bij te houden tot 3 jaar nadat het slachtoffer de onderneming verlaten had (art. 835septies). Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
5
Bovendien bestond er de verplichting om alle gevallen van arbeidsongevallen op te nemen in het maand- en jaarverslag. Deze verslagen kwamen ter bespreking op het comité VGV. Melden van ernstige arbeidsongevallen Het ARAB legde de verplichting op om elk ernstig arbeidsongeval binnen de twee werkdagen te melden aan de Technische Arbeidsinspectie (oude benaming voor Toezicht Welzijn op het werk). Onder “ernstig ongeval” werd verstaan: een dodelijk arbeidsongeval of een arbeidsongeval dat volgens de eerste medische diagnose, hetzij de dood, hetzij een algehele of gedeeltelijke blijvende arbeidsongeschiktheid, hetzij een algehele tijdelijke arbeidsongeschiktheid van meer dan een maand tot gevolg kan hebben”. Bovendien gold de verplichting om een dodelijk arbeidsongeval of om een arbeidsongeval dat volgens de eerste medische diagnose de dood of een blijvende arbeidsongeschiktheid van meer dan 25% tot gevolg kan hebben, de Technische Arbeidsinspectie onmiddellijk te verwittigen (art. 835sexies). Melden van andere ongevallen Daarnaast waren er nog specifiek regels voor het melden van ongevallen aan de arbeidsinspectie of aan andere diensten. Voorbeelden zijn ongevallen met elektrische installaties (ARAB, art. 264), met gasrecipiënten (ARAB, art. 362) en met stoomtoestellen (ARAB, art. 49).
1.2.2 Omzetting naar wet en codex Welzijn op het werk Bij de volledige herziening van de wetgeving veiligheid en gezondheid op het werk naar de wet en codex Welzijn op het werk, kregen de bepalingen inzake het bijhouden en registreren onmiddellijk een plaats in deze wetteksten. De algemene verplichtingen kwamen terecht in het KB betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (KB van 27 maart 1998, BS 31 maart 1998, Codex, titel I, hoofdstuk 3). Daarnaast werden de specifieke taken opgenomen in de opdrachten van de interne dienst via het Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (BS 31 maart 1998, Codex, Titel II, hfst. 1) (KB Interne dienst). De bepalingen werden volledig herzien en de terminologie werd afgestemd op de vernieuwde wetgeving. De inhoudelijke krijtlijnen bleven echter hetzelfde. De gegevens van alle arbeidsongevallen moeten bijgehouden worden via ongevalsbeschrijvingen in de ongevallensteekkaart en het maandelijks verslag. Ernstige arbeidsongevallen moeten gemeld worden aan de bevoegde inspectie.
1.3
Herziening van de wetgeving
In 2004 werd het Federaal Actieplan voor de Reductie van Arbeidsongevallen (FARAO) naar voren geschoven. Dit plan had tot doelstelling om het aantal arbeidsongevallen te verminderen. Eén van de belangrijkste punten van het plan behelsde de vereenvoudiging en uniformisering van de aangifte van arbeidsongevallen. Tegelijkertijd drongen zich wijzigingen op om tegemoet te komen aan de modernisering (bv. elektronische aangifte bij de verzekeraar) en aan Europese eisen i.v.m. dataverzameling (statistieken van arbeidsongevallen via uniforme codes). Bovendien stelde het FARAO plan tot doel om door meer kwalitatieve informatie over (vooral ernstige) arbeidsongevallen een beter inzicht te verwerven in de oorzaken en de mogelijke preventiemaatregelen. Dit resulteerde in een hele reeks van wijzigingen aan de wetgeving zowel op het vlak van aangifte bij de verzekeraar als op het melden en registreren. In 2013 en 2014 werd een verdere vereenvoudiging doorgevoerd voor de aangifte van arbeidsongevallen m.n. voor lichte ongevallen. Als een gevolg hiervan zijn de verplichtingen om ongevallen te registreren die enkel eerstehulpverlening vergen, versterkt. Voor ernstige arbeidsongevallen is de verplichting toegevoegd om bij de oorzaken op zoek te gaan naar mogelijke psychosociale oorzaken. 6
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
Onderstaande tabel vat de belangrijkste wijzigingen die te maken hebben met het melden en registreren van arbeidsongevallen samen. Tabel 1 – samenvatting van de belangrijkste wijzigingen aan de wetgeving Aangifte van arbeidsongevallen (met het oog op preventie) Wettekst
Gewijzigd door
Belangrijkste wijzigingen
wet Welzijn 4 augustus 1996, BS 18 augustus 1996
- wet van 25 februari 2003 houdende maatregelen ter versterking van de preventie inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (BS 14 maart 2003) - programmawet van 27 december 2004 (BS 31 december 2004)
Invoering van een hoofdstuk XIbis: maatregelen om de herhaling van ernstige ongevallen te voorkomen: de werkgever heeft de verplichting om een omstandig verslag op te stellen naar aanleiding van een ernstig arbeidsongeval
KB Beleid 27 maart 1998, BS 31 maart 1998, Codex, titel I, hfst. 3
- KB van 28 mei 2003 (BS 12 juni 2003) (inwerkingtreding uitgesteld door KB van 31 december 2003, BS 22 januari 2004, deze wijzigingen werden weer opgeheven door het KB van 24 februari 2005) - KB van 8 juli 2004 houdende wijziging van diverse bepalingen inzake het opmaken van de arbeidsongevallensteekkaarten (BS 18 augustus 2004) - KB van 24 februari 2005 houdende diverse bepalingen ter bestrijding van de ernstige arbeidsongevallen en vereenvoudiging van de arbeidsongevallenaangifte (BS 14 maart 2005) - vervanging van artikels 26 tot 28
- afschaffing van de kennisgeving van elk ernstig arbeidsongeval aan de bevoegde inspectie binnen de 2 dagen - nieuwe definitie van een ernstig arbeidsongeval - onderzoek en verslaggeving voor elk ernstig arbeidsongeval - arbeidsongevallensteekkaart bijhouden: voortaan enkel voor ongevallen vanaf vier dagen ongeschiktheid
KB van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico’s op het werk (BS 28 april 2014): toevoeging van pt. 4°/1 aan art. 26, § 2
Bij het opmaken van het omstandig verslag: verplichting om oorzaken van psychosociale aard te vermelden naast primaire, secundaire en tertiaire oorzaken.
- KB van 8 juli 2004 houdende wijziging van diverse bepalingen inzake het opmaken van de arbeidsongevallensteekkaarten (BS 18 augustus 2004) - KB van 24 februari 2005 houdende diverse bepalingen ter bestrijding van de ernstige arbeidsongevallen en vereenvoudiging van de arbeidsongevallenaangifte (BS 14 maart 2005) - KB van 9 april 2007 houdende wijziging van bijlage IV, BS 18 juni 2007
- toevoegen taken in het kader van de opvolging van ernstige arbeidsongevallen - toevoegen aan het maandverslag (of driemaandelijks verslag): gegevens over arbeidsongevallen die geen werknemer zijn van de werkgever (bv. uitzendkrachten) - nieuwe lijsten met codes voor het beschrijven van arbeidsongevallen
KB van 9 maart 2014 tot wijziging van een aantal bepalingen inzake interne diensten en eerste hulp met betrekking tot lichte ongevallen en bijscholing van hulpverleners (BS van 10 april 2014): aanpassing van bijlage III, II, punt 2
- Lichte ongevallen (enkel geregistreerd in het register eerstehulpverlening) moeten voortaan opgenomen worden in het jaarverslag.
KB Interne dienst 27 maart 1998, BS 31 maart 1998, Codex, titel II, hfst. 1
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
7
KB Uitvoering ernstige arbeidsongevallen 28 mei 2003 BS 12 juni 2003
- KB van 24 februari 2005 houdende diverse bepalingen ter bestrijding van de ernstige arbeidsongevallen en vereenvoudiging van de arbeidsongevallenaangifte (BS 14 maart 2005)
MB Model deskundigenverslag 31 mei 2006, BS 12 juni 2006 KB Eerste hulp 15 december 2010, BS van 28 december 2010
8
Nadere bepalingen voor de deskundigen die door de bevoegde inspectie kunnen worden aangesteld om een ernstig arbeidsongeval te onderzoeken bv. indien de werkgever zijn verplichting om een omstandig verslag op te stelen niet nakomt Bepaalt het model dat de deskundige moet gebruiken voor het opstellen van het omstandig verslag.
KB van 9 maart 2014 tot wijziging van een aantal bepalingen inzake interne diensten en eerste hulp met betrekking tot lichte ongevallen en bijscholing van hulpverleners (BS van 10 april 2014): wijziging van art. 7, §3
Om een beroep te kunnen doen op de vrijstelling van aangifteplicht voor lichte ongevallen is het verplicht om deze bij te houden met alle nodige gegevens in het register eerstehulpverlening
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
2 Krachtlijnen In de wet en de codex Welzijn op het werk zijn verscheidene bepalingen terug te vinden over het melden en registreren van arbeidsongevallen. Deze bepalingen zijn erop gericht om te vermijden dat dergelijke arbeidsongevallen zich in de toekomst opnieuw zullen voordoen. De verplichtingen die ermee samenhangen, verschillen naar gelang het type ongeval.
2.1
Definities
2.1.1 Arbeidsongeval De definitie van een arbeidsongeval staat beschreven in de arbeidsongevallenwet (10 april 1971, BS 24 april 1971). Een arbeidsongeval is elk ongeval dat een werknemer tijdens en door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst overkomt en dat een letsel veroorzaakt (arbeidsongevallenwet, art. 7) waarvoor men een plotselinge gebeurtenis kan aanwijzen (art. 9). Ook het ongeval dat zich voordoet op de weg naar en van het werk, wordt als arbeidsongeval aanzien; de weg naar en van het werk is het normale traject dat de werknemer moet afleggen om zich van zijn verblijfplaats te begeven naar de plaats waar hij werkt en omgekeerd (art. 8). Definitie 1 - een arbeidsongeval
De elementen van een arbeidsongeval 1. een ongeval veronderstelt: - een plotse gebeurtenis; - minstens één uitwendige oorzaak; 2. het bestaan van een letsel (dat niet noodzakelijk arbeidsongeschiktheid of het overlijden meebrengt, maar minstens medische kosten); uitzondering: een ongeval waarbij er enkel schade is aan prothesen of orthopedische toestellen wordt ook beschouwd als een arbeidsongeval, er hoeft geen letsel te zijn (arbeidsongevallenwet, art. 26); 3. een causaal verband tussen het ongeval en het letsel; 4. het ongeval moet zijn voorgevallen tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst; 5. het ongeval moet zijn voorgevallen door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst.
2.1.2 Licht ongeval Een licht ongeval is een arbeidsongeval - zonder arbeidsongeschiktheid of loonverlies voor het slachtoffer; - met enkel eerstehulpverzorging op de werkplek.
2.1.3 Ernstig arbeidsongeval De definitie van een ernstig arbeidsongeval wordt vastgelegd in art. 94bis van de wet Welzijn en verder verfijnd in art. 26 van het KB Beleid. Een ernstig arbeidsongeval is gedefinieerd als een ongeval dat zich op de arbeidsplaats zelf voordoet en dat wegens zijn ernst een grondig specifiek onderzoek vereist, dit is - een dodelijk arbeidsongeval of - een arbeidsongeval met een afwijkende gebeurtenis of een betrokken voorwerp die voorkomen op respectievelijk bijlage 1 en 2 bij art. 26 en aanleiding geven tot ofwel een blijvend letsel of een tijdelijk letsel voorkomend op bijlage 3 bij art. 26 (zie definitie 2). Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
9
Definitie 2 - een ernstig arbeidsongeval
Lijst A Afwijkende gebeurtenis = - afwijkende gebeurtenis als gevolg van een elektrische storing, explosie, brand (codes 10 tot 19); - afwijkende gebeurtenis door overlopen, kantelen, lekken, leeglopen, verdampen, vrijkomen (codes 20 tot 29); - breken, barsten, glijden, vallen, instorten van het betrokken voorwerp (codes 30 tot 39); - verlies van controle over een machine, vervoer- of transportmiddel, handgereedschap, voorwerp (codes 40 tot 44); - vallen van personen van hoogte (code 51); - gegrepen of meegesleept worden door een voorwerp of de vaart daarvan (code 63). Lijst B Betrokken voorwerp = - steigers of bovengrondse constructies (codes 02.00 tot 02.99); - graafwerken, sleuven, putten, onderaardse gangen, tunnels of ondergrondse wateromgeving bedoeld door de codes 03.01, 03.02 en 03.03); - installaties (codes 04.00 tot 04.99); - machines of toestellen (codes 05.00 tot 05.99, 07.00 tot 07.99 en 09.00 tot 10.99); - systemen voor gesloten of open transport en opslag (codes 11.00 tot 11.99, 14.10 en 14.11); - voertuigen voor transport over land (codes 12.00 tot 12.99); - chemische stoffen, explosieven, radioactieve stoffen, biologische stoffen (codes 15.00 tot 15.99, 19.02 en 19.03); - veiligheidssystemen en veiligheidsuitrusting (codes 16.00 tot 16.99); - wapens (code 17.05); - dieren, micro-organismen, virussen (codes 18.03, 18.04 en 18.05). Lijst C Tijdelijke letsels - vleeswonden met verlies van weefsel die aanleiding geven tot een meerdaagse arbeidsongeschiktheid (code 013); - botbreuken (codes 020 tot 029); - traumatische amputaties (verlies van ledematen - code 040); - afzettingen (code 041); - schuddingen en inwendige letsels die in afwezigheid van behandeling levensbedreigend kunnen zijn (code 053); - schadelijke effecten van elektriciteit die aanleiding geven tot meerdaagse arbeidsongeschiktheid (code 054); - brandwonden die aanleiding geven tot meerdaagse arbeidsongeschiktheid of chemische of inwendige verbrandingen of bevriezingen (codes 060 tot 069); - acute vergiftigingen (codes 071 en 079); - verstikkingen en verdrinkingen (codes 081 tot 089); - effecten van straling (niet thermische) die aanleiding geven tot meerdaagse arbeidsongeschiktheid (code 102).
10
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
2.1.4 Zeer ernstig arbeidsongeval De definitie van een zeer ernstig arbeidsongeval is bepaald in art. 27 van het KB Beleid. De definitie baseert zich op de omschrijving van de ernstige arbeidsongevallen. Het gaat om dezelfde ongevallen behalve deze met tijdelijke letsels. Een zeer ernstig arbeidsongeval is gedefinieerd als een ongeval dat zich op de arbeidsplaats zelf voordoet en dat wegens zijn ernst onmiddellijk gemeld moet worden aan de bevoegde inspectie, dit is - een dodelijk arbeidsongeval of - een arbeidsongeval met een afwijkende gebeurtenis of een betrokken voorwerp die voorkomen op respectievelijk bijlage 1 en 2 bij art. 26 en aanleiding geven tot een blijvend letsel (zie definitie 3). Definitie 3 – een zeer ernstig arbeidsongeval
2.2
Verplichtingen van de werkgevers
Voor arbeidsongevallen gelden een aantal verplichtingen met het oog op preventie en/of het toezicht uitgeoefend door de overheid: - het analyseren van alle (bijna)ongevallen (2.2.1); - het bijhouden en registreren van de arbeidsongevallen (2.2.2); - het opmaken van een arbeidsongevallensteekkaart (2.2.3); - het onderzoeken en het opmaken van een verslag voor ernstige arbeidsongevallen (2.2.4); - het onmiddellijk melden van zeer ernstige arbeidsongevallen (2.2.5). De verplichtingen verschillen in functie van de ernst van het ongeval maar moeten hoedanook samenhangend bekeken worden. Dat wil zeggen dat verplichtingen die reeds gelden voor de minder ernstig ongevallen sowieso gelden voor de meer ernstige ongevallen en dat de specifieke verplichtingen steeds moeten beschouwd worden als bijkomend.
2.2.1 Analyseren van alle (bijna)ongevallen De verplichting om arbeidsongevallen te analyseren staat ingeschreven in de wetgeving. De Codex welzijn op het werk legt de verplichting op om elk ongeval en incident dat zich op het werk voordoet te onderzoeken. De verplichting ligt bij de hiërarchische lijn (KB Beleid, Codex, titel I, hfst. 3, art. 13, 2°). Maar ook de preventieadviseur krijgt deze taak toegewezen. In het Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
11
kader van de permanente risico-evaluatie moet hij ook onderzoeken naar arbeidsongevallen en incidenten uitvoeren (KB Interne dienst, Codex, titel II, hfst. 1, art. 7, § 1, 1°, d). Daar bovenop is er nog de opdracht om in het kader van het dynamisch risicobeheersingssysteem deel te nemen aan de studie van de factoren die van invloed zijn op het ontstaan van ongevallen of incidenten en aan de studie van de oorzaken van doorslaggevende aard van elk ongeval dat een arbeidsongeschiktheid tot gevolg heeft gehad (KB Interne dienst, Codex, titel II, hfst. 1, art. 5, 2°). De wetgeving geeft dus een duidelijk kader voor de verplichting om elk ongeval en incident te onderzoeken waarbij een goede samenwerking nodig is tussen alle betrokkenen. In eerste instantie de hiërarchische lijn maar de preventieadviseur speelt een belangrijke rol bij het initiëren, ondersteunen en coördineren van het proces.
2.2.2 Het bijhouden en registreren van de arbeidsongevallen Alle arbeidsongevallen moeten aangegeven worden bij de arbeidsongevallenverzekeraar en deze gegevens zijn dan ook beschikbaar in de onderneming. Voor lichte ongevallen is er een vrijstelling van aangifteplicht. De vrijstelling van aangifteplicht geldt alleen op voorwaarde dat het lichte ongeval werd geregistreerd in het register van interventies in het kader van eerste hulp. Deze registratie laat het slachtoffer toe om elementen aan te brengen die het bestaan van het ongeval kunnen aantonen in geval van een latere verergering. In dat geval moet het ongeval alsnog als arbeidsongeval worden aangegeven. Alle gegevens i.v.m. interventies in het kader van de eerstehulpverlening worden bijgehouden in een register (zie kader 1). Kader 1 - Elementen die in het register van interventies in het kader van eerste hulp opgenomen moeten worden -
naam van het slachtoffer; naam van de eerstehulpverlener; plaats, datum, uur, beschrijving en omstandigheden van het ongeval of het onwel worden; identiteit van eventuele getuigen; datum en uur van de interventie; aard van de interventie (oorzaak en aard van de verwonding, type verzorging en middelen, follow-up gegeven na de eerste hulp, …).
KB Eerste hulp, art. 7. Alle arbeidsongevallen, incl. lichte ongevallen, moeten ook gerapporteerd worden, m.n. in de (drie)maandelijkse en jaarlijkse verslagen. De gevraagde gegevens zijn vrij ruim gedefinieerd. Het gaat bijvoorbeeld niet enkel om de ongevallen van de eigen werknemers maar ook over werknemers van derden, uitzendkrachten tewerkgesteld in het bedrijf of, voor een bouwdirectie, werknemers van (onder)aannemers. Alle ongevallen op de arbeidsplaats die ten minste 1 dag ongeschiktheid met zich meebrengen moeten bovendien opgenomen worden in de statistieken d.m.v. de berekening van de frequentie- en ernstgraden. Deze graden houden rekening met de gewerkte uren (blootstelling aan het risico). De wijze van berekening is opgenomen in het model van jaarverslag (bijlage bij het KB Interne dienst). KB Interne dienst, art. 5, 7, bijlage II en III
2.2.3 Het opmaken van een arbeidsongevallensteekkaart 2.2.3.1
Wat?
De verplichtingen m.b.t. het opmaken van een arbeidsongevallensteekkaart zijn hoofdzakelijk terug te vinden in art. 28 van het KB Beleid. Hierin staat vermeld dat voor elk arbeidsongeval met ten minste 4 dagen ongeschiktheid (de dag van het ongeval niet meegerekend) een arbeidsongevallensteekkaart moet opgesteld worden. 12
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
2.2.3.2
Wie?
Het is de werkgever die ervoor moet zorgen dat de dienst voor preventie en bescherming die belast is met het onderzoek van arbeidsongevallen met vier dagen of meer ongeschiktheid de arbeidsongevallen steekkaart opstelt. Voor de bedrijven van groep A en B en voor deze van groep C met een preventieadviseur van niveau I of II, is dit de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk. Voor de andere bedrijven is het de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. KB Interne dienst, art. 7, § 1, 1° en art. 11, § 2 en 3
2.2.3.3
Hoe?
De preventiedienst stelt de arbeidsongevallensteekkaart op, op basis van de gegevens die naar voren kwamen uit het onderzoek. Voor arbeidsongevallen vanaf 4 dagen ongeschiktheid moet de werkgever ervoor zorgen dat de preventiedienst het onderzoek uitvoert en de arbeidsongevallensteekkaart opstelt. De inhoud van de arbeidsongevallensteekkaart staat omschreven in bijlage IV van het KB Interne dienst. De werkgever moet een afschrift van de steekkaart of van de aangifte overmaken aan het departement dat belast is met het Medisch Toezicht. De steekkaarten worden ter beschikking gehouden van de bevoegde inspectie. De bewaartermijn bedraagt 10 jaar. De steekkaart bestaat uit verschillende rubrieken zoals bepaald in de bijlage IV van het KB Interne dienst. Deze rubrieken zijn: - identificatie van de steekkaart; - inlichtingen betreffende de werkgever; - inlichtingen betreffende het slachtoffer; - inlichtingen betreffende het ongeval; - inlichtingen betreffende de verwondingen. De steekkaart kan vervangen worden door een kopie van de aangifte van het arbeidsongeval bij de verzekeraar op voorwaarde dat de bevoegde preventiedienst de gegevens over het ongeval hierop heeft ingevuld. Het doel van de steekkaart is immers een instrument te zijn van het preventiebeleid. Kader 2 - toezicht: bevoegde arbeidsinspectie Voor het toezicht inzake de verplichtingen voor het opvolgen van arbeidsongevallen met het oog op preventie, wordt in bijgaande teksten regelmatig verwezen naar de bevoegde arbeidsinspectie. Deze term verwijst naar gelang het geval naar de regionale directie van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk waarbinnen het arbeidsongeval zich heeft voorgedaan of naar de Directie Toezicht op de chemische risico’s voor de Seveso-bedrijven. De adressen zijn beschikbaar via de website van de Federale Overheidsdienst voor Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
2.2.4 Het onderzoeken en het opmaken van een verslag voor ernstige arbeidsongevallen Na een ernstig arbeidsongeval is het vereist een onderzoek in te stellen, een verslag op te maken en maatregelen te nemen om herhaling te vermijden. Indien het bedrijf deze verplichtingen niet zelf nakomt, stelt de arbeidsinspectie hiervoor een deskundige aan.
2.2.4.1
Wat?
Het grondig onderzoek en het omstandig verslag zijn vereist voor elk ernstig arbeidsongeval (zie punt 2.1.3 definitie ernstig arbeidsongeval). Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
13
2.2.4.2 Wie? De verplichtingen na een ernstig arbeidsongeval zijn toegewezen aan de werkgever en aan de bevoegde preventiedienst. Wet Welzijn, art. 94ter
Bevoegde preventiedienst Bevoegde preventiedienst betekent de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk voor de bedrijven van groep A en B en voor deze van groep C waar er een preventieadviseur van niveau I of II werkzaam is. Voor de andere bedrijven is het de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. KB Interne dienst, art. 7, § 1, 1° en art. 11, § 2 en 3 Opmerking: ook de bedrijven van groep A en B, en van groep C waar er een preventieadviseur van niveau I of II werkzaam is, mogen ervoor kiezen om alle (of bepaalde) arbeidsongevallen te laten onderzoeken door hun externe dienst op voorwaarde dat die keuze is opgenomen in het identificatiedocument. KB Interne dienst, art. 8
Werkgever Met werkgever wordt de werkgever van het slachtoffer bedoeld maar in bepaalde gevallen wordt dit begrip uitgebreid. Het gaat met name om drie gevallen: - werken met derden (werknemers van ondernemingen van buitenaf of zelfstandigen komen werkzaamheden uitvoeren); - uitzendarbeid; - tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. Wet Welzijn, art. 94ter In deze drie gevallen moeten de verschillende betrokkenen, werkgevers en zelfstandigen (alle betrokken rechtspersonen en fysische personen) samenwerken om aan de opgelegde verplichtingen te voldoen. De samenwerking rond deze verplichtingen voor de drie aangehaalde specifieke gevallen moet vooraf geregeld worden en de praktische afspraken ingeschreven in een overeenkomst. Het is niet de bedoeling dat hiervoor een speciale overeenkomst wordt afgesloten maar wel dat deze afspraken ingeschreven worden in overeenkomsten die nu reeds (moeten) afgesloten worden: - tussen de werkgever en de onderneming (wet Welzijn, art. 9, 2°) of zelfstandige (wet Welzijn, art. 10, 3°) die van buitenaf komen werkzaamheden uitoefenen; - tussen de bouwdirectie en de aannemers en zelfstandigen (wet Welzijn, art. 29, 2°); - tussen de werkgever en het uitzendbureau.
Samenwerking Het principe van samenwerking is verder ook expliciet in de wetgeving ingeschreven voor de samenwerking tussen preventiedienst(en), werkgever(s), comité(s) en eventueel de deskundige. De werkgever(s) zijn verplicht om met de preventiedienst(en) samen te werken of met de deskundige om hen toe te laten het ernstig arbeidsongeval te onderzoeken en hun verslag op te stellen. Ze zijn ook verplicht om de comité(s) te betrekken. Wet Welzijn, art. 94septies
14
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
Kader 3 - Bijkomende meldingen Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen Op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen geldt bijkomend de verplichting voor de bouwdirectie om voor elk ernstig arbeidsongeval overkomen aan een aannemer die er zelf een beroepsactiviteit uitoefent (zelfstandige of werkgever) een melding te doen aan de bevoegde arbeidsinspectie. Deze melding moet gebeuren binnen de 15 kalenderdagen. Volgende elementen moeten daarbij meegedeeld worden: - naam, de voornaam en het adres van het slachtoffer; - datum van het ongeval; - adres van de tijdelijke of mobiele bouwplaats, waar het ongeval zich heeft voorgedaan; - een bondige beschrijving van de opgelopen letsels; - een bondige beschrijving van de wijze waarop het ongeval is gebeurd; - de vermoedelijke duur van de arbeidsongeschiktheid. KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen, 25 januari 2001, BS 7 februari 2001, Codex, Titel III, hfst. 5, art. 54 Biologische agentia De werkgever moet de regionale directie van het toezicht Welzijn op het werk onmiddellijk op de hoogte brengen van elk ongeval of incident dat mogelijk heeft geleid tot het vrijkomen van een biologisch agens en dat een infectie of ernstige ziekte bij de mens kan veroorzaken. KB Biologische agentia, 4 augustus 1996, BS 1 oktober 1996, Codex, Titel V, hfst. 3, art. 75
2.2.4.3
Hoe?
Omstandig verslag Na elk ernstig arbeidsongeval is een onmiddellijk onderzoek en het opmaken van een omstandig verslag vereist. Dit verslag moet binnen de 10 dagen bezorgd worden aan de bevoegde arbeidsinspectie. Het omstandig verslag bestaat uit twee luiken. Een eerste luik moet ingevuld worden door de bevoegde preventiedienst en het tweede luik door de werkgever. De inhoud van luik 1 bevat 8 punten (zie kader 3). Naast een aantal identificatiegegevens (slachtoffer, werkgever, getuigen, opsteller van het verslag, personen in kopie) gaat het om verschillende gegevens die het ongeval beschrijven zoals de plaats, omstandigheden en de oorzaken van het ongeval. In het eerste luik staan ook aanbevelingen om herhaling van het ongeval te voorkomen. De werkgever vult het tweede luik in. Hierin staan de genomen beslissingen (welke aanbevelingen uit het eerste luik worden weerhouden), een actieplan en het advies van het comité pbw. Indien het om bepaalde redenen niet mogelijk is om een omstandig verslag in te dienen binnen de vooropgestelde tijd, kan een voorlopig verslag volstaan. In dat geval zijn welomschreven redenen nodig en het is de bevoegde arbeidsinspectie die beslist of de argumenten voldoende zijn. De werkgever geeft in de argumentatie ook aan wanneer het uitgebreide omstandig verslag of de aanvullingen op het voorlopig verslag zullen worden overgemaakt. De arbeidsinspectie kan deze termijn al of niet aanvaarden. Indien een bedrijf niet voldoet aan de verplichting om een (voorlopig) omstandig verslag op te stellen, kan de bevoegde arbeidsinspectie een deskundige aanwijzen (zie verder) of zelf ter plaatse de nodige onderzoeken doen. Wet Welzijn, art. 94ter, KB Beleid, art. 26 Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
15
Kader 4 – inhoud van het omstandig verslag Luik 1: in te vullen door de bevoegde preventiedienst 1° de identificatie van de slachtoffers en hun werkgevers; 2° de gedetailleerde beschrijving van de plaats van het ongeval; 3° de gedetailleerde omschrijving van de omstandigheden van het ongeval, inclusief beeldmateriaal; 4° de vastgestelde primaire, secundaire, tertiaire en eventuele verdere oorzaken: - primaire oorzaken: de materiële feiten die het ongeval mogelijk hebben gemaakt; - secundaire oorzaken: oorzaken van organisatorische aard, waardoor de primaire oorzaken zijn ontstaan; - tertiaire oorzaken: materiële of organisatorische oorzaken die zich bij derden situeren; - oorzaken van psychosociale aard. 5° aanbevelingen om herhaling van het ongeval te vermijden; 6° de identificatie van de werkgever en de bevoegde preventiedienst; 7° de identificatie van de personen die het verslag hebben opgesteld; 8° de identificatie van de personen aan wie een afschrift van het verslag is toegezonden. Luik 2: in te vullen door de werkgever 1° de inhoud van de beslissing in verband met de gedane aanbevelingen en desgevallend, van het advies van de respectievelijke Comités, of, na overleg met de respectievelijke diensten en desgevallend, Comités, de alternatieve maatregelen die ten minste hetzelfde resultaat garanderen; 2° een actieplan, bevattende de termijnen binnen welke de maatregelen toegepast zullen zijn en de verantwoording van deze termijnen; 3° het advies van de respectievelijke Comités over de oorzaken die aan de basis liggen van het ernstig arbeidsongeval en over de maatregelen die zijn voorgesteld om herhaling ervan te vermijden. KB Beleid, art. 26 Bewarende maatregelen Om een onmiddellijke herhaling van het ongeval te voorkomen, is het vereist om bewarende maatregelen te nemen. Bewarende maatregelen zijn preventiemaatregelen die één of meerdere rechtstreekse oorzaken van een eenzelfde of gelijkaardig ongeval kunnen wegnemen. Het is de werkgever die de maatregelen moet nemen maar het zijn de preventieadviseurs die de maatregelen voorstellen. Met werkgever wordt hier bedoeld: - de gebruiker, in geval van uitzendarbeid - de werkgever die een beroep doet op ondernemingen van buitenaf (werken met derden) - de bouwdirectie (tijdelijke of mobiele bouwplaatsen) - de werkgever van het slachtoffer in alle andere gevallen Wet Welzijn, art. 94septies, § 2
2.2.4.4
Deskundige
In sommige gevallen voert een deskundige, aangesteld door de bevoegde arbeidsinspectie, de verplichtingen inzake een ernstig arbeidsongeval uit. Wanneer? De deskundige wordt aangesteld als een bedrijf zijn verplichtingen niet nakomt en binnen de tien dagen geen omstandig of voorlopig verslag bezorgt aan de inspectie. Wet Welzijn, art. 94ter, § 4 16
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
Daarnaast kan de deskundige ook aangesteld worden: - indien de inspectie beschikt over aanwijzingen over een gebrekkige samenwerking indien meerdere werkgevers betrokken zijn; - in complexe omstandigheden: een omstandigheid is complex wanneer één of meer oorzaken of gevolgen van het ernstig arbeidsongeval zich situeren buiten de verhoudingen tussen de werkgever(s) en hun eventuele werknemers; - in geval van bijzonder ernstige arbeidsongevallen; - bij onwettige toestanden waarin een preventiedienst ontbreekt. KB Uitvoering ernstige arbeidsongevallen, art. 3bis
Wie? Als deskundigen treden personen op die, de nodige opleiding hebben (aanvullende vorming niveau I) en na kandidaatstelling, door de administratie op een lijst zijn opgenomen. KB Uitvoering ernstige arbeidsongevallen, art. 3 Het honorarium van de deskundige is vastgelegd. Het is de arbeidsongevallenverzekeraar die dit honorarium vergoedt. De verzekeraar kan de vergoeding echter verhalen op de werkgever. Wet welzijn, art. 94quinquies, sexies
Verplichtingen De deskundige voert het onderzoek uit en stelt het verslag op. Hij bezorgt dit aan de bevoegde arbeidsinspectie en ook aan de betrokken personen: de werkgever (eventueel ook het uitzendkantoor, de bouwdirectie, ...) en de verzekeraar arbeidsongevallen. De werkgever(s) zijn verplicht om samen te werken met de deskundige. De aanbevelingen die de deskundige doet in zijn verslag, zullen normaal gezien door de bevoegde arbeidsinspectie worden opgelegd aan het bedrijf in kwestie.
Inhoud van het verslag De deskundige stelt het verslag op volgens het model en volgens de instructies van het lastenboek. Hij bezorgt het verslag binnen de 30 kalenderdagen na de aanvaarding van de opdracht. Het verslag omvat 14 rubrieken. MB Model deskundigenverslag
2.2.5 Onmiddellijk melden van zeer ernstige arbeidsongevallen Bij een zeer ernstig arbeidsongeval moet er bovendien onmiddellijk een melding gedaan worden bij de bevoegde arbeidsinspectie.
2.2.5.1
Wat?
Voor elk zeer ernstig arbeidsongeval (zie punt 2.1.4 definitie van een zeer ernstig arbeidsongeval) is een onmiddellijke melding bij de bevoegde inspectie vereist.
2.2.5.2
Wie?
De verplichting voor onmiddellijke melding berust bij de werkgever van het slachtoffer. Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
17
2.2.5.3
Hoe?
De kennisgeving gebeurt aan de hand van een technologisch geschikt middel met vermelding van: - de naam en het adres van de werkgever; - de naam van het slachtoffer; - de datum en de plaats van het ongeval; - de vermoedelijke gevolgen van het ongeval; - een korte beschrijving van de omstandigheden.
18
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
3 Bijkomende informatie Wie meer wil weten over dit onderwerp, vindt in onderstaande referenties verwijzingen naar artikelen die verschillende aspecten van de problematiek belichten. Het lijstje met websites biedt een overzicht van sites waar u terecht kan voor praktische ondersteuning.
3.1
Literatuurreferenties
- Wetgeving in de praktijk, Aangifte van arbeidsongevallen, Prevent - Aangifte van arbeidsongevallen: nieuw KB, PreventActua, nr. 7, 2005 - Aanpassingen regelgeving lichte ongevallen, PreventActua, nr. 8, 2014 - Arbeidsongevallen en psychosociale risico’s, PreventActua, nr. 16, 2014
3.2
Interessante websites
Op de website van de Federale Overheidsdienst voor Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg kan volgende praktische info teruggevonden worden i.v.m. het melden en registreren van arbeidsongevallen: - formulieren voor ernstige arbeidsongevallen: procedure bij een ernstig arbeidsongeval kandidaatstelling als deskundige voor het onderzoeken van ernstige arbeidsongevallen http://www.werk.belgie.be/moduleTab.aspx?id=556&idM=176#AutoAncher4 - model jaarverslag interne dienst voor preventie en bescherming op het werk http://www.werk.belgie.be/Jaarverslag_Interne_dienst_voor_preventie_en_bescherming_op_het_werk.aspx - adressen van de bevoegde inspecties http://www.werk.belgie.be/defaultTab.aspx?id=6550
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen
19
Focus op de melding en de registratie van arbeidsongevallen is een gezamenlijke uitgave van
en
Kolonel Begaultlaan 1A/51, B-3012 Leuven T +32 16 910 910 • F +32 16 910 901 www.prevent.be • E
[email protected] Industrielaan 5, B-8501 Heule T +32 56 36 32 00 • F +32 56 35 60 96 www.innipublishers.com • E
[email protected]
© Copyright Prevent -