FINANCIERING CENTRALE STERILISATIE

FINANCIERING CENTRALE STERILISATIE Studiedag VSZ 25-11-14

Elke Panis Financieel directeur Ziekenhuis Oost-Limburg 1

FINANCIERING?

Inkomsten? 1) Om welke kosten te dekken? 2) Verschil tussen diensten?

2

FINANCIERING?


3

WELKE KOSTEN?

- Investeringen

4

Investeringen - Onroerend: gebouwen: funderingen, ruwbouw, dakwerk, installatie electriciteit, water, gas, verwarming, sanitair, liften, modulair opbergsysteem, koelingen, … - Groot onderhoud (en grote herstelllingswerken): belangrijke, al dan niet periodieke herstellingen aan daken, buitenmuren, ramen, verwarming, vloerbekleding, schilderwerken aan gebouwen, … - Medische investeringen: materiaal en medische apparatuur: sterilisatoren, desinfectietoestellen, wasmachine, draadmanden, autoclaven, … - Niet-medische investeringen: keukenuitrusting, kantoormeubilair, informatica, tafels, stoelen, … - Rollend materieel: wagens, … 5

Afschrijftermijnen: = spreiding van de kosten in de tijd -

Onroerend (gebouwen, terreinen): 33 jaar (3%) Groot onderhoud en herstellingswerken: 10 jaar (10%) Eerste inrichting: 3 jaar (33%) Medische uitrusting: 5 jaar (20%) Niet-medische uitrusting: 10 jaar (10%) uitz= informatica: 5 jaar (20%) - Rollend materieel: 5 jaar (20%) - Financiële lasten: termijnen moeten samenhangen met de goed te keuren investeringen

6

WELKE KOSTEN?

- Investeringen

- Exploitatie - Personeel - materialen

7

FINANCIERING?


8

Diensten in een ziekenhuis

Gemeenschappelijke diensten (Onderhoud/ voeding/ admin./ …)

‘hulp’ diensten

Verpleegafdelingen/ IZ

CSA

Niet chirurg. dagzh Conventies

Raadplegingen/ Medischtechnische diensten

Apotheek

beddenlaken

9

10



Versleuteling (m², VTE, …)

‘hulp’ diensten

CSA




Apotheek

11

SLEUTEL VOOR STERILISATIE

Te bepalen door het ziekenhuis

12

SLEUTEL VOOR STERILISATIE

Hoe? Bvb: - Sterilisatietijd per instrument? - Aantal instrumenten in een set? - Voorbereidingstijd? - Hoe gebeurt reiniging? - Verpakking?

13



‘hulp’ diensten


CSA

Sleutel !!!

CSA



Apotheek

CSA

14



‘hulp’ diensten


CSA


CSA BFM (budget financiële middelen)


Apotheek

CSA forfaits conven ties

Kostenregeling

BFM GM SYNT 15

1. BUDGET FINANCIËLE MIDDELEN

16

Budget financiële middelen (BFM) ONDERDEEL A A1 – investeringslasten A2 – korte termijn kredietlasten A3 – investeringslasten medisch technische diensten ONDERDEEL B B1 – kosten gemeenschappelijke diensten B2 – kosten klinische diensten B3 – werkingskosten medisch technische diensten B4 – diverse kosten (projecten) B5 – werkingskosten apotheek B6 – kosten aanvullende voordelen personeel ereloondiensten B7 – kosten universitaire ziekenhuizen B8 – kosten mbt sociaal-economisch zwak patiëntenprofiel B9 – kosten sociaal akkoord ONDERDEEL C C1 – aanloopkosten C2 – inhaalbedragen C3 – vermindering wegens supplementen kamers

17

WELKE KOSTEN?

- Investeringen


18

Budget financiële middelen (BFM) ONDERDEEL A

A1 – investeringslasten A2 – korte termijn kredietlasten A3 – investeringslasten medisch technische diensten ONDERDEEL B B1 – kosten gemeenschappelijke diensten B2 – kosten klinische diensten B3 – werkingskosten medisch technische diensten B4 – diverse kosten (projecten) B5 – werkingskosten apotheek B6 – kosten aanvullende voordelen personeel ereloondiensten B7 – kosten universitaire ziekenhuizen B8 – kosten mbt sociaal-economisch zwak patiëntenprofiel B9 – kosten sociaal akkoord ONDERDEEL C C1 – aanloopkosten C2 – inhaalbedragen C3 – vermindering wegens supplementen kamers

19

A1 – investeringslasten

 Financiering obv reële lasten Of  Financiering obv forfait

20


 Financiering obv reële lasten

* onroerend * groot onderhoud * financiële lasten

21


 Financiering obv forfait * Medische uitrusting * Niet-medische uitrusting * Rollend materieel * Herconditionering 22


Overdracht van de Federale Overheid naar de Vlaamse Overheid (in het kader van de 6de staatshervorming) blijven volgens de bestaande federale regelgeving: - investeringen tem 31-1-15 (in gebruik + factuur) - dossiers op de bouwkalender (VIPA) - herconditionering gestart voor 31-12-15 Nieuwe financieringsregels ????

23

WELKE KOSTEN?

- Investeringen


24

Budget financiële middelen (= BFM) ONDERDEEL A A1 – investeringslasten A2 – korte termijn kredietlasten A3 – investeringslasten medisch technische diensten ONDERDEEL B B1 – kosten gemeenschappelijke diensten

B2 – kosten klinische diensten B3 – werkingskosten medisch technische diensten B4 – diverse kosten (projecten) B5 – werkingskosten apotheek B6 – kosten aanvullende voordelen personeel ereloondiensten B7 – kosten universitaire ziekenhuizen B8 – kosten mbt sociaal-economisch zwak patiëntenprofiel B9 – kosten sociaal akkoord ONDERDEEL C C1 – aanloopkosten C2 – inhaalbedragen C3 – vermindering wegens supplementen kamers

!

25

B2 – kosten klinische diensten

B2 = punten systeem

Omgezet in bedragen (obv waarde per punt)

26

B2 – kosten klinische diensten B2

Verpleegafdelingen – NIC MIC Verloskwartier

Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen

Medische Produkten 10,22 %

Aanvullende financiering

Sterilisatie Afdelingen C/D/E

Bedden Intensief karakter 27



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen







Basisfinanciering

Operatiekwartier



Verantwoorde bedden

Afdelingen C/D/E

Spoedgevallen

Sterilisatie Bedden Intensief karakter 29

B2 – kosten klinische diensten

Elk ziekenhuis: MZG – registratie 1) klinische gegevens = MG/MZG (MKG) verantwoorde bedden 2) verpleegkundige gegevens = VG/MZG (MVG)

3) administratieve gegevens (personeel, bedden, …)

30

Verantwoorde bedden Basisfinanciering van een verpleegafdeling = financiële vertaling van de minimale verpleegkundige normen afdeling met 30 bedden  12 + 1 VTE

Voor volgende kenletters: C = chirurgie D = inwendige E = pediatrie G = geriatrie M = materniteit (+MIC (maternele intensieve zorgen)) NIC = neonatale intensieve zorgen 31

Dienst

Norm Per aantal verantwoorde Punten per verantwoord en /erkende bedden bed

C, D

12

30 bedden

1

E

13

30 bedden

1

M

14

24 bedden

1,46

MIC

1,5

Per bed

3,75

NIC

2,5

Per bed

6,25

G

12

24 bedden

1,36

G param 1,33

24 bedden

A

16

30 bedden

1,33

Int. Zorgen fctie

2

Per bed voor 2% van de verantwoorde C, D, E bedden

5 (4+1)

Spoed

6

Dir. 1 nursing

Per ziekenhuis

Midden- 1 kader

Per 150 bedden

32

Verantwoorde bedden

Per verblijf: MG/MZG: •Pathologie (DRG) •Ernst (SI) •Leeftijd (LFT) Verantwoorde bedden =

Gemiddelde nationale ligduur per verblijf

=

Verantwoorde ligduur

Som van alle verantwoorde ligduren

verantwoorde dagen (norm. bezettingsgraad * 365) E, M = 70% C, D = 80% G = 90% A = 80% (erkende bedden) NIC = 75% (erkende bedden)

Verantwoorde bedden

33

Verantwoorde bedden

Per verblijf: MG/MZG: •Pathologie (DRG) •Ernst (SI) •Leeftijd (LFT) Verantwoorde bedden =

Gemiddelde nationale ligduur per verblijf

=

Verantwoorde ligduur

Som van alle verantwoorde ligduren

verantwoorde dagen (norm. bezettingsgraad * 365) E, M = 70% C, D = 80% G = 90% A = 80% (erkende bedden) NIC = 75% (erkende bedden)

Verantwoorde bedden

34

Verantwoorde activiteit: een voorbeeld

trepanatie van een tumor (ingreep van neurochirurgie) DRG = 021 – craniotomie behalve na trauma Patiënt < 75 jaar Vergelijking verantwoorde duur (VD) en reële duur (RD): VD

RD

Ernst 1

10

6

Ernst 2

14

11

Ernst 3

23

14

Ernst 4

54

50

Verschil reële en verantwoorde ligduur = resultaat voor het ziekenhuis (+ of – aan verantwoorde activiteit)

35



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen





B2 – kosten klinische diensten Aanvullende financiering – intensief karakter

Financiering spreekt NIET over intensieve bedden maar over BEDDEN MET INTENSIEF KARAKTER!

37

B2 – kosten klinische diensten Aanvullende financiering – intensief karakter Aanvullende financiering – bedden intensief karakter 1) nomenclatuurgegevens reanimatieverstrekkingen

20%

2) verpleegkundige gegevens = VG/MZG (MVG) ZIP-ZAP zone + NRG

40%

3) klinische gegevens = MG/MZG (MKG) Nperciz

40%

38

B2 – kosten klinische diensten Aanvullende financiering – intensief karakter Decielindeling bijkomende punten per verantwoord bed Deciel

Intensief karakter

1

0.08

7 hoog

0.17

2

0.08

8 laag

0.20

3

0.08

8 hoog

0.21

4

0.08

9 laag

0.24

5

0.10

9 hoog

0.28

6

0.13

10 laag

0.33

7 laag

0.15

10 hoog

0.41 39



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen





B2 – kosten klinische diensten Medische produkten verpleegeenheden

Toekenning van punten per verantwoord bed.

Mogelijke verhoging van de punten  decielindeling

41

B2 – kosten klinische diensten Medische produkten verpleegeenheden kenletter Punten

Toekenning van punten per bed.

A

0.18

C

1.00

D

1.03

E

1.19

G

0.63

M

1.91

K

0.04

INT.KAR. 11.33 NIC

8.11

H

0.09 42

B2 – kosten klinische diensten Medische produkten verpleegeenheden deciel

Punten

1

0.80

2

1.10

3

1.40

4

1.70

Hiervoor worden de ziekenhuizen ingedeeld in decielen. Per deciel worden de toegekende punten vermenigvuldigd met een factor.

5

2.00

6

2.30

Het aantal punten worden aangepast i.f.v. het nationaal beschikbare budget.

7

2.60

8

2.90

9

3.20

10

3.50

Een bijkomend aantal punten wordt toegekend ifv de waarde per bezet bed, van de geneeskundige verstrekkingen berekend vlg de nomenclatuur, m.u.v. verstrekkingen klinische biologie, radiologie, fysiotherapie en de forfaitaire honoraria.

43



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen





B2 – kosten klinische diensten operatiekwartier Zowel voor personeel als voor materialen in het operatiekwartier onderfinanciering!

45

B2 – kosten klinische diensten operatiekwartier Basis = via standaardtijden: lijst van ingrepen, waarbij aan elke ingreep x aantal minuten wordt toegekend Standaardtijden worden verhoogd voor de tijd voor voorbereiding en opruiming duur < 210 min duur 210 – 269 min duur >= 270 min

+ 33% + 25% + 20%

Deze standaardtijd gaat uit van 1 verpleegkundige in de zaal.

46

B2 – kosten klinische diensten operatiekwartier VOORBEELD ingreep x met standaardtijd van 360 minuten: betekent dat er financiering voorzien is voor de duur van 360 minuten met 1 verpleegkundige in de operatiezaal.  bij inzet van 3 verpleegkundigen per zaal in plaats van 1 mag operatie (360/60)/3 = 2 u duren  opmerking: deze financiering dient ook omslagkosten te dekken (recovery, sas, logistiek, …)

Totale knieprothese: ncl = 290286  270 min + 20% voorbereiding + opruiming = totaal van 324 min Dilatatie aorta: ncl = 589061  175 min + 33% voorbereiding + opruiming = totaal van 233 min

47

B2 – kosten klinische diensten operatiekwartier 1. Basiszalen obv standaardtijden = 1e berekening Som van totale standaardtijden (incl voorbereiding) Bepaling van het aantal OK-zalen totale standaardtijden delen door (1.520 uren per FTE * 3 vpk) Verhoging obv 2 coëfficiënten: * C-dagen niet-ZIV * om binnen beschikbaar budget te blijven 2. Permanent beschikbare zalen = 2e berekening 3. Totale zalen omzetting in punten:

7,5 per basiszaal, 20 per permanent beschikbare zaal

4. Aantal punten = financiering personeel 5. financiering medische produkten = x% van de punten van personeel 48



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen





B2 – kosten klinische diensten spoedgevallen personeel: Oude financiering: Basisfinanciering obv het aantal verantwoorde bedden eventuele verhoging obv nomenclatuur (decielindeling) Nieuwe financiering: pro rata verdeling financiering tussen de ziekenhuizen obv het aantal punten units-spoedgevallen Graduele invoering nieuwe fiannciering:

50

B2 – kosten klinische diensten spoedgevallen Het geheel van de toegekende punten wordt aangepast met een coëfficiënt om binnen het budget te blijven. Volledig omzetgerelateerde nieuwe financiering medische produkten: 8,39% van de inkomsten voor personeel

51



Basisfinanciering

Operatiekwartier

Spoedgevallen





Budget financiële middelen (= BFM) ONDERDEEL A A1 – investeringslasten A2 – korte termijn kredietlasten A3 – investeringslasten medisch technische diensten ONDERDEEL B B1 – kosten gemeenschappelijke diensten B2 – kosten klinische diensten B3 – werkingskosten medisch technische diensten B4 – diverse kosten (projecten) B5 – werkingskosten apotheek B6 – kosten aanvullende voordelen personeel ereloondiensten B7 – kosten universitaire ziekenhuizen B8 – kosten mbt sociaal-economisch zwak patiëntenprofiel

B9 – kosten sociaal akkoord ONDERDEEL C C1 – aanloopkosten C2 – inhaalbedragen C3 – vermindering wegens supplementen kamers

53

B9 – sociaal akkoord

Op 01-01-2006 werd er een onderdeel B9 toegevoegd aan het budget financiële middelen. Dit onderdeel bevat de financiering van de maatregelen naar aanleiding van het sociaal akkoord dd 1-10-2005.

54

B9 – sociaal akkoord

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.

Einde loopbaan (45+) Attractiviteitspremie Verhoging vakantiegeld statutairen Interculturele bemiddeling Supplementair personeel OK Versterking nachtequipe Functiecomplement Mobiele equipe Bijkomende tewerkstelling openbare sector Ongemakkelijke prestaties complement openbare sector

55



‘hulp’ diensten


CSA

Sleutel !!!




Apotheek


Kostenregeling

BFM GM SYNT 56

2. DAGZIEKENHUIZEN – (INCL. ENDOSCOPIE)

57

Riziv conventies - dagziekenhuisforfaits

Niet elke ziekenhuisopname vereist een overnachting -> dagziekenhuis -> wordt anders verrekend dan het ziekenhuisverblijf

58

Riziv conventies - dagziekenhuisforfaits

Nationale overeenkomst tussen de verpleeginrichtingen en de verzekeringsinstellingen

59

Nationale overeenkomst tussen de verpleeginrichtingen en de verzekeringsinstellingen Forfaits: maxiforfait, dagziekenhuisforfait, forfait chronische pijn, forfait manipulatie poortkatheter - Geen ziekenhuisverblijf met overnachting - Niet in een wachtkamer of poliklinische raadpleegruimte

60

Nationale overeenkomst tussen de verpleeginrichtingen en de verzekeringsinstellingen

Maxiforfait 1) bij een verstrekking uitgevoerd onder algemene anesthesie, onder toezicht van een geneesheer-specialist voor anesthesie-reanimatie; 2) 2) bij de toediening van medicatie van de vergoedingscategorie A geregistreerd onder de hierna vermelde ATC-codes, indien het gebruik van een intravasculair infuus of een intracavitaire of intravesicale instillatie noodzakelijk is: L01, V03AF, L03AX03 3) bij de toediening van medicatie die geregistreerd is onder de bij b) vermelde ATC-codes maar waarvoor nog geen vergoeding werd vastgelegd, indien het gebruik van een intravasculair infuus of een intracavitaire of intravesicale instillatie noodzakelijk is en aan de volgende cumulatieve voorwaarden is voldaan: - het therapeutisch nut voor de geregistreerde indicatie is bewezen; - de medicatie wordt toegediend buiten een klinische trial.

61

Nationale overeenkomst tussen de verpleeginrichtingen en de verzekeringsinstellingen Dagziekenhuisforfait a) b) c) d) e) f) g)

Forfait 1 Forfait 2 Forfait 3 Forfait 4 Forfait 5 Forfait 6 Forfait 7

op basis van nomenclatuurnummers

62

Nationale overeenkomst tussen de verpleeginrichtingen en de verzekeringsinstellingen Gipsforfait Hemodialyse Forfait behandeling chronische pijn a)Forfait 1 b)Forfait 2

op basis van nomenclatuurnummers

c)Forfait 3 63

Conventies

-Zuurstoftherapie -Revalidatie diabetes -Revalidatie -Voetkliniek -Geheugen …

64

Financiering voor sterilisatie?

Forfaits = forfaitair bedrag  niet bepaald welk deel bestemd is voor sterilisatie  maxi forfait = historisch bepaald op waarde B2 BFM  Afspraken te maken binnen het ziekenhuis

65

Endoscopie

Afspraken te maken binnen elk ziekenhuis wie de kosten (inclusief sterilisatie) draagt. Voor wie zijn de inkomsten vanuit de forfaits?

66

Endoscopie Enkele voorbeelden : Forfait groep 2: - Ncl 473174 volledige colonoscopie - Ncl 473211 volledige resectie met diathermische lus van 1 of meer poliepen van het colon nav een colonoscopie - Ncl 473432 ileoscopie

67



‘hulp’ diensten


CSA

Sleutel !!!




Apotheek


Kostenregeling

BFM GM SYNT 68

3. HONORARIA – AFSPRAKEN MET DE ARTSEN 69

Geldelijk statuut van de ziekenhuisgeneesheer Vergoedingsstelsels: keuze tussen aantal vergoedingsstelsels Procentueel systeem Reële kostenverrekening Combinaties

70

Geldelijk statuut van de ziekenhuisgeneesheer Procentueel systeem Afdracht van x% van de bruto-honoraria Het ziekenhuis staat in voor het dekken van alle kosten (inclusief sterilisatie)

71

Geldelijk statuut van de ziekenhuisgeneesheer Reële kostenverrekening Arts betaalt de reële kosten Groot belang van de sleutel voor de verdeling van de kosten van sterilisatie

72

KNELPUNTEN

73

BUDGET FINANCIËLE MIDDELEN Gesloten budget : Stijging van activiteit betekent daardoor niet rechtstreeks extra middelen Algemene onderfinanciering in het BFM Financiering operatiekwartier Van B2 naar B5?

74

VERSLEUTELING KOSTEN Wat is een rechtvaardige sleutel?

75

Bedankt voor jullie aandacht

Elke Panis [email protected] 76

FINANCIERING CENTRALE STERILISATIE

Recommend Documents