Gynaecologie Obstetrie STERILISATIE VAN DE VROUW INLEIDING U overweegt geen kinderen (meer) te krijgen, en u te laten steriliseren. Zowel mannen als vrouwen kunnen zich laten steriliseren. In deze brochure wordt uitleg gegeven over verschillende aspecten van sterilisatie bij de vrouw. Een aantal zaken heeft uw arts reeds met u besproken. Tijdens het bezoek aan de polikliniek is het echter niet altijd mogelijk om alles te bespreken. Met deze brochure kunt u thuis op uw gemak een en ander nog eens rustig in u opnemen. Zijn er daarna nog vragen, dan is het verstandig om deze vóór de sterilisatie met uw arts te bespreken. STERILISATIE Sterilisatie is een vorm van geboorteregeling. Bij deze ingreep worden de eileiders afgesloten waardoor u definitief onvruchtbaar wordt. De zaadcellen kunnen de eicel niet meer bereiken en de eicel kan zich niet meer naar de baarmoeder toe bewegen. Zo wordt voorkomen dat er een zwangerschap ontstaat. De eicel kan niet langs de afsluiting, maar sterft af en wordt door het lichaam afgebroken. Bij sterilisatie gaat de hormoonproductie van de eierstokken gewoon door. Dit betekent dat de ingreep geen invloed heeft op de maandelijkse eisprong, de menstruatie of de borsten. De sterilisatie wordt uitgevoerd door de vrouwenarts (gynaecoloog). Eisprong Bij een vrouw in de vruchtbare leeftijd die geen pil gebruikt, maken de eierstokken regelmatig eicellen. Ongeveer twee weken voor elke menstruatie wordt er door één van de eierstokken een eicel afgegeven die via de eileider op weg gaat naar de baarmoeder. Dit heet eisprong (ovulatie). Als er geen bevruchting plaats vindt, sterft de eicel af. Twee weken na de eisprong komt dan de menstruatie. Bevruchting Als er bij het vrijen sperma in de vagina komt, zwemmen de zaadcellen de baarmoeder binnen en omhoog naar de eileiders. Hier blijven de zaadcellen hoogstens twee dagen leven. Wanneer de eicel in de eileider zaadcellen tegenkomt, kan er een bevruchting plaats vinden. Als er een bevruchting heeft plaatsgevonden, nestelt deze eicel zich in de wand van de baarmoeder en groeit verder. De menstruatie blijft weg: de vrouw is zwanger. VOORBEREIDING Het is van belang dat u op het moment van sterilisatie niet zwanger bent. Dat betekent dat u de anticonceptie die u nu gebruikt, moet blijven gebruiken tot na de sterilisatie. Een spiraaltje kan tijdens de sterilisatie verwijderd worden, maar dat is wel afhankelijk van het moment van de cyclus. Indien u geen anticonceptie toepast, dient u er zelf voor te zorgen dat u niet zwanger bent op het moment van sterilisatie. Dit kan bijvoorbeeld door het gebruik van condooms tot aan het moment van sterilisatie.
29-06-2010
VORM VAN STERILISATIE In deze folder bespreken we twee mogelijkheden: De sterilisatie: met behulp van een laparoscoop, via een sneetje in of bij de navel via een buikoperatie STERILISATIE MET BEHULP VAN DE LAPAROSCOOP Een laparoscoop is een smal buisje waarmee men in de buik kan kijken en opereren. Via een sneetje van één centimeter in of bij de navel wordt het buisje naar binnen geschoven. Hierna wordt gas in de buik geblazen. Daardoor ontstaat meer ruimte in de buik, zodat de arts de ingreep kan uitvoeren. Via een tweede sneetje vlak boven het schaamhaar wordt een instrument ingebracht, waarmee de eileiders worden dichtgemaakt. De eileiders kunnen op twee manieren worden afgesloten: door ze dicht te branden (coagulatie) of door het plaatsen van klemmetjes of ringetjes. Tussen deze methoden bestaat weinig verschillen en ze zijn allen even effectief. De arts die de sterilisatie uitvoert, overlegt met u welke methode wordt toegepast. Indien u eventueel later de sterilisatie ongedaan wilt laten maken, dan is de kans op een goed herstel het grootst bij het gebruik van een ringetje of een klemmetje. Na de ingreep laat de arts het gas in de buik weer zo veel mogelijk ontsnappen en trekt hij het buisje terug. Het litteken is na enige tijd nauwelijks meer te zien. De ingreep duurt ongeveer 20 minuten. In het Vlietland Ziekenhuis wordt deze vorm van sterilisatie in dagbehandeling verricht. Dit betekent dat u slechts enkele uren in het ziekenhuis hoeft te blijven en dezelfde dag weer naar huis kunt. De ingreep vindt plaats onder algehele verdoving of narcose. Meer hierover kunt u lezen in onze brochure "Operatie en verdoving". BUIKOPERATIE Niet altijd is de afgesproken methode uitvoerbaar. De sterilisatie kan ook via een buikoperatie worden uitgevoerd, bijvoorbeeld wanneer tevens een keizersnede wordt verricht. In deze situatie worden de eileiders afgebonden of er wordt een klemmetje geplaatst. Soms is een buikoperatie ook nodig als er ernstige verklevingen in de buik zijn door bijvoorbeeld eerdere buikoperaties of na ernstige eileiderontstekingen. De eileiders zijn dan bij een kijkoperatie niet goed te zien. Dan is een buikoperatie de enige andere manier om de sterilisatie uit te voeren. Bij een buikoperatie krijgt u echter een groter litteken en is ziekenhuisopname noodzakelijk. Omdat u tijdens de operatie slaapt is het niet mogelijk om met u te overleggen. Daarom geldt ook hier dat, indien u bezwaren hebt tegen een buikoperatie, u dit vooraf duidelijk vertelt aan uw arts. COMPLICATIES Bij elke operatieve ingreep bestaat er een risico op complicaties. Een complicatie kan zijn dat de darm of blaas beschadigd wordt of dat er bloedingen of infecties optreden. Dit risico is klein en bedraagt ongeveer 1 op de 1000 laparoscopieën. WEER THUIS Op de dag van de laparoscopische sterilisatie bent u als gevolg van de narcose niet echt fit en moet u niet gaan werken, iemand moet u naar huis brengen.
29-06-2010
De volgende dagen verlopen meestal zonder problemen, maar u kunt wat schouderpijn hebben. Dat wordt veroorzaakt door een beetje koolzuurgas dat in uw buik is achtergebleven. Dit prikkelt het middenrif, waardoor pijn bij de schouderbladen kan ontstaan. Het koolzuurgas wordt vrij snel via het bloed naar de longen getransporteerd en verlaat daar het lichaam. Bij gebruik van ringetjes kunt u een paar dagen een onprettig gevoel en pijn in de onderbuik hebben. Soms wordt tijdens de operatie een soort tangetje op de baarmoedermond geplaatst; hierdoor kan gedurende enkele dagen wat vaginaal bloedverlies optreden. De wondjes in uw buik kunnen enkele dagen gevoelig zijn en genezen binnen zeven tot tien dagen. Bij het douchen moet u tot zeven dagen na de ingreep zoveel mogelijk proberen de wondjes droog te houden. Zonodig kunt u de wondjes droogdeppen en er een steriele pleister op doen. Geslachtsverkeer kunt u het beste één à twee weken na de ingreep uitstellen omdat u nog last kunt hebben van buikklachten. U hoeft geen voorbehoedsmiddelen meer te gebruiken. Gebruikt u de pil, slik deze dan door tot de strip op is (in verband met de menstruatie). Meestal lossen de hechtingen vanzelf op; als dat niet het geval is moet u de hechtingen laten verwijderen door uw huisarts. Als u een recept voor diclofenac meegekregen heeft, kunt u bij pijn of krampen een tablet innemen. Anders mag u paracetamol gebruiken. Bij het optreden van koorts, overmatig vloeien, braken of hevige buikpijn is het raadzaam om contact met uw huisarts op te nemen. BETROUWBAARHEID Sterilisatie bij de vrouw is betrouwbaar. Het komt tegenwoordig nog heel weinig voor dat de ingreep mislukt. Echter, geen enkele vorm van anticonceptie sluit zwangerschap voor 100% uit. Dit geldt ook voor sterilisatie. De kans op zwangerschap na een sterilisatie is echter zeer klein en varieert tussen 2 en 5 per 1000 sterilisaties. Zwangerschap kan optreden wanneer de eileider zich spontaan herstelt en weer doorgankelijk wordt. In zeldzame gevallen blijkt achteraf dat de sterilisatie niet goed is uitgevoerd. Bij een klein aantal vrouwen is het voor de arts heel moeilijk om de eileiders goed te zien en kunnen er twijfels ontstaan of de ingreep naar wens is verlopen. De arts zal dat na afloop van de ingreep uiteraard aan u vertellen. Na de laparoscopische sterilisatie bent u direct na de ingreep onvruchtbaar. Indien u de pil gebruikt, moet u de strip waarmee u bezig bent op het moment van sterilisatie, afmaken om te voorkomen dat u voortijdig menstrueert en uw cyclus onregelmatig wordt. Ook na een sterilisatie kan de menstruatie onregelmatig zijn of uitblijven. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn. Zwangerschap is er één van. Hoewel een sterilisatie een ingreep is met een heel grote kans op succes, blijft zwangerschap in zeldzame gevallen dus mogelijk. Daarom is het van belang dat u zich bij uitblijven van de menstruatie realiseert dat er een kleine kans is dat u zwanger bent. Het is dan verstandig bij uw gynaecoloog of huisarts een zwangerschapstest te laten uitvoeren. Geeft deze test inderdaad aan dat u zwanger bent, dan is het nodig dat u contact met uw arts opneemt. In een aantal gevallen is namelijk de zwangerschap niet in de baarmoeder maar in de eileider gelokaliseerd en dan moet tijdig worden ingegrepen. Als de arts die u dan bezoekt, niet zelf de sterilisatie verricht heeft, is het ook zinvol om de arts die u gesteriliseerd heeft op de hoogte te brengen van het feit dat toch een zwangerschap is opgetreden.
29-06-2010
Gevolgen Behalve dat u na een sterilisatie doorgaans niet meer zwanger kunt worden, zijn er geen blijvende veranderingen te verwachten. De hormoonspiegels veranderen niet en het onbevruchte eitje wordt door het lichaam opgenomen. Door een sterilisatie komt u niet eerder in de overgang. Als u vóór de sterilisatie de pil gebruikte en na de sterilisatie niet meer, moet u er wel rekening mee houden dat de menstruaties weer kunnen zijn zoals voor het pilgebruik en bij sommige vrouwen zelfs langduriger en heviger. In psychische en seksuele zin verandert er weinig. Vele vrouwen ervaren dat het seksueel contact veel spontaner is door de geruststelling dat zij beschermd zijn tegen zwangerschap. DEFINITIEF BESLUIT Wie laat het doen, de man of de vrouw? Wanneer men een gezin of relatie heeft, besluit men meestal in overleg tot sterilisatie. Als duidelijk is dat beide partners geen kinderen (meer) willen, moet men beslissen wie van beide zich zal laten steriliseren. Definitief In tegenstelling tot andere vormen van geboorteregeling zoals de pil of een spiraaltje, is een sterilisatie definitief. Voordat u besluit zich te laten steriliseren, moet u dus absoluut zeker weten dat u niet meer zwanger wilt worden. De beslissing tot sterilisatie moet zorgvuldig door u en uw partner genomen worden. Daarbij dient u zich te realiseren dat familieomstandigheden kunnen veranderen. Met andere woorden: als u twijfelt, doet u het dan niet. Alternatieven Indien u twijfelt kunt u ook beter een andere vorm van geboorteregeling kiezen: de (prik)pil, het spiraaltje, het diafragma of het condoom. De beslissing Een definitief besluit nemen is altijd moeilijk. Spreek daarom uw keuze voor sterilisatie van te voren goed door met mensen die u vertrouwt: uw partner, goede vrienden, en uw huisarts. Wie komt in aanmerking? Elke vrouw die zeker weet dat zij geen kinderen (meer) wil, kan zich laten steriliseren. Bij voorkeur vrouwen ouder dan 30 jaar. Kosten Het is verstandig dat u voor de ingreep contact opneemt met uw ziektekostenverzekeraar. De sterilisatie wordt tegenwoordig niet meer vergoed. VOOR- EN NADELEN Voordelen sterilisatie is erg betrouwbaar (maar niet 100%); u hoeft zich nauwelijks bezorgd te maken over de mogelijkheid van zwangerschap; u hoeft niet meer elke dag de pil in te nemen. Nadelen bij een laparoscopie moet u een korte narcose en een kleine operatie, die niet geheel zonder risico is, ondergaan; de ingreep moet als onherroepelijk worden beschouwd en kan niet gemakkelijk hersteld worden; de menstruatie kan heviger en pijnlijker zijn en de cyclus onregelmatiger in tegenstelling tot het menstruatiepatroon bij pilgebruik.
29-06-2010
Vragen We kunnen in deze brochure alleen de belangrijkste vragen beantwoorden. Misschien hebt u er niet genoeg aan. Hebt u nog vragen, dan kunt u de polikliniek gynaecologie bellen van 08.30-12.00 uur en 13.00 –16.30 uur. Telefoon 010 893 00 00. Afdeling dagopname telefoon 010 893 93 93. De medewerkers van het Vlietland Ziekenhuis doen hun best de behandeling en het verblijf zo goed mogelijk te laten verlopen. U kunt hieraan een bijdrage leveren door deze brochure door te lezen. In deze brochure staat informatie over de behandeling, de voorbereiding daarop en de nazorg. De adviezen die u hierbij aantreft proberen een voorspoedig verloop te bevorderen. Wanneer u zelf weet wat er precies gaat gebeuren kunt u zichzelf beter voorbereiden.
29-06-2010