Sterilisatie van de vrouw door de gynaecoloog
Albert Schweitzer ziekenhuis januari 2012 pavo 0412
Inleiding In deze folder vindt u informatie over de sterilisatie. U leest onder meer wat een sterilisatie inhoudt en hoe de operatie plaatsvindt. Verder geven we u een aantal richtlijnen en adviezen voor de nazorg. Uw gynaecoloog zal een aantal van de zaken die in deze folder staan ook met u bespreken.
Wat houdt een sterilisatie in? Sterilisatie is een vorm van geboorteregeling, waarbij de eileiders worden afgesloten door middel van een kleine operatie. Door de afsluiting van de eileiders kunnen zaadcellen de eicel die uit de eierstok afkomstig is, niet meer bereiken. De eicel kan niet meer naar de baarmoeder toe bewegen. Een zwangerschap wordt daardoor voorkomen.
Wanneer wordt tot een sterilisatie besloten? Als u er zeker van bent dat u geen kinderen (meer) wilt, dan kunt u besluiten tot een sterilisatie. De beslissing om een sterilisatie te laten uitvoeren, moet zorgvuldig door u en uw partner genomen worden. Sterilisatie is een definitieve vorm van anticonceptie. De ingreep is in principe onherroepelijk. Daarbij dient u zich te realiseren dat familieomstandigheden kunnen veranderen, maar dat een sterilisatie niet gemakkelijk ongedaan gemaakt kan worden. De reden om te besluiten tot sterilisatie is de keuze voor een definitieve vorm van geboorteregeling. Andere redenen zijn bijvoorbeeld bepaalde ziekten van de vrouw waarbij zwangerschap minder gewenst is. Als u nog twijfelt aan deze ingreep, bespreek dan met uw gynaecoloog of er voor u andere mogelijkheden zijn.
1 van 12
Welke manieren van sterilisatie zijn er? De sterilisatie kan vaak via een kijkoperatie (laparoscopie) op verschillende manieren worden uitgevoerd. De eileider kan worden dichtgebrand of worden afgeklemd met een klemmetje of ringetje. De gynaecoloog die de sterilisatie uitvoert, overlegt met u welke methode hij of zij toepast. Tussen deze methoden bestaan weinig verschillen en ze zijn even effectief. Mocht u later toch een hersteloperatie willen, dan is de kans op slagen het grootst bij het gebruik van ringetjes of klemmetjes. Verder in deze folder leest u daarover meer. Over de kijkoperatie leest u meer in de folder ‘Laparoscopie door de gynaecoloog’, deze folder is verkrijgbaar op de polikliniek en verpleegafdeling. De sterilisatie kan ook via een buikoperatie worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld als de sterilisatie tijdens een keizersnede wordt toegepast. Hierbij wordt de eileider meestal afgebonden, omdat vlak na een zwangerschap de eileiders te dik zijn om er een ringetje of clip op te plaatsen. Meer hierover leest u in de folder ‘Buikoperatie door de gynaecoloog’, deze folder is verkrijgbaar op de polikliniek en verpleegafdeling. Kan iedere methode toegepast worden? Niet iedere methode is altijd toepasbaar. Bij dikke eileiders kan er vaak geen ringetje of clip geplaatst worden, omdat de eileider dan niet goed wordt afgesloten. De gynaecoloog moet dan een andere methode gebruiken. Als u er bezwaar tegen heeft dat er in dit soort situaties een andere methode wordt toegepast dan met u is besproken, geeft u dit dan vooraf duidelijk aan bij uw gynaecoloog. Soms blijkt dat onmogelijk is om via een kijkoperatie de eileiders goed te zien. Dan kan de sterilisatie alleen via de buik worden gedaan. Als dat in uw situatie zo is, wordt u wakker gemaakt uit de narcose. U krijgt een nieuwe afspraak om op een andere dag de mogelijkheden verder te bespreken. Dit gebeurt op de polikliniek.
2 van 12
Als uw gynaecoloog vooraf al heeft ingeschat dat de kans hierop groot is, zal de gynaecoloog een buikoperatie al vooraf met u bespreken. Alleen in noodsituaties op de operatiekamer, als er bijvoorbeeld een bloeding optreedt tijdens de behandeling, zal de gynaecoloog vrijwel direct besluiten tot een buikoperatie.
De voor- en nadelen van een sterilisatie Het voordeel van een sterilisatie is de grote mate van betrouwbaarheid: u hoeft zich niet meer bezorgd te maken over een mogelijke zwangerschap. Het voordeel ten opzichte van de pil is, dat u deze niet meer hoeft in te nemen. Een spiraaltje is niet voor iedere vrouw geschikt en geeft soms klachten van onregelmatig bloedverlies of pijn. Deze treden na sterilisatie niet of nauwelijks op. Het nadeel van een sterilisatie is dat u een korte narcose en een kleine operatie moet ondergaan. De belasting hiervan is weliswaar klein, maar onvermijdelijk. Verder geldt dat u de ingreep als onherroepelijk moet zien. Een sterilisatie kan niet makkelijk worden hersteld.
Hoe vindt de sterilisatie plaats? Een sterilisatie wordt meestal door een laparoscopie uitgevoerd, ook wel kijkbuisoperatie genoemd. Hierbij wordt een klein sneetje (van ± 1 cm) onder de navel gemaakt. Door dit sneetje wordt eerst de buikholte gevuld met koolzuurgas om een goed zicht te krijgen op de eileiders en baarmoeder. Daarna wordt de kijkbuis in de buik gebracht. Een tweede sneetje wordt net boven het schaamhaar gemaakt. Hierdoor wordt het instrument ingebracht, waarmee de sterilisatie wordt uitgevoerd (zie afbeelding op de volgende pagina).
3 van 12
Afbeelding: via twee kleine sneetjes worden de instrumenten ingebracht waarmee de sterilisatie wordt uitgevoerd. De ingreep geschiedt meestal onder een korte algehele verdoving (narcose). Vaak wordt de ingreep in dagbehandeling uitgevoerd. Dit betekent dat u gedurende enkele uren in het ziekenhuis verblijft en dezelfde dag weer naar huis gaat.
Wie voert de sterilisatie uit? Op de polikliniek heeft u met de gynaecoloog al besproken wie de sterilisatie uitvoert. Om organisatorische redenen kan het soms voorkomen dat een andere gynaecoloog de sterilisatie uitvoert. Natuurlijk wordt de sterilisatie hierdoor niet anders uitgevoerd dan met u is besproken. Als u bezwaren heeft tegen behandeling door een andere gynaecoloog, laat u dit dan vooraf weten.
4 van 12
Voor de ingreep Pre-operatieve screening Een aantal weken voor de operatie krijgt u een pre-operatieve screening. De anesthesioloog onderzoekt dan of u de operatie lichamelijk aan kunt. U heeft een gesprek met de anesthesioloog en de intakeverpleegkundige. Gesprek met de anesthesioloog Bij een kijkoperatie krijgt u een algehele anesthesie (narcose). De anesthesioloog bespreekt met u de narcose en pijnbestrijding. Verder beoordeelt de anesthesioloog de uitslagen van de eventuele onderzoeken. Zo nodig wordt u doorverwezen naar een andere specialist. Als u medicijnen gebruikt, bespreekt de anesthesioloog met u welke medicijnen u op de dag van de operatie mag gebruiken. Gesprek met de intakeverpleegkundige De intakeverpleegkundige stelt u een aantal vragen over uw thuissituatie, uw medicijngebruik en uw medische voorgeschiedenis. De intakeverpleegkundige informeert u over het verblijf in het ziekenhuis. Anticonceptie tot aan de sterilisatie U mag op het moment van de sterilisatie niet zwanger zijn. Dat betekent dat u de anticonceptie die u nu gebruikt, moet blijven gebruiken tot na de sterilisatie. Gebruikt u de pil, dan moet u de strip opmaken. Een spiraaltje kan gemakkelijk tijdens de sterilisatie worden verwijderd. De dag voor de opname Bureau opname heeft met u de datum van de opname besproken. Zij vertellen u ook op welke afdeling u wordt verwacht. De dag voor de opname belt u naar deze afdeling. U hoort dan het tijdstip van de operatie en het tijdstip waarop u opgenomen wordt.
5 van 12
Nuchter zijn Voor deze operatie moet u nuchter zijn. De regels over nuchter zijn leest u in de folder “Anesthesie en pré-operatieve screening”.
De opname U meldt zich op de afgesproken tijd op de afdeling. Wilt u alle medicijnen die u gebruikt, in originele verpakking, meenemen naar het ziekenhuis? Breng ook nachtkleding, toiletartikelen en pantoffels of slippers mee. Op de dag van de operatie mag u geen bodylotion op uw buik of benen gebruiken. Kort voor de operatie moet u goed uitplassen en krijgt u een operatiejasje aan. Soms krijgt u een rustgevende tablet en een pijnstiller. De anesthesioloog heeft dit met u van tevoren besproken. De verpleegkundige vraagt u eventuele sieraden en piercings af/uit te doen. Ook make-up en nagellak moet u verwijderen. Als u kunstharsnagels draagt, hoeft u deze niet te verwijderen als ze blank gelakt zijn. Als de kunstharsnagels niet blank gelakt zijn, moet u thuis van elke hand één nagel verwijderen. De huid rondom het operatiegebied wordt onthaard. Vervolgens wordt u naar de operatiekamer gebracht.
De operatie Op de operatiekamer krijgt u een infuus, waarna u de narcose (of slaapmiddelen) toegediend krijgt. Zodra de narcose werkt, maakt de gynaecoloog een klein sneetje in of vlak onder uw navel. Nu wordt eerst via een dunne naald, circa twee tot drie liter gas in uw buikholte gebracht. Uw buik wordt hierdoor een beetje ‘opgeblazen’. Dit vergemakkelijkt het zicht waardoor de kans op verwonding van darmen of bloedvaten kleiner wordt.
6 van 12
De kijkbuis wordt door het sneetje in uw buikholte ingebracht. Vervolgens voert de gynaecoloog de sterilisatie uit op de manier zoals die met u besproken is, via een tweede sneetje in de onderbuik. Als de operatie is afgelopen, laat de gynaecoloog het gas via het sneetje of de naald ontsnappen. De kijkbuis wordt verwijderd en het sneetje (of de sneetjes) worden gehecht. Hierna wordt u naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer) gebracht.
Na de operatie U blijft in de uitslaapkamer tot u goed wakker bent. Daarna gaat u weer naar uw kamer op de verpleegafdeling. Uw bloeddruk en pols worden gemeten. Er wordt gelet op eventueel nabloeden van de wondjes. Wanneer u goed wakker bent en u voelt zich goed, dan mag u weer wat eten en drinken. Het infuus wordt dan ook verwijderd. Als u pijn heeft of misselijk bent, vertelt u dit dan aan de verpleegkundige. U krijgt dan medicijnen hiervoor. Als de arts bij u is langsgeweest kunt u over het algemeen dezelfde dag naar huis. Omdat u onder narcose of plaatselijke verdoving geopereerd bent, mag u de eerste 24 uur zelf geen voertuig besturen. We adviseren u om voor vervoer naar huis te zorgen.
De eerste tijd na de operatie U kunt zich de eerste dagen na de operatie minder fit voelen. Dit is meestal een bijwerking van de narcose, die vanzelf weer verdwijnt. De wondjes in uw buik kunnen enkele dagen gevoelig zijn en genezen binnen zeven tot tien dagen.
7 van 12
Schouderpijn Soms kan er schouderpijn ontstaan na de operatie. Dit wordt veroorzaakt door het gas dat tijdens de operatie in de buikholte is gebracht. Dat gas prikkelt het middenrif waardoor u schouderpijn krijgt. Het gas wordt geleidelijk opgenomen door uw lichaam, waarna de schouderpijn zal afnemen. Heeft u last van uw schouder ga dan een tijdje plat liggen. De pijn zal dan geleidelijk verdwijnen, maar kan terugkomen als u weer opstaat. De volgende dag zal de pijn grotendeels verdwenen zijn Buikpijn Na het gebruik van ringetjes is een onprettig gevoel in de onderbuik niet ongewoon. U kunt een paar dagen buikpijn hebben. Eventueel kunt u hiervoor maximaal drie maal daags twee tabletten van 500 mg paracetamol gebruiken. Bloedverlies Soms wordt tijdens de operatie een klemmetje op de baarmoedermond geplaatst. Dit kan gedurende enkele dagen wat vaginaal bloedverlies geven.
De kans op zwangerschap Geen enkele vorm van geboorteregeling heeft een kans van 100 % op succes. Dit geldt ook voor een sterilisatie. De kans op zwangerschap na een sterilisatie is erg klein en varieert tussen 2 en 5 per 1000 sterilisaties. Zwangerschap kan optreden doordat de eileider zich spontaan herstelt en weer doorgankelijk wordt. In zeldzame situaties blijkt achteraf dat de sterilisatie niet goed is uitgevoerd. In een klein aantal gevallen is het voor de gynaecoloog heel moeilijk om de eileiders goed te zien en kunnen er twijfels ontstaan of de ingreep succesvol is verlopen. In dat geval zal de gynaecoloog dat uiteraard na afloop van de ingreep aan u vertellen.
8 van 12
Hoewel een sterilisatie een ingreep is met een heel grote kans op succes, is zwangerschap na sterilisatie in zeldzame gevallen dus mogelijk. Daarom is het van belang dat u, bij het uitblijven van de menstruatie, zich realiseert dat er een kleine kans is dat u zwanger bent. Als u niet ongesteld wordt, is het verstandig een zwangerschapstest bij uw gynaecoloog of huisarts te laten doen. Als de test aangeeft dat u zwanger bent, maakt u een afspraak met uw gynaecoloog. Dit is nodig omdat de zwangerschap soms niet in de baarmoeder maar in de eileider is gelokaliseerd. Het is dan belangrijk dat de gynaecoloog op tijd kan ingrijpen. Het kan zijn dat de gynaecoloog die u dan bezoekt, niet dezelfde gynaecoloog is die de sterilisatie heeft gedaan. Het is dan zinvol om de gynaecoloog die de sterilisatie heeft gedaan wel te laten weten dat u ondanks de sterilisatie toch zwanger bent geworden.
Complicaties Bij elke operatieve ingreep bestaat de kans op complicaties. Complicaties kunnen zijn dat de darm of blaas beschadigd worden of dat er bloedingen of infecties optreden. Deze kans is klein en bedraagt ongeveer 1 per 1000 kijkbuisoperaties.
De mogelijkheden tot herstel van de sterilisatie Sterilisatie is in principe een definitieve ingreep, waarna geen zwangerschap meer mogelijk is. Voordat het besluit valt om u te laten steriliseren, moet u hier absoluut zeker van zijn.
9 van 12
Desondanks kunt u op een bepaald moment in uw leven spijt krijgen en wilt u de ingreep ongedaan laten maken. Dit vereist meestal een buikoperatie. De kans op zwangerschap na een hersteloperatie hangt af van de methode die is toegepast. Na het dichtbranden van de eileiders is, na herstel, de kans op zwangerschap rond de 50%. Als er ringen geplaatst zijn is de kans ongeveer 80%.
Leven na een sterilisatie Behalve dat u na een sterilisatie niet meer zwanger kunt worden, zijn er geen blijvende veranderingen te verwachten. De menstruaties gaan gewoon door en u komt niet eerder in de overgang. Echter als u tevoren de pil gebruikte of een spiraaltje waarbij de menstruaties gereguleerd werden, zult u mogelijk een andere menstruele cyclus krijgen, die mogelijk onregelmatiger of heftiger verloopt. Ook in psychische of sexuele zin verandert er weinig. Veel vrouwen ervaren het sexueel contact veel spontaner door de geruststelling dat een zwangerschap niet meer mogelijk is. Richtlijnen en adviezen voor na de sterilisatie Als u de pil gebruikt is het verstandig de strip af te maken. Zo voorkomt u onregelmatige bloedingen. Er zit meestal een (hecht)pleister op de wondjes. U mag de dag na de operatie weer douchen. De verpleegkundige vertelt u hoe u de wondjes moet verzorgen. De wondjes genezen meestal binnen een week. Als u een hechting heeft lost die vanzelf op. Als dat niet het geval is moet u de hechting na één week laten verwijderen door uw huisarts of op de polikliniek. Geslachtsverkeer kunt u het beste tot één à twee weken na de ingreep uitstellen omdat u nog last kunt hebben van lichte buikklachten.
10 van 12
Als u zich goed voelt, kunt u na een week uw normale werkzaamheden weer hervatten. De gynaecoloog bepaalt of u voor controle op de polikliniek terug moet komen. Als dit nodig is, krijgt u een afspraak mee.
Een arts waarschuwen Als u last krijgt van onderstaande klachten, raden wij u aan een arts te waarschuwen: Toenemende pijn Koorts boven de 38˚c, rectaal gemeten Roodheid en zwelling van de wondjes Vochtverlies uit de wondjes Veel vaginaal bloedverlies Niet goed uit kunnen plassen of pijn bij het plassen Bij ongerustheid Tot zes weken na ontslag kunt u bij vragen en problemen contact opnemen met: Als u opgenomen bent geweest op locatie Dordwijk of locatie Sliedrecht - overdag: polikliniek Gynaecologie, tel. (078) 654 64 46 - ’s avonds en in het weekend: Behandelunit Gynaecologie, tel. (078) 652 34 05 Als u opgenomen bent geweest op locatie Zwijndrecht - overdag: polikliniek Gynaecologie, tel. (078) 65464 46 - ’s avonds of in het weekend: Afdeling A, tel. (078) 654 11 01 Zes weken na uw ontslag moet u bij vragen of ongerustheid contact opnemen met uw huisarts.
11 van 12
Tot slot Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, dan kunt u tijdens kantooruren bellen met de polikliniek Gynaecologie, tel. (078) 654 64 46 Buiten kantooruren kunt u bellen met (078) 652 34 05.
12 van 12