Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen en kinderdagverblijven; daarnaast is onder alle peuterspeelzalen en kinderdagverblijven waar met een VVE-programma wordt gewerkt, een wachtlijstonderzoek uitgevoerd. Over het wachtlijstonderzoek wordt in de bijlage gerapporteerd. De bijlage bevat verder een lijst met ‘gebruikte begrippen’, gegevens over de respons en een overzicht van het aantal peuterspeelzalen en kinderdagverblijven per deelgemeente. VVE-beleid Doel van de VVE-monitor is de deelname te volgen van het Voor- en Vroegschoolse Educatie beleid (VVE-beleid) in Rotterdam. Peuterspeelzalen en kinderdagverblijven voeren daartoe met subsidie van het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling (v/h JOS: dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving) erkende VVE-programma’s uit voor kinderen en hun ouders. Doel van het VVE-programma is dat kinderen zonder achterstand in de eerste groep van het basisonderwijs starten. VVE-programma De peuters op VVE-locaties nemen deel aan activiteiten die hen moeten stimuleren op het gebied van taal, rekenen, motoriek en de sociaal emotionele ontwikkeling. De ouders worden intensief bij de uitvoering van het programma betrokken. De voorschoolse educatie op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven wordt gedurende veertig weken 10 uur per week aangeboden. Daarnaast wordt op een aantal VVE-peuterspeelzalen een zogenoemde groep nul uitgevoerd. Groep nul verschilt in een aantal opzichten van een voorschool (een ‘gewone’ VVE-peuterspeelzaal). Groep nul is een samenwerking tussen de peuterspeelzaal en de basisschool en valt onder de pedagogische aansturing van de basisschool. Op die manier wordt de doorgaande leerlijn voor de overstap van groep nul naar de kleuters gegarandeerd. Er is verder een actief ouderprogramma. Peuters gaan bovendien 5 dagdelen per week (12,5 uur) naar een groep nul. Voor de groep staan twee leid(st)ers, waarvan er één hbogeschoold is. Gebruikte Bronnen Met de Oktobertelling 2012 zijn gegevens verkregen over de deelname van twee- en driejarigen aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven in Rotterdam. Hiervoor zijn alle instellingen in Rotterdam benaderd die een of meer peuterspeelzalen en/of kinderdagverblijven beheren. De respons bedraagt 76 procent (onder de VVE-locaties is de respons 100 procent). Verder is gebruik gemaakt van gegevens van JOS, GGD, Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRK), Publiekszaken Rotterdam, en Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). De deelname van kinderen aan gastouderopvang maakt geen deel uit van de VVE-monitor.
Resultaten Oktobertelling 2012 Aantal peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met VVE Sinds 2006 subsidieert JOS locaties die een voorschools educatieprogramma uitvoeren. Het aantal VVE-locaties is van 2006 tot en met 2010 jaarlijks toegenomen, van 157 in 2006 tot 283 in 2010. Bij de Oktobertelling van 2011 had Rotterdam 15 VVE-locaties minder, en bij de Oktobertelling van 2012 zijn er opnieuw 15 VVE-locaties minder. Rotterdam kende bij de laatste telling 253 VVE-locaties. Was de daling in 2011 vrijwel gelijk verdeeld over peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, in 2012 bleef in vergelijking met 2011 het aantal VVE-peuterspeelzalen gelijk (179), maar zat de daling geheel bij de VVE-kinderdagverblijven (van 89 naar 74). Voor alle cijfers: zie tabel 1. 1
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Bijlage 3 laat de verdeling van locaties per deelgemeente zien. Daarin is ook te zien dat op 81 locaties een of meer groepen nul worden uitgevoerd. Deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (met en zonder VVE) In tabel 2 is te zien dat in 2012 het aantal twee- en driejarigen dat naar een peuterspeelzaal gaat, even groot is als het aantal twee- en driejarigen dat naar een kinderdagverblijf gaat (bijna 6.300). Ten opzichte van 2011 is dat een forse verschuiving: toen gingen 6.000 tweeen driejarigen naar een peuterspeelzaal en bijna 6.800 naar een kinderdagverblijf. Deze verdringing komt voor rekening van de afname van het aantal VVE-kinderdagverblijven. De afname van het aantal VVE-kinderdagverblijven kan ook een verklaring zijn voor de wachtlijsten voor VVE-peuterspeelzalen (zie daarvoor de bijlage ‘Kerngegevens VVEwachtlijsten’).1 Per 1 oktober 2012 bezoeken naar schatting zo’n 6.600 driejarigen uit Rotterdam een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf in Rotterdam. Dat aantal is vrijwel gelijk aan dat van 2011. Het aantal tweejarigen dat een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf bezoekt komt lager uit, op ongeveer 5.900. Dat is ruim 200 peuters minder dan in 2011. Zie hiervoor de tabellen 3 en 4. Ongeveer 170 twee- en driejarigen (1,4 procent) zijn zowel geplaatst op een (VVE) peuterspeelzaal als een (VVE) kinderdagverblijf. Veruit het grootste deel daarvan (circa 100 kinderen) is geplaatst op een VVE-peuterspeelzaal én een VVE-kinderdagverblijf. Ongeveer 50 kinderen gaan naar een VVE-peuterspeelzaal én een regulier kinderdagverblijf. Bereik van peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (met en zonder VVE) Met de deelname van zo’n 6.600 driejarigen en 5.900 tweejarigen bereiken de peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (met en zonder VVE) naar schatting 85 procent van alle drie- en tweejarigen uit Rotterdam. Een jaar geleden was dat bereik iets hoger (88 procent). Driejarigen worden vaker bereikt dan tweejarigen: 91 om 79 procent. Het lagere bereik is te verklaren uit het feit dat er ten opzichte van een jaar geleden meer twee- en driejarigen in Rotterdam wonen en de deelname onder tweejarigen is afgenomen. Zie hiervoor tabel 5. Deelname peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met VVE Van alle twee- en driejarigen die naar peuterspeelzaal of kinderdagverblijf gaan, bezoekt 61 procent (7.700 kinderen) een VVE-locatie. Van alle driejarigen die naar peuterspeelzaal of kinderdagverblijf gaan, bezoekt 64 procent een locatie waar een voorschools educatieprogramma met subsidie van JOS wordt uitgevoerd (VVE-locatie). Dat aandeel is kleiner dan de afgelopen twee jaar (67 procent in 2011, 71 procent in 2010). Zie daarvoor tabel 3. Hetzelfde beeld zien we bij de tweejarigen, maar met lagere percentages: 58 procent van alle tweejarigen die naar peuterspeelzaal of kinderdagverblijf gaan, bezoekt een VVE-locatie. En ook dat aandeel is sinds 2010 gedaald. De cijfers voor tweejarigen staan in tabel 4. Bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met VVE De VVE-locaties bereiken 52 procent van alle drie- en tweejarigen in de bevolking. Dat is minder dan in 2011 (58 procent) en 2010 (61 procent). Het aantal VVE-locaties is sinds 2010 teruggelopen van 283 naar 253. Er worden in de bevolking relatief meer driejarigen dan tweejarigen bereikt door VVElocaties: 59 om 45 procent. Het bereik onder driejarigen in de bevolking is sinds 2010
1
Overigens is het aantal beschikbare plaatsen in de gastouderopvang in Rotterdam in 2012 te vergelijken met 2011 (ongeveer 3.660). Deze gegevens zijn verkregen via de GGD en afkomstig uit het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.
2
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie gedaald van 67 procent naar 59 procent nu. Het bereik onder tweejarigen in de bevolking ligt traditioneel lager; ook onder tweejarigen is het bereik sinds 2010 afgenomen, van 56 procent in 2010 tot 45 procent nu. Bijna 4.300 driejarigen en ongeveer 3.400 tweejarigen uit Rotterdam bezoeken in 2012 een VVE-locatie. Voor precieze cijfers over het bereik: tabel 5. Doelgroepkinderen Doelgroep van het VVE-beleid van de gemeente Rotterdam zijn peuters die ten minste een ouder hebben die in een niet-westers land is geboren, of een lage opleiding (conform de gewichtenregeling in het basisonderwijs) heeft. Naar schatting komt het totaal aantal driejarige doelgroepkinderen op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven uit op minimaal 3.550 en het totaal aantal tweejarigen op 3.000. We spreken hier van minimaal omdat uit de door de instellingen aangeleverde gegevens niet voor ieder kind is uit te maken of het tot de doelgroep behoort. Deelname doelgroeppeuters aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met VVE Van alle twee- en driejarige doelgroeppeuters die een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf bezoeken (naar schatting 6.500), bezoekt 81 procent een VVE-locatie. Dat percentage is vergelijkbaar met 2011. Van alle doelgroepdriejarigen op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (ongeveer 3.550) bezoekt 84 procent een VVE-locatie. Dat aandeel is licht gestegen ten opzichte van vorig jaar (82 procent). Onder doelgroeptweejarigen (ongeveer 3.000) bezoekt 78 procent een VVE-locatie, en dat aandeel is vergeleken met 2011 gelijk gebleven. De VVE-peuterspeelzalen bereiken 95 procent van alle doelgroepkinderen in peuterspeelzalen, VVE-kinderdagverblijven bereiken 50 procent van alle doelgroepkinderen in kinderdagverblijven. Voor de cijfers: tabellen 6, 7 en 8. Bereik doelgroep door peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met VVE Naar schatting kunnen zo’n 4.400 driejarigen en 4.600 tweejarigen in de bevolking tot de doelgroep van het VVE-beleid worden gerekend. Van alle doelgroepkinderen op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bezoeken ongeveer 3.000 driejarigen en 2.300 tweejarigen een VVE-locatie. Dat betekent dat VVE-locaties 67 procent van alle driejarige doelgroepkinderen in de bevolking bereiken, en 51 procent van alle tweejarigen. Vergeleken met 2011 betekent dit een kleine daling van het bereik onder driejarige doelgroepkinderen in de bevolking (69 procent in 2011), en een iets grotere daling onder de tweejarige doelgroepkinderen in de bevolking (58 procent in 2011). Zie tabel 9 voor de cijfers. Deelname groepen nul In tabel 10 staan gegevens over twee- en driejarigen die een VVE-peuterspeelzaal bezoeken waar een nulgroep wordt uitgevoerd. In Rotterdam wordt op 80 locaties een nulgroep uitgevoerd (zie bijlage 3); het gaat daarbij om 1.500 twee- en driejarigen. Tweederde daarvan woont in de deelgemeenten Delfshaven, Feijenoord en Charlois. 87 procent van de 1.500 twee- en driejarigen die een nulgroep bezoeken, behoort tot de doelgroep. Wachtlijstonderzoek De Oktobertelling kende in 2012 voor het eerst een wachtlijstonderzoek onder VVE-locaties. In de bijlage staan de kerngegevens van dat onderzoek. Het gaat daarbij vrijwel uitsluitend om VVE-peuterspeelzalen; VVE-kinderdagverblijven kennen nauwelijks wachtlijsten. Het gaat om ongeveer 700 twee- en driejarigen die op een wachtlijst staan voor een VVEpeuterspeelzaal.
3
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Respons Oktobertelling 2012 Van 296 van de 388 locaties zijn gegevens verkregen. Dat is 76 procent van alle locaties. De respons van VVEpeuterspeelzalen en VVE-kinderdagverblijven is 100 procent, die van reguliere peuterspeelzalen 59 procent en die van reguliere kinderdagverblijven 28 procent. De respons van VVE-locaties is hoog omdat zij door de subsidie de verplichting hebben gegevens aan te leveren voor de VVE-monitor. De respons onder de reguliere peuterspeelzalen en (met name) kinderdagverblijven is ‘traditioneel’ laag in vergelijking met de VVE-locaties. Belangrijkste redenen daarvoor zijn gebrek aan tijd en de kosten om de gevraagde gegevens uit de administratie te (laten) halen. In bijlage 2 staan de precieze aantallen. Betrouwbaarheid van de cijfers De cijfers in deze factsheet geven een goed beeld van de ontwikkelingen in de deelname van twee- en driejarigen aan (VVE-)peuterspeelzalen en (VVE-)kinderdagverblijven. Hierbij maken we de volgende kanttekeningen: van 296 locaties zijn deelnamegegevens bekend, waaronder alle VVE-locaties. Voor 92 locaties, alle regulier (en met name kinderdagverblijven), zijn de gegevens geschat. Doordat de kwaliteit van de aangeleverde gegevens steeds beter wordt, kan de VVE-doelgroep met het jaar nauwkeuriger worden bepaald. Maar ook hierbij gaat het uiteindelijk om een geschat aantal, omdat voor 92 locaties gecorrigeerd moet worden. De aantallen doelgroepkinderen op VVE-locaties zijn minimum aantallen, omdat voor een deel van de kinderen (ongeveer 3 procent) niet te bepalen is of ze tot de doelgroep behoren; de noodzakelijke gegevens worden of niet geregistreerd of niet door ouders gemeld. Ook de aantallen doelgroepkinderen in de bevolking zijn geschat; er bestaat geen gemeentelijke registratie met cijfers over aantallen doelgroepkinderen in de bevolking. De deelname van Rotterdamse kinderen is bepaald op basis van postcodegegevens die door de instellingen zijn aangeleverd (van 0,3 procent is de postcode onbekend).
4
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 1 Aantal VVE-locaties, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Locaties aantal locaties aantal VVE-locaties aantal reguliere locaties
2006 337 157 180
2007 340 199 141
2008 346 238 108
2009 367 246 121
2010 388 283 105
2011 400 268 132
2012 388 253 135
aantal peuterspeelzalen aantal VVE-peuterspeelzalen aantal reguliere peuterspeelzalen
200 131 69
200 158 42
202 182 20
204 185 19
203 187 16
193 179 14
196 179 17
aantal kinderdagverblijven aantal VVE-kinderdagverblijven aantal reguliere kinderdagverblijven
137 26 111
140 41 99
144 56 88
163 61 102
185 96 89
207 89 118
192 74 118
Locaties aantal locaties % VVE-locaties % reguliere locaties
2006 337 47% 53%
2007 340 59% 41%
2008 346 69% 31%
2009 367 67% 33%
2010 388 73% 27%
2011 400 67% 33%
2012 388 65% 35%
aantal peuterspeelzalen % VVE-peuterspeelzalen % reguliere peuterspeelzalen
200 66% 35%
200 79% 21%
202 90% 10%
204 91% 9%
203 92% 8%
193 93% 7%
196 91% 9%
aantal kinderdagverblijven % VVE-kinderdagverblijven % reguliere kinderdagverblijven
137 19% 81%
140 29% 71%
144 39% 61%
163 37% 63%
185 52% 48%
207 43% 57%
192 39% 61%
5
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 2 Deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2- en 3-jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
-
-
11.290 7.180 4.110
11.950 7.390 4.560
12.390 8.510 3.880
12.760 8.350 4.410
12.570 7.700 4.870
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
-
-
5.990 5.260 730
6.010 5.360 650
6.010 5.470 540
6.000 5.530 460
6.280 5.710 580
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
-
-
5.290 1.920 3.370
5.950 2.030 3.920
6.380 3.030 3.350
6.760 2.810 3.950
6.290 1.990 4.300
Twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
-
-
11.290 64% 36%
11.950 62% 38%
12.390 69% 31%
12.760 65% 35%
12.570 61% 39%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
-
-
5.990 88% 12%
6.010 89% 11%
6.010 91% 9%
6.000 92% 8%
6.280 91% 9%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
-
-
5.290 36% 64%
5.950 34% 66%
6.380 47% 53%
6.760 42% 58%
6.290 32% 68%
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
6
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 3 Deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 3-jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
6.370 2.950 3.420
6.310 3.440 2.870
6.170 4.050 2.120
6.310 4.040 2.270
6.380 4.520 1.860
6.610 4.450 2.160
6.630 4.260 2.360
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
3.850 2.380 1.470
3.760 2.810 950
3.550 3.080 470
3.460 3.080 380
3.400 3.090 310
3.390 3.110 280
3.610 3.290 320
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
2.520 570 1.950
2.550 630 1.920
2.620 970 1.650
2.850 960 1.890
2.980 1.430 1.550
3.220 1.330 1.890
3.020 970 2.050
Driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
6.370 46% 54%
6.310 55% 45%
6.170 66% 34%
6.310 64% 36%
6.380 71% 29%
6.610 67% 33%
6.630 64% 36%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
3.850 62% 38%
3.760 75% 25%
3.550 87% 13%
3.460 89% 11%
3.400 91% 9%
3.390 92% 8%
3.610 91% 9%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
2.520 23% 77%
2.550 25% 75%
2.620 37% 63%
2.850 34% 66%
2.980 48% 52%
3.220 41% 59%
3.020 32% 68%
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
7
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 4 Deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2-jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Tweejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
-
2.540 -
5.120 3.130 1.990
5.640 3.350 2.290
6.010 3.990 2.020
6.150 3.900 2.250
5.950 3.440 2.510
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
-
2.010 -
2.440 2.180 260
2.550 2.280 270
2.610 2.380 230
2.610 2.420 190
2.670 2.420 260
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
-
530 -
2.670 950 1.720
3.100 1.070 2.030
3.400 1.600 1.800
3.540 1.480 2.060
3.270 1.020 2.250
Tweejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
-
-
5.120 61% 39%
5.640 59% 41%
6.010 66% 34%
6.150 63% 37%
5.950 58% 42%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
-
-
2.440 89% 11%
2.550 89% 11%
2.610 91% 9%
2.610 93% 7%
2.670 90% 10%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
-
-
2.670 36% 64%
3.100 35% 65%
3.400 47% 53%
3.540 42% 58%
3.270 31% 69%
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
8
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 5 Bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2- en 3-jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
13.550
13.331
13.160
13.254
13.894
14.424
14.813
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
-
-
86% 55% 31%
90% 56% 34%
89% 61% 28%
88% 58% 31%
85% 52% 33%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
-
-
46% 40% 6%
45% 40% 5%
43% 39% 4%
42% 38% 3%
42% 39% 4%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
-
-
40% 15% 26%
45% 15% 30%
46% 22% 24%
47% 19% 27%
42% 13% 29%
Driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in de bevolking
6.741
6.598
6.612
6.452
6.755
7.017
7.246
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
94% 44% 51%
96% 52% 43%
93% 61% 32%
98% 63% 35%
94% 67% 28%
94% 63% 31%
91% 59% 33%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
57% 35% 22%
57% 43% 14%
54% 47% 7%
54% 48% 6%
50% 46% 5%
48% 44% 4%
50% 45% 4%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
37% 8% 29%
39% 10% 29%
40% 15% 25%
44% 15% 29%
44% 21% 23%
46% 19% 27%
42% 13% 28%
Tweejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in de bevolking
6.809
6.733
6.548
6.802
7.139
7.407
7.567
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
-
-
78% 48% 30%
83% 49% 34%
84% 56% 28%
83% 53% 30%
79% 45% 33%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
-
-
37% 33% 4%
37% 34% 4%
37% 33% 3%
35% 33% 3%
35% 32% 3%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
-
-
41% 15% 26%
46% 16% 30%
48% 22% 25%
48% 20% 28%
43% 14% 30%
aantal in de bevolking
9
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 6 Doelgroepkinderen: deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2- en 3jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Doelgroep twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
-
-
-
-
-
7.060 5.660 1.390
6.520 5.280 1.230
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
-
-
-
-
-
4.320 4.150 160
4.490 4.270 230
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
-
-
-
-
-
2.740 1.510 1.230
2.030 1.020 1.010
Doelgroep twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
-
-
-
-
-
7.060 80% 20%
6.520 81% 19%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
-
-
-
-
-
4.320 96% 2%
4.490 95% 5%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
-
-
-
-
-
2.740 55% 45%
2.030 50% 50%
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
10
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 7 Doelgroepkinderen: deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 3jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Doelgroep driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
4.300 2.410 1.890
3.700 2.650 1.050
3.950 3.070 880
3.810 2.960 850
3.870 3.090 780
3.730 3.050 680
3.540 2.960 580
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
2.980 2.050 930
2.570 2.180 390
2.550 2.360 190
2.400 2.270 130
2.600 2.470 130
2.430 2.330 100
2.580 2.450 130
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
1.315 350 965
1.130 480 650
1.400 710 690
1.410 690 720
1.270 620 650
1.300 720 580
960 510 450
Doelgroep driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
4.300 56% 44%
3.700 72% 28%
3.950 78% 22%
3.810 78% 22%
3.870 80% 20%
3.730 82% 18%
3.540 84% 16%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
2.980 69% 31%
2.570 85% 15%
2.550 93% 7%
2.400 95% 5%
2.600 95% 5%
2.430 96% 4%
2.580 95% 5%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
1.315 27% 73%
1.130 42% 58%
1.400 51% 49%
1.410 49% 51%
1.270 49% 51%
1.300 55% 45%
960 53% 47%
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
11
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 8 Doelgroepkinderen: deelname aan peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2jarigen, 2006-2012 (absolute aantallen en percentages) Doelgroep tweejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven aantal in VVE-locaties aantal in reguliere locaties
-
1.940 -
2.410 -
2.440 -
2.600 -
3.330 2.610 720
2.970 2.320 650
aantal in peuterspeelzalen aantal in VVE-peuterspeelzalen aantal in reguliere peuterspeelzalen
-
1.530 -
1.800 1.690 110
1.810 1.720 90
2.020 1.910 110
1.890 1.820 70
1.910 1.810 100
aantal in kinderdagverblijven aantal in VVE-kinderdagverblijven aantal in reguliere kinderdagverblijven
-
400 -
1.400 720 680
1.490 730 760
1.460 690 770
1.440 790 650
1.060 510 560
Doelgroep tweejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven % in VVE-locaties % in reguliere locaties
-
-
-
-
-
3.330 78% 22%
2.970 78% 22%
aantal in peuterspeelzalen % in VVE-peuterspeelzalen % in reguliere peuterspeelzalen
1.800
1.810
2.020
-
1.890 97% 3%
1.910 95% 5%
aantal in kinderdagverblijven % in VVE-kinderdagverblijven % in reguliere kinderdagverblijven
-
1.400
1.490
1.460
1.440 55% 45%
1.060 48% 52%
-
NB: Alle aantallen zijn afgerond op tientallen; daardoor kan het voorkomen dat het afgeronde totaal afwijkt van de som van de afgeronde delen; de aantallen kinderen in reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven zijn geschatte aantallen
12
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 9 Doelgroepkinderen: bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, 2- en 3-jarigen, 2006-2012 (percentages zijn ten opzichte van het aantal in de bevolking) Doelgroep twee- en driejarigen
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal in de bevolking
-
-
-
-
-
8.990
9.012
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
-
-
-
-
-
78% 63% 16%
72% 59% 14%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
-
-
-
-
-
48% 46% 2%
50% 47% 2%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
-
-
-
-
-
31% 17% 14%
22% 11% 11%
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal 3-jarige doelgroepkinderen in de bevolking
-
-
-
-
-
4.450
4.422
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
-
-
-
-
-
84% 69% 15%
80% 67% 13%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
-
-
-
-
-
55% 52% 2%
58% 55% 3%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
-
-
-
-
-
29% 16% 13%
22% 12% 10%
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
aantal 2-jarige doelgroepkinderen in de bevolking
-
-
-
-
-
4.540
4.590
bereik peuterspeelzalen en kinderdagverblijven bereik VVE-locaties bereik reguliere locaties
-
-
-
-
-
73% 58% 16%
65% 51% 14%
aantal in peuterspeelzalen bereik VVE-peuterspeelzalen bereik reguliere peuterspeelzalen
-
-
-
-
-
42% 40% 1%
42% 40% 2%
aantal in kinderdagverblijven bereik VVE-kinderdagverblijven bereik reguliere kinderdagverblijven
-
-
-
-
-
32% 17% 14%
23% 11% 12%
Doelgroep driejarigen
Doelgroep tweejarigen
13
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Tabel 10 Deelname nulgroepen per deelgemeente; deelname doelgroepkinderen in nulgroepen (absolute aantallen en percentages) Woongebied Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal Woongebied Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal Woongebied Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal
2-jarigen 9 111 13 43 2 40 105 47 15 156 23 -
3-jarigen 39 189 15 59 1 68 186 75 20 246 40 1 1
2- en 3-jarigen 48 300 28 102 3 108 291 122 35 402 63 1 1
564
940
1.504
doelgroep 2-jarigen 7 99 11 40 2 31 88 42 14 143 21 -
doelgroep 3-jarigen 32 170 9 51 1 60 155 65 19 221 31 1 1
doelgroep 2- en 3-jarigen 39 269 20 91 3
498
816
1.314
doelgroep 2-jarigen 78% 89% 85% 93% 100% 78% 84% 89% 93% 92% 91% -
doelgroep 3-jarigen 82% 90% 60% 86% 100% 88% 83% 87% 95% 90% 78% 100% 100%
doelgroep 2- en 3-jarigen 81% 90% 71% 89% 100% 84% 84% 88% 94% 91% 83% 100% 100%
88%
87%
87%
91 243 107 33 364 52 1 1
Leesvoorbeeld: In deelgemeente Rotterdam Centrum bezoeken 48 2- en 3-jarigen een nulgroep; van die 48 2- en 3-jarigen behoren er 39 tot de VVE-doelgroep; dat levert een percentage doelgroepkinderen onder nulgroepkinderen op van 39/48=81 procent.
14
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
BIJLAGE 1 gebruikte begrippen • VVE VVE staat voor voor- en vroegschoolse educatie en zorgt ervoor dat het kind succesvol in- en doorstroomt naar de basisschool. Het VVE-programma loopt door in de eerste twee jaar van de basisschool. De gemeente Rotterdam verleent subsidie aan kinderdagverblijven en peuterspeelzalen die voorschoolse educatie aanbieden. • VVE-locatie Is een peuterspeelzaal (voorschool of groep nul) of een kinderdagverblijf, waar met een erkend VVE-programma wordt gewerkt. • VVE-peuterspeelzaal Is een peuterspeelzaal waarbij wordt gewerkt met een VVE-programma: voorschool of groep nul. • Voorschool De voorschool is een peuterspeelzaal die samenwerkt met een basisschool en met een erkend VVE-programma werkt. Een peuter brengt 10 uur per week door op een voorschool verdeeld over 3 of 4 dagdelen. De voorschool zit vaak in hetzelfde gebouw als de basisschool waarmee de voorschool samenwerkt. • Groep nul Groep nul verschilt in een aantal opzichten van een voorschool. Groep nul is een samenwerking tussen de peuterspeelzaal en de basisschool en valt onder de pedagogische aansturing van de basisschool. Op die manier wordt de doorgaande leerlijn voor de overstap van groep nul naar groep 1 gegarandeerd. Er is verder een actief ouderprogramma. Peuters gaan bovendien 5 dagdelen per week (12,5 uur) naar een groep nul. Voor de groep staan twee leid(st)ers, waarvan er één hbo-geschoold is. • Reguliere peuterspeelzaal Op een reguliere peuterspeelzaal kunnen peuters gemiddeld twee dagdelen per week spelen en activiteiten doen met andere peuters. • VVE-kinderdagverblijf Kinderdagopvang waarbij wordt gewerkt met een VVE-programma. • Regulier kinderdagverblijf Kinderdagopvang zonder VVE-programma. • Doelgroepkinderen Een kind behoort tot de doelgroep van VVE-beleid als ten minste een van zijn ouders geboren is in een Niet-Westers land of als een van zijn ouders een lage opleiding heeft genoten. Om te bepalen of een kind tot de doelgroep van beleid hoort, wordt gebruikt gemaakt van het geboorteland én het opleidingsniveau van de ouders.
15
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
BIJLAGE 2 respons Oktobertelling 2012 Aantallen
VVEVVEpeuterspeelzalen kinderdagverblijven
Totaal VVE-locaties
Totaal locaties Responsaantallen Oktobertelling Responspercentage Oktobertelling
179 179 100%
74 74 100%
253 253 100%
Totaal op lijst respons Van buiten Rotterdam Buurt onbekend Buiten beoogde leeftijdsgroep Geplaatst na peilweek
5.837 103 0 18 9
2.212 165 15 46 9
8.049 268 15 64 18
Reguliere Reguliere peuterspeelzalen kinderdagverblijven
Totaal reguliere locaties
Aantallen Totaal locaties Responsaantallen Oktobertelling Responspercentage Oktobertelling Totaal op lijst respons Van buiten Rotterdam Buurt onbekend Buiten beoogde leeftijdsgroep Geplaatst na peilweek
Aantallen Totaal locaties Responsaantallen Oktobertelling Responspercentage Oktobertelling Totaal op lijst respons Van buiten Rotterdam Buurt onbekend Buiten beoogde leeftijdsgroep Geplaatst na peilweek
17 10 59%
118 33 28%
135 43 32%
347 14 0 1 0
1.367 115 9 124 2
1.714 129 9 125 2
Peuterspeelzalen Kinderdagverblijven
Totaal locaties
196 189 96%
192 107 56%
388 296 76%
6.184 117 0 19 9
3.579 280 24 170 11
9.763 397 24 189 20
NB: tussen de categorieën ‘Van buiten Rotterdam’, ‘Buurt onbekend’, ‘Buiten beoogde leeftijdsgroep’ en ‘Geplaatst na peilweek’, kan sprake zijn van enige overlap
16
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
BIJLAGE 3 peuterspeelzalen en kinderdagverblijven per deelgemeente
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal
VVEpeuterspeelzalen 6 27 4 18 5 11 36 19 15 23 13 1 1
Reguliere peuterspeelzalen 1 4 1 3 1 1 5 1 -
Totaal aantal peuterspeelzalen 6 28 8 19 8 12 36 19 1 20 23 14 1 1
179
17
196
VVEkinderdagverblijven 9 11 2 5 2 5 13 8 1 11 5 1 1
Reguliere kinderdagverblijven 14 16 2 12 16 13 11 6 1 12 8 2 3 2
Totaal aantal kinderdagverblijven 23 27 4 17 18 18 24 14 1 13 19 7 4 3
74
118
192
Totaal aantal peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 29 55 12 36 26 30 60 33 2 33 42 21 5 4
Totaal aantal VVEpeuterspeelzalen en VVEkinderdagverblijven 15 38 6 23 7 16 49 27 16 34 18 2 2
Totaal aantal reguliere peuterspeelzalen en reguliere kinderdagverblijven 14 17 6 13 19 14 11 6 2 17 8 3 3 2
388
253
135
17
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Hoek van Holland Rozenburg Rotterdam totaal
VVE-peuterspeelzalen met groep(en) nul 3 14 2 7 7 14 8 2 19 4 80
18
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie
BIJLAGE 4 VVE-wachtlijsten Kerngegevens VVE-wachtlijsten Aanlevering gegevens: 253 VVE-locaties: • 179 peuterspeelzalen (psz’s), 2 geen reactie • 74 kinderdagverblijven (kdv’s), 1 geen reactie Samenvattend Van de 253 VVE-locaties hebben 68 locaties geen wachtlijst, van 3 hebben we geen informatie ontvangen. Van deze 182 VVE-locaties die een wachtlijst hebben opgestuurd blijven er: • als we alleen naar de wachtlijst op peildatum 8 oktober 2012 kijken • alleen naar 2- en 3-jarigen kijken • en we kinderen die volgens de Oktobertelling op de peildatum reeds op een locatie van voorkeur waren geplaatst van de wachtlijst af hebben gehaald (77) • en we kinderen, als ze op 2 of meer locaties op de wachtlijst stonden, één keer hebben meegeteld (49) 126 locaties over: 4 VVE-KDV’s en 122 VVE-PSZ’s. Op die 126 locaties staan 709 kinderen op de wachtlijst. Van de 709 kinderen op de wachtlijst weten we van 70 kinderen dat ze al ergens geplaatst zijn, maar niet op een locatie van voorkeur en werksoort. Die 70 kinderen willen op een VVE-PSZ, maar: • of ze staan op een interne wachtlijst: 20 kinderen die op een REG-PSZ zitten maar op een VVE-PSZ op dezelfde locatie willen • of ze zitten nu op een REG-PSZ maar willen naar een VVE-PSZ op een andere locatie (4) • of ze zitten nu op een VVE-KDV maar willen (ook) naar een VVE-PSZ (31) • of ze zitten nu op een REG-KDV en willen (ook) naar een VVE-PSZ (15). Gegevens in detail Op peildatum 8 oktober 2012 hebben 122 van de 179 VVE-peuterspeelzalen (68%) een wachtlijst voor 2- en/of 3-jarigen: het gaat dan om 697 2- en 3-jarigen (557 2-jarigen en 140 3-jarigen). Van de 697 2- en 3-jarigen staan er 97 op de wachtlijst voor een nulgroep (76 2-jarigen, 21 3-jarigen) en 592 voor een voorschool (473 2-jarigen, 119 3-jarigen); van 8 2-jarigen is onduidelijk of ze voor een nulgroep of voorschool op de wachtlijst staan. VVE-kinderdagverblijven hebben op peildatum 8 oktober 2012 nauwelijks wachtlijsten voor 2- of 3jarigen: 4 van de 74 VVE-kdv’s (5%) geven aan een wachtlijst te hebben. Het gaat dan om 12 kinderen (8 2-jarigen en 4 3-jarigen). Voorkeur werksoort Groep 0 Voorschool Groep 0 of Voorschool VVE-KDV Total
2 jaar 76 473 8 8 565
3 jaar 21 119 0 4 144
Totaal 97 592 8 12 709
19
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Van alle 2- en 3-jarigen die op een VVE-PSZ of VVE-KDV wachtlijst staan op 8 oktober (dus 709 totaal), is van 101 kinderen geen postcode bekend. De overige 608 kinderen wonen in: Kinderen afkomstig van ... Buiten Rotterdam Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Pernis Prins Alexander Charlois Hoogvliet Rozenburg Totaal postcode onbekend Totaal op wachtlijst
2 jaar 5 7 33 5 39 23 6 95 80 1 12 150 29 5 490
3 jaar 4 1 8 3 12 8 5 20 16 0 4 19 18 0 118
Totaal 9 8 41 8 51 31 11 115 96 1 16 169 47 5 608 101 709
Strikt genomen gaat het alleen om kinderen UIT Rotterdam: dat zou betekenen dat de wachtlijst uit 700 2- of 3-jarige kinderen bestaat
De 126 locaties waar de 709 kinderen op de wachtlijst staan, liggen in:
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Prins Alexander Charlois Hoogvliet Rozenburg Totaal
VVE-kinderdagverblijf 1 0 0 1 0 1 0 0 1 0 0 0 4
20
VVE-peuterspeelzaal 6 10 2 15 5 11 19 15 10 22 6 1 122
Totaal 7 10 2 16 5 12 19 15 11 22 6 1 126
Onderzoek en Business Intelligence maart 2013 – herziene versie Aantal kinderen op wachtlijst, per deelgemeente:
Rotterdam Centrum Delfshaven Overschie Noord Hillegersberg-Schiebroek Kralingen-Crooswijk Feijenoord IJsselmonde Prins Alexander Charlois Hoogvliet Rozenburg Totaal
Gem 4,43 3,2 3 4,63 5,6 4,58 6,58 5,93 3,36 8,18 7,83 5 5,63
N locaties Std. Dev N kinderen Minimum 7 3,309 31 1 10 2,251 32 1 2 2,828 6 1 16 3,403 74 1 5 2,966 28 2 12 4,078 55 1 19 5,178 125 1 15 4,217 89 1 11 3,802 37 1 22 7,443 180 1 6 4,167 47 5 1 . 5 5 126 4,897 709 1
Maximum 9 8 5 12 10 15 23 16 11 28 16 5 28
Kinderen die wel/niet reeds ergens anders geplaatst zijn (volgens Oktobertelling)
Alleen op wachtlijst Interne wachtlijst: geplaatst op REG-PSZ en wachtend op VVE-PSZ van dezelfde organisatie Geplaatst op REG-PSZ wachtend op VVE-PSZ van andere organisatie Geplaatst op VVE-KDV wachtend op VVE-PSZ van dezelfde organisatie Geplaatst op VVE-KDV wachtend op VVE-PSZ van andere organisatie Geplaatst op REG-KDV wachtend op VVE-PSZ van andere organisatie Geplaatst op REG-KDV wachtend op VVE-PSZ van dezelfde organisatie Totaal
2 jr 509 15 0 1 27 8 5 565
3 jr 130 5 4 0 3 1 1 144
De 70 kinderen die reeds ergens geplaatst zijn, is een ondergrens: de koppeling met de Oktobertelling is niet optimaal door onvolledige gegevens van de wachtlijstkinderen en/of van de Oktobertelling
21
Totaal 639 20 4 1 30 9 6 709