Examentrainer Omzetbelasting
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
1
Opgave 1 Examen juni 2006 1 Verzekeringsmaatschappij Carpe Diem koopt op 2 februari een oud pand voor € 100.000. Zij geeft sloperij Braak opdracht het pand te slopen en de grond bouwrijp te maken. Braak voert de opdracht uit en brengt hiervoor € 50.000 in rekening aan Carpe Diem. Aannemingsbedrijf Hamer bouwt voor € 500.000 een kantoorgebouw op deze grond. Het pand wordt op 1 december door Carpe Diem in gebruik genomen. Alle voornoemde bedragen zijn exclusief omzetbelasting. a Is ter zake van de levering van het oude pand omzetbelasting verschuldigd? Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid en letter. b Dient Braak aan Carpe Diem omzetbelasting in rekening te brengen? Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid en letter. c Dient Hamer aan Carpe Diem omzetbelasting in rekening te brengen? Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid en letter. d Bereken wat Carpe Diem, naar aanleiding van het bovenstaande, over 2005 aan omzetbelasting is verschuldigd. Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid en letter. e Welk bedrag kan Carpe Diem dit jaar als vooraftrek opvoeren? 2 Nagelstudio Sandra is een eenmanszaak, gedreven door Sandra de Wit. De nagelstudio heeft dit jaar € 11.900 aan contante ontvangsten. Eind dit jaar staat een bedrag van € 595 open aan vorderingen op klanten. Begin dit jaar waren er geen openstaande vorderingen. Dit jaar is voor € 2.500 aan materialen ingekocht. In dit bedrag is € 300 aan OB begrepen. a Behoort het bedrag van € 595 aan openstaande vorderingen tot de belaste omzet over dit jaar voor de omzetbelasting? Motiveer uw antwoord. b Welk bedrag aan omzetbelasting is Nagelstudio Sandra verschuldigd over dit jaar?
Uitwerking 1 1a Nee. De levering is vrijgesteld op grond van art. 11 lid 1 onderdeel a. (Er is geen sprake van een uitzondering conform art. 11 lid 1 onderdeel a 1º of 2.) b Ja, volgens art. 3 lid 1 onderdeel c vindt hier een levering plaats. Er wordt een bouwterrein opgeleverd. c Ja, hier is ook sprake van een levering ex art. 3 lid 1 onderdeel c. (De uitzondering van art. 11 lid 1 onderdeel a 1º is nu van toepassing.) d Op grond van art. 3 lid 3 onderdeel b is Carpe Diem verschuldigd: 19% × (€ 100.000 + € 50.000 + € 500.000) = € 123.500 e 19% × (€ 50.000 + € 500.000) = € 104.500 2a Art. 26 Wet OB geeft de minister de mogelijkheid om in bepaalde gevallen het kasstelsel toe te staan. In art. 26 van de Uitvoeringsbeschikking OB is dit onder meer van toepassing verklaard voor ‘exploitanten van schoonheidsverzorgingsbedrijven’. Een nagelstudio is hieronder te scharen. Verder is in lid 1 onderdeel b nog bepaald dat diensten die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend aan anderen dan ondernemers worden verricht eveneens het kasstelsel kunnen volgen. Dus behoort de € 595 aan openstaande vorderingen niet tot de belaste omzet over dit jaar. b De kleineondernemersregeling van art. 25 Wet OB is hier van toepassing. Berekening: Af te dragen OB € 1.900 minus voordruk € 300 = € 1.600. De vermindering bedraagt 2,5 × (1.883 – 1.600) = € 708. Af te dragen dus: € 1.600 – € 708 = € 892.
2
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
Bij fout antwoord onder a luidt het antwoord: € 1.995 – € 300 = € 1.695; 2,5 × (1.883 – 1.695) = € 470. Af te dragen dan: € 1.695 – € 470 = € 1.225.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
3
Opgave 2 Examen december 2006 1 Motiveer uw antwoorden en noem de van toepassing zijnde wetsartikelen met lid en letter. Pierre Maas heeft een kapperszaak. Naast de diensten, zoals knippen en föhnen, verkoopt hij ook shampoo en aanverwante artikelen. a Welk tarief is van toepassing op de diensten en welk tarief op de verkopen? b Regelmatig knipt Pierre ook zijn vrouw en kinderen. Is over deze diensten OB verschuldigd? c Het privégebruik van shampoo, aftershave enzovoort van het gezin Maas heeft in dit jaar een winkelwaarde van € 500 exclusief OB. De inkoopwaarde bedraagt € 300 exclusief OB. Welk bedrag aan OB is Pierre hierover verschuldigd? d Bij iedere knipbeurt ontvangt de klant een plastic kaartje. Tegen inlevering van tien kaartjes mag de klant een gratis fles shampoo uitzoeken. Mag Pierre voor de verstrekte kaartjes een bedrag in mindering brengen op zijn belaste omzet? e Tot het ondernemersvermogen van Pierre behoort een personenauto, met een cataloguswaarde van € 20.000 (inclusief btw en BPM). Ongeveer 20% van de gereden kilometers is zakelijk, 80% is privé. Pierre houdt geen kilometeradministratie bij van zakelijke of privéritten. Welk bedrag is Pierre over dit jaar verschuldigd vanwege het privégebruik van de auto? Wanneer dient dit te worden aangegeven? 2 Beschrijf en bereken de gevolgen voor de OB van de volgende transacties. Motiveer uw antwoorden en noem de van toepassing zijnde wetsartikelen met lid en letter. Alle bedragen zijn exclusief OB. a Handel BV koopt van een boer 500 m 2 landbouwgrond voor € 25.000. b Kort na de aankoop wijzigt het bestemmingsplan. Handel BV ontvangt van de gemeente een bouwvergunning voor de bouw van een kantoorpand. Hierna verkoopt Handel BV de grond door aan Project BV voor € 100.000. c Project BV laat op de grond een kantoorpand bouwen. Direct na het gereedkomen verkoopt Project BV het pand met ondergrond aan Detail BV voor € 1.000.000. d Detail BV neemt zelf de benedenetage in gebruik als detailhandel. De bovenverdieping blijft enkele maanden leeg en wordt dan voor een periode van vijf jaar verhuurd aan Bank BV, die er een kredietafdeling vestigt. De waarde van de bovenverdieping is te stellen op 40% van € 1.000.000.
Uitwerking 2 1a Kappersdiensten: verlaagde tarief, tabel I, letter b, post 7. Verkoop shampoo enzovoort: hoog tarief. b Ja, art. 4 lid 2 onderdeel b Wet OB zegt dat indien een met btw belaste dienst om niet wordt verricht voor andere dan bedrijfsdoeleinden, er sprake is van een belaste btwdienst. In art. 8 lid 7 wordt de maatstaf van heffing geformuleerd. c Ja, art. 3 lid 3 onderdeel a Wet OB juncto art. 8 lid 3 Wet OB over de inkoopwaarde, zijnde € 300 × 19% = € 57. d Nee, want het kasstelsel is van toepassing voor kappers, art. 26 lid 1 onderdeel a sub 4 Uitv.besch. OB. Ook nog eens nee, zie art. 21 lid 1 onderdeel a Uitvoeringsbesluit OB. e Er is sprake van een btw belaste prestatie op grond van art. 4 lid 2 onderdeel a Wet OB. In artikel 8 lid 7 Wet OB staat dat de vergoeding wordt vastgesteld op de gemaakte uitgaven (in de vraag niet gegeven). Goedgekeurd is dat in de laatste aangifte 2,7% over de cataloguswaarde wordt afgedragen, in casu dus € 540.
4
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
2a Vrijgesteld in art. 11 lid 1 onderdeel a Wet OB, het betreft nog geen bouwterrein (maagdelijke grond). b Door de bouwvergunning is nu wel sprake van een bouwterrein (art. 11 lid 4 onderdeel d Wet OB). Dus belast met OB, art. 11 lid 1 onderdeel a sub 1 Wet OB. Handel BV is € 19.000 OB verschuldigd. Project BV kan deze € 19.000 verrekenen. c Belast met OB, art. 11 lid 1 onderdeel a sub 1 Wet OB. Project BV is € 190.000 OB verschuldigd. Detail BV kan deze € 190.000 verrekenen. d De benedenverdieping wordt belast gebruikt, dus is geen herrekening nodig. De bovenverdieping wordt vrijgesteld gebruikt, art. 11 lid 1 onderdeel b Wet OB. Dus dient de eerder door Detail BV verrekende OB te worden herrekend: 19% × 40% × € 1.000.000 = € 76.000. Dit bedrag is Detail BV verschuldigd. Opteren op grond van art. 11 lid 1 onderdeel b sub 5 Wet OB is niet mogelijk omdat de bank vrijgestelde prestaties verricht (art. 11 lid 1 onderdeel j Wet OB).
Opgave 3 Examen juni 2007 Boer Harmsen is melkveehouder. Hij bezit 40 melkkoeien en 8 hectare grasland. De melk levert hij aan coöperatie De Unie. Boer Harmsen was nog nooit belastingplichtig voor de OB. 1 Valt Harmsen inderdaad niet onder de OB? Op grond van welke wettelijke bepaling? 2 Kan De Unie ten aanzien van de van Harmsen ingekochte melk OB verrekenen? Zo ja, hoeveel en op grond van welke wettelijke bepaling? Harmsen laat een nieuwe stal bouwen met een volautomatische melkinstallatie. Dit vergt een investering van € 300.000 plus € 57.000 OB. Harmsen wil de € 57.000 graag terugontvangen van de Belastingdienst. 3 Bestaat de mogelijkheid om de € 57.000 OB terug te vorderen? Zo ja, op grond van welke wettelijke bepaling? 4 Wat is het gevolg voor de OB van de onder vraag 2 bedoelde mogelijkheid voor de leveringen van melk aan De Unie? 5 Twee jaar later wil Harmsen weer af van de OB-heffing. Kan hij nu weer terug naar het oude systeem? Zo nee, wanneer dan wel? Wat zijn bij onderstaande vragen de gevolgen voor de heffing van OB bij Borg BV, Miev BV, Henenweer BV en De Kat BV? 6 Borg BV in Eindhoven drijft al vele jaren een handelsbedrijf in computeronderdelen. Op zeker moment heeft Borg BV een partij geheugenchips op voorraad ter waarde van € 195.000 ex btw. Miev BV wil de partij van Borg BV overnemen voor € 200.000 plus OB. Borg BV is met deze prijs tevreden en levert aan Miev BV. 7 Miev BV laat de partij overbrengen naar haar opslagplaats in Turnhout, België. 8 Het transport wordt verzorgd door expediteur Henenweer BV voor een bedrag van € 500 ex btw.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
5
9 Vanuit Turnhout verkoopt Miev BV de goederen aan De Kat BV in Helmond voor € 205.000 ex btw. 10 Expediteur Henenweer BV verzorgt het transport naar Helmond voor een bedrag van € 500 ex btw.
Uitwerking 3 1 Ja. De landbouwregeling, art. 27 Wet OB. 2 Ja. De Unie kan 5,1% OB verrekenen op grond van art. 27 lid 4 Wet OB. 3 Ja. Harmsen kan opteren voor belastingheffing, art. 27 lid 6 Wet OB. 4 Op de levering van melk is nu door Harmsen 6% OB verschuldigd. Deze 6% kan De Unie verrekenen. 5 Nee. Opteren dient te geschieden voor een periode van ten minste vijf jaren, zie art. 27 lid 6 Wet OB. Harmsen zal dus de vijf volle jaren OB in rekening moeten brengen en afdragen. Bonuspunt: Zelfs dan leidt de herzieningsregeling tot een verplichte afdracht van 5/10e van € 57.000. Feitelijk zit Harmsen dus tien jaar vast aan de belastingplicht voor de OB. Tip: De landbouwregeling komt regelmatig terug op examens. 6 Dit is een normale binnenlandse levering waarover 19% OB verschuldigd resp. te verrekenen is. 7 Overbrenging van eigen goederen naar een andere lidstaat betreft een intracommunautaire levering, belast tegen 0%, zie art. 3a Wet OB. Voorwaarde is dat bewezen kan worden dat de goederen daadwerkelijk naar de andere lidstaat zijn overgebracht. De factuur van Henenweer BV kan mede hiertoe dienen. 8 Op grond van art. 6 lid 1 Wet OB is Nederland plaats van dienst, dus is OB verschuldigd. 9 Voor Kat BV betreft dit een intracommunautaire verwerving, waarover Nederlandse OB is verschuldigd. 10 Op grond van art. 6 lid 1 Wet OB is Nederland plaats van dienst, dus is OB verschuldigd.
Opgave 4 Examen december 2007 Roei BV bezit alle aandelen van Vendre BV. Roei BV vervaardigt roeiboten in diverse standaardmodellen. Vendre BV treedt op als verkoopmaatschappij van deze boten. Roei BV regelt verder de centrale financiering en bedrijfsvoering. Voortdurend vinden onderlinge leveringen en diensten plaats. Het onderling factureren met OB vindt men lastig.
6
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
1 De Wet op de omzetbelasting kent de mogelijkheid om onderling zonder heffing van OB te factureren. Welke? 2 Gesteld dat beide bv’s een verzoek ter zake indienen, is deze regeling dan in bovenstaande situatie van toepassing? Motiveer uw antwoord. Dutch Models BV levert per post schaalmodellen van bekende gebouwen aan hobbyisten. Sinds 2010 adverteert het bedrijf ook op internet, waarna veel bestellingen uit Engeland binnenkomen. In dit jaar levert de BV per post voor € 50.000 aan Engelse afnemers, in 2011 is de Engelse omzet gestegen tot € 200.000. De koers van het Britse pond bedroeg in beide jaren € 1,50. 3 Is Dutch Models BV, ten aanzien van de leveringen per post aan Engelse afnemers in 2010 Nederlandse OB verschuldigd? Motiveer uw antwoord. 4 Is Dutch Models BV, ten aanzien van de leveringen per post aan Engelse afnemers in 2011 Nederlandse OB verschuldigd? Motiveer uw antwoord. Rijschoolhouder Koolen heeft dit jaar aan lesgelden ontvangen € 20.000 plus € 3.800 OB. Vanwege gemaakte kosten is er een bedrag van € 300 aan te verrekenen OB. Begin januari is een nieuwe lesauto aangeschaft, met inruil van de oude lesauto. De factuur vermeldt € 2.500 aan te betalen OB. De nieuwe lesauto heeft een cataloguswaarde van € 25.000. In juli is Koolen met de lesauto op vakantie geweest naar Spanje. 5 Bereken de af te dragen OB. Koolen heeft in december aan al zijn leerlingen een luxe pen met inscriptie cadeau gedaan. De pennen kostten hem € 253 plus € 48 OB. De € 48 OB maakt onderdeel uit van de genoemde € 300 te verrekenen OB. 6 Is deze verstrekking van invloed op de af te dragen OB? Motiveer uw antwoord.
Uitwerking 4 1 De fiscale eenheid, zie art. 7 lid 4 Wet OB. 2 Ja, er is sprake van een financiële, organisatorische en economische eenheid, immers Roei BV bezit alle aandelen van Vendre BV, de bedrijfsvoering wordt door Row BV geregeld, de verkoop van de door Roei BV geproduceerde boten geschiedt door Vendre BV. 3 Ja. Zie art. 5a lid 1 Wet OB. Bij afstandsverkopen geldt het bestemmingslandbeginsel (lid 1), met een drempel van € 105.000 (of £70.000) (art. 2a Uitv.beschikking OB). De omzet aan Engelse afnemers in 2010 ligt beneden deze drempel. 4 Nee. Zie art. 5a lid 1 Wet OB. Bij afstandsverkopen geldt het bestemmingslandbeginsel (lid 1), met een drempel van € 105.000 (of £70.000) (art. 2a Uitv.beschikking OB). De omzet aan Engelse afnemers in 2011 ligt boven deze drempel. 5 OB op omzet: OB op kosten: OB aankoop auto:
€ 3.800 € 300 € 2.500 Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
7
€ 2.800 € 1.000 OB pg auto (2,7% × € 25.000; art. 8 lid 7 Wet OB, goedkeuring om uit te gaan van 2,7% van € 25.000)): Per saldo:
€ 675 € 1.675
Tip: Het privégebruik auto van de zaak komt regelmatig terug. Er is sprake van een fictieve dienst op grond van art. 4 lid 2 onder a (of b), en de vergoeding staat in art. 8 lid 7 Wet OB: in beginsel gemaakte uitgaven. In de praktijk is goedgekeurd om 2,7% over de cataloguswaarde af te dragen. De kleineondernemersregeling is van toepassing, art. 25 lid 1 Wet OB: • niet af te dragen: 2,5 × (1.883 – 1.675) = € 208 ; • dus wel af te dragen: € 1.750 – € 208 = € 1.542. 6 Nee. BUA sluit vooraftrek uit, mits de uitgaven een bedrag van € 227 per belanghebbende overschrijden (zie lid 4). Daarvan is geen sprake.
Opgave 5 Examen juni 2008 Een in Duitsland gevestigde ondernemer doet een onderzoek naar de brandveiligheid van het kantoorpand van een in Nederland gevestigde accountant. 1 Is over deze dienst Nederlandse omzetbelasting verschuldigd? Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid en letter. 2 Ervan uitgaande dat Nederlandse omzetbelasting is verschuldigd, van wie wordt de omzetbelasting geheven? Noem het van toepassing zijnde wetsartikel met lid. Prudent bezit een winkelpand, gebouwd in 1976. Zelf woont hij aan de overkant van de straat in een woning, gebouwd in 1935. In dit jaar laat hij van beide panden de buitenkant schilderen door schildersbedrijf Matglas, voor respectievelijk € 5.000 en € 4.000. 3 Hoeveel omzetbelasting dient Matglas aan Prudent in rekening te brengen? Motiveer uw antwoord. Klusjesman Koenders behaalt dit jaar een omzet van € 50.000. Hij ontvangt dit jaar voor een bedrag van € 10.000 aan kostenfacturen. Daarnaast ontvangt hij een factuur van € 35.000 van een aannemer, voor de bouw van een nieuwe werkplaats. Alle bedragen vallen onder het OB-tarief van 19%. 4 Hoeveel omzetbelasting dient Koenders dit jaar te betalen? Joris Wiersma is makelaar en verzekeraar. Vorig jaar kocht hij een nieuwe kluis voor € 200.000. De kluis wordt gebruikt voor zowel de makelaarsafdeling als de verzekeringsafdeling. De omzet van de makelaarsafdeling bedroeg vorig jaar € 3 miljoen, die van de verzekeringsafdeling € 2 miljoen. Dit jaar bedraagt de omzet van de makelaarsafdeling € 4 miljoen, en die van de verzekeringsafdeling € 1 miljoen.
8
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
5 Zijn de diensten, verricht door een makelaar in onroerende zaken, belast met omzetbelasting? Motiveer uw antwoord. 6 Zijn de diensten, verricht door een verzekeringsafdeling, belast met omzetbelasting? Motiveer uw antwoord. 7 Hoeveel omzetbelasting kon inzake de aanschaf van de kluis vorig jaar in aftrek worden gebracht? 8 Bereken de gevolgen van de veranderde omzetverhouding in dit jaar voor de toegepaste vooraftrek.
Uitwerking 5 N.B.: Alle genoemde bedragen zijn exclusief omzetbelasting. 1 Ja, de plaats van de dienst is Nederland, art. 6b Wet OB. 2 De heffing wordt verlegd naar de Nederlandse ondernemer, art. 12 lid 3 Wet OB. 3 19% over € 5.000 = € 950 en 6% over € 4.000 = € 240 (tabel I.b.8). 4 19% × € 50.000 = Af: 19% × € 10.000 = 19% × € 35.000 =
Vermindering KOR (art. 25 Wet OB): 2,5 × (€ 1.883 – € 950) = maximaal verschuldigd:
€ 9.500 € 1.900 € 6.650 € 8.550 € 950 € 950 € 0
5 Ja, er geldt geen vrijstelling voor deze diensten. 6 Nee, deze activiteiten zijn vrijgesteld, art. 11 lid 1 onderdeel k Wet OB. 7 € 3.000.000/€ 5.000.000 × (19% × € 200.000) = € 22.800 (art. 13 Uitv.besch. OB). 8 Er komt een teruggave van € 4.000.000/€ 5.000.000 × {1/5 × (19% × € 200.000)} = € 6.080 verminderd met 1/5 × € 22.800 = € 4.560 € 1.520 (Zie ook art. 11 lid 1 onderdeel c en 13 lid 1 onderdeel a en lid 2 Uitv.besch. OB.)
Opgave 6 Examen december 2008 Knap BV bezit een kantoorpand dat vrij van omzetbelasting wordt verhuurd aan een begrafenisondernemer. Knap BV kocht het pand in 2002 nieuw bij eerste oplevering, voor € 1.000.000 plus € 190.000 omzetbelasting (OB). Op 1 mei 2007 vertrekt de huurder. 1 Had Knap BV een keuze om het pand aan deze huurder wel of niet belast te verhuren? Motiveer uw antwoord.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
9
Knap BV wil het pand laten schilderen en daarna opnieuw verhuren. Twee schildersbedrijven hebben offerte uitgebracht. Een Nederlands bedrijf rekent € 27.500 plus € 5.225 OB, een Belgisch schildersbedrijf vraagt € 30.000. Knap BV kiest voor de Belgische schilder. Deze doet zijn werk naar tevredenheid en Knap BV betaalt de € 30.000. 2 Wat zijn de gevolgen van deze uitgave voor de omzetbelasting? Op 1 juli 2007 kan Knap BV het pand verhuren aan een handelsbedrijf voor € 80.000 per jaar. Knap BV overweegt om te opteren voor belaste verhuur; de huurprijs wordt dan € 80.000 plus € 15.200 OB. Voor de huurder maakt het niet veel uit, hij kan de OB verrekenen. 3 Welk direct voordeel heeft Knap BV bij het opteren voor belaste verhuur? Een berekening wordt niet gevraagd. 4 Welk bijkomend voordeel heeft Knap BV voortaan bij het opteren voor belaste verhuur? Accent BV heeft voor € 80.000 plus € 15.200 OB goederen geleverd aan Tilde BV. Hierop is door Tilde BV € 35.700 betaald. Het resterende bedrag staat al maanden open. Op 1 juli 2007 wordt Tilde BV failliet verklaard. Accent BV verwacht uit de failliete boedel niets meer te ontvangen. 5 Welke mogelijkheid biedt de Wet op de omzetbelasting aan Accent BV inzake deze vordering? 6 Wat is het gevolg van bovenstaande voor de heffing van omzetbelasting bij Tilde BV? Handelsmaatschappij Multipen bestaat 50 jaar. Aan de directeuren van enkele afnemers en leveranciers, waarmee Multipen een goede band heeft opgebouwd, schenkt Multipen een kostbare gouden pen. Totaal 10 personen ontvangen een gouden pen, een uitgave voor Multipen van € 3.000 excl. OB. Het personeel van Multipen ontvangt een zilveren pen. Dit kost Multipen 80 maal € 30 is € 2.400 excl. OB. 7 Wat zijn de gevolgen voor de omzetbelasting van de geschonken gouden en zilveren pennen? Motiveer uw antwoord.
Uitwerking 6 1 Nee, opteren voor belaste verhuur is alleen mogelijk indien de huurder voor 90% of meer belaste prestaties heeft, art. 11 lid 1 onderdeel b ten 5e Wet OB. 2 Plaats van dienst is Nederland, zie art. 6b Wet OB. Volgens art. 12 lid 3 Wet OB dient Knap BV dan de OB over de € 30.000 aan te geven. Dat is 19% = € 5.700. Of de € 5.700 vervolgens verrekenbaar is, is discutabel. Het pand stond leeg, er was niet geopteerd voor belaste verhuur. 3 De herzieningsperiode van 10 jaar loopt nog. Dus de helft van de in 2002 betaalde OB, € 95.000, kan alsnog worden teruggevraagd. 4 Voortaan is de OB op onderhoud en andere kosten verrekenbaar.
10
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
5 Art. 29 lid 1 Wet OB: een verzoek om teruggaaf van een evenredig deel van de OB in de leveringen, € 9.500. 6 Art. 29 lid 2 Wet OB: de in aftrek gebrachte OB wordt teruggedraaid, voor zover niet aan de schuldeiser voldaan. 7 De gouden pennen overschrijden de grens van € 227 per persoon van art. 4 BUA. Dus is deze OB niet aftrekbaar, € 570. De zilveren pennen zijn per persoon minder dan de grens van € 227, dus verrekenbaar.
Opgave 7 Examen juni 2009 Athena BV exploiteert gokkasten. De kasten zijn eigendom van de bv, maar staan bij klanten. De opbrengsten deelt Athena BV met de klanten op 50-50 basis. De kasten gaan drie jaar mee en worden dan verkocht voor de restwaarde. Op 1 juli 2008 heeft de bv voor € 400.000 aanschaf waarde aan kasten staan bij klanten: € 200.000 uit 2006 en € 200.000 uit 2007. In 2008 is niet in nieuwe gokkasten geïnvesteerd. In 2005 is Athena verhuisd naar een nieuw bedrijfspand dat destijds € 1 miljoen plus € 190.000 OB kostte. Per 1 juli 2008 is de wetgeving inzake gokkasten gewijzigd. Vanaf deze datum valt de exploitatie onder de kansspelbelasting en is de exploitatie voortaan vrijgesteld van omzetbelasting. Zie art. 11 lid 1 onderdeel l Wet OB. 1 Becijfer wat deze wetswijziging betekent voor de omzetbelasting die bij aanschaf van de gokkasten is afgetrokken. 2 Becijfer wat deze wetswijziging betekent voor de omzetbelasting die bij aanschaf van het bedrijfspand is afgetrokken. Harrie Huug staat enkele dagen per week op rommelmarkten en braderieën. Zijn koopwaar haalt hij bij particulieren, die hij een vergoeding betaalt van € 100 tot € 200 per partij. De inkoopbedragen noteert hij in een schriftje, de verkoopopbrengsten telt hij dagelijks en noteert hij eveneens in het schriftje. Eens per maand neemt de boekhouder de cijfers over en berekent hij de OB. 3 Hoe dient de boekhouder de af te dragen OB te becijferen? Op grond van welke bepaling? Harrie ontmoet een particulier die een partij schilderijen in de aanbieding heeft. Harrie wil € 1.000 voor de partij betalen, maar hij vraagt zich af of er nog formaliteiten nodig zijn bij een dergelijk bedrag. Hij belt eerst zijn boekhouder voor een advies over de omzetbelasting. 4 Welk advies zou u aan Harrie geven, gelet op de bepalingen van de omzetbelasting? Kort daarna spreekt Harrie de eigenaar van een speelgoedwinkel. Deze heeft een partij barbiepoppen liggen die Harrie tegen een zacht prijsje kan overnemen. Harrie wil € 500 voor de partij betalen, maar vraagt zich af of de aankoop met of zonder omzetbelasting is. Hij belt eerst weer zijn boekhouder voor advies over de omzetbelasting. 5 Welk advies zou u aan Harrie geven, gelet op de bepalingen van de omzetbelasting?
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 11
De voorraad van Harrie loopt op, de opslagruimte raakt overvol. Hij vindt een opkoper die een deel van de voorraad wil overnemen voor € 5.000, mits hij pas over drie maanden hoeft te betalen. Harrie wil akkoord gaan, maar vraagt zich af of hij dan ook pas drie maanden later de omzetbelasting hoeft te betalen. 6 Dient Harrie de OB te betalen in de maand, volgend op de levering, of in de maand, volgend op de ontvangst van het geld? Op grond van welke bepaling komt u tot dit antwoord? Harrie gebruikt een bestelbusje voor zijn handel. Dit busje gebruikt hij ook privé. Vanwege dit privégebruik zal hij over 2008 € 3.000 aangeven voor de inkomstenbelasting. 7 Welk bedrag aan omzetbelasting dient Harrie aan te geven inzake dit privégebruik? Op grond van welke bepaling komt u tot dit antwoord?
Uitwerking 7 1 Op grond van art. 13 lid 3 Uitvoeringsbeschikking OB vindt in 2008 herziening plaats van 1/5e van de OB over € 400.000 = € 15.200. 2 Op grond van art. 13 lid 2 Uitvoeringsbeschikking OB vindt in 2008 herziening plaats van 1/10e van € 190.000 = € 19.000. 3 Hij berekent 19/119e van de marge tussen in- en verkoop. Dit, op grond van de margeregeling, art. 28b Wet OB. 4 Volgens art. 4a lid 3 Uitvoeringsbeschikking OB dient Harrie de verkoper een inkoopverklaring te laten ondertekenen. Zonder deze verklaring is de margeregeling niet van toepassing en dient Harrie over de volledige verkoopopbrengst OB te betalen. 5 Op deze partij is de margeregeling niet van toepassing. De speelgoedwinkel dient een factuur met OB uit te schrijven. Harrie kan de OB vervolgens verrekenen. 6 Na ontvangst. Harrie valt onder het kasstelsel, zie art. 26 Uitvoeringsbeschikking OB. 7 12% × € 3.000 = € 360, zie art. 15 Uitvoeringsbeschikking OB.
Opgave 8 Examen december 2009 Roidété BV handelt in Hollandse aardbeien. 1 Welk OB-tarief is van toepassing op de levering van aardbeien? Motiveer uw antwoord. In 2008 levert Roidété BV een partij aardbeien aan een Duitse winkelketen. De BV wenst gebruik te maken van het 0% tarief voor intracommunautaire leveringen. 2 Op grond van welk wetsartikel uit de Wet OB is dit 0% tarief mogelijk? 3 Welke bepaling uit welke tabel dient dan van toepassing te zijn?
12
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
4 Wat vereist deze bepaling ten aanzien van de goederen en hoe kan Roidété BV hieraan bijvoorbeeld voldoen? 5 Over welk nummer dient Roidété BV dan te beschikken? 6 Aan welke eisen moet de factuur voldoen die Roidété BV aan de afnemer zendt? 7 De Wet OB geeft nog een administratieve verplichting waaraan Roidété BV bij intracommunautaire leveringen per kwartaal moet voldoen. Welke verplichting is dit? Keukenhandel Luxe BV is failliet. De curator komt met De Keukenkeizer BV overeen dat deze alle activa van Luxe BV overneemt voor € 100.000. Een deel van het personeel van Luxe BV treedt daarna bij De Keukenkeizer BV in dienst. 8 Is over de overnamesom van € 100.000 OB verschuldigd? Geef aan op grond van welke bepaling. Art. 12 lid 5 Wet OB geeft de mogelijkheid aan de wetgever om de heffing van OB te verleggen ‘teneinde voor de inning daarvan meer waarborgen te scheppen’. 9 Geef een voorbeeld van een dergelijke verlegging en leg uit waarom die verlegging meer waarborgen schept voor de inning van omzetbelasting. Sarah Möl drijft een handel in exclusieve meubels. In 2008 onttrekt zij een bankstel uit de voorraad voor de inrichting van haar woning. Het bankstel heeft een aankoopprijs van € 5.000, de winkelprijs is € 7.000. 10 Is deze onttrekking belast met omzetbelasting? Zo ja, voor welk bedrag? Geef ook aan op grond van welk wetsartikel, eventueel met lid en letter.
Uitwerking 8 1 Zie art. 9 lid 2 onderdeel a Wet OB en Tabel I, a 1.a 6% 2 Art. 9 lid 2 onderdeel b Wet OB. 3 Tabel II.a.6. 4 Tabel II.a.6 vereist: ‘wanneer die goederen aldaar zijn onderworpen…’. De bv dient dus aan te tonen dat de goederen in de andere staat als verwerving zijn aangegeven. Bijvoorbeeld met transportdocumenten en een afgetekende vrachtbrief . 5 Over het btw-identificatienummer van de afnemer, zie art. 12 lid 2 onderdeel a 2e Uitv.besluit OB of art. 35a Wet OB. 6 Aan de eisen van art. 35a Wet OB. 7 Een listing (2) per kwartaal, zie art. 37a Wet OB. 8 Nee, zie art. 37d Wet OB.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 13
9 Zie art. 24b Uitv.besluit OB. Bijvoorbeeld de verleggingsregeling in de bouw, tussen onderaannemers en hoofdaannemer. In het verleden brachten koppelbazen OB in rekening aan hoofdaannemers die nimmer door hen werd afgedragen, maar wel verrekend werd door de hoofdaannemer. Met de verleggingsregeling is dit niet meer mogelijk. 10 Ja, er is OB verschuldigd op grond van art. 3 lid 3 onderdeel a. Maatstaf van heffing is de aankoopprijs (€ 5.000) van de goederen, zie art. 8 lid 3 Wet OB. Let op, er is hier dus een bonuspunt te verdienen bij het juiste bedrag en artikel.
Opgave 9 Examen maart 2011 Vrolijk BV drijft een handel in feestartikelen. Door de recessie is de vraag sterk teruggelopen en Lars Treurniet, directeur en enig aandeelhouder, heeft weinig hoop op een snelle verbetering. Daarom verkoopt Vrolijk BV op 1 juli 2009 haar handelsactiviteiten en voorraden voor € 50.000 aan concurrent Party Trade BV. Ook het personeel treedt in dienst van Party Trade BV, met uitzondering van Lars Treurniet. 1 Is over de overnamesom van € 50.000 OB verschuldigd? Geef aan op grond van welke bepaling. Vrolijk BV wikkelt zelf de openstaande debiteuren en crediteuren af. Eén afnemer, de Funshop, blijkt niet in staat de openstaande schuld van € 35.700 geheel te voldoen. Vrolijk BV ontvangt € 23.800 van de Funshop, de resterende € 11.900 wordt als oninbaar afgeboekt. 2 Vrolijk BV had al € 5.700 OB afgedragen inzake bovenstaande vordering. Kan Vrolijk BV een deel van deze OB alsnog bij de fiscus terugvragen? Zo ja, op grond van welk artikel van de wet en op welke wijze? Bij Confetti BV heeft Vrolijk BV nog een schuld openstaan van € 49.000 plus € 9.310 OB. Het betreft € 50.000 aan geleverde goederen, met 2% korting bij betaling binnen 30 dagen. Vrolijk BV kan echter pas na 3 maanden betalen en moet dus € 1000 meer betalen. 3 Is over dit verschil van € 1000 OB verschuldigd? Geef aan op grond van welke bepaling, eventueel met lid en letter. Lars Treurniet reed het eerste halfjaar 2009 in een personenauto van Vrolijk BV met een cataloguswaarde van € 28.000. Naast het zakelijk gebruik reed hij circa 5000 kilometers privé. In dat halfjaar waren de autokosten bij Vrolijk BV zeer beperkt: diesel € 500 excl. OB en onderhoud € 200 excl. OB. 4 Welk bedrag aan OB dient Vrolijk BV aan te geven inzake het privégebruik van deze personenauto? Per 1 juli 2009 neemt Lars Treurniet deze auto over van Vrolijk BV voor € 15.000 plus € 2.000 OB. Deze prijs is conform de tweedehandswaarde op dat moment.
14
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
5 Waarom wordt slechts € 2000 OB in rekening gebracht door Vrolijk BV, in plaats van 19% van € 15.000 is € 2850? Geef aan op grond van welk wetsartikel, eventueel met lid en letter. 1 Het bedrijfspand huurde Vrolijk BV voor € 2000 plus € 380 OB per maand van Lars Treurniet. Vanaf 1 juli 2009 staat het pand leeg en betaalt Vrolijk BV geen huur meer. Al snel weet Lars een andere huurder te vinden, tandarts Kroon, die er een praktijk begint. Kroon betaalt € 2100 huur per maand. Lars wil graag verhuren met OB, vanwege de verwachte onderhoudskosten. 6 Waarom is verhuur met OB voordeliger voor Lars, en biedt de wet hem deze mogelijkheid? Geef aan op grond van welk wetsartikel, eventueel met lid en letter. Korte tijd later besluit tandarts Kroon om het pand te kopen van Lars Treurniet. De verkoop vindt plaats op 31 december 2009, voor een prijs van € 350.000. Lars Treurniet heeft het pand in 2004 laten bouwen voor € 300.000 plus € 57.000 OB. 7 Waarom is de verkoop van het pand aan tandarts Kroon zonder OB? Geef aan op grond van welk wetsartikel, eventueel met lid en letter. 8 Is Lars Treurniet nog een bedrag aan OB verschuldigd na deze verkoop? Zo ja, welk bedrag? Geef aan op grond van welke bepaling, eventueel met lid en letter.
Uitwerking 9 1 Nee, op grond van art. 37d Wet OB is geen OB verschuldigd. 2 Ja, Vrolijk BV kan alsnog € 1.900 OB terugvragen met een verzoek (5) aan de Belastingdienst op grond van art. 29 lid 1 Wet OB. 3 Ja. In art. 2 lid 2 Uitvoeringsbesluit OB is bepaald dat dan alsnog OB verschuldigd is. Er zal alsnog een factuur van € 1000 plus € 190 OB moeten worden uitgereikt. 4 2.7% van € 28.000 × 6/12e = € 378. Tip: Het privégebruik auto van de zaak komt regelmatig terug. Er is sprake van een fictieve dienst op grond van art. 4 lid 2 onder a (of b), en de vergoeding staat in art. 8 lid 7 Wet OB: in beginsel gemaakte uitgaven. In de praktijk is goedgekeurd om 2,7% over de cataloguswaarde af te dragen. 5 Op grond van art. 8 lid 5 onderdeel d Wet OB is over de BPM geen OB verschuldigd. 6 Verhuur is vrijgesteld in art. 11 lid onderdeel b. De wet biedt de mogelijkheid om te opteren, maar hier niet. Een tandarts is vrijgesteld van OB op grond van art. 11 lid 1 onderdeel g. Dan is geen belaste verhuur toegestaan op grond van art. 11 lid 1 onderdeel b sub 5. 7 Een tandarts is vrijgesteld, dan is geen belaste verkoop toegestaan op grond van art. 11 lid 1 onderdeel a sub 2.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 15
8 Ja. Op grond van art. 13 lid 2 Uitvoeringsbeschikking OB vindt bij onroerende zaken jaarlijkse herziening plaats gedurende 10 jaren. Op grond van art. 13a Uitvoeringsbeschikking OB geschiedt de herziening in één keer bij levering van een onroerende zaak. Er is verschuldigd: 4/10e van € 57.000 is € 22.800.
Opgave 10 Examen juni 2010 Sacha Kam is thuiskapster. Haar omzet over 2009 bedroeg € 30.000 excl. OB. Vanwege inkopen en kosten betaalde ze € 417 aan OB. 1 Welk OB-tarief is van toepassing op de diensten van een kapster? Motiveer uw antwoord. 2 Welk bedrag aan OB zal Sacha over 2009 moeten afdragen? Bij nader inzien betreft de omzet over 2009 van Sacha Kam € 29.000 excl. OB aan kapen knipwerk, plus € 1.000 excl. OB aan verkoop van haarextensies, shampoo, e.d. 3 Wat is de invloed van dit gegeven op de af te dragen OB over 2009? Een deel van de klanten van Sacha woont in België. Sacha bezoekt deze klanten aan huis, in België. 4 Is deze omzet voor de OB belast in Nederland? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende wetsartikel, eventueel met lid en letter. Aannemersbedrijf IJzer BV renoveert het sierhekwerk van een landgoed in opdracht van de hoofdaannemer, die verantwoordelijk is voor het gehele renovatieproject. In september 2009 factureert IJzer BV € 20.000 aan de hoofdaannemer. 5 Is op deze factuur OB verschuldigd? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende artikel, eventueel met lid en letter. Aannemersbedrijf IJzer BV verzamelt het metaalafval van de renovatie in een container. Deze container wordt na afloop van het project opgehaald door een metaalverwerkingsbedrijf. IJzer BV ontvangt van dat bedrijf € 500 in contanten. 6 Is over deze € 500 OB verschuldigd? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende artikel, eventueel met lid en letter. Stef IJzer, directeur van IJzer BV, rijdt in een personenauto die op de balans van de bv staat. Het betreft een milieuvriendelijk model, waardoor Stef voor privégebruik auto slechts een 14%-bijtelling hoeft aan te geven. De cataloguswaarde van de auto is € 20.000. 7 Welk bedrag aan OB is IJzer BV verschuldigd vanwege het privégebruik van deze personenauto? IJzer BV geeft rond de kerst kistjes wijn en cognac cadeau aan goede relaties. De kistjes kosten per stuk € 100 excl. OB. Ook Stef IJzer ontvangt een kistje cadeau.
16
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
8 Is de OB op deze kistjes geheel of gedeeltelijk uitgesloten van aftrek? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende artikel, eventueel met lid en letter. 5 Uitwerking 10 1 Volgens Tabel I.b.7 is het tarief 6%. 2 € 1.800 – € 417 = € 1.383. € 1.883 – € 1.383 = € 500. 2,5 × € 500 = € 1.250. € 1.383 – € 1.250 = € 133. KOR, art. 25. 3 € 1.000 tegen 19% i.p.v. 6%. Verschil € 130. Maal 2,5 = € 325. 4 Ja. De hoofdregel van art. 6 lid 2 is van toepassing, Sacha valt onder geen van de uitzonderingen. 5 Nee. De OB is verlegd, zie art. 24b Uitv.besl. OB. 6 Nee. De verleggingsregeling voor oude metalen is van toepassing, art. 24bb Uitv.besl. OB. 7 2,7% × € 20.000 = € 540 Tip: Het privégebruik auto van de zaak komt regelmatig terug. Er is sprake van een fictieve dienst op grond van art. 4 lid 2 onder a (of b), en de vergoeding staat in art. 8 lid 7 Wet OB: in beginsel gemaakte uitgaven. In de praktijk is goedgekeurd om 2,7% over de cataloguswaarde af te dragen. 8 BUA sluit aftrek uit van deze geschenken. Maar in art. 4 lid 4 wordt een bodem gelegd van € 227 per begunstigde per jaar. Dus is de aftrek niet uitgesloten. Ook niet voor Stef IJzer, want het privégebruik auto valt niet onder het BUA.
Opgave 11 Examen oktober 2010 Stef Geraerdz is een Belgische ondernemer, die met zijn frituurwagen op diverse markten in België staat. Daarnaast staat hij iedere vrijdag op de markt in Sluis (Nederland) om daar allerlei snacks aan het winkelende publiek te verkopen. 1 Is Stef Geraerdz Nederlandse omzetbelasting verschuldigd over zijn verkopen te Sluis? Motiveer uw antwoord. 2 Heeft deze Belgische ondernemer recht op aftrek van aan hem in rekening gebrachte omzetbelasting? Motiveer uw antwoord. Paul Karels verkoopt vanuit een winkel diverse soorten maaimachines. Ter gelegenheid van het huwelijk van zijn dochter schenkt hij haar een trekkermaaier met een inkoopprijs van € 5.000 en een normale verkoopprijs van € 9.000 exclusief OB. Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 17
3 Is deze schenking belast met OB? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende wetsartikel, eventueel met lid en letter. 4 Zo ja, over welk bedrag dient Karels dan het verschuldigde bedrag te berekenen? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende wetsartikel, eventueel met lid en letter. Rob Hendriks draagt per 1 januari 2009 zijn makelaardij over aan zijn zoon Ruben. 5 Is ter zake van deze overdracht omzetbelasting verschuldigd? Motiveer uw antwoord en noem ook het betreffende wetsartikel, eventueel met lid en letter. Ruben Hendriks start na de overname ook een assurantiepraktijk. Hij laat het bedrijfspand door een aannemer uitbreiden met een nieuwe aanbouw voor € 100.000 exclusief OB. Deze aanbouw wordt op 1 juli 2009 in gebruik genomen als bedrijfsruimte voor de assurantiepraktijk. In het oude gedeelte zet hij de makelaardij voort. 6 Brengt de aannemer op zijn factuur OB in rekening? Motiveer uw antwoord. 7 Stel dat de aannemer OB in rekening brengt, kan Ruben Hendriks die als vooraftrek opvoeren? Motiveer uw antwoord en noem ook de betreffende wetsartikelen, met lid en letter. 8 Stel dat Ruben Hendriks eind 2011 zijn assurantiepraktijk verkoopt, waarna het gehele pand voor de makelaardij wordt gebruikt. Wat zijn dan de gevolgen voor de OB over de aanbouw van € 100.000? 1 De omzet 2009 van de makelaardij bedraagt € 300.000, die van de assurantiepraktijk € 100.000. De algemene kosten in 2009 bedragen € 100.000 plus € 19.000 OB. Deze OB is op de maandelijkse aangiften in aftrek gebracht. 9 Leidt dit gegeven tot enige correctie na afloop van het jaar? Zo ja, welke en tot welk bedrag?
Uitwerking 11 1 Ja, hij verricht belaste prestaties in Nederland en is daarom omzetbelasting verschuldigd. 2 Ja. Voor zover hij zijn aankopen in Nederland heeft gedaan geniet hij vooraftrek van Nederlandse btw. 3 Het betreft hier een fictieve levering, privégebruik. Zie art. 3 lid 3 onderdeel a. 4 Art. 8 lid 3 geeft aan dat de belasting over de aankoopprijs (€ 5.000) berekend dient te worden. 5 Nee, hier is sprake van een overgang van een algemeenheid van goederen in de zin van art. 37d Wet OB.
18
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
6 Ja, het is een normale prestatie (de verleggingsregeling is alleen van toepassing tussen aannemers onderling). 7 Nee, omdat handelingen ter zake van verzekeringen enz. onder de vrijstelling van art. 11 lid 1 onderdeel k vallen, is vooraftrek uitgesloten. Zie art. 15 lid 6 Wet OB en art. 11 lid 1 onderdeel b Uitv.besch. OB. 8 Omdat de nieuwbouw nu alleen voor belaste prestaties wordt gebruikt, kan Ruben 80% van deze belasting alsnog als vooraftrek opvoeren. Zie art. 13 lid 2 Uitv.besch. OB. 9 De voordruk dient jaarlijks herrekend te worden naar rato van belaste en onbelaste omzet. Dus ¼ van € 19.000 = € 4.750 zal als suppletie moeten worden aangegeven.
Opgave 12 Examen maart 2011 Alle bedragen zijn exclusief omzetbelasting, tenzij anders vermeld. De firma Grootgoed, een v.o.f. van de gebroeders De Groot, heeft een winkel in elektronica. In september 2011 heeft de firma een partij flatscreen-tv’s gekocht tegen de zeer gunstige prijs van € 300 per stuk. In de winkel staan deze apparaten te koop voor € 500. In december houdt de firma een actie: Bij aankoop van ten minste € 2.000 aan apparatuur krijgt men deze flatscreen-tv gratis. Ook alle personeelsleden van de firma krijgen met de kerst 2011 een gratis tv uit deze partij. En ook beide firmanten nemen elk met de kerst 2011 zo’n toestel mee naar huis. 1 Wat zijn de gevolgen voor de omzetbelasting van het gratis verstrekken van een tv bij aankoop van ten minste € 2.000 aan apparatuur? Motiveer uw antwoord. 2 Wat zijn de gevolgen voor de omzetbelasting van het gratis verstrekken van een tv aan het personeel? Motiveer uw antwoord. 3 Wat zijn de gevolgen voor de omzetbelasting van het mee naar huis nemen van een tv door de twee firmanten? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Dokter Pentuur is huisarts in Tilburg. Hij laat in het derde kwartaal 2011 zijn acht jaar oude praktijkruimte en zijn even oude woning schilderen. Na vergelijking van enkele offertes gunt hij het werk aan Leblanc, een Belgisch schildersbedrijf. Deze factureert € 10.000 voor het schilderen van de praktijkruimte en € 5.000 voor het schilderen van de woning. 4 Wat is de plaats van dienst van dit schilderwerk aan de praktijkruimte en de woning? Motiveer uw antwoorden en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. 5 Welk btw-tarief geldt voor het schilderen van de praktijkruimte en welk tarief voor het schilderen van de woning? Motiveer uw antwoorden.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 19
6 Wie draagt de btw inzake het schilderen van de praktijkruimte af en wie inzake het schilderen van de woning? Motiveer uw antwoorden en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Brick BV drijft een groothandel in bouwmaterialen. In augustus 2011 levert Brick BV een partij stenen aan Schwalbe GmbH, een Duits aannemersbedrijf. Brick BV laat een Nederlands transportbedrijf de stenen afleveren op een bouwterrein in Duitsland. Brick BV zendt een factuur van € 5.000, zonder omzetbelasting, aan Schwalbe GmbH. 7 Aan welke extra wettelijke eis moet deze factuur voor toepassing van het 0%-tarief voldoen? 8 Welke administratieve verplichting heeft Brick BV verder nog inzake deze levering aan Duitsland? 9 Moet het transportbedrijf op zijn factuur aan Brick BV omzetbelasting in rekening brengen? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter.
Uitwerking 12 1 Geen gevolgen, de prijs voor de apparatuur bevat 19% omzetbelasting en betreft alle geleverde goederen samen, of andere correcte motivering. 2 De vooraftrek is uitgesloten voor 19% × € 300 = € 57. Het BUA is van toepassing, art. 1 lid 1 letter c. Deze vooraftrek zal alsnog moeten worden terugbetaald op aangifte. Ook goed: Verschuldigd is 19% × € 300 = € 57, art. 8 lid 3 Wet OB. Het betreft aanwending voor privédoeleinden van het personeel van een zakelijk goed, een levering op grond van art. 3 lid 3 letter a Wet OB. 3 Verschuldigd is 19% × € 300 = € 57, art. 8 lid 3 Wet OB. Het betreft aanwending voor privé van een zakelijk goed, een levering op grond van art. 3 lid 3 letter a Wet OB. 4 Plaats van dienst is Nederland, art. 6b (2009: art. 6 lid 2 letter a) Wet OB. 5 Tabel I, b.8 vermeldt schilderwerk voor woningen. Dus de woning wordt tegen laag tarief geschilderd, de praktijkruimte tegen hoog tarief. 6 Zie art. 12 lid 3 Wet OB. De btw is verlegd naar de huisarts voor het schilderen van de praktijkruimte. Het schilderen van de woning is niet verlegd, de Belgische schilder zal deze btw moeten afdragen. 7 Naast de gebruikelijke zaken die op een factuur moeten worden vermeld (art. 35a Wet OB), is voor een ICL tegen 0% ook vermelding van het btw-ID-nummer van de Duitse afnemer nodig (art. 35a lid 1 letter d). 8 Een listing, art. 37a Wet OB. 9 Ja. Plaats van dienst is Nederland, art. 6 lid 1 Wet OB (t/m 2009 art. 6a lid 1).
20
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
Opgave 13 Examen juni 2011 Alle bedragen zijn exclusief omzetbelasting, tenzij anders vermeld. Albert Louer bezit al 15 jaar een winkelpand in Utrecht. Op 1 juli 2011 verhuurt hij het leegkomend pand aan een boekwinkelketen voor een huurperiode van 5 jaar. Huurder en verhuurder besluiten om voor de OB te opteren voor belaste verhuur. Dit wordt in het huurcontract vastgelegd. 1 Welke handeling vereist de wet vervolgens bij een belaste verhuur? Geef ook aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. 2 Wat is het fiscale voordeel voor Albert Louer van de belaste verhuur? Later blijkt dat in de boekhandel ook een klein bijkantoor van een bank is gevestigd, in een hoek van de winkel. De bankzaken bedragen circa 20% van de totale omzet van de winkel. 3 Welke gevolgen heeft dit gegeven voor de optie voor belaste verhuur, die is overeengekomen? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Boer Jaspers overweegt de bouw van een nieuwe champignonstal met alle voorzieningen om volautomatisch te kunnen kweken. Dit vergt een investering van € 300.000 excl. OB. De bank is bereid € 200.000 te lenen, Jaspers heeft zelf € 100.000 beschikbaar. De € 57.000 OB kan hij niet opbrengen. 4 Biedt de Wet OB aan boer Jaspers een mogelijkheid om dit gat te dichten? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. 5 Wat zijn de fiscale gevolgen voor de leveringen van champignons aan de afnemers? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter.
• •
Bouwgroothandel Hoornbeek heeft een assortiment van duizenden artikelen, die geleverd worden aan honderden vaste klanten, bouwbedrijven uit de omgeving. De facturering is complex en kostbaar. Hoornbeek wil de administratieve lasten beperken en besluit het volgende: Klanten krijgen een gespecificeerde pakbon. De papieren factuur vermeldt voortaan alleen het totaalbedrag en de btw, met als omschrijving: ‘geleverde bouwmaterialen’. De meeste klanten nemen genoegen met een digitale factuur in plaats van een papieren factuur. De digitale factuur is met een inlogcode op te vragen op de server van Hoornbeek. De digitale factuur geeft wel een specificatie van de geleverde artikelen.
6 Geef aan of beide besluiten wettelijk zijn toegestaan. Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. 7 Mag Hoornbeek het kasstelsel toepassen? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 21
Uitwerking 13 Alle bedragen zijn exclusief omzetbelasting, tenzij anders vermeld. 1 Zie art. 11 lid 1 letter b onder 5: een gezamenlijk verzoek aan de inspecteur. 2 Hij kan de OB op onderhoud verrekenen. NB: Het pand bezit Louer al 15 jaar, dus een herziening van aftrek van de OB bij aanschaf is niet aan de orde. 3 Zie art. 11 lid 1 letter b onder 5 of art. 6a lid 8 Uitv.besch. OB: Er moet sprake zijn van volledig of nagenoeg volledig recht op vooraftrek bij de huurder, oftewel >90%. Daarvan is nu geen sprake meer met 80%. Dus is opteren voor belaste verhuur niet meer mogelijk. 4 De landbouwregeling van art. 27 Wet OB biedt de mogelijkheid om te opteren voor belastingheffing, in art. 27 lid 6 of art. 6 Uitv.besch. OB. 5 Hij zal 6% OB in rekening moeten brengen bij de levering van champignons. (De teruggaaf van 5,1% OB, van art. 27 lid 4 vervalt.) 6 Geen specificatie op de papieren factuur: Dit is niet toegestaan, zie art. 35a lid 1 letter f. De hoeveelheid en de aard van de geleverde goederen moeten worden vermeld. Ook goed: art. 33 lid 1 letter d Uitv besch. OB als de verzamelfactuur op zich niet voldoet aan de factuurvereisten, maar door verwijzing naar de Bonnen en dergelijke samen wel. Digitale factuur: is toegestaan, zie art. 35b Wet OB. 7 Nee, de groothandel pleegt te leveren aan ondernemers, dan is geen kasstelsel toegestaan. Zie art. 26 Wet OB en art. 26 Uitv.besch.
Opgave 14 Examen oktober 2011 Landbouwer Kalf koopt in Duitsland een nieuwe landbouwmachine voor € 15.000 en laat deze door een transportbedrijf ophalen, en bezorgen op zijn bedrijf in Emmen. Hij vraagt zich af of hij daarmee een in Nederland belaste prestatie (een intracommunautaire verwerving) verricht. 1 Wanneer is dit niet het geval? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. 2 Wanneer is dit wel het geval? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Touwfabrikant Alvast laat een onderzoek uitvoeren naar de brandveiligheid van zijn bedrijfspanden door het daarin gespecialiseerde, in Engeland gevestigde bedrijf Hensshield. Dit Engelse bedrijf heeft geen vaste inrichting in Nederland. 3 Vindt dit onderzoek voor de heffing van omzetbelasting plaats in Nederland? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter.
22
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
4 Ga ervan uit dat de dienst door Hensshield in Nederland is belast. Van wie wordt dan de belasting geheven? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Jaap Duddel handelt in tweedehands witgoed. Hij koopt alleen in van particulieren. Op 15 mei koopt hij van de erven van mevrouw Waterman een wasmachine voor € 250. Op 30 september levert hij deze wasmachine af bij een studentenhuis en int daarvoor € 400 van de bewoners. 5 Wat zijn de gevolgen voor de aangifte omzetbelasting van Jaap Duddel? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Op 1 oktober koopt Jaap Duddel een bijna nieuwe was-droogcombinatie van Joris Schutter voor € 700. Hij verkoopt deze op 1 november voor € 900 aan Irma de Vries. 6 Wat zijn de gevolgen voor de aangifte omzetbelasting van Jaap Duddel? 7 Welke administratieve verplichting heeft Jaap Duddel inzake deze aankoop? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Aannemer Bouwstra realiseert een uitbreiding van de winkel van Heicoop voor een totaalbedrag van € 500.000. Op 1 mei wordt met de bouwactiviteiten gestart en de oplevering zal plaatsvinden uiterlijk op 31 oktober 2011. In de aannemingsovereenkomst is opgenomen dat Heicoop in 2011 op 1 juni, op 1 juli, op 1 augustus, op 1 september en op 1 oktober steeds een bedrag van 17% van de aannemingssom zal betalen (telkens dus € 85.000) en bij de oplevering op 31 oktober het restant van € 75.000. In augustus heeft Heicoop stormschade aan de voorgevel van zijn winkel. Bouwstra repareert deze nog in diezelfde maand voor € 15.000. 8 Hoeveel facturen dient Bouwstra aan Heicoop uit te reiken en wanneer dient dit steeds uiterlijk te geschieden? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter. Transporteur Snel tankt voor zijn bedrijf regelmatig diesel in Duitsland en België. De Duitse en Belgische btw wil hij weer terugontvangen. 9 Tot wie dient hij zich te wenden wanneer hij deze buitenlandse omzetbelasting wil terugvragen? Motiveer uw antwoord en geef aan op grond van welk artikel, met eventueel lid en letter.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 23
Uitwerking 14 1 Op grond van art. 1 letter b Wet OB is normaliter sprake van een belaste prestatie (i.c.v.). Maar art. 1a lid 2 letter a Wet OB geeft aan dat dit niet geldt voor ondernemers die onder de landbouwregeling van art. 27 Wet OB vallen. 2 Wanneer een landbouwer opteert voor belastingheffing, art. 27 lid 6 Wet OB, geldt de uitzondering van art. 1a lid 2 letter a Wet OB niet en verricht hij wel een i.c.v. 3 Op grond van art. 6b Wet OB vindt deze dienst plaats in Nederland. 4 Art. 12 lid 3 Wet OB geeft aan dat de heffing wordt verlegd en dat de belasting geheven wordt van Alvast. Art. 12 lid 2 Wet OB wordt half goed gerekend. 5 Omdat gekocht werd van een particulier is er geen sprake van voorbelasting (art. 1 Wet OB). De margeregeling van art. 28b Wet OB is van toepassing. Verschuldigd is 19/119 × € 150 = € 24. 6 Ook hierop is de margeregeling van art. 28b Wet OB van toepassing. Verschuldigd is 19/119 × € 200 = € 32. 7 Hij dient een inkoopverklaring aan Joris Schutter te overhandigen, te laten ondertekenen en een kopie daarvan te bewaren, art. 4a Uitv.besch. OB, want het bedrag is meer dan € 500. 8 Zes of zeven facturen. De eindfactuur dient uitgereikt te worden vóór 15 november, art. 35 lid 5 Wet OB. De 5 deelfacturen moeten vóór de genoemde data worden uitgereikt, art. 35 lid 5 Wet OB. Het bedrag van € 15.000 mag in de factuur voor 1 september worden opgenomen, art. 35 lid 6 Wet OB. 9 Het verzoek aan de lidstaat van de EU (art. 33 Wet OB) dient ingediend te worden bij de Nederlandse inspecteur, art. 33c lid 1 Wet OB.
Opgave 15 Examen december 2011 Aalbers Beheer BV voert het management over drie werkmaatschappijen: Peter BV, Paul BV en Mary BV. Aalbers Beheer BV bezit alle aandelen van deze drie bv’s. Peter BV regelt de inkoop van damesmode, Paul BV en Mary BV drijven damesmodezaken in Breda en Tilburg. Het inkoopbeleid van Peter BV is sterk verweven met de verkoopcijfers bij Paul BV en Mary BV. Aalbers Beheer BV verzorgt ook de financiering en de administratie van de groep. Het aantal onderlinge leveringen en diensten beloopt in de vele duizenden per jaar. 1 Zijn de onderlinge leveringen en diensten belast met OB? Belicht in uw antwoord de drie eisen die de wet stelt en motiveer waarom de groep wel of niet aan die eisen voldoet. Boekhandel Arends is sinds begin 2011 gevestigd in een nieuw pand, dat door de boekhandel werd gekocht voor € 500.000 plus € 95.000 OB. Vanaf de opening in januari 2011 verricht de boekhandel in de winkel ook een aantal bancaire en verzekeringsdiensten, en bemiddelt in diverse kansspelen die vallen onder de Wet op de kansspelen. De planning is dat 80% van de omzet behaald wordt met de handel in
24
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
boeken, en 20% met genoemde overige activiteiten. In 2011 is de omzetverhouding conform de planning. In 2012 blijkt de werkelijke omzetverhouding 70% boekhandel en 30% overige te zijn. Het gebruik van de winkelruimte sluit aan bij de omzetverhouding in 2011 en 2012. Naast de direct toerekenbare kosten zijn er in 2012 € 40.000 plus € 3.800 OB aan algemene kosten gemaakt. 2 Welke activiteiten van Boekhandel Arends zijn belast voor de OB, welke zijn vrijgesteld? Geef bij de vrijstellingen aan op grond van welk artikel met lid en letter. 3 Kan de € 95.000 OB inzake de aankoop van het pand geheel of gedeeltelijk verrekend worden? Geef aan welk bedrag en op grond van welke bepaling. 4 Welke gevolgen heeft de in 2012 gewijzigde verhouding van de omzetten voor de verrekende omzetbelasting inzake het pand? Bereken een eventueel verschil en geef aan op grond van welke bepaling. 5 Kan de € 3.800 OB op algemene kosten in 2012 geheel of gedeeltelijk verrekend worden? Geef aan welk bedrag en op grond van welke bepaling. Handelsbedrijf Govaart heeft een vordering van € 35.700 op Heldershop vanwege geleverde goederen. Na lang aandringen betaalt Heldershop een derde gedeelte, € 11.900. Kort daarna gaat Heldershop failliet. De resterende vordering kan Govaart als oninbaar beschouwen. 6 Biedt de Wet OB voor Govaart nog een mogelijkheid om een deel van het verlies goed te maken? Zo ja, welke en tot welk bedrag? 7 Hoe dient Govaart te handelen om dit te realiseren? 8 Welke wettelijke gevolgen heeft het bovenstaande voor de OB-verplichtingen van Heldershop? Uitwerking 15 1 Nee, er is sprake van een fiscale eenheid op grond van art. 7 lid 4 Wet OB. Er is een financiële verwevenheid (Aalbers BV regelt de financiering, Peter BV koopt in, Paul BV en Mary BV verkopen en betalen daarmee de inkopen, heeft 100% van de aandelen in de drie werkmaatschappijen). Er is een organisatorische verwevenheid (Aalbers voert het management over de drie werkmaatschappijen, inkoop resp. verkoop, administratie en beheer bij Aalbers BV). Er is een economische verwevenheid (ze behoren tot één groep en kunnen niet zonder elkaar, en verrichten prestaties aan elkaar etc.) 2 De bancaire, verzekerings- en kansspelactiviteiten op basis van resp. art. 11 lid 1 letters i of j, k en l van de Wet OB. 3 De € 95.000 kan voor 80% verrekend worden (€ 76.000) op grond van art. 11 lid 1 letter c Uitv.besch. OB. Lid 4 geeft geen complicatie aangezien de omzetverhouding strookt met de benutting van de ruimte. 4 Op grond van art. 13 lid 2 Uitv.besch. OB zal herrekend moeten worden: 10% van 10% van € 95.000 is € 9.500. Dit is meer dan 10% van 8% van € 95.000 (€ 800), dus niet te verwaarlozen op grond van art. 13 lid 4.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 25
5 De € 3.800 in 2011 kan voor 70% worden verrekend: € 2.660 op grond van art. 11 lid 1c Uitv.besch. OB. 6 Art. 29 lid 1 biedt de mogelijkheid om de OB inzake het oninbare deel terug te vragen, € 3.800. 7 Op verzoek. Dus een afzonderlijk verzoek indienen. 8 Art. 29 lid 2 bepaalt dat de niet aan leveranciers of dienstverleners betaalde OB alsnog verschuldigd is. De Belastingdienst zal de aan Govaart terugbetaalde OB dus weer claimen bij Heldershop.
Opgave 16 Examen maart 2012 Motiveer alle antwoorden en geef steeds aan op grond van welk artikel, eventueel met lid en letter. Een artikel kan de wet betreffen, of een besluit, of de uitvoeringsbeschikking. Karel Notenbalk is dirigent van verschillende harmonie- en fanfareorkesten. Verder geeft hij aan leden van deze verenigingen muzieklessen. Voor al deze werkzaamheden stuurt hij periodiek facturen aan de penningmeesters van de muziekverenigingen. Daarnaast geeft hij tegen betaling muzieklessen aan groepen kinderen, jongeren en volwassenen. 1 Over welke vergoedingen moet Notenbalk wel of juist geen omzetbelasting in rekening brengen? Het Brabantse assurantiebedrijf Best Verzekerd BV kocht in 2008 een nieuw, nog ongebruikt pand voor € 400.000 exclusief omzetbelasting. 2 Waarom moest over de aankoop van het pand in 2008 omzetbelasting in rekening gebracht worden? 3 Kon de bv de in rekening gebrachte omzetbelasting in vooraftrek brengen? Op 30 december 2011 verkoopt de bv het pand voor € 500.000 exclusief omzetbelasting. 4 Stel dat het pand verkocht wordt aan een ander assurantiebedrijf, is dan over de verkoop omzetbelasting verschuldigd? 5 Stel dat het pand verkocht wordt aan een accountantskantoor, bestaat dan de mogelijkheid van een verkoop met omzetbelasting? Aan welke voorwaarden moet dan worden voldaan? 6 Stel dat er over de verkoopprijs omzetbelasting verschuldigd is. Bij wie wordt deze dan geheven? 7 Stel dat het pand eind 2011 verkocht wordt met omzetbelasting. Heeft die verkoop dan nog andere gevolgen voor de omzetbelasting bij Best Verzekerd BV? Een Amerikaan verblijft 20 dagen in Amsterdam. Hij huurt gedurende die gehele periode een personenauto.
26
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen
8 Wat is de plaats van deze verhuurdienst? 9 Stel dat het verblijf van de Amerikaan 40 dagen duurt. Waar vindt dan de dienst plaats? Maak daarbij onderscheid tussen het geval waarin de Amerikaan de auto huurt als ondernemer, of als toerist.
Uitwerking 16 1 Over alle vergoedingen, behalve die voor muzieklessen aan personen jonger dan 21 jaar dient omzetbelasting in rekening te worden gebracht. Art. 11 lid 1 letter o, 2º Wet OB, vermeldt een vrijstelling voor bij AMvB aan te wijzen onderwijs. Art. 8 Uitv.besl. beperkt deze tot muziekonderwijs aan personen jonger dan 21 jaar. 2 Er is sprake van een nieuwe onroerende zaak, zie art. 11 lid 1 letter a 1º Wet OB. 3 Omdat de bv vrijgestelde prestaties verricht, kon de belasting niet in vooraftrek gebracht worden. Zie art. 11 lid 1 letter k Wet OB, art. 15 lid 6 Wet OB en 11 lid 1 letter b Uitv.besch. OB. 4 Over de verkoop is geen omzetbelasting verschuldigd, art. 11 lid 1 letter aWet OB. 5 Er kan geopteerd worden voor een belaste levering, art. 11 lid 1 letter a 2º Wet OB. De voorwaarden zijn: verkoper en koper moeten opteren voor belaste levering en de koper moet voldoen aan de zogenoemde 90%-eis. 6 Op grond van art. 12 lid 4 Wet OB en art. 24ba lid 1 letter a Wet OB wordt de heffing verlegd naar de koper. 7 Op grond van de herzieningsregeling kan de bv bij belaste verkoop alsnog 60% van de voorbelasting op het pand in aftrek brengen. Art. 13 lid 1 letter a en lid 2 en art. 13a Uitv.besch. OB. 8 Op grond van art. 6g vindt de verhuur plaats in Nederland. 9 Er is nu geen sprake meer van kortdurende verhuur. Bij B2B vindt de verhuur plaats in Amerika, art. 6 lid 1 Wet OB. Bij B2C is de plaats van de dienst Nederland, art. 6 lid 2 Wet OB.
Examentrainer SPD 2012 OB – © Noordhoff Uitgevers Groningen 27