Even bijpraten 25, 26 februari 2013____________________________________________ Agenda van de week. 27 februari: rapportavond 28 februari: carnavalsactiviteit, continurooster, school uit om 13.30 uur. Iedereen zorgt voor eigen lunchpakket 3 t/m 7 maart: voorjaarsvakantie 10 maart: open lesdag op gehele school en aanmelden nieuwe leerlingen 11 maart: kleding inzameling 12 maart: culturele voorstelling groepen 5a en 5b Carnaval op Samenwerkingsschool Estafette: Vrijdag continurooster Komende vrijdag wordt er Carnaval gevierd op onze school. Iedereen wordt verkleed op school verwacht. In de speelzaal wordt het programma van de groepen 1 t/m 4 gedaan, terwijl in het overblijflokaal de groepen 5 t/m 8 met hun programma bezig zijn. In de ochtend worden ook nog een aantal workshops gedaan waarbij de leerlingen allerlei attributen maken voor de carnavalsoptocht. Er wordt samen met de leerlingen geluncht. Leerlingen nemen zelf eten en drinken hiervoor mee. Om 13.00 begint de optocht. Na de optocht sluiten we met een polonaise af op het schoolplein waarna om 13.30 uur het feest afgelopen is. Ouders zijn bij de optocht van harte welkom, helaas kan er niet in de speelzalen meegekeken worden vanwege plaatsgebrek. Leuk als u langs de kant staat en wat muziek laat horen. Wij wensen iedereen fijne Carnavalsdagen toe en een prettige vakantie. Op maandag 10 maart beginnen de lessen weer. 13.00 uur : Start OPTOCHT Route: • We lopen de speelplaats af via de grote poort. • We gaan rechts het voetpad op. • Links de Samba staat in. • Rechts af naar de doorgaande weg,hier links. • Naar de Luitstraat, oversteken • Richting Zwarte Pad. • Rechts naar Klarinetstraat, via Zwarte Pad. • Weer naar Samba straat en terug naar school • Plein oplopen. We verzamelen ons op de speelplaats. Hier volgt nog een polonaise!! Om 13.30 uur is het feest afgelopen.
Carnaval in de wijk Zondag 2 maart, maandag 3 maart en dinsdag 4 maart is het weer zo ver. Carnaval in de Kiosk is dan weer een feit. Samen zullen we dan carnaval gaan vieren met jullie en onze eigen Prins en Prinses van CV ASW Brukske 2014. Samen hossen en springen, maar vooral samen veel lol en plezier hebben tijdens deze dagen. We zijn iedere dag geopend vanaf 10:00 uur t/m 14:00 uur. Waar? In wijkcentrum de Kiosk in het Brukske te Venray. De entree is gratis. Ook zijn we iedere dag vanaf 15:00 uur tot 20:30 uur in de wijkhal van het Brukske, om te hossen, spelen, knutselen enz. Daar zal de entree €0,50 per persoon zijn. Ouders let op: hier wordt geen alcohol verkocht. Dit is in samenwerking met Spelen doe je zo. Het adres is brukske 1A te venray. We hopen jullie allemaal te mogen begroeten en zeggen “Alaaf”.
Wij wensen u een prettige Carnaval en een fijne vakantie.
Leestips voor groep 1 tot en met 8 Tips voor voorbereidend lezen (groep 1 en 2) Als kleuter leert je kind nog niet echt lezen, maar hij oefent op school al wel met geschreven taal. We noemen dit voorbereidend lezen. Je kind leert bij deze oefeningen op een speelse manier dat taal uit woorden bestaat en dat die woorden weer uit klanken bestaan. Vervolgens leert hij welke letters bij die klanken horen, zoals de letter ‘b’ is van bal. Naast deze oefeningen wordt er ook veel voorgelezen. Dit stimuleert de fantasie en zorgt ervoor dat je kind nieuwe woorden leert. Wil je zelf ook de taalontwikkeling van je kind stimuleren? Hieronder staan een aantal tips om thuis mee aan de slag te gaan. Tip 1 Voorlezen Tip 2 Plezier in (voor)lezen Tip 3 Uitbreiden van de woordenschat Tip 4 Letters oefenen Tip 5 Rijmen Tip 6 Het digitale prentenboek
Tips voor aanvankelijk technisch lezen (groep 3) In groep 3 krijgt je kind gerichte leesinstructie. Hij leert dat woorden uit letters bestaan en dat aan al deze letters een bepaalde klank vastzit. Een volgende stap is het leren lezen en schrijven van deze letters en klanken. Hij doet dat gekoppeld aan woorden, zoals de letter ‘m’ is van maan. Zo leert je kind al snel woorden lezen. Eerst zijn dat klankzuivere woorden, zoals maan en vis. Deze worden geschreven zoals je ze uitspreekt. Daarna volgen de nietklankzuivere woorden, zoals winkel en geluk. Voor je het weet, leest je kind niet alleen losse woordjes maar hele zinnen. Wil je thuis ook het leren lezen oefenen, maak dan gebruik van de volgende tips. Tip 1 Tip 2 Tip 3 Tip 4 Tip 5 Tip 6
Woorden hakken en plakken Woorden verdelen in lettergrepen Speuren naar woorden Maak een rijmslang Zoek de hoofdletters Samen lezen
Tip 7 Plezier in lezen Tip 8 Leesoefeningen op de computer
Tips voor voortgezet technisch lezen (groep 4 t/m 8) Je kind heeft in groep 3 leren lezen, maar hij kan dat nog niet snel. Daarom gaat hij tot groep 8 nog veel oefenen. We noemen dit voortgezet technisch lezen. Hij leert hierbij om vlot en zonder veel fouten te lezen. Elk kind doet dat op zijn eigen niveau en in zijn eigen tempo. Net zo lang totdat hij het goed genoeg kan. Onderstaande tips helpen je kind om vlotter te lezen. Tip 1 Tip 2 Tip 3 Tip 4 Tip 5 Tip 6
Samen lezen Leesfoutjes verbeteren Plezier in lezen Luisterboeken Stripboeken en tijdschriften Leesoefeningen op de computer
Tips voor begrijpend lezen (groep 4 t/m 8) Bij het vak begrijpend lezen staat het samen lezen en bespreken van teksten centraal. Hiermee wordt de taalvaardigheid van je kind opgebouwd en leert hij steeds langere en complexere teksten begrijpen. Een voorwaarde is wel dat je kind al vlot kan lezen, want anders komt hij nauwelijks aan leesbegrip toe. De meeste scholen beginnen daarom pas vanaf groep 4 of 5 met begrijpend lezen. Hier volgen een aantal tips om het begrijpend lezen thuis te stimuleren.
Tip 1 Tip 2 Tip 3 Tip 4 Tip 5 Tip 6 Tip 7
Begrijpend lezen op de computer Het vergroten van de woordenschat met woordkaartjes Woordenschat op de computer Moeilijke woorden opzoeken Spreekwoorden en gezegden Boekbespreking Studerend lezen (groep 7 en 8)
Tips voor voorbereidend lezen (groep 1 en 2) Tip 1 Voorlezen Op school wordt je kind veel voorgelezen en mag hij zelf ook boekjes bekijken. Dit zijn boekjes waar veel plaatjes in staan en waarbij hij zijn eigen verhaal kan maken. Voor kleuters zijn er veel mooie prentenboeken te koop, maar je kunt ze ook samen met je kind in de bibliotheek lenen. Voorlezen is goed voor de taalontwikkeling van je kind. We geven daarom een aantal tips om het voorlezen nog leuker en leerzamer te maken. • Vóór het voorlezen Kies met je kind een boek uit om samen te lezen. Bekijk, voordat je gaat lezen, eerst het boek. Lees de titel en bekijk samen de plaatjes. Waar denkt je kind dat het boek over gaat? Weet hij er al iets over? • Tijdens het voorlezen Vraag je kind tijdens het voorlezen af en toe om een reactie. Vraag bijvoorbeeld: Hoe zou het verhaal verder gaan? Wat zou jij doen als ...? Laat je kind zelf ook vragen stellen of dingen aanwijzen in het boek. Door tijdens het voorlezen vragen te stellen, blijft je kind goed bij het verhaal betrokken. Leg ook de betekenis van moeilijke of onbekende woorden uit. • Na het voorlezen Laat je kind na het voorlezen het verhaal navertellen. Door het navertellen gaat hij het verhaal beter begrijpen. Waarschijnlijk vraagt hij om het verhaal nog een keer voor te lezen. Dat is goed. Door een verhaal meerdere keren voor te lezen, begrijpt en herkent hij steeds een beetje meer. Hij onthoudt moeilijke woorden beter en het navertellen gaat ook steeds beter. Door je kind regelmatig voor te lezen, leert hij nieuwe woorden kennen en komt hij in aanraking met verschillende soorten boeken. Door het stellen van vragen wordt je kind nieuwsgierig en meer betrokken bij het lezen. Hij leert goed luisteren en zal het verhaal beter begrijpen. Tip 2 Plezier in (voor)lezen Bij lezen is het belangrijk dat jouw kind het plezier van lezen gaat ontdekken. Lezen is ontspannend en leuk én je leert er veel van. Het stimuleert de fantasie, het brengt jen bij het leren lezen, maar ook bij het begrijpend lezen. Natuurlijk hoort je kind iedere dag nieuwe woorden, maar op school worden nieuwe woorden gestructureerd aangeleerd door ze te koppelen aan een thema. Zo’n thema kan bijvoorbeeld het thema ‘ziek’ zijn. Je kind leert dan bijvoorbeeld woorden als: dokter, mitella, recept, apotheek en thermometer. Hij leert deze nieuwe woorden niet alleen door ze vaak te horen, maar ook door ze te zien en er iets mee te doen. Je zou als ouder bij dit thema kunnen aansluiten door je kind een keer mee te nemen naar een apotheek of een ziekenhuis. Laat je kind bijvoorbeeld de dokter aanwijzen of de verpleegster. De woorden komen dan tot leven en blijven beter hangen. Of stimuleer je kind thuis om doktertje te spelen zodat hij spelenderwijs kan oefenen met de nieuwe woorden.
Tip 3 Uitbreiden van de woordenschat Op school leert je kind er iedere dag nieuwe woorden bij. Wanneer je kind veel woorden kent, kan hij beter voorleesverhalen en opzegversjes begrijpen. Hij kan de leerkracht beter volgen en leert ook sneller de betekenis van nieuwe woorden. Een grote woordenschat zal je kind later helpen bij het leren lezen, maar ook bij het begrijpend lezen. Natuurlijk hoort je kind iedere dag nieuwe woorden, maar op school worden nieuwe woorden gestructureerd aangeleerd door ze te koppelen aan een thema. Zo’n thema kan bijvoorbeeld het thema ‘ziek’ zijn. Je kind leert dan bijvoorbeeld woorden als: dokter, mitella, recept, apotheek en thermometer. Hij leert deze nieuwe woorden niet alleen door ze vaak te horen, maar ook door ze te zien en er iets mee te doen. Je zou als ouder bij dit thema kunnen aansluiten door je kind een keer mee te nemen naar een apotheek of een ziekenhuis. Laat je kind bijvoorbeeld de dokter aanwijzen of de verpleegster. De woorden komen dan tot leven en blijven beter hangen. Of stimuleer je kind thuis om doktertje te spelen zodat hij spelenderwijs kan oefenen met de nieuwe woorden. Tip 4 Letters oefenen Je kind leert op school nog niet om te lezen, maar krijgt al wel bijna alle letters van het alfabet aangeboden. Iedere week staat er een letter centraal en mag je kind voorwerpen meenemen die beginnen met deze letter. Hij leert dan hoe een letter er uitziet en dat aan iedere letter een klank vastzit. Door goed naar de klanken van woorden te luisteren, krijgen de meeste kleuters in de gaten dat woorden uit letters zijn opgebouwd. Dit is een belangrijke voorbereiding op het latere leren lezen. Je kind leert de letters uit te spreken zoals je ze hoort in een woord en niet zoals bij het uitspreken van het alfabet. Op onze website www.snapjekind.nl vind je bij de rubriek ‘Artikelen en tips’ een filmpje waarin de uitspraak van letters wordt voorgedaan. Probeer thuis samen met je kind de letters eens te benoemen zoals je ze hoort. Begin met de letters van de naam van je kind. Probeer daarna bij iedere letter van het alfabet een dierennaam te bedenken. De letters Q en X mag je overslaan. Lukt het om bij alle letters een dier te verzinnen? In plaats van dierennamen kun je ook bij iedere letter van het alfabet fruit of groente bedenken. Tip 5 Rijmen Peuters en kleuters vinden het erg leuk om rijmpjes voorgelezen te krijgen en om zelf te rijmen. Lees het onderstaande verhaaltje uit ‘Kikker in de kou’ van ‘Max Velthuis’ maar eens voor. Kikker met zijn rood witte broek, beleeft van alles in zijn boek. Varkentje, haas, eend en rat, zijn zijn vrienden, wist je dat? Kikker is soms verdrietig of bang, maar dat duurt gelukkig nooit lang. Want ze zijn vrienden voor het leven, en daarom helpen ze elkaar ook altijd even.
Vraag aan je kind welke woorden rijmen en schrijf deze op. Weet je kind nog meer woorden die rijmen op broek, rat en bang? Probeer dit ook eens met andere rijmpjes. Je vindt ze vaak in prentenboeken. Tip 6 Het digitale prentenboek Naast het zelf voorlezen, zijn er ook diverse digitale prentenboeken die je samen met je kind online kunt beluisteren en bekijken. Hieronder staat een kleine selectie: • http://www.leesmevoor.nl • http://prentenboek.yurls.net/nl/page/ • http://www.kinderpleinen.nl/showPlein.php?plnId=1495 • http://www.kleutergroep.nl/Boeken/online%20boeken%20index.htm
Tips voor aanvankelijk technisch lezen (groep 3) Tip 1 Woorden hakken en plakken Een onderdeel van het leren lezen in groep 3 is het hakken en plakken. Bij het hakken van een woord leert je kind een woord in klanken te hakken. Hij spreekt de letters daarbij één voor één uit: vis = v | i | s Bij het plakken voegt je kind de klanken weer samen tot één woord. Dit gebeurt met een klap in de handen. Maak hier thuis een spelletje van. Hak een woord in losse klanken (losse letters). Plak daarna de klanken weer aan elkaar tot een woord. Begin met makkelijke woorden van één lettergreep (zon, lip, zeep). Op school leert je kind ook al gauw de wat moeilijkere klanken (muts, kast, drop, buik, mier, touw). Voorbeeld:
t|a|k r | oo | s
tak roos
Je kind leert dus dat woorden uit letters en klanken bestaan. Belangrijk daarbij is dat hij de letters leert uitspreken zoals je ze hoort in een woord en niet zoals bij het uitspreken van het alfabet. Op onze website vind je bij de rubriek Artikelen en tips een filmpje waarin de uitspraak van letters wordt voorgedaan. Tip 2 Woorden verdelen in lettergrepen Op school leert je kind dat je woorden kunt verdelen in lettergrepen. Dat is handig bij het lezen van lange woorden. Hij begint met het lezen van korte woorden van één huis. Bijvoorbeeld een briefje met ‘kast’ erop. Je kind loopt naar de kast en vindt een briefje met
‘la’ erop. In de la vindt je kind een briefje met ‘trap’ erop. Zo gaat je kind het hele huis door. Aan het eind van de speurtocht ligt een verrassing klaar. Tip 3 Speuren naar woorden Op school leert je kind de letters niet los lezen. Hij leert ze lezen en schrijven met behulp van een woord. Hij leert bijvoorbeeld de letter ‘m’ met het woord maan. Elke letter heeft zijn eigen woord. Je kind oefent de letter een paar dagen. Daarna volgt weer een andere letter. Net zolang tot hij alle letters van het alfabet kent. Een leuke manier om het lezen te oefenen, is het organiseren van een speurtocht in huis. Door bekende plekken in huis te benoemen, oefent je kind het lezen van letters en leert hij nieuwe woorden bij deze letters. Leg eerst briefjes klaar. Op ieder briefje schrijf je een woord dat verwijst naar een plek in huis. Bijvoorbeeld een briefje met ‘kast’ erop. Je kind loopt naar de kast en vindt een briefje met ‘la’ erop. In de la vindt je kind een briefje met ‘trap’ erop. Zo gaat je kind het hele huis door. Aan het eind van de speurtocht ligt een verrassing klaar. Tip 4 Maak een rijmslang Als je kind een nieuw woord heeft leren lezen, kan hij of zij de letters van dat woord gaan vervangen door andere letters. Zo leert hij weer nieuwe woorden lezen. Je kunt dit thuis ook oefenen door het maken van een ‘rijmslang’. Bedenk samen met je kind zoveel mogelijk rijmwoorden. Kies als eerste een woord dat net op school is aangeleerd, bijvoorbeeld sok. Vervang steeds de eerste letter van het woord. De kunst is de slang zolang mogelijk te maken!Je kunt ook een letter in het midden van een woord of aan het einde van een woord vervangen: mus – moes – …. en dak – dan – …. Tip 5 Zoek de hoofdletters Je kind leert eerst alle kleine letters lezen, daarna zijn pas de hoofdletters aan de beurt. Hoofdletters worden gebruikt aan het begin van een zin en bij namen. Je kind zal op school nu steeds meer boekjes gaan lezen waar hoofdletters in voorkomen. Daarbij zal hij ontdekken dat veel hoofdletters er anders uitzien dan de kleine letters. Om je kind te laten wennen aan de verschillende soorten letters, kun je de volgende oefeningen doen. Pak een boek, tijdschrift of krant. Ga samen met je kind alle hoofdletters aanwijzen of omcirkelen. Wie ontdekt de meeste hoofdletters? Laat je kind op de computer zijn naam in hoofdletters en in kleine letters typen. Bijvoorbeeld: julian en JULIAN. Zo leert hij de verschillen kennen.
Tip 6 Samen lezen Samen een boek lezen is leuk en goed voor de taalontwikkeling van je kind. Je kind leert hierdoor steeds meer woorden lezen en zal de woorden ook steeds sneller lezen. Wanneer jouw kind thuis boekjes leest, zal het lezen op school dus ook steeds beter gaan. Laat je kind regelmatig een boekje uitzoeken en lees dit samen. Je kunt dat op verschillende manieren doen: • Je kind leest jou hardop voor. Ondertussen kijk en lees je mee. • Je leest zelf voor. Ondertussen kijkt en leest je kind mee. • Jullie lezen om de beurt een paar zinnen aan elkaar voor. Wanneer je samen met je kind leest, maakt hij vast wel eens een foutje. Verbeter hem dan niet meteen. Zeg niet: ‘Dat heb je fout gelezen’. Vraag hem het woord of de zin nog eens te lezen. Misschien lukt het dan wel. Geef hem een compliment. Zeg bijvoorbeeld: ‘Goed zo’. Wanneer je kind zelf zijn fouten kan verbeteren, geeft dat een goed gevoel. Het geeft hem zelfvertrouwen en hij krijgt plezier in het lezen. Tip 7 Plezier in lezen Bij lezen is het belangrijk dat jouw kind het plezier van lezen gaat ontdekken. Lezen is ontspannend en leuk én je leert er veel van. Het stimuleert de fantasie, het brengt je op ideeën en je leert veel nieuwe woorden. Laat daarom thuis zien dat het leuk is om te lezen: • Lees samen, maar lees ook regelmatig zelf een boek in het bijzijn van je kind. • Als je samen leest, doe dat dan niet te lang. Liever iedere dag even kort (5 of 10 minuten) dan één keer heel lang. • Neem een abonnement op de bibliotheek en maak er een uitje van. Voor kinderen onder de 18 is dit zelfs gratis. • Houdt rekening met het niveau waarop je kind leest. Het AVI-systeem deelt teksten en boeken in op moeilijkheidsgraad. AVI-Start is voor beginnende lezers. Daarna komt AVI-M3. Dat is het niveau van midden (M) groep 3. Op www.snapjekind.nl vind je bij de rubriek Artikelen en tips meer informatie over AVI-niveaus. Tip 8 Leesoefeningen op de computer Op het internet vind je sites waarop je kind kan oefenen met technisch lezen. Bij technisch lezen gaat het om de techniek van het lezen: snel en zonder fouten een tekst lezen. Op de sites www.leestrainer.nl en www.digischool.nl staan oefeningen voor groep 3 die het technisch lezen bevorderen en het leestempo verhogen. Tips voor voortgezet technisch lezen (groep 4 t/m 8) Tip 1 Samen lezen Voortgezet technisch lezen is gericht op het onderhouden van de leesvaardigheid en het verhelpen of verminderen van leesproblemen. Het is hierbij belangrijk dat je kind veel oefent, zowel thuis als op school. Als je samen leest, kan dat het lezen thuis bevorderen. Want samen lezen is gezellig en leuk, ook als je kind al wat ouder is. Je kunt elkaar om de beurt een stukje hardop voorlezen. De een leest dan voor en de ander leest en kijkt mee. Maar je kind kan natuurlijk ook af en toe eens een jonger broertje of zusje voorlezen! Met hardop voorlezen oefent je kind het lezen van moeilijke woorden en het leestempo. Laat hem af en toe proberen het verhaal zo mooi mogelijk voor te dragen, dan oefent hij ook het gebruik van zijn intonatie.
Tip 2 Leesfoutjes verbeteren Wanneer je samen met je kind leest, maakt hij vast wel eens een foutje. Verbeter hem dan niet meteen. Zeg niet: ‘Dat heb je fout gelezen’. Vraag hem het woord of de zin nog eens te lezen. Misschien lukt het dan wel. Geef hem een compliment. Zeg bijvoorbeeld: ‘Goed zo’. Wanneer je kind zelf zijn fouten kan verbeteren, geeft dat een goed gevoel. Het geeft hem zelfvertrouwen en hij krijgt plezier in het lezen. Vergeet niet om je kind een complimentje te geven. Het helpt je kind om door te gaan met lezen.Je kunt ook afspreken om op de tafel te kloppen bij een foutje. Je kind leest het woord of de zin dan opnieuw.En voor de verandering kun je de rollen ook eens omdraaien! Jij leest dan voor en maakt met opzet fouten. Vervolgens mag je kind zeggen wanneer jij iets fout leest Vindt hij alle fouten? Tip 3 Plezier in lezen Bij lezen is het belangrijk dat jouw kind het plezier van lezen gaat ontdekken. Lezen is ontspannend en leuk én je leert er veel van. Het stimuleert de fantasie, het brengt je op ideeën en je leert veel nieuwe woorden. Als je kind moeite heeft met lezen, is hij waarschijnlijk niet blij met de boeken voor zijn leeftijd. Hij vindt de teksten misschien te moeilijk of de boeken te dik. Maar er zijn genoeg boeken die makkelijker te lezen zijn en toch niet te kinderachtig. Op school weten ze meestal wel welke boeken dat zijn en in de bibliotheek of winkel kunnen ze je ook helpen met zoeken. Speciaal voor kinderen die moeite hebben met lezen, is er in de bibliotheek een Makkelijk Lezen Plein. Hier zijn boeken te vinden die leuk, spannend en makkelijk te lezen zijn. Je vindt het Makkelijk Lezen Plein ook online. Tip 4 Luisterboeken Houdt je kind niet van lezen of vindt hij het nog moeilijk? Koop dan eens een luisterboek of leen er één bij de bibliotheek. Een luisterboek is een cd waarop een boek is ingesproken. Ook al leest je kind het boek niet zelf, het luisteren naar een luisterboek is toch zinvol. Het belangrijkste is dat je kind het plezier van lezen gaat ontdekken en dat hij merkt dat lezen ontspannend en leuk kan zijn. Je kind kan, als het wat ouder is, ook met de voorlezer meelezen. Zo kan hij toch een boek lezen dat hij (nog) te moeilijk vindt of te dik. Voorbeelden van leuke boeken voor kinderen van 7 tot 9 jaar zijn: • Mees Kees • Dolfje Weerwolfje • De serie Fantasia Populaire series voor kinderen in de leeftijd van 10 tot 12 jaar zijn: • De grijze jager • Het leven van een loser • Hoe overleef ik Tip 5 Stripboeken en tijdschriften Als je kind niet van lezen houdt, laat hem dan eens een stripboek lezen of een tijdschrift. Misschien vindt hij dat wel leuk. Je kind leert niet alleen veel van boeken lezen. In stripboeken en tijdschriften staat ook veel informatie. Hij leert nieuwe woorden kennen en zal door de plaatjes de tekst beter begrijpen. Ga samen op zoek naar een stripboek of tijdschrift dat past bij zijn leeftijd en interesse. Er is meer dan genoeg te koop, maar je kunt ze ook lenen bij de bibliotheek. Veel kinderen vinden de Donald Duck erg leuk.
Er bestaan ook kranten voor kinderen. Zo heb je de Kidsweek. Deze krant is voor kinderen van 7 tot 12 jaar en verschijnt elke week. Er staan allerlei nieuwtjes in die voor kinderen leuk zijn om te lezen. Sommige scholen hebben ook een abonnement op dit weekblad. Tip 6 Leesoefeningen op de computer Op het internet vind je sites waarop je kind kan oefenen met technisch lezen. Bij technisch lezen gaat het om de techniek van het lezen: snel en zonder fouten een tekst lezen. Op de sites www.leestrainer.nl en www.digischool.nl staan oefeningen die het voortgezet technisch lezen bevorderen en het leestempo verhogen. Tips voor begrijpend lezen (groep 4 t/m 8) Tip 1 Begrijpend lezen op de computer Op school is goed leren lezen heel belangrijk. Maar het is ook belangrijk dat je kind begrijpt wat hij leest. Dat leert hij bij het vak begrijpend lezen. Hij leert om vragen te beantwoorden bij een tekst. Bijvoorbeeld: Wat is de belangrijkste zin uit de inleiding? De leerkracht kan zo controleren of je kind de tekst goed begrepen heeft. Je kunt je kind dit soort oefeningen ook thuis laten doen. Op internet vind je oefeningen voor begrijpend lezen voor groep 3 tot en met 8. Deze sites zijn gratis: • www.digischool.nl; • www.leestrainer.nl. Tip 2 Het vergroten van de woordenschat met woordkaartjes Je kind leert op school veel nieuwe woorden. De school noemt dat het vergroten van de woordenschat. Het gaat daarbij om het onthouden van de betekenis van woorden. Hoe meer woorden je kind kent, hoe beter hij teksten kan lezen en begrijpen. Met onderstaande oefening kun je thuis ook werken aan de woordenschat van je kind. Maak samen met je kind woordkaartjes van kleine stukjes karton of papier. Op de voorkant schrijf je het woord. Op de achterkant zet je de betekenis van het woord. Dat kan een omschrijving zijn van het woord. Het mag ook een tekening zijn of een plaatje uit een tijdschrift. Met de woordkaartjes kun je een spelletje spelen. Laat je kind het plaatje of de omschrijving op de achterkant zien. Hij mag dan raden welk woord op de voorkant staat.
Tip 3 Woordenschat op de computer Op internet vind je ook oefeningen waarmee je kind zijn woordenschat kan vergroten. Deze sites zijn gratis: • www.digischool.nl;
• www.leestrainer.nl. Hoe groter de woordenschat van je kind is, hoe gemakkelijker hij teksten kan lezen en begrijpen. Ook kan hij een uitleg op school beter volgen. En hoe groter de woordenschat van je kind is, hoe beter hij zijn eigen gedachten en gevoelens onder woorden kan brengen.
Tip 4 Moeilijke woorden opzoeken Als je kind een boek of een tekst leest, kan hij moeilijke woorden tegenkomen. Als je kind de betekenis van zo’n woord niet weet, kan hij die opzoeken in een woordenboek. Er zijn speciale woordenboeken voor kinderen te koop. Op school leert je kind met alfabetiseringsoefeningen hoe je zo’n woordenboek gebruikt. Zet deze woorden in de juiste alfabetische volgorde: column – codicil – collecte – coalitie – collage- coach – cocon – collega – cognac – coderen Op internet kun je ook de betekenis van woorden opzoeken. Kijk maar eens bij deze sites: • www.vandale.nl/opzoeken • www.woorden-boek.nl Tip 5 Spreekwoorden en gezegden Soms leest je kind in zijn boek zinnen die niet echt kunnen. Dat zijn meestal spreekwoorden en gezegden, zoals: • Ik krijg er een punthoofd van. • Hij is zo gek als een deur. • Hij ziet ze vliegen. • De puntjes op de i zetten. Bij spreekwoorden en gezegden worden woorden figuurlijk gebruikt. De woorden betekenen iets anders dan wat er letterlijk staat. Dit brengt kinderen soms in de war. Papa zegt: ‘Nou breekt mijn klomp.’ Isa zegt: ‘Maar je hebt helemaal geen klompen aan.’ Door de betekenis van zulke zinnen samen met je kind op te zoeken, begrijpt je kind wat er bedoeld wordt. Dat kan in een woordenboek of op internet. Tip 6 Boekbespreking Op school krijgen kinderen de opdracht om een boek in de klas te bespreken. Bij een boekbespreking vertel je waar een boek over gaat en wat je ervan vindt. Vaak lees je er ook een stukje uit voor. Met een boekbespreking kun je andere kinderen stimuleren om dat boek ook te lezen. Je kunt als ouder je kind helpen om de boekbespreking thuis voor te bereiden. Zoek samen een boek uit dat hij leuk vindt. Vraag dan of hij het alleen wil lezen, of samen met jou. Stel je kind na afloop vragen over het boek en laat hem het verhaal navertellen. Hieronder staan voorbeelden van vragen die je kunt stellen. Voorbeeldvragen • Wie zijn de hoofdpersonen in het boek? • Wat voor soort boek is het? Is het bijvoorbeeld een fantasieboek • of een waar gebeurd verhaal? • Wat vind je van het boek en waarom? • Zou je zelf willen meemaken wat er in het boek gebeurt? • Als jij de schrijver van dit boek was, zou je het verhaal dan ook zo laten aflopen? • Welk cijfer zou je dit boek willen geven? • Vind jij de titel goed bij het verhaal passen? Waarom (niet)?
Tip 7 Studerend lezen (alleen voor groep 7 en 8) Aan het einde van de basisschool oefent je kind het studerend lezen. Bij studerend lezen gaat het niet alleen om het begrijpen van teksten, maar ook om het onthouden en reproduceren van teksten. Een samenvatting maken helpt je kind om de belangrijkste punten uit een tekst te vinden en te onthouden. Het beste is dat je kind dat in zijn eigen woorden doet. Daarmee dwing je hem om de tekst goed te lezen. Hoe maak je een samenvatting? • Lees de tekst eerst een keer door. • Zoek de betekenis van moeilijke woorden op. • Noteer het onderwerp of de titel van de tekst. • Schrijf per alinea de belangrijkste woorden en zinnen op (kernwoorden en kernzinnen). • Maak een samenvatting door de belangrijkste woorden en zinnen samen te nemen.