Conceptversie september 2013
Evaluatie “’t Kan Beter” Openbare gezondheidszorg 2008-2011
Gemeente Coevorden Afdeling Beleid & Strategie September 2013
1
Conceptversie september 2013
Inhoudsopgave Inleiding ............................................................................................................. 3 Overzicht resultaten ............................................................................................. 4 1. Doelgroep ....................................................................................................... 6 2. Landelijke kaders.............................................................................................. 7 3. Speerpunten .................................................................................................... 9 3.1 Roken ........................................................................................................ 9 3.2 Alcohol ..................................................................................................... 11 3.3 Overgewicht .............................................................................................. 14 3.4 Diabetes ................................................................................................... 17 3.5 Depressie.................................................................................................. 18 4. Facetbeleid .................................................................................................... 21 5. Conclusie en doorkijk naar toekomst .................................................................. 24 5.1 Conclusies en aanbevelingen ........................................................................ 24 Roken en alcohol .......................................................................................... 24 Overgewicht................................................................................................. 25 Diabetes...................................................................................................... 26 Depressie .................................................................................................... 26 Terugdringen sociale economische verschillen .................................................... 26 Facetbeleid .................................................................................................. 27 5.2 Landelijke speerpunten ............................................................................... 28 5.3 Eindconclusie; visie op de toekomst............................................................... 28 Bronvermelding ................................................................................................. 29 Bijlage 1 ........................................................................................................... 30 Samenvatting Jeugdonderzoek GGD 2008............................................................ 30 Bijlage 2 ........................................................................................................... 32 School Preventie Plan ....................................................................................... 32 Bijlage 3 ........................................................................................................... 33 Integraal facetbeleid ........................................................................................ 33
2
Conceptversie september 2013
Inleiding In juni 2008 heeft de gemeenteraad de Beleidsnota Openbare Gezondheidszorg “’t Kan Beter” vastgesteld. Deze beleidsnota liep tot en met 2011. In de beleidsnota ’t Kan Beter wordt uitgelegd dat de gemeente ervoor heeft gekozen om voor de periode 2008-2011, zich op advies van de Inspectie voor de Gezondheidszorg meer heeft laten leiden door de landelijke speerpunten die door het Ministerie van VWS zijn vastgesteld. De landelijke speerpunten, te weten roken, schadelijk alcoholgebruik, overgewicht (bewegen en voeding), diabetes en depressie, zijn door het college aangevuld met het speerpunt ‘negatieve leefstijlen’. Daarnaast heeft de gemeente in de nota aangegeven meer aandacht te willen besteden aan het terugdringen van de effecten van sociaal economische gezondheidsverschillen. In de nota wordt de vertaalslag gemaakt naar een lokale invulling, waarbij relaties worden gelegd met de prestatievelden van de Wmo en de mogelijkheden voor facetbeleid. Hierbij wordt het model van Lalonde, een Canadese minister van Gezondheid, als onderlegger gebruikt. Er is gekozen om voornamelijk in te steken op twee prioritaire doelgroepen; jongeren van 0 tot 23 jaar en ouderen van 55 jaar en ouder. Bij het terugdringen van de effecten van sociaal economische gezondheidsverschillen is het beleid primair gericht geweest op herstructureringswijken. Daarnaast is ook het meer fysieke gedeelte van de jeugdgezondheidszorg in de nota geïntegreerd. Aan de hand van de beleidsvoornemens uit “’t Kan Beter” zal in dit evaluatieverslag worden getracht een beeld te schetsen van de mate waarin het gezondheidszorgbeleid in de afgelopen jaren in de praktijk is gebracht. Niet alleen heeft de gemeente Coevorden dit bij (zorg)instanties belegd, ook hebben er verschillende interventies plaatsgevonden, waarbij het College een actieve rol heeft gespeeld. Te denken valt aan het geven van proeflessen op de scholen rondom gezonde voeding, het uitdelen van armbandjes in het kader van alcoholbeperking en het onder de aandacht brengen van de minimumleeftijd die er met alcoholnuttiging is gemoeid. Maar ook met betrekking tot gezondheidsbevordering op gebieden die niet binnen de in de nota gekozen speerpunten vallen (en derhalve in de evaluatie niet aan de orde komen), heeft het College op actieve wijze onderschreven dat de gemeente Coevorden hier aandacht voor heeft en ook financiëel ondersteunt. Een voorbeeld hiervan is de actie Class4Life in 2011, een scholenproject van Dance4Life. Dance4Life is de jongerencampagne van de organisatie Stop Aids Now. De leerlingen van de Nieuwe Veste hebben in dit kader geld ingezameld voor een aantal projecten van Stop Aids Now. Niet alleen hebben burgemeester Bert Bouwmeester en Wethouder Truus Pot hier door aanwezig te zijn en het dragen van shirts fysiek laten merken dit initiatief te ondersteunen, ook hebben zij bekend gemaakt dat de gemeente Coevorden een financiële bijdrage leverde aan de inzamelingsactie. De voornemens worden geëvalueerd door per voornemen met kleuren aan te geven of een beleidsvoornemen behaald is (groen), gedeeltelijk behaald is (oranje) of niet behaald is (rood). Dit is aan het begin van de evaluatie in één overzicht samengevoegd. Per voornemen zal daarna een uitwerking volgen en tot slot zijn de eindconclusies geformuleerd en worden een aantal aanbevelingen gedaan, ten aanzien van het verlengen van de nota of het nieuw te fomuleren beleid in de toekomst. N.B. Bij de evaluatie moet worden opgemerkt dat de beleidsvoornemens zowel op bestuursniveau als op uitvoeringsniveau zijn geformuleerd en derhalve de evaluatie ook op deze verschillende niveau’s zal zijn.
3
Conceptversie september 2013
Overzicht resultaten
De gemeente Coevorden heeft gekozen om in te steken op de twee prioritaire doelgroepen jongeren 0-23 jaar en ouderen van 55+. De gemeente neemt zich in de nota voor om het uniforme gedeelte JGZ ook in de komende beleidsperiode te laten uitvoeren door Icare JGZ en GGD Drenthe. Uitwerkingsvoorstellen met betrekking tot het maatwerkgedeelte worden uitgewerkt in het kader van het nog te formuleren preventief jeugdbeleid. In het kader van het integraal facetbeleid willen we preventiemogelijkheden binnen het gemeentelijk domein onderzoeken, op het gebied van roken. We denken hierbij aan accomodatiebeleid, sportbeleid en onderwijs. Samen met de lokale zorgaanbieders en de sector verpleging en verzorging, Thuiszorg Icare, huisartsen en stichting Welzijn 2000 willen we onder gemeentelijke regie de mogelijkheden voor een aanpak roken onderzoeken.
In het kader van het School Preventie Plan, het accommodatiebeleid en het sportbeleid zullen in het uitvoeringsprogramma voorstellen voor een aanpak alcohol/middelen worden ontwikkeld.
Binnen de projecten van de stichting Welzijn 2000 gericht op ouderen worden de mogelijkheden van gerichte interventie gericht op alcohol onderzocht. Eventuele uitwerking hiervan wordt onderdeel van het uitvoeringsprogramma.
Met de aanbieders van intramurale zorg wordt bezien in hoeverre er succesvol interventieprogramma’s kunnen worden uitgevoerd. Met een aantal eerste lijns voorzieningen wordt een programma ontwikkeld gericht op de groepen 7 en 8 van de basisschool dat overgewicht bij deze doelgroep aan moet pakken. Het project wordt gevolgd door de Wetenschapswinkel van de RUG. Wanneer de resultaten positief zijn kan de aanpak breder worden verspreid. Met onderwijsinstellingen wordt nagegaan of en hoe er interventieprogramma’s kunnen worden aangeboden, gericht op het terugdringen van overgewicht. We willen overgewicht terugdringen door meer te laten bewegen. In de beleidsnota sport wordt dit voornemen verder uitgewerkt.
Binnen de preventieve aanpak gericht op ouderen zoals die door de stichting Welzijn 2000 is ontwikkeld krijgt het onderwerp overgewicht extra aandacht. We zien overgewicht als een belangrijke oorzaak van diabetes. Op dit onderwerp zien we mogelijkheden voor interventie. Voor een direct op diabetes gerichte aanpak zien we geen mogelijkheden voor de lokale overheid. In overleg met GGD en onderwijs gaan we mogelijkheden onderzoeken voor depressie interventie.
Binnen de door de stichting Welzijn 2000 ontwikkelde, op preventie gerichte huisbezoeken, krijgt het onderwerp depressie en rouwverwerking extra aandacht.
De beleidsvoornemens zijn toegespitst op deze twee doelgroepen. Het uniforme deel van de JGZ is door Icare JGZ en GGD Drenthe uitgevoerd. In het preventieve jeugdbeleid is opgenomen hoe het maatwerkdeel van de JGZ moet worden/ is uitgevoerd. Alleen op het gebied van onderwijs zijn er preventiemogelijkheden, expliciet op het gebied van roken onderzocht. Binnen de jaarrapportage van Stichting Welzijn 2000 wordt niet expliciet beschreven dat er gerichte interventies op roken zijn ontwikkeld en uitgevoerd. Ook vanuit de overig genoemde partijen is dit niet bekend. In het kader van het School Preventie Plan zijn voorstellen ontwikkeld; het uitvoeringsprogramma wordt ieder jaar geëvalueerd en aangepast. Op het gebied van accomodatiebeleid en sportbeleid is aangesloten bij het landelijk beleid. Binnen de jaarrapportage van Stichting Welzijn 2000 wordt niet expliciet beschreven dat er gerichte interventies op overmatig alcoholgebruik zijn ontwikkeld en uitgevoerd. Er wordt wel ingestoken op preventie en voorlichting over genotsmiddelen, waar alcohol ook onder valt. Dit beleidsvoornemen is niet uitgevoerd.
Het School Preventie Plan is ontwikkeld, vanuit een samenwerkingsverband tussen verschillende voorzieningen. Dit is niet gevolgd door de Wetenschapswinkel van de RUG, vanwege de criteria die hier aan werden gesteld. Het ontwikkelde School Preventie Plan is jaarlijks op bijna alle basisscholen in de gemeente Coevorden aangeboden. In de beleidsnota Sport wordt ingestoken op ‘meer bewegen’. Er zijn verschillende interventies uitgevoerd, met als doel om jongeren meer te laten bewegen en overgewicht terug te dringen. Stichting Welzijn 2000 heeft in nagenoeg iedere dorpskern in de gemeente bijeenkomsten onder de noemer “Meer bewegen voor ouderen”. Zoals in het voornemen al wordt aangegeven is er geen aanpak geweest, direct op diabetes gericht. Er zijn geen concrete interventies ontwikkeld op het gebied van depressie. Wel is er fors ingestoken op vroegsignalering en een snelle en goede verwijzing naar specialistische hulp. Het onderwerp depressie en rouwverwerking hebben extra aandacht gekregen, binnen de huisbezoeken, maar ook binnen andere interventies vanuit Welzijn 2000. Bovendien is er ook vanuit het sportbeleid ingezet op participatie en beweging van ouderen, wat een preventieve werking heeft ter voorkoming van depressies.
4
Conceptversie september 2013
Met de aanbieders van intramurale zorg worden de mogelijkheden van interventieprogramma’s nagegaan. In gebieden met een lage sociaal economische status willen we gericht aandacht geven aan de gezondheidssituatie van de inwoners.
Wanneer er op de terreinen wonen, milieu en veiligheid nieuw beleid moet worden vastgesteld zal dit gescreend worden op gezondheidseffecten. Binnen de beleidsterreinen volwasseneducatie en werk inkomen en zorg zullen voorstellen worden ontwikkeld die moeten leiden tot het terugdringen van de effecten van sociaal economische gezondheidsverschillen.
In het uitvoeringsprogramma worden concrete voorstellen voor interventiemogelijkheden in het onderwijs, gericht op een preventieve aanpak van genoemde speerpunten ontwikkeld. In het te formuleren recreatie-toeristisch beleidsplan worden voorstellen ontwikkeld die moeten leiden tot een versterking van de wellness sector.
Mogelijkheden voor interventie programma’s binnen de intramurale zorg zijn niet onderzocht. Op verschillende manieren wordt gerichte aandacht gegeven aan de gezondheidssituatie van de inwoners van gebieden met een lage Sociaal Economische Status. Er is op genoemde terreinen inderdaad gescreend op gezondheidseffecten.
Op het terrein van volwasseneducatie is met name ingezet op het terugdringen van de laaggeletterdheid. Op het terrein van werk, inkomen en zorg zijn ook een aantal maatregelen ontwikkeld voor minima. In 2007/2008 is er voor gekozen om het reeds ontwikkelde School Preventie Plan in Coevorden te implementeren en door te ontwikkelen. In het recreatie- toeristisch beleidsplan zijn voorstellen ontwikkeld om de wellness sector te versterken.
5
Conceptversie september 2013
1. Doelgroep Een eerste beleidsvoornemen is geformuleerd met betrekking tot de doelgroepen waarop het beleid in de nota ’t Kan Beter zich primair heeft gericht. De gemeente Coevorden heeft gekozen om in te steken op de twee prioritaire doelgroepen jongeren 023 jaar en ouderen van 55+.
De beleidsvoornemens zijn toegespitst op deze twee doelgroepen.
Dit komt ook terug in de notitie “Opvoeden en opgroeien in de gemeente Coevorden, visie op jeugd 2008-2012”. Daarin wordt aangegeven dat de jeugd de basis is van onze samenleving. Of het goed gaat met de jeugd, bepaalt in belangrijke mate de kwaliteit van de samenleving, nu en in de toekomst. De keuze om ouderen van 55+ als prioritaire doelgroep te kiezen, heeft te maken met het feit dat het aantal 65-plussers in de gemeente Coevorden langzaam toeneemt. Bovendien is binnen de gemeente het percentage van mensen in de leeftijd van 65 jaar of ouder, hoger dan het landelijke percentage. De gemeente zal steeds meer vergrijzen. De gegevens van het CBS laten zien hoe dit in de aankomende jaren zich ontwikkelt: Jaar Inwoners ouder dan 65
2011 6.759
2015 7.582
2020 8.365
2025 9.091
2030 9.744
2035 10.270
6
Conceptversie september 2013
2. Landelijke kaders De gemeente Coevorden legt in haar nota Gezondheidszorg ’t Kan Beter een verbinding tussen de Gezondheidszorg en de Wmo en gebruikt hierbij de wettelijke basis vanuit de toen geldende Wet collectieve preventie volksgezondheid (Wcpv), tegenwoordig de Wet publieke gezondheid (Wpg). De Wcpv onderscheidt drie deelterreinen: collectieve preventie infectiebestrijding jeugdgezondheidszorg De hieruit voortvloeiende werkzaamheden worden door de gemeente met name bij de GGD ondergebracht. Voor de jeugdgezondheidszorg geldt dat er een basistakenpakket JGZ is vastgelegd, dat bestaat uit twee delen, te weten een uniform deel en een maatwerk deel. Voor 0-4 jarigen ligt de uitvoeringsverantwoordelijkheid bij Icare JGZ en voor 4-19 jarigen ligt dit bij de GGD. De gemeente neemt zich in de nota voor om het uniforme gedeelte JGZ ook in de komende beleidsperiode te laten uitvoeren door Icare JGZ en GGD Drenthe.
Het uniforme deel van de JGZ is door Icare JGZ en GGD Drenthe uitgevoerd.
Uitwerkingsvoorstellen met betrekking tot het maatwerkgedeelte worden uitgewerkt in het kader van het nog te formuleren preventief jeugdbeleid.
In het preventieve jeugdbeleid is opgenomen hoe het maatwerkdeel van de JGZ moet worden/ is uitgevoerd.
Het uniforme deel van de jeugdgezondheidszorg is in de afgelopen jaren uitgevoerd door Icare JGZ en GGD Drenthe. Dit basistakenpakket is verankerd in de toen geldende Wet collectieve preventie volksgezondheid en wordt hierdoor landelijk op zoveel mogelijk uniforme wijze uitgevoerd. In 2012 is er binnen de gemeente Coevorden gesproken over integrale JGZ, waarbij de JGZ onder gebracht zou worden bij één organisatie, zodat er geen sprake meer zou zijn van een overdracht van Icare naar de GGD. De gemeente en betrokken organisaties zijn echter tot de conclusie gekomen dat dit in de lokale situatie onvoldoende meerwaarde heeft. Derhalve wordt de oude situatie nog steeds gehandhaafd. Wel is de tendens ontstaan dat, meebewegend in de komende drie Decentralisaties (Jeugdzorg, Participatiewet en AWBZ), er zowel binnen het uniforme als het maatwerk deel wordt gezocht naar een wijze om ruimte te creeëren om meer vraaggerichte diensten te kunnen leveren, in plaats van aanbodgericht. Het kind of het gezin wordt hierbij centraal gesteld, zonder daarbij de landelijke afspraken omtrent het uniforme deel tekort te doen. De gemeente ondersteunt Icare JGZ en GGD Drenthe hierin. Er worden momenteel landelijk door het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NJC) richtlijnen opgesteld over de invulling van het uniforme gedeelte JGZ in de toekomst. De invulling van de uitvoering van het maatwerk JGZ is uitgewerkt in de beleidsnota jeugd. In de nota “Omdat de jeugd het waard is. Opvoeden en opgroeien in de gemeente Coevorden 2009-2012”, wordt ingestoken op drie deelgebieden, te weten sluitende keten, participatie en vrije tijd, en meepraten en meedoen. Vanuit het eerste doel; de sluitende keten, is in de afgelopen jaren het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) gegroeid. Icare JGZ en GGD Drenthe zijn hierbinnen belangrijke ketenpartners, evenals Bureau Jeugdzorg Drenthe, Maatschappelijk Werk Coevorden en sinds 2012 ook Welzijn 2000.
7
Conceptversie september 2013
Op dit moment wordt de visienota “Omdat de jeugd het waard is” geëvalueerd. Hierin staat de werkwijze van het CJG beschreven. Deelname aan het CJG en alle daaruit voortvloeiende werkzaamheden, (zoals middels de Drentse Verwijs Index de andere ketenpartners informeren en samenwerking vergroten, deelnemen aan de overlegvormen/ casuïstiekbesprekingen, het verwijzen, maar ook het volgen van gezinnen, passend binnen de gedachte “één kind, één plan, één regisseur”) vormen grotendeels het maatwerk JGZ. Daarnaast zijn de inzet van de orthopedagoog, het project Vroeg Erbij, toeleiding tot VVE, Positief Opvoeden Drenthe en huisbezoeken aan ouders die het consultatiebureau niet bezoeken, activiteiten die binnen het maatwerkdeel van Icare JGZ zijn afgenomen. Op de invulling van het maatwerk JGZ met betrekking tot de overige twee deelgebieden, participatie en vrije tijd, en meepraten en meedoen, wordt teruggeblikt in de evaluatie van de nota jeugdbeleid 2008-2012 “Omdat de jeugd het waard is”.
8
Conceptversie september 2013
3. Speerpunten
3.1 Roken Het eerste speerpunt dat door Ministerie van VWS en derhalve ook door de gemeente Coevorden in 2008 is vastgesteld, is roken. Uit cijfers van de GGD Drenthe bleek in 2008 dat zowel de percentages jongeren als ouderen die wel eens gerookt hadden, licht gedaald waren, toendertijd een landelijke tendens. De percentages rokers binnen de provincie Drenthe waren ook vergelijkbaar met landelijke cijfers. In beide groepen was duidelijk dat er meer werd gerookt door mensen met een lage Sociaal Economische Status (SES) en jongeren op het VMBO. Uit landelijke cijfers blijkt dat er een daling van het aantal rokers is onder de jongeren tot 19 jaar. In 2008 zegt 42% wel eens gerookt te hebben, in 2011 is dat 37%. GGD Drenthe heeft in 2008 een jeugdonderzoek uitgevoerd. De belangrijkste bevindingen hiervan zijn in bijlage 1 te vinden. De cijfers van het onderzoek dat in 2012 is gedaan onder de Drentse jeugd, zijn nog niet gepubliceerd. Samen met een aantal gemeenten en GGD’en heeft STIVORO de Richtlijn Tabakspreventie in het lokaal gezondheidsbeleid vastgesteld. Naast het voornemen om de praktische mogelijkheden die daar in worden aangereikt, uit te voeren, heeft de gemeente Coevorden zich ook een aantal voornemens ten doel gesteld op het gebied van het terugdringen van roken, zowel gericht op jongeren als op ouderen.
Beleidsvoornemen jeugd: In het kader van het integraal facetbeleid willen we preventie-mogelijkheden binnen het gemeentelijk domein onderzoeken, op het gebied van roken. We denken hierbij aan accomodatiebeleid, sportbeleid en onderwijs.
Alleen op het gebied van onderwijs zijn er preventiemogelijkheden, expliciet op het gebied van roken onderzocht.
Accomodatiebeleid Op het gebied van accomodatiebeleid worden binnen horeacagelegenheden en andere openbare ruimten de landelijke regels en wetgeving gehandhaafd, zoals de Tabakswet, die onder andere het roken in alle openbare ruimten, op de werkplek en binnen de horeaca verbiedt, maar ook de verkoop van tabak aan jongeren onder de 16 jaar verbiedt, en het verbod legt op tabaksreclame. Daarnaast wordt er landelijk ingestoken op preventie en voorlichting en interventies om roken te verminderen. In het horecaconvenant “Veilig uitgaan in Coevorden” 2011 staat beschreven hoe horeacaondernemingen zich moeten houden aan collectieve (landelijke) regels. Dit betreft echter niet expliciet maatregelen gericht op het terugdringen van roken. Binnen het accommodatiebeleid wordt verder door de gemeente Coevorden gestuurd op het multifunctioneel gebruik van bestaande openbare ruimten. Voorbeelden hiervan zijn de Brede School, waar meerdere ketenpartners zich zullen huisvesten, maar ook het gebruik van multifunctionele centra (dorpshuizen) door gezondheidsorganisaties als Icare en de GGD. Dit gebeurt in een aantal dorpskernen. Daarnaast wordt gestimuleerd dat het gebruik van de gebouwen gericht wordt op sociaal maatschappelijke – en - culturele activiteiten, waarbij de onderliggende visie is dat participatie en ontmoeting bijdragen aan een beter welbevinden en (geestelijke) gezondheid van mensen. Er kan dus worden gesteld dat er vanuit het accomodatiebeleid niet specifiek op het terugdringen van roken is gestuurd, maar wel wordt gezocht naar hoe er een positieve
9
Conceptversie september 2013
bijdrage kan worden geleverd aan het verbeteren van gezondheid van mensen in zijn algemeenheid. Sportbeleid Binnen het sportbeleid is de algemene visie gericht op gezondheid in de brede zin. In de uitvoering van het beleid (o.a. door inzet van de combinatiefunctionarissen) is er met name ingezet op het stimuleren van bewegen en voorlichting over de gevolgen van ongezond eten en overgewicht. Hier wordt bij 3.3. Overgewicht nader op ingegaan. Er is in het sportbeleid en de uitvoering daarvan niet specifiek ingezoomd op roken en het voorkomen en verminderen daarvan. Wel worden in de evaluatie “Jaarrapportage Impuls brede school, sport en cultuur en het actieprogramma Sport en Bewegen, Coevorden 2011” beschreven dat mede door de samenwerking tussen verschillende scholen, de ontwikkeling van kinderen op sociaalemotioneel gebied is vergroot, de kinderen met een gezonde leefstijl bezig zijn geweest en een positiever zelfbeeld creeëren. Onderwijs In 2006 heeft de gemeente Coevorden besloten het School Preventie Plan (SPP) te implementeren in het basisonderwijs in de gemeente Coevorden. Het School Preventie Plan bestaat uit een pakket met verschillende voorlichtingslessen over uiteenlopende onderwerpen, die aan de groepen 7 en 8 worden gegeven. De lessen zijn ontwikkeld en worden gegeven door gastdocenten van verschillende organisaties, zoals HALT, politie, Verslavingszorg Noord Nederland en Welzijn 2000. Ieder jaar evalueert de gemeente hoe de lessen zijn verlopen en worden de behoeften van de scholen gepeild. Een aantal van de lessen uit dit pakket bestaat uit voorlichting over roken en de schadelijke gevolgen hiervan. Met ingang van het schooljaar 2012/ 2013 is er de omslag gemaakt om de scholen zelf een aantal lessen uit het aanbod te laten kiezen. Dit heeft als voordelen dat de leerkrachten keuzes kunnen maken, waarvan zij denken dat die het meest aansluit bij de leerlingen, en om daarnaast aan iedere leerling meerdere lessen te kunnen aanbieden, zonder dat een klas twee jaar hetzelfde pakket krijgt aangeboden. Via het School Preventie Plan worden ieder jaar tussen de 850 en 950 leerlingen bereikt. In bijlage 2 is een overzicht te vinden van de onderwerpen die in de lessen zijn behandeld, evenals de uitvoerdende instanties.
Beleidsvoornemen ouderen: Samen met de lokale zorgaanbieders en de sector verpleging en verzorging, Thuiszorg Icare, huisartsen en stichting Welzijn 2000 willen we onder gemeentelijke regie de mogelijkheden voor een aanpak roken onderzoeken.
Binnen de jaarrapportage van Stichting Welzijn 2000 wordt niet expliciet beschreven dat er gerichte interventies op roken zijn ontwikkeld en uitgevoerd. Ook vanuit de overig genoemde partijen is dit niet bekend.
In de nota ’t Kan Beter wordt aangegeven dat er ten tijde van het schrijven van de nota geen effectieve programma’s gericht op ouderen en het stoppen met roken gevonden konden worden. Ook daarna, gedurende de looptijd van de nota (2008-2011), zijn er geen programma’s ingezet op initiatief van de gemeente. Ook in het lokale zorgveld bleek de behoefte niet te bestaan om onder gemeentelijke regie preventie mogelijkheden te onderzoeken danwel in te zetten. Eerder is op basis daarvan, vóór 2010 al besloten om het bovenstaande beleidsvoornemen te laten vervallen. Stichting Welzijn 2000 geeft wel voorlichtingen over thema’s, waaronder het gebruik van genotsmiddelen in zijn algemeenheid, maar niet specifiek over roken. Onder 3.2 Alcohol zal dit verder worden toegelicht.
10
Conceptversie september 2013
3.2 Alcohol Onder de landelijke speerpunten die de gemeente Coevorden op advies van de Inspectie voor de gezondheidszorg heeft overgenomen, valt ook het onderwerp ‘alcohol’. In het GDD jeugdonderzoek van 2008 wordt uitgelegd waarom dit een belangrijk speerpunt is: “De risico’s van alcoholgebruik onder jongeren zijn groot. Langdurig zwaar alcoholgebruik, maar ook incidenteel overmatig alcoholgebruik kan de hersenontwikkeling onherstelbaar beschadigen. Jongeren zijn gevoeliger voor alcoholschade dan volwassenen. Wie op jonge leeftijd begint met het drinken van alcohol, loopt bovendien meer kans op schadelijk drinkgedrag op latere leeftijd. Korte termijneffecten van een schadelijk alcoholpatroon zijn bijvoorbeeld verwondingen, ongevallen, alcoholvergiftiging en risicovol seksueel gedrag.” Bovendien wordt hierin gesteld dat roken en alcohol- en drugsgebruik vaak met elkaar samenhangen. Uit ditzelfde jeugdonderzoek komt naar voren dat het alcoholgebruik onder jongeren binnen de provincie Drenthe vergelijkbaar is met landelijke cijfers. In 2008 heeft volgens de GGD 67% van de jongeren wel eens alcohol genuttigd. Jongens drinken meer dan meiden en ook is uit de cijfers zichtbaar dat jongeren met een VMBO opleiding meer drinken dan jongeren met een hogere opleiding. Van de jongeren die aangeven wel eens gedronken te hebben, geeft 48% aan dat de ouders daarvan op de hoogte zijn en dit goed vinden. De gemeente Coevorden heeft daarom het volgende beleidsvoornemen geformuleerd.
Beleidsvoornemen jeugd: In het kader van het School Preventie Plan, het accommodatiebeleid en het sportbeleid zullen in het uitvoeringsprogramma voorstellen voor een aanpak alcohol/middelen worden ontwikkeld.
In het kader van het School Preventie Plan zijn voorstellen ontwikkeld; het uitvoeringsprogramma wordt ieder jaar geëvalueerd en aangepast. Op het gebied van accomodatiebeleid en sportbeleid is aangesloten bij het landelijk beleid.
School Preventie Plan Binnen het reeds eerder genoemde School Preventie Plan zijn voorlichtingslessen opgenomen met betrekking tot alcohol en de schadelijke effecten hiervan. Deze lessen worden ieder jaar geevalueerd en aangepast naar de actuele ontwikkelingen binnen de maatschappij. Ook werd er binnen het voortgezet onderwijs ingezet op het project “Maklukzat”. Drentse gemeenten, Verslavingszorg Noord-Nederland, GGD Drenthe, Politie Drenthe, de nieuwe Voedsel- en Warenautoriteit en Koninklijke Horeca Nederland hebben zich in het schooljaar 2011/ 2012 middels dit project ingezet om het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen. Het motto hierbij was “Geen alcohol onder de 16, maklukzat”. Teams van verschillende scholen in Drenthe werden uitgedaagd om de beste campagne te maken waarin zij andere jongeren wezen op de risico’s van alcoholgebruik. De gemeente Coevorden heeft dit initiatief ondersteund. Wethouder Truus Pot heeft de aftrap van deze campagne verzorgd op de Nieuwe Veste, die onder andere met een team hebben meegedaan aan deze wedstrijd. Daarnaast zijn er verschillende interventies gepleegd, gericht op een preventieve aanpak tegen alcoholgebruik. Deze vallen echter buiten het SPP, accomodatiebeleid en sportbeleid. Zo heeft Welzijn 2000 jongerenwerkers die op zogenaamde vindplaatsen met de jongeren in gesprek gaan. Ook zijn er in de gebieden Coevorden, Geesbrug en Schoonoord in de Inloop bijeenkomsten georganiseerd voor tieners in de leeftijd van 10 tot en met 15 jaar.
11
Conceptversie september 2013
Tijdens deze bijeenkomsten wordt er over verschillende onderwerpen gesproken, waaronder alcohol. Ook hier kwam naar voren dat ouders het gebruik van alcohol normaal vinden, omdat het maastschappelijk getolereerd is. Daarbij geven zij aan liever te zien dat hun kinderen thuis alcohol gebruiken, zodat ouders een oogje in het zeil kunnen houden. De jongerenwerkers richten zich echter niet op de ouders en gaan met de jongeren zelf in gesprek over alcoholgebruik. Middels spelvorm hebben de jongerenwerkers de jongeren laten ervaren wat alcohol met je doet en wat de schadelijke gevolgen kunnen zijn voor lichaam en omgeving. Sportbeleid Op het terrein van sportbeleid zijn geen voorstellen ontwikkeld, expliciet gericht op de aanpak van alcohol en middelen. Hier geldt hetzelde als bij het speerpunt ‘roken’ wordt beschreven; de algemene visie is gericht op gezondheid in de brede zin. Accomodatiebeleid Ook binnen het accomodatiebeleid is dit het geval. Er zijn geen specifieke voorstellen voor de aanpak van alcoholgebruik ontwikkeld. In de gemeente Coevorden is wel de landelijke regel- en wetgeving op dit gebied gevolgd, voor zowel commerciële als para-commerciële instellingen. Hier vallen ook sportkantines en dergelijke onder. In 2013 is de aangepaste Drank- en Horeaca Wet van kracht gegaan, waarin de gemeenten verantwoordelijk zijn voor de naleving van deze wet, in plaats van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit, bij wie die taak tot voorheen was belegd.
Beleidsvoornemens ouderen: Omdat overmatig alcoholgebruik ook onder ouderen voorkomt en tussen 2000 en 2003 iets was gestegen binnen de provincie Drenthe, is er in 2008 ook voor deze doelgroep een aantal beleidsvoornemens opgesteld, gericht op overmatig alcoholgebruik. Binnen de projecten van de stichting Welzijn 2000 gericht op ouderen worden de mogelijkheden van gerichte interventie gericht op alcohol onderzocht. Eventuele uitwerking hiervan wordt onderdeel van het uitvoeringsprogramma.
Met de aanbieders van intramurale zorg wordt bezien in hoeverre er succesvol interventieprogramma’s kunnen worden uitgevoerd.
Binnen de jaarrapportage van Stichting Welzijn 2000 wordt niet expliciet beschreven dat er gerichte interventies op overmatig alcoholgebruik zijn ontwikkeld en uitgevoerd. Er wordt wel ingestoken op preventie en voorlichting over genotsmiddelen, waar alcohol ook onder valt. Dit beleidsvoornemen is niet uitgevoerd.
In het lokale zorgveld bleek de behoefte niet te bestaan om onder gemeentelijke regie preventie mogelijkheden te onderzoeken danwel in te zetten. Stichting Welzijn 2000 geeft aan wel aandacht te hebben voor overmatig alcoholgebruik, maar dit niet als expliciet speerpunt te benoemen in hun preventie aanpak. Stichting Welzijn 2000 gaat in op gebruik en verslaving aan genotsmiddelen in zijn algemeenheid en niet specifiek gericht op alcoholgebruik. Daarnaast bieden zij collectieve producten aan, waarbij mensen niet individueel aangesproken of benaderd worden met betrekking tot een onderwerp. Dit heeft als gevolg dat niet altijd de gewenste doelgroep bereikt wordt. Bovendien speelt bij veel mensen, wanneer er in groepsverband gesproken wordt, vaak schaamte een rol. Incidenteel komt het voor dat een welzijnswerker in een individueel gesprek met een oudere het alcoholgebruik (of rookgewoonten) ter sprake brengt. In de praktijk wordt ervaren dat wanneer iemand bewust wordt gemaakt van zijn of haar gedrag, informatie over schadelijke gevolgen beter binnen komt en mensen meer geneigd zijn om iets te veranderen. Zo hebben mensen voor het project “Gezond Doen” een
12
Conceptversie september 2013
vragenlijst in moeten vullen over bepaalde gewoonten. Voor veel mensen bleek het confronterend om op papier te zien staan hoeveel alcohol zij gebruikten. Wanneer geconstateerd wordt dat iemand zware (alcohol)verslavingsproblematiek heeft, verwijst Welzijn 2000 door naar Verslavingszorg Noord Nederland. In 2012 heeft de GGD Drenthe een gezondheidsonderzoek gedaan onder ouderen. De resultaten van dit onderzoek worden naar verwacht in oktober 2013 gepubliceerd.
13
Conceptversie september 2013
3.3 Overgewicht In 2008, toen de nota ’t Kan Beter werd geschreven, was overgewicht en obesitas in de provincie Drenthe een groeiend probleem. Hierbij werd aangegeven dat het aantal personen met obesitas in gebieden met een laag Sociaal Economische Status (SES) hoger ligt. Daarbij komt dat overgewicht, evenals tegenwoordig, ook in 2008 al gezien werd als een belangrijke oorzaak van diabetes. Op grond hiervan heeft de gemeente Coevorden in de nota een aantal beleidsvoornemens geformuleerd, gericht op zowel jongeren als ouderen.
Beleidsvoornemens jeugd: Met een aantal eerste lijns voorzieningen wordt een programma ontwikkeld gericht op de groepen 7 en 8 van de basisschool dat overgewicht bij deze doelgroep aan moet pakken.
Het School Preventie Plan is ontwikkeld, vanuit een samenwerkingsverband tussen verschillende voorzieningen.
Het project wordt gevolgd door de Wetenschapswinkel van de RUG. Wanneer de resultaten positief zijn kan de aanpak breder worden verspreid.
Dit is niet gevolgd door de Wetenschapswinkel van de RUG, vanwege de criteria die hier door de RUG aan werden gesteld.
Het School Preventie Plan is oorspronkelijk in 1995 ontwikkeld en ingezet als pilot op basisscholen in Rotterdam. In de loop van de jaren is het plan op de Drentse situatie toegespitst en in schooljaar 2007/2008 heeft de gemeente Coevorden besloten het te implementeren binnen de basisscholen in de gemeente. De coördinatie en de dagelijkse verantwoordelijkheid van het SPP ligt in handen van de gemeente Coevorden. Verder werken binnen het plan meerdere (eerste lijns) voorzieningen samen, zoals de politie, Halt Noord Nederland, Veilig Verkeer Nederland, Verslavingszorg Noord Nederland, Sport Drenthe, Qbuzz en de schoolbesturen Stichting Arcade (openbaar primair onderwijs), Vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs (VPCBO) en Stichting Katholiek Onderwijs (Catent). Het SPP is een preventief voorlichtingsproject voor leerlingen van de groepen (zes), zeven en acht van alle basisscholen in de gemeente Coevorden met als doel positief gedrag onder de jeugd te bevorderen en jeugdproblematiek in een vroeg stadium aan te pakken. De inhoud van het School Preventie Plan heeft zich in de loop van de jaren ontwikkeld tot de huidige vorm. Zo zijn er in de loop van de jaren lessen toegevoegd, zijn de lessen inhoudelijk veranderd om blijvend aan te sluiten bij recente maatschappelijke ontwikkelingen en zijn er wisselingen in de aanbieders van de gastlessen geweest. De politie is uit het SPP gestapt en biedt niet meer structureel lessen aan. Daarentegen heeft Welzijn 2000 lessen ontwikkeld, welke zijn toegevoegd aan het SPP. Met ingang van het schooljaar 2013-2014 neemt Welzijn 2000 ook de themalessen van Verslavingszorg Noord Nederland over. In bijlage 2 zijn de onderwerpen van de themalessen opgenomen. Met onderwijsinstellingen wordt nagegaan of en hoe er interventieprogramma’s kunnen worden aangeboden, gericht op het terugdringen van overgewicht.
Het ontwikkelde School Preventie Plan is jaarlijks op bijna alle basisscholen in de gemeente Coevorden aangeboden.
De uitvoering van de ontwikkelde preventieprogamma’s is gerealiseerd binnen het hierboven genoemde School Preventie Plan. Binnen deze themalessen is een aantal projecten die expliciet gericht zijn op het terugdringen van overgewicht. Dit zijn: -
“Kies voor Hart en Sport”, “Vet Cool Gezond”.
14
Conceptversie september 2013
“Kies voor Hart en Sport” is een project met de doelstelling om kinderen te laten ervaren dat er altijd een sport in de buurt is die bij ze past. De achterliggende gedachte is dat een bewust gemaakte keus (voor een sport) beter vol te houden is. “Vet Cool Gezond” is bedoeld voor het tegengaan van overgewicht en het hanteren van een gezonde leefstijl. Voor bovenstaande projecten hebben zich respectievelijk 16 en 15 scholen voor ingeschreven. Deze projecten lopen in 2013 nog en zijn derhalve nog niet geëvalueerd. Daarnaast zijn er nog andere interventies geweest waar een aantal basisscholen aan deel hebben genomen. Dit zijn bijvoorbeeld “Gruiten” en de “Gezonde School”. “Gezonde school” is een overkoepelend initiatief van de GGD, waarin zij verschillende interventies aanbieden aan basisscholen, bedoeld om kinderen te motiveren tot een gezonde leefstijl. Een voorbeeld hiervan is de FitFoodFun- schoolbus, die kinderen stimuleert tot gezond eten en het maken van gezonde traktaties. Ook worden er informatieve nieuwsbrieven gestuurd aan de scholen over allerhande onderwerpen met betrekking tot de gezondheid van de leerlingen. We willen overgewicht terugdringen door meer te laten bewegen. In de beleidsnota sport wordt dit voornemen verder uitgewerkt.
In de beleidsnota Sport wordt ingestoken op ‘meer bewegen’. Er zijn verschillende interventies uitgevoerd, met als doel om jongeren meer te laten bewegen en overgewicht terug te dringen.
Ook binnen de beleidsnota sport is er aandacht geweest voor het speerpunt ‘terugdringen van overgewicht bij kinderen’. In de evaluatie “Jaarrapportage Impuls brede school, sport en cultuur en het actieprogramma Sport en Bewegen, Coevorden 2011” wordt beschreven dat de combinatiefunctionarissen onder andere in de wijken Poppenhare/ Lootuinen beweeglessen hebben georganiseerd op de buitenschoolde opvang, maar ook binnenschoolse lessen op het basisonderwijs, buitenschoolse lessen op de playground en in de zaal. In de wijk Binnenvree is eveneens ingezet op zowel een binnen- als naschools beweegaanbod. In Oosterhesselen is zowel binnen het basis- als het voortgezet onderwijs een binnenschools aanbod neergezet. Tot slot is ook in Schoonoord met succes ingezet op samenwerking en verruiming van beweegaanbod voor kinderen. Er is daar geconstateerd dat het moeilijk blijft om ouders te betrekken bij de ontwikkeling van hun kind. Vanuit het Nationaal Actieplan Sport en Beweging zijn er ook interventies ingezet, onderverdeeld in de doelgroepen jeugd 4 t/m 12 jaar, jeugd 12 t/m 18 jaar, volwassenen 18 t/tm 55 jaar, volwassenen 55 +, mensen met een beperking, minima en algemeen. De reeds eerder genoemde projecten “Kies voor Hart en Sport” en “Vet Cool Gezond” zijn gericht op bewustwording bij kinderen over hun leefstijl en eetpatroon. De voorlichtingslessen die binnen deze projecten passen, zijn opgenomen in het School Preventie Plan. Sport Drenthe zorgt voor de uitvoering van deze lessen. Daarnaast zijn binnen de gelden van het Nationaal Actieplan Sport bedragen beschikbaar gesteld voor de zomerkaravaan, schooljudo en trefbaltoernooi. De combinatiefunctionarissen van Sport Drenthe waren hierin uitvoerend.
15
Conceptversie september 2013
Beleidsvoornemen ouderen: Binnen de preventieve aanpak gericht op ouderen zoals die door de stichting Welzijn 2000 is ontwikkeld krijgt het onderwerp overgewicht extra aandacht.
Stichting Welzijn 2000 heeft in nagenoeg iedere dorpskern in de gemeente bijeenkomsten onder de noemer “Meer bewegen voor ouderen”.
Stichting Welzijn 2000 organiseert onder de noemer “Meer bewegen voor ouderen” in bijna iedere dorpskern bijeenkomsten waarbij beweging centraal staat. Tijdens deze bijeenkomsten worden verschillende activiteiten georganiseerd, zoals volksdansen, gymnastiek, koersbal, zitgymnastiek en Tai Chi. Daarnaast zijn er tijdelijke projecten geweest, die zijn gestopt vanwege het eindigen van de subsidies. Zo is er een samenwerking geweest tussen Stichting Welzijn 2000 en Icare, waarbij ouderen met overgewicht mee werden genomen naar de winkel en aan de hand van hun eigen boodschappen bewust werden gemaakt van bepaalde eetgewoonten. Deze ouderen werden vervolgens gewezen op gezondere alternatieven.
16
Conceptversie september 2013
3.4 Diabetes Het is algemeen bekend dat overgewicht een belangrijke oorzaak is van diabetes. Ook roken of een ongezonde leefstijl kunnen een negatieve invloed hebben op de kans op het krijgen van diabetes. In de nota gezondheidszorg ’t Kan Beter stelt de gemeente het volgende. We zien overgewicht als een belangrijke oorzaak van diabetes. Op dit onderwerp zien we mogelijkheden voor interventie. Voor een direct op diabetes gerichte aanpak zien we geen mogelijkheden voor de lokale overheid.
Zoals in het voornemen al wordt aangegeven is er geen aanpak geweest, direct op diabetes gericht.
De mogelijkheden tot interventies op het gebied van overgewicht zijn reeds geëvalueerd onder 3.3. Overgewicht. Interventies direct gericht op de aanpak van diabetes hebben niet plaatsgevonden, de gemeente zag hier, zoals genoemd in de nota, geen mogelijkheden toe.
17
Conceptversie september 2013
3.5 Depressie Door het ministerie van VWS is landelijk het onderwerp ‘depressie’ als één van de speerpunten overgenomen in het volksgezondheidsbeleid. De gemeente Coevorden heeft ervoor gekozen om dit ook op lokaal niveau over te nemen. Beleidsvoornemen jeugd: In overleg met GGD en onderwijs gaan we mogelijkheden onderzoeken voor depressie interventie.
Er zijn geen concrete interventies ontwikkeld op het gebied van depressie. Wel is er fors ingestoken op vroegsignalering en een snelle en goede verwijzing naar specialistische hulp.
Er zijn geen concrete voorstellen ontwikkeld op het gebied van depressie interventie. De gedachtegang is dat wanneer er echt sprake is van depressie bij een jongere, hier specialistische hulp nodig is. Het is dan essentieel dat de signalen van een depressie goed opgepikt worden door ouders, maar ook door professionals op de vindplaatsen, zoals scholen. Wel is er de afgelopen jaren sterk ingezet op vroegsignalering en is er de afgelopen jaren geinvesteerd in het opbouwen van een structurele samenwerking met het onderwijs en de voorschoolse voorzieningen in de gemeente Coevorden. In de evaluatie van de nota Jeugdbeleid “Omdat de jeugd het waard is”, wordt hier uitgebreid op ingegaan en wordt aangegeven dat vanuit het CJG aan elke peuterspeelzaal, locatie kinderopvang en basisschool een contactpersoon is verbonden. Deze contactpersoon werkt bij één van de ketenpartners van het CJG en vormt samen met de intern begeleider van de school het zorgteam. Dit zorgteam bespreekt samen met ouders en school (en in sommige gevallen met het kind zelf) de zorgen en welke vorm van ondersteuning nodig is. Het CJG kan zelf licht pedagogische ondersteuning bieden. Indien nodig, wordt er via de contactpersoon CJG specialistische hulp ingezet en wordt de lijn gelegd naar bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg. Op het voortgezet onderwijs (VO) is een schoolmaatschappelijk werker aanwezig vanuit het Maatschappelijk Werk Coevorden (MWC). Het MWC is een ketenpartner van het CJG. Ook in de standaardcontactmomenten die de GGD heeft in het tweede schooljaar VO, is in de laatste jaren steeds meer aandacht voor niet alleen medische klachten, maar ook het psychosociale welzijn van de leerlingen. Ook de de website van het CJG biedt veel informatie. Er worden er voor alle leeftijdscategoriën verschillende onderwerpen behandeld, die te maken hebben met het opgroeien en de ontwikkeling van kinderen. Op deze site is ook expliciet aandacht voor depressies bij jongeren. Er wordt uitgebreid ingegaan op het herkennen van signalen, maar ook aangegeven wat te doen bij een depressie. Het belang van het zoeken van goede hulp wordt hier onderstreept.
Beleidsvoornemens ouderen: Binnen de door de stichting Welzijn 2000 ontwikkelde, op preventie gerichte huisbezoeken, krijgt het onderwerp depressie en rouwverwerking extra aandacht.
Het onderwerp depressie en rouwverwerking hebben extra aandacht gekregen, binnen de huisbezoeken, maar ook binnen andere interventies vanuit Welzijn 2000. Bovendien is er ook vanuit het sportbeleid ingezet op participatie en beweging van ouderen, wat een preventieve werking heeft ter voorkoming van depressies.
18
Conceptversie september 2013
Met betrekking tot ouderen is er in 2007 door de GGD een leefstijlonderzoek uitgevoerd onder de doelgroep 65 jaar en ouder. Naar aanleiding van dit onderzoek is een aantal aanbevelingen gedaan, waaronder met betrekking tot depressies. Angst- en depressiestoornissen en eenzaamheid komen veel voor bij ouderen. Omdat depressie één van de psychische stoornissen is waar met preventie gezondheidswinst te boeken is, is er door de gemeente Coevorden gesteld dat hier op ingestoken moet worden. Vroegsignalering van depressie en eenzaamheid is hierbij cruciaal. Door Stichting Welzijn 2000 worden er meerdere interventies uitgevoerd, gericht op participatie van ouderen, om op die manier eenzaamheid en depressie tegen te gaan. Zo is er de Sociale Dagopvang, koffieochtenden, een eettafelproject waarbij ouderen gezamenlijk eten, worden er door vrijwilligers maaltijden thuisgebracht bij ouderen en leggen vrijwilligers huisbezoeken af. Deze vrijwilligers zijn in 2012 geschoold middels een basiscursus, waarin aandacht is geweest voor onder andere het leren herkennen van signalen, het leren omgaan met en bespreken van verlieservaringen. In het beleidsvoornemen wordt weliswaar het sportbeleid niet genoemd, maar op dit terrein heeft het onderwerp overgewicht wel extra aandacht gekregen. In de sportnota “Een nieuwe visie op sport én bewegen 2009-2013” wordt aangegeven dat in samenwerking met GGD Drenthe en GGZ Drenthe een programma ontwikkeld wordt voor de inzet van sport en beweging, ter voorkoming en bestrijding van eenzaamheid en depressie bij ouderen. Ook is er door de gemeente Coevorden het doel gesteld om meer ouderen onder te brengen bij sportverenigingen door ondersteuning te verlenen aan initiatieven vanuit het landelijke sportstimuleringsproject GALM (Groninger Actief Leven Model). Er is door de gemeente gekozen om voor de doelgroep 55+ vanuit het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen gelden niet te investeren in nieuwe initiatieven, maar wel aan te sluiten bij reeds bestaande initiatieven, zoals “Denken en doen”. Deze NASB-interventie is gericht op het bereiken, binden en activeren van de doelgroep inactieve 55-plussers die niet of weinig betrokken zijn bij de maatschappij. Een andere organisatie die niet in het beleidsvoornemen wordt genoemd, maar waarbinnen wel gericht aandacht wordt besteed aan het tegengaan van vereenzaming en voorkoming van depressie, is Humanitas. Binnen de programmalijn Alleen en Samen organiseert Humanitas voor verschillende doelgroepen tal van diensten met een activerend karakter. Voorbeelden gericht op ouderen zijn onder andere buurtkamers, het maatjesproject en vriendschappelijke huisbezoeken. Hierbij gaan vrijwilligers bij ouderen op bezoek om een praatje te maken, of om bijvoorbeeld mee te gaan naar de winkel. Op deze manier wordt voorkomen dat ouderen in een sociaal isolement raken en wordt bovendien bereikt dat zij langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Ook het Alzheimer Café is gericht op ontmoeting. Mensen kunnen een praatje maken en vinden bij lotgenoten of mede-mantelzorgers (h)erkenning. Ook worden er soms thema’s besproken. Het Netwerk Dementie Drenthe is een samenwerkingsverband van organisaties en lokale overheden dat een samenhangend aanbod in de dementiezorg wil realiseren. Vanuit de gemeente Coevorden is Wethouder Truus Pot lid van de bestuurgroep. Met de aanbieders van intramurale zorg worden de mogelijkheden van interventieprogramma’s nagegaan.
Mogelijkheden voor interventie programma’s binnen de intramurale zorg zijn niet onderzocht.
Met aanbieders van intramurale zorg zijn de mogelijkheden van interventieprogramma’s niet onderzocht. Dit is niet gerealiseerd, omdat is gebleken dat zorgaanbieders dit niet onder de regie van de gemeente willen doen, maar hier zelf de keuze in willen hebben.
19
Conceptversie september 2013
3.6 Terugdringen van sociale economische verschillen De gemeente Coevorden heeft in de nota openbare gezondszorg ’t Kan Beter als speerpunt gesteld ‘het terugdringen van sociale economische verschillen’. De gemeente heeft hierop het volgende beleidsvoornemen geformuleerd. In gebieden met een lage sociaal economische status willen we gericht aandacht geven aan de gezondheidssituatie van de inwoners.
Op verschillende manieren wordt gerichte aandacht gegeven aan de gezondheidssituatie van de inwoners van gebieden met een lage Sociaal Economische Status.
Binnen de gemeente zijn veel voorzieningen waarbinnen er gerichte aandacht wordt gegeven aan de gezondheidssituatie van inwoners. Zo zijn er de consultatiebureau’s, voorschoolse voorzieningen, en scholen (primair en secundair), waar aandacht is voor de geestelijke en fysieke gezondheid van kinderen. Ouders krijgen voorlichting en kunnen advies vragen. Op de scholen lopen trajecten als het School Preventie Plan en de Gezonde School. Binnen sportbeleid worden er veel interventies ontwikkeld om bijvoorbeeld overgewicht terug te dringen en kinderen en ouders bewust te maken van een gezonde leefstijl. In de gebieden met een lage Sociale Economische Situatie zijn de voorzieningen hetzelfde als in de rest van de gemeente, maar wordt er door de professionals extra op voorlichting ingestoken. Met een project als HomeStart wordt er middels goed getrainde vrijwilligers opvoedingsondersteuning geboden aan gezinnen, op een zeer laagdrempelige wijze. Door uit te gaan van de vragen van een gezin en door het inzetten van vrijwilligers die soms meer aansluiting of ingang hebben bij een gezin, worden ook gezinnen bereikt die zich anders wellicht zouden onttrekken aan zorg. Middels inzet van combinatiefunctionarissen in een viertal gebieden, te weten Poppenhare/ Lootuinen, Binnenvree, Oosterhesselen en Schoonoord- de Kiel, is getracht een brug te slaan tussen diverse afzonderlijke initiatieven rondom sport en bewegen, vanuit onderwijs, sportverenigingen en buurt en ervoor te zorgen dat de kwaliteit van het aanbod wordt verbeterd. De combinatiefunctionarissen zijn expliciet in deze gebieden ingezet, omdat hier vanuit de aanwezige sportclubs en welzijnsorganisaties het initiatief en de behoefte er was om de samenwerking te verbeteren, ten behoeve van het verbeteren van de gezondheid van de kinderen en ouderen in die buurt. Daarbij is ook getracht om de maatschappelijke betrokkenheid van de sportverenigingen te vergroten, door bijvoorbeeld samenwerking met onderwijs en naschools aanbod te bewerkstelligen. Vanuit het opbouwwerk van Stichting Welzijn 2000 is er in Poppenhare gestart met het project IkJijWij, dat zich richt op samenhang, verbinding en activering. Er wordt uitgegaan van de kracht van de wijk en het project versterkt die kracht door nieuwe initiatieven en activering van wijkbewoners. Voor jongeren en 65 plussers die afhankelijk zijn van een inkomen rond het sociale minimum is er de “Doe mee” pas, waarmee zij tot een bepaald maximaal bedrag, kunnen deelnemen aan een sport-, muziek- of andere deelnemende verenigingen. Ook is in de periode tussen 2008 en 2011 het team dat zich binnen de gemeente bezighoudt met schuldhulpverlening, uitgebreid naar 6 medewerkers en is de schuldhulpverlening meer op de kaart gezet. Een andere voorziening voor minima (die veel gebruik maken van zorg) is een collectieve zorgverzekering die mensen met een minimum inkomen via Achmea kunnen afsluiten. Ook deze maatregel is in de loop van de jaren beter ingebed en er is meer bekendheid aan gegeven.
20
Conceptversie september 2013
4. Facetbeleid In de nota Openbare gezondheidszorg ’t Kan Beter wordt aandacht besteed aan het model van Lalonde. In dit model toont de Canadese minister van Volksgezondheid dat gezondheid door verschillende factoren beïnvloed wordt. Lalonde deelt deze factoren in vier categoriën in; omgevingsfactoren, sociale omgeving, leefstijl en biologische factoren. Uitgaande van dit model is de gemeente Coevorden van mening dat preventief gezondheidsbeleid verbindingen heeft met verschillende beleidsterreinen en bovendien raakt met zowel de Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo) als de toen geldende Wet collectieve preventie volksgezondheid (tegenwoordig de Wet publieke gezondheid). Vanuit deze gedachte heeft de gemeente Coevorden de volgende beleidsvoornemens geformuleerd. Wanneer er op de terreinen wonen, milieu en veiligheid nieuw beleid moet worden vastgesteld zal dit gescreend worden op gezondheidseffecten.
Er is op genoemde terreinen inderdaad gescreend op gezondheidseffecten.
Wonen In de afgelopen jaren is het herstructureringsgebied Binnenvree opnieuw vormgegeven. De transformatie van de wijk bestaat uit het slopen en het vervangen door nieuwbouw en het planmatig verbeteren van woningen. Een groot aantal huurwoningen is gesloopt omdat zij niet meer voldeden aan de woningeisen van die tijd. Met de opbouw van nieuwe woningen is getracht meer kwaliteit van de woonomgeving te realiseren, door onder andere meer groen in de wijk, en meer aandacht te hebben voor sociale problematiek. De kwaliteit van een aantal openbare ruimten is aangepakt, er zijn woningen verkocht waardoor er een minder eenzijdige samenstelling van de bevolking in de wijk is ontstaan. Een groot deel van de sociale huurwoningen is opgewaardeerd en duurzaam gemaakt. In de eerste plaats zijn de woningen levensloopbestendig, waardoor bewoners langer kunnen blijven wonen op hun plek. Hiermee wordt getracht om aan de toenemende vraag naar wonen met (lichte) service en zorg te voldoen. Vanuit de WMO zijn er afspraken gemaakt, waarbij de gemeente bij een vrijkomende aangepaste woning bepaalt wie de nieuwe huurder wordt, binnen een termijn van drie maanden. En in de tweede plaats zijn de woningen energiezuinig, met als gevolg minder milieubelasting en lagere woonlasten. Milieu De gemeente beschrijft in haar Milieu programma 2009-2010 hoe de gemeente de landelijke kaders die er zijn op het gebied van milieu, volgen en toepassen op lokaal niveau en hoe zij monitoren en handhaven. Dit betreft onderwerpen zoals bodem, lucht, (afval)water, afvalstoffen, maar ook geluid en energie en klimaat. Voor veel van de bestaande maatregelen geldt dat dit (indirect) betrekking heeft op de gezondheid van mensen. Veiligheid Tussen 2008 en 2011, ten tijde van de nota “’t Kan Beter”, is er op het gebied van veiligheid geen nieuw beleid ontwikkeld. In het Veiligheidsplan Coevorden 2012-2016 wordt nadrukkelijk uitgelegd dat het huidige veiligheidsbeleid integraal wordt benaderd, omdat het raakvlakken heeft met andere beleidsterreinen, zoals jeugd, onderwijs en wonen. Veiligheidsbeleving heeft directe invloed op het welzijn en de psychische gezondheid van mensen.
21
Conceptversie september 2013
Binnen de beleidsterreinen volwasseneducatie en werk inkomen en zorg zullen voorstellen worden ontwikkeld die moeten leiden tot het terugdringen van de effecten van sociaal economische gezondheidsverschillen.
Op het terrein van volwasseneducatie is met name ingezet op het terugdringen van de laaggeletterdheid. Op het terrein van werk, inkomen en zorg zijn ook een aantal maatregelen ontwikkeld voor minima.
Volwasseneducatie Volwasseneneducatie is voornamelijk bedoeld voor laaggeschoolde volwassenen die zich als gevolg van beperkte scholing in een sociaal-economische achterstandspositie kunnen bevinden. De afgelopen jaren is er fors gesneden in het budget voor volwasseneneducatie. Het budget voor educatie is in korte tijd met bijna de helft gereduceerd. Daarom is vanuit het oogpunt van integraal gemeentelijk beleid afstemming gezocht met arbeidsmarkt- en onderwijsachterstandenbeleid. Volwasseneneducatie kan dan ook worden gezien als de laatste schakel in het onderwijsachterstandenbeleid en een voorschakel naar het arbeidsmarktbeleid. Er is daarom een koers ingezet op het verwerven van basisvaardigheden door kwetsbare groepen om het maatschappelijk functioneren en het eigen welzijn van deze doelgroepen te bevorderen. Op het gebied van volwasseneducatie heeft de gemeente Coevorden in de afgelopen jaren onder andere de doelstelling geformuleerd om het aantal laaggeletterden binnen de gemeente terug te dringen. Helaas zijn er in de afgelopen jaren fors minder rijksmiddelen ter beschikking gesteld, waardoor er minder aanbod gerealiseerd kon worden. Daarnaast is gebleken dat de laaggeletterden een doelgroep vormen die moeilijk te bereiken is, ondanks diverse wervingsacties. Werk inkomen en zorg De gemeente Coevorden hanteert een minimabeleid, voor mensen met een inkomen onder het sociale minimum. Binnen dit beleid vallen een aantal maatregelen, zodat ook deze doelgroep de noodzakelijke zorg kan krijgen. Een voorbeeld hiervan is de eerder genoemde “Doe mee- pas”, waarmee kinderen van 018 jaar en 65 plussers met een inkomen onder het sociaal minimum, zich kunnen aansluiten bij (sport)verenigingen in de gemeente Coevorden. Ook is er voor mensen met een minimum inkomen de mogelijkheid tot het afsluiten van een collectieve zorgverzekering, waarmee zij korting krijgen op een basisverzekering. Tot aan oktober 2011 konden mensen met een minimum inkomen bijzondere bijstand aanvragen, waarmee specifieke zorg (deels) vergoed kon worden (bijvoorbeeld brillen, beugels e.d.) De tegenwoordige basiszorgverzekering vergoedt niet al deze voorzieningen en binnen het huidige minimabeleid levert dit dan ook voortdurend spanningsvelden op. Daarnaast wordt er in sommige situaties waarbij mensen reïntegreren op de arbeidsmarkt, maar hierin door medische- of psychosociale problematiek belemmerd worden, iets soepeler met bepaalde regels omgegaan, om zo de mensen meer ruimte tot herstel te geven. Mensen met een medische indicatie krijgen tot nu toe een vergoeding voor de kinderopvang vanuit de bijzonder bijstand. Deze maatregel valt binnen een vrije beleidsruimte en er wordt binnen de gemeente Coevorden overwogen om hier nieuw beleid op te formuleren.
22
Conceptversie september 2013
In het uitvoeringsprogramma worden concrete voorstellen voor interventiemogelijkheden in het onderwijs, gericht op een preventieve aanpak van genoemde speerpunten ontwikkeld.
In 2007/2008 is er voor gekozen om het reeds ontwikkelde School Preventie Plan in Coevorden te implementeren en door te ontwikkelen.
In het eerder genoemde School Preventie Plan wordt op concrete wijze invulling gegeven aan een preventieve aanpak, gericht op een aantal speerpunten die door de gemeente Coevorden zijn gesteld. Ook de eerder genoemde interventies van Sport Drenthe “Kies voor hart en sport” en “Vet Cool Gezond” worden binnen het School Preventie Plan aangeboden. Vanaf schooljaar 2012/ 2013 mogen de leerkrachten zelf kiezen welke van de voorlichtingslessen er op school gegeven moeten worden, waardoor nog beter bij de actuele speerpunten, specifiek voor die klas, kan worden aangesloten.
In het te formuleren recreatie-toeristisch beleidsplan worden voorstellen ontwikkeld die moeten leiden tot een versterking van de wellness sector.
In het recreatie- toeristisch beleidsplan zijn voorstellen ontwikkeld om de wellness sector te versterken.
In het toeristisch- recreatief beleidsplan “All Inclusive” 2010-2015 wordt ingegaan op de trends en ontwikkelingen op het gebied van recreatie en toerisme. Een vraag naar recreatie met elementen van gezondheid, welbevinden en zorg wordt hierin genoemd, evenals de toenemende vraag naar rust en ‘ontstressings’mogelijkheden. In de nota staat beschreven dat de gemeente Coevorden hier in wil investeren en zoekend is naar de kansen die er liggen. Uiteraard is de gemeente hierbij afhankelijk van de initiatieven die er door de ondernemers ontplooid worden en kan de gemeente hieraan bijdragen door mee te denken, randvoorwaarden te scheppen en eventuele subsidies te verstrekken. Er zijn geen nieuwe initiatieven op grote schaal ontwikkeld, zoals een nieuw wellness complex. Wel is er geïnvesteerd in reeds bestaande faciliteiten. Zo is Landalpark Aelderholt uitgebreid met nieuwe woningen, waarin tegemoet wordt gekomen aan de vraag om ontspanning en welbevinden, door sauna’s in de huisjes en ecowoningen te bouwen. Een andere trend die binnen het begrip wellness past, is de behoefte aan kleinschalige woon- en zorgvoorzieningen, voor mensen met uiteenlopende problematieken. Zo heeft een aantal ondernemers een verbinding gelegd tussen enerzijds toerisme en recreatie (een bedrijf met een winstoogmerk) en anderszijds de zorg (vanuit een affiniteit en betrokkenheid t.a.v. een bepaalde doelgroep). In de gemeente Coevorden zijn er verschillende zorgboerderijen, waar mensen met een beperking een vorm van dagbesteding hebben, of wonen. Zo is er bijvoorbeeld het woon- zorgcentrum in Zweelo, de Zorgboerderij de Vierhoeve en de Drentse Hoeve in Wezup (met hun samenwerkingsverband met de Flintenhoeve). Deze instellingen bieden een woon-, werkof dagbestedingsomgeving aan mensen met een beperking, maar spelen ook in op recreatie en toerisme, door een winkel waar handgemaakte en/of streekgebonden producten worden verkocht, door workshops aan te bieden, of rondleidingen te verzorgen. Een ander voorbeeld is vakantiehuis De Kibbelhof. Deze groepsaccomodatie is volledig aangepast aan mensen met een lichamelijke beperking, maar wordt ook verhuurd aan andere groepen mensen. In de afgelopen jaren is gemerkt dat er binnen de toerismesector trends merkbaar zijn, zoals de vraag naar wellness-voorzieningen. Na een aantal jaren zwakken deze trends weer wat af en onstaat er vraag naar andere dingen. Ditzelfde wordt geconstateerd rondom de wellness- sector.
23
Conceptversie september 2013
5. Conclusie en doorkijk naar toekomst Terugblikkend op de nota ‘t Kan Beter, kan worden geconcludeerd dat het gelukt is om aan het merendeel van de beleidsvoornemens uitvoering te geven. Hierbij moet worden opgemerkt dat de beleidsvoornemens uit de nota ’t Kan Beter op verschillende niveau’s zijn geformuleerd, zowel op procesniveau als op uitvoeringsniveau en dat cijfermateriaal beperkt beschikbaar is. Dit heeft als gevolg dat ook de resultaten in de evaluatie op die verschillende niveau’s worden beschreven en vooral inhoudelijk zijn. Hieronder worden per speerpunt de conclusies weergegeven en aan de hand daarvan worden er tevens aanbevelingen gedaan. Daarna volgt een overzicht van de landelijke speerpunten waaraan bij de aanbevelingen ook al wordt gerefereerd. Tot slot wordt er een eindconclusie geformuleerd, met een doorkijk naar de toekomst.
5.1 Conclusies en aanbevelingen Roken en alcohol Jongeren De beleidsvoornemens die zijn opgesteld ten aanzien van deze twee speerpunten, met betrekking tot de doelgroep jongeren zijn gedeeltelijk behaald. Roken en alcohol zijn concrete en nog steeds actuele onderwerpen waarbij een preventieve aanpak vooral binnen het onderwijs, goed realiseerbaar is gebleken. Binnen het School Preventie Plan, maar ook met andere interventies zoals “Maklukzat” zijn de schadelijke gevolgen van zowel roken als alcohol goed onder de aandacht gebracht bij jongeren. Gezien het feit dat de gevolgen van roken en overmatig alcoholgebruik voor jongeren zeer schadelijk kunnen zijn, heeft de overheid een taak om ze hierop te wijzen. Landelijk worden deze speerpunten voor jongeren opnieuw belangrijk geacht. In de landelijke nota gezondheidsbeleid “Gezond dichtbij” van 2011 wordt gesteld dat er “naast bevordering van (aanleren van) een gezonde levensstijl, vroege signalering van risico’s en inzet op weerbaarheid om dagelijkse verleidingen te weerstaan, het kabinet vindt dat het stellen van grenzen en stimuleren van een gezonde basis bij de jeugd gerechtvaardigd is”. Aanbeveling voortzetting beleid: Roken en overmatig alcoholgebruik onder de doelgroep jongeren wordt opnieuw als speerpunt benoemd, waarbij voor dit speerpunt de brede noemer ‘gebruik van genotsmiddelen’ zal worden gehanteerd, zodat er ook aandacht blijft voor bijvoorbeeld drugsgebruik. Er is gebleken dat binnen het accomodatiebeleid en op het gebied van sport geen concrete handvatten zijn gevonden om op lokaal niveau interventies te plegen op het terugdringen van roken en alcoholgebruik. Aanbeveling voortzetting beleid: De mogelijkheden van een preventieve aanpak met betrekking tot de speerpunten roken en alcohol worden niet gekoppeld aan specifieke beleidsterreinen als accommodatie- en sportbeleid. Dit wordt open gelaten, zodat op alle beleidsterreinen kan worden gezocht.
24
Conceptversie september 2013
Ouderen De beleidsvoornemens met betrekking tot roken en overmatig alcohol, gericht op de doelgroep ouderen, zijn gedeeltelijk of niet behaald. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat de gemeente in de afgelopen jaren heeft geconcludeerd dat niet iedere doelgroep in dezelfde mate beïnvloedbaar is. Voor oudere mensen geldt dat bepaalde gewoonten zoals roken en het drinken van alcohol niet (gemakkelijk) om te buigen zijn. Gebleken is dat een individuele aanpak hierbij beter werkt dan groepsvoorlichting. Een andere belangrijke factor is dat ook de bereidheid om hier onder gemeentelijke regie op in te zetten, niet altijd aanwezig is, zowel bij de doelgroep zelf, als bij de mensen in de zorg en welzijn die met deze doelgroep werken. Voor (intramurale) zorgaanbieders is ook met deze achterliggende gedachte het uitvoeren van preventieve interventies specifiek gericht op alcohol, geen speerpunt geweest in hun uitvoering. Ook in de huidige landelijke beleidsnota gezondheidszorg “Gezond dichtbij”, worden de speerpunten roken en alcohol met betrekking tot de doelgroep ouderen niet meer met nadruk genoemd. Veel meer wordt hier ingestoken op het ouderen in staat stellen om zo lang mogelijk een gezond en zelfstandig leven te leiden. Hierbij zijn bewegen, participatie om eenzaamheid te voorkomen en goede informatie en zorgvoorzieningen dichtbij erg belangrijk. Met daarbij de ervaring van de afgelopen jaren op lokaal niveau wordt de volgende aanbeveling geformuleerd. Aanbeveling voortzetting beleid: De mogelijkheden van een preventieve aanpak met betrekking tot de speerpunten roken en alcohol worden, met uitzondering van de jeugd, niet gekoppeld aan specifieke doelgroepen. Er wordt aangesloten op algemene voorlichtingscampagnes, zodat mensen op basis hiervan hun eigen keuzes kunnen maken.
Overgewicht Jongeren Gericht op de doelgroep jongeren zijn de beleidsvoornemens voor dit speerpunt uitgevoerd. Gebleken is dat voor dit onderwerp binnen het onderwijs en het sportbeleid, concrete interventies ontwikkeld en uitgevoerd zijn. Het onderzoek door de RUG is niet uitgevoerd. Overgewicht blijft een actueel speerpunt. Nog steeds is er een groot aantal kinderen en jongeren met overgewicht. Aanbevelingen voortzetting beleid: Overgewicht onder de doelgroep jongeren wordt opnieuw als speerpunt benoemd, waarbij met name binnen het onderwijs en vanuit het sportbeleid interventies zullen worden gerealiseerd. Voor het meten van de effecten zullen we gebruik maken van de gezondheidsonderzoeken die GGD Drenthe periodiek uitvoert, indien nodig toegespitst op de Coevordense situatie. Ouderen Voor de doelgroep ouderen geldt dat er op dit speerpunt binnen het sportbeleid wel ingezet is, middels interventies als “Denken en doen”. Overgewicht en de preventie en bestrijding daarvan blijft een belangrijk speerpunt, ook in het huidige landelijke gezondheidsbeleid. Door overgewicht terug te dringen, kunnen ook andere gezondheidsproblemen bij ouderen worden verminderd en/ of voorkomen. Het beleidsvoornemen in de nota ’t Kan Beter is echter zo geformuleerd dat het zich alleen maar toespitst op het aanbod van Welzijn 2000. Aanbeveling voortzetting beleid: Overgewicht onder de doelgroep ouderen wordt als speerpunt benoemd, waarbij vanuit het sportbeleid aansluiting zal worden gezocht bij het wijkgericht werken en eventuele interventies uitgevoerd worden door de meest geëigende partij.
25
Conceptversie september 2013
Diabetes In de beleidsnota ’t Kan Beter wordt gesteld dat overgewicht wordt gezien als belangrijke oorzaak van diabetes. Op het terrein van overgewicht kan de gemeente sturing aanbrengen, zoals in de evaluatie van bovenstaande beleidsvoornemens duidelijk is geworden. Er wordt in de nota ook genoemd dat de gemeente geen mogelijkheden ziet om direct ten aanzien van diabetes interventies te ontwikkelen. Vanuit interventies op overgewicht zal er aandacht voor diabetes blijven.
Depressie Jongeren Voor de doelgroep jongeren kan er geconcludeerd worden dat wanneer er daadwerkelijk sprake is van depressie, er specialistische hulp nodig is en dit niet binnen het onderwijs haalbaar is. In die zin is het geformuleerde beleidsvoornemen dus niet gerealiseerd. Wel is gebleken dat middels vroegsignalering en een snelle verwijzing in veel gevallen ook lichtere vormen van hulpverlening een preventieve werking kunnen hebben, zoals bijvoorbeeld schoolmaatschappelijk werk. Op die manier is het mogelijk om het aantal doorverwijzingen naar de jeugd GGZ te beperken en wellicht het aantal jongeren met een depressie terug te dringen. Binnen het signaleren en verwijzen is veel vooruitgang geboekt, middels het CJG en de deelname van CJG contactpersonen aan de zorgstructuren op de scholen. Aanbeveling voortzetting beleid: Voor het terugdringen van het aantal doorverwijzingen naar de jeugd-GGZ met betrekking tot depressie, wordt ingezet op vroegsignalering en eerdere doorverwijzing naar lichtere vormen van hulpverlening. Ook binnen de decentralisatie jeugdzorg en de Coevordense visie op wijkgericht werken, krijgt dit aandacht. Ouderen Voor de doelgroep ouderen geldt voor het speerpunt depressie dat er binnen de interventies van Stichting Welzijn 2000 voldoende aandacht is geweest. Het beleidsvoornemen gericht op het ontwikkelen van nieuwe voorstellen binnen de intramurale zorg is niet gerealiseerd. Er is gebleken dat hier onder de professionals geen behoefte aan gemeentelijke regie is. Het speerpunt depressie blijft een belangrijke voor ouderen. Ook in de huidige landelijke nota “Gezond dichtbij” wordt dit onderwerp genoemd. Aanbeveling voortzetting beleid: Het voorkomen van depressie onder de doelgroep ouderen wordt als speerpunt benoemd, waarbij voor preventieve interventies aansluiting zal worden gezocht bij het wijkgericht werken en eventuele interventies uitgevoerd worden door de meest geëigende partij.
Terugdringen sociale economische verschillen Het beleidsvoornemen, om gerichte aandacht te geven aan de gezondheidssituatie van mensen met een laag sociaal economische status, is uitgevoerd. Er is binnen de gemeente Coevorden veel ingezet op verschillende beleidsterreinen, om sociaal economische verschillen zo veel mogelijk terug te dringen en iedere burger dezelfde kansen te bieden. Ook in het huidige landelijke gezondheidsbeleid wordt onderstreept dat mensen weliswaar zelf keuzes maken ten aanzien van hun levensstijl, maar dat ze hiervoor wel gefaciliteerd moeten worden door middel van laagdrempelige (informatie-, sport- en zorg-) voorzieningen in de nabije omgeving, duidelijke wet- en regelgeving en een veilige leefomgeving. Dit moet voor iedereen hetzelfde zijn en het is goed om hier in gebieden met een lage SES meer aandacht voor te hebben.
26
Conceptversie september 2013
Het is echter niet zo dat de sociaal economische verschillen volledig teruggedrongen zijn. Nog steeds zijn er gebieden binnen de gemeente Coevorden waarin relatief meer mensen een laag inkomen hebben, een ongezonde leefstijl hebben of waar veel laaggeletterdheid voorkomt. Het verdient aanbeveling om hier aandacht voor te houden.
Facetbeleid De drie gestelde beleidsvoornemens zijn behaald. Op de terreinen wonen, veiligheid en milieu is bij het formuleren van nieuw beleid gescreend op gezondheidseffecten. Ook binnen de recreatie toerisme sector zijn er beleidsvoorstellen geformuleerd die gericht zijn op het versterken van de wellness sector en die daarmee indirect een positief effect hebben op de gezondheid van mensen. Het beleidsvoornemen dat stelt dat er binnen de terreinen volwasseneducatie en zorg, werk en inkomen beleidsvoorstellen ontwikkeld moeten worden om de effecten van de sociaal economische gezondheidsverschillen terug te dringen, is tevens behaald. Aanbeveling voortzetting beleid: Integraal facetbeleid krijgt blijvend aandacht, omdat de gezondheid van mensen directe raakvlakken heeft met andere beleidsterreinen zoals onderwijs, werk, ruimte, milieu en veiligheid.
Tot slot volgt hieronder een aantal algemene aanbevelingen en aandachtspunten die op meerdere beleidsvoornemens betrekking hebben.
Om in het kader van preventie een groter aantal jongeren te bereiken, verdient het aanbeveling om te onderzoeken of er middels het gebruik van social media een groter aantal jongeren bereikt kan worden.
Om in gesprek te blijven met uitvoerende organisaties, ook in het kader van de drie decentralisaties en de raakvlakken met het gezondheidsbeleid, wordt het Wonen Welzijn Zorg-beraad meer benut.
In het licht van de drie decentralisaties (jeugdzorg, AWBZ en participatie) is het noodzakelijk om naast het formuleren van integraal facetbeleid, ook in de uitvoering van dit beleid meer samenwerking en raakvlakken te zoeken.
27
Conceptversie september 2013
5.2 Landelijke speerpunten De Rijksoverheid heeft in 2011 de nota “Gezondheid dichtbij” vastgesteld. Hier volgt een korte samenvatting van het landelijk beleid. •
•
-
•
• •
De vijf speerpunten in het gezondheidsbeleid worden vastgehouden, maar de focus komt vooral op bewegen te liggen (roken, schadelijk alcoholgebruik, overgewicht, diabetes en depressie) In de nota wordt uitgegaan van eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van mensen. Dat geldt ook voor gezondheid. Niet de overheid maar de mensen zelf zijn in eerste instantie aan zet. Zorg en sport dichtbij in de buurt Accent op bevorderen gezondheid naast bestrijden ongezondheid Herkenbare en toegankelijke zorgvoorzieningen in de buurt, tijdige signalering van gezondheidsrisico's en toepassing van effectieve interventies en innovatieve behandelwijzen Veilig sporten, bewegen en spelen in de buurt voor iedereen; voldoende en laagdrempelige voorzieningen (uitgewerkt in beleidsbrief sport) Zorg en preventie moeten meer worden afgestemd met als uitgangspunt behoeften en wensen van de mensen en niet de stelsels of sectoren die zorg leveren. Sterkere fysieke, organisatorische en inhoudelijk verbinding tussen de publieke gezondheid en basiszorg vanuit de ZvW, AWBZ en Wmo. Zelf beslissen over leefstijl; omgeving waarin de gezonde keuze de gemakkelijke keuze is. Het kabinet besteedt extra aandacht aan de jeugd: bevordering van (het aanleren van) een gezonde leefstijl, vroege signalering van risico's en inzet op weerbaarheid om dagelijkse verleidingen te weerstaan, stellen van grenzen en het stimuleren van een gezonde basis.
5.3 Eindconclusie; visie op de toekomst Aan het merendeel van de beleidsvoornemens geformuleerd in de nota ’t Kan Beter, is zoals is gebleken in de evaluatie, uitvoering gegeven. De speerpunten die door de gemeente Coevorden in de nota zijn gekozen, komen voor een groot deel terug in het landelijke volksgezondheidsbeleid “Gezondheid dichtbij”. Eén van de nieuwe landelijke speerpunten is het zelf beslissen over leefstijl. Dit sluit aan bij de conclusie die is getrokken op het gebied van interventies om alcohol gebruik en roken onder ouderen terug te dringen; namelijk dat dit niet altijd vanuit een overheid te sturen is; mensen maken hun eigen keuzes en zijn niet altijd bereid om bepaalde gewoonten te veranderen. Hier wil de gemeente Coevorden dan ook niet meer op in steken. Om verantwoorde keuzes te kunnen maken is het wel van belang om goed geïnformeerd te worden. Daar ziet de gemeente Coevorden dan ook nog steeds een preventieve taak. Voorlichting, met name gericht op kinderen en jongeren. Hiermee worden ook de ouders bereikt en kan er bovendien op lange termijn resultaat geboekt worden vanuit de gedachte dat de jeugd de toekomst is. Ook handhaving en controle van landelijke wet- en regelgeving op het gebied van alcoholgebruik, maar ook op het gebied van wonen en milieu, werkt gezondheidsbevorderend en risicoverkleinend. Het uitgaan van eigen burgerkracht en het faciliteren van laagdrempelige voorzieningen, dichtbij de mensen, wordt niet alleen in het gezondheidsbeleid nagestreeft, maar komt ook terug in verschillende beleidsterreinen die tevens samenkomen onder de drie decentralisaties jeugdzorg, participatie, AWBZ. Slotconclusie Vanuit bovenstaande conclusies en visie kan worden gesteld dat de beleidsvoornemens uit de nota “’t Kan Beter” nog steeds actueel en relevant zijn. Met de geformuleerde aanbevelingen kan het beleid zoals in de de nota “’t Kan Beter” worden vastgesteld en verlengd worden tot en met 2015. Na het verschijnen van de nieuwe landelijke nota gezondheidszorg, in 2015, zal er ook op gemeentelijk niveau nieuw beleid geformuleerd worden.
28
Conceptversie september 2013
Bronvermelding • • • • • • • • • • • • • • • • •
Nota Openbare Gezondheidszorg 2008-2011 “’t Kan Beter” Notitie “Opvoeden en opgroeien in de gemeente Coevorden, visie op jeugd 20082012” “Jeugd in Drenthe” Basisrapport van het jeugdonderzoek 2008 over de gezondheid en leefgewoonten van Drentse jongeren 12 t/m 18 jaar Sportnota “Een nieuwe visie op sport én bewegen 2009-2013” Horecaconvenant “Veilig uitgaan in Coevorden” 2011 Toeristisch- recreatief beleidsplan “All Inclusive” 2010-2015 Beeldkwaliteitsplan Binnenvree-Zuid 2006 Veiligheidsplan Coevorden 2012-2016 Evaluatie nota jeugdbeleid 2008-2012 “Omdat de jeugd het waard is”. Evaluatie “Jaarrapportage Impuls brede school, sport en cultuur en het actieprogramma Sport en Bewegen, Coevorden 2011” Evaluatie School Preventie Plan 2012-2013 Concept jaarrapportage 2012 Welzijn 2000 www. ggddrenthe.nl www.maklukzat.nl www.welzijn2000.nl www.cjgcoevorden.nl www.nationaalkompas.nl
29
Conceptversie september 2013
Bijlage 1 Samenvatting Jeugdonderzoek GGD 2008 In 2008 heeft de GGD binnen de provincie Drenthe een grootschalig jeugdzonderzoek uitgevoerd, naar de gezondheid en leefgewoonten van Drentse jongeren. Recentere cijfers zijn er tot op heden niet. Hieronder volgt de samenvatting, overgenomen uit de rapportage die door de GGD is opgesteld, en die de situatie in de gemeente Coevorden weergeeft. “In het najaar van 2008 startte de GGD Drenthe een groot onderzoek onder 12 tot en met 18 jarigen. Ruim 7000 Drentse jongeren deden mee. De resultaten worden voor elke gemeente apart gepresenteerd en in dit rapport wordt dat gedaan voor de gemeente Coevorden. Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste resultaten. Fysieke gezondheid en verzuim • De meeste jongeren in de gemeente Coevorden (80%) vinden dat ze een goede gezondheid hebben. Vergeleken jongeren uit de rest van de provincie beoordelen jongeren uit Coevorden de gezondheid minder positief. • Meer dan één op de zeven jongeren heeft last van astma of bronchitis, al dan niet vastgesteld door een arts. Eén op de acht leerlingen geeft aan last te hebben van migraine of regelmatig ernstige hoofdpijn. In Coevorden geven jongeren vaker aan een allergie te hebben in vergelijking met jongeren uit de rest van de provincie. • Van de jongeren met een chronische ziekte of aandoening is 14% sterk en 51% licht belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden. • 39% van de leerlingen is in de 4 weken voorafgaand aan het onderzoek wel eens thuis gebleven vanwege ziekte. • 50% van de leerlingen heeft in de 3 maanden voorafgaand aan het onderzoek contact gehad met de huisarts. Dit percentage is hoger dan het percentage in de rest van Drenthe. Gezond gewicht, voeding en bewegen • 10% van de jongeren rapporteert overgewicht of obesitas. • 12% van de jongeren heeft ondergewicht. • Een kwart van alle jongeren ontbijt niet elke dag. 87% ontbijt minstens 5 keer per week. • 39% van alle jongeren eet elke dag groente. 81% minstens 5 keer per week. • Ruim een kwart van de jongeren eet elke dag fruit. Dit is lager vergeleken de rest van Drenthe. • Slechts 9% van de jongeren voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Dit percentage is lager dan in de rest van de provincie. • Het percentage jongeren dat op vijf dagen per week gedurende een uur of langer naar school fietst of loopt is hoger dan in de rest van de provincie. • Bijna drie kwart van de jongeren is lid van een sportclub. • Meer dan de helft van de jongeren kijkt elke dag televisie, een kwart tenminste 6 dagen per week tenminste 2 uur per dag. • Meer dan de helft van de jongeren zit elke dag buiten schooltijd achter de computer, internet of spelcomputer, 22% van de jongeren tenminste 6 dagen per week 3 uur. • In Coevorden geven meer jongeren aan vrijwel elke dag te computeren of te gamen in vergelijking met jongeren in de rest van Drenthe. Seksuele gezondheid • Van de jongeren in gemeente Coevorden heeft 21% al eens geslachtsgemeenschap gehad. • Van jongeren die al eens geslachtsgemeenschap hebben gehad gebruikt 14% nooit een condoom.
30
Conceptversie september 2013
Psychosociale gezondheid • 6% van de jongeren in Coevorden heeft matige tot ernstige psychosociale problematiek. • 7% van de jongeren heeft milde psychosociale problematiek. Mantelzorg • Bijna één op de twintig jongeren verleent mantelzorg. Pesten • 16% van de jongeren in gemeente Coevorden is in de drie maanden voorafgaand aan het onderzoek gepest. • Ruim een vijfde van de jongeren deed in dezelfde periode mee aan pestgedrag. • Jongeren in Coevorden gaven aan dat in de drie maanden voor het onderzoek via internet of telefonisch: - 34% is slachtoffer van cyberpesten - 53% is dader van pesten via internet of GSM. Veiligheid • 8% van de jongeren in gemeente Coevorden voelt zich overdag wel eens onveilig. • Bijna een vijfde voelt zich ’s avond of ’s nachts wel eens onveilig. • Van één op de 20 jongeren is al eens een fiets, brommer, scooter gestolen. • Van één op de acht jongeren zijn spullen vernield in het afgelopen jaar. • 5% van de jongeren geeft aan zelf spullen vernield te hebben in het afgelopen jaar. • Twee op de 100 heeft wel eens iemand in elkaar geslagen. Mishandeling • Bijna een kwart van de jongeren in gemeente Coevorden is wel eens getreiterd, gekleineerd of uitgescholden. • 8% wordt nog steeds getreiterd, gekleineerd of uitgescholden. • Drie op de honderd is wel eens in elkaar geslagen. • Ongeveer 1 op de 10 is al eens geschopt, geslagen of vastgebonden, 5% overkomt dit nu nog. • 7% van de jongeren in gemeente Coevorden heeft wel eens een seksuele ervaring met iemand gehad zonder dat ze dat zelf wilden. Roken, alcohol en drugs • 17% van de jongeren rookt. • Eén op de twaalf rookt dagelijks. • 67% van de jongeren heeft ooit alcohol gedronken. • Van de jongeren die alcohol hebben gedronken heeft 10% dit in de afgelopen vier weken 11 keer of vaker gedaan. • Het merendeel van de jongeren drinkt voornamelijk in het weekeinde (90%), op zo’n weekenddag drinkt bijna een kwart van hen 7 glazen of meer. • Ruim een vijfde van de drinkers drinkt ook op doordeweekse dagen. • Het merendeel van de jongeren drinkt thuis met anderen. • Volgens de helft van de jongeren die alcohol drinken vinden de ouders het goed dat ze drinken en verbieden bij 2% van de jongeren de ouders het alcoholgebruik. • Volgens 18% van de jongeren raden hun ouders het alcoholgebruik af. • 14% van de jongeren in gemeente Coevorden heeft ooit cannabis gebruikt. • 4% gebruikte cannabis in de vier weken voorafgaand aan het onderzoek, dit is lager in vergelijking met het percentage in de rest van de provincie. • 4% van de jongeren heeft wel eens alcohol en wiet of hasj op één dag of avond gebruikt.”
31
Conceptversie september 2013
Bijlage 2 School Preventie Plan De onderstaande organisaties verzorgden in het schooljaar 2012/2013 binnen het School Preventie Plan de volgende lessen: Organisatie
Thema
Inhoud
Halt Noord Nederland
Halt
In deze lesmodule wordt Halt neergezet. De volgende onderwerpen komen aan bod: wat is criminaliteit? Wat zijn motieven voor crimineel gedrag? Wat en hoe heeft Halt met criminaliteit te maken? In deze module komen een aantal onderwerpen aan de orde die in de andere lesmodules verdiept worden. Normen en waarden spelen een rol bij het maken van je keuze. In deze lesmodule komt aan de orde wat waarden en normen zijn. Ook ervaren leerlingen wat hun eigen waarden en normen zijn en dat ze hierbij een eigen keuze kunnen hebben. Deze les gaat over pesten via internet en gsm. Is pesten via internet anders dan direct pesten? Wat doet dit pesten met het slachtoffer? Wat kun je tegen dit pesten doen? Bovendien wordt in bredere zin ingegaan op veilig internetgebruik. Leerlingen krijgen o.a. inzicht in strategieën om met negatieve groepsinvloed om te gaan en ervaren hoe alternatieve strategieën kunnen worden ingezet. In deze les wordt crimineel gedrag en de gevolgen hiervan inzichtelijk gemaakt, een bijdrage geleverd aan het voorkomen van criminaliteit, inzicht gegeven in de gevolgen van eigen gedrag en bewustwording t.o.v. de dader, slachtoffer en betrokkenen. Inzichtelijk maken van crimineel gedrag en de gevolgen hiervan, een bijdrage aan het voorkomen van criminaliteit. De leerling inzicht geven wat overlast is en wat respect is. De leerling bewust maken van de relatie tussen respect tonen en overlast veroorzaken. Doel is om de regels rondom vuurwerk te vergroten en een bijdrage te leveren aan het voorkomen van overlast, de bewustwording van veiligheidsrisico’s rondom vuurwerkgebruik en de mogelijke gevolgen. Qbuzz gaat, soms in samenwerking met Halt, met een bus naar de school om de leerlingen voorlichting te geven over agressie in het openbaar vervoer. In deze les wordt het gedrag als voetganger en fietser onder aandacht gebracht en een eigen verantwoordelijkheid daarbij. Verder krijgen de leerlingen informatie over verkeersborden, voorrangsregels en fiets-voorzieningen. Leerlingen worden na een uitgebreid lesprogramma met gezondheid- en sportvoorlichting in de gelegenheid gesteld om vrijblijvend met diverse sport- en bewegingsactiviteiten kennis te maken. Voorlichting over gezonde voeding, bewegen en sporten; hoeveel uur sport in de week is gezond en welke sporten en vormen van beweging dragen bij aan een gezonde leefstijl. Doel is het tegengaan van overgewicht en het hanteren van een gezonde leefstijl. De nadruk bij de voorlichting aan de groep leerlingen ligt op de onderwerpen roken en alcohol, omdat deze leerlingen met deze middelen in aanraking zullen komen. Er wordt dieper ingegaan op hoe iemands mening over roken en alcohol wordt beïnvloed door de omgeving.
Normen en waarden
Digipesten
Groepsdruk
Kijk nou wat je doet
Overlast en respect
Vuurwerk
Qbuzz
Veilig Verkeer Nederland
Sport Drenthe
Agressie in het openbaar vervoer Verkeer
Kies voor hart en sport
Vet, cool, gezond
Verslavingszorg Noord Nederland
Alcohol/roken
32
Conceptversie september 2013
Bijlage 3 Integraal facetbeleid Hieronder volgt een opsomming van een aantal voorbeelden van beleidsterreinen en onderwerpen waarvan de gemeente Coevorden raakvlakken met het volksgezondheidsbeleid ziet, daar waar het gaat om preventie, gezondheidsbevordering en handhaving om gezondheidsrisico’s te voorkomen of te verminderen. Openbare orde en veiligheid: Terugdringen van drugs- en alcoholgebruik bij volwassenen en jeugd. Handhaven van de landelijke regel- en wetgeving op dit terrein. Het vergroten van het algehele gevoel van veiligheid voor de inwoners van de gemeente Coevorden. Sportbeleid: Hier ligt de nadruk op bewegen, voor zowel jeugd, volwassenen en ouderen. Het mensen in beweging brengen in letterlijke zin; sporten om bij te dragen aan een vitale maatschappij en om overgewicht tegen te gaan en te verminderen. Sociale zaken; teams vergunningen/ maatschappelijke ondersteuning/ burgerzaken en belastingen/ werk en bentheimer: Het in beweging brengen van mensen in figuurlijke zin; op een zinvolle manier participeren aan de maatschappij draagt bij aan een psychische gezondheid. Voorkomen van eenzaamheid/ depressie bij ouderen. Zelfredzaamheid van ouderen vergroten; zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Gelijke kansen voor iedereen om deel te nemen aan de maatschappij; terugdringen van sociaal economische verschillen. Jeugdbeleid: Raakvlakken met jeugdgezondheidszorg, preventie op gebied van overgewicht, alcohol- en drugsgebruik, depressie. Adequate doorverwijzing en een sluitende keten. Onderwijs: Inzetten op het terugdringen van laaggeletterdheid. Alle jongeren hebben een startkwalificatie. Preventieve interventies gericht op meerdere speerpunten uit het gezondheidsbeleid. Ruimtelijke ordening en wonen: Bij nieuwe bestemmingsplannen wordt rekening gehouden met behoeften en aard van populatie (vergrijzing). Het volgen van landelijke wet- en regelgeving mbt kwaliteitseisen woonomgeving. Toerisme en recreatie: Insteken op behoeften, bieden van voorzieningen die bijdragen aan leefbaarheid en vitaliteit, zoals aanleg van bijvoorbeeld fietspaden. Ondersteunend zijn aan initiatieven ondernemers, teneinde het scheppen van werkgelegenheid (wat bijdraagt aan terugdringen sociaal economische verschillen).
33