Emancipatie 2.1: Nieuwe ronde, gelijke kansen Actieprogramma 2015-2018
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Voorwoord Terugblik Vrouwen Mannen LHBT’s Veiligheid en discriminatie Verantwoording
3 4 6 9 11 13 15
2
1.
VOORWOORD
De gemeente Den Haag is de stad van Vrede en Recht, ook als het gaat om emancipatie. Het college wil een stad zijn waar iedereen meedoet en zich veilig voelt: of je nu man, vrouw of transgender bent, oud of jong, gay of straight. Het moet niet uitmaken wat je levensbeschouwing of wat je afkomst is. Met ‘Emancipatie 2.1: Nieuwe ronde, gelijke kansen; Actieprogramma 2015-2018’ dat voor u ligt, schets ik de manier waarop wij daaraan concreet richting geven. De acties bouwen voort op de opbrengst en ervaringen van de nota Emancipatie 2.0 (RIS 1807010) die zich zowel richt op vrouwen- en mannenemancipatie, als op de emancipatie van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s). In twee voortgangs- en één eindrapportage (RIS 247614, 258140 en 273501) zijn de resultaten van deze nota beschreven. Dit Actieprogramma is tot stand gekomen met de inbreng vanuit de Haagse samenleving en lokale en landelijke expertisecentra en daarnaast door de inbreng vanuit de leden van de commissie Samenleving en de Visitatiecommissie Emancipatie. Met dit Actieprogramma volg ik het beleid van de rijksoverheid, maar ik geef er graag Haagse kleur aan. De komende jaren wil ik blijven zoeken naar nieuwe inzichten en mogelijkheden om dit Actieprogramma actueel te houden. Bij emancipatiemaatregelen is het helaas niet zoals bij de aanleg van een nieuw fietspad dat je meteen ziet wat de opbrengst is. Het is een kwestie van lange adem om ervoor te zorgen dat iedereen dezelfde kansen en mogelijkheden heeft en meedoet. Maar ik ben ervan overtuigd dat deze maatregelen daaraan kunnen bijdragen. Om te kunnen toetsen wat daarvan het resultaat is, heb ik tegelijkertijd met de start van dit actieprogramma een nulmeting laten maken in de vorm van de Emancipatiemonitor Den Haag 2015. Zodat we in 2018 - als de periode van dit actieprogramma voorbij is – de voortgang van de acties en de behaalde resultaten kunnen zien. Karsten Klein Wethouder van Stedelijke Economie, Zorg en Havens
3
2.
TERUGBLIK
Dit Actieprogramma 2015-2018 bouwt voort op het emancipatiebeleid dat de gemeente Den Haag in de afgelopen periode heeft gevoerd in de nota Emancipatie 2.0 (RIS 1807010). Die nota richt zich op zowel op vrouwen- en mannenemancipatie, als op de emancipatie van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s). Vrouwen Ter versterking van de economische zelfstandigheid van vrouwen is in de afgelopen periode ingezet op het bevorderen van arbeidsparticipatie van vrouwen. Enkele resultaten hiervan zijn: De BissMiss-school (start 2012) die zich richt op startende ondernemende vrouwen. 42 vrouwen rondden de opleiding met succes af. Er is een studiefonds voor laagopgeleide vrouwen in de vorm van het Haags Emancipatie Studiefonds (HES) ingesteld waaruit 54 vrouwen een bijdrage hebben ontvangen. Er zijn afspraken gemaakt over de aansluiting van participatie-, welzijns- en scholingstrajecten voor niet-uitkeringsgerechtigden (zoals huisvrouwen) op trajecten naar werk. Enkele resultaten om de maatschappelijke participatie van vrouwen te bevorderen zijn: Oprichting van het Haagse Maatschap: een samenwerkingsverband van achttien maatschappelijke organisaties met activiteiten gericht op maatschappelijke- en arbeidsparticipatie. Het uitgroeien van Stichting Yasmin tot een volwaardig stedelijk participatiecentrum voor vrouwen. Ontwikkeling van de toolkit ‘Kracht door Verbinding’. Een traject ter verbetering van de positie van geïsoleerde vrouwen, waarmee ongeveer 500 vrouwen in de Schilderswijk zijn bereikt. Mannen In de afgelopen periode vonden in totaal 35 debatten, lezingen, vadercursussen, zaalgesprekken, voorlichtings- en dialoogbijeenkomsten plaats met als onderwerp mannenemancipatie. Aan de bijeenkomsten namen zo’n 3.500 mannen en vrouwen deel. Uit deze bijeenkomsten kwam naar voren dat er in vergelijking met een aantal jaren geleden, meer mannen zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid voor de zorg voor het gezin. Om het onderwerp arbeid- en zorgtaken met mannen te bespreken, volgden zo’n 250 mannen met verschillende culturele achtergronden een zogenoemde vadercursus/training door het opleidings- en trainingscentrum Multi 2000, stichting Horizon, stichting Hindustani en stichting Dialooghuis. Ook zijn door de activiteiten van het Vadercentrum Adam veel mannen bereikt. LHBT’s In afgelopen periode vond een aantal activiteiten op het gebied van sociale acceptatie van LHBT’s plaats. Enkele resultaten:
Verschillende migrantenorganisaties organiseerden discussie-, voorlichtings- en debatbijeenkomsten. Hierbij zijn 3500 mensen bereikt. In 2012 en 2013 vond een Lesbian festival plaats.
4
In november 2013 is het ‘We are the Hague-festival’ georganiseerd dat door zo’n 1.500 mensen is bezocht. In mei 2013 vond een driedaagse internationale conferentie over homo-emancipatie plaats. 30 maatschappelijke instellingen werden gefaciliteerd om de sociale acceptatie van homoseksualiteit te bevorderen. Jaarlijks in de afgelopen drie jaar zijn tussen de 130 en 140 voorlichtingsbijeenkomsten op verschillende scholen gegeven om sociale acceptatie van homoseksualiteit onder leerlingen en docenten bespreekbaar te maken. De gemeente Den Haag werkt als koplopergemeente, samen met 42 andere gemeenten op landelijk niveau om aandacht te genereren voor het bevorderen van sociale acceptatie en de veiligheid van LHBT’s.
5
3.
VROUWEN
Het bevorderen van arbeidsparticipatie van vrouwen Iedereen moet zoveel mogelijk kunnen meedoen in Den Haag. Maar daarin zijn vrouwen in een achterstand ten opzichte van mannen: 58 % van de Haagse vrouwen in de leeftijd van 15-64 jaar heeft een betaalde baan van meer dan 12 uur per week. Dat is aanzienlijk minder dan bij mannen (68,6%).1 Speerpunt van het Haags Emancipatiebeleid is daarom de economische zelfstandigheid van vrouwen. Daarbij staat het hebben van betaald werk voorop. Acties om de economische zelfstandigheid en arbeidsparticipatie van vrouwen bevorderen: Taal: Werk:
Wij stimuleren dat vrouwen die de Nederlandse taal niet (genoeg) machtig zijn, taallessen volgen via projecten als ‘Taal in de Buurt’ en ‘Taal aan Zee2. Wij stimuleren dat vrouwen die hebben meegedaan aan deze taalprojecten toegeleid worden naar betaald werk. Wij begeleiden vrouwen met een bijstandsuitkering als opstap naar economische zelfstandigheid, niet alleen naar fulltime, maar ook naar parttime werk. Wij onderzoeken mogelijkheden om werkloze vrouwen, ook die zonder een uitkering, nog beter te kunnen begeleiden naar zelfstandig ondernemerschap.
Studie: Wij maken mogelijk dat vrouwen die geen startkwalificatie hebben om deel te nemen aan het arbeidsproces en ook niet in aanmerking komen voor studiefinanciering, onder voorwaarden aanspraak maken op een bijdrage uit het Haags Emancipatie Studiefonds (HES). Wij onderzoeken naar de mogelijkheid dat het bedrijfsleven en fondsen in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen, de rol van het HES overnemen. Wij zetten een actieve campagne op om meer bekendheid te geven aan het HES onder Haagse organisaties, in samenwerking met zelf-, vrijwilligers- en vrouwenorganisaties. Meer vrouwen in hogere functies Uit landelijke cijfers blijkt dat vrouwen nog beperkt vertegenwoordigd zijn in de managementlagen en de top van organisaties. Van de mannen heeft 1 op de 5 een leidinggevende functie, terwijl dit voor vrouwen slechts 1 op de 10 is3. Ze hebben daarmee een duidelijke achterstand in het aantal leidinggevende en specialistische functies ten opzichten van mannen. Op landelijk niveau zijn afspraken gemaakt om ervoor te zorgen dat de top van organisaties bevolkt worden door tenminste 30 % vrouwen in 2016.
1
Haagse Emancipatiemonitor 2015, Tabel 3.1
2
Taal aan Zee biedt thuislessen Nederlandse taal voor geïsoleerd levende migrantenvrouwen met als doel de participatie te bevorderen, waaronder toeleiding naar (vrijwilligers)werk. 3 Bron: Nulmeting wettelijke streefcijfers vrouwen in de top, Ministerie OCW, februari 2012.
6
Binnen de gemeente Den Haag bestaat 27% van de (sub)top uit vrouwen. Dit aantal groeit elk jaar doordat we een gericht diversiteitsbeleid uitvoeren om doorstroom naar topfuncties te stimuleren.
Wij vragen de Haagse Emancipatie-ambassadeurs om Haagse bedrijven en maatschappelijke organisaties aan te moedigen dit voorbeeld te volgen.
Het bevorderen van maatschappelijke participatie van vrouwen Vrouwen die geïsoleerd leven en afgesloten zijn van het maatschappelijk leven, hebben door middel van maatschappelijke participatie een mogelijkheid om zich te ontplooien. Om de participatie van deze vrouwen te bevorderen, is Stichting Yasmin in de afgelopen jaren omgevormd tot een stedelijk participatiecentrum voor vrouwen. Hier krijgen vrouwen voorlichting, worden ze geadviseerd, begeleid en gecoacht op het gebied van onderwijs, maatschappelijke- en arbeidsparticipatie. De Visitatiecommissie Emancipatie gaf in haar eindrapport aan dat één participatiecentrum om de emancipatie van alle vrouwen in Den Haag te bevorderen niet genoeg is. Om meer vrouwen te bereiken wordt bekeken hoe dit aanbod ook op stadsdeelniveau toegankelijk kan worden gemaakt. Acties om de maatschappelijke participatie van vrouwen te vorderen:
Om de drempel te verlagen dat vrouwen meedoen aan scholing, maakt de gemeente afspraken over betere faciliteiten voor kinderoppas bij trainingen en cursussen. Vrouwen voor wie de stap naar arbeid (nog) te groot is, stimuleren en enthousiasmeren we om vrijwilligerswerk te gaan doen; wij zetten hiervoor zelforganisaties, PEP (kennis- en expertisecentrum op het gebied van participatie en emancipatie) en de netwerken op wijkniveau in. In het kader van de Wijkaanpak heeft een project plaatsgevonden gericht op geïsoleerde vrouwen. Het gaat dan om vrouwen met een kleine kring die soms alleen bestaat uit het gezin en (schoon)familie, een slechte of geen beheersing van de Nederlandse taal, geen sociaal netwerk, niet zelfredzaam, weinig kennis van de Nederlandse samenleving en geen motivatie of mogelijkheden om zichzelf te ontwikkelen. Naar aanleiding hiervan wordt er onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van extreem geïsoleerde vrouwen: die vrouwen die in een isolement leven door ervaren dwang van partner en/of één of meerdere leden van (schoon)familie, al dan niet in combinatie met psychische intimidatie of fysiek geweld. Op basis van deze analyse rollen we de methodiek uit die in het kader van het project is ontwikkeld. Wij stellen dan doelen ten aanzien van het bereiken van deze vrouwen in de verschillende stadsdelen met inzet van o.a. het aanbod van Yasmin. De emancipatoire ontwikkeling van tienermeisjes en tienermoeders stimuleren we door samenwerking met de diverse vrouwen- en vrijwilligersorganisaties in de stad en door middel van voorlichting op scholen.
7
Genderspecifieke gezondheidszorg Sinds mei 2014 is op landelijk niveau de alliantie ‘gender en gezondheidszorg’ in het leven geroepen om aandacht te vragen voor genderspecifieke zorg en om professionals hiervan bewust te maken. Uit onderzoek blijkt dat vrouwen niet alleen unieke medische problemen hebben (borstkanker, overgangsperikelen, etc.), maar dat bij hen ook veel algemene ziektes (bijv. hart- en vaatziekten) anders verlopen dan bij mannen. In Den Haag sluiten wij ons aan bij deze alliantie. We betrekken hierbij de GGD, de Haagse ziekenhuizen, de eerstelijnszorg en vrouwenorganisaties op wijk- en stadsdeelniveau.
Vanuit Emancipatie sluiten wij aan bij de bestaande Haagse GGD campagne 'Herken een hartaanval', waarbij deze wordt gericht op de specifieke problematiek bij vrouwen.
8
4.
MANNEN
Mannen bewust betrekken bij emancipatie Mannenemancipatie staat steeds meer in de belangstelling. Echtgenoten, zonen, broers en vaders blijken vaak de sleutel te zijn tot de emancipatie van hun vrouwen, moeders, zussen en dochters. Zo is de taakverdeling rondom arbeid en zorg tussen mannen en vrouwen nog steeds niet in balans. Dat blijkt uit zowel de Emancipatiemonitor Den Haag 2015 als uit de eindrapportage van de Visitatiecommissie Emancipatie. Vrouwen hebben nog altijd vaker de verantwoordelijkheid voor de zorg van kinderen. Uit de cijfers van de Emancipatiemonitor blijkt ook dat vrouwen in Nederland veel vaker dan mannen ouderschapsverlof opnemen. Mannen spelen niet alleen een belangrijke rol in het emancipatieproces van meisjes, vrouwen, maar ook in de sociale acceptatie van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s).
Acties om mannen bewust te maken van en actief te betrekken bij het emancipatieproces:
Wij organiseren voorlichtings- en discussiebijeenkomsten voor en door vrijwilligersorganisaties, migrantenorganisaties, het Vadercentrum Adam, welzijnsorganisaties en de Buurthuizen van de Toekomst. Hiervoor willen wij de komende periode geestelijke leiders en sleutelfiguren van de gemeenschappen inschakelen. Daarbij wordt gesproken over de rol van de man/vader binnen het gezin, de bijdrage aan de emancipatie van hun dochter(s) en vrouw en worden mannen bewust gemaakt van hun eigen emancipatieproces. In de komende periode willen we hiermee 2.000 mannen bereiken. Wij zetten vadercursussen en –trainingen voort met als doel om mannen actief te betrekken bij het emancipatieproces. Hiermee willen we 300 mannen bereiken. Wij gaan migrantenorganisaties en religieuze instellingen actief benaderen om vaders bewust te maken van hun rol bij de opvoeding van kinderen. Wij stellen hen in de gelegenheid om beter gebruik te maken van de kennis en expertise van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Wij willen hiermee jaarlijks 200 ouders bereiken en informeren.
De rol van mannen in mantelzorg vergroten Mantelzorgers zorgen onbetaald en vaak langdurig voor zieke familieleden of vrienden. Mannen nemen nog steeds een kleinere rol in dan vrouwen bij deze vorm van zorg. Zowel het Sociaal Cultureel Planbureau als de Nederlandse Vrouwenraad waarschuwen er daarom voor dat de lasten van de participatiesamenleving steeds op dezelfde schouders terecht komen. In Den Haag is ruim 60% van de mantelzorgers vrouw (zie tabel 1).
9
Tabel 1: Kerngegevens over mantelzorg, vergelijking man-vrouw, in 2013 man
vrouw
totaal
% mantelzorgers
17%
25%
21%
verhouding man/vrouw
40%
60%
100%
% mantelzorgers dat intensieve zorg verleent
14%
22%
18%
6%
9%
8%
(van de totale bevolking)
% dat mantelzorg ontvangt
Bron: Stadsenquête 2013, bewerking OSP
Zeker als het gaat om het verlenen van intensieve zorg, komen vrouwen in de knel met hun betaald werk. Daarbij is er een toename van een kleine groep vrouwen die zowel voor hun kinderen als hun ouders zorgen, de zogeheten ‘sandwichgeneratie’. Acties om mannen actief betrekken bij mantelzorg Wij gaan in gesprek met organisaties die zich inzetten voor de ondersteuning van mantelzorgers om deze organisaties te wijzen op de rol van mannen in de mantelzorg. Wij gaan in gesprek met (migranten- en vrijwilligers)organisaties om mannen en jongeren stimuleren tot het verrichten van mantelzorgtaken, bij hen bekendheid te geven aan het mantelzorgondersteuningsaanbod en om hiaten in het ondersteuningsaanbod te signaleren die zij tegenkomen als het gaat om mantelzorgondersteuning voor mannen. Dit gebeurt in samenhang met de acties uit het Actieprogramma Informele Zorg.
10
5.
LHBT’s (lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders)
Hoewel de sociale acceptatie van homoseksualiteit dankzij alle inspanningen en activiteiten in de afgelopen periode bij veel mensen en bij vele groeperingen redelijk is verankerd, geldt dat lang niet voor iedereen. Uit het onderzoeksrapport van het Sociaal Cultureel Planbureau over de acceptatie van homoseksualiteit door etnische en religieuze groepen in Nederland, bleek dat homo-emancipatie met name bij de kleinere protestante groepen (buiten de PKN) en moslims beperkter is. Meer dan de helft van de moslims (58 %) en ‘overige’ gereformeerden (%; buiten de PKN) geeft bijvoorbeeld aan dat homoseksualiteit (bijna) altijd verkeerd is. 4 LHBT’s zichtbaar en het onderwerp bespreekbaar maken, is een belangrijke voorwaarde voor een grotere sociale acceptatie in de samenleving. Om dat te bereiken, is een brede aanpak op meerdere terreinen nodig, waaronder sport, onderwijs, veiligheid en ouderen. Tal van organisaties beschikken echter niet over de kennis om het onderwerp goed op de agenda te zetten en te houden. Dat is de reden dat sinds 2014 de gemeente Den Haag een netwerker seksuele diversiteit faciliteert bij COC Haaglanden voor een periode van drie jaar. Acties op de sociale acceptatie van LHBT’s: Algemeen: We zorgen dat er voorlichting komt en discussiebijeenkomsten worden georganiseerd bij sportverenigingen, verpleeg- en verzorgingshuizen en migrantenorganisaties. Hiermee willen wij 4.000 mensen bereiken en informeren. We bevorderen aandacht in etnische gemeenschappen rond het thema LHBT. Dat komt voort uit afspraken die zijn gemaakt tussen het Ministerie van OCW en de G4 over aanpak homoseksualiteit in etnische gemeenschappen. Wij willen hiermee 1500 Hagenaars met een etnische achtergrond bereiken. We geven uitvoering aan de intentieverklaring die op 10 oktober 2014 in Nijmegen is ondertekend door minister Bussemaker (OCW) en de vertegenwoordigers van de 42 Regenboogsteden (waaronder Den Haag) voor de periode 2015-2017 rondom het voeren van lokaal seksuele diversiteitsbeleid. Hierin is afgesproken dat de sociale acceptatie wordt gemeten en goede voorbeelden zullen worden gedeeld. Ook wordt verwacht dat wij beleid ontwikkelen op het gebied van veiligheid, pesten, weerbaarheid en sociale acceptatie van LHBT’s. Wij ondersteunen de uitreiking van de Haagse homo-emancipatieprijs, de ‘John Blankenstein Prijs’ en de organisatie van de Roze Maand oktober inclusief de jaarlijkse Internationale Coming Out Day op 11 oktober. Transgenders Om de kennis van en over transgenders te bevorderen, organiseren wij voorlichtingsbijeenkomsten voor medewerkers binnen de gemeente (zoals de GGD), roze netwerken, politie en zorg- en welzijnsinstellingen We verspreiden de handleiding gericht op transgenders op de werkvloer actief onder deze professionals; de uitvoering gebeurt door Bureau Discriminatiezaken (BDZ), SHOP en COC Haaglanden.
4
De acceptatie van homoseksualiteit door etnische en religieuze groepen in Nederland, SCP, 2014
11
Om aandacht te geven aan de positie van transgenders op de werkvloer, sluiten we ons aan bij de verklaring van Dordrecht: Oproep tot Actie. De verklaring is in 2013 opgesteld door Transgender Netwerk Nederland (TNN) met als doel de emancipatie van transgenders op de werkvloer te bevorderen.
Onderwijs Scholen zijn wettelijk verplicht om voorlichting te geven over seksuele diversiteit. We geven ondersteuning en stellen expertise beschikbaar aan scholen via COC Haaglanden. Wij willen jaarlijks 150 voorlichtingslesuren verzorgen. We informeren scholen in het kader van de vernieuwde Haagse veiligheidskaart over diverse onderwerpen, zoals het creëren van een veilig klimaat, radicalisering, seksuele diversiteit en het tegengaan van geweld en discriminatie. Wij faciliteren bureau Halt en HCO om aan scholen specifieke kennis en ondersteuning te bieden op dit terrein. Wij sluiten ons aan bij het landelijk initiatief Gay Straight Alliances. Het doel van dit initiatief is scholen te stimuleren om actie te voeren voor een schoolklimaat dat veilig en vriendelijk is voor alle leerlingen (ook voor LHBT’s). Sport
Werk
We benaderen tien grote Haagse teamsportverenigingen over sociale acceptatie van LHBT’s met inzet en expertise van de John Blankenstein Foundation. Doel is jeugdtrainers te trainen en in te zetten om cultuurverandering binnen hun sportvereniging in gang te zetten. We organiseren stadsgesprekken met Haagse sportverenigingen om het thema onder de aandacht te brengen.
Door deelname aan een jaarlijkse Workplace Pride Global Benchmark van de internationale Workplace Pride-organisatie en het opvolgen van de aanbevelingen, laat de gemeente Den Haag zien dat ze ook in de komende periode een goede werkgever wil zijn voor LHBT’s. Hiermee is de gemeente rolmodel voor andere organisaties in de stad. De gemeente ondersteunt ook de komende periode het gemeentelijke medewerkersnetwerk Den Haag Pride.
Zorg
We vragen aandacht voor LHBT's in zorginstellingen: met inzet van een trainer gaan wij het project Tour d’Amour door Den Haag realiseren met als doel de bewoners en het personeel van tien zorginstellingen bewust te maken en voor te lichten. Om de veiligheid binnen zorginstellingen te bevorderen, vraagt de gemeente aan het Bureau Discriminatiezaken (BDZ) een methode te ontwikkelen waarmee zorginstellingen kunnen investeren in de veiligheid en sociale acceptatie van roze ouderen: het project ‘Goede betrekkingen binnen de woon-/zorgomgeving’. Wij willen aandacht voor roze ouderen; wij ondersteunen het initiatief van COC Haaglanden om jaarlijks in de maand oktober (de Roze Maand in de regio Den Haag) diverse activiteiten en evenementen te organiseren met als doel het vestigen van aandacht op roze ouderen. Dit is namelijk ook de Maand van de Vitaliteit in het kader van Den Haag Seniorvriendelijke stad.
12
6.
VEILIGHEID EN DISCRIMINATIE
Huiselijk geweld Tussen het beleid gericht op de aanpak van huiselijk geweld en het emancipatiebeleid ligt een belangrijke relatie. In die aanpak heeft het voorkomen en direct stoppen van geweld of verwaarlozing en het duurzaam borgen van veiligheid voor alle betrokkenen de hoogste prioriteit. In ‘Een veilig thuis: Regiovisie aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling 2015-2018’ (RIS 282280) wordt de aanpak voor de komende jaren beschreven. De acties uit dit actieprogramma komen overeen met die uit de Regiovisie. Acties gericht tegen Huiselijk geweld In onze regio maken we in 2016 een analyse van de belangrijkste risicogroepen voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Hierbij kijken wij of in de acties een koppeling kan plaatsvinden met het emancipatiebeleid. Als risicogroepen wordt gedacht aan mannen, homoseksuelen en transgenders; in deze groepen is het taboe op huiselijk geweld zeer groot. Vervolgens maken we een communicatieplan over de meest succesvolle manier van het benaderen van deze groepen en bieden we hen gericht preventie. De aanpak eergerelateerd geweld heeft vorm gekregen vanuit een actieve werkgroep die aandacht besteed aan scholing aan potentiële signaleerders en aandachtsfunctionarissen binnen de verschillende organisaties. Het gaat dan zowel om hulpverlenende instanties, als om scholen. De samenwerking met migrantenorganisaties is ook onderdeel van de ketenaanpak van eergerelateerd geweld. Het landelijke knooppunt huwelijksdwang en achterlating is per 1 januari 2015 gestart in Den Haag bij Veilig Thuis5. Hulpverleners uit het hele land kunnen hier terecht voor ondersteuning bij het aanpakken van deze vormen van mishandeling. We gaan met Veilig Thuis, zelforganisaties en ‘Taal aan Zee’ in overleg over mogelijkheden van een ‘Meldpunt Extreem Geïsoleerde vrouwen’. Discriminatie en geweld tegen LHBT’s Het gevoel van onveiligheid onder LHBT’s in de openbare ruimte neemt toe. Ook zijn er jonge migranten die vanwege hun culturele achtergrond niet uit de kast durven te komen. Deze jongeren hebben te maken met spanningen tussen hun familie en sociale omgeving. Acties gericht tegen geweld en discriminatie ten aanzien van LHTB’s:
We continueren het zero-tolerance-beleid tegen geweld: binnen het Regionaal Discriminatie Overleg RDO (gemeente, Bureau Discriminatiezaken (BDZ), politie en OM) wordt consequent de ‘zero-tolerance-aanpak’ van antihomoseksueel geweld gehandhaafd en gecommuniceerd. De politie blijft signaleren over en registreren op incidenten met een homofoob motief. Nieuw politiepersoneel krijgt voorlichtingsbijeenkomsten en trainingen om dit soort geweld beter te herkennen. BDZ continueert in samenwerking met het COC Haaglanden, jongerenwerk en onderwijsinstellingen, trainingen voor professionals om jongeren weerbaarder te maken die vanwege hun seksuele gerichtheid worden geconfronteerd met sociale uitsluiting.
5
Veilig Thuis is sinds 1 januari jl een samengaan van het Steunpunt Huiselijk Geweld en het Advies-en Meldpunt Kindermishandeling.
13
We blijven zorgen voor noodopvang voor jongens en mannen die vanwege hun seksuele geaardheid worden bedreigd. Specifiek voor migrantenjongeren is bovendien op een veilige plek noodopvang gerealiseerd. Den Haag krijgt nog twee jaar financiering van het Rijk voor mannenopvang. In deze periode moet de opgebouwde expertise (in de vier grote gemeenten) geborgd worden en moet duidelijk worden aan hoeveel plaatsen mannenopvang in Den Haag behoefte is. Wij geven voorlichting en vragen specifiek aandacht voor huwelijksdwang onder LHBT's: we gaan daarvoor in samenwerking met de G4 (het samenwerkingsverband van vier grootste gemeenten van Nederland; Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht) en met de inzet en expertise van de stichting Katilim voorlichtingsbijeenkomsten organiseren. Wij willen aandacht voor de positie van LHBT’s in levensbeschouwelijke gemeenschappen: wij vinden het belangrijk dat gelijkgestemde LHBT’s in een veilige omgeving samen kunnen komen, bijvoorbeeld in de Internationale Roze kerk.
14
7.
VERANTWOORDING
Resultaten meten Om de stand van zaken rondom emancipatie te kunnen meten wordt vanaf 2015 jaarlijks door de gemeente de Emancipatiemonitor uitgebracht. Die wordt openbaar gemaakt op de site van de gemeente. Hierin wordt onder andere aandacht besteed aan vrijwilligerswerk en arbeidsparticipatie onder vrouwen en discriminatie en geweld tegen homo’s. Maar ook is er aandacht voor de resultaten van de verschillende activiteiten, die in het kader van het emancipatiebeleid worden uitgevoerd. Over de voortgang van de acties uit dit Actieprogramma presenteren wij in 2016 een tussenrapportage aan de gemeenteraad over de voortgang van de acties. In 2018 brengen wij een eindrapportage uit. Visitatiecommissie Emancipatie (VCE) Het Haags emancipatiebeleid wordt gevolgd en getoetst door de Visitatiecommissie Emancipatie (VCE). Deze commissie werd geïnstalleerd op 8 maart 2012. Twee jaar later kwam de VCE in een eindrapport met aanbevelingen op door haar gesignaleerde ontwikkelingen. In dat rapport wordt vooral nadruk gelegd op de volgende punten:
Er is een te abrupte overgang van de ontmoetingsfunctie naar participatie. Het ontbreken van kinderoppas bij trainingen en cursussen die vrouwen beter voorbereiden op betaald of vrijwilligerswerk. Er dienen meerdere participatiecentra voor vrouwen gerealiseerd te worden. Mannenemancipatie is net zo belangrijk en noodzakelijk als vrouwenemancipatie. Vrouwenemancipatie is pas voltooid als mannen gaan ‘mee-emanciperen’. Homo-emancipatie verdient aandacht; samenwerking tussen scholen, COC Haaglanden, Bureau Discriminatiezaken, politie en migranteninstellingen kan een cruciale rol vervullen bij het bevorderen van homo-emancipatie. Beleid dat zowel huiselijk –als eergerelateerd geweld tegengaat behoort te worden gekoppeld aan het emancipatiebeleid.
Deze punten zijn meegenomen in dit Actieprogramma. Voor de periode van dit Actieprogramma is in 2015 een nieuwe VCE geïnstalleerd met dezelfde opdracht.
Financieel overzicht Er is jaarlijks een budget voor vrouwen-, mannen en LHBT-emancipatie van ongeveer € 1 miljoen beschikbaar. Onderdeel hiervan is een tijdelijk bijdrage van het Rijk van €66.000. Van de beschikbare middelen wordt ongeveer €550.000,-- besteed aan de subsidiëring van professionele instellingen, zoals Stichting Yasmin en het COC Haaglanden . PEP heeft vanuit haar opdracht als kennis- en expertisecentrum participatie, ook de opdracht heeft voor het verzamelen en verspreiden van informatie over emancipatiebeleid. Ongeveer €215.000,-wordt al ingezet voor emancipatiebevorderende activiteiten. Ongeveer €230.000 is beschikbaar voor de uitvoering van acties uit het programma. Aanvullend krijgen we vanuit het Rijk in 2015-2016 €30.000 voor vrouwenemancipatie en €66.000 voor LHBT-beleid.
15