Eindrapport onderzoek naar de veehouderij in de gemeente Venray 2015 Hoe nu verder…?
HAS Kennistransfer en Bedrijfsopleidingen Onderwijsboulevard 221 Postbus 90108 5200 MA ’s-Hertogenbosch Telefoon: (088) 890 36 37
Documenttitel: Projectcode:
Eindrapport onderzoek naar de veehouderij in de gemeente Venray 2015 LI-2015-008104
Opdrachtgever: Contactpersonen:
Gemeente Venray – Gemeenteraad Venray Frans Deenen Jos Kniest
Projectleider:
Perry van Kerkhoven
Projectteam:
Gieljam Dejong Jasper Vermeer Maud Verstappen
Plaats: Datum:
Venray 25 juni 2015
ii
Voorwoord Voor u ligt het eindrapport dat is opgesteld naar aanleiding van een afstudeerproject van drie HAS Hogeschool studenten bij de gemeente Venray. Het onderzoek met als naam: ‘Onderzoek naar de veehouderij in de gemeente Venray 2015’ wordt uitgevoerd door drie laatstejaars studenten van de opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness in ’s-Hertogenbosch. Het onderzoek is uitgevoerd op het verzoek van de gemeenteraad van Venray en begeleid door twee ambtenaren van deze gemeente. Het voor u liggende eindrapport is een onderdeel van een groter project, waarin de gemeente Venray de dialoog aangaat met burgers, veehouders en andere belanghebbenden. Dit eindrapport is de laatste stap in ons afstudeerproject. In dit eindrapport geven wij onze belangrijkste conclusies en aanbevelingen naar aanleiding van het feitenrapport, (dialoog)bijeenkomsten, interviews en de gevraagde stellingen. Graag willen wij als projectteam Frans Deenen en Jos Kniest van de gemeente Venray bedanken voor de begeleiding en ondersteuning bij dit project. Daarnaast willen wij Perry van Kerkhoven en Edith Vullings, docenten aan de HAS Hogeschool, bedanken voor de begeleiding vanuit de onderwijsinstelling. Tot slot willen wij de overige ambtenaren van de gemeente Venray, de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad, evenals de bezoekers aan de (dialoog)bijeenkomsten en overige personen waarmee wij contact hebben gehad bedanken voor hun tijd, inzet en informatie. Wij wensen u veel leesplezier toe. Gieljam Dejong Jasper Vermeer Maud Verstappen Venray, 25 juni 2015
iii
Samenvatting Dit eindrapport ´onderzoek naar de veehouderij in de gemeente Venray 2015´ is geschreven naar aanleiding van een afstudeeropdracht van drie studenten aan de HAS Hogeschool. Deze opdracht is uitgevoerd voor HAS Kennistransfer in opdracht van de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray. Het doel van deze opdracht is om meer kennis en feiten te vergaren over de veehouderij binnen de gemeente Venray en de dialoog aan te gaan met burgers, veehouders en overige belanghebbenden. Het einddoel om verschillende aanbevelingen te geven aan de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray. Aan de hand van deze aanbevelingen kan de werkgroep veehouderij een advies opstellen die vervolgens naar de gemeenteraad zal gaan. Om het eerste doel te realiseren is de volgende hoofdvraag opgesteld: “Hoe ziet de ontwikkeling van de veehouderij in de gemeente Venray eruit op basis van de verzamelde gegevens ook in vergelijking met vergelijkbare regio’s en Nederland”? Hiervoor is een feitenrapport opgesteld en is er een (dialoog)bijeenkomst georganiseerd waar deze feiten plus overige sprekers aan bod zijn gekomen. Alle feiten zijn terug te lezen in het bestand: ‘feitenrapport veehouderij in de gemeente Venray 2015 (inclusief factsheets en bijlagenbundel)’. In dit rapport zal er niet meer verder op deze hoofdvraag ingegaan worden. De tweede hoofdvraag is de werkelijke hoofdvraag van dit eindrapport, namelijk: “Welke conclusies en aanbevelingen kunnen gedaan worden richting de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad van Venray over de meningen uit de gevoerde (dialoog)bijeenkomsten en bevindingen uit de stellingen en de gehouden interviews met burgers en veehouders?” De uitkomsten van deze hoofdvraag zijn bedoeld om een betere relatie te creëren tussen de veehouders, burgers en overige belanghebbenden in de gemeente Venray. Deze hoofdvraag is beantwoord door het houden van verschillende interviews, de (dialoog)bijeenkomsten en de gevraagde stellingen. Als volgt zijn alle uitkomsten van deze drie bronnen bediscussieerd, waaruit een conclusie/visie is opgesteld. Als laatste zijn er aanbevelingen naar de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray weergegeven. De veehouderij is een sector die verschillende voor- en nadelen met zich mee brengt. Zo is het een waardevolle economische sector binnen de gemeente, maar deze sector baart bij veel mensen zorgen qua gezondheidseffecten en ophoping van megabedrijven. Duidelijk kwam naar voren dat burgers lijnrecht tegenover bepaalde meningen staan van veehouders en andersom. Deze standpunten zullen dichter bij elkaar gebracht moeten worden om zo meer begrip voor elkaar te krijgen. Er zijn aanbevelingen opgesteld richting de werkgroep veehouderij die de aanbevelingen rechtstreeks kunnen aanbevelen aan de gemeenteraad van de gemeente Venray om de afstand tussen de burgers, veehouders en overige belanghebbenden te verkleinen. De eerste aanbeveling is om voorafgaand aan nieuwe ontwikkelingen van veehouderijbedrijven een dialoog te houden met de omgeving. Hierbij is het uitwisselen van informatie, te denken aan nieuwe technieken/innovaties, van uiterst belang. De tweede aanbeveling is om als gemeente zijnde samen met de burgers en de veehouders een halfjaarlijks veehouderij evenement te organiseren binnen de gemeente Venray en het plaatsen van informatiebordjes bij veehouderijbedrijven.
iv
Een derde aanbeveling is om op verschillende gebieden verder onderzoek uit te voeren. Zo kan er onderzocht worden wat voor waarde de veehouderij precies heeft voor de gemeente Venray. Dit zou gedaan kunnen worden in samenwerking met de Rabobank en overige organisaties. Een vierde aanbeveling is het bieden van meer communicatie door de gemeente over vergunningsaanvragen en het afhandelen van bezwaren en klachten. Op deze manier moeten de burgers, veehouders en overige belanghebbenden minder ontwetend worden over deze zaken. Een vijfde aanbeveling is het ,daar waar kan, verplicht stellen dat een bedrijf bij een vergunningsaanvraag aandacht besteedt aan het sluiten van de kringloop. Een zesde aanbeveling is het inpassen van de veehouderijbedrijven in het landschap, waardoor de bedrijven minder opvallen en het buitengebied aantrekkelijker wordt voor de bezoekers. Daarbij moet de gemeente meer handhaven om dit te realiseren. Een zevende aanbeveling is om eerst het evaluatierapport van de wet geurhinder af te wachten voordat men de bandbreedte en rekenmethodiek van de geurnorm gaat aanpassen. De veehouderij is een erg belangrijke schakel voor de gemeente Venray, maar de gemeente profileert zich daar op dit moment niet zo mee. De achtste aanbeveling is dan ook om meer naar buiten te dragen dat de gemeente trots is op de veehouderij en zo ook de sector een beter imago geeft. De laatste aanbeveling, maar zeker niet de minste, is dat de gemeente Venray toekomstgericht moeten gaan denken voordat er vervolgstappen genomen gaan worden. De gemeente moet weten waar het naar toe wil met de veehouderij en daar het beleid op aanpassen. Hierbij moet de gemeente Venray zich vooral laten informeren en inspireren door vele buitenstaande partijen. De veehouderij in de gemeente Venray is voor de economie een onmisbare schakel. Alle inwoners binnen de gemeente Venray zullen er samen voor moeten zorgen dat men deze sector dan ook nooit verloren zal gaan.
v
Inhoudsopgave Voorwoord ..............................................................................................................................................iii Samenvatting........................................................................................................................................... iv Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ vi 1.
Inleiding ........................................................................................................................................... 8 1.1
Aanleiding ................................................................................................................................ 8
1.2
Probleemstelling...................................................................................................................... 8
1.3
Doelstelling .............................................................................................................................. 8
1.4
Projectaanpak .......................................................................................................................... 8
1.5
Leeswijzer .............................................................................................................................. 10
2.
Interviews ...................................................................................................................................... 11
3.
(Dialoog)bijeenkomsten ................................................................................................................ 14 3.1
(Dialoog)bijeenkomst 1 ......................................................................................................... 14
3.2
Dialoogbijeenkomst 2 ............................................................................................................ 15
3.2.1
Nut en Noodzaak ........................................................................................................... 15
3.2.2
Trends en ontwikkelingen ............................................................................................. 16
3.2.3
Effecten veehouderij in de omgeving............................................................................ 16
3.2.4
Mens en veehouderij..................................................................................................... 17
3.3
(Dialoog)bijeenkomst 3 ......................................................................................................... 17
4.
Stellingen ....................................................................................................................................... 20
5.
Discussie ........................................................................................................................................ 26 5.1
Interviews .............................................................................................................................. 26
5.2
(Dialoog)bijeenkomsten ........................................................................................................ 27
5.3
Stellingen ............................................................................................................................... 29
6.
Conclusie en aanbevelingen .......................................................................................................... 31
7.
Evaluatie ........................................................................................................................................ 34 7.1
Algemene project evaluatie .................................................................................................. 34
Bibliografie ............................................................................................................................................ 36 Bijlagen .................................................................................................................................................. 37 Bijlage 1: Artikelen over de eerste (dialoog)bijeenkomst ................................................................. 38 Bijlage 2: Artikelen over de tweede dialoogbijeenkomst ................................................................. 41 Bijlage 3: Interviewverslag veehouder 1 ........................................................................................... 42 Bijlage 4: Interviewverslag veehouder 2 ........................................................................................... 43
vi
Bijlage 5: Interviewverslag burger 1 .................................................................................................. 44 Bijlage 6: Interviewverslag burger 2 .................................................................................................. 45 Bijlage 7: Interviewverslag burger 3 .................................................................................................. 46 Bijlage 8: Formulier stellingen ........................................................................................................... 48 Bijlage 9: Statistische toetsen............................................................................................................ 50
vii
1.
Inleiding
1.1
Aanleiding
De aanleiding voor dit eindrapport is de dialoog over de veehouderij in de gemeente Venray. De gemeente Venray is al jaren een van de grootste veehouderijgemeenten in Nederland. De gemeente merkt dat er steeds meer maatschappelijke discussie over dit onderwerp komt. Om hier meer inzicht in te krijgen wil de gemeenteraad een open dialoog voeren waarin veehouders, burgers en overige belanghebbenden in gesprek gaan over de veehouderij. In dit eindrapport worden de conclusies en aanbevelingen gegeven van het totale onderzoek/afstudeerproject. Waar het totale onderzoek uit bestaat wordt weergegeven in paragraaf 1.4.
1.2
Probleemstelling
De gemeente Venray is nieuwsgierig naar hoe de veehouderij zich in de laatste jaren heeft ontwikkeld en hoe de feiten in Venray zich verhouden tot landelijke en andere regionale gegevens. Daarnaast wil de gemeente Venray de mening horen van burgers, veehouders en overige belanghebbenden uit Venray en omstreken. Dit wordt gerealiseerd aan de hand van het houden van drie (dialoog)bijeenkomsten en enkele interviews. Tot slot is de gemeente Venray benieuwd naar de invloed van de dialoog op de meningen van de bezoekers. Dit wordt gedaan door het vragen van verschillende stellingen op twee verschillende meetmomenten.
1.3
Doelstelling
De veehouderij is in Venray een belangrijke bedrijfstak. Veel inwoners van Venray hebben affiniteit met deze sector, maar er is ook kritiek op deze sector. Het doel van dit project is om de gemeente Venray inzichten en aanbevelingen te geven over hoe men in de toekomst om kan gaan met de veehouderij. De hoofdvraag die hierbij past is hieronder weergegeven; “Welke conclusies en aanbevelingen kunnen gedaan worden richting de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad van de gemeente Venray over de meningen uit de gevoerde (dialoog)bijeenkomsten en bevindingen uit de stellingen en de gehouden interviews met burgers en veehouders?”
1.4
Projectaanpak
Het project bestaat uit twee delen. Het eerste deel van het onderzoek is het vergaren van feiten voor de eerste (dialoog)bijeenkomst. Het tweede deel van het onderzoek is het analyseren van de interviews, (dialoog)bijeenkomsten en stellingen en het uiteindelijk geven van aanbevelingen aan de werkgroep. Feitenonderzoek Het eerste deel van het onderzoek bestaat uit het uitvoeren van een feitenonderzoek en het houden van verschillende interviews. Aan de hand hiervan zijn gegevens verzameld en geregistreerd in een bijlagenbundel. Vanuit deze bijlagenbundel en overige bronnen is de belangrijkste informatie vernoemd in het feitenrapport. Vervolgens is er een samenvatting gemaakt van het feitenrapport, genaamd factsheetbundel. In deze factsheetbundel is er per onderwerp, waar kon, een factsheet gemaakt.
8
Als volgt is er weer een samenvatting van de factsheetbundel gemaakt in de vorm van een folder. Iedere bezoeker van de eerste (dialoog)bijeenkomst kan de kengetallen van de veehouderij in de gemeente Venray met deze folder in één oogopslag zien. Als laatste is er een presentatie gemaakt waarin de highlights van de factsheets worden uitgelicht. Het eerste deel van het onderzoek is beëindigd door antwoord te geven op de eerste hoofdvraag. Deze hoofdvraag luidt als volgt: “Hoe ziet de ontwikkeling van de veehouderij in de gemeente Venray eruit op basis van de verzamelde gegevens, ook in vergelijking met vergelijkbare regio’s en Nederland”? Korte conclusie hoofdvraag 1 Het aantal pluimvee- en rundveedieren in de gemeente Venray is in de afgelopen 15 jaar stabiel gebleven. Het aantal varkens is echter wel gestegen tussen 2000 en 2014. In heel Nederland neemt het aantal veehouderijbedrijven af. Dit is ook het geval in Venray. Het aantal veehouderijbedrijven neemt af in Venray, terwijl het aantal dieren (behalve bij de varkenshouderij) min of meer gelijk blijft. Hierdoor neemt het aantal dieren per bedrijf toe. Ook bij de varkenshouderij. Door deze groei neemt ook het aantal megabedrijven en het mestoverschot toe. De afname in veehouderijbedrijven komt doordat bedrijven moeten stoppen door een gebrek aan opvolger of door financiële redenen. Venray staat bekend om haar grootte van de veehouderij en de hoge veedichtheid. Wanneer er wordt gekeken naar werkelijke dieraantallen heeft Venray het hoogste stuks pluimvee- en rundveedieren in vergelijking met de referentiegemeenten in 2014. Wanneer dit omgezet wordt naar het aantal dieren per huishouden of hectare, is dit niet het geval. Venray is in sommige aspecten wel het grootst, maar de verschillen tussen de referentiegemeenten zijn kleiner of andere gemeenten scoren hoger. Wel moet hierbij opgemerkt worden dat Venray verstedelijkt is in vergelijking met de andere referentiegemeenten, dus zal er rekening gehouden moeten worden met enige nuance in de vergelijkingen.1 Eindrapport Dit eindrapport is het tweede deel van het onderzoek. Hierin worden zoals eerder beschreven de analyses, conclusies en aanbevelingen weergegeven. Het rapport zal vanwege deze redenen bestaan uit de volgende onderwerpen; interviews, (dialoog)bijeenkomsten, stellingen, discussie en conclusie en aanbevelingen. De interviews zijn voorafgaand aan de (dialoog)bijeenkomsten gehouden met burgers en veehouders uit de gemeente Venray. Tijdens de (dialoog)bijeenkomsten zijn de opvallendste aspecten genoteerd en verwerkt. Daarnaast zijn er stellingen geformuleerd die voor de eerste (dialoog)bijeenkomst en na de tweede dialoogbijeenkomst ingevuld zijn door de bezoekers en vervolgens verwerkt zijn in dit eindrapport. Verder is er met behulp van de (dialoog)bijeenkomsten, de gehouden interviews en stellingen een discussie gevoerd waaruit een visie is geformuleerd die weergegeven is in het hoofdstuk conclusie. Hieruit volgen aanbevelingen richting de werkgroep veehouderij welke aansluit op de hoofdvraag.
1
(Dejong, Vermeer, & Verstappen, 2015)
9
Eindproducten Samenvattend bestaat dit onderzoek uit de volgende producten. Feitenrapport ‘Feitenrapport veehouderij in de gemeente Venray 2015’ (inclusief factsheeten bijlagenbundel); Kengetallenfolder ‘De veehouderij in de gemeente Venray 2015 in één oogopslag’; Presentatie 'Prezi' bestand veehouderij in de gemeente Venray 2015’; Eindrapport ‘Eindrapport onderzoek naar de veehouderij in de gemeente Venray 2015’. Al deze bovengenoemde producten zijn op te vragen bij de projectleden, HAS Kennistransfer en gemeente Venray.
1.5
Leeswijzer
Het eindrapport is opgebouwd in zes hoofdstukken. Te beginnen bij hoofdstuk twee. Hierin worden de belangrijkste punten die uit de gehouden interviews zijn gehaald beschreven. De interviews zijn gehouden met twee veehouders en drie burgers. Deze personen zijn specifiek gekozen, omdat zij een breed beeld weergeven over de veehouderij in de gemeente Venray. De belangrijkste zaken die zijn verteld tijdens de (dialoog)bijeenkomsten worden uitgelicht in hoofdstuk drie.Daarnaast zijn er voor de eerste (dialoog)bijeenkomst en na de tweede dialoogbijeenkomst stellingen ingevuld door de bezoekers. De grootste verschillen hierin en de belangrijkste punten zijn beschreven in hoofdstuk vier. In hoofdstuk vijf is er een discussie weergegeven over de informatie die is gehaald uit het feitenonderzoek, de interviews, de (dialoog)bijeenkomsten en de stellingen. Daarnaast wordt in het een naar laatste hoofdstuk, hoofdstuk zes, antwoord gegeven op de eerder vernoemde hoofdvraag van dit rapport. Hierin wordt de conclusie, met de bijbehorende visie van de onderzoekers, en een negental aanbevelingen gegeven naar de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray. De werkgroep kan deze aanbevelingen gebruiken in hun advies aan de gemeente Venray. Ten slotte bevat hoofdstuk zeven nog een projectevaluatie.
10
2.
Interviews
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste aspecten die verkregen zijn uit een vijftal interviews weergegeven. De interviews hebben als doel om een beter inzicht te krijgen van de maatschappelijke discussie omtrent de veehouderij en om een bepaald gevoel te krijgen bij knelpunten die spelen bij veehouders en burgers. De volledige interviewverslagen staan weergeven in bijlagen 3 tot en met 7. Er zijn interviews afgenomen met twee veehouders2 3 en drie burgers4 5 6. De veehouders zijn van te voren bewust geselecteerd, omdat deze ervaringen hebben met de maatschappelijke discussie in de gemeente Venray. In het verleden of heden hebben zij negatieve en positieve aanvaringen gehad met zijn of haar buurgenoten/omgeving. De drie geïnterviewde burgers zijn bekend met een van de twee geïnterviewde veehouders. Voorafgaand zijn de burgers geselecteerd om ervoor te zorgen dat er eerlijke respons komt op de interviewvragen. Verder moet er opgemerkt worden bij dit hoofdstuk dat er bepaalde meningen/standpunten van bepaalde mensen worden gedeeld. Dit is persoonlijk en geeft dus geen gehele weergave van de bevolking weer. Echter zijn enkele opvattingen gebaseerd op emoties, waardoor de acceptatie van onderstaand stuk soms als moeilijk kan worden ervaren. Enige eigen nuance hierin zorgt ervoor dat de opvattingen geplaatst kunnen worden. De belangrijkste aspecten uit de interviews zijn opgedeeld in vier verschillende subgroepen; aspecten gericht op de Gemeente Venray, Veehouders, Burgers en Gehele veehouderij. In de subgroep Gehele veehouderij komen aspecten naar voren die gelden voor alle subgroepen. Gemeente Hieronder zijn de belangrijkste aspecten weergegeven die van belang zijn voor de gemeente Venray. Veehouders gaven aan de gemeente Venray een meedenkende gemeente is. De gemeente denkt mee aan oplossingen, maar het hangt er wel van af welke partijen er in de coalitie zitten. In de toekomst hopen de veehouders dat de gemeente mee blijft denken; Burgers verwachten van de gemeente meer begrip voor burgers die teveel overlast ervaren van de veehouderij. De gemeente dient meer maatregelen te nemen en doelen op te stellen wanneer er te veel klachten zijn over een veehouderijbedrijf; Volgens burgers is de veehouderij groot genoeg. In Venray is er sprake van een grote veedichtheid. Dit moet niet nog meer worden; De gemeente wordt er door de burgers van beticht een puur CDA-beleid te voeren. Dit houdt in dat men de veehouderij hoog in het vaandel heeft staan. De veehouderij mag van de gemeente doorgroeien en kunnen zo de nieuwste technieken toepassen. Op deze manier gaat de dynamiek en ontwikkelkracht niet verloren;
2
(Veehouder1, 2015) (Veehouder2, 2015) 4 (Burger1, 2015) 5 (Burger2, 2015) 6 (Burger3, 2015) 3
11
Burgers vragen zich af of er genoeg controles worden gehouden bij veehouderijbedrijven. Houdt men zich aan de gemaakte afspraken? Worden de verleende vergunningen nageleefd? Deze onrust is ontstaan nadat een bedrijf een vergunning kreeg voor kalkoenen en uiteindelijk vleeskuikens ging houden terwijl hiervoor op dat moment geen vergunning was verleend, althans niet voor dat aantal. Ook vragen burgers zich af of de luchtwassers die aanwezig zijn op de bedrijven ook daadwerkelijk aan staan; Ten slotte wordt er door de burgers meer deskundigheid verwacht van de gemeente. Men moet niet meer kijken naar de gemiddelde geurbelasting, maar naar het stadium wanneer de meeste geur geproduceerd wordt. De wet- en regelgeving moet worden aangescherpt in Venray omdat daar een opeenhoping zit van veehouderijen en niet te vergelijken is met de gemiddelde Nederlandse veehouderij. Het kan niet zo zijn dat veehouders zich in Venray komen vestigen omdat de regels in Noord-Brabant strenger zijn.
Veehouder Hieronder zijn de belangrijkste aspecten weergegeven die van belang zijn voor de veehouders in de gemeente Venray. Veehouders gaven aan dat het imago van de veehouderij belangrijk is. Alle veehouders samen vormen het imago van de veehouderij. Veehouders moeten zich ervan bewust zijn dat er een steeds groter vergrootglas op hem of haar bedrijf komt te staan. Het is daarom belangrijk om als veehouder transparant te worden naar zijn of haar omgeving toe; Adviezen van de veehouders naar andere veehouders toe is om in gesprek te gaan (en vervolgens te blijven) met de burgers en andere betrokken partijen. Er moet zo min mogelijk onwetendheid zijn. Een voorbeeld is om burgers te betrekken bij de ontwikkelingen van het bedrijf om zo de gedachte van de burger mee te nemen in het voortraject. Omwonenden kunnen dan hun bevindingen delen en samen met de veehouder proberen om tot een compromis te komen. Dit zorgt voor meer acceptatie naar elkaar toe; De burgers gaven aan dat de veehouderij een effect heeft op de bevolking, maar dat de consequenties ervan niet genoeg worden meegenomen door de veehouder; Er moet meer aandacht komen voor duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Burgers vinden dit belangrijk. Voorbeelden die genoemd werden waren het plaatsen van zonnepanelen en een gehele duurzame keten realiseren (van aanvoer naar afvoer). Burger Hieronder zijn de belangrijkste aspecten weergegeven die van belang zijn voor de burgers in de gemeente Venray. Volgens veehouders moeten omwonenden (burgers) van een veehouderijbedrijf zich ervan bewust zijn dat zij wonen in een buitengebied. De veehouderij hoort bij het buitengebied en kan soms geur/geluid veroorzaken; Een burger kwam met een zeer mooie uitspraak; ‘Men moet de lasten en de lusten van de veehouderij nemen. Je woont in een buitengebied en dan ga je niet een bedrijf dat daar al lang zit dwarsbomen in hun agrarische ontwikkeling’;
12
Burgers moeten ook initiatief blijven nemen om in gesprek te blijven met de veehouders. Het hoeft niet altijd vanuit de veehouders te komen, maar ook zij moeten de sfeer in de omgeving goed willen houden. De veehouder is net zoveel mens als een burger en wil net zo graag dat iedereen tevreden is.
Gehele Veehouderij Hieronder zijn de belangrijkste aspecten weergegeven die van belang zijn voor de gemeente, veehouder en burger vertaalt naar de ‘gehele veehouderij’. Er zijn landbouwontwikkelingsgebieden (LOG) ontworpen om veehouderijbedrijven te kunnen verplaatsen van een kritisch gebied naar een gebied waar men de kans krijgt om het bedrijf te kunnen voortzetten. In werkelijkheid hebben de LOG’s niet overal goed uitgepakt. Er is nog steeds veel opspraak tegen enkele bedrijven die gevestigd zijn in een LOG gebied. De veehouder vraagt zich af hoe dit kan? Hij is van mening dat hij zich van geen kwaad bewust is omdat hij gevestigd zit in een door de gemeente aangewezen LOG. De burger daarentegen vindt het vreemd dat er zomaar op een plek waar nog geen veehouderij aanwezig was een groot bedrijf gebouwd kan worden. Men vraagt zich af of dit niet overlegd had kunnen worden door de gemeente met de buurt; De veehouderij is een belangrijke schakel voor de economische waarde van de gemeente Venray; Er is nog steeds onduidelijkheid over de wet- en regelgeving. De veehouder zegt dat Nederland voorloopt op andere landen en dat er geen strengere wet- en regelgeving hoeft te komen. De burger bekijkt dit van een andere kant. De provincie Noord-Brabant heeft ervoor gekozen om los van het beleid van Nederland een strengere wet- en regelgeving door te voeren. Provincie Limburg of de gemeente Venray heeft hier niet voor gekozen. Men wil dat in de toekomst in Venray het geval gaat zijn dat de wet- en regelgeving (vooral op basis van geur, fijnstof en ammoniak) wordt aangescherpt. Dit moet van de burgers gerealiseerd worden omdat de veehouderijcijfers van Venray vele malen hoger liggen dan landelijke cijfers; Burgers, veehouders en gemeenten moeten met elkaar in gesprek blijven, alleen dan komt er acceptatie voor elkaar. Men is een tevreden burger van de gemeente Venray als men gezond oud kan worden.
Afsluiting Burgers en veehouders hebben beiden eigen meningen en onderbouwen die met argumenten. Dit is geheel terecht en ieder standpunt wordt met respect aanvaard. De belangrijkste aspecten uit dit hoofdstuk worden in het hoofdstuk discussie uitgelicht. Het volgende hoofdstuk zal gaan over de (dialoog)bijeenkomsten. Hier worden alle drie de bijeenkomsten apart behandeld. De bevindingen daarvan worden stapsgewijs weergegeven.
13
3.
(Dialoog)bijeenkomsten
In dit hoofdstuk worden de drie (dialoog)bijeenkomsten toegelicht. Hierin worden de belangrijkste zaken die tijdens deze bijeenkomsten tot uiting kwamen weergegeven. (Dialoog)bijeenkomst 1 was de feitenrelaas waarbij de afstudeerstudenten hun feitenonderzoek hebben gepresenteerd, dialoogbijeenkomst 2 was de werkelijke dialoog tussen burgers, veehouders en overige belanghebbenden en (dialoog)bijeenkomst 3 was het ‘bezink’ moment. Tijdens deze laatste bijeenkomst hebben de afstudeerstudenten hun conclusies en aanbevelingen gepresenteerd. Deze aanbevelingen zijn na afloop nog aangepast aan de hand van gedachten en opmerkingen die tot uiting kwamen van overige partijen.
3.1
(Dialoog)bijeenkomst 1
Op maandagavond, 8 juni 2015, is de eerste (dialoog)bijeenkomst om 19.30 uur van start gegaan. Tijdens deze bijeenkomst hebben de onderzoekers (drie studenten aan de HAS Hogeschool) de feiten gepresenteerd over de veehouderij in de gemeente Venray. Waar kon is er een vergelijking gemaakt met landelijke cijfers en cijfers van vergelijkbare regio’s. Alle cijfers die zijn gepresenteerd tijdens deze eerste (dialoog)bijeenkomst, zijn afkomstig uit het ‘feitenrapport veehouderij in de gemeente Venray 2015’. Daarnaast zijn er vier andere sprekers aan het woord geweest om zo nog verder op enkele onderwerpen in te zoomen. Als eerste kwam Henk Ullenbroeck van Arcadis aan het woord. Hij is verder ingegaan op de omgevingsaspecten van de veehouderij in de gemeente Venray. De tweede spreekster was Monique Meijerink van de GGD. Zij heeft de belangrijkste punten toegelicht van de effecten van de veehouderij op de gezondheid van de mens. Marc Duijf, de derde spreker, van de Rabobank is kort ingegaan op de financiële positie van de veehouders in Venray en de mogelijkheden in de toekomst. De laatste spreker, Pierre Raeven van de provincie Limburg, begon zijn presentatie met als kop ‘in 2025 is ieder bedrijf een lust voor zijn omgeving’. Hij is vooral ingegaan op de onderwerpen duurzaamheid en het maatschappelijk verantwoord ondernemen van veehouders. Na de eerste (dialoog)bijeenkomst zijn er enkele artikelen geschreven door externe partijen. Deze artikelen staan weergegeven in bijlage 1 om een beter beeld te geven over hoe deze avond is verlopen en hoe buitenstaanders erop terugblikken. Bevindingen eerste (dialoog)bijeenkomst Tijdens de eerste (dialoog)bijeenkomst is informatie/feiten aan de bezoekers gepresenteerd. Toch vielen er enkele aspecten op waar de zaal op reageerde. Zo gaf een bezoekster aan dat geluidsoverlast een groot negatief punt is aan de veehouderijbedrijven. Daarnaast moet er meer handhaving komen vanuit de gemeente of overige partijen. Een spreker gaf aan dat Nederland koploper is in de veehouderij en een voorbeeld is voor andere landen. In Venray wordt de Champions League finale gespeeld, omdat deze gemeente de top (efficiency) is van Nederland. In de gemeente Venray is 6% werkzaam in de primaire veehouderijsector en 20 tot 25% is indirect werkzaam in deze branche. De voortdurende schaalvergroting is nodig om de concurrentie voor te blijven en een zo goed mogelijke kostprijs te realiseren. Daarnaast kan de veehouder dan meer personeel aannemen, waardoor de ondernemer zelf meer tijd krijgt voor sociale activiteiten (waaronder goede contacten met de omgeving houden). Er zijn echter ook negatieve effecten van de veehouderij in de gemeente Venray. Zo kunnen mensen ziek worden van de geur en fijnstof die veehouderijbedrijven uitstoten. Echter, wanneer er naar een onderzoek van 2012 wordt gekeken valt op dat het percentage ernstige geurhinder in Venray niet hoger ligt dan in andere regio’s.
14
Daarnaast viel tijdens deze (dialoog)bijeenkomst op dat het noodzakelijk is om goede contacten met de omgeving te hebben en ze tijdig te informeren bij ontwikkelingen van het bedrijf. Daarnaast is de vraag of er wel voldoende aandacht wordt besteedt door de veehouders op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Henk Ullenbroeck van Arcadis gaf aan dat de innovatie in de veehouderij op hetzelfde neerkomt als wanneer een groep mensen een avond uitgaat. Op dat moment moet iemand beslissen om de BOB te zijn van de avond. Dit is hetzelfde met innovaties toepassen. Iemand moet de kar trekken. Iemand moet de eerste zijn binnen de gemeente Venray met het toepassen van vernieuwingen die tot verbetering kunnen leiden van de leefomgeving. Het gaat uiteindelijk altijd om de mens en niet alleen om de stenen.
3.2
Dialoogbijeenkomst 2
Op dinsdagavond, 16 juni 2015, is de tweede dialoogbijeenkomst om 19.30 uur van start gegaan. Deze avond was de werkelijke dialoog tussen de burgers, veehouders en overige belanghebbenden. 16 personen, zowel burgers, veehouders als overige belanghebbenden, hadden zich opgegeven als spreker. Zij kregen een tijdsbestek van drie minuten om hun eigen opvattingen/meningen te delen met de overige bezoekers. De 16 sprekers werden opgedeeld in vier verschillende thema’s/blokken. De vier verschillende thema’s die zijn behandeld waren: 1. Nut en noodzaak; 2. Trends en ontwikkelingen; 3. Effecten veehouderij in de omgeving; 4. Mens en veehouderij. Als eerste kwamen vier sprekers bij ieder thema aan bod, waarna het publiek de kans kreeg om vragen te stellen of eigen opvattingen te delen. Tijdens deze avond was er ruimte voor hoor en wederhoor, dit werd dan ook door alle partijen gerespecteerd. Han Swinkels heeft de hele avond geleid. Hij waakte ervoor dat de sprekers ieder een gelijke tijd hadden van drie minuten en zorgde ervoor dat er niet verder in werd gegaan op opvattingen van bezoekers, maar wel op de gestelde vragen of onduidelijkheden tijdens de discussies. Ook over deze dialoogbijeenkomst zijn verschillende artikelen geschreven door externe partijen. Deze artikelen staan weergegeven in bijlage 2. Bevindingen tweede dialoogbijeenkomst In onderstaande vier subparagrafen zullen de meningen/gedachten/opvattingen van de bezoekers van de dialoogbijeenkomst opgesomd worden. Hierin is ook de indeling aangehouden zoals de thema’s die hierboven staan weergegeven. 3.2.1
-
-
Nut en Noodzaak
De veehouderij hoort bij de gemeente Venray. Er komen veel inkomsten binnen door deze sector en het genereert veel werkgelegenheid binnen de gemeente Venray; Kringlopen moeten gesloten zijn op bedrijfsniveau; Grootschalige bedrijven hebben een lagere kostprijs dan kleinschalige bedrijven door inkoopvoordelen. De retail past haar inkoopprijs aan op deze eerste groep ondernemers, waardoor de tweede groep in moeilijkheden komt wat betreft inkomen en financiering; Groei aantal VAB’s binnen de gemeente Venray door stoppende bedrijven;
15
-
-
-
3.2.2
-
-
3.2.3
-
Venray behoort tot de top van de wereld wat betreft duurzame voedselproductie. Er zijn veel veranderingen doorgevoerd en nieuwe technieken ontwikkeld welke over de hele wereld worden toegepast; Schaalvergroting is een middel en geen doel op zich om te kunnen blijven innoveren en aan alles gestelde (maatschappelijke) eisen te blijven voldoen; Veehouderij draagt bij aan de verstoring van het milieu en de gezondheid van de mens. Daarnaast zorgt de veehouderij voor voedselonzekerheid door met veevoer van ver af producten te produceren voor markten ver weg. Productie moet voor de lokale markt zijn met lokale ingrediënten; Ondernemers zorgen met passie voor hun dieren en bedrijf. Zij werken gemiddeld meer dan 40 uur per week, terwijl het inkomen hier niet evenredig mee is; Men is het er mee eens dat de ondernemer de dialoog moet aangaan met de burgers. Echter moet deze handreiking wel door de burgers aangenomen worden. Trends en ontwikkelingen
De eerste generatie luchtwassers reduceerde alleen de ammoniakemissie. De nieuwste generaties reduceren daarbij ook op geur en fijnstof en deze ontwikkelingen gaan nog steeds verder wat ten goede komt van de mens en het milieu. Daarnaast kan ook de warmte worden terug gewonnen uit deze machines; Plaatselijke knelgevallen zijn niet te vangen in wetten of regels. Buurman en veehouder moeten elkaar begrijpen en elkaar kennen zonder in een loopgravenoorlog te geraken; Grote antibioticareductie in de afgelopen 5 jaar (meer dan 50%); Buitenlandse ondernemers komen in Venray de kennis halen voor de productie van vlees en zuivel in hun eigen land; In de ogen van de burgers moet de gemeente de geur- en fijnstofnormen strenger hanteren en handhaven; Veehouderijbedrijven zorgen voor ontbossing en uitbuiting; Mestoverschot wordt door iedereen aangehaald als het grote probleem; Vergunningsaanvragen moeten duidelijk worden vermeld richting de omgeving; Schaalvergroting kan ook voordelig zijn voor diergezondheid; In Venray zitten veel ambitieuze en innovatieve veehouders die naar oplossingen zoeken voor de huidige problemen. Effecten veehouderij in de omgeving
Tussen bedrijf en burgerwoning moet minimaal 250 meter zitten om gezond te kunnen wonen (eerste resultaten GGD); Buitengebied wordt steeds multifunctioneler; De consument heeft twee gezichten; wil voedselveiligheid en dierwelzijn op hoog niveau, maar heeft hier geen extra geld voor over; Weinig speelruimte voor de raad van Venray wat betreft wetgeving etc.; Waar in Nederland een zeug gehouden wordt, moet in het buitenland twee zeugen gehouden worden voor hetzelfde productiegetal; Varken is een ultiem kringloop dier. Zij worden gevoed met “afval”-producten waar de mens niks mee kan en het varken wordt compleet verwerkt; Luchtwassers moeten volledig bezet zijn voor optimale werking. Daarnaast moet er meer gehandhaafd worden of deze daadwerkelijk gebruikt wordt;
16
3.2.4
-
3.3
Alle dieren zijn MRSA-dragers, niet alleen de varkens en de kippen, zo ook honden en katten bijvoorbeeld; Door strengere regels in Nederland/Venray wordt bepaalde productie verplaatst naar het buitenland. Dit is echter een verschuiving van het probleem (Legbatterij naar Rusland); Iedereen moet kunnen genieten van het buitengebied. Stank en overlast moeten voorkomen worden door samen goede oplossingen te vinden voor deze problematiek; Nieuwe bedrijven moeten ingepast worden in het landschap. Mens en veehouderij
Mens achter de ondernemers zichtbaar laten zijn in gemeenschap door schaalvergroting en modernisering. Ondernemer (veehouder) wil eigen kinderen ook oud zien worden; Veehouders willen samen met alle andere partijen een gezond product op de markt zetten; Burgers moeten meer kennis vergaren over de veehouderij en de ondernemers moeten meer transparant worden richting hun omgeving; Organisaties zetten feiten vaak verkeerd of verdraaid in de publiciteit; De positie van de burger wordt vaak vergeten; Soepelere regels waar veehouderij al gevestigd is en strengere regelgeving daar waar dit nog niet plaats vindt; Mensen die pro veehouderij zijn moeten ook hun hand uitsteken naar mensen die zorgen hebben over de veehouderij; Er moeten meerdere partijen betrokken worden bij het oplossen van problemen (niet alleen de veehouders en de burgers); De derde van de wereldlanden moet zelf de mogelijkheid krijgen om voedsel te produceren in plaats van gebruik te maken van “onze” bulkproducten.
(Dialoog)bijeenkomst 3
Op maandagavond, 22 juni 2015, is de derde (dialoog)bijeenkomst om 19.30 uur van start gegaan. Deze avond was bedoeld als ´bezink moment´en om eventuele aanbevelingen of overige zaken mee te geven aan de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray. Allereerst heeft een buitenstaander, Hendrik Hoeksema, zijn bevindingen over de dialoogbijeenkomst van 16 juni 2015 gepresenteerd met de daarbij behorende aanbevelingen richting de werkgroep veehouderij. Als tweede kwamen de drie studenten van de HAS Hogeschool aan bod. De studenten hebben kort enkele interessante uitkomsten van de stellingen gepresenteerd. Daarnaast hebben de afstudeerstudenten hun aanbevelingen welke opgesteld zijn aan de hand van het feitenrapport, de interviews, de stellingen en de dialoogbijeenkomst gepresenteerd. Als volgt waren de bezoekers aan het woord om nog eventuele vragen of toevoegingen mee te geven aan de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray. Daarna hebben alle leden van de werkgroep kort verteld hoe er teruggekeken kan worden op de drie avonden en wat verder nog ontbreekt. Tot slot kregen de bezoekers ruimte om voor de laatste keer nog punten mee te geven.
17
Bevindingen derde (dialoog)bijeenkomst Tijdens de derde (dialoog)bijeenkomst zijn er nog enkele zaken voorbij gekomen die niet eerder vernoemd zijn; Hendrik Hoeksema gaf aan dat Venray koploper van de wereld is in de veehouderij, maar de gemeente zich niet zo profileert. Op het promotiefilmpje van de gemeente is namelijk geen een veehouderijbedrijf te zien; De handhaving en vergunningverleningen moeten goed op orde zijn om als gemeente geloofwaardig te blijven. Hoe beter de handhaving, hoe meer de gezondheid van de mens wordt gewaarborgd; In 2020 zal de stoppersregeling ten einde lopen. Deze regeling zal leiden tot meer leegstaande gebouwen. De gemeente Venray moet van te voren weten wat te doen met deze gebouwen; In de toekomst wordt creativiteit verwacht bij het opstellen van het nieuwe bestemmingsplan buitengebied. Bij het opstellen van het bestemmingsplan moeten zoveel mogelijk partijen betrokken worden. De gemeente moet het niet alleen gaan beslissen, maar in gesprek gaan met partijen om te achterhalen wat logische vervolgstappen zijn om de veehouderij in de toekomst goede kansen te bieden. Daarbij moet ook rekening gehouden worden met de burgers zodat zij tevreden in het buitengebied kunnen wonen. Bovendien moeten er creatieve samenwerkingsverbanden plaats gaan vinden om de veehouderij naar een hoger niveau te tillen. Zo zouden technische universiteiten betrokken kunnen worden in het ontwikkelen van bepaalde technieken om het mestprobleem ‘op te lossen’, of zouden de dierenarts, de huisarts en de GGD samen kunnen gaan werken om zoveel mogelijk MRSA en zoönosen gevallen te voorkomen. Er moet van allerlei verschillende facetten genoeg kennis vergaard worden, voordat er vervolgstappen genomen kunnen worden; De beleidskeuzes die in de afgelopen jaren zijn gemaakt zijn in de twee bijeenkomsten niet behandeld. Verder is het niet bekend waar de gemeente in de toekomst heen wil in de Agro & Food sector en is er weinig in ketenoplossingen gedacht; Een goede formule om de toekomst van de veehouderij te waarborgen zou als volgt kunnen luiden: ‘Schaalvergroting’ + ‘landschapsinpassing’ + ‘technische verbetering’ = ‘een goede toekomst voor de veehouderij’; Veehouders moeten meer het gevoel aan de burgers geven dat er rekening met hun gehouden wordt. Zo zouden de veehouders de omwonende kunnen waarschuwen wanneer er mest uitgereden gaat worden of wanneer de vleeskuikens in het laatste stadium zitten en de meeste stank naar buiten dragen. Dit zal frustratie voorkomen; Het verhaal van de veehouderij wordt niet meer doorverteld. In de vorige generaties had bijna iedereen ouders met veehouderij als achtergrond. Zij konden de verhalen doorvertellen aan hun kinderen. Nu zijn nog maar enkele veehouders overgebleven, waardoor zij de taak krijgen om Nederland te laten zien hoe de sector precies in elkaar zit; De eerste stappen in de goede richting zijn gezet door het houden van deze drie (dialoog)bijeenkomsten. Er is veel informatie naar boven gekomen en er zijn veel standpunten en meningen met elkaar gedeeld. Achter deze meningen en standpunten moeten ook argumenten zitten waarom men die mening of dat standpunt inneemt. Dit is nog te weinig naar voren gekomen uit de (dialoog)bijeenkomsten.
18
Afsluiting De (dialoog)bijeenkomsten verschilde qua opzet van elkaar. Vanwege die reden zijn er bij elke avond aparte zaken opgevallen. De zaken zijn genoteerd en verwerkt. Tijdens de echte dialoog (dialoogbijeenkomst 2) zijn burgers, veehouders en belanghebbenden aan het woord geweest. Hierdoor zijn beide kanten van verschillende onderwerpen belicht met argumenten. Tijdens de derde (dialoog)bijeenkomst hebben bezoekers de kans gehad om zijn of haar bevindingen te delen met de werkgroep veehouderij. Het hoofdstuk discussie zal hier nog enkele aspecten van opnemen. In het volgende hoofdstuk worden de stellingen die voor de eerste en na de tweede (dialoog)bijeenkomst zijn ingevuld door de bezoeker behandeld.
19
4.
Stellingen
In bijlage 8 is het formulier met stellingen weergegeven. De stellingen zijn aan iedere bezoeker gevraagd voordat de feiten werden gepresenteerd (eerste bijeenkomst) en nadat de dialoog was gevoerd (tweede bijeenkomst). Tijdens de bijeenkomsten waren er verschillende bezoekers, maar ook bezoekers die op beide avonden aanwezig waren. Door de bezoekers een unieke code (voorletters en geboortejaar) in te laten vullen op het stellingformulier kon achterhaald worden welke formulieren met elkaar vergeleken konden worden en welke niet. Door dit te doen kan er precies achterhaald worden of deze twee avonden invloed hebben gehad op de meningen/gedachten van de bezoekers. Hieronder wordt per stelling weergegeven of er significante verschillen zijn ontdekt met behulp van het statistische programma SPSS18. In bijlage 9 zijn de uitkomsten van de statistische toetsen weergegeven. In deze bijlage wordt er per stelling zichtbaar hoeveel burgers, veehouder en bezoekers uit de periferie zijn veranderd van mening (zowel positief als negatief) of dit gelijk is gebleven. In dit hoofdstuk wordt er per stelling met gele kleuren in de tabellen aangegeven welke antwoorden het meest gekozen zijn per functie. Eerste (dialoog)bijeenkomst Tijdens de eerste avond (8-6-2015) hebben 107 bezoekers het formulier met stellingen ingevuld. De 107 bezoekers zijn onderverdeeld in drie functies; burger, veehouder en periferie. Met periferie worden de bezoekers bedoeld die indirect te maken hebben met de veehouderij. Tijdens de eerste avond waren er 53 burger, 28 veehouders en 26 bezoekers uit de periferie. Tweede dialoogbijeenkomst Tijdens de tweede avond (16-6-2015) hebben 88 bezoekers het formulier met stellingen ingevuld. 53 van deze 88 bezoekers waren er tijdens de eerste avond (8-6-2015) ook. Van de 88 bezoekers waren er 35 burgers, 28 veehouders en 25 bezoekers uit de periferie. Van de 53 bezoekers die beide avonden aanwezig waren, waren er 24 burgers, 21 veehouders en 8 bezoekers uit de periferie. Stelling 1: De veehouderij is een onmisbare schakel in de economie van Venray. In tabel 4.1 zijn de bevindingen over stelling 1 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. Alle 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.1: Antwoorden op stelling 1 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 3 5 6 12 27 0 Veehouder 0 0 1 2 25 0 Periferie 0 1 1 4 20 0
In tabel 4.2 zijn de bevindingen over stelling 1 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. Alle 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.2: Antwoorden op stelling 1 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 2 3 6 8 16 0 Veehouder 0 0 1 3 24 0 Periferie 0 0 0 8 17 0
20
Wat opvalt uit deze stelling is dat de meeste bezoekers het eens zijn met deze stelling. Ruim 80% van de ondervraagde van beide avonden vallen in de categorie ‘meer mee eens dan mee oneens’ of ‘mee eens’. Van de 53 bezoekers die beide avonden hebben bezocht, waaronder burgers, veehouders en bezoekers uit de periferie, is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar. Dit betekent dat de bezoekers nauwelijks van mening zijn veranderd. Stelling 2: De veehouderij in Venray heeft zijn grens bereikt. In tabel 4.3 zijn de bevindingen over stelling 2 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 106 van de 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.3: Antwoorden op stelling 2 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 7 6 11 7 21 1 Veehouder 14 6 6 2 0 0 Periferie 8 6 4 3 5 0
In tabel 4.4 zijn de bevindingen over stelling 2 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. Alle 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.4: Antwoorden op stelling 2 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 3 4 7 5 16 0 Veehouder 15 4 5 2 2 0 Periferie 6 9 3 2 5 0
Bij stelling 2 valt op dat de meningen erg zijn verdeeld. Voor de eerste en tweede (dialoog)bijeenkomst geldt dat veehouders en periferie meer in de categorie ’meer mee oneens dan mee eens’ of ‘mee oneens’ vallen, terwijl de burgers meer in de categorie ‘meer mee eens dan mee oneens’ of ‘mee eens’ vallen. Van de 53 bezoekers die beide avonden hebben bezocht, waaronder burgers, veehouders en bezoekers uit de periferie, is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar. Dit komt erop neer dat mensen vrijwel niet van mening zijn veranderd. Stelling 3: Er moet in de gemeente Venray meer plaats vrij gemaakt worden voor biologische veehouderij. In tabel 4.5 zijn de bevindingen over stelling 3 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 106 van de 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.5: Antwoorden op stelling 3 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 7 1 19 8 17 1 Veehouder 6 3 17 0 2 0 Periferie 6 2 9 5 4 0
In tabel 4.6 zijn de bevindingen over stelling 3 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. 87 van de 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld.
21
Tabel 4.6: Antwoorden op stelling 3 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 4 2 12 6 11 0 Veehouder 5 2 15 2 3 1 Periferie 5 4 11 4 1 0
Wat uit deze stelling opvalt is dat ruim 40% van de bezoekers van de eerste en tweede (dialoog)bijeenkomst in de categorie ‘neutraal’ valt. Bezoekers hebben over dit onderwerp geen duidelijke mening. Wel valt op dat de burgers van de eerste en tweede (dialoog)bijeenkomst het er meer mee eens zijn dat er meer plaats vrij gemaakt moet worden voor biologische veehouderij in de gemeente Venray in vergelijking met de veehouders. Van de 53 bezoekers die beide avonden hebben bezocht, waaronder burgers, veehouders en bezoekers uit de periferie, is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar. Dit komt er op neer dat bezoekers nauwelijks van mening zijn veranderd. Stelling 4: De gezondheid van de mensen in Venray is aangetast door de uitstoot van veehouderijbedrijven (geur – fijnstof). In tabel 4.7 zijn de bevindingen over stelling 4 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. Alle 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.7: Antwoorden op stelling 4 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 9 7 13 7 17 0 Veehouder 21 3 3 1 0 0 Periferie 7 6 7 5 1 0
In tabel 4.8 zijn de bevindingen over stelling 4 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. Alle 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.8: Antwoorden op stelling 4 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 7 4 6 8 10 0 Veehouder 19 2 3 3 1 0 Periferie 10 8 2 2 3 0
Wat opvalt uit deze stelling is dat het merendeel van de burgers ‘meer mee eens dan mee oneens’ of ‘mee eens’ is. De veehouders en periferie zijn het juist ‘meer mee oneens dan mee eens’ of ‘mee oneens’. Dit geldt voor beide avonden. Burgers zijn van mening dat hun gezondheid wordt aangetast door veehouderijbedrijven, terwijl veehouders dit niet vinden. Van de 53 bezoekers die beide (dialoog)bijeenkomsten hebben bezocht is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar.
22
Stelling 5: Dieren zijn net zo goed af in de intensieve veehouderij als in de extensieve veehouderij. In tabel 4.9 zijn de bevindingen over stelling 5 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 106 van de 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.9: Antwoorden op stelling 5 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 15 8 13 8 9 0 Veehouder 3 0 1 1 23 0 Periferie 3 1 4 4 13 1
In tabel 4.10 zijn de bevindingen over stelling 5 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. Alle 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.10: Antwoorden op stelling 5 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 7 7 10 5 6 0 Veehouder 2 2 1 2 21 0 Periferie 2 4 3 5 11 0
Bij deze stelling zijn de meningen van de burgers ruim verdeeld. Veehouders en periferie vinden dat dieren net zo goed af zijn in de intensieve veehouder als in de extensieve veehouderij. Dit geldt voor beide (dialoog)bijeenkomsten. Van de 53 bezoekers die beide (dialoog)bijeenkomsten hebben bezocht is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar. Stelling 6: De veehouderij moet voedsel produceren voor het buitenland. In tabel 4.11 zijn de bevindingen over stelling 6 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 104 van de 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.11: Antwoorden op stelling 6 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 12 7 11 9 12 2 Veehouder 0 0 8 3 16 1 Periferie 1 1 8 8 8 0
In tabel 4.12 zijn de bevindingen over stelling 6 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. Alle bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.12: Antwoorden op stelling 6 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 7 7 12 4 5 0 Veehouder 1 1 10 3 13 0 Periferie 1 2 5 9 8 0
Bij stelling 6 geldt ongeveer hetzelfde als bij stelling 5. De meningen van de burgers zijn tijdens de eerste bijeenkomst verdeeld. Bij de tweede bijeenkomst is dit ook het geval, al verschuift het hier iets meer naar oneens.
23
Ruim het merendeel van de veehouders zijn het er unaniem over eens dat de veehouderij voedsel moet produceren voor het buitenland. Van de 53 bezoekers die beide (dialoog)bijeenkomsten hebben bezocht is bij deze stelling nergens een significant verschil zichtbaar. Stelling 7: Liever een grote stal in plaats van een aantal kleine stallen. In tabel 4.13 zijn de bevindingen over stelling 7 weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 104 van de 107 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.13: Antwoorden op stelling 7 van de bezoekers van de eerste avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 10 4 12 11 14 2 Veehouder 0 2 8 3 14 1 Periferie 2 3 4 4 13 0
In tabel 4.14 zijn de bevindingen over stelling 7 weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. 87 van de 88 bezoekers hebben deze stelling ingevuld. Tabel 4.14: Antwoorden op stelling 7 van de bezoekers van de tweede avond Mee oneens Meer mee oneens Neutraal Meer mee eens Mee eens Niet dan mee eens dan mee oneens ingevuld Burger 6 3 14 5 6 1 Veehouder 2 1 4 9 12 0 Periferie 3 1 4 6 11 0
Tijdens de eerste (dialoog)bijeenkomst was het merendeel van de burgers, veehouders en bezoekers uit de periferie het met deze stelling eens. Tijdens de tweede dialoogbijeenkomst is de mening iets meer verschoven naar mee oneens, maar toch is het merendeel het er nog steeds mee eens. Van de 53 bezoekers die beide avonden aanwezig waren zijn nergens significante verschillen gevonden. Wel kan er gezegd worden dat de veehouders een verschuiving maken van eens naar oneens (negatieve verschuiving). Dit geldt ook voor de periferie. Waardering: Ik waardeer de veehouderij in de gemeente Venray op een (schaal 1-10). In tabel 4.15 is de waardering weergegeven van de bezoekers van de eerste (dialoog)bijeenkomst. 103 van de 107 bezoekers hebben hun waardering gegeven. Tabel 4.15: Waardering veehouderij van de bezoekers van de eerste avond Gemiddelde Niet ingevuld Burger 6,1 1 Veehouder 8,4 2 Periferie 7,6 1
In tabel 4.16 is de waardering weergegeven van de bezoekers van de tweede dialoogbijeenkomst. 85 van de 88 bezoekers hebben hun waardering gegeven. Tabel 4.16: Waardering veehouderij van de bezoekers van de tweede avond Gemiddelde Niet ingevuld Burger 6,2 1 Veehouder 8,2 2 Periferie 8 0
24
De waardering van de periferie is bijna met een half punt gestegen. Ook kan er gezegd worden dat de burgers iets positiever zijn geworden wat betreft de waardering van de veehouderij in Venray. Ten slotte kan er gezegd worden dat de veehouders die de tweede avond aanwezig waren een lagere waardering (0,2) gaven aan de veehouderij in de gemeente Venray in vergelijking met de eerste avond. Bij de 53 bezoekers die beide avonden aanwezig waren, zijn geen significante verschillen ontdekt.
Afsluiting Tijdens het verwerken van de stellingen valt op dat burgers en veehouders op bepaalde punten van elkaar verschillen. Of deze verschillen ooit kunnen worden verholpen is de vraag. Wel is het noodzakelijk om deze verschillen te ontdekken, zodat in de toekomst hierop ingespeeld kan worden. Belangrijke aspecten uit het hoofdstuk stellingen worden verder uitgelicht in het volgende hoofdstuk, discussie.
25
5.
Discussie
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste punten die uit het onderzoek zijn gehaald bediscussieerd. In de bovenstaande hoofdstukken zijn analyses gemaakt van de interviews, de (dialoog)bijeenkomsten en de stellingen. Er is gekeken in de analyses welke onderwerpen het meeste voorkwamen. Deze onderwerpen hebben de onderzoekers met elkaar bediscussieerd om meer inzicht te krijgen in de informatiemassa en staan hieronder weergegeven. Het hoofdstuk is als volgt opgebouwd. Als eerste de interviews ter discussie staan. Vervolgens de (dialoog)bijeenkomsten en stellingen.
5.1
Interviews
In hoofdstuk 2 staan de uitwerkingen van de gehouden interviews beschreven. In deze paragraaf staan de belangrijkste onderwerpen bediscussieerd door de onderzoekers op basis van de meningen van de geïnterviewde personen. In de gemeente Venray zijn verschillende LOG’s (landbouw ontwikkelingsgebieden) aangewezen. Deze gebieden zijn opgericht om veehouderijbedrijven gevestigd nabij de kernen of natuurgebieden te verplaatsen naar een gebied waar men wel de kans krijgt om zich verder te ontwikkelen en door te kunnen groeien in de veehouderij. Dit heeft bij verschillende bedrijven plaatsgevonden, maar ook bedrijven die buiten een LOG zitten krijgen de kans om nog verder te ontwikkelen of door te groeien. Al met al kan er dus gesteld worden dat de zogeheten LOG’s niet geheel worden nageleefd. Niet alle veehouderijbedrijven worden verplaatst, dit was echter ook niet de bedoeling. Wel was de bedoeling om alle probleemgevallen te verplaatsen. Dit is niet altijd gelukt. Veehouders hebben het recht wanneer ze verplaatst worden naar een LOG om daar een veehouderijbedrijf op te starten. Burgers hebben hier weinig over te zeggen gehad en worden opgescheept met bedrijven waar men niet op zit te wachten. De communicatie tussen de veehouder, burger en gemeente en de inspraak die burgers hebben op bepaalde ontwikkelingen is beperkt. Daarnaast zal de gemeente deskundigheid moeten vergaren betreffende de veehouderijsector om zo de veehouders evenals de burgers voldoende informatie te kunnen verschaffen. Hierbij komt kijken dat de gemeente meer begrip moet opbrengen voor de burgers. Dit kan men doen door bijvoorbeeld meer controles uit te voeren bij veehouderijbedrijven om zo te kijken of de afspraken worden nageleefd. Volgens de feiten is de gemeente Venray aardig volgebouwd met grootschalige bedrijven (34 megabedrijven). Het aantal bedrijven neemt af, maar de bedrijven die over blijven worden steeds grootschaliger. De vraag is of dat de gemeente een grens moet vaststellen aan het aantal maximale dieren binnen de gemeente, waardoor de sector niet nog verder kan doorgroeien. Daarbij komt dat veehouders niet de consequenties dragen van de problemen die de dieren met zich mee brengen. Denk hierbij aan gezondheidsklachten door fijnstof, geur en geluidsoverlast. Veehouders zien dit echter anders. De veehouderij is van groot economisch belang voor deze gemeente en om bij te kunnen blijven met de concurrentie moeten bedrijven blijven innoveren en daar hoort schaalvergroting bij om de innovaties rendabel te houden en aan alle eisen die gesteld worden kunnen voldoen. Daarbij komt dat de gemeente Venray aan het verstedelijken is en dat er veel natuur- en bosgronden aanwezig zijn, waardoor de grote veedichtheid alleen plaatselijk is.
26
Transparantie is een punt waar veehouderijbedrijven meer aandacht aan moeten gaan besteden. Veehouders moeten transparanter worden richting de burgers in hun bedrijfsvoering en ontwikkelingen. Door dit te doen zullen burgers betrokken worden in processen en krijgen zo meer inzicht om de bedrijfsvoering/ontwikkelingen te begrijpen. Ten tweede krijgen burgers de kans om eigen inbreng te geven aan de veehouder. Veehouders daarentegen vinden dat dit alleen maar tijd en geld gaat kosten. Veehouders kunnen hun processen wel vertellen, maar vinden dat de burgers uiteindelijk bij hun standpunten blijven en niet zoeken naar compromissen. De veehouder wordt door enkele organisaties als boeman neergezet. De burgers willen juist meer gehoord worden en vinden dat hun positie vaak wordt vergeten.
5.2
(Dialoog)bijeenkomsten
In hoofdstuk 3 staan de uitwerkingen beschreven van de drie (dialoog)bijeenkomsten. In deze paragraaf worden de onderwerpen die het duidelijkst naar voren kwamen en die de meeste discussie opwekte bediscussieerd door de onderzoekers. In de gemeente Venray zijn veel grootschalige bedrijven gevestigd, maar ook kleinschalige bedrijven. Kleinschalige bedrijven worden in het algemeen ondergesneeuwd door grootschalige bedrijven. Dit komt doordat grootschalige bedrijven kunnen produceren tegen een lagere kostprijs, waardoor kleinere bedrijven hier niet tegen kunnen concurreren. Daarnaast hebben kleinschalige bedrijven een hogere emissiefactor per dier omdat ze niet investeren in bepaalde innovaties zoals luchtwassers. De reden waarom deze bedrijven niet investeren kan te maken hebben met opvolging of uitbreidingsmogelijkheden. De grootschalige bedrijven dragen echter bij aan een verandering van het landschap en geven de indruk aan de burgers dat het geen veehouderij meer is maar een industrieel bedrijventerrein. Daarnaast dragen grootschalige bedrijven meer bij aan de werkgelegenheid in de gemeente Venray in vergelijking met kleinschalige bedrijven. Door de ontwikkeling van deze bedrijven wordt er meer werkgelegenheid binnen de gemeente gegenereerd. Niet alleen één gezin kan er van leven, maar ook de gezinnen van de werknemers en aanverwante sectoren. Daarnaast krijgt de veehouder door schaalvergroting meer tijd voor sociale activiteiten en zijn/haar gezin en zorgt het voor meer continuïteit van het bedrijf. Door de aanwezigheid van deskundigen en ambitieuze/innoverende veehouders wordt gesteld dat de gemeente Venray koploper is van de wereld wat betreft veehouderij. De veehouders binnen de gemeente Venray lopen over het algemeen voor op innovatie, waardoor er aangenomen kan worden dat de nieuwste technieken zullen worden toepast als deze ontwikkeld zijn en er ruimte is voor inpassing. De wereld wordt niet gevoed door de gemeente Venray en dit zal nooit gaan gebeuren volgens organisaties/deskundigen. Veehouders moeten zich binnen de regio Venray vooral gaan richten op lokale afzet. De vraag die hierbij komt kijken is of dit wel voldoende afzet oplevert voor de veehouders om voldoende inkomen te genereren. Hierbij moet ook gedacht worden aan de bereidheid van de consumenten. Zijn consumenten bereid om lokale producten te kopen in plaats van goedkopere producten van elders? Afzet naar het buitenland blijft vanwege deze redenen noodzakelijk in de ogen van de veehouders. Daarbij komt kijken dat Duitsland en België voor Venray zelfs dichterbij liggen dan bijvoorbeeld Rotterdam.
27
Burgers willen weten welk stukje vlees, ei of melk zij kopen. Zij willen weten waar hun producten geproduceerd zijn. Daarnaast is het steeds meer een trend dat er van de veehouder wordt verwacht dat hij/zij duurzame grondstoffen inkoopt en de producten afzet naar een duurzame verwerker. Daarbij moet ook rekening worden gehouden met de reststromen. Dit wordt ook wel een ‘gesloten kringloop’ genoemd. Voor veehouders is dit een moeilijke opgave. Veehouders moeten een zo laag mogelijke kostprijs genereren om zo te kunnen blijven overleven binnen de markt waarin de retail de prijs bepaald. Daarnaast kan er afgevraagd worden of de consument bereid is om te betalen voor deze duurzamere producten en of de retail bereid is om deze producten op te nemen in hun assortiment. Om de kringloop van een veehouderij volledig gesloten te krijgen, moet men ook de mest kunnen verwerken of recyclen. De Peelregio, waaronder Venray, kampt met een groot mestoverschot. Burgers zijn van mening dat een mestfabriek niet de oplossing is voor dit overschot. Het veroorzaakt stank, verandert het uitzicht en zorgt voor een verplaatsing van het probleem. Het mestoverschot is veroorzaakt door de strengere wet- en regelgeving en de groei van het aantal dieren. In 2016 moet 70% van de geproduceerde mest van bedrijven verwerkt worden waarvoor mestverwerkingsbedrijven nodig zijn. Een vraag die hierbij gesteld kan worden is: moeten mestverwerkingsbedrijven gevestigd worden op bedrijventerreinen of in het buitengebied van een gemeente? Plaatsen waar een grote veedichtheid is en waar veel veehouderijactiviteiten plaatsvinden, zijn plaatsen waar een soepelere wet- en regelgeving gehanteerd kan worden. Daarentegen moeten plaatsen waar op dit moment minder veehouderijactiviteiten plaatsvinden behouden blijven qua ‘goede leefomgeving’. Laat bedrijven verder ontwikkelingen op plaatsen waar ze toch al gevestigd zijn. In deze gebieden kan strengere wet- en regelgevingen gelden. Soepelere wet- en regelgeving waar veel veehouderijactiviteiten plaatsvinden kan negatief uitpakken, ook voor de burgers in de omgeving. Teveel veehouderijbedrijven bij elkaar kunnen overlast veroorzaken. Hoe ver kan er gegaan worden in de versoepeling of strenger maken van de wet- en regelgeving per gebied? Op dit moment worden vergunningsaanvragen weergegeven op de site van de gemeente. Er wordt van de bewoners van Venray verwacht dat zij deze aanvragen zelf in de gaten houden. Bewoners zijn hierdoor vaak onwetend over een bepaalde vergunning, doordat zij niet constant deze site in de gaten houden. Iedere burger wijzen op bepaalde vergunningsaanvragen zal tijd en geld kosten voor de gemeente Venray. Uit het beleid van de gemeente blijkt dat burgers hun eigen verantwoordelijkheid moeten nemen om de vergunningsaanvragen door te lopen. Burgers zouden tekort kunnen worden gedaan wanneer zij onwetend zijn over een vergunningsaanvraag. De burgers weten daardoor niet wat er gaande is in hun omgeving en kunnen hierdoor niet hun mening ventileren en bezwaren indienen. Veehouders worden vaak aangekeken wanneer burgers onwetend zijn over een bepaalde ontwikkeling, terwijl zij niet over de weergave van de vergunningsaanvragen gaan. Tot slot krijgen burgers te laat of te weinig terugkoppeling van de gemeente wanneer zij eventuele vragen of klachten hebben ingediend.
28
Om burgers tevreden te houden zouden er strengere wet- en regelgeving opgesteld kunnen worden op het gebied van geur, fijnstof en andere onderwerpen. Door dit te doen moeten veehouders echter meer investeren, waardoor bedrijven door financiële redenen niet aan deze eisen zouden kunnen blijven voldoen met als gevolg dat ze moeten stoppen. Hierdoor zal de productie naar landen buiten de EU verplaatsen, waar de strengere wet- en regelgeving (nog) niet geldt. Daarnaast zouden buitenlandse veehouderijbedrijven de overgebleven veehouderijen in Nederland weg kunnen concurreren, doordat zij tegen een lagere kostprijs kunnen produceren en hun producten voor een lagere prijs op de wereldmarkt kunnen afzetten. Echter moet hierbij ook rekening gehouden worden met de voedselveiligheid van deze producten en het dierenwelzijn, aangezien de wet- en regelgeving in Nederland zorgt voor een bepaalde zekerheid. Ten slotte moet de burger binnen de gemeente Venray ook niet vergeten worden bij ontwikkelingen in de veehouderij. Veehouders willen dat de gemeente Venray laat merken dat ze trots zijn op de veehouderij, terwijl de burgers voornamelijk de lasten zien van de veehouderij. Burgers willen serieus genomen worden en veehouders willen dat de gemeenten hen steunt. Er zou een middenweg gevonden moeten worden die door beide partijen wordt geaccepteerd, maar er zullen ook altijd burgers en veehouders bij hun standpunt blijven en waarmee men nooit een middenweg zal kunnen vinden. Deze middenweg zou wel gevonden kunnen worden als er toekomstgericht gedacht gaat worden over de veehouderij. Een creatief samenwerkingsverband tussen de gemeente Venray, dierenartsen, GGD, veehouders en burgers zou tot een beter gemeentelijk beleid moeten leiden wat betreft het buitengebied. Samen een beleid opstellen waar iedereen tevreden mee is kan een optie zijn voor de toekomst en zal door iedere inwoner van de gemeente Venray geaccepteerd worden. Aan de andere kant zou er doorgeborduurd kunnen worden op het oude beleid, maar of dit acceptabel is, is de vraag.
5.3
Stellingen
In hoofdstuk 4 zijn de stellingen uitgewerkt die gevraagd zijn aan de bezoekers voor de eerste (dialoog)bijeenkomst en na de tweede dialoogbijeenkomst. In deze paragraaf staan enkele punten verder bediscussieerd door de onderzoekers die aan bod zijn gekomen bij de gevraagde stellingen. De veehouders werken vol passie aan hun veehouderijbedrijf, maar krijgen deze waardering niet van hun omgeving. Een reden waarom men de waardering niet krijgt is omdat de veehouderij nadelen met zich meebrengt, waar voornamelijk burgers en de omgeving mee te kampen krijgen. Zo geeft de veehouderij een verstoring aan het milieu en de gezondheid van de mens door verschillende emissiefactoren zoals geur, fijnstof en ammoniak. Een onderzoek heeft aangegeven dat een persoon op 250 meter afstand van het bedrijf af moet wonen om zo geen effecten op de gezondheid te krijgen door het veehouderijbedrijf. Een ander onderzoek geeft juist weer aan dat personen die op een veehouderijbedrijf werken minder last hebben van astma.
29
Burgers en veehouders hebben een verschillend beeld bij extensieve en intensieve veehouderij. In de ogen van enkele burgers zijn dieren beter af in de extensieve veehouderij, oftewel in de buitenlucht. Extensief geeft dieren de mogelijkheid om hun natuurlijke gedrag uit te kunnen voeren en minder/geen behandelingen krijgen waardoor ze minder stress ervaren. In de ogen van de meeste veehouders is dit juist andersom. Op een extensieve veehouderij worden de dieren blootgesteld aan meer ziektekiemen (door bijvoorbeeld overvliegende vogels) en kan er niet gecontroleerd worden wat de dieren precies eten. Daarnaast kan de emissie van verschillende stoffen niet worden gereduceerd, omdat er geen technieken toegepast kunnen worden. Deskundigen durven zelfs te stellen dat er meer fijnstofemissie plaatsvindt als intensieve veehouderijen omschakelen naar extensieve houderijen.
Afsluiting In het hoofdstuk discussie zijn de belangrijke aspecten die zijn opgevallen uit de interviews, (dialoog)bijeenkomsten en stellingen bediscussieerd. Van ieder onderwerp is getracht om het van meerdere kanten te bekijken, van de kant van de veehouder, de burger en de gemeente. Het is belangrijk om te weten wat men denkt van elkaar, openheid en transparantie is in dit geval een meerwaarde. Uit de discussie is een conclusie, met daarin een visie, en aanbevelingen geformuleerd. Dit is in het volgende hoofdstuk weergegeven.
30
6.
Conclusie en aanbevelingen
In dit hoofdstuk worden de conclusie en aanbevelingen gegeven richting de werkgroep veehouderij die deze aanbeveling rechtstreek kunnen aanbevelen aan de Gemeenteraad van de Gemeente Venray. De conclusie bevat een antwoord op de hoofdvraag die in de inleiding is weergegeven. Verder wordt in de conclusie een visie geformuleerd die de onderzoekers zich hebben aangemeten. De hoofdvraag, die vooraf is gesteld aan het tweede deel van het onderzoek, word hieronder beantwoord. De hoofdvraag luidt als volgt; “Welke conclusies en aanbevelingen kunnen gedaan worden richting de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad van de gemeente Venray over de meningen uit de gevoerde (dialoog)bijeenkomsten en bevindingen uit de stellingen en de gehouden interviews met burgers en veehouders?” Visie De veehouderij in de gemeente Venray heeft zijn hoogtepunt in dieraantallen nog niet bereikt. De veehouderij moet door blijven groeien en innoveren omdat het een onmisbare schakel is voor de economie van Venray. Dit moet gebeuren om de concurrentie voor te kunnen blijven. Bovendien is het voor de kerkdorpen van groot sociaal maatschappelijk belang dat de veehouderij blijft voortbestaan. Veehouders zorgen er namelijk voor dat verschillende dorpsaspecten worden gesponsord en de leefbaarheid in het buitengebied blijft bestaan. De gemeente Venray is gesticht met behulp van de veehouderij en de veehouderij zal daarom nooit verdwijnen. Wel moet de veehouderij beseffen dat ze er niet alleen zijn. Bedrijven zijn alsmaar groter geworden en groeien nog steeds (industrialisatie). Grote bedrijven lijken over te blijven. De afstand tussen de burger en de veehouder is te groot geworden. Dit is zorgelijk en pijnlijk. De gemeente Venray is aan zet om veehouders en burgers dichter bij elkaar te brengen. Om deze afstand te kunnen dichten zijn hieronder de volgende aanbevelingen weergegeven. Aanbevelingen Voorafgaand aan de aanbevelingen moet er eerst verduidelijkt worden dat de gemeente Venray weinig speelveld heeft. Hierdoor zijn onderstaande aanbevelingen gericht op speelvelden waar de gemeente invloed op kan uitoefenen. Daarnaast is de realiteitswaarde niet getoetst van de hieronder genoemde aanbevelingen. Er wordt op een negental onderwerpen aanbevelingen gegeven. Deze aanbevelingen kunnen/hoeven niet allemaal doorgevoerd te worden, maar zijn bedoeld om de werkgroep veehouderij van de gemeente Venray erop te wijzen. Geur Burgers samen met vertegenwoordigers van lokale en provinciale overheden, milieufederaties, GGD en LTO zijn uitgenodigd om deel te nemen aan een evaluatie van de Wet geurhinder veehouderij. Deze evaluatie moet dit jaar leiden tot een advies aan de staatssecretaris. Aan de gemeente is aan te raden om dit advies af te wachten voordat er met de bandbreedte en nieuwe rekenmethodiek aan de slag gegaan kan worden op het gebied van de geurnormen.
31
Dialogen De omgeving is belangrijk. Voor iedere nieuwe ontwikkeling van een veehouder is het aan te raden om de veehouder te verplichten, als voorwaarde voor het verstrekken van een vergunning, vooraf met de omgeving in gesprek te gaan door middel van een dialoog. Om dit tot een succes te maken moet de dialoog georganiseerd worden door de ondernemer zelf en moet iedereen de kans krijgen om hieraan deel te nemen en zijn of haar argumenten te uiten. Hoe eerder partijen met elkaar om de tafel gaan zitten, hoe meer mogelijkheden en commitment er kan ontstaan voor beide partijen. Het einddoel hoeft geen oplossing te zijn, maar het resultaat moet meer begrip en vertrouwen onderling zijn. Een ieder heeft een eigen belang maar het is noodzakelijk om deze individuele belangen te bundelen tot een gezamenlijk belang. Uitwisselen van informatie Zoals al eerder is verteld had iedereen van de vorige generatie wel een familielid welke iets met de veehouderij te maken had. Tegenwoordig zijn er een stuk minder veehouders, welke meer inwoners van Nederland kennis moeten geven over de veehouderij. Hiervoor is het uitwisselen van informatie noodzakelijk. Binnen een dialoog is het van belang dat er wordt gesproken met dezelfde kennis. Hierbij moet kennis worden gedeeld tussen de veehouders, burgers en gemeente. Voor de gemeente is het aan te raden om jaarlijks een overzicht te verstrekken van de feiten van de veehouderij van Venray om de inwoners van de gemeente Venray te blijven informeren en als gemeente transparant te blijven over dit onderwerp. Deze folder zal digitaal of per post verspreid moeten worden over alle huishoudens van de gemeente Venray. Daarnaast is het aan te raden dat de gemeente het verplicht stelt dat iedere veehouder een informatiebord plaatst bij zijn bedrijf. Op dit bord moet komen te staan hoeveel dieren er aanwezig zijn per soort, bedrijfsactiviteiten en wat voor technieken en (duurzame) innovatie er gebruikt worden. Ten slotte is het aan te raden aan de gemeente Venray om een halfjaarlijks evenement te organiseren samen met de veehouders om transparantie te creëren voor de veehouderij. Hierbij kan gedacht worden aan een markt met streekproducten, open dagen bij veehouders of een veehouderij kennismarkt. Dit evenement zal georganiseerd moeten worden voor de burgers van de gemeente Venray. Extra onderzoek Tijdens het feitenonderzoek is er gebleken dat er weinig informatie is over bepaalde onderwerpen. Het is aan de gemeente Venray aan te bevelen dat zij samen met de Rabobank, GGD en overige organisaties aan tafel gaan zitten om zo meer informatie te vergaren over wat de veehouderij precies betekent voor de gemeente Venray. Denk hierbij aan WOZ, leges, toegevoegde waarde, werkgelegenheid en inkomen. Een ander onderwerp waar verder onderzoek naar nodig is, en op dit moment wordt gedaan, is volksgezondheid met betrekking tot de veehouderij. Ook de beleidskeuzes die eerder gemaakt zijn moeten geëvalueerd worden. De gemeente moet weten waar zij in de toekomst heen willen in de Agro & Food sector en moet er meer in keten oplossingen worden gedacht. Zoveel mogelijk partijen moeten bij elkaar geroepen worden en samenwerkingsverbanden vormen om zoveel mogelijk kennis over van allerlei facetten te vergaren, voordat er besluiten genomen kunnen worden. Elkaar laten informeren en inspireren is hier het motto bij.
32
Communicatie Enkele jaren geleden is er besloten door de gemeente om de vergunningsbesluiten alleen nog maar via de site openbaar te maken. Er wordt aangeraden om de inwoners van de gemeente Venray beter te informeren op gebied van vergunningen. Zo kan de gemeente omwonenden die binnen een straal van een kilometer wonen informeren over een vergunning door middel van een persoonlijke brief, email of via een applicatie (omgevingsalert) op een smartphone. De overige inwoners moeten geïnformeerd worden door middel van een wekelijkse vergunningspublicatie in een lokale krant. Daarnaast is het noodzakelijk dat de gemeente beter en eerder reageert op bepaalde bezwaren/klachten van veehouders en burgers. De gemeente Venray moet laten zien dat klachten worden opgepakt. Sluiten van kringloop De veehouderij moet in zijn geheel, samen gaan werken aan het sluiten van de kringloop. Elkaars kennis en kunde hierin verweven en gebruik maken van moderne technieken moet ervoor zorgen dat de hele productie (van zaadje tot karbonaadje) binnen Noord West Europa plaats vindt. De gemeente Venray wordt aangeraden om, waar kan in de desbetreffende bedrijfsvoering, verplicht te stellen dat een bedrijf bij de vergunningaanvraag aandacht besteedt aan het sluiten van de kringloop. Inpassing in het landschap Het platteland wordt steeds meer een multifunctionele leef- en werkomgeving. Dit is een trend die op dit moment gaande is in Nederland. Het is de gemeente aan te raden om zich aan de aanplantregels te houden en dat de veehouders deze ook hanteert. De handhaving van de regels zal zorgvuldiger moeten geschieden, zodat er een prettige groene leefomgeving gewaarborgd blijft. Trots zijn op de sector Het profiel van de gemeente Venray heeft twee verschillende gezichten. Het ziet zichzelf als de koploper in de veehouderij van de wereld, maar profileert zich zo niet naar buiten toe. Zo komt de veehouderij geen een keer voor in het promotiefilmpje van de gemeente. Hier moet iets aan gaan gebeuren. De gemeente moet op een gepaste manier laten zien dat zij trots zijn op deze belangrijke economische schakel. Zij moeten ervoor zorgen dat de veehouderij binnen de gemeente een beter imago krijgt en moet vooral de gevallen laten zien waar het goed gaat en waar allerlei nieuwe technieken en duurzaamheid al wordt toegepast. De koplopers van Venray moeten het gezicht worden van de veehouderij naar buiten toe. Toekomstgericht denken Het is aan de gemeente Venray aan te bevelen dat zij zich meer gaan richten op de toekomst en gaan nadenken waar zij heen willen met de Agro & Food sector. Wanneer zij dit weten, kunnen er beslissingen genomen worden die goede vervolgstappen bieden voor de toekomst van de veehouderij. Zij moeten nagaan waar de gemeente in de toekomst het verschil kan maken en moeten daar op inspelen. Hierbij moeten ook de raadsleden bereid zijn om in het perspectief van een ander te kijken, zich laten informeren en vooral laten inspireren. Samen met innovatiekracht en duurzaamheid moet de veehouderij in Venray kunnen blijven bestaan.
33
7.
Evaluatie
In het hoofdstuk evaluatie wordt een algemene projectevaluatie weergegeven.
7.1
Algemene project evaluatie
In de eerste paar weken van dit afstudeerproject hebben wij een plan van aanpak opgesteld. Hierbij is vastgesteld dat het afstudeerproject uit twee verschillende fase bestaat waarbij twee verschillende hoofdvragen zijn opgesteld, namelijk: 1. “Hoe ziet de ontwikkeling van de veehouderij in de gemeente Venray eruit op basis van de verzamelde gegevens en een beleidsevaluatie, ook in vergelijking met een vergelijkbare regio?” 2. “Welke aanbevelingen kunnen gedaan worden richting de gemeente Venray; - voor eventuele oplossingen uit geconstateerde knelpunten voorkomend uit het gemeentelijke beleid; - over de meningen uit de gevoerde (dialoog)bijeenkomsten.” Wanneer er eenmaal begonnen was aan het afstudeerproject kwamen wij samen met onze begeleiders tot de conclusie dat de twee hoofdvragen met de daarbij behorende deelvragen aangepast moesten worden. De aangepaste hoofdvragen van het afstudeerproject zijn na verschillende overleggen als volgt opgesteld: 1. “Hoe ziet de ontwikkeling van de veehouderij in de gemeente Venray eruit op basis van de verzamelde gegevens, ook in vergelijking met vergelijkbare regio’s* en Nederland”? *Met de vergelijkbare regio’s, referentiegemeenten, worden Boekel, Gemert-Bakel, Deurne, Horst aan de Maas, Nederweert en Peel en Maas bedoeld
2. “Welke conclusies en aanbevelingen kunnen gedaan worden richting de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad van de gemeente Venray over de meningen uit de gevoerde (dialoog)bijeenkomsten en bevindingen uit de stellingen en de gehouden interviews met burgers en veehouders?” Te zien is dat bij de eerste fase van het afstudeerproject het onderwerp beleidsevaluatie achterwegen is gelaten. Hier is voor gekozen omdat het evalueren van het beleid een opdracht op zich zou worden en wij als studenten daar vrijwel geen kennis van hebben om dit goed uit te kunnen voeren. Daarnaast vroeg het feitenonderzoek alle aandacht van ons tijdens de voorbereiding van de eerste (dialoog)bijeenkomst. Bovenstaande is ook bij de tweede fase van het project achterwege gelaten. Wel zijn er stellingen afgenomen bij de bezoekers van de eerste twee (dialoog)bijeenkomsten. Daarnaast zullen de conclusies en aanbevelingen alleen richting de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad worden gegeven in tegenstelling tot de gehele gemeente Venray zoals beschreven in het plan van aanpak. De werkgroep is nu aan zet om hier iets mee te doen richting de gemeenteraad. Naast de aanpassing in beleid zijn er ook aanpassingen doorgevoerd in de planning van het project. Een belangrijke aanpassing in deze planning is de verschuiving van de (dialoog)bijeenkomsten. De eerste (dialoog)bijeenkomst is twee weken later gehouden. Hierdoor kwam er meer tijd vrij voor het feitenonderzoek en de voorbereiding op de presentatie. De tweede (dialoog)bijeenkomst is een week later gehouden dan gepland, maar de derde (dialoog)bijeenkomst is gehouden op de geplande datum. Hierdoor moest er tussen de tweede en derde (dialoog)bijeenkomst erg veel informatie in een (te) kort tijdsbestek verwerkt worden.
34
Toch hopen wij dat de werkgroep veehouderij van de gemeenteraad de door ons geformuleerde conclusies en aanbevelingen mee neemt in hun gedachte naar het advies richting de gemeenteraad.
35
Bibliografie Interviews: Boerderij, D. (2015, juni 16). Venray, een intensieve veeteeltgemeente, gaat in dialoog met varkenshouders en burgers. De Boerderij, p. 58. Burger1. (2015, mei 27). Blik op de veehouderij in de gemeente Venray. (G. Dejong, J. Vermeer, & M. Verstappen, Interviewers) Burger2. (2015, mei 27). Blik op de veehouderij in de gemeente Venray. (G. Dejong, J. Vermeer, & M. Verstappen, Interviewers) Burger3. (2015, mei 27). Blik op de veehouderij in de gemeente Venray. (G. Dejong, J. Vermeer, & M. Verstappen, Interviewers) Dejong, G., Vermeer, J., & Verstappen, M. (2015). Feitenrapport veehouderij in de gemeente Venray 2015. Venray: Gemeente Venray. Dorpen Venray. (2015). Opgeroepen op maart 20, 2015, van http://www.dorpenvenray.nl/ Gemeente Venray in cijfers. (2015). Opgeroepen op maart 20, 2015, van http://www.venray.incijfers.nl/ Heesen, P. (2015, juni 17). Mogen burgers nee zeggen? Dagblad de Limburger. Heesen, P. (2015, juni 10). Venray maalt niet echt om stank veehouderij. Dagblad de Limburger. Heesen, P. (2015, juni 9). Venray vindt het niet stinken, Dialoog feiten over intensieve veehouderij. Dagblad de Limburger. LLTB. (2015, juni 9). LLTB participeert in dialoog toekomst veehouderij Venray. LLTB. Maas, P. e. (2015, juni 11). De feiten zijn bekend. Peel en Maas. Veehouder1. (2015, mei 27). Blik op de veehouderij in de gemeente Venray. (G. Dejong, J. Vermeer, & M. Verstappen, Interviewers) Veehouder2. (2015, mei 27). Blik op de veehouderij in de gemeente Venray. (G. Dejong, J. Vermeer, & M. Verstappen, Interviewers) Venray, G. (2010). Bestemmingsplan buitengebied Venray. Venray: Gemeente Venray. Willemssen, H. (2015, juni 18). Geen schaalvergroting maar meer kwaliteit. Peel en Maas.
Rapport: Dejong, G., Vermeer, J., & Verstappen, M. (2015). Feitenrapport veehouderij in de gemeente Venray 2015. Venray: Gemeente Venray.
36
Artikelen: Boerderij, D. (2015, juni 16). Venray, een intensieve veeteeltgemeente, gaat in dialoog met varkenshouders en burgers. De Boerderij, p. 58. Heesen, P. (2015, juni 9). Venray vindt het niet stinken, Dialoog feiten over intensieve veehouderij. Dagblad de Limburger. Heesen, P. (2015, juni 17). Mogen burgers nee zeggen? Dagblad de Limburger. Heesen, P. (2015, juni 10). Venray maalt niet echt om stank veehouderij. Dagblad de Limburger. LLTB. (2015, juni 9). LLTB participeert in dialoog toekomst veehouderij Venray. LLTB. Maas, P. e. (2015, juni 11). De feiten zijn bekend. Peel en Maas. Willemssen, H. (2015, juni 18). Geen schaalvergroting maar meer kwaliteit. Peel en Maas.
Bijlagen
Bijlage 1: Artikelen over de eerste (dialoog)bijeenkomst Bijlage 2: Artikelen over de tweede dialoogbijeenkomst Bijlage 3: Interviewverslag veehouder 1 Bijlage 4: Interviewverslag veehouder 2 Bijlage 5: Interviewverslag burger 1 Bijlage 6: Interviewverslag burger 2 Bijlage 7: Interviewverslag burger 3 Bijlage 8: Formulier stellingen Bijlage 9: Statistische toetsen
37
Bijlage 1: Artikelen over de eerste (dialoog)bijeenkomst
Artikel 2: LLTB participeert in dialoog toekomst veehouderij 7 Venray
Artikel 1: Dagblad de Limburger, Venray vindt het niet stinken
7 8
8
(LLTB, 2015) (Heesen, Venray vindt het niet stinken, Dialoog feiten over intensieve veehouderij, 2015)
38
Artikel 3: De Boerderij, Venray, een intensieve veeteeltgemeente, gaat in dialoog met varkenshouders en burgers
9
9
(Boerderij, 2015)
39
Artikel 4: De feiten zijn bekend
10
Artikel 5: Venray maalt niet echt om stank veehouderij
10 11
11
(Maas, 2015) (Heesen, Venray maalt niet echt om stank veehouderij, 2015)
40
Bijlage 2: Artikelen over de tweede dialoogbijeenkomst
Artikel 6: Geen schaalvergroting maar meer kwaliteit
Artikel 7: Mogen burgers nee zeggen?
12 13
12
13
(Willemssen, 2015) (Heesen, Mogen burgers nee zeggen?, 2015)
41
Bijlagen 3 tot en met 7: Interviewverslagen Op woensdag 27 mei zijn de projectleden Gieljam Dejong, Jasper Vermeer en Maud Verstappen op bezoek geweest bij twee veehouders en drie burgers in de gemeente Venray. Het doel van de interviews is om meer inzicht te krijgen in de maatschappelijke discussie over de veehouderij in Venray.
Bijlage 3: Interviewverslag veehouder 1 Veehouder 1 en zijn echtgenote zijn eigenaar van een varkenshouderij. De laatste uitbreiding van het bedrijf heeft plaatsgevonden op de locatie in Venray. Hier hebben de schoonouders van veehouder 1 in 2005 een vergunning voor aangevraagd. Deze is pas 9 jaar later verleend, doordat enkele omwonenden bezwaar hadden tegen de uitbreiding. De locatie in Venray zit tegen de wijk Veltum aan. De ondernemers gaven aan dat het niet belangrijk is hoe dicht je tegen een wijk aan ligt, maar wie er in die wijk wonen. Hebben de omwonenden last van je bedrijf of denken ze dat ze er last van hebben? Het imago van de sector is ook een erg belangrijk aspect. Tot op heden weten de ondernemers nog steeds niet wat het daadwerkelijke bezwaar is geweest op de meest recente uitbreiding. Door deze ervaring wordt het ‘boeren’ op de locatie in Venray als ‘moeilijk’ omschreven door de ondernemers. Graag zouden ze een structurele oplossing willen bedenken waarmee iedereen tevreden mee is. Men is nooit de dialoog aan kunnen gaan over wat nu het daadwerkelijke probleem is, wel hebben de schoonouders van de veehouder voorafgaand aan de laatste uitbreiding de omwonenden persoonlijk geïnformeerd. Hieruit kwamen al enkele problemen die nooit meer zijn opgelost. Na het realiseren van de uitbreiding hebben de ondernemers een open dag gehouden. Dit heeft gezorgd voor een positief gevoel omdat de bezoekers een leuke en interessante dag hebben gehad. Op dit moment hebben de ondernemers nieuwe plannen om uit te breiden op de locatie in Venray. Twee maanden terug is hierover een informatie gehouden met omwonenden en de bezwaarmakers van de vorige keer die net iets verder weg wonen. Men wil twee kleine oude stallen, die tegen de kern aanliggen van de wijk, uit de bedrijfsvoering halen en een grote stal ervoor terug zetten. De uitbreiding zorgt voor verbetering van geur, fijnstof, ammoniak en transport. De buurt denkt mee met de ontwikkeling van het bedrijf. Er wordt duidelijk aangegeven dat men in het buitengebied is komen wonen en daar horen nou eenmaal agrariërs bij. De ondernemers geven aan dat het in gesprek blijven met elkaar heel belangrijk is. Een advies aan andere veehouders is om de meest dichtstbijzijnde omwonenden als eerste informeren over eventuele uitbreidingen, voordat zij het van andere mensen te horen krijgen. De onwetendheid van burgers moet tegengegaan worden. Men kan pas een echte waardering geven van de veehouderij als men weet wat het überhaupt is. Wat de overheid en/of gemeente kan doen aan deze onwetendheid zijn algemene lessen geven in het basisonderwijs over de agrarische sector. De ondernemers zijn te spreken over de gemeente. De gemeente denkt goed mee in oplossingen en stellen zich zeer schappelijk op. De toekomst van de veehouderij in Venray is moeilijk in te schatten omdat het afhankelijk is van welke partijen, wethouders en ambtenaren er aan de top zijn in Venray. Als zij goed mee blijven denken met de veehouders dan is er toekomst voor de veehouderij.
42
Bijlage 4: Interviewverslag veehouder 2 Veehouder 2 heeft enkele jaren geleden mee moeten doen met een verplaatsingsregeling omdat zijn vleeskuikenbedrijf gevestigd zat in een natuurgebied. Daarna heeft hij een vleeskuikenbedrijf gebouwd in een landbouw ontwikkelingsgebied in de gemeente Venray. Deze plaats is aangewezen door de gemeente Venray. De intensieve veehouderij is een erg belangrijke schakel voor de economische waarde van Venray. Er zijn erg veel bedrijven gevestigd (primair, maar ook aanverwante bedrijven) die veel werkgelegenheid genereren. Ook wonen er veel mensen binnen deze gemeente die affiniteit hebben met de sector en zich dus goed kunnen verplaatsen in de veehouders. Sinds de ondernemer gevestigd zit in de gemeente Venray is er veel opspraak geweest tegen zijn bedrijf. Omwonenden vinden dat je het bedrijf teveel ruikt. De veehouder voldoet echter aan alle normen, dus een maatregel hiertegen hoeft hij niet te nemen. Toch is hij op dit moment samen met omwonenden experimenten aan het doen om de geur weg te nemen. Geur blijft echter een beleving van de mens en zit vaak tussen de oren zegt de ondernemer. Hij geeft aan dat er in de laatste fase van de cyclus meer geur van het bedrijf af komt, maar dat je het bedrijf op de meeste momenten niet ruikt. Hij zou graag een oplossing vinden om de geur in de laatste fase zoveel mogelijk tegen te gaan. Daarvoor moet hij weten op welke dagen en welke tijdstippen de geur het meeste is. Op die momenten zou de veehouder bereid zijn om eventuele maatregelen te nemen. Hij is blij dat er samen met de omgeving naar een oplossing gezocht wordt en hoopt ook dat ze er met zijn alle samen uit gaan komen. Alle experimenten en bijeenkomsten kosten veel geld en tijd. Hij doet dit puur om er samen met de omgeving tot een oplossing te komen. De veehouder denkt op dit moment nog niet verder aan uitbreiden, maar geeft wel aan dat hij in een landbouw ontwikkelingsgebied is gevestigd, dus het eigenlijk geen probleem zou moeten zijn wanneer hij nog eens verder wil uitbreiden. Daarnaast vindt hij dat Nederland al voorloopt op de wet- en regelgeving dus dat het onzin is om deze aan te gaan scherpen. Wanneer de veehouderij sector hier zal verdwijnen, zullen we producten uit het buitenland moeten gaan halen waar veel meer ziekten aanwezig zijn en waar de dieren een minder dierenwelzijn hebben. Bij de bouw van de stal heeft er geen dialoog plaatsgevonden tussen de burger en de veehouder. Toch vindt hij deze ontwikkeling een positieve slag. De gedachtegang van de burger kan dan namelijk meegenomen worden in het ontwikkelingsproces. De ondernemer zou het positief vinden wanneer er een proeflocatie opgericht wordt om bepaalde experimenten qua geur en fijnstof uit te voeren voor vleeskuikenbedrijven. Op deze manier kunnen innovaties eerst goed bewezen worden, voordat vleeskuikenhouders weer gaan investeren in dure innovaties. Daarnaast adviseert hij overige veehouders om de dialoog met burgers aan te gaan. Op deze manier kunnen bepaalde punten meegenomen worden bij de ontwikkeling van de bouw en zijn er minder klachten achteraf.
43
Bijlage 5: Interviewverslag burger 1 De gemeente Venray is volgens burger 1 de gemeente met de grootste veedichtheid, voornamelijk qua pluimveehouderij. Wanneer de burger wordt gevraagd naar zijn mening over de veehouderij geeft hij aan geen bezwaar te hebben tegen de veehouderij. Wat men wel moet realiseren is dat de veehouderij effect heeft op de gezondheid van de bevolking. De consequenties worden niet genoeg meegenomen. De overlast van geur en fijnstof bij het bedrijf van de veehouder waar de burger achter woont, is vooraf niet goed bepaald. Het bedrijf voldoet aan de regels, maar de ondernemer moet zorgen dat hij de buurt ook tevreden houdt. Bruikbare maatregelen die de overlast kunnen voorkomen zijn financieel niet haalbaar in de ogen van de ondernemer. In de ogen van de burger hebben de gemeente en de overheid weinig begrip voor burgers die te veel overlast ervaren van de veehouderij. De duurste oplossingen die voor het meeste effect zorgen worden nooit gekozen, terwijl er dadelijk mensen zijn die gezondheidsproblemen krijgen wat veel meer gaat kosten. Veehouders mogen bedrijven blijven bouwen, maar de gemeente moet dan wel strengere eisen stellen bij die bedrijven. De gemeente heeft als verklaring dat de politiek er niets kan doen. Volgens de burger moet men in de gemeente Venray de fijnstof- en geurnorm scherper stellen dan de landelijke norm. De provincie Noord-Brabant doet dit wel al. In Venray is dit nog niet het geval, waardoor bedrijven van Noord-Brabant hierheen komen. De burgers rondom het desbetreffende bedrijf van de veehouder tegenover hem zijn te weinig geïnformeerd door de ondernemer en de gemeente. Hier dient de gemeente en andere ondernemers stappen in te zetten. De burger is positief over de veehouder die tegenover hem woont. Ten eerste omdat de veehouder in zijn recht staat en eigenlijk niets fout heeft gedaan en ten tweede omdat hij in gesprek blijft met de buurt en met experimenten de overlast probeert te verminderen. Dit wordt in de ogen van de burger als zeer positief beschouwd. De burger vindt toch dat deze experimenten nog te weinig zijn. De gemeente zou met maatregelen moeten komen waarmee het percentage uitstoot verminderd moet worden. Er zou voorafgaand gecommuniceerd moeten worden hoe een veehouder zo weinig mogelijk overlast gaat veroorzaken naar de buurt toe. Bij de veehouder is dit helaas niet het geval geweest. De burger beseft dat hij in een buitengebied woont, maar het bedrijf van de veehouder zomaar ineens gebouwd en veroorzaakt een hoop overlast. De burger is een tevreden buurman van een veehouderij als de overlast voorkomen is. De veehouder moet zich ervan bewust zijn dat er meer rekening gehouden moet worden met de omwonenden. Wanneer er overlast is dat tot een redelijk niveau is gekomen, moeten de normen omlaag bij worden gesteld. Hier heeft de gemeente een grote rol in volgens de burger. Op dit moment merkt de burger dat er een ontwikkeling plaatsvindt op maatschappelijk niveau in de gemeente Venray. Hopelijk leidt dit tot scherpere regelgeving en dat de veehouder zich ervan bewust wordt dat er meer rekening met de omgeving moet worden gehouden. Tot slot geeft hij aan dat er teveel veehouderij zit op een te klein gebied in Venray. Als politiek moet men een keer durven zeggen dat het niet meer groter kan. Dat Brabanders zich hier kunnen vestigen is in de ogen van de burger raar. De gemeente moet er dan in ieder geval voor zorgen dat er zo min mogelijk belasting is voor natuur en mens.
44
Bijlage 6: Interviewverslag burger 2 Wanneer burger 2 naar zijn mening wordt gevraagd over de veehouderij in Venray zegt hij dat het nogal groot wordt allemaal. De dieren krijgen geen buitenlucht meer. Dit hoeft niet slechter te zijn, maar voor het landschap is het wel mooier als er bijvoorbeeld koeien in de wei staan. De burger geeft echter aan dat dieren in een grote stal het niet slechter hebben dan dieren in een kleine stal. De burger geeft aan dat de veehouder (van de varkenshouderij die tegenover hem zit) zijn best doet om de omgeving tevreden te houden. Laatst is er een avond geweest, georganiseerd door de veehouder, waarin de plannen van de nieuwe uitbreiding werden gepresenteerd. Hiermee toont hij aan moeite te doen voor zijn omgeving. De vraag is alleen of dat het ook altijd lukt. De nieuwe plannen van de veehouder is een 5 jarig traject. De buurt is hier, zoals al aangegeven, over geïnformeerd. Men kreeg cijfers te zien van geur, fijnstof en ammoniak. Wanneer iemand uit de omgeving iets zegt, over bijvoorbeeld de aanplanting, dan wordt dat door de ondernemer serieus meegenomen in zijn plannen. Verder is de burger in dit agrarisch gebied komen wonen en heeft zelf lange tijd schapen en paarden gehad. Hij geeft aan dat men lasten en lusten van de veehouderij moet nemen zoals ze zijn en dan ga je niet een bedrijf dat hier al lang zit dwarsbomen in hun agrarische ontwikkelingen. Volgens de burger is het een voordeel wanneer omwonenden betrokken worden bij de ontwikkelingen van het bedrijf. Men komt dan niet voor verassingen te staan. Door voorafgaand mee te kunnen denken met de veehouder, is er meer mogelijk en heeft men als omwonende ook meer invloed op de ontwikkelingen. Oude stallen slopen en daarvoor een grote stal met luchtwasser terugzetten is in de ogen van de burger een zeer goede ontwikkeling. Het doet namelijk veel tegen geur en fijnstof. Verder is beplanting een punt waar veehouderij bedrijven veel rekening mee moeten houden, omdat dit het aanzicht van het bedrijf mooi maakt. Er blijven altijd mensen die tegen de veehouderij zijn, maar door met elkaar te blijven praten, houdt je een bepaalde acceptatie naar elkaar toe. In 2014 heeft de veehouder een nieuwe stal gerealiseerd. Toen de stal klaar was heeft hij een barbecue georganiseerd voor de buurt. Dit werd als zeer prettig ervaren. Het grootste probleem dat de ontwikkelingen van het bedrijf van de veehouder met zich mee brengt is het transport. Het zorgt voor geluids- en geuroverlast. De oplossing hiervoor zou minder bewegingen kunnen zijn. Op dit moment is het nieuwe plan om het transport via de andere kant van het bedrijf te laten gaan. Het nadeel dan is dat de bewoner van de andere kant er dan meer last van heeft. De burger vindt dat de gemeente Venray momenteel een puur CDA beleid voert. Men zou meer aandacht moeten hebben voor milieu, omgeving, duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Hij is een tevreden buurman van een veehouderijbedrijf als er duurzaam met het bedrijf wordt omgegaan. De gehele keten moet duurzaam produceren. Een veehouderij zou zonnepanelen kunnen plaatsen voor het duurzaam opwekken van energie. Tot slot zegt de burger dat de maatschappij kan zeggen wat hij wil, maar er niets mee wordt gedaan. Politieke partijen daar kies je voor en die partijen moeten hun afspraken nakomen. Hij stelt zich dan ook de vraag of de dialoogbijeenkomsten wel echt iets teweeg gaan brengen binnen de gemeente.
45
Bijlage 7: Interviewverslag burger 3 Burger 3 woont dicht bij een vleeskuikenbedrijf die er nu drie jaar gevestigd zit. Zij heeft regelmatig geuroverlast van het bedrijf. Met een werkgroep proberen zij in samenspraak met de ondernemer een oplossing te vinden voor het geurprobleem door middel van experimenten. De burger vindt het raar dat de veehouder op de vorige locatie weg is moeten gaan vanwege de natuur en het bedrijf nu zelfs groter terug heeft mogen bouwen dicht bij de mens. Ze is zelf een boerendochter en heeft niets tegen de veehouderij. Ze vindt het mooi om te zien hoe veehouders begaan zijn met hun dieren. Daartegenover staat wel dat de veehouderij steeds meer industrieel wordt. 3.000 Zeugen vindt ze nog wel redelijk klinken, maar als je dan gaat nadenken dat iedere zeug ruim 30 biggen per jaar speent worden deze aantallen wel echt veel. Deze aantallen worden dan ook nooit genoemd bij bijeenkomsten valt haar op. Ze kan dus ook wel concluderen dat de veehouderij zo ongeveer op zijn maximale punt zit in de gemeente Venray. Ze woont in het buitengebied, dus ze snapt dat het af en toe en keer ruikt naar een veehouderijbedrijf en daar heeft ze vrede mee. Sinds het vleeskuikenbedrijf er gevestigd zit, is het soms niet de harde. Zij en haar man merken steeds meer dat zij hun leven af gaan stemmen op de cyclus van de kippen. Ze houden aan het einde van de cyclus van de dieren hun ramen en deuren dicht om de stank uit het huis te houden en stemmen zelfs hun vakantie af op het moment wanneer er de meeste stank is. Ze snapt dat de veehouder geen dure investering aan een luchtwasser gaat doen om het probleem op te lossen want hij voldoet aan alle normen. Wel vindt ze het mooi dat de veehouder meedenkt met de omwonenden en verschillende experimenten uitprobeert in zijn bedrijf. Ze is het er niet mee eens hoe de regels qua geurvergunning zijn gegeven aan het bedrijf en vindt dan ook dat deze aangescherpt moeten worden in de gemeente Venray. Op dit moment wordt de gemiddelde geurbelasting getoetst. Er moet meer uitgegaan worden van het stadium waarin de meeste geur wordt geproduceerd. Wanneer de vleeskuikenhouder nog verder door wil groeien zal de buurt daartegen in opstand komen, tenzij hij kan garanderen dat er niet meer of juist minder overlast. Geur is altijd het grootste obstakel geweest van het bedrijf, maar je gaat je er steeds verder in verdiepen. Zo heeft de burger artikelen gelezen waarin staat dat deze bedrijven slecht zijn voor de gezondheid van de mens (fijnstof). Dit maakt haar toch wel bang en gaat nog negatiever naar het bedrijf toe kijken. De burger vraagt zich af of veehouderijbedrijven genoeg worden gecontroleerd vanuit de overheid of een andere instelling. Het zijn mooie verhalen als een veehouder verteld dat hij een bepaald systeem gaat toepassen in zijn stal, maar het wordt nooit teruggekoppeld naar de burger toe of dit ook echt is gerealiseerd. Ze hoopt dan ook dat de veehouders meer transparanter zullen worden richting de burger. De burger moet tijdig geïnformeerd worden bij eventuele ontwikkelingen en wanneer een burger graag een kijkje zou willen komen nemen op het bedrijf, moet de veehouder daar, zo ver als het kan, voor open staan. Ze had het fijner gevonden wanneer de buurt meer betrokken was geweest bij de ontwikkeling van het vleeskuikenbedrijf.
46
Daarnaast verwacht zij van de gemeente meer deskundigheid. Ze moeten weten waar ze over praten en kunnen waarborgen wanneer een veehouder iets toepast of juist niet. Ze moeten beide partijen (veehouder als burger) tevreden houden. De burger is een tevreden inwoonster in de gemeente Venray wanneer zij gezond oud kan worden in haar eigen huis. Niemand heeft het recht om haar dat af te nemen. Ze vindt dan ook dat veehouderijbedrijven meer maatregelen moeten gaan nemen om dit te kunnen waarborgen bij de burgers. Hierbij geldt dat de overheid/gemeente strengere regels zal moeten gaan toepassen, zodat bedrijven gedwongen worden om extra maatregelen te nemen om gezondheidsklachten te voorkomen.
47
Bijlage 8: Formulier stellingen
‘Stellingen over de veehouderij in de gemeente Venray’ Voorletters + geboortejaar:………………..
Functie:……………………………………… (VB: Voorletters + geboortejaar: H.H.H 1965) Geslacht: Man Vrouw . Was u tijdens de eerste dialoogavond (8-6-2015) aanwezig? Ja Nee 1: De veehouderij is een onmisbare schakel in de economie van Venray. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
2: De veehouderij in Venray heeft zijn grens bereikt. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
3: Er moet in de gemeente Venray meer plaats vrij gemaakt worden voor biologische veehouderij. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
4: De gezondheid van de mensen in Venray is aangetast door de uitstoot van veehouderijbedrijven. (geur – fijnstof) Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
5: Dieren zijn net zo goed af in de intensieve veehouderij als in de extensieve veehouderij. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
48
6: De veehouderij moet voedsel produceren voor het buitenland. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
7: Liever een grote stal in plaats van een aantal kleine stallen. Mee eens
Meer mee eens dan oneens
Neutraal Meer mee oneens dan mee eens
Mee oneens
Ik waardeer de veehouderij in de gemeente Venray op een (schaal 1-10): 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Hartelijk dank voor het invullen!
Met vriendelijke groet, Gieljam Dejong Maud Verstappen Jasper Vermeer
49
Bijlage 9: Statistische toetsen Hieronder worden de uitkomsten van de statistische toetsen weergegeven. Per onderwerp (stelling) is er te zien of er significante verschillen zijn. Verder is er ook nog te zien hoeveel respondenten er negatief, positief of niet zijn veranderd in haar of zijn mening. De statistische test die uitgevoerd is, is de rangtekentoets Wilcoxon. Hiermee wordt er gezocht naar de significante verschillen in meningen/standpunten van respondenten (53 respondenten/bezoekers) voor de eerste en na de tweede dialoogbijeenkomst. Niet alle 53 respondenten hebben altijd alle stellingen ingevuld. Tabel 1: Uitkomsten burgers
50
Tabel 2: Uitkomsten veehouders
51
Tabel 3: Uitkomsten periferie
52
Tabel 4: Uitkomsten statistische test Wilcoxon
53
ACHTERBLAD VERKRIJGBAAR KANTOOR HAS KENNISTRANSFER
54