een totale knie
www.mca.nl
inhoud Waarom deze brochure? _____________________________________ 2 Joint Care of reguliere opname _______________________________ 2 Wat is een totale knie? _______________________________________ 2 Uw voorbereiding op de korte opname (Joint Care) ______________ 4 Uw voorbereiding op de reguliere opname______________________ 5 Opname____________________________________________________ 6 Na de operatie ______________________________________________ 8 Complicaties _______________________________________________ 9 Ontslag en weer naar huis ___________________________________ 10 Wondzorg_________________________________________________ 10 Leefregels voor de thuissituatie_______________________________ 10 Als voorzorg antibiotica _____________________________________ 11 Wanneer neemt u contact op? _______________________________ 12 Registratie_________________________________________________ 12 Controleafspraken _________________________________________ 12 Uw vragen ________________________________________________ 13 Notities ___________________________________________________ 14
1
waarom deze brochure? Uw huisarts en de specialist hebben in overleg met u besloten dat u een nieuwe knie krijgt, omdat deze niet meer goed functioneert. De operatie is geen kleinigheid en de revalidatie vraagt veel wilskracht en inspanning van u en uw omgeving. Het is daarom belangrijk dat u goed geïnformeerd bent over de opname en de operatie. U kunt zich dan beter voorbereiden.
joint care of reguliere opname Als uw lichaam in goede conditie is, kan de arts besluiten u te laten opnemen in het Joint Care-project. Dit wil zeggen dat u vijf dagen wordt opgenomen. Voor andere patiënten kan het voor een spoedig herstel beter zijn langer te worden opgenomen. Van de arts hoort u welke opname voor u het beste is. In deze folder leest u welke informatie voor de Joint Care opname (verkort) van toepassing is en welke voor de reguliere opname. Als er niets is vermeld dan geldt de informatie voor beide opnames.
wat is een totale knie? De totale knie is een kunstproduct dat uw hele kniegewricht vervangt. Vandaar de naam totale knie. De totale knie bestaat uit een bovenbeengedeelte, een onderbeengedeelte en eventueel een knieschijf.
knieprothese 2
Het bovenbeengedeelte is gemaakt van een hoogwaardige metaallegering. Ook het onderbeengedeelte is hiervan gemaakt, alleen is hier het metaal bekleed met een hoogwaardig nylon. De knieschijf bestaat uit nylon. De prothesedelen worden meestal met cement in uw botten vastgezet. Wanneer is een operatie nodig? De knie is een scharniergewricht. Dit wil zeggen dat bij het lopen en bewegen het ondereinde van het bovenbeen en het boveneinde van het onderbeen over elkaar glijden. Dat kan omdat er op de uiteinden van de beide botten een laag kraakbeen zit. Kraakbeen is een glad en verend weefsel. Het kraakbeen kan van kwaliteit verminderen. Men spreekt dan van slijtage (artrose), in de volksmond ook wel een versleten knie genoemd. Gewrichten die zijn aangedaan door artrose hebben weinig kraakbeen meer. Op de foto is dan te zien dat er nauwelijks meer ruimte zit tussen het bot van het bovenbeen en het bot van het onderbeen. Omdat de beide botten over elkaar heen schuren, gaat het gewricht ontsteken. Dit veroorzaakt pijn. In het begin kunnen de klachten nog worden verlicht door pijnstillers en fysiotherapie. Als dit allemaal onvoldoende helpt wordt een operatie overwogen. Het vooronderzoek Tijdens het bezoek aan de orthopedisch chirurg op de polikliniek is met u besloten om tot operatie over te gaan. Voor de operatie gaat u poliklinisch naar de anesthesioloog. Dit is de specialist die u onder narcose brengt of een ruggenprik toedient. De anesthesioloog bespreekt met u welke vorm van anesthesie voor u het beste is. Ook krijgt u de brochure ‘anesthesie en operatieafdeling’ mee. Indien noodzakelijk worden andere specialisten ingeschakeld. Aansluitend op uw bezoek aan de anesthesioloog gaat u naar het opnamebureau en wordt u op de wachtlijst geplaatst. Het kan geruime tijd duren voordat u aan de beurt bent.
3
uw voorbereiding op de korte opname (joint care) Een Joint Care opname is alleen mogelijk als u en uw naaste zich voorbereiden op wat u voor en na de operatie moet doen. Naast het lezen van deze brochure, is het belangrijk dat u na uw operatie thuis een aantal zaken heeft geregeld. Dit doet u in overleg met de wijkverpleegkundige. Ook wonen u en uw naaste een voorlichtingsbijeenkomst bij. Wijkverpleegkundige Ongeveer twee tot zes weken voor de operatie bezoekt de wijkverpleegkundige u thuis om uw situatie na ontslag uit het ziekenhuis te bespreken. De verpleegkundige bekijkt welke zaken u al voor opname kunt regelen en of er eventueel aanpassingen in huis nodig zijn. Ook zal zij met u over een aantal hulpmiddelen spreken. Hulpmiddelen kunnen onder andere zijn een toiletverhoger, een postoel, klossen voor onder het bed en een loophulpmiddel (krukken/rollator). Deze materialen kunt u bij de Thuiszorgwinkel gratis lenen. Een lidmaatschap is hiervoor niet nodig. Het is misschien wel aan te raden om een serviceabonnement te nemen. Daarvoor worden de materialen die u leent bezorgd en weer opgehaald. Ook krijgt u korting op andere servicediensten. Voor inlichtingen over een abonnement kunt u contact opnemen met de Thuiszorg. Ook kunt u over dit onderwerp de folder ‘Evean Winkel’ vinden in het folderrek bij de balie voor patiëntenvoorlichting (huisnummer 037). Verder bespreekt de wijkverpleegkundige met u wat er na uw thuiskomst van uw partner of familielid wordt verwacht. Wanneer u na de opname extra zorg thuis nodig heeft, dan wordt dit bij opname direct aangevraagd. De transfercoördinatrice komt eventueel bij u voor verdere informatie. Tot slot vult de wijkverpleegkundige het anamneseformulier in en stuurt dit naar het ziekenhuis, zodat de verpleegkundigen van de verpleegafdeling daar gebruik van kunnen maken. Twee voorlichtingsbijeenkomsten Wanneer u op de wachtlijst staat ingeschreven, krijgt u ongeveer twee maanden voor de operatie een brief om een voorlichtingsbijeenkomst bij te wonen. De voorlichting wordt verzorgd door een orthopedisch chirurg, een verpleegkundige, een fysiotherapeut en een anesthesie medewerker. 4
Het is belangrijk deze voorlichting bij te wonen omdat een goede voorlichting en voorbereiding het revalidatieproces gunstig beïnvloeden. Uw naaste als coach Twee weten meer dan één. Dit is een bekend gezegde dat ook voor uw operatie van toepassing is. Daarom adviseren wij u om de informatiebijeenkomsten, waarvoor u wordt uitgenodigd, samen met iemand uit uw directe omgeving te bezoeken. Dit kan zijn uw partner, uw kind, een goede vriend of vriendin. Ook tijdens de ziekenhuisopname is deze coach van harte welkom en zelfs aan te bevelen. Samen kunt u dan werken aan uw herstel. De coach kan met u meekijken bij de oefeningen en deze, wanneer u weer thuis bent, samen met u doornemen. Uw coach krijgt dan ook dezelfde informatie als die wij aan u geven. Zo kunt u er samen nog eens over napraten. De coach is tijdens uw ziekenhuisopname van harte welkom vanaf de dag na de operatie van 14.00 tot 16.00 uur en de dagen daarna van 10.30 tot 12.30 uur en van 14.00 tot 16.00 uur. De aanwezigheid van de coach gedurende deze periode is natuurlijk geen verplichting.
uw voorbereiding op de reguliere opname Het kan voor u van belang zijn om voor een spoedig herstel langer te worden opgenomen. Uw arts overlegt met u wat het beste is voor uw herstel. De duur van de opname bedraagt in uw geval vijf tot zeven dagen, afhankelijk van uw herstel. Aangezien u langer wordt opgenomen, heeft u wat minder voor te bereiden in vergelijking met de patiënten die via Joint Care worden opgenomen. In de folder ‘Opname, goed voorbereid naar het MCA’ staat algemene informatie over de opname. Deze folder heeft u ontvangen van de afdeling opname. Als u naar het ziekenhuis komt, moet u van thuis krukken meenemen. De fysiotherapeut kan deze dan op deugdelijkheid controleren en op de juiste hoogte afstellen. Deze krukken heeft u nodig om na de operatie te mobiliseren (= zich verplaatsen). De krukken kunt u bij de Thuiszorgwinkel gratis lenen. Een lidmaatschap is hiervoor niet nodig. Het is misschien wel aan te raden om een serviceabonnement te nemen. Daarvoor worden de materialen die u leent bezorgd en weer opgehaald, ook krijgt u korting op andere servicediensten. Voor inlichtingen over een abonnement kunt u contact opnemen met de Thuiszorg. 5
Ook kunt u over dit onderwerp de folder ‘Evean Winkel’ vinden in het folderrek bij de balie voor patiëntenvoorlichting (huisnummer 037). Voorlichtingsbijeenkomst Voor de opname wordt u en uw naaste de mogelijkheid geboden om de voorlichtingsbijeenkomst bij te wonen. U ontvangt hiervoor een brief van de afdeling opname. Het is dezelfde bijeenkomst als die voor patiënten met Joint Care opname. De voorlichting wordt verzorgd door een orthopedisch chirurg, een verpleegkundige, een fysiotherapeut en een medewerker van afdeling anesthesie. Het is raadzaam deze voorlichting bij te wonen omdat een goede voorlichting en voorbereiding het revalidatieproces gunstig beïnvloeden.
opname Joint Care De patiënten, die het Joint Care-programma volgen, worden op zondag opgenomen. De vrijdag voor de opname komt u op de polikliniek orthopedie (huisnummer 038). De arts-assistent op de polikliniek neemt dan de operatie met u door. Op de dag van opname meldt u zich bij de receptie van het ziekenhuis. De portier verwijst u dan naar de verpleegafdeling orthopedie, waar u wordt ontvangen door de verpleegkundige. Zij bereidt u voor op de operatie. Op de verpleegafdeling is een zaal speciaal ingericht voor u. Deze kamer is ingericht als huiskamer met relaxstoelen van waaruit de revalidatie plaatsvindt. U komt overdag na de operatie in een relaxstoel te zitten, ’s avonds na het eten gaat u terug naar uw zaal. Het is raadzaam om op deze dag alvast te oefenen met de relaxstoel. U maakt samen met zaalgenoten tegelijk de ziekenhuisperiode door. U krijgt met verschillende disciplines te maken: de verpleegkundigen, de fysiotherapeut, de voedingsassistente, de orthopedischchirurg en medewerkers van het laboratorium. Het zal niet meevallen om ze uit elkaar te houden of te onthouden wat ze vertellen. Aarzelt u niet om iemand naar zijn naam en functie te vragen. Spreek een verpleegkundige aan als iets niet duidelijk is, als u zich ergens zorgen over maakt of vragen heeft.
6
Reguliere opname De dag van opname meldt u zich bij de receptie van het ziekenhuis. De portier verwijst u naar de verpleegafdeling orthopedie. De verpleegkundige ontvangt u hier, er volgt een opnamegesprek en er wordt bloed geprikt. In de middag neemt de arts-assistent op de polikliniek de operatie met u door. Als u terug bent op de verpleegafdeling, wordt u door de verpleegkundige voorbereid op de operatie. U krijgt met verschillende disciplines te maken: de verpleegkundigen, de fysiotherapeut, de voedingsassistente, de orthopedisch chirurg en medewerkers van het laboratorium. Het zal niet meevallen om ze uit elkaar te houden of te onthouden wat ze vertellen. Aarzelt u niet om iemand naar zijn naam en functie te vragen. Spreek een verpleegkundige aan als iets niet duidelijk is, als u zich ergens zorgen over maakt of vragen heeft.
7
na de operatie Na de operatie, die één tot anderhalf uur duurt, wordt een drukverband aangelegd om het geopereerde been. Uit de wond komen twee slangetjes om het wondvocht af te voeren. Ook heeft u een katheter en een infuus. U start snel na de operatie met revalideren. Het reguliere programma en het Joint Care programma ziet u hieronder in het schema weergegeven. Normaal programma • 1e dag: stoel
• 2e dag: start mobiliseren o.l.v. fysiotherapeut oefenen buigen/strekken • 3e en 4e dag: u gaat vanaf deze dag verder met de looptraining en buigen en strekken. Afhankelijk van uw herstel blijft u vijf tot zeven dagen opgenomen.
Joint Care programma • 1e dag ’s ochtends: bedrust • 1e dag ’s middags: start met de looptraining en buigen en strekken • 2e dag: u start met een uitgebreid revalidatie programma waarin u de knie leert buigen en strekken • 3e en 4e dag: u leert traplopen en gaat verder met buigen en strekken
• 4e dag: u mag het ziekenhuis verlaten Fysiotherapie Na de operatie volgt een periode van herstel en revalidatie. Onder begeleiding van de fysiotherapeut gaat u mobiliseren. De fysiotherapeut traint met u om veilig in en uit bed te gaan en op te staan uit de stoel. Tevens leert u met hulp van de fysiotherapeut lopen met krukken. Ook het leren lopen met krukken op een trap neemt de fysiotherapeut met u door. Tijdens de ziekenhuisopname en de periode daarna is het nodig om een aantal oefeningen te doen, die het functioneren van het nieuwe kniegewricht verbeteren. Het gaat daarbij om oefeningen die gericht zijn op het buigen en strekken van de knie. Ook het versterken van de beenspieren maakt onderdeel uit 8
van de revalidatie. De eerste vier weken na de operatie loopt u met twee krukken. Daarna loopt u nog vier weken met één kruk aan de zijde die niet is geopereerd. Het geopereerde kniegewricht moet vijf maanden na de operatie worden ontzien. Ook daarna is het belangrijk dat u voorzichtig omgaat met uw nieuwe knie: het is en blijft immers een kunstknie. Na het ontslag uit het ziekenhuis neemt de fysiotherapeut uit uw eigen omgeving de behandeling weer over.
complicaties De operatie en de periode erna verlopen in de meeste gevallen zonder problemen. Toch is het ook voor u van belang te weten welke complicaties er voor kunnen komen: • Infecties van de geopereerde knie. Dit kan rond de operatie optreden, echter ook in de jaren daarna. Dit kan dan bijvoorbeeld omdat een infectie elders in het lichaam zich verplaatst naar de knieprothese. Om een infectie te voorkomen krijgt u tijdens de operatie en de dag erna antibiotica. • Trombose. Dit is een afsluiting van een bloedvat door een bloedprop. Het achterliggende lichaamsdeel krijgt dan geen zuurstof en voeding meer. Om dit probleem te voorkomen krijgt u bloedverdunners. Dit zijn de fraxiparine-prikjes die u uzelf tot zes weken na de operatie toedient. U krijgt hierover uitleg en begeleiding. Ook krijgt u een folder met instructies mee. • Zenuwletsel. Tijdens of vlak na de operatie kunnen uitvalsverschijnselen optreden door rek of druk op een zenuw. Indien dit zich al voordoet is het bijna altijd van voorbijgaande aard. Het kan wel betekenen dat de revalidatie iets langer duurt. • Stijfheid van de knie. Het kan zijn dat tijdens het herstel de knie onvoldoende kan worden gebogen. Dit geeft bijvoorbeeld problemen met traplopen en fietsen. Afhankelijk van de ernst vereist dit een ingrijpen van de arts. • Instabiliteit van de knie. Het kan zijn dat er te veel speling in de kniebanden ontstaat. Die knie geeft dan onvoldoende stabiliteit en zekerheid met lopen. Afhankelijk van de ernst vereist dit een ingrijpen van de arts.
9
ontslag en weer thuis Na gemiddeld vier tot zeven dagen gaat u met ontslag. Zolang u met twee krukken loopt, bent u beperkt in staat huishoudelijke bezigheden uit te voeren. Bent u thuis op uzelf aangewezen en kunt u zelf niet genoeg hulp realiseren, dan is een tijdelijke opname in een verzorgingshuis of een verpleeghuis een mogelijkheid. Tijdens het opnamegesprek bespreekt de verpleegkundige deze zaken uitgebreid met u. Hechtingen De hechtingen worden tien tot veertien dagen na de operatie verwijderd. Bij Joint Care opname gebeurt dit door de wijkverpleegkundige. Bij de reguliere opname gebeurt dit door de huisarts. Het is mogelijk dat de eerste maanden de knie iets rood ziet, warm aanvoelt en iets dikker is. Hierover hoeft u zich in principe geen zorgen te maken. In de loop van de tijd verdwijnt namelijk dit verschil. Als u twijfelt over uw knie, als u meer pijn ervaart, als u een verhoogde temperatuur heeft of als de wond gaat lekken, dan is het belangrijk contact op te nemen met de polikliniek orthopedie. Ongeveer zes weken na de operatie komt u op controle bij de orthopeed. De afspraak hiervoor krijgt u mee bij het ontslag uit het ziekenhuis.
wondzorg De wondzorg wordt bij Joint Care patiënten door de wijkverpleegkundige gedaan. Dit is al geregeld voor opname net als de hechtingen verwijderen. Als bij de reguliere opname van patiënten wondzorg noodzakelijk is, dan wordt dit door de afdeling aangevraagd.
leefregels voor de thuissituatie In het ziekenhuis bent u zo goed mogelijk voorbereid op de thuissituatie. Toch is het belangrijk om de volgende punten in acht te nemen: • U loopt de eerste vier weken na de operatie met twee elleboogkrukken. De volgende vier weken loopt u met 1 kruk. • Wanneer u voldoende controle heeft over uw geopereerde been mag u ongeveer zes weken na de operatie weer autorijden, fietsen en zwemmen. Verder is het belangrijk de voorwaarden van 10
uw verzekering te lezen. Let daarbij op of u bent verzekerd als u krukken gebruikt en zelf autorijdt. • Leg, wanneer u zit of ligt, uw benen hoog als deze gezwollen zijn.
als voorzorg antibiotica Het is altijd mogelijk dat uw prothese geïnfecteerd kan raken, ook jaren later. Om dit te voorkomen is het belangrijk dat u bij bepaalde behandelingen van tevoren antibiotica inneemt. Ook bij bepaalde ziekte geldt deze regel. Voorbeelden zijn: • het trekken van een kies of tand; • een wortelkanaalbehandeling, het inzetten van een implantaat; • het openmaken van een zweer; • ingreep van maagdarmkanaal of urinewegen; • een ingegroeide teennagel, steenpuist of wondroos. Is het bovenstaande bij u van toepassing? Neemt u dan direct contact op met de huisarts, specialist of tandarts die u behandelt. U meldt dan dat u een knieprothese heeft en als voorzorg voor de ziekte of behandeling antibiotica nodig heeft. U krijgt van ons hiervoor een klein kaartje mee, die u altijd bij u heeft: bijvoorbeeld in uw portemonnee of bij uw afsprakenkaart. Op dit kaartje staat voor uw zorgverlener uitleg waar hij/zij de informatie over de antibiotica vindt. Toon dit kaartje aan uw huisarts, specialist of tandarts. Deze zorgverlener kan op de MCA-website kijken welke antibiotica u nodig heeft: www.mca.nl/specialisme/orthopedie/antibioticaprofylaxe.
11
wanneer neemt u contact op? Uw nieuwe knie blijft een kunstproduct. Gebruik uw knie dan ook met enige voorzichtigheid, zodat u er jarenlang plezier van heeft. Het is daarom belangrijk dat u bij onderstaande klachten contact opneemt met uw huisarts of met de polikliniek orthopedie. Alle patiënten kunnen de eerste week na ontslag contact opnemen met de verpleegkundige van de afdeling orthopedie of de polikliniek. Na deze week gelden onderstaande richtlijnen. Neem direct contact op met: • uw huisarts , tandarts of specialist waarbij u onder behandeling bent voor een ontsteking. Meer informatie hierover vindt u onder het kopje ‘als voorzorg antibiotica, zie pagina 11. • de polikliniek orthopedie, wanneer u een toename bemerkt van de pijn in het operatiegebied in combinatie met toename van roodheid, vochtverlies uit de wond en eventueel koorts. Ook wanneer er een dik, glanzend en pijnlijk onderbeen ontstaat, neemt u contact op met de polikliniek.
registratie Uw operatiegegevens worden geregistreerd in de Landelijke Registratie Orthopaedische Implantaten. Als u hier bezwaar tegen heeft, kunt u dit kenbaar maken aan uw behandelend specialist.
controleafspraken Als u met ontslag gaat, regelt de secretaresse een controleafspraak voor u. Deze is dan over zes weken bij de orthopedisch chirurg. U krijgt gelijk een aanvraagformulier mee voor het maken van een röntgenfoto bij de afdeling radiologie (huisnummer 131). Deze foto laat u veelal een half uur voor uw afspraak met de orthopedisch chirurg maken. Fortspreekuur Na uw controleafspraak met de orthopedisch chirurg, regelt de medewerker van de polikliniek orthopedie de eerste controleafspraak voor u bij het zogenoemde fortspreekuur (= fysiotherapie-orthopedie). Dit houdt in dat de fysiotherapeut de controles van de orthopedisch chirurg overneemt. 12
De controleafspraken met de fysiotherapeut vinden plaats op de polikliniek orthopedie na: • een jaar na de operatie; • drie jaar na de operatie; • vijf jaar na de operatie; • tien jaar na de operatie. De tweede, derde en vierde afspraak met de fysiotherapeut maakt u dan zelf. Voordat u op deze afspraken komt, moet u altijd eerst een foto laten maken op de afdeling radiologie. Hiervoor stuurt de polikliniek orthopedie een aanvraagformulier naar de afdeling radiologie.
uw vragen Wij hebben getracht u in deze folder zo goed mogelijk te informeren. Toch is het niet mogelijk om alles te vermelden. Het is niet nodig om met allerlei vragen, twijfels en/of angsten te blijven rondlopen. Het is altijd beter erover te praten. Als u nog vragen of opmerkingen heeft over de operatie en/of de behandeling, stel deze dan gerust aan uw specialist. U kunt ook contact opnemen met de afdeling orthopedie. Andere vragen kunt u natuurlijk ook stellen tijdens de informatiebijeenkomst of bij de opname. • Joint Care (072) 548 25 60 (huisnummer 249) • Reguliere opname (072) 548 25 60 (huisnummer 249) of (072) 548 25 40 (huisnummer 240) • polikliniek orthopedie (072) 548 25 00 (huisnummer 038) bereikbaar op werkdagen van 8.30 tot 16.30 uur
13
notities
14
15
16
Colofon Redactie: polikliniek orthopedie afdeling marketing & communicatie Vormgeving: Beeldgroep MCA Oplage: 750 / 3e druk / 2010 Druk: Marcelis - van der Lee - Adu Artikelnummer: 107009 Medisch Centrum Alkmaar Wilhelminalaan 12 1815 JD Alkmaar tel. (072) 548 44 44 fax. (072) 548 20 58 www.mca.nl Op alle behandelingen in het MCA zijn de algemene voorwaarden van het MCA van toepassing, zie www.mca.nl of vraag bij de balie van patiëntenvoorlichting.