rdw jaarverslag 2008
rdw
11e jaargang nummer 1 2009
jaarverslag 2008
Een jaar met twee gezichten Column Ton Roks (p. 22) / Muziek voor in de auto (p. 30) / Digitale Diensten gepersonaliseerd (p.32) / Hoe schoon is schoon? (p.50) / Interviews met Guus Wesselink van AVC, Misdaad Anoniem (p. 37) en Jan Mengelers van TNO (p. 63)
56968_RDW_Cover.indd 1
29-04-2009 09:03:35
Inhoud 04 06 08 12 16 18 22 30 32
Interview: Raad van Toezicht jaaroverzicht Interview: Directie Mijn eerste auto (I) Strategische activiteiten Column Ton Roks Muziek & Auto’s RDW online
08 2 | RDW JAARVERSLAG 2008
37 38 40 47 49 50 54 56 58
Profiel RDW
32
Interview: Guus Wesselink Mijn eerste auto (II) Kernactiviteiten Column Meike Huber Human Resources Groen op weg Questions & Answers Segway kenteken Mijn eerste auto (III)
56
60 63 64 67 72 76 78 79 80
Goedgekeurd Interview: Jan Mengelers Governance Financiële informatie Prestatie-indicatoren Personalia KEN-TEKENS colofon Op de achterbank met Wim Kuijken
60
80 RDW JAARVERSLAG 2008 | 3
profiel RDW Taken RDW Toelating
Registratie en informatieverstrekking
Toelaten van voertuigen en voertuigonderdelen op de Nederlandse en Europese markt op basis van technische voorschriften.
Verzamelen, opslaan, bewerken en beheren van gegevens van voertuigen, hun eigenaren en de voertuigdocumenten en het verstrekken van informatie over deze gegevens.
Toezicht en controle Toezicht houden op door de RDW erkende bedrijven en controle uitoefenen op de technische staat van voertuigen in verband met veiligheidsen milieueisen.
Documentafgifte Afgeven van documenten gerelateerd aan voertuigen en hun eigenaren of houders.
10,6 facts & figures
Wie zijn wij? De RDW, voertuigautoriteit in Nederland, bewaakt de veiligheids- en milieuaspecten van het Nederlandse voertuigpark. Daarnaast registreert de RDW de gegevens van voertuigen, hun eigenaren en de afgegeven documenten zoals kenteken- en rijbewijzen. Ook verstrekt de RDW hierover informatie aan autoriteiten in binnen- en buitenland. Met deze specifieke kennis adviseren wij belanghebbenden,
Missie RDW
voeren we overleg in EU- en ECE-verband, spelen we een centrale rol in de internationale informatie-uitwisseling en werken we mee aan fraude-, criminaliteit- en terrorismebestrijding. Alle werkzaamheden vinden plaats in het belang van Nederland in het algemeen en de voertuigbezitters in het bijzonder.
De RDW is voor alle partijen in de voertuigketen de professionele en betrouwbare partner. 4 | RDW JAARVERSLAG 2008
Bijna 10,6 miljoen Nederlanders hebben een auto- en of motorrijbewijs. Meer dan 1,4 miljoen rijbewijshouders mogen een motorfiets besturen. 888.000 mensen zijn gemachtigd om achter het stuur van een vrachtauto of bus te kruipen. De grootste groep rijbewijsbezitters zijn personen tussen de 40 en 54 jaar.
Waar zijn we actief ? Als Nederlandse goedkeuringsautoriteit voert de RDW keuringsactiviteiten uit voor nieuwe voertuigen en onderdelen daarvan. Klanten zijn fabrikanten en importeurs uit de hele wereld. Ook stelt de RDW zijn kennis ter beschikking in
advies- en bijstandstrajecten in andere landen op het gebied van verkeersveiligheid. Daarnaast werkt de RDW samen met zusterorganisaties op het gebied van Europese regelgeving.
Relaties De RDW heeft te maken met vele externe partijen. Van de politie die een auto wil opsporen, tot een fabrikant die een nieuw model ontwikkelt en de voertuigeigenaar die daarmee de weg op wil. Natuurlijk de ministeries, maar ook de ondernemer die een ontheffing nodig
heeft voor een bijzonder transport en de verzekeraar die de wettelijke aansprakelijkheidsverzekering regelt. Voor iedereen wil de RDW een professionele en betrouwbare partner zijn. Het algemeen belang van alle partijen in de voertuigketen staat voorop. RDW JAARVERSLAG 2008 | 5
Tekst: Guus Peters, Fotografie: Keke Keukelaar
Interview: Raad van Toezicht
Tineke Netelenbos, Voorzitter Raad van Toezicht
In het centrum van de mobiliteit De rol van de RDW lijkt in 2008 iets veranderd. Is dat ook uw opvatting? “De RDW is primair opgericht om te zorgen dat kentekens en eigenaren herkend worden. Maar als je kijkt naar de ontwikkelingen door de jaren heen en zeker naar de toekomst, dan zien we de RDW toch meer als een centrum waar alle mobiliteitsvraagstukken en het belang van de hele keten samenkomen. Dan vind ik de aanduiding ‘mobiliteitscentrum’ wel mooi. Daar bedoel ik mee dat we natuurlijk met kentekening en rijbewijzen te maken hebben, maar ook met fiscale regelgeving en met het milieu. We zijn als RDW bijvoorbeeld heel druk bezig de milieukenmerken van auto’s te definiëren.”
Het milieu-aspect gaat in de toekomst een belangrijke rol spelen? “Ja, dat wordt straks zeer belangrijk. Minstens dertig gemeenten zijn bezig met een ander parkeersysteem, deels gebaseerd op milieukenmerken van de auto. Daar heb je kentekengegevens bij nodig. Wij zien onszelf ook als servicecentrum naar de andere overheden; primair was de RDW er altijd voor het Rijk, maar er is natuurlijk niets op tegen dat ook provincies en gemeenten gebruikmaken van de kennis en de informatie van de RDW. Onze gegevens worden ook gebruikt voor handhaving (politie, justitie). Je ziet bovendien dat systemen als ANPR (Automatic Number Plate Recognition) steeds vaker worden toegepast, daar zijn eveneens de RDW-gegevens bij nodig. Net als het systeem van de politie waarbij men probeert via kentekens misdaden op te lossen. Anders Betalen voor Mobiliteit komt er ook aan.”
Dus in de hele mobiliteitsketen… “…is de RDW letterlijk een spin in het web. Dat zou je echt een mobiliteitscentrum kunnen noemen. En dan heb ik het nog niet eens over internationale ontwikkelingen. In toenemende mate zie je dat landen gegevens uitwisselen via het EUCARIS-systeem. Als je vroeger te hard reed in Duitsland, dan merkte je daar nooit meer iets van. Nu wel. Steeds meer landen participeren in EUCARIS. De keten wordt steeds groter en als Raad van Toezicht vinden we Europese coördinatie − in plaats van het ontwikkelen van allerlei verschillende systemen naast elkaar − belangrijk.”
Speelt het naast elkaar bestaan van bestanden ook in Nederland? “Er zijn overheden die vinden dat ze zelf over ons databestand moeten kunnen beschikken. Ik breng daar tegenin dat we bij 6 | RDW JAARVERSLAG 2008
de RDW ongeveer zestigduizend mutaties per dag hebben. Als iedereen dat zelf gaat bijhouden, leidt dat onherroepelijk tot fouten. Vandaar dat gemeenten graag relaties met de RDW aangaan. Ik vind dat het Rijk dat moet toestaan. Er is nog discussie over, maar goedbeschouwd is het allemaal ten dienste van de burger. Je moet altijd in ogenschouw nemen waarom je als RDW in de wereld staat. Wat is er logischer dan de RDW als gegevensbeheerder een rol laten spelen bij alles wat te maken heeft met mobiliteit en voertuigen?”
Wat gaat de burger merken van al die RDWexpertise?
Wie Tineke Netelenbos Wat Voorzitter Raad van Toezicht RDW Leeftijd 65 jaar Huidige auto Volvo XC70 Eerste auto ooit Volkswagen Kever (‘wit, 12 jaar in gereden’)
“We zijn ook in toenemende mate IT-gedreven; de burger kan online informatie krijgen over zijn of haar voertuig en bedrijven kunnen gemakkelijk communiceren met ons over zaken als APK of straks over milieuprestaties van auto’s.”
Waar ligt de focus van de RDW in de nabije toekomst? “ICT-ontwikkelingen worden op korte termijn steeds belangrijker. We zijn als Raad van Toezicht onlangs uitgebreid geïnformeerd over Anders Betalen voor Mobiliteit, privacyen betrouwbaarheidsvraagstukken die daarbij aan de orde zijn, e-governance… dat zijn allemaal ontwikkelingen die niet te stuiten zijn. We participeren nu in een proef in de regio Zoetermeer met zogenaamde On Board Units (OBU’s) in een aantal auto’s. Daarbij krijgen mensen een premie wanneer ze de auto tijdens de spits laten staan. Bij zo’n systeem worden álle verkeersbewegingen geregistreerd. Dat gaat behoorlijk ver; dan zie je dat de privacy straks goed geregeld moet worden.”
Komen er nieuwe taken op de RDW af? “We hebben voortdurend nieuwe taken. Het participeren in Anders Betalen voor Mobiliteit, de hele milieu-indeling van het autopark, dat is een enorme taak. Alle auto’s moeten in categorieën worden ingedeeld, dat is nog niet zo simpel. We hebben wél afgesproken dat als de overheid ons nieuwe taken opdraagt, daar ook een budget bij hoort. We doen bij de RDW niets meer gratis. We moeten al inleveren op de personeelsformatie vanwege de algemene taakstelling van de overheid, maar we zijn aan de andere kant tariefgefinancierd. De RDW kan zich geen wachtlijsten permitteren, want dan worden burgers terecht heel erg boos. Het zal duidelijk zijn dat in de toekomst eerder meer werk op de RDW afkomt dan minder.”
De in dit Jaarmagazine opgenomen financiële informatie over het boekjaar 2008 is gecontroleerd door KPMG. Het complete wettelijk Jaarverslag 2008, inclusief volledige jaarrekening 2008 en accountantsverklaring, treft u aan op www.rdw.nl. De Raad van Toezicht heeft dat wettelijk jaarverslag in de vergadering van 13 maart 2009 goedgekeurd. De Raad van Toezicht legt over haar eigen functioneren verantwoording af aan de minister van Verkeer en Waterstaat in een afzonderlijke rapportage. Ook deze rapportage is te lezen op www.rdw.nl. Zoetermeer, 24 april 2009 Raad van Toezicht, Mw. T. Netelenbos Drs. P.P.J.J.M. van Besouw Mw. dr. P.C. Plooij-van Gorsel Mr. P.W. de Kam C.A. Vrins
RDW JAARVERSLAG 2008 | 7
Tekst: Lucas Boot
Dit was 2008 In 2008 is weer het nodige gebeurd en gewijzigd binnen de geledingen van de RDW en met betrekking tot het wegverkeer. Zoveel zelfs dat we er een boek over zouden kunnen schrijven. Doen we niet, natuurlijk. In plaats daarvan zetten we de belangrijkste gebeurtenissen voor u op een rij.
Januari Fietsdiefstalregister online Eind januari werd het landelijke fietsdiefstalregister voor alle Nederlanders online inzichtelijk. Via de website www.fietsdiefstalregister.nl kan iedereen controleren of een fiets als gestolen geregistreerd staat. Handig, voor wie een tweedehands fiets wil kopen, maar de boel niet vertrouwt. In het register worden alle aangiftes van fietsdiefstal verwerkt; zowel de aangiftes die op het politiebureau binnenkomen als aangiftes die via internet worden gedaan. Het register bevat ruim 4,5 miljoen fietsen en wordt beheerd door de RDW.
Twinning met Bulgarije
De expertise van de RDW reikt verder dan ons land alleen. Zo startte de RDW in 2008 een Twinningproject met de Bulgaarse verkeerspolitie. De RDW was gevraagd door de EVD om Bulgarije te assisteren bij het verbeteren van de voertuigregistratie. Er zijn diverse Bulgaarse autoriteiten die zich hiermee bezighouden, maar de onderlinge en internationale gegevensuitwisseling is beperkt. Aan de RDW de taak om de huidige situatie te inventariseren en te vergelijken met andere landen én hierover aanbevelingen ter verbetering te doen.
APK-frequentie gewijzigd
Sinds 1 januari 2008 is de keuringsfrequentie voor de APK gewijzigd. Er wordt vanaf nu onderscheid gemaakt tussen verschillende brandstoffen. Nieuwe benzineauto’s (op de weg vanaf 1 januari 2005) hoeven pas vier jaar na toelating op de weg te worden gekeurd; daarna twee keer om de twee jaar en vervolgens ieder jaar opnieuw. Auto’s die op diesel of LPG rijden, moeten net als voorheen de eerste keer na drie jaar ‘op’ voor een APK, daarna moeten ze jaarlijks worden gekeurd. Auto’s ouder dan 30 jaar hoeven slechts om de twee jaar te worden gekeurd. Modellen van vóór 1 januari 1960 zijn gevrijwaard van de keuringsplicht. 8 | RDW JAARVERSLAG 2008
Identificatie gestolen auto’s
Gestolen auto’s worden in het criminele circuit steeds vaker een makkelijk ruilbaar en internationaal geaccepteerd betaalmiddel. Een effectief wapen in de strijd tegen de handel in gestolen voertuigen, is het identificeren van verdachte voertuigen. Nu klinkt dat achterhalen van de juiste identiteit aanzienlijk eenvoudiger dan het in de praktijk is. Het is specialistenwerk, dat werd uitgevoerd door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Sinds 2008 is die taak volledig overgedragen aan de RDW. Doordat de RDW de onderzoeken nu zelf uitvoert, wordt de doorlooptijd aanzienlijk verkort.
Mei
Nieuw kenteken: drie letters
Een historisch moment in mei: minister Camiel Eurlings van Verkeer en Waterstaat en RDW-directeur Johan Hakkenberg overhandigen in Driebergen het eerste exemplaar van het nieuwe, drieletterige kenteken voor personenauto’s aan een nietsvermoedende automobilist, die net een auto had gekocht. Het kenteken met twee cijfers, drie letters en één cijfer lijkt in eerste instantie wat merkwaardig, maar uit onderzoek van TNO blijkt dat dit de best leesbare combinatie is, waarmee drie miljoen nieuwe voertuigen gekentekend kunnen worden.
Grootscheepse voertuigcontrole De RDW heeft vorig jaar verschillende voertuigen gecontroleerd die vóór 1995 op naam waren gezet en waarvan werd vermoed dat ze niet meer op de weg kwamen. Met deze controle wilde de RDW voorkomen dat mensen onterecht brieven of boetes zouden krijgen voor het op naam hebben van een onverzekerd of ongekeurd voertuig. De RDW wilde natuurlijk ook zeker zijn van een correcte registratie van voertuigen, zodat alle voertuigen rechtmatig gecontroleerd kunnen worden op een geldige APK en Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering (WA).
Maart Verzekeringscheck
De RDW heeft in maart brieven naar eigenaren van onverzekerde scooters, brommers en snorfietsen gestuurd met het advies hun voertuig alsnog te laten schorsen of te verzekeren. Een verzekering is volgens de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM) namelijk verplicht, ook als het voertuig niet wordt gebruikt. Achteraf bleek dat een aantal bedrijven met scooters, brommers en snorfietsen in de bedrijfsvoorraad geen (collectieve) verzekering hadden afgesloten. In sommige gevallen had de verzekeringsmaatschappij verzuimd de verzekering te registreren bij de RDW.
Juni
Jaaroverzicht
5
RDW vijfde beste werkgever
De RDW gooide in 2008 hoge ogen in het Intermediair Beste Werkgevers Non-Profit Onderzoek. Intermediair nam de arbeidsvoorwaarden en de tevredenheid van werknemers mee in het eindoordeel. De RDW eindigde op een eervolle vijfde plek.
Toezichtbeleid gestroomlijnd
De RDW wil zo klantgericht en efficiënt mogelijk werken. Mede daarom en op verzoek van de voertuigbranche heeft de RDW het toezichtbeleid Erkenningen in juni gestroomlijnd. In het vernieuwde beleid gelden bij vergelijkbare overtredingen dezelfde sancties voor de diverse erkenningen en bevoegdheden, zoals APK, bedrijfsvoorraad en handelaarskentekenbewijzen en de inbouw van LPG-installaties. RDW JAARVERSLAG 2008 | 9
Juli
Jaaroverzicht
Tariefsverlaging keuringen, toeslagen en ontheffingen De RDW heeft per 1 juli een flink aantal tarieven voor keuringen, toeslagen en ontheffingen verlaagd. Zo zijn veel keuringstarieven met 5 euro gedaald. De toeslag voor bijvoorbeeld een dieselroetmeting bedraagt sinds juli geen 20 maar 15 euro en het laten wegen van een personenauto kost nog maar 5 euro. De gunstige conjunctuur en de door de RDW gerealiseerde efficiency maakten deze tussentijdse tariefsverlagingen mogelijk.
September
Sinds 1 juli 2008 is het kentekenregister van de RDW officieel de ‘basisregistratie voertuigen’ voor de overheid. Het register, waar tientallen overheidsinstanties gebruik van maken, behoort daarmee tot één van de tien basisregistraties in Nederland. Dit stelsel van basisregistraties gaat ervoor zorgen dat burgers en bedrijven hun gegevens in de toekomst maar één keer hoeven door te geven. Overheidsorganen zijn dan verplicht de informatie uit elkaars registratie te halen en bij twijfel elkaar te informeren.
Kentekenbewijs en kentekenplaat gescheiden
Sinds eind september hoeven voertuigeigenaren bij verlies of diefstal van hun kentekenbewijs geen nieuwe kentekenplaten meer aan te schaffen. Voortaan moet alleen het kentekenbewijs worden vernieuwd. Andersom geldt hetzelfde. Dus is de kentekenplaat vermist, dan is de aanvraag van nieuwe papieren niet langer noodzakelijk. Hiermee besparen gedupeerden tijd én geld. Om het nog makkelijker te maken: een nieuw kentekenbewijs kan via www.rdw.nl worden aangevraagd.
A u g u st u s 60-tonners toegestaan
Minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat heeft in 2008 besloten om 60 ton voor Lang en Zwaar Vervoer (LZV) toe te staan. De RDW mag hierdoor vergunningen afgeven voor dit exceptionele transport. Dankzij de toezegging van de minister kunnen vrachtwagens nu meer lading in één keer vervoeren. En dat levert veel voordeel op; minder verkeer op de weg, aanzienlijke brandstofbesparing én minder CO2-uitstoot. 10 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
EUCARIS wint award
U heeft ’m wellicht al eens voorbij zien snorren, de Segway. Sinds 1 juli is dit elektrisch aangedreven, zelfbalancerende eenpersoons ‘scootertje’ toegestaan op de openbare weg. Sinds medio oktober is het bovendien verplicht de Segway te voorzien van een kentekenplaat. Om deze te verkrijgen, moet de tweewiels-Segway worden gekeurd op een keuringsstation van de RDW.
Het ‘European car and driving license Information system’ (EUCARIS), een initiatief van de RDW, sleepte in november de iGovernment 2.0 Award in de wacht. Deze prestigieuze prijs, onder auspiciën van de Europese Commissie, werd uitgereikt voor het beste Europese project op het gebied van gegevensuitwisseling binnen de Europese digitale overheid. De jury koos EUCARIS als het meest innovatief, praktisch, toepasbaar en overdraagbaar. EUCARIS wordt in 19 landen gebruikt om informatie uit te wisselen over voertuigen en rijbewijzen.
December Top(klanten)service
De klantenservice van de RDW heeft in december het officiële ITO-keurmerk gekregen. De RDW is de eerste overheidsorganisatie die het keurmerk ontving voor zowel telefonie als e-mailafhandeling. Het ITO-certificaat is een bewijs dat een organisatie voldoet aan de strenge normen die het ITO (Instituut voor Telecom Organisatie) stelt aan klantenservice. Het keurmerk wordt toegekend aan bedrijven waarvan de dienstverlening wordt gekenmerkt door hoge kwaliteit, betrouwbaarheid en bereikbaarheid. De onafhankelijke stichting ITO zet zich in voor de kwaliteitsverbetering van de klantenservice van organisaties in Nederland.
November
Kentekenregister wordt basisregistratie
Oktober
Segway op kenteken
Nieuwe kentekens brommers
Brom- en snorfietsen zijn in december overgegaan op weer een nieuwe kentekenserie. Op de kentekenplaat staat nu een combinatie van één letter, drie cijfers en twee letters. Met de nieuwe combinatie voorziet de RDW ongeveer 511.000 nieuwe brom- en snorfietsen van een kenteken. Sinds 1 september 2005 zijn in totaal 890.000 brom- en snorfietsen op kenteken gezet. Daardoor zijn de series met twee cijfers, drie letters en een cijfer al helemaal gebruikt.
Proef Spitsmijden De RDW was wederom een van de deelnemers van de tweede proef Spitsmijden die in september van start ging. Automobilisten die dagelijks het traject Gouda – Den Haag (A12) rijden, kregen tijdens de proef een beloning als ze dit traject meden tijdens de spits. Op de route kon zo’n 8 euro per dag worden ‘verdiend’. De RDW is al sinds de eerste proef in 2006 bij het project Spitsmijden betrokken.
Kwaliteitscertificaat gastankwagens
De Raad voor Accreditatie (RvA) heeft eind november een kwaliteitscertificaat uitgereikt waarmee de RDW gastankwagens mag keuren volgens de nieuwe EU-richtlijn Transportable Pressure Equipment (TPED). Deze richtlijn houdt in dat de goedkeuring van een tankwagen geldig is in alle EU-landen. De gastank hoeft bij import of export binnen de EU dus niet opnieuw gekeurd te worden. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 11
Interview: Directie
Tekst: Guus Peters, Fotografie: Keke Keukelaar
Johan Hakkenberg en Hans van Santen, DIRECTIE
Een jaar met twee gezichten Johan: “Eigenlijk hebben we twee halve jaren gehad in 2008.” Hans: “Een jaar met twee gezichten. De eerste negen maanden waren traditioneel, gingen goed, maar het laatste kwartaal konden we de recessie wel voelen.” Johan: “Dat kwam vooral door de tegenvallende inkomsten. De autoverkopen zakten in, wat wij merkten in een verminderde afgifte van kentekenbewijzen. Ook hebben we minder typegoedkeuringen verricht; fabrikanten zetten nieuwe ontwikkelingen gewoon op een laag pitje. Ten slotte nam ook het aantal APK’s af.” Hans: “De eerste negen maanden was er een groei in onze omzet. Die groei zagen we zeker de laatste paar maanden stagneren.” 12 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Johan: “We hebben onze begroting van 2009 al bijgesteld, naar aanleiding van die cijfers. Helemaal niemand in de branche heeft de recessie zien aankomen. De autobranche hoopte volgens de prognoses in 2008 weer eens door de grens van 500.000 auto’s te breken, maar daar heeft de crisis een stokje voor gestoken. Wij moeten daar natuurlijk op reageren, uit oogpunt van onze exploitatierekening. Als onze omzet daalt terwijl de kosten gelijk blijven, krijg je te maken met een exploitatietekort. Nu kan de RDW financieel gezien wel een stootje hebben, maar we moesten wel reageren. Dat hebben we gedaan door 15 miljoen op de begroting van 2009 te bezuinigen. Wij wilden zeker op dit moment de tarieven niet verhogen.” Hans: “Dat is eind vorig jaar al voorbereid. Toen wisten we al dat de crisis ons ook zou raken én dat we adequaat moesten reageren. We gingen aanvankelijk uit van 1 procent groei, maar we stevenen nu af op 20 procent
“We hebben onze belangrijkste doelstellingen voor 2008 gehaald” Wie
Wie
Hans van Santen
Johan Hakkenberg
Wat Directeur bedrijfsvoering RDW Leeftijd 55 jaar Huidige auto Toyota Yaris Eerste auto ooit Daihatsu Charade (geel)
Wat
Algemeen directeur RDW Leeftijd
58 jaar Huidige auto Nissan X-Trail Eerste auto ooit Renault 8 R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 13
Interview: Directie
‘In deze tijd van recessie moet je je voorbereiden op een toekomst waarin de markt weer gaat aantrekken’
achteruitgang bij sommige inkomsten, zoals bij kentekenbewijs delen IA.” Johan: “Als er honderdduizend auto’s minder worden verkocht, scheelt dat 100.000 registraties à 39 euro. Dat is een kleine 4 miljoen euro. De kentekenregistratie is een verregaand geautomatiseerd proces; we kunnen daar niet even wat minder mensen opzetten. Zoveel mensen werken er niet eens aan. Wij hebben het probleem dat we de inkomsten zien teruglopen, terwijl de kosten min of meer gelijk blijven als we niets doen.” Hans: “De kracht van deze organisatie is dat we in staat zijn snel te reageren. We bekijken ook in hoeverre we hier ons voordeel mee kunnen doen; zijn er nieuwe taken denkbaar, moeten we de huidige processen anders bekijken? Het kan ook een prikkel zijn voor creativiteit. Die creativiteit is kenmerkend voor de mensen hier, zij komen zelf ook met suggesties voor oplossingen.” Johan: “Feit is wel dat we onze belangrijkste doelstellingen voor 2008 hebben gehaald. Onze prestatie-indicatoren staan gewoon op groen. Met de APK halen we de juiste percentages, onze telefonische bereikbaarheid is goed, de ICT-vernieuwing is doorgezet, het aantal klachten is gedaald. De RDW heeft goed gedraaid in 2008, we hebben een aantal belangrijke projecten in gang gezet. Zo hebben we een belangrijke bijdrage geleverd aan ‘Anders Betalen voor Mobiliteit’.” Hans: “Ook het digitaliseringprogramma is doorgezet. Een vervangend kentekendocument kun je nu digitaal bij ons bestellen.”
14 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Johan: “Op milieugebied is eveneens het nodige gedaan. Elke auto wordt straks in een bepaalde emissieklasse ingedeeld. Dat is van belang voor bijvoorbeeld de invoering van milieuzones door gemeenten, of voor het toepassen van gedifferentieerde parkeertarieven.” Hans: “Begin 2008 was de keuring van de Segway een punt. De vraag was: is dat nu een voertuig of niet? En zo ja, welke eisen ga je eraan stellen? Het is geen step, geen fiets, geen brommer.” Johan: “Er bestaat geen Europese regelgeving voor. En de vraag was: áls ze gaan rijden, wáár dan? Op de stoep, de rijbaan of het fietspad? En hoe behandel je Segway-bestuurders in geval van een ongeluk? De politie vreesde al voor de handhaving. Aanvankelijk wilden we de Segway niet toelaten, maar de Kamer oefende druk uit op Verkeer en Waterstaat en Justitie. De beste oplossing was: een kenteken verplicht stellen en er een speciale bromfietscategorie aan koppelen.” Hans: “Herziening van het voertuigreglement is ook een belangrijke ontwikkeling. Er wordt in ons land veel gepraat over regeldruk. De herziening komt vooral fabrikanten tegemoet; als je nu iets wilt wijzigen in het voertuigreglement, kunnen we als RDW sneller opereren. Het is vooral een verlichting van het juridisch bouwwerk.” Johan: “De nationale regelgeving voor voertuigen is stapje voor stapje vervangen door Europese eisen. Er bestonden lange tijd twee systemen naast elkaar. Het ene systeem is inmiddels uitgefaseerd en nu bekijken we of we het Europese systeem kunnen vereenvoudigen en naar een lager niveau van regelgeving kunnen brengen.”
Hans: “In het verlengde daarvan houden we ons bezig met de modernisering van de APK. We gaan bijvoorbeeld ook airbags en elektronische systemen in de auto, zoals het motormanagement, betrekken bij de keuring. Dat wordt in fases ingevoerd vanaf 1 mei 2009.”
van een voertuig kunt regelen. Bovendien mogen garages nu alleen de tenaamstelling doen van auto’s uit de eigen bedrijfsvoorraad. We kijken nu of het mogelijk is dat ze ook andere voertuigen te naam stellen. Dat is ook een reactie op het verdwijnen van de postkantoren.”
Johan: “Naast de kwantiteit bekeken we vooral ook de kwaliteit van de APK. Rond de zomer heeft een stuurgroep tien aanbevelingen voor de korte termijn gedaan en ook een aantal die wat meer studie nodig hebben. Daar is vrij snel een besluit over genomen door minister Eurlings.”
Hans: “We stellen eisen aan de kwaliteit van verkooppunten die de postkantoren gaan vervangen. En aan de verspreiding ervan; we willen dat er tussen de 650 en de 800 verkooppunten komen, met gekwalificeerd personeel.”
Hans: “We hebben in 2008 veel energie gestoken in de ontwikkeling van de RDW. Ons doel was om een nóg proactievere organisatie worden en om de klant nóg centraler stellen. Daar is een aantal activiteiten voor ontwikkeld. De meest aansprekende is dat we een nieuwe managementleergang hebben ontwikkeld, genaamd Tools 2. Het hele middenkader doet daar inmiddels aan mee. We willen de managers beter in staat stellen om leiderschap te ontwikkelen, de klant centraal te stellen en kansen en mogelijkheden te benutten.” Johan: “Zij moeten meer ruimte krijgen voor eigen initiatief. Binnen de RDW moet het besef doordringen dat je niet meer alles centraal kunt regelen en sturen. Alles wordt ingewikkelder, we moeten sneller opereren en werknemers hebben meer ruimte nodig. Kijk, als je iets moet opbouwen in crisistijd dan moet van bovenaf strak gemanaged worden. Maar als je organisatie goed loopt, zoals bij de RDW het geval is, dan kun je meer loslaten, meer ruimte geven, meer van vertrouwen uitgaan. De organisatie kan dan de kwaliteit van de medewerkers beter tot zijn recht laten komen.” Hans: “Het contract met de postkantoren is met drie jaar verlengd. De eenvoudigere diensten zijn gedigitaliseerd. Voor bijvoorbeeld het schorsen van een voertuig of het aanvragen van een vervangend kentekendocument hoef je nu niet meer naar het postkantoor. Daar wordt al veel gebruik van gemaakt.” Johan: “De autobranche moest daar aanvankelijk behoorlijk aan wennen. Langzamerhand worden ook de meer ‘gevoelige’ diensten gedigitaliseerd. We willen toe naar een situatie waarin je online bijvoorbeeld ook de tenaamstelling
Johan: “Het bestuurlijke klimaat zit ons af en toe wel in de weg. Op nieuwe ontwikkelingen wordt nu een rem gezet of het duurt lang voordat tot besluitvorming wordt gekomen.” Hans: “We hechten als RDW groot belang aan voortdurende vernieuwing en verbetering van efficiency. Elk jaar moet minimaal 2 procent productiviteitsverbetering worden gerealiseerd. Daarenboven heeft het kabinet ons opdracht gegeven een besparing te realiseren van een aantal formatieplaatsen. Wij moeten er echter voor waken dat door deze taakstelling vernieuwing van processen en werkwijzen in het gedrang komen. In tijden van recessie is het soms handiger om juist nieuwe dingen aan te roeren en op die manier je werkgelegenheid te behouden. Daar is niet zoveel begrip voor. We sluiten 2008 af met een tekort van 7,1 miljoen, terwijl we een tekort van 2,3 miljoen hadden geprognosticeerd. Daar zijn wel allerlei verklaringen voor, maar het geeft aan dat we exploitatietekorten laten zien die niet des RDW’s zijn. Voor 2009 komt het exploitatietekort naar verwachting uit op 10,5 miljoen. De terugval in activiteiten door de recessie gaat ons raken.” Hans: “In deze tijd van recessie moet je de vernieuwingsparagraaf niet stoppen. Je moet je juist voorbereiden op een toekomst waarin de markt weer gaat aantrekken. Als je nu alleen op de winkel gaat passen, doe je iets niet goed. We moeten blijven investeren.” Johan: “Anders gezegd: door de recessie loop je deuken en schrammen op. Maar je moet die deuk niet groter laten worden dan strikt noodzakelijk. Het is onze verantwoordelijkheid die schade zo klein mogelijk te houden, zodat wij fris aan de start verschijnen als het straks weer beter gaat. Want we hebben bij de RDW vertrouwen in de toekomst.” R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 15
mijn eerste auto (I)
Tekst en beeld: Liselore Chevalier
Wim Tepper
Je eerste auto. Het is net als je eerste liefde: je vergeet het nooit meer. We vroegen een aantal RDW-medewerkers naar hun eerste auto. Het resultaat is een verzameling mooie anekdotes.
Medewerker Klantenbeheer en Informatie - RDW Veendam “Dankzij het Variomatic-versnellingssysteem trok mijn okergele Volvo 66 uit 1978 er menig snelle BMW bij het stoplicht wel uit. Daarna hield het een beetje op, want hij ging niet harder dan 110 kilometer per uur. Een lekke koppakking betekende het einde van deze eerste auto. Iedereen die toen achter me reed, verdween volledig in de rook. Gelukkig heeft hij voor die ‘ontploffing’ nog in de Autovisie gestaan, in een artikel over de overeenkomsten en verschillen tussen de Daf 66 en de Volvo 66. Hij leefde dus toch een beetje voort.”
Stefan van Leeuwen
Tom van der Laan
Huismeester - RDW Groningen “Met dochter Lente op komst werd het in januari 2008 tijd voor mijn eerste auto, een Ford Focus uit 1999. Het is een ideale gezinsauto, ik zou geen andere auto meer willen rijden. Alles past erin en hij rijdt als een lentezonnetje.”
Tester - RDW Groningen “Toen ik in 1975 terugkwam van een jaar High School in Amerika, kreeg ik als welkomstgeschenk van mijn vader een vijf jaar oude Daf 33. Ik hing de auto vol met Amerikaanse nummerplaten en stickers. Toen ik een jaar later een stoeprand raakte, betekende dat het einde van mijn prachtige Dafje.”
Selina Smits Hans van Geenhuizen Persvoorlichter - RDW Zoetermeer “De Triumph Spitfire uit 1978 heb ik langs de kant van de weg gekocht in 1983. De jongen die hem verkocht was er zo zuinig op dat ik niet eens een testritje mocht maken, omdat hij bang was dat er wat zou gebeuren. Toch heb ik hem gekocht. Het Spitfire-virus deelde ik met andere Spitfire-liefhebbers in de Triumph Spitfireclub. Ondanks vele dure reparaties heb ik ongelooflijk veel plezier gehad van deze auto.”
Controller - RDW Groningen “In 2003 kocht ik van mijn buurman een Volkswagen Golf, bouwjaar 1989. Hij kostte maar 600 euro en we – mijn man en ik – wisten dat het een goede auto was. Wij hebben de auto op een gegeven moment verkocht voor 550 euro, omdat de kosten voor reparatie hoger waren dan de aanschafprijs. Het is een goede auto gebleven, want ik zie hem nog steeds rondrijden.”
Margreet van der Klei-Spieker Medewerker Klantenbeheer en Informatie - RDW Veendam “Mijn eerste auto was een rode tweedehands Daihatsu Cuore uit 1991. Een superauto, tot de dag in 1999 waarop ik te horen kreeg dat ik een vaste aanstelling bij de RDW kreeg. In jubelstemming reed ik naar huis. Ik sloeg nog eens een vreugdekreet en dacht vervolgens: heb ik zo’n slechte adem? Staat er iets in brand? Toen begon het ook nog eens te sneeuwen, in de auto! Bleek de kachelradiateur kapot te zijn. De Cuore mocht geen meter meer rijden. Omdat er meer gebreken verwacht werden, heb ik besloten: een nieuw RDWcontract, een nieuwe Cuore.”
Hans Noordhuis
Wendy Baar
Bjorn van der Schaaf IT-auditor - RDW Groningen “Toen het voor mijn tachtigjarige opa toch echt te gevaarlijk werd om de openbare weg op te gaan, zei mijn vader tegen hem: ‘Geef die Datsun Cherry uit 1982 maar aan je kleinzoon.’ De auto had tien jaar voor de deur gestaan en maar 10.000 km op de teller, dus ik heb er nog heel lang in kunnen rijden.”
16 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Secretaresse - RDW Groningen “Mijn zus en ik hadden samen een Volkswagen Golf uit 1989. De eerste keer dat mijn zus daarin reed, nam ze een scherpe bocht met zoveel snelheid, dat ik dacht dat we het niet zouden overleven. Toen we wonderbaarlijk genoeg niet omsloegen of uit de bocht vlogen, was het enige wat mijn zus zei: ‘woeiiiiiiii’. Het was de laatste keer dat ik bij mijn zus in de auto stapte.”
Netwerkbeheerder - RDW Groningen “Ik kocht mijn Toyota Starlet uit 1981 bij het dealerbedrijf van mijn toenmalige schoonvader. Als deze auto de sleutel róók, dan startte hij al, geweldig. De auto is uiteindelijk bij mijn ex-partner gebleven. Wat ik nog wel heb, is een knuffeltje uit die tijd. Dit ‘snelheidsduiveltje’ heb ik op de kermis gewonnen en rijdt als een soort talisman al vanaf mijn eerste auto met me mee. Het heeft al heel wat auto’s overleefd.”
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 17
strategische activiteiten
Strategische
activiteiten & belangrijkste projecten Doelstelling 1: Waarborgen van de continuïteit van dienstverlening ICT-Systemen ICT vormt een cruciale component in de dienstverlening van de RDW. Zeker gezien de intensivering van het gebruik van ICT de afgelopen jaren en de groei in het aantal informatiesystemen en daardoor de complexiteit. Deze groei vertaalt zich door naar een hoger ICT-aandeel in de totale RDW-bedrijfsvoeringskosten. De beheersing hiervan heeft in 2008 onder meer vorm gekregen door een verbeterde interne afstemming tussen ICT en de verschillende afdelingen en divisies, door de invoering van ‘Enterprise Architectuur’ en door structureel een ‘opruimkalender’ te hanteren. Doel is om de beheersingsmaatregelen te integreren in de dagelijkse bedrijfsvoering. De vraag naar ICT-inzet is nog steeds groeiende, zowel vanuit de RDW als daarbuiten. De komende jaren zal extra investering en aandacht voor dit onderwerp nodig blijven. De RDW zorgt ook voor de algemene bescherming van zijn informatie, de informatiebeveiliging. Het doel is om via een bewuste afweging van risico’s en kosten te komen tot het juiste beveiligingsniveau. In 2008 is het informatiebeveiligingsbeleid opgesteld conform ISO 27001. Dit houdt in dat er een standaardmethode is om informatiesystemen te classificeren, dat er twee risicoanalysemethodes zijn (beperkt en volledig) en dat het normenstelsel op hoofdlijnen is toegewezen aan specifieke afdelingen. 18 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Het project Generieke Internettoegang (GIT) heeft de manier waarop klanten zich via internet identificeren bij de RDW als een losse functie geïmplementeerd. Hierbij is gebruik gemaakt van open standaarden, zodat de RDW eenvoudiger kan aansluiten bij standaarden binnen het overheidsdomein (bijvoorbeeld DigiD). Ook kunnen de authenticatiemiddelen technisch beschikbaar worden gesteld voor derde partijen en is de interne productieomgeving beter afgeschermd. In het kader van de betrouwbaarheid en veiligheid van ICT-systemen is in 2008 daarnaast een faciliteit ingericht voor het vastleggen van log-informatie en de analyse daarvan. Tot slot voldoet de RDW, evenals voorgaande jaren, aan het Voorschrift Informatiebeveiliging Rijksdienst (VIR).
Verstrekkingenbeleid en Basisregistratie Voertuigen Vanaf 1 juli 2008 is het kentekenregister van de RDW officieel de basisregistratie voertuigen voor de Nederlandse overheid. Het register behoort daarmee tot een van de tien basisregistraties in Nederland. Dit stelsel van registraties omvat verder bijvoorbeeld de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA), het Handelsregister en de Basisregistratie Kadaster. Het doel van het stelsel is om de dienstverlening van de overheid naar
burgers en bedrijven te verbeteren. Dit kan door gegevens die al geregistreerd zijn, zoals naam, adres en vestigingsplaats, binnen de overheid breed te delen. De overheid heeft zich tot doel gesteld om op termijn de gegevens nog maar één keer bij burgers en bedrijven opvragen. Dit bespaart hun tijd en moeite in het contact met de overheid, waardoor de administratieve lasten afnemen. Ook draagt het bij aan effectieve fraudebestrijding, wetshandhaving en kostenbesparing. Het kentekenregister van de RDW fungeert al jaren als een zeer betrouwbaar, volledig en actueel register van voertuiggegevens en gegevens van eigenaren/houders. Tientallen overheidsorganisaties en in een aantal gevallen ook bedrijven, gebruiken de gegevens uit het register. Het instellen van een basisregister zorgt voor een eenduidige toegang tot voertuig- en daarmee samenhangende gegevens in Nederland. De komende jaren voeren de RDW en ook de afnemers van de gegevens noodzakelijke aanpassingen door. Zo komt er een terugmeldplicht voor overheidsinstanties bij twijfel aan de juistheid van gegevens. Bij gebleken onjuistheden start de RDW een onderzoek. Ook moderniseert de RDW de gegevensverstrekking uit het kentekenregister. Op deze wijze worden gevoelige gegevens nog beter beschermd. Er is exact vastgelegd welke (combinaties van) te verstrekken gegevens gevoelig zijn voor de privacy, fraude en ook welke de
vrije markt te zeer beïnvloeden. Daarbij verscherpt de RDW het toezicht op het gebruik van gevoelige gegevens. Niet-gevoelige gegevens worden voortaan ruimer verstrekt. Met de afnemers van voertuiggegevens overlegt de RDW het komende jaar wanneer het verplichte gebruik van de basisregistratie voertuigen in werking kan treden.
Administratieve lasten De RDW werkt mee aan de kabinetsdoelstelling om de administratieve lasten voor met name bedrijven, maar ook voor burgers, verder te reduceren. De RDW realiseert dit onder andere door voorstellen te doen voor het vereenvoudigen van wetgeving, het verbeteren van de efficiency en het afschaffen van regelingen. In 2008 zijn in dit kader twee projecten afgerond. Ten eerste het ontkoppelen van de kentekenplaat en het kentekenbewijs, zodat bij verlies niet beide vervangen hoeven te worden. Dit levert voor bedrijven een reductie op van 3,3 miljoen euro en voor burgers 1,8 miljoen euro (185.142 uur). Daarnaast is de APK-frequentie voor personenauto’s en lichte bedrijfswagens gewijzigd en is de APK voor oldtimers vervallen. Dit levert voor bedrijven een reductie op van 2,8 miljoen euro en 8,6 miljoen euro (400.000 uur) voor burgers.
Doelstelling 2: Voor onze doelgroepen onze wettelijke en opgedragen taken goed uitvoeren De RDW streeft ernaar om zowel bestaande dienstverlening te blijven verbeteren en om nieuw opgedragen wettelijke taken goed uit te voeren.
Verbeteren van bestaande dienstverlening
Inmiddels is er een zakelijke dienst beschikbaar en kunnen particulieren inzicht krijgen in welke voertuigen op hun naam geregistreerd staan. OVI had in 2008 34,2 miljoen opvragingen. De digitale diensten zijn te bereiken via www.rdw.nl, het burgerportaal https://burger.rdw.nl en www.mijnoverheid.nl. In 2009 gaat de RDW verder met het aanbieden van diensten via internet aan verschillende doelgroepen. Zo kunnen vanaf het voorjaar 2009 voertuigen online worden geschorst.
Elektronische dienstverlening door de RDW
Klantcontactcentrum ITO-gecertificeerd
Op het gebied van elektronische dienstverlening was 2008 een belangrijk jaar. Sinds eind 2007 kunnen klanten online een vervangend kentekenbewijs aanvragen. Dit blijkt een groot succes te zijn. De RDW handelde in 2008 maar liefst 113.281 elektronische aanvragen via deze dienst af. In december werd meer dan 70 procent van de aanvragen voor een vervangend kentekenbewijs online afgehandeld. Ook is het gebruik van DigiD mogelijk gemaakt. Online Voertuig Informatie (OVI), een digitale dienst die de RDW al langer aanbiedt, is in 2008 verder uitgebreid.
‘De klant centraal’ en ‘in één keer goed’ zijn veelgehoorde uitspraken bij het Klantcontactcentrum (KCC) van de RDW. Om dit kracht bij te zetten en te laten zien dat afspraken rondom klantafhandeling zijn vastgelegd en worden nageleefd, heeft het KCC begin 2008 bij het Instituut voor Telecom Organisatie aangegeven in aanmerking te willen komen voor het ITO-keurmerk. De stichting ITO heeft een kwaliteitskeurmerk ontwikkeld voor organisaties die klantenservice verlenen via telefoon en internet (e-mail en webforms) en die hun streven naar klantgerichtheid R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 19
strategische activiteiten
196.000
In 2008 werden alle personenauto’s van 25 jaar en ouder gekenmerkt als oldtimer. In totaal zijn bijna 196.000 auto’s in of voor 1983 gebouwd. De kans dat u een oldtimer-motorfiets tegenkomt is nog veel groter. Eén op de vijf motorfietsen is van voor 1983. Voor de RDW is een oldtimer overigens nog een stuk ouder, de Belastingsdienst hanteert 25 jaar en ouder, de RDW definieert oldtimers als voertuigen van 30 jaar en ouder.
willen bekronen met een onafhankelijke en objectieve certificering. Medio 2008 is het KCC ITO-gecertificeerd. De RDW is de eerste overheidsorganisatie met een keurmerk voor zowel telefonie als e-mailafhandeling.
Introductie van Regeling Voertuigen (IVR) In 2008 is hard gewerkt aan het voorbereiden van nieuwe voertuigregelgeving. De nieuwe Regeling Voertuigen gaat op 1 mei 2009 in. De nieuwe regeling introduceert de Europese typekeuring voor voertuigcategorieën die dat momenteel nog niet hebben op Europees niveau, zoals bedrijfsauto’s en aanhangwagens. Het project behelst ook een reeks inhoudelijke verbeteringen die voortkomen uit het overheidsbrede project ‘Beter geregeld’. Tot slot bleken ook vereenvoudigingen in de regelgeving mogelijk. Naast deze inhoudelijke wijzigingen is de regelgeving juridisch gezien op een een lager niveau gebracht. Hierdoor zijn de regels in de toekomst eenvoudiger en daarmee sneller aan te passen aan veranderende omstandigheden. Inmiddels heeft de RDW de impact van alle veranderingen in kaart gebracht en zijn er plannen gemaakt voor de daadwerkelijke implementatie in mei 2009.
Modernisering APK Al enige tijd bestond de wens om de inhoud van de APK kritisch te bezien en ook meer in overeenstemming te brengen met de moderne autotechnieken. Binnen het project IVR was hiermee al een begin gemaakt. In 2008 heeft de RDW een advies uitgebracht aan de minister van Verkeer en Waterstaat over een modernisering van de APK in twee fasen. Daarmee sluit Nederland ook aan op ontwikkelingen in de landen om ons heen. De eerste fase bestaat uit een aantal quick wins in 2009. De tweede fase bestaat uit een aantal verbeteringen die nog nadere studie vereisen, zoals de elektronica, de veiligheid en het milieu. Tot slot betreft het verbeteringen die de administratieve lasten verminderen, zoals een eenvoudiger keuringsprocedure.
Redline De afgelopen jaren heeft een heropzet van het proces op de keuringsstations plaatsgevonden. Dit traject met de naam Redline is 20 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
in de zomer van 2008 afgerond. Zo zijn onder andere alle activiteiten waarbij de aanwezigheid van de klant niet strikt noodzakelijk is, verplaatst naar de backoffice. Hierdoor is de verblijfsduur voor de klant op het keuringsstation met ongeveer 20 procent teruggebracht. Tijdens het project is intensief samengewerkt tussen de verschillende divisies van de RDW met als resultaat een wezenlijke verbetering in de kenteken- en registratieketen. In samenhang met de ontwikkeling van het keuringsaanbod voor intreding van de recessie heeft dit geleid tot een tussentijdse tariefverlaging per 1 juli 2008.
Recall Een recall is een terugroepactie door een fabrikant als deze in een voertuigserie gebreken constateert die ten koste gaan van het milieu en/of de veiligheid. De RDW heeft de taak toegewezen gekregen om toezicht te houden op de uitvoering van het recallproces op het gebied van EC, ECE en Nederlands gecertificeerde voertuigen en voertuigonderdelen. Deze taak wijzigt als gevolg van de nieuwe kaderrichtlijn die eind april 2009 van kracht is geworden. Daarnaast blijkt uit onderzoek dat het recall-proces verbeterd kan worden. Momenteel is het proces bijvoorbeeld te veel gericht op signalen van fabrikanten. Signalen van gebruikers worden onvoldoende benut. Ook kan de informatievoorziening over recalls verbeterd worden en is betere afstemming wenselijk met de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), die verantwoordelijk is voor het toezicht op de recalls van alle andere consumentenproducten. Het verbeterproject wordt in 2009 afgerond.
Nieuwe wettelijke taken Landelijk fietsdiefstalregister In januari 2008 is het landelijk fietsdiefstalregister, dat is ondergebracht bij de RDW, in gebruik genomen. In het register staan alle fietsen die sinds januari 2006 nieuw verkocht zijn. Alle politiekorpsen hebben een automatische koppeling met
het register, zodat de aangifte van een gestolen fiets vanzelf in het register komt te staan. Daardoor kan iedereen die een tweedehands fiets koopt, in het register nagaan of de fiets niet gestolen is. Ook kunnen met het register teruggevonden fietsen bij de eigenaar terugbezorgd worden.
Ontwikkelingen op het gebied van milieu Vanaf 2009 voert Nederland een aantal landelijke milieuontwikkelingen door, waarbij gebruik gemaakt wordt van voertuiggegevens uit het kentekenregister. Bijvoorbeeld Anders Betalen voor Mobiliteit, het instellen van milieuzones voor lichte bedrijfsauto’s en de differentiatie van de motorrijtuigenbelasting en parkeertarieven. Om de benodigde gegevens te kunnen leveren is de RDW in 2008 gestart met de voorbereidingen om milieugegevens te registreren en te verstrekken. Het gaat daarbij om de emissieklassen en de CO2-uitstoot. Deze projecten lopen door in 2009. Anders Betalen voor Mobiliteit (ABvM) is een besluit van het kabinet om te komen tot een heffing per gereden kilometer. In 2008 heeft het kabinet besloten dat dit gaat plaatsvinden met behulp van de GPS-techniek. De RDW vervult als publieke partij in de voertuigketen en houder van de basisregistratie voertuigen een belangrijke rol binnen het project. In 2008 heeft de RDW in dit kader ondersteunende activiteiten aan het ministerie van Verkeer en Waterstaat verleend. Naast het leveren van expertise aan het ministerie heeft de RDW in 2008 nog een aantal activiteiten uitgevoerd gericht op het vergaren van (praktijk)kennis en ervaring. Zo is onderzoek gedaan naar de rol van de toezichthouder bij multiservice providers, een proef uitgevoerd met GPSmetingen en in samenwerking met TNO een traject gestart voor elektronische voertuigidentificatie (EVI). EVI heeft als doel een toepasbare oplossing te ontwikkelen voor de elektronische identificatie van motorvoertuigen en in het verlengde daarvan praktijkonderzoek te doen naar de werking van deze vorm van identificatie in het mobiliteitsproject Spitsmijden. De RDW heeft de ontwikkeling van elektronische voertuigidentificatie uitbesteed aan TNO. Die heeft een concept ontwikkeld dat de identificatie regelt met behulp van een chip, een reader en een centrale unit. Deze On Board Unit (OBU) regelt de communicatie vanuit het voertuig met de backoffice. Dit concept levert een hoog beveiligingsniveau en biedt voldoende aanknopingspunten voor toekomstige ontwikkelingen. Er zijn koppelingen denkbaar tussen de ingebouwde EVI-chip en chips op bijvoorbeeld kentekenplaten, waardoor bijvoorbeeld frauderen nog lastiger wordt. TNO heeft voor de chip bovendien een zodanig montageprocedé ontwikkeld, dat deze bij verwijdering kapot gaat. De RDW voert als opdrachtgever de regie over deze activiteiten, waaronder de EVI-praktijkproef in het voorjaar van 2009.
Kentekening Segways In 2008 is op aandringen van de Tweede Kamer besloten Segways per 1 juli op de openbare weg toe te laten. Hiertoe moesten ze ook gekentekend worden. Voordat de kentekening kon plaatsvinden moesten de technische eisen aan de Segway worden geformuleerd en genotificeerd. Dit had een langere doorlooptijd dan vooraf aangenomen met als gevolg dat kentekening voor 1 juli 2008 niet haalbaar is gebleken. Daarom is per 1 juli een gedoogregeling ingegaan. In samenwerking met Segway Nederland is de RDW in de tweede helft van 2008 gestart met het individueel keuren van Segways en het afgeven van voorlopige kentekenbewijzen. In februari 2009 zijn de technische eisen vastgesteld en zijn de definitieve kentekenbewijzen afgegeven.
Boordcomputer Taxi (BCT) De boordcomputer voor taxi’s combineert een betere registratie van rij- en rusttijden met het voorkomen van fraude met taximeters. Binnen twee jaar moeten alle 33.000 taxi’s in Nederland een boordcomputer hebben. Hierin dienen ritgegevens zoals tijden, afstanden en prijzen op eenduidige wijze te worden vastgelegd. Zo verwacht de overheid miljoenen euro’s minder aan belastinggeld mis te lopen. Ook kunnen bijvoorbeeld verzekeraars beter vertrouwen op de declaraties die verzekerden indienen. De RDW is verantwoordelijk voor de typegoedkeuring, het toezicht op de inbouw en de periodieke keuring van de boordcomputer. Begin 2009 past de RDW de ICT-systemen aan om de boordcomputer te kunnen registreren en te kunnen koppelen aan een kenteken. Ook de historie van een boordcomputer wordt geregistreerd, bijvoorbeeld of deze verplaatst is naar een andere taxi. De ervaring die de RDW met dit project opdoet, is goed bruikbaar voor ‘Anders Betalen voor Mobiliteit’.
facts & figures
2.000.000
facts & figures
Zuid-Holland is met 2 miljoen geregistreerde voertuigen de drukst bezette provincie. Iets zuidelijker is het aanzienlijk rustiger op straat. In Zeeland staan slechts 270.000 voertuigen geregistreerd. Noord-Brabant, Noord-Holland en Gelderland passeren eveneens de grens van 1 miljoen geregistreerde voertuigen. De overige provincies zitten daaronder.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 21
strategische activiteiten
COLUMN
Hoewel ik liever de oorlogshuil van een V12 hoor of de vette roffel van een V8, ben ik ook blij dat er elektrische auto’s komen. Als gebruiksvoorwerp voor miljoenen zijn ze nu eenmaal veel geschikter dan de Ferrari Enzo en de 427 Shelby Cobra. Maar voordat de elektrische auto net zo’n handig en foolproof gebruiksvoorwerp is als de iPod en de Senseo moeten de autoconstructeurs nog wat hobbels nemen. Elektrische auto’s kunnen bij de huidige stand van zaken een kilometertje of 60 rijden op een acculading. Wellicht worden dat er 100 of 150 in de toekomst, maar echt veel gaat het voorlopig niet worden. In de industrie vreest men dat de 100% elektrische auto daardoor lang zo’n bliksemstart niet gaat maken. Opel – dat hard aan de voltooiing van zijn elektrische Ampera werkt – waarschuwt zelfs voor de zogenaamde radiusangst of accukoorts: bij gebruikers zou de vrees kunnen ontstaan onderweg met lege accu’s stil te vallen. Dat zou zich tot een reëel probleem kunnen ontwikkelen, want accu’s laad je langs de kant van de weg niet zo maar op; stopcontacten zijn daar schaars en het laden duurt lang. Niemand wil urenlang in de berm onder hoogspanning staan wachten tot hij eindelijk verder kan. Er zijn ondernemers die geloven dat we daarom ketenen van wisselstations moeten bouwen, waarin je om de 100 of 150 kilometer snel even je lege accu’s omruilt voor volle. Net zoals de ridders die vroeger bij een herberg hun paarden verversten als er buiten hun actieradius een prinses bevrijd of draak gedood moest worden. De onhandigheid daarvan is duidelijk. Als je om de 100 kilometer moet stoppen om accu’s te wisselen, wordt een lange reis al gauw een vervelende hordeloop. Je zou dat kunnen oplossen door de wisselstations feestelijk te combineren met vestigingen van Starbucks en La Place, waardoor alle trips gezellig en voedzaam worden, maar dat haalt de vaart er nog meer uit. Het lijkt er dan ook op dat de 100% elektrische auto’s het gaan verliezen van de hybriden, en dan vooral van de hybriden waarvan de wielen altijd door elektromotoren worden aangedreven en die een kleine benzinemotor aan boord hebben om de accu onderweg te laden. Die auto’s zullen een kilometer of 60 kunnen afleggen op de accu, maar daarna kunnen ze door blijven rijden dankzij die oplaadmotor. Bij sommige mensen, die minder dan 60 kilometer per dag rijden, zal de oplaadmotor nimmer aan hoeven te slaan. Dat is helaas niet zo best voor die motor – en ook niet voor de benzine. Als die maanden in de tank zit, gaat de kwaliteit ervan fiks achteruit. Dat is iets waarover de fabrikanten moeten nadenken. Duidelijk is dat het oplaadmotortje bij weinigrijders geregeld even gestart zal moeten worden om zichzelf in conditie te houden. Hij gaat dus af en toe fitnessen. Als zo’n motortje spontaan begint te ronken, terwijl bijvoorbeeld juist je mobieltje afgaat en je de handen vol hebt aan het ontwijken van een eland, kun je daar aardig van in de war raken. De oplossing wordt gezocht in elektronica die in het oog houdt wat er allemaal in en met de auto gebeurt en die regelt dat de laadmotor alleen op ‘natuurlijke’ momenten aanslaat, bijvoorbeeld als u bij een groen licht wegrijdt. De auto zal ook moeten ‘weten’ wanneer u ongeveer thuis zult zijn, want dan kan de elektronica ervoor zorgen dat u niet met volle maar met bijna lege accu’s thuiskomt, zodat u ze via het stopcontact met nachtstroom van nieuwe en schonere energie kunt voorzien. De oplossing zou een slim navigatiesysteem kunnen zijn, dat niet alleen de weg wijst, maar tevens de energiehuishouding aan uw bestemming aanpast. Een autorit wordt daardoor nog mooier, want als u thuiskomt zegt een fraaie vrouwenstem niet alleen maar het geweldige “You have reached your destination”, met een beetje geluk voegt ze er nog iets aan toe. “Honey, plug me in please…”
Maar voordat de elektrische auto net zo’n handig en foolproof gebruiksvoorwerp is als de iPod en de Senseo moeten de autoconstructeurs nog wat hobbels nemen
Ton Roks (1953) is hoofdredacteur van het tijdschrift Autovisie. 22 | R D22 W |J A RD AW RVE J ARASL RV A EGR S2L0A0G8 2 0 0 8
Doelstelling 3: Een goede internationale positie verkrijgen om invloed uit te kunnen oefenen Internationale samenwerking In Europa wordt in toenemende mate samengewerkt op het gebied van voertuigdocumenten, rijbewijzen en informatievoorziening. Sinds begin jaren negentig wordt via EUCARIS, een Nederlands initiatief, informatie uitgewisseld over voertuigen en rijbewijzen. De samenwerking op allerlei andere documentatie- en informatieonderwerpen kreeg met de oprichting van de EReg (Association of European Vehicle and Driver Registration Authorities) in 2006 een formele status. RDW adjunct-directeur Hans van der Bruggen is momenteel voorzitter van EReg. De associatie heeft inmiddels 25 leden en een eigen website, www.ereg-association.eu. In 2008 zijn de Statuten en het Huishoudelijk Reglement van de associatie vastgesteld, evenals het meerjarenwerkplan 2007-2010. Als uitwerking daarvan is medio 2008 besloten tot de oprichting van acht internationale werkgroepen. De Europese registratieautoriteiten pakken hierin – al dan niet in samenwerking met de Europese Commissie – gezamenlijk diverse actuele onderwerpen op. Bijvoorbeeld internationale gegevensuitwisseling, de chip op het rijbewijs, de invoering van de derde rijbewijsrichtlijn en de herregistratie van voertuigen. Overigens hebben meerdere landen aangegeven interesse te hebben in het lidmaatschap van EReg en zijn in dit kader gesprekken gaande met Italië, Bulgarije, Frankrijk en Slovenië.
820.000
Plug me in
facts & figures
De kans is het grootst dat u een Duits of Frans automerk rijdt. 820.000 personenauto’s van het merk Opel en een dikke 800.000 Volkswagens bevolkten in 2008 de Nederlandse wegen. Renault en Peugeot waren met 605.000 om 587.000 auto’s eveneens goed vertegenwoordigd.
In 2007 hebben de Raad van Toezicht en de directie van de RDW een werk- en studiebezoek gebracht aan Brussel. Naar aanleiding hiervan zijn alle overleggen geïnventariseerd waarin de RDW is vertegenwoordigd. De RDW blijkt goed vertegenwoordigd op het gebied van voertuigtechnische eisen, maar de betrokkenheid bij overleg in de Raadswerkgroep Transport en in het RijbewijsComité mag meer aandacht en inhoud hebben. Dit wordt in het overleg met het ministerie van Verkeer en Waterstaat verder bepleit. Verder is met de Raad van Toezicht van gedachten gewisseld over de te organiseren lobby-functie.
Internationale gegevensuitwisseling Ook in 2008 is hard gewerkt om binnen Europa het internationale model voor gegevensuitwisseling verder uit te bouwen. Dit model staat voor het gebruik van één systeem, het al in gebruik zijnde EUCARIS. Dit systeem is geschikt voor de informatie-uitwisseling ten behoeve van alle verdragen, akkoorden en richtlijnen, voor alle doelgroepen en voor alle voorkomende functionaliteiten. Gebruik van EUCARIS voorkomt onnodige uitgaven aan allerlei nieuw op te zetten systemen. Nationale registratie-autoriteiten fungeren als contactpunt voor bijvoorbeeld informatieverzoeken van politie en douane. Door deze autoriteiten met elkaar te verbinden en ze te gebruiken als internationale in- en uitgang voor informatieuitwisseling, wordt voorkomen dat een ‘spaghetti’ aan systemen en verbindingen ontstaat. Kortom, met gebruik van het bestaande systeem wordt de informatie-uitwisseling gestroomlijnd en daarmee efficiënter. Bovendien worden beveiliging en privacy optimaal gewaarborgd. Dit standpunt wordt gedeeld door alle betrokken Nederlandse ministeries en door de buitenlandse registratieautoriteiten. In 2008 heeft de RDW er veel energie in gestoken om ook de Europese Commissie, die tot op heden nog steeds diverse eigen systemen wil bouwen, van dit standpunt te overtuigen. Volgens ramingen van onderzoeksbureau Gartner kost de ontwikkeling en implementatie van een nieuw systeem tussen de 10 en 20 miljoen euro. Een onnodige investering voor de lidstaten en de Europese Commissie. De rol van de Europese Commissie kan beperkt blijven tot algemene coördinatie van en supervisie op de doelmatigheid van de gewenste informatie-uitwisseling. Dit standpunt is als Nederlands standpunt in Brussel kenbaar gemaakt. Ook diverse andere lidstaten hebben dit standpunt naar voren gebracht.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 23
strategische activiteiten
11 miljoen voertuigen is Nederland rijk, 7,5 miljoen daarvan zijn personenauto’s. Verder is het totaal opgebouwd uit ruim 1 miljoen bedrijfswagens en bijna net zoveel aanhangwagens. De tweewielers zijn met ruim 820.000 bromfietsen en 600.000 motorfietsen minder goed vertegenwoordigd.
11.000.000
EUCARIS Via EUCARIS kunnen aangesloten landen elkaars voertuig- en rijbewijsregisters raadplegen. Dit gebeurt onder meer bij de import van voertuigen en bij omwisseling van buitenlandse rijbewijzen. Momenteel maken 15 landen gebruik van deze uitwisseling. Afgelopen jaar is Estland naast voertuiggegevens ook rijbewijsgegevens gaan uitwisselen. In 2008 hebben Frankrijk en Italië aangegeven te willen gaan deelnemen. Waarschijnlijk kunnen zij op korte termijn gebruik gaan maken van EUCARIS, net als Slovenië, Polen en Noorwegen. EUCARIS is in 2007 uitgebreid ter ondersteuning van het Verdrag van Prüm. Dit verdrag is in 2008 omgezet in twee Raadsbesluiten van de Europese Commissie, met als gevolg dat uiterlijk in 2011 alle 27 lidstaten van de Unie gebruik zullen maken van de technologie. In 2008 waren zes landen al aangesloten op ‘Prüm’. Ook is een nieuwe module ontwikkeld waarmee het mogelijk is persoonsgegevens internationaal uit te wisselen om verkeersboetes op te leggen aan buitenlanders. In 2008 gebruikten alleen Nederland en Duitsland nog deze module en was Frankrijk druk bezig deze te installeren voor uitwisseling met Duitsland. Tussen Frankrijk en België en binnen de Benelux
EUCARIS
is besproken om in 2009 ook van deze module gebruik te gaan maken. De verwachting is dat in het kader van tal van andere bilaterale en multilaterale overeenkomsten deze EUCARISapplicatie ook gebruikt gaat worden. De beschikbaarheid van EUCARIS lag in 2008 rond de 97 procent. Verwacht wordt dat dit percentage nog hoger is als in 2009 alle landen zijn overgestapt op de nieuwe en stabielere EUCARIS II-technologie. Ondanks het toegenomen aantal aansluitingen is het aantal bevragingen in EUCARIS in 2008 licht gedaald. De reden hiervoor is dat er vanwege de economische crisis minder voertuigen worden geïmporteerd en geëxporteerd. EUCARIS wordt met name bij de importprocedure geraadpleegd. Verder hebben enkele landen bij de overstap naar de moderne technologie van EUCARIS II enkele technische problemen gehad, waardoor zij EUCARIS enige tijd niet konden bevragen. Hoewel deze problemen snel waren opgelost, heeft dit het totale aantal bevragingen wel gedrukt. Nu de Prüm-applicatie in steeds meer landen wordt uitgerold en boetegegevens op steeds grotere schaal worden uitgewisseld, zal het gebruik van EUCARIS in 2009 sterk gaan toenemen.
Verdere gegevensuitwisseling Onderzoeksbureau Gartner heeft onderzocht of de EUCARIS-technologie geschikt is voor een Europees systeem voor de uitwisseling van rijbewijsgegevens: RESPER. In 2008 zijn de resultaten bekend geworden. Deze vielen zeer positief uit voor EUCARIS. Daarom is het advies uitgebracht aan de Europese Commissie om de EUCARIS-technologie te gaan gebruiken voor RESPER. Bovendien is geadviseerd EUCARIS in te zetten voor alle transportgerelateerde Europese gegevensuitwisseling. Ondanks het positieve advies van Gartner en ondanks het toekennen van de prijs wil de Europese Commissie nog steeds een eigen systeem bouwen voor de uitwisseling van rijbewijsinformatie. In 2008 hebben de EUCARIS-landen gezamenlijk een brief gestuurd aan de leden van het Europese rijbewijs-comité die zullen beslissen over het systeem.
Internationaal netwerk uitgebouwd
Bevragingen met hit
Afwijzingen / geweigerde herregistraties
2008
6.480.885
20.676
2007
6.521.653
21.607
2006
6.518.315
16.495
2005
5.140.218
15.193
2004
4.799.187
14.553
24 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
In oktober 2008 heeft EUCARIS de iGovernment 2.0 Award gewonnen. Deze award is de prijs voor het beste Europese project op het terrein van uitwisseling van gegevens binnen de Europese digitale overheid. Meer informatie over EUCARIS is te vinden op www.eucaris.net.
In 2008 heeft de RDW acht buitenlandse delegaties ontvangen. Naast de ‘reguliere’ bezoekers uit de jongste lidstaten, kwamen ook delegaties uit Maleisië en Indonesië. Men ziet de RDW veelal als een ‘best practice’ waarvan men kan leren. In het eerste halfjaar van 2008 heeft de RDW twee Twinningprojecten succesvol gestart en afgerond in Roemenië en Bulgarije. Eind 2008 heeft de EVD geld vrijgemaakt voor een project voor de Bulgaarse verkeerspolitie. De RDW gaat hen tot medio 2009 ondersteunen bij het verbeteren van het Bulgaarse voertuigregister. Op verzoek van Curaçao zijn in het voorjaar van 2008 diverse experts afgereisd naar het eiland. Zij hebben er geadviseerd over voertuigregistratie, toelating, criminaliteitbestrijding en wetgeving. Eind 2008 heeft Curaçao een verzoek gedaan voor verlenging tot eind 2009. De RDW is in 2008 ook gevraagd voor diverse andere advies- en bijstandprojecten. Deze projecten, in onder meer Algerije, Albanië en Turkije starten naar verwachting in 2009. Na een strenge selectie is een RDW-medewerker aangenomen bij de Europese Commissie. Deze wordt voor twee tot zes jaar gedetacheerd bij het Directoraat Generaal voor Ondernemingen en Industrie, met als werkveld de voertuigtechnische wetgeving. Dergelijke initiatieven versterken de internationale positie van de RDW.
Internationaal overleg Namens de Nederlandse overheid participeert de RDW in internationaal overleg over voertuigeisen die invloed hebben op milieu, verkeersveiligheid en volksgezondheid. In 2008 is de RDW nauw betrokken geweest bij de volgende ontwikkelingen: »» De Europese Commissie wil de voertuigeisen op het gebied van voetgangerbescherming versoepelen op basis van een Brake Assist System (BAS). Daarom is in de nieuwe EGverordening voetgangerbescherming een specificatie voor een BAS opgenomen. Hiermee is duidelijk hoe dergelijke remhulpsystemen moeten worden beoordeeld. Op Raadsniveau is de nieuwe EG-verordening in 2008 goedgekeurd. Enkele onderdelen worden begin 2009 nog getoetst in het Europees Parlement. »» Binnen de UN-ECE is overeenstemming bereikt over de finale tekst van een global technical regulation voor de voetgangerbescherming. Dit is gebeurd in het kader van het mondiaal harmoniseren van eisen aan voertuigen om de bescherming van voetgangers bij een aanrijding te verhogen. »» In het kader van het mondiaal harmoniseren van eisen aan hoofdsteunen is een nieuwe global technical regulation gerealiseerd. Deze bevat ook eisen voor de bestrijding van whiplash. Helaas is deze regulation voor Nederlandse be-
1%
facts & figures
facts & figures
Ten opzichte van 2007 is het aantal bedrijfswagens het afgelopen jaar met 1 procent gestegen. Lichte bedrijfswagens zijn het meest te zien op de Nederlandse wegen. Met een totaal van ruim 910.000 overstijgen ze de 173.575 bedrijfswagens zwaarder dan 3.500 kilo met groot gemak.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 25
strategische activiteiten
138%
Van de grote automerken heeft FIAT het afgelopen jaar de grootste groei doorgemaakt. Het Italiaanse automerk zag de 1e tenaamstellingen met 10,5 procent toenemen. De absolute winnaar is echter Dacia, dat de categorie klein automerk aanvoert met 138 procent meer auto’s die voor het eerst te naam werden gesteld. Topdaler bij de grote merken is KIA en bij de kleine merken Chrysler. Zij zagen de 1e tenaamstellingen met 28,8 en 35,5 procent afnemen.
grippen gebaseerd op een te lage hoofdsteunhoogte. Ook ontbreekt vooralsnog een goede dynamische test. De RDW wil deze tekortkomingen teniet doen door de start van een tweede fase met betrekking tot de regulation. »» In 2008 is de kaderrichtlijn 2007/46/EG verder uitgewerkt volgens de visie van CARS21. Ook heeft een verdere detaillering van de technische voorschriften plaatsgevonden. CARS21 is een beleidsvoornemen van de Europese Commissie om de Europese auto-industrie een betere concurrentiepositie te geven. Dit gebeurt onder andere door het vereenvoudigen van regelgeving en door het vervangen van Europese richtlijnen door UN-ECE-reglementen, die breder geaccepteerd worden dan alleen binnen de EUgrenzen. In de vorm van een ontwerp Algemene Veiligheidsverordening is hier in 2008 een eerste aanzet gegeven. Als reparatiemaatregel heeft het Technisch Comité Motorvoertuigen (TCMV) eind 2008 een aanpassing van het Certificaat van Overeenstemming (CvO) goedgekeurd. De CvO houdt nu meer rekening met bedrijfsauto’s, bussen en aanhangwagens. Verder is een begin gemaakt met het harmoniseren van de eisen voor de individuele goedkeuring van personenauto’s en bestelauto’s die in grotere aantallen buiten de EU worden gefabriceerd. Ten slotte heeft de Europese Commissie een voorzichtig begin gemaakt met een verdere uitwerking van regelgeving die het mogelijk moet maken dat fabrikanten zelf testen kunnen gaan uitvoeren en gebruik kan worden gemaakt van virtuele testen in plaats van fysieke testen. »» Uit ongevallenonderzoek is gebleken dat de elektronische stabiliteitscontrole (ESC) een van de meest effectieve systemen kan zijn om ongelukken en verkeersslachtoffers te voorkomen. Daarom is regelgeving in ontwikkeling om ESC voor personenauto’s en lichte bedrijfsauto’s te beoordelen. 26 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
»» De controle van bandenspanning aan boord van auto’s, veelal aangeduid als Tyre Pressure Monitoring Systems (TPMS), kan een positieve bijdrage leveren aan zowel de verkeersveiligheid als aan brandstofbesparing. De Europese Commissie wil daarom TPMS verplicht stellen. De RDW heeft in samenwerking met andere betrokkenen onderzoek gedaan naar de actuele bandenspanningen bij in gebruik zijnde personenauto’s met en zonder TPMS. De resultaten zijn meegenomen in een voorstel van een UNECE werkgroep in de voorbereiding van regelgeving. »» De Europese Commissie wil toe naar een groter aandeel milieuvriendelijke voertuigen binnen het wagenpark. Voor de wederzijdse acceptatie van voertuigen met waterstofaandrijving moeten geharmoniseerde voorschriften worden gerealiseerd. De eerste stap, een EU-verordening met de meer fundamentele bepalingen over de voorschriften, is via co-decisie onlangs goedgekeurd. »» In 2008 is het stadium van finale besluitvorming bereikt met betrekking tot UN-ECE-reglement No. 48. Dit reglement stelt eisen aan de zogenoemde ‘operating voltage’ (werkspanning) van de belangrijkste lampen op voertuigen. Deze lampen moeten met de juiste werkspanning worden gevoed en mogen niet door een te hoog voltage extra worden belast. Hogere voltages leiden niet alleen tot lampjes die feller branden dan bedoeld, maar ook tot een drastisch kortere levensduur. Op de weg zijn de laatste jaren steeds vaker relatief nieuwe auto’s te zien die rondrijden met kapotte lichten. »» De Milieuraad van de EU heeft in 2008 het voorstel voor implementatie van de in 2007 gepubliceerde verordening Euro 5 en Euro 6 goedgekeurd. Het gaat hier om de aanscherping van de emissie-eisen voor personenauto’s en lichte bedrijfswagens. De verordening is in juli 2008 gepubliceerd.
Doelstelling 4: Permanent investeren in medewerkers en de organisatie Triple E In 2008 is gestart met de eerste fase van het project Triple E (Efficiënt en Effectief opleiden met E-learning). In deze fase heeft een eerste uitwerking van en kennismaking met de nieuwe opleidingsvisie plaatsgevonden. Er is een demo ontwikkeld met uitleg over de nieuwe opleidingsmethode en het eerste deel van een leer- en contentmanagementsysteem (LCMS) is ontwikkeld. Ook zijn er vier modules opgezet: Algemeen (een kennismaking met de RDW), Integriteit, Identificatie & Documentherkenning en Controleapparaat & Snelheidsbegrenzer. Uit een tussentijdse evaluatie is gebleken dat gebruikers zeer positief zijn over de modules. In de tweede helft van 2008 is gestart met het ontwikkelen van opleidingen in het kader van het project IVR.
Strategisch HR beleid Het strategisch HR beleid heeft als doel een solide basis van personeelsbeleid en -instrumenten neer te zetten. Management en medewerkers worden hierdoor zodanig gefaciliteerd in hun ontwikkeling dat zij gezamenlijk in staat zijn de strategie van de RDW en de daarvan afgeleide bedrijfsdoelstellingen te realiseren. In 2008 is voortvarend gewerkt aan diverse projecten uit het strategisch HR plan, dat in 2007 is vastgesteld. De managementleergang Tools is van start gegaan. Hieraan nemen inmiddels ongeveer honderd
45.687
facts & figures
facts & figures
We doen graag zaken met onze buren als het om de individuele import (dus niet via de officiële importeurs) van voertuigen gaat. Liefst 45.687 personenauto’s kwamen uit Duitsland ons land binnen en ruim 10.000 uit België. Op plek drie staat Frankrijk met 2.687 exemplaren. Voor bedrijfswagens voert hetzelfde trio de lijst aan, maar als het om motorfietsen en bromfietsen gaat, prijkt Italië opeens op plek twee achter Duitsland.
managers deel. Ook is het vooronderzoek naar een nieuw functiegebouw afgerond. Dit wordt in 2009 geïmplementeerd. Andere projecten, zoals de invoering van personeelsplanning, integraal gezondheidsmanagement en het digitale ontwikkelplein zijn in volle gang en zullen in 2009 verder beslag krijgen.
Nieuw functiegebouw RDW Het huidige systeem van functie beschrijven is taakgericht, gedetailleerd en verschilt qua opzet en aanpak per divisie of afdeling. De basis van een goede uitvoering van het Strategisch HR-Plan is een nieuw functiegebouw dat resultaatgericht, flexibel en onderling vergelijkbaar is. In 2008 is vooronderzoek verricht. Allereerst zijn de eisen aan een nieuw functiegebouw in kaart gebracht. Op basis hiervan zijn verschillende alternatieven getoetst, is gekeken hoe andere organisaties hun functiegebouw hebben ingericht en zijn kosten en baten van verschillende mogelijkheden uiteengezet. Voorbeeld voor het functiegebouw van de RDW is dat van Rijkswaterstaat. Vanzelfsprekend is bij de invoering van het nieuwe RDW functiegebouw sprake van maatwerk. Uit het vooronderzoek kon worden geconcludeerd dat de vorm van generieke functiebeschrijvingen in functiefamilies het meest geschikt is voor de RDW. Eind 2008 is in het MT RDW het plan van aanpak voor het nieuwe functiegebouw geaccordeerd.
Tools De managementleergang Tools levert een bijdrage aan het (permanent) ontwikkelen van managementvaardigheden van het middelmanagement. Tools levert hiermee dan ook een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de strategische doelstellingen van de RDW. In 2008 zijn acht groepen gestart met alle leidinggevenden (ca. honderd). Alle programma’s van Tools zijn inmiddels ingevuld. De deelnemers zijn tevreden tot zeer tevreden. De managementleergang wordt geaccrediteerd door Business School Nederland.
Arbeidsomstandigheden Na 9 jaar dienstverlening door Achmea Arbo is de overstap gemaakt naar Maetis. Hun aanpak sluit beter aan bij de huidige visie van de RDW om over te gaan van verzuimbeleid naar gezondheidsmanagement. Het is tevens het moment geweest om regels en protocollen rondom ziekte te wijzigen. De gedachte achter deze aanpak is dat ziekte je overkomt, maar je ziek melden een keuze is. De nadruk ligt op de eigen regiefunctie van leidinggevenden bij verzuimbeheersing/ gezondheidsmanagement. Bedrijfsartsen adviseren en coachen leidinggevenden nadrukR D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 27
strategische activiteiten
kelijk op hun verantwoordelijkheid om in goed contact met de medewerker te zoeken naar wat nodig is om te zorgen dat hij optimaal kan werken. De dienstverlening van Maetis is per 1 januari 2008 van start gegaan. Als nulmeting heeft de verzuimanalysescan aan het begin van het jaar per afdeling inzicht gegeven in hoe leidinggevenden aankijken tegen verzuim en de aanpak ervan. In voorlichtingsbijeenkomsten voor alle leidinggevenden is informatie gegeven over de Wet verbetering poortwachter en de aanpak van Maetis volgens contractuele afspraken. Ook is in 2008 gestart met de digitalisering van arbodienstondersteuning voor leidinggevenden. Een efficiënt hulpmiddel bij de invulling van hun eigen regiefunctie. Leidinggevenden hebben zo op elk moment actuele informatie over het ziektedossier van hun medewerkers. Op afdelingsniveau wordt met de betreffende managers Sociaal Medisch Team-overleg gehouden. Rode draad bij het overleg is bespreken hoe Integraal Gezondheidsmanagement vorm kan worden gegeven en ontwikkeld binnen de RDW en in het bijzonder voor de eigen afdeling. Individuele casuïstiek komt aan de orde bij de zogenoemde ‘driegesprekken’: medewerker, bedrijfsarts en leidinggevende. Daar bespreken ze samen wat er nodig is om het werk optimaal te kunnen doen als er beperkingen zijn. Het ziekteverzuim is in 2008 gedaald naar 4,0 procent.
Integriteit Zoals aangegeven is de missie van de RDW om voor alle betrokken partijen in de voertuigketen de professionele en betrouwbare partner te zijn. Juist bij een publieke organisatie als de RDW is integriteit zeer belangrijk. Inbreuk erop kan een professioneel en betrouwbaar imago aantasten. Tot voor kort werden de medewerkers over integriteit en gedragsregels geïnformeerd via een folder en documentatie op intranet. Daarnaast werd er maandelijks een dilemma in het personeelsblad ‘Katalysator’ besproken en werd tijdens werkoverleggen aandacht besteed aan actuele dilemma’s. Om dit vrij abstracte onderwerp concreter te maken én facts & figures
medewerkers vaardiger te maken in integer en aanspreekbaar handelen wordt er een ‘blended’ opleidingstraject ontwikkeld. Het volledige opleidingstraject bestaat uit een combinatie van E-learning en een aanvullende gedragstraining. Het E-learningdeel van de module ‘Integriteit’ is in 2008 ontwikkeld. Deze is vooral gericht op bewustwording van integriteitthema’s, kennisoverdracht over normen en over hoe te handelen bij dilemma’s. De module is als eerste uitgerold bij de divisie Voertuigtechniek. In 2009 kunnen ook andere, vooral nieuwe medewerkers de module gaan volgen. In 2009 wordt gestart met de ontwikkeling van de aanvullende gedragstraining.
Vertrouwenspersonen Het aantal vertrouwenspersonen is in 2008 uitgebreid met een permanente vertrouwenspersoon in het zuiden van het land. Een vertrouwenspersoon in Zoetermeer wordt tijdelijk waargenomen door een vertrouwenspersoon in het noorden van het land. Er zijn nu zes vertrouwenspersonen aangesteld binnen de RDW.
De bromfietsbezitter blijkt lang niet altijd jonger dan 18 jaar te zijn. Zo zijn er bijna 154.000 mensen van 35 tot 50 jaar die ook een bromfiets hebben. Slechts 44.000 minderjarigen hebben een bromfiets. Op een totaal van 460.000 bromfietsbezitters is het aandeel van minderjarigen 9,6 procent.
460.000
Medewerkerstevredenheidsonderzoek Respons 3! De RDW doet elke drie à vier jaar onderzoek naar de tevredenheid van al zijn medewerkers. Zo ook weer in 2007, onder de naam ‘Respons 3!’. Het onderzoek is bedoeld om inzicht te krijgen in de wensen, verwachtingen en ervaringen van alle medewerkers, maar ook in het effect van verbeterpunten uit vorige onderzoeken. Op basis van de onderzoeksresultaten hebben de afdelingen en divisies in het eerste kwartaal van 2008 hun verbeterpunten geformuleerd. Deze zijn in maart 2008 vastgesteld door het MT-RDW. Om ‘de vinger aan de pols’ te houden is afgesproken dat elk halfjaar de voortgang van de verbeterpunten wordt gerapporteerd aan het MT-RDW. Uit de eerste voortgangsrapportage in oktober 2008 blijkt dat in totaal 197 verbeterpunten zijn geformuleerd. Hiervan is tussen maart en oktober 2008 al meer dan de helft (56%) afgerond of opgenomen in de reguliere bedrijfsvoering. In maart en oktober 2009 verschijnen nog twee voortgangsrapportages.
5,8%
2008 betekende een druk jaar voor de politie met betrekking tot voertuigdiefstallen. Hoewel het aantal geregistreerde diefstallen van personen- en vrachtauto’s zo’n 6 procent afnam, stroomden er aanzienlijk vaker aangiftes van gestolen tweewielers binnen dan in 2007. Doordat er een kleine 15 procent meer motorfietsen en bijna 20 procent meer bromfietsen als gestolen werden aangegeven, steeg het aantal geregistreerde ontvreemde voertuigen met 5,8 procent. 28 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
facts & figures
Doelstelling 5: Een communicatieve organisatie zijn: transparant en open Strategieontwikkeling De strategieontwikkeling bij de RDW gaat via de zogenoemde besturingscyclus. Deze cyclus houdt in dat vanuit de bestaansgrond van de RDW de missie wordt ontwikkeld. Van daaruit wordt een SWOT-analyse uitgevoerd en worden strategische doelstellingen geformuleerd. Op basis van deze strategische doelstellingen wordt het jaarplan ontwikkeld wat weer leidt tot de verschillende deelplannen van de organisatieonderdelen. In dit proces krijgen de verschillende doelgroepen van de RDW een grotere rol. In de nieuw ontwikkelde besturingscyclus worden zij actief betrokken bij de strategieontwikkeling. De doelgroepen worden bevraagd op hun wensen, eisen en ontwikkelingen. Ook kunnen ze actief invloed uitoefenen op de strategie van de RDW. Naast deze grotere externe invloed worden de medewerkers van de RDW ook meer betrokken. De interne kennis wordt nog meer dan nu aangewend bij de strategieontwikkeling. De RDW wil zich met de nieuwe besturings
cylcus, met de uitgangspunten ‘van buiten naar binnen’ en ‘bottum-up’, nog meer dan nu proactief richten op het optimaliseren van de toegevoegde waarde voor de doelgroepen.
Doelgroepenbeleid De RDW heeft doelgroepen die zeer verschillend van aard zijn. Zo zijn er opdrachtgevers, partners, klanten/gebruikers en burgers. Deze doelgroepen hebben verschillende relaties met de RDW en de RDW met hen. De RDW vervult op zijn beurt zowel de rol van dienstverlener als die van toezichthouder. Elke doelgroep heeft andere wensen met betrekking tot bijvoorbeeld de kwaliteit van de dienstverlening, de prijs/kwaliteit-verhouding, transparantie en participatie. Dit vraagt om differentiatie in de benadering van de doelgroepen. De RDW wil dit de komende periode nadrukkelijker vormgeven. Dit zal zich uiten in een meer gestructureerde doelgroepspecifieke dienstverlening, gericht op de gewenste toegevoegde waarde voor de doelgroepen. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 29
muziek & auto’s
Tekst: Cora Woudstra, Beeld: Getty Images, Hollandse Hoogte, iStockphoto
01: Mustang Sally – Wilson Pickett
Het inmiddels klassieke rhythm & bluesnummer ‘Mustang Sally’ is oorspronkelijk van Mack Rice, maar werd beroemd door de uitvoering van Wilson Pickett uit 1966. Het nummer heette oorspronkelijk ‘Mustang Mamma’, maar Aretha Franklin verzon de titel ‘Mustang Sally’. De Ford Mustang 1965, het model waarover gezongen wordt, was na de introductie direct een groot succes. ‘I bought you a brand new Mustang, a nineteen sixty-five.’ ‘Mustang Sally’ werd onder andere gecoverd door Solomon Burke, Bruce Springsteen en Muddy Waters.
playlist 01: Mustang Sally – Wilson Pickett 02: Fast Car – Tracy Chapman 03: Drive My Car – The Beatles 04: Chasing Cars – Snow Patrol 05: Met de vlam in de pijp – Henk Wijngaard 06: Silver Thunderbird – Marc Cohn 07: Pink Cadillac – Bruce Springsteen
02: Fast Car – Tracy Chapman
In 1988 werd Tracy Chapman in één klap wereldberoemd door vrij onverwachts deel te nemen aan het concert ter ere van de zeventigste verjaardag van Nelson Mandela in het Wembley Stadion. Een van de nummers die ze daar speelde was ‘Fast Car’ van haar titelloze debuutalbum. In het liedje probeert een meisje aan haar miserabele bestaan te ontsnappen door er met haar vriendje vandoor te gaan. ‘Take your fast car and keep on driving.’ Tracy Chapman heeft dit jaar een nieuw album uitgebracht, ‘Our Bright Future’, en geeft akoestische concerten.
03: Drive My Car – The Beatles
De Fab Four schreven in 1962 het nummer ‘Drive My Car’, over een meisje dat filmster wil worden. Het is het openingsnummer van het album ‘Rubber Soul’, het eerste echte meesterwerk van The Beatles. De nummers klinken levendig en zinderen van de originaliteit, zowel in compositie als in arrangement. Een perfecte weergave van de vitale tijdgeest van de jaren zestig, die The Beatles als geen ander wisten te vangen. Het nummer eindigt met de ironische woorden: ‘I got no car and it’s breaking my heart, but I’ve found a driver and that’s a start’.
04: Chasing Cars – Snow Patrol
‘Let’s waste time chasing cars around our heads’, zingt de zanger van de Schotse band Snow Patrol vol overgave. ‘Chasing Cars’ is Snow Patrols grootste hit tot nu toe. Het is een ontroerend nummer over de liefde. Het liedje werd vooral populair toen het werd gebruikt in de emotionele slotscène van de laatste aflevering van de serie Grey’s Anatomy. De titel verwijst naar de uitdrukking ‘Like a dog chasing a car’. Je rent impulsief achter je grote liefde aan, maar wat doe je als je haar inhaalt?
05: Met de vlam in de pijp – Henk Wijngaard
Dertig jaar geleden stond Henk Wijngaard op nummer 1 met het nummer ‘Met de vlam in de pijp’. Hij schreef het toen hij werkte als parttime vrachtwagenchauffeur. Het nummer is nog steeds heel populair en werd vorig jaar zelfs door het vakblad Nieuwsblad Transport verkozen tot favoriete truckershit. ‘Deportees’ van protestzanger Woody Guthrie was een goede tweede en op de derde plaats stond André van Duin met het toepasselijke nummer ‘File’.
06: Silver Thunderbird – Marc Cohn
Turn up the music Pop, rock, blues, klassiek of jazz? Waar luistert u naar in de auto? Muziek en auto’s zijn sinds jaar en dag met elkaar verbonden. Nieuwe modellen en tijdloze klassiekers hebben talloze songwriters geïnspireerd tot het schrijven van prachtige nummers.
30 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Het nummer ‘Silver Thunderbird’ stamt uit 1991. Marc Cohn werd bekend met het liedje ‘Walking in Memphis’, waarin hij zingt over Elvis. In zijn tweede hit bezingt hij vol passie een van zijn andere helden: de T-bird. De Ford Thunderbird werd in 1955 geïntroduceerd als concurrent van de Chevrolet Corvette. Ford produceerde met de Thunderbird een sportieve luxe wagen die niet bedoeld was om mee te racen, maar om rustig mee te cruisen. ‘Great big fins and painted steel, man it looked just like the Batmobile’, zingt Cohn jaren later vol bewondering.
07: Pink Cadillac – Bruce Springsteen
The Boss staat bekend om zijn liedjes over auto’s. Toen hij zeven jaar was, zag hij Elvis Presley optreden in The Ed Sullivan Show en wist hij dat hij zanger wilde worden. Jaren later coverde hij Presleys hit ‘Pink Cadillac’. Het was het tweede nummer dat Springsteen zong over het merk. In 1980 had hij al een hit met ‘Cadillac Ranch’. ‘Pink Cadillac’ is een humoristisch rockabilly-nummer met teksten als ‘Honey, I just wonder what you do there in the back of your pink Cadillac’.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 31
Tekst: Toine van der Heijden
RDW ONLINE
Digitale diensten: nu ook gepersonaliseerd Digitalisering is een belangrijke dimensie in het werk van de RDW. Aanvankelijk stelde het de RDW in staat grote hoeveelheden gegevens te verwerken, op te slaan en te gebruiken. Maar sinds een paar jaar worden digitale instrumenten ook benut om burgers en andere belanghebbenden direct toegang te geven tot relevante informatie. Niet alleen om te zien wat er zoal geregistreerd is, maar ook om nieuwe informatie toe te voegen of onjuiste gegevens te verbeteren. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 33
Digitalisering verbetert de doelmatigheid van de RDW; processen verlopen sneller en vergen minder handelingen. Dat voordeel geldt ook voor instanties en bedrijven die gebruikmaken van RDW-gegevens, en in toenemende mate ook voor individuele burgers. Digitalisering reduceert eventuele onjuistheden in de verschillende gegevensbestanden, omdat er automatische koppelingen ontstaan en omdat gebruikers sneller inzage hebben in voor hen relevante verbeteringen. Bovendien maakt digitalisering het gebruik van gegevensbestanden van de RDW gemakkelijker en verlaagt het de administratieve lasten. Tot op heden is de focus gericht op de ontwikkeling van nieuwe en verbetering van bestaande diensten. In 2008 is DigiD ingevoerd als unieke sleutel tot gepersonaliseerde informatie op websites van de RDW en MijnOverheid. Op basis daarvan worden het komende jaar weer nieuwe digitale diensten gelanceerd, afgestemd op individuele gebruikers. Het geeft voldoening om te constateren dat het gebruik van de digitale diensten geleidelijk groeit, naarmate het aanbod breder wordt.
Digitaal opzoeken De RDW bood al langer de mogelijkheid om via internet informatie op te vragen over onder meer de verzekering, keuringsdata en milieugegevens van voertuigen. Het aantal bezoeken groeide de afgelopen jaren met 20 procent per jaar, tot 34 miljoen in 2008. De gegevens waren opvraagbaar door invoering van een kenteken. De Wet bescherming persoonsgegevens staat niet toe dat de naam van de eigenaar voor iedereen zichtbaar is. Behalve voor die eigenaar zelf, uiteraard. Het afgelopen jaar is daarom gewerkt aan een systeem om online voertuiginformatie te koppelen aan persoonsgegevens, alleen toegankelijk voor de betrokken persoon zelf. Sinds december 2008 kunnen belangstellenden met behulp van DigiD een overzicht opvragen van de voertuigen op hun naam. Online voertuiginformatie is sinds 2008 ook via de site MijnOverheid.nl op te vragen. Deze website wordt momenteel ontwikkeld in het kader van het programma Persoonlijke Internet Pagina (PIP), dat erop gericht is elke burger toegang te geven tot relevante overheidsinformatie via een persoonlijk internetportaal. In de loop van 2008 is deze digitale dienst geleidelijk geopend voor de eerste deelnemers, en eind 2008 waren reeds 250 overheden en uitvoeringsorganisaties aangesloten bij dit initiatief, waaronder de RDW. Een verwant project is de berichtenbox die gebruikers van de persoonlijke internetpagina de mogelijkheid biedt e-mails uit te wisselen met aangesloten overheidsorganisaties. Eind 2008 is budget vrijgemaakt voor de ontwikkeling van deze digitale overheidspostbus bij de RDW. De eerste fase bestaat uit een berichtenbox voor voertuigverwante informatie op de website van de RDW, die naar verwachting voor de zomer van 2009 operationeel is. Deze berichtenbox kan bij gebleken succes vervolgens overgezet worden naar de persoonlijke internetpagina en ook door andere diensten gebruikt worden. Het is de bedoeling dat de MijnOverheid-website in 2012 een volwaardige voordeur naar relevante overheidsdiensten is, met informatie gegroepeerd rond belangrijke levensmomenten en -gebeurtenissen.
Digitaal keuren Erkende APK-keuringsinstanties kunnen sinds 2007 gebruikmaken van een online afmeldingssysteem. Deze digitale meldingen zijn vaak onderdeel van een breder pakket dat aangeboden wordt door gespecialiseerde service-providers. maar via de digitale dienst APK Web34 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Elektronische identificatie bespaart de burger tijd en maakt diverse ambtelijke handelingen overbodig direct is ook directe afmelding bij de RDW mogelijk. In 2008 heeft de RDW in opdracht van het Openbaar Ministerie de controle op afmeldingen naar 100 procent opgevoerd, omdat de databank met voertuiginformatie maar liefst 400.000 auto’s telt waarbij een correcte APKafmelding ontbreekt. Een aantal van deze voertuigen staat geregistreerd op naam van iemand die geen eigenaar meer meent te zijn. De auto is gesloopt of verkocht, maar de eigendomsoverdracht en schorsing zijn niet correct afgehandeld. Aan 270.000 bezitters van een auto die vermoedelijk niet meer in gebruik is − omdat er al dertien jaar geen wegenbelasting betaald is − heeft de RDW een brief gestuurd met het verzoek zich te melden. Mensen die een APK-boete hebben gekregen van het Centraal Justitieel Incassobureau krijgen bovendien de mogelijkheid eventuele onjuistheden in de registratie snel en soepel te corrigeren. Die correctie wordt schriftelijk afgehandeld, maar door vergemakkelijkte toegang tot online voertuiginformatie en de invoering van digitaal schorsen moet het aantal verkeerd geregistreerde voertuigen in de databanken van RDW de komende jaren snel afnemen. De 100 procent controle op APK-afmeldingen stimuleert voertuigbezitters immers om eigendomsafstand correct te registreren.
Digitaal schorsen Bezitters van campers, oldtimers of andere voertuigen willen soms hun bezit tijdelijk van de weg halen. Het is mogelijk om voertuigverplichtingen zoals verzekering, motorrijtuigbelasting en APK op te schorten, door de aanvraag van een schorsingsbewijs. In 2008 is de online versie van deze dienst ontwikkeld, zodat digitaal schorsen in het voorjaar van 2009 mogelijk wordt. In 2008 zijn 367.000 voertuigen geschorst. Het betrof overwegend personenauto’s, hoewel een aanzienlijk deel van de schorsingsbewijzen is uitgereikt aan bromfietsbezitters. Ook motorfietsen worden regelmatig geschorst. Digitaal schorsen is mogelijk voor voertuigbezitters die inloggen met behulp van DigiD, zodat de identiteit van de voertuigbezitter geverifieerd kan worden.
Digitaal vervangen Wanneer een voertuigbezitter zijn kentekenbewijs verliest, is een vervangend exemplaar sinds 2007 ook online aan te vragen. Deze digitale dienst van de RDW werd in 2008 net als het voorgaande jaar voor 57 procent van alle vervangende kentekens gebruikt, maar in december schoot dat aandeel ineens naar 70 procent. Waarschijnlijk is deze groei het gevolg van de opeenstapeling van digitale diensten bij de RDW, waardoor meer en meer voertuigbezitters de weg naar de website weten te vinden. Het voordeel in vergelijking met traditionele loketten is dat de website 24 uur per dag, zeven dagen per week beschikbaar is en dat de informatie snel verwerkt wordt.
Digitale unie
Door het toenemend grensverkeer binnen de Europese Unie wordt ook gegevensuitwisseling tussen de verschillende landen van Europa belangrijker. Om de uitwisseling van voertuig- en rijbewijsdata te bevorderen tussen overheidsinstanties en verzekeraars, heeft de RDW samen met Unisys sinds 1994 het systeem EUCARIS ontwikkeld: de European Car & Driving Licence Information System. Doel is grensoverschrijdende diefstal en fraude tegen te gaan. EUCARIS is geen centraal register; slechts een netwerk dat de verschillende databanken verbindt. In 2008 zijn Duitsland en Nederland met een experiment begonnen om informatie over verkeersovertreders uit te wisselen; in 2009 sluiten ook Frankrijk, België en Luxemburg zich aan bij deze exchange. Naar verwachting zullen in de toekomst alle EU-landen gebruikmaken van dit netwerk. In 2008 is EUCARIS onderdeel geworden van de juridische infrastructuur in de Europese Unie, als gevolg van een beslissing van de Raad van Europa. Binnen drie jaar moeten alle politieautoriteiten in de betrokken landen aangesloten zijn. In 2008 werd het systeem beloond met de iGovernment 2.0 Award tijdens de Europese top voor de Digitale Overheid in Rome.
Digitaal identificeren Maar liefst 9 miljoen Nederlanders bezitten een rijbewijs, een aantal dat zal oplopen tot 11 miljoen als in 2009 het brommerrijbewijs wordt ingevoerd. Het nieuwe rijbewijs dat RDW eind 2006 heeft gelanceerd, is voorzien van beveiligingen die in de pas lopen met de Europese normen voor officiële identiteitsbewijzen. Met instemming van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie heeft de RDW eind 2008 voorgesteld een aangepaste versie van het nieuwe rijbewijs in te zetten als digitaal identiteitsbewijs, een alternatief voor de elektronische nationale identiteitskaart (eNIK). Het nieuwe rijbewijs is zo ontworpen dat toevoeging van een chip relatief eenvoudig is. Paspoorten en officiële identiteitskaarten zijn reeds voorzien van zo’n chip, waarop onder andere een digitale afbeelding van de gebruikte pasfoto opgeslagen is. Bij controle op luchthavens kan de douane zo direct vaststellen of er met het identiteitsbewijs geknoeid is. Aanpassing van systemen en infrastructuur voor het aangepaste rijbewijs en de voorbereiding van productie en distributie kunnen volgens de RDW binnen drie jaar gerealiseerd zijn; oftewel voor 2012, dat binnen Europa als deadline geldt voor een uniform rijbewijs met beveiligde chip. Elektronische identificatie is voor de RDW van belang, omdat handelingen zoals het overschrijven van een kenteken op naam van de nieuwe eigenaar vergemakkelijkt kunnen worden met digitale herkenning. Het bespaart de burger tijd en maakt diverse ambtelijke handelingen overbodig. De benodigde investering wordt ruimschoots gecompenseerd door de potentiële kostenreductie, zeker wanneer meer overheidsdiensten gebruikmaken van deze smartcard. Daar is belangstelling voor, want het College voor Zorgverzekeringen ziet mogelijkheden om het elektronisch identiteitsbewijs in te zetten als veilig toegangsbewijs tot het digitaal patiëntendossier. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 35
Tekst: Yvonne Jansen, Fotografie: Keke Keukelaar
Interview: Guus Wesselink
Digitalisering
RDW pionier in online dienstverlening De afdeling TET. Elke transporteur van vervoer dat buiten de wettelijke maten valt heeft er mee te maken. Sinds 2008 gaat deze Toelating Exceptioneel Transport via de RDW website. Binnen drie minuten is online de ontheffing aangevraagd. Tot voor kort was het aanvragen van een ontheffing van exceptioneel vervoer een papierwinkel. De aanvraag werd ingevuld, vervolgens gefaxt, waarna een medewerker van de RWD de gegevens in een database verwerkte. Na een proefperiode begin 2008, werd besloten de aanvragen voortaan digitaal te doen. Het voornaamste doel: meer gebruiksgemak − en vooral − tijdwinst.
Papierwerk Een van de gebruikers van de nieuwe online dienst van de RDW is het bedrijf Heavy International Services, gespecialiseerd in het vervoer van exceptionele vrachten. De transporteur werkt al sinds de eerste proefperiode met de online dienst. Wim Cassimon van Heavy International Services: “Het belangrijkste is dat het papierwerk achterwege blijft. We hebben veel sneller de bevestigingen binnen en kunnen dus vlotter werken.” Wagenborg Nedlift, eveneens vervoerder van uitzonderlijke vrachten, zet Cassimons woorden kracht bij met een voorbeeld. “Wij hebben 700 tot 900 incidentele aanvragen per jaar. Gisteren aan het eind van de dag deed ik er nog vijf. Met zoveel ontheffingsaanvragen merken we duidelijk de tijdswinst die de online dienst biedt”, zegt Gert Kleis van het Groningse bedrijf. Tegenwoordig is hij niet meer dan drie minuten per opdracht kwijt.
Snelheid Tussen het aanvragen van de ontheffing en het moment dat de vracht daadwerkelijk de weg op kan, zit vaak maar twee dagen, en valt dus ruim binnen de termijn van twee tot vijf werkdagen die de RDW voor ogen heeft. Ian Kleisen is namens Bolk Almelo ook een vaste gebruiker 36 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
van de digitale dienst: “De snelheid van de toekenning is afhankelijk van de afmeting en het gewicht. Bij gangbare afmetingen duurt het twee dagen, bij minder gebruikelijke maten kan het tien dagen duren.” Want zelfs binnen de wereld van het exceptioneel vervoer zijn er uitzonderingen. Een ophaalbrug met een breedte van 10 meter of windmolenbladen van lengtes tot 50 meter vragen nu eenmaal om meer regelwerk. Ian Kleisen: “Als de RDW een mandaat heeft, gaan ‘simpele’ vrachten heel snel. Dan is het in een halve dag geregeld. Maar dat geldt tot bepaalde afmetingen. Daarbuiten moet de RDW de wegbeheerder om toestemming vragen.”
‘We hebben veel sneller de bevestigingen binnen en kunnen dus vlotter werken’
Hergebruik Volgens Gert Kleis is het digitale systeem om nog een reden een uitkomst. “Het biedt de mogelijkheid tot het hergebruiken van oude opdrachten. Soms is met een paar simpele aanpassingen al te doen. Je ziet dat het bij de RDW ook sneller gaat.” En digitaal werken maakt zaken overzichtelijker. “Alle aanvragen zijn makkelijk na te kijken. We stoppen ze in één openbare map, waar meerdere mensen binnen ons bedrijf toegang tot hebben.” Wim Cassimon is te spreken over de Nederlandse aanpak: “Omdat we naast in Nederland ook in Duitsland en België actief zijn, zien we het verschil. In België gaat het aanvragen van de vergunningen nog altijd via de post. Pas na vier weken hebben we een reactie. Via de RDW duurt het ongeveer één week voor vrachten boven een ton en voor ladingen met meer gangbare afmetingen aanzienlijk korter.”
AVc: Publiek-private crimefighter Guus Wesselink, oprichter en directeur van de stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit (AVc), lijkt in één opzicht op de criminelen met wie hij al het grootste deel van zijn werkzame leven de strijd aanbindt: hij heeft zijn tentakels overal. Bij de AVc verzilvert de oud-politieman en geboren netwerker de optelsom van zijn ervaringen. Mét een aantal zeer betrokken partners, onder wie de RDW. Autodiefstal was vroeger een fluitje van een cent: morrelen aan het portierslot, draadjes verbinden, wegwezen. Startonderbrekers, boordcomputers en voertuigvolgsystemen maken het lastiger. Maar zelfs mét nieuwe technologie zou het aantal autodiefstallen niet zo sterk zijn teruggedrongen, als de RDW, het ministerie van Justitie, de politie, het Openbaar Ministerie, ANWB, RAI, BOVAG, Transport en Logistiek Nederland, verzekeraars en nog wat organisaties de handen niet ineen hadden geslagen. “Geen Europees land kent zo’n cultuur van samenwerking”, constateert directeur Guus Wesselink, terugkijkend op ruim elf jaar AVc. “De overtuiging dat we elkaar nodig hebben zit er diep in. Bij de betrokken partijen staat het delen van gegevens bovenaan, gecombineerd met uitwisseling van expertise. Alle partijen betalen ook mee. Dat kweekt commitment. Zou die krachtenbundeling ontbreken, dan speelt dat bijvoorbeeld criminelen in de kaart die zich gespecialiseerd hebben in het omkatten van auto’s: identiteitsfraude waarbij een gestolen auto wordt ‘gelegaliseerd’ door het chassisnummer van een autowrak van hetzelfde model erin te bouwen.”
Georganiseerde misdaad
e-overheid
De digitale initiatieven van het RDW worden geroemd door Ank Bijleveld, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. “Uitvoeringsorganisaties zoals de RDW nemen initiatieven en succesvolle digitale instrumenten zijn daarvan het resultaat.” Zo vindt zij dat het initiatief van de RDW voor een chip met e-handtekening op het nieuwe rijbewijs een prima voorbeeld is hoe de komende jaren de e-overheid versterkt kan worden. Alle ideeën voor de verbetering zijn gevat in het Nationaal Uitvoeringsprogramma betere dienstverlening en e-overheid, kortweg het NUP. Bijleveld zegt daarover: “Een ambitieus programma over hoe we samen de komende jaren de e-overheid zullen versterken. De RDW is daarin prominent.“ En de digitale aanvraag van ontheffingen voor exceptioneel verkeer is daar een prima voorbeeld van.
Dat een publiek-private krachtenbundeling de juiste formule is, hebben cijfers keihard aangetoond. Wesselink: “Het aantal autodiefstallen is vanaf de oprichting van AVc verminderd met 60 procent en het loopt nog steeds licht achteruit. Er komt bovendien schot in de aanpak van andere soorten criminaliteit: diefstal van lading of onderdelen, pleziervaartuigen of, een typisch Nederlandse ergernis, het stelen van (brom)fietsen.” Niettemin hebben crimefighters een harde dobber aan voertuigcriminaliteit, want boeven worden professioneler en Nederland is géén eiland. Wesselink: “Bij diefstal van personenauto’s is het laaghangend fruit geplukt. De gelegenheidsdiefjes vissen we er uit. Wat rest, is ingedikte soep, de echte professionals. De auto’s die worden gestolen zijn in 20 procent van de gevallen jonger dan drie jaar en verdwijnen meestal definitief uit het zicht. Ze gaan, compleet of in onderdelen, binnen enkele uren de grens over. Naar schatting 30 tot 40 procent van alle voertuigdiefstallen in de EU wordt gepleegd door georganiseerde criminelen. Wijdvertakte netwerken, teams van wisselende samenstelling: een opdrachtgever, een tussenpersoon, een diefje, een leverancier. De diefjes worden gepakt, de achterliggende figuren blijven vaak buiten schot. Jammer dat ik het moet zeggen, maar vermogenscriminaliteit is een stiefkindje. Zaken met bloed en geweld scoren meer. In internationaal perspectief heeft de aanpak van voertuigcriminaliteit door politie en justitie een slagkracht van nul. In onze grensregio’s wordt door politiediensten wél prima samengewerkt. Maar in groter Europees verband zorgen 27 verschillende juridische systemen voor bijna onoplosbare problemen. Gelukkig krijgt ‘Brussel’ de laatste tijd meer oren naar het vooral door Ne-
derland aangezwengelde debat over voertuigcriminaliteit. We pleiten niet alleen voor intensievere samenwerking, maar ook voor preventie.”
Microdots Voor wat betreft preventie wordt volgens Wesselink het technisch potentieel volstrekt onvoldoende benut. De AVc-directeur grijpt een lampje, waarmee hij microdots opspoort, minuscule plaatjes waarop het chassisnummer van een voertuig staat. “Als suikerkorreltjes kun je ze over de belangrijkste onderdelen verdelen. Zo is een voertuigonderdeel eenvoudig te identificeren als afkomstig van één gestolen auto. Dat maakt omkatten vrijwel ondoenlijk. In Australië waren modellen waarvan de belangrijkste onderdelen op deze wijze gemerkt waren, binnen de kortste keren uit de gratie bij dieven.” In Europa heeft de auto-industrie weinig zin in die extra last. Onbegrijpelijk, stelt Wesselink: “Het dotten van onderdelen kost nauwelijks iets en levert veel op. Een robot doet alle belangrijke onderdelen in opgeteld 40 seconden. In geld uitgedrukt vergt het 15 euro per auto. Deze bewerking leidt volgens onze Australische collega’s tot 80 procent minder diefstal!” AVc en partners gooien het nu over de boeg van de Europese politiek. Niet vruchteloos: “De Europese Commissie voert een haalbaarheidsstudie uit naar verplichte invoering van deze voor het menselijke oog onzichtbare, maar veelbelovende wapentjes in de strijd tegen voertuigcriminaliteit.” R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 37
mijn eerste auto (II)
Tekst en beeld: Liselore Chevalier
Jeroen Fridrichs
Productieconsultant - RDW Veendam “Mijn eerste auto was een koekblik op wielen. Het was een Daihatsu Cuore; het bouwjaar weet ik niet meer. Toen ik mijn rijbewijs had gehaald, kocht ik de auto van een collega van mijn moeder. Het moet een komisch gezicht geweest zijn toen ik met mijn vriendin op vakantie ging naar Een, om de hoek van waar ik woonde, met een overdreven volgepropt autootje. Ik heb dit jaar trouwens nog gekeken of ik weer een Cuore zou kopen. Het blijft een leuk monstertje.”
Frank Niemeijer Consultant - RDW Veendam “In 1999 ging ik op zoek naar een Japanse auto, want ik wilde voor niet al te veel geld wel een goede auto hebben. Het werd de Mazda F323. Het grote nadeel van deze auto was dat ik er maar niet vanaf kwam: hij bleef maar rijden. Tot de keer dat de radiateur kapotging, terwijl ik in de file stond. Toen iedereen weer ging rijden stond ik midden op de snelweg stil. Een aantal automobilisten, waaronder collega Giuseppe, is er bijna opgeknald. Levensgevaarlijk.”
Robin Draaijer
René Vlietstra
Robin Draaijer - Medewerker werkinstructies - RDW Zoetermeer “Mijn eerste auto is een hele gewone Toyota Yaris uit 2005. Niets vreemds aan, maar ik kocht hem pas op mijn 47ste. Ik dacht destijds dat de dealer niet doorhad dat het mijn eerste auto was, maar ik reed zo voorzichtig het terrein af, dat het voor hem wel duidelijk was. Wat hij echter niet wist, is dat het ook de allereerste keer was dat ik alleen achter het stuur zat. Deze auto is voor mij dus echt een eerste auto.”
Beleidsmedewerker - RDW Zoetermeer “Als je gek op auto’s bent, wil je natuurlijk iets bijzonders. Mijn eerste auto was daarom een Triumph Spitfire 1500, bouwjaar 1975. Ik heb hem in 1978 gekocht bij een autohandelaar. Een super autootje, maar er was altijd wel iets aan kapot. Zo werd ik eens op de terugreis vanuit Spanje ingehaald door mijn eigen achterwiel. Het was volledig afgebroken en belandde aan de overkant van de snelweg. Gelukkig was het toen nog niet zo druk op de weg en is niemand geraakt. Daar zou je nu niet aan moeten denken.”
38 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Projectmanager - RDW Veendam “Veertig jaar geleden kocht ik mijn eerste auto, een turkooise Citroën Dyane uit 1966. De auto zou in perfecte staat zijn, maar toen ik van de garage naar huis reed, geloofde ik daar meteen niets meer van. Over een afstand van maar vijf kilometer begon de auto meer en meer te roken en te stinken. Boos belde ik de garage. Bleek dat ik de handrem er nog op had staan.”
Elza van Dijk Medewerker Klantenservice - RDW Veendam “Mijn Belgische vriend kwam speciaal voor mij in Nederland wonen en nam zijn auto mee: een rode Citroën C3 uit 2005. Het is misschien niet de meest speciale of mooiste auto, maar voor mij is het een geweldige auto die om een geweldige reden nu van mij is. Liefde is…”
Wendy Pauselius Beheersmedewerker Administratie en Registerbeheer (A&R) - RDW Zoetermeer “Voor mijn 19de verjaardag kreeg ik van mijn ouders een zilvergrijze Opel Kadett, bouwjaar 1983. De auto was toen al dertien jaar oud, en dat heb ik gemerkt. De auto had voorheen op gas gelopen maar liep nu alleen nog op benzine. Het zuigsysteem zoog alleen maar roest op, waardoor ik door de straten stuiterde alsof ik op een hobbelpaard zat. Ik moest dan de auto altijd even aan de kant zetten en wachten tot het bezinksel was gezakt. Daarna kon ik weer verder rijden.”
Hans Heijn
Patrick van der Hoeven Adviseur digitale media - RDW Zoetermeer
“Ik kocht in 1994 een Renault GT Turbo uit 1987 in een opwelling. Onder het motto: je bent jong en je wilt wat. Maar dat ik prins Bernhard jr. ermee zou verslaan tijdens een rally, had ik natuurlijk nooit verwacht. Ik moet het verhaal een beetje nuanceren want prins Bernhard was eigenlijk mijn enige serieuze concurrent, die tijdens de opwarmronde de motor van zijn nieuwe Renault Clio met 16 kleppen al had opgeblazen. Ik won de race dus op mijn sloffen.”
Giuseppe Salvaggio
Productieconsultant relatiemanagement - RDW Veendam “In mijn eerste auto, een elf jaar oude Golf 2, heb ik echt leren rijden. Deze arme auto had binnen twee weken al diverse deuken en een lekke band. Toen ik op Sinterklaasavond op tijd wegreed om lekker vroeg thuis te zijn, ging het mis. Verkeerde inschatting gemaakt over het aantal kilometers dat je op één tank kan rijden. Ik kwam met een lege tank langs de snelweg te staan. Dat betekende dat ik alsnog heel laat thuis was. De ANWB heeft mij toen geholpen door een jerrycan met benzine af te leveren. Verder was het een trouwe auto, die ik later heb ingewisseld voor een Golf 3.” R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 39
kernactiviteiten
TOELATING Voordat voertuigen op de weg worden toegelaten en bij eventuele wijzigingen achteraf, beoordeelt de RDW of is voldaan aan de wet- en regelgeving. De RDW is de nationale autoriteit die de veiligheids- en milieuaspecten van het wagenpark in Nederland bewaakt. Typegoedkeuringen (TGK) Na beoordeling, eventueel testen, en goedkeuring ontvangt de fabrikant een internationaal certificaat of een nationaal geldende typegoedkeuring. Hiermee kan hij producten zonder aanvullende keuring op de markt brengen. De goedkeuringen vormen de basis voor toelating op de weg en daarmee voor de registratie en kentekening van een voertuig. Als Nederlandse goedkeuringsautoriteit voert de RDW deze activiteiten uit voor fabrikanten en importeurs uit de hele wereld. De RDW doet dit in toenemende mate concurrentie met andere Europese toelatingsautoriteiten.
typegoedkeuringen Internationale typegoedkeuringen (certificaten) Nationale typegoedkeuringen (certificaten) Conformity of Production (COP) Testrapporten
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
20.963
20.247
18.406
3,5%
7.275
10.422
8.678
-30%
339
343
267
-1%
5.637
4.957
3.505
14%
Individuele keuring en toelating De RDW laat ook voertuigen toe op individuele basis. Het gaat onder meer om voertuigen die vanuit het buitenland worden ingevoerd, voertuigen die na een zware schade zijn hersteld en opnieuw moeten worden gekeurd en voertuigen waarvan de inrichting is aangepast (bijv. een wijziging brandstof). Voertuigen met een bijzondere toepassing, zoals autobussen, taxi’s, voertuigen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen (ADR) en voor gekoeld vervoer van levensmiddelen (ATP), ondergaan naast de ‘gewone’ toelatingskeuring ook een specifieke inrichtingskeuring bij de RDW. Daarnaast is het een taak van de RDW om bijzondere voertuigen zoals autobussen en voertuigen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen periodiek te keuren.
Kentekenonderzoeken Inrichtingskeuringen Periodieke keuringen
40 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Toelating exceptioneel transport toelating exceptioneel transport Ontheffingen
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
200.899
147.285
105.421
36%
Alle transporten die de wettelijk toegestane maten en/of gewichten overschrijden, mogen alleen gebruik maken van de openbare weg als ze beschikken over een ontheffing. Sinds de invoering van de Centrale Ontheffing Verlening (COV) in 2006 is de RDW de centrale ontheffingverlener voor heel Nederland. Daarbij wordt nauw samengewerkt met de wegbeheerders. Hierdoor is sinds 2006 een forse stijging van het aantal afgegeven ontheffingen te zien. Het aantal ‘zwartrijders’ is sterk afgenomen. Net als in afgelopen jaren is er in 2008 weer met alle betrokken partijen gewerkt aan verdere optimalisatie van de processen. Dit heeft voor transporteurs onder andere geresulteerd in de mogelijkheid om een ontheffingaanvraag via internet in te dienen. Eind 2008 werd 62 procent van alle ontheffingsaanvragen al via de webmodule gedaan. De module wordt de komende tijd verder verbeterd en uitgebreid, zodat transporteurs nog meer inzicht krijgen in de status van aangevraagde en verleende ontheffingen. De optimalisaties hebben er mede voor gezorgd dat de tarieven in 2008 tussentijds naar beneden zijn bijgesteld. facts & figures Het gestegen aantal aanvragen is verwerkt met een geringe toename in personeel. Dit heeft in drukke periodes de doorlooptijd onder druk gezet. In deze periodes is er intensief contact geweest met de branche om de wederzijdse verwachtingen goed af te stemmen. Mede doordat steeds meer aanvragen via de webmodule lopen, waren de doorlooptijden eind 2008 weer goed onder controle.
Op het gebied van typegoedkeuringen heeft de RDW in 2008 een goed jaar gekend. De omzet was voor het derde opeenvolgende jaar hoger dan het voorgaande jaar. Vooral Testcentrum Lelystad had een omzet die hoger was dan die in 2007 (+18%), voornamelijk door toename van testen. Bij alle voertuigcategorieën is meer werk verricht. Vooral vanuit Azië was een toename van het werkaanbod zichtbaar. Daarnaast is er als gevolg van de steeds strengere milieueisen een groei te zien in het aantal test- en internationale goedkeuringsactiviteiten. Zoals verwacht heeft de daling in nationale goedkeuringen zich doorgezet. Dit is een gevolg van de nieuwe kaderrichtlijn die in mei 2009 ingaat. Deze vervangt de nationale certificaten door EU-certificaten.
individuele keuringen
In 2008 is wederom een groot aantal voertuigen aangeboden. Hierdoor hebben de keuringsstations alle zeilen bij moeten zetten om klanten goed van dienst te zijn. De RDW lijkt hierin te zijn geslaagd. Uit klanttevredenheidsonderzoek blijkt dat de klant het proces van individuele keuring en toelating met een 7,5 waardeert. De samenwerking met de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) en de Politie heeft in 2008 een impuls gekregen. Naast administratieve samenwerking zijn er gezamenlijke inspecties uitgevoerd langs de weg. In totaal 42 keer met de Politie en 7 keer met IVW. Ook is de kennis op het gebied van voertuigidentificatie toegenomen, omdat het NFI de taak om forensisch onderzoek uit te voeren op voertuigen heeft overgedragen aan de RDW. In 2008 zijn 1991 voertuigen bekeken door de RDW. In 447 gevallen heeft de RDW voertuigonderzoek gedaan, wat heeft geleid tot een formele rapportage.
LZV
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
187.759
196.022
160.679
-4%
4.678
4.469
4.246
5%
26.329
24.786
24.013
6%
In 2008 werden er 885.216 voertuigen op kenteken gezet, de meest verkochte merken waren Volkswagen, Honda, Piaggio, Volkswagen en DAF in respectievelijk de categorieën personenauto’s, motorfietsen, bromfietsen en lichte en zware bedrijfswagens.
885.216
In november 2007 is ervoor gekozen de toegestane maximale massa van LZV-combinaties terug te brengen naar 50 ton. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft, naar aanleiding van een onderzoek in opdracht van enkele brancheorganisaties, TNO opdracht gegeven deze keuze opnieuw te onderzoeken. Op grond van het TNO advies is in mei 2008 besloten opnieuw een maximum massa tot 60 ton toe te staan voor LZV’s. Eind 2008 reden er 194 combinaties van 109 bedrijven rond en zijn er in totaal 291 kerngebieden vrijgegeven voor de 60 tons LZV-combinaties. Medio 2008 heeft de RDW een symposium georganiseerd om met alle betrokkenen de ontwikkelingen rond LZV’s (inter)nationaal af te stemmen.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 41
kernactiviteiten
TOEZICHT EN CONTROLE
sancties tegen erkenninghouders bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken, demontage, export, kentekenplaten en tenaamstelling
Erkenningen De RDW verleent verschillende erkenningen aan bedrijven uit de voertuigbranche. Naast erkenningen voor het uitvoeren van de periodieke keuringen (APK) en het inbouwen van gasinstallaties (LPG), snelheidsbegrenzers (SB) en tachografen (TA) verleent de RDW ook erkenningen voor het houden van voertuigen in bedrijfsvoorraad, het rijden met een handelaarkenteken (groene platen) en het produceren van kentekenplaten. Meest opvallend is de toename in het aantal bevoegdheden Tenaamstelling Voertuigen.
erkenninghouders APK, LPG, SB/TA en combinaties Bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken en kentekenplaatfabrikanten
Bevoegdheden bij erkenningen bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken etc. Bedrijfsvoorraad/handelaarskenteken Demontage
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
Waarschuwing en verscherpt toezicht
1.549
1.626
2.228
-5%
Schorsing
1.262
1.365
1.261
-8%
45
35
40
29%
Tijdelijke intrekking
263
257
323
2%
Definitieve intrekking
410
424
470
-3%
3.529
3.707
4.322
-5%
2007
2006
verschil 2008-2007
Voorwaardelijke intrekking
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
9.623
9.491
9.396
1%
21.416
20.909
20.381
2%
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
21.063
20.558
20.011
2%
572
582
585
-2%
Export
2.152
1.978
1.824
9%
Tenaamstellen voertuigbedrijf
3.706
3.163
2.671
17%
Kentekenplaten
358
351
346
2%
Versnelde afgifte
334
308
266
8%
Totaal aantal sancties
Het aantal sancties is licht afgenomen. In 2008 zijn in het kader van de invoering van GAIK-online meer bezoeken afgelegd met een informatief karakter. Deze bezoeken kunnen geen sanctie tot gevolg hebben.
Toezicht op erkenningen De kwaliteit van de APK-keuringen en de inbouw van LPG-installaties en snelheidsbegrenzers en tachografen wordt steekproefsgewijs gecontroleerd. 2008 was het eerste jaar waarin gewerkt werd met de nieuwe APK-frequentie voor benzinevoertuigen. De nieuwe regels gelden voor voertuigen die op benzine rijden en toegelaten zijn vanaf 2005. Het schema voor deze groep voertuigen is de eerste keuring na vier jaar en daarna eens per twee jaar. Wanneer het voertuig 8 jaar oud is wordt de frequentie weer jaarlijks. Het wettelijk APK steekproefpercentage van 3 procent is in 2008 ruimschoots gehaald. De pilot APK in België is geëvalueerd en per 1 januari 2009 zelfs uitgebreid met een viertal Vlaamse autokeurders in de buurt van de Nederlandse grens. Ook ligt er de uitdaging om in 2010 te starten met APK in Spanje. In 2008 zijn ongeveer 500 APK keuringen uitgevoerd in België volgens de Nederlandse APK.
Toezicht op erkenninghouders Door het afleggen van bedrijfsbezoeken controleert de RDW of de erkende bedrijven nog steeds voldoen aan de voorwaarden. Als dit niet het geval is, kan de RDW een sanctie opleggen. Een erkenning kan tijdelijk worden geschorst of definitief worden ingetrokken. Afhankelijk van de erkenning worden erkenninghouders één keer per twee jaar, jaarlijks of halfjaarlijks bezocht.
afmeldingen bedrijfsbezoeken APK, LPG, SB/TA Bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken, kentekenplaten en gerelateerde bevoegdheden
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
6.024
6.322
5.818
-5%
24.323
24.456
24.602
-1%
APK 1
276.255
266.459
254.564
4%
APK 2
6.801.630
6.974.179
6.809.993
-2%
LPG
23.222
17.067
19.536
36%
SB/TA
89.301
84.623
82.906
6%
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
APK 1
8.509
5.079
6.621
68%
APK 2
STEEKPROEVEN
In 2008 hebben bedrijfsinspecteurs in totaal 6.024 bedrijfsbezoeken afgelegd bij bedrijven met een erkenning voor het uitvoeren van de APK en het inbouwen van LPG, snelheidsbegrenzers (SB) en tachografen (TA). Het betrof zowel periodieke controlebezoeken als bezoeken naar aanleiding van aanvragen voor een nieuwe erkenning. Het aantal bezoeken aan de Kentekenplaatfabrikanten was in 2008 47 procent hoger dan in het jaar ervoor. Dit komt doordat de kentekenplaatfabrikanten extra zijn bezocht in verband met de invoering van GAIK-Online. In 2008 heeft de RDW 712 sancties opgelegd aan erkenninghouders APK, LPG, snelheidsbegrenzers en tachografen. Ook hebben 681 keurmeesters een sanctie opgelegd gekregen. Van de erkenninghouders kregen er 396 een waarschuwing, 47 een technische schorsing, 90 een voorwaardelijke intrekking en 148 een tijdelijke intrekking. Uiteindelijk werd van 31 bedrijven de erkenning definitief ingetrokken.
42 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
2008
213.744
206.455
209.469
3%
LPG
1.102
784
918
41%
SB/TA
3.021
2.530
3.688
19%
STEEKPROEFPERCENTAGE
NORM
2008
2007
2006
APK 1
3%
3,1%
1,9%
2,6%
APK 2
3%
3,1%
3,0%
3,1%
LPG
5%
4,7%
4,6%
4,7%
SB/TA
5%
3,4%
3,0%
4,5%
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 43
kernactiviteiten
REGISTRATIE EN INFORMATIEVERSTREKKING
beschikbaar heeft (bijvoorbeeld milieugegevens) en door een toegenomen informatiebehoefte. De totale stijging bedraagt 13 procent.
De RDW registreert de gegevens van ruim 11 miljoen voertuigen en hun eigenaren. Het gaat hierbij om voertuigen die actief zijn op de weg. In het aantal van 11 miljoen zijn voertuigen die geschorst, gestolen of in bedrijfsvoorraad zijn niet meegeteld. Ook voertuigen met vervallen of ongeldige kentekens of kentekens zonder tenaamstelling zijn hier niet in meegeteld. De databanken bevatten daarnaast ook vaartuig-, verzekerings-, rijbewijs-, bromfietscertificaat- en persoonsgegevens. Deze registers zijn een belangrijke informatiebron voor medeoverheden en private organisaties.
Informatieverstrekking uit de registers De RDW levert Politie, Justitie en BZK op twee manieren informatie. De ene manier is dagelijks een vaste set aan gegevens voor bijvoorbeeld opsporing van gestolen voertuigen. Deze dagelijkse levering voorkomt dat opsporingsdiensten nog bezig zijn met opsporingen die inmiddels zijn opgelost. De andere manier is dat Politie, Justitie of BZK gegevens van individuele voertuigen opvragen bij bijvoorbeeld verkeerscontroles. Meer dan de helft van de informatie die door Politie, Justitie en BZK wordt opgevraagd betreft frequent herhaalde verstrekkingen over voertuigen waar iets ‘mee aan de hand is’. Deze informatie wordt opgevraagd in het kader van zogenoemde ANPR-controles door de politie, automatische facts & figures nummerplaatherkenning. Circa 10 miljoen bevragingen hebben betrekking op het rijbewijsregister. Een substantieel deel van de opgevraagde informatie bestaat uit eenvoudige bevraging, zoals de controle van APK-goedkeuringen. De tellingen vinden plaats op ontvanger van de berichten. De opvraagmogelijkheden voor Politie en Justitie worden continu verbeterd. De daling van 6 procent wordt onder andere veroorzaakt doordat in 2008 minder bijzondere informatievragen zijn gedaan dan in 2007. Aan de voertuigbranche is over de hele linie meer informatie verstrekt, zowel via providers als rechtstreeks. Dit wordt veroorzaakt doordat de RDW meer informatie
Kamperen blijft onveranderd populair onder Nederlanders. Steeds meer mensen kiezen ervoor om met een camper op pad te gaan. In 2008 kwamen er 5.394 campers bij, een toename van bijna 10 procent. FIAT en Volkswagen zijn de populairste merken. Eén op de drie campers is van het Italiaanse merk en één op de zes is een Volkswagen.
5.394
ELEKTRONISCHE INFOrMATIEVERSTREKKING NAAR KLANTENCATEGORIE (AANTALLEN X 1.000)
2008
2007
verschil 2008-2007
Politie, Justitie en BZK
210.200
222.900
- 6%
Voertuigbranche
222.100
195.700
13%
Ministerie van Financien (Belastingdienst en Douane)
23.000
20.500
12%
Particulieren
34.200
28.500
20%
9.200
8.100
14%
Verzekeraars
2.600
3.200
-19%
Gemeenten (in verband met ontwikkeling NRD)
Klanten van BKR
16.100
15.500
4%
Overigen (o.a. CBS, CBR, IVW, BKWI en Postkantoren)
64.100
39.400
63%
Totaal
581.500
533.800
9%
Online informatieverstrekking
146.800
126.500
16%
Batch informatieverstrekking
434.700
407.300
7%
99,7%
99,5%
0%
Beschikbaarheidspercentage voor aanvragen en muteren van kernregisters (norm > 97,5%)
44 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Ten opzichte van 2007 is 12 procent meer informatie verstrekt aan het ministerie van Financiën. Er is met name een toename te zien in de informatie die aan de Belastingdienst wordt verstrekt. De informatieverstrekkingen aan particulieren is met 20 procent gestegen. Oorzaak van deze forse stijging is de uitbreiding van de voertuiggegevens die online op www.rdw.nl kunnen worden opgevraagd. Via de site kunnen nu gemakkelijk onder andere milieugegevens worden ingezien. Ook kan worden bekeken of een voertuig als verzekerd staat geregistreerd bij de RDW. De uitbreiding past in de ontwikkeling van de e-Overheid waarbij de RDW inzage biedt in het basisregister van voertuigen. De informatieverstrekking aan verzekeraars is met 14 procent toegenomen. Om de eigen informatie te controleren vragen verzekeraars regelmatig extracties op uit het verzekeringsregister. Het aantal extracties en ook de grootte hiervan is toegenomen in vergelijking met 2007, onder andere door een incidentele toename van informatie via WAM-extracties. Het aantal aan- en afmeldingen in het verzekeringsregister is ongeveer gelijk gebleven in vergelijking met 2007. In 2008 is 2,6 miljoen keer de geldigheid van een rijbewijs voor de klanten (voornamelijk banken) van het Bureau Krediet Registratie (BKR) geverifieerd. Ten opzichte van 2007 is dit een substantiële daling van 19 procent. Of dit aan de kredietcrisis toe te schrijven is, moet nog nader onderzocht worden. De afdelingen Burgerzaken, Milieuzaken, Parkeerdiensten en Parkeerbelastingen van gemeenten vragen een grote hoeveelheid online informatie op. Voor de afdelingen Burgerzaken gaat het om informatie die wordt geleverd in het kader van de verwerking van aanvragen voor rijbewijzen. Dit heeft sinds het rijbewijs op creditcardformaat een grote vlucht genomen. De RDW stelt steeds meer informatie beschikbaar over onder andere milieu, waardoor de stijgende lijn van toename van de informatieverstrekkingen aan overige partijen zich ook heeft doorgezet in 2008. De enorme stijging is vooral het gevolg van incidentele leveringen en het abonnement van het Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit.
Overige Informatieverstrekking overige informatieverstrekking Telefoon E-mail Correspondentie Downloaden brochures & formulieren Bezoeken aan www.rdw.nl
2008
2007
2006
verschil 2008-2007
926.029
954.657
958.298
-3%
83.175
82.584
67.151
1%
22.557
44.088
21.198
-49%
599.941
833.727
827.312
-28%
11.222.060
11.003.907
6.947.045
2%
Het aantal telefonische informatieverstrekkingen in 2008 is licht gedaald ten opzichte van 2007 (-3%). Klanten maken steeds meer gebruik van de digitale mogelijkheden die de RDW biedt om informatie op te zoeken. Wel zien we dat de aard van de vragen verandert en dat daardoor de gesprekken langer duren. Het aantal inkomende brieven is weer terug op het niveau van 2006. In 2007 verdubbelde het aantal brieven door een toename van de informatieverzoeken van onder meer gerechtsdeurwaarders als gevolg van een wetswijziging. In de loop van het jaar 2007 heeft de RDW een applicatie in gebruik genomen waarmee geautomatiseerd en dus sneller aan de informatieverzoeken kan worden voldaan. Hiermee verdwenen de schriftelijke informatieverzoeken grotendeels weer. In 2008 zijn brochures en formulieren fors minder gedownload van de RDW-site (-28%). Dit komt onder meer door het samenvoegen van formulieren, waardoor klanten voor sommige aanvragen nog maar één formulier hoeven te gebruiken. Verder is de grootschalige kentekening van brom- en snorfietsen in 2007 afgerond. Klanten hebben hiervoor destijds veelvuldig brochures opgevraagd. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 45
kernactiviteiten
COLUMN
DOCUMENTAFGIFTE AFGEGEVEN DOCUMENTEN
BEZWAAR EN BEROEP 2008
2007
2006
verschil 2008-2007
Kentekenbewijs deel IA (voertuigbewijs)
1.088.000
1.077.000
982.000
1%
Kentekenbewijs deel IB (tenaamstellingsbewijs)
3.341.000
3.432.000
3.195.000
0%
Rijbewijzen
1.876.041
1.902.000
1.150.000
-1%
66
283
74.000
-77%
Bromfietscertificaten
Kentekenbewijs deel IA Het aantal nieuw afgegeven kentekenbewijzen is in 2008 licht gestegen ten opzichte van 2007. Er is vooral een toename van het aantal versneld afgegeven kentekenbewijzen. Versneld afgegeven kentekenbewijzen voor personenauto’s zijn in 2008 afgenomen met 2 procent, voornamelijk veroorzaakt door een daling in het laatste kwartaal van 2008. Daarentegen is de afgifte van kentekenbewijzen voor bedrijfsauto’s en bromfietsen toegenomen met respectievelijk 7 procent en 24 procent Het aantal individueel afgegeven kentekenbewijzen is in 2008 met 4 procent gedaald door een daling van het aantal importkeuringen. Ruim 5 procent meer vervangende kentekenbewijzen zijn afgegeven. De stijging geldt voor alle voertuigcategorieën en in het bijzonder voor bromfietsen (+13%). Wel zijn er aanmerkelijk minder bijzondere kentekenbewijzen afgegeven in 2008 (61%). Dit komt doordat in 2008 geen zevendaagse kentekenbewijzen meer konden worden aangevraagd, wat in de eerste helft van 2007 nog wel mogelijk was. Er is aanzienlijk minder vraag naar de opvolger van het zevendaagse kentekenbewijs: het transito kentekenbewijs.
Kentekenbewijs deel IB Het totaal aantal afgegeven tenaamstellingsbewijzen in 2008 ligt op hetzelfde niveau als 2007. Wel worden in verhouding meer tenaamstellingen via erkende bedrijven afgegeven en minder via de Postkantoren.
Rijbewijzen De gemeenten verzorgen de reguliere afgifte van rijbewijzen. De levenscyclus van rijbewijzen bedraagt 10 jaar. Vanaf 2006 zijn de vette jaren aangebroken, dit loopt tot en met 2011. In deze jaren worden jaarlijks rond de 1,8 miljoen rijbewijzen afgegeven. In de magere jaren bedraagt het aantal gemiddeld rond de 1,2 miljoen.
De RDW neemt een veelheid aan besluiten waartegen burgers en bedrijven bezwaar kunnen maken op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Daarnaast legt de RDW als toezichthouder sancties op aan erkenninghouders en keurmeesters. Ook hier bestaat de mogelijkheid van bezwaar en beroep. Bezwaarschriften bezwaarschriften Ingediende bezwaarschriften
Een krappe 2,6 miljoen personenauto’s wisselden afgelopen jaar van eigenaar. In totaal waren dat bijna 4,9 miljoen eigendomswisselingen. Gemiddeld wisselden deze 2,6 miljoen personenauto’s dus 1,8 keer van eigenaar. Niet alleen van particulier naar particulier maar ook van particulier naar (de bedrijfsvoorraad van een) dealer. De meeste tenaamstellingen gebeurden op het postkantoor, gevolgd door erkende bedrijven. Een kleine groep gaat naar het RDW-loket.
2.600.000
46 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
2007
2006
991
1.753
2.036
Het aantal ingediende bezwaarschriften is flink gedaald ten opzichte van de voorgaande jaren. Dit komt doordat in 2008 geen bezwaren meer zijn binnengekomen tegen de weigering tot afgifte van kentekenbewijzen voor brom- en snorfietsen. Het aantal ingediende bezwaren ligt nu weer op het niveau van dat in 2005. Ook bezwaren die betrekking hadden op personele aangelegenheden, APK-erkenningen, keuringsbevoegdheid APK, bedrijfsvoorraad en rijbewijzen zijn in totaal afgenomen. Bezwaren gericht tegen verval tenaamstelling zijn enigszins toegenomen.
Afhandeling bezwaar en beroep afgehandelde bezwaar-, beroepszaken en voorlopige voorzieningen
2008
2007
2006
Gegrond/gedeeltelijk gegrond
216
649
358
Ongegrond/niet-ontvankelijk
820
1.407
1.155
1.036
2.056
1.513
Totaal ingediend Ingetrokken of anders afgehandeld
facts & figures
2008
Totaal afgehandeld
135
286
191
1.171
2.342
1.704
In 2008 heeft de RDW 977 bezwaarzaken, 124 (hoger)beroepszaken en 70 voorlopige voorzieningen (totaal 1.171) afgehandeld conform de Awbprocedure. Dit is een totale afname van 1.171 (50%) ten opzichte van 2007. De sterke daling ten opzichte van de voorgaande jaren wordt veroorzaakt doordat er nauwelijks bezwaren zijn ingediend op het gebied van bromen snorfietsen. Het totaal aan afgehandelde voorlopige voorzieningen en (hoger) beroepen is nagenoeg gelijk aan dat in 2007.
Vergeet het maar Die dierlijke grom bij het starten. De vibratie bij het optrekken. De, ik geef toe, soms bijna erotische sensatie van die stevige pook in je hand, waarmee je soepel opschakelt terwijl je de koppeling precies op dat ene lekkere punt laat opkomen. Het regelmatige geronk van een motor in bedwang. Een motor die je bij de kladden grijpt, die je uitdaagt en je je grenzen doet verleggen. Maar ook een motor die, eenmaal op toeren, je geruststelt. Spinnend haast, als een tevreden kat. Vergeet het maar. Want het duurt natuurlijk niet lang meer met de huidige automobiel. De klimaatcrisis, de energiecrisis en de kredietcrisis – ze schreeuwen allemaal om een nieuwe vorm van rijden. Elektrisch is de verwachting. Ik heb het zelf mogen ervaren in onder andere de elektrische Lotus Elise. Je zou haast zeggen dat moeder natuur haar zelf geschapen had, zo organisch voelt het aan. Op de dag dat ik dit stukje schrijf, schiep de wetenschap de volgende stap: een nieuwe batterijtechnologie waarmee je een elektrische auto in enkele minuten kunt opladen. Nu duurt dat nog een uur of acht. (We vergeten het gekissebis over milieuonvriendelijk geproduceerde batterijen. Het is een kinderziekte, gaat vanzelf over. En ook even geen discussie over op vieze kolen gestookte stroom waarmee je het ding zou opladen. Want het vieze-stroomprobleem moet (en zal) sowieso worden opgelost. Bovendien is er vaak al de keuze voor groene stroom.) Maar vergeet vooral het autorijden zoals je het kent. Zet het bij in de galerij der nostalgie als dat van de postduif, de grammofoon of het wollen borstrokje. Ooit mooi en fijn, nu overbodig. Ingehaald door iets beters. Iets wat stroomt in plaats van kachelt. Dat zoemt in plaats van brult. Dat roetsjt in plaats van rijdt. Een volwaardige auto, met een fatsoenlijke actieradius op één batterij. Een wagen die reageert zoals je hoopt als je het stroompedaal intrapt. Zonder in te boeten aan kracht en vermogen. Want dat kan. De elektrische Elise bewijst het. En het is nog een Nederlands initiatief ook, deze Elise. Als Obama slim is, vervoegt hij zich als de wiedeweerga in Lochem. Daar vindt-ie een mes dat snijdt aan alle kanten van alle crises: een brandstofvrije, CO2-neutrale auto en een mogelijkheid om de kwijnende auto-industrie een nieuwe impuls te geven. En dan geen gefriemel met hybride tussenoplossingen, nee, gelijk groot denken. Yes we can!
De klimaatcrisis, de energiecrisis en de kredietcrisis – ze schreeuwen allemaal om een nieuwe vorm van rijden
Meike Huber (1972) is freelance journalist en autoredacteur bij Bright magazine.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 47
HUMAN RESOURCES
kernactiviteiten
KLACHTEN EN OMBUDSMANZAKEN
Human Resources: de medewerkers
Klachten
Personele bezetting
In 2008 bedroeg het totaal aantal klachten dat is binnengekomen bij de RDW 1.327. Dat is een lichte stijging ten opzichte van 2007, toen er in totaal 1.310 klachten zijn ontvangen. Deze stijging ligt geheel en al in het feit dat sinds 2008 de klachten van de afdeling Toelating Exceptioneel Transport (TET) ook inzichtelijk zijn gemaakt en worden meegenomen in de RDW-brede klachtenregistratie. TET ontving in 2008 445 klachten. De klachten hebben voor het merendeel betrekking op de productkwaliteit van de afgegeven ontheffingen, zoals bijvoorbeeld een fout in de aangegeven route. Gezien het totaal aantal afgegeven ontheffingen per jaar (ruim 200.000) is het aantal klachten echter zeer beperkt te noemen (0,2%). Sinds medio 2008 is een nieuwe webmodule geïntroduceerd waardoor de transporteur zelf de gegevens kan invoeren. Verwacht wordt dat daardoor het aantal klachten in 2009 zal afnemen. Als de klachten van de afdeling TET buiten beschouwing worden gelaten dan is het aantal klachten gedaald van 1.310 in 2007 naar 882 in 2008. Deze forse daling is te verklaren door de afloop van het project ‘kentekening brom- en snorfietsen’ dat in 2007 veel klachten heeft opgeleverd. Het aantal klachten heeft zich hiermee gestabiliseerd naar het aantal in 2006 (885). Onderstaand overzicht laat zien dat in 2008 gemiddeld 89 procent van de klachten binnen de RDW-norm van vier weken is afgehandeld en gemiddeld 97 procent binnen de wettelijke termijn van 6 weken. Ten opzichte van 2007 is dit een enorme verbetering. De RDW hecht veel waarde aan een juiste en tijdige afhandeling van klachten en herstelt gemaakte fouten zo snel mogelijk. Gemiddeld is in 72 procent van de gevallen een klacht gegrond verklaard.
De gemiddelde bezetting over 2008 was 1.447 fte. De verdeling over de verschillende organisatieonderdelen is als volgt:
Klachten
gemiddelde personele bezetting (in personen en fte) Divisie Voertuigtechniek
2006
1.327*
1.310
885
Gegronde klachten in %
72%
69%
65%
Gemiddelde doorlooptijd: afhandeling < 4 weken (RDW norm)
89%
74%
81%
Gemiddelde doorlooptijd: afhandeling < 6 weken (Awb-norm)
97%
89%
93%
721,1
758,2
691,3
Divisie Registratie & Informatie
352,9
315,6
335,9
299,2
234,7
229,2
216,7
210,7
Overig
200,1
180,9
202,4
183,0
1.576,5
1.446,8
1.513,2
1.384,2
De gemiddelde leeftijd van de RDW-medewerker in 2008 is 45,4 jaar. Een lichte stijging ten opzichte van het voorgaande jaar (45,3 jaar). De afdeling Ontwikkeling Voertuigreglementering (OVR) is de afdeling met de hoogste gemiddelde leeftijd (52,7 jaar) en de langste gemiddelde diensttijd (22,5 jaar). De afdeling Strategie en Externe Ontwikkelingen (SEO) is met gemiddeld 38,9 jaar de ‘jongste’ afdeling. SEO is eveneens de afdeling met de kortste gemiddelde diensttijd (8,8 jaar). De gemiddelde diensttijd bij de RDW is 14,3 jaar. 31 procent van de medewerkers is vrouw. Dit is vrijwel gelijk aan het percentage werkzame vrouwen in voorgaande jaren.
In- en uitstroom In 2008 traden er 150 nieuwe medewerkers in dienst (2007: 93) en hebben 77 medewerkers de RDW verlaten (2007: 67).
Opleidingskosten
Op grond van de Wet Nationale ombudsman kan een burger een klacht indienen over de RDW. De Nationale ombudsman stelt in beginsel geen onderzoek in voordat de interne klachtenprocedure bij de RDW is doorlopen.
In 2008 is gemiddeld 1.159 euro per medewerker geïnvesteerd in opleiding en training. Dit is exclusief training ‘on the job’, heroriëntatie en managementleergang Tools. Dat komt overeen met 2,2 procent van de loonsom. 2008
2007
2006
41
39
32
opleidingskosten (in euro’s) Totale opleidingskosten (excl. Tools)
48 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
788,8
Het ziekteverzuim in 2008 bedroeg 4 procent, een mooie daling ten opzichte van 2007 (4,5%). Ook de meldingsfrequentie is afgenomen. Gemiddeld meldt een medewerker zich 1,6 keer per jaar ziek. In 2007 was dit nog 1,7 keer. De gemiddelde verzuimduur was 10,85 kalenderdagen, een lichte toename van 0,35 dag.
Nationale ombudsman
Van de 41 binnengekomen klachten in 2008 zijn er 23 zaken in behandeling genomen via de interne klachtenprocedure bij de klachtencoördinatoren. De Nationale ombudsman is in 18 gevallen een onderzoek gestart. Hiervan heeft de Nationale ombudsman drie gevallen gegrond en drie klachten ongegrond verklaard. Het onderzoek naar zes klachten is gedurende het onderzoek beëindigd door de Nationale ombudsman. In zes zaken loopt het onderzoek nog.
2007 in FTE
Ziekteverzuim
*Sinds 2008 inclusief klachten van de afdeling Toelating Exceptioneel Transport (445 in 2008)
Aantal ombudszaken
2007 in personen
Leeftijdsopbouw
2007
ombudsmanzaken
2008 in FTE
ICT Bedrijf
Totaal
2008
Aantal klachten
2008 in personen
Aantal medewerkers (in personen) Gemiddelde kosten per medewerker Opleidingskosten in % van de loonsom
facts & figures
300.000 voertuigen werden er in 2008 uit Nederland geëxporteerd, waarvan een kleine 200.000 personenauto’s en 68.500 bedrijfswagens. Tweederde van de geëxporteerde voertuigen is tussen de zes en vijftien jaar oud.
300.000 2008
2007
1.825.810
1.933.000
1.576,5
1.498
1.159
1.348
2,2%
2,6%
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 49
Tekst: Guus Peters
Groen op weg
Auto-industrie op het snijvlak van schoon en zuinig
Hoe schoon is schoon?
Het begrip ‘schone auto’ beheerst de actualiteit. In 2008 kwam in elk geval de milieuvriendelijkheid van auto’s nadrukkelijk op de agenda. Maar hoe schoon is een schone auto? Drie deskundigen geven antwoord op die vraag.
50 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 51
S
Schoon of zuinig? Als het gaat om auto’s en het milieu worden begrippen
Schone auto’s zijn er genoeg. Goedbeschouwd is elke moderne auto ‘schoon’ (zie kader), anders heeft het voertuig geen enkele kans op de Nederlandse en Europese automarkt. Feit is wel dat de ene auto nog wat schoner is dan de andere, waarbij het maar de vraag is wat dan de criteria zijn. Voor het RDW-jaarverslag vroegen we deskundigen van diverse pluimage naar hun oordeel over ‘de schone auto’. Freelance autojournalist Wim Oude Weernink (onder andere werkzaam voor Automotive News, Autovisie en NRC Handelsblad), André Reijnders van de afdeling Ontwikkeling Voertuigreglementering van de RDW en Ruud Verbeek van de afdeling Mobiliteit bij TNO.
Prius Wie het publiek op straat naar schone auto’s vraagt, krijgt vaak dezelfde namen te horen. De Toyota Prius wordt door bijna iedereen genoemd, net als de Honda Civic Hybrid. Ook auto’s met een A-label, zoals de Smart Fortwo 0,8 cdi en het technisch identieke trio Peugeot 107/Toyota Aygo/Citroën C1 worden regelmatig genoemd, terwijl mensen met iets meer autokennis ook het BlueMotion-concept van Volkswagen noemen. Dat komt vooral door de Polo BlueMotion, die opvallend zuinig is. In het verleden presenteerde Volkswagen ook al eens de Lupo 3L, die gemiddeld 1 op 33 rijdt.
Euro 6
Volgens autojournalist Wim Oude Weernink is het lastig een écht schone auto aan te wijzen. “Dat ligt eraan waar je naar kijkt. Als je het hebt over weinig CO2, dan komen auto’s als de Toyota Prius, Honda Civic Hybrid en zéker de nieuwere versies van die auto’s: de nieuwe Prius en de Insight bovendrijven. Maar ook de nieuwe, net gepresenteerde Mercedes-Benz E-klasse is er in een extreem schone versie. Die voldoet nu al aan de Euro 6-norm die in 2014 van kracht wordt. Dat is heel knap voor zo’n grote auto”, aldus Oude Weernink. Tegenover deze CO2-vriendelijke auto’s (die dus minder meewerken aan de opwarming van de aarde) staan de opvallend zuinige auto’s. Dat zijn vaak diesels. “De Volkswagen Polo BlueMotion bijvoorbeeld”, zegt Oude Weernink. “Daarmee laat Volkswagen zien dat dieselmotoren extreem zuinig kunnen worden gemaakt. Wat benzinemotoren betreft is Volkswagen nog niet zo revolutionair, maar het BlueMotion-concept voor dieselmotoren biedt wel perspectieven. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld de Smart Fortwo met dieselmotor. Die stoot maar 88 gram CO2 uit en is daarmee de zuinigste diesel op de markt. Maar als je het hebt over zuinig én schoon, kom je toch uit op een auto als de Toyota Prius en de nieuwe Honda Insight. Dat is net als de Prius een hybride. Een auto dus met een benzinemotor en een elektromotor. De technisch identieke Citroën C1, Peugeot 107 en Toyota Aygo zijn een goede derde. Die zijn klein en compact, zuinig en schoon.”
Dieselnadelen Oude Weernink haast zich overigens op te merken dat diesels weliswaar CO2-vriendelijk zijn, maar dat er wel andere nadelen aan kleven. De uitstoot van stikstofoxiden (NOx) en roetdeeltjes is nog altijd een behoorlijk probleem bij moderne diesels, erkent ook André Reijnders van de afdeling Ont52 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
wikkeling Voertuigreglementering bij 1 op 24 als schoon en zuinig nogal eens met elkaar verward. de RDW. “Voor wat betreft de uitstoot Op de afdeling Mobiliteit en Terwijl het toch twee verschillende dingen zijn. Goedbevan bijvoorbeeld NOx, koolwaterstof Milieu van TNO is de verwachting schouwd is elke moderne auto ‘schoon’, als het gaat om en koolmonoxide en roetdeeltjes zijn dat auto’s met verbrandingsmotor de samenstelling van de uitlaatgassen. Zelfs de grootste de zogenaamde Euroklassen ingevoorlopig nog het beeld zullen beachtcilinder SUV’s hebben katalysatoren en (als het voerd: Euro 2, Euro 3, Euro 4. Op dit palen als het om aandrijving gaat. een diesel betreft) een roetfilter, wat ze het predikaat moment is wat uitstoot betreft Euro “We verwachten wel dat ze op een ‘schoon’ oplevert. 4 de norm. Er zijn al auto’s die al aan termijn van zo’n dertig jaar nog een ‘Zuinig’ is echter een heel ander verhaal. Een onzuinige de Euro 5-norm voldoen, maar het factor twee zuiniger worden. Een auto verbruikt veel brandstof en stoot daardoor ook veel gaat er vooral om wat je met ‘schoon’ auto die dus nu 1 op 12 rijdt, zal in CO2 uit, wat weer direct van invloed is op de opwarbedoelt. Als je naar CO2-uitstoot kijkt, 2040 gemiddeld 1 op 24 rijden”, zegt ming van de aarde. Daarom is de CO2-uitstoot (altijd Ruud Verbeek, specialist voertuigdat is van zichzelf schoon. CO2 mag aangeduid in grammen per kilometer) zo belangrijk bij technologie van TNO. “Dat gaat best uit de uitlaat komen, wij mensen de brandstoflabeling. Een auto met A-label die minder worden bereikt door verbeteringen ademen het ook uit. Hoe minder CO2 dan 110 gram CO2 per kilometer uitstoot is sinds aan bijna alle onderdelen van de een auto uitstoot, hoe zuiniger hij is. 1 januari vrij van BPM, bespaart 50 procent op de auto; de aandrijflijn, de luchtweerMaar met de uitstoot van bijvoorbeeld houderschapsbelasting en (als het een auto van de zaak stand, de rolweerstand, de massa. NOx en roetdeeltjes kun je zo niet rebetreft) heeft slechts 14 procent bijtelling. Daarnaast zullen er computers in de deneren. Dan gelden binnen bepaalde voertuigen geïnstalleerd worden die klassen auto’s zekere plafonds, voor de berijders helpen met een zuiniger zowel benzine- als dieselauto’s. Voor rijgedrag. Verder verwachten we een overgang naar kleinere motoren alle diesels geldt dan dat ze niet schoon zijn”, aldus Reijnders. die hetzelfde vermogen leveren. Anders gezegd: er is minder vermogen nodig omdat het voertuig en de aandrijflijn efficiënter worden. Dat is Bezine versus diesel Volgens Reijnders is het moeilijk een toptien van ‘schone’ auto’s te maken. gunstig voor het milieu, want met een beperkte cilinderinhoud beperk “Daar moet je eigenlijk een jaartje mee wachten. Sommige nieuw gepre- je de wrijvingsverliezen en presteert de motor beter terwijl het verbruik senteerde modellen zijn nog lang niet op de markt. De nieuwe Polo Blue- omlaag gaat”, aldus Verbeek. Motion wordt bijvoorbeeld pas in 2010 leverbaar en tegen die tijd verwacht ik een hausse aan schone auto’s”, aldus Reijnders. Volgens hem hebben Bewijzen benzinemotoren in elk geval voorlopig een streepje voor als het om schoon Hij verwacht verder dat er in de komende jaren een boeiende wedloop gaat. “Zelfs een vijf jaar oude benzinemotor is schoner dan de modernste komt tussen elektrisch aangedreven voertuigen en waterstofauto’s. “Als diesel. Dat komt vooral door de roetdeeltjes. Diesels zijn over de hele linie de elektrische auto’s het komende decennium echt doorbreken, dan zuiniger, dus als het gaat om CO2-uitstoot zijn ze in het voordeel. Maar als wordt het moeilijk voor waterstof. Met name ook vanwege de infrastruchet gaat om de luchtkwaliteit in bijvoorbeeld binnensteden zijn diesels een tuur, waar de overheid voor moet zorgen. De kosten daarvan zijn bij waterstof veel hoger; het elektriciteitsnet ligt er immers al”, stelt Verbeek. bedreiging”, stelt Reijnders. De TNO-man is voorzichtig optimistisch over elektrische auto, maar plaatst ook kanttekeningen. “Als je kans ziet de elektriciteit duurzaam op Aardgas In die zin vindt Reijnders de benzineversie van de Smart Fortwo bijvoor- te wekken, via windmolens bijvoorbeeld, dan kan die elektriciteit prima beeld een schoner alternatief dan de Smart diesel. “De diesel is wel zuinig, worden gebruikt om auto’s ’s nachts op te laden. De elektrische auto zal maar toch een viezerik. Hij stoot aan NOx (stikstofoxide) 208 milligram zichzelf nog wel moeten bewijzen, met name als het gaat om duurzame en uit. Dan doet de benzineversie het beter; met maar 11 gram NOx. En met betaalbare batterijen.” Verbeek verwacht veel van het fenomeen ‘range 103 gram CO2 is die benzineversie ook mooi zuinig”, aldus Reijnders, die extenser’. Dat wordt toegepast op elektrische auto’s die soms net kilomeook positief gestemd is over de Toyota Prius (‘écht een schone auto’), de tercapaciteit tekortkomen. Voor die gevallen hebben ze dan een kleine nieuwe Honda Insight (‘absoluut schoon’) en bijvoorbeeld de Volkswagen verbrandingsmotor. Touran op aardgas. “Die is niet zo zuinig, maar wel schoon. Dat geldt bijAlles bij elkaar is het duidelijk dat er, mede onder invloed van milieuvoorbeeld ook voor de Mercedes B-klasse en de Citroën C3 op aardgas. Ik vind ook auto’s als de Fiat 500 1.2 automaat, de Panda en bijvoorbeeld de en kredietdiscussies, veel gaat gebeuren in autoland. Maar linksom of rechtsom, de auto wacht sowieso een schone toekomst. BMW 3 Serie met EfficientDynamics zeer zuinig.”
Groene mobiliteit Als het gaat om groene mobiliteit is Nederland een van de koplopers in Europa. In de wetenschap dat de helft van alle nieuw verkochte auto’s in Europa inmiddels 130 gram of minder CO2 per kilometer uitstoot, heeft de helft van de in 2008 in Nederland nieuw verkochte auto’s een (milieuvriendelijk A- of B-label. 97 procent van alle in Nederland verkochte nieuwe diesel-personenauto’s heeft een roetfilter. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 53
Q A Q&A
Ook in 2008 was er veel te doen om de voortdurende klimaatcrisis en de rol van de auto daarin. Maar hoeveel weet u eigenlijk over CO2-uitstoot, hybrides, zuinige auto’s, brandstofverbruik en energielabels? Kunt u onderstaande vijf vragen zonder aarzelen beantwoorden?
1
Q: Rob least een auto met een dieselmotor die niet meer uitstoot dan 95 gram CO2 per kilometer. Zijn collega Cees heeft een auto van de zaak op benzine die 110 gram CO2 per kilometer uitstoot. Betalen beide collega’s nu 20% bijtelling?
2 A
B
C
D
E
F
G
A:
Nee, de auto’s van Rob en Cees vallen in de klasse met 14% bijtelling. De echte autogek weet nu ook precies welke auto Rob leaset: een Smart CDI. Met een CO2-uitstoot van 88 g/km is het namelijk de enige diesel die momenteel in de laagste bijtellingsklasse valt. Trouwens, als Cees niet in de hybride Toyota Prius rijdt, dan heeft ook hij maar een klein wagentje tot zijn beschikking, want een CO2-uitstoot van 110 g/km betekent dat zijn auto omgerekend maar maximaal 4,7l/100 km (1:21) mag verbruiken. En dat doen niet veel benzineauto’s, zeker niet de grotere. In de categorie van 20% bijtelling die als ‘tussenoplossing’ op 1 januari 2009 is geïntroduceerd, vallen de auto’s die méér verbruiken dan de allerzuinigste kleintjes, maar toch ook weer niet zó vervuilend zijn dat de eigenaar de volle mep moet betalen. Voor dieselauto’s in deze klasse geldt een CO2-uitstoot van 96 t/m 116 gram en voor benzineauto’s van 111 t/m 140 gram. Deze klasse is misschien aantrekkelijker voor Rob en Cees, omdat ze toch een lagere bijtelling dan de normale 25% zouden hebben, maar niet meteen vastzitten aan een piepkleine auto.
Q: Henk is van plan een nieuwe auto te kopen met energielabel C. Bij de dealer vraagt hij hoe zo’n label tot stand komt en wat het inhoudt. Verkoper Oscar antwoordt: “In Nederland wordt het energielabel voor auto’s bepaald op basis van de hoeveelheid CO2-uitstoot per kilometer en de afmetingen van de auto. De uitstoot op het label is ook meteen de maximale uitstoot van de motor.” Heeft verkoper Oscar het bij ‘t rechte eind? A: Nee. Ten eerste is het een misvatting dat de CO -uitstoot die op het label is vermeld, vaststaat. Dat getal is 2
namelijk gebaseerd op het door de fabrikant opgegeven gemiddelde verbruik. Als je een liter benzine volledig verbrandt, komt er 2370 gram CO2 vrij (bij diesel is dat overigens iets meer, namelijk 2650 gram). Stel, een benzineauto verbruikt gemiddeld 5,0 liter per 100 km, oftewel 0,05 liter per kilometer. De CO2-uitstoot is dan afgerond 119 g/km (2370 X 0,05 l). Als je echter in de stad rijdt, schiet het verbruik omhoog naar 10,0l/100 km, en is de uitstoot ook twee keer zo hoog! Ten tweede is Oscar een onderdeel in de bepaling van het energielabel vergeten. In Nederland is er namelijk een zogenaamde ‘relatieve klasse-indeling’ waarbij niet alleen met de CO2-uitstoot (in gram per kilometer) en de afmetingen (lengte en breedte) van de auto wordt gewerkt, maar ook met de gemiddelde uitstoot van het Nederlandse wagenpark. Via een berekening wordt zo de relatieve energiezuinigheid bepaald, waaruit dan weer een energielabel volgt. Die ‘relatieve’ kijk zorgt ervoor dat een grote, maar in vergelijking met zijn klassegenoten erg zuinige BMW 520d, ook een A-label krijgt terwijl het bakbeest toch echt méér verbruikt dan bijvoorbeeld een Smart fortwo die ook een A-label draagt.
54 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Tekst: Andrew Mason en Lucas Boot
3
Questions & Answers
Q: Jan heeft een bedrijfsuitje met vijftig collega’s. Ze laten hun auto’s thuis
en reizen per touringcar. Collega Karel meent echter dat het beter is om te carpoolen, want zo’n ronkende, walmende bus is immers een stuk milieuvervuilender dan een paar auto’s, toch?
A:
Karel heeft het niet helemaal begrepen: één auto is weliswaar schoner dan een bus (aangezien het verbruik en dus de uitstoot van schadelijke stoffen lager is), maar als alle vijftig man zich verdelen over, pak ’em beet, twaalf auto’s, dan is de uitstoot van één bus toch echt een stuk lager. Bovendien worden de emissie-eisen voor bussen (en vrachtwagens) steeds strenger, dus zó smerig is een bus nou ook weer niet.
Q: Sjaak heeft een hybride-auto terwijl zijn buurman Jochem hetzelfde model heeft zónder een systeem met tweeledige aandrijving dat tevens de remenergie terugwint en opslaat. Jochem heeft zijn twijfels over de milieuvriendelijkheid van hybrides en stelt dat Sjaaks auto per gereden kilometer weliswaar schoner is, maar wél meer verbruikt, omdat een hybride door de zware elektromotor en extra’s accu’s meer gewicht in de schaal legt. Bovendien heeft Jochem eens gelezen dat het productieproces van een hybride veel schadelijker is dan van een normale auto. Heeft Jochem gelijk?
A:
Nee. Je kunt niet zeggen dat een auto per kilometer schoner is, maar toch méér verbruikt. De uitstoot is immers direct gekoppeld aan het verbruik (zie het antwoord bij vraag 2) en een hybride is doorgaans wel degelijk zuiniger dan een vergelijkbaar conventioneel model. De brandstofbesparing zit hem vooral in de hulp van de elektromotor bij het optrekken die ervoor zorgt dat de verbrandingsmotor zich minder hoeft in te spannen. Bovendien kun je af en toe volledig elektrisch rijden en de verbrandingsmotor draait nooit onnodig stationair, bij het stoplicht slaat-ie bijvoorbeeld onmiddellijk af. En tja, die extra hybride-techniek legt weliswaar iets meer gewicht in de schaal, maar dat weegt (letterlijk) niet op tegen de energiebesparing die het systeem kan opleveren. Jochem’s tweede punt is wat meer omstreden. Helemaal nadat er in 2007 een rapport verscheen van een Amerikaans onderzoeksbureau waarin werd gekeken naar de complete levenscyclus van nieuwe auto’s. Oftewel, de energie die het kost om een auto te produceren, te gebruiken en te slopen. De opzienbarende uitkomst was dat een Toyota Prius zodoende (ondanks het véél lagere verbruik) per kilometer vervuilender was dan een dikke, maar relatief eenvoudige SUV als de Hummer, omdat de productie en de sloop zoveel moeilijker zouden zijn. Het kost inderdaad wat meer energie om een hybride te maken omdat er meer onderdelen voor nodig zijn, maar die zijn niet veel ingewikkelder of radicaal anders dan bij conventionele auto’s en dankzij het lagere verbruik wordt de extra energie (en dus de vervuiling) van de productie, tijdens het gebruik al vrij snel gecompenseerd. Ook is het niet waarschijnlijk dat de sloop problemen en extra vervuiling oplevert. Zo zijn de accu’s volledig recyclebaar en naarmate meer hybrides worden gesloopt, zal dat recycleproces alleen maar efficiënter worden. Overigens is het rapport ondertussen van allerlei kanten onderuitgehaald. Met name het feit dat de vervuiling van de hele levenscyclus bij een Hummer over 600.000 kilometer wordt uitgesmeerd en bij de Prius maar over 175.000 kilometer, bleek nogal vergezocht, maar vooral oneerlijk…
5
4
Q: Suzanne en Ronald zijn met hun camper op vakantie in de Franse Alpen. Ronald beweert dat de camper hoog in de bergen meer schadelijke stoffen uitstoot dan thuis in de Prins Alexanderpolder. Wat denkt u? A: Ronald heeft gelijk. Ten opzichte van de vlakke polderweg moet de motor in de bergen veel harder werken om
de camper de hellingen op te sleuren (de ‘ontspanning’ tijdens de afdalingen weegt daar niet tegenop), zodat het verbruik en daarmee ook de uitstoot van schadelijke stoffen toeneemt. Maar los van de hellingen zal het verbruik in de bergen sowieso hoger zijn vanwege de ijle lucht, die minder zuurstof bevat. Op bijvoorbeeld duizend meter boven zeeniveau neemt het vermogen van een atmosferische motor (dus zonder turbo) dankzij de slechtere verbranding met ongeveer 13 procent af. Het betekent dat, om enigszins dezelfde prestaties te krijgen, je het gaspedaal dieper in moet trappen en dat doet het verbruik nooit veel goed. Motoren mét turbo komen overigens veel minder snel in ademnood door de ijle lucht op grote hoogten, doordat de turbo het verschil in luchtdruk voor een groot deel compenseert.
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 55
Segway
Tekst: Rick Akkermans
Op weg met de Segway Enkele jaren terug waren de grappige ‘zelfbalancerende bromfietsen’ nog een vreemde verschijning. Nu kijkt bijna niemand meer vreemd op bij het passeren een Segway. Het tweewielige voertuigje is nu dan ook een volwaardig vervoermiddel voor de openbare weg en moet daarom zijn voorzien van een kenteken. Wat komt daar allemaal bij kijken? Om het geheugen even op te frissen: de Segway bestaat uit een soort treeplank, met aan weerszijden twee wielen en bovenop een stang waaraan het ‘stuur’ zit gemonteerd. Wil je vooruit, dan is het zaak naar voren te leunen. Wil je achteruit… enfin, gewoon het lichaamsgewicht naar achteren dus. Sturen gebeurt met een draai aan de handgreep. Zoals het een voertuig anno 2009 betaamt, is de Segway behoorlijk ‘groen’. Hij wordt immers aangedreven door twee oplaadbare elektromotoren – in elk wiel één. Zij zorgen overigens ook voor het in balans blijven van de Segway. Hoewel er verschillende uitvoeringen zijn, is 20 kilometer per uur de maximale snelheid die een Segway mag rijden op de openbare weg in Nederland. 56 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Toelatingskeuring Sinds 1 juli vorig jaar is de Segway officieel ‘aangenomen’ als vervoermiddel op de openbare weg. En net als bij andere gemotoriseerde voertuigen dient het voertuig (sinds 15 oktober 2008) te zijn voorzien van een kenteken. Om daarvoor in aanmerking te komen, moet hij door de RDW worden gekeurd. Maar aan welke eisen moet zo’n ‘yuppenstep’ nu voldoen? Henk Wallensteijn is projectmanager bij RDW en legt uit: “Er komen tegenwoordig veel bijzondere en innovatieve voertuigen uit, waaronder de Segway. Voordat deze de weg op mogen, moeten ze worden goedgekeurd door de SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveilig-
Iedere Segway krijgt verplicht een Voertuig Identificatie Nummer (VIN-nummer), waarmee deze bij de RDW kan worden geregistreerd
heid). Deze instantie onderzoekt de verkeersveiligheid van voertuigen; de Segway blijkt veilig genoeg. Na goedkeuring van de SWOV stelt de RDW toelatingseisen. Een van die eisen is bijvoorbeeld dat iedere Segway een Voertuig Identificatie Nummer (VIN-nummer) krijgt, waarmee deze bij de RDW kan worden geregistreerd. Daarnaast wordt bijvoorbeeld de remweg uitvoerig gecontroleerd.” Iedere Segway moet overigens ook voorzien zijn van een goedwerkende bel of claxon. Verlichting is daarentegen niet noodzakelijk. “Mits je er overdag mee rijdt”, stelt Wallensteijn. “Ga je in het donker de weg op, dan moet de Segway zijn voorzien van voor- en achterlicht.” De toelatingskeuring vindt, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de APK, slechts eenmalig plaats. Je kunt als kersverse Segway-eigenaar kiezen uit twee opties. “Je bent het goedkoopst uit wanneer je langsgaat bij een van de
zestien RDW-keuringsstations. Je betaalt dan 22,50 euro voor de keuring en nog eens 37 euro voor het kenteken”, vertelt Wallensteijn. “Gemakkelijker is om een keurmeester aan huis te laten komen. Maar dat kost wel 50 euro extra.” Dat bedrag valt mee wanneer je bedenkt dat een nieuw exemplaar al snel zo’n 6000 euro kost.
Fietspad
Heb je de Segway gekocht, gekeurd en gekentekend, dan kun je met een gerust hart – en met een minimum leeftijd van 16 jaar – de weg op. Hoewel, de weg? Wallensteijn: “Wij noemen het officieel een ‘zelfbalancerende bromfiets’. Zoals de naam al zegt, valt-ie onder de zelfde regels als een bromfiets en moet je er gewoon mee op het fietspad. Tenzij je gehandicapt bent, want dan mag je op de stoep. Maar dan wel met maximaal 6 kilometer per uur.” R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 57
Tekst en beeld: Liselore Chevalier
mijn eerste auto (III)
Jan Strik
Klantenservice wetgeving, beleid en toezicht - RDW Veendam “Toen ik in 1970 mijn NSU 1000 Prinz kocht, was hij al op leeftijd; maar liefst tien jaar oud. Ik heb er niet veel bijzonders mee meegemaakt. Hoewel, er schiet me iets te binnen, wat eigenlijk te gênant is om te vertellen… Vooruit: ik reed een keer achteruit de garage uit, toen de auto stokte. Ik bleef gas geven, maar het hielp niet. Ik begreep er niets van. Tot ik erachter kwam dat ik met open portier tegen een muur aan stond te beuken...”
Marien Walraven Medewerker werkinstructies - RDW Zoetermeer “Ik was 11 jaar, toen mijn vader een Chevrolet Impala kocht. Het was een echte vakantieauto, want mijn vader reed er maar drie maanden per jaar in. Toen ik 17 jaar was, kreeg ik de auto. Na het behalen van mijn rijbewijs, ontstond er na vijf maanden brand in de motorruimte; toen heb ik hem gestald. Het idee is om er deze zomer weer mee te gaan rijden. Ik heb nu zelf een groot gezin, dus dan is zo’n grote Amerikaanse bak ideaal.”
Patty L’Hoest Erik Jan Heck
Technisch medewerker - RDW Roosendaal “Ik heb mijn eerste auto, een Ford Taunus bouwjaar 1973, in België gekocht en moest hem dus laten invoeren bij een keuringsstation van de RDW in Roosendaal. Ik wist toen nog niet dat dit een paar jaar later mijn werkgever zou worden, en nu nog steeds is. Dat krijg je met uitdagend werk, veel techniek en omgaan met mensen; dat verveelt nooit.”
Dennis Schuybroek
Administratief medewerkster - RDW Roosendaal “Mijn allereerste auto was een ouderwetse trapauto. Het was een beetje proppen, want ik zat er altijd met mijn broer in. De volgende auto die ik me herinner, is de Hillman Minx van mijn vader. Schitterende auto uit 1952, en kijk op de foto hoe leeg de straat toen was! Mijn eerste eigen auto was een rode Ford Capri met groene deuren. Een blitse wagen met een blits geluid, vanwege de kapotte uitlaat. Althans, dat vond ik, maar de politie niet zo.”
HR-adviseur - RDW Zoetermeer “Mijn eerste auto zag eruit zoals een kind een auto tekent. In 1992 kocht ik, 19 jaar oud, een Ford Escort uit 1979 van de broer van een vriend die bij een garage werkte. Het was een prima karretje, dat helaas na anderhalf jaar al niet meer door de APK-keuring kwam. De hele onderkant was doorgeroest en hij leek dus meer op een trapauto van de Flinstones.”
Keurmeester - RDW Roosendaal “Oldtimers zijn het helemaal voor mij. Mijn eerste auto was een donkerblauwe Renault 4 CV uit 1960. Ik kocht de auto in 1987. Op een gegeven moment hoorde ik wat piepen en toen gebeurden er rare dingen. Wat bleek? De wiellager was vastgelopen waardoor het wiel stopte met draaien. Je kunt je voorstellen wat er dan met je auto gebeurt. Later heb ik één keer een nieuwe auto gekocht, daarna alleen maar oldtimers. Nu heb ik weer een Renault 4 CV, maar wel een iets betere!”
Peter Stok
Projectleider - RDW Groningen “Omdat ik in één keer mijn rijbewijs haalde en mijn oudere broer drie keer zakte, was de Citroën Dyane uit 1969 voor mij. Mijn vader had de auto voor tweehonderd gulden van mijn oom gekocht en tot zijn grote ergernis startte deze rammelbak makkelijker dan zijn eigen, gloednieuwe auto. In die tijd was ik heel verliefd op een meisje, met wie ik trots rondreed in mijn Dyane. We kusten een week, maar toen ging ze ervandoor met een jongen met een mooiere auto.”
58 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Jeroen Mackor
Huub Dellepoort
Hoofd keuringsstation - RDW Roosendaal “Als student kocht ik mijn eerste auto, een Renault 6. Deze auto’s waren zo geroest dat ze lekker goedkoop waren, maar motorisch heel sterk. Dit was dus de beste manier om een ‘goede’ auto te kopen voor weinig geld. Als student had ik het natuurlijk niet breed, dus het onderhoud deed ik zelf. Ideaal hierbij was het boekje ‘Vraagbaak voor uw Renault 6’, dat ik nog steeds heb. Een jaar later kocht ik mijn tweede Renault 6. De eerste bewaarde ik voor de onderdelen, voor het geval nummer twee kapot zou gaan. Later leer je dat bij auto’s altijd dezelfde dingen stukgaan, dus dat bewaren weinig zin heeft.”
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 59
Tekst: Jens Holierhoek, Beeld: Keke Keukelaar
goedgekeurd
Goedgekeurd! Inge Diepman, bekend van radio en televisie (Het Zwarte Schaap, B&W, Herexamen), liet ons meekijken met de APK van haar auto. De blonde presentatrice vindt dat we maar eens af moeten van de negatieve associatie met de Algemene Periodieke Keuring. “De APK is een service, geen straf.”
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 61
Tekst: Yvonne Jansen, Fotografie: Keke Keukelaar
Interview: jan mengelers
‘Crisis kan sprong voorwaarts betekenen’
Samen
Keurmeester Bert Mol controleert de schokbrekers.
met monteur Bert Mol van de Amsterdamse Toyota-dealer Louwman wachten we Inge Diepman op in de garageopening. Na een hartelijke begroeting vraagt Bert Mol haar kentekenbewijs. Diepman gebruikt de overhandiging om nog even een noot te kraken: “Bij de vorige APK-keuring bleek dat bepaalde gegevens niet leesbaar waren op mijn kentekenbewijs. Mijn auto kwam dus niet door de keuring voordat ik bij de RDW langs was geweest. Ik zou dus blij zijn als het kentekenbewijs voortaan een pasje wordt.” Dit keer zijn er geen problemen. Bert Mol heeft de gegevens van het kenteken in no-time vergeleken met de data in de computer en alles blijkt te kloppen. Het eerste wat hij vervolgens doet is de auto van Inge de testbank oprijden om de remwerking te controleren. Daarna hangt hij meetapparatuur in de uitlaat. “Dit is om diverse waarden in de uitstoot te meten, maar zo te zien scoort de auto van mevrouw Diepman ruim onder de grens.” Hetzelfde geldt voor de koplamptest. Een meetsysteem analyseert de lichtbundel van de koplampen. In één moeite door controleert Mol het interieur, zoals de werking van de gordels. Bij het exterieur komen de ruitenwissers en het remlicht aan de orde. Dan is het tijd voor een kijkje onder de motorkap. “Een vaste checklist van de dingen die ik moet controleren gebruik ik niet, maar al sinds 1972 werk ik voor Toyota, dus ik zie het precies als er iets niet in de haak is.” Inge Diepman komt bij de aanblik van de motor met een kleine openbaring. “Vroeger had ik een oud autootje met daarin altijd een hamer. Als er problemen met de motor waren, sloeg ik erop en dan deed hij het weer.” Ze blijkt geen twee linkerhanden te hebben. “Een lampje verwisselen lukt, net als een band verwisselen.” Al moet ze bekennen dat ze onlangs nog een lekke band had en ze haar buurman om hulp vroeg. “Ik kreeg met geen mogelijkheid de bouten van het wiel los.” Inge rijdt gemiddeld 30.000 kilometer in een jaar, vooral de laatste tijd zit ze veel op de weg. “Ik maak nog altijd radio en wat ik voorheen op televisie deed, doe ik nu voor internettelevisie en bij bijeenkomsten in het land.” Diepman presenteert en is vaak dagvoorzitter. Met haar auto heeft ze een kleine haat-liefdeverhouding, zo blijkt. “De eerste kennismaking verliep niet zo goed. Toen ik hem net had, hoorde ik de hele tijd een raar geluid. Er was heel wat speurwerk voor nodig voordat het opgelost was. Maar toen ik ’m vorig jaar voor de eerste keer APK moest laten keuren, had ik wel even met hem te doen. Hij is er nog niet aan toe, want hij is nog zo jong en fit, dacht ik.” Inge prijst haar auto ook om de hoge zit en zijn praktische nut als familieauto. Bert Mol is inmiddels bijna klaar. De auto staat al op de brug en de monteur bekijkt de wielophanging en wielen, controleert de uitlaat en kijkt of de remleidingen in orde zijn. Uit de meting van het bandenprofiel blijkt dat het wettelijke minimum nog lang niet in zicht is. De auto van Inge Diepman is met vlag en wimpel geslaagd voor de APK. Bert Mol meldt hem af in het systeem. Met het keuringsrapport in de hand kan Inge Diepman weer op pad. “Veel mensen hebben een hekel aan de APK omdat ze het zien als iets dat moet, maar ze moeten beseffen dat de APK draait om veiligheid en milieu. De APK is een service, geen straf.”
‘Vroeger had ik een oud autootje met daarin altijd een hamer. Als er problemen met de motor waren, sloeg ik erop en dan deed hij het weer’
Inge Diepman hoort het goede nieuws: haar Toyota is goedgekeurd. 62 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Auto’s worden niet alleen schoner en zuiniger, maar ook slimmer. Ingebouwde intelligentie kan het aantal ongevallen en fileproblemen reduceren. Jan Mengelers, bestuursvoorzitter van onderzoeksinstituut TNO, vindt dat Nederland z’n kennisvoorsprong op deze terreinen de komende jaren moet vergroten. Het is de dag waarop een uiterst sobere AutoRAI 2009 opent en het slecht nieuws regent. Afgewisseld door af en toe een zonnig bericht. Natuur en Milieu en de drie technische universiteiten presenteren een plan, dat versnelde grootschalige introductie van elektrische auto’s op de Nederlandse wegen beoogt, tot één miljoen in 2020. Dezelfde dag meldt het Maleisische automerk Proton dat het op grote schaal elektrische auto’s gaat produceren, met een in het Friese Damwoude ontwikkelde elektromotor. Jan Mengelers staat er niet écht van te kijken. “Dat wij, buiten de vrachtwagenindustrie van DAF en een vestiging van Scania, geen zelfscheppende Nederlandse auto-industrie hebben, neemt niet weg dat we er als automotive-land toe doen. Helaas valt het niet zo op. Wij hebben een verborgen kracht waarmee Nederland zich in de mondiale top van de automobielindustrie bevindt. Nog altijd zijn 30.000 tot 40.000 mensen werkzaam in deze bedrijfstak, van eerstelijns toeleveringsbedrijven tot bedrijven waar eindfabrikaten worden gemaakt.”
Investeren Het centrum van deze activiteiten bevindt zich in Zuidoost-Nederland, met Helmond als epicentrum. Daar is de High Tech Automotive Campus gevestigd. Dit cluster, dat als een magneet verwante bedrijven aantrekt, moet Nederland volgens Mengelers in de kop van de automotive-ranglijst houden. Zelfs in het oog van de recessiestorm, die de auto-industrie harder treft dan andere branches. Nú investeren betekent volgens hem over enkele jaren de vruchten plukken: “Ik denk dat de crisis leidt tot versnelling van processen, die anders in de loop van de geleidelijkheid zouden hebben plaatsgevonden. Dat kan een sprong voorwaarts opleveren.” TNO stak recent 25 miljoen euro in de campus. Mengelers: “Wij kozen voor Helmond en niet voor Delft, omdat in de regio opleiding, onderzoek, engineering en productie hand in hand gaan. De drie technische universiteiten bundelen hun activiteiten in Eindhoven, waar een automotive-master is gestart. Fontys Hogeschool en de Hogeschool Arnhem Nijmegen beginnen samen een hbo-opleiding autotechniek op de campus. Inmiddels is er ook een ROC toegevoegd.”
Botslaboratorium Nederland moet volgens de TNO-topman niet de illusie koesteren dat het weer een autoproducerende natie wordt. Wel is er volgens hem voldoende kritische massa om Nederland, samen met België en Duitsland, z’n prominente positie op automotive-gebied te laten uitbreiden. Zijn kennisinstelling levert daaraan een bijdrage met onderzoek op het gebied van veiligheid, milieuvriendelijkheid en verkeersdoorstroming (filebeperking). Mengelers: “TNO heeft in Helmond, samen met TÜV Rheinland, een botslaboratorium, waar we allerlei veiligheidsaspecten testen. Dat gaat breder dan automotive, maar omvat ook zaken als gordels, valhelmen en kinderzitjes.
Ook hebben we emissielaboratoria, waar we de uitstoot meten van met name vrachtwagendiesels. Onlangs is daar een belangrijke voorziening aan toegevoegd: een klimaatkamer. Een overgedimensioneerde goed geïsoleerde cel, waar we temperaturen wisselen van -45 tot +55 graden; hoogteverschillen simuleren door de luchtdruk te variëren van 0 tot 4.000 meter boven zeespiegel; en luchtvochtigheid en rijwind aanpassen. Zo kunnen we de realiteit tot in detail nabootsen. Tot nu toe testte je op laboratoriumschaal, waarna je weer de bergen in moest; de kou opzoeken of juist de warmte. Om vervolgens correcties aan te brengen en alles opnieuw te meten. Die cyclus verkorten we, omdat we niet meer wachten op de volgende winter. De kortere doorlooptijd wordt nog meer van belang nu motorenfabrikanten uitstoot niet alleen bij aflevering goed op orde moeten hebben, maar ook na 50.000 of 100.000 kilometer.”
Intelligente auto’s Grote verwachtingen heeft Mengelers van ingebouwde intelligentie in voertuigen: auto’s die steeds meer ‘zelf gaan denken’. De kunstmatige ‘hersens’ daarvoor worden ontwikkeld en getest in TNO’s VeHIL (Vehicle Hardware In the Loop)-laboratorium. “We leggen meer beoordelingsvermogen bij het systeem in plaats van bij de bestuurder. Door middel van cruisecontrol kun je afstemmen met je voorligger. Maar laat je systemen met elkáár communiceren, dan kun je ook de filedichtheid aanpakken. Nu ligt een veilige afstand in de orde van grootte van 2 rijseconden. Praat de techniek sneller met elkaar dan de mens, dan kan die veilige rijafstand verkleind worden tot 1,5 of 1 seconde. Reageert de auto bliksemsnel op een snelheidsvermindering drie auto’s verderop, dan passen er meer auto’s op een kilometer asfalt. Zulke systemen kun je weer koppelen aan de infrastructuur, zoals trajectinformatie. TNO was al kampioen op het gebied van passieve veiligheid, nu leveren we ook in toenemende mate een bijdrage aan het bevorderen van de mobiliteit.” R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 63
governance
RDW
OVERIGE BELANGHEBBENDEN
PUBLIEKE VERANTWOORDING
De RDW is een tariefgefinancieerd, zelfstandig bestuursorgaan dat op basis van de Wegenverkeerswet wettelijke, en door de minister van Verkeer en Waterstaat opgedragen taken uitvoert. Hieronder een overzicht van de taken en bevoegdheden van de diverse partijen:
Voor een goede uitvoering van de publieke taken onderhoudt de RDW op gestructureerde wijze relaties met diverse andere ministeries en overheidsinstellingen, verschillende sectoren in de voertuigbranche, verzekeraars, leasemaatschappijen en met individuele branche- en belangenorganisaties.
De maatschappelijke positie van de RDW vereist een kwalitatief hoge dienstverlening en een zorgvuldige publieke verantwoording. Om daar invulling aan te geven, is de RDW onder meer lid van de Handvestgroep en de Rijksbrede Benchmarkgroep.
Minister van Verkeer en Waterstaat
Gebruikersoverleg voertuigbranche
»»
Het gebruikersoverleg voertuigbranche bevordert de aansluiting tussen de werkwijze van de voertuigbranche en de RDW. Het bespreekt naast onderwerpen op voertuigtechnisch gebied en regelgeving ook tarieven van de RDW, de strategie en de jaaragenda van de RDW. Deelnemers zijn vertegenwoordigers van de RDW en organisaties uit de voertuigbranche en van het ministerie van Verkeer en Waterstaat.
»» »» »» »» »»
heeft ministeriële eindverantwoordelijkheid over de RDW. houdt toezicht op het functioneren van de RDW. wordt geïnformeerd door de Raad van Toezicht en de directie van de RDW. geeft goedkeuring aan onder meer de begroting en de tarieven. benoemt de leden van de Raad van Toezicht. keurt de bezoldiging van de directie goed.
Raad van Toezicht »» »» »» »»
»» »»
bestaat uit vijf leden. legt verantwoording af aan de minister over het eigen functioneren. ziet toe op de werkzaamheden van de directie en staat die met raad ter zijde. geeft goedkeuring aan onder meer de begroting, het jaarverslag en de jaarrekening, het rechtspositiereglement van het personeel, de bezoldiging van de directie en investeringen. heeft een Auditcommissie en een Remuneratiecommissie. benoemt de leden van de directie.
Directie RDW »» »» »» »»
»» »» »»
bestaat uit twee leden. is belast met de dagelijkse leiding van de RDW. is verantwoordelijk voor de uitvoering van de opgedragen taken. ziet toe op een correcte naleving van mandaatregelingen, het Informatiestatuut, het reglement voor het financiële beheer en van toepassing zijnde wet- en regelgeving. laat zich daarbij bijstaan door een managementteam. legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht en de minister over het gevoerde beleid. verstrekt de minister inlichtingen die deze ten behoeve van zijn taakuitoefening nodig oordeelt.
Branche Begeleidingsgroep (BBG) De Branche Begeleidingsgroep overlegt periodiek over voertuigdocumenten en registratie, en stemt specifieke onderwerpen, nieuwe diensten en voornemens van de RDW af. Deelnemers zijn vertegenwoordigers van de RDW en verschillende brancheorganisaties.
Manifestgroep
Deze groep bestaat uit twaalf uitvoeringsorganisaties. Ze wil zich naast het afleggen van ministeriële verantwoordelijkheid, tevens publiek verantwoorden over de kwaliteit van dienstverlening. Daarnaast handelt deze groep volgens de thema’s Kwaliteit, Prijs/prestatie, Transparantie en Responsief handelen en participatie. Tevens geeft ze uitvoering aan de ‘Code Goed Bestuur uitvoeringsorganisatie’. Zie ook www.publiekverantwoorden.nl.
Sinds 2005 is de RDW lid van de Manifestgroep. In totaal doen elf grote uitvoeringsorganisaties hieraan mee. De leden van de Manifestgroep spannen zich gezamenlijk in om de elektronische dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren.
Rijksbrede Benchmarkgroep Deze groep bestaat uit 29 uitvoeringsorganisaties die zich regelmatig met elkaar vergelijken daar waar het de bedrijfsvoering betreft. De aangesloten organisaties hebben zich als doel gesteld van elkaar te leren om zodoende de bedrijfsvoering te verbeteren. Zie ook www.rbb-groep.nl.
Stichting Overlegorgaan APK (SO APK) Deze stichting adviseert de minister van Verkeer en Waterstaat over aangelegenheden in het kader van de APK. Deelnemers zijn alle bij de APK betrokken partijen. facts & figures
Ter afstemming van (beleids-)ontwikkelingen voeren RDW en haar belangrijkste opdrachtgever, het ministerie van Verkeer en Waterstaat, gestructureerd overleg in een aantal overleggremia:
Managementoverleg Implementatie (MOI ) Het MOI bewaakt de voortgang en implementatie van regelgeving en richtlijnen.
Coördinatieberaad Voertuigbeleid (CBV) Het CBV richt zich op beleidsvoorbereiding, implementatie en uitvoering van (inter)nationale regelgeving op voertuigtechnisch gebied.
Coördinatieberaad Documenten en Informatie (CDI) Het CDI richt zich op beleidsvoorbereiding, implementatie en uitvoering van (inter-)nationale regelgeving op het gebied van documenten en gegevens van voertuigen en hun eigenaren. Voor rijbewijzen voeren het ministerie en de RDW daarnaast overleg met de overige ketenpartners binnen de rijbewijsketen in het Coördinatie Overleg Rijbewijzen en Certificaten (CORC).
64 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Handvestgroep Publiek Verantwoorden
In 2008 waren twee op de drie nieuwe personenauto’s voorzien van een groen A-, B- of C-label. Het jaar ervoor was dat nog maar 56 procent. Vooral de modellen met A- of B-label zijn explosief gegroeid, respectievelijk met 108 en 80 procent. 10,7 procent van alle auto’s in Nederland behoort tot de categorie ‘meest zuinig’.
ABC R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 65
00
25.000 facts & figures
‘Met een witte blijf je zitten’ geldt al lang niet meer bij het verkopen van een auto. Dat wit de modekleur is van de laatste jaren, blijkt wel uit het feit dat een kleine 25.000 van de verkochte personenauto’s in 2008 wit was. Grijs is nog altijd de meest geliefde kleur, met zwart als goede tweede. Bijna 215.000 grijze auto’s reden afgelopen jaar de showroom uit. Ruim 167.000 keer werd gekozen voor zwart. Blauw, met ruim 85.000 liefhebbers, en rood, met een kleine 33.000 voorkeuren stonden op plek drie en vier. En 28 mensen kozen ervoor hun auto roze te laten spuiten.
FINANCIËLE INFORMATIE RDW 2008
66 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 67
FINANCIËLE informatie Financiële kerncijfers
2008 was voor de RDW een omslagjaar. Van de € 6,9 miljoen winst in 2007 is het resultaat omgeslagen naar een verlies van € 7,1 miljoen in het afgelopen jaar. Er was voor 2008 al een exploitatietekort begroot van € 2,3 miljoen, zodat met tariefverlaging de niet meer benodigde reserve APK/importkeuringen kon worden afgebouwd.
RESULTATENREKENING
2008
Begroot
2007
IN %
180,4
174,7
182,6
-1%
1,1
1,3
2,6
190,0
178,5
179,3
RESULTAAT GEWONE BEDRIJFSVOERING
-8,5
-2,4
5,9
Financiële baten en lasten
1,4
0,1
1,0
netto resultaat
-7,1
-2,3
6,9
Omzet Subsidie Nieuw Rijbewijs (Min. V&W) Kosten
6%
Financiële resultaten Door de onverwachte economische neergang in het laatste kwartaal van het jaar zijn de verwachtingen voor 2008 die in het Financieel Meerjaren Beleidsplan (FMB) 2009 werden gepresenteerd, niet uitgekomen. 2008 was ook een jaar waarin een aantal incidentele factoren zorgde voor hogere kosten. De opbrengsten zijn in 2008 met € 2,2 miljoen gedaald naar € 180,4 miljoen. Dit was volledig het gevolg van een tariefdaling van per saldo 3,1 procent die in 2008 is doorgevoerd. Het volume van de dienstverlening is bij alle omzetclusters gestegen. Er was volumegroei bij zowel Afgifte Documenten en Typegoedkeuringen. Oorzaken hiervoor waren respectievelijk het groter dan verwachte aantal afgiften van kentekenbewijzen deel IA en de jaarlijkse actualisering van de aanhangwagens. Bij Typegoedkeuringen zijn de tarieven overigens met gemiddeld 2 procent gestegen. De opbrengsten bij de clusters Kentekenonderzoeken, Informatieverstrekking en Afgifte Rijbewijzen zijn gedaald. Er was hier sprake van een tariefverlaging van respectievelijk 15 procent, 9 procent en 12 procent. Bij Kentekenonderzoeken was sprake van een kleine volumestijging (3%). Dit werd veroorzaakt door een toename van het aantal keuringen van motorfietsen. Ook bij het cluster Informatievoorziening was een lichte stijging (1%) te zien. Daarnaast was er een stijging in het aantal gratis verstrekkingen als gevolg van de overgang van het kentekenregister naar een Basisregistratie. De opbrengsten van ontheffingverleningen is gelijk aan vorig jaar. Hierin is wel een tariefdaling van 31 procent verwerkt. Ten slotte is de subsidie voor het nieuwe rijbewijs teruggelopen van € 2,6 naar € 1,1 miljoen. Dit komt doordat de projectmatige activiteiten zijn afgerond en er alleen nog kosten voor de backoffice in rekening worden gebracht.
Gematigd tarievenbeleid en kostenbesparing Met het ministerie van Verkeer en Waterstaat is afgesproken de tarieven jaarlijks met maximaal vijf procent te laten stijgen of dalen, exclusief inflatie. De RDW heeft de laatste vijf jaar laten zien dat het mogelijk is elk jaar efficiënter te werken. De focus is de laatste jaren verschoven van zuiniger naar slim68 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
mer werken. De efficiency wordt namelijk in toenemende mate gerealiseerd door verbetering van de bedrijfsprocessen in plaats van het puur verlagen van de kosten. Dit geeft een voortdurende prikkel om na te denken over procesverbeteringen. De RDW-tarieven zijn in 2008 per saldo met 3,1 procent gedaald. Hiervan is 1,8 procent per 1 januari ingevoerd en de overige 1,3 procent tussentijds per 1 juli 2008.
Kostendekkende taakclusters Bij de verzelfstandiging van de RDW is met het ministerie van Verkeer en Waterstaat afgesproken dat de producten en diensten van de RDW kostendekkend moeten zijn. Om dit te realiseren, zijn de producten en diensten van de RDW in tien clusters samengevoegd. ‘Kostendekkend zijn’ betekent dat de clusters geen exploitatietekorten of overschotten mogen vertonen. Alle clusters moeten dus financieel ‘gezond’ zijn. Door de afbouw van de reserves en het exploitatietekort is de kostendekkendheid voor de taakclusters in 2008 gemiddeld genomen op 96 procent uitgekomen. Hiermee wordt de APK/importreserve versneld afgebouwd.
Investeringen De investeringen in materiële vaste activa bedroegen in 2008 € 6,7 miljoen. € 4,7 miljoen is geïnvesteerd in het huisvestingsconcept Zoetermeer, uitbreiding van het mainframe, werkplekken en de aanschaf van servers en disks. Er is € 0,8 miljoen geïnvesteerd in apparatuur voor de opsporing van rijbewijsfraude en de aanschaf van een couverteermachine. Ook is er voor € 0,9 miljoen geïnvesteerd in garagedeuren bij de keuringsstations en de aankoop van grond in Veendam voor parkeerplaatsen. In 2008 is € 3,2 miljoen geïnvesteerd in immateriële vaste activa: € 2,3 miljoen in de aanschaf van software voor geïntegreerde kassa’s op de keuringsstations, beveiligingssoftware en ETL-tooling. Tenslotte is voor € 0,9 miljoen geïnvesteerd in door de RDW ontwikkelde software. Het betreft een module voor e-Learning en de ontwikkeling van software voor de aan SAP-gekoppelde kassa’s.
Financiële vooruitzichten In het laatste kwartaal van 2008 is er een omslag in de conjunctuur begonnen die naar verwachting in 2009 en 2010 zal voortduren. De situatie is echter moeilijk voorspelbaar en de ramingen van instanties als CPB, OESO en IMF wijzigen in negatieve zin met het kwartaal. De RDW heeft besloten de met Verkeer en Waterstaat afgesproken begroting voor 2009 intern aan te passen aan de bijgestelde verwachtingen van het CPB uit december 2008. Deze houden in dat de Nederlandse economie (BBP) met gemiddeld 0,75 procent zal krimpen. Het begrote eindresultaat komt daarmee met een verlies van € 10,6 miljoen, € 4,1 miljoen slechter uit dan het FMB 2009. Dit is per saldo alleen de omzetdaling van de kentekendocumenten Deel IA die uit de conjunctuurreserve wordt gefinancierd, en is € 3,5 miljoen lager dan 2008. De ontwikkelingen in 2009 worden maandelijks op de voet gevolgd. Parallel aan het 0,75 procent-scenario is een scenario voor een verdere krimp benoemd; in het eerste halfjaar 2009 worden de plannen uitgewerkt voor dat laatste scenario.
Omzet, kosten en tariefontwikkeling Voor 2009 wordt de grootste daling van de omzet verwacht bij de afgifte van Kentekendocumenten, daarnaast bij Typegoedkeuringen en Kentekenonderzoeken. Hier tegenover staan hogere overige inkomsten voor projecten voor derden zoals Anders Betalen voor Mobiliteit. Naar verwachting dalen de kosten in 2009 met 3 procent ten opzichte van 2008. Het aantal fte’s loopt terug naar 1.465. De personele kosten dalen in 2009 met 2 procent, de overige kosten met 5 procent. Bij de planvorming om de verwachte krimp tegemoet te treden zal rekening gehouden worden met de belangen van de stakeholders van RDW. De tarieven in 2009 dalen met gemiddeld 0,5 procent.
Investeringen en financiering De investeringen groeien met € 9 miljoen naar € 19,4 miljoen in 2009. Voor de immateriële investeringen is € 6,8 miljoen begroot. Verwacht wordt dat kosten voor E-learning en de inrichting van een nieuw WINTEL-platform ter vervanging van het huidige Unisys-mainframe activering van zelfontwikkelde software gaan opleveren. De begroting voor investeringen in materiële vaste activa bedraagt € 12,6 miljoen. De verbouwingen in Veendam en Zoetermeer en de aanschaf van automatiseringsapparatuur zijn enkele grotere investeringen. Met het begrote exploitatieverlies zal de liquiditeit met € 12,9 miljoen dalen naar ongeveer € 18 miljoen.
facts & figures
200.000
Een kleine 200.000 personenauto’s gingen er het afgelopen jaar naar de sloop. Het ging niet altijd om stokoude modellen; ruim 11.541 personenauto’s hadden minder meer dan 11 jaar rondgereden. En 2.292 zelfs hooguit vijf jaar. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 69
2008 BALANS PER 31 DECEMBER 2008 (Na verwerking van bestemming van het exploitatiesaldo) (Alle bedragen in duizenden euro’s)
exploitatierekening 2008
Stand per
Stand per
31-12-2008
31-12-2007
(Alle bedragen in duizenden euro’s)
Omzet
VASTE ACTIVA
Materiële vaste activa
8.885
9.749
44.074
42.947
52.959
Subsidie Nieuwe Rijbewijs
Vorderingen
Overlopende activa Liquide middelen
52.696
1.126
1.180
11.555
12.202
6.989
6.499
30.935
39.223
Totaal activa
2008
2008
2007
180.417
174.775
182.596
1.134
1.300
2.606
50.605
59.104
103.564
111.800
67.930
67.035
62.784
Pensioenlasten
8.009
7.348
6.882
Sociale lasten
5.722
5.249
4.916
Afschrijvingen
9.452
11.331
12.689
Handelsvergoeding
15.192
15.370
15.771
Overige bedrijfslasten
83.709
72.187
76.275
resultaat gewone bedrijfsvoering
Reserves
185.202
176.075
bedrijfslasten
Lonen en salarissen
PASSIVA
Structurele reserve
Realisatie
181.551
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden
Begroot
bedrijfsopbrengsten
ACTIVA
Immateriële vaste activa
Realisatie
190.014
178.520
179.317
(8.463)
(2.445)
5.885
financiËle baten en lasten
20.728
20.205
Interestbaten
1.806
123
1.466
Conjuncturele reserve
9.100
9.100
Interestlasten
(415)
0
(419)
Bestemmingsreserve rijbewijzen
4.558
2.323
-
-
Bestemmingsreserve APK/Importkeuringen
2.969
11.684
Reserve flankerend beleid
6.300
11.200
Reserve beleidsinitiatieven
3.536
-
Wettelijke reserve immateriële vaste activa
2.153
1.904
Bestemmingsreserve onderdekkende clusters
Voorzieningen
Langlopende schulden
netto resultaat
49.344
56.416
9.506
9.756
12.000
12.000
1.391
123
1.047
(7.072)
(2.322)
6.932
Kortlopende schulden Crediteuren
10.451
11.438
Overige schulden
16.091
15.160
6.172
7.030
Overlopende passiva
Totaal passiva
70 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
32.714
33.628
103.564
111.800
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 71
2008 PRESTATIE-INDICATOREN
PRESTATIE-INDICATOR/RESULTAAT
Prestatie-indicatoren en resultaten
Om onze dienstverlening te beoordelen en zonodig te verbeteren, werkt de RDW met prestatie-indicatoren. Met deze maatstaven checken we of de zaken ook daadwerkelijk verbeterd zijn. De prestatie-indicatoren zijn opgenomen in de managementafspraken die de directie jaarlijks maakt met de divisie- en afdelingshoofden. Ook in de toezichtrelatie met het ministerie van Verkeer en Waterstaat worden deze indicatoren gehanteerd. Op deze gegevens is geen accountantscontrole toegepast. Hierna treft u een overzicht aan van de prestatie-indicatoren en resultaten van de RDW.
2008
2007
Normen
APK **
9.449
9.339
*
LPG **
343
367
*
SB/TA **
834
824
*
21.063
20.558
*
572
582
*
export
2.152
1.978
*
tenaamstellen voertuigbedrijf
3.706
3.163
*
kentekenplaten (GAIK)
358
351
*
versnelde afgifte
334
308
*
APK **
5.135
5.374
1 x per 2 jaar
LPG **
298
276
1 x per jaar
SB/TA **
591
672
1 x per jaar
erkenningen
bedrijfsvoorraad/handelaarskentekenregeling
PRESTATIE-INDICATOR/RESULTAAT
2008
2007
Normen
Gemiddelde tariefontwikkeling
-3,1%
-2,5%
+/- 5 %
TYPEGOEDKEURINGEN (tgk) **
internationale typegoedkeuringen (certificaten)
20.963
20.247
*
nationale typegoedkeuringen
7.275
10.422
*
testrapporten
5.637
4.957
*
339
343
390 in 2008
conformity of production (COP)
Kentekenonderzoek
12.374
*
124.015
125.104
*
15.716
14.970
*
opleggers en aanhangwagens licht
8.603
9.639
*
opleggers en aanhangwagens zwaar
7.607
7.678
*
motorvoertuigen zwaar
bromfietsen
Bedrijfsbezoeken
(4.725 in 2008)
(834 in 2008)
14.269
motorvoertuigen licht
toezicht op erkenninghouders (administratief)
(343 in 2008)
individuele keuringen (IK) **
motorfietsen
demontage
17.549
26.257
*
bedrijfsvoorraad/handelaarskentekenregeling
15.883
16.427
(10.357 in 2008)
demontage
275
341
1 x per 2 jaar
export
582
1.121
1 x per 2 jaar
6.535
5.735
(293 in 2008)
(1.000 in 2008)
tenaamstellen voertuigbedrijf
gemiddelde wachttijd tot keuringsafspraak
7 werkdagen
7 werkdagen
10 werkdagen
doorlooptijd keuren tot afgifte document
95% < 72 uur
95% < 72 uur
< 72 uur
kentekenplaten (GAIK)
812
551
1 x per jaar
(353 in 2008)
versnelde afgifte
236
281
Inrichtingskeuringen
1 x per 2 jaar
(156 in 2008)
496
419
*
ADR-voertuigen
2.970
2.781
*
koelvoertuigen
1.212
1.269
*
Toezicht op technische uitvoering APK 1 (zwaar) ** afmeldingen
steekproefpercentage steekproeven
Periodieke keuringen door de RDW APK (licht en zwaar)
2 x per jaar
(6.496 in 2008)
Overige indicatoren
bussen, taxi’s, invalidevoertuigen
1 x per 2 jaar
2.241
1.771
*
bussen
10.946
10.714
*
ADR-voertuigen
13.142
12.301
*
276.255
266.459
*
3,1%
1,9%
3%
8.509
5.079
*
6.801.630
6.974.179
*
APK (licht) ** afmeldingen
steekproefpercentage steekproeven
3,1%
3,0%
3%
213.744
206.455
*
23.222
17.067
*
4,7%
4,6%
5%
1.102
784
*
89.301
84.623
*
3,4%
3,0%
5%
LPG **
afmeldingen
toelating exceptioneel transport (tet) ** afgegeven ontheffingen
doorlooptijd afgifte ontheffing < 100 ton
200.899
147.285
*
3,5 dagen
2,4 dagen
< 2 dagen
steekproefpercentage steekproeven SB/TA **
afmeldingen
steekproefpercentage
erkenninghouders
APK, LPG, SB, TA en combinaties
Bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken en kentekenplaatproducenten
72 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
9.623
9.491
*
21.416
20.909
*
steekproeven
3.021
2.530
*
Afkeurpercentage APK-1 (zwaar)
13,0%
12,0%
*
8,0%
7,6%
*
Afkeurpercentage APK-2 (licht)
R D W J A A R V E R SL A G 2 0 0 8 | 73
2008 PRESTATIE-INDICATOREN
PRESTATIE-INDICATOR/RESULTAAT
2008
2007
Normen
PRESTATIE-INDICATOR/RESULTAAT
2008
2007
Normen
algemeen (particulieren)
778.118
789.086
*
handelarenlijn
107.533
119.480
*
Sancties
telefonische informatieverstrekking door KCC
Voortkomend uit bedrijfsbezoeken
Aantal afgehandelde gesprekken
tegen erkenninghouders APK, LPG, SB/TA waarschuwing
396
243
*
technische schorsing
47
100
*
rekening-courant
29.161
32.864
*
voorwaardelijke intrekking
90
144
*
politielijn
11.217
13.227
*
148
153
*
Gemiddelde wachttijd per gesprek
31
56
*
klantenservice
0:00:56
0:00:47
< 1 minuut
politielijn
0:00:22
0:00:29
< 1 minuut
22.557
44.088
*
96%
50%
95% < 9 dagen
83.175
82.584
*
1,2 dagen
1,0 dag
< 3 dagen
11.222.060
11.003.907
*
599.941
833.727
*
tijdelijke intrekking
definitieve intrekking
tegen erkenninghouders bedrijfsvoorraad, handelaarskenteken, demontage, export, kentekenplaten, tenaamstelling
waarschuwing en verscherpt toezicht
1.549
1.626
*
Schriftelijke informatieverstrekking
schorsing
1.262
1.365
*
45
35
*
correspondentie (aantal ingekomen brieven)
tijdelijke intrekking
263
257
*
definitieve intrekking
410
424
*
681
563
*
voorwaardelijke intrekking
Sancties voortkomend uit steekproeven
tegen keurmeesters vanwege vermeend onterechte goedkeuring/afkeuring APK
gemiddelde doorlooptijd beantwoording
Informatieverstrekking per e-mail open vragen
bezwaar en beroep
gemiddelde doorlooptijd beantwoording
Internetgebruik
Tegen intrekking APK-, LPG-, SB/TA-erkenning
bezoekers www.rdw.nl
beslissing op bezwaar
99
112
*
beroep, hoger beroep, voorlopige voorziening
73
57
*
Tegen sanctie keurmeester
downloaden brochures en formulieren webselfservice
bezoekers www.apk.nl
26.711
-
*
109.131
-
*
beslissing op bezwaar
66
88
*
beroep, hoger beroep, voorlopige voorziening
51
41
*
141
185
*
versneld en individueel
883.277
875.000
*
16
26
*
vervangende documenten
199.477
189.000
*
5.067
13.000
*
671
1.769
*
Kentekenbewijs deel IB (tenaamstellingsbewijs)
54
64
*
Postkantoren
2.212.478
2.324.495
*
(erkende) voertuigbedrijven
1.058.115
946.020
*
9
20
*
RDW
160.437
162.347
*
1.876.041
1.902.000
*
66
283
*
15.832
16.000
*
24 uur
24 uur
< 24 uur
5,9 dagen
6,0 dagen
< 9 werkdagen
1.327
1.310
*
binnen RDW-norm
89%
74%
< 4 weken
binnen wettelijke norm
97%
89%
< 6 weken
aantal Ombudsmanzaken
41
39
*
4%
4,5%
5%
87%
79%
85%
Tegen sanctie bedrijfsvoorraad beslissing op bezwaar
beroep, hoger beroep, voorlopige voorziening
Kentekenbewijs deel IA (voertuigbewijs)
Diversen
beslissing op bezwaar
beroep, hoger beroep, voorlopige voorziening
bijzondere documenten
Tegen vermeend onterechte goed-/afkeuring APK aantal toegewezen terechte beroepsgevallen
Documentafgifte
Rijbewijzen
elektronische informatieverstrekking uit de registers
Bromfietscertificaten
Aantal aanvragen naar klantencategorie
Registratiebewijzen snelle motorboten
politie en justitie
210.200.000
222.900.000
*
Overige indicatoren
voertuigbranche
222.100.000
195.700.000
*
doorlooptijd versnelde afgifte
ministerie van Financiën (Belastingdienst en Douane)
23.000.000
20.500.000
*
doorlooptijd afgifte rijbewijs
particulieren (voertuiginfo via internet)
34.200.000
28.500.000
*
verzekeraars
9.200.000
8.100.000
*
Klachten en Ombudsmanzaken
klanten via BKR
2.600.000
3.200.000
*
gemeenten
16.100.000
15.500.000
*
aantal klachten
overigen (o.a. CBS, CBR en IVW)
64.100.000
39.400.000
*
online
146.800.000
126.500.000
*
batch
434.700.000
407.300.000
*
99,7%
99,5%
97,5%
Manier van informatieverstrekking
Overige indicatoren
beschikbaarheidpercentages voor aanvragen en muteren kernregisters
doorlooptijd afhandeling klachten
Personeelsbeleid Ziekteverzuim
Functioneringsgesprekken
* Voor dit onderdeel bestaat geen norm. De RDW is afhankelijk van het aanbod gedurende het verslagjaar. Dit is afhankelijk van externe factoren. ** Dit proces is ISO-gecertificeerd
74 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 75
PERSONALIA RAAD VAN TOEZICHT
De RDW heeft een Raad van Toezicht. De Raad ziet toe op de werkzaamheden van de directie en geeft haar advies. De samenstelling van de Raad van Toezicht was in 2008 als volgt:
Manager afdeling Financiën & Control
Mw. T. Netelenbos, voorzitter
Manager afdeling Juridische en Bestuurlijke Zaken
Aandachtsgebied ‘politiek/bestuurlijk’ Benoemingstermijn van 01-07-2008 tot 30-06-2012 (2e termijn)
Dhr. mr. H. Pasman
Dhr. drs. P.P.J.J.M. van Besouw, plaatsvervangend voorzitter
Mw. mr. M.A.C. Ruimers
Aandachtsgebied ‘financiën’ Benoemingstermijn van 01-07-2008 tot 30-06-2012 (2e termijn)
Mw. dr. P.C. Plooij-Van Gorsel, secretaris Aandachtsgebied ‘consument/branche’ Benoemingstermijn van 01-07-2008 tot 30-06-2012 (2e termijn)
Dhr. mr. P.W. de Kam, lid
Dhr. drs. J. van Aller RC
Manager afdeling Human Resources Manager afdeling Communicatie Mw. drs. J. Eising Het secretariaat wordt gevoerd door mw. drs. M.J. Stiksma. Daarnaast laat de directie zich adviseren door:
Aandachtsgebied ‘informatica’ Benoemingstermijn van 01-07-2006 tot 30-06-2010 (2e termijn)
Manager afdeling Ontwikkeling Voertuigreglementering
Dhr. C.A. Vrins, lid
Manager afdeling Strategie en Externe Ontwikkelingen
Aandachtsgebied ‘personeel’ Benoemingstermijn van 01-07-2006 tot 30-06-2010 (2e termijn)
Dhr. J. van der Tuuk ( 7 april 2009)
De Raad van Toezicht heeft, gelet op de Code Goed Bestuur Uitvoeringsorganisaties, uit zijn midden twee commissies samengesteld, met de volgende bezetting: Auditcommisie: dhr. Van Besouw (voorzitter) en dhr. De Kam (lid) Remuneratiecommissie: dhr. Vrins (voorzitter) en mw. Netelenbos (lid)
Dhr. ing. P.H.F. Bom
Het secretariaat wordt gevoerd door mw. mr. J.C. ten Brug.
De samenstelling van de OR was in 2008 als volgt:
DIRECTIE Algemeen directeur Dhr. drs. J.G. Hakkenberg
Directeur bedrijfsvoering Dhr. drs. H. van Santen
MANAGEMENTTEAM
De directie laat zich ten behoeve van de besluitvorming bijstaan door een managementteam waarvan de samenstelling in 2008 was:
Adjunct-directeur Dhr. J.A.F. van der Bruggen
Manager divisie Voertuigtechniek Dhr. drs. W.D. Koppel (tot 1 april 2008) Dhr. G. Bordewijk a.i. (1 april tot 1 november 2008) Dhr. drs. R.G. Labordus (sinds 1 november 2008)
Manager divisie Registratie & Informatie Dhr. Z. Baelde RA
Manager ICT Bedrijf Dhr. G.J.F. Doll 76 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
Dhr. ir. C. Doornheim
Manager Facilitair Bedrijf
ONDERNEMINGSRAAD
R. van den Brink – voorzitter (ABVAKABO FNV) R. Welling – 1e vicevoorzitter (Wintkracht.) W. Broenland – 2e vicevoorzitter tot 28 januari 2008 (CNV Publieke Zaak) J. Krol – 2e vicevoorzitter sinds 28 januari 2008 (Wintkracht.)
ABVAKABO FNV T. Eisses Ing. R.J.J. Verblakt J.N.M. Baas B. Cox-Vertommen (tot 8 januari 2008) J.W. Vorselman (van 8 januari tot 23 juni 2008)
CNV Publieke Zaak W. Broenland (tot 1 augustus 2008) Ing. J. Hogenkamp (tot 1 mei 2008) K. Westerhuis L. de Gelder (sinds 1 mei 2008) A. de Man (sinds 1 augustus 2008)
Wintkracht. B. de Niet-Jansen G. Boukes C. Didden A. Stam H. Korsten Het secretariaat wordt gevoerd door mw. C. Mooij, (ambtelijk) secretaris. R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 77
Ken-tekens
COLOFON
Het Verkenteken: het handgebaar waarmee je vraagt ‘Wat doe je vanavond?’
Het Verkenteken
Het Ik wil je leren ken(nen)-teken: zo gebaar je ‘Jij ziet er leuk uit!’ Het Ontkenteken: ‘Ik deed niets verkeerd. Ik was het niet.’
Ik wil je leren ken(nen)-teken
Het Ontkenteken
Het Herkenteken
Redactie RDW Zoetermeer
Fotografie & Illustraties
Nathalie Gruithuijzen Erwin Hazenack Annette Koemans
ANP Istockphotografie Getty images Liselore Chevalier Keke Keukelaar Masterfile Richard Simmons @shoparound.nl
Realisatie & productie Readershouse Brand Media, Amsterdam Fleur Breitbarth Cindy Geuke Jos Jägers Jerina van Heck Lieke Lemmens Hans Verstraaten
Het Bekenteken Het Bekenteken: zo gebaar je ‘Sorry, mijn fout!’ Het Herkenteken: zo geef je aan dat je iemand herkent.
(Her)ken de tekens Een goed gebaar zegt meer dan duizend woorden. Communicatie in de auto is een heikel punt. Meestal is een handgebaar het enige instrument dat de autorijder voorhanden heeft. Maar hoe weet je wat iemand anders je probeert te zeggen? Hierboven vijf tekens die goed van pas kunnen komen in het verkeer.
78 | R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8
olofo
Illustratie: Richard Simons
Redactie Rick Akkermans Lucas Boot Toine van der Heijden Jens Holierhoek Yvonne Janssen Andrew Mason Guus Peters
Vormgeving
Make (www.makecontact.nl)
Lithografie GPB Leiderdorp
drukwerk
Drukkerij Offset Service, Valkenswaard
Oplage
5.000 exemplaren
Exemplaren van dit jaarverslag kunt u opvragen bij: RDW Klantenservice Postbus 777, 2700 AT Zoetermeer Telefoon: 0900-0739 (0,10 per minuut) Ook kunt u het jaarverslag downloaden via: www.rdw.nl
R D W J A A R V E R S L A G 2 0 0 8 | 79
op de achterbank met...
Wim Kuijken, sinds 1 april 2007 secretaris-generaal van het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Samen met zijn chauffeur is hij minimaal twintig uur per week onderweg, voornamelijk op werkbezoek. We stelden hem een aantal vragen op de achterbank van zijn dienstauto. Rijdt u liever zelf of laat u zich liever rijden? “Het liefst zit ik zelf achter het stuur, maar het is natuurlijk veel efficiënter om de tijd die ik in de auto doorbreng, te werken. Ik beschouw het als een rijdend kantoor: ik lees, pleeg telefoontjes en luister naar de radio. Het hoort bij mijn functie om op de hoogte blijven van wat er zich in de samenleving afspeelt. In mijn eerdere functie als secretaris-generaal van Algemene Zaken (2002-2007) ben ik me nog meer bewust geworden van het feit dat de samenleving 24 uur per dag doordraait.”
Wat doet u in de file? “Mocht ik onverhoopt toch in een file terechtkomen dan probeer ik zo rustig mogelijk te blijven en door te werken. Het fenomeen file zal denk ik nooit verdwijnen, maar als ik kijk naar wat er binnen de ruimte en marges bewerkstelligd wordt, doet men er alles aan om het probleem zoveel mogelijk aan te pakken. Wegen kunnen sneller worden aangelegd of verbreed door de spoedwet, verkeersmanagement zorgt voor een betere benutting en in de toekomst zal de kilometerprijs inzichtelijk maken wat autorijden u écht kost. Sowieso blijkt nu dat in deze economisch mindere tijden de wegen ook minder vol zijn.”
Filerijden of flexwerken? “Omdat ik zelf woonachtig ben in Den Haag heb ik geen last van files in mijn woon-werkverkeer. Heb ik afspraken overdag, dan plan ik deze zoveel mogelijk buiten de spitstijden om. Vooral met werkbezoeken, die door het hele land plaatsvinden. Ik houd er niet van om te laat te komen en probeer dat op deze manier te voorkomen. Ik ben dan ook een voorstander van flexwerken. Mensen de ruimte te geven om hun werktijden zo in te delen dat ze geen hinder ondervinden van het verkeer. We hebben dat hier op het ministerie ook gestimuleerd op de Nationale Filevrije Dag en het is een succes gebleken.”
Ooit zou ik nog wel eens willen rijden in… “Zelf heb ik niet zoveel met auto’s, voor mij is het voornamelijk een vervoermiddel. Een grote tegenstelling vergeleken met de ministers waarmee ik werk en heb gewerkt. Zowel minister Eurlings als premier Balkenende zijn fanatieke autoliefhebbers. Privé rijd ik dan ook in een tweedehands Volvo 940, met ruim 200.000 kilometer op de teller. Een automaat en vooral een hele prettige auto. Het is een stationwagen, dus hij is lekker ruim. Een goede auto om mee op vakantie te gaan. De enige auto waar ik nog weleens in zou willen rijden, is een Citroën 2CV. Dat is er zo eentje die zodra je de Franse grens overgaat ook anders gaat rijden.”