Drie onder par
BURGGOLF HAVERLEIJ 'S-HERTOGENBOSCH Het clubhuis, de driving range en het greenkeepersgebouw op de golfbaan van Haverleij zijn geclusterd binnen een aarden vesting. Een combinatie van zware natuursteen en lichte houtbouw bepaalt het beeld van de voorzieningen. Het grijpt enerzijds terug naar vroeger tijden, maar sluit anderzijds vooral aan bij een nieuw concept stadsuitbreiding. Architect Sjoerd Soeters (Soeters Van Eldonk Ponec architecten Amsterdam) maakte samen met landschapsarchitect Paul van Beek (Paul van Beek Landschappen Rotterdam) het stedenbouwkundige plan voor Haverleij, een stadsuitbreiding van 's-Hertogenbosch. Als reactie op de gebruikelijke Vinexlocaties en vrije-sectorstadsuitbreidingen met vooral eentonige rijtjes of twee-onder-een-kapwoningen verrijzen hier concentraties bebouwing in een
26
ruim opgezet groen landschap. Het gebied is 225 hectare groot, waarvan slechts tien procent wordt bebouwd. De circa duizend koopwoningen, grotendeels appartementen zonder tuin maar met prachtig uitzicht, zijn in negen massieve stenen clusters ondergebracht. De verzamelingen hebben het concept van kastelen. Het landgoed eromheen wordt ingericht met bos, ruig rietland en parktuinen, 65 hectare wordt als golfbaan gebruikt.
Houten kastelen De architecten Simone Drost en Evelien van Veen (Drost + van Veen Architecten Rotterdam) kregen het verzoek de onderkomens van de golfclub te ontwerpen. De opdracht was binnen de stedenbouwkundige visie van Haverleij te blijven en de verschillende gebouwen waaraan een golfclub behoefte heeft, samen te brengen in een vesting. De moeilijkheid was dat er geen flinke bouwmassa te maken
HET
HOUTBLAD
De driving range is eigenlijk een afdak met drie wanden. Het oefenen op de swing gebeurt vanaf de begane grond en de eerste verdieping.
MAART
2004
Van links naar rechts: driving range, greenkeepersloods, clubgebouw.
Bar/café. De licht gebogen liggers van gelamineerd vuren en het grenen dakbeschot zijn afgewerkt met transparante witte beits.
was zoals bij de andere kastelen van de stadsuitbreiding. Zoveel volume was namelijk niet nodig. Om toch wat meer massa te creëren, is daarom een aarden wal als basis voor de vesting bedacht. Meestal staan de verschillende voorzieningen als clubgebouw met café-restaurant, driving range en greenkeepersgebouw verspreid over een golfterrein. Maar hier zijn ze samengebracht binnen één vesting, verzonken in de wal zoals dat vroeger bij houten kastelen gebeurde. 'Ik deed met het concept van Sjoerd Soeters in de hand een onderzoek naar kastelen en kwam
HET
HOUTBLAD
MAART
2004
uit bij het middeleeuwse houten exemplaar met een aarden wal als vesting,' vertelt Simone Drost. 'Een houten kasteel had een met rivierkeien gestapeld basement, waarvan een deel zich in de aarden wal bevond. Bovenop de zware onderbouw stond een houten skelet. Dat is het uitgangspunt geworden voor dit project.' Dat de onderste laag van de gebouwen in de wal werd geplaatst, bleek verschillende voordelen op te leveren. Door het opgetilde maaiveld, nu uitgangspunt voor de bouwhoogte, kon hoger worden gebouwd. Bovendien
waren betonnen wanden in de grond goedkoper dan buitenmuren boven de grond. Zo was er meer geld voor de rest van de gevel en voor het greenkeepersgebouw dat omwille van de beeldrelatie luxer werd uitgevoerd dan gebruikelijk.
Het greenkeepersgebouw kent een zelfde opbouw in natuursteen en hout.
Bouwkundige basisopzet De drie gebouwen hebben eenzelfde bouwkundige basisopzet. De eerste bouwlaag is gedeeltelijk in de aarden wal opgenomen. Die onderbouw bestaat steeds uit beton dat, voorzover niet afgedekt met grond, is afge
27
3
behoefte is aan veel uitzicht, is de natuurstenen borstwering daar hoog opgetrokken. De betonnen wand gaat slechts tot de betonnen verdiepingsvloer. De binnenspouwbladen van de natuurstenen borstweringen en de binnenmuren bestaan uit kalkzandsteen. De rest van de verdieping heeft houten buitenmuren en aan de terraszijde een reeks grote meranti deuren. Tussen deze terrasdeuren en de eveneens meranti kozijnen zitten met hout afgetimmerde vlakken. Daarin zijn de stalen kolommen opgenomen, die de stalen onderslagbalken voor de daklig-
2
1
werkt met natuursteen: dichte, massieve vlakken met daarin de entrees tot de drie voorzieningen. Daarboven, op de betonnen vloer of betonnen borstwering, staat een lichte bovenbouw. Een staalskelet draagt de houten kapconstructie. Aanvankelijk was voor houtskeletbouw gekozen, maar een stalen draagstructuur bleek sneller te bouwen en daardoor economischer. Bij elk gebouw is die basisconstructie vervolgens afgebouwd naar het gewenste afwerkingsniveau. Hoewel de natuursteenmassa's een ontoegankelijke indruk maken, passend bij een fort, heeft het clubgebouw vanaf de binnenplaats een duidelijk herkenbare entree in de vorm van een meranti pui. Na binnentreden leidt een trap naar het restaurant, drie verhuurbare zalen en de administratie. Ook de keuken bevindt zich op de verdieping. Omdat in de keuken geen
gers dragen. Deze liggers van gelamineerd vuren (100 x 300 mm) liggen hart op hart 1,20 m. Het dakbeschot bestaat uit 25 mm dikke grenen delen. Liggers en dakbeschot zijn afgewerkt met transparante witte beits. Op het beschot ligt isolatie en de dakbedekking bestaat uit zelfdragende kalzip aluminium profielplaten. Vuren kapconstructie Bij de beide andere gebouwen liggen de gelamineerd vuren dakliggers (115 x 442 en 90 x 306 mm) verder uit elkaar, namelijk hart op hart 2,75 m. Ze steu-
Situatieschets. Legenda. 1. Clubhuis. 2. Greenkeepersgebouw. 3. Driving range.
6
5
5
7 3
3
4 1 De enorme hangende loodsdeuren zijn, net als de gevelbekleding, van brede western red cedar delen (27 x 275 mm), ongeschaafd en afgewerkt met rode beits.
8
nen op verzinkt stalen kolommen. Dezelfde aluminium dakbedekkingsplaten liggen hier, ondersteund door vuren ribben (71 x 146 mm), bovenop. De ribben, met een onderlinge afstand van 1,20 m, zijn afgewerkt met Restol houtolie. Dakbeschot en isolatie zoals bij het clubgebouw waren niet nodig, omdat deze ruimtes in open verbinding met de buitenlucht staan. Bij deze twee gebouwen zijn de stalen kolommen die de gelamineerde liggers dragen, niet weggetimmerd. De driving range is eigenlijk slechts een afdak met drie wanden. Vanuit een geheel geopende zijde oefent men op de swing, het wegslaan van de ballen. Dit gebeurt in twee lagen: vanaf de begane grond en vanaf de verdiepingsvloer (2 x 16 afslagplaatsen). Beneden sta je tussen kale betonnen wanden, boven
28
HET
HOUTBLAD
MAART
2004
Detail geveldak.
op een vloer van geprofileerde bangkirai delen (25 x 200 mm). Deze liggen op vuren vloerbalken (59 x 171 mm), die weer zijn opgelegd op stalen liggers. Bij de greenkeepersloods, die uiteraard wel geheel ommuurd is, staat de houten dakconstructie rondom met stalen poten op de betonnen wand. Ook hier is, net als bij de driving range, een sleuf onder het dak opengehouden. De bedoeling was het dak een zo dun en luchtig mogelijke uitstraling te geven. De architect wilde daarom liever geen goot zien. Deze is verholen aangebracht in een onderbreking van
KAL-ZIP 65/400 RAL 9006 glaswol 140 mm gecomprimeerd tot 120 mm dampremmende folie grenen delen (kwaliteitsklasse A) d=25 mm in kleur gebeitst gelamineerde dakligger 100 x 300 mm h.o.h. 1200 mm in kleur gebeitst alu. noodoverloop ˘ 35 mm
alu. bakgoot RAL 9006
stucstop-profiel (geen aftimmerlat) ook rondom balken positie goot varieert i.v.m. afschot
100
WRC 27 x 275 mm 28 x 45 mm verticale regels
HE 160 B
waterkerende folie stijl- en regelwerk 58 x 120 mm isolatie d=100 mm dampremmende folie stijl- en regelwerk 45 x 70 mm
L 130.65.8 h.o.h. 1200 mm
gipsplaat d=12,5 mm
aluminium PROTEKTOR beluchtingsprofiel
stucstop-profiel (geen aftimmerlat) meranti lat 20 x 105 mm, dekkend geschilderd
meranti kozijn 90 x 114 mm dekkend geschilderd, rondom compriband V-naad
HEA 140
meranti multiplex 15 x 202 mm, dekkend geschilderd
multiplex dagstuk, dekkend geschilderd
dekseld, maar is in feite Zweeds rabat. De planken (27 x 275 mm, werkende breedte 266 mm) hebben een messing en een halfopen groef, waardoor het potdekselen maatvast en vlak tegen de achtergrond kon gebeuren. Er is met de opdrachtgever en de aannemer nog discussie geweest over de breedte van de delen. Simone Drost koos voor heel breed, passend bij het stoere en landschappelijke karakter van het project. Maar de aannemer was huiverig voor het kromtrekken van het brede hout en voor mogelijke scheurvorming. 'De leverancier van het western red cedar, Abraham van Stolk, is speciaal
2
langsgekomen met zo'n plank om hem te laten zien en uitleg te geven. Want die maat is gewoon verkrijgbaar,' zegt Simone Drost. 'Het alternatief was voor mij heel smal, want ik vind de gebruikelijke maat van circa 178 mm breed voor een project als dit niet interessant. Een betimmering met plankjes van 7 à 8 cm bleek echter veel duurder. Ik vind het jammer dat die standaardbreedtes norm worden en dat men niet aandurft wat niet vaak meer wordt toegepast. Bij oude boerderijen zie je toch ook schuren met van die brede geteerde delen? Gelukkig ging de opdrachtgever overstag, achteraf
Plattegrond begane grond clubgebouw. Legenda. 1. Bar/café. 2. Lounge/restaurant. 3. Keuken. 4. Restaurant. 5. Vergaderzalen. 6. Kantoor. 7. Personeelsruimte. 8. Terras.
Bij de driving range en de greenkeepersloods is een sleuf onder het dak opengehouden voor een zo dun en luchtig mogelijke uitstraling. De goot is verholen aangebracht.
HET
de dakbeplating. Het aluminium gaat soms op in het grijs van de lucht, maar kan ook schitteren in de zon en vormt zo een groot contrast met de zware onderbouw. Géén standaardmaten De gevelbekleding en de enorme hangende loodsdeuren zijn van brede western red cedar delen, ongeschaafd en afgewerkt met rode beits. De wijze waarop ze zijn bevestigd, lijkt gepot-
HOUTBLAD
MAART
2004
29
een goede keuze, want het ziet er prachtig uit.' Schilderijlijsten De houten wanden van het clubhuis zijn uiteraard wel dubbelwandig en geïsoleerd. Raamopeningen zijn gekoppeld in een horizontale strook rondom het gebouw. De meranti kozijnen zijn aan de buitenzijde met rode dekkende verf afgewerkt. De binnenzijde van de kozijnen is geheel afgedekt door een betimmering van 15 mm dik merantitriplex, waarmee over de dikte van de muur diepe neggen zijn gevormd, als schilderijlijsten. Drost wilde van de ramen ook schilderijen maken om het landschap in te vangen.
Feiten en getallen Locatie: Opdrachtgever: Gebruiker: Architectenbureau: Projectmedewerkers: Aannemer: Constructeur: Leverancier kozijnen: Leverancier gelamineerd vuren: Leverancier wrc gevelbekleding: E- en W-installaties: Bruto vloeroppervlak: Bouwperiode: Bouwkosten:
30
Om wat meer massa te creëren, is een aarden wal als basis voor de vesting bedacht.
Leunweg 40, 's-Hertogenbosch Heijmans IBC Vastgoedontwikkeling Best BurgGolf Haverleij 's-Hertogenbosch Drost + van Veen Architecten BV Rotterdam; Simone Drost, Evelien van Veen Jos Lafeber, Onno Groen, Jeroen Smit Heijmans IBC Bouw Best Bureau voor Bouwkunde en Constructie Van den Berg Rotterdam IBC Timmerfabriek BV Best/Metaglas Tiel GLC Houtconstructies BV Arnhem Abraham van Stolk & Zn Houthandel BV Rotterdam Installatiemij H. Ek BV 's-Hertogenbosch 2.540 m2 (clubhuis 1.625, driving range 515, greenkeepersgebouw 400 m2) Juni 2002 - september 2003 Clubhuis: € 1,75 miljoen, driving range: € 310.000,-, greenkeepersgebouw: € 425.000,-
HET
HOUTBLAD
Entree clubgebouw achterzijde, met rechts vergaderzalen en kantoor.
Restaurant. Hier is extra openheid gecreëerd met ruime bovenlichten.
MAART
2004
Voor enkele ramen is zelfs de maximale glasmaat van 6,00 m gebruikt om de weidsheid van het landschap te accentueren. En soms gaat het glas de hoek om. De triplex dagstukken in de neggen zijn dekkend wit geschilderd, evenals de vullingen tussen de kozijnen, bestaande uit gladgeschaafde verticale western red cedar delen (25 x 200 mm), met messing en groef en een werkende breedte van 185 mm. De architect had liever gehad dat het western red cedar net als de gelamineerde liggers en het grenen dakbeschot afgewerkt was met een transparante witte beits, maar de gebruiker koos voor dekkend wit.
HET
HOUTBLAD
MAART
2004
Het clubgebouw heeft een duidelijk herkenbare entree in de vorm van een meranti pui. De liggers van het overstek zijn lichtelijk verjongd.
zelfde kleur hebben de mahoniegefineerde binnendeuren en meranti kozijnen gekregen. De donkere deuren geven toegang tot de publieke ruimtes; de privé-deuren zijn wit geschilderd. Landschap in kaders De golfclub is een landschapsgebouw dat gericht is op de ervaring van de omgeving. Vanuit de centrale hal op de verdieping geven grote glasvlakken uitzicht naar alle richtingen. Een weg slingert vanuit de verte tussen de gebouwen door over de binnenplaats van de vesting en verdwijnt in de rich-
ting van de andere kastelen van Haverleij. Vanuit de beslotenheid tussen de gebouwen bieden verschillende doorkijkjes een andere blik op het landschap dan wanneer je je in die open ruimte zelf bevindt, want ook daar heeft Drost het landschap in kaders gevangen. De poorten in het clubgebouw en het greenkeepersgebouw zijn behalve door de kasteelgedachte ook ingegeven door de gedachte het golvende terrein daarachter in te kaderen, zoals bij de uitzichten in een Engels parklandschap. Marein Kolkmeijer
Foto’s: www.johnlewismarshall.com. Tekeningen: Drost + van Veen Architecten Rotterdam.
Wengé-kleurig Het interieur van het clubgebouw is strakwit afgewerkt. Op twee plaatsen komt als contrast de natuursteen naar binnen: bij de openhaard in het restaurant en in de hal. Deze naar binnen doorlopende natuurstenen wanden gaan door het dak weer naar buiten en vormen de schoorstenen van het kasteel. Alle dakdoorvoeren zijn hierin weggewerkt. Ook de vloeren van de entree en de hal boven zijn van natuursteen (flagstones). Op verschillende in het oog springende plaatsen, zoals de wand langs de trap en de plafonds van de toiletten, is een betimmering aangebracht van merantitriplex, dat met een heel donkere wengé-kleurige transparante beits is afgewerkt. Die-
31