duurzaamheid IN DE GEBOUWDE OMGEVING vumc ‘zorg voor de mens, zorg voor zijn omgeving’
duurzaamheid IN DE GEBOUWDE OMGEVINGvumc ‘zorg voor de mens, zorg voor zijn omgeving’
24 april 2014
inhoud
inleiding 1.
6
Sociale duurzaamheid
11
•
Gebiedsontwikkeling; een strategie van placemaking
11
•
Brightsites; plekken van welbevinden
13
•
Zorgtuin VUmc
15
2.
Duurzame ruimtelijke structuur
17
•
Het netwerk van openbare ruimte voor voetgangers
17
•
Een optimaal logistiek systeem
19
•
Buitenruimte; water & groen
20
3.
Duurzame gebouwen
23
•
Duurzaamheid door flexibiliteit
23
•
Duurzaamheid door de wijze van bouwen en gebruik; BREEAM excellent
25
Intermezzo
26
•
26
toepassing van BREEAM systematiek in DC-VUmc
4.
Zorgvuldig omgaan met beschikbare middelen
5.
Borging duurzaamheid bedrijfsvoering
6.
Onderliggend en flankerend beleid
30 31 32
inleiding
VU medisch centrum staat voor duurzaamheid en heeft oog voor mens en omgeving. VU medisch centrum staat voor duurzaamheid en heeft oog voor mens en omgeving. De aandacht voor duurzaamheid is verankerd in de visie en ambities van VUmc en past in de kernwaarden van VUmc. Het sleutelwoord voor duurzaamheid en een duurzame huisvesting is rentmeesterschap; verantwoordelijkheid nemen voor de organisatie nu, maar ook die van de toekomst, zorgvuldig gebruik maken van grondstoffen, verantwoordelijk omgaan met financiën, zorg hebben voor het milieu en de samenleving als geheel. De Zorgtuin VU Campus wordt een pronkstuk tussen de juweeltjes van Brightsites in VUmc. Zij neemt een speciale plaats in, omdat het gaat om een verblijfsruimte met speciale functies; zij benoemt ruimtelijke overgangen, markeert tijdsovergangen en creëert een eigen beleving. Kernwaarden Het VUmc heeft drie kernwaarden die zijn identiteit als geheel verwoorden. Bij keuzes in de beleidsontwikkeling dienen zij als maatstaf voor ons denken en handelen. Tevens vormen zij de leidraad hoe medewerkers zich in hun werk gedragen en met elkaar omgaan. De drie kernwaarden zijn: •
betrokkenheid
•
zorgvuldigheid
•
ambitie
Deze kernwaarden vertalen zich als het gaat over duurzaamheid in termen van bewustwording en een andere manier van bedrijfsvoering. Duurzame huisvesting vraagt om een andere benadering van de omgeving, bouwen en gebouwbeheer, een integrale aanpak en afweging, waarbij zoveel mogelijk toegevoegde waarde wordt gecreëerd met zorg voor het milieu en rekening houdend met de behoeften van patiënten en medewerkers. In de eerste plaats gebeurt dit op stedenbouwkundig niveau. De huisvesting van VUmc is een van zijn productiemiddelen waarmee de doelen van VUmc gerealiseerd worden. Het heeft invloed op de efficiëntie
6
van de zorgverlening maar het is ook een belangrijk middel in het beeld dat VUmc van zichzelf in de buitenwereld creëert. Dat beeld wordt heel direct beïnvloed door de gekozen architectuur zowel binnen als buiten, maar ook door de uitgedrukte opvattingen over duurzaamheid en de inrichting van de bedrijfsprocessen. VUmc ontwikkelt zich naar state of the art huisvesting in een hoogstedelijk milieu. Dit vraagt om een nieuw, meer stedelijke, manier van kijken naar de gebouwde omgeving en om het benoemen van kwaliteit in zijn huisvesting. VUmc heeft haar visie op haar huisvesting vastgelegd in het stedenbouwkundig masterplan (update april 2012). In de tweede plaats worden ambities geformuleerd op gebouwniveau. Het betreft hier zowel ontwerpuitgangspunten als de wijze waarop de omgeving en gebouwen worden gerealiseerd en geëxploiteerd . VUmc beschrijft dat in zijn Langetermijnhuisvestingsplan (LTHP). Het ambieert een hoge duurzaamheid, voor nieuwbouw streeft het naar BREEAM-excellent als maatstaf. Als voorbeeld wordt in een Intermezzo getoond wat dit op gebouwniveau betekend. Voor bestaande gebouwen ligt een BREEAM-systematiek waarin planning en uitvoering in het MJOP wordt opgenomen voor de hand. Het document sluit af met energetische duurzaamheid en flankerend beleid. Dit deel beschrijft hoe, op basis van de visie op energie en andere grondstoffen, gezond verstand en een bewust rentmeesterschap, VUmc op een zorgvuldige manier omgaat met de inzet van middelen. Dit document is een momentopname en beschrijft de ambities en de mogelijke oplossingsrichtingen. De oplossingen zelf worden niet voorgeschreven. Daarmee is dit document uitdrukkelijk geen meetdocument, maar een toetsdocument. Concrete voorschriften of oplossingen zouden immers door voortschrijdende ontwikkelingen spoedig door de tijd worden ingehaald.
7
8
Relatie met patiënt, bezoeker, medewerker VUmc bevindt zich in een complexe en dynamische omgeving. De liberalisering van de zorgmarkt, veranderingen in de zorgvraag, schaarste op de arbeidsmarkt en de technologische ontwikkelingen zijn voorbeelden van veranderingen die grote impact hebben op de strategie van VUmc. De steeds meer vraaggestuurde markt dwingt ons scherpere keuzes te maken. In de Strategie van VUmc 2010-2014 zijn daarom de volgende speerpunten omschreven: •
Meer focus en keuzes maken
•
Kwaliteit leveren en ervaren
•
Investeren in medewerkers
Het eerste punt geeft aan voor welke zaken de patiënt bij VUmc terecht kan, de twee andere punten geven aan hoe de beleving in VUmc is. Vooral bij die laatste twee punten speelt de huisvesting van VUmc een belangrijke rol. Bij kwaliteit leveren en ervaren zijn de bejegening, wayfinding, logistiek en aangename, groene rustpunten belangrijke aspecten. Bij het investeren in medewerkers is naast opleiding en een open, lerende cultuur een comfortabele, vlot lopende werkomgeving met mogelijkheden tot bezinning en reflectie van belang.
9
10
1. sociale duurzaamheid Gebiedsontwikkeling, een strategie van placemaking VUmc is onderdeel van het meest kosmopolitische en qua duurzaamheid zeer vooruitstrevende deel van Nederland: de Zuidas. Hoge dichtheid van bebouwing en een intensief gebruik gaan hand in hand met een hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit en integrale vorm van stedelijkheid. Ontmoeting en uitwisseling tussen mensen en diensten zijn kenmerkend voor de Zuidas. Binnen de Zuidas zijn VU en Vumc, samen met de RAI, met afstand de grootste partijen. Waar andere organisaties in een enkel gebouw zijn gehuisvest zijn VU en VUmc door hun omvang in staat hele omgevingen voor zichzelf te creëren. Gezamenlijk bouwen VU en VUmc daarmee aan de VU Campus. Op de VU campus staat sociale duurzaamheid voorop. De interne ordening van het gebied wordt zodanig vormgegeven dat de omgeving prettig is om te vertoeven. De mens staat centraal. Duidelijk afgebakende domeinen voor verschillende verkeersdeelnemers, een heldere routing en een prettig microclimaat. Allemaal zaken die eraan bijdragen dat bezoekers, medewerker, patienten en studenten hun weg kunnen vinden en zich thuis kunnen voelen. Ook wordt gestreefd naar afwisseling in buitenruimtes, met verschillende vormen van beschutting en openheid, met gebruikmaking van diverse (bestaande) kwaliteiten van groen en water.
11
Het leven koesteren, juist als het onder druk staat. Iedereen voelt zich prettiger in een omgeving waarin we welkom zijn, geborgenheid ervaren en onszelf kunnen zijn. Dat geldt zeker in een ziekenhuis, waar ziek-zijn, druk en spanning bij het dagelijks leven horen. In VUmc staat de kwaliteit van zorg voorop. Daarnaast vindt VUmc het belangrijk dat patiënten zorgvuldig worden bejegend. Verder besteedt VU medisch centrum bijzondere aandacht aan de ruimtelijke omgeving. Want ook de omgeving beïnvloedt onze gemoedstoestand en kan positief bijdragen aan ons gevoel van welbevinden. Zo kan een wachtkamer, louter door het gebruik van licht en kleuren, positieve gevoelens als kalmte en vertrouwen oproepen. Deze bijzondere ruimtelijke omgeving wordt Brightsite VUmc genoemd. Uit: De omgeving telt – Brightsite VUmc: cure, care en comfort door ruimte verbinden. VU medisch centrum, mei 2010
12
Brightsites; plekken van welbevinden Brightsites vormen een cruciale en onderscheidende factor in de huisvesting en geven uiting aan de principes van VUmc. Het zijn plekken binnen de muren van en in de buitenruimte rondom VUmc met een geborgen karakter die zich onttrekken aan de directe logistiek van het ziekenhuis. Plekken waar patiënten, bezoekers en medewerkers zich thuis voelen en waar nodig tot rust komen. Ze kunnen anderen ontmoeten dan wel zich hier terug trekken in een omgeving die niet direct geassocieerd wordt met medisch handelen en zorg. Brightsite VUmc creëert de perfecte balans tussen de drie aspecten die het herstel van patiënten bevorderen: cure, care en comfort.
13
14
geluid van klaterend water
moment van afleiding
ontspanning zintuigelijke ervaring
plantenverzameling verrijking door kennis
koffie drinken in de orangerie
moment van stilte en bezinning
synthese met cultuur
Zorgtuin VUmc De Zorgtuin in het hart van de bebouwing is één van de belangrijkste Brightsites en daarmee van cruciale betekenis voor de toekomstige ontwikkeling van VUmc. Ze is structurerend in het functioneren en de ordening van het medisch centrum en heeft daarnaast een speciale betekenis als omsloten tuin. Daarmee biedt het, binnen de hectiek en dynamiek van werk en leven, een plek van rust en reflectie. Het groen van de Zorgtuin heeft niet alleen praktische voordelen in de zin van een verbeterde ecologie, waterhuishouding en luchtkwaliteit. Het microklimaat verbetert, de lichtval wordt gevarieerder en de seizoenen worden ervaarbaar. Het verandert ook de psychologie van de plek. De beschutte groene ruimte met een verfijnde landschapsinrichting, waarin water en groen elkaar afwisselen staat in contrast met de dynamiek van de stedelijke Zuidas. Het is een plek waar ontmoetingen plaatsvinden, kortom een plek waar je wilt zijn. De overgang van de tuin naar de bebouwing wordt gemaakt middels de Colonnade. Deze zuilengalerij ligt iets verhoogd ten opzichte van de tuin en draagt bij aan de oriëntatie binnen VUmc. Het centrale thema bij de uitwerking van de Zorgtuin is “stilstaan bij transformatie”. De inrichting van de tuin staat symbool voor ervaringen die bezoekers en patienten hebben bij een bezoek aan een ziekenhuis. Deze zijn gevat in het begrip transformatie en staan voor de relatie tussen ziekte en genezing, tussen leven en dood. De Zorgtuin kan zo een positieve bijdrage leveren aan de beleving van een medische omgeving. Daarnaast kan zij een rol spelen bij het verwerken van ervaringen die samenhangen met deze transformaties. In het ontwerp van de tuin wordt het begrip transformatie verbeeld op verschillende manieren. Zij komt ruimtelijk gezien tot uiting in het benoemen van fysieke overgangen. Daarnaast leveren de overgangen van de natuur zelf met de wisseling van de seizoenen een bijdrage aan dit thema.
lucht, licht en ruimte
dwalen door de tuin genieten van de omgeving
het ruisen van de wind
beleving van seizoenen
de kapel als centrum van de tuin
15
relatie met de omgeving
verbonden met de stad doormiddel van buitenruimtes
16
2. duurzame ruimtelijke structuur Ten opzichte van de neutraliteit die de oorspronkelijke Zuidas-ontwikkelingen kenmerkte is het kenniskwartier juist specifiek en op maat gemaakt. De noodzakelijke ruimte en flexibiliteit die hoort bij een dergelijke grootschalige ontwikkeling wordt gevonden door nauwkeurig onderscheid te maken tussen structuur en invulling. De structuur kent een gelaagde en daarmee waardevaste opbouw. De duurzame ruimtelijke structuur bestaat uit 3 elementen: •
het netwerk van de openbare ruimte
•
een optimaal logistiek systeem
•
een consequente benutting van groen en water
Het netwerk van openbare ruimte De structuur bestaat in de eerste plaats uit het netwerk van de openbare ruimte voor voetgangers. In het netwerk komen logische verbindingen en aantrekkelijke verblijfsruimtes samen. Het netwerk voedt het leven in het kenniskwartier. Het bijzondere van het netwerk is bovendien dat het naadloos aansluit op de omgeving. Het kenniskwartier vormt de schakel tussen omliggende stedelijke kwaliteiten; het Amsterdamse Bos, Buitenveldert en het centrum van Zuidas. De structuur van het gebied wordt gecompleteerd door een stelsel van hoofdwegen. Hierdoor is de bereikbaarheid middels auto, fiets en openbaar vervoer vanuit alle richtingen optimaal. De uitwisseling tussen het netwerk en de gerichtheid op de omgeving zorgt voor een duurzame stedelijke structuur. Deze structuur kan een diversiteit van gebruik in zich opnemen en is bestand tegen veranderingen in de tijd. Kortom, een robuuste structuur voor langere tijd.
17
Poli
Acta (VU)
O2 (VU)
Kliniek CCA
Westflank
Imaging
Atrium DC VUmc
principe logistiek VUmc
18
clusterstrategie logistieke stromen VU Campus
Een optimaal logistiek systeem In de tweede plaats bestaat de duurzame ruimtelijke structuur uit een hoogwaardige logistieke ring die rond de Zorgtuin VU Campus wordt gerealiseerd. Voor het goed laten draaien van VUmc is een perfecte logistiek van belang. Mensen en goederen moeten zich gemakkelijk kunnen verplaatsen. Dit wordt beïnvloed door de positionering van functies en de situering en vormgeving van de verkeersruimte en liften. In VUmc wordt een groot aantal goederen aan- en afgevoerd. Deze logistieke stromen lopen in de huidige situatie vaak door de logistieke stromen van patiënten, bezoekers, medewerkers en studenten heen. Het ontwerp van al deze vormen van logistiek is een belangrijk gegeven voor de toekomstige bebouwing. Gezien de aard van de bebouwing zal de logistiek ten noorden van de De Boelelaan stervormig en ten zuiden hiervan ringvormig worden georganiseerd. Het logistieke cluster VUmc is onafhankelijk georganiseerd en maakt onderdeel uit van een logistieke visie voor het kenniskwartier. Deze visie gaat uit van de vorming 3 à 4 compactere logistieke centra verdeeld over het gebied. Logistiek per cluster heeft als voordeel dat de interne bewegingen korter worden, dat de openbare wegen niet hoeven te worden gekruist en dat VUmc en VU onafhankelijk van elkaar kunnen opereren. Bijkomend voordeel is dat stapsgewijs het logistieke model kan worden geïmplementeerd.
19
Buitenruimte; water & groen Binnen de aanpak van de buitenruimte kan de waterhuishouding van VUmc op meerdere manieren worden uitgewerkt. Gebruik en hergebruik van water is er één van. Bewust omgaan met hemelwater en ingrijpen in de kwaliteit van het oppervlaktewater is een andere. Deze laatste heeft een ruimtelijke aanwezigheid, de eerste niet. Water staat symbool voor meerdere betekenissen die in de Zorgtuin VU Campus bepalend worden in het beeld en sfeer. Water brengt leven en staat aan het begin van leven. Een adequate waterhuishouding realiseren in het kenniskwartier is een grote opgave. Het gebied kent een hoge bebouwingsgraad, weinig groen en heeft een relatief hoog grondwaterpeil. Dat betekent dat er snel regenwateroverlast kan ontstaan. VUmc besteedt daarom extra zorg aan de waterhuishouding in en rond het gebied. De Zorgtuin VU Campus wordt voorzien van een extra grote vijver, die als berging voor afstromend hemelwater kan dienen. Tevens is een ring van water rond VUmc en VU voorzien. Ook zal VUmc aandacht besteden aan het afvoeren van hemelwater ten noorden van de De Boelelaan, omdat op den duur de sloot daar naast de A10 zal verdwijnen. Daarnaast wil VUmc nadenken hoe het regenwater langer vast kan worden gehouden op het bebouwde deel van het gebied, ofwel de afvoer kan vertragen. Dit kan vooral op de daken. Deze kunnen groen of blauw worden ingericht en daarmee het water vasthouden. Het maaiveld kent minder marge qua indeling en oppervlakte, maar het is goed voor te stellen dat bijvoorbeeld een bepaald gotenpatroon het water tastbaarder kan maken. Ten slotte is het goed extra aandacht te besteden aan de oevers van het water. Eén van de kwaliteiten van de huidige zuidrand van het VUmc-terrein is gelegen in de (visueel) aangename overgang van land en water. Op eenzelfde manier kan een visie voor het water voor VUmc helpen ruimtelijke kwaliteit te maken en misschien tegelijkertijd een positieve bijdrage te leveren aan de waterkwaliteit.
20
VUmc heeft de ambitie water optimaal te gebruiken in de stedelijke uitwerking en in het landschap. •
water is een kwaliteit
•
water is zichtbaar
•
water draagt bij aan bewustwording over onze omgeving
•
water kan bijdragen aan een aantrekkelijk klimaat in de buitenruimte
•
afwatering wordt onderdeel van het buitenruimte-ontwerp
•
gebouwen en buitenruimte worden zodanig ontworpen dat het bijdraagt aan de vertraagde afvoer van water
In de toekomst vormen VUmc en VU een dicht verstedelijkt gebied en de bebouwing bepaalt de mogelijkheden voor flora en fauna. Dit zijn veelal individuele “spots” zonder verbinding met elkaar; te denken aan verticaal groen, ecologische oevers en de Zorgtuin VU Campus. In de centraal gelegen tuin, kiest VUmc waar mogelijk voor een grote belevingswaarde met aandacht voor de ecologische dan wel natuurwaarde. Hier zou een deel van de verzameling bijzondere bomen uit de te verplaatsen Hortus een plek kunnen krijgen.
Meer in het algemeen zorgt groen voor een prettige beleving: VUmc heeft de ambitie om een groene diversiteit op zijn terrein te realiseren: •
groen is aantrekkelijk
•
groen wordt ingezet voor een beter (verblijfs)klimaat
•
groen draagt bij aan variatie en herkenbaarheid
•
groen geeft een beeld van de seizoenen
•
groen krijgt de kans om tot wasdom te komen
•
daken worden groen waar mogelijk
•
groen draagt bij aan een aangenaam microklimaat en dempt variaties in geluid en temperatuur
21
kleinere en courante gebouwen binnen een ruime envelop
22
3. duurzame gebouwen Duurzaamheid en daarmee duurzaam huisvesten is een zeer breed begrip. Voor VUmc zijn onderstaande onderwerpen daarin belangrijk en zij vormen het fundament van de zienswijze van VUmc op duurzame huisvesting.
duurzaamheid door flexibiliteit De toekomstige gebouwen worden daar waar mogelijk niet op maat gemaakt voor een specifieke functie, maar zullen zo gemaakt worden dat ze verschillende functies kunnen huisvesten. Daarnaast wordt gekozen voor een kleiner gebouwvolume per gebouw. Hierdoor wordt het makkelijker om met de invulling van gebouwen ‘te schuiven’. Dit principe heeft een aantal consequenties: •
De constructieve opzet en de gevel zal flexibel invullen mogelijk maken
•
De verdiepingshoogte is zo royaal dat er verschillende functies inpassen.
•
De diepte van de bouwdelen is zodanig dat er voldoende daglicht binnen kan komen om zo verschillende functies in de toekomst te kunnen huisvesten.
•
De ruimten in de bouwdelen zullen zo veel mogelijk gestandaardiseerd worden
•
Standaardisatie in gebruikte materialen, om onderhoudsservice te kunnen garanderen.
Deze aanpak leidt daardoor tot kleinere en meer courante gebouwen. Een tweede aspect van flexibiliteit ontstaat door fasering binnen de bouwenvelop mogelijk te maken. In eerste instantie worden de gebouwen (nog) niet tot de maximale bouwhoogte opgetrokken. Op een later moment kunnen nog enkele verdiepingen worden bijgebouwd.
DCVUmc
Imaging
voorbeeld van vertikale fasering binnen de korrel
23
24
Duurzaamheid door de wijze van bouwen en gebruik; BREEAM excellent Een duurzame kwaliteit van VUmc is dat het de eigenaar en de gebruiker van zijn gebouwen is. De kwaliteit en de kosten van het gebruik en sloop zijn daarom minstens zo belangrijk als die tijdens de bouw zelf. Dit houdt in dat de wijze van bouwen, de maatvoering van ruimtes, de details en de toepassing van materialen mede bepaald wordt door kwaliteit en kosten op langere termijn. Een overweging daarbij is materialen te hergebruiken bij bouw en verbouw. Materialen kunnen voor dezelfde functie elders worden toegepast of dienen als grondstof voor hetzelfde of een ander product. Daarnaast zullen gebouwen gebouwd worden volgens BREEAM nieuwbouw; daar staan ook materiaaleisen in genoemd, zoals het zo veel mogelijk gebruiken van gerecycled materiaal, of alleen gecertificeerd hout gebruiken. VUmc heeft de ambitie om BREEAM excellent te behalen voor nieuwe gebouwen waar dat redelijkerwijs mogelijk is; en daarnaast BREEAM InUse toe te passen voor bestaande gebouwen. Tevens streeft VUmc naar verduurzaming in het geval van behoud van gebouwen door bij onderhoud en renovatie gebruik te maken van duurzame materialen en onderhoudsarme toepassingen. VUmc zal onderzoeken of BREEAM In-Use een toegevoegde waarde heeft in beleid en uitvoering en zo ja welke ambitie het nastreeft. Deze ambitie zal per gebouw of gebouwdeel worden vastgesteld.
25
intermezzo Concreet Voorbeeld: toepassing van BREEAM systematiek in DC VUmc Het VU medisch centrum (VUmc) is bezig met de ontwikkeling van een nieuw Diagnostisch Centrum (ontwerpnaam DC-VUmc) aan de Van der Boechorststraat. Het Diagnostisch Centrum is bestemd voor de huisvesting van de laboratoria en staf van het VUmc en is geschikt voor verschillende gebruikers en functies. Duurzame ambitie Het VUmc heeft een hoog ambitieniveau op het gebied van duurzaamheid en wil haar maatschappelijke verantwoording nemen, gegeven de intensieve gebruiksfunctie van het gebouw. Hierbij is duurzaamheid niet beperkt tot alleen de bouw van deze huisvesting, maar zullen ook de inrichting, het gebruik en de exploitatie in het kader van duurzaamheid in ogenschouw worden genomen. Het ambitieniveau voor het Diagnostisch Centrum is het behalen van een BREEAM Excellent score. Deze duurzame ambitie geldt als streven voor het ontwerp en betekent dat het gehele concept van het gebouw, inclusief installaties en vaste en losse inrichtingen, minimaal moet voldoen aan de in het Programma van Eisen gestelde duurzaamheidseisen. Tijdens het ontwerpproces is een continue afweging gemaakt tussen financieel kader, functionaliteit van het project en de gestelde BREEAM eis. Flexibiliteit Uitgangspunt in het ontwerp is de ontwikkeling van een gebouw dat 40 tot 80 jaar gebruikt kan worden en o.a. flexibiliteit is dan een vereiste. In alle opzichten is het Diagnostisch Centrum een uitermate flexibel gebouw. Er is in het ontwerp rekening gehouden met de mogelijkheid om aan het gebouw een geheel andere functie te geven (= afstotingsflexibiliteit). Het gebouw is uit te breiden met 6 extra verdiepingen (= uitbreidingsflexibiliteit), bestaande ruimten kunnen voor andere functies worden gebruikt dan nu is voorzien (= functionele flexibiliteit) en tevens kan een andere ruimtelijke indeling worden gemaakt (= indelingsflexibiliteit).
26
4
GEVEL AAN DE VAN DER BOECHORSTSTRAAT bij volledige uitvoering van de hoogbouw
mten die niveau’s met elkaar verbindt.
Uitstraling en beleving DROP-OFF ZONE De fysieke omgeving van het Diagnostisch Centrum dient de hoge Een aangename plek voorvan bezoekers kwaliteit de processen die in het gebouw plaatsvinden optimaal te
ondersteunen en te stimuleren. Stressreductie, goede service, comfort en een gevoel van veiligheid zijn hierbij uitgangspunten waaraan het gebouw dient bij te dragen. De ambitie van het VUmc is o.a. om een prettige werkomgeving voor medewerkers te creëren. Hiervoor worden VUmc breed ontmoetingsplaatsen conform het ‘Bright Sight’ concept gerealiseerd. In het ontwerp van het Diagnostisch Centrum bevinden deze Bright Sights zich rondom ontmoetingsplaatsen op begane grond en verdiepingen. Door toepassing van duurzame materialen in hun materiaaleigen kleuren zal de uitstraling van de gekozen materialen behouden blijven of zelfs verbeteren door de tijd. BREEAM Het VUmc heeft gekozen zijn duurzaamheid te concretiseren in BREEAM eisen. In Nederland is de Dutch Green Building Council de houder van het BREEAM keurmerk en de daaraan verbonden certificering. De normtekst is thans nog gericht op kantoorgebouwen, daarom is voor het Diagnostisch Centrum een zogenoemd “bespoke traject” gestart. In overleg met de Dutch Green Building Council is een “vertaling” gemaakt van deze normtekst voor toepassing op een laboratorium gebouw zoals het Diagnostisch Centrum. BREEAM kent voor het toepassen van duurzame maatregelen, afspraken en onderzoeken punten toe in negen categorieën over tientallen credits. De categorieën en de onderliggende credits worden onderling gewogen en opgeteld om tot één score te komen. Hoe hoger de score, des te duurzamer. Voor het Diagnostisch Centrum is BREEAM Very good als dwingende ontwerp eis in het PvE vastgelegd, gaande weg het ontwerp bleek BREEAM Excellent haalbaar. Op het moment van verschijnen van deze notitie zal het “bespoke traject” zijn afgerond en middels een pre-assessment een voorlopig BREEAM ontwerp certificaat met de kwalificatie “Excellent” worden verkregen.
27
zonlicht
optie: PV cellen
uitzicht
Toepassingen in het ontwerp Een aantal in het oog springende duurzame maatregelen zijn in het ontwerp van het Diagnostisch Centrum verwerkt:
gereduceerde warmtelast
meer reflectie van warmtelast
Gevel10°
De gevel van het Diagnostisch Centrum is een combinatie van zonwerende vinnen en gekanteld glas (zuid gevel) wat tot een maximale lichtopbrengst en een maximale beperking van instralend zonlicht leidt. Verder is de gevel voorzien van een speciale coating die de eigenschap heeft om fijnstof en stikstof verbindingen af te vangen. De coating maakt de gevel tevens zeer onderhoudsarm. Groene longen In het gebouw zijn 2 atria gesitueerd die fungeren als zgn groene
binnen
buiten
longen: de ruimten zijn voorzien van beplanting, voorzien van een te openen dak en onverwarmd. Er wordt verse lucht ingebracht
zuidgevel
16 VERTICALE DOORSNEDE ZUIDGEVEL ZUIDGEVEL door een opening in het overstek boven de arcade die aansluit op Gekanteld glas verhoogd reflexiewaatde glas de begane grond zowel aan tuin- als aan straatzijde. Dit betekent zonlicht
zonlicht
toekomstige uitbereiding toren (zuid gevel)
dat in de zomer koele lucht langs de gevel omhoog richting het geopende dak stroomt en voor verkoeling zorgt in de aangrenzende opwarming door zon
kantoren die voorzien zijn van te openen ramen. In de winter is
werkplekken gang werkplekken werkplekken gang werkplekken
opwarming door zon
er een omgekeerde situatie: koude lucht komt binnen en wordt
werkplekken gang werkplekken
vastgehouden door het gesloten dak. De winterzon verwarmt gang
koude lucht
werkplekken gang werkplekken
foyer
gang
MS centrum
rijbaan
mortuarium
de lucht en deze kan gebruikt worden om werkplekken op een gang
natuurlijke manier te ventileren. 16
zonlicht
GROENE LONG IN DE WINTER Koude winterlucht kan via de toelaat in de colonnade de groene longen binnenstromen en wordt vastgehouden door het gesloten dak. De winterzon verwarmt deze lucht en een temperatuurverschil van 10 graden met de buitenlucht maakt het mogelijk natuurlijk te ventileren in de werkplekken.
zonlicht
zonlicht
toekomstige uitbereiding
toekomstige uitbereiding
toren (zuid gevel)
toren (zuid gevel)
opwarming door zon
werkplekken gang werkplekken werkplekken gang werkplekken
koude lucht
werkplekken gang werkplekken luchtstroom langs gevel
werkplekken gang werkplekken foyer
gang
gang
MS centrum
rijbaan
mortuarium
koude lucht
koele tuinlucht
zonlicht
zonlicht
toren (zuid gevel)
werkplekken gang werkplekken werkplekken gang werkplekken
koele tuinlucht
luchtstroom langs gevel
werkplekken gang werkplekken werkplekken gang werkplekken
foyer
gang
MS centrum
rijbaan
mortuarium
groene long zomer
toekomstige uitbereiding
gang
gang
GROENE LONG IN DE ZOMER Koele lucht uit de schaduwrijke zorgtuin en de colonnade kan door toelaat binnenstromen. Door opwarming door de zon ontstaat een versnelde luchtstroom die continu koelere lucht aanzuigt en langs de gevel stuwt. Op deze koelere lucht kan natuurlijk geventileerd worden in de werkplekken.
groene long winter
luchtstroom langs gevel
werkplekken gang werkplekken foyer
gang
MS centrum
koele lucht
luchtstroom langs gevel
werkplekken gang werkplekken
gang
GROENE LONG IN DE WINTER Koude winterlucht kan via de toelaat in de colonnade de groene longen binnenstromen en wordt vastgehouden door het gesloten dak. De winterzon verwarmt deze lucht en een temperatuurverschil van 10 graden met de buitenlucht maakt het mogelijk natuurlijk te ventileren in de werkplekken.
28
zonlicht
werkplekken gang werkplekken
opwarming door zon
werkplekken gang werkplekken gang
koude lucht
koele lucht
Watermist De toepassing van watermist als brandbeveiliging geeft een optimale flexibiliteit door het ontbreken van vaste brandcompartimenten: de plattegrond is in principe vrij in te delen. Door een minimum aan benodigd water, wat dit systeem vraagt, wordt in geval van blussing waterschade beperkt. Flexibel concept laboratorium meubilair Om de flexibiliteit van het gebouw zo optimaal mogelijk te benutten is voor de inrichting van de laboratoria meubilair ontwikkeld dat zeer gemakkelijk telkens opnieuw gebruikt kan worden in andere opstellingen. Door een speciaal ontwikkelde manier van bevestigen is er minimale schade aan wanden en plafonds bij een veranderde plattegrond. LED verlichting Het gehele gebouw wordt voorzien van LED verlichting, ook in de laboratoria waar een hoge lichtopbrengst wordt gevraagd. Groen dak en Zonnepanelen Het dak wordt uitgevoerd als groen retentie dak: een maximale hoeveelheid hemelwater wordt opgevangen en vervolgens gedoseerd naar het hemelwater riool afgevoerd. Op het dak worden ook zonnepanelen geplaatst. Grijs water circuit Middels een grijs water circuit wordt hemelwater ingezet voor o.a. het spoelen van toiletten.
29
4. zorgvuldig omgaan met beschikbare middelen VUmc beschouwt huisvesting als een belangrijk productiemiddel voor zijn primaire proces. Andere belangrijke productiemiddelen in de gebouwde omgeving zijn energie en materialen. Om kosten te beheersen en de gebouwen gedurende het hele gebruik bij te laten dragen aan de kwaliteit die VUmc nastreeft, o.a. gastvrijheid, zullen beheerders en gebruikers zorgvuldig moeten handelen. Zorgvuldige omgang met het gebouw zelf is geborgd via het MJOP en de BREEAM-systematiek. De beschikbaarheid van energie in de vorm van vooral elektriciteit, warmte en koude, is voor hoogwaardige zorg zoals VUmc die levert, essentieel. Daarbij is de behoefte groot, hetgeen hoge kosten met zich meebrengt en het belangrijkste compartiment vormt in de milieubelasting die VUmc veroorzaakt. In deze prioriteit krijgt het energiecentrum VU/VUmc de beschikking over nieuwe gasturbines waarmee de levering van preferente energie, vooral noodstroom, tot 2030 is gewaarborgd. Tegelijkertijd stellen VU en VUmc hun visie vast op energie en de energievoorziening, zowel kwalitatief als kwantitatief. Uitgangspunt is de trias energetica met een streven naar 7,5% duurzaam opgewekte energie. De drie stappen in de trias energetica zijn: •
Terugdringen van onnodig energieverbruik, waarbij VUmc streeft naar en zo laag mogelijke energievraag, bijvoorbeeld energiebesparing in de vorm van goede warmte isolatie;
•
Voor de resterende behoefte zoveel mogelijk duurzame energie inzetten, bijvoorbeeld: wind, zon, biomassa of aardwarmte. Verder kan gedacht worden aan het inzetten van restwarmte, het hergebruiken van bronnen, transitie van hoog- naar laag temperatuur net, WKK en WKO (stadskoudenet);
•
Zuinig en efficiënt gebruikmaken van fossiele bronnen, als duurzame energie niet volstaat.
30
5. BORGING DUURZAAMHEID bedRIJFSVOERING Ambities en uitgangspunten vaststellen is de eerste stap. In de uitvoering van projecten is het nodig voortdurend aandacht te hebben voor duurzaamheid en de kwaliteit en veiligheid te bewaken. Dit doet VUmc op verschillende manieren. Samenwerking, afstemming tussen bouwer, beheerder en gebruikers is essentieel. Programma’s van eisen, standaardisatie en borging in de bedrijfsvoering zijn hierbij belangrijke hulpmiddelen. Deze vinden plaats op twee niveaus; Ver-
en
nieuwbouw:
BREEAM
excellent
en
borging
via
het
kwaliteitmanagementsysteem VUmc streeft naar BREEAM-excellente gebouwen. De borging begint bij het opstellen van het programma van eisen en vervolgens door deze ambitie op te nemen in de aanbesteding van externe adviseurs. Besluiten over investeringen en maatregelen worden genomen op basis van TCO, Total cost of ownership. Dit waarborgt dat het gebruik van het gebouw meegewogen wordt voor milieu en gebruiker. VUmc
heeft
zijn
bouwproces
gecertificeerd
op
basis
van
het
kwaliteitmanagementsysteem ISO 9001. Iedere projectfase wordt afgesloten met een beslissingsdocument waarin ook duurzaamheid wordt beoordeeld. Verbouw en onderhoud: BKK VUmc hanteert een standaardisatie via het beeldkwaliteitsplan. Het beeldkwaliteitsplan bevat nu standaarden voor openbare ruimten, plafonds, kantoor, vloerbedekking. In de keuze voor materialen is duurzaamheid een belangrijk criterium.
31
6. ONDERLIGGEND EN FLANKEREND BELEID De aard van een ziekenhuis en nog sterker van een universitair medisch centrum is van nature gericht op het aspect “people” van duurzaamheid . Toepassen en verbeteren van medische zorg zijn kernactiviteiten en daarmee draagt VUmc bij aan een gezondere wereld. Tengevolge van deze zorg belast zij het milieu en besteedt het publieke middelen. VUmc heeft zijn beleid vastgelegd in de strategie 2010-2014 en op basis daarvan zijn doelstellingen op gebied van milieu beschreven in het meerjarenbeleid milieu 2010-2014. Hierin worden als speerpunten energie, bouwen, inkoop, mobiliteit en bewustwording benoemd. Dit document beschrijft de ambities van VUmc aangaande duurzaamheid voor het speerpunt bouwen, maar heeft natuurlijk een overlap met de overige speerpunten. Deze notitie kan worden beschouwd als een uitwerking van het milieubeleid. Naast duurzame huisvesting bestaat daarmee flankerend beleid op de volgende onderwerpen die een relatie hebben met nieuwbouw, verbouw en gebruik van gebouwen: •
mobiliteitbeleid. VUmc heeft een actief mobiliteitsbeleid. Medewerkers worden gestimuleerd om met het OV of met de fiets naar het werk te komen. Tot 60% van de kosten voor het OV worden vergoed. Voor de fiets geldt dat deze via het werk kunnen worden verkregen, wat een belastingvoordeel oplevert. Voor het fietsparkeren worden hoogwaardige parkeeroplossingen gezocht.
•
energiebesparing. VUmc werkt al enkele jaren aan energiebesparing via een meerjarenafspraak met de overheid. In dit kader is een groene stroom certificaat verkregen en worden medewerkeracties georganiseerd (bijvoorbeeld campagne energiebesparing)
•
green ICT
•
het nieuwe werken, vastgelegd in de nota “normering huisvesting”
•
scheiden en gescheiden afvoeren van zijn afval in vele deelstromen. Zo worden onder andere de volgende deelstromen gescheiden afgevoerd: papier, bedrijfsafval, vertrouwelijk papier, specifiek ziekenhuis afval, gevaarlijk afval in ca. 10 deelstromen, houtafval, metaalafval, grof afval. Toners worden ingezameld ter hergebruik.
•
MJOP: het meerjarenbeleid onderhoudsprogramma richt zich op het op peil houden van vooraf gedefinieerde technische condities. In het verlengde hiervan wordt in het MJOP ook nadrukkelijk aandacht besteed
32
aan het beheersen van risico’s van gebouw en installaties voor het primair proces. •
gebruikers van gebouwen op de juiste manier te informeren en te instrueren
•
leveranciers uitdagen om duurzame oplossingen en producten aan te bieden
•
duurzaam inkopen. In de komende jaren zullen een beleid en organisatie worden opgezet die als doel hebben om materialen duurzaam in te kopen. Dit houdt in: het aankopen van minder milieubelastende materialen, maar ook het verminderen van de hoeveelheid verpakking van de aangeleverde materialen.
•
Huisregels voor studenten en medewerkers om een veilige en leefbare omgeving te creëren en te houden. De regels kennen drie onderwerpen:
o
Omgaan met elkaar
o
Omgaan met gebouwen
o
Omgaan met apparatuur en materialen
33