FoliaMagazine weekblad voor HvA en UvA
nr. 34 25/06/2014
zomerspecial Badgasten 1900-1970: vintage zwemkleding
iJs! waar haal Je de lekkerste Bol? het geheim van de zomerhit werken voor toeristen
inhoud #34
‘Welcome to Amsterdam!’ 4 Toeristen rondleiden in Amsterdam op de Segway, de fiets en de rondvaartboot: een reportage.
de zomer van …
Zonnetje in huis 8
De zon: eigenlijk een doodgewone ster, maar cruciaal voor het leven op aarde.
Jim Jansen Hoofdredacteur Folia
‘Het dorpje Sluis in Zeeuws Vlaanderen maakte veel indruk op me. De foto is genomen in 1986 – ik was veertien – en tachtig procent van de winkels waren seksshops en peepshows. In België waren die winkels namelijk verboden, en Sluis was het mekka voor de Belgische pornoliefhebber. Dit was overigens de eerste vakantie zonder mijn drie broers, en dat vond ik best saai. Normaal gingen we met z’n zessen naar Texel, maar toen mijn broers ouder werden, ging de een na de ander zijn eigen weg. Dit jaar ga ik met vrouw en kinderen naar Locarno in Zwitserland. Mijn schoonouders bezitten een soort paleis aan het Lago Maggiore met een enorme tuin die tot nabij het meer reikt. Ideaal voor de kinderen om verstoppertje te spelen, terwijl ik een boek lees.’ yyy
2
FoliaMagazine
Tchê tcherere tchê tchê 12
De tekst doet er niet toe, en andere geheimen van de zomerhit.
Zomerzweet 16
Waarom luieren op het strand als je ook kunt frisbeeën, hoelahoepen, longboarden of slacklinen?
Lekker koud 20
Voor het ultieme zomergevoel: schepijs. Hier haal je de beste bol.
Folia op internet: www.foliaweb.nl
@FoliaWeb
FoliaWeb.en.Magazine
FoliaTV
colofon
Weekblad voor de HvA en UvA Folia Magazine is in 2011 voortgekomen uit Folia (1948) en Havana (1996). Redactieadres Prins Hendrikkade 189b, 1011 TD Amsterdam, telefoon 0205253981, e-mail:
[email protected] Hoofdredacteur Jim Jansen Chef redactie Mirna van Dijk Art director Pascal Tieman Redactie (print/web) Bien Borren, Marieke Buijs, Mina Etemad, Yannick Fritschy, Wim de Jong, Henk Strikkers, Stephan Vegelien, Clara van de Wiel, Dirk Wolthekker Aan dit nummer werkten mee Asis Aynan, Bram Belloni, Hadjar Benmiloud, Fred van Diem (cover), Anouk Kemper, Danny Schwarz Eindredactie Mirna van Dijk, Cecile Elffers Correctie Cecile Elffers Opmaak Pascal Tieman, Carl Zevenboom Uitgever Stichting Folia Civitatis Redactieraad Wouter Breebaart, Ilse Duijn, Linda Duits, Jurriaan Gorter, Jaap Kooijman, Sebas Veeke
Handbagage 24
We vroegen lezers: wat ga je doen deze zomer, en wat heb je daarbij nodig?
Warm ijzer 28
Een kort, klam verhaal van schrijfster Anouk Kemper.
Bestuur Damiaan Denys, Sarah van Ierlant, Ad Korf, Geleyn Meijer, Freek Rebel, Alexander Rinnooy Kan (vz), Janny Ruardy Secretariaat Stephanie Gude (projectbegeleider) Zakelijke leiding Paul van de Water Drukker Roularta Printing, Roeselare België Advertenties Bureau van Vliet, Zandvoort, 023-5714745, zandvoort@ bureauvanvliet.nl Voor advertenties binnen UvA en HvA:
[email protected]
Shaken, not stirred 32
De lekkerste zomercocktails.
Een dagje strand 34
Dit is het laatste nummer van Folia
Zag er in de vorige eeuw zo uit: vintage pootjebaden.
Magazine van dit studiejaar. Tijdens het zomerreces wordt onze website foliaweb.nl dagelijks van vers nieuws voorzien en Folia TV komt onder meer met een serie over zomersport. Op 16
en verder
de zomer van… 2, 7, 11, 15, 23, 27, 31 en 33 columns Hadjar Benmiloud en Asis Aynan 15
augustus verschijnt, in samenwerking met Het Parool en Ad Valvas, onze eerstejaarsspecial. Het eerste reguliere nummer ligt op 3 september aanstaande in de bakken.
FoliaMagazine
3
Aan de slag met toeristen De gemiddelde Amsterdammer ergert zich dood aan de zwermen toeristen die Amsterdam overspoelen. Maar je kan er ook je werk van maken, zeker in de zomer. Deze drie studenten doen dat met plezier. ‘G’day mate!’ tekst Bien Borren / foto’s Bram Belloni
S
panjaarden zijn luidruchtig. Voor Scandinaviërs moet je een extra kratje bier inslaan. Met Russen is het lastig communiceren. Amerikanen zijn veeleisend, maar wel extreem dankbaar. En Japanners zijn een beetje vreemd. ‘Die heb ik weleens soep met een vork zien eten.’ Hester Martin (23) kan haar passagiers per nationaliteit typeren. De masterstudent American Studies vaart sinds zomer 2011 gemiddeld zes keer per week als gids mee op een rondvaartboot door de grachten. Haar moeder wees haar op het bijbaantje, dat 10 euro per uur verdient. ‘Ik was bezig met mijn bachelor geschiedenis en als geboren en getogen Amsterdammer fascineert de historie van de stad me enorm. Vertellen over een stad waar ik zoveel van hou, vervult me met trots.’
AUSTRALISCHE ANABOLEN Samen met kapitein Angelique en collega Ginni wacht Hester deze zaterdagmiddag aan de Prins Hendrikkade op haar passagiers. Het dak van boot Anton Dreesmann – met zijn lengte van twintig meter de grootste in zijn soort – is gedeeltelijk opengeschoven; je hoort het water tegen de romp klotsen. Hester vertelt over de verwachte gasten. ‘Het zijn vaak Australische jongeren die door Europa reizen. Wij zijn vaste prik tijdens hun Contiki-tour, waarin ze in twee weken wel acht landen aandoen.’ Ze glimlacht.
4
FoliaMagazine
‘Er zitten soms echt prachtige exemplaren tussen. De jongens hebben anabolen-armen en zitten onder de tattoos. De meisjes zijn hooggehakt en dragen ultrakorte rokjes. Soms vallen ze van het trapje als ze de boot in stappen.’ De gasten mogen deze keer niet meer dan twee alcoholische versnaperingen, want ze moeten nog enigszins nuchter bij het drijvende Chinese restaurant Sea Palace afgezet worden. ‘Maar ik heb ook vaarten meegemaakt waarbij we een
‘Die Aussies eindigen óp of ónder de tafel’ open bar hadden. Die Aussies eindigen dan óp of ónder de tafel.’ Vandaag zijn de reizigers te laat. In de tussentijd kan Hester samen met Ginni de boot vertrekklaar maken. Op alle tafels staan kommetjes met snacks en de bar achterin is gevuld met kratten bier en flessen wijn. Het eerste been in een glanzende huidkleurige panty verschijnt door het open dak. Algauw volgt een geblondeerde dame met geplamuurd gezicht. Ze begroet de crew overdreven hartelijk, met lange uithalen: ‘Hiiii, how are YOU doing?’ Hester antwoordt haar met een glimlach. Ze heeft in niets overdreven: de groep blijkt een en al tribaltattoos en tekort-
schietende rokjes. Een opgepompte jongeman met een tandpastalach: ‘G’day mate!’ IN DE FIETSMODUS Ariana Marchena (19) heeft meestal met minder exotische gasten te maken dan Hester. Zij rijdt nu al anderhalf jaar wekelijks op de onder Amsterdammers beruchte Yellow Bikes rondt, voor 10 euro per uur. Haar tour van half tien bestaat volledig uit Brabanders. ‘Wij komen uit Tilburg.’ ‘O, heus? Wij zijn vanmorgen uit Nuenen afgereisd!’ Meteen is het dikke mik tussen de zuiderlingen. Ariana ziet het tevreden aan. In haar hand draagt ze het koffertje dat ze straks aan haar bagagedrager hangt. Inhoud: een kaart van Amsterdam, EHBO-doos, fietspomp en bandenplakkit. ‘De Wallen liggen altijd vol glas, dat komt door de dronken Britse toeristen,’ weet de student logistiek & technische vervoerskunde. Gelukkig is de rosse buurt om de hoek van het Yellow Bike-hoofdkantoor en het laatste stukje is met de fiets aan de hand prima te doen. ‘Maar ik heb ook weleens halverwege met een lekke band gekampt; toen heb ik hem zelf weten te plakken.’ Tot haar zestiende fietste Ariana nauwelijks. Haar moeder vond het centrum van Amsterdam veel te gevaarlijk. ‘Zij betaalde mijn OV-abonnement, dus ik vond het prima,’ verklaart de studente. Totdat ze op een gegeven moment iemand over
Hester Martin aan boord van de Anton Dreesmann
zijn bijbaantje als fietstourguide hoorde praten. Dat zag ze wel zitten. ‘Ik kwam op gesprek en mocht eigenlijk meteen beginnen. Behalve dat ik sindsdien voor de kost door de stad rijdt, fiets ik opeens overal naartoe. Voor een rit van dertig minuten van m’n huis in Slotermeer naar de HvA bij het Amstelstation draai ik mijn hand niet om.’ Ze grinnikt. ‘Ik zit echt in de fietsmodus.’ Nadat de zadels zijn afgesteld en de remmen getest, geeft Ariana nog een kort introductiepraatje. ‘Op smalle stukken achter elkaar fietsen, rechts houden en een beetje bij elkaar blijven.’ Nederlanders denken altijd dat ze al goed kunnen fietsen, terwijl zij vaak de meeste brokken maken, vertelt Ariana later. Een gids mag een toerist terugsturen wanneer hij of zij niet geschikt lijkt voor het Amsterdamse verkeer. ‘Ik heb dat nog nooit hoeven doen, maar dat komt omdat mensen het zelf vaak al aanvoelen als het niet gaat.’ Wanneer de karavaan op gang komt, slingert een van de Tilburgse waaghalzen gevaarlijk langs een trambaan. Het tempo ligt tergend traag en het gezelschap is goed voor veel decibel. Ari-
ana fietst met een grote glimlach voorop. De eerste stop is de Torensluis; naast het beeld van Multatuli houdt de groep stil. Daar vertelt de gids vol enthousiasme over de Gouden Eeuw, het belastingsysteem en de gevels. Het smalste huisje
‘Nederlanders maken vaak de meeste brokken’ van Amsterdam wordt uitgebreid besproken. ‘Een meter tachtig breed en er woont een stel met twee honden,’ weet Ariana. Uit de groep klinkt oh en ah. Hoeveel zo’n pandje moet kosten, wordt er gevraagd. ‘De startprijs ligt op zeker een miljoen euro.’ Een dame met een onvervalste zachte g trekt haar wenkbrauw op. ‘Een miljoen? Voor een verzakt huis? Geef mij maar Brabant. Daar krijg je er tenminste een halve hectare tuin bij.’ KEIHARD OP JE PLAAT Stefan Westerink (20) krijgt vaak dezelfde Triviantvraag van zijn passagiers: of het klopt dat de
uitvinder van de Segway per ongeluk al rijdend op het apparaat in de afgrond is gestort? ‘Technisch gezien was het de jongen die het bedrijf had overgenomen, maar dat laat ik vaak achterwege. Dus ja, hij heeft inderdaad al rijdend op een Segway het leven gelaten.’ De student psychobiologie grijnst. Hij bestuurt de gemotoriseerde tweewieler nu al ruim een halfjaar en leidt groepen toeristen rond door de stad. ‘Er zijn gelukkig geen kliffen in Amsterdam en een Segway is hartstikke makkelijk te besturen. De enige keren dat het misgaat is wanneer een van de wielen ergens tegen aanstoot. Dan stagneert de één en blijft de ander doordraaien. Ik ben zelf ook weleens keihard op m’n plaat gegaan. Ik reed veel te hard en lette niet goed op. Toen kieperde ik dus opeens naar voren.’ Stefan brengt z’n wijsvinger naar zijn linkerwenkbrauw en maakt een vegend gebaar. ‘Maar ik hield er niet veel meer dan een schrammetje aan over.’ Het verschilt per week hoe vaak Stefan een toer geeft. Toeristen kunnen zich online aanmelden, en het komt nog weleens voor dat er niemand heeft ingetekend. Zo ook deze maandagmiddag; daarom vindt het interview niet op een Segway,
FoliaMagazine
5
Ariana Marchena (rechts) in actie
maar in Grand Café Eerste Klas op het Centraal Station plaats. ‘Het is een flexibel baantje. Wanneer ik tentamens heb, geef ik gewoon aan dat ik niet beschikbaar ben.’ Stefan heeft niet speciaal iets met de stad, noch met toeristen. Hij haalt z’n schouders op: ‘Ik fietste langs het Scheepvaartmuseum en zag zo’n slinger toeristen voorbijkomen. Een prachtig gezicht; ik was meteen gegrepen. Ik ben naast de toerleider gaan fietsen en vroeg aan hem of ik dit ook kon doen. Ik werd direct aangenomen.’ Stefans uurloon bedraagt 8 euro per uur. Hij hoefde geen examen af te leggen, noch gidsboekjes uit z’n hoofd te leren. Dit in tegenstelling tot rondvaartgids Hester, die pas na een jaar, waarin ze de gasten enkel serveerde, haar gidsexamen mocht afleggen. ‘Je wordt geacht vragen te kunnen beantwoorden en de highlights toe te kunnen lichten,’ legt Hester uit, terwijl Angelique de boot de Herengracht op stuurt. Hester friemelt even aan haar microfoon en is dan goed te verstaan wanneer ze haar gasten vraagt naar links te kijken. ‘In het grote huis met de hoge ramen woont onze burgervader. Je kan zien dat hij thuis is, want het licht in het voor-
6
FoliaMagazine
portaal brandt,’ vertelt ze in accentloos Engels. De jongeren lijken even geïnteresseerd, maar de aandacht ligt algauw weer bij de smartphones en
‘BN’ers zorgen altijd voor veel opwinding’ de selfies. Hester: ‘Ik pas mijn praatje aan op de groep die ik gids. Soms heb ik fanatiekelingen die met me meeschrijven. Er zijn een aantal hoogtepunten die ik altijd behandel.’ Bijvoorbeeld het Anne Frank Huis. Vandaag komen we daar niet langs, maar ‘elke toerist is altijd direct vol aandacht wanneer ik het aankondig.’ Ze vertelt hoe de boot naar één kant helt wanneer de toeristen zich naar de ramen haasten om foto’s te maken. BN’ERS SPOTTEN Niet alleen vanaf het water is het onderduikadres van Anne een publieksfavoriet; ook de
Yellow Bikes houden op de Prinsengracht halt. Ariana laat aan de hand van een doorsnede van het huis zien waar de familie Frank verborgen zat. Maar de brabo’s zijn meer geïnteresseerd in de geschatte wachttijd van de rij die de hoek omslingert. Ariana dirigeert haar gevolg weer op de fiets en loodst ze door de Jordaan langs het Leidseplein – ‘Kijk, coffeeshop The Bulldog huist in een oud politiebureau, ziet u wel?’ – naar het Vondelpark, waar de Nederlanders hun geluk niet op kunnen. ‘Daar zijn prins Maurits en prinses Marilène!’ zegt een vader tegen zijn tienerdochter. ‘Het BN’ers spotten zorgt altijd voor veel opwinding,’ vertelt Ariana. ‘Soms beginnen ze bijna te hyperventileren wanneer ze bijvoorbeeld Chantal Janzen zien.’ Dan zucht ze. ‘Het is leuk werk en ik blijf altijd glimlachen, maar het is toch wel vaak geforceerd sociaal doen.’ Stefan heeft daar minder last van. ‘Het komt wel eens voor dat we stoppen voor een biertje. De Segway valt onder de scooters, dus één glas is prima. Laatst nog wilde men per se bij Brouwerij ’t IJ het bier proeven.’ Dat het alcoholpercentage van een IJwit een stuk hoger ligt dan bij
Stefan Westerink
een gewoon biertje, wuift Stefan weg. ‘Dat loopt allemaal wel los.’ De gemotoriseerde voertuigen rijden vanwege veiligheidsredenen maar 12 kilometer per uur. Bestuurders mogen niet zwaarder zijn dan 150 kilo en niet lichter dan 45 kilo – ‘Dan reageert het balanssysteem niet meer’ – en zijn verplicht een helm te dragen.
‘Het is een vernuftige uitvinding, maar niet geschikt voor trucjes. Hij is ook veel te zwaar, dus een beetje airtime meepakken is onmogelijk.’ Op weg naar huis vaart de Dreesmann onder de Magere Brug door. Het verhaal wil dat wanneer je je geliefde exact onder de brug kust, de liefde voor eeuwig zal standhouden. De Australiërs lachen
erom en Hester lacht hartelijk met ze mee. Het zoenen blijft vooralsnog uit. Wanneer de toeristen bij de drijvende Chinees op het Binnen-IJ zijn afgeleverd, zit Hester met haar hoofd in de wind in de opening van het ruim. ‘Ik kan helemaal tot rust komen als we zo over het water varen. Ik kan me geen beter baantje voorstellen.’ yyy
de zomer van … Greetje van der Werf Redacteur marketing en studievoorlichting FGw
‘Als kind ben ik nooit op vakantie geweest. Wij hadden thuis een tuindersbedrijf en bij ons werd er altijd doorgewerkt, zeker in de zomermaanden, vaak tot ’s avonds laat. Ik heb altijd meegewerkt, tot ik op mijn 20e naar Amsterdam ging om te studeren. Op de foto uit 1969 sta ik als negenjarige, vooraan in het witte bloesje. We zijn bezig met de aardbeien. Op de achtergrond zie je onze boerderij aan een zandweggetje zonder naam, tussen Ede en Lunteren. Veel Nederlanders gingen destijds op vakantie op een van de campings in de buurt. Die vakantiegangers kwamen bij ons aan de deur asperges en aardbeien kopen. Van links naar rechts zie je: Truus (6), Tonnie (6), Jan (10), Greetje (9) en Dinie (8). De tweeling Truus en Tonnie zijn in 1962 gebo-ren, het jaar dat de pil op de markt kwam. Anders had ons gezin geheid veel meer kinderen geteld.’ yyy
FoliaMagazine
7
De zon is (n)iets bijzonders Het is in feite een doodgewone ster, maar zonder haar sterven we een wisse dood: de zon. ©jpl.nasa.gov
tekst Marieke Buijs en Dirk Wolthekker
D
at de wereld ten onder gaat is het schrikbeeld bij bijvoorbeeld de jehova’s en de Maya’s, maar het is ook de opvatting van astronomen – al baseren zij hun opvatting niet op goddelijk ingrijpen. Toch hoeven we niet bang te zijn voor een spoedige apocalyps: de ondergang zal geleidelijk gaan en vijfenhalf miljard jaar in beslag nemen. Maar dan is het ook zover: de zon dooft en sterft en wij met haar. Tot die tijd hebben we haar nodig, al is het maar om een tentamen goed te maken. MAATJE 42 Over de zon – een ster zonder vast begin en einde, die grotendeels bestaat uit ongrijpbare waterstof en helium – praat men in superlatieven: heel ver, heel warm, heel groot, heel oud. Het is allemaal waar, maar het is ook relatief. Hoogleraar hoge-energie-astrofysica en directeur van het Anton Pannekoek Instituut Ralph Wijers noemt de zon ‘een doodgewone ster van middelbare leeftijd, zeg maar een maatje 42’. Het vertekende beeld dat wij hebben van de zon komt volgens Wijers omdat we ‘ernaast wonen’ en dus zien en voelen hoe de zon schittert en warmte geeft. We concluderen daaruit dat deze ster wel eens een
8
FoliaMagazine
heel bijzondere ster zou kunnen zijn. Niets daarvan. ‘De dichtst bij ons staande ster is meer dan honderdduizend keer verder van ons verwijderd.’ Tja, zo bezien is de zon niets bijzonders. Toch is de zon essentieel voor ons. In tegenstelling tot de zon hebben wij op aarde geen eigen lichtbron: we schijnen niet zelf, maar worden
Ze wordt steeds helderder en daarmee nog warmer beschenen door de zon. De zon is cruciaal voor ons bestaan, want ze geeft warmte en licht. Wijers: ‘Andere sterren geven ook warmte en licht, maar die staan zo veel verder weg dan de zon dat we er niets aan hebben.’ 150 MILJOEN KILOMETER Astronomisch gezien is de zon dus niet ver bij ons vandaan, maar in keiharde aardse meters is het wel een eindje: 8,3 lichtminuten. Als we bedenken dat een lichtminuut bijna achttien miljard meter bedraagt, komen we uit op een afstand van 150 miljard meter ofwel 150 miljoen
kilometer. Toch is dat niet ver, vanaf de zon is het vier lichtjaren – vier maal 9,46 biljoen kilometer – naar de eerstvolgende ster. De zon is dan misschien relatief dichtbij, zij is wel een zwaargewicht, met 2x1030 kilo. Ook in vergelijking met de aarde, die met 6x1024 toch al niet gering is. Toch is de zon een heel gemiddeld sterretje: de meeste sterren die ’s nachts zichtbaar zijn, zijn nog zwaarder, maar zo ver weg dat ze slechts te zien zijn als kleine lichtpuntjes aan de hemel. Moeten we het bij al deze superlatieven nog hebben over de diameter van de zon? Dat kan: die bedraagt anderhalf miljoen kilometer. Wijers: ‘De diameter van honderd aardes naast elkaar.’ TWEE TOT DRIE MILJOEN JAAR Voor de levensgenieters onder ons duurt het gelukkig nog onmenselijk lang voordat de zon – huidige temperatuur 5.500 graden Celsius – sterft, en wij met haar. Tot die tijd zullen we aan het idee moeten wennen dat de zon, zoals elke ster, steeds helderder en daarmee nog warmer wordt. Wijers: ‘En niet zo’n beetje ook: tienduizend keer zo helder als nu. De temperatuur op aarde zal daardoor zo’n drieduizend graden bedragen. Ik zeg het altijd zo tegen mijn
studenten: “Voor we de koelkast ingaan worden we krokant gebakken”. En dat wij er op den duur niet meer zullen zijn, zit zo’n beetje ingebakken in onze evolutie, waarin een gemiddelde zoogdiersoort twee tot drie miljoen jaar bestaat.’ OP NAAR EEN ANDERE PLANEET Het lijkt dus zaak dat we in de verre toekomst verkassen – als we er nog zijn tenminste – naar een andere planeet. Er zijn miljoenen sterrenstelsels, die bestaan uit miljoenen tot honderden miljarden zonnestelsels, waar het onze er een van is. Rondom ‘onze’ zon draaien acht planeten. Maar naar welke planeet moeten we gaan? Op veel van de ons bekende planeten is leven niet mogelijk, ook al maken mensen ruimte-expedities zoals naar de maan of naar Mars. Wijers: ‘Die planeten kennen we en we weten dat het dode planeten zijn of dat het leven er obscuur en verstopt is. Het is goed mogelijk dat in andere zonnestelsels leven is, maar niemand heeft een idee hoe het eruitziet. We weten niet wat we zoeken en dat maakt de zoektocht moeilijk.’ Totdat het licht definitief uitgaat zullen we hoe dan ook te maken hebben met de zon, want naast
warmte en licht reguleert de zon ons bioritme. Ga maar na hoe je uit balans kunt raken door een jetlag of wanneer je een nachtje hebt doorgehaald bij een feest of voor een tentamen. Hoezeer dat bioritme door de zon is ingebrand in ons lichaam, ontdekte geologiestudent Michel Siffre toen hij
‘De zon is een doodgewone ster van middelbare leeftijd’ zich in 1962 blootstelde aan een heftig experiment. De 23-jarige Fransman trok zich twee maanden lang terug op de bodem van een diepe, pikdonkere gletsjergrot die hij eerder zelf had ontdekt in de Franse Alpen. Siffre wilde ondervinden wat er met hem zou gebeuren in de ijskoude en duistere grot. ‘Mijn voeten waren altijd nat en mijn lichaamstemperatuur zakte tot 34 graden Celsius. Ik bracht mijn tijd door met lezen, schrijven en onderzoek. En ik had veel tijd om na te denken over mijn toekomst,’ vertelde Siffre jaren later in een interview. Hij leidde ondergronds een leven zonder klok of andere tekenen van het
verstrijken van de tijd. Wanneer Siffre wakker werd, at en naar bed ging, deelde hij dat mee aan een ondersteunend team dat bij de ingang van de grot was gestationeerd en Siffres dagindeling bijhield. Na twee maanden ondergronds blijkt dat de student er in de duisternis, geheel op eigen instigatie, een ritme op na hield dat min of meer constant bleef op 24,5 uur per ‘dag’. 24-UURSRITME Dat intrinsieke ritme is geen unicum, weet men nu. ‘Het bioritme blijkt bij de meeste mensen vrij constant rond de 24 uur per cyclus,’ vertelt neurowetenschapper en slaaponderzoeker Ysbrand van der Werf. Met ieder rondje dat de aarde om zijn as draait, de zon opkomt en ondergaat, is het 24-uursritme in het menselijk lichaam gesleten. ‘Dat komt natuurlijk goed van pas om ons optimaal te laten functioneren binnen de aardse omstandigheden.’ Voor dieren zoals de mens, die in het donker niet goed zien, zijn de gevaarlijke nachten voorbehouden aan rust, groei en herstel. Het daglicht is om op pad te gaan, eten te zoeken, je voort te planten, tentamens te leren en al die andere dingen te doen
FoliaMagazine
9
die de mens erbij heeft verzonnen. De biologische klok zorgt er via de hormoonhuishouding voor dat het lichaam zo goed mogelijk in staat is die taken te vervullen: dat je ’s nachts minder urine produceert, waardoor je rustig kunt doorslapen, dat je ’s ochtends wakker wordt met trek, de rest van de dag energie hebt voor je activiteiten en dat de afgifte van het stresshormoon cortisol ’s ochtends piekt, zodat je alert bent, en in de loop van de dag geleidelijk daalt zodat je ’s avonds niet ligt te stuiteren in bed. PERSOONLijK RITME Toch blijken er individuele ritmeverschillen. Avondmensen zouden het liefst dagen draaien die iets langer zijn dan 24 uur. Michel Siffre bleek een van hen. Ochtendmensen houden er in een grot een ritme van 23 of 23,5 uur op na. Free runnen, noemen slaapwetenschappers het als mensen in een grot of verduisterd lab hun eigen ritme volgen. In de bovengrondse wereld, waar het zonlicht je netvlies raakt zodra je de gordijnen opentrekt, wordt je biologische klok iedere dag gereset. Wanneer het daglicht je retina bereikt, gaat er een signaal naar een hersengebied achter je ogen: de suprachiasmatische kern. Dat is de dirigent van je dag- en nachtritme, die de andere componenten van je hormoonhuishouding aanstuurt. Van der Werf: ‘Dat je biologische klok niet volledig vastligt, maar iedere dag gesynchroniseerd wordt onder invloed van daglicht is handig. Zo kun je je ritme afstemmen op de wereld na een nacht-
dienst of een vliegreis.’ Want je eigen ritme volgen in een grot of verduisterd lab is leuk, maar in het echte leven worden we geconfronteerd met kantooruren, wekkers, vergaderingen en andere omstandigheden die zich van je persoonlijk ritme weinig aantrekken. Hoe dat mis kan gaan blijkt in het noorden van Noorwegen en Finland, waar mensen het ’s winters zonder daglicht moeten stellen. Dat leidt tot een seizoenstoename in het aantal mensen met ritmestoornissen, slapeloosheid en
‘De zon vertelt je hersenen dat het dag is, tijd om alert te zijn’ depressie. Van der Werf: ‘Het verschil tussen de lichtintensiteit van de schemer overdag en het duister ’s nachts is niet sterk genoeg om de biologische klok te synchroniseren. Sommige mensen gaan dus free runnen, ze komen ’s avonds niet in slaap, doen overdag dutjes, functioneren minder goed en voelen zich ook somberder.’ BLijHEIDSLAMPEN Maar ook buiten Scandinavië gaat het niet bij iedereen goed met het dag-nachtritme. Mensen die lijden aan Parkinson of somberder zijn, hebben vaak slaapproblemen en een verstoorde hormoonhuishouding. En ook bij ouderen die dementeren lijkt het bioritme verstoord. Ze komen weinig buiten, zien
niet genoeg daglicht, doen overdag dutjes en spoken ’s nachts. Het in verzorgingshuizen ophangen van ‘blijheidslampen,’ lampen die daglicht nabootsen, blijkt geheugenverlies bij dementerende ouderen te remmen. De lampen synchroniseren de biologische klok, waardoor patiënten ’s nachts beter in slaap komen en blijven – en dat komt hun geheugenopslag ten goede. Van der Werf: ‘Tijdens je slaap worden giftige afvalstoffen afgevoerd uit je brein en bovendien versterken de hersenprocessen in je slaap nieuwe herinneringen die je overdag hebt opgedaan. Ik vermoed dus dat de slaapverbetering het positieve effect op geheugenconsolidatie veroorzaakt.’ Dus als je nog aan het blokken bent voor die laatste tentamens: haal het meeste uit de zon. Van der Werf: ‘De zon vertelt je hersenen dat het dag is, tijd om alert te zijn, zodat je aandacht hebt voor het studieboek dat voor je ligt.’ Zorg alleen wel voor limonade, zwempauzes, een ventilator of andere verkoeling, want van warmte word je loom en dat werkt dan weer averechts. Tenslotte kom je dankzij het daglicht ’s nachts dus ook beter in slaap. Van der Werf: ‘En als slaaponderzoeker is dat toch mijn voornaamste tip: beknibbel niet op slaap, ook niet om een nacht door te leren. Want slaap is de meest effectieve geheugenstimulator.’ yyy Het internet staat vol filmpjes en tekeningen over hoe de zon werkt. Op foliaweb.nl/foliavond/hoe-werkt-dezon vind je een verzameling.
de zomer van … Sebastiaan Krijt Promovendus sterrenkunde
‘Deze foto is ergens begin jaren negentig gemaakt in de enorme tuin van mijn Tsjechische opa en oma, op een paar uur reizen van Praag. Van links naar rechts zie je mijn jongere zusje Rebecca, mijn oudere broer Johan en mijzelf, met voor ons een egel en een kat. We sliepen die zomer in tenten in de tuin. De nacht voorafgaand aan deze foto hield een vreemd geluid ons uit onze slaap. Na een korte zoektocht werd duidelijk dat het geluid uit een nabije opgedroogde waterput kwam. Met gevaar voor eigen leven is mijn vader in de put afgedaald, om even later terug te komen met deze egel. De egel werd uitgezet, en de nachten erna sliepen we heerlijk. De kat had er verder niks mee te maken.’ yyy
FoliaMagazine
11
Doe mij een toppertje en een breezer ananas Wat maakt een zomerhit? Hij moet in ieder geval aan vier voorwaarden voldoen. En voor de rest is het, volgens UvA-onderzoeker Ashley Burgoyne, onmogelijk te voorspellen. Henk Strikkers
W
at is de overeenkomst tussen Gusttavo Lima, O-Zone en The Lovin’ Spoonful? Zij kennen allen het geheim van de zomerhit en scoorden er een in respectievelijk 2012, 2004 en 1966. Zomerhits lijken iets magisch te bezitten. Vaak beheersen ze drie maanden de internationale hitlijsten om vervolgens weer vliegensvlug uit het collectieve geheugen te verdwijnen. Toch lijkt de zomerhit de heilige graal voor veel artiesten: het ultieme bewijs dat je een hit kunt maken. De muziekindustrie houdt het mysterie rond de zomerhit graag in stand, zo oordeelt Ashley Burgoyne (35), postdoctoraal onderzoeker bij de Music Cognition Group van de UvA. ‘Dat hele wereldje draait op schrijvers en producers die instinctief weten wat werkt en wat niet, maar tot op heden is daar nog geen onderzoek
naar gedaan. Daarom doe ik dat nu.’ Burgoyne onderzoekt in samenwerking met de Universiteit Utrecht en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid wat een nummer catchy maakt. Om data te verzamelen ontwierp hij de
‘Nog meer dan gewone hits zitten zomerhits vol herhaling’ telefoonapplicatie ‘Hooked!’. Gebruikers van die app krijgen nummers uit de Top 2000 van 2012 vanaf een willekeurig couplet of refrein te horen en moeten dan zo snel mogelijk laten weten of ze het kennen. Burgoyne is op dit moment bezig met het verwerken van de data die hij uit het spel haalt, maar nam voor ons de
tijd om een analyse los te laten op de zomerhits van de laatste tien jaar. In een poging het geheim van de zomerhit te verklaren komt hij tot vier succesfactoren. HERHALING ‘Wat me meteen opvalt is dat alle zomerhits van de laatste jaren in hoge mate repetitief zijn. Nu vallen de meeste popnummers al terug op herhaling, maar deze zomerhits doen dat nog meer. Er zitten bovendien nauwelijks echt herkenbare teksten of ritmes in en de zogenoemde hooks die erin zitten zijn allemaal erg voorspelbaar. Die constante herhaling is belangrijk voor het onthouden van een lied, zo blijkt uit mijn onderzoek. Weet je wat het nummer uit de Top 2000 is dat Nederlanders het vaakst herkennen? ‘Wannabe’ van de Spice Girls. Dat is geen zomerhit, maar het nummer is wel opgebouwd als een zomerhit. Het heeft vier delen
Zomerhits van de laatste tien jaar
2013 Daft Punk ft. Pharrell Williams – Get Lucky
12
FoliaMagazine
2012 Gusttavo Lima – Balada
2011 Don Omar & Lucenzo – Danza Kuduro
2010 Yolanda Be Cool & DCUP – We No Speak Americano
2009 The Black Eyed Peas – I Gotta Feeling
die, weliswaar in een andere opeenvolging, steeds terugkomen. De herhaling zorgt ervoor dat het nummer catchy is en in je hoofd blijft hangen. Die goedkope truc van herhaling hebben makers van zomerhits over het algemeen wel in de smiezen. Zo’n trucje zorgt er in combinatie met het gebrek aan hooks echter ook voor dat de meeste zomerhits weer vergeten worden. Een nummer met een dergelijk trucje slaagt er bijna nooit in om ook een duurzame hit te worden.’ TEKST IS NIET BELANGRijK ‘De mensheid kan in twee groepen worden opgedeeld: mensen die bij muziek wel naar de tekst luisteren en mensen die dat niet doen. Allebei zijn ze ongeveer even groot, maar het lijkt erop dat die laatste groep bij de zomerhits een doorslaggevende rol speelt. In het jaar dat ‘Toppertje’ een zomerhit werd studeerde ik nog in de VS, maar toen ik het voor de eerste keer luisterde, snapte ik direct waarom het een hit was. De muziek is aanstekelijk en heeft iets tropisch. Dat ik de tekst niet snapte, deed daar niets aan af. Dat is bij veruit de meeste zomerhits van de laatste jaren zo. Sterker nog: ik weet zeker dat Nederlanders de helft van de zomerhits van de afgelopen jaren nauwelijks heeft begrepen. Spaanstalige en Portugese hits voeren de boventoon en een hit als ‘We No Speak Americano’ heeft niet eens een echte tekst. Bovendien vraag ik me af of mensen nou zo’n diepe band voelen met de
2008 Kid Rock – All Summer Long
teksten van de hits die ze wel begrijpen. “I gotta feeling that tonight’s gonna be a good night” is niet bepaald een tekst waar je nog eens over nadenkt, wel?’ NAUWELijKS vARIATIE IN TOONHOOGTE ‘Uit Brits onderzoek blijkt dat nummers met een klein spectrum aan tonen langer in het geheugen blijven hangen. Met andere woorden: ze gebruiken één toon en wellicht één daarboven en één daaronder, maar daar blijft het bij. Het merendeel van deze zomerhits doet precies hetzelfde. ‘Balada’ is daar een goed voorbeeld van. Het stuk waarin Gusttavo Lima “Tchê tcherere tchê tchê” steeds herhaalt maakt het nummer herkenbaar, maar bestaat uit slechts twee tonen. Ook ‘Get Lucky’ heeft zo’n beperkt scala aan tonen. Uit onderzoek naar zogenaamde oorwurmen blijkt dat dit een positief effect heeft op de mate waarop mensen een nummer onthouden. Oorwurmen zijn nummers die mensen niet meer uit hun hoofd krijgen. Dat zijn vaak nummers met zo’n beperkt aantal tonen en bovengemiddeld lange tonen. De hits van Kid Rock en Rihanna zijn op dit gebied overigens vreemde eenden in de bijt. Die nummers zijn wat rauwer en zijn muzikaal gezien veelzijdiger dan de overige acht.’ HET GEHEIM vAN DE SMID ‘Je kunt wel tegen een muzikant zeggen dat hij een repetitief nummer zonder een belangwekkende tekst en met een beperkte
2007 Rihanna – Umbrella
2006 Guillermo & Tropical Danny – Toppertje
variatie in toonhoogte moet schrijven, maar negenennegentig van de honderd nummers die hij dan aflevert zijn slecht. De magie van de zomerhit is dat het sommigen lukt dat honderdste, goede nummer te schrijven en te produceren. Neem nou een nummer als ‘La Camisa Negra’: dat heeft eigenlijk niets bijzonders. Toch werd het een gigantische hit in heel Europa. Dat is niet echt te verklaren wanneer je puur naar de muziek kijkt; daar zit ook een marketingmachine achter. Bovendien zie je bij hits vaak een sneeuwbaleffect. Mensen zitten niet echt te wachten op dat ene nummer dat zij zelf wellicht heel goed vinden, maar waar ze met niemand over kunnen praten. Ze willen een hit die hun vrienden en collega’s ook luisteren. Dat maakt het voorspellen van een zomerhit ongelooflijk moeilijk. Je kunt het wellicht beter doen dan toeval, maar ik denk dat het onmogelijk is om daadwerkelijk jaar in jaar uit goede voorspellingen te doen. Als je me tien nummers geeft zal ik wellicht kunnen zeggen dat er zes geen potentie hebben om de zomerhit te worden. Welke van die overige vier het dan wel precies wordt, hangt af van allerlei zaken die ik noch mijn computer kan voorspellen.’ yyy Vincent Smit van Folia TV interviewde Ashley Burgoyne. Vincent liet zijn eigen ‘hit’ horen om te zien of hij hitpotentie heeft: foliaweb.nl/video/wat-maaktmuziek-catchy.
2005 Juanes – La Camisa Negra
2004 O-Zone – Dragostea din Tei
FoliaMagazine
13
(ingezonden mededeling)
BSA OF BAS? WIJ GEVEN JE EEN KANS Heb je een negatief Bindend Studieadvies
je (aantoonbaar) verkeerd heeft
gekregen maar ben je het er niet mee
voorgelicht. Het ASVA rechtsbureau
eens? Neem contact op met het ASVA
helpt je door de procedure. Mail naar
rechtsbureau en wij helpen je met je
[email protected] en maak een
beroep. Een aantal redenen waarom
afspraak.
je uitstel kunt krijgen zijn ziekte, zwangerschap, bestuur, medezeggenschap, bijzondere familie-omstandigheden of een functiebeperking Er kunnen echter ook heel andere redenen zijn om een BSA/BAS aanvechtbaar te maken, bijvoorbeeld dat de studieadviseur
Fotografie: Vera Duivenvoorden
Meer weten? Kijk op ASVA.nl.
Benmiloud Aynan
Zomerstress
Zomerliefde
‘Wat ga jij deze zomer doen?’ is een vraag die zo veel stress oproept, dat ik bijna op vakantie moet om ervan te herstellen. De zomer is de tijd dat we kunnen leven zoals we zelf willen, dus als niet elke dag een reclame lijkt voor een luxe drankmerk, heb je het alleen aan jezelf te danken… Vroeger duurde de grote zomervakantie zes weken. Dat is eigenlijk heel kort, maar mentaal bereidde ik me al het hele schooljaar voor op de enorme zee van tijd waarin er Geleefd kon worden met hoofdletter G. Alles wat ik de rest van het jaar wilde doen ging op de Zomervakantiestapel: die ene boekenserie lezen, eindelijk eens de handstand leren, vrienden worden met die knappe buurjongen, en natuurlijk altijd opeens dun, rijk, beroemd en goedgekleed worden voor op de eerste schooldag, en een meeslepende vakantieliefde beleven om het hele jaar nog foto’s van in mijn agenda te plakken. Niks kwam er ooit van, natuurlijk. Maar het maken van de zomerstapel doe ik nog steeds: het hele jaar fantaseer ik over een ideaal zomerleven, waarin iedereen de hele tijd op slippers bij elkaar aanwaait voor barbecues en roadtrips. En nu het zomer is, ontwaak ik dagelijks als een gestreste reisleidster: wat moet er van de lijst af vandaag? Met als resultaat dat ik bijvoorbeeld met een buikgriepje over de Rollende Keukens struinde, overgevoelig voor de etensgeuren, ‘maar je wilt het niet missen.’ Ik heb sympathie voor de Duracell-Japanners die hun hele leven sparen om een wereldreis te maken, en dan totaal obsessief alles willen vastleggen op beeld. Het is zwaar om alles uit elke dag te halen, joh. Vroeger was ik aan het einde van de zomervakantie ook alweer helemaal toe aan het schoolse ritme van verplichting en gedoseerd vrij, en m’n zomerstapel allang vergeten. Maar aan het einde van deze zomer zal ik ’m hopelijk voor het eerst hebben afgewerkt. En hard toe zijn aan de kerstvakantie, waarin je binnen mag zitten met een televisieserie zónder dat iemand je vraagt wat je hebt gedaan. yyy Hadjar Benmiloud
Er was een tijd dat ouders de ‘juiste’ partner voor hun kind kozen. Dat werd uithuwelijken genoemd. Tegenwoordig laten we ons door virtuele systemen weggeven: internetdaten. Ik heb mijn liefdes altijd zelf geregeld. Het was zomer. Zij ging na de schoolloze dagen naar groep zeven. Ik naar de laatste klas. Die zomerweken ging de familie nergens naartoe en had ik luchten en zeeën van tijd om aan het meisje te denken. Haar lange kastanjebruine krullen vlogen als vlinders rond in mijn buikje. De hartklop en mijn verlangen had ik bij gebrek aan lef verzaakt met haar te delen. En nu zat ze met haar ouders ergens op een camping. Op een middag dwaalde ik door de straten van onze buurt. De stralen van de ronde sterke platte zon dwongen mij het hoofd naar de stoeptegels te buigen. Het waren de twee uitersten in mij: als ik aan haar dacht voelde ik het zinderende geel en het idee dat ze er niet was, maakte grijs. Die dag sloot ik mij op in de slaapkamer, die ik deelde met mijn broer. Ik ging achter het hoge bureau zitten en schreef een liefdesbrief. Ik wilde dat ze tegen mij sprak en schreef vanuit het meisje naar mijn hart. Ik bedacht het ene veroveringswoord na het andere, dat mij voor haar zou winnen. Na het schrijven lag ik als een opgeblazen strakgespannen ballon languit op de bank – verliefdheid zet alles op scherp. Mijn kamergenootbroer liep de huiskamer in. Hij hield het papiertje tussen duim en wijsvinger. ‘Ze is verliefd op je!’ pestte hij. Ik schoot in de verdediging en zei dat ik de brief had geschreven. Dat was juist brandhout voor zijn gesar. Wat ik ook zei. Hij geloofde mij niet. Na de grote vakantie zette ik alsnog mijn liefdesverzoek op papier. We kregen verkering, leefden lang, niet samen, maar gelukkig. yyy Asis Aynan
de zomer van … Rogier verkade Onderwijsconsultant HvA
‘Deze foto is genomen in 1994 in het Waalse dorpje Huy, waar een vriend van me een vakantiehuisje had. Ik was toen 23 en had met een groep vrienden de hobby om zelf films te maken. Het was voor de tijd van de digitale camera, dus nog echt het ouderwetse knip- en plakwerk. We zijn twee keer naar Huy geweest om een film op te nemen. Op deze foto ben ik daadwerkelijk aan het acteren. Ik weet niet meer precies wat mijn rol was, maar het moet een soort survivallist geweest zijn. Later ben ik geen filmmaker, maar wel een fervent fotograaf geworden. Daarnaast verzamel ik allerlei oude foto’s, waarbij vakantiefoto’s een van de topthema’s in mijn archief is.’ yyy
FoliaMagazine
15
zomersporten Ultimate De zomer is de tijd waarin de ware buitensporter zijn hart kan ophalen. Lekker zweten, bruin worden en laten zien wat je kunt; het strand wacht wel. En deze studenten doen bovendien geen dertien-in-een-dozijnsport. tekst Mina Etemad / foto’s Fred van Diem
IMKE vAN REES (21, bèta-gamma) Hoe lang al? Negen maanden Pijnlijkst? Veel blauwe plekken doordat een frisbee per ongeluk tegen haar aankwam
‘We hebben een keer in het donker gespeeld met een lichtgevende frisbee’ ‘Ik neem bijna altijd wel een frisbee mee in mijn tas, ik heb er nu ook eentje bij me. Als ik dan ’s middags klaar ben met studeren en ik zie mensen die zin hebben om te spelen, dan spelen we even. Of als ik een avondje niets te doen heb en toevallig in de stad vlakbij een park ben is het wel lekker om te gaan gooien. ‘Elke zondag worden er op het Museumplein pick-up games georganiseerd, waarbij iedereen die wil mee kan doen. Daar leer ik weleens nieuwe worpen of technieken, zo heb ik daar laatst een verdedigingsstrategie aangeleerd die ik nog niet kende. Ik speel nu ongeveer driekwart jaar. Ik was op zoek naar een nieuwe sport en wilde graag een teamsport doen, zodat je gestimuleerd wordt door je medesporters. Via de site van het USC kwam ik bij ultimate frisbee terecht en na de eerste training vond ik het al superleuk. De sfeer is erg goed: iedereen is welkom, het is weinig competitief en er is veel positiviteit. En iedereen is een tikkeltje gek. Tijdens een toernooi zien we er allemaal zo gek mogelijk uit op het veld, bijvoorbeeld met gekleurde leggings. Het is een creatieve sport. Zo hebben we een keer in het donker gespeeld met een lichtgevende frisbee en met glowsticks om onze polsen en enkels. Het is ook een mooie sport om naar te kijken, vooral als je ziet hoeveel beter je kunt worden of hoe hoog mensen kunnen springen. Of het duel dat ontstaat wanneer twee mensen bij de schijf proberen te komen. Ik wil zelf graag nog beter leren gooien. De eerste gooi van een wedstrijd is vanuit de tegenstander naar de andere kant van het veld, zo ver mogelijk. Dat lukt mij nog niet zo goed.’
16
FoliaMagazine
Longboarden LUCA COLANTUONO (20, sociale geografie) Hoe lang al? Vijf jaar Pijnlijkst? Been gebroken op zeven
plekken
‘Met deze board rij ik makkelijk op de tramrails’ ‘Ik oefen meestal alleen. Als er anderen bij zijn, zorgt dat vooral voor afleiding. Al is het ook wel heel leuk om met anderen te boarden. Toen ik zo’n vijf jaar geleden begon, zat ik in een hecht groepje van zo’n vijftien man met wie ik de Facebookgroep ‘020 longboarding’ opzette. Nu hebben we negenhonderd leden. Een longboard is groter dan een skateboard. De wieltjes zijn ook breder. Een longboard heeft meer rolvermogen en is sneller. Hij is ook iets lomper, want hij heeft een lossere truck. Op een skateboard doe je meer trucjes, maar dat kan ook op een longboard. Eerst dacht ik dat dat niet leuk was en was ik er niet zo mee bezig, maar ik ben toch begonnen met trucjes te leren. Zoals sliden, dat is driften met je skateboard. Het maakt ook geluid, dus het is leuk om dat vlak naast iemand doen en diegene te laten schrikken. Al is het ook weer niet zo dat ik graag wil dat mensen kijken als ik aan het boarden ben. Er zijn ook zo veel anderen die het beter kunnen dan ik. Ik ga wel naar longboardevents, maar heb niet de behoefte om mee te doen aan wedstrijden. Ik zou de bigspin nog wel willen leren: dat is dat je board 360 graden draait en je lichaam 180. De longboard die ik hier heb is fijn om mee van A naar B te kunnen gaan. Hij zit laag bij de grond, waardoor je minder door je knieën hoeft en dus minder kramp of verzuring krijgt. Door de grote wielen kom je minder snel op gang, maar je maakt wel veel snelheid. En het is hiermee makkelijker om op tramrails te rijden.’
FoliaMagazine
17
Hoelahoepen INGE EvERS (22, voeding & diëtetiek) Hoe lang al? Vijf maanden Pijnlijkst? ‘Veel blauwe plekken op mijn benen en de bril van mijn huisgenootje is eens stukgegaan.’
‘Die vuurhoepel was erg spannend’ Een trucje dat ik kan en waar ik nu wel trots op ben is op één schouder hoepelen, met twee hoepels hoepelen en met een vuurhoepel. Dat heb ik laatst pas voor het eerst gedaan en dat was erg
18
FoliaMagazine
spannend, maar heel leuk. Ik ben er altijd heel erg van onder de indruk als ik dat zie. Een aantal jaar geleden zag ik een keer in Walibi een vrouw hoepelen, wat ik er erg leuk vond uitzien. Afgelopen februari besloot ik samen met mijn huisgenootje een cursus hoelahoepen te volgen. Eerst dacht ik dat ik het nooit zou kunnen; het niveau lag gelijk al zo hoog. Maar het gaat heel snel: ik doe nu al mee aan de gevorderdencursus. Er zijn wel nog een heleboel dingen die ik graag zou willen leren, zoals bodyrolls, waarbij de hoepel over je lichaam rolt. En de overgangen tussen de verschillende trucjes zou ik nog heel graag willen verbeteren om zo een betere flow te
creëren tijdens het dansen. Ik heb deze maanden vooral samen met mijn huisgenootje Hetty gehoepeld, maar ik doe het vaak ook alleen. En tijdens de hoopjams waar ik geregeld heenga, leer ik weer van anderen. Als ik alleen ben doe ik het weleens op het dakterras of in het park, maar soms ook binnen. Er is genoeg ruimte in ons huis, maar soms gooi ik toch dingen omver. Ik ben dan ook een wilde hoepelaar en beweeg veel. Ik vind het wel leuk als mensen kijken als ik aan het hoepelen ben, vooral als ze het ook willen leren. Soms heb ik dan het idee dat ik mensen aansteek. Het is ook wel erg mooi om te zien.’
zomersporten
Slacklinen JONAS KONijNENBERG (23, ALO) Hoe lang al? Vier jaar Pijnlijkst? Rib gekneusd
‘Zodra ik even vrij ben, ga ik mijn slackline op’ ‘Wanneer ik slackline, lijkt het haast alsof ik aan het mediteren ben, alsof ik mijn gedachten ‘op de juiste lijn’ breng. Voor mij gaat sporten om jezelf verbeteren op een speelse manier. Ik slackline nu een jaar of vier en ken bijna alle basistrucs wel, maar salto’s en spins zou ik nog wel willen leren.
Momenteel kan ik een lengte van honderd meter afleggen en mijn streven is om naar de tweehonderd meter te gaan. Maar dan zou ik zo’n tien minuten op de lijn staan en dat is best zwaar. De oranje slackline is mijn favoriet. Hij voelt haast als een trampoline en is daarom heel leuk om trucjes op te doen. Die trucjes leer ik veelal via internet of via andere slackliners. Nu het warmer weer wordt heb ik mijn slackline bijna altijd bij me en zodra ik even vrij ben ga ik erop, soms ook met anderen die het doen. Alle slackliners hebben een eigen specialiteit. Die van mij is vooral springen en het combineren van statische en dynamische bewegingen, dus af en toe stilstaan op de slackline, bijvoorbeeld op
mijn schenen, om vervolgens weer een aantal keer te springen en trucjes uit te voeren. Ik geef ook slacklineles. Ik heb mijn eigen bedrijfje opgezet en geef onder andere les op het USC. Het is leuk om het aan anderen te leren. Aanvankelijk denken veel mensen dat ze het nooit zullen leren, maar aan het eind van één les blijkt al dat veel mensen meer kunnen dan ze van tevoren hadden verwacht.’ yyy In de zomer staan de parken vol sportende mensen. Mina en Sander van Folia TV proberen de leukste sporten uit. Check Folia Web deze zomer en zie hoe ze het er vanaf brengen met slacklinen, longboarden, frisbeeën en hoelahoepen.
FoliaMagazine
19
IJstijd in Amsterdam Centrum
De ijssalons winnen terrein in Amsterdam. Ze scheppen ‘ambachtelijk’, ‘huisgemaakt’, ‘Italiaans’, ‘dagvers’ en ‘natuurlijk’ ijs. Maar welk ijsje smaakt het lekkerst? En waar is het het best toeven? Folia bezocht veertien bekende en minder bekende ijssalons en zette de bevindingen op een rijtje. Bij iedere ijssalon proefden we de klassiekers aardbei en vanille, omdat een goede ijssalon toch op zijn minst de basics moet beheersen. Daarnaast probeerden we een wisselende aanrader van het huis. We beoordeelden de salons op de smaak en textuur van het ijs, het assortiment, de sfeer en zitmogelijkheden. tekst en foto’s Bien Borren, Marieke Buijs, Mina Etemad en Clara van de Wiel
20
FoliaMagazine
TOFANI Kloveniersburgwal 16
METROPOLITAN DELI Warmoesstraat 135A
JORDINO Haarlemmerdijk 25A
Oordeel Prijs drie bollen € 3,70 Tip van het huis Amareno
Oordeel Prijs voor drie bollen € 4,70 Tip van het huis Salted Caramel
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,25 Tip van het huis Caramel-zout
De naam van de ijssalon wordt door de rij wachtende kinderen luid gescandeerd. Hoewel midden in het centrum, is dit een echte salon voor de buurt. Het assortiment aan smaken is traditioneel. Rechttoe rechtaan is ook het credo van de Engelssprekende Italianen achter de balie, die in een moordtempo doorscheppen. Tussen de bedrijven door tippen ze de smaak ‘amareno’, die op een ‘hot day’ als vandaag het verfrissendst is. Het blijkt inderdaad een heerlijke kersenbol, die fruitig en zurig smaakt. Sorbetachtig is ook de aardbei, waarin je het echte fruit goed proeft. Bij de vanille is het zoete juist weer overheersend. Een getrainde tongspier is bovendien vereist, want de bollen zijn hard en met recht ijs- en ijskoud. Op een warme dag niet erg, maar een brainfreeze is gegarandeerd.
In een uitermate gelikte winkel met robuuste espressomachines en bijzondere chocolade en taarten, zien de ijsbakken er verleidelijk en intens smeuïg uit. Uit het ijs steken bordjes met pakkende namen als ‘Tahiti vanille’ en ‘New York cheesecake’ en ‘Basil-lime’. De bollen ijs belanden in een veelbelovende grote hoorn, die de kans op lekken minimaliseert. De smaak valt echter tegen. De vanillebol is vlakjes; ondanks de veelbelovende naam valt er slechts een enkele vanillespikkel in te bekennen. Ook de aardbeismaak is laf. Er zit slechts sporadisch een aardbeienpitje in het ijs en er is geen vruchtvlees te bekennen. De ‘salted caramel’ blijkt stroopwafel en is lekker: romig ijs met veel brokken karamel en stroopwafel. Alle drie de bollen zijn ook lekker zacht van textuur.
Bij binnenkomst in deze salon annex bonbonnerie is de chocoladegeur overweldigend. We worden meteen afgeleid door het assortiment aan chocoladehandtassen en -schoenen. Concentratie – we zijn hier voor het ijs. Ook daarvan is gelukkig een grote selectie aanwezig, met specialiteiten als sinaasappel-champagne en karamel-zout. Het ijsmeisje denkt constructief mee over de samenstelling van ons hoorntje. Het wordt een bol karamel-zout, die zijn naam weinig eer aan doet en vooral plakkerig zoet smaakt. In combinatie met de aardbei, licht zurig en daardoor heerlijk fris en vers, is dat echter niet erg. De vanille is juist weer wat smaakloos en valt daardoor weg. De bollen zijn groot en romig en smelten direct. En hoewel zelfgemaakt, treffen we er spikkels, zout noch pitjes in aan.
Oost PEPPER MANGO Rozengracht 35
MEZZO ijS EN ETEN Dapperplein 36
ijSCUyPJE MIDDENWEG Middenweg 79
ijSBOEFJE Beukenplein 5
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,75 Tip van het huis Hazelnoot-
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,50 Tip van het huis Pijnboompitten
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,95 Tip van het huis Peer
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,80 Tip van het huis Yoghurt-kers
Ferrero Rocher Deze ijswinkel mikt met zijn beperkte openingstijden – de winkel sluit om 18 uur – vooral op toeristen en kantoorvolk. Naast ijs verkoopt de salon chique chocolade en bonbons. Het smakenpalet is beperkt en behalve macadamia-ijs zijn er weinig bijzondere soorten. Het ijs is goed van textuur, glad en zacht. Alleen smaakt het aardbeienijs niet naar aardbei en is de vanillebol een dieptepunt: er valt geen vanillespikkel in te bekennen en met zijn gelige kleur doet hij denken aan de goedkoopste supermarktvariant. De hazelnoot-Ferrerobol is wel een succes. Hij smaakt intens, met grote klodders nutella-achtige substantie en stukjes hazelnoot. Helaas liggen de bollen in een hoorn met een kartonachtige nasmaak.
Midden op de drukke Dappermarkt is deze vrolijke ijssalon, met appetijtelijk uitziende taarten, belegde broodjes en zelfs pasta’s een fijn toevluchtsoord. Ook het publiek is vrolijk; een bonte afspiegeling van de markt. Binnen staan tafels en stoelen en ook op het terras kun je terecht. Het aardbeienijs is zalig. Heerlijk fris, met stukjes vruchtvlees. Ook de vanille is goed van smaak. Hij is alleen een tikje korrelig en vrij donker van kleur, omdat er niet alleen vanillemerg, maar volledige vanillestokjes doorheen gemalen zitten. Het pijnboompittenijs valt tegen; pas als de aanvankelijke suikerexplosie is weggeëbd proef je de pijnboompitten. Het hoorntje is dan wel weer een fijne afsluiter. Lekker knapperig, met een goede karamelsmaak, om helemaal op te eten.
Het IJscuypje is inmiddels in elk stadsdeel te vinden en herkenbaar aan het wit-rode logo en de haast klinische uitstraling die van bijna alle vestigingen uitgaat. Het is een ijssalon met weinig zitmogelijkheden, zo ook bij deze vestiging op de Middenweg. Het lijkt echter alsof ze de ongezelligheid proberen te compenseren met de gigantische porties die we krijgen aangereikt – dit is verreweg het grootste ijsje van de test. Het peren- en het aardbeienijsje zijn luchtig, zacht, fris en zeer fruitig; in het aardbeienijs zitten veel pitjes en de perenvariant heeft de typisch korrelige peerconsistentie. Het doet denken aan een Festini-ijsje, maar dan in een zachtere substantie. Het vanilleijs is verder lekker romig, al had het een vollere vanillesmaak mogen hebben, en het hoorntje is knapperig maar luchtig.
Op het steeds hipper wordende Beukenplein is onlangs het IJsboefje geopend, waar ijs van ijsfabriek Monte Pelmo (Tweede Anjelierdwarsstraat) te koop is. Het yoghurt-kersenijs is inderdaad een aanrader; romig, fris van smaak door de yoghurt en zoet door de kers. De stukjes kers zijn echter ietwat ijzig, alsof ze in een net te koude vriezer hebben gestaan. Het vanille-ijs smaakt naar echte vanille, maar is ook wat hard. Net zoals het aardbeienijs, dat daarenboven kunstmatig smaakt. Enkele andere smaken zien er eveneens chemisch uit; het pistache-ijs heeft een even felle kleur als het blauwe smurfenijs. De rest van de smaken nodigt wel uit om een keertje terug te komen en limoncello-, cheesecake- of wittechocolade-ijs in het zonnetje op het plein op te peuzelen.
FoliaMagazine
21
Zuid ijSBOUTIqUE Johannes Verhulststraat 107H
vENETIë Scheldestraat 68
PISA Eerste van der Helststraat 62B
Oordeel Prijs drie bollen € 4,Tip van het huis Salty Caramel
Oordeel Prijs drie bollen € 3,30 Tip van het huis Meloen
Oordeel Prijs drie bollen € 3,30 Tip van het huis Arianna
Blonde paardenstaarten en hagelwitte shirtjes, blinkende champagnekoelers op de toonbank. Het is duidelijk: hier hebben we te maken met een heuse boutique. Naast ordinaire ijsjes hebben ze hier dan ook ijssgroppino’s, ijsmacarons, sappen en smoothies. En champagneijs, waarvoor per bak drie flessen Moët gebruikt worden. De favoriet van onze verkoopster is niettemin salty caramel, die vol met echte zoutkorrels inderdaad heerlijk zilt smaakt. De vanillebol heeft veel smaak en is niet te zoet. Ook de aardbei is een uitblinker: met veel vruchtvlees is het haast alsof er echte zomerkoninkjes in je mond smelten. Het ijs is wel behoorlijk hard en zowel de bollen als het hoorntje zijn klein. Maar wellicht is dat met opzet. Tegenwoordig organiseert de salon namelijk ook zogenaamde bootcampsessies. Om al die ijscalorieën er weer af te trainen.
22
West
FoliaMagazine
Met een hoorntje, beker of wafel ben je aan de tafels binnen niet welkom. Ook camerabewaking en DNA-spray staan op diverse bordjes aangekondigd. U bent gewaarschuwd. Het buitenterras zit niettemin vol. Achter de toonbank schept een stel Italiaanse heren zoveel mogelijk bollen per minuut. Aarzel je te lang, dan kiezen zij wel. Meloen in ons geval, die heerlijk fris en fruitig smaakt. De vanille blijkt nog beter: met een sterke vanillesmaak, maar niet mierzoet. De aardbei smaakt klassiek, maar mist gelukkig de chemische nasmaak. Een aangename verrassing is ook het hoorntje, dat een subtiele kaneelsmaak heeft. Maar het best is hier nog wel de structuur: zacht, niet te ijzig en smeltproof. Een echt steady ijsje waarmee je ook in de zomerzon nog wel het Beatrixpark kunt bereiken. Hoef je ook niet te lang in de gepantserde salon te blijven.
De verkoopster verontschuldigt zich voor haar gebrekkige Engels. Het is haar vergeven, in een salon waar je je even in het echte Pisa waant. Het assortiment limoncello en likeur staat prominent boven de toonbank. Favoriet bij de Italianen zelf is de smaak ‘arianna’, wat een combinatie van chocolade, advocaat en stukjes koek en chocolade blijkt. Lekker inderdaad, maar niet zo vreselijk anders dan gewone stracciatella. De aardbeibol zit vol kleine stukjes en smaakt vers, maar wel erg zoet. Hetzelfde geldt voor de vanillevariant, die ook vooral naar suiker smaakt. Het hoorntje lijkt daarentegen juist wat suiker te missen, en neigt eerder naar beschuit. Het zachte ijs bereikt in de volle zon vliegensvlug de vingers, dus snel likken is op dit mooie terras wel geboden.
FRANK & LyDIA’S ITALIAANSE ijSSALON Bos en Lommerweg 156 Oordeel Prijs drie bollen € 3,20 Tip van het huis Yoghurt-honing
Ingeklemd tussen de Turkse bakkerijen zit deze in vijftig tinten roze geverfde salon. Frank noch Lydia is vandaag zelf aanwezig, maar dat mag de pret niet drukken, want naast ijs kun je hier ook terecht voor kittige lingerie. Aan het bedenken van nieuwe smaken lijken ze hier een dagtaak te hebben, met specialiteiten als marsepein, Mister Nico (?), Energy (met Red Bull) en Whisky Cream. Enthousiast biedt het schepmeisje aan te proeven. Op haar aanraden valt de keuze uiteindelijk op yoghurthoning, wat inderdaad een schot in de roos blijkt te zijn. Vooral de stukjes honingraat maken dit ijs een belevenis voor de tong. De vanille blijkt goed gespikkeld en is vol van smaak. Ook in de aardbeibol komen we pitjes tegen, maar de smaak daarvan valt tegen: ietwat chemisch.
Noord DOARDI Van Limburg Stirumstraat 15
DijK 270 Buiksloterdijk 270
ijSKOUD DE BESTE Meeuwenlaan 331
Oordeel Prijs drie bollen € 3,20 Tip van het huis Omacake
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,Tip van het huis Choco-banaan
Oordeel Prijs voor drie bollen € 3,00 Tip van het huis Hazelnoot-
Deze ijssalon is ook snackbar, en dat zie je. Een vrolijke snackbarweliswaar, want al het aanwezige plastic is kleurrijk en kindvriendelijk. Vlakbij het Westerpark, aan een charmant pleintje, komen hier bovenal ijsminnende buurtbewoners. Een van hen verlaat de salon echter net, klagend over de prijsstijging van 25 cent. Als specialiteit krijgen we ‘omacake’, die vooral smaakt naar het citroendeeg dat je vroeger voor het bakken snoepte. De aardbei smaakt zoet en chemisch. Ook de vanille is te zoet, en daarin treffen we bovendien een stuk verdwaalde chocolade. De structuur is boterzacht, waardoor doorlikken vereist is. Op het hoorntje bijt je juist je tanden stuk en het lijkt rechtstreeks uit de frituur te komen. Dat Doardi tevens een friettent is, heeft daar wellicht mee te maken. Op het terras zit je vrijwel continu in de frietlucht.
In Dijk 270 huizen een paar ondernemers, waardoor het niet meteen op het eerste oog duidelijk is dat er ook een ijssalon is. Voor het ijs moeten we naar het gezellige, fleurige, maar half verscholen tuintje lopen, waar blijkt dat ze nog niet geopend zijn – de openingstijden van de ijssalon zijn wisselend en niet erg duidelijk. Vandaag hebben ze geen vanille-ijs, dus gaan we voor mascarpone. Dit ijs blijkt een onbestemde smaak te hebben die niet echt doet denken aan mascarpone, maar dat deert ons niet; vooral na het te mixen met het aardbeienijs mompelen we na elke hap hoe goddelijk het is. Dat aardbeienijs is op zichzelf al zalig zoet-zuur-aardbeierig en ook over het choco-banaan-ijs met een intense banaansmaak en pure chocoladebrokken zijn we erg te spreken.
830 / ±148w
brownie Het glazuur springt van je tanden bij het betreden van dit lila ijspaleis, gevestigd op een pleintje met een rotonde bij een viskraam en een bruine kroeg. Het lila decor is aangevuld met overdadig oranje en rood-witblauw en op het raam hangt een poster waarop te lezen is dat de winkel tijdens de ramadan tot 1 uur ’s nachts geopend zal zijn voor nachtelijke zoetigheid na het vasten. Ze hebben een ruim aanbod aan smaken, inclusief suikervrije varianten, tutti frutti, witte chocolade en Red Bull-ijs, en ze verkopen ijstaarten. Het ijs is niet exceptioneel van smaak of textuur. De vanillebol is weinig uitgesproken, maar wel romig, en het aardbeienijs is prettig friszuur. De hazelnoot-browniebol is niet te zoet en redelijk hazelnotig. Bovendien is het ijs goedkoop en is het goed toeven op het terras, dat uitkijkt over een parkje.
de zomer van … Jean Tillie Voorzitter Domein Maatschappij & Recht (HvA)
‘Hier zie je hoe ik me ontspan op een luchtbed aan het strand, tijdens een vakantie in 1974 met mijn ouders in het Italiaanse Cattolica. De familie Tillie ging destijds elke zomer met de trein naar deze badplaats aan de Adriatische Zee, om daar vervolgens twee weken lang helemaal niets te doen. Dat nietsdoen bleek een ideale voorbereiding op een wetenschappelijke en bestuurlijke carrière. Deze zomer zet ik die trend dan ook onverminderd voort. Ik ga nietsdoen in de Franse Vogezen en in het ZuidHollandse Ouddorp, een zwaar gereformeerd dorp waar het nietsdoen – zeker op zondag – absoluut gegarandeerd is.’ yyy
FoliaMagazine
23
Ik ga op reis en ik neem mee Wandelen in de bergen, trouwen, snoep verkopen of als vrijwilliger werken, dat kregen we zoal als antwoord op de vraag: wat ga jij doen deze zomer? tekst Clara van de Wiel / foto’s Danny Schwarz
Pavel Dvořák Masterstudent econometrie
‘E
ind juli vertrek ik naar Kirgizië en Tadzjikistan om een maand te gaan wandelen, samen met een vriend en twee vriendinnen. Ik kijk er al maanden reikhalzend naar uit. Oorspronkelijk kom ik uit het zuiden van Tsjechië en vorig jaar ben ik naar Amsterdam gekomen voor mijn master. Een geweldige stad, maar ik mis de bergen hier verschrikkelijk. Het geeft me haast een onveilig gevoel, zo zonder
‘In Amsterdam mis ik de bergen’ toppen aan de horizon. In de vakantie doe ik dus niks liever dan bergwandelen. Dan kun je natuurlijk naar de Alpen gaan, maar in Kirgizië en Tadzjikistan schijnen de bergen pas echt verlaten te zijn. Bovendien lijkt de cultuur me machtig interessant. De mensen schijnen er haast nog precies te leven als een eeuw geleden. Normaal zie ik tijdens het klimmen altijd wel waar ik uitkom, maar omdat ik nu een grotere groep meeneem ga ik van tevoren de tochten plannen. En natuurlijk nemen we tassen vol mueslirepen en gedroogd vlees mee. Een goede voorbereiding op volgend jaar, want dan wil ik naar Nepal.’
24
FoliaMagazine
Eva Naninck Aio neuroscience
‘V
orig jaar in juli heeft mijn vriend me gevraagd; deze zomer gaan we trouwen. 9 augustus was altijd al “onze datum” en dit jaar hebben we die dag ook nog eens precies negen jaar. Maar de bruiloft zal om praktische redenen uiteindelijk toch op 8 augustus plaatsvinden. We hebben allebei een uitgebreide Brabantse familie, dus het wordt een groot feest. En omdat we iedereen bij alle onderdelen willen uitnodigen, houden we zowel de ceremonie als het feest
‘Het meeste is geregeld’ ’s avonds. Op een prachtig uitgestrekt landgoed in Overveen, dus ik hoop dat het mooi weer wordt. Veel stress zal de organisatie me niet meer opleveren, want het meeste is al geregeld. Sowieso vind ik de zomer altijd een relaxte periode, zelfs als ik moet werken. Op het Science Park is het lekker rustig. En met de mensen die wel werken kun je er fijn een biertje in het gras drinken. Na de bruiloft gaan we trouwens alsnog even op vakantie. Op Madeira gaan we tien dagen lekker eten, zwemmen en nagenieten.’
Mark Boukes Aio communicatiewetenschap
‘I
k heb nog tot 31 augustus; dan moet mijn proefschrift na drie jaar onderzoek af zijn. De hele zomer zal ik daarom binnenblijven en werken. Ik moet mijn inleiding en con conclusie nog helemaal schrijven, dus er is genoeg te doen. Elke ochtend om negen uur kom ik bij de universiteit aan en als het gebouw dichtgaat ga ik thuis vaak nog verder. Afgelopen weekend heb ik tot half twaalf zitten werken. Eigenlijk hou ik ontzettend van
‘Ik hoop op veel regen’ naar buiten gaan en mooi weer, dus leuk vind ik het niet. Zeker niet nu vrienden de hele tijd op vakantie gaan, biertjes drinken in de zon en het WK kijken. Ik hoop dat het deze zomer veel gaat regenen. Maar ach, ik heb hier drie jaar geleden zelf voor gekozen. auEn als het warm is, is hier op de UvA bijna niemand. Dat zal in au gustus al helemaal zo zijn. Dat vind ik fijn, want hoe rustiger het is, des te geconcentreerder ik kan werken. En hoe eerder ik misschien toch nog even weg kan.’
FoliaMagazine
25
Paul Disco Docent media, informatie & communicatie
‘T
oen mijn vader begin vorig jaar overleed, was ik onder de indruk van alle vrijwilligers die hem hadden bijgestaan. Ik besloot dat ik zelf ook als vrijwilliger aan de slag wilde. Na wat rondkijken op internet kwam ik uit bij Stichting Bosjuweel, die vakantiereizen voor verstandelijk gehandicapten organiseert. Vorig jaar ging ik voor het eerst mee en dat beviel zo goed dat ik het dit jaar weer doe. Van tevoren bedenken we met een team een weekprogramma, waarin we gaan knutselen,
‘Het moet echt een feestje worden’ koken, sporten en verkleden. Het is voor de gasten hun enige week vakantie, dus het moet echt een feestje worden. Als begeleider ben je dag en nacht in de weer, maar ik kwam vorig jaar beter opgeladen terug dan van welke vakantie ook. Alle deelnemers zijn zo eerlijk en direct dat je zelf ook niks hoeft op te houden. Het geeft mij ontzettend veel energie en voldoening. Geen tijd om te piekeren over colleges of nakijkwerk: voorafgaand aan de start van het collegejaar is het een maximale reset.’
Doris Zijlema Student theaterwetenschap
‘A
l sinds mijn zestiende werk ik elke zomer twee maanden op de Parade. Op zomervakantie ben ik dus al lang niet meer geweest. Maar dat geef ik er graag voor op, want de mensen hier zijn inmiddels als één grote familie voor me. Op sommige dagen ben ik snoep snoepmeisje, dan verkoop ik dus zoetigheid. Verder help ik dit jaar in de productie van Ellen ten Damme en speel ik in mijn eigen voorstel voorstel-
‘Slapen doe je weinig’ ling. Meestal komt het op het terrein pas rond drie uur ’s middags tot leven en werkt iedereen door tot het festival dichtgaat om één uur ’s nachts. En daarna gaan we met z’n allen tot vier uur naar de ‘doorzak’. Slapen doe je weinig. Met het verdiende geld heb ik afaf gelopen jaar mijn studie betaald. Maar eigenlijk voelt het helemaal niet als werken. En ik kan sowieso moeilijk stilzitten. Als het bijna zomer is kan ik me al helemaal niet meer concentreren. Die twee Parademaanden zijn superbelangrijk voor me. Dit blijf ik voorlopig hopelijk elke zomer doen.’
26
FoliaMagazine
Maan Limburg Student media, informatie & communicatie
‘E
r zijn wel veel festivals, maar eigenlijk heb je er geen met echt alleen gekke, leuke dingen. Dat bedachten een paar vrienden en ik begin dit jaar. Toen besloten we dat zelf te organiseren. Op 23 augustus vindt de eerste editie van Speelweide/Nachtweide plaats in Utrecht: een bebe taalbaar festival helemaal voor en door creatievelingen. We hebben flink gebrainstormd en alle leuke ideeën proberen we uit te voeren.
‘Iedereen heeft er zin in’ Het wordt deze zomer nog wel even keihard doorwerken om het allemaal geregeld te krijgen. Zelf ga ik ook nog drie weken op vava kantie, maar daar zal ik mijn e-mail wel constant moeten checken. Op het laatste moment zal er ongetwijfeld nog van alles misgaan. Dingen die nu al vastliggen zijn de breihoek, levend Tinder en de yolo-bingo. Ook komen er nieuwe bandjes spelen en zijn er ’s nachts dj’s. Een beetje zoals Lowlands vroeger was. Dat dit er nu komt, is wat de zomer voor mij zo geweldig maakt. Iedereen is blij en heeft er zin in. Dan is alles opeens mogelijk.’ yyy
de zomer van … Maria Fellinga Docent pabo
‘Deze foto is begin jaren zeventig genomen, bij het strandhuisje van mijn oma in Bloemendaal aan Zee. Elke zomer ging ik er met mijn ouders naartoe en hele dagen was ik met vriendinnen in touw. We bouwden zandkastelen, deden balspelletjes en lagen uren in het water. Tot mijn 21e ben ik er elk jaar geweest. Toen ik 18 was ging ik met vriendinnen van de universiteit op Interrail, maar ik vond het heerlijk om ook even twee weken naar het strandhuisje te gaan. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan en op mijn 30e heb ik bij dezelfde kampeervereniging, De Zeemeeuwen, een huisje aangeschaft. Elk weekend en de hele zomervakantie zit ik er met mijn vriend en onze dochters. Mijn kinderen zie ik op dezelfde manier genieten zoals ik dat destijds deed, dus wellicht kopen zij ook ooit een huisje voor zichzelf.’ yyy
FoliaMagazine
27
Warm ijzer
Een klam zomerverhaal tekst Anouk Kemper / illustratie Pascal Tieman
H
ij was dertien en zat in de tuin. Argentinië had gisteravond West-Duitsland verslagen. Hij moest eigenlijk Duitse woordjes leren, maar de zon lokte hem naar buiten. In een tuinstoel met dikke kussens las hij de Donald Duck; zijn voeten op een krukje en een groot glas cola naast zich op de grond. Zijn broer was met een meisje naar het zwembad. Het meisje was al een paar keer bij hen thuis geweest. Dan staarde hij naar de naden van haar onderbroek die door haar strakke broek drukten en haar billen in vieren deelden. Vier malse stukjes. Hij fantaseerde over de kleur van haar onderbroek. Zou ze bijpassende kleuren aantrekken? Een rode blouse, dus een rode onderbroek. Elke keer als hij daaraan dacht moest hij een grote klodder speeksel wegslikken. Hij sloeg een bladzijde om van de Donald Duck. Hij was te oud voor het blad; hij las het uit gewoonte, echt. In het steegje klonk het geluid van een fiets. De banden kwamen tot stilstand achter het tuinhek. Gepanikeerd reed zijn moeder haar fiets de tuin in. Haar gezicht glansde van het zweet. Net als haar borstkas. Verschrikt keek ze naar hem. ‘Theo, wat zit jij hier te doen? Je hebt toch een herkansing?’ Ze zette haar fiets op de standaard. Ze was veel
28
FoliaMagazine
te vroeg terug van haar werk. Bij een middelgroot bedrijf in kantoorartikelen werkte ze als administratief medewerkster. Theo zat rechtop in de tuinstoel, voor zover dat mogelijk was. ‘Ik nam even pauze. Wat doe je hier? Wat is er?’ ‘Lekkage!’ zei ze toen ze langs hem heen naar binnen stormde. Hij zag een vlek op haar billen.
Theo heeft wel degelijk een plan voor de avond
Een donkerbruine met rood. Haar voetstappen klonken als mokerslagen op de trap, en niet vanwege haar lichte overgewicht. Daarna ging de badkamerdeur open. Water stroomde uit de douchekop. Lekkage. Hij wist ongeveer wat het betekende. Langzaam stond hij op en liep naar de fiets van zijn moeder. Op het zadel schitterde een natte vlek. De kleur was niet goed vast te stellen. Theo boog zich naar het zadel. Rood? Bruin? Hij depte zijn vinger op de vlek. Zijn vingertop werd lichtrood.
Hij rook ijzer. Hij bracht zijn neus zo dicht mogelijk naar het zadel en de vlek. En snoof. IJzer. Warm ijzer, zoet. Theo snoof nog een keer. Zoet sap. Hij pakte zijn kruis beet, trots op wat hij voelde. De warmte drukt zich een weg naar binnen via het platte dak. Tegelijkertijd zindert de hitte omhoog via de tapijttegels om zich vast te klampen aan elk mens of voorwerp dat in de ruimte aanwezig is. Theo is jaloers op vrouwen, met hun sandaaltjes. Al zijn lichaamswarmte verzamelt zich in zijn schoenen. De zonweringen zijn naar beneden, de ramen allemaal open. Toch tocht het niet. Het is alsof ze uur na uur dezelfde lucht inademen. Na elke uitademing wordt die lucht zwaarder. Theo staart naar zijn handen die op het toetsenbord rusten. ‘Sigaretje?’ Stefan staat naast hem. Zijn gezicht ziet er al even vochtig en afgepeigerd uit als dat van de rest van zijn collega’s. Buiten staan ze in de schaduw tegen de muur van het kantoor geleund. Er grenst een grasveldje aan het pand. Het gras is droog en op sommige plekken geel van kleur. ‘We zouden het moeten besproeien’, zegt Stefan, na het uitblazen van een wolkje rook. Theo knikt, inhaleert. ‘Ze zouden moeten goed-
keuren dat we in een korte broek werken.’ ‘Of in een zwembroek. Verder niks. Kan ik af en toe mijn hoofd onder de kraan duwen.’ ‘Kan sowieso toch?’ ‘Dan lekt het water op mijn overhemd, hè.’ Stefan draait zijn rug naar Theo. ‘Is-ie nat?’ ‘Nee’, zegt Theo. Maar het zal niet lang meer duren voor het zweet zich een weg door de twee kledinglagen wringt. Stefan wil weten wat Theo die avond gaat doen. ‘Heb je een spannende date?’ ‘Man, het is net uit met Marjan.’ ‘Daarom.’ Stefan trapt zijn sigaret uit op de grond. Hij bukt zich om de peuk op te pakken, zijn billen komen gevaarlijk dicht bij Theo in de buurt. Langzaam komt hij weer omhoog. De af-
stand tussen hen is slechts twintig centimeter als Stefan vraagt: ‘Rook Marjan soms niet lekker?’ Het voorval bezorgt Theo de rest van de dag een ongemakkelijk gevoel.
Een dunne laag textiel houdt weinig tegen Hij had gelogen. Hij heeft wel degelijk een plan voor de avond. De temperatuur is er perfect voor. Het is een van die zeldzame dagen in het jaar, waarin zweet en andere lichaamssappen
zich in de lucht vermengen en bijna tastbaar worden. In tegenstelling tot andere mensen geniet Theo van de mensengeur die zich als een kronkelend beest door de stad beweegt. Vrouwen zweten in hun liezen, hun onderbroek wordt klam. Of zoals de Engelsen dat zo mooi zeggen: moist. Vanaf een terras kijkt hij naar langsfietsende vrouwen. Het contact tussen hun ding en fietszadel is vrijwel direct. Een dunne laag textiel houdt weinig tegen. Zo’n zomerrokje stelt niets voor. Hun ding drukt op het rubber van hun fietszadel. De warmte opent alle poriën en het rubber slurpt, zuigt, slokt alles op. De Pijp is een goede plek. Rondom het Gerard Douplein barst het van de terrassen die op hun beurt barsten van de vrouwen. Van jonge scho-
FoliaMagazine
29
(advertenties)
Folia maakt kennis...
LOVE IT...
MET AL JE VRIENDEN IN ACTIE KOMEN
KOM OOK IN ACTIE CHECK FIGHTCANCER.NL
...met Tessel
Middag
voetballer Ajax, studente UvA Woensdag 25 juni tussen 16.00 en 17.00 uur in de OBA (Oosterdokskade 143) Live te beluisteren op AmsterdamFM (106.8 in de ether en 103.3 op de kabel)
Vanaf 26 juni terug te luisteren op
www.foliaweb.nl
2 juli • Ellen Laan seksuoloog UvA
Folia het platform voor hoger opgeleid Amsterdam
2014
Amsterdam FM.nl de stem van de hoofdstad
juni CREA klassiek: opera
do
26
Van Italiaanse aria’s tot hoge uithalen en van Verdi tot Wagner. Tijdens deze speciale editie treden grote operacomponisten op.
20:00
muziek gratis
where’s the goat?
do
Moederen Dochterdag
Tip voor vrouwendisputen!!
26
STA! - De theaterversie van Jurrassic Park: met dinosaurussen, opgegeten geiten en doorgeslagen regisseurs.
20:00
theater € 7 / € 10
ma kasimir & karoline
30
BAM! - Kijk zonder gêne naar freaks en minderbedeelden in een actuele bewerking van Kasimir & Karoline.
20:00
theater € 10 / € 12,50
CREAmsterdam CREAmsterdam
www.crea.uva.nl
lieren tot volwassen dames. Wie er menstrueert laat zich lastig raden. Het is een kwestie van geluk hebben. Een moeilijke huid of een chagrijnige uitstraling zeggen niet alles, weet Theo. Hij slentert heen en weer langs de geparkeerde fietsen. Handen in zijn zakken. Soms kijkt hij op zijn horloge, al doet de tijd er niet toe. Even verderop zet een meisje, mollig onderlichaam, haar fiets op slot. Ze heeft een donkere spijkerbroek aan. Het zal wel broeien daar beneden. Zodra ze op enige meters van haar fiets is, loopt Theo er naar toe. Hij buigt zich naar het zadel. Snuift alsof hij nipjes neemt. Plakkerige kersen of aardbeien. Rood fruit, zonder twijfel. Vermengd met smeltende dropjes. Thuisbrengen kan hij het niet helemaal. Hij neemt een slok. Boerderij? De geur vervliegt. Theo knijpt zijn ogen stijf dicht, hij moet snel zijn voor alles verdwijnt in de grote draaikolk. Fruit, dropjes, vee. Een zesje. Als hij terug op aarde is, ziet hij een jongen van een afstandje naar hem kijken, terwijl hij telefoneert. Theo loopt gauw naar het Sarphatipark. Naast het urinoir zetten twee vriendinnen hun fiets op slot. Hij laat de fietsen voor wat ze zijn. Het urinoir is te overheersend. Aan de andere kant van het park heeft hij meer geluk. Een dame van begin vijftig parkeert haar fiets en wandelt op haar gemak naar een café aan de
overkant. Haar onderlichaam is gehuld in een zwierige rok. Dunne bloemetjesstof. Theo’s neus raakt haar zadel net niet aan. Diepzoet, weeïge ondertoon. Zoethout. Dat weeïge doet hem denken aan verse melk, rechtstreeks uit de koe. Enigszins penetrant. Om de een of andere reden moet hij ook aan paardenbloemen denken. Hij nipt, nipt opnieuw en neemt dan een gulzige slok. De sensatie sluit de buitenwereld buiten. Hij zou die geuren wel willen
‘Wat de fuck sta je te doen? Haal die domme grijns van je gezicht!’ pakken. Likken aan het zadel. ‘Theo?’ Hij knippert met zijn ogen. Daar, recht voor hem, staat Stefan. De vrouw met de bloemetjesrok lijkt zich achter hem te verschuilen. Haar blik zendt angst uit, afkeer, verrassing, woede. Theo raakt er op zijn beurt van in verwarring. ‘Wat de fuck sta je te doen? Haal die domme grijns van je gezicht!’ Theo veegt over zijn kin, voelt dat er spuug op zit. ‘Dus jij staat een beetje aan het zadel van mijn
moeder te ruiken? Vind je dat lekker of zo?’ Stefan geeft hem een duw. ‘Krijg je daar een kick van? Vies mannetje dat je bent!’ Nog een duw. ‘Ik wist dat er iets niet klopte aan jou.’ Theo is een standbeeld. ‘Zeg dan wat!’ ‘Stefan, hou op! Rustig!’ Haar stem is hoog als van een jong meisje. Stefan hoort haar niet, hij is bevangen door het idee om Theo te vermorzelen. ‘Nou? Nou? Nou?’ Duw! Duw! Duw! ‘Vind je dat lekker?’ Theo opent zijn mond om iets te zeggen, maar krijgt de kans niet. De vuist van Stefan raakt hem keihard op zijn tanden. Zijn moeder voorkomt dat hij nog meer klappen uitdeelt. Ze lopen haastig van hem weg. Theo slikt zijn eigen bloed door. IJzer. yyy Anouk Kemper is UvA-alumnus en journalist/schrijver
de zomer van … Albert Jan Bloemendal Coördinator van het PraktijkBuro CMV
‘Dit is Elba, een eiland bij Livorno in Italië waar Napoleon begin achttiende eeuw in ballingschap zat. Het was begin jaren zeventig. Ik was een jaar of twaalf en met mijn ouders en jongere zusje reden we in onze Simca 1100 met de boot op de aanhanger in drie dagen hiernaartoe. Tijdens deze vakantie brak er grote paniek uit, omdat Turkije Cyprus was binnengevallen. Men dacht dat er een nieuwe wereldoorlog aankwam en op Elba zaten we natuurlijk erg dichtbij. Gelukkig was dat niet zo en de vakantie was geweldig. Vanuit ons tentje liepen we zo het water in om te surfen, te zwemmen en te waterskiën. Nu kampeer ik niet meer, want mijn vrouw houdt er niet van. Dit jaar gaan we naar Oostenrijk. We zitten vlakbij Berchtesgaden waar het Kehlsteinhaus staat, beter bekend als Hitlers Adelaarsnest.’ yyy
FoliaMagazine
31
De lekkerste zomercocktails Al regent het pijpenstelen, met een cocktail in je hand is het vanzelf zomer. Van Shirley Temple tot Kamikaze: shaken maar! Henk Strikkers | limoenschijf longdrinkglas 1. Mix de crème de cassis en de tequila in een glas | 2. Voeg de ginger ale toe | 3. Garneer met een limoenschijf
Gin & Tonic 5 delen tonic | 2 delen gin | limoenschijf longdrinkglas
Margarita 7 delen tequila | 4 delen cointreau | 3 delen limoensap | limoenschijf | zout champagnecoupe 1. Wrijf de rand van het glas in met limoensap | 2. Zet het glas ondersteboven in grof zeezout | 3. Mix de dranken en schenk het uit | 4. Garneer met een limoenschijf
Mojito 5 delen spa rood | 4 delen rum | 3 delen limoensap | 6 muntbladeren | 2 theelepels suiker | limoenschijf longdrinkglas 1. Kneus de muntbladeren | 2. Mix de gekneusde bladeren, het limoensap en de suiker | 3. Voeg de rum en de spa rood toe | 4. Garneer met een limoenschijf
Do be careful 4 delen gin | 3 delen cointreau | 2 delen citroensap | 1 deel grenadine cocktailglas Caipirinha cachaça | limoenschijf | 2 theelepels bruine suiker whiskyglas 1. Plaats de limoenschijf en de suiker in een glas en druk deze fijn | 2. Vul het glas met cachaça vesper 8 delen gin | 2 delen wodka | 1 deel Lillet Blonde (kruidenwijn) | citroenschijf champagnecoupe
Daiquiri 9 delen rum | 5 delen limoensap | 3 delen suikerwater | limoenschijf cocktailglas
El Diablo 4 delen ginger ale | 3 delen crème de cassis | 2 delen tequila
32
FoliaMagazine
Tequila Sunrise 6 delen sinaasappelsap | 3 delen tequila | 1 deel grenadinesiroop | sinaasappelschijf | kers longdrinkglas 1. Mix de tequila en het sinaasappelsap | 2. Giet de de grenadinesiroop over het mengsel | 3. Garneer met sinaasappelschijf en kers
Piña Colada 3 delen ananassap | 1 deel rum | 1 deel kokosmelk | ananasschijf hurricaneglas 1. Mix of blend alles tot er een glad mengsel ontstaat | 2. Garneer met een ananasschijf
Kamikaze 1 deel wodka | 1 deel cointreau | 1 deel limoensap cocktailglas
Freddie Bartholomew 9 delen ginger ale | 2 delen limoensap | limoenschijf whiskyglas
ALCOHOLvRijE COCKTAILS Shirley Temple 3 delen ginger ale | 1 deel grenadinesiroop | 1 deel sinaasappelsap | limoenschijf longdrinkglas
Michelada 12 delen Mexicaans bier (bijv. Corona) | 2 delen Worcestersaus | 1 deel citroensap | 1 deel sojasaus | 1 deel tabasco | peper | zout longdrinkglas
virgin Margarita 3 delen citroenlimonade | 1 deel sinaasappelsap | 2 theelepels zout | limoenschijf champagnecoupe 1. Wrijf de rand van het glas in met limoensap | 2. Zet het glas ondersteboven in grof zeezout | 3. Mix de dranken en schenk het uit | 4. Garneer met een limoenschijf
Tortuga ijsthee | 2 theelepels bruine suiker | 1 theelepel kaneelpoeder | limoenschijf longdrinkglas 1. Meng de suiker en de kaneel | 2. Schenk de ijsthee erover heen | 3. Garneer met een limoenschijf
De heren van de Studenten Kookshow proberen de cocktails uit en leggen op geheel eigen wijze uit hoe je ze maakt: foliaweb.nl/video.
de zomer van … Rick vermin Opleidingscoördinator Future Planet Studies ‘Het terrein dat je hier op de foto ziet is een camping in de middle of nowhere in Zuid-Frankrijk. Ik was er met mijn ouders en zus en het was er extreem eenvoudig. Er was geen elektriciteit en water kwam uit een riviertje dat dwars over het terrein stroomde. Met allemaal andere Nederlandse kinderen speelden we in het water, hoewel dat eigenlijk niet mocht van de boer naast de camping. We deden het toch, en menige teenslipper is in de snelle stroom verdwenen. Op de camping stond ook een enorme houten tredmolen waarop je kon klimmen en in kon spelen. Er waren heel veel andere kinderen en de hele dag konden we lekker aanklooien. Dit jaar ga ik terug naar die camping, juist voor die rust. Mijn mobiel heeft er geen bereik. Zodra ik niet meer aan onderwijs of politiek denk, is de vakantie geslaagd.’ yyy
FoliaMagazine
33
Zomer! Tijd om in zwembroek of bikini op het strand of op de camping te hangen. Dit jaar maakt de hoge taille uit de jaren vijftig zijn rentree. Om inspiratie op te doen voor de volgende retrotrend blikken we alvast terug op de geschiedenis van de badmode. tekst Marieke Buijs / foto’s Fred van Diem
1900 Sinds halverwege de achttiende eeuw zoekt men de zee op; eerst veelal om medische redenen. Mannen en vrouwen baadden aanvankelijk gescheiden. De mannen naakt, de vrouwen in een soort onderjurk. Eind negentiende eeuw wordt het baden een sociale aangelegenheid en plonzen vrouwen en mannen – in korte broek en hemd met mouwen – gezamenlijk het water in. Vanaf een badkoets welteverstaan, een soort kleedhokje op wielen dat door een paard het water ingetrokken wordt zodat de badgasten decent het water in en uit kunnen glippen. Vrouwen dragen katoenen tuniekjes, al dan niet met lood verzwaard aan de pijpjes, zodat ze kuis over de knie blijven hangen. Voor mannen werd zwemmen als deugdelijke sport gezien, tijdens de eerste Olympische Zomerspelen in 1896 was zwemmen dan ook ruim vertegenwoordigd. Voor vrouwen gold een bezoek aan zee en een duik in het water toch vooral als een bijzonder uitje.
34
FoliaMagazine
vintage pootjebaden
1920
Onder invloed van de eerste feministische golf wordt het in de jaren twintig ook voor vrouwen bon ton om te sporten en zwemmen. Daarmee krijgen ook vrouwen een praktischer zwemoutfit. Geen lange mouwen en pijpen meer, maar hetzelfde tuniekje als de mannen. Het is van een dungewoven stof, die weinig aan de verbeelding overlaat wanneer hij nat om het lijf plakt. Onder invloed van onder meer de film The Great Gatsby (1926) wordt baden en ook zonnen een glamour-aangelegenheid. Men vindt het belangrijk om te sporten, er fit en gebruind uit te zien en om zich al flanerend ook aan anderen te tonen. Niet alleen de zwemkleding, ook de mode op het droge was in die tijd androgyn. Vrouwen toonden hun sterke onafhankelijke kant, lieten het korset links liggen en zagen er met kort haar en in pak of loshangend jurkje jongensachtig uit.
FoliaMagazine
35
1950 Hoewel vrouwen al sportend in bikini te zien zijn op een Griekse urn uit 1400 voor Christus, doet de Franse ingenieur Louis Réard heel wat stof opwaaien als hij in 1946 een kledingstuk ontwerpt dat ‘kleiner is dan ’s werelds kleinste badpak’. Hij noemt het tweedelige pakje de bikini, naar de atol in de Stille Oceaan waar het Amerikaanse leger vier dagen eerder kernproeven deed. Réard hoopt dat ook zijn nieuwe ontwerp inslaat als een bom, maar aanvankelijk is er geen Parijs’ model te vinden dat zijn kledingstuk aandurft. Uiteindelijk is het een naaktdanseres die het stukje stof aan de pers showt. De bikini wordt aanvankelijk zondig verklaard door het Vaticaan en in enkele landen verboden. Maar wanneer sterren als Marilyn Monroe en Brigitte Bardot zich in het nieuwe kledingstuk laten zien, is de opmars van het blote middenrif niet meer te stoppen. Op de foto een wollen bikini, maar in de jaren vijftig doet ook de rekbare en sneldrogende stof lycra zijn intrede. De lucky few kunnen het zich permitteren exotische bestemmingen te bezoeken en badmodefabrikanten spelen in op die droom met exotische prints.
36
FoliaMagazine
vintage pootjebaden
1960
Sinds de jaren twintig zijn de mannen hun vestje kwijt en kruipen de pijpjes steeds verder omhoog tot het korte, strakke broekje vanaf de jaren vijftig de overhand neemt. In 1960 brengt het merk Speedo zijn eerste ballenknijper op de markt. Ook de vrouwenbadmode maakt roerige ontwikkelingen door in de jaren zestig. De bikini wordt steeds kleiner en om tanlines te voorkomen worden de bandjes vaker losgemaakt en opgeschoven. Halverwege de jaren zestig verschijnt er ook een enkele blote borst op het strand, in eerste instantie vooral aan de Franse Rivièra. In 1964 ontwerpt mode-ontwerper Rudi Gernreich de monokini: een broekje dat via een soort V-vormige halter om de nek hangt en daarbij beide borsten onbedekt laat. Maar waar het topless zonnebaden terrein wint in West-Europa, krijgt de New York City Police Department de opdracht iedere vrouw in een dergelijke bikini te arresteren. Toch blijven ook de ‘grotere’ bikini en het traditionele badpak populair, zoals dit exemplaar waarin je de chique minimalistische stroming van de jaren zestig terugziet in de witte boorden op het helderrode lijfje.
FoliaMagazine
37
Met medewerking van Bien Borren en Mina Etemad (productie), Joke van Dijk/Couturage (kleding en accessoires), Elnura Halmambetova, Marie Plaat en Sam Stuijver (modellen), Suzanne van Rooij/Amfi (informatie)
1970 In de jaren zeventig zet de topless en minibikinitrend verder door, doemt de eerste bikini-string op, wint bloot saunabezoek aan populariteit en wordt in 1973 het eerste officiële Nederlandse naaktstrand bij Callantsoog geopend. Maar tegelijkertijd ontwikkelt zich onder invloed van filmhelden als Charlie’s Angels en Wonder Woman een beeld van een sterke, fitte American beauty, die in strak badpak haar gespierde, sportieve lichaam showt. Bij mannen kan alles in de jaren zeventig. Het twintigerjarentuniek maakt een kleine revival, maar tegelijkertijd doet ook bij mannen de string zijn intrede en leven designers zich uit met bonte prints op het kleine stukje lycra. yyy
38
FoliaMagazine
(advertentie)
zomercursussen
schrijf je nu in!
CREAmsterdam CREAmsterdam
leef je uit! Wat je ook kiest uit het brede aanbod, met een CREA zomercursus beleef je vijf onvergetelijke dagen. Naast je cursus zijn er workshops en is er een (cultureel) avondprogramma. Kijk voor uitgebreide cursusbeschrijvingen op www.crea.uva.nl en schrijf je in.
www.crea.uva.nl
muziek fotografie film multimedia dans theater beeldend literatuur