Woord! de taal van nederhop Vivien Waszink
Uitgegeven door: Uitgeverij Nieuwezijds, Amsterdam Zetwerk: CeevanWee, Amsterdam Omslag: Studio Jan de Boer, Amsterdam Foto auteur: Boukje Verheij © 2013, Vivien Waszink isbn 978 90 5712 388 7 nur 660 De boeken van Uitgeverij Nieuwezijds zijn verkrijgbaar in de boekhandel en via www.nieuwezijds.nl.
Bij de productie van dit boek is gebruikgemaakt van papier dat het keurmerk van de Forest Stewardship Council (fsc) mag dragen. Bij dit papier is het zeker dat de productie niet tot bosvernietiging heeft geleid. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, elektronisch of op welke andere wijze ook en evenmin in een retrieval system worden opgeslagen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor Charlene Sancho
‘Zieke zinnen zullen zegevieren.’ – Winne ‘You are now about to witness the strength of street knowledge.’ – N.W.A.
Voorwoord!
In 1989, op mijn twaalfde, hoor ik voor het eerst hiphop. Daarna begin ik al snel te grote broeken te dragen, kijk ik op foto’s altijd boos en naait mijn moeder een Public Enemy-embleem op mijn jas: een mannetje in het vizier van een geweer. De jas probeer ik in de klas zoveel mogelijk aan te houden. In 1992 mag ik naar een middagconcert van Public Enemy. Om drie uur gaat het beginnen. Om half vier komt er een roadie in een mouwloos Iron Maidenshirt het podium op. ‘De jongens hebben het vliegtuig gemist’, kondigt hij met een grafstem aan. ‘Ze komen vanavond pas.’ Vanuit een Amsterdamse telefooncel maak ik ruzie met mijn moeder in Leiden. Na een minuut of tien zwicht ze en mag ik naar de avondshow. ‘Het gaat wel weer over, dat gerap’, hoor ik mijn vader op de achtergrond met kalme stem tegen mijn moeder zeggen. Als ik ophang, zijn er heel wat kwartjes opgegaan. Nu kan ik niks meer te eten kopen. De rest van de dag wacht ik hongerig voor Paradiso. Dan zie ik ineens Chuck D, de opperrapper van Public Enemy, samen met dj Terminator X, de man die achter de draaitafels staat. Niet met bodyguards, maar gewoon met zijn tweeën, op het zebrapad met zakjes friet. Chuck zet voor mij zijn handtekening op een oud bonnetje. Inmiddels ben ik moeder en taalkundige. Ik draag jurken en werk van negen tot vijf achter een computer aan een woordenboek. Maar ik sta bij rapconcerten nog steeds juichend vooraan. ‘Vroeger had mama maar twee platen’, zeg ik als mijn dochter door haar duizenden mp3’tjes scrolt. ‘Eentje van Public Enemy en eentje van N.W.A.’ In 2012 geeft Public Enemy een concert voor
10
Woord!
hun 25-jarig jubileum. Ik rap alles mee. De lijfwachten in soldatenpakken die altijd meedansen, zijn zelfs even afgeleid en kijken me verbaasd aan. Ineens steekt Chuck D lachend zijn hand uit: of ik niet even mee wil doen op het podium? Maar ik durf niet – ik ben ook maar gewoon een moeder in een jurk, zonder straatgeloofwaardigheid. Mijn dochter van zeventien, die ook van hiphop houdt, reageert na afloop lauwtjes. ‘Best een aardig concert, maar wel oudemensenhiphop.’ Iedere doordeweekse dag begint voor mij hetzelfde: voor ik naar mijn werk ga, drink ik thuis een kopje koffie en luister ik een of twee hiphopliedjes. Niet alleen Amerikaanse en oude hiphop, maar ook heel veel Nederlandse en hedendaagse hiphop. Daarna maak ik de hele dag werk van woorden. Ik schreef dit boek omdat ik nederhop geweldig vind, maar vooral omdat nederhoptaal heel bijzondere taal is. Het beschrijven van die taal en het woordgebruik in nederhop deed mij als taalkundige groot plezier. Mijn ouders, Cobi en Paul Waszink, wil ik bedanken voor hun liefde en steun, en voor hun geduld: ze hebben jarenlang ‘rotherrie’ doorstaan. Sorry – dat gerap is niet overgegaan. Mijn broer, Paul Waszink, bedank ik voor zijn humor en eerlijke kritiek, en voor zijn being down (and based) since day one. Mijn vrienden en collega’s ben ik dank verschuldigd, omdat ze altijd geïnteresseerd bleven, goede raad gaven en leuke stukjes over rappers voor me uit de krant knipten. Een paar verdienen een speciaal woord van dank, ehm, een special shout-out: Sanne Arens, Zeynep Dogan, Laura van Eerten, Dirk Geirnaert, Robertino Jones, Remko Koopman, Frank Landsbergen, Papa Tio, Ulmar ‘Kay lc’ Robert, Ionica Smeets, Rob van der Spruit, Boukje Verheij en Wouter van Wingerden. Als laatste wil ik mijn dochter Charlene Sancho bedanken: Charlene, dit boek is voor jou. ‘Ik hoef je niks te zeggen, dit gaat verder dan rappen’, zou Winne zeggen. Rapper Winne komt nogal veel voor in dit boek. Dat is bewust. Ik hou van nederhop, maar Winne heeft mijn hiphophart. ‘Doe maar even zwaaien’, roept Winne in het nummer Doag. Dat kan koninklijker: ‘even wuiven’ misschien, koning Winne? Het waren vooral zijn teksten die me ertoe aanzetten dit boek te schrijven. Winne, ‘de Rotterdamse verlosser’, dropt toffer!
Inhoud
Inleiding 13
deel i: De hiphopscene 17 1 These are the breaks – Amerikaanse hiphop 19 2 Je weet hoe laat het is – Nederlandstalige hiphop 55 deel ii: De taal van nederhop 87 3 Rijms spitten – lenen en vertalen 93 4 Fris als februari – stijlfiguren 121 5 Gangsterlijkheid – nieuwe woorden en betekenissen 161 Nawoord! 197 Geraadpleegde bronnen 201 Index 203
Inleiding
Hoewel ik als hiphopliefhebber nogal last heb van zendingsdrang, zou het me misschien nog eerder lukken om mensen een 28-delige encyclopedie of een religie aan te smeren dan hiphop. Hiphop is vrij uitgesproken muziek. Als je er niet van houdt, zul je er ook nooit van gaan houden. Vaak krijg ik dus te horen: ‘Ik heb niks met hiphop, maar die teksten zitten eigenlijk wel heel goed in elkaar!’ En dat klopt: hiphoptaal, en nederhoptaal bij uitstek, is bijzondere taal. Het is daarom niet alleen boeiend om naar nederhoptaal te luisteren, er valt ook veel over te vertellen. Dit boek is voor liefhebbers van taal en voor liefhebbers van hiphop – als lezer hoef je Binnenlandse Funk van Extince niet in je platenkast te hebben staan (maar het mag wel). In deel I van dit boek lees je over de ontstaansgeschiedenis en achtergronden van de hiphop. Om de teksten goed te begrijpen, is enige kennis van hiphop als muziekstijl en als culturele stroming namelijk onmisbaar. In hoofdstuk 1 beschrijf ik hoe het in het New York van 1973 allemaal begon, wat hiphop inhoudt en hoe het genre zich ontwikkeld heeft. Zelf een beat maken met oude platen, lelijke praatjes over je rivalen ophangen en intussen jezelf op de borst kloppen, juichen voor je buurt, dikke gouden kettingen in de camera duwen en lekker vuilbekken: het is allemaal hiphop. Ook in Nederland wordt al een hele tijd gerapt, oudemensennederhop bestaat dus ook. Zo rapt de Osdorp Posse sinds 1989 in het Nederlands, de nederhop is sindsdien enorm gegroeid. Een vogelvlucht door de geschiedenis van de nederhop van nul tot nu, van Def P tot Ali B: je leest het in hoofdstuk 2.
14
Woord!
Toen rapper Ice-T in 2012 zijn documentaire Something from Nothing: The Art of Rap presenteerde, stelden journalisten hem veel kritische, humeurige vragen. ‘Waarom zit Jay Z er niet in?’ wilden ze weten. En zo misten er nog wel een paar rappers. Ice-T liet daarop zijn telefoon zien aan het publiek. ‘Dit is een zwarte telefoon’, zei hij, ‘geen rode telefoon, en ook geen blauwe. In plaats van te vragen wie er niet in zit, kunnen jullie beter vragen wie er wél in zit.’ Ik probeer in deel I ook geen volledig overzicht van veertig jaar hiphop te geven, maar vooral een smaakmakend beeld van hiphop te schetsen, waarbij duidelijk wordt hoe de muziek is ontstaan en waar ze uit bestaat. Veel belangrijke Amerikaanse en Nederlandse hiphoppers van toen en nu komen voorbij, maar lang niet alle. Toen ik ooit bij de Rotary een lezing over taal gaf, vertelde ik dat ik veel van hiphop hield, en de taal erin zo speciaal vond. Een tandarts in een rode broek zei afkeurend: ‘O, hiphop. Over doekoe en patta’s enzo.’ Neen! Nederhop is veel meer dan over geld en gympies praten. Ook het wijdverbreide vooroordeel dat er in nederhop alleen maar straattaal of jongerentaal zou worden gebruikt, klopt niet. Ik begin deel II, over de taal van nederhop, daarom met een korte uitleg wat jongeren- en straattaal precies voor taaltjes zijn, en hoe ze (in beperkte mate) deel uitmaken van de nederhop. Andere talige bijzonderheden zijn veel specialer aan de nederhop: er wordt vooral heel veel grappig, mooi en creatief Nederlands gebruikt. Er worden woorden en betekenissen geleend uit het Engels, er wordt gegoocheld met stijlfiguren en er worden nieuwe woorden bedacht. Daarover gaat deel II. De bekendste rappers uit de nederhop-oertijd, de Osdorp Posse en Extince, vertaalden veel Amerikaanse hiphopwoorden en zinnen letterlijk. Def P noemt zichzelf ‘de goeie in ’t vloeien’. Vloeien betekent rappen (van to flow, Amerikaans slang voor rappen). Het scheldwoord moederneuker is een vertaling van het Engelse motherfucker – een vondst van Def P die zelfs is opgenomen in Nederlandse woordenboeken. Nederlandse rappers vertalen niet alleen, maar lenen ook veel woorden, bijvoorbeeld het werkwoord dissen, van het Engelse to disrespect. Als je iemand dist, beledig je hem. Extince maakte in 1995 het liedje Spraakwater. Toen Def P ooit heel boos
Inleiding
15
was op Extince – iets over geld – schreef hij speciaal voor hem de diss Braakwater. Want Extince maakt dan wel ‘kassa’, hij zegt wel ‘versjes voor de massa’, vindt Def P. Soms worden Engels en Nederlands moeiteloos gecombineerd, bijvoorbeeld in money praten: het over goed geld hebben. En soms worden niet hele woorden, dus de woordvormen met de daarbij horende betekenissen, geleend, maar alleen de woordbetekenissen. In het Nederlands denk je bij hangen vooral aan hangplekken, waar groepjes jongeren joints roken, met dikke stiften Anouk is een hoer op een klimrek zetten en verder geen noemenswaardige activiteiten vertonen. In het Engels is hangin’ out wel wat leuker: dan ben je gewoon sociaal met je vrienden aan het verkeren, of ga je goed met iemand om. In de nederhop namen we die Engelse betekenis over. Toch is dat hangen soms ook lastig, want als je bekend bent, heb je ineens last van chicks die alleen maar willen ‘hangen voor de fame’. De Opposites klagen daar over in Sukkel voor de liefde (een variant op sucker for love). Hoofdstuk 3 behandelt dit soort nederhopleenwoorden en -leenvertalingen. Extince is ‘hitgevoelig als Abba’, maar ook ‘flexibel als Barbapapa’. Winne heeft het druk met zijn ‘rapatletiek’, en daarin legt hij ‘de lat hoger’. Gelukkig geeft hij ook zijn kennis door ‘als de stok van een estafette’. En Jiggy Djé rapt niet alleen beter dan de wannabe’s, hij pakt als je even niet oplet ook hun meisjes af: ‘Als ik het ijs breek wanneer ik je chick in de sneeuw bal als André Rieu, als ik over je heen wals, goed gestemd, ik raak de juiste snaar, dus wie speelt vals.’ Jiggy Djé speelt hier een leuk spelletje met verschillende woorden: ballen betekent seks hebben, en dat doet hij in de sneeuw, maar we zien in ‘in de sneeuw bal’ ook het woord sneeuwbal. En hoe Jiggy over iemand heen walst, dat is andere koek dan de walsjes van vioolgod André. In nederhop worden veel metaforen, vergelijkingen en woordspelingen gebruikt, en vaak ook nog op een heel speciale manier. Daarover gaat hoofdstuk 4. Hiphop leverde veel nieuwe woorden op: combinaties en samenstellingen van woorden die we al kennen, maar ook bestaande woorden die in een nieuwe betekenis worden gebruikt. Veel bijvoeglijke naamwoorden die helemaal niet zo’n positieve betekenis hebben, bijvoorbeeld gruwelijk, vet, wreed en ziek, betekenen in de hiphop juist ‘geweldig’.
16
Woord!
De meeste hiphopneologismen worden alleen gebruikt door rappers zelf, maar sommige hiphopwoorden dringen de algemene woordenschat binnen. Blingbling en pimpen zijn woorden die bijna iedereen kent. Het woord blingbling is allang niet meer alleen van toepassing op de vuistdikke kettingen van Snoop Dogg nu het is doorgedrongen tot de Libelle Zomerweek. En als er iets gepimpt moet worden, hoeft Xzibit van Pimp my ride niet langs te komen om je auto met paars fluweel te bekleden. Hoofdstuk 5 gaat over deze en andere nederhopneologismen. De heel enkele keer dat nederhoppers een archaïsche uitdrukking of cliché gebruiken, bijvoorbeeld als het om moeders gaat, of om meisjes waar ze écht verliefd op zijn, gaat het om de uitzondering die de regel bevestigt. Want op alle andere momenten spat de taalvernieuwing en de virtuositeit er vanaf. Wanneer de taal vernieuwd, gekneed en soms zelfs radicaal veranderd wordt, klinkt al snel het gemopper van conservatieven die vrezen voor taalverloedering. Mijn nawoord is een kort weerwoord op zulk gemopper. Ten slotte: op www.nieuwezijds.nl/downloads staat een overzicht van de liedjes, albums en mixtapes die in dit boek besproken worden.
4 Fris als februari – stijlfiguren
‘Lul, heb je genoeg gehad? Neem dan maar eens een lekker lang bad, schat. In ’t zoutzuur en rot weg als een houtschuur, want jij bent zo nep als koudvuur’, aldus de Osdorp Posse in Commerciële aids. Winne heeft ‘meer sterren dan een Mercedesdealer’, en Nina heeft dan wel geen omvangrijk wagenpark, maar haar ‘shit’ is wel ‘als bushaltes, iedereen staat erop te wachten’. Yukkie B ‘dringt door als chloor’ en Jiggy Djé is baanbrekend, ‘als in geschreven in de baas zijn tijd’. Clowns huilen ‘als traangas’, volgens Boef en de Gelogeerde Aap althans. ‘Kalm als een kuuroord, rustig als een wellness’, maar ook ‘all up in that ass als een zetpil’ – ook de jongens van Great Minds winden er geen doekjes om. In nederhop worden veel metaforen en vergelijkingen gebruikt. Bij een metafoor is er sprake van beeldspraak. Winne zegt bijvoorbeeld: ‘Volg de geletruidrager.’ Daarmee bedoelt hij niet dat hij naast rapper ook succesvol wielrenner is, en het klassement aanvoert in de Tour de France. Hij kiest het woord geletruidrager ook niet omdat dat een synoniem is voor de woordgroep beste rapper. De geletruidrager gebruikt Winne om zijn eigen positie van koploper te verbeelden. Hij had ook gewoon kunnen rappen: ‘Ik ben de beste rapper’, maar dat is minder overtuigend. Op dezelfde manier kun je je kind een engel noemen, of je ex een hond. Je kind heeft geen vleugeltjes, maar heeft wel bepaalde (positieve) eigenschappen die ook aan engelen worden toegeschreven. De ex hoeft niet naar de hondenschool, die heeft alleen de lompheid of het asociale gedrag van sommige honden. Een bijzonder type metafoor is de personificatie. In een personificatie wordt iets wat levenloos is als levend voorgesteld, meestal
122
Woord!
met menselijke eigenschappen, soms dierlijke. Abstracte zaken gaan zo meer ‘leven’. ‘De wind die zucht’ is een personificatie (die leraren zich de haren uit het hoofd doet trekken), net als stoelen die ‘kreunen’ onder het gewicht van dikke vrouwen. Winne geeft de game ‘een facelift’ in het nummer De Game. In Wat echt is zegt hij dat ‘de straat praat’ en ‘als de muren oren hebben, dan hebben de straten ogen’. mc Fit, alias Glen Faria, een van de rappers van Flinke Namen, rapt in 2013 in Duurt te lang: ‘Mijn tranen vallen niet, dus ik laat het liedje snikken.’ In een metafoor worden het beeld (de geletruidrager) en het verbeelde (de beste rapper) impliciet vergeleken. Er bestaan ook explicietere vergelijkingen. Daarin worden het beeld en het verbeelde opgenomen, en worden de twee verbonden door een vergelijkingswoord, meestal als of dan. Zo zou Winne ook gerapt kunnen hebben dat hij koploper is ‘als de geletruidrager’, of desnoods ‘als ik rap ben ik als Lance’. Naast metaforen en vergelijkingen zijn ook woordspelingen populair in nederhop: al dan niet geslaagde welbewuste grapjes met woorden. Brainpower vindt rappers bijvoorbeeld ‘net als zeven dagen want ze klinken zo week’. En Djiggy Djé, die ook wel Keyser Punchline wordt genoemd, rapt: ‘Ik deel lakens uit omdat ik rappers als een kussen sloop.’ Meestal is een woordspeling grappig, omdat twee of meer woorden of woordgroepen overeenkomen in vorm, maar een heel andere betekenis hebben. Op de website van Onze Taal wordt dit uitgelegd met een mopje: ‘Zegt de ene kaars tegen de andere: “Willen we vanavond samen uitgaan?”’ Op internet staan ook quasilollige voorbeelden als ‘De gynaecoloog gaf zijn patiënte volledige persvrijheid’. In subtielere woordspelingen worden uitdrukkingen gebruikt die zowel letterlijk als figuurlijk kunnen zijn bedoeld; bijvoorbeeld ‘laat de vorst niet in de kou staan’. Ook woorden die vormelijk op elkaar lijken, maar net niet helemaal overeenkomen, worden in woordspelingen gebruikt. Je wokrestaurant Wok of Fame noemen, bijvoorbeeld, of You Never Wok Alone. In hiphopmetaforen, -vergelijkingen en -woordspelingen wordt voortdurend gepocht. Ook de overdrijving is een stijlmiddel. Brainpower rapt in Alles of niets:
4 • Fris als februari
123
Wetend wie er real is en what the deal is. Ik schrijf nog lyrics met een pen die geseald is. Of in graffiti in een piece op een muur die al vernield is, in de groeven van de grondstof nog voordat het vinyl is.
Op het nummer Kan er maar 1 zijn op de Great Mindsplaat speelt Sticks met ledematen. Sommige rappers moeten hun beste beentje voorzetten, maar Sticks heeft al heel veel ‘flexness in zijn grote teen’. Ook die van Extince is oppermachtig: in Zoute Uitval (de Bkant van zijn nummer Zoete Inval) pocht hij: ‘En als het moet dan schrijf ik rhymes met mijn grote teen.’ Maar er wordt nooit zo overdreven opgeschept als bij de Amerikanen. Kendrick Lamar rapt in Backseat Freestyle: ‘I pray my dick get big as the Eiffel Tower, so I can fuck the world for 72 hours.’ Rappers hebben goed opgelet op school; je zult hen niet zo snel op versleten metaforen betrappen, of op oerflauwe woordspelingen. Bovendien combineren ze vaak metaforen, vergelijkingen, woordspelingen en overdrijvingen. Het is soms moeilijk ze te scheiden.
Als duizend tieten in een trein Onstage kunnen rappers zich niet verschuilen achter ingenieuze drumsolo’s, basloopjes of gitaargeweld. En meestal ook niet achter een zoetgevooisde, fluwelen stem. Het komt bij rappers vooral op henzelf en hun teksten aan. Hun braggin’ and boastin’ moet overtuigend en aantrekkelijk gebracht worden. Rappers gebruiken daarom veel metaforen, vaak met betrekking tot het menselijk lichaam. In Definitie van een Bradda verzekert Appa zijn broer (of zijn goede vriend, want dat kan bradda of brada ook betekenen): ‘Jij bent m’n mattie en m’n bradda. Jij de man en ik de Appa. Ik de voet en jij de patta.’ Patta’s gebruikt Zo Moeilijk in Stoere Bink (‘loop stoer, loop tof, loop als een lastpost’) juist om over anderen te mopperen; goedkope types spreiden namelijk hun benen ‘als een Jordantekentje’. Nike heeft een speciale reeks sportschoenen op de markt gebracht waarmee je goed kunt springen, net als Michael Jordan, de voormalige basketballer. Op het logo van de schoen springt Michael naar de basket, zijn benen gespreid.
124
Woord!
Mr. Polska is ‘aan het gaan als duizend tieten in een trein’. Niet heel begrijpelijk, maar dat is de uitdrukking gaan als een banaan ook niet. Waarschijnlijk wordt die laatste veel gebruikt omdat het prettig rijmt. Mr. Polska gebruikt gaan meer figuurlijk, hij bedoelt ermee dat hij succes heeft. En natuurlijk laat een beetje rapper geen kans voorbij gaan om over tieten te praten.
Rellen als Marokkanen op Mercator Nederhoppers laten graag horen dat ze alomtegenwoordig zijn en weten wat er speelt in de wereld. Opgezwolle is in De Volle heel Hollands ‘op elke plek te vinden als Kipcaravans’, en Lucky LuQ en Gibba worden in Ik Heb Me Swagg On ‘vaker geboekt dan een Surinaamse vlucht’. Ze voegen nog toe dat ze dus ‘high in the sky’ zijn, ‘en dat niet eens van een blunt’ – ze zijn niet in hogere sferen omdat ze stoned zijn, maar omdat ze de beste zijn en een hoge positie innemen op de hiphopladder. In Gekke Gerrit noemt Opgezwolle blowende jongens die niets uitvoeren een verschijnsel dat ‘vaker voorkomt dan water uit de kraan’. Negativ heeft het over iets waar je niets aan hebt ‘als een homo met tien wijven’. In Concept of niet is een verhaal bekend ‘als John Lennon en Beatles’. Sticks gaat met zijn tijd mee op Great Minds: ‘Niemand checkt meer voor jullie als bij Hyvesberichten, wegvanhier, verhuisberichten.’ Hyves is hopeloos uit. Ook maatschappelijke problemen komen aan de orde. Winne verzucht in Pomp die shit! dat de scene hem nodig heeft ‘als Surinaamse families huisvaders’. In Suriname en bij Surinaamse gezinnen in Nederland is het aantal eenoudergezinnen in verhouding groot, moeders staan er vaak alleen voor. Sticks benadert dit verschijnsel positiever – in Run it Back regelt hij het allemaal solo ‘zoals alleenstaande moeders doen’. In Wij zijn 1 brengt Winne ‘verandering als Obama’. De Jeugd van Tegenwoordig houdt het bij de lokale politiek in ’t Gaat te fur: ‘Ik zei doei, zie je vanavond... gaan we rellen als Marokkanen op Mercator.’ Op het Mercatorplein in Amsterdam werd een aantal keer flink gereld door met name Marokkanen. Een keer na het optreden van de Spookrijders, en in 2003 nog eens, nadat er een Marokkaanse man door de poli-
4 • Fris als februari
125
tie was doodgeschoten in een Surinaams eethuis. In Uit Me Plaat lijkt het even of Jebroer de hongerproblematiek aan de orde gaat stellen: ‘Yeah, kijk mij, ik drink als een kind uit Afrika, die voor het eerst een kraan aanraakt.’ Hij drinkt dus gulzig, alleen gaat het in zijn geval om alcoholhoudende dranken.
Do als diddy Bij Gers Pardoel is het allemaal wat gezelliger, en zeker niet politiek beladen. Gers Pardoel komt uit Brabant en heet eigenlijk Gerwin. Gers betekende vroeger ook cool of, meer passend bij de tijd waarin gers gebruikt werd, gaaf. Zijn vader werkte bij de Efteling. In 2009 werd Gers al een beetje bekend door de single Broodje Bakpao van The Opposites. Hij verwestert wel, zegt hij daarin, maar hij komt eigenlijk uit het ‘diepe zuiden’, waar ze ‘leanen op zijn tracks’. Eind 2011 breekt hij indrukwekkend door: hij staat weken op nummer 1 in de Single Top 100 met de meezinger Ik neem je mee (hee hee hee hee hee); ik hoor die nu ook weleens blikkerig uit draaiorgels komen. De beste rijmer is Gers Pardoel niet. In zijn tweede grote hit Bagagedrager, heeft hij het vooral druk met in een club veroverde meisjes achterop zijn fiets mee naar huis nemen, maar Pardoel maakte ook (wat meer hiphop) een liedje over geld. In Morgen ben ik rijk weet Gers zeker: ‘Straks heb ik hits als 50, do als diddy (...) M’n leven lijkt op een film van Disney. Maar ooit lean ik op een millie.’ Ooit zal hij een miljoen hebben, maakt hij dough, geld, als P. Diddy en is hij net zo hitgevoelig als good ol’ 50 Cent. Ook in de nederhop is bescheidenheid vaak ver te zoeken.
Opgegroeid tussen bitches die kunnen vlechten Toch zijn Disneyfilms niet erg ghetto of gangsta, eerder soft en zoetsappig – ze lopen altijd goed af. Ook rapper Adje noemt Disney in zijn track Hele meneer, maar niet om iets over zichzelf te zeggen – dat past niet bij zijn stoere imago. Adje noemt de ‘jij’ in dit liedje ‘liever dan een Disneyshow’, waarbij het de vraag is of dit complimenteus bedoeld is. Het zou hier over een vrouw kunnen gaan. Maar, de echt belangrijke vrouwen in Adjes leven tussen wie hij is opgegroeid zijn ‘bitches die kunnen vlechten, bitches die
126
Woord!
kunnen vechten, bitches die liegen tegen de rechter’. Dát zijn de echte vrouwen. De vaste vriendinnetjes zouden misschien lief kunnen zijn, maar scharrels die versierd moeten worden, hoeven slechts mooi te zijn. Keizer zegt: ‘Ik ben met zoveel Barbies dat het lijkt alsof ik Ken ken.’ Ook Gers Pardoel betrekt Ken in een woordspelletje in Bagagedrager: ‘Ik ken je nog niet, maar je lijkt op Barbie.’ Maar goed, hij is ook niet de helderste meer, het ‘zou kunnen liggen aan die 5 Bacardi’.
Vang klappen als applaus Niet alle vergelijkingen verdienen de schoonheidsprijs. In Het allermooiste feestje gedraagt Ronnie Flex zich ‘als een motherfucking kom met jus’. Wat we ons daar precies bij voor moeten stellen, is onduidelijk. Fresku heeft het er in Nos Baranka over dat je niet moet gokken met je leven ‘alsof je aan het dobbelen bent’. Yes-R maakte met Keizer en producer Brownie Dutch het nummer Als ik van jou was. ‘Alsof m’n klokkie weg is, heb ik geen tijd’, zegt hij daarin tegen zijn meisje. In Lotgenoot is Winne ‘het dak boven je hoofd’, een clichématige metafoor, maar hij zegt ook: ‘Hou je handen thuis, ik vecht voor je, vang die klappen als applaus.’ Winne brengt hier de figuurlijke uitdrukking je handen thuishouden in verband met klappen bij wijze van applaus, en zo maakt Winne van iets negatiefs iets positiefs. In Begrijp me niet verkeerd bouwt Winne een track ‘net als een piramide’. Het gaat hier om figuurlijk bouwen, maar Winne verbindt dit met het letterlijke bouwen van iets wat ingenieus en mysterieus in elkaar zit. Hij schrijft zijn lyrics op de muur ‘net als hiërogliefen’, je moet dus wel je best doen de lyrics van Winne te doorgronden.
Flexibel als Barbapapa Vaak dichten rappers zichzelf vrij direct een bepaalde positieve eigenschap toe. Dat hoeft niet altijd via metaforische omwegen waarin lichaamsdelen, kledingstukken of Barbies een rol spelen. Extince schept al meer dan twintig jaar op. In Spraakwater noemt hij zich ‘hitgevoelig als Abba, flexibel als Barbapapa’. The winner takes
4 • Fris als februari
127
it all, moet hij gedacht hebben. In Voorprogramma is Extince relaxed ‘als een onbewoond eiland, dus probeer me nou niet te koloniseren’. Het klopt niet helemaal om het eiland zelf als relaxed te typeren, het is eerder het verblijf daar dat ontspannend is. Sticks voelt zich in Tijgers en Draken thuis ‘als zijn oude trui’, en dat terwijl de oude trui zelf überhaupt niets voelt. De vergelijkingen zijn tot dusver nog vrij gewoon, want Barbapapa is echt flexibel en Obama brengt verandering, of belooft dit in ieder geval te doen. Het kan specialer. Gelukkig maken rappers zich er meestal niet zo makkelijk vanaf.
’Bout it ’bout it De Jeugd van Tegenwoordig rapt in Watskeburt?!: ‘’Bout it ’bout it als een gek met al dat goud in m’n mikkie, twee gezichten een formule als Lauda en Niki.’ Als je ’bout it ’bout it bent, ben je about it, dan weet je wat er speelt, hoe het hoort en hoe het werkt. Door al dat goud in zijn gebit is Faberyayo erg stoer. Niki Lauda was een formule 1-coureur. Bij een ongeluk liep hij ernstige brandwonden op en raakte de helft van zijn gezicht ernstig gehavend, een beetje alsof hij twee gezichten had. Een indrukwekkende metafoor om de rapgame mee binnen te komen. Jiggy Djé verwijt een stumperige wannabe in Run it Back: ‘Je schrijft raps op je berry, want je bent niet op papier.’ Ali B typte in Op Volle Toeren steeds zijn lyrics in op zijn Blackberry, natuurlijk niet hetzelfde als – heel oldskool – je lyrics aan het papier toevertrouwen. Bovendien ben je zo dus niet ‘op papier’; als je het zo aanpakt, zal het je nooit lukken veel geld (papier) te verdienen. Winne grijpt ook terug op de basis van de hiphop in Pomp die shit!: ‘Blaas leven in rap, breng je terug naar de grondbeginselen, net als een breaker in de sixstep.’ De sixstep is een van de basisbewegingen in het breakdansen. De breaker maakt die beweging op de grond, dat maakt de sixstep ook meer letterlijk een ‘grondbeginsel’. Rappers blinken uit in metaforen en vergelijkingen die je op het verkeerde been zetten, en woordspelingen. Ze combineren vaak metaforen en woordspelingen, en spelen in vergelijkingen met fi-
128
Woord!
guurlijke en letterlijke betekenissen. Marco Borsato zingt in zijn nummer Rood over de liefde, die wordt verbeeld door de kleur rood. De lippen van zijn geliefde hebben die kleur ook, net als de goede wijn die ze drinken – oké, dat kan, maar rappers zouden zeggen dat ze rood staan als een brievenbus. En rappers vloeken niet als ketters, maar als rood en roze.
Fris als februari Winne noemt zichzelf ‘fris als februari’. In februari is het inderdaad meestal frisjes, maar Winne heeft het niet letterlijk koud, en hij bedoelt ook niet, meer figuurlijk, dat hij een kille persoonlijkheid heeft, maar dat hij cool is. In Dak van de wereld noemt hij zich ‘fris als een garderobe’, wat weer doet denken aan het ‘fris als een wasserette’ uit het nummer Kaapstad van Freez en Sticks. Daarbij denken we misschien aan de betekenis ‘schoongewassen’, maar ook hier gaat het eigenlijk om de stoerheid van de rappers. Ook Ome Omar heeft iets met lage temperaturen, hij is namelijk ‘cooler dan een pinguïn in een vriestas’: ijzingwekkend stoer dus. Op zijn Twitteraccount zegt hij: ‘Ik ben alles.’ Je kunt hem dus voor alles boeken, met zijn liedjes ‘over zoogdieren, over vogels, over groenten, over goedkope supermarkten maar ook over mensen djoeken op de straat’. Hij tweet voortdurend, bijvoorbeeld: ‘rt als je ook mensen volgt die zo slecht Nederlands kunnen dat het lijkt alsof ze twitteren met bokshandschoenen aan.’
Ik eis dingen als kunstschaatsen Omars ijzige praatjes doen ook denken aan het nummer Hey ya! van de Amerikaanse groep Outkast. De bekendste vergelijking uit dat liedje is Shake it Like a Polaroid Picture; schud (met je billen) zoals je met een Polaroidfoto wapperde om hem snel te laten drogen. Rapper André 3000 stelt in dat nummer de vraag: ‘What’s cooler than being cool?’ Het enige juiste antwoord luidt: ‘Ice-cold’. Niet voor niets hebben veel rappers ice in hun naam: Ice Cube, Ice-T en Vanilla Ice bijvoorbeeld, en in Nederland IJsblok. Niet omdat de heren dagelijks liters roomijs verorberen, maar vooral omdat ze cool as ice, cool als een cornetto, zijn. Faberyayo zegt in De Formule: ‘Ik eis dingen als kunstschaatsen’ – die schaatsen zijn natuurlijk ook ‘ijsdingen’.
4 • Fris als februari
129
Ook Vjeze Fur zet in ’t Gaat te fur expres een figuurlijk gebruikt woord (vers) in een tegenstelling die juist met een andere betekenis van dat woord te maken heeft: ‘Het brood is oud, maar m’n schoenen zijn vers.’ Nina schept in de single Nieuwe patta’s op over haar rapskills én over haar omvangrijke schoenencollectie: ‘Ik kom verser dan menigeen, m’n shoegame is wreed gemeen (...) in mijn kamer stapel ik dozen als in een Tetrisgame; ik blijf naast m’n schoenen lopen tot ik ze niet meer hoef te kopen.’ Nina heeft trouwens ook ‘meer maten dan Footlockerfilialen’ – en ze speelt hier met figuurlijk en letterlijk taalgebruik. De eigenschappen die verbeeld worden (cool, fris, vers) worden uitgedrukt met beelden (pinguïn/vriestas, februari, wasserette, brood, sneakers) die eigenlijk slaan op een andere betekenis van de woorden cool, fris en vers. Er zijn ook bijvoeglijke naamwoorden die in de letterlijke betekenis niet positief zijn, maar in een andere, figuurlijke betekenis wel, bijvoorbeeld dik, dat net als vet betekent dat iets geweldig, dik in orde is. Toch zegt Dio in Blijf Branden: ‘Ik lijk wel zwanger, ik word steeds dikker.’ Dik, dikker, maar ‘de dikste rapper’ is naar eigen zeggen Fresku, en ‘jullie vallen af’. Dat afvallen bedoelt hij hier ook figuurlijk, want andere rappers kunnen zich niet met hem meten in de hiphopcompetitie. Dik als Bastiaan van Schaik en Marc van der Linden, op die rapvergelijkingen zit ik nog te wachten – wat niet wil zeggen dat rappers meteen de Weight Watchers moeten bellen.
De nasi van de oma van Winne In de Great Mindstrack Hooggeleid heeft Winne het over beats, lyrics en passie. En hij gaat verder: de pen m’n libi je en mensen wensen hem dood, Kadaffi M’n ziel in dit, als ik spit is het m’n oma’s nasi Homie, de flow is kassie, wijlen, we schrijven weetje Ziek als ik kook, full blown eetze
Libi is Surinaams voor leven. Omdat er veel jaloezie in de rapgame is, wensen anderen Winnes pen dood. Bij libi denk je ook aan Li-
130
Woord!
bië, vooral omdat Winne er nog even je achter zet, en aan wijlen Kadaffi. ‘Kadaffi leefde voor Libië maar zijn eigen mensen wilden hem dood hebben. Ik leef voor hiphop maar sommige collega’s zien me liever komen dan gaan’, legt Winne uit op Great-minds.nl. De nasi van Winnes oma is soulfood, daar zit ziel in. Winne noemde zichzelf al vaker ziek. In dit nummer is hij zelfs zo ziek, legt hij op dezelfde site uit, als ‘full blown aids’, zieker wordt het niet. Ziek is ook al een oude bekende, Dio en Sef flowen zo ziek dat ‘ze dachten dat ik aids had’ en Brainpower heeft een ‘ziekelijk niveau, en het kan niet lauwer meer. Zo van heb je griep en koorts, maar bent niet verkouden meer.’
Eenvoudig als een vouwfiets Toch hoeft de extreme stoerheid van rappers niet altijd nadrukkelijk bezongen te worden, want rappers zijn naast fris, vers en ziek gelukkig ook nuchter. Jiggy Djé komt ‘droog als een boterham’. Als je droog bent, ben je rustig, en dat is weer stoer. Kraantje Pappie, een jonge rapper uit Groningen, maakte in 2013 het nummer Werkveld, waarmee hij jongeren enthousiast probeerde te maken voor het leger. In het hiphopleger of bij de hiphoplandmacht zou het hokje ‘geschikt’ in ieder geval aangevinkt worden als je droog bent. Droog heeft ook een figuurlijke betekenis, afgeleid van de letterlijke betekenis ‘zonder vocht’. In die zin kan een boterham droog zijn, maar Jiggy koppelt juist deze betekenis terug naar zijn figuurlijke droogheid. Winne houdt het ook rustig in Pomp die shit!: ‘Ik drink erop maar blijf gewoon nuchter als autochtone Nederlanders.’ Als je nuchter blijft, laat je je emoties niet zien, net zoals de echte Nederlander dat ook niet doet. Winne blijft ook als hij een drankje op heeft nuchter. Als je moeilijk bent, is dat in de hiphop vaak positief, dan ben je stoer. DuvelDuvel rapt in Iemand moet het doen: ‘Ik ben moeilijk, als Nederlands schijnt te zijn voor rappers.’ Dat geldt ook voor lastig. Nina is ‘de lastigste’, al verschijnt ze overal vriendelijk lachend. Jiggy Djé vindt zichzelf helemaal niet lastig, maar ‘eenvoudig als een vouwfiets’. Nu is een vouwfiets zelf niet eenvoudig (net als het onbewoonde eiland zelf niet relaxed is, en de oude trui niks voelt), maar wel eenvoudig uit te klappen.