VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 35 NUMMER 19 20 november 2009
‘We gaan voor 100 procent vaccinatie’ Foto: Frank Muller
Op de eerste drie prikdagen heeft 60 procent van de medewerkers uit de directe patiëntenzorg zich laten vaccineren tegen de Mexicaanse griep. ‘Wij zijn heel blij met de hoge opkomst, maar gaan voor 100 procent. Ook voor de tweede prik na drie weken’, zegt bedrijfsarts Nannet van der Geest tijdens de informatiebijeenkomst voor medewerkers op 16 november. ‘We willen voldoende handen aan het bed houden en voorkomen dat medewerkers patiënten besmetten.’ Jannie Meussen
Het aantal opnames is de laatste weken sterk toegenomen, volgens internist/infectioloog Chantal Bleeker. Ze toont de landelijke cijfers van vrijdag 13 november: in totaal 909 opgenomen patiënten, waarvan 60 procent een onderliggende ziekte had. 91 van deze patiënten heeft op de IC gelegen en 58 van hen werd beademd. In het Radboud zijn afgelopen maandag zeven kinderen opgenomen en vier volwassenen. Het onderscheid met de normale griep is dat 90 procent van de opgenomen patiënten onder de 65 jaar is. Inmiddels zijn in Nederland 22 patiënten overleden, waarvan zeven kinderen. ‘De Arbo-Milieudienst (AMD) krijgt momenteel wel honderd telefoontjes
Pagina 3 Via endoscopie nu ook inwendig opereren
Pagina 8 ‘Op vallen rust een taboe’
per dag over de Mexicaanse griep’, vertelt Van der Geest. ‘Medewerkers die niet in de directe patiëntenzorg werken, kunnen gewoon uitzieken. Wie met patiënten werkt moet naar de AMD komen voor een test. Inmiddels zijn daar 287 medewerkers getest, waarvan 50 met een positieve uitslag. Van degenen die we de laatste drie weken getest hebben, waren er 27 positief.’ Al 2250 medewerkers hebben bij het ter perse gaan van deze Radbode de eerste spuit gehaald. Van der Geest: ‘Maar we gaan voor een opkomst van 100 procent. Ook voor de tweede prik, want de eerste beschermt maar voor 40 procent. Ik durf ondanks alle indianenverhalen te beweren dat het vaccin veilig is.’ ‘Waarom mogen wij geen prik?’, vraagt een medewerker die de OK’s schoonmaakt. ‘Dat bepalen wij niet, maar minister Klink. En dat zijn alleen de zorgverleners die face-to-face-contact hebben met patiënten, want het vaccin is beperkt beschikbaar. Maar zonodig stellen we de doelgroep bij. Medewerkers bijvoorbeeld die het onderhoud doen van IC-apparatuur staan ook dicht bij patiënten. En dat geldt inderdaad misschien ook voor schoonmaakmedewerkers. We nemen het mee.’ ‘Kan een afdelingshoofd opvragen wie zich hebben laten vaccineren?’, vraagt een andere medewerker. ‘Nee, dat is medisch beroepsgeheim. Maar stel dat we in fase rood belanden, dan wordt het een ander verhaal’, zegt prof. dr. Andries Hoitsma van het Outbreak Management Team. ‘Dan kan ik me voorstellen dat medewerkers die niet beschermd zijn anders worden ingezet.’ ‘Bij ons zijn vandaag drie patiënten geopereerd, die dagen op de IC belanden. Wanneer moeten we operaties gaan uitstellen om de IC’s vrij te houden voor grieppatiënten?’, vraagt een medewerker van de OK. ‘In Groningen speelt dit nu. Ook hier liggen draaiboeken klaar. We zijn voorbereid op fase rood.’ n Zie voor meer informatie de button Grieppandemie op intranet.
Pagina 10 Met een navelstreng leukemie te lijf
UMC St Radboudconcert DINSDAG 8 DECEMBER 2009
Concertgebouw De Vereeniging, Nijmegen
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
inhoud 3
Beleid
Pers zaait onrust over gehoorschade Hoogleraar Audiologie Ad Snik vindt dat de oproer over gehoorschade door mp3-spelers wordt overdreven.
10.00 uur personeelsrestaurant: zondag 22 november, voorganger Els Groeneveld, zondag 29 november Anneke de Vries en zondag 6 december Ries van de Sande.
PAOG-Heyendael Voor nadere info: www.paogheyendael.nl.
26 november
16
Bijeenkomst Medisch-historische Club D. de Moulin ‘grieppandemie in historisch perspectief’. Tijd: 17.30 – 20.30 uur.
18 december
Over dierproeven valt nog veel te zeggen De aandacht voor de kwaliteit van dierproeven is bedroevend vergeleken met die voor de kwaliteit van clinical trials. Een debat.
Reportage
Symposium ‘Palliatieve zorg bij kinderen en jongvolwassenen’ bestemd voor huisartsen, artsen Maatschappij en Gezondheid 0-4 en 4-19 jaar, kinderartsen, artsen verstandelijk gehandicapten, artsen werkzaam in de palliatieve zorg geïnteresseerde psychologen, maatschappelijk werkenden, verpleegkundigen, nurse practitioners en paramedici. Plaats: Nijmegen.
UNIT 4 , ( b i j s c h o l i n g ) S V G Vallen kun je voorkomen Huisartsen sturen mensen vaak pas door als ze vaker zijn gevallen. Jammer, want er zijn genoeg mogelijkheden om veelvuldig vallen bij ouderen te voorkomen. Het Radboud heeft een speciale “Val- en syncope-poli”.
10
Oecumenische vieringen
Radbode-debat Tweetspreekuur; veelbelovend of hype? Twitteren met de dokter. Gynaecoloog Jan Kremer, met zijn ‘digitale-IVF-poli’ een voorloper, vindt het tweetspreekuur veelbelovend, maar heeft ook vragen.
8
15 Betoog
Patiëntenzorg Nieuwe endoscopische technieken Radboud kan nu ook via de maag en in mindere mate via de dunne darm, ingrepen uitvoeren in de buik. Een uitkomst voor ernstig zieke patiënten, voor wie een “gewone” operatie te risicovol is.
5
agenda
Onderzoek Met een navelstreng leukemie te lijf Vermeerder stamcellen uit navelstrengbloed en maak er Natural Killer cellen van, om oudere patiënten met acute myeloïde leukemie te behandelen.
Unit 4 (bijscholing) van SVG verzorgt bij- en nascholing voor medewerkers en voor externe klanten. Informatie scholingsaanbod: www.umcn.nl/svg, kies dan Bijscholing (unit 4) en daarna Scholingen.
En verder... Kunst, Agenda 2 Mensen 3 Metamorfosedag, E-Health 4 Het Moment 5 Vitaal bedreigde kind, Radboudconcert, Week van het Hulpfonds, Radboud Spoed, Rondje Heijendaal, Sponsoring KOC 6 Prijs Jelle Barentsz, Ethiek 7 Prijzen en benoemingen 11 Advertenties, Mensen 12 Master verslavingsarts, Uitingen van onvrede 13
O V ERIG 27 november Benefietdag georganiseerd door IJshockey Nijmegen, met als motto ‘Een vuist tegen kanker’. Bestemd voor kinderen die opgenomen zijn of een bezoek brengen aan de arts. De opbrengsten komen ten goede van de Stichting Vrienden van het Radboud Kinderziekenhuis. Informatie: www.ijshockeytegenkanker.com
30 november NCMLS Seminar ‘Establishing a New Therapy Paradigm for Prostate Cancer’. Spreker: prof. Chris Logothetis, Department of Genitourinary Medical Oncology University of Texas M.D. Anderson Cancer Center Houston, TX, USA. Tijd:13.00 uur in de Colloquiumkamer op de 8e verdieping van het NCMLS gebouw, route 289, www.ncmls.eu.
kunst
1 december NCMLS Seminar ‘Molecular dynamics to determine transport through Aquaporins’. Spreker: prof.dr. Bert de Groot, Computational biomolecular dynamics Group, Institute for Biophysical Chemistry, Göttingen University, Germany. Tijd:17.35 uur in de Colloquiumkamer op de 8e verdieping van het NCMLS gebouw, route 289. Informatie: www. ncmls.eu.
Kerstkaart UMC St Radboud
Nicolaas van Os, Filips de Schone, staat op de Omloop tussen het Studiecentrum en het Ziekenhuis, aan de ziekenhuiskant. Foto: Jan van Teeffelen
De bewogen liefdesrelatie tussen Filips de Schone en Johanna van Castilië is vaker het onderwerp van kunst. Zo ook voor de keramische sculptuur van Nicolaas van Os in de collectie van het UMC St Radboud. We zien een lijkwagen, waarmee de kunstenaar hun verhaal van passie tot over de dood heen tot uitdrukking brengt. Immers, toen Filips in 1506 in verdachte omstandigheden overleed, kon zijn echtgenote geen afstand van zijn dode lichaam doen. Over de wagen met vier wielen ligt een deken gespreid. Te oordelen naar de vorm die de deken aanneemt bedekt het een menselijk lichaam. Dit eindigt in een pestmasker. Zo ontstaat de suggestie niet enkel van de dood maar tevens van de ontbinding van het verborgen lichaam – zij het via een omkering, daar dergelijk masker juist door de geneesheren werd gedragen om, met kruiden erin opgeslagen, zich tegen besmetting te beschermen. Door de open bek van het
masker kunnen we naar het gelaat van Filips kijken. Werd Johanna niet berucht door haar nachtelijke optochten, waarbij ze met haar man in zijn lijkkist door Castilië trok? Af en toe moest halt worden gehouden om haar de gelegenheid te geven haar overleden man te kussen. Wat haar bezielde blijft onduidelijk. Geloofde ze dat hij al gauw uit de dood zou opstaan zoals haar was voorspeld? Of beleefde ze aldus eindelijk vat te hebben op haar ontrouwe echtgenoot? Deze bewogen episode uit het leven van Johanna, die haar de naam van ‘de Waanzinnige’ zou opleveren en haar voor de rest van haar leven in een klooster gevangen zette, wordt in het beeld van Nicolaas van Os met passende empathie en de nodige verhulling uitgebeeld. Daan Van Speybroeck
2
Ook dit jaar kunt u weer een fraaie UMC-kaart aan uw externe relaties sturen. Net als vorig jaar is er gekozen voor een kaart volledig in de Radboud huisstijl, uitgevoerd op luxe papier die sober en stijlvol tegelijk is. Op de voorkant wordt het wapen uit het UMC St Radboud logo in reliëf gestanst, een zogenaamde “präg”. Het ontwerp is gebaseerd op de kleuren goud en wit verdeeld over grote vlakken. In de binnenkant staat een aansprekende tekst met het thema “in praktijk”. Kijk op intranet voor voorbeeld en prijs. U kunt bestellen in Matrix nr. 909116.
at i ë n t e n z o r g p
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
Via endoscopie nu ook inwendig opereren De endoscopie in het UMC St Radboud maakt volop nieuwe ontwikkelingen door. Dankzij vrij nieuwe endoscopische technieken is het nu mogelijk, via de maag en in mindere mate via de dunne darm, ook ingrepen in de buik uit te voeren. Een uitkomst voor bijvoorbeeld ernstig zieke patiënten, voor wie een “gewone” buikoperatie onder algehele narcose te risicovol is.
A D D EN H E L d
De flexibele endoscoop, een buigzame slang met op de voorkant een videocamera, maakte het zo’n 25 jaar geleden voor het eerst mogelijk om via de mondholte de slokdarm, maag en 12-vingerige darm te bekijken. Of via de anus de dikke darm. Met de komst van de flexibele endoscoop (de kijkslang) werd de endoscopie bovendien aanzienlijk patiëntvriendelijker. Want halverwege de vorige eeuw moest voor zo’n onderzoek bij de patiënt nog heel voorzichtig een lange, stalen endoscoop kijkbuis naar binnen worden geschoven. Maar ook de flexibele endoscopie maakte sindsdien een stormachtige ontwikkeling door.
Radboud nu ook in staat om de dunne darm helder in beeld te brengen. Maag-darm-leverarts en hoogleraar moleculaire gastroenterologie prof.dr. Joost Drenth over deze endoscopische onderzoekstechniek: ‘Om de video-endoscoop wordt een schacht met hierop een ballon geschoven tot in de dunne darm. Daarna wordt de ballon opgeblazen en kunnen we de scoop verder opschuiven, met de ballon als houvast. Met de opgeblazen ballon wordt de darm als het ware over de scoop heen geschoven en zo kunnen we een tot nu toe onbereikbaar deel van de dunne darm goed bestuderen. Daarna laten we het ballonnetje leeglopen, schuiven we de video-endoscoop een stukje verder de dunne darm in, blazen we de ballon opnieuw op, enzovoort.’ Met behulp van deze ballon-enteroscopie is het nu voor het eerst goed mogelijk om kleine bloedingen, zweren (o.a. ziekte van Crohn) en ook kanker in de dunne darm te ontdekken én te behandelen. Volgens Drenth vooral een uitkomst voor onbegrepen bloedarmoede, bloedverlies uit de dunne darm en de ziekte van Crohn in de dunne darm.
Buíten de darm Naast de steeds verdere verfijning van de endoscopie als onderzoeksmogelijkheid, is er in Nijmegen nog een heel andere ontwikkeling gaande op het gebied van de endoscopie. Drenth: ‘Het gaat daarbij om de mogelijkheid om met een endoscoop – via de maag, en eventueel via de dunne darm - ingrepen en/of behandelingen in de buik te doen. Onze stafarts maag-darm-leverziekten Tessa Römkens heeft deze nieuwere toepassingen in het Radboud geïnitieerd. Voor ernstig zieke patiënten, die in een te slechte conditie verkeren om een gewone buikoperatie te kunnen ondergaan, kan zo’n endoscopische ingreep vaak een uitkomst zijn. De laatste twee jaar is er een start gemaakt met de behandeling van pseudocystes (met vocht of pus gevulde holtes) die ontstaan bij een acute alvleesklierontsteking. Door vanuit de maag een kleine opening richting alvleesklier te maken, kan er een verbinding worden gemaakt tussen zo’n cyste en de maag. Zo kan deze cyste in meerdere sessies worden uitgeruimd. Zónder ingrijpende buikoperatievan-buitenaf onder algehele narcose.’
Meer buikoperaties
Dr. Joost Drenth (r) en dr. Dirk de Jong
Foto: Flip Franssen
Met ballon Dankzij de komst van de flexibele kijkslang was het mogelijk om tot aan de overgang van de dikke darm naar de dunne darm te kijken. De dunne darm zélf, drie tot vijf meter lang, was tot voor kort echter niet via endoscopie te bestuderen. Recent is om die reden de videocapsule, ook wel “camerapil” genoemd, ontwikkeld. Daarmee kan de dunne darm redelijk goed worden afgebeeld. Minpunten van de videocapsule zijn echter de zogenaamde dode hoek en het feit dat er geen weefsel is af te nemen om een diagnose te stellen. Met behulp van een nog vrij nieuwe endoscopische techniek, de zogeheten enkelballon-enteroscoop, is het
De Nijmeegse maag-darm-leverarts verwacht dat in de nabije toekomst meerdere ingrepen in de buik ook via endoscopie mogelijk zijn. Hij denkt daarbij onder meer aan galblaas- en blindedarmoperaties en ook aan sommige gynaecologische ingrepen. Het onderzoek naar verdergaande, invasieve mogelijkheden van de endoscopie loopt volgens Drenth bijzonder snel. ‘Een van de remmende factoren tot nu toe is de ontwikkeling van het bijbehorende instrumentarium. Een chirurg beschikt voor elke operatie over een tableau vol instrumenten, maar wij endoscopisten hebben voor deze nieuwe ingrepen allerlei nieuwe instrumenten nodig. Bovendien vaak met een lengte van één tot anderhalve meter. Dus de industrie volgt ons op de voet.’ Drenth erkent dat de maag-darm-leverartsen zich met deze nieuwe endoscopische ontwikkelingen steeds meer op het terrein van de chirurgie gaan bewegen. Maar hij voorziet daarbij geen problemen. ‘Integendeel zelfs. Alles gaat altijd in prima overleg met onze snijdende collega-specialisten. Het is ook de bedoeling om in de toekomst meer met hen te gaan samenwerken.’ n
IJshockey tegen kinderkanker Op 27 november vindt in het Triavium in Nijmegen de benefietdag “IJshockey tegen (kinder)kanker” plaats. Hierbij wordt er geld ingezameld voor de kinderafdeling van het UMC St Radboud. Het wordt een avond met artiesten, loterijen en puck gooien met allerlei leuke prijzen. Een van de belangrijkste acties is de veiling van ijshockeyshirts van (bekende) spelers en oud-spelers, voorzien van handtekening. Bieden is al mogelijk, via onderstaande site. Mensen kunnen ook, al dan niet via een organisatie, belangeloos een prijs beschikbaar stellen voor de loterij.
‘s Avonds strijden de Romijnders Devils tegen de Tilburg Trappers in de eredivisie. Van elk kaartje gaat 2,50 euro naar “IJshockey tegen kanker”. ‘s Middags wordt een speciale ijshockeyclinic gegeven voor medewerkers van het UMC St Radboud. Er zijn nog plaatsen vrij. De opbrengst is voor het goede doel. Interesse? Neem contact op via onderstaand mailadres en geef aan wat u ervoor over heeft. Meer info over de benefietactie: www.ijshockeytegenkanker.nl,
[email protected], Jacco van de Stelt, 06-12061927. n
3
mensen Diny de Heus Per 1 oktober was Diny de Heus 25 jaar in dienst van het UMC St Radboud. Diny is doorgegroeid tot seniorsecretaresse en voert het stafsecretariaat met verve, zij is een veelzijdige medewerker die haar hand niet omdraait voor blokboeken, kwintdocumenten of managementrapportages. We kennen Diny als een betrokken en bekwaam medewerker maar vooral haar toegankelijkheid en praktische oplossingsgerichtheid maken haar tot een zeer gewaardeerde collega van wie we nog vele jaren hopen te genieten. Haar jubileum wordt in besloten kring gevierd. Anja van der Cruysen, hoofd secretariaat en administratie en Jan Boezeman, bedrijfsleider
Annie van de Welk Op 23 oktober namen wij afscheid van Annie van de Welk-ten Westenend. Na bijna 29 jaar gaat Annie met prepensioen. Zij werkte als voedingsassistente op Neurologie. Annie verruimde haar blik al heel snel. Altijd denkend hoe de service te verbeteren. Daarnaast had Annie ook veel aandacht voor de omgeving van de patiënt en voor de materiaalvoorzieningen op de afdeling. Zij was een collega met hart voor de zaak, die voor ieder probleem een oplossing zag. Wij zullen haar inzet, oplettendheid en goede ideeën zeker missen. Namens de verpleegafdeling Neurologie een hele fijne tijd toegewenst.
Henk Peters Op 16 november is Henk Peters 25 jaar in dienst van het UMC St Radboud. Henk is een graag geziene “gast” en beschikt over een gezonde portie humor. Hij laat zich eigenlijk nooit gek maken en maakt ook onder de grootst mogelijke werkdruk een ontspannen indruk, zonder overigens tekort te schieten in het opleveren van zijn product. Tot voor kort was Henk altijd onze “materiële vaste activa” man. Sinds kort is Henk als projectcontroller werkzaam bij de unit Projectadministratie en heeft zich daar al zeer verdienstelijk gemaakt bij het ondersteunen van de Productgroep ICT. Ik hoop nog lang met Henk door één deur naar binnen te kunnen gaan en wens hem en zijn familie nog heel veel geluk en succes toe. Namens de Productgroep Financiën & Administratie Rob van der Laan, Hoofd Unit Projectadministratie
Gemma Vissers-Engel Op 1 december verlaat Gemma Vissers-Engel de IC H20 vanwege haar pensioengerechtigde leeftijd. Tegelijkertijd is Gemma dan 25 jaar in dienst van de RU. Zij vervulde verschillende functies: laborante, verpleeghulp en secretaresse. Ook de laatste functie heeft zij met veel enthousiasme opgepakt. Gemma was altijd betrokken bij de patiënt, zijn familie en haar collega’s. Zij heeft voor iedereen een luisterend oor en is integer. Wij feliciteren Gemma van harte met haar jubileum en bedanken haar voor haar jarenlange inzet en samenwerking. Wij wensen haar een goede tijd toe, waarin zij nog veel mooie reizen mag maken en heerlijk kan genieten van haar kleinkinderen. Namens alle collega’s van afdeling H20, Stephanie Kaalberg, hoofdverpleegkundige H20.
Dorothé Bosman Per 1 december verlaat Dorothé na vele jaren het UMC St Radboud vanwege de pensioengerechtigde leeftijd. Zij startte de opleiding voor verpleegkundige in 1965! Dorothé maakte een uitstap naar Tenerife, Amsterdam, Den Bosch om vervolgens weer op het oude nest terug te keren! De meeste jaren bracht Dorothé door op de Dialyseafdeling, waar haar hart bovenal bij de directe patiëntenzorg lag. Die geeft zij de allerbeste zorg, zij strijdt er voortdurend voor dat er geen tijd beknibbeld wordt op die patiëntenzorg. Een “pleeg” pur sang! De patiënten zijn haar dankbaar! Als mens kon zij vanuit haar spirituele interesse collega’s inspireren. Dat zal gemist worden! Zij ziet uit naar de tijd dat zij geheel zelf haar tijd kan indelen en kan gaan genieten van de dingen in het leven die zij zinnig en leuk vindt! Op 3 november hebben wij afscheid van haar genomen! Namens het dialyseteam Suus van Neerven, Werkplekmanagement
Meer Mensen op pagina 14
p a t i ë n t e n z o r g
‘Metamorfosedag geeft schisispatiënten zelfvertrouwen’ Op 4 november is de Niek de Jong Prijs uitgereikt. De organisatie Zorgverzekeraars Nederland kent deze prijs toe voor het beste “goed nieuws in de gezondheidszorg”. Tweede hierbij werd de “Metamorfosedag” voor jongeren met schisis, een initiatief van Marjan Nijhuis-Kloen, verpleegkundig consulent in het UMC St Radboud. Op deze dag krijgen pubers met schisis een complete make-over. Hans Wiegel, voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland, overhandigde Marjan Nijhuis-Kloen de cheque à 2.500 euro. De eerste prijs (een cheque van 10.000 euro) ging naar Stichting Stomaatje. ‘Ik ben er erg trots op dat we uit de ruim zeventig inzendingen de tweede plek hebben veroverd’, zegt Nijhuis-Kloen. ‘In 2003 zijn we gestart met de “Metamorfosedag”. Sindsdien is het een groot succes bij patiënten.’
Glamour De metamorfosedag wordt georganiseerd door de patiëntenvereniging BOSK. Bedenker is Nijhuis-Kloen, verpleegkundig consulent in het UMC St Radboud. Op de metamorfosedag zijn jongeren tussen 13 en 18 jaar met schisis (hazenlip) op een positieve manier met hun uiterlijk bezig. Op deze dag, die plaatsvindt op de Hogeschool Utrecht bij de opleiding voor huidtherapie, krijgen de jongeren een complete make-over. ‘Pubers bekommeren zich veel om hun uiterlijk. Door hun hazenlip kampen schisispatiënten met een laag zelfbeeld’, vertelt Nijhuis-Kloen. ‘Op de metamorfosedag leren we ze anders naar zichzelf te kijken. Ze worden gestyled door een visagist en een kledingstylist. Leco van Zadelhoff, Nederlands bekendste visagist, doet bijvoorbeeld mee. De pubers mogen nieuwe kleren aantrekken én houden. Ze krijgen tassen en andere modeaccessoires. Littekens worden gecamoufleerd. Er wordt een glamourfoto van ze gemaakt. Het is ontzettend leuk om te zien hoe deze jongeren zo meer zelfvertrouwen uitstralen. Ze krijgen tips hoe ze zichzelf mooier kunnen maken. Hopelijk heeft de metamorfosedag daardoor
Marjan Nijhuis-Kloen: ‘Door hun hazenlip kampen schisispatiënten (pubers) met een laag zelfbeeld.’ Foto: Jan van Teeffelen
ook langer effect.’ Daarnaast komen ze in contact met andere pubers met schisis, waardoor ze ervaringen met schisis kunnen delen. Met het prijzengeld willen de organisatoren de metamorfosedag ook mogelijk maken voor andere jongeren met een handicap. ‘Dit kan ook succesvol zijn
voor jongeren met brandwonden’, aldus Nijhuis-Kloen. ‘Maar het moet nog besproken worden hoe het geld precies wordt besteed. Volgend jaar willen we sowieso weer een metamorfosedag organiseren. Dan vieren we het eerste lustrum. Het liefst met een catwalk, zodat de pubers echt kunnen pronken met hun nieuwe look.’ GM
Digitale zorg voor patiënten met psoriasis De afdelingen Dermatologie en Medische Psychologie doen onderzoek naar digitale zorg voor patiënten met psoriasis. Door middel van e-coaching leren deze patiënten om te gaan met de dagelijkse problemen van hun huidaandoening. Patiënten zijn tot dusver erg tevreden over de behandeling via het web.
patiënt eerst het kleinste doel nastreeft. Bijvoorbeeld naar een supermarkt gaan, terwijl de huid zichtbaar aangedaan is. De patiënt mailt met zijn psycholoog hoe dit en de vervolgstappen verlopen.’
30 tot 40 procent van de psoriasispatiënten ervaart sterke belemmeringen door hun huidaandoening. ‘Omdat psoriasis erg zichtbaar is, durven mensen soms de deur niet meer uit’, vertelt klinisch psycholoog Andrea Evers. ‘Daarnaast hebben veel patiënten last van jeuk, krabgedrag en vermoeidheid. Ook moeten ze de dagelijkse huidverzorging integreren in hun leven.’ De afdelingen Dermatologie en Medische Psychologie zijn een onderzoek gestart, waarin ze digitale zorg aanbieden aan psoriasispatiënten. Deze e-health-behandeling loopt volgens de cognitieve gedragstherapie. Stapje voor stapje leren patiënten hoe ze met bepaalde problemen om kunnen gaan. ‘Bij de intake stellen we vast welk probleem een patiënt wil aanpakken’, zegt Evers. ‘Dat kan bijvoorbeeld het vertonen in het openbaar zijn. We stellen dan een programma op, waarbij de
Patiënten zijn geïnterviewd over de mogelijke voor- en nadelen van de e-health-behandeling. 78 procent gaf aan dit te willen volgen. Als voordelen noemen ze dat ze geen reistijd hebben en niet in de wachtkamer hoeven te zitten. Ze kunnen thuis de behandeling volgen op een moment dat dit het beste uitkomt. Als mogelijke nadelen noemen ze dat ze de hulpverlener niet zien en dat er computerervaring voor nodig is. Hoe men de behandeling daadwerkelijk ervaart, daar loopt momenteel een studie naar. ‘Tot dusver zijn patiënten erg tevreden. Uit studies bij andere chronische aandoeningen blijkt zelfs dat voor dit soort digitale behandelingen minder sessies nodig zijn dan bij een reguliere behandeling’, aldus Evers. ‘Een verklaring is dat je in mailcontact meer gefocust bent op het doel van de behandeling. Face-to-face ben je mogelijk meer
Meer gefocust
4
tijd kwijt aan minder relevante zaken. Ook hebben sommige patiënten vanachter de pc minder schaamte voor hun problemen. Verder haal je de behandeling uit de ziekenhuissfeer. Iemand voelt zich daardoor minder patiënt en kan het geleerde meteen toepassen in het dagelijks leven.’ Hoe wordt het gemis aan face-to-face-contact opgevangen? Evers: ‘Bij de intake zien patiënt en hulpverlener elkaar wel echt. Ze weten dus wie ze voor ogen hebben in de behandeling. Daarnaast hoeft mailcontact niet minder persoonlijk te zijn. Voor mensen die het faceto-face-contact toch missen, willen we bijvoorbeeld het e-coaching combineren met reguliere afspraken.’ De studie is onderdeel van wetenschappelijk onderzoek. Ook de digitale zorg voor mensen met reumatoïde artritis maakt hier deel van uit. Uit dit onderzoek zal blijken of het e-health-programma kosteneffectief is en tot de reguliere zorg zal behoren, als onderdeel van de digitale polikliniek voor psoriasis die binnenkort start op de afdeling Dermatologie. GM
i n t e r v i e w
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
Tweetspreekuur: veelbelovend of hype?
het moment
Twitteren met de dokter. Huisarts Erik Jansen begon, samen met anderen, het tweetspreekuur. Gynaecoloog prof. Jan Kremer, met zijn ‘digitale-IVF-poli’ een voorloper, vindt het tweetspreekuur ‘veelbelovend’. Maar heeft ook vragen.
In deze rubriek vertellen medewerkers over een bijzondere ervaring tijdens hun werk in Het UMC St Radboud. Dit keer een verhaal van internist Luuk Hilbrands.
Hélène van Beek
Het eerste in Nederland. Zo is het tweetspreekuur, een medisch spreekuur op internet, ruim een maand geleden gelanceerd. Twitteraars kunnen op het tweetspreekuur (op internet) aan diverse dokters in ‘tweets’ ofwel korte teksten vragen stellen over hun gezondheid. Volgens de Nijmeegse huisarts Erik Jansen, een van de initiatiefnemers, is daar behoefte aan. ‘De dokter als adviseur. We geven geen consulten, geen bindende adviezen maar wel een richting aan. Vergelijk het met de dokter op een verjaardagsfeestje. Die krijgt altijd vragen. Het grote voordeel van ons spreekuur is dat het laagdrempelig is. Mensen kunnen op vrij gemakkelijke manier hun vragen stellen.’ Het spreekuur ontstond ook op z’n ‘twitters’. Jansen
tische vragen beantwoorden of uitslagen doorgeven, kan goed via internet. Kremer vraagt zich wel af wat de voordelen zijn van twitter ten opzichte van e-mail. ‘Want een tweet is maximaal 140 tekens.’ ‘Het korte, de snelheid is juist de kracht’, stelt Jansen. ‘En openbaarheid. Twitter is een sociaal netwerk. Je haalt wat en je brengt wat. Anderen kunnen alle links zien die ik over een bepaald onderwerp geef.’ Maar dikwijls werkt tweeten niet, beaamt Jansen: ‘Dan suggereer je ze via “direct message”, onder vier ogen, verder te gaan. En heel vaak verwijs ik iemand toch door naar de huisarts. Die persoon is dan wel al goed geïnformeerd.’ Momenteel komen er vooral vragen binnen over de Mexicaanse Griep. ‘Heel geschikt voor het tweetspreekuur. Mensen maken zich zorgen. Mijn antwoorden zijn voor iedereen zichtbaar’, zegt Jansen. En over SOA,
Band ‘Ik liep niets vermoedend naar de kamer van mijn collega, om iets te vragen en trof haar languit op de vloer. Ik schrok me wezenloos. Ze had nog pols en ze ademde, maar ik zag dat het ernstig was en haalde er meteen collega’s bij. We hebben een brancard van de Spoedeisende Hulp laten komen en ik heb haar mee weggebracht. Vanuit je vak ben je wel gewend aan kritieke situaties. Ik raakte niet in paniek, maar als het om een collega gaat roept het toch heel andere reacties op. Ik was opgelucht dat ik haar kon overdragen aan collega’s op de Spoedeisende Hulp en niet meer verantwoordelijk was. Dat ken je niet van jezelf. Maar een collega in een kritieke situatie is veel ingrijpender dan een patiënt. Uit het onderzoek op de Spoedeisende Hulp bleek dat ze een grote hersenbloeding had met een zeer slechte prognose. We moesten familie bellen. Maar wie? Ze was alleenstaand en privé kende ik haar niet goed. Dan kom je in een situatie dat je moet zoeken in haar spullen naar namen en telefoonnummers. Ze was niet overleden en toch maakten wij al inbreuk op haar privacy door te snuffelen in haar agenda. Dat voelt naar. Het afdelingshoofd wist gelukkig met welke familie zij het meest contact had. Die hebben we toen gebeld.
‘Ik was opgelucht dat ik haar kon overdragen en niet meer verantwoordelijk was’ Erik Jansen: ‘Anderen kunnen alle links zien die ik over een bepaald onderwerp geef.’ twitterde met een bekende, de basisarts Bart Brandenburg, over een foto van een vriend met huidklachten. Jansen: ‘Zo zijn we over het spreekuur aan het filosoferen geslagen.’ Al snel kwam ook de arts en “Zorg ICT-er” Flip van Dijk er bij. ‘Die kenden we niet. Dat is weer de kracht van Twitter. En nu doet ook een apotheker mee.’ Pas een week voordat het tweetspreekuur de lucht in ging, ontmoetten de initiatiefnemers elkaar “in het echt”. Alle eerdere vergaderingen gingen via twitter. Meteen na de presentatie van het tweetspreekuur liep het storm, aldus Erik Jansen. ‘Inmiddels is de hype er wel een beetje af . Dat is maar goed ook. Want het twitteren doe ik tussendoor.’
Privacy Prof. dr. Jan Kremer, de gynaecoloog die jaren geleden al het digitale IVF-poli opzette in het UMC St. Radboud, noemt het tweetspreekuur een goed initiatief. ‘Twitter is een veelbelovend communicatiemiddel. Het is interessant dat ze daarmee experimenteren. Maar ze moeten het wel wetenschappelijk opzetten. En ik vind dat ze ook moeten evalueren. Het is jammer als deze informatie verloren gaat.’ Toch vraagt Kremer zich af of dit niet een hype is. ‘Als je het doet, moet je het goed doen.’ Hoe zit het met de dossiervorming en met de privacy, wil Kremer weten. Jansen stelt gerust. ‘Dat is allebei goed geregeld. Sterker nog: elke patiënt kan zelf bij zijn dossier.’ Ook moet helder zijn wat via het tweetspreekuur kan, en wat niet, vindt Kremer: ‘Echt belangrijke dingen dienen in de spreekkamer te gebeuren. Maar bijvoorbeeld prak-
Foto: Frank Muller
Seksueel Overdraagbare Aandoeningen. ‘Ook dit werkt goed. Mensen schamen zich om hiermee naar hun eigen huisarts te gaan. SOA valt via internet ook goed te beoordelen.’
Experiment Jansen noemt het tweetspreekuur inderdaad een experiment, waarbij de privacy goed wordt bewaakt en alle berichten worden bewaard. En natuurlijk wordt er geëvalueerd, stelt de ondernemende huisarts. ‘Ik moet met cijfertjes komen, anders ben ik niet goed bezig. We moeten erachter komen hoe we de zorg beter kunnen aansluiten aan de behoefte van de patiënt.’ En daar vinden huisarts en gynaecoloog elkaar helemaal. Kremer: ‘We komen in een nieuwe wereld terecht: Zorg 2.0. De zorg wordt steeds minder gestuurd door aanbieders en steeds meer door patiënten. Dat is participerende geneeskunde. De patiënt staat meer aan het roer.’ Volgens Kremer kampt de zorg nu namelijk met drie grote problemen. Financiële tekorten, krapte op de arbeidsmarkt. En met een vertrouwenscrisis. ‘De patiënt vertrouwt de arts steeds minder. Mensen lopen toch argwanend het ziekenhuis binnen. Dat vraagt niet om kleine, maar om grote veranderingen. Het draait nu niet meer om de dokter, om macht, maar om de patiënt. We kunnen 21ste eeuwse problemen niet oplossen met de 19de eeuwse infrastructuur van het klassieke arts-patiënt-consult. In plaats van contact in fysieke gebouwen, gaat steeds meer via internet. Daar moeten we echt in investeren. En daar past ook dit tweetspreekuur in.’ n
5
Als internisten bij Nierziekten dachten wij ook meteen aan orgaan- en weefseldonatie. Was zij donor? We wisten het aanvankelijk niet zeker. In principe kwam ze daar wel voor in aanmerking. Later werd door haar familie bevestigd dat het haar uitdrukkelijke wens was om na overlijden te doneren. Zij is dezelfde dag nog overleden. Ik heb haar spreekuur een tijd overgenomen en dat was heel bijzonder. Ik zag welke gevoelens patiënten voor een dokter kunnen koesteren. Ze werd door patiënten op handen gedragen, dat wist ik, maar zag het op het spreekuur met eigen ogen. Patiënten waren helemaal van slag van haar dood. Ik realiseerde me toen hoe belangrijk het voor patiënten kan zijn dat ze een band met hun arts hebben. Sommigen kenden haar al twintig jaar en beschouwden haar als een soort moeder. Indrukwekkend. Grappig was de reactie van een oudere patiënt: “Dit is nu de tweede keer dat ik een dokter overleef. Eerst dokter Wijdeveld en nu dokter Rosier.” Hij keek me peilend aan en zei: “Ik ben bang dat ik het deze keer niet zal redden”.’ Nelleke Dinnissen
i n b e d r i jf
UMC St Radboudconcert DINSDAG 8 DECEMBER 2009
Concertgebouw De Vereeniging, Nijmegen
ENTREEK A A RT E N Op vertoon van uw personeelspas of collegekaart kunt u
vanaf maandag 23 november maximaal 2 entreekaarten
halen bij de recepties van de Hoofdingang, Ingang Oost, Ingang Tandheelkunde en
PROGRAMMA
Gordon Jacob - Old Wine in New Bottles
Gerald Finzi - Klarinetconcert
Johannes Brahms - Tweede Symfonie
het Studiecentrum.
ook dat medewerkers door financiële problemen in het arbeidsproces uitvallen.’ Elfhonderd donateurs op veertienduizend medewerkers is bedroevend weinig, vindt Rozendal. Daarom heeft het Hulpfonds de week van 23 november uitgeroepen tot de week van het Hulpfonds. ‘Dan staan wij gedurende de middagpauzes bij de Personeelsrestaurants en kunnen medewerkers met één druk op de knop donateur worden. Ik denk dat het geen onwil is dat er maar weinig donateur zijn, velen weten niet van ons bestaan. Probleem is ook dat medewerkers ons verwarren met de Personeelsvereniging. Ze denken dan: daar ik ben ik toch al lid van? Dat is dan niet zo. Jammer, want met meer geld in de pot kunnen wij meer medewerkers helpen.’ ND Donateur worden kun je ook via een aanmeldformulier op www.hulpfondsradboud.nl
Op dinsdag 8 december kunnen medewerkers, studenten en vrijwilligers weer genieten van het jaarlijkse Radboudconcert in De Vereeniging.
Tv-serie
Het Nijmeegs Studentenorkest brengt een repertoire met werken uit de Romantiek en presenteert een bijzonder concert van blazers. Een warme aanvulling op de avond brengt klarinettist Jasper Grijpink. Hij zal soleren met begeleiding van tientallen strijkers van het Studentenorkest. Grijpink heeft optredens verzorgd bij The Amman Symphony Orchestra (Jordanië) en het Residentie Orkest. Hij vertolkte werken van onder
Opnames Radboud Spoed starten
Traditiegetrouw sluit de Raad van Bestuur graag het jaar af met een muzikale traktatie. Op dinsdag 8 december kunnen medewerkers, studenten en vrijwilligers weer genieten van het Radboudconcert in De Vereeniging. Alle medewerkers zijn van harte welkom. Op vertoon van personeelspas of collegekaart zijn vanaf maandag 23 november gratis maximaal twee entreekaarten te halen bij de recepties van de Hoofdingang, Ingang Oost, Ingang Tandheelkunde en het Studiecentrum. JvdL
Op 23 november starten de opnames van een nieuwe reeks Radboud Spoed, de tv-serie waarin de acute zorg van het UMC St Radboud en de regio centraal staat. Ook de ambulancedienst en de traumaheli komen daarbij in beeld. Er worden vijftien afleveringen gemaakt om in 2010 uitgezonden te worden bij TV Gelderland. ‘Uit de kijkcijfers blijkt dat er veel belangstelling voor is. De vorige serie is gemiddeld door 230 duizend huishoudens bekeken, terwijl TV Gelderland een bereik heeft van 350 duizend huishoudens’, zegt Mariska Boshoven, persvoorlichter UMC St Radboud. De serie biedt wederom een kijkje in de Radboud keuken, met een prominente rol voor de Spoedeisende Hulp. ‘We willen onze SEH in haar volle breedte tonen, van ongevalslachtoffer tot hartinfarct, van botbreuken tot ernstige longontsteking’, zegt afdelingshoofd Michael Edwards. ‘We zijn absoluut niet uit op sensatie, wel om met diepgang het werk binnen een SEH voor het voetlicht te brengen.’ GM
Hulpfonds
Tennistoernooi
Iedereen kan plots in financiële nood verkeren
Kinderen met kanker
meer Krommer, Mozart, Stamitz en Copland. Het wordt dus een bijzondere avond.
U bent van harte welkom!
‘Draagt elkanders lasten’; uit dit idee is het Hulpfonds geboren’, zegt voorzitter Diny Rozendal. ‘Mooier kan toch niet, dat medewerkers solidair zijn met hun collega’s en elkaar helpen in geval van nood.’ Het Hulpfonds fungeert eigenlijk als een soort secundaire arbeidsvoorwaarde, meent Rozendal. Medewerkers die in financiële problemen raken kunnen hier aan kloppen. Zij krijgen wel eerst een intakegesprek. Dan wordt gekeken naar de reden van de financiële problemen. ‘Iemand die bij ons komt moet wel met de billen bloot’, aldus Rozendal. ‘Wij zijn geen “goedkope bank van lening”, waar iedereen zomaar geld kan lenen. We kijken dus wel naar het uitgavepatroon en in een aantal gevallen adviseren wij mensen hierin. Eigenlijk zien we liever dat iemand te vroeg komt, dan te laat en daardoor al enorme schulden heeft opgebouwd. Want gaat het om enorm grote bedragen, dan kunnen wij niet helpen en moeten wij mensen doorsturen naar de Gemeentelijke Kredietbank of de Schuldhulpverlening van de Gemeente.’ Het Hulpfonds verstrekt in bijna alle gevallen een renteloze lening. Er wordt gekeken in hoeveel termijnen een medewerker het geleende bedrag kan terugbetalen door inhouding op het salaris. Het Hulpfonds bestaat uit donaties van medewerkers van het UMC St Radboud en de Radbouduniversiteit. Afhankelijk van het salaris varieert de donatie tussen de 50 cent en 3 euro per maand. Momenteel heeft het Hulpfonds zo’n elfhonderd donateurs. Ook de Raad en het College van Bestuur deden de afgelopen jaren een duit in het zakje. Maar Rozendal vindt dat op de eerste plaats medewerkers zelf het Hulpfonds bestaansrecht zouden moeten bieden door donateur te worden. ‘Iedereen kan door onvoorziene omstandigheden, zoals een overlijden, scheiding, langslepende juridische procedures of faillissement van de partner, in problemen komen. Dat gebeurt van hoog tot laag. Het is niet prettig om dan bij de leidinggevende of een collega te moeten aankloppen.’ Het fonds voorkomt
Tennisvereniging Smash speelde in de herfstvakantie voor het Kinder Oncologisch Centrum van het UMC St Radboud. ‘Ondanks de recessie, haalden wij tijdens het toernooi 5000 euro op voor het KOC’, vertelt Christien Hoitsma, organisator van deze sponsoractie. ‘We deden dit in samenwerking met Vrienden van het KOC, die de belangen van patientjes met kanker en hun gezinnen behartigen. Zij zijn afhankelijk van donaties en sponsoring. Ook de loterij bracht dit jaar veel geld op. Wij waren erg trots op het bedrag en de Vrienden van het KOC waren er erg blij mee.’ ND
Verkeersoverlast
Philips van Leijdenlaan Vanaf 23 november is de Philips van Leijdenlaan afgesloten voor doorgaand verkeer en gesloten aan de zijde van de Kapittelweg. De hoofdingang, parkeervoorzieningen en gebouwen van het UMC St Radboud blijven bereikbaar. Autoverkeer naar de hoofdingang rijdt aan via het Geert Grooteplein zuid en verlaat het terrein via Geert Grooteplein Noord. De parkeerplaats voor medewerkers blijft ook bereikbaar (uitsluitend voor
6
medewerkers). Meer informatie en een tekening staan op intranet. Sinds 2 november is ook de Erasmuslaan afgesloten voor doorgaand verkeer. Alle gebouwen en afslagen aan de Erasmuslaan zijn bereikbaar, maar alleen via de St. Annastraat (en niet vanaf de Heyendaalseweg). Vanaf 17 november is de Heyendaalseweg weer aan twee zijden bereikbaar en open. Lijnbussen gaan vanaf 23 november staduitwaarts via de ventweg van de St. Annastraat en stadinwaarts via de St. Annastraat. De bushaltes aan de Philips van Leydenlaan en Erasmuslaan komen tijdelijk te vervallen en daarvoor in de plaats komen er bushaltes op de hoek met de Kastanjelaan en stadinwaarts op de St. Annastraat. Fietsers kunnen via het Mercatorpad achter de Universiteitsbibliotheek langs naar de Heyendaalseweg toe. Fietsers die vanaf de Heyendaalseweg komen, kunnen ter hoogte van het Gymnasion oversteken. Naar verwachting is het werk aan de Erasmuslaan en de Philips van Leydenlaan in het voorjaar van 2010 klaar. Actuele informatie en de planning vindt u op www.umcn. nl/werkzaamheden. JvdL
Vitaal bedreigd kind
Met één druk op de knop staat basisteam paraat
Voortaan staat met één druk op de knop binnen vijftien minuten een compleet team op de Spoedeisende Hulp paraat voor de opvang van vitaal bedreigde kinderen. ‘Vaak krijgen we een melding dat er een vitaal bedreigd kind in aantocht is’, vertelt SEH-verpleegkundige Monique Vermaas. ‘De huisartsenpost meldt bijvoorbeeld een kind aan met een septische shock, of de meldkamer waarschuwt dat er een kind aankomt dat een knikker heeft ingeslikt. De triageverpleegkundige gaat dan direct de noodzakelijke hulpverleners bellen die snel naar de SEH moeten komen.’ Het komt ook voor dat ouders spontaan met een kind op de arm binnenlopen. ‘Het kind happend naar adem en een asgrauwe kleur, veroorzaakt door een luchtweginfectie of bijvoorbeeld in een shocktoestand door uitdroging. Ouders hebben vaak niet in de gaten hoe zorgelijk de situatie is, terwijl wij ons rotschrikken.’ ‘Het duurt dan even voordat de hulpverleners op de SEH arriveren, terwijl elke minuut telt. Kinderen hebben minder reserves en glijden sneller af dan volwassenen’, vertelt kinderintensivist Carin Verlaat. Daarom is er naast de knoppen voor reanimatie en traumazorg, een rode alarmknop toegevoegd voor deze patiënten. Vermaas: ‘Bij een niet-pluisgevoel kunnen we met één druk op de knop het hele oproepcircus in gang zetten. De dienstdoende artsassistenten bellen de achterwacht, die laten alles uit hun handen vallen en binnen vijftien minuten zijn kinderintensivist, kinderanesthesist, kinder- en SEH-arts beschikbaar.’ Er is een knop in het kantoor bij de SEH-wachtkamer, maar ook één in de traumakamer. Want soms blijkt pas tijdens de behandeling dat het kind er slecht aan toe is.’‘Na twintig oproepen kijken we hoe de ervaringen zijn’, vertelt Verlaat. Bijkomstig voordeel is volgens haar dat de multidisciplinaire samenwerking al bij de voorbereidingen sterk is verbeterd. ‘We gaan teamoefeningen organiseren en interdisciplinaire protocollen schrijven om de werkwijzen op elkaar af te stemmen. De SEH is bijvoorbeeld niet ons eigen terrein. Het is dan wel handig als je weet waar alle spullen liggen.’ Tot besluit zegt ze: ‘Af en toe zal het team voor niks komen. Maar dat nadeel weegt niet op tegen de winst wanneer je wél op tijd bent.’ JM
erhaal v
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
Onderzoeksprijs Jelle Barentsz
Foto: Frank Muller
Op 24 november ontvangt prof.dr. Jelle Barentsz uit handen van minister Plasterk en in het bijzijn van koningin Beatrix de Koningin Wilhelmina Onderzoeksprijs. Net als zijn vijf medeprijswinnaars ontvangt Barentsz twee miljoen euro waarmee hij zijn onderzoek naar het inzetten van de MRI bij diagnostiek en behandeling van prostaatkanker verder kan uitbouwen. M a r t e n D oop e r
Oké, hij staat zelf op 24 november in de schijnwerpers en zijn naam staat als hoofdaanvrager bij de prijs vermeld, maar Jelle Barentsz ziet het toch vooral als een prestatie van zijn hele team, stelt hij met nadruk. ‘Het is als bij het voetballen. Het team wint waarna de aanvoerder op de schouders wordt gehesen en de beker mag vasthouden. Ik voel mij bevoorrecht dat ik er op 24 november mag staan namens het hele team.’ De Koningin Wilhelmina Onderzoeksprijs, op de Spinozapremie na de grootste individuele onderzoeksprijs in Nederland, is overigens al vorig jaar aan Barentsz en zijn groep toegekend. ‘We maken ook al volop gebruik van het geld. KWF Kankerbestrijding heeft nu besloten om de zes laureaten van vorig en dit jaar in één keer gezamenlijk in het zonnetje te zetten. Om ook alle donateurs en collectanten te kunnen laten zien waar de opgehaalde euro’s aan worden besteed.’ In het geval van Barentsz is dat het
ethiek Veiligheid, verwarring en vertrouwen Het nieuws van de afgelopen weken en maanden wordt beheerst door twee zaken: de Mexicaanse griep en de financiële crisis. In beide gevallen is er sprake van een bedreiging van de veiligheid. De griep bedreigt onze gezondheid, de financiële crisis bedreigt de economie. Vlak voor de zomer legde minister Klink al een verband tussen beide zaken. Hij stelde toen dat het herstel van de economie gevaar kon lopen bij een grote griepepidemie, reden om voor alle Nederlanders een vaccin te bestellen. Verder lijken de crisis in de gezondheid en die van de economie zich onafhankelijk van elkaar te ontwikkelen, behalve dan dat de media ons dagelijks onthalen op verontrustende feiten en gebeurtenissen. Veiligheid is een een belangrijke sociale waarde met wellicht biologische wortels. Tegenwoordig maakt die waarde een hyperbolische groei door. Na de val van de Berlijnse muur is de externe politieke dreiging als motor voor het streven naar sociale veiligheid grotendeels weggevallen. In plaats daarvan
verbeteren van de diagnostiek en behandeling van prostaatkanker. ‘Bij de diagnostiek van prostaatkanker spelen de meting van PSA, een prostaat specifiek eiwit in het bloed, en het beoordelen van een biopt uit de prostaat nog altijd de hoofdrol. De praktijk wijst echter uit dat daarmee vaak geen betrouwbare informatie is te verkrijgen over de agressiviteit van de tumor, de mate van uitgroei ervan in het omringende weefsel en het al dan niet uitgezaaid zijn van de tumor. Met als gevolg dat de patiënt niet altijd de behandeling krijgt die het beste bij zijn tumor past. De afgelopen jaren hebben we in Nijmegen diverse technieken ontwikkeld waarbij we met behulp van MRI nauwkeurig de plaats en omvang van de tumor in kaart kunnen brengen en met grote zekerheid kunnen zien of er sprake is van uitzaaiingen. De Koningin Wilhelmina Onderzoeksprijs gebruiken we nu om deze technieken nog verder te ontwikkelen zodat we nog meer informatie over de tumor uit de MRIbeelden kunnen halen. Bijvoorbeeld ten aanzien van de agressiviteit van de tumor. Daarnaast werken we eraan
wordt de samenleving nu in toenemende mate van binnenuit onveilig. Bijna zeshonderd jaar was het bankwezen de manier om geld voor de toekomst of voor nieuwe plannen veilig weg te bergen. De laatste vijftig jaar is de gezondheidszorg de instelling geweest die de bevolking behoedt voor de onveiligheid van epidemieën. Beide bakens voor een veilig bestaan zijn in het afgelopen jaar fors op drift geraakt. Terwijl het externe gevaar bezworen kon worden met militair en politiek
machtsvertoon, lijkt tegen deze gevaren van binnenuit nog geen verweer voorhanden. De verwarring grijpt om zich heen, eerst bij de financiële crisis en nu ook bij de griepepidemie. Het is gemakkelijk om de media of de politiek te verwijten dat zij de verwarring veroorzaken door tegenstrijdige berichtgeving. De verwarring in de berichtgeving moet ons juist aan het denken zetten. Waarom laat de politiek de bestrijding van de griep niet
7
deze technieken geschikt te maken voor routinematig gebruik in de kliniek.’
Knelpunt zorg Dat laatste is overigens niet alleen een kwestie van onderzoek doen, maar ook van organisatie. Barentsz: ‘Mijn grootste frustratie momenteel is dat we de methoden die wij nu ontwikkeld en gevalideerd hebben, niet kunnen toepassen bij iedere man met een verdenking op prostaatkanker. Dat is voor een deel te wijten aan de organisatie van de zorg in Nederland, met name het DBC-systeem. In de DBC voor prostaatkanker is onvoldoende ruimte om de patiënt door te verwijzen naar de radioloog. Ook is het middel waarmee wij met de MRI uitzaaiingen kunnen opsporen, nog steeds niet toegelaten tot de markt. Tijdens een ronde tafeldiscussie met vertegenwoordigers van allerlei betrokkenen, zoals ziektekostenverzekeraars, ziekenhuizen, de overheid en patiëntenverenigingen, die ook op 24 november plaatsvindt, zal ik deze knelpunten op tafel leggen.’ Barentsz hoopt van de dag niet alleen een feestdag te maken, maar ook een dag waarop deskundigen met elkaar de maatschappelijke discussie aangaan over het daadwerkelijk toepassen van innovaties in de zorg. ‘Pas als dat gebeurt, zorg je ervoor dat mensen die een donatie aan KWF Kankerbestrijding doen er uiteindelijk ook iets voor terugkrijgen. Betere zorg en een grotere kans op genezing.’ n
over aan de instanties die daar al jarenlang mee omgaan? Wat en wie zorgt ervoor dat wij bijna dagelijks worden opgeschrikt door nieuwe meldingen van sterfgevallen, vooral kinderen, zonder dat wij ons bekommeren om hun familie en nabestaanden? De rouw om de gestorven Duitse voetbalkeeper werd prominent uitgezonden, maar welke compassie hebben wij met degenen die een kind of een familielid aan de griep hebben verloren? Wat is er met ons aan de hand dat wij dat leed veronachtzamen? In Chili kwam de Mexicaanse griepgolf in juni en juli toen het daar winter was. Alle verloven van de zorgverleners werden opgeschort. Chili is geen rijk land en anti-griepmiddelen zijn daar duur. Een vaccin was niet voorhanden. Met elkaar moesten de mensen aan het werk om te voorkomen dat er veel slachtoffers vielen. Uiteindelijk zijn er zo’n 165 mensen aan de griep overleden, evenveel als in andere jaren. Ook daar was een gevoel van onveiligheid geweest, maar mij viel in een gesprek met twee artsen op dat zij, ondanks de economische problemen, vertrouwen hadden bewaard in hun deskundigheid en de mogelijkheid om met elkaar patiënten veiligheid te bieden. Het land had dat vertrouwen gedeeld. Is dat vertrouwen bij ons misschien verdwenen ondanks alle veiligheidsmaatregelen? Evert van Leeuwen, IQ healthcare
r e po r t a g e
‘Op vallen rust een taboe’ Huisartsen sturen mensen vaak pas door als ze vaker zijn gevallen. Jammer, want er zijn genoeg mogelijkheden om veelvuldig vallen bij ouderen te voorkomen. Het UMC St Radboud heeft een speciale “Val- en syncope-poli”. Daar kijken deskundigen naar de oorzaken van het vallen en geven advies voor behandeling. De poli organiseert ook speciale trainingen.
M a r l i e s M i e l e k a mp
Mevrouw Tunnessen (84) kijkt een beetje angstig naar geriatrisch fysiotherapeut Miranda Jacobs als die met haar onderzoek begint. ‘Vindt u het spannend?’, vraagt Jacobs. Als de patiënte bevestigend knikt, legt de fysiotherapeut uit dat ze gaat kijken waarom mevrouw zo vaak valt. Eerst onderzoekt ze hoe lenig mevrouw Tunnessen is en hoeveel kracht ze heeft. Op de onderzoektafel probeert
‘Het zijn vaak meerdere risicofactoren waardoor mensen vallen’
twee jaar geleden maakten we vaak lange fietstochten’, vertelt de patiënt trots. ‘En één keer per week ga ik nog steeds naar de gymnastiekles.’ Vervolgens bekijkt de fysiotherapeut de balans. Na gekeken te hebben hoe stil de patiënte kan staan met gestrekte handen en de ogen dicht, geeft Jacobs de patiënt als die voor de onderzoekbank staat een klein zetje tegen haar schouder. Die valt meteen terug op de bank. ‘Dat was gemeen, hè?’, zegt ze. ‘Maar dat doe ik nu niet meer, hoor, dat was om te kijken hoe snel u uit balans wordt gebracht. Daarna krijgt mevrouw de opdracht zonder rollator een glaasje water bij de wasbak te pakken en dat naar haar man te brengen die zes meter verder zit. Dat gaat goed als mevrouw Tunnessen dat als enige doet, maar als Jacobs haar ook nog eens vraagt vijf dierennamen te noemen, worden haar stapjes kleiner en onzekerder. Tot slot test de fysiotherapeut haar conditie door haar steeds rondom twee pionnetjes te laten lopen die ongeveer 40 meter uit elkaar staan. Jacobs loopt naast haar mee met een stopwatch in haar hand.
Probleem: de balans
ze hoe ver het heup- en kniegewricht uitgedraaid kunnen worden en kijkt ze hoeveel druk mevrouw Tunnessen met haar benen geeft als Jacobs met haar handen tegendruk geeft. Hetzelfde gebeurt met de gewrichten in de armen. ‘U bent wel lenig hoor’, complimenteert Jacobs. ‘Tot
Na een uur brengt Jacobs mevrouw naar een onderzoekkamer en verdwijnt even om alle testen op de computer uit te werken. Even later komt ze met de resultaten binnen. ‘Zoals ik al eerder zei bent u enorm lenig voor uw leeftijd en ook de kracht is voldoende. Maar bij het lopen zie ik dat u erg kleine pasjes maakt en wat met de voeten uit elkaar loopt. Dat ziet er een beetje onzeker uit. Het grote probleem bij u is dan ook de balans. En als u meer dingen tegelijk moet doen, gaat u nog kleinere pasjes maken.’ Samenvattend constateert Jacobs dat de balans zo kwetsbaar is dat ze bang is dat mevrouw in de toekomst weer gaat vallen. ‘Mijn advies is dan ook om zowel bin-
Miranda Jacobs, fysiotherapeut, test de conditie van de patiën nen- als buitenshuis de rollator te gebruiken. U krijgt daarbij hulp van een fysiotherapeut die thuis met u komt oefenen. U moet dat echt doen want als u weer valt en bijvoorbeeld uw heup breekt, bent u veel verder van huis. Verder zou het goed zijn als u samen met iemand anders zo’n 20 minuten per dag met de rollator buiten gaat wandelen. Een keer in de week naar de kerk lopen is echt te weinig. En probeer één ding tegelijk te doen, als u een kopje koffie haalt niet tegelijk met uw man praten bijvoorbeeld.’
Nooit één factor
Jurgen Claasen: ‘Op de val- en syncope-poli proberen we door bloeddruktesten een syncope (uitval) uit te lokken.’
8
Even later komt geriater Yvonne Schoon binnen en spreekt de onderzoeken van die dag nog eens door met mijnheer en mevrouw Tunnessen. Daarna herinnert ze hen aan de afspraken die de week erop nog staan en wenst hen een goede thuisreis. Ze legt uit dat bij mevrouw Tunnessen de balansstoornis in combinatie met haar angst en beginnende dementie het meest bepalend zijn wat betreft het valrisico. ‘Het is bijna nooit één factor die het risico om te vallen bepaalt’, vertelt ze. ‘Belangrijke risicofactoren zijn medicijnen zoals antidepressiva, rustgevende tabletten en slaaptabletten.’
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
‘Jammer dat we hier slechts het topje van de ijsberg zien’
‘Dat doet het meest denken aan een syncope’, zegt geriater Jurgen Claassen die ook lid is van de Werkgroep voor Syncope en Autonome aandoeningen. ‘Het moeilijke aan een syncope is dat je na een aanval geen afwijkingen meer ziet en dus achteraf niet zomaar kunt bewijzen dat het een syncope was.’ Op de tweede dag van de Val en syncope-poli wordt geprobeerd door bloeddruktesten een syncope uit te lokken. Claassen: ‘Onder andere door de bloeddruk te meten als iemand ligt en daarna snel opstaat en voor en na de maaltijd. Ook masseren we de halsslagader om te kijken of dat een syncope uitlokt, deze test bewijst dan dat het gaat om het zogenaamde sinuscaroticus syndroom, een veel voorkomende oorzaak van syncope bij ouderen.’ Als Claassen vermoedt door welke van de drie voornaamste oorzaken de syncope veroorzaakt wordt (zie kader) zijn gerichte interventies mogelijk. ‘Zo kun je mensen uitleggen dat ze voortaan voorzichtig op moeten staan. Blijkt dat ze ’s ochtends plaspillen gebruiken en weinig drinken en daardoor weinig vochtvolume hebben, waardoor de bloeddruk daalt en de hersendoorbloeding afneemt, dan zou je de hoeveelheid plaspillen kunnen aanpassen of die misschien wat later kunnen geven. En bij een ritmestoornis of het sinus caroticussyndroom kun je een pacemaker aanbieden. Stel je een onschuldige reflexsyncope vast – in de volksmond flauwvallen – dan kun je mensen geruststellen.’ Het lastige is dat een syncope veel voorkomt, maar vaak niet wordt herkend door arts en patiënt, omdat zich soms verschijnselen voordoen die ook bij een TIA of epilepsie voorkomen. Claassen: ‘Patiënten schrikken enorm als het ze overkomt. Zomaar vallen leidt tot angst, je raakt de grip op de wereld kwijt.’
Topje van de ijsberg Na een val ziet ook geriater Schoon vaak dat mensen zich sociaal isoleren. ‘Ze worden angstig om te bewegen. Juist daarom is het belangrijk dat ze bij ons op de poli terechtkomen en de juiste behandeling krijgen.’ Voor mevrouw Tunnessen is dat de fysiotherapeut die met haar thuis gaat oefenen. Schoon: ‘Dat zullen bij haar vooral balansoefeningen zijn en de inschatting van gevaarlijke momenten. In januari zou ze met haar man
nt.
de cursus Vallen en opstaan kunnen volgen die wij in het Universitair Centrum voor Chronische Ziekten Dekkerswald (UCCZ) geven.’ Die valpreventiecursus duurt vijf weken waarin deelnemers met hun mantelzorgers twee keer per week twee uur bij elkaar komen. Ze worden er begeleid door een fysiotherapeut en een psycholoog die ze de Stop Think Go-methode aanleren. ‘Dat wil zeggen dat ze eerst even moeten stoppen, dan bedenken wat ze willen gaan doen en dan pas in actie komen’, legt Schoon uit. ‘Ook vertellen we dat angst alleen al een risicofactor is. Want als je bang bent om te vallen, beweeg je minder, waardoor je weer minder spierkracht krijgt en daardoor minder mogelijkheden om jezelf op te vangen, waardoor je weer eerder valt. Ook zitten er een opsta-training in, spierkrachtoefeningen en lopen over obstakels. Daarnaast is het groepsproces van deze vijf tot zes mensen belangrijk, ze ondersteunen elkaar en worden positief bekrachtigd door elkaars verhalen.’ Schoon vindt het jammer dat de patiënten die zij op de Val en syncope-poli ziet bijna zeker het topje van de ijsberg zijn. ‘Op vallen heerst een taboe. Zowel patiënten als huisartsen denken dat vallen hoort bij het ouder worden. Bij een onlangs gehouden onderzoek zien we dat huisartsen pas iemand doorsturen als die al vaker gevallen is. En dan te bedenken dat van oudere mensen die een gebroken heup hebben, een kwart in datzelfde jaar sterft. We zouden veel meer aan preventie moeten en kunnen doen, de huisartsen in de eerste lijn en wij zouden hier de complexere gevallen kunnen behandelen’ n Op vrijdag 27 november is het symposium ‘Syncope bij de oudere patiënt’. Aanmelden kan per e-mail: J.J.A.de
[email protected]
Syncope bij ouderen Syncope is een vorm van wegraken die wordt veroorzaakt door een kortdurende afname van de hersendoorbloeding. Het komt zowel bij jongeren als ouderen voor, maar meer bij ouderen wat het tot een typisch ouderenprobleem maakt. De drie belangrijkste oorzaken van syncope zijn: • Bloeddrukdaling bij het gaan staan • Refelexsyncope als het regelsysteem van de bloeddruk plotseling zorgt voor bloeddrukdaling en trage hartslag • Hartritmestoornissen of andere hartziekten
Foto’s: Flip Franssen
Dat er allerlei redenen zijn waardoor ouderen vallen, blijkt ook uit de verhalen van de twee patiënten die ‘s ochtends op de poli hun verhaal vertelden. Mijnheer Overdijk (77) liep een dwarslaesie op bij een wielerongeluk in 1996. Na drie maanden ziekenhuis revalideerde hij negen maanden in de Sint Maartenskliniek waarna hij in een verzorgingshuis terechtkwam. Maar mijnheer Overdijk is een doorzetter en na veel oefenen woont hij vanaf 2001 in een aanleunwoning bij dat verzorgingshuis. Uiteraard met hulp en hulpmiddelen. Toch viel mijnheer Overdijk regelmatig en afgelopen oktober zo ernstig dat hij zijn linker bovenarm brak. Op de Val en syncopepoli is hij nu onderzocht. ‘Daar zeiden ze dat ik ook binnen met een rollator moest lopen, maar soms is dat moeilijk bijvoorbeeld als ik eten kook. Ik heb wel veel aan de adviezen die ze toen gaven en aan de fysiotherapeut die nu bij me aan huis komt.’
Syncope niet herkend Mevrouw Heymans (82) die ook de valpoli bezocht, heeft weer heel andere ziektebeelden: zij heeft darmklachten en ernstig astma. Ze woont alleen en viel onlangs voor de tweede keer doordat er gebeld werd en ze snel uit bed opstond. ‘Ineens lag ik op de vloer’, zegt ze.
Geriater Yvonne Schoon legt uit dat de balansstoornis in combinatie met angst en beginnende dementie het vallen veroorzaakt.
9
o n d e r z o e k
ZonMW-subsidie voor cellulaire immunotherapie
Met een navelstreng leukemie behandeling langdurig ziektevrij. Helaas kleven er ook enkele nadelen aan die therapie met NK-cellen. Immunoloog en projectleider Harry Dolstra: ‘Je hebt erg veel donorbloed nodig om daar voldoende NK-cellen uit te halen. Verder komen bij dat isolatieproces ook nog veel andere celtypen mee, waardoor de NK-donatie verre van zuiver is en dus minder goed werkt. En niet te vergeten: de NK-cellen van de donor moeten eerst nog worden geprikkeld om actief de AML-cellen te gaan aanpakken. Door die nadelen is de therapie niet goed van de grond gekomen.’
Stamcel uit de navelstreng
Foto: Jan van Teeffelen
Neem stamcellen uit navelstrengbloed. Vermeerder die stamcellen en maak er Natural Killer-cellen van. En gebruik die killercellen om oudere patiënten met acute myeloïde leukemie te behandelen. Voor dit innovatieve project kregen het Laboratorium voor Hematologie, de afdeling Hematologie, en het Nijmeegse bedrijfje Glycostem Therapeutics van ZonMw bijna anderhalf miljoen euro subsidie. Daarmee moet het fundamenteel onderzoek van volwassen stamcellen zo snel mogelijk naar de patiënt worden gebracht. Pieter Lomans
Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van ‘bloedkanker’ die vooral ontstaat bij oudere mensen. Jaarlijks krijgen in Nederland ongeveer duizend mensen AML. Met chemotherapie, soms gevolgd door een stamceltransplantatie, proberen artsen de woekerende witte bloedcellen te vernietigen en zo de leukemie te genezen. Hematoloog Michel Schaap: ‘In veel gevallen lijkt dit aanvankelijk ook te lukken maar de oudere patiënt is meestal geen kandidaat voor een stamceltransplantatie
Van links naar rechts: dr. Frank Preijers, dr. Michel Schaap, dr. Harry Dolstra, dr. ir. Dirk Groenewegen. Foto: Jan van Teeffelen
en de leukemie in deze groep patiënten is veelal agressiever. Bij tachtig procent van de zestigplussers komt de ziekte toch weer terug en leidt die binnen drie jaar tot de dood. We hebben dus dringend behoefte aan een betere behandeling.’
Killercellen De Amerikaanse hematoloog Jeffrey Miller publiceerde in 2005 in het vakblad Blood een nieuwe, veelbelovende behandeling. Hij had bij negentien behandelde AMLpatiënten met een slechte prognose Natural Killer-cellen (NK-cellen) van een donor geïnjecteerd. Met opmerkelijke gevolgen, want vijf patiënten bleven door die
Het project dat door ZonMw wordt gesubsidieerd probeert die nadelen elegant te omzeilen. ‘Op de eerste plaats werken we met ander basismateriaal’, zegt Schaap, die tevens directeur is van de Stichting Stamceldonorbank Europdonor Nijmegen (SEN). ‘In plaats van bloed van volwassen donoren gebruiken we stamcellen uit navelstrengbloed. We halen de NK-cellen niet meer uit het donorbloed, maar kweken de killercellen uit die stamcellen. Voordeel: die ingevroren stamcellen zijn onmiddellijk beschikbaar én uitstekend getypeerd, zodat we precies weten voor welke patiënten we ze kunnen gebruiken. Zo hoeven we ook geen donoren meer op te roepen.’ Maar de stamcellen uit navelstrengbloed hebben één nadeel. Zo´n navelstreng bevat te weinig stamcellen voor de behandeling van een volwassene. Dolstra: ‘Dus moeten die stamcellen vermeerderd worden. Dat is moeilijk, omdat stamcellen de neiging hebben om te differentiëren in de richting van een bloedcel. Dat nadeel hebben we echter in een voordeel omgebogen met de expertise van Glycostem Therapeutics, een startend lifescience bedrijf dat daarvoor een samenwerking met het UMC St Radboud is aangegaan.’
Celtherapie Dirk Groenewegen, directeur van Glycostem Therapeutics: ‘Wij hebben een aantal innovatieve technieken in huis, waarmee we de vermeerdering en uitrijping – in vaktermen: de expansie en differentiatie – van stamcellen heel precies kunnen sturen. Alle bloedcellen in het menselijk lichaam ontstaan uit “oerbloedcellen”; de hematopoïetische stamcellen. De expansie en differentiatie worden gestuurd door een regelmatig wisselende cocktail van signaalstoffen. Wij bootsen dat proces na, maar dan niet ín, maar buíten het lichaam. Bovendien sturen we dat hele proces één specifieke richting op: de hele productie gaat van stamcel naar NK-cel.’ In de eerste fase van de expansie ontstaan heel veel voorlopercellen, die zich al in de richting van een NK-
Zak waarin Natural Killer-cellen uit stamcellen worden gekweekt.
10
Foto: Nico Bogaards
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
te lijf cel ontwikkelen. In de volgende fase van de differentiatie groeien al die voorlopercellen uit tot NK-cellen. Groenewegen: ‘Op deze manier krijgen we niet alleen voldoende NK-cellen voor de therapie, maar óók nog een bijzonder zuivere celkweek met vrijwel uitsluitend NK-cellen. Dat draagt ongetwijfeld bij aan een betere therapie en meer betrouwbare resultaten.’
Professionele productie De door het Laboratorium voor Hematologie en Glycostem Therapeutics ontwikkelde methode kent nog een ander belangrijk voordeel. Groenewegen: ‘Voor het opkweken van de NK-cellen uit stamcellen gebruiken we een compleet gesloten systeem dat voldoet aan de uitgangspunten van GMP, van Good Manufacturing Practice. We stoppen de volwassen stamcellen uit de navelstreng in een speciale kweekzak, die wordt verbonden met een gesloten systeem - de bioreactor dat de verdere productiestappen regelt. In feite is ons systeem al een GMP-faciliteit op zichzelf!’ De experimentele behandeling is het sluitstuk van het onderzoek en fundamenteel onderzoek maakt in alle fases deel uit van het project. ‘We willen de werking van NK-cellen nóg beter begrijpen, de ingebrachte NK-cellen nauwkeurig volgen in een diermodel om te zien waar ze naar toe gaan en wat ze daar doen, de veiligheid en effectiviteit in kaart brengen, enzovoort’, zegt Dolstra, die ook de keuze voor het gebruik van NK-cellen nog verder toelicht.
Identiteitscrisis AML-patiënten worden eerst met chemotherapie behandeld om de woekerende witte bloedcellen uit te roeien. Meestal blijven er toch enkele tumorcellen achter, die zich daarna weer snel vermenigvuldigen. Daarom moet na de chemotherapie eigenlijk nog een extra klap worden uitgedeeld, waarmee ook die laatste tumorcellen verdwijnen. De NK-cellen lijken de ideale kandidaten om dat voor elkaar te krijgen. Dolstra: ‘Killercellen spelen een belangrijke rol in de afweer, omdat ze beschadigde, geïnfecteerde en afwijkende cellen opruimen. Daarvoor moeten ze natuurlijk een duidelijk onderscheid kunnen maken tussen gezonde lichaamcellen en – in dit geval – de afwijkende tumorcellen. Dat is precies waar de geactiveerde killercellen van de geselecteerde donor in zijn gespecialiseerd. Ze jagen heel gericht op de leukemiecellen, waardoor de kans sterk toeneemt dat die alsnog worden opgeruimd. Maar ze laten de gezonde lichaamscellen van de ontvanger met rust.’
Perspectief
Onderzoeker haalt ingevroren navelstrengbloed uit vloeibare stikstof. immunotherapie biedt op de eerste plaats voor oudere AML-patiënten zicht op een meer effectieve therapie. Maar ook de betekenis van de Navelstrengbloedbank Nijmegen (NBBN), die nauw samenwerkt met Stichting Stamceldonorbank Europdonor Nijmegen, kan sterk toenemen. Met de beperkte hoeveelheid stamcellen van een navelstreng zijn nu alleen mensen onder de 35 kilo te behandelen. Met de expansietechniek van Glycostem Therapeutics komt ook therapie met navelstrengstam-
Foto: Nico Bogaards
cellen bij volwassenen binnen handbereik. ‘Werkt onze techniek’, zegt Groenewegen, ‘dan is die in principe ook te gebruiken voor de productie van ieder ander bloedproduct uit stamcellen buiten het lichaam. Het is een kwestie van de juiste factoren op het juiste moment toevoegen. Dat biedt enorme perspectieven voor cellulaire therapieën en toepassingen in de regeneratieve geneeskunde.’ n
Stamcellen, bloedcellen, leukemie De bloedvormende stamcel De stamcellen in ons beenmerg vormen de bron van al onze bloedplaatjes en rode en witte bloedcellen. De productie van deze cellen verloopt trapsgewijs (zie schema). In elke fase van de productielijn vermeerderen de cellen zich, en komen ze door specialisatie ook steeds dichter bij hun uiteindelijke bestemming. De rode bloedcellen vervoeren zuurstof, de bloedplaatjes zijn onmisbaar bij de stolling en de witte bloedcellen vormen een onmisbaar onderdeel van ons afweersysteem. Acute Myeloïde Leukemie Bij acute myeloïde leukemie (AML) ontstaat uit de myeloïde stamcel (zie illustratie) een overproductie (woekering) van onrijpe witte bloedcellen. Deze onrijpe (kanker)cellen blijven steken in hun ontwikkeling en hopen zich op in het beenmerg. In korte tijd verdringen ze de normale aanmaak van bloedplaatjes en rode en witte bloedcellen. Het is een levensbedreigende aandoening die zo snel mogelijk behandeld moet worden.
bloedvormende stamcel myeloïde stamcel
lymfoïde stamcel
myeloblast
lymfoblast
granulocyten eosinofiel
rode bloedcellen
neutrofiel
bloedplaatjes
basofiel
B lymfocyt Natural T lymfocyt Killer cell witte bloedcellen
Een succesvolle ontwikkeling van deze nieuwe cellulaire
Prijzen en benoemingen D r. I n d i r a Te n d o l k a r Per 1 november is dr. Indira Tendolkar, psychiater van de zorglijn acute en liaison psychiatrie met focus op neuropsychiatrische aandoeningen en senioronderzoeker van het Donders Institute for Brain, Cognition and Behavior, benoemd als bestuurslid van de afdeling Consultatieve- en ziekenhuispsychiatrie van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. Deze afdeling streeft naar kwaliteitsverbetering in de zorg voor patiënten met somatische en psychiatrische comorbiditeit.
Conrad van den Broek Tijdens de biotechnische dagen op 4 en 5 november is de prijs ‘Alternatieven voor dierproeven 2009’ toegekend aan twee ideeën. CDL-medewerker Conrad van den Broek bedacht een methode dat heeft geleid tot vermindering van het aantal proefdieren en het ongerief bij proefdieren. Hij deelt de prijs met een idee voor het verminderen van fokdieren in het ARIA in Amsterdam. De prijs werd uitgereikt door de directeur van de Dierenbescherming Nederland. Info:http://www.dierenbescherming.nl/nieuws/2312
Drs. Joost van Middendorp Op vrijdag 6 november werd de jaarlijkse prijs van de Dutch Spine Society uitgereikt aan UMC St Radboud promovendus drs. Joost van Middendorp. De prijs is toegekend op basis van de beste Nederlandse wetenschappelijk publicatie op het gebied van de wervel kolom in 2009 (co-auteurs: A. Hosman, M. Pouw, H. van de Meent). De studie laat zien dat het veelvoudig gemaakte onderscheid tussen compleet en incompleet
11
traumatisch ruggenmergletsel geen optimale klinische relevantie heeft.
Promoties, oraties, afscheidsredes* • Promotie mw. drs. E.A.J.M. van den Bemt, maandag 23 november om 13.30 uur. Titel: Monitoring patients with COPD in primary care • Promotie mw. B.T. Goh & S. Lee, woensdag 25 november om 16.00 uur. Titel: A modular endoprosthesis for mandibular reconstruction: a study on its applicability in an animal model • Promotie R. Evans, woensdag 2 december om 13.30 uur. Titel: Achieving informed decision making using a web-based technology, Prosdex * Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, tenzij anders vermeld Voor een volledig overzicht en korte inhoud van alle promoties, oraties en afscheidsredes, zie www.umcn.nl, ingang ‘scientist’, doorklikken op ‘science agenda’
Bonkelaar 27 te Ottersum
Langstraat 10 te Milsbeek
Vraagprijs: € 475.000,= echt veel ruimte ! Dirk Ockerpad 3 te Mook
Vraagprijs: € 349.500,= van jong tot oud Pastoor Fabritiusstraat 55 te Mook
TERUG VAN WEGGEWEEST
Vraagprijs: op aanvraag optimale privacy Erfsebosweg 54 te Heijen
Vraagprijs: € 249.500,= kans voor klussers Groesbeekseweg 22 te Mook
Vraagprijs: € 174.500,= plezierig recreëren Kalkhofseweg 53 te Haps
Vraagprijs: € 299.000,= onverwacht ruim Huygensweg 16 te Nijmegen
Vraagprijs: € 895.000,= helemaal af ! Kanaalweg 10a te Mook
Vraagprijs: € 339.000,= wonen op niveau Daalseweg 245 te Nijmegen
Vraagprijs: € 985.000,= weergaloos uitzicht
Een vertrouwd gezicht op een nieuwe locatie Agneta Nijsse
Beste hypotheek, laagste maandlasten
Vraagprijs: € 299.000,= echt Nijmegen “oost”
Willem Lieberwirth Makelaar Taxateur o.g., méér dan een makelaar! Info 024-6963333 - www.lieberwirth.nl
akkermans van elten
Oranjesingel 26 Nijmegen T 024 - 3817191 www.vanbruggen.nl
Akkermans Van Elten is een onafhankelijk adviseur die al meer dan 30 jaar de belangen behartigt van het UMC St Radboud en haar medewerkers op het gebied van verzekeringen, pensioenen, hypotheken en financiële dienstverlening.
Wie wil niet besparen? Loop binnen bij het FIP en laat ons uw voordeel berekenen! In uw dagelijkse werk bent u druk in de weer om zo goed mogelijk voor uw cliënten te zorgen. Uw werkgever UMC St Radboud wil graag voor haar medewerkers zorgen. Akkermans Van Elten heeft met uw werkgever een aantal collectieve financiële pakketten ontwikkeld met betrouwbare producten die u véél voordeel kunnen bieden.
Wat zijn uw voordelen? Tot 35% korting op uw prive-verzekeringen 0,2% korting op uw hypotheekrente Deze korting blijft behouden bij uit dienst treden Spaarloon Inkomenszekerheid bij arbeidsongeschiktheidsverzekering
Wij zijn er voor u! Loop binnen bij het Radboud Financieel Informatie Punt (FIP) en neem uw verzekeringspapieren en/of hypotheekbescheiden mee of bereken zelf uw voordeel op onze website.
Doe er uw voordeel mee! Laat ons uw voordelen berekenen en bespaar honderden euro’s!
Meer weten of maken van een afspraak? Akkermans Van Elten T 0481-367077 (radboudlijn) E
[email protected]
Zelf voordeel berekenen? Website: www.akkermansvanelten.nl gebruikersnaam: radboud wachtwoord: voordeel
Loop binnen bij het FIP Kamer 1.04, route 526/527 Maandag 11.00 - 17.00 uur Vrijdag 09.00 - 14.00 uur
Onze website is ook bereikbaar via het intranet van het UMC St Radboud
w w w.akkermansvanelten.nl
assurantiën • pensioenen • hypotheken • financieel advies
12
nderwijs o
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
buitenland
Eerste diploma’s voor verslavingsartsen
In deze rubriek schrijven studenten over hun ervaring in het buitenland. Dit keer een verhaal van Annemiek Ansems, die van september tot december in Sengerema (Tanzania) coschap liep.
Op 3 december worden de eerste diploma’s uitgereikt voor de postacademische masteropleiding tot verslavingsarts. Dit is de eerste opleiding in Europa die opleidt tot verslavingarts.
Voorbereid of toch niet? Voordat ik naar Tanzania ging om daar coschappen te lopen heb ik 101 verhalen gehoord over Afrika en het werken in een ziekenhuis. Je zou verwachten dat je er enigszins op voorbereid bent: je weet dat het niet makkelijk is, erg frustrerend zelfs, maar ook mooi en onvergetelijk. Klopt, maar het
‘Verslaving is een toenemend probleem in onze samenleving, met name alcoholgebruik’, zegt prof.dr. Cor de Jong, hoofdopleider van de opleiding tot verslavingsarts. ‘Nederland heeft 1,1 miljoen mensen die bovenmatig veel alcohol drinken. Maar daarvan zijn er slechts 35.000 in behandeling. Veel ziektes zijn gerelateerd aan verslaving. We kunnen vandaag in Nederland zeker zeshonderd ziekenhuisbedden vullen met mensen die ziek zijn door overmatig alcoholgebruik. Denk aan levercirrose en bepaalde neurologische ziekten. Drugsmisbruik is in verhouding een minder groot probleem. Nederland telt ongeveer 30 duizend drugsverslaafden, van wie 70 procent in behandeling is.’
Hersenziekte
daadwerkelijk beléven is anders en op het gevoel wat erbij komt kijken kun je je niet voorbereiden. Blijkbaar. Mijn tweede week. Het is vrijdag. Tijdens de visite zie ik een patiënt. Hij had bloed gebraakt. Lage bloeddruk, hoge pols, bleek. In shock. Hij moet een infuus en heel snel vocht hebben. Ik weet dat er één dokter in het ziekenhuis aanwezig is, maar die staat op dit moment te opereren. Ik raak lichtelijk in paniek, m’n stem slaat een beetje over als ik een nurse vraag om een infuusnaald en vocht te brengen. Hij slentert weg en komt voor mijn gevoel minuten later terug. Het lukt hem niet om het infuus aan te prikken. In Nederland zou ik de dienstdoende anesthesist hebben gebeld. Hier kon ik niemand bellen en ik had haast en zei: ‘ik doe ‘t wel’. Een keer mis. Niet eens een vat geraakt. Ademt ie nog? Kleinere naald, hij is echt ondervuld. In mijn leven heb ik drie keer met succes een infuus ingebracht. Totaal. Dit was nummer vier. Toen ie er opeens ingleed schoot er zoveel emotie door me heen waarvan ik niet wist waar ’t vandaan kwam. Wanhoop, angst, opluchting. Bizar. Bijna tranen. Het overmande me een beetje. Maar geen tijd om erbij stil te staan. We gaan weer door met de ronde. Hallo knop! Wegslikken. Volgende patiënt. Toen was het weekend. We gingen naar de grote stad. Een hele belevenis. Op de heenweg namen we de taxi. Tijdens de rit over de dirtroad met ontelbaar veel kuilen vraagt onze taxi-driver: ‘Do you wanna drive?’ uuuhh.. ‘Why not?!’ Geweldig! Heerlijk weekend in de stad gehad. Vervolgens de terugweg. Met de bus. Je verbaast je over het gemak waarmee 28 personen op twaalf zitplaatsen worden gepropt. Dan: ‘Let the journey begin!’ Ramen die los in hun voegen trillen. Af en toe een fietser die languit in de berm langs je heen zoeft. Helder blauwe lucht, felgroene bomen, roodbruine aarde, laagstaande zon, dorpjes met lemen hutjes en rieten daken, Afrikaanse vrouwen in kleurrijke doeken, zwaaiende kindjes.. Briljant.
De Master in Addiction Medicine leidt basisartsen op tot verslavingsartsen. Momenteel werken ze voornamelijk in de verslavingszorginstellingen. Deze artsen zien verslaafde patiënten in de kliniek en polikliniek. Ze voeren consulten met de patiënten en sturen zorgteams aan. Ze hebben kennis van de verslavingsgeneeskunde, van de aandoeningen gerelateerd aan verslaving (bijvoorbeeld leverziektes door overmatig alcoholgebruik) en van psychiatrie. ‘De algemene opvatting in de wetenschap is dat verslaving een chronische hersenziekte is’, zegt De Jong. ‘Genetische kwetsbaarheid, jeugdtrauma’s en persoonlijkheidsontwikkeling kunnen iemand verslaafd maken. Maar de hersens zorgen dat iemand verslaafd blijft. Alcohol en drugs geven een goed gevoel, ze prikkelen je beloningssysteem in de hersens. Dat wordt ook geprikkeld door bijvoorbeeld seks, muziek of kunst. Maar alcohol of drugs doen dat zodanig veel dat de gewone dingen in het leven niet meer leuk zijn.
Daardoor blijven eenmaal verslaafde mensen zuchten naar het middel.’ De Jong verwacht dat verslavingsartsen breder ingezet gaan worden dan alleen in de verslavingszorg. ‘Bijvoorbeeld op afdelingen psychiatrie in ziekenhuizen, omdat onder verslaving vaak een psychiatrische aandoening schuilgaat. Maar ze zouden ook inzetbaar kunnen zijn voor andere medische afdelingen. Verslaving speelt immers een rol bij het ontstaan van veel ziektebeelden.’
Beschermde titel De opleiding wordt momenteel nog verzorgd vanuit Sociale Wetenschappen. Dit heeft ermee te maken dat naast verslavingsartsen ook verslavingspsychologen worden opgeleid, die deels dezelfde cursusonderdelen volgen. ‘Binnen enkele jaren komt deze opleiding echter onder de medische faculteit te vallen’, zegt De Jong. ‘Een verslavingsarts moet de opleiding tot basisarts gevolgd hebben. Maar de opleiding blijft een samenwerking met de faculteit Sociale wetenschappen, omdat verslaving voor een groot deel óók een gedragsprobleem is.’ Over vier à vijf maanden, verwacht De Jong, zal de titel verslavingsarts beschermd zijn. ‘De KNMG is momenteel bezig om het profiel voor verslavingsarts op te stellen. Is dat van kracht, dan is de verslavingsgeneeskunde een officieel erkend medisch specialisme.’ De Nijmeegse opleiding tot verslavingsarts is de eerste in Europa. De diploma-uitreiking op 3 december vindt plaats tijdens een congres (MiAM here I am!) in de Aula op de Radboud Universiteit, waar ook het boek Verslavingsgeneeskunde gelanceerd wordt. Achttien artsen mogen zich na die dag officieel verslavingsarts noemen. Hoewel deze benaming officieus al jarenlang in het werkveld wordt gebruikt, zijn dit de eerste échte Europese verslavingsartsen. GM
‘Achter elk verwijt schuilt een verlangen’ Hoe ga je op een goede manier om met onvrede van patiënten, hun familieleden of bezoekers? Dat was de vraag die centraal stond tijdens de workshop “Adequaat omgaan met uitingen van onvrede”. ‘Meeleven met de klager helpt.’ Gejaagd komt mijnheer de Graaf de verpleegafdeling van Interne Geneeskunde op lopen. Hij stiefelt regelrecht op de balie af en vraagt met luide stem: ‘Zeg, krijgt mijn vader hier wel genoeg te eten en te drinken?’ De baliemedewerker kijkt op en constateert: ‘U maakt zich zorgen?’ ‘Zeker!’, roept De Graaf. ‘Het gaat niet goed met pa. Hij vermagert en zijn pyjama was gisteren helemaal nat.’ ‘Dat klinkt inderdaad niet best’, bevestigt de medewerker. ‘We moeten eens kijken wat we daar aan kunnen doen. Ik haal even iemand die dit probleem rustig met u kan bespreken. Als u hier plaatsneemt; ik ben over vijf minuutjes terug.’ De baliemedewerker schuift z’n stoel naar achteren en gaat op zoek naar een verpleegkundige. Mijnheer de Graaf gaat zitten en wacht.
Oefenen ‘Mijnheer de Graaf’ heet in het dagelijks leven Jeroen van Veenendaal en hij is trainingsacteur. Tijdens de
workshop kruipt hij in de rol van ‘de lastige klant’ en geeft hij deelnemers de gelegenheid te experimenteren met diverse manieren om met signalen van onvrede om te gaan. Wat werkt wel en wat niet? Marga Timmers van SOKG expertisecentrum klachtenmanagement, die de workshop begeleidt, is er duidelijk over: ‘Dé juiste aanpak bestaat niet’, zegt ze. ‘Maar bepaalde vaardigheden en houdingen helpen wel bij het voorkomen en oplossen van klachten.’ Eerste signalen van ontevredenheid (gemopper, vermijden van oogcontact) serieus nemen en aandacht geven, helpt om zware klachten te voorkomen. Het is daarbij van belang de klant eerst te laten praten en medeleven te tonen. Timmers: ‘Meeleven is iets anders dan gelijk geven. Verplaats je in de wereld van de klager. Ook al heb je nauwelijks tijd of kun jij er niets aan doen. Vraag dóór om te begrijpen wat er aan de hand is. En bied zicht op een vervolg. Geef de klager de zekerheid dat zijn probleem de aandacht krijgt. De baliemedewerker in het toneelstukje deed het heel goed. Hij luisterde belangstellend, ging op zoek naar hulp en gaf aan hoe lang dat ging duren.’
Verlangen Toch valt het niet altijd mee om je te verplaatsen in lastige klanten, zo stelt een verpleegkundige. ‘Wij hadden eens een patiënt die steeds beweerde dat we hem niet goed informeerden, terwijl we dat wél deden. Wat moet je daar mee?’ Timmers: ‘Probeer erachter te komen wat er echt aan de hand is. Waarom zegt deze patiënt dat hij geen informatie krijgt? Wat heeft hij gemist? Misschien was hij niet zozeer op zoek naar informatie, maar meer naar aandacht of erkenning. Dan zou je hem bijvoorbeeld met lotgenoten of het maatschappelijk werk in contact kunnen brengen. Hoe dan ook: schiet niet meteen in de verdediging. Besef dat achter elk verwijt een verlangen ligt en kijk of je kunt helpen dat te vervullen.’ FvdB De workshop werd georganiseerd door het Voorlichtingscentrum ter gelegenheid van het twintigjarig bestaan.
Toen was het weer maandag. Hallo werkelijkheid. Hoe zou het met die man zijn? Ik kom op de afdeling en zijn bed is leeg. Naar huis. De familieleden hebben de hoop opgegeven en een levend lichaam is nu eenmaal goedkoper om te vervoeren dan een dood lichaam. De eerste kan namelijk nog met de taxi. Ja... Daar sta je dan. Foto: Frank Muller
13
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
mensen Henk Cillessen Per 1 december 2009 is Henk Cillessen 40 jaar in dienst van de Instrumentele Dienst, steunpunt ID-Tandheelkunde. Momenteel is Henk werkzaam als teamleider binnen IDTandheelkunde. Voor studenten en medewerkers van Tandheelkunde is hij al jarenlang een vertrouwd gezicht, velen zullen zich Henk herinneren als een prettige collega die altijd erg betrokken is bij zijn werk en omgeving. Met name tijdens de verbouwing/renovatie van Tandheelkunde heeft hij grote inzet getoond, maar ook bij de dagelijkse werkzaamheden op de zalen en vakgroepspraktijken wordt Henk erg gewaardeerd om zijn vakmanschap, beoordelingsvermogen en humor. Gefelciteerd Henk! Hans Gradussen Service manager Instrumentele Dienst West/Lab/THK
Else van der Kooij Else van der Kooij is op 1 december 25 jaar in dienst van het UMC St Radboud. Else is in 1984 begonnen als IC-verpleegkundige op de afdeling Kinderchirurgie. Zij is
KAAIJ ADVOCATEN 1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
Teo Derksen
tot 2001 in de zorg werkzaam geweest, vanaf 1993 als hoofdverpleegkundige op de Hartbewaking. In oktober 2001 maakte Else de overstap naar het toenmalige Bedrijf Huisvesting in de functie van projectmanager planontwikkeling bij het projectbureau Nieuwbouw. Wij kennen Else als een loyale collega en met betrokkenheid voor haar werk. Door de verandering binnen het servicebedrijf medio 2009 onderzoekt zij de mogelijkheden een nieuwe invulling te geven aan haar loopbaan. Wij feliciteren Else met haar 25-jarig jubileum. Marco Schuringa, Manager Vastgoed & Infrastructuur
Teo Derksen neemt afscheid als hoofdverpleegkundige van de afdeling Dermatologie. Zijn competenties waren niet alleen uitstekend op gebied van de dermatologische technieken, maar werden gedragen door een diepe betrokkenheid bij patiënten met dermatologische problemen. Deze authentieke bewogenheid voor de dermatologische zorg werd aanstekelijk voor andere medewerkers en Teo werd een teambuilder van C10, waarbij zijn passie voor de dermatologische patiëntenzorg de draaggolf van zijn leiderschap was. Hij heeft met zijn mensen unieke zorg gerealiseerd waarvoor we Teo en zijn mensen erg dankbaar zijn. Met de ontwikkeling van nieuwe therapieën die poliklinisch kunnen worden toegepast is het aantal patiënten dat een klinische opname nodig heeft, afgenomen. Daarmee is het karakter van de patiëntenzorg veranderd op de opname unit C10 en ontstond een kleinere kliniek in één organisatorische eenheid van Dermatologie, Oogheelkunde, Mond- Kaak- en Aangezichtschirurgie en Keel- Neus- en Oorheelkunde. We zijn Teo dankbaar voor zijn inzet en zullen hem missen als een breed gekend expert en organisator van klinisch dermatologische zorg. Het afscheid wordt gevierd tijdens een afscheidsborrel op maandag 30 november in de vergaderzaal van Dermatologie vanaf 16.30 uur. U bent van harte uitgenodigd. Prof.dr. Peter van de Kerkhof, afdelingshoofd Dermatologie
P r o f . d r. M a c h i e l Z w a r t s Per 31 december 2009 zal prof.dr. Machiel Zwarts de afdeling Neurologie verlaten. Onder Machiel Zwarts’ bezielende leiding heeft de klinische neurofysiologie een grote sprong voorwaarts gemaakt: wetenschappelijke vernieuwingen, de klinische toepassingen ervan en opleiding gingen hand in hand en versterkten elkaar. Artikelen en proefschriften verschenen op het gebied van oppervlakte-EMG, naald-EMG, spier- en zenuwechografie, Botox-behandelingen en stimulatietechnieken. Maar Machiel was ook een vakman in de klinische praktijk. Heel wat diagnostiek had niet meer nodig dan zijn scherpe oog en oor en niet meer tijd dan een snel gevonden pagina in een grote rij handboeken en overzichtsartikelen. Machiel wordt medisch hoofd epilepsie bij het instituut Kempenhaeghe. Prof.dr. George Padberg, hoofd Neurologie
Aart Plas Na een dienstverband van 39 jaar gaat Aart Plas per 1 maart 2010 de Arbo- en Milieudienst RU/UMC St Radboud verlaten, om te genieten van een welverdiend (pre-) pensioen. Als analist zette hij de eerste stappen in veiligheid en arbeidsomstandigheden. Toen de toenmalige veiligheidsdienst in 1976 begon met het systeem van veiligheidsgedelegeerden, nu preventiemedewerkers geheten, was Aart één van de eerste en meest gemotiveerde veiligheidsgedelegeerden. Wij kennen Aart als een hartelijke, hardwerkende collega die met veel inzet en gedrevenheid de functie van veiligheidskundige heeft ingevuld en veiligheid op de kaart heeft gezet. De afgelopen jaren heeft hij zich sterk gemaakt voor een ziekenhuisbreed KAM-V beleid, waarin naast kwaliteit en patiëntveiligheid ook milieu en arbeidsomstandigheden, inclusief medewerkersveiligheid, een plek hebben. Aart kiest voor een informeel afscheid op zijn laatste werkdag donderdag 26 november 2009. Iedereen die de afgelopen jaren met Aart heeft samengewerkt wordt uitgenodigd om deze dag (tussen 13.00 uur en 17.00 uur) binnen te lopen aan de Erasmuslaan 17 (Grand Café 1e verdieping, route 980). Wij danken Aart voor zijn inzet en wensen hem en zijn gezin nog veel gelukkige jaren in goede gezondheid toe. Anke Boumans - d’Onofrio, manager afdeling Arbo en Veiligheid Theo Senden, directeur Arbo- en Milieudienst RU/ UMC St Radboud
Voor de persoonlijke aanpak Academische vertaalen redactieservice
FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37
Hebt u een vertaal- of redigeeropdracht? Of zoekt u een tolk? Radboud in’to Languages helpt u graag.
Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
Wat bieden wij? ZmeZgi^hZ^cZZc\gddiVVciVaVXVYZb^hX]Z \ZW^ZYZc/d#V#bZY^hX]!_jg^Y^hX]!ZXdcdb^hX] cVi^kZidekZgiVaZghZcoZZgZgkVgZcida`Zc hX]ZgeZXdcigdaZdeYZ`lVa^iZ^ikVcZa`Z vertaling hZgk^XZ^ckZaZiVaZc hcZaaZaZkZg^c\
Sprok “Feesten aan de Waal”
Goed om te weten: u betaalt geen btw.
eUnieke zaal aan het water met balkon, terras en strand
Hoe werkt het? BV^ajlkgVV\d[deYgVX]icVVgkZgiVVa" hZgk^XZ5^cid#gj#cad[WZabZi%')(+&&)'*#
eSchitterende zaal op de dijk met prachtig terras onder de platanen eVoor promoties, personeelsfeesten, presentaties en vegaderingen
www.radboudintolanguages.nl
eLeuke logementen voor uw gasten van ver eSlechts 5 autominuten van centrum Nijmegen Sprok “Feesten aan de Waal” Waaldijk 9, 6681KJ Lent/Bemmel 024-3243703
[email protected] www.sprok.nl
Volgens NEN 2767 BOUWKEURMEESTER KEURT UW WONING
Een pand kopen of verkopen? Schakel bouwkeurmeester Toon Peters in voor:
UÊ>«ÊiÕÀ}i UÊ6iÀ«ÊiÕÀ}i UÊii«ÊiÕÀ}i UÊ ÊiÕÀ}i Meer informatie of een oriënterend gesprek? Bel Toon Peters!
UÊ"«iÛiÀ}i UÊëiVÌià UÊÊ iÀ}iÊ*ÀiÃÌ>ÌiÊ `Ûià Met kwaliteitsgarantie ISO 9001:9002 certificering TUV!
Sprokkelveld 52 6596 DM Milsbeek T (0485) 516 775 I www.petersbouwadvies.nl E
[email protected]
14
Colofon Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen (eindredactie), Jannie Meussen en Gijs Munnichs. Aan dit nummer werkten mee: Femke van de Berg, Marten Dooper, Flip Franssen, Janneke van der Linde, Pieter Lomans, Marlies Mielekamp, Frank Muller, PietHein Peeters, Eugenie van Schaik (rubrieken), Ad Snik, Daan Van Speybroeck, Jan van Teeffelen. E-mail:
[email protected], telefoon: 024-3613538 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Productgroep Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof. dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, Henk Gerrits, mr. æmiel Kerckhoffs. prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 023-5714745, e-mail:
[email protected] Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van Brück-Engelen 024-3615442 De volgende Radbode verschijnt vrijdag 4 december.
rt nieuws ko
PIPnieuws PersoneelsInformatiePunt Ma: 10.00 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Di: 11.30 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Wo: 10.00 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Do: 11.30 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Vrij: 10.00 - 14.00 uur. T (024) 361 91 66, route en interne post 536
[email protected] : organisatie ➔ personeels Informatie punt en services ➔ HRM
Actueel Wilt u uw keuze Extra en Verhoogd persoonlijk budget voor 2010 wijzigen? Lever het formulier uiterlijk 23 november in bij uw leidinggevende. Het formulier staat op het Intranetportaal ➔ Services ➔ Persoonlijk budget.
Salaris De uitbetaling van het salaris is op 25 november.
PIP tip Kijk voor premies 2010 van de UMC Zorgverzekering op het intranetportaal ➔ Services ➔ UMC Zorgverzekering. Op de website van de UMC Zorgverzekering staan de vergoedingen en voorwaarden. De UMC Zorgverzekering heeft op woensdag en vrijdag tussen 11.30 en 14.00 uur spreekuur bij het PIP.
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9 De laatste jaren zijn er nogal wat berichten verschenen in de pers over het ontstaan van gehoorverlies bij jongeren door het veelvuldig gebruik van mp3-spelers. Deze aandacht is niet nieuw. Eind negentiger jaren waren er soortgelijke berichten over de walkman en discman. Kloppen deze berichten, en zo ja, wat is dan precies de boodschap? Vaak vragen ouders van kinderen die het Audiologisch Centrum bezoeken advies over het gebruik van mp3-spelers door hun kinderen. Een betoog van prof.dr. Ad Snik.
Onnodige onrust over gehoorschade door mp3-spelers het betoog In de laatste decennia van de vorige eeuw is lawaai op de werkplek gereguleerd om gehoorverlies bij werknemers te voorkomen. Vastgesteld werd dat bij een geluidsniveau van 85 dB, gedurende 40 uur per week, en dat gedurende 45 jaren, er een kans is op een (net) meetbaar gehoorverlies (EU-rapport van de SCENIHR, 2008; pag. 28). Dus een beperkt verlies, meestal gelokaliseerd bij de karakteristieke toonhoogte van 4000 Hz. Populair gezegd, uit het totale hoorveld van de mens (van de lage tot hoge frequenties, van net hoorbaar tot net verdraagbaar) is mogelijk een stukje weg van minder dan 0.5 procent, na 45 jaar werken in lawaai van 85 dB. Bij een hogere geluidsbelasting zal de schade groter
Vacatures Elke dag staan de nieuwe vacatures op internet en hangt de vacatureladder bij PIP. Gebruik onze klantencomputer om vacatures te bekijken en vraag desgewenst een uitdraai. : intranetportaal ➔ organisatie ➔ vacatures
FLEX Bent u verpleegkundige en op zoek naar een afwisselende baan? Dan is werken via FLEX, intern uitzendbureau, interessant voor u. Kijk voor meer informatie op onze site, of bel of mail ons. ma t/m vrij 07.30-16.30 uur, T (024) 361 03 03 route 534,
[email protected] : www.umcn.nl ➔ werken bij het UMC ➔ tijdelijk werk
Vrijwilligers Wilt u 1 dagdeel per week gastvrouw of gastheer zijn, eens per maand op zondag bij de kerkdienst actief zijn of iets anders doen? Voor meer informatie: Coördinator vrijwilligerswerk, Joke Hoop. T (024) 361 53 28,
[email protected]. : www.umcn.nl ➔ werken bij het UMC ➔ vrijwilligerswerk
Cursussen en trainingen Er zijn nog plaatsen beschikbaar voor: Harmony basis 21 en 28 januari Jaargesprekken medewerkers 26 januari Persoonlijke Communicatiestijlen 3 en 4 februari Jaargesprekken Leidinggevenden 13 april Leertraject Coördineren met Resultaat In het voorjaar 2010 start het leertraject voor coördinatoren of senior medewerkers, die inhoudelijke taken combineren met operationele aansturing. Meer informatie vinden en aanmelden kan via intranet. Ook staan hier de nieuwe data van het voorjaar 2010. Informatie en aanmelden via : intranetportaal ➔ organisatie ➔ opleidingen ➔ opleidingsaanbod ➔ functiegericht PIPnieuws is van Servicebedrijf, productgroep HRM
Vaak wordt gewezen op het optreden van oorsuizen en een tijdelijke gehoorsvermindering na blootstelling aan harde muziek. We hebben dat allemaal wel eens meegemaakt. Daarbij wordt gesuggereerd dat dit een veeg voorteken is, echter het gehoor herstelt in vrijwel alle gevallen zonder enige blijvende schade. Het zijn wellicht goede waarschuwers, echter géén geheide aanwijzingen dat het de verkeerde kant opgaat!
Professionals en hard geluid Hoe verder? Zeker, hard geluid is schadelijk voor de oren. Professionals in de muziek die vaak in hard geluid werken (muzikanten, personeel disco’s, dj’s) moeten maatregelen nemen conform de wet. Verder, extreme geluidsbelastingen moeten sowieso worden voorkomen. De overheid moet maxima stellen aan de geluidsniveaus bij concerten en festivals. Ten aanzien van vuurwerk is dit reeds gebeurd. Echter, ten aanzien van mp3-spelers is dit wellicht overbodig. Nog nooit is onomstotelijk vastgesteld dat het gebruik van geluidsdragers bij jongeren leidt tot een gehoorverlies (SCENIHR rapport, 2008; pag 51-52). Ook Nijmeegs onderzoek, uitgevoerd in 1999-2000 liet géén effect zien van lawaaibelasting bij een groep van 358 jongeren van 18 jaar, die zeer nauwkeurig onderzocht werd met precieze diagnostische tests (de Beer et al.) 2003). Middelen die direct of indirect bijdragen tot genot zijn vaak niet zonder gevaar (alcohol, roken, zonnebank?, junkfood). Wellicht moeten we de burger hier niet voor beschermen met maatregelen, tenzij het extreme vormen betreft (bijvoorbeeld druggebruik, vuurwerkknallen). Gezien het beperkte effect van mp3-geluid op het horen en het feit dat het luisteren naar harde muziek meestal slechts een bepaalde periode in ons leven betreft (zeker geen 45 jaar) lijken beperkende maatregelen niet direct nodig. Wel moet er algemene bewustheid zijn ten aanzien van negatieve gevolgen van genotmiddelen waaronder het luisteren naar harde muziek. Lesprogramma’s die hiervoor reeds bestaan kunnen uitgebreid worden ten aanzien van lawaaibelasting voor de oren. Het spreekt voor zich dat de berichten in de pers die slechts inspelen op gevoelens van angst onrust oproepen (Enorme ramp dreigt met dove discojeugd, Metro, 21-5-2007; Jeugd steeds jonger doof, Spits, 15-1-2008) onverantwoord zijn.)
Voorzichtigheid geboden Hoogleraar audiologie Ad Snik
Foto: Jan van Teeffelen
zijn. Vanaf 85 dB moet in Nederland gehoorbescherming gedragen worden. Deze waarde is conservatief maar voorstelbaar, omdat werknemers immers beschermd moeten worden. De eerste vraag die zich opdringt is of die 85 dB ook moet gelden voor vrijwillig gekozen lawaai en/of muziek, of kan hier een minder conservatieve benadering gekozen worden? Helaas wordt die 85 dB in de pers vaak gebruikt als maat waarboven het gevaarlijk wordt. Men vergeet gemakshalve dat er pas “gevaar” ontstaat bij 45 jaar van dit soort lawaai en dan voor 40 uur per week. Nog eens geheel anders voorgesteld, wederom gebaseerd op gegevens zoals vermeld in het EU rapport: stel dat twintig jonge dames een gehoorverlies willen verwerven zo groot dat ze net in aanmerking komen voor een hoortoestelaanpassing. Als ze dagelijks een mp3speler gebruiken op een niveau van 95 dB gedurende zes uur (95 dB is gilniveau, onaangenaam hard zeker bij langdurig luisteren), dan heeft één van de twintig dames kans om na zo’n vijftig jaar mp3-gebruik net in aanmerking te komen voor hoortoestelvergoeding. De andere negentien moeten nog stug doorsparen, zes uur per dag de mp3 op gilniveau!
15
Tot slot nog een belangrijke noot. Bovenstaande overwegingen ten aanzien van de kans op gehoorverlies als gevolg van lawaaibelasting gelden voor de “doorsnee” Nederlander. Sommige mensen zijn echter gevoeliger voor lawaaischade dan anderen, hetgeen vaak erfelijk bepaald is. Dus, zit de slechthorendheid in de familie - anders dan die welke ontstaat op hoge leeftijd-, of is de jongere al enigszins slechthorend, dan is voorzichtigheid geboden en consultatie van deskundigen zoals aanwezig op Audiologische Centra zinvol. n Ad Snik, hoogleraar Audiologie en Joop Leijendeckers, klinisch-fysicus, UMC St Radboud Referenties SCENIHR rapport. Potential health risks of exposure to noise from personal Music players and mobile phones including a Music playing function. EU rapport, Brussel, 2008 De Beer BA, Graamans K, Snik AFM, Ingels K, Zielhuis GA. Hearing deficits in Young adults who had a history of otitis media in childhood: use of personal stereos had no effect on hearing. Pediatrics 2003;111:e304-308
e b at d
r a dbod e 1 9 - 2 0 0 9
Het Radbode-debat
Iedereen denkt dat het goed zit met dierproeven De aandacht voor de kwaliteit van dierproeven is bedroevend vergeleken met die voor de kwaliteit van clinical trials, vindt UMC-hoogleraar Merel Ritskes. Onderzoek naar medicijnen is daardoor niet zo goed als het zou kunnen zijn. Dutch Cochrane-directeur Rob Scholten voelt zich niet aangesproken: ‘Het is alsof je tegen computerfabrikant Dell zegt dat hij ook verantwoordelijk is voor de Pentiumprocessor die er in zit.’
Rob Scholten VS Merel Ritskes
P i e t- H e i n P e e t e r s Foto: Piet-Hein Peeters
‘We zitten op dit moment met een serieuze tekortkoming in de wetenschappelijke manier van werken bij medisch onderzoek. Waar de kwaliteit van de clinical trials steeds beter is geworden door de toepassing van de Cochrane-methode (zie kader, red), is dat bij de dierproeven die aan die trials vooraf gaan niet het geval.’ Merel Ritskes, hoogleraar proefdierkunde, windt er geen doekjes om. ‘Omdat we dierproeven onvoldoende analyseren, worden er clinical trials uitgevoerd die helemaal niet uitgevoerd hadden moeten worden.’ Met soms schokkende gevolgen voor de menselijke gezondheid, stelt Ritskes. ‘In Engeland is een medicijn voor hersenbloedingen getest op mensen. Dat had ernstige bijwerkingen: het veroorzaakte extra bloedingen. Achteraf bleek dat bij de afzonderlijke dierproeven deze bijwerking niet significant zichtbaar was geworden, maar bij de optelsom van die dierproeven wel. Ook hier had dus systematisch naar het materiaal dat uit de dierproeven komt, gekeken moeten worden. Dus vooraf aan de clinical trial! Een dergelijke werkwijze zorgt er bovendien voor dat we veel efficiënter gaan werken.’
Ritskes: ‘Iedereen doet dus wat jij nu doet. Iedereen gaat er maar vanuit dat het goed zit met die dierproeven. En het zit dus niet goed. Er zit een groot hiaat. Ik vind dat Cochrane, met haar sterke internationale reputatie, zich moet inzetten om dit probleem aan te pakken.’ Scholten: ‘Ik kan ook zeggen dat jullie je werk goed moeten doen.’ Ritskes: ‘Dat wil ik ook, maar daar heb ik jou voor nodig. We hebben het uiteindelijk over een risico voor de volksgezondheid. Jij hebt het over Dell, maar als ik naar Coca Cola kijk, is het toch echt ook hun verantwoordelijkheid dat de ingrediënten die zij gebruiken goed zijn.’ Scholten: ‘Nogmaals, ik vind dat ik er vanuit moet gaan dat de ingrediënten goed zijn, dat is de verantwoordelijkheid van andere instanties. Maar ik erken wel dat het punt dat je aandraagt zodanig serieus is dat erover gesproken moet worden. Binnen Cochrane, maar ook daarbuiten.’ Ritskes: ‘Maar dat gaat niet gebeuren als Merel in haar eentje staat te roepen.’ Scholten, bescheiden: ‘Maar met Rob erbij schiet het ook nog niet op, hoor.’
Pentium
Zwarte lijst
Directeur van het Dutch Cochrane Centre is Rob Scholten. Scholten is op het eerste oog het logische mikpunt van de kritiek van Ritskes. Hoe kan Cochrane haar missie om te komen tot wetenschappelijk onderbouwde beslissingen over medische behandelingen waarmaken als de aan clinical trials voorafgaande dierproeven al onvoldoende geanalyseerd zijn? Scholten: ‘Het is alsof je tegen computerfabrikant Dell zegt dat ze ook verantwoordelijk zijn voor de Pentium processor die er in zit. De Cochrane Collaboration gaat ervan uit dat het traject tot aan de clinical trials goed is verlopen, omdat het middel nou eenmaal is toegelaten tot de clinical trials. Voor het traject naar de trials toe zijn andere instanties verantwoordelijk. Waarom moet je mij hebben?’
Zo slaagt Ritskes er al vrij snel in Scholten mee te nemen in haar bezorgdheid. De Cochrane-directeur besluit niet om morgen in Nederland ook systematic reviews van dierproeven te gaan maken, maar begint wel met Ritskes mee te denken. Scholten: ‘Wat ik een mooi initiatief vind, is het prospectieve Nederlandse trialregister. Zodra clinical trials van start gaan, wordt de projectbeschrijving in dat register openbaar gemaakt. Vervolgens wordt dat onderzoek uitgevoerd en zet je die uitkomsten er ook op. Iedereen kan daarbij. Bovendien ondervang je een selectieve presentatie van uitkomsten, omdat je in het begin al hebt laten zien naar welke uitkomsten je allemaal gaat kijken.’ Ritskes: ‘Inderdaad, zoiets moeten wij dus ook hebben. Kunnen we dat register niet uitbouwen met een gedeelte voor dierproeven?’ Scholten: ‘Dat lijkt me niet handig. Dit gaat over clinical trials, dat moet je niet vermengen met dierproeven. Het moet een apart register zijn. Maar hoe gaan we ervoor zorgen dat dierproefonderzoekers al hun onderzoek gaan registreren en publiceren? Dus ook de onderzoeken waar geen positieve resultaten gehaald worden?’ Ritskes: ‘Ja, dat is dus lastig. Dat willen mijn collega’s niet, die hebben daar geen interesse in. Als je niet in een tijdschrift kunt publiceren, publiceren ze niet. De medisch-ethische commissies die dierproefonderzoek beoordelen zouden daar een rol in moeten spelen.’
Cochrane Dutch cochrane – www.cochrane.nl - stelt zich ten doel bij te dragen aan het nemen van wetenschappelijk onderbouwde beslissingen over behandelingen. Het centrum doet dat door het maken van systematische samenvattingen van al het beschikbare wetenschappelijk onderzoek over het effect van een gezondheidsinterventie. Het Nederlandse centrum maakt deel van de wereldwijd zeer gereputeerde Cochrane Collaboration. Een onafhankelijke, internationale non-profit organisatie die streeft naar het produceren van hoogwaardige, niet door belanghebbende partijen beïnvloede resultaten.
16
Scholten: ‘Op de zwarte lijst met die onderzoekers, zou ik zeggen. Medisch-ethische commissies kunnen ze daarop zetten. Onderzoekers die met een dierproef starten, moeten weten wat voor vergelijkbaar onderzoek er al geweest is en wat daar uit is gekomen. Ieder onderzoekvoorstel op het gebied van dierproeven zou onderbouwd moeten worden met een systematic review.’ Ritskes: ‘Oké, maar dan moeten subsidieverstrekkers ook gaan meedoen. Dat ze alleen geld verstrekken aan onderzoeken waar ook een systematic review deel uitmaakt van het project. En editorial boards van tijdschriften, die hebben volgens mij ook een belangrijke rol. Een aantal invloedrijke editors heeft een aantal jaren geleden besloten dat gegevens van clinical trials voor een ieder inzichtelijk moeten zijn. Dat kan voor dierproeven ook gebeuren.’ Scholten: ‘Je zou willen dat bijvoorbeeld onderzoek dat nog gaat starten ook in een register terechtkomt en dat negatieve uitkomsten ook gepubliceerd worden. Maar het is lastig om die omslag voor elkaar te krijgen.’ Ritskes: ‘Wij hebben als afdeling de gold standard publication checklijst ontwikkeld waaraan publicaties over dierproeven moeten voldoen. Wat voor gegevens daar allemaal in moeten staan, zodat er in de toekomst ook echt goede systematische reviews plaats kunnen vinden. Eén tijdschrift scoorde een 5,5 op onze checklist. De rest veel lager, met name belangrijke tijdschriften met een hoge impact factor zoals Nature en Science.’ Scholten, lachend: ‘Die standaard is hartstikke interessant, maar je moet het wel zeker weten. Anders kom je nooit meer in Nature.’
Afspraken Een openbaar register op internet voor dierproeven. Meer verantwoordelijkheid neerleggen bij medischethische commissies, subsidieverstrekkers en editorial boards. Een gouden standaard waaraan publicaties over dierproefonderzoek moeten voldoen. Ideeën genoeg dus voor de aanpak van een serieus probleem. Door de cochrane-methode is de kwaliteit van clinical trials gestegen. Dat moet, bijvoorbeeld voor een optimale patiëntveiligheid, ook gebeuren bij de dierproeven. Ritskes: ‘Mooi, ideeën hebben we. En druk hebben we het ook. Hoe ga je mij helpen, Rob?’ Scholten: ‘Die gold standard gaan we in de Cochrane Newsletter zetten die wereldwijd verspreid wordt. En ik kan onder mijn collega’s in andere landen eens checken of zij dit probleem ook zien, zodat we internationaal meer beweging krijgen. Wat mij betreft plaatsen we ook een editorial van jou over dit onderwerp. Oké?’ Ritkses: ‘Helemaal goed.’ n