Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007 Survey onder vreemdelingen naar het verblijf binnen de inrichting
DJI DJI
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007 Survey onder vreemdelingen naar het verblijf binnen de inrichting
CUB, Informatieanalyse en Documentatie I. Henneken-Hordijk
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Colofon Tekst
I. Henneken-Hordijk
Opmaak
DJI
Coverbeeld
DJI / Marcel Molle (de op de foto’s afgebeelde personen zijn modellen en hebben geen straf- of civielrechtelijk verleden)
Uitgave
Dienst Justitiële Inrichtingen Concernstaf Uitvoeringsbeleid Afdeling Informatieanalyse en documentatie Postbus 30132 2500GC Den Haag
Telefoon
(070) 8 89 43 13 / (070) 3 70 49 61
E-mail
[email protected]
Websites
http://www.dji.nl/ http://www.virtuelegevangenis.nl http://www.geentoegang.nl/ http://www.dji4kids.nl/
Artikelnummer
DJI/CC/2008/32 DEZE UITGAVE IS ZUIVER INFORMATIEF. ER KUNNEN GEEN RECHTEN AAN WORDEN ONTLEEND. DJI AANVAARDT GEEN AANSPRAKELIJKHEID VOOR EVENTUELE FOUTEN IN DEZE UITGAVE. © DJI, DEN HAAG, maart 2209, 08-0085
2
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Inhoudsopgave
Samenvatting 5 1
Inleiding 9
2
Uitvoering van de survey 11 2.1
Vragenlijst vreemdelingensurvey 11
2.2
Organisatie 12
2.3
De non-respons 12
2.4
Representativiteit 13
2.5 Toelichting op de vragenlijst 15 2.5.1 Veiligheid en duidelijkheid 15 2.5.2 Contacten met de buitenwereld 16 2.5.3 Dagbesteding en activiteiten 16 2.5.4 Contacten met vb-ers en vreemdelingen onderling 16 2.5.5 Zorg en overige functionarissen 16 2.5.6 Overige aspecten 17 2.6 Beoordeling van de resultaten 17 2.6.1 Figuren 17 2.6.2 Terminologie 17 2.6.3 Statistische beoordeling van de verschillen 17 3
Uitkomsten 19 3.1
Achtergrondkenmerken 19
3.2
Beleving vreemdelingenbewaring – een overzicht 20
3.3
Invloed achtergrondkenmerken 22
3.4 Veiligheid en duidelijkheid 22 3.4.1 Veiligheid 22 3.4.2 Regels en rechten 23 3.5
Contacten met de buitenwereld 24
3.5 Dagbesteding en activiteiten 24 3.5.1 Dagbesteding 24 3.5.2 Activiteiten 25 3.6 Onderlinge contacten 25 3.6.1 Omgang van vb-ers met vreemdelingen 25 3.6.2 Omgang vreemdelingen onderling 26
3
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
3.7 Zorg en overige functionarissen 26 3.7.1 Gezondheidszorg 26 3.7.2 Overige functionarissen 27 3.8 Overige aspecten 27 3.8.1 Hygiëne 27 3.8.2 Autonomie 28 3.8.3 Extra vragen 28 3.8.4 Eindoordeel 29 4
Uitkomsten per locatie 31 4.1
Achtergrondkenmerken 31
4.2 Veiligheid en duidelijkheid 33 4.2.1 Veiligheid 33 4.2.2 Regels en rechten 34 4.3
Contacten met de buitenwereld 35
4.4 Dagbesteding en activiteiten 36 4.4.1 Dagbesteding 36 4.4.2 Activiteiten 37 4.5 Onderlinge contacten 38 4.5.1 Omgang vb-ers met vreemdelingen 38 4.5.2 Omgang vreemdelingen onderling 39 4.6 Zorg en overige functionarissen 40 4.6.1 Gezondheidszorg 40 4.6.2 Overige functionarissen 41 4.7 Overige aspecten 42 4.7.1 Hygiëne 42 4.7.2 Autonomie 42 4.7.3 Extra vragen 43 4.7.4 Eindoordeel 44 5
Vergelijkingen met 2004 en met GW 2007 45 5.1
Mogelijkheden en beperkingen 45
5.2 Vergelijking vreemdelingensurvey 2007 met vreemdelingensurvey 2004 46 5.2.1 Verschillen tussen de populaties 46 5.2.2 Verschillen in beleving 47 5.3 Vergelijking vreemdelingensurvey 2007 met gedetineerdensurvey 2007 49 5.3.1 Verschillen tussen de populaties 49 5.3.2 Verschillen in beleving 51 Bijlage 1 55 Bijlage 2 61 Bijlage 3 67
4
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Samenvatting
De vreemdelingensurvey is een belevingsonderzoek waarin de vraag centraal staat hoe de vreemdelingen de vreemdelingenbewaring ervaren in de inrichtingen waar ze op dat moment verblijven. In dit rapport worden de bevindingen van de vreemdelingensurvey 2007 beschreven. In 2004 vond de eerste landelijke meting van de vreemdelingensurvey plaats. De vreemdelingen waren toentertijd ondergebracht bij het Gevangeniswezen. Met ingang van 1 januari 2006 zijn de vreemdelingen stapsgewijs ondergebracht bij de Directie Bijzondere Voorzieningen. In 2007 heeft in alle inrichtingen van deze directie voor de tweede maal de vreemdelingensurvey plaatsgevonden. De doelgroep De doelgroep van de vreemdelingensurvey bestond uit alle vreemdelingen 1 die op het moment van afname op grond van de vreemdelingenwet in vreemdelingenbewaring verbleven. Het ging om 1449 vreemdelingen. Van hen hebben 575 personen de vragenlijst bruikbaar ingevuld. Dat is een respons van 40%. De vragenlijst Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van een vragenlijst waarin verschillende onderwerpen aan bod komen die invloed hebben op de beleving van de vreemdelingenbewaring. De vragen die in de vragenlijst aan bod zijn gekomen zijn gegroepeerd in een zestal hoofdonderwerpen: 1) veiligheid en duidelijkheid, 2) contacten met de buitenwereld, 3) dagbesteding en activiteiten, 4) onderlinge contacten, 5) zorg en overige functionarissen, 6) overige aspecten. Hieronder worden de belangrijkste bevindingen van de vreemdelingensurvey beschreven. Allereerst worden echter de achtergrondkenmerken van de vreemdelingensurveypopulatie beschreven. Vervolgens wordt stilgestaan bij de beleving van de vreemdelingenbewaring van de totale populatie, de verschillen in beleving tussen de mannen en de vrouwen en tussen de locaties. Als laatste wordt gekeken naar de verschillen met de resultaten van de vreemdelingensurvey 2004 en de gedetineerdensurvey 2007. Achtergrondkenmerken Van de 575 vreemdelingen die deel hebben genomen aan de vreemdelingensurvey zijn er 474 man en 101 vrouw. De gemiddelde leeftijd ligt op 32 jaar. Het opleidingsniveau van de vreemdelingen is gevarieerd. Opvallend is het grote aandeel (24%) dat een hogere beroepsopleiding of wetenschappelijke opleiding heeft afgerond. De meeste vreemdelingen zijn afkomstig uit OostAzië (26%), Afrika (28%) en Europa (11%).
1
Ten tijde van de uitvoering van de vreemdelingensurvey was het detentiecentrum in Alphen a/d Rijn nog niet geopend evenals de detentieplatforms in Zaandam.
5
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Het merendeel (60%) van de vreemdelingen weet niet op welke grond zij in vreemdelingenbewaring verblijven. Dit komt vooral door een onduidelijke aanklacht (38%), gebrek aan informatie (30%) en onduidelijke informatie (27%) Slechts een klein deel van de vreemdelingen (13%) geeft aan op het moment van afname van de vreemdelingensurvey langer dan 6 maanden in de huidige inrichting te zitten. Bijna driekwart (72%) verblijft voor de eerste keer in vreemdelingenbewaring. Veiligheid en duidelijkheid De veiligheid binnen de inrichting wordt door de vreemdelingen gemiddeld neutraal beoordeeld. De vrouwen zijn positief, de mannen neutraal. In de locaties Noorderzand, Schiphol-Oost en Zestienhoven zijn de vreemdelingen positief, in Rotterdam duidelijk minder positief. Gevoelens van onveiligheid wordt het vaakst veroorzaakt door meerdere vreemdelingen of meerdere vb-ers. De plaats die door de vreemdelingen het vaakst wordt genoemd als onveilige plek is de eigen cel. De duidelijkheid in regels en rechten wordt ook gemiddeld neutraal beoordeeld. Ook hier zijn de vrouwen overwegend positief en de mannen neutraal. In Zeist en in Rotterdam zijn de vreemdelingen licht negatief tot negatief, in Noorderzand positief. Contacten met de buitenwereld De vreemdelingen zijn licht negatief over de mogelijkheden om contacten te onderhouden met de buitenwereld. De vrouwen hebben hier nog een gematigde mening over, de mannen zijn duidelijk negatief. Alleen in Noorderzand zijn de vreemdelingen nog positief. In Zestienhoven hebben de vreemdelingen een neutrale mening. De andere locaties en dan met name Rotterdam zijn negatief. Dagbesteding en activiteiten De manier waarop de vrije tijd wordt besteed en de inhoud van de aangeboden activiteiten worden door de vreemdelingen negatief beoordeeld. Het aanbod van boeken en tijdschriften wordt met name als zeer slecht beoordeeld. Wederom zijn de mannen negatief en de vrouwen minder uitgesproken. De vreemdelingen zijn in alle locaties, met uitzondering van Noorderzand negatief gestemd. De vreemdelingen in Rotterdam vallen dan nog op door een zeer negatief oordeel. Onderlinge contacten Zowel de omgang met de vb-ers als de omgang met de andere vreemdelingen wordt neutraal beoordeeld. Ook hiervoor geldt dat de vrouwen positiever zijn dan de mannen. In alle locaties, behalve in Rotterdam, zijn de vreemdelingen neutraal tot positief. Discriminatie komt relatief vaak voor. Bijna de helft van de vreemdelingen geeft aan wel eens gediscrimineerd te zijn in de inrichting. Het vaakst voelen ze zich gediscrimineerd door meerdere vb-ers. Afkomst en huidskleur worden door de meerderheid genoemd als gronden voor discriminatie. In Rotterdam en Zeist geven de vreemdelingen het vaakst aan dat er sprake van discriminatie, in Zestienhoven en Schiphol-Oost het minst vaak. Zorg en overige functionarissen De zorg in de inrichtingen wordt negatief beoordeeld. De vreemdelingen zijn met name ontevreden over de psycholoog, de tandarts en de fysiotherapeut. Over de huisarts zijn ze iets minder negatief, echter nog steeds negatief. Alleen de verpleegkundige en de toegankelijkheid van de huisarts worden neutraal beoordeeld. De vrouwen hebben een overwegend neutraal oordeel, dit in tegenstelling tot de mannen, zij oordelen negatief. Vooral de vreemdelingen in Rotterdam en Schiphol-Oost zijn ontevreden over de diverse zorgverleners. Ook de overige functionarissen, zoals de terugkeerfunctionaris, de bevolkingsadministratie en het afdelingshoofd worden niet goed beoordeeld. Hierbij geldt weer dat de vrouwen over de overige functionarissen en dan met name het afdelingshoofd duidelijk positiever zijn dan de mannen. In Zeist en Rotterdam zijn ze het meest ontevreden.
6
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Ongeveer de helft van de vreemdelingen heeft contact gehad met een geestelijk verzorger. Dit is meestal een imam of een pastor. Over de geestelijk verzorger is men neutraal tot tevreden. Overige aspecten De hygiëne wordt door alle vreemdelingen voldoende tot goed gevonden. Hoewel de mannen positief zijn, zijn de vrouwen toch nog duidelijk positiever. Alleen de luchtplaats in Rotterdam wordt onvoldoende schoon gevonden. Ten aanzien van de diverse vragen over autonomie geldt dat de vreemdelingen overwegend negatief tot neutraal oordelen. Het eten in de inrichting wordt niet lekker en vaak hetzelfde gevonden. Ook zijn de porties niet voldoende. Wel zijn de vreemdelingen van mening dat er voldoende rekening wordt gehouden met geloofsovertuigingen. De vrouwen zijn iets positiever dan de mannen over het eten. Over de winkel in de inrichting zijn de vreemdelingen niet te spreken. De producten zijn te duur, het aanbod is te beperkt en de kwaliteit laat te wensen over. De vrouwen zijn weer minder negatief dan de mannen. Ongeveer een vijfde van de vreemdelingen geeft aan dat er soms tot vaak drugs wordt gebruikt. In Schiphol-Oost en Noorderzand is er minder vaak sprake van drugsgebruik. In Schiphol-Oost, Zestienhoven en Rotterdam ervaren de vreemdelingen overlast door drugsgebruik. Controle op gebruik en bezit vindt alleen in Zeist te vaak plaats. Het overgrote deel van de vreemdelingen deelt een cel. Twee op één cel wordt niet negatief maar ook niet positief beoordeeld. Het delen van de cel met meerdere personen wordt wel negatief beoordeeld. De vrouwen zijn duidelijk positief over twee op één cel. De mannen zijn licht negatief over het delen van een cel met meerdere personen. Met name de vreemdelingen in Zeist en Rotterdam zijn tegen het delen van de cel met meerdere personen. De algemene tevredenheid over de inrichting is niet goed. De vrouwen zijn niet tevreden, maar ook niet ontevreden. De mannen zijn ontevreden. Alleen de vreemdelingen in Noorderzand zijn licht tevreden. De vreemdelingen in de andere locaties zijn negatief tot zelfs zeer negatief in Rotterdam. Samenhangen met algemene tevredenheid Alle hoofdonderwerpen hangen sterk samen met de algemene tevredenheid van de vreemdelingen over de inrichting waar zij verblijven. Uit nadere analyse blijkt het oordeel over de gezondheidszorg, de dagbesteding, de duidelijkheid in regels en rechten en de contacten met de buitenwereld de algemene tevredenheid het beste te verklaren. Bij de prioriteitsbepaling van eventuele verbeteracties kan dit van belang zijn. De andere onderwerpen dragen niets unieks meer bij aan de verklaring van de algemene tevredenheid. Verder is gebleken dat ook de achtergrondkenmerken er niet heel veel toedoen. Vergelijking met 2004 Over de meeste onderwerpen oordelen de vreemdelingen in 2007 vergelijkbaar met de vreemdelingen in 2004. Wel kan van een licht negatieve tendens worden gesproken. Alleen ten aanzien van de veiligheid en de activiteiten zijn de vreemdelingen in 2007 duidelijk minder tevreden dan in 2004. Het oordeel over de veiligheid laat een daling van iets meer dan een kwartpunt zien (-0,28). De tevredenheid over de activiteiten is duidelijk achteruitgegaan, de daling is meer dan een halve punt (-0,57). De vreemdelingen waren in 2004 niet tevreden maar ook niet ontevreden, in 2007 zijn ze echter zeer ontevreden over de activiteiten die worden aangeboden. Gezien de versobering die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden is deze daling wel te verklaren.
7
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Vergelijking met GW 2007 Bij deze vergelijking is het van belang op te merken dat de bewaring verschillende doelgroepen en deels andere doelen betreft. De meeste onderwerpen worden door de vreemdelingen in 2007 negatiever beoordeeld dan door de gedetineerden in 2007. Met name over de activiteiten binnen de inrichting, de diverse zorgverleners en de mogelijkheden tot contacten met de buitenwereld zijn de vreemdelingen vaker ontevreden dan de gedetineerden. Maar ook de veiligheid en de duidelijkheid in regels en rechten wordt door de vreemdelingen minder goed beoordeeld. Het oordeel van de vreemdelingen over de dagbesteding, onderlinge omgang met vb-ers/piw-ers of met medevreemdelingen/medegedetineerden is slechts licht negatiever dan het oordeel van de gedetineerden. Hier kan alleen worden gesproken van een lichte negatieve tendens. De tevredenheid over de hygiëne is vergelijkbaar. Tot slot Aan de vreemdelingen is aan het einde van de vragenlijst een algemeen oordeel over de inrichting gevraagd. Gemiddeld zijn de vreemdelingen negatief. De mannen hebben een duidelijk negatief oordeel, de vrouwen hebben een neutraal oordeel over de inrichting. Met uitzondering van Noorderzand is dit algemene oordeel negatief. Vooral de vreemdelingen in Rotterdam zijn erg negatief. Dit komt overeen met de scores op de meest veelzeggende hoofdonderwerpen uit de survey. Op alle onderwerpen zijn de vreemdelingen in Noorderzand neutraal tot positief en zijn de vreemdelingen in Rotterdam negatief tot zeer negatief. De andere drie locaties zitten hier tussen in. Een mogelijke verklaring voor de ontevredenheid van de vreemdelingen in Rotterdam betreft wellicht de gebouwelijke omstandigheden waaronder zij in Rotterdam vastzitten. De locatie is als tijdelijke voorziening in gebruik genomen en de diverse voorzieningen zijn zeer sober ingericht. Verder deelt de overgrote meerderheid de cel met meerdere personen (vierpersoonscel of zespersoonscel). Ook lijkt het negatieve imago van de locatie invloed te hebben op de beleving van de vreemdelingen. Een mogelijke verklaring voor de tevredenheid van de vreemdelingen in Noorderzand kan worden gezocht in de doelgroep die hier vast zit, namelijk alleen vrouwen. Maar ook hier kunnen de gebouwelijke omstandigheden, dit maal in positieve zin, een rol spelen. De locatie Noorderzand is een kleinschalige voorziening. Het complex heeft een rechthoekige vorm rond een ruime luchtplaats. Er heerst een open en gemoedelijke sfeer.
8
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
1
Inleiding
In 2003 heeft voor de eerste maal een landelijke meting van het gedetineerdenklimaat plaatsgevonden onder alle strafrechtelijke gedetineerden in het gevangeniswezen. Naar aanleiding van dit onderzoek werd vanuit het coördinatieoverleg vreemdelingen de vraag gesteld of het ook mogelijk was om een dergelijk onderzoek voor vreemdelingen uit te voeren. Met enige aanpassingen in de vragenlijst is in opdracht van de sector Gevangeniswezen en de tijdelijke directie Bijzondere Voorzieningen eind november 2004 een vreemdelingensurvey gehouden. Met ingang van 1 januari 2006 zijn de vreemdelingen stapsgewijs van de sectordirectie Gevangeniswezen ondergebracht bij de directie Bijzondere Voorzieningen. In 2007 heeft in alle inrichtingen van deze directie voor de tweede maal de vreemdelingensurvey plaatsgevonden. De vreemdelingensurvey is een belevingsonderzoek waarin de vraag centraal staat hoe de vreemdelingen de vreemdelingenbewaring ervaren in de inrichting waar ze op dat moment verblijven. De resultaten van dit onderzoek kunnen worden gebruikt voor interne kwaliteitsverbetering en nieuwe beleidsvorming. Het instrument kan worden gebruikt om verschillende vergelijkingen tussen inrichtingen te maken. Ook zijn vergelijkingen tussen bepaalde verblijfs- en achtergrondkenmerken mogelijk. Daarnaast maakt periodieke afname van de vragenlijst het mogelijk om bepaalde ontwikkelingen in de vreemdelingenbewaring en de mogelijke impact van beleidswijzigingen, in het algemeen of voor de afzonderlijke inrichtingen, zichtbaar te maken. Bij vrijheidsbenemende maatregelen voor vreemdelingen wordt onderscheid gemaakt tussen vreemdelingen die aan de grens zijn geweigerd (art. 6 van de Vreemdelingenwet) en vreemdelingenbewaring ter fine van uitzetting (art. 59 van de Vreemdelingenwet). De eerste groep betreft personen die via de Schengen-buitengrens, meestal Schiphol, Nederland proberen binnen te komen, maar geen toegang krijgen. De tweede groep (art. 59) betreft in Nederland aangetroffen vreemdelingen die ter fine van uitzetting worden vastgezet. Daaronder bevinden zich bijvoorbeeld uitgeprocedeerde asielzoekers, illegale vreemdelingen die nooit een verblijfsvergunning hebben aangevraagd of ex-asielzoekers die ooit een tijdelijke verblijfsvergunning hebben gehad die niet is verlengd. Het vastzetten van deze groep is volgens de wet slechts geoorloofd indien de openbare orde of de nationale veiligheid dit vordert met het oog op de uitzetting. Er moeten met andere woorden concrete aanwijzingen zijn voor het vermoeden dat zij zich aan de uitzetting zullen onttrekken. Omwille van de leesbaarheid wordt in deze vreemdelingensurvey in beide gevallen gesproken van vreemdelingenbewaring. Voor alle duidelijkheid, in de vreemdelingenbewaring bevinden zich dus geen personen die op grond van het wetboek van strafrecht worden vastgehouden. Hoewel de titel waarop de vreemdelingen worden vastgehouden niet direct verband houdt met het regime waaronder ze vastzitten, komt dat er in de praktijk meestal wel op neer. De vreemdelingen die op grond van art. 6 zitten, verblijven altijd in het regime grenslogies en de vreemdelingen die op grond van art. 59 vastzitten, verblijven doorgaans in een hvb-regime. Zij kunnen evenwel ook geplaatst worden in een locatie waar het regime grenslogies van toepassing is, hetgeen in de uitzetcentra het geval is. Op papier verschillen deze regimes van elkaar. Het hvb-regime valt namelijk onder de penitentiaire beginselenwet en het regime grenslogies niet, maar in de praktijk is het verschil niet overal duidelijk terug te vinden.
9
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
In 2004 is om de verschillende regimes goed tot hun recht te laten komen in de vreemdelingensurvey besloten de vragenlijst in twee versies beschikbaar te stellen. Echter, aangezien het aantal vreemdelingen dat ten tijde van de afname in 2007 op grond van art. 6 in de inrichtingen verblijven minimaal was, is in 2007 besloten dit onderscheid niet te handhaven. De twee verschillende vragenlijsten zijn voor de vreemdelingensurvey van 2007 geïntegreerd. De vreemdelingen kunnen naast het onderscheid in juridische titel worden onderscheiden in: • Alleenstaande volwassenen; • Alleenstaande minderjarigen; • Gezinnen met en zonder kinderen. De alleenstaande minderjarigen worden geplaatst in justitiële jeugdinrichtingen. Voor de gezinnen wordt binnen het regime een aparte interne differentiatie gehanteerd. Bijvoorbeeld worden gezinnen in een aparte schakelcel gehuisvest. Een deel van alle vreemdelingen heeft voorafgaand aan de vreemdelingenbewaring een vrijheidsstraf uitgezeten. Ook heeft een deel van de vreemdelingen al eerder één of meerdere keren in vreemdelingenbewaring gezeten. In 2008 wordt een herijking van de vreemdelingenbewaring voorbereid, waarbij de mogelijkheden worden onderzocht om het regime een meer eigen en minder strafrechtelijk karakter te geven.
10
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
2
Uitvoering van de survey
2.1
Vragenlijst vreemdelingensurvey
De vragenlijst die in 2007 aan de vreemdelingen is voorgelegd komt in grote lijnen overeen met de vragenlijst die in 2004 is gebruikt. Naar aanleiding van de evaluatie van de vragenlijst van 2004 is een aantal vragen geschrapt en een aantal toegevoegd. In bijlage 1 zijn alle vragen per onderwerp van de vragenlijst van 2007 weergegeven, waarbij is aangegeven welke vragen nieuw zijn (dus niet in de vragenlijst van 2004 zaten). De vragenlijst is in meerdere talen beschikbaar gesteld, aangezien in de vreemdelingenbewaring veel verschillende talen worden gesproken. Op basis van het registratiesysteem Tulp 2 is op grond van het geboorteland en nationaliteit een inschatting gemaakt van de behoefte aan die verschillende talen. Hierbij zijn er twee complicerende factoren. Ten eerste zijn vreemdelingen niet altijd open en eerlijk over hun land van herkomst, omdat dit een langdurig verblijf in Nederland in de weg kan staan. Ten tweede verblijven vreemdelingen over het algemeen erg kort in de inrichting (gemiddeld 3 maanden). Het is daarom mogelijk dat de samenstelling van de populatie (sterk) is veranderd op het moment van afname van de vreemdelingensurvey. Inclusief Nederlands is de lijst in totaal in 12 talen beschikbaar gesteld. In tabel 2.1 is te zien dat sommige talen uiteindelijk maar door een enkeling gebruikt is. Tabel 2.1 Verdeling vreemdelingen naar gebruikte taalversie Taal Aantal Nederlands 92 Engels 101 Frans 37 Duits 4 Spaans 22 Turks 25 Russisch 29 Arabisch 108 Roemeens 1 Servo Kroatisch 5 Chinees 123 Hindi 28 Totaal 575
2
TULP is het registratiesysteem waarin de informatie rondom tenuitvoerlegging en persoonsgegevens van o.a. vreemdelingen worden vastgelegd.
11
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
2.2
Organisatie
De afname van de vreemdelingensurvey heeft in week 42 van 2007 plaatsgevonden. Inrichtingen waren vrij om in die week een geschikte dag te kiezen om de vragenlijst af te nemen. In iedere inrichting was een contactpersoon aangewezen voor de voorbereiding en de uitvoering van de vreemdelingensurvey. De contactpersonen fungeerden als belangrijke schakel tussen het hoofdkantoor en de inrichtingen. Om de vreemdelingen tijdig te informeren en te motiveren tot deelname aan de vreemdelingensurvey, zijn enkele weken voor de afname posters in de inrichting opgehangen. Ook is een paar dagen voorafgaand aan de afname een flyer aan de vreemdelingen uitgereikt waarin het doel van de vreemdelingensurvey werd uitgelegd. Deze flyer was in zes talen beschikbaar. Om het personeel op de hoogte te stellen is een factsheet uitgereikt. De ingevulde vragenlijsten zijn op het hoofdkantoor verwerkt. Binnen drie weken na ontvangst van de vragenlijsten is de directie via zogenoemde ‘snelrapportages’ van de belangrijkste uitkomsten voor hun inrichting/locatie op de hoogte gebracht. Deze snelrapportage betrof een presentatie van de uitkomsten per vraag in grafieken op locatieniveau. Elke inrichting/locatie kreeg een snelrapportage, mits was voldaan aan het responscriterium van minimaal 40%. Alle vreemdelingen die ten tijde van de vreemdelingensurvey in vreemdelingenbewaring zaten in een inrichting van de directie Bijzondere Voorzieningen zijn benaderd om deel te nemen. Het betrof de vreemdelingen in de locaties Noorderzand, Schiphol-Oost, Zestienhoven, Zeist, Rotterdam en Dordrecht. Het detentiecentrum in Alphen a/d Rijn en de detentieplatforms in Zaandam waren nog niet gereed. De vreemdelingen die om psychische redenen niet deel konden nemen, vreemdelingen geplaatst op een strafcel/isoleercel, vreemdelingen die tijdelijk elders verbleven (tve: transport/op weg naar rechtbank, ziekenhuis etc.) en de zogeheten bolletjesslikkers hebben niet deelgenomen. Respons naar geslacht en inrichting Op het moment van de afname waren er 1449 vreemdelingen in de inrichting aanwezig. Van hen hebben 602 vreemdelingen de vragenlijst ingevuld, dat is een respons van 42%. Echter, 27 van de 602 vragenlijsten waren zeer minimaal ingevuld (minder dan 10% van de vragen=ongeveer 1 pagina van de 12 pagina´s) en deze zijn in de analyses niet meegenomen. Uiteindelijk betekent dit dat 575 personen de vragenlijst bruikbaar hebben ingevuld. Dit komt neer op een gemiddelde respons van 40%. In onderstaande tabel (tabel 2.2) is de respons per locatie en per geslacht weergegeven. Tabel 2.2 Gemiddelde respons per inrichting. Mannen Aantal % Noorderzand Zeist 140 41% Schiphol-Oost 52 52% Zestienhoven 35 40% Rotterdam 165 48% Dordrecht 82 22% Totaal 474 38%
2.3
Vrouwen Aantal 50 25 21 5 101
% 62% 35% 72% 63% 53%
Totaal Aantal 50 165 73 40 165 82 575
% 62% 40% 57% 42% 48% 22% 40%
De non-respons
Meer dan de helft van de vreemdelingen die aanwezig waren in de inrichtingen heeft niet deelgenomen aan de vreemdelingensurvey. Er is een aantal redenen te noemen waarom iemand niet heeft deelgenomen aan de vreemdelingensurvey.
12
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Gezien de veelheid aan nationaliteiten is het mogelijk dat de juiste taalversie niet voorhanden was. Daarnaast is het mogelijk dat iemand niet kan lezen en daarom niet in staat was de vragenlijst in te vullen. Voorts is het mogelijk dat de vragenlijst niet werd vertrouwd. Dit ondanks het feit dat er op het formulier werd aangegeven dat de vragenlijst anoniem zou worden verwerkt. Ten slotte kan iemand gewoon geen zin hebben gehad om de vragenlijst in te vullen. Omdat er geen non-responsonderzoek is uitgevoerd, is het niet mogelijk inzichtelijk te maken hoeveel vreemdelingen om welke redenen niet hebben deelgenomen aan de vreemdelingensurvey.
2.4
Representativiteit
Om te kijken of de groep die heeft deelgenomen aan de vreemdelingensurvey representatief is voor de totale populatie is een aantal achtergrondkenmerken vergeleken met gegevens voor de totale vreemdelingenpopulatie. In vergelijking met de totale populatie is het aandeel vreemdelingen die een verblijfsduur van meer dan drie maanden in de huidige inrichting van de vreemdelingensurvey groter. Er is dus sprake van een lichte oververtegenwoordiging van deze vreemdelingen. Deze oververtegenwoordiging is goed te verklaren, het zal voor vreemdelingen die nog niet lang in de inrichting verblijven immers lastiger zijn om de vragenlijst in te vullen. Aangezien het om kleine aantallen gaat is de invloed hiervan slechts gering. Tabel 2.3 Verblijfsduur in huidige inrichting Verblijfsduur Totaal Minder dan 1 week 11% 1 week tot 1 maand 30% 1 tot 3 maanden 34% 3 tot 6 maanden 20% 6 tot 9 maanden 4% 9 maanden tot 1 jaar 1% 1 jaar of langer -*
Survey 12% 22% 25% 28% 6% 6% 2%
* minder dan 1% In de totale vreemdelingenpopulatie is de verhouding mannen – vrouwen 91% tegenover 9%. In de populatie die heeft deelgenomen aan de vreemdelingensurvey is er een oververtegenwoordiging van vrouwen te zien, de verhouding is hier 82% tegenover 18%. De gemiddelde leeftijd 3 bedraagt 32 jaar zowel in de totale populatie als de vreemdelingensurveypopulatie. In de totale populatie ligt de gemiddelde leeftijd van de vrouwen op 33 jaar en die van de mannen op 32 jaar. In de vreemdelingensurvey is dit verschil ongeveer gelijk, namelijk 34 jaar tegenover 31 jaar.
3
De gemiddelde leeftijd is bij de vreemdelingensurveygegevens berekend aan de hand van het klassengemiddelde van de totale populatie (die wijkt overigens slechts in zeer geringe mate af van het klassenmidden).
13
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Tabel 2.4 Leeftijd Leeftijd 19 jaar en jonger 20 t/m 24 jaar 25 t/m 29 jaar 30 t/m 34 jaar 35 t/m 39 jaar 40 t/m 44 jaar 45 t/m 49 jaar 50 t/m 59 jaar 60 en ouder
Totaal 5% 18% 22% 20% 15% 11% 5% 4% 1%
Survey 6% 18% 23% 19% 13% 11% 5% 4% 0%
In onderstaande tabel (tabel 2.5) is te zien dat in de totale populatie ruim twee vijfde (43%) uit Afrika komt. Onder de deelnemers aan de vreemdelingensurvey is dit aandeel kleiner, namelijk 28%. Verder valt op dat er in verhouding meer personen uit Europa en Oost Azië hebben deelgenomen dan in de populatie aanwezig zijn. Tabel 2.5 Regio van herkomst Regio Europa Noord-Afrika Overig Afrika Zuid-Amerika Noord-Amerika Midden-Amerika Midden-Oosten Oost-Azië Zuid-Azië Zuid-Oost-Azië Australië en Oceanië GOS
Totaal 4% 21% 22% 7% -* 1% 15% 18% 8% 1% -* 3%
Survey 11% 12% 16% 6% 1% 4% 10% 26% 9% -* -* 5%
* minder dan 1% Het aandeel analfabetisme en de cultuur kunnen wellicht een verklaring vormen voor deze onderen oververtegenwoordiging. Voorts zal het (beperkte) aanbod van talen waarin de vragenlijst is aangeboden met name voor de Afrikaanse vreemdelingen ook een rol kunnen hebben gespeeld. Ten aanzien van de representativiteit kan worden geconcludeerd dat de groep deelnemers voor wat betreft de gemiddelde leeftijd representatief is voor de totale populatie. Voor wat betreft het geslacht en de verblijfsduur is een lichte oververtegenwoordiging van vrouwen en langverblijvenden te constateren. Echter, gezien het getalsmatig geringe aandeel is hiervoor niet gecorrigeerd. Ook is er voor bepaalde regio’s van herkomst een over- en ondervertegenwoordiging te zien. Echter ook hiervoor wordt geen correctie toegepast. Analyses laten slechts een beperkte invloed van de regio van herkomst op de manier waarop de vreemdelingenbewaring wordt beleefd zien.
14
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
2.5
Toelichting op de vragenlijst
In de vreemdelingensurvey komen de belangrijkste onderwerpen aan bod die van invloed zijn op de beleving van het verblijf in een vreemdelingeninrichting. Per onderwerp is een aantal concrete vragen geformuleerd. De meeste vragen/stellingen in de vreemdelingensurvey hebben vijf antwoordmogelijkheden, lopend van ‘helemaal mee oneens’ tot ‘helemaal mee eens’: de range van scores loopt van 1 tot 5. Sommige vragen/stellingen in de vragenlijst zijn negatief gesteld (bijvoorbeeld ‘Je moet oppassen voor medevreemdelingen’). Voor de eenduidige interpretatie van de scores is er voor gekozen om de scores van deze vragen om te coderen als ware het een positief geformuleerde vraag. Voor alle stellingen geldt derhalve dat een hoge score positief is en een lage score negatief. Voor sommige onderwerpen was het mogelijk om deze vragen te bundelen in een schaal en de antwoordscores op de afzonderlijke vragen te middelen tot een schaalscore. Wanneer de opgetelde waarde van deze vragen weer wordt gedeeld door het aantal vragen in die schaal, bevinden de mogelijke scores zich ook hier tussen de 1 en de 5. De mogelijke scores kunnen nu echter ook nietgehele getallen zijn, zoals 3,2 of 4,1. Het voordeel van een schaalscore is dat het oordeel van de vreemdelingen over het onderwerp door middel van één cijfer kan worden weergegeven. Daarnaast is het voor analyses te prefereren met schalen te werken in plaats van met losse vragen. Losse vragen zijn namelijk gevoeliger voor toevallige veranderingen dan schalen. Wanneer dezelfde vraag een jaar later weer gesteld wordt, bestaat er een gerede kans dat één vraag door toeval heel anders wordt beoordeeld door de vreemdelingen. Wanneer dit een vraag in een schaal is, dan wordt deze verandering opgevangen door de andere vragen in de schaal. De schaal is daarmee ongevoeliger voor toevallige veranderingen en bij uitstek geschikt voor herhaalde meting. Op basis van de resultaten van de vreemdelingensurvey is een toets op de betrouwbaarheid van de schalen uitgevoerd. In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van de betrouwbaarheid van de schalen. Alle schalen zijn voldoende tot goed betrouwbaar gebleken, behalve de schaal ‘Autonomie’. Deze schaal bleek onvoldoende betrouwbaar. In de rapportage zijn om deze reden de scores op deze schaal niet opgenomen. De antwoorden op de losse vragen waaruit de schaal in eerste instantie was geconstrueerd worden wel besproken. In de hierna volgende paragrafen worden de onderwerpen kort toegelicht. 2.5.1
Veiligheid en duidelijkheid
In de eerste plaats wordt iets gezegd over de veiligheid en duidelijkheid in de inrichting. De twee schalen die hierbij aansluiten zijn de schalen Veiligheid en Regels en rechten. De schaal Veiligheid gaat in op gevoelens van (on)veiligheid in de inrichting. In welke mate hebben vreemdelingen last van agressie en (seksuele) intimidatie door andere vreemdelingen of personeel? De schaal Regels en rechten richt zich op de helderheid van de regelgeving in de inrichting. Zijn vreemdelingen op de hoogte van de huisregels en zijn ze duidelijk genoeg? Vinden vreemdelingen dat er in de inrichting consequent met die regels wordt omgegaan? Kennen ze hun eigen rechten? Ook worden er enkele vragen gesteld over de maatregelen en straffen in de inrichting van verblijf. Zijn de straffen te zwaar, wordt er volgens de regels gestraft? Ook zijn er enkele vragen gesteld over klachten. Heeft de vreemdeling wel eens een klacht ingediend en zo ja, is deze serieus genomen.
15
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
2.5.2
Contacten met de buitenwereld
In de tweede plaats komen vragen aan bod over de contacten die de vreemdelingen hebben met de buitenwereld en eventuele afspraken die ze hebben voor vrijwillige terugkeer. De schaal Contacten met de buitenwereld bevat vragen over de mogelijkheden om bezoek te ontvangen, om te kunnen telefoneren, of er voldoende privacy is tijdens het bezoekuur en of spullen (zoals een radio) gemakkelijk kunnen worden ingevoerd. Ook wordt de vreemdelingen gevraagd of er voldoende mogelijkheden zijn voor contact met familie en vrienden en verschillende instanties voor vreemdelingen in verband met terugkeer. Daarnaast komt het onderwerp terugkeer aan de orde en wordt gevraagd naar de kwaliteit van het werk van de terugkeerfunctionaris. 2.5.3
Dagbesteding en activiteiten
Onder het onderwerp dagbesteding en activiteiten komen de belangrijkste onderdelen van het dagprogramma en de beleving van het doorbrengen van de dag aan bod. De schaal Dagbesteding gaat van vragen over de beleving tot vragen over de invulling van de dag. Is het leven eentonig? Vinden vreemdelingen dat ze te lang op cel zitten? Vervelen ze zich in het weekend? De schaal Activiteiten gaat over de tevredenheid over de inhoud van verschillende activiteiten; over het luchten, de bibliotheek, de recreatie, etc. Verder is in de vragenlijst gevraagd naar de frequentie waarmee men deelneemt aan de diverse activiteiten, of men werkt en waarom. 2.5.4
Contacten met vb-ers en vreemdelingen onderling
Vervolgens zijn er in de vreemdelingensurvey vragen gesteld over de contacten tussen vreemdelingen en vb-ers en tussen de vreemdelingen onderling. Deze zijn beide in een schaal geoperationaliseerd. De schaal Omgang met vb-ers bestaat uit stellingen gericht op de contacten die de vb-ers met vreemdelingen hebben. Zijn de vb-ers goede gesprekspartners, of vinden de vreemdelingen dat hun contacten met de vb-ers alleen maar oppervlakkig zijn? De schaal Omgang vreemdelingen onderling beoogt inzicht te geven in de persoonlijke contacten tussen de vreemdelingen onderling. Voelen vreemdelingen zich geïsoleerd in de contacten met de andere vreemdelingen, kunnen ze gemakkelijk aansluiting vinden en hebben ze voldoende steun aan elkaar? Er is ook een aantal vragen gesteld over discriminatie, hebben de vreemdelingen daar wel eens mee van doen gehad en zo ja op grond van welk kenmerk en door wie? 2.5.5
Zorg en overige functionarissen
Naast de vb-ers is er nog een groot aantal andere functionarissen werkzaam in de inrichtingen voor vreemdelingenbewaring. Over hen is ook een aantal vragen voorgelegd aan de vreemdelingen. In de schaal Gezondheidszorg wordt gevraagd naar de kwaliteit van de verschillende zorgverleners in de inrichting. Ook wordt een vraag gesteld over de toegankelijkheid van de huisarts. In de schaal Overige functionarissen wordt de tevredenheid over de overige functionarissen: de terugkeerfunctionaris, de bevolkingsadministratie en het afdelingshoofd weergegeven. Ook zijn er voor de vreemdelingen mogelijkheden om gebruik te maken van geestelijke verzorging binnen de inrichting. Contact met een geestelijk verzorger is daar onderdeel van. Er is aan de vreemdeling gevraagd met wie er contact is geweest en hoe tevreden men daarover is.
16
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
2.5.6
Overige aspecten
Dit laatste onderwerp is een verzameling van een schaal en diverse losse vragen. Op de schaal Hygiëne geven de vreemdelingen hun waardering voor de hygiëne in de inrichting. Zijn de douches, de werkzaal en de luchtplaats bijvoorbeeld schoon? Verder komen er vragen over de mate van autonomie aan bod. Heeft men binnen de inrichting nog enige ruimte om zelf beslissingen te nemen? Enkele extra vragen gaan over het gebruik en de controle op het bezit van drugs in de inrichting, enkele vragen gaan over het meerpersoonscelgebruik. Ook wordt er nog gevraagd wat de vreemdelingen vinden van het eten en de winkel. Ten slotte wordt een algemeen oordeel gevraagd over de inrichting.
2.6
Beoordeling van de resultaten
2.6.1
Figuren
De figuren in de volgende hoofdstukken geven steeds – in de vorm van horizontale balken – de gemiddelde score weer op de diverse onderwerpen. In de grafieken met de gemiddelde score per locatie staat ook steeds het algemene gemiddelde van alle vreemdelingen weergegeven. 2.6.2
Terminologie
Vóór de afname van de vreemdelingensurvey zijn geen normen vastgesteld waaraan de scores of beoordeling van vreemdelingen moeten voldoen om het predikaat positief of negatief te krijgen. Daarom is bij de beschrijving van de resultaten gekozen voor een statistische norm. Deze norm resulteert in de volgende terminologie die telkens in de tekst gehanteerd wordt in de duiding van de schaal en vraagscores: score lager dan score tussen de score tussen de score tussen de score hoger dan
2.6.3
2,50 2,50 en 2,75 2,75 en 3,25 3,25 en 3,50 3,50
⇒ negatief oordeel ⇒ licht negatief oordeel ⇒ niet negatief en niet positief oordeel ⇒ licht positief oordeel ⇒ positief oordeel
Statistische beoordeling van de verschillen
Bij de beoordeling van verschillen wordt onderscheid gemaakt tussen de schaalscores op de schalen van de vreemdelingensurvey en de scores op losse vragen. De schaalscores zijn een optelsom van meerdere vragen. Ze leveren daarom een betrouwbaardere score op dan één enkele vraag. Bij de schalen wordt een verschil van 0,25 punten ten opzichte van het totaalgemiddelde als praktisch relevant gezien. Een verschil op een enkele stelling/vraag wordt als praktisch relevant beschouwd, wanneer dit gemiddelde minimaal 0,50 van het totaalgemiddelde verschilt. Naast het relevantiecriterium geldt ook het statistische significantiecriterium. Hierbij wordt de gebruikelijke grens gehanteerd van 95% betrouwbaarheid (een α van 5%), om te bepalen of een verschil als significant wordt aangemerkt. Voldoet het verschil niet aan beide bovenstaande criteria dan wordt het niet als verschil aangemerkt.
17
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
18
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
3
Uitkomsten
De beleving van de vreemdelingenbewaring wordt in dit hoofdstuk besproken. Dit gebeurt aan de hand van de door de vreemdelingen gegeven meningen over de diverse onderwerpen. Allereerst worden echter de achtergrondgegevens van de vreemdelingen die aan de vreemdelingensurvey hebben deelgenomen weergegeven. Daar waar er duidelijke verschillen (significant en relevant) tussen man en vrouw te zien zijn, zal dit extra worden vermeld.
3.1
Achtergrondkenmerken
Persoons- en verblijfsgegevens Van de 575 vreemdelingen die deel hebben genomen aan de vreemdelingensurvey zijn 474 man en 101 vrouw. De meeste vreemdelingen zijn tussen de 20 en 34 jaar oud. De gemiddelde leeftijd ligt op 32 jaar. Bij de mannen ligt dit iets lager op 31 jaar. Bij de vrouwen is de gemiddelde leeftijd 34 jaar. Het opleidingsniveau van de vreemdelingen is gevarieerd. Ruim een derde (36%) heeft geen opleiding of alleen basisonderwijs afgemaakt. Twee vijfde (40%) heeft middelbaar onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs genoten. Bijna een kwart (24%) heeft een hogere beroepsopleiding of wetenschappelijke opleiding afgerond. In de vreemdelingensurvey is gevraagd naar de regio waar men oorspronkelijk vandaan komt. Een kwart van de vreemdelingen is afkomstig uit de regio Oost-Azië (26%). Dit aandeel ligt bij de vrouwen aanzienlijk hoger (♂ 22%; ♀ 43%). Uit de regio Overig Afrika komt 16% en uit Europa 11%. Voorts is 12% afkomstig uit Noord-Afrika, 10% uit het Midden-Oosten en 9% uit Zuid-Azië. Tussen mannen en vrouwen zijn qua regio van herkomst verschillen te constateren. Zo worden de laatste drie genoemde regio’s bijna alleen door de mannen genoemd. De vrouwen noemen weer regio’s die in veel mindere mate door de mannen worden genoemd. Dit zijn Midden-Amerika (♂2%, ♀ 11%), Gemenebest van Onafhankelijke Staten (♂ 4%, ♀ 9%) en Zuid-Amerika (♂ 5%, ♀ 8%). Aan de vreemdelingen is in de vreemdelingensurvey gevraagd of bekend is op welke grond zij in vreemdelingenbewaring verblijven. In principe wordt elke vreemdelingen binnen vijf werkdagen door de terugkeerfunctionaris gezien, waarbij standaard de grond waarop de vreemdelingen in vreemdelingenbewaring verblijft wordt besproken. Desondanks geeft het merendeel (60%) aan het ten tijde van de afname van de survey niet te weten. Ruim een tiende (13%) en ongeveer een kwart (27%) gaf aan op grond van artikel 6 respectievelijk artikel 59 in vreemdelingenbewaring te verblijven. De mannen en vrouwen zijn in gelijke mate onwetend, echter de vrouwen geven vaker aan op grond van artikel 6 in vreemdelingenbewaring te zitten (♂ 11%, ♀ 19%). De voornaamste redenen voor onwetendheid zijn onduidelijke aanklacht (38%), gebrek aan informatie (30%) en onduidelijke informatie (27%)
19
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Slechts een klein deel van de vreemdelingen geeft aan op het moment van afname van de vreemdelingensurvey langer dan 6 maanden in de huidige inrichting te zitten. Zo verblijft 6% tussen de 6 en 9 maanden, een even grote groep (6%) verblijft tussen de 9 maanden en 1 jaar en slechts 2% verblijft langer dan 1 jaar in de huidige inrichting. Het merendeel (87%) zit op het moment van afname korter dan 6 maanden in de huidige inrichting. Om precies te zijn zit 12% minder dan 1 week, 22% zit tussen de 1 week tot 1 maand, 25% zit tussen de 1 en 3 maanden en 28% zit tussen de 3 en 6 maanden. De mannen zitten over het algemeen iets langer in de huidige inrichting dan de vrouwen. Ook is aan de vreemdelingen gevraagd of dit de eerste keer is dat zij in vreemdelingenbewaring verblijven. Voor bijna driekwart (72%) is dit inderdaad het geval.
3.2
Beleving vreemdelingenbewaring – een overzicht
Grafiek 3.1: Gemiddelde schaalscores vreemdelingensurvey Veiligheid
3,08
Regels en rechten Contacten met buitenwereld
2,75 2,56
Dagbesteding Activiteiten
2,29 2,18
Omgang vb-ers
3,00
Omgang vreemdelingen onderling Gezondheidszorg
3,08 2,47
Overige functionarissen
2,36
Hygiene 1,00
3,44 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
In de bovenstaande grafiek zijn voor de belangrijkste onderwerpen van de vreemdelingensurvey de scores op de bijbehorende schalen weergegeven. Deze grafiek geeft in een oogopslag een beeld van de beleving van de vreemdelingenbewaring. Zo zijn de vreemdelingen positief over de hygiëne binnen de inrichtingen. Ze hebben een neutraal oordeel over de veiligheid, de onderlinge omgang met andere vreemdelingen of vb-ers en over de duidelijkheid en helderheid van de regels en rechten binnen de inrichting. De overige onderwerpen, vooral de dagbesteding en activiteiten, worden door de vreemdelingen negatief beoordeeld. In de vragenlijst wordt één vraag gesteld over de tevredenheid over de inrichting van verblijf. De stelling luidde: “Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden”. De stelling kon worden beantwoord variërend van zeer mee oneens tot zeer mee eens (in vijf antwoordcategorieën). Het was de laatste stelling in de vragenlijst. Dit gaf de vreemdeling de mogelijkheid om aan het eind van alle vragen een ‘eindoordeel’ aan de inrichting toe te kennen. Voor deze stelling is gekeken naar de samenhang met de belangrijkste onderwerpen uit de vreemdelingensurvey.
20
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Alle onderwerpen blijken sterk samen te hangen met het algemene oordeel van vreemdelingen over de inrichting. De correlaties 4 (mate van samenhang) zijn in tabel 3.1 weergegeven. Tabel 3.1 Correlaties van de surveyschalen met de algemene tevredenheidsvraag Schaal Correlatie met algemene N tevredenheid Gezondheidszorg ,587 415 Regels en rechten ,564 427 Contacten met buitenwereld ,547 275 Activiteiten ,509 434 Dagbesteding ,505 384 Omgang vb-ers ,503 423 Hygiëne ,475 427 Overige functionarissen ,458 275 Omgang vreemdelingen onderling ,372 242 Veiligheid ,366 373
De samenhangen van de onderwerpen met de tevredenheidsvraag staan in sommige gevallen niet op zichzelf, maar vertonen onderlinge overlap; ze zeggen gedeeltelijk hetzelfde. Zo heeft dagbesteding (de manier waarop vreemdelingen hun (vrije) tijd doorbrengen in de inrichting) in de dagelijkse praktijk van de inrichting veel te maken met de activiteiten die worden aangeboden. 5
Het is mogelijk om met behulp van regressieanalyse voor de onderlinge overlap tussen de onderwerpen te corrigeren en vast te stellen welke onderwerpen het algemene oordeel het beste verklaren. Uit deze analyse blijkt dat bij het vormen van een algemeen oordeel over de inrichting vooral de mening over de volgende vier onderwerpen het meest van belang is: • gezondheidszorg; • dagbesteding; • duidelijkheid in regels en rechten en; • contacten met de buitenwereld. Met andere woorden: als de tevredenheid van de vreemdelingen over deze vier onderwerpen toeneemt, zal het algemene oordeel over de inrichting zeer waarschijnlijk ook toenemen. Bij de prioriteitsbepaling van eventuele verbeteracties kan dit van belang zijn. De andere onderwerpen uit de vreemdelingensurvey dragen in het regressiemodel niets unieks meer bij aan de verklaring van de tevredenheid van de vreemdelingen over de inrichting waar zij verblijven. Verder is gebleken dat de achtergrondkenmerken er niet heel veel toedoen bij de bepaling van de algemene tevredenheid over de inrichting. De vier onderwerpen tezamen verklaren 50% 6 van de variatie in de antwoordpatronen van de vreemdelingen op de algemene tevredenheidsvraag. Dat geeft allereerst aan dat de meeste vreemdelingen niet zomaar iets invullen op de vragenlijst, maar dat ze doorgaans invullen wat ze werkelijk van de inrichting vinden. Een verklaring van 50% van de variatie is daarnaast in statistische termen een redelijk tot goed resultaat. Het is moeilijk om een dergelijk resultaat te bereiken in een onderzoek binnen een sociale context.
4
De correlatie tussen twee kenmerken kan variëren tussen –1 en +1. Een correlatie van -1 duidt op een volledig negatieve samenhang tussen twee kenmerken, een correlatie van +1 op een volledig positieve samenhang en een correlatie van nul op de afwezigheid van enige samenhang. In de statistiek wordt het onderscheid gehanteerd tussen zwakke (0,15 – 0,25), middelsterke (0,25 – 0,4) en sterke (>0,4) correlaties tussen twee kenmerken. 5 De techniek heet multivariate regressie, waarbij gekozen is voor het weergeven van de samenhang van de onderwerpen met de algemene tevredenheidsvraag, gecontroleerd voor individuele verschillen veroorzaakt door achtergrondkenmerken zoals leeftijd, opleiding, verblijfsduur, regio van afkomst en delen cel. 6 Regressieanalyse, Adjusted R Square = 0,504
21
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
3.3
Invloed achtergrondkenmerken
Voor de in het overzicht genoemde onderwerpen is gekeken in hoeverre er verbanden zijn met de achtergrondkenmerken. Heeft bijvoorbeeld het geslacht invloed op de veiligheidsbeleving? Het blijkt dat het geslacht invloed heeft op de beleving. Zo geldt voor alle onderwerpen dat vrouwen positiever zijn dan mannen. Het opleidingsniveau heeft nauwelijks invloed. Er is wel een licht verband te zien tussen de leeftijd en de houding ten aanzien van de regels en rechten en de tevredenheid over de dagbesteding. Naarmate de leeftijd vordert oordeelt de vreemdeling minder negatief hierover. Bij de regio van herkomst is alleen voor de grootste groepen vreemdelingen gekeken of er een verband met de beleving te zien is 7 . Het gaat om de vreemdelingen die afkomstig zijn uit Europa, Noord-Afrika, Overig Afrika, Midden-Oosten, Oost-Azië en Zuid-Azië. De vreemdelingen afkomstig uit Europa en Noord-Afrika zijn gematigder in hun oordeel over de veiligheid, de vreemdelingen afkomstig uit Oost-Azië zijn vaker licht negatief. Over de omgang met vb-ers zijn de vreemdelingen uit Europa en Overig Afrika positiever en ook zijn de vreemdelingen uit Overig Afrika positiever over de omgang met andere vreemdelingen. De verblijfsduur laat ook een verband zien met de mate waarin men positief of negatief is over alle onderwerpen, met uitzondering ten aanzien van de gezondheidszorg en contacten met de buitenwereld. Dit is bij al deze onderwerpen een negatief verband, oftewel, hoe langer de vreemdeling in vreemdelingenbewaring zit hoe minder positief hij over deze onderwerpen is. De vreemdelingen die voor de eerste keer in vreemdelingenbewaring verblijven zijn iets minder negatief over de activiteiten en de gezondheidszorg dan de vreemdelingen die al eerder in vreemdelingenbewaring hebben gezeten. Ook het wel of niet delen van de cel is van invloed op de tevredenheid op een aantal onderwerpen. Vreemdelingen kunnen een cel voor zich alleen hebben, de cel delen met één ander persoon (twee op één cel) of de cel delen met meerdere personen. De vreemdelingen die een cel met meerdere personen delen zijn duidelijk minder tevreden over de activiteiten, de omgang met andere vreemdelingen en de hygiëne dan de vreemdelingen die een cel voor zich alleen hebben of met twee op één cel zitten. Over de veiligheid, de dagbesteding en de omgang met de vb-ers zijn de vreemdelingen die een cel met meerdere personen delen ook duidelijk minder positief dan degenen die met twee op één cel zitten. Degenen die twee op één cel zitten zijn verder weer minder positief dan degenen die de cel voor zich alleen hebben. In de paragrafen hierna worden de diverse onderwerpen aan de hand van de onderliggende vragen toegelicht.
3.4
Veiligheid en duidelijkheid
3.4.1
Veiligheid
Schaal De veiligheid binnen de inrichting wordt door de vreemdelingen neutraal beoordeeld. De score op de schaal Veiligheid is 3,08. Deze neutrale houding is terug te vinden in de onderliggende vragen over de mate waarin je moet oppassen voor medevreemdelingen of vb-ers (gemiddelde score is 2,89 resp. 2,93), de mate van bescherming tegen agressieve medevreemdelingen (2,94) en de mate waarin er sprake is van uitbuiting door medevreemdelingen (3,05). De vreemdelingen zijn echter gemiddeld licht positief tot positief over de mate waarin er (geen) sprake is van bedreiging door medevreemdelingen of vb-ers (3,50 resp. 3,46).
7
Bij de andere regio’s was het aantal vreemdelingen te klein (onvoldoende celvulling) om er betrouwbare analyses op te doen om tot verantwoorde uitspraken te komen.
22
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Als onderdeel van de schaal is er ook op twee manieren (beleving en feitelijke momenten) rechtstreeks naar de veiligheid gevraagd. Op de stelling ‘Ik voel me veilig in deze inrichting’ wordt licht negatief geantwoord. De gemiddelde score is 2,58. Ook is gevraagd hoe vaak men zich onveilig in de inrichting heeft gevoeld. Ruim twee vijfde (42%) geeft aan zich nog nooit onveilig te hebben gevoeld. Een derde (32%) geeft aan zich soms onveilig te voelen en een kwart (25%) geeft aan zich vaak onveilig te voelen. Dit resulteert in een licht positieve score van 3,35. De vrouwen zijn over het algemeen positiever over de veiligheid dan de mannen. Dit komt terug in hun score op de schaal Veiligheid (♂ 2,98, ♀ 3,51). Als er wordt gekeken naar de onderliggende vragen dan is deze positieve houding met name terug te zien bij de twee rechtstreekse vragen naar veiligheid, de mate van bescherming tegen agressieve medevreemdelingen en de mate waarin je moet oppassen voor bepaalde medevreemdelingen. Aanvullende vragen De vreemdelingen die zich soms of vaak onveilig voelen in de inrichting geven aan dat dit met name wordt veroorzaakt door meerdere vreemdelingen (door 26% genoemd). De mannen noemen daarnaast ook relatief vaak dat het wordt veroorzaakt door meerdere vb-ers (♂ 26%) of celgenoot (♂ 20%). De vrouwen noemen ook relatief vaak een ander personeelslid dan de vb-er (♀ 21%). De plaats waar men zich vooral onveilig voelt is de eigen cel (33%). Bij de mannen wordt ook vaak de eigen afdeling genoemd (♂ 30%). 3.4.2
Regels en rechten
Schaal De vreemdelingen zijn verdeeld over de duidelijkheid in rechten en regels. Evenveel vreemdelingen zijn positief of negatief of laten zich neutraal uit. Dit resulteert in een gemiddelde score van 2,75 op de schaal Regels en rechten. Ook de onderliggende vragen laten een wisselend beeld zien. Zo wordt de mate waarin de inrichting hen op de hoogte brengt (2,99) neutraal beoordeeld en zijn de vreemdelingen licht negatief over de duidelijkheid van de huisregels (2,65). Negatief is men over de mate waarin de inrichting hen op de hoogte brengt van de rechten (2,39) en over de duidelijkheid van de rechten (2,40). De bekendheid met de consequenties bij het overtreden van de huisregels scoort licht positief (3,33). Ook over dit onderwerp zijn de vrouwen over het algemeen positiever dan de mannen. De score op de schaal Regels en rechten ligt bij de vrouwen aanzienlijk hoger (♂ 2,63, ♀ 3,32). Dit is bij vier van de vijf onderliggende vragen duidelijk terug te zien. Aanvullende vragen Bij de drie vragen over het sanctiebeleid binnen de inrichting valt op dat variërend van een vijfde (19%) tot bijna een kwart (23%) van de vreemdelingen geen mening heeft over het sanctiebeleid. Degenen die wel een mening hebben zijn doorgaans niet te spreken over het sanctiebeleid. De vreemdelingen geven aan dat er bij het straffen onvoldoende rekening wordt gehouden met de persoonlijke omstandigheden en dat er vaak te streng wordt gestraft (beide 2,59). Ook zijn ze licht negatief over de mate waarin wordt gestraft volgens de regels (2,69). Het bovenstaande geldt vooral voor de mannelijke vreemdelingen. De vrouwen laten zich gemiddeld neutraler uit over het sanctiebeleid dan de mannen. De vreemdelingen denken gemiddeld neutraal over de stelling ‘Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die moet indienen’ (2,81). Verder zijn de vreemdelingen niet positief maar ook niet negatief over het nut van het indienen van een klacht (2,83). De vreemdelingen zijn negatief over de bereikbaarheid van de maandcommissaris (2,36). Ongeveer twee vijfde van de vreemdelingen (39%) heeft wel eens een klacht ingediend. Bij de mannen ligt dit percentage aanzienlijk hoger, namelijk op 45%. Bij de vrouwen heeft slechts 8% wel eens een klacht ingediend.
23
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Degenen die een klacht hebben ingediend zijn niet te spreken over de snelheid waarmee de klacht werd afgehandeld en zeker niet over de mate waarin de klacht serieus werd genomen (2,36 resp. 2,24).
3.5
Contacten met de buitenwereld
Schaal De vreemdelingen laten zich gemiddeld licht negatief uit over de mogelijkheden om contacten met de buitenwereld te onderhouden. Dit blijkt uit een gemiddelde score van 2,56 op deze schaal. Het gemak of liever gezegd de moeilijkheid waarmee spullen zoals kleding of een radio van buiten kunnen worden ingevoerd beïnvloedt de schaalscore negatief (2,17). Ook het oordeel over de privacy tijdens telefoongesprekken of tijdens bezoekuur draagt negatief bij (2,43 resp. 2,51). Voorts zijn de vreemdelingen licht negatief over de mogelijkheden om gebruik te maken van de tolkentelefoon en om contacten te onderhouden met familie en vrienden (beide 2,57). De mogelijkheden om in verband met terugkeer contacten te onderhouden met o.a. advocaat, consulaat, vluchtelingenwerk worden iets positiever, maar nog steeds licht negatief beoordeeld (2,71). Over de tijdigheid waarmee men naar de rechtbank wordt gebracht oordeelt men gemiddeld neutraal (2,94). Alleen de tijdigheid waarmee men naar het bezoek wordt gebracht draagt positief bij (3,28). De vrouwelijke vreemdelingen zijn over de diverse mogelijkheden om contacten met de buitenwereld te onderhouden minder uitgesproken dan de mannelijke vreemdelingen (♂ 2,50, ♀ 2,98). Dit is ook op de onderliggende vragen terug te zien bij zes van de acht vragen. De verschillen zijn minder opvallend bij de beoordeling van de tijdigheid waarmee men naar het bezoek wordt gebracht en het gemak waarmee spullen kunnen worden ingevoerd. Aanvullende vragen De vreemdelingen weten over het algemeen niet wat de terugkeerfunctionaris voor hen kan doen (2,57). De begeleiding van de terugkeerfunctionaris wordt door hen ook slecht beoordeeld (2,36). Hierbij geldt dat onbekend onbemind maakt. Degenen die wel weten wat de terugkeerfunctionaris voor hen kan doen oordelen over het algemeen positief over de begeleiding. Het oordeel over de terugkeerfunctionaris wordt daardoor met name bepaald door vreemdelingen die niet weten wat deze functionaris precies voor hen kan betekenen.
3.5
Dagbesteding en activiteiten
3.5.1
Dagbesteding
Schaal De gemiddelde score op de schaal Dagbesteding is 2,29. De vreemdelingen zijn negatief over de besteding van vrije tijd. Als naar de onderliggende vragen wordt gekeken dan blijkt dat de vreemdelingen zeer ontevreden zijn over de dagbesteding in het weekend en in de avond (2,05 resp. 2,12). Dit is niet verwonderlijk, aangezien de vreemdelingen die op grond van artikel 59 vastzitten geen avondprogramma aangeboden krijgen. Verder geven ze vaak aan dat het aanbod van activiteiten in het dagprogramma onvoldoende is en dat ze niet hun vrije tijd kunnen doorbrengen met dingen die ze leuk vinden (2,25 resp. 2,26). Ze zijn van mening dat het leven eentonig is (2,39) en ze te lang op cel zitten (2,40). Men is ontevreden over de mate waarin zelf invulling kan worden gegeven aan het dagprogramma (2,47). Ook wordt vaak aangegeven dat ze zich in de cel niet goed kunnen vermaken (2,50). Het oordeel van de vrouwelijke vreemdelingen over de dagbesteding is minder negatief dan het oordeel van de mannelijke vreemdelingen (♂ 2,20, ♀ 2,75). Op vijf van de acht vragen waar de mannen zeer negatief zijn, zijn de vrouwen een neutrale mening toegedaan.
24
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Op de drie andere vragen zijn de vrouwen in gelijke mate negatief. Het betreft de eentonigheid van het leven in de inrichting, de mate van verveling in het weekend en het aanbod van activiteiten in het dagprogramma. 3.5.2
Activiteiten
Schaal Over de inhoud van de verschillende activiteiten die worden aangeboden zijn de vreemdelingen gemiddeld gezien slecht te spreken. De score op de schaal Activiteiten is 2,18. Het aanbod van boeken en tijdschriften in de bibliotheek (1,83) wordt het slechtst beoordeeld. Ook over de inhoud van de bibliotheek is men niet tevreden (2,36). Het is kennelijk lastig om een goed aanbod te hebben met zoveel nationaliteiten. De andere activiteiten worden eveneens slecht beoordeeld (sporten: 2,27, recreatie: 2,40, crea: 2,22). Het structureel aanbieden van arbeid is de laatste jaren in de inrichtingen voor vreemdelingen niet aan de orde. Vanwege specifieke samenwerking met de PI Noord-Holland Noord, locatie Zuyderbos wordt in Noorderzand nog wel arbeid aangeboden. Wel is het voor de vreemdeling soms mogelijk om bepaalde baantjes te vervullen. Hierbij moet gedacht worden aan hulp in de kantine, afdelingsschoonmaker, kledingwasser. Op de vraag hoe tevreden men is over de inhoud van het werk wordt aangegeven niet tevreden te zijn (2,26). Als echter alleen naar het oordeel wordt gekeken van degenen die in een eerdere vraag hebben aangegeven te werken dan is het oordeel neutraal (3,11). De vrouwen zijn veel minder negatief dan de mannen (♂ 1,98, ♀ 3,16). Over de recreatie, het sporten, de bibliotheek, de arbeid, de crea en de arbeid zijn de vrouwen zelfs positief. Over het aanbod van de boeken en tijdschriften in de bibliotheek zijn de vrouwen ook negatief, echter wel aanzienlijk minder negatief dan de mannen (♂ 1,70, ♀ 2,44). Aanvullende vragen Ruim twee vijfde van de vreemdelingen (43%) geeft aan geen ervaring te hebben met het onderwijsaanbod voor kinderen. Degenen die er wel ervaring mee hebben zijn hier niet tevreden over, de gemiddelde score is 2,27. Naast het oordeel over de diverse activiteiten is aan de vreemdelingen gevraagd hoe vaak ze er gebruik van maken. Iets meer dan de helft (53%) lucht dagelijks en 42% maakt dagelijks gebruik van de recreatie. Twee derde (66%) sport minimaal 1 keer in de week en 58% maakt minimaal één keer per week gebruik van de bibliotheek. Crea is geen vast onderdeel van het dagprogramma, maar wordt mede afhankelijk van de animo van de vreemdelingen hiervoor aangeboden. In plaats van crea kunnen in de inrichting ook andere activiteiten worden georganiseerd. Dit verklaart mogelijk waarom slechts 21% minimaal één keer per week aan crea deelneemt. Slechts 16% van de vreemdelingen geeft aan te werken in de inrichting. Bij de mannen ligt dit percentage duidelijk lager dan bij de vrouwen (♂ 9%, ♀ 50%). De voornaamste redenen om te werken zijn om iets te doen te hebben, om geld te verdienen, om iets te leren en om buiten de cel te kunnen zijn.
3.6
Onderlinge contacten
3.6.1
Omgang van vb-ers met vreemdelingen
Schaal De vreemdelingen zijn verdeeld over de omgang met vb-ers. Evenveel vreemdelingen zijn positief als negatief of laten zich neutraal uit. Dit resulteert in een gemiddelde score van 3,00 op de schaal Omgang vb-ers. Acht van de tien onderliggende vragen worden met gemiddelde scores tussen de 2,90 (‘Als ik problemen heb, helpen de vb-ers me’) en 3,23 (‘De vb-ers gaan op een normale manier met me om’) neutraal beoordeeld.
25
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
De vreemdelingen zijn licht positief over de mate waarin de vb-ers praatjes met de vreemdelingen maken (3,27) en licht negatief over de mate waarin er een praatje met de vb-ers kan worden gemaakt als men somber is (2,74). De vrouwen zijn duidelijk positiever over de omgang met de vb-ers dan de mannen. De gemiddelde score op de schaal ligt bij de vrouwen op 3,51 en bij de mannen op 2,89. Bij alle onderliggende vragen is dit ook terug te zien. Op één vraag na worden alle vragen positief door de vrouwen beantwoord. Vooral over het werk van de vb-ers zijn zij zeer tevreden (3,91). De mannen hebben doorgaans een neutraal oordeel. Alleen het kunnen praten met de vb-ers als men somber is scoort iets minder goed (2,62). 3.6.2
Omgang vreemdelingen onderling
Schaal Net als over de omgang met de vb-ers is de gemiddelde vreemdeling neutraal over de onderlinge omgang. De score op de schaal Omgang vreemdelingen onderling is 3,08. De meeste vragen worden neutraal beantwoord. De scores variëren van 2,76 (‘De vreemdelingen hier houden rekening met elkaar’) tot 3,16 (‘Er zijn medevreemdelingen die naar me luisteren als ik problemen heb’). Twee vragen worden echter positief beantwoord. Zo geeft men aan het belangrijk te vinden contact te hebben met medevreemdelingen (3,36) en goed op te kunnen schieten met de meeste medevreemdelingen (3,44). Ook hier is over de gehele linie te zien dat de vrouwen een positiever beeld hebben van de onderlinge omgang dan de mannen (♂ 3,00, ♀ 3,48). De enige door de vrouwen neutraal beoordeelde vragen gaan over het respectvol met elkaar omgaan (3,23) en het rekening met elkaar houden (3,08). Deze laatste vraag scoort bij de mannen zelfs licht negatief (2,70). Aanvullende vragen Van de vreemdelingen geeft bijna de helft (45%) aan wel eens gediscrimineerd te zijn in de inrichting. Op de vraag wie discrimineert, worden het vaakst meerdere vb-ers (45%) genoemd. Ook relatief vaak worden meerdere vreemdelingen (28%), een vb-er (27%) of een ander personeelslid dan de vb-er (26%) genoemd. De afkomst (57%) wordt het meest als grond voor discriminatie genoemd, gevolgd door de huidskleur (50%) en de godsdienst (39%). De mannelijke vreemdelingen voelen zich vaker gediscrimineerd dan de vrouwelijke vreemdelingen (♂ 40%, ♀ 27%). Vrouwen voelen zich vaker gediscrimineerd door meerdere vb-ers (♂ 42%, ♀ 64%). In gelijke mate voelen de mannen en de vrouwen zich gediscrimineerd door meerdere vreemdelingen (♂ 28%, ♀ 27%). Voorts voelen mannen zich relatief vaak gediscrimineerd door een enkele vb-er of een ander personeelslid dan de vb-er (beide door 29% genoemd).
3.7
Zorg en overige functionarissen
3.7.1
Gezondheidszorg
Schaal Over de zorg in de inrichting oordelen de vreemdelingen gemiddeld negatief. De score op de schaal Gezondheidszorg is 2,47. Ze zijn met name ontevreden over het werk van de psycholoog, de tandarts en de fysiotherapeut (resp. 2,39, 2,38 en 2,32). Hierbij moet wel worden opgemerkt dat maar 56% van de vreemdelingen de vraag met betrekking tot de fysiotherapeut heeft ingevuld. En over de psycholoog en de tandarts heeft slechts 61% respectievelijk 70% geoordeeld. De toegankelijkheid van de huisarts wordt neutraal beoordeeld (2,97).
26
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Toch is men niet tevreden over het werk van de huisarts (2,56). Over de verpleegkundige zijn de meningen verdeeld, niet positief, maar ook niet negatief (2,75). De mannen zijn gemiddeld negatief over de zorg in de inrichting. De vrouwen hebben een meer neutraal oordeel (♂ 2,41, ♀ 3,04). Alle functionarissen worden door de mannen negatief beoordeeld (scores tussen de 2,27 en 2,68). Alleen de huisarts wordt door de vrouwen positief beoordeeld (3,27), de andere functionarissen krijgen een neutraal oordeel (scores tussen de 2,9 en 3,16). Aanvullende vragen De vreemdelingen geven aan dat zowel hun gezondheid als hun conditie tijdens de periode in vreemdelingenbewaring achteruit is gegaan (2,24 resp. 2,10). De informatie over besmettelijke ziektes is niet goed genoeg (2,31). Ook de verkrijgbaarheid van condooms via de medische dienst is niet briljant (2,60). Het gemak waarmee men zich op allerlei ziekten (bijv. aids, hepatitis) kan laten testen wordt neutraal beoordeeld (2,80). 3.7.2
Overige functionarissen
Schaal De vreemdelingen zijn niet tevreden over het werk van de overige functionarissen, de score op de schaal is 2,36. Ze zijn het minst tevreden over het werk van de terugkeerfunctionaris (2,28). Maar ook het werk van de bevolkingsadministratie en van het afdelingshoofd is niet goed beoordeeld (2,49 resp. 2,63). Bij de beoordeling van het werk van de terugkeerfunctionaris moet echter worden opgemerkt dat de relatieve onbekendheid van het werk (hetgeen blijkt uit de beantwoording van de vraag ‘Ik weet wat de terugkeerfunctionaris voor mij kan doen’) debet is aan de ontevredenheid erover. Naarmate de bekendheid toeneemt, neemt ook de tevredenheid toe. Over het werk van het afdelingshoofd zijn de vrouwen zeer tevreden, dit in tegenstelling tot de mannen (♂ 2,41, ♀ 3,78). Ook zijn de vrouwen minder negatief dan de mannen over het werk van de bevolkingsadministratie (♂ 2,41, ♀ 3,02). Aanvullende vragen De helft (51%) van de vreemdelingen heeft aangegeven met 1 of meerdere geestelijk verzorgers contact te hebben gehad. Van deze vreemdelingen heeft de helft (51%) contact gehad met de imam en twee vijfde (40%) met de pastor. Gemiddeld genomen wordt door hen (de 51% die contact heeft gehad met één of meerdere geestelijk verzorgers) het werk van de geestelijk verzorger neutraal beoordeeld (3,21).
3.8
Overige aspecten
3.8.1
Hygiëne
Schaal De vreemdelingen oordelen met een gemiddelde score van 3,44 positief over de hygiëne in de inrichting. Het meest schoon worden de bezoekruimte, de eigen afdeling en de douches gevonden (3,49 resp. 3,48 en 3,45). Ook de recreatieruimte vindt men schoon (3,37). Het minst schoon is de luchtplaats. Echter met een score van 2,90 is die nog niet vies te noemen. Verder geven de vreemdelingen aan dat zij zich vaak genoeg kunnen douchen (4,03) en ook dat de kleding vaak genoeg gewassen kan worden (3,38). Zowel de mannen als de vrouwen zijn positief over de hygiëne. Toch zijn de vrouwen duidelijk positiever (♂ 3,36, ♀ 3,83). Hetzelfde beeld is te zien bij de afzonderlijke ruimten. Over de hygiëne van een aantal ruimten oordelen de mannen neutraal.
27
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Dit betreft de luchtplaats (2,75), de werkzaal (3,06), de keuken van de eigen afdeling (3,10) en de recreatieruimte (3,23). Over de hygiëne van de overige ruimten oordelen de mannen positief (scores liggen tussen de 3,40 en 3,42). De vrouwen oordelen positief over de hygiëne van alle ruimten (scores liggen tussen de 3,60 en 4,05). 3.8.2
Autonomie
De vreemdelingen vinden dat zij onvoldoende zelf kunnen beslissen over de dingen die zij belangrijk vinden (2,48). Ook hebben zij slecht invloed op het dagelijkse leven in de inrichting (2,61) en worden zij maar in beperkte mate gestimuleerd om zelf dingen te regelen (2,73). Niet positief maar ook niet negatief is men over de mate waarin het personeel open staat voor hun mening en zij zelf iets kunnen bepalen (beide 2,81). Hetzelfde geldt voor de mate waarin alles voor ze wordt beslist en zij behandeld worden als volwassenen (2,88 resp. 3,13). Men is niet van mening dat hun leven volledig door anderen wordt bepaald (3,48). Vooral de mate waarin het personeel open staat voor hun mening en ze zelf kunnen beslissen over zaken die ze belangrijk vinden wordt door de vrouwen positiever dan de mannen beoordeeld (♂ 2,67, ♀ 3,5 resp. ♂ 2,39, ♀ 2,94). De mannen zijn echter minder vaak van mening dat zij niets zelf kunnen bepalen (♂ 2,87, ♀ 2,51). 3.8.3
Extra vragen
Eten De vreemdelingen vinden het eten niet lekker en vaak hetzelfde (2,66 resp. 2,69). Ook zijn de porties niet groot genoeg (2,46). Wel wordt er volgens de vreemdelingen voldoende rekening gehouden met geloofsovertuigingen (3,25). De temperatuur van het eten en de etenstijden worden neutraal beoordeeld (3,10 en 2,80). De vrouwen zijn over het algemeen iets positiever over het eten dan de mannen. Winkel Over de winkel in de inrichting zijn de vreemdelingen niet te spreken. De producten zijn te duur (1,94), het aanbod is te beperkt (2,14) en de kwaliteit van de producten laat te wensen over (2,48). Of het indienen van een klacht nut heeft laat men in het midden (2,98). De vrouwen zijn minder negatief dan de mannen over het aanbod van de winkel (♂ 2,06, ♀ 2,53) en hebben een neutraal oordeel over de kwaliteit van de producten (♂ 2,40, ♀ 2,84). Drugs Op de vraag of op de afdeling drugs worden gebruikt geeft 81% aan dat er nooit drugs worden gebruikt. De vreemdelingen hebben een neutrale mening over de mogelijke overlast door drugsgebruik (2,78) en de mate waarin er op bezit en gebruik wordt gecontroleerd (2,84 resp. 3,03). Ook hier geldt dat de vrouwen veelal positiever zijn dan de mannen. Zo geven de mannen vaker aan overlast te ervaren (♂ 2,68, ♀ 3,41). Meerpersoonscelgebruik Slechts 7% van de vreemdelingen heeft een eigen cel. Bijna de helft (47%) deelt de cel met één persoon, een gelijk deel (46%) deel zijn cel met meerdere personen (vier op één cel of zes op één cel). Over het delen van een cel met meerdere personen zijn de vreemdelingen licht negatief (2,73). Over het delen van een cel met één ander persoon oordelen ze neutraal (3,16). Als wordt gekeken naar de verschillen tussen man en vrouw dan valt op dat de vrouwen duidelijk positief zijn over het delen van de cel met één ander persoon (♂ 3,02, ♀ 3,83) en de mannen licht negatief zijn over het delen van de cel met meerdere personen (♂ 2,68, ♀ 2,98).
28
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
3.8.4
Eindoordeel
Op de vraag naar de algemene tevredenheid over de inrichting scoren de vreemdelingen gemiddeld 2,20. Ruim drie vijfde (63%) is ontevreden over het verblijf in de inrichting. Slechts één op de vijf (21%) vreemdelingen is tevreden. Bij de vrouwen ligt deze score op 2,98 (neutraal), bij de mannen op 2,03 (negatief).
29
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
30
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4
Uitkomsten per locatie
In dit hoofdstuk worden de verschillen tussen de inrichtingen/locaties in de beleving van de vreemdelingenbewaring besproken. Wederom worden eerst de achtergrondgegevens van de vreemdelingen weergegeven en daarna de gegeven meningen over de diverse onderwerpen. Vooraf De vreemdelingen verbleven ten tijde van de survey in zes locaties, te weten Noorderzand (alleen vrouwen), Zestienhoven (uitzetcentrum, mannen en vrouwen), Schiphol-Oost (uitzetcentrum, mannen en vrouwen), Rotterdam (detentieboot Stockholm, alleen mannen) en Dordrecht (detentieboot Kalmar, alleen mannen). Op de datum van openbaarmaking van deze survey is inmiddels de locatie Noorderzand gesloten. Inmiddels zijn er twee nieuwe locaties geopend te weten Alphen a/d Rijn (detentiecentrum) en Zaandam (twee detentieplatforms). Voorts heeft de Staatsecretaris van Justitie besloten dat de locatie Rotterdam (detentieboot Stockholm) in 2008 wordt gesloten. Van de zes locaties is er één locatie, te weten Dordrecht, waar de respons onvoldoende groot was om verantwoorde uitspraken te kunnen doen over de locatie. Om deze reden wordt deze locatie in de analyse en de bespreking van de resultaten op de diverse onderwerpen niet meegenomen. Alleen duidelijke verschillen (significant en relevant) tussen de locaties worden in dit hoofdstuk vermeld. De locaties waar vreemdelingen verblijven zijn in twee regimes in te delen, het hvb regime en het regime grenslogies. In alle locaties geldt het hvb regime. Alleen in de locaties Schiphol-Oost en Zestienhoven is er een afdeling waar naast het hvb regime ook het regime grenslogies geldt. Echter, aangezien op deze afdelingen beide regimes door elkaar worden gevoerd en het aantal respondenten bovendien ook nog zeer beperkt is, wordt er niet naar de verschillen in beleving per regime gekeken.
4.1
Achtergrondkenmerken
Persoons- en verblijfsgegevens Van de 101 vrouwen die de vragenlijst hebben ingevuld verbleven er 50 in Noorderzand, 25 in Zeist, 21 in Schiphol-Oost en 5 in Zestienhoven. De 474 mannen die hebben deelgenomen zijn verdeeld over vijf inrichtingen; 140 in Zeist, 52 in Schiphol-Oost, 35 in Zestienhoven, 82 in Dordrecht en 165 in Rotterdam. Als er per inrichting naar de procentuele man-vrouw verdeling wordt gekeken dan verblijft in Noorderzand 100% vrouw, Schiphol-Oost 29%, Zeist 15% en Zestienhoven 13%. In Dordrecht en Rotterdam verblijven alleen mannen. In het vorige hoofdstuk is beschreven dat de vrouwen gemiddeld genomen een positievere mening dan de mannen hebben over de diverse onderwerpen. Aangezien het aandeel vrouwen per locatie varieert heeft dit mogelijk een invloed op de diverse gemiddelde scores.
31
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Leeftijd en opleiding De gemiddelde leeftijd van alle vreemdelingen bij elkaar is 32 jaar. In Zestienhoven en Noorderzand is men gemiddeld twee jaar ouder, namelijk 34 jaar. In Schiphol-Oost is de gemiddelde leeftijd twee jaar jonger, namelijk 30 jaar. Het opleidingsniveau binnen de inrichtingen komt grotendeels overeen met het gemiddelde. Alleen in Schiphol-Oost en Zestienhoven zitten naar verhouding iets meer vreemdelingen met een afgeronde wetenschappelijke opleiding (25% resp. 23% tegenover 6% tot 16%). Regio van herkomst Bijna twee vijfde (39%) van de vreemdelingen in Zeist is afkomstig uit Afrika. Van hen is 23% afkomstig uit Noord-Afrika en 16% uit Overig Afrika. Een vijfde (20%) is afkomstig uit Oost-Azië. In Schiphol-Oost zijn de grootste groepen vreemdelingen afkomstig uit Overige Afrika (25%) en Midden-Amerika (25%). In Noorderzand is een meerderheid afkomstig uit Oost-Azië (58%). In Zestienhoven is de regio van herkomst zeer gevarieerd, echter de meeste vreemdelingen zijn hier afkomstig uit Overig Afrika (34%). In Rotterdam is de verdeling naar regio overeenkomstig het gemiddelde. De grootste groep is afkomstig uit Oost-Azië (34%). Verblijfsduur Een grote meerderheid (74% tot 83%) verblijft tussen één week tot 6 maanden in de huidige inrichting. Uitzonderingen zijn Schiphol-Oost en Zestienhoven, daar is de gemiddelde verblijfsduur iets korter. Met name het percentage dat korter dan 1 week in de inrichting verblijft is hier aanzienlijk groter; Schiphol-Oost: 39%, Zestienhoven: 35%, andere inrichtingen tussen de 4% en 10%). Kennis van vreemdelingenbewaring In alle inrichtingen geeft een meerderheid van de vreemdelingen aan vaak niet te weten op welke grond ze in vreemdelingenbewaring verblijven (55% tot 68%). Hierbij wordt gebrek aan informatie en onduidelijke informatie en een onduidelijke aanklacht in alle inrichtingen veelvuldig genoemd. In Noorderzand en Zestienhoven wordt onwetendheid vanwege taalproblemen ook relatief vaak genoemd. In Zeist en Schiphol-Oost noemt men vaak nog onwetendheid vanwege andere oorzaken. Voor het eerst in vreemdelingenbewaring? Het percentage vreemdelingen dat voor de eerste keer in vreemdelingenbewaring verblijft, ligt in Schiphol-Oost duidelijk hoger dan in de andere inrichtingen (87% tegenover 66% tot 76%).
32
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.2
Veiligheid en duidelijkheid
4.2.1
Veiligheid
Grafiek 4.1: Veiligheid Totaal
3,08
.… 3,44
Noorderzand Zeist
3,15 3,44
Schiphol-Oost
3,34
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,79 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal In alle locaties wordt de veiligheid binnen de inrichting neutraal tot positief beoordeeld. Echter in Rotterdam voelen de vreemdelingen zich duidelijk onveiliger. Als naar de onderliggende vragen wordt gekeken dan is het verschil in veiligheidsbeleving met name te verklaren door de duidelijk lagere scores op de twee directe vragen naar veiligheid (‘Ik heb me onveilig gevoeld’ en ‘Ik voel me veilig’). Ook geven de vreemdelingen in Rotterdam iets minder vaak aan dat de vb-ers hen beschermen tegen agressieve medevreemdelingen. Iets vaker wordt aangegeven dat je moet oppassen voor medevreemdelingen en dat er sprake is van uitbuiting door medevreemdelingen. Aanvullende vragen. Aan de vreemdelingen is gevraagd door wie de gevoelens van onveiligheid worden veroorzaakt. Wordt dit door een enkele vreemdeling veroorzaakt of door meerderde of door een personeelslid? In Noorderzand wordt dit vooral veroorzaakt door meerdere vreemdelingen en een ander personeelslid dan de vb-er (beide 32%). In Zeist wordt het vooral veroorzaakt door meerdere vbers (22%). In Schiphol-Oost geven de vreemdelingen aan dat de gevoelens van onveiligheid worden veroorzaakt door meerdere vreemdelingen (24%). In Zestienhoven geeft men aan dat het wordt veroorzaakt door een enkele vreemdeling (25%). In Rotterdam wordt het onveilige gevoel veroorzaakt door meerdere vreemdelingen (38%), meerdere vb-ers (34%) en de eigen celgenoot (25%). Ook is gevraagd of er bepaalde plaatsen zijn waar men zich onveilig voelde. In alle locaties behalve Zestienhoven wordt dan de eigen cel relatief vaak genoemd (28% tot 40%). De eigen afdeling wordt relatief vaak genoemd in Zeist (24%), Schiphol-Oost (24%) en Rotterdam (36%). De isoleercellen worden vaak door de vreemdelingen in Noorderzand (28%) en Schiphol-Oost (20%) genoemd. De luchtplaats wordt in Rotterdam (24%) en Zestienhoven (21%) relatief vaak genoemd als onveilige plek.
33
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.2.2
Regels en rechten
Grafiek 4.2: Regels en rechten Totaal
2,75
.… 3,41
Noorderzand Zeist
2,71
Schiphol-Oost
2,95
Zestienhoven
2,94
Rotterdam 1,00
2,45 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal De eerder genoemde verdeeldheid over de duidelijkheid in regels en rechten is terug te zien bij de locaties. Zijn de vreemdelingen hier in Noorderzand nog licht positief over, in Zeist zijn ze er licht negatief en in Rotterdam zelfs negatief over. In Schiphol-Oost en Zestienhoven hebben de vreemdelingen een neutraal oordeel over de duidelijkheid in regels en rechten. De verschillen zijn het grootst bij een aantal onderliggende vragen. Zo zijn in Rotterdam de vreemdelingen licht negatief over de mate waarin de inrichting hen op de hoogte brengt van de huisregels. Echter in Noorderzand en iets minder in Schiphol-Oost en Zestienhoven zijn de vreemdelingen hier echter zeer over te spreken. Daarnaast is men in Noorderzand ook positief over de mate waarin ze door de inrichting geïnformeerd worden over hun rechten. Aanvullende vragen Het sanctiebeleid in de inrichting wordt door de vreemdelingen in Zeist en Rotterdam gemiddeld als negatief beoordeeld. Zo wordt er volgens de vreemdelingen bij het straffen geen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden, wordt er niet gestraft volgens de regels en wordt er te streng gestraft. In Noorderzand is men neutraal tot positief. In zowel Schiphol-Oost als Zestienhoven wordt aangegeven dat er niet altijd wordt gestraft volgens de regels. Daarnaast vinden de vreemdelingen in Schiphol-Oost dat er soms te streng wordt gestraft en in Zestienhoven dat er niet altijd rekening wordt gehouden met de persoonlijke omstandigheden. Op de vraag of het indienen van een klacht nut heeft hebben de vreemdelingen in de diverse locaties een vergelijkbaar neutraal oordeel. Wel zijn alleen de vreemdelingen in Noorderzand positief over de bekendheid en de bereikbaarheid van de maandcommissaris. Aan de vreemdelingen is gevraagd of zij weleens een klacht hebben ingediend. In Zeist worden de meeste klachten ingediend (47%), in Noorderzand veruit het minst (8%). Bij de andere locaties ligt het percentage dat wel eens een klacht heeft ingediend tussen de 28% en 38%. Degenen die een klacht hebben ingediend zijn ongeacht de locatie unaniem ontevreden over de snelheid van afhandeling en de mate waarin de klacht serieus werd genomen.
34
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.3
Contacten met de buitenwereld
Grafiek 4.3: Contacten met de buitenwereld Totaal
2,56
.… 3,25
Noorderzand 2,63
Zeist
2,57
Schiphol-Oost
2,87
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,16 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal De vreemdelingen in Noorderzand zijn over de mogelijkheden om contacten met de buitenwereld te onderhouden het meest positief. De vreemdelingen in Rotterdam zijn het meest negatief. Op een aantal onderliggende vragen zijn de verschillen tussen de locaties aanzienlijk. Zo zijn de vreemdelingen in Zeist, Zestienhoven en Rotterdam negatief over de privacy tijdens de telefoongesprekken, maar in Noorderzand opvallend positief. Verder is men in Rotterdam vaker zeer negatief over de contactmogelijkheden met familie en vrienden en diverse instanties in verband met terugkeer. Dit is opmerkelijk omdat de feitelijke mogelijkheden minstens even groot zijn dan in andere locaties. Alleen in Noorderzand en Zestienhoven wordt aangegeven dat er voldoende mogelijkheden zijn om gebruik te maken van de tolkentelefoon. Aanvullende vragen Met uitzondering van Schiphol-Oost zijn de vreemdelingen in alle locaties slecht bekend met wat de terugkeerfunctionaris voor hen kan doen. Ook over de begeleiding zijn zij negatief. In Schiphol-Oost zijn de vreemdelingen over beide zaken gematigder in hun oordeel, zij hebben een neutrale mening.
35
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.4
Dagbesteding en activiteiten
4.4.1
Dagbesteding
Grafiek 4.4: Dagbesteding Totaal
2,29
.… 2,96
Noorderzand Zeist
2,25 2,59
Schiphol-Oost Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,41 2,09 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal In bijna alle locaties zijn de vreemdelingen negatief over de dagbesteding. De vreemdelingen in Rotterdam zijn zelfs zeer negatief. Alleen de vreemdelingen in Noorderzand hebben een duidelijk positiever, maar toch nog neutraal oordeel over de dagbesteding. Dit beeld is terug te zien in de onderliggende vragen. Hierbij valt op dat men alleen in Noorderzand van mening is dat de tijd op cel niet te lang is, de vrije tijd kan worden doorgebracht met leuke dingen en dat er zelf invulling kan worden gegeven aan het dagprogramma. In Rotterdam zijn de vreemdelingen zeer ontevreden over de avond, naar eigen zeggen is er veel te weinig te doen. Voor alle locaties geldt overigens voor de vreemdelingen die op grond van artikel 59 vastzitten dat er geen avondprogramma wordt aangeboden. Ook wordt aangegeven, in tegenstelling tot Noorderzand, dat de vrije tijd niet met leuke dingen kan worden doorgebracht. In alle locaties geven de vreemdelingen aan dat het leven eentonig is en dat ze zich in het weekend vervelen.
36
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.4.2
Activiteiten
Grafiek 4.5: Activiteiten Totaal
2,18
.… 3,34
Noorderzand 2,25
Zeist
2,55
Schiphol-Oost 2,06
Zestienhoven Rotterdam 1,00
1,65 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal De vreemdelingen in Noorderzand zijn duidelijk positiever over de diverse activiteiten dan de vreemdelingen in de andere locaties. In Zeist, Zestienhoven en Rotterdam worden alle activiteiten slecht beoordeeld. In Schiphol-Oost hebben de vreemdelingen echter nog een neutraal oordeel over de recreatie, het sporten en de crea. In Noorderzand worden alle activiteiten positief beoordeeld, met uitzondering van het aanbod van boeken en tijdschriften in de bibliotheek. Hierover is iedereen in alle locaties zeer ontevreden. Aanvullende vragen In Schiphol-Oost zijn de meeste vreemdelingen die ervaring hebben met het onderwijsaanbod voor kinderen (71%). In de andere locaties ligt het percentage vreemdelingen dat er ervaring mee heeft tussen de 54% en 57%. Degenen die ervaring hebben met het onderwijsaanbod voor kinderen beoordelen dit over het algemeen negatief. Alleen de vreemdelingen in Schiphol-Oost hebben een meer neutraal oordeel hierover. De frequentie waarmee gebruik wordt gemaakt van de diverse activiteiten loopt per locatie zeer uiteen. Meer dan de helft van de vreemdelingen in Zestienhoven en Zeist (55% en 54%) maakt dagelijks gebruik van de recreatie. In Rotterdam en Noorderzand is deze groep beduidend kleiner, namelijk in beide locaties 30%. Ten aanzien van het luchten geldt dat wederom in Zestienhoven en Zeist de grootste groep dagelijks lucht (69% resp. 66%). In Schiphol-Oost en Rotterdam is deze groep kleiner. Dagelijks lucht 34% resp. 42%. Maar liefst 84% van de vreemdelingen in Zeist sport minimaal één keer in de week, dit percentage ligt duidelijk lager in Rotterdam en in Noorderzand (69% resp. 61%). In Schiphol-Oost sport men nog iets minder (43% sport minimaal 1 keer in de week) en in Zestienhoven wordt slechts door een kleine groep regelmatig gesport (20%). Alleen in Noorderzand en in Rotterdam wordt er door twee derde tot driekwart minimaal één keer per week gebruik gemaakt van de bibliotheek (78% resp. 65%). In de andere locaties ligt dit percentage tussen de 39% en 42%. Van de crea wordt niet door veel vreemdelingen gebruik gemaakt, 9% tot 22% hier maakt minimaal één keer week gebruik van. Uitzondering zijn de vreemdelingen in Noorderzand, daar ligt het percentage op 58%. Alleen in Noorderzand wordt in samenwerking met PI Noord-Holland Noord, locatie Zuyderbos arbeid aangeboden. Het percentage vreemdelingen dat hier werkt ligt daardoor verklaarbaar hoger dan in de andere locaties (88% tegenover 9% tot 11%). De redenen om te werken lopen per locatie niet veel uiteen.
37
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.5
Onderlinge contacten
4.5.1
Omgang vb-ers met vreemdelingen
Grafiek 4.6: Omgang vb-ers met vreemdelingen Totaal
3,00
.… 3,56
Noorderzand Zeist
2,99 3,48
Schiphol-Oost 3,08
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,69 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal In Noorderzand en Schiphol-Oost zijn de vreemdelingen duidelijk positief over de omgang met de vb-ers. In Zeist en Zestienhoven zijn ze iets gematigder over de omgang met van vb-ers. De vreemdelingen in Rotterdam zijn hierover licht negatief. Dit beeld is terug te zien bij de onderliggende vragen. De vreemdelingen in Rotterdam zijn overwegend negatief, echter over de normale manier waarop de vb-ers met ze omgaan, de getoonde interesse in hen en de bereidheid tot het maken van een praatje hebben zij een neutraal oordeel. In Schiphol-Oost zijn ze over de gehele linie positief. In Noorderzand zijn er twee vragen van de tien waarop neutraal wordt gescoord, de overige vragen scoren duidelijk positief. In Zestienhoven is men neutraal tot positief. Alleen bij sombere buien worden de vb-ers niet goed benaderbaar gevonden. In Zeist zijn de vreemdelingen overwegend een neutrale mening toegedaan. Licht positief wordt de normale manier waarop met de vreemdeling wordt omgegaan bevonden, licht negatief wordt het werk van de vb-ers beoordeeld.
38
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.5.2
Omgang vreemdelingen onderling
Grafiek 4.7: Omgang vreemdelingen onderling Totaal
3,08
.… 3,51
Noorderzand
3,21
Zeist
3,51
Schiphol-Oost
3,24
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,75 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal Het valt op dat alleen de vreemdelingen in Rotterdam zich duidelijk minder positief uitlaten over de omgang van de vreemdelingen onderling dan de andere vreemdelingen. Voor alle locaties geldt wel dat de onderlinge omgang minimaal neutraal wordt beoordeeld. De vreemdelingen in Noorderzand en Schiphol-Oost zijn hier duidelijk het meest positief over. De vragen die aan de schaal ten grondslag liggen, laten eenzelfde beeld zien. In Noorderzand en Schiphol is men op één of twee neutraal beoordeelde vragen na positief gestemd over de onderlinge omgang. In Zestienhoven en Zeist worden positieve geluiden in gelijke mate afgewisseld met neutrale geluiden. Alleen Rotterdam laat de nodige wanklanken horen. Zo zijn er niet voldoende vreemdelingen waarmee in de eigen taal kan worden gepraat en wordt er onderling slecht rekening met elkaar gehouden. Ook wordt aangegeven dat er niet respectvol met elkaar wordt omgegaan en dat nieuwe vreemdelingen slecht in de groep worden opgenomen. Aanvullende vragen De locaties verschillen nogal van elkaar voor wat betreft het percentage vreemdelingen dat aangeeft gediscrimineerd te zijn. In Rotterdam en Zeist komt discriminatie het meest voor (62% resp. 47%). In Noorderzand geeft 29% van de vreemdelingen aan gediscrimineerd te zijn. In Zestienhoven en Schiphol-Oost ligt dit percentage weer iets lager, op resp. 25% en 20%. Er zijn geen duidelijke verschillen gevonden in de gronden waarop volgens de vreemdelingen wordt gediscrimineerd. Afkomst, huidskleur en godsdienst zijn volgens de vreemdelingen ongeacht de locatie, de voornaamste gronden van discriminatie.
39
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.6
Zorg en overige functionarissen
4.6.1
Gezondheidszorg
Grafiek 4.8: Gezondheidszorg Totaal
2,47
.… 3,12
Noorderzand 2,64
Zeist Schiphol-Oost Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,16 2,41 2,19 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Ten aanzien van de zorgverlening in de inrichting kan opgemerkt worden dat Rotterdam en Schiphol-Oost opvallen door hun lage score. Echter in alle locaties, met uitzondering van Noorderzand, is het oordeel over de huisarts, tandarts, psycholoog en fysiotherapeut overwegend licht negatief tot negatief. In Noorderzand zijn de vreemdelingen over de huisarts tevreden, over de tandarts, psycholoog en fysiotherapeut zijn ze niet tevreden maar ook niet ontevreden. Over de verpleegkundige zijn alleen de vreemdelingen in Rotterdam negatief. De vreemdelingen in de andere locaties zijn niet tevreden, maar ook niet ontevreden. De toegankelijkheid van de huisarts wordt door alle locaties neutraal beoordeeld. Aanvullende vragen Over het achteruitgaan van de gezondheid en de conditie tijdens het verblijf zijn geen opvallende verschillen tussen de locaties gevonden. De vreemdelingen zijn overwegend negatief. Hetzelfde geldt voor de informatie over besmettelijke ziekten en het beschikbaar stellen van condooms via de medische dienst. Over de mogelijkheid tot het laten testen op besmettelijke ziekten hebben de vreemdelingen in alle locaties een vergelijkbaar neutraal oordeel.
40
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.6.2
Overige functionarissen
Grafiek 4.9: Overige functionarissen Totaal
2,36
.… 3,09
Noorderzand Zeist
2,18 2,58
Schiphol-Oost
2,71
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,17 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal De tevredenheid over de overige functionarissen varieert per locatie. De vreemdelingen zijn, met uitzondering van de vreemdelingen in Noorderzand, vrij negatief. Als per functionaris wordt gekeken dan valt op dat ze in Noorderzand zeer tevreden zijn over het afdelingshoofd, maar ontevreden over de terugkeerfunctionaris. Ook in Schiphol-Oost zijn de vreemdelingen ontevreden over de terugkeerfunctionaris. In Zestienhoven wordt de bevolkingsadministratie negatief beoordeeld. In zowel Zeist als Rotterdam is het oordeel over alledrie de functionarissen negatief. Aanvullende vragen In Zestienhoven en Zeist heeft de meerderheid van de vreemdelingen contact gezocht met één of meerdere geestelijk verzorgers (58% resp. 55%). In Schiphol-Oost ligt dit aandeel het laagst, maar toch nog op 41%. In alle locaties werd vooral contact opgenomen met de imam en de pastoor. Over het werk van de geestelijke verzorgers zijn de vreemdelingen in Noorderzand, Zestienhoven en Schiphol-Oost doorgaans gematigd tot zeer tevreden. In Zeist en Rotterdam oordeelt men neutraal over het werk van de geestelijk verzorger.
41
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.7
Overige aspecten
4.7.1
Hygiëne
Grafiek 4.10: Hygiëne Totaal
3,44
.… 3,89
Noorderzand
3,68
Zeist
3,52
Schiphol-Oost
3,37
Zestienhoven Rotterdam 1,00
2,96 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Schaal De waardering voor de schaal hygiëne loopt uiteen van gemiddeld neutraal in Rotterdam tot zeer positief in Noorderzand. Van de afzonderlijke ruimten scoort alleen de luchtplaats in Rotterdam licht onvoldoende.
4.7.2
Autonomie
Verschillende vragen gaan over de mate waarin de vreemdeling zelfstandig binnen de inrichting kan zijn. Bij de locaties is er geen eenduidig beeld op dit onderwerp vast te stellen. Bij de ene vraag is de ene locatie het meest positief of het meest negatief, bij een andere vraag is dit weer anders. Zo zijn behalve in Zestienhoven de vreemdelingen in alle locaties van mening dat het leven niet helemaal wordt bepaald door anderen. De vreemdelingen in Zestienhoven hebben hier een iets gematigder oordeel over. De vreemdelingen zijn neutraal tot zelf positief in Zeist en Zestienhoven over de mate waarin zij als volwassenen worden behandeld. De vreemdelingen in Schiphol-Oost en Noorderzand geven vaak aan dat het personeel open staat voor hun mening. In Rotterdam is dit volgens de vreemdelingen echter niet het geval. In Noorderzand en in Zestienhoven geven de vreemdelingen vaak aan dat ze zelf niets kunnen bepalen. Ook geven ze samen met de vreemdelingen in Schiphol-Oost vaak aan dat alles voor hen wordt beslist. De vraag over de mate waarin de vreemdelingen worden gestimuleerd om zelf dingen te regelen worden door de vreemdelingen in Zestienhoven en Rotterdam negatief beantwoord. De eigen invloed op het dagelijkse leven is volgens deze vreemdelingen en de vreemdelingen in Noorderzand beperkt. De vreemdelingen in Zeist en in Rotterdam zijn zeer ontevreden over de mate waarin zij zelf kunnen beslissen over dingen die zij belangrijk vinden.
42
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.7.3
Extra vragen
Eten De maaltijden die worden aangeboden zijn op alle locaties hetzelfde. Toch variëren de oordelen over een aantal aspecten van het eten per locatie. Over de temperatuur van het eten zijn alle locaties neutraal tot positief. Met uitzondering van Rotterdam is ook iedereen positief over de mate waarin er rekening wordt gehouden met het geloof. Over de etenstijden en de portiegrootte zijn alleen de vreemdelingen in Zestienhoven en Rotterdam negatief. Over de variatie zijn zij juist weer een neutrale mening toegedaan, terwijl de andere locaties dit negatief beoordelen. Als laatste wordt het warme eten in Zeist en ook in Rotterdam niet lekker gevonden, maar in Zestienhoven weer wel. Winkel Iedere vreemdeling ongeacht locatie is ontevreden over de prijzen in de winkel. De kwaliteit van de producten wordt negatief beoordeeld door de vreemdelingen in Zestienhoven en Rotterdam. Samen met de vreemdelingen in Schiphol-Oost zijn zij ook niet tevreden over het aanbod. Of het indienen van een klacht nut heeft daar zijn de meningen niet uitgesproken over, oftewel neutraal. Uitzondering hier is Noorderzand, daar geeft men aan dat het indienen van een klacht weldegelijk zin heeft. Drugs Gemiddeld wordt door 81% van de vreemdelingen aangegeven dat er nooit drugs wordt gebruikt op de afdeling. In Schiphol-Oost en Noorderzand ligt dit percentage hoger (91% resp. 92%). In Rotterdam ligt dit percentage duidelijk lager, namelijk op 70%. In Schiphol-Oost, Zestienhoven en Rotterdam geeft het drugsgebruik van medevreemdelingen overlast. Als enige locatie zijn de vreemdelingen in Zeist van mening dat er te vaak op bezit en gebruik van drugs wordt gecontroleerd. Meerpersoonscelgebruik In Rotterdam wordt de cel voornamelijk met meerdere personen gedeeld (90%). In Zeist, Schiphol-Oost en Noorderzand is er veelal sprake van twee op één cel (79%, 86% en 80%). In Zestienhoven is een geheel ander beeld te zien: slechts 13% deelt de cel met meerdere personen en iets meer dan de helft (55%) deelt de cel met één ander persoon. Dit betekent dat maar liefst een derde (33%) de cel niet deelt. Het is derhalve frappant dat men alleen in Zestienhoven licht negatief is over het delen van een cel met één ander persoon. In Schiphol-Oost en Noorderzand is men hier positief over. De vreemdelingen in Zeist en Rotterdam zijn tegen het delen van de cel met meerdere personen. Alleen de vreemdelingen in Schiphol-Oost staan hier positief tegenover.
43
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
4.7.4
Eindoordeel
Grafiek 4.11: Eindoordeel Totaal
2,20
.… 3,26
Noorderzand 2,32
Zeist
2,43
Schiphol-Oost
2,33
Zestienhoven Rotterdam 1,00
1,60 2,00
3,00
4,00
5,00
Gemiddelde schaalscores
Het algemene oordeel over de vreemdelingeninrichtingen is met uitzondering van Noorderzand gemiddeld negatief. Vooral de vreemdelingen in Rotterdam zijn erg negatief. Dit ‘eindoordeel’ komt overeen met de constateringen in de voorgaande paragrafen bij de diverse onderwerpen. Op alle onderwerpen zijn de vreemdelingen in Noorderzand neutraal tot positief en zijn de vreemdelingen in Rotterdam negatief tot zeer negatief. De andere drie locaties zitten hier tussen in. Een mogelijke verklaring voor de ontevredenheid van de vreemdelingen in Rotterdam betreft wellicht de gebouwelijke omstandigheden waaronder zij in Rotterdam vastzitten. De locatie (detentieboot Stockholm) is begin 2005 als tijdelijke voorziening in gebruik genomen. De diverse voorzieningen (winkel, luchtruimte, recreatieruimten) zijn zeer sober. Ook deelt de overgrote meerderheid (90%) de cel met meerdere personen (vierpersoonscel of zespersoonscel). Daarnaast lijkt het negatieve imago dat de locatie inmiddels heeft (als gevolg van diverse negatieve berichtgeving in de media) invloed te hebben op de beleving van de vreemdelingen die daar vastzitten. Zaken die identiek zijn aan andere locaties, worden toch negatiever beoordeeld (bijv. het eten). Een mogelijke verklaring voor de tevredenheid van de vreemdelingen in Noorderzand kan worden gezocht in de doelgroep die hier vast zit, namelijk alleen vrouwen. Maar ook hier kunnen de gebouwelijke omstandigheden, dit maal in positieve zin, een rol spelen. De locatie Noorderzand is een kleinschalige voorziening die sinds medio 2005 bestemd is voor het onderbrengen van vrouwelijke vreemdelingen. Het complex heeft een rechthoekige vorm rond een ruime luchtplaats. Het beveiligingsniveau is laag en de onderlinge sfeer gemoedelijk. De vreemdelingen kunnen de gehele dag naar buiten. Overdag is er veel bewegingsvrijheid. De vrouwen kunnen werken in de huisdienst of op een kleine arbeidszaal. Ook zijn er voldoende voorzieningen beschikbaar om zelf te wassen en te koken.
44
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
5
Vergelijkingen met 2004 en met GW 2007
In dit hoofdstuk staat de vergelijking van de uitkomsten van de vreemdelingensurvey 2007 met de vreemdelingensurvey 2004 centraal. Door de uitkomsten van de twee jaren met elkaar te vergelijken wordt bezien of de beleving van de vreemdelingenbewaring in de afgelopen periode is veranderd en zo ja ten aanzien van welke onderwerpen. Vervolgens worden de uitkomsten van de vreemdelingensurvey 2007 nog vergeleken met de gedetineerdensurvey 2007. Deze vergelijking vindt meer op hoofdlijnen plaats. Allereerst omdat de verblijfsgrond waarop de vreemdelingen dan wel gedetineerden worden vastgehouden sterk van elkaar verschilt en hiermee de wijze waarop de vreemdelingenbewaring of detentie wordt ondergaan. Daarnaast verschilt het toekomstperspectief sterk. Wat wel vergelijkbaar is, is de wijze waarop de inrichtingen omgaan met hen. Dit betreft niet alleen de omgangsvormen tussen het personeel en de vreemdelingen of gedetineerden, maar ook het aanbod van diverse faciliteiten en het ‘vastzitten’. De vreemdelingen die op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet vastzitten, vallen onder hetzelfde regime als de gedetineerden in de huizen van bewaring. De uitkomsten van de gedetineerdensurvey kunnen als referentiekader worden gebruikt bij de interpretatie van de uitkomsten van de vreemdelingensurvey. De vreemdelingensurvey 2004 is begin november gehouden onder alle vreemdelingen, exclusief de vreemdelingen in uitzetcentra, die op het moment van afname op grond van de vreemdelingenwet in vreemdelingenbewaring verbleven. Er hebben 622 vreemdelingen de vragenlijst bruikbaar ingevuld, hetgeen een respons betekende van 47%. De gedetineerdensurvey 2007 is medio april/mei gehouden onder alle gedetineerden in Nederland, exclusief de gedetineerden in inrichtingen voor drugskoeriers (bolletjesslikkers), gedetineerden die deelnemen aan penitentiaire programma’s en gedetineerden die elektronische detentie hebben. Er hebben 6.020 gedetineerden deelgenomen aan de gedetineerdensurvey in 2007, dit komt neer op een respons van 49% (bruto respons) of 52% (gecorrigeerde respons). In dit hoofdstuk wordt gesproken over ‘gedetineerden’ als de onderzoekspopulatie uit de gedetineerdensurvey wordt bedoeld. De term ‘vreemdelingen’ verwijst naar de populatie uit beide vreemdelingensurveys.
5.1
Mogelijkheden en beperkingen
Het overgrote deel van de vragen van de drie surveys is gelijk. Hierdoor is het mogelijk om de meeste onderwerpen en de meeste vragen onderling te vergelijken. Om de scores op de schalen te kunnen vergelijken zijn voor een aantal schalen nieuwe schalen aangemaakt. Sommige vragen zijn namelijk niet in 2004 gesteld. Ook zijn sommige vragen alleen in de vreemdelingensurvey gesteld en niet in de gedetineerdensurvey. Hierdoor is het mogelijk dat de uitkomsten op de nieuwe schalen licht afwijken van de eerder genoemde uitkomsten in hoofdstuk 3 en 4 en in de rapporten ´Gedetineerd in Nederland 2007´ en ´Vreemdelingenbewaring in Nederland 2004´.
45
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
De meeste schalen van de drie onderzoeken zijn vergelijkbaar. In bijlage 3 zijn de schalen met de bijbehorende vragen weergegeven. Per vraag is aangegeven of deze in de surveys is opgenomen. Indien de vraag niet in een van de twee surveys die met elkaar worden vergeleken voorkomt is de bijbehorende schaal aangepast door die vraag niet mee te nemen in de schaalconstructie.
5.2
Vergelijking vreemdelingensurvey 2007 met vreemdelingensurvey 2004
5.2.1
Verschillen tussen de populaties
Onderstaand wordt een beschrijving gegeven van de persoonsgegevens en verblijfsgegevens die specifiek zijn voor de ondervraagde populaties van de vreemdelingensurvey 2007 en de vreemdelingensurvey 2004. Deze verschillen tussen de populaties zijn mogelijk van invloed op de beleving, dat bij het interpreteren van de resultaten in acht moet worden gehouden. Persoonsgegevens De gemiddelde leeftijd ligt bij de vreemdelingenpopulatie in 2004 op 30 en bij de vreemdelingenpopulatie in 2007 op 32 jaar. De gemiddelde leeftijd is dus in 2004 lager dan in 2007. De regio van herkomst laat ook verschillen zien. In 2004 hebben naar verhouding meer vreemdelingen afkomstig uit Afrika deelgenomen (24% Noord-Afrika en 20% Overig Afrika). In 2007 liggen deze percentages beduidend lager, namelijk op 12% respectievelijk 16%. Het percentage afkomstig uit Oost-Azië is daarentegen in 2007 het dubbele van 2004 (26% tegenover 13%). De overige regio’s zijn in beide populaties vergelijkbaar vertegenwoordigd. Wat opleiding betreft zijn er tussen de twee populaties weinig verschillen. Zo heeft een vijfde (2004: 21%, 2007: 20%) geen opleiding afgerond. Een kwart heeft middelbaar onderwijs (2004: 26%, 2007: 24%) en in beide populaties heeft 14% een universitaire opleiding afgerond. De overige opleidingsniveaus (basisonderwijs, middelbaar en hoger beroepsonderwijs) zijn variërend door 10% tot 17% van de vreemdelingen doorlopen, echter tussen de twee populaties zijn er weinig verschillen te zien. De samenstelling van de twee populaties voor wat betreft het geslacht wijkt licht van elkaar af. De overgrote meerderheid bestaat uit mannen: 92% in de vreemdelingensurvey 2004 en 82% in de vreemdelingensurvey 2007. Verblijfsgegevens Van de vreemdelingen zat in 2004 nog 77% voor de eerste keer vast in vreemdelingenbewaring, in 2007 is dit percentage licht gedaald tot 72%. De gemiddelde verblijfsduur is in 2004 hoger dan in 2007. Zo zit 17% in 2004 tegenover 6% van de vreemdelingen in 2007 6 tot 9 maanden in de huidige inrichting. En waar in 2004 slechts 4% minder dan 1 week in de huidige inrichting zat, ligt dit percentage in 2007 beduidend hoger, namelijk 12%. Het verschil in verblijfsduur in de huidige inrichting is niet verwonderlijk aangezien in 2004 de vreemdelingen in de uitzetcentra niet zijn meegenomen. In 2004 werd door ongeveer tweevijfde (41%) de cel met meerdere personen gedeeld. In 2007 ligt dit percentage iets hoger, namelijk op 46%. Het aantal vreemdelingen dat de cel met één persoon deelt (twee op één cel) is duidelijk groter dan in 2007. In 2004 lag het percentage op 59%, in 2007 op 47%. Verder verbleven in 2004 0% van de vreemdelingen in een eenpersoonscel en in 2007 is dit 7%. Op een aantal persoons- en verblijfskenmerken zijn er tussen de jaren lichte verschillen qua samenstelling van de twee groepen vreemdelingen. Het is niet exact aan te geven in hoeverre en op welke wijze de verschillen de beleving van de vreemdelingenbewaring beïnvloedt. Bij het lezen van de resultaten dient met deze kennis rekening te worden gehouden.
46
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Hieronder staan de schaalscores van de vreemdelingensurvey 2007 en 2004 weergegeven in één grafiek. In de paragrafen die volgen worden deze nader toegelicht. 5.2.2
Verschillen in beleving
Grafiek 5.1: Vergelijking schaalscores vreemdelingen 2007 met 2004 3,38 3,10
Veiligheid*
2,74 2,75
Regels en rechten Contacten met buitenw ereld Dagbesteding*
Activiteiten
2,66 2,56 2,49 2,28 2,75 2,18 3,16 3,01
Omgang vb-ers*
3,31 3,20
Omgang onderling*
Gezondheidszorg
Overige functionarissen
Hygiene 1,00
2,55 2,47 2,45 2,36 3,61 3,44 2,00
3,00
Vreemdelingensurvey 2007
4,00
5,00
Vreemdelingensurvey 2004
*
In de bovenstaande grafiek zijn voor de belangrijkste onderwerpen van de vreemdelingensurvey de scores voor 2007 en 2004 naast elkaar op de bijbehorende schalen weergegeven. Deze grafiek geeft hiermee in een keer een beeld van de beleving en de onderlinge verschillen. Over de meeste onderwerpen oordelen de vreemdelingen in 2007 vergelijkbaar met de vreemdelingen in 2004. Wel kan van een licht negatieve tendens worden gesproken. Alleen ten aanzien van de veiligheid en de activiteiten zijn de vreemdelingen in 2007 duidelijk minder tevreden dan in 2004. Het oordeel over de veiligheid laat een daling van iets meer dan een kwartpunt zien (-0,28). De vreemdelingen oordeelden in 2004 nog positief over de veiligheid, de vreemdelingen in 2007 hebben een neutraal oordeel. De tevredenheid over de activiteiten is duidelijk achteruitgegaan, de daling is meer dan een halve punt (-0,57). De vreemdelingen waren in 2004 niet tevreden maar ook niet ontevreden, in 2007 zijn ze echter zeer ontevreden over de activiteiten die worden aangeboden. Gezien de versobering die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden (o.a. afschaffing avondprogramma, arbeid geen vast onderdeel meer van het dagprogramma) is deze daling wel te verklaren. *
Deze schalen zijn voor de vergelijking met de vreemdelingensurvey 2004 aangepast.
47
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
In de volgende paragrafen worden de verschillen tussen 2007 en 2004 per onderwerp beschreven, waarbij wordt ingezoomd op de onderliggende vragen 8 . Veiligheid De veiligheid wordt in 2004 nog positief beoordeeld door de vreemdelingen (3,38). In 2007 hebben de vreemdelingen een neutraal oordeel hierover (3,10). Deze daling is ook bij de vier onderliggende vragen terug te zien. Zo geven de vreemdelingen in 2007 iets vaker aan dat er sprake is van uitbuiting en bedreiging door medevreemdelingen (2007: 3,05 en 3,50, 2004: 3,35 en 3,81). Bij de stelling ‘Ik voel me veilig in deze inrichting’ is het verschil nauwelijks aanwezig (2007: 2,58, 2004: 2,70). Echter als wordt gevraagd hoe vaak men zich onveilig in de inrichting heeft gevoeld zijn de verschillen weer iets groter. Waar in 2004 slechts 14% zich vaak onveilig voelde, voelt nu een kwart (25%) zich vaak onveilig (vertaald naar scores: 2007: 3,35 en 2004: 3,65). Regels en rechten De duidelijkheid en helderheid van de regels en rechten in de inrichtingen worden door de vreemdelingen in beide jaren vergelijkbaar beoordeeld (2007: 2,75, 2004: 2,74). De onderliggende vragen laten wel geen noemenswaardige verschillen zien. Contacten met de buitenwereld Over de mogelijkheden om contacten met de buitenwereld te onderhouden zijn de vreemdelingen in 2007 in gelijke mate ontevreden als de vreemdelingen in 2004 (2007: 2,56, 2004: 2,66). Wel is bij de onderliggende vragen een verschuiving te zien. De vreemdelingen zijn minder negatief in 2007 dan in 2004 over de mogelijkheden om in verband met terugkeer contacten te onderhouden met de diverse instanties (2007: 2,71, 2004: 2,21). Daar staat tegenover dat de privacy tijdens telefoongesprekken en tijdens het bezoekuur is volgens de vreemdelingen wel iets minder geworden (2007: 2,43 en 2,51, 2004: 2,79 en 2,76). Ook zijn de vreemdelingen in 2007 iets minder vaak van mening dat er voldoende mogelijkheden zijn om met familie en vrienden contact te onderhouden (2007: 2,57, 2004: 2,82). Dagbesteding De vreemdelingen zijn over de manier waarop zij de vrije tijd doorbrengen zowel in 2004 als in 2007 ontevreden (2007: 2,28, 2004:2,49). Op één van de onderliggende vragen is een duidelijke achteruitgang te constateren. De vreemdelingen vinden veel vaker dat zij te lang op cel zitten (2007: 2,40, 2004: 3,47). Activiteiten De vreemdelingen in 2007 zijn duidelijk minder tevreden over de diverse activiteiten die worden aangeboden dan de vreemdelingen in 2004. De score op de schaal Activiteiten was in 2004 nog 2,75 en is in 2007 sterk gedaald naar 2,18. Als naar de diverse onderdelen wordt gekeken dan is de daling met name te zien bij de tevredenheid over het aanbod van boeken en tijdschriften in de bibliotheek (van 2,82 naar 1,83) en over de inhoud van de bibliotheek (van 3,03 naar 2,36). Ook zijn de vreemdelingen minder tevreden over de arbeid en het sporten (2004: 2,98 en 2,72; 2007: 2,26 en 2,27). Omgang met vb-ers De omgang van de vreemdelingen met de vb-ers wordt in 2004 en in 2007 vergelijkbaar beoordeeld (2004: 3,16 en 2007: 3,01). De vreemdelingen in 2007 geven iets minder vaak aan dat de vb-ers af en toe vragen hoe het met ze gaat (van 3,22 naar 2,97). Ook wordt iets minder vaak aangegeven dat de vb-ers bij problemen helpen (van 3,18 naar 2,90). Ten aanzien van de overige onderliggende vragen zijn geen grote verschillen te constateren.
8
Bij een verschil in schaalscore van meer dan 0,25 is gekeken naar de onderliggende vragen die het meest bijdragen aan dit verschil, óók indien er niet voldaan is aan het vraagcriterium van een verschil van 0,50 zoals beschreven in paragraaf 2.6.3.
48
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Omgang vreemdelingen onderling De onderlinge omgang wordt door de vreemdelingen in beide jaren vergelijkbaar beoordeeld (2004: 3,31, 2007: 3,20). Ook op de onderliggende vragen zijn er geen grote verschillen te zien. Uitzondering is de snelheid waarmee nieuwe vreemdelingen in de groep worden geaccepteerd. De vreemdelingen in 2007 zijn hier minder positief over (van 3,35 naar 3,08). Gezondheidszorg In beide jaren zijn de vreemdelingen in gelijke mate niet tevreden over de toegankelijkheid van de huisarts en het werk van de diverse zorgverleners. Dit blijkt uit de scores op de schaal Gezondheidszorg van 2,55 in 2004 en 2,47 in 2007. Ook de afzonderlijke zorgverleners worden door beide groepen vreemdelingen in dezelfde mate negatief beoordeeld. De vreemdelingen zijn verder in beide jaren neutraal over de toegankelijkheid van de huisarts. Overige functionarissen De tevredenheid over de functionarissen is over de jaren heen redelijk gelijk gebleven. De schaalscore was in 2004 2,45 en is in 2007 2,36. Ook als wordt gekeken naar de tevredenheid over de afzonderlijke functionarissen, te weten de terugkeerfunctionaris, het afdelingshoofd en de bevolkingsadministratie, zijn daar nauwelijks verschillen te zien. Hygiëne De vreemdelingen zijn in beide jaren positief over de hygiëne in de inrichting. De verschillen tussen de jaren zijn niet erg groot (van 3,61 naar 3,44). Wel zijn de vreemdelingen in 2007 positiever over de frequentie waarmee zij zich kunnen douchen (van 3,60 naar 4,03). De luchtplaats, de keuken op de eigen afdeling, de bezoekruimte en de eigen afdeling vinden de vreemdelingen in 2007 in vergelijking met de vreemdelingen in 2004 minder schoon (2004: 3,61; 3,69; 3,61; 3,75; 3, 73; 2007: 2,90; 3,21; 3,49; 3,48). Eindoordeel Afsluitend is in beide jaren aan de vreemdelingen gevraagd in hoeverre ze tevreden zijn over de inrichting in het algemeen. Zowel in 2007 als in 2004 zijn de vreemdelingen niet tevreden, het eindoordeel is in 2007 nagenoeg gelijk aan dat van 2004 (2,20 respectievelijk 2,21).
5.3
Vergelijking vreemdelingensurvey 2007 met gedetineerdensurvey 2007
5.3.1
Verschillen tussen de populaties
Wederom volgt voordat de resultaten van de vergelijking tussen de vreemdelingensurvey 2007 met de gedetineerdensurvey 2007 gepresenteerd worden, eerst een korte beschrijving van de twee populaties. Persoonsgegevens De vreemdelingenpopulatie is wat betreft geboorteland heel anders van samenstelling dan de gedetineerdenpopulatie. In vreemdelingenbewaring zitten zoals te verwachten geen personen met een Nederlandse nationaliteit. In de gedetineerdenpopulatie wel, namelijk 62%. Daarnaast zijn de vreemdelingen uit veel meer verschillende landen afkomstig, verspreid over de gehele wereld, dan de gedetineerden. Wat opleiding betreft verschillen de vreemdelingen ook van de gedetineerden. Bijna driekwart (73%) van de gedetineerdenpopulatie heeft niet meer opleiding gevolgd dan het middelbaar onderwijs. Iets minder dan 11% heeft het hoger beroepsonderwijs of een universitaire opleiding gevolgd. Voor de vreemdelingenpopulatie bedragen deze percentages respectievelijk 61% en 24%. Er bevinden zich beduidend meer hoger opgeleiden onder de vreemdelingen dan bij de gedetineerden het geval is.
49
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
De samenstelling van de twee populaties voor wat betreft het geslacht wijkt licht van elkaar af. De overgrote meerderheid bestaat uit mannen: 93% in de gedetineerdensurvey en 82% in de vreemdelingensurvey. Er wordt meer verschil gevonden in de leeftijdsverdeling van de beide groepen. De gemiddelde leeftijd ligt bij de vreemdelingen op 32 en bij de gedetineerden op 34. Hiervoor is wel een mogelijke verklaring te geven. Het is makkelijker voor jonge mensen om naar een ander land te vertrekken dan voor ouderen. Jonge mensen zijn nog niet zo gebonden aan bijvoorbeeld een gezin en zijn bovendien fysiek sterker. Ten slotte dient nog opgemerkt te worden dat in de vreemdelingenpopulatie soms ook hele gezinnen bij elkaar zitten, inclusief de kinderen. Hoewel alleen volwassenen de vragenlijsten hebben ingevuld, heeft het in vreemdelingenbewaring zitten met kinderen natuurlijk ook invloed op de beleving. Verblijfsgegevens Eén van de belangrijkste verschillen die hier wordt genoemd, is de grond waarop de twee verschillende populaties vastzitten. Gedetineerden zitten vast op strafrechtelijke gronden omdat ze verdacht worden van het plegen van een delict of omdat ze een delict hebben gepleegd. Vreemdelingen zitten vast op grond van de vreemdelingenwet (zie de inleiding voor een uitgebreide beschrijving). Gedetineerden weten vaker waar ze aan toe zijn en wanneer ze weer vrijkomen. Dat schept voor deze groep duidelijkheid en zekerheid. Vreemdelingen zitten vast in afwachting van hun uitzetting. Zij hebben een zeer onzeker toekomstperspectief en dat geeft tijdens de vreemdelingenbewaring onrust. Deze onzekerheid en het over het algemeen vastzitten zonder een strafbaar feit te hebben gepleegd, is ook een factor die de beleving beïnvloedt. Aan de andere kant kunnen vreemdelingen zelf invloed uitoefenen op hun verblijfsduur. Als ze namelijk meewerken aan de uitzetting kan dat de verblijfsduur verkorten. Van de vreemdelingen zit 71% voor de eerste keer vast in vreemdelingenbewaring. Van de gedetineerdenpopulatie is dit deel veel kleiner, 43% heeft niet eerder in detentie gezeten. Dit verschil is niet opmerkelijk omdat de kans op herhaling voor vreemdelingen kleiner is dan voor gedetineerden. Zij worden immers meestal uitgezet. Alle vreemdelingen die met één persoon of meerdere personen een cel delen zijn samengenomen. Van de vreemdelingen deelt 93% een cel. Van de gedetineerden is dat 23%. Het al dan niet delen van een cel kan van invloed zijn op de beleving. Of die invloed positief dan wel negatief is, is niet aan te geven. Dat kan van veel factoren afhangen, zoals met wie de cel wordt gedeeld en of dit op vrijwillige basis gebeurd. Al deze verschillen samen maken duidelijk dat de samenstelling van de twee groepen op een aantal punten van elkaar verschilt. Het is niet exact aan te geven in hoeverre en op welke wijze dit de beleving beïnvloedt. Maar bij het lezen van de resultaten dient hiermee wel rekening te worden gehouden.
50
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
5.3.2
Verschillen in beleving
Grafiek 5.2: Vergelijking schaalscores vreemdelingen 2007 met gedetineerden 2007 3,46 3,08
Veiligheid
3,04 2,75
Regels en rechten Contacten met buitenw ereld* Dagbesteding*
Activiteiten*
3,13 2,59 2,50 2,27 3,07 2,26
Omgang vb-ers / piw -ers*
3,23 3,01
Omgang onderling*
3,30 3,12
Gezondheidszorg
Hygiene 1,00
3,14 2,47 3,52 3,44 2,00
3,00
Vreemdelingensurvey 2007
4,00
5,00
Gedetineerdensurvey 2007
*
In de bovenstaande grafiek zijn de scores op de bijbehorende schalen van de vreemdelingensurvey 2007 en de gedetineerdensurvey 2007 naast elkaar weergegeven. Deze grafiek laat in een keer de beleving en de verschillen tussen deze twee survey’s zien. De meeste onderwerpen worden door de vreemdelingen in 2007 negatiever beoordeeld dan door de gedetineerden in 2007. De duidelijkste verschillen zijn waar te nemen bij de tevredenheid over de activiteiten binnen de inrichting, de diverse zorgverleners en de mogelijkheden tot contacten met de buitenwereld. Hier zijn de vreemdelingen beduidend vaker ontevreden over dan de gedetineerden (verschil is meer dan een half punt). Maar ook de veiligheid en de duidelijkheid in regels en rechten wordt door de vreemdelingen minder goed beoordeeld. Het oordeel van de vreemdelingen over de dagbesteding, onderlinge omgang met vb-ers/piw-ers of met medevreemdelingen/medegedetineerden is slechts licht negatiever dan het oordeel van de gedetineerden. Het verschil is te klein om relevant te zijn (kleiner dan een kwartpunt). Hier kan alleen worden gesproken van een lichte negatieve tendens. De tevredenheid over de hygiëne is vergelijkbaar. *
Deze schalen zijn voor de vergelijking met de gedetineerdensurvey 2007 aangepast.
51
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
In de volgende paragrafen worden de opvallendste verschillen tussen de vreemdelingensurvey 2007 en de gedetineerdensurvey 2007 per onderwerp beschreven. Veiligheid De veiligheid binnen de inrichting wordt door de vreemdelingen niet positief maar ook niet negatief beoordeeld. De gedetineerden zijn daarentegen duidelijk positiever over de veiligheid. De scores op de schaal Veiligheid liggen op 3,08 respectievelijk 3,46. De verschillen zijn heel duidelijk terug te zien bij vier onderliggende vragen. De twee directe vragen naar de veiligheid (‘Ik voel me veilig in de inrichting’ en ‘Ik heb me onveilig gevoeld – nooit, soms, vaak’ worden duidelijk minder positief beantwoord door de vreemdelingen dan de gedetineerden (2,58 en 3,35 tegenover 3,53 en 4,27). Ook geven de vreemdelingen vaker aan dan de gedetineerden dat er sprake is van bedreiging door medevreemdelingen/medegedetineerden of vb-ers/piw-ers (3,50 en 3,46 tegenover 4,00 en 3,95). Regels en rechten De vreemdelingen hebben een score van 2,75 en de gedetineerden van 3,04. De vreemdelingen staan dus licht negatief tegenover de duidelijkheid van de regelgeving in de inrichting en de gedetineerden neutraal. Alle onderliggende vragen zijn door de gedetineerden positiever beantwoord dan door de vreemdelingen. Er zijn echter geen grote verschillen te zien op de onderliggende vragen. Contacten met de buitenwereld Op de schaal Contacten met de buitenwereld scoren de vreemdelingen negatiever dan de gedetineerden. Met een score van 3,13 zijn de gedetineerden neutraal, de vreemdelingen zijn met een score van 2,59 licht negatief over de mogelijkheden tot contacten met de buitenwereld. Op een aantal onderliggende vragen zijn duidelijke verschillen te zien. Zo zijn de vreemdelingen vaker negatief over de mogelijkheden om met familie en vrienden en met de advocaat/diverse instanties contact te onderhouden (2,57 en 2,71 tegenover 3,13 en 3,40). Ook zijn de vreemdelingen minder positief over de tijdigheid waarmee ze naar de bus worden gebracht om naar de rechtbank te gaan (2,94 tegenover 3,58). Over het gemak waarmee er spullen kunnen worden ingevoerd zijn de vreemdelingen negatief terwijl de gedetineerden hier niet positief maar ook niet negatief over zijn (2,17 tegenover 2,86). Dagbesteding Zowel de vreemdelingen als de gedetineerden zijn negatief over de dagbesteding. De scores op de schaal dagbesteding lopen niet noemenswaardig uiteen: 2,27 voor de vreemdelingen en 2,50 voor de gedetineerden. Op vraagniveau zijn er wel een paar grote verschillen te zien. De vreemdelingen geven aan dat zij zich niet goed in de eigen cel kunnen vermaken en dat de vrije tijd niet kan worden doorgebracht met dingen die ze leuk vinden (2,50 en 2,26). De gedetineerden zijn het hier niet eens, maar ook niet oneens mee (3,07 en 2,98). Zowel de vreemdelingen als de gedetineerden geven vaak aan ’s avonds te weinig te doen te hebben, de vreemdelingen zijn hier echter nog negatiever over (2,05 tegenover 2,50). De gedetineerden geven echter weer vaker aan het leven eentonig te vinden (1,92 tegenover 2,39). Activiteiten De vreemdelingen zijn duidelijk negatiever over de diverse activiteiten dan de gedetineerden. Dit blijkt uit een score op de schaal Activiteiten van 2,26 van de vreemdelingen tegenover een score van 3,07 van de gedetineerden. De tevredenheid over de bibliotheek, de arbeid en het sporten loopt het meest uiteen. De gedetineerden zijn positief over de bibliotheek en neutraal over de arbeid en het sporten (3,49; 3,21; 2,99). De vreemdelingen zijn over deze drie activiteiten zeer negatief (2,36; 2,26; 2,27).
52
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Omgang vreemdelingen/gedetineerden met vb-ers/piw-ers De score voor de vreemdelingen op de schaal omgang met vb-ers bedraagt 3,01. De gedetineerden beoordeelden deze schaal iets positiever met 3,23 maar het verschil is gering. De omgang van de gedetineerden met de piw-ers wordt dus niet heel anders beoordeeld dan die van de vreemdelingen met de vb-ers. Op de onderliggende vragen zijn er geen grote verschillen tussen de vreemdelingen en de gedetineerden te zien. Omgang vreemdelingen onderling De waardering van de onderlinge omgang tussen vreemdelingen verschilt slechts in geringe mate met die van de onderlinge omgang tussen gedetineerden. Met een schaalscore van 3,12 beoordelen de vreemdelingen deze omgang als neutraal. De gedetineerden waarderen hun onderlinge omgang met 3,30 als licht positief. Alle onderliggende vragen laten geen grote verschillen zien tussen de vreemdelingen en de gedetineerden. Gezondheidszorg Is de gezondheidszorg door de vreemdelingen anders beoordeeld dan door de gedetineerden? De gedetineerden waarderen de gezondheidszorg neutraal (3,14). Het verschil met de waardering van de gezondheidszorg door de vreemdelingen is ruim. Hun oordeel is met 2,47 negatief, een verschil van ruim een half punt met de gedetineerden. Op alle vragen is het verschil in score minimaal een half punt. Het oordeel van de vreemdelingen over de verpleegkundige (2,75), huisarts (2,56), tandarts (2,38) en psycholoog (2,39) is negatiever dan dat van de gedetineerden (scores respectievelijk 3,26; 3,09; 3,09 en 2,99). Ook de toegankelijkheid van de huisarts wordt negatiever beoordeeld (vreemdelingen: 2,97, gedetineerden: 3,55). Hygiëne De hygiëne in de inrichting waarderen de vreemdelingen met 3,44 vrijwel gelijk als de gedetineerden (3,52). Alleen de luchtplaats wordt door de vreemdelingen minder vaak schoon gevonden (2,90 tegenover 3,49). De overige verschillen zijn te klein om te benoemen. Eindoordeel De grotere ontevredenheid van de vreemdelingen ten opzichte van de gedetineerden zoals blijkt uit de verschillende schaalscores, komt ook tot uiting in de algemene tevredenheid over de inrichting. De vreemdelingen zijn in meerderheid ontevreden over de inrichting (2,20). De gedetineerden zijn gemiddeld niet tevreden maar ook niet ontevreden (2,97).
53
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
54
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Bijlage 1
Hieronder zijn per onderwerp alle vragen van de vragenlijst van 2007 weergegeven. De vragen die cursief zijn gedrukt, zijn nieuwe vragen. Deze vragen zaten dus niet in de vragenlijst van 2004. Veiligheid Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: een vb-er Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: een ander personeelslid dan een vb-er Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: een gedetineerde Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: een bezoeker Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: meerdere vb-ers Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: mijn celgenoot Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: meerdere gedetineerden Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld door: mijn eigen cel Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de eigen afdeling Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de isoleercellen Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de douches Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de toiletten Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de gangen/trappenhuizen/lift Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de luchtplaats Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de arbeidsruimte Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de bezoekruimte Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de recreatieruimte Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de sportruimte Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de crea-ruimte Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld op: de bibliotheek Ik voel me veilig in deze inrichting Sommige gedetineerden worden door medegedetineerden uitgebuit* Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden* Je moet hier oppassen voor bepaalde vb-ers* Ik voel me regelmatig door medegedetineerden bedreigd* Vb-ers beschermen mij tegen agressieve medegedetineerden Je wordt hier regelmatig bedreigd door vb-ers*
55
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Regels en rechten Ik vind de huisregels in deze inrichting onduidelijk* Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed De inrichting brengt mij op de hoogte van de huisregels De inrichting brengt mij op de hoogte van mijn rechten De rechten van gedetineerden zijn duidelijk Straffen Er wordt te streng gestraft* Er wordt bij het straffen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden Er wordt gestraft volgens de regels Klachten Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die klacht moet indienen De maandcommissaris is goed bereikbaar Ik vind dat het indienen van een klacht nut heeft Ik heb wel eens een klacht ingediend De behandeling van mijn klacht(en) duurde te lang* De beklagcommissie neemt/nam mijn klacht serieus Contacten met de buitenwereld Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden Er zijn voldoende mogelijkheden om in verband met terugkeer contacten te onderhouden met o.a. advocaat, consulaat, vluchtelingenwerk Ik word op tijd naar mijn bezoek gebracht Ik word op tijd bij de bus gebracht om naar de rechtbank te gaan Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken Ik heb voldoende privacy tijdens het bezoekuur Ik kan makkelijk spullen (bv. radio, tv of kleding) van buiten invoeren Er zijn voldoende mogelijkheden om van de tolkentelefoon gebruik te maken Dagbesteding Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind Mijn leven hier is eentonig* Ik kan me in mijn cel goed vermaken s Avonds heb ik genoeg te doen Ik verveel me in het weekend* Ik vind het aanbod van activiteiten in het dagprogramma niet voldoende* Ik kan zelf invulling geven aan mijn dagprogramma Ik zit te lang op cel*
56
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Activiteiten Ik ben tevreden over de inhoud van de recreatie Ik ben tevreden over de inhoud van het sporten Ik ben tevreden over de inhoud van de bibliotheek Ik ben tevreden over de inhoud van de arbeid Ik ben tevreden over de inhoud van de crea Hoe vaak maakt u gebruik van de recreatie Hoe vaak maakt u gebruik van het sporten Hoe vaak maakt u gebruik van de bibliotheek Hoe vaak maakt u gebruik van het luchten Hoe vaak maakt u gebruik van de crea Ik ben tevreden over het onderwijsaanbod voor kinderen Ik ben tevreden over het aanbod van boeken/tijdschriften in de bibliotheek Werk Ik werk Ik werk: omdat het moet Ik werk: om geld te verdienen Ik werk: om iets te doen te hebben Ik werk: om iets te leren Ik werk: om het contact met andere gedetineerden Ik werk: om het contact met personeel Ik werk: om buiten mijn cel te zijn Ik werk: om een andere reden Omgang met vb-ers De vb-ers vragen nooit hoe het met me gaat* Als ik problemen heb, helpen de vb-ers me Vb-ers zijn vriendelijk voor me Als ik somber ben, kan ik met de vb-ers praten De vb-ers maken geen praatje met me* De communicatie met het personeel loopt goed ondanks de taalverschillen De vb-ers gaan op een normale manier met me om Ik ben tevreden over het werk van de vb-ers (bewaarders) De vb-ers doen mee met bv kaarten, biljarten, tafeltennissen De vb-ers zijn niet echt geïnteresseerd in hoe het met me gaat*
57
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Omgang met medevreemdelingen Contact met medegedetineerden is heel belangrijk voor mij De gedetineerden hier gaan respectvol met elkaar om Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd Ik praat niet over hoe ik me voel met medegedetineerden* Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden Er zijn voldoende medegedetineerden waarmee ik in mijn eigen taal kan praten De gedetineerden hier houden rekening met elkaar Discriminatie Ik word in deze inrichting gediscrimineerd Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: een vb-er Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: een ander personeelslid dan een vb-er Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: een gedetineerde Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: een bezoeker Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: meerdere vb-ers Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: mijn celgenoot Ik word in deze inrichting gediscrimineerd door: meerdere gedetineerden Ik word in deze inrichting gediscrimineerd op grond van: huidskleur Ik word in deze inrichting gediscrimineerd op grond van: afkomst Ik word in deze inrichting gediscrimineerd op grond van: godsdienst Ik word in deze inrichting gediscrimineerd op grond van: geslacht Ik word in deze inrichting gediscrimineerd op grond van: seksuele geaardheid Gezondheid Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundige Ik ben tevreden over het werk van de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de tandarts Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog Ik ben tevreden over het werk van de fysiotherapeut Mijn gezondheid is tijdens het verblijf in deze inrichting achteruit gegaan* Mijn conditie is tijdens het verblijf in deze inrichting achteruit gegaan* Ik ben tijdens het verblijf in deze inrichting goed geïnformeerd over besmettelijke ziektes (bv geslachtsziektes, aids en geelzucht) Ik kan mij makkelijk laten testen (bv op aids en hepatitis) als ik dat wil Als ik dat wil kan ik via de medische dienst aan condooms/beflapjes komen Overige functionarissen Ik ben tevreden over het werk van de terugkeerfunctionaris (sociaal) Ik ben tevreden over het werk van het afdelingshoofd Ik ben tevreden over het werk van de bevolkingsadministratie
58
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Geestelijke verzorging Ik heb in de inrichting contact gehad met: de pastoor Ik heb in de inrichting contact gehad met: de pandit Ik heb in de inrichting contact gehad met: de dominee Ik heb in de inrichting contact gehad met: de imam Ik heb in de inrichting contact gehad met: de rabbijn Ik heb in de inrichting contact gehad met: de humanistisch geestelijk verzorger Ik heb in de inrichting contact gehad met: geen enkele geestelijke verzorger Ik ben tevreden over het werk van deze geestelijke verzorger Terugkeerfunctionaris Ik weet wat de terugkeerfunctionaris (sociaal) voor mij kan doen De terugkeerfunctionaris begeleidt me goed bij de voorbereidingen voor mijn terugkeer Hygiëne Het is schoon op de eigen afdeling Het is schoon in de douche(s) Het is schoon in de recreatieruimte Het is schoon in de werkzaal Het is schoon op de luchtplaats Het is schoon in de bezoekruimte Het is schoon in de keuken op de eigen afdeling Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting Ik kan me vaak genoeg douchen Heeft u een douche op de cel? Autonomie Ik word hier gestimuleerd om zelf dingen te regelen Alles wordt hier voor mij beslist* Ik word hier niet als een volwassene behandeld* Ik kan hier zelf niks bepalen* Mijn leven hier wordt helemaal bepaald door anderen* Ik heb invloed op het dagelijks leven in de inrichting Het personeel staat open voor mijn mening Ik kan zelf beslissen over dingen die ik belangrijk vind Drugs Er worden op deze afdeling drugs gebruikt Ik heb last van het drugsgebruik door medegedetineerden* Er wordt te vaak op het bezit van drugs gecontroleerd* Er wordt te vaak op het gebruik van drugs gecontroleerd* Winkel Ik kan in de winkel kopen wat ik nodig heb De producten in de winkel zijn betaalbaar Ik ben tevreden over de kwaliteit van de producten in de winkel Ik vind dat het indienen van een klacht over de winkel nut heeft
59
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Eten Het warme eten is goed van temperatuur Er wordt bij de maaltijd rekening gehouden met geloofsovertuigingen Ik ben tevreden over de etenstijden Ik krijg genoeg te eten Het warme eten is vaak hetzelfde* Ik vind het warme eten lekker Meerpersoonscelgebruik Ik vind het geen probleem om samen met meerdere gedetineerden een cel te delen Ik vind het geen probleem om samen met één gedetineerde een cel te delen Algemene tevredenheid Over deze inrichting ben ik over het algemeen tevreden Achtergrondkenmerken Mijn leeftijd ligt in de volgende categorie Uit welke regio komt u oorspronkelijk? Wat is de hoogste opleiding die u heeft afgemaakt? Hoe lang verblijft u al in deze inrichting? Is dit de eerste keer dat u in vreemdelingenbewaring verblijft? Weet u op welke grond u in vreemdelingenbewaring verblijft? Wat is de reden dat u niet weet waarom u in vreemdelingenbewaring zit: gebrek aan informatie Wat is de reden dat u niet weet waarom u in vreemdelingenbewaring zit: onduidelijke informatie Wat is de reden dat u niet weet waarom u in vreemdelingenbewaring zit: onduidelijke aanklacht Wat is de reden dat u niet weet waarom u in vreemdelingenbewaring zit: taalproblemen Wat is de reden dat u niet weet waarom u in vreemdelingenbewaring zit: andere oorzaken Deelt u een cel?
60
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Bijlage 2
In deze bijlage is een overzicht opgenomen van de betrouwbaarheid van de schalen. Alle schalen zijn voldoende tot goed betrouwbaar gebleken, behalve de schaal ‘Autonomie’. Deze schaal bleek onvoldoende betrouwbaar.
Schaal Veiligheid Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,701
0,698
8
Items Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld Sommige gedetineerden worden door medegedetineerden uitgebuit* Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden* Je moet hier oppassen voor bepaalde vb-ers* Ik voel me regelmatig door medegedetineerden bedreigd* Je wordt hier regelmatig bedreigd door vb-ers* Ik voel me veilig in deze inrichting Vb-ers beschermen mij tegen agressieve medegedetineerden
Schaal Regels en rechten Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,704
0,707
5
Items Ik vind de huisregels in deze inrichting onduidelijk* Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed De inrichting brengt mij op de hoogte van de huisregels De inrichting brengt mij op de hoogte van mijn rechten De rechten van gedetineerden zijn duidelijk
61
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Schaal Contacten met de buitenwereld Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,835
0,835
8
Items Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden Er zijn voldoende mogelijkheden om in verband met terugkeer contacten te onderhouden met oa advocaat, consulaat, vluchtelingenwerk Ik word op tijd naar mijn bezoek gebracht Ik word op tijd bij de bus gebracht om naar de rechtbank te gaan Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken Ik heb voldoende privacy tijdens het bezoekuur Ik kan makkelijk spullen (bv radio, tv of kleding) van buiten invoeren Er zijn voldoende mogelijkheden om van de tolkentelefoon gebruik te maken
Schaal Dagbesteding Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,671
0,675
8
Items Mijn leven hier is eentonig* Ik verveel me in het weekend* Ik vind het aanbod van activiteiten in het dagprogramma niet voldoende* Ik zit te lang op cel* Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind Ik kan me in mijn cel goed vermaken s Avonds heb ik genoeg te doen Ik kan zelf invulling geven aan mijn dagprogramma
62
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Schaal Activiteiten
Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,929
0,927
6
Items Ik ben tevreden over de inhoud van de recreatie Ik ben tevreden over de inhoud van het sporten Ik ben tevreden over de inhoud van de bibliotheek Ik ben tevreden over de inhoud van de arbeid Ik ben tevreden over de inhoud van de crea Ik ben tevreden over het aanbod van boeken/tijdschriften in de bibliotheek
Schaal Omgang met vb-ers Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,809
0,808
10
Items De vb-ers vragen nooit hoe het met me gaat* De vb-ers maken geen praatje met me* De vb-ers zijn niet echt geïnteresseerd in hoe het met me gaat* Als ik problemen heb, helpen de vb-ers me Vb-ers zijn vriendelijk voor me Als ik somber ben, kan ik met de vb-ers praten De communicatie met het personeel loopt goed ondanks de taalverschillen De vb-ers gaan op een normale manier met me om Ik ben tevreden over het werk van de vb-ers (bewaarders) De vb-ers doen mee met bv kaarten, biljarten, tafeltennissen
63
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Schaal Omgang vreemdelingen onderling Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,742
0,742
8
Items Ik praat niet over hoe ik me voel met medegedetineerden* Contact met medegedetineerden is heel belangrijk voor mij De gedetineerden hier gaan respectvol met elkaar om Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden Er zijn voldoende medegedetineerden waarmee ik in mijn eigen taal kan praten De gedetineerden hier houden rekening met elkaar
Schaal Gezondheidszorg Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,933
0,935
6
Items Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundige Ik ben tevreden over het werk van de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de tandarts Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog Ik ben tevreden over het werk van de fysiotherapeut
64
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Schaal Overige functionarissen Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,858
0,859
3
Items Ik ben tevreden over het werk van de terugkeerfunctionaris (sociaal) Ik ben tevreden over het werk van het afdelingshoofd Ik ben tevreden over het werk van de bevolkingsadministratie
Schaal Hygiëne Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,909
0,909
8
Items Het is schoon op de eigen afdeling Het is schoon in de douche(s) Het is schoon in de recreactieruimte Het is schoon op de luchtplaats Het is schoon in de bezoekruimte Het is schoon in de de keuken op de eigen afdeling Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting Ik kan me vaak genoeg douchen
65
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Schaal Autonomie Reliability Statistics Cronbach's Alpha
Cronbach's Alpha Based on Standardized Items
N of Items
0,173
0,198
8
Items Alles wordt hier voor mij beslist* Ik word hier niet als een volwassene behandeld* Ik kan hier zelf niks bepalen* Ik word hier gestimuleerd om zelf dingen te regelen Mijn leven hier wordt helemaal bepaald door anderen* Ik heb invloed op het dagelijks leven in de inrichting Het personeel staat open voor mijn mening Ik kan zelf beslissen over dingen die ik belangrijk vind
66
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Bijlage 3
Hieronder zijn de schalen met de bijbehorende vragen weergegeven. Per vraag is aangegeven of deze in de surveys is opgenomen. Indien de vraag niet in een van de twee surveys die met elkaar worden vergeleken voorkomt is de bijbehorende schaal aangepast door die vraag niet mee te nemen in de schaalconstructie. Veiligheid Ik heb me in deze inrichting onveilig gevoeld Sommige gedetineerden worden door medegedetineerden uitgebuit* Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden* Je moet hier oppassen voor bepaalde vb-ers* Ik voel me regelmatig door medegedetineerden bedreigd* Je wordt hier regelmatig bedreigd door vb-ers* Ik voel me veilig in deze inrichting Vb-ers beschermen mij tegen agressieve medegedetineerden
V 2007
V 2004
G 2007
√
√
√
√
√
√
√ √ √ √ √ √
X X √ X √ X
√ √ √ √ √ √
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √
V 2007
V 2004
G 2007
√
√
√
Regels en rechten Ik vind de huisregels in deze inrichting onduidelijk* Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed De inrichting brengt mij op de hoogte van de huisregels De inrichting brengt mij op de hoogte van mijn rechten De rechten van gedetineerden zijn duidelijk Contacten met de buitenwereld Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden Er zijn voldoende mogelijkheden om in verband met terugkeer contacten te onderhouden met oa advocaat, consulaat, vluchtelingenwerk Ik word op tijd naar mijn bezoek gebracht Ik word op tijd bij de bus gebracht om naar de rechtbank te gaan Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken Ik heb voldoende privacy tijdens het bezoekuur Ik kan makkelijk spullen (bv radio, tv of kleding) van buiten invoeren Er zijn voldoende mogelijkheden om van de tolkentelefoon gebruik te maken 9 10
√
√
9
√
10
√
√
√
√
√
√
√ √
√ √
√ √
√
√
√
√
√
X
In 2004 bestond deze vraag uit drie deelvragen, voor de vergelijkbaarheid zijn deze vragen samengenomen. In de gedetineerdensurvey 2007 heeft de vraag alleen betrekking op contactmogelijkheden met de advocaat.
67
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Dagbesteding Mijn leven hier is eentonig* Ik verveel me in het weekend* Ik vind het aanbod van activiteiten in het dagprogramma niet voldoende* Ik zit te lang op cel* Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind Ik kan me in mijn cel goed vermaken s Avonds heb ik genoeg te doen Ik kan zelf invulling geven aan mijn dagprogramma
V 2007
V 2004
G 2007
√ √
√ √
√ √
√
√
X
√ √ √ √ √
√ X √ √ X
√ √ √ √ X
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √
√ √ √ √ √
√
√
X
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √
√
X
X
√ √ √
√ √ √
√ √ √
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √
√ X X √
√ √ √ √
√
√
√
√
√
√
√
X
X
√
X
√
Activiteiten Ik ben tevreden over de inhoud van de recreatie Ik ben tevreden over de inhoud van het sporten Ik ben tevreden over de inhoud van de bibliotheek Ik ben tevreden over de inhoud van de arbeid Ik ben tevreden over de inhoud van de crea Ik ben tevreden over het aanbod van boeken/tijdschriften in de bibliotheek Omgang gedetineerden/vreemdelingen met piw-ers/vb-ers De vb-ers vragen nooit hoe het met me gaat* De vb-ers maken geen praatje met me* De vb-ers zijn niet echt geïnteresseerd in hoe het met me gaat* Als ik problemen heb, helpen de vb-ers me Vb-ers zijn vriendelijk voor me Als ik somber ben, kan ik met de vb-ers praten De communicatie met het personeel loopt goed ondanks de taalverschillen De vb-ers gaan op een normale manier met me om Ik ben tevreden over het werk van de vb-ers (bewaarders) De vb-ers doen mee met bv kaarten, biljarten, tafeltennissen Omgang gedetineerden/vreemdelingen onderling Ik praat niet over hoe ik me voel met medegedetineerden* Contact met medegedetineerden is heel belangrijk voor mij De gedetineerden hier gaan respectvol met elkaar om Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden Er zijn voldoende medegedetineerden waarmee ik in mijn eigen taal kan praten De gedetineerden hier houden rekening met elkaar
68
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
Gezondheidszorg Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundige Ik ben tevreden over het werk van de huisarts (dokter) Ik ben tevreden over het werk van de tandarts Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog Ik ben tevreden over het werk van de fysiotherapeut
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ X
V 2007
V 2004
G 2007
√
√
X
√ √
√ √
√ √
V 2007
V 2004
G 2007
√ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √
√ √ √ √ √ √ √ √
Overige functionarissen Ik ben tevreden over het werk van de terugkeerfunctionaris (sociaal) Ik ben tevreden over het werk van het afdelingshoofd Ik ben tevreden over het werk van de bevolkingsadministratie Hygiëne Het is schoon op de eigen afdeling Het is schoon in de douche(s) Het is schoon in de recreactieruimte Het is schoon op de luchtplaats Het is schoon in de bezoekruimte Het is schoon in de de keuken op de eigen afdeling Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting Ik kan me vaak genoeg douchen
69
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
70
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
71
Vreemdelingenbewaring in Nederland 2007
72
DIENST JUSTITIËLE INRICHTINGEN GEVANGENISWEZEN JUSTITIËLE JEUGDINRICHTINGEN FORENSISCHE ZORG BIJZONDERE VOORZIENINGEN