VOORWOORD
+
oor u ligt het jaarverslag 2011 van IZIT. In dit jaarverslag willen we u informeren over onze activiteiten in het afgelopen jaar en alvast kort vooruitblikken naar 2012 en verder. In 2011 heeft de vereniging icZt zichzelf opgeheven en haar aandelen overgedragen aan een zestal zorginstellingen: Carintreggeland, De Twentse Zorgcentra, Dimence, Livio, Ziekenhuisgroep Twente en Medisch Spectrum Twente. IZIT heeft van haar aandeelhouders de opdracht gekregen om verder te werken aan de ontwikkeling van een stabiele en toekomstvaste structuur waarmee elektronische informatie-uitwisseling en communicatie tussen alle zorgverleners in de regio mogelijk is. Deze structuur heeft de naam ZorgNetOost meegekregen. In 2011 zijn we gestart met de uitvoering van ons werkprogramma 2011-2013. Een belangrijke mijlpaal is de oplevering van de diensten e-Lab en e-Verwijzen. U leest daar verderop in dit verslag meer over. Daarnaast is een aantal diensten in ontwikkeling. Deze zullen in 2012 worden aangeboden. Een belangrijk uitgangspunt van ZorgNetOost is dat een zorgaanbieder via 1 toegang alle beschikbare diensten kan benaderen. In 2011 heeft een aantal leveranciers van zorginformatiesystemen op verzoek van IZIT een knop ingebouwd, waarmee de zorgverlener rechtstreeks toegang krijgt tot het ZorgPortaal en daarmee tot de achterliggende diensten. In 2012 zullen we het ZorgPortaal verder ontwikkelen en met meer leveranciers afspraken maken over de toegang tot het ZorgPortaal.
In 2011 hebben we ook gewerkt aan een nieuwe versie van onze referentiearchitectuur. Hergebruik van componenten, koppelingen met zorginformatiesystemen en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van dataopslag en -verwerking zijn belangrijke aandachtspunten. In 2012 wordt de ZorgNetOost Referentiearchitectuur vastgesteld, waarmee we een stevige basis leggen voor de komende jaren. Aan ZorgNetOost werkt niet alleen het IZIT-team. Mensen uit de verschillende instellingen; bestuurders, managers, zorgprofessionals en ICT-ers leveren allemaal een bijdrage. Gelukkig zien we in de regio dat men bereid is tot samenwerking en vertrouwen in elkaar heeft. Dat zijn essentiële voorwaarden om zorgprocessen op elkaar af te stemmen en informatie uit te wisselen.
Ik wil dit voorwoord besluiten met mijn dank uit te spreken aan iedereen die eraan mee heeft gewerkt om van ZorgNetOost een succes te maken. Natuurlijk het IZIT-team, maar ook de programmaraad en regiegroep, de leden van de diverse projectgroepen en de aandeelhouders voor het vertrouwen dat zij in IZIT hebben gesteld. Ik hoop op een goede voortzetting van de samenwerking in 2012 en wens u veel plezier bij het lezen van dit jaarverslag. Met vriendelijke groet, Renie Heerbaart Directeur IZIT
+
INHOUDSOPGAVE
01 | ZORGNETOOST Blz. 04 02 | E-LAB Blz. 06 03 | E-VERWIJZEN Blz. 08 04 | WDH Blz. 10 05
|
DIENSTEN IN ONTWIKKELING
Blz. 12
06 | VERHUIZING Blz. 14 07 | HISSEN Blz. 16 08 | AANDEELHOUDERS Blz. 18 09 | ADEPD Blz. 20 10 | TELEMONITORING Blz. 22 11
|
LANDELIJKE ONTWIKKELINGEN
Blz. 24
12 | CONTACTINFORMATIE Blz. 26
Blz 1-2
01 | ZorgNetOost
e gezondheidszorg in Nederland gaat steeds meer vraag gestuurd werken, patiënten participeren steeds actiever in hun eigen zorgproces. Vooral chronisch zieke mensen hebben te maken met meer dan één zorgverlener. Zorgverleners binnen deze zorgketens of zorgnetwerken gaan steeds meer samenwerken, waarmee de behoefte aan afstemming, communicatie en informatie-uitwisseling toeneemt. Een stabiele en toekomstvaste overleg- en ICT-structuur kan in deze behoefte voorzien. IZIT realiseert met ZorgNetOost zo’n structuur. Het belangrijkste overlegorgaan binnen ZorgNetOost is de Programmaraad. In de Programmaraad zitten vertegenwoordigers van ziekenhuizen, care-, GGZen revalidatie-instellingen, huisartsen en andere eerste lijns zorgaanbieders. De Programmaraad fungeert als opdrachtgever en stuurgroep van de projecten.
01 | ZorgNetOost De diensten van ZorgNetOost beslaan de volgende drie onderdelen: toegang, basisdiensten en ketenzorgoplossing, zoals weergegeven in het onderstaande plaatje. Het plaatje toont het programmaplan van 2011 tot en met 2013. In 2011 zijn de basisdiensten e-Verwijzen en e-Lab gerealiseerd. Daarnaast is er gewerkt aan de analyse en ontwikkeling van de andere basisdiensten. Deze diensten worden in 2012-2013 gerealiseerd. De centrale toegang tot deze diensten wordt gevormd door het ZNO ZorgPortaal.
UITGANGSPUNTEN
1. Organiseer ketenzorg en ondersteun dit met ICToplossingen. 2. Breng samenhang aan in diensten, processen en systemen. 3. Doe generiek wat generiek kan en specifiek wat specifiek moet.
Blz 3-4
02 | E-LAB
et de dienst e-Lab is het mogelijk om met één druk op de knop het gewenste laboratoriunonderzoek aan te vragen bij Medlon, het gezamenlijk initiatief van de laboratoria van het MST en het ZGT. Tevens is het via deze knop mogelijk om uitslagen in te zien van zowel eigen aanvragen van de huisarts als aanvragen van andere specialistenzorgverleners, mits de huisarts hiervoor toestemming heeft van de patiënt.
GEBRUIKERSERVARINGEN E-LAB De huisartsen J.B. Sanders en P.J.F. Kroeze zijn de pioniers op het gebied van e-Lab. Zij zijn begin 2011 als eerste huisartsen de pilot ingegaan. De functionaliteit is in nauw overleg bijgeschaafd tot een prima werkende elektronische lab-aanvraag en -inzage mogelijkheid. Het sluit nauw aan bij de praktijk, met vrijwel dezelfde lay-out als het papieren aanvraagformulier. De patiënt hoeft geen formulier meer mee en dus ook niet op te halen van de praktijk als je bijvoorbeeld aan de hand van een telefonisch consult een lab-onderzoek afspreekt. Je kan inzien welke “orders” uitstaan, voor het geval je niet meer zeker weet of je lab-onderzoek hebt aangevraagd. En wat erg zinvol is, is dat je in kunt zien wat eventueel door specialisten aan lab-onderzoek is gedaan. In een aantal situaties was dat zeer verhelderend (‘o.a. kon ik onlangs een onverwachte slechte nierfunctie vergelijken met een waarde die 2 maanden eerder door de internist was aangevraagd’, aldus de heer Sanders). Privacy is gewaarborgd door het feit dat aanvragen en inzien alleen maar vanuit de patiëntgegevens in je huisartsinformatiesysteem kan. Stabiliteit van het systeem is prima; behalve in de aanloop zijn er geen storingen meer geweest. We zouden niet meer zonder willen! (moet dan zoeken naar lab-briefjes…)”
02 | E-LAB
VOORDELEN E-LAB Voor de patiënt heeft het gebruik van e-Lab voordelen: de huisarts kan kwaliteit en service bieden doordat deze altijd op de hoogte is van de meest recente uitslagen van zowel onderzoeken waarvoor de huisarts zelf opdracht heeft gegeven, als van laboratoriumuitslagen van overige aanvragers die zijn uitgevoerd door Medlon. Op deze manier kunnen behandelingen en onderzoeken beter op elkaar afgestemd worden. De kans op fouten of dubbele onderzoeken tengevolge van onvoldoende informatie wordt daardoor verminderd. Het beschikbaar stellen van alle uitslagen van laboratoriumonderzoeken aan de huisarts levert een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van de zorg rondom een patiënt. Inzage maakt het mogelijk voor de huisarts om nog adequater te reageren op de gezondheidssituatie van de patiënt.
J.B. Sanders
P.J.F. Kroeze
Blz 5-6
03 | E-VERWIJZEN
n 2011 is hard gewerkt om de dienst e-Verwijzen te realiseren. Met deze dienst is het mogelijk voor de huisarts om zijn of haar patiënten digitaal te verwijzen naar de instellingen MST, ZGT, Dimence en Mediant. Door gebruik te maken van de verwijsdienst vanuit het ZorgPortaal (onderdeel van ZorgNetOost), wordt het verwijzen en het elektronisch versturen van een bericht gecombineerd. De huisarts kan vanuit het eigen huisartsinformatiesysteem via het ZorgPortaal van ZorgNetOost de patiënt doorverwijzen naar de betreffende instellingen. Bij de digitale verwijzing kan worden aangeven welke informatie uit het eigen huisartsinformatiesysteem automatisch meegenomen moet worden. Als basis voor e-Verwijzen wordt gebruik gemaakt van de laatste NHG-standaard, de HASP-richtlijn. Tevens krijgt de huisarts de opgestelde verwijsbrief automatisch terug in het eigen HIS. Door gebruik te maken van e-Verwijzen, wordt de kwaliteit van het verwijzen verhoogd.
Sinds april 2011 is het mogelijk om elektronisch te verwijzen via de dienst e-Verwijzen op het ZorgPortaal van ZorgNetOost. Wat begon als een kleine pilot heeft nu de interesse gewekt van meerdere huisartsen waardoor het aantal verwijzingen is gestegen van 72 verwijzingen in de maand mei naar meer dan honderd verwijzingen per week in de maand oktober.
03 | E-VERWIJZEN
Blz 7-8
04 | WDH
Avonds, ‘s nachts en in het weekend wordt spoedeisende huisartsenzorg geboden via de huisartsenpost. De huisartsen die hier werkzaam zijn, beschikken niet over de dossiers van patiënten. Toch is het van groot belang dat zij in ieder geval de belangrijkste informatie hebben. Met het Waarneemdossier Huisartsen krijgen huisartsen die werkzaam zijn op de huisartsenpost inzage in de belangrijkste informatie over de bezoekende patiënt. Daarnaast wordt de eigen huisarts automatisch geenformeerd over de behandeling door de waarnemend arts.
INZAGE IN PROFESSIONELE SAMENVATTING
+
WAARNEEMRETOURBERICHT Met het waarneemretourbericht wordt de eigen huisarts automatisch geïnformeerd over de behandeling door de waarnemend huisarts. De eigen huisarts krijgt dit bericht via een beveiligde mailverbinding in zijn postvak en kan door 1 druk op de knop de informatie op laten nemen in het dossier van de patiënt. Dit scheelt werk en zorgt dat het dossier compleet blijft.
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht gaat het bij het Waarneemdossier Huisartsen niet om complete dossiers die worden opgevraagd. Allereerst heeft het WDH alleen een inzagefunctie. Dat betekent dat de waarnemend huisarts alleen gegevens in kan zien, ze kunnen niet worden opgeslagen. Ten tweede krijgt de waarnemend huisarts alleen inzage in de professionele samenvatting. Deze samenvatting bevat administratieve gegevens zoals naam, geboortedatum, adres van de patiënt en de naam van diens huisarts. Daarnaast bevat de professionele samenvatting relevante gegevens over de gezondheid: medicatie, allergieen, contra-indicaties en de recente belangrijkste aandoeningen (episoden). De beroepsgroep zelf heeft vastgesteld welke informatie in geval van waarneming relevant is.
04 | WDH
GOEDE INFORMATIE VRAAGT OM GOEDE REGISTRATIE Om goede en volledige informatie te krijgen, moet deze wel goed zijn ingevoerd. Dan gaat het niet alleen om de terminologie die voor een waarnemend huisarts eenduidig en begrijpelijk moet zijn. Omdat elektronisch deelinformatie uit een dossier wordt gehaald, moet deze informatie ook op de juiste plaats staan. Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) heeft richtlijnen opgesteld om tot een goede registratie te komen. Om huisartsen te helpen deze ADEPD-richtlijnen (Ade-quate Dossiervorming met het Elektronisch Patiënten Dossier) toe te passen heeft IZIT samen met HDT Oost een aantal activiteiten ontwikkeld. Meer daarover leest u in het hoofdstuk ADEPD.
Blz 9-10
05 | DIENSTEN IN ONTWIKKELING
aast de diensten e-Lab en e-Verwijzen is in 2011 gewerkt aan de ontwikkeling van een aantal andere basisdiensten; e-Lab Care, eOverdracht, e-MDO, e-Consultatie en een regionale berichtendienst. Deze diensten worden in 2012-2013 (verder) ontwikkeld. Hieronder zullen kort de diensten worden beschreven.
E-LAB CARE e-Lab Care is een uitbreiding op de huidige dienst e-Lab. Met e-Lab Care wordt een nieuwe digitale verbinding gecreëerd tussen Medlon en de betrokken care-instellingen. Deze verbinding dient het proces van aanvraag en inzage van laboratoriumonderzoek door zorgprofessionals binnen deze care-instellingen zo optimaal mogelijk te ondersteunen. De dienst e-Lab care biedt aan zorgprofessionals binnen care-instellingen de volgende functionaliteiten: - Aanvragen van laboratoriumonderzoek voor cliënten van care-instellingen door specialisten; - Inzage in resultaten van aangevraagd laboratoriumonderzoek door specialisten ouderengeneeskunde, al dan niet aangevraagd door andere artsen van de cliënt; Inzage in orders die specialist heeft uitstaan bij Medlon, het ziekenhuislaboratorium van ZGT en MST.
E-MDO De ontwikkeling van een ICT platform om de gehele oncologieketen te ondersteunen en ervoor te zorgen dat een optimale informatie-uitwisseling in de oncologie zorgketen plaatsvindt. Alle informatie is op elke locatie beschikbaar. Speerpunt voor fase 1 is het zorgpad Colorectale maligniteiten waarbij niet alleen statische informatie (documenten, foto’s, beelden etc.) wordt getoond, maar ook nader vast te stellen formulieren automatisch gevuld worden vanuit de bestaande bronsystemen.
05 | DIENSTEN IN ONTWIKKELING E-OVERDRACHT Met e-Overdracht wordt overdrachtinformatie elektronisch verzonden naar de organisatie die de vervolgzorg verleent. Waar mogelijk en wenselijk worden gegevens uit het bronsysteem van de zorginstelling gelezen en kunnen ook de gegevens uit het e-overdrachtdossier door het bronsysteem worden ingelezen. Tevens wordt het transferproces binnen een instelling ondersteund. Alle activiteiten die nodig zijn om de uiteindelijke overdracht te regelen kunnen worden vastgelegd. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om regionaal aanbod en mogelijke wachtlijsten op te nemen waardoor de hoeveelheid telefoontjes en administratieve handelingen verminderd worden.
REGIONALE BERICHTENDIENST In de elektronische communicatie tussen zorgverleners wordt veel gebruik gemaakt van elektronisch berichtenverkeer, zoals een recept van huisarts naar apotheker of de ontslagbrief van de specialist naar de huisarts. Op dit moment hebben zorgaanbieders allemaal of een eigen contract of ze kunnen geen elektronische berichten verzenden. ZorgNetOost heeft in 2011 verkend of een regionaal contract voor berichtenverkeer voordelen biedt t.o.v. de huidige situatie. Het lijkt er op dat dit zo is en daarom zullen we dit in 2012 vervolgen.
E-CONSULTATIE Bij e-Consultatie wenst een zorgverlener over een generieke zorg gerelateerde vraag of over een specifieke patientcasus advies van of een beoordeling door een andere zorgverlener. e-Consultatie kan plaatsvinden tussen zorgprofessionals in eerstelijnszorg onderling, tussen eerste en tweede lijn en tussen tweedelijns zorgprofessionals. Uitgangspunt van dit project is dat er in eerste instantie tussen individuele zorgaanbieders in de eerste en tweede lijnszorg wordt geconsulteerd.
Blz 11-12
06 | VERHUIZING
OUD
NIEUW
W
06 | VERHUIZING
n 2011 zijn we op zoek gegaan naar een nieuw onderkomen voor IZIT. In december hebben we het pand aan de Brouwerijstraat verlaten en zijn we verhuisd naar het kantorenpark Park Phi aan de Zuiderval in Enschede. Park Phi bestaat uit drie vooruitstrevende en onder architectuur ontworpen kantoorgebouwen, gelegen in een parkachtige setting aan de Zuiderval in Enschede. Bij zowel de ontwikkeling van de kantoren als de inrichting van het terrein staat duurzaamheid centraal. De naam Park Phi verwijst naar ‘de gulden snede’. IZIT bevindt zich in toren Noord, de hoogste toren van de drie torens. Met onze verhuizing is ons bezoekadres gewijzigd naar:
Zuiderval 64
7543 EZ Enschede
Foto’s: J.H.K. Hoving
Blz 13-14
07 | HISSEN
en van de belangrijkste uitgangspunten van ZorgNetOost is de single-sign on toegang vanuit verschillende systemen. Voor de aansluiting van huisartsen betekent dit dat er per huisartsinformatiesysteem een dergelijke toegang moet worden gerealiseerd in de vorm van externe toegang of een ZorgPortaalknop. Op deze manier kunnen huisartsen via een externe toegang vanuit hun eigen HIS zonder nogmaals in te loggen op dit portaal komen, waarbij zowel de eigen gegevens als de gegevens van de patiënt automatisch overgenomen worden. In 2011 is deze toegang vanuit de huisartsensystemen Promedico en Medicom gerealiseerd. Tevens wordt gewerkt aan de toegang vanuit Mira, Microhis en Hethis.
07 | HISSEN PROMEDICO Begin 2011 zijn de eerste succesvolle testen uitgevoerd om vanuit het huisartssysteem Promedico (ASP) via een ZorgPortaalknop met single sign on om het ZorgPortaal van ZorgNetOost te komen. Vervolgens is er een pilot gestart met een twintigtal huisartsen om het gebruik van het ZorgPortaal en de diensten e-Lab en e-Verwijzen te testen. Na enthousiaste reacties van gebruikers in deze pilot, is in mei de uitrol van de aansluiting van alle Promedico huisartsen gestart. In december 2011 waren 46 Promedico-huisartsen en 44 praktijkmedewerkers aangesloten op het ZorgPortaal van ZorgNetOost en de bijbehorende diensten.
MEDICOM In 2011 is er samengewerkt met Medicom om de toegang tot het ZorgPortaal van ZorgNetOost te realiseren. Hierdoor is het mogelijk voor huisartsen om via een externe toegang vanuit Medicom via single sign on op het ZorgPortaal te komen. Deze verbinding en het gebruik van de diensten op het ZorgPortaal is getest met een tweetal huisartsen en praktijkmedewerkers. In 2012 zal de uitrol van de aansluiting van alle Medicom huisartsen plaatsvinden.
Blz 15-16
08 | AANDEELHOUDERS
+
+
08 | AANDEELHOUDERS
+
+ Blz 17-18
09 | ADEPD
n Twente is vanuit Huisartsendienst Twente-Oost en de Huisartsenpost Hengelo in 2010 een project gestart met als doel de kwaliteit van de registratie in de elektronische huisartsendossiers in kaart te brengen en waar nodig op een hoger niveau te krijgen. Het belang van een goede registratie is behalve in de huisartspraktijk zelf, met het toenemende aantal medewerkers aldaar, ook vanuit de optiek van uitwisseling van dossiergegevens met de huisartsenposten evident.
+
IZIT neemt deel in de stuurgroep van ADEPD en biedt tevens een ondersteunende rol voor de verschillende processen. ADEPD is een richtlijn die huisartsen een houvast biedt bij het registreren van relevante medische gegevens in het EPD. Hierin staat beschreven waarom bepaalde gegevens op een bepaalde manier op een bepaalde plaats in het EPD vastgelegd dienen te worden.
Opzet van de ADEPD-stuurgroep is dat praktijken een EPD scan aangeboden wordt en zij individuele feedback op de scanresultaten krijgen. Aan de hand van de individuele feedback stelt de praktijk een verbeterplan op. De stuurgroep biedt ondersteuning op diverse onderdelen en na een jaar wordt de EPD scan herhaald. Een groot aantal praktijken besloot deel te nemen, een teken dat de materie leeft op de werkvloer. Ook op de voorlichtingsbijeenkomsten waar de scanresultaten werden besproken was de opkomst groot en werd er levendig gediscussieerd. Tevens is er op 30 maart een drukbezocht symposium georganiseerd genaamd ADEPD voor gevorderden, waar uitvoerig stil gestaan werd bij de verschillende aspecten van het ADEPD registreren. Centraal stond de uitwisseling van gegevens met de huisartsenpost, anders gezegd: hoe kunnen we er voor zorgen dat de professionele samenvatting zoals die aangeboden wordt op de huisartsenpost inderdaad een adequaat overzicht geeft van de gezondheidssituatie van de betreffende patiënt.
09 | ADEPD
De stuurgroep hoopt met dit breed gedragen project, gevoed vanuit de dagelijkse praktijk, een kwaliteitsslag te kunnen maken in het uitwisselen van dossiers tussen huisartsen en de huisartsenpost. De stuurgroep ADPED bestaat uit: Drs. J. Noltes-Beverdam, directeur Huisartsendienst Twente-Oost en de Huisartsenpost Hengelo J.K. Dekker, huisarts J. van Grafhorst, huisarts P. Kroeze, huisarts B. Sanders, huisarts B. Assink, IZIT
Blz 19-20
10 | TELEMONITORING
ZIT heeft in 2011 het Medisch Spectrum Twente (MST) ondersteund bij de keuze voor en implementatie van een telemonitoringsapplicatie voor patiënten met chronisch hartfalen. Dit zijn patiënten waarbij door de cardioloog de diagnose hartfalen is gesteld. Het absoluut aantal patiënten met chronisch hartfalen zal in de komende jaren exponentieel toenemen; landelijke cijfers (o.a. RIVM) geven een verwachte toename van ruim 40% in 2025 aan. Daarbij staat in de Multidisciplinaire Richtlijn Hartfalen (2010) geformuleerd dat iedere patiënt met hartfalen jaarlijks, behalve een bezoek aan de cardioloog ook een bezoek aan de hartfalenverpleegkundige moet afleggen. Hierdoor zal de druk op de hartfalenpolikliniek toenemen en zullen de wachtlijsten groeien. De hartfalenpolikliniek binnen het MST heeft een begeleidingsprogramma voor patiënten met chronisch hartfalen, NYHA II, III en IV, op gebied van titratie van medicatie en lifestylemanagement. Het MST wil nu deze patiënten met hartfalen met inzet van telemonitoring thuis gaan begeleiden. Bij de
het gebruik patiënt thuis
van deze telemonitoringsdienst, meet het gewicht, de bloeddruk en maakt
VOORDELEN
Voor een patiënt met chronisch hartfalen levert dit de volgende te verwachten voordelen op: een vermindering van het aantal herhaalbezoeken op de polikliniek in het ziekenhuis, minder mobiele patiënten kunnen op nog eenvoudigere wijze thuis gemonitord worden. Door inzet van deze telemonitoringsdienst kan een verslechtering van de gezondheidssituatie van de patiënt tijdig worden herkend en kan mogelijk een ziekenhuisopname worden voorkomen.
10 | TELEMONITORING VOORDELEN
Tevens initieert telemonitoring mogelijkheden tot bevordering van zelfmanagement bij patiënten. Kortom de zorg wordt centraal rondom de patiënt georganiseerd. Het MST verwacht daarnaast de volgende voordelen: vermindering van het aantal polikliniekbezoeken per hartfalenpatiënt, vermindering van het aantal heropnames en het verkorten van de opnameduur. Hierdoor kan de toename van de zorgvraag door verwachte groei van het aantal patiënten met hartfalen gedeeltelijk worden opgevangen.
IZIT
IZIT ondersteunt het MST in dit project door middel van de volgende activiteiten: leveren projectleider implementatie, opstellen en uitvoeren nulmeting ten behoeve van onderzoeksprogramma, schrijven programma van eisen, ondersteuning bij contractonderhandelingen, schrijven business case.
Blz 21-22
11 | LANDELIJKE ONTWIKKELINGEN
+
n 2011 is er landelijk veel gebeurd op het gebied van Zorg-ICT. Vooral de gebeurtenissen rond het LSP, het Landelijk Schakel Punt springen daarbij in het oog. Na jaren van discussie heeft in maart de Eerste Kamer een streep gezet door wat is gaan heten ‘de wet op het EPD’. Daarmee zou de landelijke uitwisseling van de belangrijkste patiëntinformatie tussen huisartsen, apothekers en ziekenhuizen niet mogelijk zijn.
Een aantal partijen, waaronder verzekeraars en een aantal koepels van zorgaanbieders vond dit een onwenselijke ontwikkeling en heeft daarom besloten zelf opdracht te geven voor doorstart van het LSP. Na veel overleg, o.a. over de besturingsstructuur en de financiering, is eind 2011 definitief opdracht voor doorstart gegeven. De eerste diensten die via het LSP beschikbaar komen voor huisartsen, apothekers en ziekenhuizen zijn de Waarneemgegevens huisartsen en de medicatiegegevens van de patiënten.
De belangrijkste verschillen met de oorspronkelijke opzet van het LSP is dat gegevensuitwisseling alleen mag na uitdrukkelijke toestemming van de patiënt, terwijl in de oorspronkelijke opzet gegevensuitwisseling was toegestaan tenzij de patiënt bezwaar maakte. Een ander verschil is dat voorheen aansluiting van zorgverleners wettelijk verplicht zou worden gesteld, terwijl er nu sprake is van vrijwillige aansluiting. In 2012 moet blijken of het LSP op deze wijze bestaansrecht heeft.
+
11 | LANDELIJKE ONTWIKKELINGEN
IZIT werkt veel samen met andere regionale organisaties voor Zorg-ICT, vaak met ondersteuning van Nictiz. Deze samenwerking heeft in 2011 de volgende resultaten opgeleverd:
+
1
Visiedocument Referentiekader regionale informatie-uitwisseling in de zorg waarin we hebben vastgelegd hoe we samenwerken en welke thema’s de komende jaren op de agenda staan;
2
Gedragscode EGIZ (elektronische gegevensuitwisseling in de zorg) waarin beschreven staat hoe partijen moeten handelen bij regionale informatie-uitwisseling. De gedragscode is begin 2012 aan de besturen van de zorgkoepels voorgelegd. Als zij akkoord gaan, wordt deze voorgelegd aan het CBP.
3 Interoperabiliteit bij chronisch hartfalen: gelukkig komt er steeds meer aandacht voor interoperabiliteit waardoor systemen en software met elkaar kunnen communiceren. IZIT was in 2011 betrokken bij een project dat heeft geleid tot een generiek model om interoperabiliteit te realiseren en moet leiden tot afspraken tussen leveranciers van systemen op het gebied van chronisch hartfalen.
Blz 23-24
12 | CONTACTINFORMATIE
BEZOEKADRES Zuiderval 62-2 7543 EZ Enschede
POSTADRES Zuiderval 62-2 7543 EZ Enschede
WEBSITES
www.izit.nl ww.zorgnetoost.nl
E-MAIL
[email protected] [email protected]
HELPDESK
[email protected] 088-4357337 Helpdesk is telefonisch bereikbaar op werkdagen van 09.00 uur tot 17.00.
WWW.IZIT.NL
IZIT Jaarverslag 2011 is een uitgave van IZIT bv (maart 2012) Concept & Realisatie melk | Design
Blz 25-26