Locatie Utrecht
Rapport De onderzoeksvraag voor dit onderzoek door de inspectie was: "Is de beloning van de heer E.C.M. de Jaeger, uitgekeerd door het ROCvA in 2011 ondoelmatig?"
Datum 19 juni 201 3 Onze referentie 4059987
Voor haar onderzoek heeft de inspectie schriftelijk onderstaande stukken opgevraagd: • arbeidsovereenkomst van de heer E.C.M. de Jaeger; • overzicht van betaalde beloningscomponenten over 2010, 2011 en 2012. Wij hebben van u een kopie van de arbeidsovereenkomst ontvangen. In deze overeenkomst worden hoofdpunten van de aanstelling vastgelegd, waaronder het salaris, variabele beloning, onkostenvergoeding, leaseauto. Tevens hebben wij van u een (summier) overzicht ontvangen van de belangrijkste beloningscomponenten over de jaren 2010 en 2011. Deze stukken zijn getoetst aan het voor dit onderzoek relevante toetsingskader. Dit toetsingskader is gebaseerd op de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB), artikel 2.5.9; de Algemene wet bestuursrecht (Awb), artikelen 4:49 en 4:57 en de brief van de staatssecretaris van OCW d.d. 14-01-2011, nr. 257165. Het toetsingskader bestaat uit de onderstaande componenten: Bedraagt de totale bezoldiging meer dan€ 224.187 (norm 2011)? De bezoldiging bestaat daarbij uit alle beloningscomponenten: • salaris; vakantie-uitkering; • • eindejaarsuitkering; • toelagen en bonussen; • pensioenbijdrage van de werkgever; • onkostenvergoeding. Is er sprake van een stijging t.o.v. 2010? In de casus van de heer E.C.M. de Jaeger is op basis van de door het ROCvA werstrekte opgaven geconstateerd dat de beloning over 2011 € 227. 767 ,bedroeg. Dit is €3.580,- hoger dan het WNT-maximum voor 2011 (€224.187). Tevens is geconstateerd dat de beloning van de heer de Jaeger over 2011 met €6.644,- is gestegen t.o.v. de beloning over 2010. Concluderend stel ik dan ook dat de beloning van de heer E.C.M . de Jaeger het maximum voor 2011 overschrijdt en niet in overeenstemming is met de geldende regelgeving.
Pagina 3 van 4
Locatie Utrecht
Openbaarmaking Op grond van artikel 15 jo 21 van de WOT dient een rapport in de vijfde week na vaststelling daarvan openbaar gemaakt te worden, tenzij de aard of omvang van het onderzoek zich tegen openbare rapportage verzet. De inspectie is tot de conclusie gekomen dat aard en omvang van het onderhavige onderzoek zich niet tegen openbaarmaking van het vastgestelde rapport verzetten. Het vastgestelde rapport zal daarom in de vijfde week na de vaststelling daarvan op de website van de inspectie worden gepubliceerd.
Datum 19juni2013 Onze referentie
4059987
Indien u het niet met het oordeel van de inspectie eens bent, kunt u een reactie als bijlage aan het rapport toe laten voegen. Wanneer u van deze mogelijkheid gebruik wilt maken, verzoek ik u uw reactie voor 30 juni 2013 toe te zenden via e-mail (
[email protected]). Met vriendelijke groet,
/ Directeur Rekenschap & Juridische Zaken il
l·
Bezwaar Een belanghebbende die openbaarmaking van informatie wil voorkomen, kan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekend gemaakt, een bezwaarschrift indien, gericht aan de Inspecteur-generaal van het Onderwijs, onder vermelding van "Bezwaar", ter attentie va DUO, postbus 606, 2700 ML in Zoetermeer, en de voot7ieningenrechter vragen het besluit tot openbaarmaking voor de duur van de procedure te schorsen. Meer informatie over het maken van bezwaar vindt u op de website: www.bezwaarschriftenocw.nl
Pagina 4 van 4
Bijlage 1 bij definitief rapport beloning bestuurder
Zienswijze instelling.
'DWXP 2QVNHQPHUN B
2QGHUZHUS
%HYHVWLJLQJUHDFWLH52&Y$RSGHILQLWLHIUDSSRUW,QVSHFWLHYDQKHW2QGHUZLMV GHGDWRMXQLLQ]DNHEHORQLQJEHVWXXUGHU
%HKDQGHOGGRRU 5LQ]D.OHWHU 7HOHIRRQGLUHFW
([WUDFWYDQUHDFWLHGHGDWRMXQLHQMXOL
(PDLO UNOHWHU#URFYDQO 3DJLQD YDQ
'HDDQQDPHVHQFRQFOXVLHVLQKHWHLQGUDSSRUWGHGDWRMXQLZRUGHQGRRU RQVQLHWJHGHHOG'H,QVSHFWLHRRUGHHOGHUHHGVHHUGHUGHILQLWLHIUDSSRUWGHGDWR DXJXVWXV GDWGHEHORQLQJYDQGHEHVWXXUGHUYDQ52&Y$RYHUGHSHULRGH WRWHQPHWUHFKWPDWLJLVJHZHHVW'H,QVSHFWLHEHYHVWLJW]HOILQ GDWQDMDQXDULGHEHVWXXUGHUVEHORQLQJHQFRQWUDFWXHHOQLHW]LMQ DDQJHSDVW:LMZH]HQKLHURRNRSLQRQ]HUHDFWLHYDQMXQLRSKHW FRQFHSWUDSSRUW 1DDURQVRRUGHHONDQRSEDVLVYDQGHVWLMGVLQJHOGHQGHZHW HQUHJHOJHYLQJ QLHWZRUGHQJHRRUGHHOGGDW52&Y$GHULMNVELMGUDJHRQGRHOPDWLJKHHIW DDQJHZHQG'HEHVWXXUGHUVEHORQLQJHQZDUHQLQ]RZHOUHFKWVJHOGLJDOV GRHOPDWLJ :LMVWHOOHQYDVWGDWNHQQHOLMNVSUDNHLVYDQHHQYHUVFKLOYDQLQ]LFKWWHUKRRJWHYDQ HHQEHGUDJYDQ¼RYHUGDWLVWHUXJWHYRHUHQRSHQNHOGHXLWOHJYDQ HHQPRUHHODSSHOGHGDWRMDQXDUL+HWPHWWHUXJZHUNHQGHNUDFKW IRUPXOHUHQYDQHHQQLHWWRWIRUPHOHZHW HQUHJHOJHYLQJWHKHUOHLGHQ WRHWVLQJVNDGHUEOLMIWRQ]HYHUED]LQJZHNNHQ'LHYHUED]LQJJHOGWRRNYRRUL KHW QLHWGRRUGH,QVSHFWLHEHQXWWHQYDQHHUGHUYDQRQVYHUNUHJHQLQIRUPDWLHLL KHW DIZLMNHQYDQKHWHHUGHUHRRUGHHOYDQGH,QVSHFWLHLQRYHUGH]HOIGHYUDDJHQ LLL KHWGRRUGH,QVSHFWLHQLHWLQDFKWQHPHQYDQGHGRRUKDDU]HOIJHVWHOGH WHUPLMQHQ-XLVWLQGLHVLWXDWLHVGDWHHQWKHPDXLWHUVWJHYRHOLJLVGHEHODQJHQYDQ SULYpSHUVRQHQLQKHWJHGLQJ]LMQHQGH,QVSHFWLH]RZHORQGHU]RHNHUDOV KDQGKDYHULVPDJYDQGH,QVSHFWLHXLWHUVWH]RUJYXOGLJKHLGZRUGHQYHUZDFKW
52&YDQ$PVWHUGDP 3RVWEXV &1 $PVWHUGDP )UDLMOHPDERUJ &9 $PVWHUGDP=XLGRRVW WHOHIRRQ NYN $PVWHUGDP ZZZURFYDQO
'H]RZHOXZHU]LMGVDOVRQ]HU]LMGVDDQKHWRQGHU]RHNEHVWHGHHQQRJWHEHVWHGHQ WLMGURHSHQPHGHLQKHWOLFKWYDQGHNHQQHOLMNHRPYDQJYDQKHWYHUVFKLOYDQ LQ]LFKWURHSHQELMRQVYRRUWVGHYUDDJRSRIKLHUVSUDNHLVYDQHHQGRHOPDWLJH LQ]HWGRRUGH,QVSHFWLHYDQSXEOLHNHPLGGHOHQHQLQZHONEHODQJGLWLV'H UHFKWV]HNHUKHLGLVKLHULQHONJHYDOQLHWPHHJHGLHQG
Datum 22.08.2013 Ons kenmerk 201308_0063 Pagina 2 van 5
'DWXP
7HUWRHOLFKWLQJKLHURSKHWQDYROJHQGH
2QVNHQPHUN B
3DJLQD YDQ
7HQRQUHFKWHFRQFOXGHHUWXGDWGHEHORQLQJYDQGHEHVWXXUGHUQLHWLQ RYHUHHQVWHPPLQJLVPHWGHLQJHOGHQGHUHJHOJHYLQJ 2RNQDRQ]HHHUGHUHRSPHUNLQJHQKLHURPWUHQWLQGHUHDFWLHRSKHWFRQFHSW UDSSRUWZRUGWQLHWDDQJHJHYHQPHWZHONHWRHSDVVHOLMNHZHW HQRIUHJHOJHYLQJGH EHORQLQJYDQGHEHVWXXUGHUQLHWLQRYHUHHQVWHPPLQJ]RX]LMQ'HHQNHOH YHUZLM]LQJQDDUHHQEULHIYDQGH0LQLVWHUGHGDWRMDQXDULGLHQLHW NZDOLILFHHUWDOVIRUPHOHZHW HQUHJHOJHYLQJHQRRNJHHQWHUXJZHUNHQGHNUDFKW NDQKHEEHQELHGWXLWHUDDUGJHHQUHFKWVJURQGRPWRWHHQRRUGHHORYHUGH RQGRHOPDWLJKHLGYDQGHEHORQLQJYDQGHEHVWXXUGHUWHNXQQHQNRPHQHQLQ YHUYROJGDDURSWRWKDQGKDYLQJRYHUWHJDDQ 'HUHFKWPDWLJKHLGVWDDWQLHWWHUGLVFXVVLH52&Y$KHHIWYRRUWVJHKDQGHOGFRQIRUP GHYRRUJHOGHQGHQRUPHQYRRUGRHOPDWLJKHLGHQKHWLQDDQJHNRQGLJGH RYHUJDQJVUHFKW *HHQQDGHUHFRQWUDFWXHOHDIVSUDNHQLQRIGDDUQDRYHUHHQYHUGHUH VWLMJLQJ ,QGHEULHIYDQMDQXDULKHHIWGH0LQLVWHURSJHURHSHQJHHQDIVSUDNHQWH PDNHQRYHUHHQYHUGHUHVWLMJLQJ1RJPDDOVZRUGWHURSJHZH]HQRSKHWIHLWGDW LQHQQDPHWGHEHVWXXUGHUJHHQDIVSUDNHQ]LMQJHPDDNWRYHUHHQYHUGHUH VWLMJLQJYDQGHEHORQLQJ'H,QVSHFWLHKHHIWRRNRSDXJXVWXVEHYHVWLJGGDW QDMDQXDULGHEHVWXXUGHUVEHORQLQJHQFRQWUDFWXHHOQLHW]LMQDDQJHSDVW 52&Y$KHHIWDOGXVJHKDQGHOGFRQIRUPGHRSURHSYDQGH0LQLVWHUJHKDQGHOG 'HLQRYHUGHMDUHQHQWRHJHNHQGHEH]ROGLJLQJLVGH UHVXOWDQWHYDQGHRSGHFHPEHUPHWGHEHVWXXUGHUODDWVWHOLMNJHZLM]LJGH EH]ROGLJLQJVDIVSUDNHQ(HQEHVWDDQGHUHFKWVJHOGLJHDUEHLGVRYHUHHQNRPVWPRHW GRRU52&Y$ZRUGHQQDJHOHHIG1LHWQDNRPLQJYDQGHEHVWDDQGH DUEHLGVRYHUHHQNRPVW]RXRQVEORRWVWHOOHQDDQHHQYRUGHULQJWRWQDNRPLQJGRRU GHEHVWXXUGHUYHUPHHUGHUGPHWUHQWHHQSURFHV NRVWHQZDDUWHJHQJHHQUHsHO YHUZHHUPRJHOLMNLV'LWOLMNWQLHWLQKHWEHODQJYDQHHQGRHOPDWLJHEHVWHGLQJYDQ PLGGHOHQ 2YHUGHMDUHQHQLV PHWWRHVWHPPLQJYDQGHEHVWXXUGHUHQLQZHHUZLO YDQ]LMQUHFKWVJHOGLJDUEHLGVRYHUHHQNRPVW JHHQLQGH[DWLHWRHJHNHQG'LWLQ YHUYROJRSGHDDQJHNRQGLJGH:17HHQGHEULHIYDQIHEUXDUL9RRUWVLVGH EHORQLQJRYHUUHHGVODJHUGDQGHEHORQLQJRYHU
Datum 22.08.2013 Ons kenmerk 201308_0063 Pagina 4 van 5
3. Bezoldiging over 2009 en 2010 ten onrechte betrokken bij bezoldiging over 2011 Voorts wordt vermeld dat u de nabetaling in 2011 aan de bestuurder van zijn bezoldigingsrechten over 2009 en 2010 aanmerkt als onderdeel van de beloning over 2011. Deze toebedeling ontbeert feitelijke grondslag. De nabetaling in 2011 betreft een vordering van de bestuurder over 2009 en 2010 en is te herleiden tot de in 2009 gemaakte afspraken over indexatie. Deze in 2009 gemaakte afspraak over indexatie en variabele beloning past binnen de tot 1 januari 2013 geldende wet- en regelgeving. De opvatting dat een nabetaling over de jaren 2009 en 2010 zou mogen meetellen voor de totale beloning in het jaar 2011 ontbeert een wettelijke onderbouwing. Voorts wordt aangegeven dat de betreffende nabetaling ook niet valt te herleiden tot één van de door u in het eindrapport benoemde beloningscomponenten over 2011. De nabetaling valt niet onder de component salaris, niet onder de component vakantie-uitkering, de component eindejaarsuitkering, de component toelagen en bonussen, de component pensioenbijdrage of de component onkosten vergoeding. Uit de jaarstukken over 2011 blijkt immers dat sprake was van een bezoldiging voor de bestuurder over 2011 van € 225.204. Het verschil tussen de totale bezoldiging over 2011 en de in het rapport gehanteerde (nietwettelijke) norm van € 224.187 bedraagt derhalve in totaal € 1.017. Dat laatste bedrag is vrijwel volledig gelijk aan de als gevolg van overheidsbeleid gestegen pensioenpremies en sociale premies (€ 897). 4. Beloning bestuurder over 2011 is bestuurlijk efficiënt Aangegeven wordt dat de beloning van de bestuurder over 2011 aan te merken is als bestuurlijk efficiënt. De doelmatigheidstoets als bedoeld in artikel 2.5.6 WEB, waarnaar artikel 2.5.9 WEB verwijst, ziet op de vraag of een instelling de beschikbare publieke middelen doelmatig beheert. Dit betreft een toets in algemene zin. Sinds 2009 is sterk bezuinigd op de kosten van bestuur en directie. De kostenpost bestuurdersbeloningen is in deze periode met bijna € 208.000 gedaald. De beloning van de bestuurder maakt onderdeel uit van de totale kosten voor bestuur en management. Nu deze kosten zijn gedaald en de WEB geen rechtsgrond biedt tot het toetsen van individuele posten, is sprake van een doelmatig beheer van de instelling. De verrichtte doelmatigheidstoets sluit overigens ook niet aan op de antwoorden van de Minister van OCW in 2012 op Kamervragen over het beloningsbeleid bij de Universiteit Wageningen en Hogeschool Larenstein. In deze antwoorden wordt aangegeven dat goede afstemming van het beloningsbeleid kan getuigen “bestuurlijke efficiency”. Beide inzichten ontbreken ten onrechte in het rapport. Dat sprake is van bestuurlijk efficiënt handelen, blijkt ook uit de onderzoeken van de Inspectie van het Onderwijs in 2012 (Rapport I).
Datum 22.08.2013 Ons kenmerk 201308_0063 Pagina 5 van 5
5. Arbeidsovereenkomst voldoet aan WNT De huidige arbeidsovereenkomst voldoet aan de met ingang van 1 januari 2013 geldende Wet normering topinkomens en het daarin ter bescherming van de rechtmatig opgebouwde rechten uitgewerkte overgangsrecht. De bestuurder heeft toegezegd aan dit overgangsrecht te willen voldoen en zijn bezoldiging dienovereenkomstig af te bouwen. Wet - en regelgeving heeft de strekking bepaald handelen af te dwingen, maar net als de burger en ROCvA heeft ook de Inspectie zich aan invoeringsdata en overgangsrecht te houden. ***