1
Vitale vakantieparkenn Inspirerende ondernemers Het verhaal van de Veluwe Recreëren is het nieuwe beleven Vrijetijdssector op de Noord-Veluwe Trends, kansen & verbindingen
Toerisme en recreatie zijn belangrijk voor de Noord-Veluwe. De vakantieparken – waaronder de bungalowparken en campings - vormen daarbij een onmisbare schakel. Recreatieondernemers, de provincie Gelderland, de regiogemeenten en tal van andere partijen werken met elkaar samen in het programma ‘Vitale Vakantieparken’. Om zich in te spannen voor een kwalitatief en divers aanbod van verblijfsaccommodaties, waarmee de Noord-Veluwe kan blijven concurreren met de andere populaire Nederlandse vakantiegebieden. En om ernaar te streven dat de verblijfsrecreatie in deze regio blijft bieden wat de gast wenst. Ondernemers en overheden gaan de komende jaren stevig aan de slag om te innoveren en te verbeteren.
2
Als inspiratie gaat dit magazine met u op verkenning. Met oog voor de historie en de blik op de toekomst. Langs succesvolle recreatiebedrijven, creatieve ondernemers, kansrijke initiatieven en boeiende vernieuwingen. Onderweg nemen we kennis van de visies van bestuurders en de inzichten van deskundigen en wetenschappers.
Streven naar stevige koppositie
4
De verkoop van vrije tijd
8
Waardevol voor de hele provincie
12
De zon als bondgenoot
14
Het verhaal van de Veluwe
18
Comfortabel avonturen beleven
22
Staatsbosbeheer
26
Het perspectief van de tijdgeest
28
Nieuwe benadering van planologie
36
Het kleurenpalet van de recreant
40
Acht kansen voor recreatieondernemers
44
3
Gezamenlijk streven naar een stevige koppositie als recreatiebestemming
4
Toerisme en recreatie zijn belangrijk voor de Noord-Veluwe. De verblijfsaccommodaties vormen daarbij een onmisbare schakel. Recreatieondernemers, de provincie Gelderland, de regiogemeenten en tal van andere partijen zijn in actie gekomen om ervoor te zorgen dat de verblijfsrecreatie blijft bieden wat de gast wenst. De Noord-Veluwe is een mooi, interessant en veelzijdig recreatiegebied. De bossen en de heidevelden om wandelend en fietsend te verkennen kent iedereen. Dat het ook een bijzondere omgeving is voor watersport en tal van andere actieve belevenissen in de natuur verdient meer aandacht. Datzelfde geldt voor de verblijfsrecreatie. Ondernemers spannen zich in om aan de vraag te voldoen van de hedendaagse consument. Wens van de consument Henk Lambooij is burgemeester van Putten en voorzitter van de stuurgroep van het programma Vitale Vakantieparken. Hij legt uit: “We tellen hier op de Noord-Veluwe ongeveer driehonderd vakantieparken. Parken met 20 tot 250 eenheden, dus we hebben het ergens
over. Niet alle bedrijven zijn optimaal toegerust voor de toekomst. De wensen van de consumenten zijn heel divers en veranderen nogal eens. Het lukt niet alle bedrijven om zich aan te passen en aantrekkelijk te blijven voor de hedendaagse recreant.” Boeien en binden In de jaren vijftig tot zeventig van de vorige eeuw kreeg een groot deel van het buitengebied van de Noord-Veluwe een recreatie-
Henk Lambooij: “Ik ben een ontzettende natuurliefhebber. Als ik een roedel herten zie, al is het voor de zoveelste keer, vind ik dat adembenemend. Onlangs heb ik zeker anderhalf uur zitten kijken naar een vos die aan het muizen was in gemaaid gras. Hij ving vier muizen.”
gegaan naar andere bronnen van inkomsten. Een deel van hen heeft gekozen voor ‘uitponding’. Zij verkochten hun plaatsen - al dan niet met een chalet of bungalow - aan particulieren. De nieuwe eigenaren gingen deze kavels of vakantieverblijven zelf recreatief of semipermanent bewonen. Een ander deel van die groep ondernemers startte met de verhuur aan tijdelijke, niet-recreatieve bewoners. Zoals arbeidsmigranten of mensen in een kwetsbare sociaal-maatschappelijke positie.
Programma Vitale Vakantieparken
bestemming. Campings, ‘zomerhuisterreinen’ en groepsaccommodaties schoten als paddenstoelen uit de grond. Daarmee speelde de regio in op de snelgroeiende vraag naar betaalbare ontspanning in de weekenden en naar vakanties op relatief korte afstand. Vanaf de jaren negentig kiezen Nederlanders echter steeds vaker voor een vakantie in het buitenland. Lambooij: “De uitdaging is om de huidige en de toekomstige consument weer te boeien en te binden. We moeten er samen voor zorgen dat het recreatieve product zich ontwikkelt in overeenstemming met de veranderende vraag in de markt. Waarbij ongewenste situaties niet het zicht mogen ontnemen op de groep sterke ondernemers, die in belangrijke mate beeldbepalend zijn voor de verblijfsrecreatie op de Noord-Veluwe.” Ander perspectief Het programma Vitale Vakantieparken richt zich op de economische aspecten, de ruimtelijke kwaliteit en op de veiligheid en leefbaarheid. De gemeenten - Putten, Ermelo, Nunspeet, Harderwijk, Elburg, Oldebroek, Heerde en Epe - werken met ondernemers en andere partijen samen om de recreatiesector in de regio te versterken. Voor ondernemers die geen toekomstmogelijkheden meer zien, wordt bekeken welk ander perspectief er voor het park geboden kan worden. Ondernemers met moeite om het hoofd boven water te houden, zijn in voorbije jaren op zoek
Oplossingen in samenhang “We willen een gezonde verblijfsrecreatiesector op de Noord-Veluwe. We hebben voor ogen dat de Veluwe bovenaan staat op de ranglijst van aantrekkelijkste toeristische bestemmingen in Nederland. Om dat te bereiken, dient ook een aantal problemen in samenhang opgelost te worden,” legt wethouder in Harderwijk en bestuurlijk verantwoordelijk voor het ruimtelijke spoor van het programma, Pieter Teeninga uit. “In regionaal verband krijgen de gemeenten instrumenten aangereikt om zaken voor elkaar te krijgen. Ik ben er zelf van overtuigd dat de beste aanpak is om per park te bekijken wat de mogelijkheden en de problemen zijn. Elke gemeente heeft een bestuurder aangewezen met dit programma in zijn portefeuille. Iedere gemeente heeft ook een projectleider aangewezen voor dit doel. Voor iedere gemeente is een gereedschapskist beschikbaar, gevuld met toepasbare instrumenten.”
Pieter Teeninga: “Ik heb vele jaren op diverse plekken in Nederland gewerkt, terwijl ik in Harderwijk woonde. Elke middag voelde ik me blij omdat ik weer terug naar de Veluwe ging. Hier gaan wonen en recreëren hand in hand. Fietsen en zeilen zijn mijn liefhebberijen. Die combinatie biedt de Veluwe.”
5
Ruimtelijke ordening Teeninga illustreert dit met een aantal voorbeelden. “Er zijn recreatiebedrijven waarvan het bezit uitgepond is. Als het vakantieverblijf een hoofdverblijf is geworden, dan is die accommodatie verloren voor recreatie. Welke instrumenten heb je dan in de ruimtelijke ordening om te zorgen dat er niet permanent gewoond kan worden in een recreatiegebied? In een bestemmingsplanwijziging zou zo’n gebied getransformeerd kunnen worden tot woonomgeving. Maar dan moet er wel aan tal van eisen voldaan worden.
6
We hebben ook een inspanningsverplichting om de woonomstandigheden van arbeidsmigranten die hier legaal verblijven goed in te vullen. Dat is tevens een opdracht van de regering. Voor de komende jaren gaat het in onze regio om correcte huisvesting voor zo’n duizend arbeidsmigranten. Dit hoeft echt niet op vakantieparken, maar kan ook gerealiseerd worden in omgebouwde kantoorgebouwen, in sociale huurwoningen of andere locaties. Ook mensen in lastige sociaal-maatschappelijke omstandigheden verblijven in accommodaties die nog de naam hebben van vakantieparken. Dat betekent dat we aan de slag moeten met het creëren van tijdelijke woonruimte: zogenaamde ‘pauzewoningen’. Daarmee voorkom je dat mensen op een recreatiepark zijn aangewezen. Want laten we wel wezen: dat mixt niet met de recreanten die daar hun vrije tijd willen beleven.”
Esther Heutink: “Wij wonen vlakbij het bos. Ik wandel daar graag, vooral in de vroege ochtend. De rust en de stilte zijn dan bijna tastbaar. Prachtig hoe de eerste zonnestralen gefilterd door de bomen schijnen. Fascinerend hoe het bos elk jaargetijde anders ruikt. Ik gun de recreanten dezelfde ervaringen.”
Minder behoefte aan bezit “In deze sector mogen zeker meer stuwende economische activiteiten worden ontwikkeld,” stelt Esther Heutink, wethouder in Ermelo en als bestuurder verantwoordelijk voor het economische spoor. “Verblijfsrecreatie in onze regio wordt nu voor een groot gedeelte ingevuld door het verblijf van vaste personen. Terwijl de vraag inderdaad heel erg is veranderd. Vroeger hadden de mensen de behoefte om een eigen tweede huisje te bezitten. Nu gaan ze vaker naar het buitenland op vakantie. De behoefte aan bezit is niet meer zo groot; voor een korte periode iets huren is veel populairder. Die veranderingen hebben invloed op ons aanbod. We moeten ook kijken naar de wensen van verschillende doelgroepen. Wij bieden op de Noord-Veluwe vooral rust, groen en gezelligheid aan. We zien echter ook een toenemende vraag naar stijlvol en luxe. En er is een groeiende vraag naar uitbundige beleving met veel activiteiten. Er liggen in deze twee groeimarkten genoeg kansen om ons aanbod hier op aan te laten sluiten.” Coöperatief denken “Als overheid moeten we ook kritisch naar onszelf kijken,” vervolgt ze. “Willen we een gezonde recreatiesector, dan moeten we goede ontwikkelingen stimuleren. Dat betekent dat we waar mogelijk obstakels weg moeten nemen, die we als overheid zelf gecreëerd hebben. Als een ondernemer bijvoorbeeld boomhutten wil bouwen, omdat hij daar de kansen van inziet, dan moet hij nogal wat vergunningen aanvragen. Paardenstallen realiseren bij vakantiehuisjes? Dat is nu vrij ingewikkeld. Regionale afstemming van toeristenbelasting is een ander voorbeeld. Ik ben er overigens van overtuigd dat de kern van toekomstig ondernemerschap en toekomstig succes niet ligt bij de competitie, maar bij coöperatief denken en
delijk voor. Mensen moeten in een gemeente veilig kunnen overnachten en wonen. We hebben inmiddels in elke gemeente in beeld wat er op welk park gebeurt. Er is al een aantal handhavingacties ondernomen en er zullen er nog meer volgen. Die acties zijn overigens niet allemaal van hetzelfde kaliber. Dat hangt af van de problematiek die we aangetroffen hebben.”
handelen. Het programma Vitale Vakantieparken brengt samenwerking op diverse fronten op gang, waarbij de diverse partijen elkaar versterken.” Geijkte denkpatronen verlaten “Een van de pluspunten van de afgelopen twee jaar is dat we regelmatig met vertegenwoordigers van uiteenlopende partijen om tafel zitten,” beaamt Henk Lambooij. “De verbindende factor is het gezamenlijke doel en daarbij leren we om afstand te nemen van geijkte denkpatronen. Om een voorbeeld te noemen: als in gemeente A een park wordt opgeheven en het terrein wordt teruggegeven aan de natuur, is het dan mogelijk dat in gemeente B een park grenzend aan een bosrand uit kan breiden? Soortgelijke gesprekken voeren we met Staatsbosbeheer en Geldersch Landschap. Dat is een heel andere benadering dan opboksen tegen de onmogelijkheden.” Veiligheid “Bij die benadering hoort ook het actief aanpakken van onveilige situaties en verstoringen van de openbare orde,” legt Inez Pijnenburg uit. Zij is burgemeester van Heerde en bestuurlijk verantwoordelijk voor het spoor leefbaarheid en veiligheid. “De regionale samenwerking is hierbij belangrijk om te voorkomen dat ongewenste situaties en sociaal-maatschappelijke vraagstukken zich van de ene naar de andere locatie verplaatsen. Het zogeheten waterbedeffect. Goedwillende bedrijven hebben er uiteraard last van als er bij de buren mensen zich schuilhouden voor justitie of criminele activiteiten ontwikkelen vanuit een recreatiehuisje of caravan. Daarnaast willen we waken voor onveilige situaties. Bijvoorbeeld als een klein vakantiehuisje wordt bewoond door vijf personen of meer. Daar zijn we als gemeenten verantwoor-
Synergie Alle stuurgroepleden delen het streven naar een stevige koppositie van de Veluwe als recreatiebestemming. Inez Pijnenburg: “We hebben echt veel te bieden. Zeker ook unieke belevingen, zoals ontmoetingen met wild. Dat is leuk en spannend voor jong en oud. Het unieke van de Veluwe blijft bestaan. De sector begrijpt dat de parken moeten voldoen aan de wensen van de moderne consument. En is blij dat wij er als overheid energie in steken om kansen te bieden.” Esther Heutink: “We vormen een gebied waar van alles te vinden is: historische stadjes, gezellige dorpen, stranden, jachthavens, fietspaden, wandelpaden, cultuur, leuke winkels en horeca. Met het programma Vitale Vakantieparken proberen we synergie te krijgen om tot een eenduidige uitstraling te komen. Dat levert in mijn ogen een dynamische recreatiesector op, met veel wisselende bezoekers. Het hele gebied heeft daar profijt van, zeker ook in economische zin.” n
Inez Pijnenburg: “Ik ben eigenlijk niet zo’n vakantiemens. Maar sinds ik in Heerde woon, heb ik elke dag het gevoel dat ik op vakantie ben. Het is het simpele genoegen van een omgeving met zoveel natuur. Ik besef dat ik op een plekje woon, waar andere mensen graag hun vakantie vieren.”
7
“Ons vak is de verkoop van vrije tijd”
Hij is opgegroeid in het recreatievak. Zijn opa bouwde in Ermelo kippenschuren om tot vakantieverblijven. Tijdens de zomermaanden van de jaren vijftig reisden bezoekers – vooral uit de grote steden in het Westen van het land – met een bus rechtstreeks naar de Veluwe om daar hun vrije weken door te brengen. De vader van Gert van den Broek nam het bedrijf over. Hij creëerde plekken voor stacaravans, verkocht later de locatie aan de gemeente en startte met de recreatieparken De Driehoek aan de Drieërweg in Ermelo en De Voorst in Kraggenburg, Flevoland. Gert bewandelde inmiddels een carrière in andere vakgebieden, maar gaf gehoor aan het verzoek van zijn vader om de VDB Recreatie Groep binnen de familie te houden. “Hij overleed
in 2006 en ik beloofde hem dat ik in zijn voetsporen zou treden. Om dat succesvol te doen, was het me meteen duidelijk dat ik voor schaalvergroting moest kiezen. Ik ben direct op zoek gegaan naar een derde bedrijf.” ‘BestCampings’ “In 2007 heb ik Strandparc Nulde in Putten aangekocht. Dat was toen vergane glorie, dus daar heb ik een flink aantal slapeloze nachten van gehad. Het is nu een prachtbedrijf. In 2011 kon ik De Paalberg in Ermelo overnemen. Dat was midden in de crisis, maar het was de aankoop van mijn leven.” Voor het derde jaar op rij hoort De Paalberg bij de 139 ‘BestCampings’ van Europa. Een ranglijst samengesteld door de ANWB en de Duitse zusterorganisatie ADAC. “Het is fantastisch als je op die lijst vijf sterren krijgt voor de uitzonderlijke locatie, het mooie terrein, de vele voorzieningen en het uitstekende sanitair. Omdat De Paalberg met ruim dertig hectare een grootschalig bedrijf is, kreeg de VDB Recreatie Groep ook meteen meer volume.” Belevingen Gert van den Broek is overtuigd van de strategie om verblijfsrecreatie en dagrecreatie met elkaar te verbinden. Bij De Paalberg nam hij Klimbos Ermelo over. Met vier spectaculaire routes en zestig verschillende hindernissen van boom tot boom zorgt deze attractie voor een
VDB Recreatie Groep
8
Een gesprek met Gert van den Broek levert een boeiend inkijkje op in de gedachtewereld van een recreatieondernemer die zijn eigen koers durft te varen. Hij legt uit waar hij zijn keuzes op baseert. De trends houdt hij in de gaten, maar hij laat zich daar niet door leiden. “Er is al genoeg kopieergedrag in onze sector.”
Nieuwe uitdagingen “Als een bedrijf binnen de groep naar tevredenheid functioneert, dan word ik onrustig,” vervolgt hij lachend. “Zo zit ik kennelijk in elkaar. Dus ben ik voortdurend op zoek naar nieuwe uitdagingen binnen het concept. Zo gaan we binnenkort van start met ‘Nijkerk aan Zee’, een restaurant midden op het strand met speelgelegenheden voor de kinderen. We kiezen daar voor een laagdrempelige formule, maar wel met de nadruk op culinaire kwaliteit.” Een volgende uitdaging bevindt zich in de tekenfase. Het zwembad in Kraggenburg stamt uit de jaren zestig. Het plan is om het bad om te toveren tot een forellenvijver midden in het bos, waar ook de mogelijkheid is om in de nabijheid van die visvijver te kamperen. “Voor Flevoland is dat uniek. Maar eerst gaan we er in 2015 een nieuw zwembad bouwen.” En dan ligt er ook nog de aanvraag bij de gemeente Putten voor de uitbreiding van Strandparc Nulde met vijf hectare.” avontuurlijk en actief dagje uit voor kinderen en volwassenen. Bij Strandparc Nulde verhuurt Nulde Watersport waterfietsen, kano’s en andere boten. Op De Driehoek ligt Het Jagersnest dat een combinatie biedt van een speelterrein, een zwembad en een restaurant. In Kraggenburg heeft Van den Broek een openlucht zwembad van de gemeente overgenomen. “Ik beschouw dagrecreatie en verblijfsrecreatie als een eenheid. Dat wil niet zeggen dat de bezoekers van Het Klimbos meteen bij De Paalberg blijven slapen, maar het is wel mogelijk. En andersom geldt het ook. Ik vind dat een meerwaarde en voor de VDB Recreatie Groep is het tevens een uitdaging. Het verkopen van vrije tijd is ons vak. Wij bieden belevingen aan. Dat moet je op een goede manier invullen.”
Uiteenlopende interesses “Aan de ene kant volg ik mijn gevoel, aan de andere kant houd ik de markt in de gaten en bekijk ik wat anderen al aanbieden in de omgeving,” verklaart Van den Broek zijn zakelijke beslissingen. “Ik houd de trends in het oog, zonder die blind te volgen. Er moet een verdienmodel inzitten. Bovendien wil VDB Recreatie Groep de verwachtingen van diverse doelgroepen met uiteenlopende interesses waarmaken. Het heeft geen zin om op basis van trends allemaal hetzelfde te gaan doen. Er is al genoeg kopieergedrag in onze sector en dat staat haaks op het bieden van een unieke beleving.” n
9
Een door-en-door Zeeuwse duincamping
Marc en Denise Ruijtenberg hebben het bedrijf – dat nu 17,5 hectare meet – vanaf niets opgebouwd. Na tien jaar wachten op de vergunningen startten ze in 2007 met de camping. Een jaar later openden ze het centrumgebouw en plaatsten ze de eerste chalets. De thematisering laat zich eenvoudig omschrijven: De Zeeuwse Kust ademt de duinen en de zee. “Iemand die hier geblinddoekt komt, moet direct voelen dat hij in de duinen is”, omschrijft Marc Ruijtenberg zijn filosofie. Tot in de details Om dat te bereiken is over elk detail nagedacht. De inrichting van het restaurant
ademt de sfeer van een strandpaviljoen. De beplanting van het terrein heeft veel aandacht gekregen en bestaat uit helmgras, duindoorns, rozenbottels en wilgen: precies dezelfde planten die ook in de omringende duinen het landschap bepalen. De afscheidingen tussen de kampeervelden bestaan uit halfbegroeide zandduinen of uit rijen met paaltjes – en dat zijn weer dezelfde die op het strand de branding breken. Ruijtenberg: “Dat slaat aan. Je ziet dat mensen die paaltjes nu ook gebruiken als afscheidingen tussen de chalets op de jaarplaatsen. Hier en daar hebben we wat basaltstenen geplaatst, waar de Zeeuwse dijken van zijn gemaakt. En de straatklinkers zijn geel, de kleur van de duinen. Dat kost niets meer: het is alleen maar een kwestie van goed nadenken bij nieuwe investeringen. Alles moet in het plaatje passen.”
Strandpark De Zeeuwse Kust
10
Als je over een camping loopt, moet je kunnen voelen, ruiken en zien dat je in een bepaalde streek bent, vindt Marc Ruijtenberg, eigenaar van Strandpark De Zeeuwse Kust bij Renesse. “Al te vaak zien campings in Friesland, Gelderland en Zeeland er exact hetzelfde uit. Ik wilde dat voorkomen. De Zeeuwse Kust is een recreatiebedrijf in de duinen aan zee: onmiskenbaar.”
De chalets en het centrumgebouw zijn geen anonieme bouwwerken, maar opgetrokken in de stijl van Zeeuwse dorpjes en boerderijen. Met een uitgebreid restaurant, een aparte zaal voor feesten en partijen, een zwembad, winkel, kinderbios en overdekte speeltuin biedt het centrumgebouw veel mogelijkheden. Niet enkel voor de mensen die op het park verblijven, maar ook voor de inwoners van Schouwen-Duiveland.
Verdere uitbreidingen De Zeeuwse Kust is een zeer succesvol bedrijf en de bank werkt dan ook graag mee als er uitgebreid moet worden. Momenteel wordt druk gebouwd aan een hotel met veertig gastenkamers én overnachtingsplaatsen voor de stagiairs. Nog voor het nieuwe seizoen opent het hotel zijn deuren. De volgende stap is een uitbreiding van het centrumgebouw, dat door alle drukte uit zijn voegen barst. Het zwembad wordt uitgebreid, er komt een bowlingbaan en ruimte voor wellnessfaciliteiten. Zo ontwikkelt De Zeeuwse Kust zich verder – als uiterst herkenbaar, door-en-door Zeeuws bedrijf. n
Ondertussen in Zeeland
Zwemles Ruijtenberg: “Het heeft wat tijd gekost voor de lokale bevolking ons bedrijf ontdekte. Het is toch een recreatiebedrijf. Dan ga je niet zomaar over die lange oprijlaan om eens in het restaurant rond te kijken. De doorbraak kwam vier jaar geleden, enigszins toevallig. Een vrouw hier uit Renesse die al jaren zwemles geeft, kwam naar ons toe om te vragen of ons bad daarvoor beschikbaar was. Dat vonden wij prima en toen kwam de lokale bevolking opeens wél naar ons bedrijf! Terwijl de kinderen zwemmen, drinken de ouders een kopje koffie in het restaurant. Zo leerden ze ons bedrijf kennen. Al snel kwamen de eerste verzoeken om hier een trouwfeest te houden of een jubileum te vieren. En natuurlijk de kinderpartijtjes: met zwembad, overdekte speeltuin en bioscoop hebben we daar de ideale locatie voor.”
11
t e k s t : m a a rt e n b o k s la g
Alles in eigen beheer Om zijn bedrijfsfilosofie optimaal te realiseren, houdt Marc Ruijtenberg alle voorzieningen op zijn park in eigen beheer. De horeca of de winkel verpachten? Hij moet er niet aan denken. “In de eerste plaats zijn wij een recreatiebedrijf. De winkel en het restaurant zijn onmisbaar, maar aanvankelijk hebben we die toch echt als service aan de gasten beschouwd. Voor mij hoeven ze geen geld op te brengen, het moet alleen niet te veel kosten. Als je dit soort voorzieningen verpacht wil zo’n ondernemer op jouw bedrijf toch zijn boterham verdienen. Zijn zakelijke beslissingen zijn niet altijd de jouwe. Inmiddels is ons restaurant trouwens een enorm succes geworden. Per jaar draaien we 950 duizend euro omzet in de horeca. In het hoogseizoen serveren we 170 tot 250 couverts per avond. Daarmee is het veel meer dan enkel een kostendragende service aan de gasten.”
Initiatief van de Noord-Veluwe is waardevol voor de hele provincie
12
De provincie Gelderland ondersteunt het programma Vitale Vakantieparken van de Noord-Veluwe zowel bestuurlijk als financieel. Gedeputeerde Jan Jacob van Dijk is lid van de stuurgroep. Hij legt uit wat het belang is voor de provincie.
“Tot ongeveer 25 jaar geleden was de Veluwe een gebied waar heel veel mensen voor een lange vakantie naartoe gingen. Er ontstonden veel campings en recreatieparken en nogal wat mensen hadden er een eigen zomerhuisje. Inmiddels is er een behoorlijke verschuiving opgetreden in hoe mensen hun vakantie graag besteden. Nederlanders gaan minder vaak in eigen land op vakantie. En voor een kort uitstapje besluiten we nogal eens op donderdagavond dat we op vrijdagavond weg willen. Dan willen we verwend worden en van luxe genieten. Alles moet dan gewoon goed geregeld zijn. Die ontwikkelingen roepen de vraag op of de Veluwe klaar is voor de opgaven die daarbij horen.”
Hoe luidt het antwoord? “Voor een deel wel. Sommige ondernemers verstaan de geluiden van de markt heel goed. Zij zijn in staat om slagen te maken en succesvolle ontwikkelingen door te voeren. Er zijn helaas ook ondernemers die daar de mogelijkheden niet voor hebben.”
provincie. De uitvoering van het plan kan namelijk uitgevouwen worden over andere regio’s. Inmiddels is er een convenant waarin is afgesproken dat het programma op termijn voor het totaal van de Veluwe wordt opgepakt. Ook elders in het land is er belangstelling voor.”
Een kwestie van marktwerking dus. Zoals in de loop der tijd ook het cassettebandje en het fotorolletje zijn verdwenen. Waarom bemoeit de overheid zich hiermee? “Een ondernemer die niet meebeweegt, verliest op een zeker moment het contact met de markt. Tegelijkertijd hebben wij als overheid ook een bredere blik. Voor gemeenten, regio’s en provincie is het aantrekkelijk als er een interessant recreatief toeristisch product bestaat, waardoor veel bezoekers de Veluwe bezoeken. Hiermee zorg je dat je werkgelegenheid in dit gebied houdt. Ten tweede is het voor het landschap niet bevorderlijk dat de aanblik van sommige vakantieparken op dit moment minder fraai is. En ten derde is er het sociale vraagstuk. Wij willen niet dat parken die voor recreatie bedoeld zijn, voor heel andere doeleinden gebruikt worden.” Waar ligt het belang voor de provincie bij het programma voor de Noord-Veluwe? “Wij delen de ambitie dat de Veluwe uiteindelijk weer prominent op plaats één komt te staan van de meest aantrekkelijke regio’s om op vakantie te gaan. Op de Noord-Veluwe ontstond het initiatief om gericht te werken aan het versterken van de verblijfssector. Als Gelders bestuur vinden wij dat een uitstekend idee en het programma is dan ook opgenomen in het Stads- & Regiocontract met de
Wat zijn voor u de meest concrete resultaten tot nu toe? “De situatie is nu helder in beeld gebracht. We kunnen constateren dat slechts een deel van de vakantieparken nog beschikbaar is voor echte recreatie. En dan heb ik het over korte verblijven en langere vakanties. Een hoog percentage van het overige aanbod bestaat uit tweede huisjes. Dat is uiteraard geen probleem, maar die doelgroep vergrijst. Met dit actuele beeld van de situatie van de verblijfssector kunnen we samen met de ondernemers gericht te werk gaan. Om een voorbeeld te noemen: er is een sterk toenemende vraag naar grotere groepswoningen voor families. Die behoefte is ontstaan omdat familieleden niet per definitie meer binnen een straal van 25 kilometer van elkaar wonen. Daarom willen ze af en toe een lang weekend met elkaar doorbrengen. En dan wordt het lastig, want als overheid hebben wij ooit gesteld dat de oppervlakte van een recreatiewoning beperkt moet blijven om permanente bewoning te voorkomen. Dat gaan we nu anders benaderen, om ondernemers de kans te geven aan veranderende vragen te voldoen. En dan moeten we andere instrumenten gebruiken om permanent wonen tegen te gaan. Het is slechts een voorbeeld van de mogelijkheden die er zijn nu diverse partijen, waaronder de ondernemers en overheden bij elkaar komen om over concrete mogelijkheden voor de toekomst na te denken.” Waar ligt de grootste uitdaging voor de komende tijd? “Er moeten nu stappen gezet worden in een traject dat vergelijkbaar is met het verkavelingproces in de landbouw. Er zijn parken die hun toeristische product willen en kunnen verbeteren, maar belemmerd worden door gebrek aan ruimte. Als die ondernemers afspraken kunnen maken met collega-ondernemers - en waar nodig gezamenlijk met de eigenaren van natuurterreinen - verwacht ik dat ze hun productkracht aanzienlijk kunnen versterken.” n
13
De geschiedenis van het VeluwsBospark gaat ruim veertig jaar terug. Toen werd er door de Koninklijke Nederlandsche Heidemaatschappij een stuk grond ontwikkeld voor recreatiebestemming. De structuur van de oorspronkelijke opzet is nog deels herkenbaar op de huidige plattegrond. “Clusters van telkens zes kavels in een taartpuntvorm, dat was destijds een prima formule,” zegt de eigenaar. “Wij veranderen nu gaandeweg die structuur. Enerzijds omdat de eerste huisjes aan vervanging toe zijn, anderzijds omdat de markt wat grotere huisjes verlangt. Als er drie kavels naast elkaar vrijkomen, dan maken we er twee van. Daardoor - en tevens vanwege een aantal uitbreidingen - verloor de toenmalige naam
van het park ‘De Zeskamp’ zijn betekenis. Sinds eind 2013 heten we ‘VeluwsBospark’.” Rustzoekers Op het park staan ongeveer honderd vakantiewoningen. Het zijn allemaal chalets die eigendom zijn van de bewoners. Dat geldt niet voor de kavels, want die zijn verhuurd. Eén bungalow wordt telkens voor korte tijd verhuurd aan belangstellenden, zodat zij zich kunnen oriënteren en van de sfeer van het park en de omgeving kunnen proeven. De doelgroep bestaat uit mensen van veertig jaar en ouder die geen kinderen onder hun hoede hebben. “We hebben geen speelgelegenheden voor kinderen en geen horeca. Mensen selecteren ons juist om die reden. Zij komen hier voor de natuur en voor de rust. Het Speulderbos en het Sprielderbos zijn onze attracties.” Respect voor milieuaspecten Dertig jaar geleden nam Henk van Elten, samen met zijn vrouw Alice, het park over. Volgens hem zal er altijd een doelgroep blijven bestaan met belangstelling voor een eigen vakantiehuisje op de Veluwe. De toekomst ligt bij duurzaamheid en bij zoon Auke, die op termijn met schoondochter Maaijke het bedrijf overneemt. “Wij richten ons op mensen die bewust bezig zijn met de leefomgeving en respect voor het milieu hebben. Duurzaamheid beschouwen wij als een belangrijk onderdeel van ons beleid. Dat komt tot uiting in onze innovaties en zeker ook in de zaken die al sinds jaar en dag gewoonte zijn op het
VeluwsBospark
14
Zonneschijn en recreatie vormen altijd een aangename combinatie. Bij het VeluwsBospark in het buurtschap Krachtighuizen in Putten geldt dat in dubbel opzicht. Maar liefst 260 zonnepanelen leveren de energie voor het volledige park. En dat is zeker niet de enige stap op weg naar een duurzame toekomst. Eigenaar Henk van Elten ontwikkelt samen met architect Joost van Ettekoven duurzame chalets. De eerste daarvan staat al als prototype te pronken.
park. Zo onderhouden we het groen zonder milieubelastende middelen, hebben we een centrale plek voor de inzameling van recyclebare materialen en composteren we al het groen- en tuinafval voor eigen hergebruik. Op het parkeerterrein kunnen bezoekers gratis hun elektrische auto of hybride opladen.” Zonnepanelen Na een eerdere uitbreiding met het gedeelte dat Damhert heet, benutte Van Elten enige tijd geleden de kans om een voormalig bosperceel aan het terrein toe te voegen. “We hadden behoefte aan enige mate van schaalvergroting, omdat we op de kritische grens van vijf hectare zaten. Een klein gedeelte van het perceel van twee hectare was vervuild door vloeistoffen uit auto’s. In overleg met de gemeente Putten en de provincie zijn we overeengekomen dat wij de sanering uit zouden voeren. De schoonmaak hield in dat een fors deel van de bomen wegmoest en dat de grond moest worden afgegraven. Vanuit het saneringsoogpunt mochten bij de herbeplanting geen diepwortelende gewassen, dus geen bomen, meer gebruikt worden. Wij hebben gekozen voor inheemse beplanting, zoals meidoorn, esdoorn, hulst en de Gelderse roos. Die begroeiing blijft laag en zo ontstond een ideale plek om zonnepanelen te plaatsen.” De 260 zonnepanelen beslaan inmiddels een oppervlakte van 429 vierkante meter en leveren 55.000 kilowattuur per jaar. Ter vergelijking: een Nederlands huishouden verbruikt per jaar gemiddeld 3.300 kWh.
Natuurlijke materialen Op het nieuwe parkgedeelte, dat toepasselijk de naam Gelderse roos draagt, is als voorlopige kroon op het duurzaamheidsbeleid het eerste duurzame chalet verrezen. Vervaardigd door Kraaikamp uit Biddinghuizen, de vaste bouwer van het VeluwsBospark. Bij de bouw is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van natuurlijke materialen met een lange levensduur. De buitengevels zijn voorzien van ‘Platowood’, Europees vurenhout dat zonder chemische middelen is verduurzaamd. De binnenwanden zijn afgewerkt met leem. De wanden zijn bovendien voorzien van een dikke laag natuurlijk vlas-isolatiemateriaal. Het dak is beplant met sedum. Dit houdt het chalet in de zomer langer koel en werkt geluiddempend. De driedubbele beglazing zorgt voor een minimaal energieverlies. Voor de verwarming maakt het duurzaam chalet gebruik van een warmtepomp met bodemcollector in combinatie met vloerverwarming. Hierdoor zijn geen cv-ketel en radiatoren meer nodig. Het systeem wekt ook warmte op voor het kraanwater in de keuken en de badkamer. Beleving Henk van Elten benadrukt dat er veel aandacht wordt besteed aan de beleving. “De chalets komen allemaal op terpen te staan en ze zijn richting het zonlicht gesitueerd. Het keukenblok staat gezellig centraal in de woonruimte en de nokhoogte is opvallend. Het prototype heeft een oppervlakte van 55 vierkante meter. Omdat wij behoren tot de groep geselecteerde ondernemers die in de gemeente Putten vakantiewoningen tot 75 vierkante meter mag bouwen, krijgt het tweede duurzame chalet in ieder geval die afmeting. Naast recreanten tonen ook andere ondernemers hun belangstelling. Ik sluit daarom niet uit dat we eveneens op andere locaties duurzame chalets gaan plaatsen.” n
15
Duurzaam niet ten koste van comfort 16
Green Key is een internationaal keurmerk voor duurzame bedrijven in de recreatie- en vrijetijdsbranche. Accommodaties met dit keurmerk voldoen aan strenge normen op het gebied van duurzaamheid, milieu en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Bedrijven met een Green Key keurmerk gaan een paar stappen verder dan de wet- en regelgeving vereist.
dankzij lichtsensoren pas aan als er daadwerkelijk iemand in het gebouw is.”
Wereldwijd zijn er inmiddels ruim 1200 bedrijven aangesloten dit keurmerk. In Nederland kent het certificaat drie niveaus in de Olympische rangorde goud, zilver en brons. Voor een toenemende bezoekersgroep is het keurmerk een criterium om voor een verblijfsaccommodatie te kiezen.
Meer informatie over het behalen van dit keurmerk: www.greenkey.nl
De Stichting Keurmerk Milieu, Veiligheid en Kwaliteit beheert Green Key. De organisatie benadrukt de voorwaarde dat de kwaliteit en het comfort voor de gast te allen tijde gewaarborgd blijft. “De deelnemers gaan zuinig om met water, maar wel zó dat de gast na een lange dag alsnog kan genieten van een heerlijke warme douche. De ondernemers maken gebruik van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen; het bedrijf is hierdoor zeker niet minder schoon. De gast kan ’s avonds een goed boek lezen onder een sfeervolle spaarlamp. En de toiletverlichting? Die springt
Accommodaties die het Green Key keurmerk willen dragen, moeten voldoen aan strenge normen. Die zijn onder meer gericht op het gebruik van energie, gas en water, duurzame inkoop, afvalmanagement, vervoer, groenonderhoud, eten en drinken.
Andere keurmerken: l Keurmerk Nationale Classificatie Groepsaccommodaties l Keurmerk Veilig & Schoon l Keurmerk Blauwe Vlag
Verrekijker op Harderwijk
Naar de sterren kijken en een kookeiland Glamping - een samenvoeging van ‘glamorous’ en ‘camping’ - is mateloos populair. Glamping combineert de luxe van thuis met het slapen onder een tentdoek. De populariteit blijkt ook uit de aandacht voor luxueus kamperen op de jaarlijkse Vakantiebeurs. Reisorganisatie Vacanceselect presenteerde er dit jaar maar liefst drie nieuwe glampingtenten. Daarmee won de reisorganisatie de ‘Glamping Award voor de Kids’. De glampingtent ‘Airlodge’ heeft twee verdiepingen. Vanuit het ouderlijk bed op de eerste etage kunnen de kampeerders naar de sterren kijken. De blikvanger in de ‘Countrylodge’ is de keuken met een heus kookeiland. Ook de ‘Lodgetent’ is een bijzondere verschijning met veel steigerhout en een overdekt terras. Uiteraard zijn de nieuwe glampingtenten van alle verdere gemakken voorzien.
De gemeente Harderwijk – met zes vakantieparken, twee campings en een minicamping op het grondgebied – ziet deze verblijfsaccommodaties als aantrekkelijke startpunten van waaruit de toeristen de stad en de regio verkennen. De gemeente heeft daarom een ‘strategienota’ ontwikkeld, die gericht is op toekomstbestendige vakantieparken. De aanpak van Harderwijk is afgestemd met de regiogemeenten in het programma ‘Vitale Vakantieparken’. Per vakantiepark of camping onderzoekt Harderwijk of deze een kansrijke toekomst heeft. Belemmeringen die ontwikkelingen in de weg staan, worden waar mogelijk weggenomen. Er komt een lange-termijnvisie op huisvesting van arbeids-migranten en op specifieke vormen van huisvesting voor mensen die geen passende woning kunnen vinden. Mogelijk kan een (voormalig) vakantiepark transformeren tot woonwijk als aan strikte criteria en voorwaarden wordt voldaan. Wethouder Pieter Teeninga bezoekt alle parken en campings zelf. Aan elke eigenaar (of vereniging van eigenaren) vraagt hij om een toekomstvisie voor hun park op te stellen. Eventueel in meerdere scenario’s. Met de exploitanten of eigenaren worden vervolgens afspraken gemaakt over de realisering van die visie. De mogelijkheden liggen onder meer bij het doorgaan als vakantiepark, het wijzigen van bestemming of sanering. Bij verandering van functie zorgen de exploitanten of eigenaren er zelf voor dat zij voldoen aan de daarvoor noodzakelijke voorwaarden. De gemeente Harderwijk werkt dan mee aan een bestemmingswijziging.
17
Het ontluiken van het Verhaal van de Veluwe
18
De geschiedenis, de steden en dorpen, de omgeving en de mogelijkheden vormen samen het verhaal van een gebied. Voor de Veluwe zijn er genoeg boeiende ingrediënten voor een eigen verhaal. Sagen en legenden, een Hanzeverleden, de Hessen- en Koningswegen, de voormalige Zuiderzee, de uitgestrekte heidevelden, de naald- en loofbossen, het ontstaan uit de voorlaatste ijstijd. Maar daarmee is het verhaal nog niet compleet.
Op zoek naar het verhaal van nu, werd allereerst professor Hans Mommaas, hoogleraar vrijetijdswetenschappen aan de Tilburg University, gevraagd naar zijn inzichten. Hij betoogde: “Aan gewoon een gebied heb je niets. Je moet een verhaal hebben, je moet een sfeer hebben en kwaliteit uitstralen. In toenemende mate heeft de consument er genoeg van om een beleving passief te ondergaan. Toeristen willen thuiskomen met een verhaal waar zij zelf een rol in spelen. Daarom is thematisering belangrijk. Dan gaat het allereerst om de vraag wat de kwaliteiten van de Veluwe zijn. Het kunnen niet alleen de bomen zijn, want die staan overal.” Onthaasten De colour locale werd vervolgens voor een deel ingevuld door drie studentes culturele antropologie. Zij kozen als uitgangspunt dat de identiteit en de gastvrijheid van een gebied mede bepaald worden door de mensen die er wonen. “Hoe beleven zij hun woonomgeving en in hoeverre zijn zij bereid om de bekoringen daarvan te delen met recreanten en toeristen?” De antropologen in opleiding constateerden dat de bewoners zich ervan bewust zijn dat bezoekers naar de Veluwe komen vanwege de bossen, de heide, de zandverstuivingen en het water. “Die vier elementen kwamen telkens naar voren.” Zij kwamen ook tot de conclusie: “De Veluwe lijkt ver van huis, terwijl het gebied voor iedereen in Nederland snel te bereiken is. Als onthaasten de trend wordt, loopt de Veluwe voorop, ook voor een jonge doelgroep.” Alle zintuigen Recreatieondernemers en bestuurders onderstreepten de kernwaarden. “Op de Veluwe worden alle zintuigen aangesproken. Attracties, cultuur, horeca en winkels van klein tot groot binnen handbereik. Reeën, edelherten, wilde zwijnen en zeehonden kom je hier tegen. Ongerepte natuur, dichtbij voor heel Nederland. Vertrouwd, vriendelijk, veilig en authentiek. Interessant voor elke generatie.” De recreanten zelf voegden er hun beleving aan toe met de kwalificaties: “Rustgevend, sfeervol en authentiek.”
19
Gemeenschappelijk doel “Ondanks het feit dat het programma Vitale Vakantieparken gestart is vanuit de NoordVeluwe, geldt ‘Het Verhaal’ nadrukkelijk voor de gehele Veluwe,” maakt programmaleider Rob van den Hazel duidelijk. “De bezoeker maakt geen onderscheid tussen deelgebieden. In veel sessies zijn gesprekken gevoerd over wat het aanbod in de diverse gemeenten onderscheidt en over de gemeenschappelijke aantrekkingskracht. Daaruit kwamen drie regionale thema’s naar voren:
water, wild & natuur en buitensport. Ondersteund door cultuur, historie en culinaire genoegens. Voor de komende jaren is het de opgave om vanuit deze thema’s het toeristisch recreatieve aanbod te versterken.” Collega Karin Mazier vult aan: “Het verhaal maakt helder wie we zijn en wat we willen uitstralen. Het maakt de kracht van het gebied duidelijk en het vormt de basis voor verdere ontwikkelingen.” n
20
Friesland is beroemd om het water, de eeuwenoude cultuur en de Elfstedentocht. Milou Buisman, manager van Landal Esonstad, stelt dat haar park ‘het twaalfde stadje’ wil zijn. Zij brengt het schitterende park tot leven door het toevoegen van beleving. “Waarom zou je een gewoon speelrek plaatsen als er ook een gestrand Vikingschip kan liggen?” Landal Esonstad is een uniek recreatiepark. In 2007 werd het gebouwd naar voorbeeld van Friese monumentenstadjes als Makkum en Sloten. In het monumentale gedeelte van het 60 hectare grote park bevinden zich naast het zwembad, horeca, enkele winkels en 144 recreatiewoningen. Elders op het terrein zijn nog 77 recreatiewoningen, 129 kampeerplaatsen en een 18 holes Pitch & Putt-baan. Milou Buisman trad anderhalf jaar geleden aan als parkmanager. Zij ziet het toevoegen van beleving als haar belangrijkste bijdrage aan Landal Esonstad. “Zo’n park bestaat uit hardware en software. De hardware zijn de stenen. De software, dat zijn de mensen en de
toegevoegde waarde. Dan heb je het over de echte reden waarom recreanten naar ons park komen én weer terugkomen.” Kenmerkende elementen Want mensen willen iets beleven, iets bijzonders meemaken tijdens de (korte) vakantie, waar ze later op familiefeestjes en met collega’s over kunnen vertellen. Dat geldt niet enkel voor een groot park als Landal Esonstad, maar voor alle recreatiebedrijven, stelt Buisman. “Die toegevoegde waarde kun je alleen bieden als je als ondernemer van je eiland af komt en je verdiept in je omgeving. Wat maakt jouw regio uniek? Wat zijn de historische achtergronden? Welke kenmerkende elementen kun je terugbrengen in je bedrijf en in je activiteiten? Welke ondernemers vind je in de regio, die jouw verhaal mede vorm kunnen geven?”
Landal Esonstad
De beleving van het twaalfde stadje
Storytelling Buisman maakt gebruik van ‘storytelling’, een techniek waarbij een verhaal of legende het karakter van het park versterkt. Beleidsbeslissingen zijn vervolgens makkelijker te nemen, want die krijgen richting door het gekozen verhaal. Voor Landal Esonstad wordt aansluiting gezocht bij een oude legende: die van een welvarende stad, die rond 1230 door een vloedgolf werd overspoeld en in de zee verdween. Esonstad is de herrezen versie van deze legendarische stad, waarin vijanden van overzee, de handel, de haven en natuurlijk de strijd tegen het water een belangrijke rol spelen. Maar hoe maakt Buisman dit concreet? Voorbeelden genoeg. “Midden in het centrum van Landal Esonstad ligt een brede laan, de Gedempte Gracht. Daar willen we dit jaar een uitdagend speeltoestel plaatsen. Dan kunnen we kiezen voor een paar mooie klimrekken, maar wij ontwerpen nu een grote zandbak waaruit de restanten van een gestrand Vikingschip omhoog steken. Een fantastisch speelobject, waarbij kinderen zich Viking kunnen wanen, of stedeling. Dat brengt het verhaal tot leven. En qua kosten kom je niet veel hoger uit dan wanneer je een standaard speeltoestel aanschaft.” Schaatsbaan Een ander voorbeeld is de ijsbaan, die in de winter op het plein wordt geplaatst. Die versterkt het typisch Friese gevoel van schaatsen en de Elfstedentocht. Buisman profileert
Bijzondere activiteiten Om het park bredere bekendheid te geven organiseren Milou Buisman en haar medewerkers meerdere malen per jaar bijzondere activiteiten die veel mensen trekken. Die mensen moeten vervolgens gaan werken als ambassadeurs voor het bedrijf: ‘Dat Landal Esonstad is toch zoiets bijzonders...!’ Op het niveau van de bedrijfsvoering gaat het Buisman namelijk niet enkel om een zo hoog mogelijke bezettingsgraad, maar ook om zo vroeg mogelijke boekingen. Zo wordt er per overnachting veel meer rendement behaald dan bij de verkoop van last-minutes. Jaarlijks terugkerende evenementen kunnen die reserveringen naar voren halen. Een goed voorbeeld is de intocht van Sinterklaas. Buisman: “Een van de bijzondere kenmerken van Landal Esonstad is het water. We liggen aan het Nationaal Park Lauwersmeer en Sinterklaas kan gewoon met zijn stoomboot en twintig Pieten naar ons park komen. Dat is toch uniek? Zo zorgen we eind november opeens voor een piek in de bezetting. En dan zie je dat veel mensen al direct boeken voor het komende jaar.“ n
Ondertussen in Friesland
Landal Esonstad dan ook graag als ‘het twaalfde Friese stadje’. En waar de schaatsen in het verleden werden verdeeld vanuit een onooglijke witte tent, besloot Buisman vorig jaar tot het plaatsen van een authentiek ‘IIstintsje’ – een houten koek-en-zopiewagen. Alles voor de beleving. Het plaatje moet kloppen.
21
t e k s t : m a a rt e n b o k s la g
Externe en interne samenwerking Landal Esonstad is een beheerpark. Dat betekent dat het park geen eigendom is van Landal GreenParks, maar van een vereniging van eigenaren. Eén van de consequenties daarvan is, dat restaurants, winkels, snackbar en botenverhuur worden gerund door externe ondernemers. “Zoals we extern de samenwerking met heel veel partijen zoeken, moeten we ook intern de zaken goed op elkaar afstemmen”, vertelt Buisman. “Want de gast ziet geen verschil tussen ons park en de brasserie of beautysalon, die zich op ons park bevinden. Ons hoogstaande niveau van service en beleving moet ook door die ondernemers worden uitgedragen. Dat blijft een aandachtspunt. Maar ook daar hebben we de afgelopen jaren slagen gemaakt. Want hoe beter wij samenwerken, hoe meer gasten er komen. En daar profiteren we uiteindelijk allemaal van.”
Comfortabel avonturen beleven in de natuur
De camping aan de Hanendorperweg vierde in 2014 het zestigjarig jubileum. Sinds 1971 is het een familiebedrijf. In 2000 namen René Zweers en zijn vrouw Karin het bedrijf over van haar ouders. “De Wildhoeve was toen al een park dat in de kampeerwereld tot de top behoorde. Het is logisch dat ons streven erop gericht is om het bedrijf daar te houden. Dat gaat uiteraard niet vanzelf. Aan de top blijven kost inspanningen. Met slim investeren - de middelen zijn zeker niet onbeperkt - willen we elk jaar verbeteringen laten zien.”
Ligging in natuurgebied De Wildhoeve beschikt over een subtropisch binnenbad met een spetterende waterglijbaan, een buitenbad, een spannende waterspeeltuin en een brasserie. Tijdens het hoogseizoen voeren professionele theatergezelschappen voorstellingen op vanaf het podium van het ‘Watertheater’. René en Karin bouwden een zeer ruim sanitairgebouw, waar de kinderen in de ‘Berenbadkamer’ kunnen genieten onder de boomdouche. In het ‘Dassenbos-sanitair’ is de persoonlijke verzorging eveneens een avontuur, ook voor kinderen met een beperking. René Zweers: “In de jaren 2004/2005 beleefde kamperen zijn hoogtepunt. Daarna moesten we nog meer dan voorheen ons best doen om mensen voor onze accommodatie te interesseren. Sindsdien hebben wij een ontwikkeling doorgemaakt waarbij we veel beter gebruik maken van onze ligging in een natuurgebied.” Recreatieprogramma De campinggasten wandelen of fietsen direct het Kroondomein in. Het recreatieprogramma richt zich grotendeels op natuurbeleving. Met programma’s als ‘Zwijnenmanieren’, ‘Belevenissen rond de Burcht’, ‘ Natuurdetectives’, speurtochten voor jonge avonturiers en wandelingen en fietstochten met een boswachter of een natuurgids. “Het recreatieprogramma is van wezenlijk belang,” legt Zweers uit. “Mensen selecteren ons daar speciaal op, met name voor de kinderen. In het voorjaar en het vroege najaar bezoeken veel senioren ons park. In de zomer bestaat de doelgroep voornamelijk uit gezinnen met kinderen en - in toenemende mate - grootouders met klein-
Camping De Wildhoeve
22
De das is het symbool van Camping de Wildhoeve in Emst. Het dier is een van de vele bewoners van het naastgelegen Kroondomein. Vanuit zijn burcht zwerft hij door de bossen, de velden en soms zelfs over de camping. In de bossen wonen ook edelherten, reeën, zwijnen en vossen. Het ontdekken van de wonderen van de natuur is het thema van de camping. De kampeerders beleven de avonturen wel vanuit een luxueuze uitgangspositie. De kampeerplaatsen en andere - verrassende - verblijfsmogelijkheden zijn voorzien van alle comfort. Ook de voorzieningen mogen er zijn.
kinderen. De duur van het verblijf is korter geworden, ook in de zomerperiode. Vroeger boekten de kampeerders voor twee tot drie weken. Dat is teruggelopen naar één tot twee weken. Bovendien boeken de mensen in een later stadium. Hoewel er een stabiel aantal bezoekers is dat meteen voor volgend jaar een specifieke kampeerplek reserveert.” Comfortplaatsen De Wildhoeve telt iets meer dan driehonderd toeristische kampeerplaatsen voor korter verblijf, ruim twintig vaste plaatsen voor mensen met een eigen stacaravan en dertig seizoenplaatsen voor toercaravans. Karin en René hebben gekozen voor kwaliteit. “De behoefte aan comfort groeit. En dat geldt tevens voor de omvang van tenten en caravans. Daarom zijn we teruggegaan in het aantal kampeerplaatsen, zodat we per plek meer ruimte kunnen bieden. Inclusief voorzieningen als elektra, aansluiting op de centrale antenne, een eigen watertappunt en waterafvoer. Sinds kort hebben we zelfs Wi-Fi op het hele terrein. Dat was overigens nog een hele opgave om dat aan te leggen in dit dunbevolkte gebied. Maar als je geen Wi-Fi hebt, dan raak je tegenwoordig mensen kwijt.” Safaritenten Tegen de verwachting in constateert Zweers dat het aantal tentkampeerders weer toeneemt en hetzelfde geldt voor vouwwagens. Het aantal caravans blijft afnemen. “De trend is de vraag naar verhuur van bijzondere verblijfsmogelijkheden. Een standaard stacaravan zonder luxe werkt echt niet meer. Daar zien we als recreatieondernemers ook
de lol niet van in. Ons aanbod is in lijn met de beleving van de natuur. Op het terrein hebben we nu twee ‘Astro Mobile Homes’, compleet ingericht met twee slaapkamers met elk een eigen douche en toilet. Het ‘Artcamp’: bolvormige tentverblijven, waarvan twee op hoogte. En het Boshuis en Safaritenten. Vooral voor die laatste bestaat enorm veel belangstelling. Bivakkeren in een Safaritent past echt bij de optimale en comfortabele beleving van de omgeving. De sfeervolle tenten zijn uitgerust met douche en toilet en een volwaardige keuken. De volwassenen slapen in een hemelbed; de kinderen in een bedstee.” Internationaal René en Karin willen met een afgewogen combinatie van verhuur en kamperen hun bedrijf op niveau houden. “De twaalf hectare zijn overzichtelijk genoeg om persoonlijke aandacht te blijven geven. We zien de toekomst niet in het massale. We willen de verhuurmogelijkheden uitbreiden. Het liefst met recreatiewoningen die geschikt zijn voor grotere gezelschappen. Dan hebben we wel overeenstemming nodig met de gemeente Epe over de voorschriften voor de maximale grootte van vakantiewoningen. En we zien potentie in de buitenlandse markt. Onlangs vonden we aansluiting bij 32 zelfstandige topcampings in Europa. Daarnaast spannen we ons in - samen met collega’s in het oosten van het land - om meer Duitse toeristen te interesseren voor een korte of langere vakantie in Nederland. Wij hebben al veel Duitse bezoekers en het aantal toeristen uit België en Scandinavië neemt toe. Ook dat is voor ons een interessante ontwikkeling.” n
23
verblijfsrecreatie type bedrijven
legenda vakantiepark
park met bungalows, chalets en/of stacaravans
26
park/camping
park met zowel bungalows, chalets en/of stacaravans én plekken voor caravans, tenten, campers
175
camping
terrein met plaats voor caravans, tenten en campers
280
10%
34
2%
12%
45
16%
62%
16%
35%
47%
minicamping
kleinschalig kampeerterrein bij een woning of boerderij vaak alleen open in hoogseizoen beperkt aantal verblijfseenheden
aantal bedrijven
type bedrijven in %
accommodaties/staanplaatsen per bedrijfstype in %
concentraties terre
soorten accommodaties
> 8.000 plaatsen voor wisselende verhuur
concentraties van terreinen terrein bos water bebouwde kom gemeentegrens
> 10.000 jaarplaatsen waarvan maar 7% beschikbaar is voor wisselende verhuur
4.000 bungalows/huisjes in totaal
24
+/- 1.500 voor wisselende verhuur
Nunsp peett
+/- 500 voor eigen gebruik > 2.000 zowel voor verhuur als eigen gebruik
+
kleinschalig aanbod is opvallend voor de noord-veluwe Maar liefst 120 terreinen hebben een kleinschalig aanbod. Kenmerken zijn: • • • • • • • • •
mate van uitponding
kleiner dan 5 hectare volledig: 20% minder dan 50 eenheden niet/beperkt: 70% 65 % van deze terreinen zijn vakantieparken in het algemeen geen tot weinig toeristische verhuur gemiddeld meer permanente bewoning het investeringsniveau is over het algemeen laag bijna de helft genereert een hoofdinkomen weinig werkgelegenheid gemiddelde omvang vakantiepark: biedt weinig voorzieningen
aantal terreinen naar g 31 56
28
2
95
50
Putten
73
Ermelo
vakantieparken
Nunspeet
Elbu
vaste gasten
27% 4% park/campings
campings
12
3
totaal 280
toeristische gasten
56%
20%
4
91%
40% 20%
Harderwijk
8 55 29 15
45 park/campings
73% 60%
6
9
3
2
175 vakantieparken
landelijk: ca. 290 verblijfseenheden Noord-Veluwe: 50 eenheden
type gasten per bedrijfstype
1
12
overige gasten
9%
minicampings
50%
42% 8%
type gasten in %
e noord-veluwe in beeld hoe kijkt de ondernemer naar het bedrijf plannen voor het bedrijf
44%
toekomstverwachting bedrijfsresultaten
24%
kwaliteit verbeteren zonder uit te breiden
24%
goed
60%
plannen om uit te breiden
50
matig
1% slecht
de gemiddelde leeftijd van de Noord-Veluwse verblijfsrecreatieondernemer
jaar
voldoende
16%
8% het bedrijf binnen vijf jaar verkopen of stoppen
einen per gemeente
de ondernemers zijn positief over de toekomst
gemiddelde investering over de periode 2011-2016 67% 24% 5%
4%
100.000 - 250.000 euro
> 250.000 euro
0 - 25.000 euro
25.000 - 100.000 euro
hoofdactiviteit versus nevenactiviteit
25
64% < > 36%
t
werkgelegenheid ruim 400 fte op de Noord-Veluwe
2
8
3
8
31
10 5
Epe
urg
4
3
8 1
Oldebroek 26 minicampings
0 terreinen
34 campings
2
1 1 11
7
Heerde
2
3
gem. 3,7 fte per park/camping
gem. 1,8 fte per camping
algeheel beeld: • veel kleine parken met weinig fte • 8 grote parken (> 10 fte), waarvan 6 park/campings
1
Hattem
gem. 1,2 fte per minicamping
seizoenswerkgelegenheid: • 25% biedt seizoenswerk • 14% biedt 1 fte of meer • bij bedrijven > 150 eenheden
samenwerking
lidmaatschap RECRON: 18% van de bedrijven goed voor 42% van de accommodaties
samenwerking marketing:
20% van de
bedrijven wel
80% van de bedrijven niet
trends in vraag en aanbod
leefstijlen onder de gasten, gekozen door ondernemers:
rustig groen gezellig lime ingetogen aqua uitbundig geel creatief en inspirerend rood avontuurlijk paars stijlvol en luxe blauw kan niet kiezen
de ondernemers zien deze trends:
2
1
3
meer luxe en comfort prijsbewuste consument kritische consument
Uitgave Regio Noord-Veluwe © 2014 Ontwerp Studio Ilva
gem. 1,3 fte per vakantiepark
gemeente en type bedrijf
2
23%
op dezelfde voet verder
Jelle de Boer is teamleider exploitatie Buitenleven. Hij legt uit: “Wij koesteren onze uitgangspunten: beleven, beschermen en benutten. Van onze natuurgebieden is 92 procent vrij toegankelijk. Het zijn in feite de gebieden van alle Nederlanders en die willen we graag de gelegenheid bieden om op alle mogelijke manieren de natuur te beleven. Dat is een belangrijk deel van ons werk. Tot zo’n vijftien jaar geleden vulden wij het aanbod van die
Samenwerken bij het beleven, beschermen en benutten van de natuur beleving grotendeels zelf in. De laatste jaren zijn we veel beter gaan luisteren naar de wensen van de bezoekers. We streven nu meer naar een vraaggericht aanbod.” Maatschappelijke functie “Dankzij de financiering vanuit de overheid is er een indrukwekkend netwerk van wandelpaden, fietspaden, ruiterpaden en ATB-routes aangelegd,” vult Robert Graat aan. Hij is hoofd productgroep BuitenCentra. “Dat vormt de basis, samen met de voorzieningen zoals informatiepanelen, bezoekerscentra en kampeer- en logeermogelijkheden. We houden ons nu continu met de vraag bezig wat de bezoekers verwachten op onze terreinen. En of onze voorzieningen daaraan voldoen. Wij willen een product bieden dat aansluit bij de wensen van de bezoekers van vandaag en morgen. Dat doen we niet op eigen houtje. Om onze maatschappelijke functie goed in te vullen
Staatsbosbeheer
26
Staatsbosbeheer beheert al ruim 155 jaar natuurgebieden. De organisatie draagt de verantwoordelijkheid voor 265.000 hectare Nederlandse natuur. Op de Veluwe heeft de organisatie bijna 20.000 hectare in beheer. De gebieden zijn eigendom van de Rijksoverheid. Maar de financiering van Staatsbosbeheer met belastinggeld is - anders dan in het verleden - minder vanzelfsprekend geworden. Voortaan wordt het werk van Staatsbosbeheer deels uit eigen activiteiten betaald. Daarom – maar niet als enige reden – smeedt de organisatie samenwerkingsverbanden met diverse partners.
en kwaliteit te bieden, werken we samen met partners, zoals ondernemers.” Winterkamperen Aan de natuurcampings van Staatsbosbeheer zal weinig veranderen. Op de Veluwe zijn er drie. Jelle de Boer: “De kampeerders die daar graag gebruik van maken komen puur voor de natuur. Voor hen hoef je geen ‘glampings’ in te richten. We hebben proeven gedaan met comfortkampeerterreinen, maar daar bleek deze doelgroep weinig behoefte aan te hebben. De doelgroep vindt het bijvoorbeeld heerlijk dat er op onze campings geen Wi-Fi is. Op verzoek van een aantal mensen zijn we gestart met ‘Winterkamperen’. Je zou denken dat niemand dat aantrekkelijk vindt, maar kennelijk is er vraag naar. En dat levert verrassende inzichten op. Zo kwam ik erachter dat er in Scandinavië houtkachels gemaakt worden, speciaal voor gebruik in een tent.” Buitenleven Vakanties Voor de verhuur van vakantiewoningen heeft Staatsbosbeheer in 2014 de krachten gebundeld met Natuurmonumenten en De12Landschappen. De drie organisaties kunnen met hun samenwerking in ‘Buitenleven Vakanties’ de overnachtingen in bijvoorbeeld boswachterswoningen, oude ambachtshuizen, kastelen en landhuizen efficiënter vermarkten. De consumenten hebben het voordeel dat ze het complete aanbod online op één plek kunnen vinden en eenvoudig een accommodatie kunnen boeken. Daarnaast onderzoekt Staatsbosbeheer in samenwerking met een ondernemer de mogelijkheden van logeren in boomhutten. Bezoekerscentra “Aan ons aanbod van excursies en andere activiteiten hebben we een aantal nieuwe producten toegevoegd,” vertelt Robert Graat. “De wildexpedities in elektrische landrovers zijn succesvol. Hetzelfde geldt voor de ‘Volle-
maanwandelingen’, die een heel speciale en spannende beleving van de natuur opleveren. Deze formules hebben we zelf ontwikkeld. In andere gevallen werken we samen met ondernemers, zoals bij onze bezoekerscentra. In het Bezoekerscentrum Nunspeet werken we samen met Outdoorcentrum Nunspeet. Zij bieden bedrijfsuitjes aan, van boogschieten tot survival. Dat is een aanvulling op ons aanbod. Met deze partner zijn we ook plannen aan het ontwikkelen voor de aanleg van een klimbos en een terrein voor bosgolf. Het dagelijks beheer van het Bezoekerscentrum is inmiddels ook in handen van Outdoorcentrum Nunspeet. Op deze manier worden de bezoekerscentra aantrekkelijke startpunten en finishplaatsen van een leuk dagje uit. Het publiek kan er genieten van lekkere versnaperingen en souvenirs kopen. Dat zijn waardevolle toevoegingen aan de educatieve doelstellingen en de informatiefunctie.” Arrangementen Er was een tijd dat de boswachters van Staatsbosbeheer een rondje langs de campings maakten om hun foldertjes aan te bieden met het excursieprogramma. “Nu werken we met vakantieparken en hotels samen op het gebied van marketing en sales,” zegt Jelle de Boer. “Ook via arrangementen, waarmee we combinaties aanbieden van overnachtingen en activiteiten. Diverse parken zijn nu boekingspunten voor onze excursies. Andere parken hebben activiteiten van ons in hun recreatieprogramma opgenomen.” Robert Graat: “Het beter benutten van online mogelijkheden hoort eveneens bij de huidige uitdagingen. Het gaat om het bieden van service om de natuurbeleving nog verder te versterken en om de vindbaarheid van ons activiteitenaanbod te vergroten. We hebben al een app ontwikkeld voor het herkennen van diersporen. We zijn ook voorzichtig gestart met online boekingen.” n
27
Recreëren in het perspectief van de tijdgeest
28
Han Verheijden is gepokt en gemazeld in het recreatievak. Tijdens zijn lange carrière adviseerde hij bedrijven over marketing, exploiteerde hij recreatiebedrijven die tijdelijk in de problemen waren gekomen en leidde hij een economisch adviesbureau voor de vrijetijdseconomie. Met zijn huidige bedrijf Verheijden Concepten houdt hij zich bezig met de kernwaarden van locaties, ondernemingen en producten in de vrijetijdsmarkt. Hij is tevens lector productiviteitsverbetering vrijetijdsbedrijven bij NHTV (instelling voor internationaal hoger onderwijs in Breda.) Adri van der Weyde kent de vrijetijdssector eveneens door en door. Hij is voorzitter van Recron, de vereniging van recreatieondernemers in Nederland. En hij werkt voor RCN Vakantieparken, een organisatie die negen verblijfsrecreatieparken beheert in Nederland en acht in Frankrijk. Beide deskundigen geven een beschouwing over verleden, heden en toekomst van de verblijfsrecreatie.
Han Verheijden
Over de zitkuil, bezit als gedoe, unieke ervaringen en de Veluwe als belevingsgebied Over het ontstaan van de recreatiesector… Adri van der Weyde: “De oorsprong ligt in de vijftiger jaren van de vorige eeuw. De tijd van de wederopbouw. De mensen kregen meer vrije tijd en de kerken vonden dat ze in die vrije tijd aanwezig dienden te zijn. Zij zorgden voor betaalbare vakantiemilieus. Daarin legden zij de nadruk op aandacht voor de mens. Vakbonden, werkgevers en politieke groeperingen volgden het voorbeeld van de kerken.” Han Verheijden: “Er was aanvankelijk dus geen sprake van een marktsector. Dat veranderde eind jaren zeventig toen Piet Derksen met
Sporthuis Centrum, het latere Center Parcs, startte. De verzuiling liep ten einde en hij zag in dat de mensen de interesse verloren voor vakbondsparken, kerkelijke parken en parken van de werkgever waar zij hun collega’s tegenkwamen. Sporthuis Centrum kwam precies op het juiste moment met een nieuw concept dat moderner en comfortabeler was. En dat entertainment en genoegen bood, zonder gedoe eromheen. De gasten genoten in de huisjes van de kleurentelevisie en de zitkuil met open haard.” Adri van der Weyde: “Los van deze ontwikkelingen staat het kamperen bij de boer. Ook dat begon in de tijd van de wederopbouw. Agrariërs boden een stukje land aan, waar kampeerders met hun tent of caravan tegen een geringe prijs konden bivakkeren.” Over de trek naar het buitenland… Adri van der Weyde: “Naarmate de mensen meer geld konden besteden, zochten ze vaker de zon op in het buitenland. De financiële mogelijkheden maakten van Nederland als vakantiebestemming een tweede of derde keuze. De televisie heeft onmiskenbaar aan de nieuwsgierigheid naar andere landen bijgedragen. Daar kon men ervaringen opdoen waarover men interessante verhalen kon vertellen.”
Han Verheijden: “Men trok massaal de grens over. Eerst vooral naar Frankrijk en Oostenrijk. Daarna verder weg en heel ver weg. Tegelijkertijd had men de smaak van recreëren en vakantie vieren dusdanig te pakken dat er aanvullend midweken en lange weekenden in Nederland werden geboekt. Het eigen bezit van een caravan versterkte deze trend, die voor de sector erg interessant is. Mensen geven tijdens een kort verblijf per dag namelijk meer geld uit dan tijdens een langere vakantie. Helaas tonen de statistieken aan dat sinds de jaren negentig voor de korte verblijven ook in toenemende mate voor het buitenland wordt gekozen. Nederland ging men in het algemeen beschouwen als aardig voor een uitstapje of een fietstocht. Met een kop koffie op een terras als enige uitgave. De winstmarges namen daardoor schrikbarend af.” Over de huidige situatie… Han Verheijden: “Vanaf 2008 stopten de banken grotendeels met het verstrekken van kredieten voor investeringen, ze haalden zelfs geld terug. Dat leidde tot gedwongen verkopen. Daarnaast vergrijst het publiek. Oudere mensen zijn opgegroeid met kamperen. Voor hen was het bezit van een caravan nog een genot. Nu wordt bezit beschouwd als gedoe. De jongere generatie moet er helemaal niet aan denken om een caravan of een boot aan te schaffen. Het is veel eenvoudiger om een appartementje te huren, of een hotel te nemen. En het aanbod is wereldwijd.” Adri van der Weyde: “We zitten nu in een lastige positie. Ondernemers hebben weinig ruimte om te investeren. Een behoorlijk percentage van de bedrijven staat financieel onder water. We hebben een serieus probleem.”
Adri van der Weyde
29
30
Over het keren van het tij… Adri van der Weyde: “Bedrijven die in staat zijn om zich te onderscheiden van collega’s – op welke manier dan ook - hebben nog toekomstmogelijkheden. Het gaat om het bieden van kwaliteit en unieke belevingen. Dat vraagt van banken om mee te denken. Voor overheden geldt hetzelfde. Ondernemers willen voldoen aan de voorwaarden, maar vooral de ruimte hebben om op hun eigen terrein invulling te geven aan hun ondernemerskwaliteiten.” Han Verheijden: “Concepten moeten aansluiten bij de wensen en behoeften van het publiek. Elke ondernemer streeft toch naar tevreden klanten die hun ervaringen delen met hun vrienden en buren? Daarvoor is een aanbod van een winkeltje, een zwembad en een recreatieprogramma niet voldoende. De ondernemer moet er juist voor zorgen dat de mensen om half tien ’s morgens het vakantiepark hebben verlaten om iets mee te maken in de omgeving. Mensen vinden het geweldig om nieuwe ervaringen te beleven in een voor hen onbekend gebied. Dat kost de ondernemer niets en de mensen zijn tevreden. De activiteiten kunnen per dag, per doelgroep en per weersomstandigheid verschillen. Het is vooral belangrijk om in te zien dat de verblijfsondernemer die activiteiten niet zelf hoeft te regelen. Hij hoeft geen fietstochten te organiseren, of een speelfilm te vertonen. Dat is de richting waarin we moeten denken over gebieden als de Veluwe. De Veluwe is een cluster en daarin heeft iedereen zijn eigen taak om het aantrekkelijk te maken voor de bezoekers en de economie.” Adri van der Weyde: “Een recreatieondernemer vermarkt niet alleen zijn eigen bedrijf. Hij vermarkt vooral de regio. En in die regio moet je komen tot samenwerkingsmogelijkheden. De Veluwe is van oudsher een boeiende vakantiebestemming. We hebben de uitdaging om de Veluwe nog aantrekkelijker te maken. Voor bestaande en voor nieuwe doelgroepen. Door meer kwaliteit te bieden, door meer unieke overnachtingsmogelijkheden te creëren en door met gebundelde krachten de nadruk te leggen op beleving.” n
Promotie van de schitterende facetten van de Noord-Veluwe en Zeewolde De Diamant van Midden-Nederland. De naam flonkert en hetzelfde geldt voor de sterke kanten van het gebied. Ondernemers, voorzitters van bedrijvenorganisaties, onderwijs-instellingen en de burgemeesters van Ermelo, Putten, Nunspeet, Harderwijk, Oldebroek en Zeewolde hebben zich verenigd om de aantrekkingskracht van de regio met gepaste trots uit te dragen. Naar verwachting sluiten Elburg en Heerde snel aan. Onder de vlag van De Diamant van Midden-Nederland worden tal van projecten tot stand gebracht en gepromoot. De sleutelbegrippen zijn samenwerken, verbinden en bundelen. Naar binnen toe ligt de nadruk op het vergroten van de innovatiekracht en het versterken van het kennisniveau. Naar buiten toe worden de vele kwaliteiten van het gebied uitgedragen. Als aantrekkelijk vestigingsgebied voor bedrijven, de uitzonderlijke arbeidsmoraal en de prettige omgeving om te wonen, te werken en te recreëren. Voor de recreatiesector is het streven gericht op een toename van het aantal bezoekers per jaar. Voorzitter Ronald Cleijsen: “Om dat te bereiken zijn de gemeenten bezig met een aansprekende profilering, waarmee zij zich zullen onderscheiden.”
Verrekijker op Epe Op het grondgebied van de gemeente Epe zijn er 31 recreatieaccommodaties. Die onderverdeeld kunnen worden in acht vakantieparken, vijf campings, acht accommodaties die verhuur en camping combineren en tien minicampings. In 2013 heeft de gemeenteraad van Epe het ‘Toeristisch Profiel’ vastgesteld. Met dit profiel wil de gemeente het toeristisch product goed in de markt zetten. Het moet ervoor zorgen dat Epe onder de aandacht blijft van recreanten. Samen met het lokale bedrijfsleven is nagedacht over de richting van het toeristische product van Epe. Als uitvloeisel hiervan is een stichting opgericht, die zich in hoofdzaak richt op informatievoorziening, promotie en marketing. Daarmee is de stichting een partner van Regiomarketing Gelderland en Regio NoordVeluwe. De missie luidt: “Epe wil dé aanbieder
De gemeente Putten werkt in stappen aan de verbetering van de verblijfsrecreatie. Er zijn in Putten 56 vakantieparken en campings. Een deel daarvan is geconcentreerd in de kern Krachtighuizen. Een aantal terreinen in dit gebied komt in aanmerking voor een verandering van functie. Hierbij worden de ondernemers nauw betrokken. De gemeente Putten voerde in 2014 meerdere handhavingsacties uit, waaraan ook de politie en de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland (VNOG) deelnamen. De acties waren gericht tegen het oneigenlijk gebruik van recreatievoorzieningen. Binnen het programma Vitale Vakantieparken is de gemeente gestart met het proefproject ‘Accommoderen Behoefte Arbeidskrachten’. Het streven is om illegale huisvesting van arbeidsmigranten een halt toe te roepen. Eén van de alternatieven hiervoor is het bieden van andere vormen van tijdelijke huisvesting op voormalige vakantieparken. Burgemeester Henk Lambooij benadrukt dat het aanpakken van ongewenste situaties niet het zicht mag ontnemen op de sterke ondernemers die zorgen voor de aantrekkelijkheid van de Veluwe als recreatiegebied. “Uiteindelijk gaat het om het ondersteunen van die groep.”
zijn van onderscheidende recreatieve voorzieningen in een natuurlijke omgeving voor gezinnen, medioren (leeftijdscategorie van 45 tot 62 jaar, red.) en senioren. Waarbij rust, ruimte en respect voor mens en natuur centraal staat. Met als motto: ‘Epe, natuurlijk anders’. De gemeente Epe acht het programma ‘Vitale Vakantieparken’ van belang. Dat geldt met name voor het onderdeel ‘Leefbaarheid en Veiligheid’. Daarnaast neemt Epe het convenant dat de regionale gemeenten samen met de toeristische sector hebben ondertekend ter harte. Hetzelfde geldt voor de ondertekening van de ‘Intentieverklaring Arbeidsmigranten’.
Verrekijker op Putten
31
Volledig afgestemd op kinderen met autisme en ADHD
Jeroen en Jenny Slager zijn al 18 jaar eigenaar van Camping ‘t Reestdal. Zij hebben een zoon met ADHD en kennen uit ervaring de specifieke problemen waar deze kinderen mee
Een duidelijke koers Die gerichtheid is er altijd geweest, maar werd tot 2010 niet actief uitgedragen. “We willen geen zorgcamping zijn; iedereen is hier welkom”, legt Slager uit. “Maar je moet een koers uitzetten. Zonder missie en visie ga je dwalen, kun je geen duidelijke focus brengen in je investeringen. We hebben zoveel ideeën, als je die zonder beleid gaat uitvoeren kan een camping ook een bodemloze put zijn. Als je lang in je eigen bedrijf rondloopt, kun je bedrijfsblind worden. Daarom hebben we een externe partij een SWOT-analyse laten maken. Zo hebben we onze bedrijfsfilosofie geformuleerd. Alle investeringen moeten ons bedrijfsprofiel versterken.”
worstelen. Onbezorgd op vakantie, gaan zat er voor hen niet in. Met die kennis hebben zij hun eigen bedrijf vormgegeven. Jeroen Slager: “Waar kinderen thuis vaak baat hebben bij structuur en regelmaat, ontbreekt die tijdens de vakantie. Het kind kan daarop reageren met onzekerheid, angst of onrustig gedrag. Wij werken aan het ideale vakantieklimaat voor deze gezinnen.”
Camping ‘t Reestdal
32
Op de grens van Overijssel en Drenthe bevindt zich Balkbrug, een rustiek dorpje met enkele campings. Prominent aanwezig is Camping ‘t Reestdal, een bedrijf van acht hectare dat vier jaar geleden specifiek koos voor de doelgroep van gezinnen met een kind met autisme, ADHD of PDD-NOS. Een keuze waar het hele bedrijf inmiddels op is afgestemd. En met succes: ‘t Reestdal ziet de omzet al jarenlang groeien, tegen de trend in.
De gasten worden daar in een klankbordgroep nauw bij betrokken. “We proberen iedere euro aan investeringen niet alleen efficiënt, maar ook met draagvlak te besteden.” Privésanitair Die keuze heeft verregaande consequenties. Neem de chalets. Die hebben drie slaapkamers, zodat elk kind van een gemiddeld gezin zijn eigen slaapkamer heeft. Belangrijk voor de rust en het evenwicht van autistische kinderen, weet Slager. Maar niet alle kinderen zijn hetzelfde. Daarom zijn sommige chalets in een ‘open’ opstelling geplaatst, naar een kampeerveld toe. Andere zijn geplaatst als een Limburgse boerderij, met een veilige binnenplaats waar kinderen beschermd kunnen spelen. Door slim gebruik te maken van een provinciale subsidieregeling kon Slager bij een groot aantal kampeerplekken privésanitair plaatsen. Ook dat past in het plaatje: “Zo’n groot sanitairgebouw met echo’s en geluid kan heel bedreigend zijn.” Persoonlijke intake Alle gasten worden persoonlijk verwelkomd en naar wens volgt dan een intake met de ouders. Hoe kan hun kind het best benaderd worden, wat zijn de mogelijkheden? “We helpen ouders en kinderen zo snel mogelijk om zich op hun gemak te voelen. Kinderen met autisme hebben een beperking, maar vaak blinken ze ook ergens in uit”, vertelt Slager. “Wij vinden het leuk als dat eruit komt. We
MotorikPark Dat de keuze voor de doelgroep geen wassen neus is, blijkt ook uit de forse investering in het MotorikPark, dat anderhalf jaar geleden werd geopend. Dit park staat vol bijzondere speeltoestellen, die vooral de motoriek stimuleren. Tussen paaltjes door slingeren, precies door verdiept liggende voetafdrukken lopen, een bal tegen een schietschijf mikken. Het zijn bijzondere toestellen, die speciaal voor ‘t Reestdal werden ontwikkeld. Slager: “Kinderen met ADHD, PDD-NOS of andere autistische stoornissen hebben vaak een slecht ontwikkelde motoriek. En als de coördinatie niet goed werkt, heeft dat invloed op het zelf vertrouwen. Hier stimuleren we de motorische ontwikkeling, desgewenst met professionele begeleiding.” Het MotorikPark werd een doorslaand succes en er staat een stevige uitbreiding op stapel, met een brug en een survivalbaan. “Om deze ‘Reestdal Experience’ te financieren willen we – naast provinciale subsidie en financiering door de bank – ook gebruik maken van crowdfunding”, legt Slager uit. “We verwachten daar veel van.” Zo bouwt het echtpaar verder aan een heel bijzonder bedrijf, dat zijn eigen nichemarkt heeft gevonden vanuit de persoonlijke overtuiging van de ondernemers. n t e k s t : m a a rt e n b o k s la g
f oto g r a f i e : m a x d e k r i j g e r
Ondertussen in Overijssel
hadden van de zomer bijvoorbeeld een meisje dat in de loop van twee weken vakantie leerde om zelf haar tanden te poetsen. Een jongen van 14 heeft hulp gekregen bij het lezen van een boek. Zo stimuleren we mensen. Iedereen is daar enthousiast over. En je ziet die kinderen groeien. Ik vind dat geweldig.”
33
34
35
36
Nieuwe benadering van planologie Het programma Vitale Vakantieparken schakelt voor de uiteenlopende en soms ingewikkelde vraagstukken deskundigen in. De samenwerkingsvormen leiden tot de ontwikkeling van nieuwe methodieken. Professor Erwin van der Krabben is hoogleraar vastgoed- en locatieontwikkeling aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij is graag bereid om zijn kennis over ruimtelijke ordening en gebiedsontwikkeling beschikbaar te stellen voor het programma. Daarnaast is één van zijn studenten gestart met een afstudeeronderzoek.
Voor een beter begrip van zijn voorstellen voor oplossingen voor de verblijfsrecreatie op de Noord-Veluwe, legt hij eerst uit: “Planologie gaat over inmenging of ingrijpen in de ruimtelijke ordening. Normaal gesproken gebeurt dat via bestemmingsplannen en weten regelgeving. Dat gaat per definitie gepaard met beperkingen aan eigenaren van grond, bedrijventerreinen, woningen, vakantieparken enzovoorts. Er is duidelijk vastgelegd wat wel mag en niet mag. Meestal werkt deze methode heel goed.” Initiatief bij marktpartijen “Er zijn voor overheden ook andere manieren mogelijk om beleidsdoelen te behalen,” vervolgt hij. “Die zijn gericht op het aanpassen van de marktordening. Onder voorwaarden ligt het initiatief dan bij marktpartijen. Hiermee wordt de creativiteit van ondernemers beter benut. Dit werkt overigens alleen als er door die ondernemers geld verdiend kan worden.” Deze benadering sluit aan bij de overkoepelde vraag die Van der Krabben kreeg voorgelegd
vanuit het programma Vitale Vakantieparken. Hoe kunnen beleidsdoelen gerealiseerd worden zonder dat er veel overheidsgeld beschikbaar is? Verdienmodel Samen met collega Herman de Wolff van TU Delft werkte hij een voorstel uit waarin hij mogelijke sanering van vakantieparken koppelt aan een ander beleidsdoel: het ordentelijk onderdak verlenen aan arbeidsmigranten. “Daarin benaderen we de tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten als een verdienmodel. Dat klinkt oneerbiedig, maar het tegendeel is waar. Het uitgangspunt is dat een ondernemer met het voornemen om te saneren een verdienmodel krijgt aangeboden. Daarmee kan hij op termijn die sanering bekostigen. Concreet houdt dit in dat hij de tijdelijke toestemming krijgt om arbeidsmigranten te huisvesten. Voor de uitvoering kan hij eventueel een andere ondernemer inschakelen die hierin is gespecialiseerd. Hij verkoopt dan als het ware de verleende toestemming aan die collega-ondernemer, die op zijn terrein de huisvesting netjes organiseert. Aan deze tijdelijke verruiming van de regels zitten wel haken en ogen. De toestemming verliest zijn waarde als er in de buurt tegen de voorschriften in arbeidsmigranten een illegaal onderkomen hebben. Handhaving van de regels is daarom een vereiste. Inmiddels loopt er een proefproject op de Noord-Veluwe op basis van deze benadering.” Ruilverkaveling Het tweede voorstel van Erwin van der Krabben is vergelijkbaar met ruilverkaveling in de agrarische sector. Daar wordt dit instrument al ruim honderd jaar toegepast. “Het
uitgangspunt is om via ruil van gronden tot een efficiënter grondgebruik te komen. Op terreinen voor verblijfsrecreatie zijn nogal eens verschillen tussen goede gedeeltes en minder goede gedeeltes. Het goede deel van het terrein is dan uitstekend verhuurbaar, het minder goede gedeelte ligt te verkommeren. Je kunt je dus voorstellen dat ondernemers en eigenaren de behoefte hebben om kavels te gaan ruilen, zodat het gemakkelijker wordt om aaneengesloten grondeigendom te verkrijgen. Om goede kwaliteit te concentreren op één terrein, kun je kopen en verkopen. Maar ruilen – met financiële compensatie - kan een beter alternatief zijn, zoals agrariërs dat gewend zijn met het verwisselen van kavels.” Regiobrede transacties Het programma Vitale Vakantieparken is bezig om hiervoor een uniforme regeling te ontwerpen waarbij Van der Krabben ondersteunt. Vooral ook om de mogelijkheid te openen voor ruiltransacties met meerdere partijen. “Van de bedrijven die een ruilovereenkomst met elkaar aangaan, hoeven de terreinen dus niet naast elkaar te liggen. Net zoals in de agrarische sector, gaat het om gemeentebrede of regiobrede transacties. Deze regeling - waartoe ook een rekenmodel behoort - maakt het voor ondernemers eenvoudiger om ruilovereenkomsten met elkaar te sluiten. Waarbij elke partij zich moet realiseren dat er niet veel extra inkomsten uit voortvloeien. Daar gaat het ook niet om. Dit model helpt partijen om de onderhandelingen te stroomlijnen. Dat is zowel gunstig voor ondernemers die willen stoppen als voor ondernemers die mogelijkheden zien om door te groeien.” n
37
Ouderenzorg met vakantiegevoel In de bosrijke omgeving in het westelijk buitengebied van Putten ligt Zorgerf Buiten-Verblijf. De bewoners genieten er van de buitenlucht en het vakantiegevoel. Een groot deel van de dag zijn ze actief in de weer. Ze verzorgen de dieren, werken in de tuin en bereiden samen de maaltijden. Het dagprogramma heet toepasselijk ‘Buiten-Land’. De woonvoorziening en het dagcentrum voor ouderen met psychogeriatrische problemen zijn het initiatief van Yvonne en René van der Leest.
verlaten velden aan, waar alleen de contouren nog zichtbaar waren van de staanplaatsen. Samen met gedateerde opstallen en een lichtelijk vervallen gebouw dat ooit dienst had gedaan als campingcafé. “Toch was de locatie voor ons ideaal. We hadden al een dagcentrum in Nijkerk, waar we het vrije buitenleven combineren met deskundige zorg. Het dagprogramma is bedoeld om senioren met dementieproblemen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Maar er komt een moment dat zelfstandig wonen niet meer lukt. We kregen vaak vragen over alternatieven voor een verzorgingshuis. Daarom zijn we op zoek gegaan naar een tweede buitenplek, waar we ook verblijfsmogelijkheden konden realiseren. Zo kwamen we op het spoor van het terrein aan de Veenhuizerveldweg. Voor dementerende ouderen bepaalt de sfeer van de omgeving in belangrijke mate hoe ze zich voelen. De mensen wonen hier in hun eigen buitenverblijf.”
Op het terrein van Zorgerf Buiten-Verblijf was een camping gevestigd met ruimte voor tachtig stacaravans. Ongeveer drie jaar geleden trof René van der Leest er twee
Levendige plek Om hun plannen mogelijk te maken had het terrein een andere bestemming nodig. Van recreatiebestemming naar een maatschap-
Zorgerf Buiten-Verblijf
38
pelijke bestemming. “Maar wel met recreatie als nevenfunctie,” benadrukt Yvonne. “Want we willen dat het een levendige plek is. Onze droom komt pas echt uit als de kleinkinderen van de bewoners hier in de weekenden komen kamperen. Binnen afzienbare tijd zijn hier boomhutten en maken we uitstapjes met bewoners en familieleden in een huifkar. Met Stichting Kinderopvang Kiekeboe in Putten maken we plannen om hier leer- en speelmiddagen te organiseren. Met 55-plussers die in de omgeving wonen, willen we wandeltochten in de natuur ondernemen.” Procedures vergen tijd Het gemeentebestuur van Putten oordeelde meteen positief over plannen. Dat gold ook voor de omwonenden die van het ondernemende echtpaar een presentatie kregen. De benodigde procedures namen ruim een jaar in beslag. “Het was in ons voordeel dat we geen onbekende partij waren,” blikt René daarop terug. “In het dagcentrum in Nijkerk waren er al veel inwoners uit Ermelo en Putten die naar tevredenheid aan de activiteiten deelnamen. We staan bekend als ondernemers die de zaken gedegen aanpakken. Voor de beschrijving die nodig is voor de aanvraag van een bestemmingsverandering, hebben we een bureau ingehuurd. Voor de bouwvergunning was een bodemonderzoek en een archeologisch onderzoek vereist. Het zijn noodzakelijkheden die nu eenmaal tijd vergen.” Hofjes In juli 2014 ging het tweede dagcentrum van Zorgerf van start. Bijna gelijktijdig begon de
bouw van de eerste buitenverblijven. Ongeveer vijf maanden later namen de eerste zeven bewoners er hun intrek. In februari 2015 was het eerste hofje volledig bewoond. Het tweede hofje is in het najaar van 2015 klaar. Dan wonen er dertig senioren op Zorgerf Buiten-Verblijf en zijn er logeerplekken in de hofjes en verblijfsplaatsen op het terrein voor familieleden. De accommodatie heeft een vergunning om uiteindelijk vier hofjes met woonverblijven te bouwen. Nuttig en nodig Yvonne en René hebben allebei een achtergrond in de zorg. “Van daaruit hebben we veel inzichten gekregen over het werken met deze doelgroep,” vertelt Yvonne. “Het is belangrijk dat de mensen zich vrij voelen. Hier staan alle deuren open. ‘Niets moet, alles mag’ is het motto. De deelnemers aan het dagprogramma en de bewoners krijgen de gelegenheid om sociale contacten te maken, om te bewegen en om zich nuttig en nodig te voelen. Ook helpen we hen met het opnieuw aanleren van vaardigheden die ze verleerd zijn en het eigen maken van nieuwe vaardigheden. We kunnen de mensen niet beter maken, maar wel gunstige effecten sorteren op hun algemeen welbevinden.” En zo geven deze ondernemers een nieuwe invulling aan een voormalig kampeerterrein. Voor een speciale doelgroep, met behoud van het vakantiegevoel. n
39
Het kleurenpalet van de recreant 40
“Het gedrag van recreatiegasten verandert steeds sneller. Onder meer door alle online mogelijkheden. Omdat zij het recreatieaanbod beter kunnen bekijken en vergelijken, boeken zij steeds dichter op de aankomstdatum,” stelt Merlijn Pietersma. Hij is senior adviseur bij ZKA Consultants & Planners. ”Door matige beoordelingen op review-sites belandt een recreatiebedrijf al gauw buiten de zoekresultaten. Ondernemers ervaren dat iedere dag. Is dit een bedreiging?” Hoe luidt het antwoord? “Het goede nieuws is dat de gast zelf niet verandert. Eigenlijk verandert alleen zijn zoek- en boekgedrag. De grote uitdaging voor ondernemers is om meer kennis van de gasten te krijgen. Op die manier kan de ondernemer zijn gasten (online) aanspreken in hun eigen taal op basis van hun eigen beleving. Wie is de gast? En voor welke gast is het bedrijf écht interessant? Door de markt op te delen in groepen wordt dit inzichtelijk. Is een bedrijf bijvoorbeeld inspirerend, hip,
prikkelend en anders dan anders? Komt dit dan voldoende tot uiting in de communicatie en online marketing door eigentijds en een tikkeltje tegendraads te zijn? Want dat spreekt de doelgroep ‘creatief en inspirerend rood’ het meeste aan. (Zie kader voor uitleg over de kleurcodes van leefstijlen, red.) Of is het bedrijf gezellig, gericht op tijd nemen voor elkaar en is er altijd wat te doen? In dat geval zal de focus van de communicatie gericht moeten zijn op de (overdekte) faciliteiten, op betaalbaarheid en op couponacties en last minutes. Want dat vindt de doelgroep ‘gezellig lime’ interessant.”
Onderzoek naar leefstijlen Recron, de vereniging van recreatieondernemers in Nederland heeft onderzoek gedaan naar de wensen van toeristen en benoemt die aan de hand van ‘Leisure Leefstijlen’. Onderzoek onder ondernemers op Noord-Veluwe wijst uit dat de verblijfsrecreatie hier vooral is afgestemd op de leefstijlen ‘rustig groen’ en ‘gezellig lime’. Toeristen kiezen echter nadrukkelijk ook voor de kleuren ‘uitbundig geel’, ‘creatief en inspirerend rood’ en ‘stijlvol en luxe blauw’. Dat kan betekenen dat het aanbod op de Noord-Veluwe niet optimaal aansluit op de vraag.
Er zijn ondernemers die zullen zeggen: “Maar ik ken mijn vaste gasten toch wel?” “Als je blijft doen wat je altijd deed, krijg je echt niet meer wat je altijd kreeg. Dat is de nieuwe en bikkelharde realiteit. De praktijk van de bedrijfsvoering begint en eindigt met onderscheidend te zijn voor je doelgroep(en). Je kunt je als ondernemer verliezen in online marketing, glampingconcepten, kwaliteitsverbetering, wet- en regelgeving en samenwerkingsverbanden. Het schiet allemaal zijn doel voorbij als je niet weet voor wie je bedrijf en regio interessant is. Ik ben ervan overtuigd dat bedrijven en regio’s die zich laten leiden door wat hun gast écht wil, aantrekkelijk, onderscheidend en vitaal blijven. Dat betekent: kijken, luisteren en oprecht in gesprek gaan met de gasten. Het is een wet-
Vrijetijdsadviseur ZKA Consultants & Planners is een economisch adviesbureau voor de vrijetijdseconomie. Het bureau in Waalwijk is gecertificeerd Recron-leefstijladviseur. De adviezen van ZKA variëren van het opstellen van haalbaarheidsplannen, marketing- en communicatieplannen tot het ontwikkelen van regiovisies, gemeentelijke visies en vraaggericht overheidsbeleid.
matigheid dat het bedrijfseconomische succes dan vanzelf volgt. Op veel plekken in het land is een omslag gaande van aanbodgericht naar vraaggericht ondernemen en communiceren.” Dat vereist een actieve vertaling van theorie naar praktijk. Verloopt dat soepel? “Ik constateer dat veel ondernemers worstelen met het vertalen van doelgroepinzichten naar een ondernemingsplan en concrete actie. Zij vinden het lastig om de ideeën die ze in hun hoofd hebben, op papier te krijgen. Terwijl dat keihard nodig is voor investering- of kredietaanvragen. Banken willen overtuigd worden door een onderbouwd verhaal, waarbij inzicht geboden wordt in het doelgroepbeleid en het effect op bezetting en financiën. Ook regio’s en gemeenten vinden het lastig om doelgroepinzichten toe te passen in hun marketing. Er wordt veel geld besteed aan websites en promotiecampagnes, maar het effect voor ondernemers is vaak minimaal. Tot nu toe zijn nog maar weinig regio’s in Nederland in staat om hun identiteit slim te verbinden aan doelgroepwensen, zodat er meer boekingen gemaakt worden. Ook de Noord-Veluwe worstelt hiermee. Het is bijvoorbeeld opvallend dat het verblijfsrecreatieve aanbod op de Noord-Veluwe vooral ‘rustig groen’ en ‘gezellig lime’ gekleurd is, terwijl er vraagkansen liggen in de segmenten ‘uitbundig geel’ en ‘creatief en inspirerend rood’.” n
41
Stacaravans delen ‘t Mölke is een 9,5 hectare groot recreatiebedrijf in Zuna, bij Nijverdal. Ondernemer Bert van de Maat gaat er prat op dat hij altijd voor de muziek uitloopt. “Toen vijftien jaar geleden iedereen vaste plaatsen opruimde om ruimte te maken voor toeristisch kamperen, heb ik juist extra op vaste plaatsen en verhuuraccommodaties ingezet. Dat heeft ons glansrijk door de crisis heen geholpen.” Nu neemt Van de Maat deel aan een nieuw project, om de vergrijzing op vaste plaatsen tegen te gaan: Stacaravandelen.nl. Bert van de Maat, samen met zijn vrouw Ria eigenaar van ‘t Mölke, is een voorzichtige ondernemer. Risico’s spreidt hij bij voorkeur. Daarom bewaakt hij het evenwicht tussen vaste plaatsen, toeristische plaatsen en verhuurchalets. Naast het recreatiebedrijf heeft hij een partycentrum met dagrecreatie en een
caravanhandel. Die levert uiteraard alle nieuwe caravans voor de vaste plaatsen van ‘t Mölke, maar ook andere campings en recreanten kopen graag in bij Van de Maat. Verkoop loopt terug “De laatste twee jaar merk ik dat de verkoop van nieuwe caravans wat terugloopt. Het lukt ons nog steeds om alle vaste plaatsen te verhuren, maar het loopt niet meer zo hard als voorheen. Dat komt deels door de recessie: mensen hebben minder te besteden en dan is de aanschaf van een nieuwe stacaravan een hele investering. Daarnaast is het bezit van een nieuwe stacaravan iets van de oudere generatie. De jongere generatie hoeft niet meer zo nodig een vaste stek te bezitten: deelconstructies zijn daarom erg populair.” Subsidie Zo kwam Van de Maat op het idee van Stacaravandelen.nl. Met vijf collega’s maakte hij een ondernemingsplan en vroeg daarmee subsidie aan bij de provincie Overijssel, die een stimuleringsregeling heeft voor vernieuwende Product-Markt-Partner-Combinaties. Een gouden kans voor ondernemers, die hiermee de helft van hun innovatieve plannen gesubsidieerd kunnen krijgen.
Vakantiepark ‘t Mölke
42
Stacaravandelen.nl De eerste caravans zijn vorig jaar geplaatst. Vanaf komend seizoen beschikken de vijf campings in Overijssel over in totaal twaalf stacaravans. Die zijn huiselijk en zeer compleet ingericht, met spelletjes en voorzieningen. De inrichting van alle caravans is exact gelijk. “Zo hoeven mensen niet te kopen, maar komen ze toch altijd in hun eigen, vertrouwde caravan”, legt Van de Maat uit. “Het mooie is dat die op verschillende bedrijven staat: voor wie van afwisseling houdt.”
Ondertussen in Overijssel
Strippenkaart De gasten die graag een stacaravan delen kopen strippenkaarten met een bepaalde waarde. Een hele strippenkaart kost 2350 euro, maar ook halve en kwart strippenkaarten zijn beschikbaar, voor respectievelijk 1175 en 499 euro. In het laagseizoen worden er per week minder strippen afgestempeld dan in het hoogseizoen. Van de Maat stelt dat het delen van een stacaravan veel goedkoper is dan een caravan huren. Het voordeel bedraagt circa 20 procent. Toch is het stacaravan delen niet gericht op korte huurders die nog iets goedkoper willen verblijven. “Het is echt een vervanging van het aloude huren van een jaarplaats. Wij nemen afscheid van het eigen bezit, maar behouden de vertrouwde zekerheid. Daarbij voegen we het verblijven op vijf verschillende parken. Ik hoop dat er op termijn meer bedrijven mee gaan doen. Dit kan echt groot worden, als we het voor elkaar krijgen om Stacaravandelen. nl landelijk uit te rollen. We zetten nu vol in op communicatie. Ons aanbod speelt écht innovatief in op de vraag. Nu moeten we ervoor zorgen dat we dat onder de aandacht van het publiek brengen.” n
43
t e k s t : m a a rt e n b o k s la g
Reggehooibergen Bij de entree van vakantiepark ‘t Mölke staan enkele zeer Hollandse requisieten. Een molen (‘t Mölke’) en twee traditionele reggehooibergen. Deze hooibergen zijn enkele jaren terug nieuw gebouwd en herbergen zeer luxe vakantiewoningen, die door ‘t Mölke worden verhuurd. De hooibergen staan ook op zes andere Overijsselse campings en zijn een schot in de roos. Bert van de Maat: “Die hooibergen staan geen weekend leeg. Omdat ze bij onze ingang staan, dragen ze bij aan onze uitstraling. Waarom dan niet nog een paar gebouwd? Ook die reggehooibergen hebben we kunnen realiseren dankzij overheidssubsidie. De bouw van één zo’n hooiberg kost een ton. Dat kun je enkel doen als er een provinciale investeringsregeling loopt.”
Jaarrond geopend ‘t Mölke beschikt over een overdekt zwembad, uitgebreide horecafaciliteiten en een binnenspeeltuin, die direct vanuit het restaurant bereikbaar is. “Een traditionele camping moet alle omzet in heel korte tijd verdienen”, weet Van de Maat. “Daarom zijn wij jaarrond geopend. Mede om die reden hebben we veel verhuurunits en stimuleren we dagrecreatie, feesten en partijen. De binnenspeeltuin was in dat opzicht écht een goede investering.”
Acht kansen voor recreatieondernemers
44
Ivo Gelsing is regiomanager voor Gelderland van Recron, de vereniging van recreatieondernemers in Nederland. Hij behartigt de belangen van de Gelderse ondernemers, fungeert als hun klankbord tijdens bedrijfsbezoeken en geeft informatie en advies. Ivo Gelsing groeide op in een ondernemersgezin, studeerde marketing en volgde een juridische opleiding. Hij schetst de acht grootste kansen voor de recreatiesector op de Veluwe. Kans 1: Ruimte om te innoveren “Op de Veluwe geldt de wet van de remmende voorsprong. Nergens in Nederland is het toerisme in een zo vroeg stadium op grote schaal ontwikkeld. De Veluwe heeft daarom ook de oudste accommodaties. De productontwikkeling kreeg elders in het land van de overheid aanzienlijk meer kansen. Ondernemers op de Veluwe werden qua planologie en regelgeving veel meer in een harnas gezet. Er was een
vrij starre benadering waar het ging om de combinatie van natuur en recreatie. Nu is er duidelijk sprake van een kentering. In toenemende mate is het inzicht ontstaan dat ondernemers met toekomstperspectief de ruimte moeten krijgen om te innoveren. Dat blijkt uit de nieuwe Omgevingsvisie van de provincie Gelderland en uit de opstelling van gemeenten. De samenwerking tussen overheden, ondernemers en andere partijen in het programma Vitale Vakantieparken biedt volop kansen.” Kans 2: Kennisuitwisseling “Recron start in het verlengde van het programma Vitale Vakantieparken met projecten die gericht zijn op kennisuitwisseling. Daarmee willen wij innovaties van de grond krijgen of versnellen. We denken aan studiereisjes voor ondernemers om kennis te nemen van productvernieuwingen. En daarnaast aan presentaties van deskundigen en bijeenkomsten van ondernemers die onderling gegevens en ervaringen uitwisselen. Het motto luidt: ‘Neem wat vaker een nieuwsgierig kijkje buiten de poorten van het eigen bedrijf’.” Kans 3: Productontwikkeling “Dat recreanten minder behoefte hebben aan bezit en meer behoefte aan huurmogelijkheden, is een belangrijke trend. Voor de onder-
nemers ligt daar een uitdaging. Zij zullen zich af moeten vragen welk type accommodaties zij in de nabije toekomst aan gaan bieden. Dat is de manier om nieuwe doelgroepen aan zich te binden. Op de Veluwe zijn er al interessante initiatieven met vernieuwende verhuurobjecten, zoals boomhutten, safaritenten enzovoorts. Bij verhuur nieuwe stijl hoort ook een flexibele opstelling. Consumenten willen zich niet verplicht voelen om per se op vrijdag te arriveren en dan een volle week te blijven. Zij willen ook voor twee dagen kunnen boeken. Een dinsdag en een woensdag bijvoorbeeld.” Kans 4: Regelgeving Regelgeving voor verblijfsrecreatie is nog grotendeels gebaseerd op verouderde situaties. Overheden zien in dat het niet meer nodig is om strak te definiëren wat een toercaravan is en wat een recreatiebungalow. Of om vast te leggen hoeveel caravans er per hectare mogen staan. Of dat er in een trekkershut geen toilet aanwezig mag zijn. Het loslaten van strakke regels biedt mogelijkheden voor de ondernemer. Kans 5: Beleving “We moeten ons sterker maken voor het avontuur. Voor de Veluwe bevelen we nog steeds de rust en ruimte aan. Dat zijn de basiswaarden die we zeker moeten blijven koesteren. Maar we moeten de Veluwe veel spannender maken. Wat mensen aan spanning, beleving en avontuur zoeken in Oostenrijk, in de Ardennen, in Frankrijk of veel verder weg, dat kunnen wij ook bieden. We brengen de sportieve waarden van de Veluwe nog te weinig onder de aandacht. Daarnaast kent de Veluwe een hoge attractiedichtheid en heel veel cultuur die de moeite waard is. Alles ligt dicht bij elkaar, maar de aantrekkelijkheden zijn onvoldoende aan elkaar gekoppeld. Er kan veel meer samengewerkt worden om totaalpakketten te presenteren. Mensen gaan immers niet in eerste instantie naar de Veluwe om in een bungalow, caravan of tent vakantie te vieren. Ze kiezen voor de Veluwe om leuke dingen te beleven.” Kans 6: Doelgroepen “Het gaat er niet om dat een recreatiebedrijf voor slechts één doelgroep hoeft te kiezen. Het gaat er wel om dat als een ondernemer mensen met bepaalde interessegebieden op zijn terrein welkom wil heten, hij in zijn bedrijfsvoering en communicatie moet aan-
sluiten bij de sfeerbeleving van die doelgroep. Dat geldt niet alleen voor de marketing, maar ook voor de beslissingen die hij neemt en de investeringen die hij doet. Wie een bepaalde doelgroep aan wil spreken, zal daar iets voor moeten doen. Nog niet alle ondernemers zijn in staat om daar invulling aan te geven. Overigens bestaan ook hier geen tovermiddelen, maar de focus op doelgroepen biedt wel nieuwe inzichten.” Kans 7: De blik verruimen “Ik raad ondernemers aan om de horizon te verruimen en om over mogelijkheden na te denken die niet zozeer voor de hand liggen. Een voorbeeld: buitenlandse gasten verbazen zich over de kleine schaal van Nederland. In eigen land zijn ze heel andere afstanden gewend. Dat maakt het interessant om na te denken over arrangementen waarbij het dagprogramma bestaat uit uitstapjes naar Amsterdam, de Efteling of Duitsland. Na een hectische dag komen de gasten dan weer terug naar de natuurlijke omgeving van de Veluwe voor een gezellige avond en om te overnachten.” Kans 8: (Openbaar) vervoer “Wie met de auto naar de Veluwe komt, heeft er geen last van. Wie voor het openbaar vervoer kiest, merkt snel dat het veel creativiteit en inspanning kost is om op die manier het gebied te verkennen. Of om attracties te bereiken vanaf het logeeradres. Daar ligt een collectieve opgave voor ondernemers en overheden. Zeker ook met het oog op nieuwe doelgroepen.” n
45
Verrekijker op Oldebroek Oldebroek heeft een klein, maar divers aanbod aan verblijfsrecreatie. Het aanbod varieert van een landelijk bekend vakantiepark tot een familiecamping en kamperen bij de boer. Gasten kunnen verblijven in een vakantiehuisje, een chalet, een bed&breakfast, een trekkershut of een groepsaccommodatie. De recreatieondernemers in Oldebroek typeren het toeristische product als ‘groot in kleinschaligheid’. “De bezoekers kunnen genieten van streekgebonden producten en streekeigen activiteiten. Een landwinkel, een theeschenkerij, een fantasietuin en een boerderijmuseum. Bovendien is Oldebroek met vier Hanzesteden binnen een straal van vijftien kilometer een uitstekende uitvalsbasis om de omgeving te verkennen.” De gemeente is met recreatieondernemers in gesprek over hun toekomstperspectieven. De
46
Verrekijker op Nunspeet
Toerisme en recreatie zijn voor de gemeente Nunspeet speerpunten van beleid. Nunspeet wil een uitnodigende bestemming blijven voor toeristen en dagjesmensen. “We willen meer bezoekers trekken voor een langere vakantie op een van de 55 recreatieterreinen in Nunspeet, Elspeet, Hulshorst en Vierhouten.”
gesprekken gaan onder meer over ruimte voor uitbreiding, het aantrekken van nieuwe doelgroepen, kwaliteitsverbetering en kwalitatieve aanpassingen. Met een van de ondernemers is concreet overleg over schaalvergroting. Oldebroek zoekt maatwerkoplossingen waar sprake is van minder toekomstperspectief. “Zo zijn we bezig om op één park permanente bewoning toe te staan. Hiervoor is in samenspraak met de eigenaren een ontwerp structuurvisie opgesteld. Deze wordt naar verwachting in 2015 vastgesteld.”
Om de kwaliteit van het aanbod verder te verbeteren, neemt de gemeente Nunspeet actief en enthousiast deel aan het ambitieuze programma Vitale Vakantieparken. De gemeente voert informele gesprekken met ondernemers en vertegenwoordigers van organisaties in de recreatieve branche, zoals Recron, Ondernemersvereniging Nunspeet, Ondernemersvereniging Elspeet en Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Nunspeet. De uitkomst van deze gesprekken worden gebruikt voor een inventarisatie van de centrale thema’s en actiemogelijkheden. Aan de hand daarvan ontstaat een strategieplan voor de sector. Sinds juni 2009 hanteert de gemeente Nunspeet een eenduidige aanpak om onrechtmatige bewoning van recreatieverblijven tegen te gaan. “Deze aanpak is enerzijds ingezet om het recreatief product te versterken en anderzijds vanuit het oogpunt van volksgezondheid en veiligheid.”
Verrekijker op Heerde
De recreatiebedrijven in Heerde richten zich op een duidelijke doelgroep. Kampeerders die houden van rust en gezelligheid in een groene omgeving. Opvallend is de uitgestrektheid van de vakantieterreinen. Gemiddeld zijn de recreatiebedrijven in andere gemeenten 4,7 hectare groot, in de gemeente Heerde is dat 6,3 hectare. De verhuur van de kampeerplaatsen is steeds voor een aantal weken. Permanente bewoning in een recreatiewoning komt in de gemeente
Verrekijker op Ermelo
In Ermelo zijn er 95 terreinen met de bestemming verblijfsrecreatie. In het algemeen zijn de accommodaties kleinschalig. Het overgrote deel bestaat uit ‘tweede woningparken’. De recreanten zijn er eigenaar van het vakantieverblijf. Op grote schaal heeft er uitponding plaatsgevonden. Daarnaast is er een aantal bungalow/kampeerbedrijven, die de ambitie hebben om te groeien. Het economisch gezond maken van de vakantieparken is voor de gemeente Ermelo een uitdagende opgave. Recreatiebedrijven met toekomstmogelijkheden krijgen de ruimte voor uitbreiding of doorontwikkeling. Voor bedrijven die feitelijk geen recreatieve functie meer hebben, zal in samenwerking met de onderners gezocht worden naar andere toekomstperspectieven. De gemeente Ermelo stelt dat de situatie in elk park anders is. “Er zal dus maatwerk moeten worden geleverd. We gaan met de
Foto: Rijkswaterstaat
De elf campings verspreid over de gemeente Heerde liggen op prachtige locaties bij de IJssel, in de bossen en tussen uitgestrekte landerijen. Vier campings hebben een grootschaliger karakter, met meer dan 150 plaatsen. In totaal zijn er duizend kampeereenheden in Heerde voor tenten, caravans en een bescheiden aantal bungalows.
Heerde nauwelijks voor. Als dat wel wordt geconstateerd, maakt de gemeente afspraken met de eigenaar om deze ongewenste situatie zo snel mogelijk te beëindigen. Ook de huisvesting van arbeidsmigranten komt hooguit op kleine schaal voor. In goed overleg met alle betrokken partijen streeft de gemeente ernaar overlast of andere ongewenste situaties te voorkomen. ECR Groot Stokkert, voortgekomen uit het Reumacentrum, richt zich op een bijzondere doelgroep binnen de recreatiesector. Het is een zorghotel met veertig kamers en zestien aangepaste appartementen/vakantiebungalows.
ondernemers één op één in gesprek over de mogelijkheden. Wij helpen ze met het realiseren van de toekomstplannen. Dat doen we in samenwerking met de regiogemeenten en in samenhang met het programma Vitale Vakantieparken.” Bij alle veranderingen wil de gemeente Ermelo zowel ‘aanjager’ als ‘netwerkpartner’ zijn. Samen met recreatieondernemers start Ermelo in 2015 met een platform voor innovatie en ontwikkeling. “De daadwerkelijke veranderingen en innovatiekracht komen van de ondernemers.”
47
“Met familie of partner een mooie bestemming voor een midweek of een weekendje weg.”
“Man kann bequem den ganzen Tag verbringen, ohne sich zu langweilen.”
48
“Het uitzicht over het Veluwemeer is super!!!”
“Een aanrader om even op adem te komen.”
“In de vroege morgen is het altijd weer spannend wat er te beleven valt in het bos op de Veluwe. Ik zag van alles zoals een vos, een edelhert, wilde zwijnen en een reebok.”
“De natuur op de Veluwe… daar kan geen buitenland aan tippen.”
“Mooie natuurlijke omgeving. Daarnaast ook levendige en toeristische bezienswaardigheden.”
“Heel gezellig. Stadjes, dorpjes, strandjes. Met aan de ene kant het Veluwemeer en aan de andere kant de bossen.”
“Voor elk wat wils. Lekker uitwaaien op het strand of een borrel drinken in een van de vele cafés.
Bezoekers geven continu hun oordeel Nederlanders zijn dol op vakanties. Als we het begrip ruim nemen – verblijf buiten de eigen woning voor ontspanning of plezier – trekt de gemiddelde Nederlander er 2,79 keer per jaar op uit. 18,1 miljoen vakanties gaan naar het buitenland, veelal voor langer dan acht dagen. 17,1 miljoen vakanties blijven in eigen land, vaak voor een periode van twee tot zeven
dagen. Zo blijkt uit cijfers van NBTC-NIPO Research, op basis van de gegevens van 2013. Bij 7,8 miljoen vakanties in eigen land is een recreatiewoning of een particuliere woning (B&B, vrienden, familie) het logeeradres. 4,4 miljoen Nederlanders kiezen jaarlijks voor een camping. En 3,7 miljoen voor een hotel
“Fantastischer Umgebung. Viel Wald. Schöner Ausgangspunkt für Spaziergänge und Radtouren. Viele verschiedene Esslokale, auch in die Dörfer.
“Genoeg te doen in de omgeving, voor jong en oud.”
“Beautiful natural area. The Rand Lakes lie within biking distance and they are clean.”
“Alles is netjes in de natuur. Beste mensen, houden zo!”
“We had such a great time that we will probably go again next year.”
“Winkelen en cafeetje pakken is prima. Alleen niet op zondag.”
“Omgeving is fantastisch voor te wandelen en te fietsen.”
“Probably the best area to discover Holland. If you want a central place en you prefer rural to city.”
of motel. Samen geven zij jaarlijks 2,9 miljard euro uit aan binnenlandse vakanties. Aan hun buitenlandse vakanties geven ze 12,6 miljard euro uit. Van 83% van de vakanties was het vervoer en/of het verblijf vooraf geregeld. In veruit de meeste gevallen (73%) via internet. Ook
“Als veel andere vakantiebestemmingen. Prettig om er te zijn, maar niet uniek.”
“We wonen in het Westen, dus boslucht opsnuiven is heerlijk.”
buitenlandse bezoekers regelen hun vakantie in Nederland bij voorkeur via internet (79%). Duitsers vormen de grootste groep toeristen van over de grens. Gevolgd door Belgen en Britten. Veel vakantiegangers hebben met elkaar gemeen dat ze graag online hun ervaringen delen. Dat levert een boeiende bloemlezing op van ervaringen op de Veluwe.
49
Verrekijker op Elburg Het aanbod aan recreatie(parken) in de gemeente Elburg is kleinschalig, zeker in vergelijking met het aanbod van andere gemeenten op de Noord-Veluwe. In totaal kent Elburg twaalf recreatiebedrijven, variërend van klein - de helft van de bedrijven beschikt over minder dan 30 eenheden - tot behoorlijk groot, met meer dan 200 eenheden.
50
Door het programma Vitale Vakantieparken is de gemeente met andere ogen naar het aanbod van recreatie gaan kijken. Alle parken zijn in kaart gebracht, zodat de gemeente weet wat de bedrijven te bieden hebben en wat hun toekomstplannen zijn. De conclusie luidt dat Elburg tevreden is over de kwaliteit en het aanbod van de recreatieparken binnen de gemeentegrenzen. Toch acht Elburg het goed om een actieplan op te stellen. Daarin wordt de toekomst van de recreatiesector geschetst. Wethouder Rien Boukema bezoekt alle bedrijven persoonlijk. “Dat is goed voor onze beeldvorming en nog beter voor de onderlinge contacten. Ondernemers laten zien waar ze mee bezig zijn en krijgen de ruimte om hun zorgen en wensen aan de gemeente kenbaar te maken.” De wethouder is blij met zijn ervaringen tot nu toe. “Mooie terreinen, gemotiveerde ondernemers en volop mogelijkheden voor de toekomst”. Hij is zeker van plan met de ondernemers in gesprek te blijven. Ook met de ondernemers die op den duur besluiten om met hun bedrijf te stoppen. “Dergelijke beslissingen zijn in het kader van het programma Vitale Vakantieparken eveneens belangrijk, omdat ze weer ruimte voor nieuwe initiatieven kunnen opleveren. Ik hoop vooral dat de uitvoering van het programma leidt tot een nieuw elan dat ondernemers inspireert.”
Colofon Op Verkenning is een uitgave van het programma Vitale Vakantieparken Regio Noord-Veluwe Oosteinde 17, Harderwijk Postbus 271, 3840 AG Harderwijk (0341) 47 44 00
[email protected] www.vitalevakantieparken.nl i n t e rv i e w s e n t e k s t e n :
Maarten Bokslag, Toon van der Stappen h o o f d r e d a ct i e :
Toon van der Stappen e i n d r e d a ct i e :
Regio Noord-Veluwe f oto g ra f i e :
Max de Krijger, Ton Pors b e e l d r e d a ct i e e n v o r m g e v i n g :
AMC Ton Pors
i n f o g ra p h i c s :
Studio Ilva
drukwerk:
Drukkerij Wedding Februari 2015
52
www.vitalevakantieparken.nl