Verslag ledenconsultatie 14 juni 2008
Pax en Salaam In de Driehoek, Utrecht Inleiding De ledenraad van Pax Christi heeft in het voorjaar van 2007 een werkgroep in het leven geroepen na het verschijnen van het rapport Islamitisch activisme door WRR om de tot een standpuntbepaling te komen van Pax Christi tav het Islam debat in Nederland. Uitdrukkelijk is er toen voor gekozen om een standpunt te formuleren vanuit de eigen geschiedenis en traditie. Dit laatste had twee redenen en wel een theoretische en een pragmatische. De theoretische reden was dat het nodig was een stevige basis te vinden waarop wij een huidige positie kunnen baseren die bevorderlijk zou zijn voor een langdurig vreedzaam bestaan tussen moslims en christenen. De tweede meer pragmatische reden is dat het altijd veel gemakkelijker is in eigen geleding verandering aan te brengen dan bij anderen. Bovendien, en dat zou als een derde reden aangevoerd kunnen worden is duidelijk dat er niet gesproken kan worden van DE Islam en iedere verdeling langs hoofdlijnen doet ook geen recht aan de enorme diversiteit. Dat maakt dat voor sommigen het eindrapport niet compleet is, omdat de gevarieerdheid van islamitische organisaties en stromingen ontbreken. De laatste constatering is juist, maar zoals men nu begrijpt gebaseerd op een bewuste keuze. Overigens is de conclusie van het rapport, namelijk dat samenwerken met moslimorganisaties voor de vrede heel goed mogelijk is, er niet minder om. Het gaat namelijk, als het om vrede gaat, in eerste en laatste instantie niet meer om de religieuze identiteit, noch om de culturele identiteit, maar om de wil zich in te spannen voor vrede en gerechtigheid. De interculturele dialoog kan deze inspanning verrijken zoals er voldaan kan worden aan enkele spelregels die in het rapport uit de doeken worden gedaan. De bezoekers van 14 juni hadden vooraf de voorlopige conceptnotitie ontvangen en we hadden dan al reacties ontvangen die over het algemeen positief van aard waren. Het was de bedoeling dat het stuk verder op de dag becommentarieerd zou worden. Dit laatste moest vooral gebeuren in de werkgroepen, want de tijd voor plenair debat was beperkt en vooral toegespitst op de bijdragen van de twee inleiders: Prof. Karel Steenbrink en Mevr Farida Patisahusiwa. Dit verslag wil het commentaar verwerken dat op 14 juni is beinnengekomen. De inleidende verhalen van de inleiders kunt u hier downloaden. De aandacht voor de verschillende werkgroepen was goed verdeeld, behalve voor de werkgroep Marokko die als het centrale thema de daar gevoerde discussie tussen Islamisten en secularisten over de invulling van de democratie. Het is opvallend dat dit meer politieke onderwerp niet de voorkeur kreeg van de aanwezigen. De inleiding van vicevoorzitter van de ledenraad en dagvoorzitter Jan Peters zette neer hoe het rapport tot stand is gekomen en gaf een overzicht van het programma voor de dag. Karel Steenbrink Prof Karel Steenbrink begon zijn verhaal De angst voorbij met een uitleg over het logo van de Islamitische universiteit van Rotterdam (IUR) waar hij werkzaam is. Het is een stilistische weergegeven oranje tulp als symbool voor de Turks Nederlandse relatie, maar tevens draagt de tulp (laleh in het Turks) in het Arabisch de stam LLH dezelfde als in Allah. Steenbrink begint in 1967 toen hijzelf begon te studeren toen er het optimisme van het 2e Vaticaans Concilie heerste. Dit optimisme was neergeslagen in diverse teksten die zelfs zeggen dat we samen dezelfde God aanbidden. Moslim zijn in de letterlijke betekenis is hij of zij die zich aan God toevertrouwt en aan hem onderwerpt. Zo wil ik ook zijn, zegt Steenbrink. Hij schetst dan een ontwikkeling van hoop naar angst en geeft daarvoor 4 redenen. Na 1970 komen de
1
godsdiensten, en ook de Islam sterk terug, na een lange periode van kolonisering door het westen. Tegen de koloniale krachten kreeg de islam een sterke politieke dimensie die het voorheen niet had. Moslims kwamen, aanvankelijk welkom, in het westen werken en werden een culturele bedreiging. Een derde reden die de angst voor de islam heeft aangejaagd is dat het oude vijandsbeeld van het communisme vervangen moest worden door een nieuwe en dat werd de islam. Voor 1989 kwam de islam bijna niet in de media voor, nu is er bijna geen pagina meer open te slaan of de Islam wordt er genoemd. Een vierde reden is de krimpende kerk. Het idee is dat een exclusieve versterking van de identiteit meer mensen aan zich zou binden: onlangs noemde Mgr. de Korte de islam onze concurrent. We moeten hier echter niet marktdenken, maar er zijn voor de hele samenleving. Van hoop naar angst. Wat moeten we daar tegen doen? We moeten terug naar de visie van Vaticanum II. Islam is een dynamische veelkleurige, niet homogene religieuze beweging. Hij zet daar de film Fitnah tegenover waar aan het einde van de film gesuggereerd wordt: ‘we hebben het Nazisme en het communisme overwonnen, nu de Islam’. Deze vergelijking deugt niet. Het nazisme was een homogene politieke beweging met een kadaverdiscipline en het communisme een centraal geleid politiek systeem, terwijl de Islam een 1400 jaar oude religieuze heterogene religieuze beweging is. Het beeld van islamitische landen is dat het vrouwonvriendelijk zou zijn. In Indonesië, het land met de meeste moslims, was dit in het geheel niet het geval. Terwijl in Leiden nog nooit een vrouwelijke hoogleraar was geweest op de theologische faculteit, was in Jakarta zelfs de decaan een vrouw en het land kent vele vrouwelijke rechters. Ook haalt Steenbrink het idee omver dat christendom en islam sterk verschillen in hun opvattingen over politiek: islam verbindt religie en politiek, terwijl christendom dat niet zou doen. In Indonesië onder Soeharto waren islamitische partijen verboden, terwijl in Nederland destijds Lubbers en het CDA aan de macht waren. Uitspraken over het christendom en de islam zijn bij voorbaat twijfelachtig. Steenbrink voelt zich als katholiek aangetrokken tot het islamitische gebed, en wil graag moslim zijn, als iemand die zich onderwerpt aan God. Hij is meebidder in bepaalde moskeen, maar sommige moskeen weigeren niet-moslims. Zo zijn er grote verschillen. Je kunt niet met iedereen samenwerken, maar met velen wel en met groot genoegen. Farida Patisahusiwa Een verhaal uit de praktijk. Vrouwen voor vrede op de Molukken, opgericht naar aanleiding van onlusten op de Molukken tussen chrsietenen en moslims met 10,000 doden. We waren trots op onze oude pela, gemeenschaps-, verbanden en deze leken verbroken. Dit had ook een effect op de Molukse gemeenschsap in Nederland. Ineens herkenden hoe slecht we elkaar kenden. Ik leerde toen pas christen molukkers kennen. We hadden ons gepermiteerd elkaars bestaan te ontkennen. Er bleek een wantrouwen te zijn terug te voeren tot de koloniale periode, waar bij de moslims een missie-trauma was ontstaan. Een sterk gevoelde angst voor de mogelijkheid om eigen religieuze identiteit te verliezen. We gingen samen activiteiten organsieren, weekenden, stille tochten, dialogen, werken aan bewustwording. We vormden een vredesduo, moslima en christenvrouw. We waren overtuigd dat we om gevoelens van wraak weg te nemen, we weer vertrouwen moesten bouwen. De weg daartoe was elkaar leren kennen, samenwerken. Obstakels waren de missie-trauma, de passiviteit van de moslims, en het verschil in levensidealen. Uit de religieuze tradities haalden we argumenten om samenwerking, uiteindelijk voorbij de religieuze grenzen, mogelijk te maken. We zetten elkaar ertoe aan om in elkaars schoenen te gaan staan. Veelvuldig haalt ze de Koran aan om de mogelijkheid van samenwerking bij te staan. Er moest ook een bewustwording ontstaan dat we niet anders kunnen dan met elkaar samen verder te gaan. Het accepteren van de ander, betekent veiligheid garanderen voor de ander. Luisteren naar de ander, vanuit het diepste van ons wezen. Samenwerken betekent geloof hebben in die ander. We begonnen elkanders pijn te onderkennen. Het was hard werken: het heeft meer dan 5 jaar geduurd voordat ons werk werd geaccepteerd door onze
2
achterban. We gaan door en richten ons nu vooral op de vrouwen in de Molukken, nu in een post conflict situatie zelf. Ingmar Heytze Ingmar Heytze gaf een aantal mooie en vermakelijke gedichten. Hij begon met een gedicht over de scheurende bladzij in de film Fitnah nadat hij zich “enkele dagen heeft getracht te verplaatsen in Geert Wilders”.
Aftiteling Het geluid dat u hoorde was een pagina uit een telefoonboek Het had natuurlijk ook een ander boek kunnen zijn Bijvoorbeeld de Wehkampgids of de Dikke van Dale, Aan de andere kant, dat zou zonde zijn geweest Vooral als het de lingerie betrof Of juist de vier, vijf woorden waar ik toch een beetje aan gehecht ben geraakt Ik ben wel erg benieuwd wie ik nu niet meer kan bellen Een aantal families Jansen, Cohen of Allal, Maar dan, wat moet ik ze vertellen Dat ik ruimte wil, respect En andere dingen met een r, Waar ik vind dat ik er recht op heb Rust bijvoorbeeld Al is het niet aan mij maar aan de mensen zelf, op hun beurt Ook mijn naam uit hun gids te scheuren Zodat zij mij ook niet kunnen bellen Scheur maar, scheur maar raak Dat is het beste
Plenaire discussie Is onze vijand niet Al Qaeda? Al Qaeda is een beweging die niet gemakkelijk te duiden is. Er zijn bewegingen in Algerije die zich Al Qaeda in de Maghreb noemt. Het is twijfelachtig of die werkelijk een verband hebben met Osama. Belangrijk om hoofd koel te houden en de juiste verhoudingen te zien. Bijvoorbeeld 30 jaar lang is er een schrikbewind in Birma geweest, de onlusten in Noord Oeganda, in Rwanda en Oost Congo en op vele plekken waar we niets aangedaan hebben. De gebeurtenissen van 9/11 moeten we daarmee niet onderschatten, maar de war on terror verdient het niet andere menselijke drama’s te overheersen. Tegen de negatieve spiraal in, vraagt het van ons in dialoog te gaan en te ontmoeten1. Islam als concurrent klopt sociologisch niet. Er zijn nauwelijks overgangen, bekering van christendom naar islam. Het is juist de grootste groep die van de overigens diverse secularisten die een gebrekkige of verloren identiteit heeft en tot doelloosheid en onrust heeft geleid. Deelt u dat? Er is veel onvrede die door een redelijk stabiel substantiële groep wordt verwoord. Dit is een nieuw secularisme, dat eerder star dan vrij is en dat zich afzet tegen religie. Kun je als christenen en moslims juist niet samen de hoofden bijeen en de handen ineen slaan als het gaat om religie in het publieke domein? In de Molukken zijn er eerder niet praktiserenden. Sommigen zijn tegen samenwerking. Maar dit is onder alle groepen. Er is zeker starheid onder jongere bestuurders, eerder dan bij de geestelijk leiders en het vraagt een volhardende strategie om hen langzaam mee te krijgen.
Het gesprek had hier verder kunnen gaan omtrent het geweld en de Islam. Deze discussie die natuurlijk ook te maken heeft met religie en geweld verdient meer aandacht. Pax Christi is van mening dat het te eenvoudig is om te zeggen dat elke gewelddadige interpretatie van religie een verkeerde is en misbruik maakt van een religie die vrede wil zijn.
1
3
De gemeenschap in grote bijeenkomsten zijn eerder geneigd bruggen te slaan en kunnen zo jonge bestuurders overtuigen. Identiteit verandert steeds. Secularisatie kan er negatief uitzien, maar hoeft niet. Het missie trauma moet overwonnen wonnen. De christelijk gereformeerden hebben 100,000 € vrijgemaakt voor evangelisatie onder Moslims in Utrecht. Ondertussen is 15% van de bevolking in Utrecht moslim en daarom is het missionair gebied geworden en komt er een missionair predikant. “Wij zijn er niet opgericht om een wereldhegemonie te hebben”. Dit komt regelrecht uit Vaticanum II en zou doorgetrokken moeten worden. Hij haalt soera 5:48 aan over diversiteit. Als hij het gewild had dan had hij iedereen hetzelfde geschapen. Wedijvert in goede daden. Om het missie trauma te overkomen moeten we de diversiteit erkennen. Aan de andere kant is er soms een overdreven huiver voor homogeniteit, en lijkt er een tendens tot apartheid, van ieder het zijne. Het goede zit er ergens tussen in. Werkgroepen Theologische reflectie/ Karel Steenbrink Er is geen deelverslag aangeleverd door de groep. Marokko/ Gijsbert Iterson De aanmelders van deze werkgroep voegden zich bij de België werkgroep België/ Jan van den Berg (Pax Christi Vlaanderen) In België is de situatie anders dan in Nederland. Vooral de voorgeschiedenis zonder kolonien met islamitische inwoners is bepalend geweest. Pas bij de immigratiegolven vanaf de 70-er jaren kwamen er Marokanen en Turken met islamitische achtergrond. Zo heb je in West Vlaanderen, Brugge en Oostende, wel een 100 tal nationaliteiten, maar een tweetal van de ene of van de andere nationaliteit. Enkele chinezen, maar geen grote gemeenschappen. Dat vinden we wel in Antwerpen en Brussel. In kerkelijk Vlaanderen, vooral katholiek, de protestanten zijn destijds naar Nederland gevlucht, Kerkwerk Multicultureel Samenleven http://www.kms.be, een partner van Pax Christi. Zij bevordert ontmoetingen, organiseert campagnes hoe om te gaan met racisme, integratie van moslims, 10% van de samenleving, op katholieke scholen, geeft een kalender met alle religieuze feesten uit. Een groep daarbinnen is romc, relatie opbouw moslims christenen, die sinds 1994 zich vooral met ontmoeting bezighoudt. Zij komt maandelijks samen om de basisinitiatieven te versterken en de bisschoppen te informeren en te adviseren (bijv. nu over hoofddoek). Wat zijn de uitdagingen in België, met Vlaams Blok? Is dit te vergelijken met Pim Fortuyn, Wilders hier? Dit lijkt inderdaad gelijk als in België. Er zijn er ook een groep malcontenten. Enerzijds lijkt het dat de afweer eerst gericht was op de Walen en op afscheiding, en nu op buitenlanders, anderzijds blijkt dat 20% van het Vlaams Belang niet voor afscheiding is van Wallonië. In Wallonië zijn er ook vele initiatieven om ontmoetingen met vooral Marokkanen en Turken te organiseren. Het zijn vooral groepen die economisch en sociaal achtergesteld zijn. In seculier Vlaanderen is men van Antwerpen met burgemeester naar Marseille getrokken na het ontstaan van de eerste golfoorlog: Marseille Esperance. Zo ontstond de WIDA, werkgroep interreligieuze dialoog Antwerpen en later ook Brussel. Er zijn gidsen voor levensbeschouwelijk Antwerpen uitgegeven. Pax Christi heeft spreekwijzer gemaakt (samen met TGL), organiseert elke tweede dinsdag van de maand een stille meditatie. Zij organiseert met de meditatie groep gespreksgroepen over verschillende thema’s. We gebruiken hiervoor de contemplatieve dialoog. Eerste ronde van reacties, dan stilte en dan wat ons geraakt heeft. Initiatief komt nog vaak van Christenen uit; eens stopte een zeer betrokken Turkse islamitische vrouw haar bezoeken aan de groep. Er worden interreligieuze wakes georganiseerd. De grote trekkers zijn Vlaamse vrouwen die moslim geworden zijn. Hoe staat Pax Christi in België in het publieke debat? Er is vaak een verdekt racisme. Moslims zijn negatief in het nieuws maar die buurman van mij die is het niet. PCV richt zich
4
toch vooral op de ontmoetingen: die kunnen de angst wegnemen. Is de secularist in België de islam gaan zien als een bondgenoot tegen het christelijk bolwerk? Nee, dat lijkt er niet op. De verzuiling heeft in België sterkere sporen nagelaten. Het Vaticanum II is vaak gezien als een aggiornomento, een bij de tijd brengen van de katholieke kerk, maar in deze werkgroep wordt daar aan getwijfeld. De agenda van Vaticanum II was sterk gedicteerd door de derde wereld: de Nederlandse inbreng is vooral door de missiebisschoppen geweest. Deze hebben de interreligieuze dialoog naar voren gebracht. Na Vaticanum II zijn de kerken leeggelopen, omdat men nu inzag dat de kerken een koloniaal gebeuren is geweest. Is dit in België, waar de greep van de kerk veel sterker is gebleven, ook het geval geweest? Vaticanum II is in België ook als een bevrijding ervaren, maar de kerk bleef dramatische achter bij de maatschappelijke ontwikkelingen en is ook in Vlaanderen gaan leeglopen. Deze kerkelijke starheid leidde inderdaad in veel gevallen tot een missietrauma, zoals Farida verwoordde. Ook 1968 speelde een grote rol in deze omwentelingen, naast het dekolonisatie proces, maar toch niet zo zeer in de geloofsverhoudingen. Abu Jaja, de AEL, werden hier gezien als fundamentalisten. Zijn rol lijkt uitgespeeld. Positief is de Marokkaanse vader van de jongen die onlangs vermoord werd, die opriep tot verzoening. Dit positief nieuws trekt echter weinig aandacht. Hoe kunnen wij de dialoog met de Islam, ons inhoudelijk laten uitdagen voor de kritiek, die oorspronkelijk ook zo bedoeld is? Dat is uiteraard meer dan een samen elkaar in elkaars waarde laten. De religiediscussie is vaak verengd tot ethiek. Al Farouqi, een Palestijn die uiteindelijk vermoord is, claimde dat de westerse decadentie een uitvloeisel is van de westerse theologische visie op Jezus. Zonder om deze laatste stelling helemaal te beamen, is het wel algemeen bevonden dat de dialoog moet beginnen met een zelfkritische houding, zoals in ‘De angst voorbij’ ook wordt aangegeven. Het christendom lijkt nu na Vaticanum II ook andere wegen tot God te erkennen, de islam lijkt hier minder toe bereid. Er worden voorbeelden gegeven waar dit binnen sommige kringen van moslims wel het geval is, en er bijvoorbeeld ruimte wordt gegeven aan de individuele besluitvorming aangaande een huwelijk met een niet moslim. Anderen wijzen op een cruciaal theologisch verschil: de christen die door de bemiddeling van Jezus toegang heeft tot God en zijn geweten kan laten spreken, terwijl de moslim contact heeft via de gemeenschap langs de paternale lijn. Vrouwen in dialoog/ Farida Patisahusiwa De werkgroep ‘Interreligieuze dialoog tussen moslim- en christenvrouwen’ bestond uit een gemêleerd gezelschap. Onder de 12 personen die deelnamen waren er twee vrouwen die een aantal jaren in Indonesië hadden doorgebracht als missionarissen, een mevrouw die Nederlandse les gaf aan buitenlandse vrouwen, een pastoor die vanuit zijn kerk multiculturele ontmoetingen organiseerde en een moslima en katholieke vrouw die als een interreligieus duo mee werkten aan een project voor het vergroten van begrip tussen deze twee religies. Tijdens de werkgroep heerste er een ontspannen sfeer die het mogelijk maakte openlijk te spreken over interreligieuze ontmoetingen en verschillende gedachten, ervaringen en verhalen uit te wisselen. Voorbeelden uit de Nederlandse samenleving en ervaringen uit Indonesië dienden als achtergrond voor het gesprek. Aan de hand van persoonlijke verhalen kwam men tot verschillende conclusies. Hier volgt een korte opsomming van de dingen die gezegd zijn. Over het algemeen was men het over de volgende punten eens: ◦ De media draagt bij aan negatieve beeldvorming over moslims. ◦ Bepaalde gebeurtenissen stimuleren angstig denken en negatieve beeldvorming.
5
◦ De negatieve beeldvorming heeft invloed op het handelen van mensen. Moslims krijgen bijvoorbeeld het gevoel dat ze zich telkens moeten bewijzen binnen de Nederlandse samenleving. ◦ Wanneer er binnen de samenleving heftige gebeurtenissen plaats vinden kruipen veel moslims in hun schulp om zichzelf te beschermen. Een voorbeeld dat hierbij genoemd werd was de moord op Theo van Gogh. ◦ Om te werken aan interreligieuze dialoog heb je bondgenoten nodig. Het is erg belangrijk om steun te vinden in je omgeving. ◦ Continuïteit is een ander belangrijk element in de interreligieuze samenwerking. Vooral omdat de samenleving en vaak ook de eigen gemeenschap negatief kunnen reageren op interreligieuze ontmoetingen is het erg belangrijk om door te blijven gaan met het werk en elkaar telkens weer te blijven opzoeken. ◦ Kleine gebaren naar elkaar toe (vanuit de verschillende gemeenschappen) helpen om de angst te overwinnen. ◦ Het is belangrijk om goed naar elkaar te kunnen luisteren. Vaak is er sprake van oud zeer. Het is belangrijk om elkaars pijn te erkennen. ◦ Wanneer men goed luistert dan kan de ander zijn hart laten spreken, daar komen de angsten uit. Het tonen van empathie (‘Wat jij voelt voel ik ook’) stimuleert toenadering. ◦ Wanneer verschillende groepen met elkaar in gesprek zijn is het soms nodig om een rustmoment in te lassen. Dit dient om elkaar weer te ‘zien’ en weer nader tot elkaar te komen. ◦ Vijandschap zit niet in de gewone mensen. ◦ Bij interreligieuze samenwerking geef je vertrouwen en krijg je vertrouwen terug. ◦ Soms wordt je als gelovige op de proef gesteld. “De kracht van het kruis” geeft je de kracht die je nodig hebt. ◦ Wanneer men zich op het pad van de vrede begeeft wint men aan kracht. ◦ Vooroordelen komen vaak voort uit cultuurverschillen dus niet persé uit religieuze verschillen. ◦ Ontmoetingen helpen om angst weg te nemen. Mensen krijgen een naam en worden niet meer als deel van ´een groep’ gezien. ◦ Visualisatie werkt. Het samenkomen van moslims en christenen werkt niet alleen als voorbeeld voor de maatschappij maar ook voor de eigen gemeenschap.
Kleurrijk Limburg Zij werkte met stellingen en het was een levendige bijeenkomst. Kleurrijk Limburg heeft ook een veelzijdig programma aanbod in hun omgeving. Zie http://www.vanhartepardon.nl/artikelenview.php?artid=3668 De stellingen: 1. Onze kerken en kerkelijke instituten zijn onzichtbaar in de maatschappelijke discussie over de multiculturele samenleving 2. Theologische discussies over inter-religiositeit krijgen onvoldoende praktische vertaling 3. Liever concrete actie dan netwerken 4. Jezelf beter leren kennen zonder de ander actief te ontmoeten is narcistisch 5. Ik werk zelf actief samen met Moslims 6. Jongeren blijken in mijn praktijk zeer aanspreekbaar op multiculturele en interreligieuze thema’s Politieke debat/ Jan Gruiters Geen verslag van de deelgroep ontvangen Terugkoppeling van de werkgroepen Er gebeurt heel veel op het grondvlak: maak dat meer zichtbaar. IKV Pax christi moet niet alleen economie, etnische verschillen, politiek, maar ook levensbeschouwingen serieus moet nemen, op een open manier. Als er kerken gesloten moeten worden, waarom dan niet als moskee in gebruik genomen worden. Bisschoppen van Nederland, doe net als de protestanten, laat de lege kerken moskeen worden. Het vredesduo presenteert zichzelf; de
6
moslima en de christenvrouw doen dit al twee jaar. Hoe kun je in de praktijk goed blijven stil staan hoe je zelf in deze dialoog staat? Aan de hand van stellingen kom je een heel eind. Toekomst Pax Christi door Jan Gruiters Drie dingen. Zie citaat op het voortitelblad van het rapport: Moslims willen meer veiligheid en werkgelegenheid, geen geweld en conflict. Hier eerste uitdaging: in Midden Oosten conflictrijke regio actief te blijven en vooral in contact met die groepen die laten inspireren door de islam en het gesprek met hen aan te gaan. De huidige politiek van isolatie van moslim groepen in het Midden Oosten zal ons niet ver brengen. Ook in Nederland en Europa moeten we ons hier voor hard maken. Tweede uitdaging ligt in Nederland in wijken, parochies en gemeenten. Er gebeurt hier heel veel. Wij moeten dat niet over doen, maar zoeken naar manier hoe we dat meer zichtbaar kunnen maken, en kunnen ondersteunen met handreikingen, gesprekssuggesties, met uitdagende ervaringen opgedaan in andere steden, gemeenten en in de conflictregio’s. De derde is de dialoog over de integratie en participatie van moslims in Nederland. Dit willen we met alle generaties, ook met jongeren doen. We ontwikkelen een programma, Connecting People, waarin we een nieuw kader willen opleiden. Dat kader bestaat uit studenten met verschillende achtergronden en nadrukkelijk ook islamitische achtergronden, om met hen te discussiëren over vrede, veiligheid, de islam, westerse waarden. We willen hen steunen met ervaringsdeskundigen, met academici, met een politieke elite in Nederland, burgemeesters, en hen actief inzetten op het grondvlak, in de conflictregio’s en wellicht ook de prachtwijken in Nederland. De centrale gedachte is hoe we mensen met elkaar kunnen verbinden en hoe kunnen we ervoor zorgen dat christelijke, seculiere, moslim en andere studenten geïnspireerd raken om de uitdagingen van vrede en veiligheid op te pakken. Liturgische afsluiting/ Pieter Linders Op de achtergrond speelt muziek van Arvo Pärt. Met sobere tonen maakt hij muziek en zoekt de verbinding met waar hij leeft. Teksten die ons verbinden worden voorgelezen. Teksten uit de vier windrichtingen. Het oosten Wij zijn verbonden met alle volken. In het oosten en het westen, in het noorden en het zuiden. We zijn het leven van wie reeds gestorven zijn. We zijn de dood van wie na ons komen. Wij verenigen in ons verleden heden en toekomst. De dood is een deel van ons leven, zo worden de levenden en de voorouders met elkaar verbonden. Het zuiden We zijn deel van de schepping van de wereld van de kosmos. Vader zon beschermt ons, geeft ons licht, warmte en gezondheid. Grootmoeder maan ontvangt ons wanneer wij geboren worden. De maan is het symbool van de oude mannen en vrouwen die ons met wijsheid richting geven. Water verwekt het leven door de aarde te bevruchten. De regen is de zegen van de schepper. Het westen Moeder aarde is het symbool van de vruchtbaarheid en van het heilige karakter van iedere vrouw. In haar schoot worden wij gevormd. Zij voedt ons. Zij geeft ons beschutting. Op de aarde lopen wij, zij is onze woonplaats. Moeder aarde is heilig omdat zij ons leven geeft. Wanneer wij sterven keren wij naar haar terug. Als maïskorrels worden wij in moeder aarde gezaaid. Liefdevol neemt zij ons op. In haar rusten wij. Moeder aarde is Gods eigen gezicht. Het noorden De vier hoeken van de wereld zijn het huis dat wij bewonen. Daar groeien wij en bewegen wij ons. Het is de ruimte waar wij lachen en huilen. Op de wereld worden wij geboren. Op de wereld sterven wij. De wereld is heilig want zij is doordrongen van het leefpunt van God. De wereld is ons begin. Het begin van de weg die ons maar de schepper zelf voert.
7
Daarna werd voor de afsluiting gezongen het lied Het licht dat ons samenbrengt. Mededeling 27 oktober: aankondiging van het jubileumfeest van Pax Christi 60 jaar!
8