EDS 03:NL
28-09-2011
14:27
Pagina 18
Verouderde campus Vesalius Gent wordt levendig studentencomplex
EEN STERK VEROUDERD CAMPUSGEBOUW TRANSFORMEREN TOT EEN LEVENDIG STUDENTENCOMPLEX. VOOR DEZE BOEIENDE UITDAGING STOND HET TEAM VAN MARC KOEHLER ARCHITECTS SAMEN MET PARTNERS DELVA LANDSCAPE ARCHITECTS, DAIDALOS, IMPORT EXPORT ARCHITECTURE EN ARCHITEKTEN CIE. HET GEBOUW LIGT NU IN EEN RUIMTE ZONDER LANDSCHAPPELIJKE KWALITEITEN EN VERTOONT ALLE SYMPTOMEN VAN EEN ZIEK GEBOUW. IN HUN PLAN, WAARMEE ZE DE OPEN OPROEP WONNEN, WILLEN DE ARCHITECTEN ZORGEN VOOR MEER DAGLICHT, FRISSE LUCHT EN SOCIALE INTERACTIE. EEN NIEUW AUDITORIUM MOET VOOR EEN INSPIRERENDE IMPULS ZORGEN EN HET BOUWWERK VAN BINNENUIT VAN NIEUWE ENERGIE VOORZIEN. VERDER WORDEN PATIO’S HERSCHAPEN TOT GROENE LONGEN EN WORDT DE GROENE RUIMTE ROND HET GEBOUW OPGEWAARDEERD.
RENOVATIE- EN UITBREIDINGSPROJECT De Vesalius campus bevindt zich in de Keramiekstraat, dichtbij het Gents universitair ziekenhuis. Door de gestage toename van het aantal studenten de voorbije jaren zag de faculteit Gezondheidszorg van de Hogeschool Gent zich genoodzaakt de campus uit te breiden met twee bijkomende auditoria voor 150 toehoorders. Het bestaande gebouw kon echter onmogelijk voldoen aan de heden-
18
daagse gebruikersbehoeften. Via een Open Oproep werd gezocht naar een plan om de site te renoveren en uit te breiden. Het team rond Marc Koehler Architecten kwam als winnaar uit de bus. Hij stelde voor om het gebouw en de hele site integraal aan te pakken. “Het plan van Marc Koehler Architecten concentreert zich niet alleen op de zone achter het oude gebouw, die voor de
EDS 03:NL
28-09-2011
14:27
Pagina 19
uitbreiding werd voorgesteld, maar plaatst één van de twee nieuwe auditoria in het midden van het oude gebouw”, vertelt Jos Nollet, directeur Gebouwen van de Hogeschool Gent. “Bovendien verbindt hij het nieuwe gebouw met de bestaande trappenhal waarin alle lokalen voor theorielessen zich momenteel bevinden. Hierdoor krijgt het bestaande gebouw meteen een upgrade. De architect speelt ook handig in op het belang dat de Hogeschool Gent hecht aan duurzaamheid en verantwoord energiegebruik. Door te kiezen voor vernieuwing binnen het bestaande gebouw worden de gangen, de circulatiezones en het energiesysteem van het gebouw gereorganiseerd en geoptimaliseerd.” ANALYSE VAN DE BESTAANDE TOESTAND “Het huidige schoolgebouw dateert van 1974. Zoals zovele gebouwen uit die tijd is het nu eerder een ‘ziek gebouw’. Met symptomen zoals een tekort aan frisse lucht, daglicht, buitenruimte en mogelijkheden tot sociale interactie”, schetst Marc Koehler van het Nederlandse architectenbureau. “Zo heeft het naar binnen gekeerde gebouw een anonieme en ongezonde uitstraling die niet past bij een faculteit gezondheidszorg in de 21e eeuw. Zowel aan de straatgevel als zuidgevel heeft het gebouw een facelift nodig om uitdrukking te geven aan de professionele ambities van de Hogeschool Gent als een leidend onderwijs instituut in Vlaanderen.” “In ons ontwerp introduceren we als reactie op deze ziekte een integraal ‘genezingsplan’. Ons voorstel concentreert zich dan ook niet alleen op de door de school voorgestelde uitbreidingszone aan de zuidgevel van het gebouw, maar voorziet ook een auditorium in het hart van het gebouw. Vooral die laatste moet de hele campus een nieuwe, levendige impuls geven.” SOCIALE INTERACTIE EN COMMUNICATIE “De architectuur die we voor ogen hebben moet een winwin situatie creëren waarvan ook de bestaande ruimtes kunnen genieten. In het huidige gebouw ontbreken, bijvoorbeeld vriendelijke ontmoetingsplekken door gebrek aan ruimtelijke openheid, transparantie, natuurlijk licht, functionele flexibiliteit en overlapping. Om dit op te lossen, is volgens ons een uitbreiding onvoldoende en moet het gebouw fundamenteel geherstructureerd worden.” “Er is bovendien een tekort aan ruimte en ruimtelijke kwaliteit. Klaslokalen zijn overvol en het ontbreekt aan aantrekkelijke studie- en verblijfsruimten. Hierdoor presteert het gebouw onvoldoende als leer- en woonomgeving. De toevoeging van twee nieuwe auditoria is een kans om het onpersoonlijke en verouderde gebouw op te waarderen.” “Ook de ruimtelijke samenhang en functionele synergie zijn helemaal zoek. Op dit ogenblik zijn de stromen van verschillende functies zoals onderwijs, wonen, werken en externe activiteiten onoverzichtelijk met elkaar verweven. Hierdoor ontstaat een labyrintisch geheel waardoor activiteiten onregelmatig door het gebouw verdeeld zijn. Daarnaast zijn er grote knelpunten in de circulatie en oriëntatie.”
19
EDS 03:NL
28-09-2011
14:27
Pagina 20
RESEM AAN PIJNPUNTEN “Het energieprestatiecertificaat geeft aan dat het energieverbruik 60 % hoger ligt dan in een vergelijkbaar nieuw onderwijsgebouw. Het energieverbruik voor verwarming maakt 70 % van het totale energieverbruik uit, het elektriciteitsverbruik - dat hoofdzakelijk wordt verbruikt voor de verlichting en de keuken - staat in voor 30 %. Vooral de slechte isolatie van gevels en daken en de verouderde, gedeeltelijk mechanische ventilatie vormt de hoofdreden voor deze zwakke prestatie. Het nieuwe gebouw moet daarom zoveel mogelijk gebruik maken van duurzame energie en klimaatbeheersing.” “De gangen van het gebouw hebben ook geen natuurlijke daglichttoetreding of ventilatie. Dit alles zorgt voor een deprimerende uitstraling, een bedrukt klimaat en een negatief effect op de oriëntatie. Enkel de opwaardering van de gangen kan de verblijfskwaliteit, en daarmee de samenhang tussen de verschillende gebouwdelen verbeteren.” “Ook akoestisch zijn er heel wat problemen. Door de nabijgelegen snelweg hebben de buitenruimtes in en rond het gebouw een onaangenaam hoog geluidsniveau. Hierdoor is de relatie van het gebouw met zijn groene omgeving en het gebruik van deze omgeving onderbenut.” “Ook de waterhuishouding willen we gevoelig verbeteren. Nu wordt er kostbaar drinkwater verspild door in het gebouw niet van grijswater circuits gebruik te maken. De afwatering van regenwater in de buitenruimte belast onnodig de capaciteit van het riool. D.m.v. infiltratie van regenwater op het terrein en grijswaterinstallaties in het gebouw kan de milieubelasting sterk worden verbeterd.” STEDENBOUWKUNDIGE UITDAGINGEN “Wat de stedenbouwkundige samenhang betreft, die is er niet. De bestaande omgeving is versnipperd en er wordt in het ontwerp van de buitenruimte onvoldoende gebruik gemaakt van het potentieel om de gebouwen van de Universiteit van Gent, het Storyplein en het Vesalius gebouw met elkaar te verbinden.”
20
“De omgeving heeft verder een doorbroken, onsamenhangende ecologische structuur. De natuurwaarde, biodiversiteit en belevingskwaliteit van het groene gebied kan sterk verbeterd worden. Hier ligt een uitdaging op gemeentelijk niveau. De toegankelijkheid, identiteit en functionele synergie van het park kan sterk verbeterd worden.” “Volgens ons plan zal de groene campus, met grote solitaire bomen of boomgroepen als basiselementen, een uitstraling krijgen op wijk- en zelfs stadsniveau. Buiten de campus zal de parkzone visueel, ecologische en recreatief doorlopen vanaf de terreinen van de UZ Gent tot aan het kanaal. De omgeving van het gebouw zal ook zoveel mogelijk worden ontdaan van verhardingsmaterialen. Het uitgestrekte parklandschap kan daardoor tot aan de gebouwen doorlopen. Dit biedt ruimtelijkheid rond het complex en extra mogelijkheden voor de verwerking van water.” DAK ALS TRIBUNE VOOR SOCIAL LEARNING De meest in het oog springende ingreep is de zeer opvallende verbinding tussen de twee auditoria. Van de begane grond naar en over de daken wordt een loopbrug gebouwd waarmee studenten van het ene naar het andere leslokaal kunnen wandelen. De daken van de nieuwe auditoria worden zo een aantrekkelijke, nieuwe ruimte waar er voor, na en tussen de lessen door gereflecteerd, gediscussieerd en ontspannen kan worden. “De daken van de zalen zijn toegankelijk als buitentribune. Hier vinden we dakterrassen waar studenten en docenten tussen de lessen door genieten van de buitenlucht en de zon en elkaar treffen. Deze sociale plekken zijn cruciaal om het gebouw te transformeren van een anonieme leermachine naar een persoonlijke ontmoetingsplek. Social learning is hier het kernbegrip.” “Via deze daken ontstaat een nieuwe wandelroute dwars door en over het gebouw die het interieur en de patio’s met het omliggende park verbindt. De daken worden voorzien van traptreden die zich lenen voor tal van sportieve oefeningen op het gebied van hardlopen en fitness. Het gebouw stimuleert zo een gezonde leefstijl.”
EDS 03:NL
28-09-2011
14:27
Pagina 21
MATERIAALKEUZE Hiernaast stelden de architecten in hun ontwerp nog een hele batterij ingrepen en maatregelen voor. “Om de energieprestatie van het gebouw te optimaliseren willen we zoveel mogelijk gebruik maken van houten constructiematerialen en producten in combinatie met dikke isolatiepakketten”, pikt Marc Koehler opnieuw in. “De NIBE-classificatietabel zal als handleiding gebruikt worden om de duurzaamheidsscore van elk materiaal dat toegepast wordt in het Vesalius gebouw in te schatten. We zullen hierbij streven naar een zo hoog mogelijk resultaat. De keuze voor hout was voor ons erg belangrijk. In de draagconstructie worden massief verlijmde houten plaatelementen gebruikt en in de gevel en dakafwerking van de zalen wordt gekozen voor houten planken. De ecologische voordelen van hout zijn dat het CO2 in zich opgeslagen draagt, dat het een vernieuwbare bron van materiaal is, dat het energievriendelijk is in productie en transport en dat het recycleerbaar is. De ademende, akoestisch- en vochtregulerende eigenschap van hout in de wandelementen heeft een positief effect op het binnenklimaat. Bovendien is het oppervlak van de panelen zodanig dat er geen extra afwerkinglaag nodig is en dat alle leidingen erin weggewerkt zijn. Dat bespaart materiaal.” DAGLICHTTOETREDING “Om de energievraag te verminderen willen we het gebruik van kunstlicht reduceren door het integreren en opvangen van natuurlijk daglicht. Indien kunstlicht toch
gebruikt wordt, pleiten we voor led-verlichting. Hiernaast willen we de een aantal oude, niet efficiënte gevels renoveren en ook het enkel glas vervangen door dubbel glas. Bovendien kunnen we bij toepassing van mechanische ventilatie een verbetering van de binnenluchtkwaliteit combineren met warmterecuperatie en zo de energiekosten verlagen. Eén van de belangrijkste duurzaamheidsprincipes is het hergebruiken van de bestaande ruimte. Door het auditorium in te schuiven in het Vesalius-gebouw voorkomen we dat de campus onnodig wordt uitgebreid. We willen meteen het omgekeerde effect teweegbrengen: door te zorgen voor een duidelijke connectie met groene gebieden. Door de heractivering van de patio’s en het creëren van een eco-vriendelijk landschap die de biodiversiteit respecteert en opwaardeert. Zo zal in de toekomst een onafgebroken, ecologisch recreatiepark kunnen ontstaan.” “Het thermisch comfort willen we verbeteren door de comforteisen te reduceren voor de bestaande entreezone, de hoofdhal. Deze is gericht op verkeer en kort verblijf voor korte ontmoetingen, en actieve workshops,… En hoeft dus niet te worden verwarmd. Het thermisch comfort in het gebouw moet verhoogd worden door het energieverlies te beperken. Dit door een betere isolatie langs de nieuwe en vernieuwde gevels en door middel van warmterecuperatie van ventilatielucht en eventueel zelfs vloerverwarming in de te renoveren delen. Hierdoor willen we meteen de energievraag en -kosten reduceren.”
21
EDS 03:NL
22
28-09-2011
14:28
Pagina 22
EDS 03:NL
28-09-2011
14:28
Pagina 23
23
EDS 03:NL
28-09-2011
14:28
Pagina 24
“Om het licht en visueel comfort te optimaliseren willen we maximaal gebruik maken van daglichttoetreding. Verder moet er een visuele connectie zijn met de groene omgeving, zowel in de te renoveren zones als de nieuwe auditoria. Dit door toepassing van: perforaties in de vloer voor daglichttoetreding tussen begane grond en gelijkvloers, door de afbraak van bestaande, gesloten gevels die vervangen worden door glaspartijen en door een glazen gang met visuele connectie tussen interieur en de patio’s.” “De toegankelijkheid wordt verhoogd door een nieuwe, aantrekkelijke entree van het schoolgebouw en een duidelijke splitsing van het onderwijsgebouw en de studentenwoningen. Door samenvoeging van ruimtes moet er een logischere ruimtelijke indeling ontstaan. Bovendien zal elke ruimte toegankelijk worden voor rolstoelgebruikers.” “Door de integratie van een hoofdhal wordt een functionele circulatie-as gecreëerd waarrond de drie auditoria, de lounge en de nieuwe inkom gesitueerd zijn. Cafetaria en de huidige inkom worden geïnterpreteerd als één loungeruimte. Zo wordt de functionaliteit vergroot in termen van circulatie, eetcomfort en rustgelegenheid. Dit komt ook de sociale veiligheid ten goede. Dankzij de nieuwe indeling is een goede splitsing mogelijk van het onderwijsgebouw en de studentenwoningen.” TOEKOMSTGERICHTE VOORZIENINGEN “Duurzaamheid is ook het inspelen op mogelijkheden in de toekomst. Door het niet bezetten van de campusgrond aan de zuidgevel houden we de optie open voor uitbreiding van de campus in de toekomst. Ook de toegang tot het dak geeft mogelijkheid tot activering van het dak in de toekomstontwikkeling van de Vesalius campus. Evenals de onafhankelijkheid van de studentenwoningen.” “En we gaan nog verder. Door het strippen van wanden binnenin het gebouw, maken we het gereed voor huidige en later gebruik. Er worden geen storende elementen toegevoegd. Integendeel, er wordt een meer open, flexibele, robuuste ruimte-indeling bereikt met een hogere belevingswaarde en sociale veiligheid. Ontwerpingrepen op niveau van interieur en afwerking in de te renoveren zones
en op de daken van de auditoria geven een nieuwe identiteit aan het onpersoonlijk gebouw. Gebruikers identificeren zich met het gebouw, kunnen het zich eigen maken, koloniseren. Het gebouw zal zo ook meer respect genieten van zijn gebruikers. Zulke gebouwen gaan langer mee.” “Het renovatieplan herbestemt het gebouw zo van een transitzone naar een bestemmingszone. Het renovatieeffect genereert een robuust, open ontwerp dat de studenten toelaat hun school als hun thuis te ervaren en zo de cultuur van studeren positief ervaren wordt.” “Uiteraard zijn we er ons van bewust dat het budget van de bouwheer niet toelaat om alle voorgestelde ingrepen uit te voeren. Maar door grondig overleg tussen alle partijen moeten we erin slagen om tot een mooi evenwicht te komen.” COMMUNITY DESIGN De architecten doen in hun ontwerp ook voorstellen over het interieur en het gebruiksniveau van het gebouw. Zo komt er misschien een leestafel met tijdschriften over gezond leven, een groene levende wand die een rustgevend effect heeft en een waterfontein. Ze doen zelfs voorstellen voor een gezonder menukaart in de kantine. Deze benadering noemen ze ‘community design’. Er wordt op alle schalen ontworpen, van masterplan tot menukaart. Hierdoor wordt een allesomvattende, tot in de kleinste details ontwikkelde ervaring gecreëerd die gebruikers moet verleiden om een positieve, sociale en gezonde levensmentaliteit aan te nemen. “De leeromgeving van de toekomst is een inspiratievolle sociale plek waar je je thuis voelt en na afloop van de lessen verblijft. Hier ontstaan spontane ontmoetingen tussen studenten, sociale netwerken die leiden naar spontane leermomenten. Het is een soort van spelenderwijs leren. Wetenschappelijk is het immers bewezen dat studenten het meeste van elkaar leren. De stof die de docent aanbrengt, komt pas op de tweede plaats. Dit proces moet het gebouw faciliteren door middel van een aantrekkelijke architectuur. Als studenten direct naar huis gaan, hebben wij als architecten gefaald”, beëindigt Koehler zijn verhaal. © Marc Koehler Architects & Delva Landscape Architects
24 D