Examengids M/H/V schooljaar 2015-2016
Ludger College Doetinchem
Inhoudsopgave 1. Inleiding.................................................................................................................... 3 2. Examenreglement.................................................................................................... 4 2.1 Algemene bepalingen ........................................................................................ 4 1.2. Regeling van het schoolexamen ........................................................................ 6 1.3. Regeling van het Centraal Examen ................................................................... 9 1.4. Uitslag, herkansing centraal examen en diplomering ......................................... 9 1.5. Bijzondere bepalingen ....................................................................................... 11 1.6. Regelingen m.b.t. gezakte, doublerende en doorstromende leerlingen.............. 12 1.7. Slotbepaling ....................................................................................................... 13 3 Programma van toetsing en afsluiting ................................................................... 13
2 Examengids Ludger College, september 2015
1
Inleiding
Deze examengids bevat de regels die op het Ludger College te Doetinchem gelden voor het eindexamen van de mavo, de havo en het vwo. Juridische basis De juridische basis van het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting bestaat in hoofdzaak uit de volgende wet en de volgende algemene maatregelen van bestuur. 1. Wet op het voortgezet onderwijs (W.V.O.) 2. Inrichtingsbesluit W.V.O. 3. Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. Wijzigingen en aanvullingen Bij de samenstelling van de examengids heeft het bevoegd gezag gestreefd naar juistheid en volledigheid. Mochten toch wijzigingen of aanvullingen noodzakelijk blijken, dan zal het bevoegd gezag de kandidaten en hun ouders, voogden of verzorgers daarvan tijdig op de hoogte stellen.
3 Examengids Ludger College, september 2015
2
Examenreglement
2.1
Algemene bepalingen
2.1.1
Gebruikte begrippen
In deze examengids wordt verstaan onder: a) inspectie: de inspectie die is bedoeld in artikel 113 of 114 van de wet; b) bevoegd gezag: het bestuur van de Stichting Achterhoek VO; c) Eindexamenbesluit: het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.; d) gecommitteerde: een gecommitteerde als bedoeld in artikel 36 van het Eindexamenbesluit; e) examinator: de docent die in het desbetreffende schooljaar het onderwijs in het desbetreffende vak aan de kandidaat geeft; f) herkansing: het opnieuw deelnemen aan een toets, een vak of een centraal examen, waarbij het hoogste cijfer telt. g) herexamen: het opnieuw deelnemen aan een schoolexamen over de gehele of gedeeltelijke examenstof van een vak; h) examenprogramma: het door de minister vastgestelde examenprogramma dat is bedoeld in artikel 7 van het Eindexamenbesluit;
2.1.2
Examencommissie
1. De examencommissie van de afdeling houdt toezicht op de uitvoering van het schoolexamen, het centraal examen en het eindexamen volgens de geldende wet- en regelgeving, de door de minister vastgestelde examenprogramma's en deze examengids. 2. De examencommissie bestaat uit de voorzitter, de secretaris van het eindexamen en de afdelingsleider. De rector is de voorzitter van de examencommissie. Hij wijst een van de personeelsleden van de school aan als secretaris van het eindexamen. 3. De rector mandateert de secretaris voor het uitvoeren van het reglement 4. De kandidaat kan schriftelijk vragen over het schoolexamen en het centraal examen richten aan de examensecretaris.
2.1.3
Het examen
1. De rector en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het eindexamen af. 2. Het eindexamen van elk vak bestaat uit een schoolexamen en, voor zover dit is bepaald in het examenprogramma van het vak, een centraal examen. De score voor het centraal examen zoals door de eerste en tweede corrector is vastgesteld is definitief. 3. De mavo-kandidaat moet in minimaal 7 e vakken examen afleggen. Hij heeft het recht om een extra vak te laten vallen, zolang de overgebleven vakken tezamen een door de wet toegelaten vakkenpakket vormen, en wel tot aan het moment waarop de uitslag van het examen wordt bepaald. 4. Het schoolexamen omvat daarnaast voor mavo een sectorwerkstuk. Dit is een werkstuk, inclusief een presentatie, waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden die van betekenis zijn in de sector, aan de orde komen. Het sectorwerkstuk heeft betrekking op een thema uit de sector waarin de leerling onderwijs volgt. 5. Het schoolexamen voor mavo vindt plaats vanaf het begin van het derde leerjaar tot aan het eerste tijdvak van het centraal examen. Het centraal examen wordt afgenomen in het laatste leerjaar en kent drie tijdvakken.
4 Examengids Ludger College, september 2015
6. Het schoolexamen omvat daarnaast voor havo en vwo een profielwerkstuk. Dit is een werkstuk, inclusief een presentatie, waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden die van betekenis zijn in het profiel, aan de orde komen. Het profielwerkstuk heeft betrekking op één of meer vakken. Tenminste één van deze vakken heeft een omvang van 320 (havo) of 400 (vwo) studielasturen. 7. Het schoolexamen voor havo en vwo vindt plaats vanaf het begin van het vierde leerjaar tot aan het eerste tijdvak van het centraal examen. Het centraal examen wordt afgenomen in het laatste leerjaar en kent drie tijdvakken. 8. De rekentoets moet met de beoordeling “voldoende” worden afgesloten. 9. Na vaststelling van de examenuitslag heeft de leerling recht op inzage in het door hem gemaakte examen.
2.1.4
Examenreglement en programma van toetsing en afsluiting
1. Het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting worden voor 1 oktober op de Ludgersite gepubliceerd. 2. Indien een sectie wijzigingen in het programma van toetsing en afsluiting wil doorvoeren, doet de sectievoorzitter hierover een voorstel aan de secretaris van het eindexamen. Indien de examencommissie instemt met de wijziging, wordt deze wijziging schriftelijk, ten minste tien schooldagen voor deze in werking treedt, aan de leerlingen bekendgemaakt
2.1.5 1. 2.
3.
Onregelmatigheden
Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen schuldig maakt of heeft gemaakt, zl de rector maatregelen nemen. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen, b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan een of meer toetsen van het schoolexamen of het centraal examen, c. het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen, d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op een of meer onderdelen van het centraal examen, legt de kandidaat dat examen af in het volgende tijdvak van het centraal examen. Alvorens daarover een beslissing wordt genomen, hoort de rector of een door hem daartoe aangewezen vervanger de kandidaat. De rector deelt zijn beslissing schriftelijk mee aan de kandidaat. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat, indien deze minderjarig is.
5 Examengids Ludger College, september 2015
4.
De kandidaat kan tegen een beslissing van de rector in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag ingestelde commissie van beroep. De commissie bestaat uit: de heer H.F.P. Grondman, voorzitter, de heer drs. G.H. Dales en de heer W. Mak. Het adres van de commissie van beroep is: Postbus 159, 7000 AD Doetinchem. Het beroep dient binnen vijf schooldagen nadat de beslissing aan de kandidaat is bekendgemaakt, schriftelijk te worden ingesteld bij de commissie van beroep. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen veertien dagen na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste veertien dagen. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is, aan de rector en aan de inspectie.
2.2 Regeling van het schoolexamen 2.2.1
Afname en deelname
1. De datum, tijd en plaats van de schoolexamenonderdelen die worden afgenomen in de toetsweken worden uiterlijk veertien dagen voor aan van de toetsweek door de examinator of de school aan de kandidaten bekendgemaakt. 2. Een kandidaat die door ziekte of andere vormen van overmacht niet in staat is om aan een onderdeel van het schoolexamen deel te nemen, moet dit zo spoedig mogelijk doch uiterlijk voor 10.00 uur ’s ochtends (laten) melden, volgens de schoolregel met betrekking tot ziekmelding. De kandidaat moet een afdoende verklaring van zijn verzuim kunnen geven. 3. Indien een kandidaat zonder geldige afwezigheidmelding afwezig is bij een toets, kan de rector maatregelen nemen. 4. Deelname aan een zitting betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. In voorkomende gevallen doen kandidaten er goed aan om zeer bijzondere omstandigheden (bij voorbeeld ernstige ziekte of overlijden in de familie) en ook eigen ziekteverschijnselen te melden bij de afdelingsleider. In overleg moet van tevoren door de afdelingsleider duidelijk worden vastgesteld of een kandidaat in zo'n geval in staat is aan de zitting deel te nemen. 5. Mondelinge schoolexamen worden hetzij digitaal geregistreerd, hetzij afgenomen in aanwezigheid van een andere (oud)docent van de school, uit dezelfde of een aanverwante sectie.
2.2.2
Beoordeling van de onderdelen van het schoolexamen
1. Van alle schriftelijke toetsen die behoren tot het schoolexamen en beoordeeld worden met een cijfer, wordt de weging bij de opgaven op de toets vermeld. 2. De beoordeling van een toets geschiedt met een cijfer, zijnde een getal met één decimaal tussen 1,0 tot en met 10,0 of met een lettercode (O, V, G). 3. De examinator maakt de beoordeling van elk onderdeel van het schoolexamen aan de kandidaat bekend uiterlijk op de twaalfde schooldag nadat het onderdeel door de kandidaat is afgerond. Voor Praktische opdrachten geldt deze duur van twaalf dagen niet. 4. De examinator geeft de kandidaat een toelichting op de beoordeling en bespreekt het werk. Daarbij geeft hij de opgaven of opdracht aan de kandidaat ter inzage en overhandigt hij het gemaakte werk aan de kandidaat. 5. Het cijfer van een mondelinge toets wordt vastgesteld door de examinator.
6 Examengids Ludger College, september 2015
6. Indien de eindbeoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming, bewegingsonderwijs, kunstvakken 1 of het sectorwerkstuk niet “voldoende” of “goed” is, moet de leerling aanvullend of vervangend werk doen totdat hij daaraan alsnog voldaan heeft, maar uiterlijk op de laatste officiële lesdag van de examenkandidaat
2.2.3 Uiterste inleverdata 1. In het PTA zijn bij veel vakken uiterste inleverdata vastgelegd. 2. Indien de kandidaat bij bijzondere omstandigheden niet in staat denkt te zijn de uiterste inleverdatum te respecteren neemt hij ruim voor het verstrijken van de inleverdatum contact met de examinator en de afdelingsleider. 3. Procedure bij overschrijding van een uiterste inleverdatum. a. De examinator meldt die feit schriftelijk bij de afdelingsleider. b. In overleg, waarbij de examinator leidend is, wordt een nieuwe inleverdatum vastgesteld. Deze herkansingsdatum wordt schriftelijk aan de leerling meegedeeld. c. Hiermee is de herkansing ingezet van de periode waarin de uiterste inleverdatum valt. d. Wordt de tweede inleverdatum ook overschreden dan volgt interne schorsing totdat de betreffende opdracht is afgerond.
2.2.4
Bewaring
1. Het examendossier van elk vak bestaat uit een lijst van alle beoordelingen (cijfers en woordbeoordelingen) die meetellen voor het schoolexamen. De examendossiers van alle vakken samen vormen de schoolexamenlijst. Deze lijst wordt beheerd door de school. 2. De kandidaat ontvangt deze lijst drie maal in de niet-examenklas en twee maal in de examenklas. De kandidaat wordt geadviseerd om de gemaakte werken gedurende de loop van het SE te bewaren. 3. De kandidaat mag geen enkele wijziging of aanvulling aanbrengen in het werk dat hem is overhandigd.
2.2.5
Bezwaar tegen de beoordeling van een schoolexamenonderdeel
Een kandidaat kan bezwaar aantekenen tegen de beoordeling van een schoolexamenonderdeel, mits hij de volgende regels in acht neemt. 1. De kandidaat geeft het gemaakte werk, indien van toepassing, bij het einde van de toelichting op de beoordeling onmiddellijk terug aan de examinator, zonder in het werk enige wijziging of aanvulling te hebben aangebracht. 2. De kandidaat bespreekt zijn bezwaar met de examinator. Als het bezwaar blijft bestaan, geeft de examinator aan de kandidaat een fotokopie van de desbetreffende delen van het werk, indien de kandidaat daarom vraagt. De kandidaat tekent uiterlijke vijf schooldagen na de toelichting op de beoordeling zijn bezwaar schriftelijk en onder opgave van argumenten aan bij de examencommissie: 3. De examencommissie beslist over het aangetekende bezwaar, nadat zij de examinator en eventueel een andere docent van de school heeft gehoord. De examencommissie maakt haar beslissing schriftelijk aan de kandidaat bekend binnen vijftien schooldagen na de aantekening van het bezwaar. 4. De examinator bewaart het gemaakte werk totdat de behandeling van het bezwaar is afgesloten.
7 Examengids Ludger College, september 2015
2.2.6 1.
2. 3. 4. 5. 6. 7.
Herkansing in het schoolexamen
Na elke lesperiode mag de kandidaat van alle examen- en niet-examentoetsen van die periode één toets opnieuw maken. Dit geldt voor toetsen die in het PTA zijn aangemerkt als herkansbaar. Herkansbaar zijn de toetsen/SE’s/PO’s met een gewicht van 13% of hoger. De dagen waarop de herkansingen plaatsvinden zijn vastgelegd in de jaaragenda. Als een kandidaat herkanst, geldt het hoogste cijfer. Als de kandidaat wegens ziekte of verhindering een herkansbare toets of een toets uit de toetsweek moet inhalen zet hij hiervoor zijn herkansing in. In bijzondere gevallen waarin toepassing van bovenstaande bepaling leidt tot uitzonderlijk klemmende situaties kan door de afdelingsleider een individuele regeling worden opgesteld. Deze regeling kan daarna door de voorzitter van de examencommissie worden bekrachtigd. Een kandidaat die, na te zijn gezakt, voor de tweede maal het examenjaar volgt krijgt een extra mogelijkheid tot herkansen van examentoetsen uit het voorexamenjaar. Deze mogelijkheid geldt voor maximaal twee vakken, en per vak voor maximaal twee examenonderdelen, mits praktisch realiseerbaar. Deze herkansingsmogelijkheid wordt geboden uiterlijk tot aan het eind van de tweede periode van het examenjaar.
2.2.7
Resultaten van het schoolexamen
1. Het cijfer van het schoolexamen is voor elk vak een getal uit de rij van 1 tot en met 10, a. afgerond met één decimaal, indien de kandidaat in het vak ook een centraal examen aflegt; b. afgerond tot een geheel getal, indien de kandidaat in het vak geen centraal examen aflegt. 2. Indien het gemiddelde cijfer van een vak dat uitsluitend met een schoolexamen wordt afgesloten, geen geheel getal is, wordt dit naar beneden afgerond indien de cijfers achter de komma minder zijn dan 45, en naar boven afgerond indien deze 45 of meer zijn. 3. In afwijking van het eerste punt worden het vak culturele en kunstzinnige vorming, het vak kunstvakken 1 en het vak bewegingsonderwijs van het gemeenschappelijk deel beoordeeld met “voldoende” of “goed”. 4. Voor alle vakken die ook in klas 3 mavo zijn gegeven geldt, dat het onafgeronde overgangscijfer van klas 3 mavo het eerste onderdeel vormt van het vak-PTA. Dit onderdeel telt mee voor 10% van het totaal. 5. Bovenstaande geldt niet voor afstromers vanuit 3havo. Zij hebben voor dit onderdeel een vrijstelling. Een uitzondering hierop vormt het vak economie. Bij dit vak wordt het eerste onderdeel vervangen door een instaptoets. 6. Indien een kandidaat uiterlijk op de laatste officiële lesdag van de examenkandidaat voor het vak culturele en kunstzinnige vorming, bewegingsonderwijs, kunstvakken 1 of het sectorwerkstuk niet de beoordeling “voldoende” of “goed” heeft gekregen, kan in de regel geen diploma worden uitgereikt. De kandidaat heeft wel het recht om deel te nemen aan het centraal examen. 7. Voor het begin van het centraal examen maakt de rector schriftelijk aan de kandidaat bekend: a. de cijfers die hij heeft behaald voor het schoolexamen; b. de beoordeling van de vakken waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld;
8 Examengids Ludger College, september 2015
2.2.8 1. 2. 3. 4.
5.
6.
Herexamen in het schoolexamen
Een herexamen is alleen mogelijk bij de vakken die worden afgesloten met een schoolexamen en niet tot het combinatiecijfer behoren, t.w. informatica, BSM, Spaans (elementair) en maatschappijleer. Een herexamen is alleen mogelijk indien het schoolexamencijfer lager is dan 6. De kandidaat mag één herexamen afleggen. Indien de kandidaat daarna wordt afgewezen voor het eindexamen, mag hij opnieuw één herexamen afleggen, voordat hij in het volgende schooljaar opnieuw deelneemt aan het centraal examen. De herexamentoets kan uit meer dan één onderdeel bestaan, bij voorbeeld een schriftelijk en een mondeling deel, en kan opgaven bevatten over de gehele examenstof of een deel daarvan. Het definitieve cijfer van het schoolexamen komt als volgt tot stand. a. Berekend wordt het herexamencijfer als volgt: het gewogen gemiddelde van het cijfer van de herexamentoets en de cijfers van de onderdelen die in het herexamen niet opnieuw getoetst zijn, volgens de weging in het PTA en afgerond tot een geheel getal. b. Het definitieve cijfer van het schoolexamen is het hoogste van de twee: het cijfer van het reguliere schoolexamen en het herexamencijfer.
2.3
Regeling van het Centraal Examen
2.3.1
Verhindering en afmelding
1.
2.
3.
Een kandidaat die door ziekte of andere vormen van overmacht niet in staat is om aan een toets van het centraal examen deel te nemen, moet dit zo spoedig mogelijk doch uiterlijk een half uur voor het begin van de toets melden aan de secretaris van het eindexamen. De kandidaat moet een afdoende verklaring van zijn verzuim kunnen geven. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de rector, is verhinderd bij één of meer examens in het eerste tijdvak aanwezig te zijn, wordt hem in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven de betreffende examens te voltooien, voor zover dat praktisch mogelijk is. Indien een kandidaat in het tweede tijdvak evenzeer verhinderd is, of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van de staatsexamencommissie zijn eindexamen te voltooien.
1.1.2.
Praktische richtlijnen voor het centraal examen
Uiterlijk op de laatste officiële lesdag van de examenklassen stelt de secretaris van de examencommissie de kandidaten op de hoogte via de Ludgersite, van de praktische gang van zaken, toegestane hulpmiddelen etc. die bij het centraal examen aan de orde zijn.
2.4
Uitslag, herkansing centraal examen en diplomering
2.4.1
Eindcijfer eindexamen
1.
Het eindcijfer voor elk vak van het eindexamen is een geheel getal uit de rij 1 tot en met 10.
9 Examengids Ludger College, september 2015
2.
3. 4. 5.
De rector bepaalt het eindcijfer voor een vak op het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen. Is dit gemiddelde niet een geheel getal, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond. Indien een vak geen Centraal Examen kent, is het cijfer voor het schoolexamen tevens het eindcijfer. De beoordeling voor een aantal kleinere vakken wordt voor havo en vwo t.b.v. de uitslagbepaling samengevoegd tot een z.g. combinatiecijfer. Ieder deelvak moet 4 of hoger zijn. Het combinatiecijfer is op havo het gemiddelde van de eindcijfers van de vakken maatschappijleer, levensbeschouwing en het profielwerkstuk. Op vwo is het combinatiecijfer het gemiddelde van de eindcijfers van de vakken maatschappijleer, levensbeschouwing, anw en het profielwerkstuk en eventueel kcv. Bij de totstandkoming van dit gemiddelde gelden de bepalingen 1 en 2.
2.4.2
Vaststelling uitslag
1.
De rector en de secretaris van het eindexamen stellen de uitslag vast volgens onderstaande regels.
2.
De kandidaat die eindexamen havo of vwo heeft afgelegd, is geslaagd indien: het gemiddeld centraal examencijfer onafgerond een 5,5 of hoger is én voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal één vijf behaald worden
a. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of: b. er één maal een 5 en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn, of: c.
er één maal een 4, alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn en gemiddeld tenminste 6,0 of:
d. er twee maal een 5 of één 5 en één 4, alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn en gemiddeld tenminste 6.0. 3.
In aanvulling op het tweede lid geldt tevens als voorwaarde dat elk van de volgende onderdelen moet zijn beoordeeld als “voldoende” of “goed”: - culturele en kunstzinnige vorming - bewegingsonderwijs - de rekentoets
4.
De kandidaat die eindexamen mavo heeft afgelegd, is geslaagd indien: het gemiddeld centraal examencijfer onafgerond een 5,5 of hoger is én voor het vak Nederlands het cijfer 5 of hoger heeft én a. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of: b. hij voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of: c. hij voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor d.
zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan ten minste één 7, of: hij voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan tenminste één 7 of hoger.
10 Examengids Ludger College, september 2015
5.
In aanvulling op het vierde lid geldt tevens als voorwaarde dat elk van de volgende onderdelen moet zijn beoordeeld als “voldoende” of “goed”: - bewegingsonderwijs - kunstvakken 1 - sectorwerkstuk - de rekentoets
2.4.3 1.
2. 3.
De kandidaat heeft voor één vak waarin hij reeds examen heeft afgelegd, nadat de cijfers zijn bekendgemaakt, het recht om opnieuw deel te nemen aan het centraal examen in het eerstvolgende tijdvak. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen. Na afloop van de herkansing wordt de uitslag definitief vastgesteld en aan de kandidaat bekendgemaakt.
2.4.4 1. 2.
3.
Herkansing centraal examen
Diploma en cijferlijst
De rector reikt aan elke kandidaat, die met gunstig gevolg het eindexamen heeft voltooid, een diploma uit. Daarnaast ontvangt de kandidaat een lijst waarop zijn vermeld: a. de cijfers voor het schoolexamen; b. de cijfers voor het centraal examen; c. de beoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming, bewegingsonderwijs, kunstvakken 1 en het sectorwerkstuk; d. de eindcijfers voor de examenvakken; e. de uitslag van het eindexamen. Dit geldt ook voor de kandidaten die zijn afgewezen voor het eindexamen. Verder ontvangt de kandidaat een schooleigen document waarop de extra activiteiten met eventuele beoordeling zijn vermeld.
2.5
Bijzondere bepalingen
2.5.1
Afwijking wijze van examineren
1.
2.
3.
De rector kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het schoolexamen en/of het centraal examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de rector de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Deze bepaling is onder meer van toepassing op dyslectische kandidaten. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt daarbij dat: a. er een daartoe strekkende verklaring is die door een terzake deskundige psycholoog of orthopedagoog ten aanzien van de kandidaat is opgesteld; b. de aanpassing wat betreft het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende zitting met ten hoogste 30 minuten; c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring een voorstel wordt gedaan of als de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen in die deskundigenverklaring. Bij een kandidaat die, inclusief het examenjaar, hoogstens zes jaar onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie Nederlands niet de moedertaal is, kan de rector in verband met diens onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal afwijken van de voorschriften die voortvloeien uit het Eindexamenbesluit. Die afwijking kan betrekking hebben op: a. het vak Nederlandse taal en letterkunde; 11
Examengids Ludger College, september 2015
b. een ander vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is. Deze afwijking bestaat, wat betreft het centraal examen, slechts uit een verlenging van de desbetreffende zitting met hoogstens 30 minuten.
4.
2.5.2 1.
Spreiding voltooiing eindexamen
De rector kan op grond van langdurige ziekte of bijzondere omstandigheden toestaan dat een kandidaat het eindexamen gespreid over twee opeenvolgende schooljaren aflegt. Bij een gespreid examen wordt door de afdelingsleider in overleg met de kandidaat een regeling vastgesteld.
2.
2.5.3 1. 2.
Aantal kansen voor de rekentoets
De leerling heeft in het voorexamenjaar één kans om de rekentoets te maken. De leerling heeft in het examenjaar drie kansen om de rekentoets te maken.
2.6
Regelingen m.b.t. gezakte, doublerende en doorstromende leerlingen
2.6.1
Vrijstellingen
Deze regeling is bestemd voor leerlingen die doubleren, leerlingen die instromen en voor gezakten die het examenjaar overdoen en betreft vakken die op school worden afgesloten. 1. Om in aanmerking te komen voor een vrijstelling, zoals hieronder beschreven, dient de leerling uiterlijk 1 oktober een verzoek in bij zijn afdelingsleider. 2. De verleende vrijstellingen worden schriftelijk vastgelegd. 3. De lesruimte die ontstaat door de vrijstelling dient ingevuld te worden met onderwijsactiviteiten. 4. Wanneer neemt de leerling het vak herkanst, neemt hij deel aan alle onderdelen en toetsen van dat vak. Vrijstellingsmogelijkheden voor doubleurs 4havo: • Voor CKV geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een voldoende. Dit geldt ook voor overstappers vanuit 4 vwo. • Voor Lb geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een 7 of hoger. Vrijstellingsmogelijkheden voor doubleurs 5vwo: • Voor CKV geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een voldoende. • Voor Lb, Ma en KCV(in schooljaar 2015-2016 voor het laatst) geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een 7 of hoger. Vrijstellingsmogelijkheden voor instromers 5vwo met een havo-diploma: • Wettelijke vrijstellingen voor CKV en Ma. • Het vak Lb wordt opnieuw gevolgd omdat het combinatiecijfer voor deze leerlingen dan slechts bestaat uit dit vak en het PWS. Vrijstellingsmogelijkheden voor gezakten die 4mavo overdoen: • Er zijn geen vrijstellingen.
12 Examengids Ludger College, september 2015
Vrijstellingsmogelijkheden voor gezakten die 5havo overdoen: • Indien het combinatiecijfer een 7 of hoger was, kan voor de verschillende onderdelen vrijstelling verkregen worden mits het onderdeel met een 6 of hoger is afgesloten. • Indien het combinatiecijfer lager was dan een 7, kan per onderdeel een vrijstelling verkregen worden mits het onderdeel met een 7 of hoger is afgesloten. • Voor BSM en Informatica geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een 7 of hoger. • Vrijstellingen kunnen ook worden verkregen voor praktische opdrachten en andere opdrachten die meerdere lessen in beslag nemen. Vrijstellingsmogelijkheden voor gezakten die 6vwo overdoen: • Indien het combinatiecijfer een 7 of hoger was, kan voor de verschillende onderdelen vrijstelling verkregen worden mits het onderdeel met een 6 of hoger is afgesloten. • Indien het combinatiecijfer lager was dan een 7, kan per onderdeel een vrijstelling verkregen worden mits het onderdeel met een 7 of hoger is afgesloten. • Voor Informatica en Spaans elementair geldt de mogelijkheid van een vrijstelling indien het vak is afgesloten met een 7 of hoger. • Vrijstellingen kunnen ook worden verkregen voor praktische opdrachten en andere opdrachten die meerdere lessen in beslag nemen.
2.6.2
Doorstroomregeling
Als een kandidaat overstapt van het vwo naar de havo, doet de docent van de havo een voorstel aan de ontvangende afdelingsleider hoe om te gaan met de in het vwo voor zijn vak gegeven beoordelingen van schoolexamenonderdelen. De afdelingsleider neemt daarover een beslissing.
2.7 Slotbepaling In gevallen waarin deze examengids niet voorziet, beslist de rector.
3
Programma van toetsing en afsluiting
Alle vak-PTA’s zijn in te zien op it’s learning bij mededelingen.
We onderscheiden verschillende soorten SE-onderdelen: ST Schriftelijke toets MT Mondelinge toets PO Praktische opdracht PT Praktijktoets Een praktijktoets is een vaardigheidstoets, die in de les wordt uitgevoerd, en wordt beoordeeld. (bijv. een scheikundeprakticum). Een praktische opdracht is een opdracht die gedurende langere tijd, begeleid door de docent, gedeeltelijk of voornamelijk buiten lestijd, wordt uitgevoerd en die resulteert in een schriftelijke of stoffelijk product, dat door de kandidaat wordt ingeleverd en door de docent wordt beoordeeld (bijv. een werkstuk). Bij twijfel welk soort onderdeel het betreft, beslist de docent, zo nodig na overleg met de conrector onderwijs.
13 Examengids Ludger College, september 2015