Visitatie document Opleiding tot Intensivist
UMC St Radboud, Nijmegen 24 januari 2013
PROGRAMMA VISITATIE INTENSIVE CARE UMC St RADBOUD
Datum: Locatie:
donderdag 24 januari 2013 stafvergaderruimte IC, route 710
09.00 – 09.30
Ontvangst Prof. dr. J.G. van der Hoeven, opleider Drs. J.M.M. Verwiel, waarnemend opleider Drs. S.J. van Leeuwen, waarnemend afdelingshoofd Mw. drs. A.M.M. Broods, bedrijfsleider IC
09.30 – 10.00
Afstemming visitatiecommissie
10.00 – 10.45
Overleg met medische staf IC
10.45 – 12.00
Overleg met fellows IC
12.00 - 12.15
Overleg met hoofdverpleegkundigen J.C.M. Coolen, mw. M.J. Jorna, mw. S.J.M. Kaalberg, M.G.H.. Rekers, mw. S. de Vroom
12.15 – 12.45
Overleg met arts-assistenten
12.45 – 13.30
Lunch
13.30 – 14.00
Overleg met Raad van Bestuur UMC St Radboud Prof. dr. M. Samsom, voorzitter Raad van Bestuur, Mw. drs. C.C. van Beek, lid Raad van Bestuur patiëntenzorg
14.00 – 14.30
Bezoek aan units Intensive Care
14.30 – 15.00
Overleg met afdelingshoofden Prof. dr. M.J. de Boer, afdelingshoofd Cardiologie Mw. prof. dr. J. de Graaf, opleider Interne Geneeskunde Prof. dr. K. van Laarhoven, afdelingshoofd Heelkunde Prof. dr. G.J. Scheffer, afdelingshoofd Anesthesiologie Prof. dr. H. van Swieten, afdelingshoofd Thorax-hart chirurgie
15.00 – 15.30
Overleg met Stafconvent en Centrale Opleidingscommissie Prof. dr. P.N.R. Dekhuijzen, voorzitter Stafconvent Dr. J. Draaisma, vicevoorzitter Centrale Opleidingscommissie N. Maessen, secretaris Centrale Opleidingscommissie
15.30 – 15.45
Overleg visitatiecommissie
15.45 – 16.00
Eindoverleg
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie
Erkenningsaanvraag deel 1 Eisen te stellen aan de opleider, plaatsvervangend opleider en de opleidingsgroep (volgens minimum opleidingseisen intensive care 2006). TOELICHTING: • De erkenningsaanvraag deel 1 is bedoeld om na te gaan of de (beoogd) opleider, de (beoogd) plaatsvervangend opleider en de (beoogde) opleidingsgroep voldoen aan de eisen voor erkenning volgens minimum opleidingseisen intensive care 2006. • Pas als aan deze (basis)eisen wordt voldaan kan een visitatie plaats vinden. Bij de visitatie wordt nagegaan of in de praktijk aan de eisen wordt voldaan. • Of aan de verplichtingen wordt voldaan kan alleen tijdens de visitatie van een bestaan de opleiding worden nagegaan ( er moeten daadwerkelijk fellows worden opgeleid). • Het deel van de intensive care geneeskunde opleiding dat onder de opleiding van het moederspecialisme valt behoort tot de competentie van de MSRC voor zover het de erkenning van het moederspecialisme betreft. Voor dat deel van de specialistenopleiding conformeren de gezamenlijke wetenschappelijke verenigingen en de GIC zich aan de besluiten van dat orgaan betreffende de opleiding in het moederspecialisme. • De erkenning van de opleider geschiedt door de wetenschappelijke verenigingen gezamenlijk. Deze erkenning vindt plaats op basis van een door de GIC uitgebracht advies aan de wetenschappelijke verenigingen op basis van gegevens van de GIC ad hoc visitatiecommissie. • De (beoogd) opleider wordt verzocht deze aanvraag elektronisch in te vullen en per post naar het secretariaat van de GIC te sturen, tezamen met de door de Raad van Bestuur ingevulde erkenningsaanvraag deel 2. • Bij een bestaande opleiding wordt aanbevolen de ingevulde erkenningsaanvragen ook ter inzage aan de fellows aan te bieden. BEOORDELING ERKENNINGSAANVRAAG BIJ EERSTE AANVRAAG (NIEUWE OPLEIDING) • Door de GIC worden beide aanvragen beoordeeld op volledigheid en getoetst aan de erkenningseisen. • De GIC bericht de ad hoc visitatiecommissie en de opleider binnen vier weken na ontvangst van de erkenningsaanvraag of de geplande visitatie doorgang kan vinden. Deze bevestiging wordt vergezeld van een visitatiewerkdocument, dat een checklist en toelichting voor de visitatiecommissie bevat. Hierdoor is ook de opleider op de hoogte wat en met wie besproken gaat worden. • De visitatiecommissie bereidt de visitatie voor aan de hand van de erkenningsaanvragen deel 1 en 2. BEOORDELING ERKENNINGSAANVRAAG BIJ VERVOLG AANVRAAG • Beide aanvragen worden beoordeeld op volledigheid door de visitatiecommissie ad hoc en getoetst aan de erkenningseisen. • De visitatiecommissie bereidt de visitatie voor aan de hand van de erkenningsaanvragen deel 1 en 2. Bijlagen bij erkenningsaanvraag deel 1 A B C D E F G H J K L M N O P
curriculum opleider didactische en pedagogische kwaliteiten opleider organisatorische kwaliteiten opleider wetenschappelijke interesse opleider curriculum plaatsvervangend opleider didactische en pedagogische kwaliteiten plv. opleider organisatorische kwaliteiten plaatsvervangend opleider wetenschappelijke interesse plaatsvervangend opleider samenstelling opleidingsgroep publicaties opleidingsgroep namen en fte fellows opleidingsschema besprekingen tijdschriften bibliotheek gegevens afd. intensive care
erkenningsaanvraag deel 1
pagina 1 van 5
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie Het betreft een visitatie voor de erkenning van de opleiding in het aandachtsgebied intensive care geneeskunde in het: Hoofdlocatie: UMC St Radboud, Nijmegen Adres: Geert Grooteplein-Zuid 10, Postcode en woonplaats: 6525 GA Nijmegen E-mail adres contactpersoon:
[email protected] Het betreft een: VERVOLGAANVRAAG
INHOUD ERKENNING
Huidige erkenning
Volledige erkenning
ja
Gedeeltelijke erkenning
Aanvraag
5 jaar
5
jaar
nee
zo ja, welk deel: NVT Toelichting : 1. Volledige erkenning betekent dat deze geldt voor elk jaar van de opleiding. 2. Bij gedeeltelijke erkenning en stage erkenning is een samenwerkingsovereenkomst verplicht. LOCATIE huidige opleiding Erkenning op één locatie
ja
aanvraag ja
Toelichting: bij erkenning op meerdere locaties is een bestuurlijke eenheid verplicht Ondergetekenden verklaren hierbij de erkenningsaanvraag naar waarheid te hebben ingevuld: Opleider
Verantwoordelijk lid Raad van Bestuur
Naam: Prof. Dr. J.G. van der Hoeven
Naam: Prof. Dr. M. Samsom
Datum: 22 december 2012
Datum: 22 december 2012
Handtekening:
Handtekening:
Plaatsvervangend opleider Naam: Drs. J. Verwiel Datum: 22 december 2012 Handtekening:
erkenningsaanvraag deel 1
pagina 2 van 5
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie VRAGEN TE BEANTWOORDEN DOOR DE OPLEIDER EN PLAATSVERVANGEND OPLEIDER 1. Opleider Naam en voorletters: J.G. van der Hoeven Geboortedatum: 20 december 1958 E-mail adres:
[email protected] Telefoonnummer (doorkiesnummer of mobiel): 024-3614170 0f 06-46261100 • Geef in bijlage A kort uw curriculum vitae, met minimaal datum en plaats van studie geneeskunde, plaats van opleiding tot specialist, erkenning als intensivist, promotiedatum en titel proefschrift, eventuele onderwijsopdracht, docentschap nascholingscursussen, wetenschappelijke interessegebieden. • Bent u in de afgelopen 5 jaar actief als intensivist werkzaam geweest? • Bent u tenminste 80% van de volledige werkweek werkzaam in de opleidingsinrichting en kunt u uw taak als opleider daadwerkelijk en naar behoren vervullen? • Hoeveel fte bent u in de opleidingsinrichting werkzaam? • Wilt u in het kort op bijlage B aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over didactische en pedagogische kwaliteiten? • Wilt u in het kort op bijlage C aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over organisatorische kwaliteiten? • Wilt u in het kort op bijlage D aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over wetenschappelijke interesse (gaarne de laatste vijf publicaties) • Bent u bereid aios en co-assistenten op te leiden? • Bent u lid van een bij de GIC aangesloten wetenschappelijke vereniging?
bijlage A ja ja 1 fte bijlage B bijlage C zie bijlage A ja ja
2. Plaatsvervangend opleider Naam en voorletters: J.M.M. Verwiel Geboortedatum: 6 december 1960 E-mail adres:
[email protected] •
• • • • • •
•
Geef in bijlage E kort uw curriculum vitae, met datum en plaats van studie geneeskunde, plaats van opleiding tot specialist, erkenning als intensivist, promotiedatum en titel proefschrift, eventuele onderwijsopdracht, docentschap nascholingscursussen, wetenschappelijke interessegebieden Bent u in de afgelopen 5 jaar actief als intensivist werkzaam geweest? Bent u tenminste 80% van de volledige werkweek werkzaam in de opleidingsinrichting en kunt u uw taak als opleider daadwerkelijk en naar behoren vervullen? Hoeveel fte bent u in de opleidingsinrichting werkzaam? Wilt u in het kort op bijlage F aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over didactische en pedagogische kwaliteiten? Wilt u in het kort op bijlage G aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over organisatorische kwaliteiten? Wilt u in het kort op bijlage H aangeven op welke gronden u voldoet aan de eis voor erkenning te beschikken over wetenschappelijke interesse? (gaarne de laatste vijf publicaties) Bent u lid van een bij de GIC aangesloten wetenschappelijke vereniging?
erkenningsaanvraag deel 1
bijlage E ja ja 1 fte bijlage F bijlage G zie bijlage E ja
pagina 3 van 5
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie 3. Opleidingsgroep • Namen leden opleidingsgroep, hoeveel fte werkzaam, fte erkende intensivisten, bijlage J aandachtsgebied, wetenschappelijke interessegebieden bijlage K • Laatste 10 publicaties van de opleidingsgroep. Namen van de fellows markeren. • Heeft u een toelatingscontract of arbeidsovereenkomst met de opleidingsinrichting waarin de samenwerking ten behoeve van de opleiding is vastgelegd, alsmede de ja relatie tussen de opleiders, de fellows en andere bij de opleiding betrokken medische specialisten? Toelichting: geen • Wordt de aanvraag tot opleiding gedragen door alle leden van de opleidingsgroep en ja is een ieder op de hoogte van de opleidingseisen en de eindtermen van de opleiding? Toelichting: geen • Draagt de opleidingsinrichting zorg voor deelname van de leden van de opleidingsja groep aan een kwaliteitsvisitatie? Kwaliteitsvisitatie is uitgevoerd door: IWKV Datum laatste kwaliteitsvisitatie: 14 mei 2009 (bijgevoegd) - nieuwe gepland in 2013
4. Fellows • Worden er fellows opgeleid? • Namen fellows vermelden, in opleiding vanuit welk specialisme, hoeveel fte werkzaam.
ja bijlage L
5. Opleidingsinrichting Bij een gedeeltelijke opleiding: • Heeft de opleidingsinrichting een samenwerkingsovereenkomst met een academische opleidingsinrichting resp. met een erkende niet-academische opleidingsinrichting voor het medisch specialisme betreffende de opleiding? Toelichting: • Wordt het opleidingsschema in gezamenlijk overleg tussen de opleiders vastgesteld? Toelichting: • Geschiedt de aanstelling van de fellow in gezamenlijk overleg door de opleiders? Toelichting:
NVT NVT NVT
Bij een opleiding op meerdere locaties: • Is er sprake is van een bestuurlijke eenheid, waaronder alle locaties vallen? • Vormen de aan de opleiding deelnemende medisch specialisten één opleidingsgroep en zijn zij in één maatschap georganiseerd dan wel hebben zij een zelfde dienstverband met de rechtspersoon of rechtspersonen die de bestuurlijke eenheid vormen? Toelichting:
erkenningsaanvraag deel 1
NVT
NVT
pagina 4 van 5
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie 6. Opleidingsschema, besprekingen, onderwijs en refereerbijeenkomsten • • •
•
• •
Gaarne standaard opleidingsschema op bijlage M vermelden (voor bestaande opleiding) Is er een generaal dagelijks rapport? Toelichting: 12.00 - 13.30 MDO IC Zijn er probleemoplossende besprekingen? Toelichting: ingelast naar aanleiding van actuele casuïstiek Programma van besprekingen op bijlage N vermelden. Hoe is het lokaal cursorisch onderwijs geregeld? Gaarne programma van het gestructureerd onderwijs in het afgelopen jaar bij de visitatie beschikbaar houden. Hoe vaak per jaar worden eigen refereerbijeenkomsten gehouden? Toelichting: met uitzondering van de zomermaanden Hoe vaak per jaar worden andere refereerbijeenkomsten bezocht? Gaarne programma refereerbijeenkomsten in het afgelopen jaar bij de visitatie beschikbaar houden.
bijlage M ja ja bijlage N zie ook bijlage N 10 /jaar 6-10 /jaar afh. spec.
7. Bibliotheek •
•
•
• •
Beschikt de opleidingsinrichting over een bibliotheek waarin de belangrijkste recente boeken aanwezig zijn: - op gebied van het medisch specialisme? - de randgebieden - de basisvakken, daaronder begrepen informatie op het terrein van de medische ethiek en het gezondheidsrecht? Wilt u een lijst van deze handboeken tijdens de visitatie beschikbaar houden? Beschikt de bibliotheek over ten minste zes abonnementen op tijdschriften op medisch specialistisch gebied? Gaarne zo volledig mogelijke opgave op bijlage O vermelden Is de (medische) bibliotheek goed toegankelijk - tijdens reguliere werkuren? - buiten reguliere werkuren? Toelichting: digitale bibliotheek op ieder moment vanaf iedere terminal beschikbaar Heeft het ziekenhuis een elektronisch of vergelijkbaar informatiesysteem of vergelijkbare moderne middelen tot directe raadpleging van literatuur? Heeft de (medische) bibliotheek een geautomatiseerd zoeksysteem voor literatuurverwijzingen?
ja ja ja
ja bijlage O ja ja ja ja
8. Kliniek • Voldoet de organisatie van de opleidingsinrichting aan de definitie niveau 3, zoals omschreven in het CBO-rapport Advies Organisatie en Werkwijze op Intensive Careafdelingen in Nederland (CBO, Utrecht, 2006), met dien verstande dat de formatieve kaders beoordeeld worden in het licht van de te stellen eisen aan onderwijsmogelijkheden, wetenschappelijk onderzoek en de continuïteit van zorg. • Worden op de opleidingsafdelingen in elk geval interne, heelkundige, cardiochirurgische en neurologische en neurochirurgische patiënten behandeld? • Heeft de opleidingsafdeling een formeel medisch hoofd bij wie de eindverantwoordelijkheid voor de medische behandeling ligt? • Gaarne op bijlage P vermelden hoe voldaan wordt aan de specifieke eisen en aan de eindtermen.
ja
ja ja Bijlage P
9. Tijdens visitatie ter inzage: 1. programma lokaal cursorisch onderwijs 2. programma refereerbijeenkomsten in afgelopen 12 maanden 3. lijst van handboeken medisch specialisme in centrale bibliotheek
erkenningsaanvraag deel 1
pagina 5 van 5
Bijlage A: CV opleider Name:
Johannes Gerardus van der Hoeven
Place and date of birth:
Naaldwijk, December 20, 1958
Address:
Bovensteweg 11 6585 KA, Mook The Netherlands
Telephone:
0243614170 or 0646271100
Email:
[email protected] or
[email protected]
Training:
Medicine 1978 – 1985, Erasmus University Rotterdam Internal medicine 1986 – 1991, Leiden UMC Registration as intensivist 1993
Experience:
Leiden University Medical Centre 1991 – 1997 Jeroen Bosch Medical Centre 1997 – 2003 Radboud University Nijmegen Medical Centre 2003 – 2013
PhD thesis:
The prognosis of patients with an out-of-hospital cardiac arrest (1994)
PubMed Publicaties: 2007 - 2012
de Boode WP, Hopman JC, Daniëls O, van der Hoeven HG, Liem KD. Cardiac output measurement using a modified carbon dioxide Fick method: a validation study in ventilated lambs. Pediatr Res. 2007 Mar;61(3):279-83. Halbertsma FJ, Vaneker M, van der Hoeven JG. Use of recruitment maneuvers during mechanical ventilation in pediatric and neonatal intensive care units in the Netherlands. Intensive Care Med. 2007 Sep;33(9):1673-4. Schouten J, Bindels A, Pickkers P, van der Hoeven HG. Cardiac surgery for infective endocarditis, complicated by septic cardioembolic stroke. Stroke. 2007 Jun;38(6):e31. (letter). van Eijk LT, Dorresteijn MJ, Smits P, van der Hoeven JG, Netea MG, Pickkers P. Gender differences in the innate immune response and vascular reactivity following the administration of endotoxin to human volunteers. Crit Care Med. 2007 Jun;35(6):1464-9. van der Meer W, Pickkers P, Scott CS, van der Hoeven JG, Gunnewiek JK. Hematological indices, inflammatory markers and neutrophil CD64 expression: comparative trends during experimental human endotoxemia. J Endotoxin Res. 2007;13(2):94-100. Heemskerk S, Masereeuw R, van der Hoeven H, Pickkers P. Renal effects of nitric oxide during sepsis: another two-edged sword? Am J Respir Crit Care Med. 2007 Aug 15;176(4):419-20 (letter) Heemskerk S, Pickkers P, Bouw MP, Draisma A, van der Hoeven JG, Peters WH, Smits P, Russel FG, Masereeuw R. Upregulation of renal inducible nitric oxide synthase during human endotoxemia and sepsis is associated with proximal tubule injury. Clin J Am Soc Nephrol. 2006 Jul;1(4):853-62. Hoedemaekers CW, Ezzahti M, Gerritsen A, van der Hoeven JG. Comparison of cooling methods to induce and maintain normo- and hypothermia in intensive care unit patients: a prospective intervention study. Crit Care. 2007;11(4):R91. Vaneker M, Halbertsma FJ, van Egmond J, Netea MG, Dijkman HB, Snijdelaar DG, Joosten LA, van der Hoeven JG, Scheffer GJ. Mechanical ventilation in healthy mice induces reversible pulmonary and systemic cytokine elevation with preserved alveolar integrity: an in vivo model using clinical relevant ventilation settings. Anesthesiology. 2007 Sep;107(3):419-26. Kox M, Hoedemaekers AW, Pickkers P, van der Hoeven JG, Pompe JC. A possible role for the cholinergic anti-inflammatory pathway in increased mortality observed in critically ill patients receiving nicotine replacement therapy. Crit Care Med. 2007 Oct;35(10):2468-9 (letter). Heemskerk S, van Haren FM, Foudraine NA, Peters WH, van der Hoeven JG, Russel FG, Masereeuw R, Pickkers P. Short-term beneficial effects of
methylene blue on kidney damage in septic shock patients. Intensive Care Med. 2008 Feb;34(2):350-4. van Haren FM, Sleigh JW, Pickkers P, Van der Hoeven JG. Gastrointestinal perfusion in septic shock. Anaesth Intensive Care. 2007 Oct;35(5):679-94. Review. Moviat M, Terpstra AM, Ruitenbeek W, Kluijtmans LA, Pickkers P, van der Hoeven JG. Contribution of various metabolites to the "unmeasured" anions in critically ill patients with metabolic acidosis. Crit Care Med. 2008 Mar;36(3):752-8. Kox M, Pompe JC, Pickkers P, Hoedemaekers CW, van Vugt AB, van der Hoeven JG. Increased vagal tone accounts for the observed immune paralysis in patients with traumatic brain injury. Neurology. 2008 Feb 5;70(6):480-5. Review. Lemson J, van der Hoeven JG. Clinical value of an arterial pressure-based cardiac output measurement device. Crit Care. 2008;12(1):403 (letter) Bisschops L, Hoedemaekers C, van der Hoeven J. Changes in cerebral blood flow and oxygen extraction during the post-resuscitation syndrome. Resuscitation. 2008 Jun;77(3):415 (letter) Dorresteijn MJ, van der Hoeven HG, Pickkers P. Volume therapy and innate immune response during systemic inflammation or sepsis. Crit Care Med. 2008 Mar;36(3):1028 (letter) Moviat MA, Pickkers P, Ruitenbeek W, van der Hoeven JG. The nature of unmeasured anions in critically ill patients. Crit Care. 2008;12(2):416 (letter) Lemson J, de Boode WP, Hopman JC, Singh SK, van der Hoeven JG. Validation of transpulmonary thermodilution cardiac output measurement in a pediatric animal model. Pediatr Crit Care Med. 2008 May;9(3):313-9. Draisma A, Dorresteijn M, Pickkers P, van der Hoeven H. The effect of systemic iNOS inhibition during human endotoxemia on the development of tolerance to different TLR-stimuli. Innate Immun. 2008 Jun;14(3):153-9. Heunks LM, van der Hoeven JG. Ventilation strategies for acute lung injury and acute respiratory distress syndrome. JAMA. 2008 Jul 2;300(1):40-1 (letter) Halbertsma FJ, Vaneker M, Pickkers P, Snijdelaar DG, van Egmond J, Scheffer GJ, van der Hoeven HG. Hypercapnic acidosis attenuates the pulmonary innate immune response in ventilated healthy mice. Crit Care Med. 2008 Aug;36(8):2403-6. Ramakers BP, de Goeij M, van der Hoeven JG, Peters WH, Pickkers P. Inflammation-induced hepatotoxicity in humans. Shock. 2009 Feb;31(2):1516. van Eijk LT, van der Hoeven JG, Pickkers P. Endothelium-dependent vascular dysfunction in septic patients. Anaesthesia. 2008 Aug;63(8):883-4 (letter)
Vaneker M, Joosten LA, Heunks LM, Snijdelaar DG, Halbertsma FJ, van Egmond J, Netea MG, van der Hoeven JG, Scheffer GJ. Low-tidal-volume mechanical ventilation induces a toll-like receptor 4-dependent inflammatory response in healthy mice. Anesthesiology. 2008 Sep;109(3):465-72. Lemson J, Driessen JJ, van der Hoeven JG. The effect of neuromuscular blockade on oxygen consumption in sedated and mechanically ventilated pediatric patients after cardiac surgery. Intensive Care Med. 2008 Dec;34(12):2268-72. Hoedemaekers CW, Klein Gunnewiek JM, Prinsen MA, Willems JL, Van der Hoeven JG. Accuracy of bedside glucose measurement from three glucometers in critically ill patients. Crit Care Med. 2008 Nov;36(11):3062-6. Ramakers BP, Pickkers P, Deussen A, Rongen GA, van den Broek P, van der Hoeven JG, Smits P, Riksen NP. Measurement of the endogenous adenosine concentration in humans in vivo: methodological considerations. Curr Drug Metab. 2008 Oct;9(8):679-85. Review. Vaneker M, Heunks LM, van der Hoeven JG, Scheffer GJ. The role of poly (ADP-ribose) polymerase in ventilator-induced lung injury. Crit Care. 2008;12(5):431 (letter) Draisma A, Bemelmans R, van der Hoeven JG, Spronk P, Pickkers P. Microcirculation and vascular reactivity during endotoxemia and endotoxin tolerance in humans. Shock. 2009 Jun;31(6):581-5. Pickkers P, Snellen F, Rogiers P, Bakker J, Jorens P, Meulenbelt J, Spapen H, Tulleken JE, Lins R, Ramael S, Bulitta M, van der Hoeven JG. Clinical pharmacology of exogenously administered alkaline phosphatase. Eur J Clin Pharmacol. 2009 Apr;65(4):393-402. Hoedemaekers CW, van Deuren M, van der Hoeven JG. Complement activation after cardiac surgery follows a biphasic pattern. Ann Thorac Surg. 2008 Nov;86(5):1723 (letter) Lemson J, Backx AP, van Oort AM, Bouw TP, van der Hoeven JG. Extravascular lung water measurement using transpulmonary thermodilution in children. Pediatr Crit Care Med. 2009 Mar;10(2):227-33. Verhagen MM, van Deuren M, Willemsen MA, Van der Hoeven HJ, Heijdra YF, Yntema JB, Weemaes CM, Neeleman C. Ataxia-Telangiectasia and mechanical ventilation: a word of caution. Pediatr Pulmonol. 2009 Jan;44(1):101-2. Heemskerk S, Masereeuw R, Moesker O, Bouw MP, van der Hoeven JG, Peters WH, Russel FG, Pickkers P; APSEP Study Group. Alkaline phosphatase treatment improves renal function in severe sepsis or septic shock patients. Crit Care Med. 2009 Feb;37(2):417-23. de Smet AM, Kluytmans JA, Cooper BS, Mascini EM, Benus RF, van der Werf TS, van der Hoeven JG, Pickkers P, Bogaers-Hofman D, van der Meer NJ, Bernards AT, Kuijper EJ, Joore JC, Leverstein-van Hall MA, Bindels AJ,
Jansz AR, Wesselink RM, de Jongh BM, Dennesen PJ, van Asselt GJ, te Velde LF, Frenay IH, Kaasjager K, Bosch FH, van Iterson M, Thijsen SF, Kluge GH, Pauw W, de Vries JW, Kaan JA, Arends JP, Aarts LP, Sturm PD, Harinck HI, Voss A, Uijtendaal EV, Blok HE, Thieme Groen ES, Pouw ME, Kalkman CJ, Bonten MJ. Decontamination of the digestive tract and oropharynx in ICU patients. N Engl J Med. 2009 Jan 1;360(1):20-31. Lemson J, Hofhuizen CM, Schraa O, Settels JJ, Scheffer GJ, van der Hoeven JG. The reliability of continuous noninvasive finger blood pressure measurement in critically ill children. Anesth Analg. 2009 Mar;108(3):814-21. Draisma A, Pickkers P, Bouw MP, van der Hoeven JG. Development of endotoxin tolerance in humans in vivo. Crit Care Med. 2009 Apr;37(4):1261-7. Hietbrink F, Besselink MG, Renooij W, de Smet MB, Draisma A, van der Hoeven H, Pickkers P. Systemic inflammation increases intestinal permeability during experimental human endotoxemia. Shock. 2009 Oct;32(4):374-8. Halbertsma FJ, Vaneker M, Pickkers P, Hoeven JG. The oxygenation ratio during mechanical ventilation in children: the role of tidal volume and positive end-expiratory pressure. J Crit Care. 2009 Jun;24(2):220-6. Hilkens M, Pickkers P, Peters WH, van der Hoeven JG. No elevation of glutathione S-transferase-a1-1 by amiodarone loading in intensive care unit patients with atrial fibrillation. Anaesth Intensive Care. 2009 Mar;37(2):281-5. van der Heijden M, Pickkers P, van Nieuw Amerongen GP, van Hinsbergh VW, Bouw MP, van der Hoeven JG, Groeneveld AB. Circulating angiopoietin2 levels in the course of septic shock: relation with fluid balance, pulmonary dysfunction and mortality. Intensive Care Med. 2009 Sep;35(9):1567-74 Struck J, Strebelow M, Tietz S, Alonso C, Morgenthaler NG, van der Hoeven JG, Pickkers P, Bergmann A. Method for the Selective Measurement of Amino-Terminal Variants of Procalcitonin. Clin Chem. 2009 Sep;55(9):1672-9. Kox M, van Velzen JF, Pompe JC, Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG, Pickkers P. GTS-21 inhibits pro-inflammatory cytokine release independent of the Toll-like receptor stimulated via a transcriptional mechanism involving JAK2 activation. Biochem Pharmacol. 2009 Oct 1;78(7):863-72 Fick IW, Tijdink MM, Halbertsma FJ, van der Hoeven JG, Pickkers P. Risk factors for the deterioration of oxygenation ratio in ventilated intensive care unit patients: A retrospective cohort study. J Crit Care. 2009 Mar;25(1):3-9 de Boode WP, van Heijst AF, Hopman JC, Tanke RB, van der Hoeven HG, Liem KD. Application of ultrasound dilution technology for cardiac output measurement: Cerebral and systemic hemodynamic consequences in a juvenile animal model. Pediatr Crit Care Med. 2010 Sep;11(5):616-23. van den Boogaard M, Pickkers P, van der Hoeven H, Roodbol G, van Achterberg T, Schoonhoven L. Implementation of a delirium assessment tool in the ICU can influence haloperidol use. Crit Care. 2009 Aug 10;13(4):R131.
Pompe JC, Kox M, Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG, Pickkers P. Nitric oxide inhalation and glucocorticoids as combined treatment in human experimental endotoxemia: It takes not always two to tango. Crit Care Med. 2009 Sep;37(9):2676 (letter) de Boode WP, Hopman JC, Wijnen MH, Tanke RB, van der Hoeven HG, Liem KD. Cardiac Output Measurement in Ventilated Lambs with a Significant Leftto-Right Shunt Using the Modified Carbon Dioxide Fick Method. Neonatology. 2010;97(2):124-31 Heunks LM, de Bruin CJ, van der Hoeven JG, van der Heijden HF. Noninvasive mechanical ventilation for diagnostic bronchoscopy using a new face mask: an observational feasibility study. Intensive Care Med. 2010 Jan;36(1):143-7 Vaneker M, Heunks LM, Joosten LA, van Hees HW, Snijdelaar DG, Halbertsma FJ, van Egmond J, Netea MG, van der Hoeven JG, Scheffer GJ. Mechanical Ventilation Induces a Toll/Interleukin-1 Receptor Domaincontaining Adapter-inducing Interferon beta-dependent Inflammatory Response in Healthy Mice. Anesthesiology. 2009 Oct;111(4):836-43. Dorresteijn MJ, Draisma A, van der Hoeven JG, Pickkers P. Lipopolysaccharide Stimulated Whole Blood Cytokine Production Does not Predict the Inflammatory Response in Human Endotoxemia. Innate Immun. 2010 Aug;16(4):248-53. Draisma A, de Goeij M, Wouters CW, Riksen NP, Oyen WJ, Rongen GA, Boerman OC, van Deuren M, van der Hoeven JG, Pickkers P. Endotoxin tolerance does not limit mild ischemia-reperfusion injury in humans in vivo. Innate Immun. 2009 Dec;15(6):360-7 Simons KS, Pickkers P, Bleeker-Rovers CP, Oyen WJ, van der Hoeven JG. F-18-fluorodeoxyglucose positron emission tomography combined with CT in critically ill patients with suspected infection. Intensive Care Med. 2010 Mar;36(3):504-11 Lemson J, van Die LE, Hemelaar AE, van der Hoeven JG. Extravascular lung water index measurement in critically ill children does not correlate with a chest X-ray score of pulmonary edema. Crit Care. 2010 Jun 8;14(3):R105 Bisschops LL, Hoedemaekers CW, Simons KS, van der Hoeven JG. Preserved metabolic coupling and cerebrovascular reactivity during mild hypothermia after cardiac arrest* Crit Care Med. 2010 Jul;38(7):1542-7. van den Boogaard M, Ramakers BP, van Alfen N, van der Werf SP, Fick WF, Hoedemaekers CW, Verbeek MM, Schoonhoven L, van der Hoeven JG, Pickkers P. Endotoxemia-induced inflammation and the effect on the human brain. Crit Care. 2010 May 5;14(3):R81 van Haren FM, Pickkers P, Foudraine N, Heemskerk S, Sleigh J, van der Hoeven JG. The effects of methylene blue infusion on gastric tonometry and intestinal fatty acid binding protein levels in septic shock patients. J Crit Care. 2010 Jun;25(2):358.e1-7
Draisma A, Dorresteijn MJ, Bouw MP, van der Hoeven JG, Pickkers P. The role of cytokines and inducible nitric oxide synthase in endotoxemia-induced endothelial dysfunction. J Cardiovasc Pharmacol. 2010 Jun;55(6):595-600 Hoedemaekers C, van Deuren M, Sprong T, Pickkers P, Mollnes TE, Klasen I, van der Hoeven J. The complement system is activated in a biphasic pattern after coronary artery bypass grafting. Ann Thorac Surg. 2010 Mar;89(3):7106. Hoedemaekers CW, Klein Gunnewiek JM, Van der Hoeven JG. Point-of-care glucose measurement systems should be used with great caution in critically ill intensive care unit patients. Crit Care Med. 2010 Jan;38(1):339 (letter) Lansdorp B, van den Brule JM, van der Hoeven JG, Pickkers P. The influence of pacing on the pre-ejection period. Acta Anaesthesiol Scand. 2010 Jan;54(1):123 (letter) de Boode WP, van Heijst AF, Hopman JC, Tanke RB, van der Hoeven HG, Liem KD. Cardiac output measurement using an ultrasound dilution method: a validation study in ventilated piglets. Pediatr Crit Care Med. 2010 Jan;11(1):103-8. Nusmeier A, van der Hoeven JG, Lemson J. Cardiac output monitoring in pediatric patients. Expert Rev Med Devices. 2010 Jul;7(4):503-17. Review. Neeleman C, Verhagen M, van Deuren M, Willemsen M, van der Hoeven H, Yntema JB, Weemaes C, Heijdra Y. Pulmonary function tests in patients with ataxia-telangiectasia: obstructive or restrictive lung dysfunction? Pediatr Pulmonol. 2010 Oct;45(10):1043-4; van den Boogaard M, Peters SA, van der Hoeven JG, Dagnelie PC, Leffers P, Pickkers P, Schoonhoven L. The impact of delirium on the prediction of inhospital mortality in intensive care patients. Crit Care. 2010;14(4):R146. Hofhuizen CM, Lemson J, Hemelaar AE, Settels JJ, Schraa O, Singh SK, van der Hoeven JG, Scheffer GJ. Continuous non-invasive finger arterial pressure monitoring reflects intra-arterial pressure changes in children undergoing cardiac surgery. Br J Anaesth. 2010 Oct;105(4):493-500. Besselink-Lobanova A, Maandag NJ, Voermans NC, van der Heijden HF, van der Hoeven JG, Heunks LM. Trachea rupture in tenascin-X-deficient type Ehlers-Danlos syndrome. Anesthesiology. 2010 Sep;113(3):746-9. Dorresteijn MJ, Visser T, Cox LA, Bouw MP, Pillay J, Koenderman AH, Strengers PF, Leenen LP, van der Hoeven JG, Koenderman L, Pickkers P. C1-esterase inhibitor attenuates the inflammatory response during human endotoxemia. rit Care Med. 2010 Nov;38(11):2139-45. van der Wal G, Brinkman S, Bisschops LL, Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG, de Lange DW, de Keizer NF, Pickkers P. Influence of mild therapeutic hypothermia after cardiac arrest on hospital mortality. Crit Care Med. 2011 Jan;39(1):84-8.
Ijland MM, Heunks LM, van der Hoeven JG. Bench-to-bedside review: hypercapnic acidosis in lung injury--from 'permissive' to 'therapeutic'. Crit Care. 2010;14(6):237. Heunks LM, van der Hoeven JG. Clinical review: the ABC of weaning failure-a structured approach. Crit Care. 2010;14(6):245. Nusmeier A, van der Hoeven JG, Lemson J. Interpretation of the transpulmonary thermodilution curve in the presence of a left-to-right shunt. Intensive Care Med. 2011 Mar;37(3):550-1 (letter) Ramakers BP, Riksen NP, van den Broek P, Franke B, Peters WH, van der Hoeven JG, Smits P, Pickkers P. Circulating adenosine increases during human experimental endotoxemia but blockade of its receptor does not influence the immune response and subsequent organ injury. Crit Care. 2011 Jan 6;15(1):R3. van Eijk LT, Kroot JJ, Tromp M, van der Hoeven JG, Swinkels DW, Pickkers P. Inflammation-induced hepcidin-25 is associated with the development of anemia in septic patients: an observational study. Crit Care. 2011 Jan 10;15(1):R9. Kamps M, Bisschops LA, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW. Hypothermia does not increase the risk of infection: a case control study. Crit Care. 2011 Feb 3;15(1):R48. Kox M, Pompe JC, Gordinou de Gouberville MC, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW, Pickkers P. Effects of the α7nAChR Agonist GTS-21 on the Innate Immune Response in Humans. Shock. 2011 Jul;36(1):5-11 Bisschops LL, van Alfen N, Bons S, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW. Predictors of poor neurologic outcome in patients after cardiac arrest treated with hypothermia: A retrospective study. Resuscitation. 2011 Jun;82(6):696701 van den Boogaard M, van Swelm RP, Russel FG, Heemskerk S, van der Hoeven JG, Masereeuw R, Pickkers P. Urinary protein profiling in hyperactive delirium and non-delirium cardiac surgery ICU patients. Proteome Sci. 2011 Mar 22;9:13. Lemson J, Merkus P, van der Hoeven JG. Extravascular lung water index and global end-diastolic volume index should be corrected in children. J Crit Care. 2011 Mar 23. [Epub ahead of print] Kox M, Ramakers BP, Pompe JC, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW, Pickkers P. Interplay Between the Acute Inflammatory Response and Heart Rate Variability in Healthy Human Volunteers. Shock. 2011 Mar 29. [Epub ahead of print] Kox M, Pompe JC, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW, Pickkers P. Influence of different breathing patterns on heart rate variability indices and reproducibility during experimental endotoxaemia in human subjects. Clin Sci (Lond). 2011 Sep;121(5):215-222
Fikkers BG, Staatsen M, van den Hoogen FJ, van der Hoeven JG. Early and late outcome after single step dilatational tracheostomy versus the guide wire dilating forceps technique: a prospective randomized clinical trial. Intensive Care Med. 2011 Apr 12. [Epub ahead of print] Kox M, de Kleijn S, Pompe JC, Ramakers BP, Netea MG, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW, Pickkers P. Differential ex vivo and in vivo endotoxin tolerance kinetics following human endotoxemia. Crit Care Med. 2011 Aug;39(8):1866-70 Bisschops LL, Hoedemaekers CW, Mollnes TE, van der Hoeven JG. Rewarming after hypothermia after cardiac arrest shifts the inflammatory balance. Crit Care Med. 2011 Oct 27. [Epub ahead of print] van Haren FM, Sleigh J, Cursons R, La Pine M, Pickkers P, van der Hoeven JG. The effects of hypertonic fluid administration on the gene expression of inflammatory mediators in circulating leucocytes in patients with septic shock: a preliminary study. Ann Intensive Care. 2011 Nov 1;1(1):44. van den Boogaard M, Kox M, Quinn KL, van Achterberg T, van der Hoeven JG, Schoonhoven L, Pickkers P. Biomarkers associated with delirium in critically ill patients and their relation with long-term subjective cognitive dysfunction; indications for different pathways governing delirium in inflamed and noninflamed patients. Crit Care. 2011 Dec 29;15(6):R297. Pickkers P, Heemskerk S, Schouten J, Laterre PF, Vincent JL, Beishuizen A, Jorens PG, Spapen H, Bulitta M, Peters WH, van der Hoeven JG. Alkaline phosphatase for treatment of sepsis-induced acute kidney injury: a prospective randomized double-blind placebo-controlled trial. Crit Care. 2012 Jan 23;16(1):R14. Doorduin J, Sinderby CA, Beck J, Stegeman DF, van Hees HW, van der Hoeven JG, Heunks LM. The calcium sensitizer levosimendan improves human diaphragm function. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Jan 1;185(1):90-5. van Hees HW, Schellekens WJ, Linkels M, Leenders F, Zoll J, Donders R, Dekhuijzen PR, van der Hoeven JG, Heunks LM. Plasma from septic shock patients induces loss of muscle protein. Crit Care. 2011 Sep 29;15(5):R233. van den Boogaard M, Schoonhoven L, Evers AW, van der Hoeven JG, van Achterberg T, Pickkers P. Delirium in critically ill patients: impact on long-term health-related quality of life and cognitive functioning. Crit Care Med. 2012 Jan;40(1):112-8. Kox M, Pompe JC, Peters E, Vaneker M, van der Laak JW, van der Hoeven JG, Scheffer GJ, Hoedemaekers CW, Pickkers P. α7 nicotinic acetylcholine receptor agonist GTS-21 attenuates ventilator-induced tumour necrosis factorα production and lung injury. Br J Anaesth. 2011 Oct;107(4):559-66. Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG. Hyperoxia after cardiac arrest may not increase ischemia-reperfusion injury. Crit Care. 2011;15(3):166.
Lansdorp B, Ouweneel D, de Keijzer A, van der Hoeven JG, Lemson J, Pickkers P. Non-invasive measurement of pulse pressure variation and systolic pressure variation using a finger cuff corresponds with intra-arterial measurement. Br J Anaesth. 2011 Oct;107(4):540-5. Bisschops LL, van Alfen N, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW. Predictive value of neurologic prognostic indicators in hypothermia after cardiac arrest. Ann Neurol. 2011 Jul;70(1):176; reply 176-7. Nusmeier A, de Boode WP, Hopman JC, Schoof PH, van der Hoeven JG, Lemson J. Cardiac output can be measured with the transpulmonary thermodilution method in a paediatric animal model with a left-to-right shunt. Br J Anaesth. 2011 Sep;107(3):336-43. Abdo WF, Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG. Intravenous magnesium in subarachnoid hemorrhage. Crit Care. 2011;15(3):427; author reply 427. Ramakers BP, Riksen NP, van der Hoeven JG, Smits P, Pickkers P. Modulation of innate immunity by adenosine receptor stimulation. Shock. 2011 Sep;36(3):208-15. Review. Tiemessen CA, Hoedemaekers CW, van Iersel FM, Rösken GH, van der Hoeven J, Biessels GJ, Slooter AJ. Intensive insulin therapy increases the risk of hypoglycemia in neurocritical care patients. J Neurosurg Anesthesiol. 2011 Jul;23(3):206-14. Kox M, Pompe JC, Peters E, Vaneker M, van der Laak JW, van der Hoeven JG, Scheffer GJ, Hoedemaekers CW, Pickkers P. α7 nicotinic acetylcholine receptor agonist GTS-21 attenuates ventilator-induced tumour necrosis factorα production and lung injury. Br J Anaesth. 2011 Oct;107(4):559-66. Moviat M, Terpstra AM, van der Hoeven JG, Pickkers P. Impaired renal function is associated with greater urinary strong ion differences in critically ill patients with metabolic acidosis. J Crit Care. 2012 Jun;27(3):255-60. Lemson J, Nusmeier A, van der Hoeven JG. Advanced hemodynamic monitoring in critically ill children. Pediatrics. 2011 Sep;128(3):560-71. Bisschops LL, Hoedemaekers CW, Mollnes TE, van der Hoeven JG. Rewarming after hypothermia after cardiac arrest shifts the inflammatory balance. Crit Care Med. 2012 Apr;40(4):1136-42. van Haren FM, Sleigh J, Boerma EC, La Pine M, Bahr M, Pickkers P, van der Hoeven JG. Hypertonic fluid administration in patients with septic shock: a prospective randomized controlled pilot study. Shock. 2012 Mar;37(3):268-75. Kox M, Vrouwenvelder MQ, Pompe JC, van der Hoeven JG, Pickkers P, Hoedemaekers CW. The effects of brain injury on heart rate variability and the innate immune response in critically ill patients. J Neurotrauma. 2012 Mar 20;29(5):747-55. Ramakers BP, Riksen NP, Stal TH, Heemskerk S, van den Broek P, Peters WH, van der Hoeven JG, Smits P, Pickkers P. Dipyridamole augments the
antiinflammatory response during human endotoxemia. 2011;15(6):R289. doi: 10.1186/cc10576. Epub 2011 Nov 30.
Crit
Care.
Lansdorp B, Lemson J, van Putten MJ, de Keijzer A, van der Hoeven JG, Pickkers P. Dynamic indices do not predict volume responsiveness in routine clinical practice. Br J Anaesth. 2012 Mar;108(3):395-401. van den Boogaard M, Schoonhoven L, van der Hoeven JG, van Achterberg T, Pickkers P. Incidence and short-term consequences of delirium in critically ill patients: A prospective observational cohort study. Int J Nurs Stud. 2012 Jul;49(7):775-83. Spoelstra-de Man AM, van der Hoeven JG, Heunks LM. Effect of do-notresuscitate orders on the penumbra of care. Intensive Care Med. 2012 Apr;38(4):726-7. van den Boogaard M, Pickkers P, Slooter AJ, Kuiper MA, Spronk PE, van der Voort PH, van der Hoeven JG, Donders R, van Achterberg T, Schoonhoven L. Development and validation of PRE-DELIRIC (PREdiction of DELIRium in ICu patients) delirium prediction model for intensive care patients: observational multicentre study. BMJ. 2012 Feb 9;344:e420. doi: 10.1136/bmj.e420. van Hees HW, Schellekens WJ, Andrade Acuña GL, Linkels M, Hafmans T, Ottenheijm CA, Granzier HL, Scheffer GJ, van der Hoeven JG, Dekhuijzen PN, Heunks LM. Titin and diaphragm dysfunction in mechanically ventilated rats. Intensive Care Med. 2012 Apr;38(4):702-9. Lemson J, Nusmeier A, van der Hoeven JG, Lehman R, Ceccheti C. The pulmonary artery catheter in the pediatric intensive care unit: not the way to go. Pediatr Crit Care Med. 2012 Mar;13(2):250-1. Kox M, Vaneker M, van der Hoeven JG, Scheffer GJ, Hoedemaekers CW, Pickkers P. Effects of vagus nerve stimulation and vagotomy on systemic and pulmonary inflammation in a two-hit model in rats. PLoS One. 2012;7(4):e34431. doi: 10.1371/journal.pone.0034431. Epub 2012 Apr 6. Oostdijk EA, de Smet AM, Kesecioglu J, Bonten MJ; Dutch SOD-SDD Trialists Group. Decontamination of cephalosporin-resistant Enterobacteriaceae during selective digestive tract decontamination in intensive care units. J Antimicrob Chemother. 2012 Sep;67(9):2250-3. de Kleijn S, Kox M, Sama IE, Pillay J, van Diepen A, Huijnen MA, van der Hoeven JG, Ferwerda G, Hermans PW, Pickkers P. Transcriptome kinetics of circulating neutrophils during human experimental endotoxemia. PLoS One. 2012;7(6):e38255. doi: 10.1371/journal.pone.0038255. Epub 2012 Jun 5. Kox M, Stoffels M, Smeekens SP, van Alfen N, Gomes M, Eijsvogels TM, Hopman MT, van der Hoeven JG, Netea MG, Pickkers P. The influence of concentration/meditation on autonomic nervous system activity and the innate immune response: a case study. Psychosom Med. 2012 Jun;74(5):489-94. Simmes FM, Schoonhoven L, Mintjes J, Fikkers BG, van der Hoeven JG. Incidence of cardiac arrests and unexpected deaths in surgical patients before
and after implementation of a rapid response system. Ann Intensive Care. 2012 Jun 20;2(1):20. doi: 10.1186/2110-5820-2-20. Schellekens WJ, van Hees HW, Vaneker M, Linkels M, Dekhuijzen PN, Scheffer GJ, van der Hoeven JG, Heunks LM. Toll-like receptor 4 signaling in ventilator-induced diaphragm atrophy. Anesthesiology. 2012 Aug;117(2):32938. Ramakers BP, Wever KE, Kox M, van den Broek PH, Mbuyi F, Rongen G, Masereeuw R, van der Hoeven JG, Smits P, Riksen NP, Pickkers P. How systemic inflammation modulates adenosine metabolism and adenosine receptor expression in humans in vivo. Crit Care Med. 2012 Sep;40(9):260916. Bisschops LL, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW. Effects of prolonged mild hypothermia on cerebral blood flow after cardiac arrest. Crit Care Med. 2012 Aug;40(8):2362-7. Leentjens J, Kox M, Koch RM, Preijers F, Joosten LA, van der Hoeven JG, Netea MG, Pickkers P. Reversal of Immunoparalysis in Humans In Vivo: A Double-Blind, Placebo-controlled, Randomized Pilot Study. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Nov 1;186(9):838-45. van Iersel FM, Slooter AJ, Vroegop R, Wolters AE, Tiemessen CA, Rösken RH, van der Hoeven JG, Peelen LM, Hoedemaekers CW. Risk factors for hypoglycaemia in neurocritical care patients. Intensive Care Med. 2012 Dec;38(12):1999-2006. Haerkens MH, Jenkins DH, van der Hoeven JG. Crew resource management in the ICU: the need for culture change. Ann Intensive Care. 2012 Aug 22;2(1):39. Topjian AA, Berg RA, Bierens JJ, Branche CM, Clark RS, Friberg H, Hoedemaekers CW, Holzer M, Katz LM, Knape JT, Kochanek PM, Nadkarni V, van der Hoeven JG, Warner DS. Brain Resuscitation in the Drowning Victim. Neurocrit Care. 2012 Sep 6. [Epub ahead of print] Bisschops LL, Hoedemaekers CW, van der Hoeven JG. Changes in the inflammatory response following cardiac arrest: A matter of ischemia/reperfusion or induced hypothermia? Crit Care Med. 2012 Nov;40(11):3105-6. (letter) Pop GA, Bisschops LL, Iliev B, Struijk PC, Hoeven JG, Hoedemaekers CW. On-line blood viscosity monitoring in vivo with a central venous catheter, using electrical impedance technique. Biosens Bioelectron. 2012 Oct 4. doi:pii: S0956-5663(12)00639-2. 10.1016/j.bios.2012.09.033. [Epub ahead of print Doorduin J, van Hees HW, van der Hoeven JG, Heunks LM. Monitoring of the Respiratory Muscles in the Critically Ill. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Oct 26. [Epub ahead of print] Peters E, van Elsas A, Heemskerk S, Jonk L, van der Hoeven J, Arend J, Masereeuw R, Pickkers P. Alkaline phosphatase as a treatment for sepsis-
associated acute kidney injury. J Pharmacol Exp Ther. 2012 Nov 6. [Epub ahead of print] van Vliet M, van der Hoeven HJ, van der Velden WJ. Abdominal compartment syndrome in neutropenic enterocolitis. Br J Haematol. 2012 Dec 4. doi: 10.1111/bjh.12140. [Epub ahead of print] Kiers HD, van den Boogaard M, Schoenmakers MC, van der Hoeven JG, van Swieten HA, Heemskerk S, Pickkers P. Comparison and clinical suitability of eight prediction models for cardiac surgery-related acute kidney injury. Nephrol Dial Transplant. 2012 Dec 4. [Epub ahead of print] van Berkel A, J van Lieshout 1, Hellegering J, van der Hoeven JG, Pickkers P. Causes of death in intensive care patients with a low APACHE II score. Neth J Med. 2012 Dec;70(10):455-459.
Promoties 2013 - M. Moviat. Stewart approach of acid-base disorders in Intensive Care patients (18 januari 2013) 2012 - B. Ramakers. Adenosine & Immunomodulation (16 november 2012) 2012 - M. van den Boogaard. Delirium in Intensive Care Patients. Detection, impact, prediction, prevention, and biomarkers (2 april 2012) 2011 - M. Kox. The cholinergic anti-inflammatory pathway. In vitro, animal and human studies (17 november 2011). 2010 - J. Lemson. Advanced hemodynamic monitoring in critically ill children (14 oktober 2011). 2010 - W. de Boode. Neonatal hemodynamic monitoring. Validation in an experimental animal model (16 juni 2010). 2010 - F. van Haren. Novel hemodynamic therapies in septic shock; effects on circulation, organ perfusion and immune system (22 april 2010). 2010 - A. Draisma. Endotoxine tolerance. Explorative studies in humans (7 januari 2010). 2009 - M. Vaneker. Ventilator Induced Lung Injury. Pathophysiology of mechanotransduction and therapeutic strategies (9 september 2009). 2008 - F. Halbertsma. Ventilator Induced Lung Injury in Children in the Intensive Care. Experimental and Clinical Studies (31 oktober 2008). 2004 - B. Fikkers. Percutaneous Tracheostomy on the Intensive Care Unit (9 september 2004). 2004 - C. Neeleman. Streptococcus Pneumoniae. Aspects of pathogenesis and resistance (9 juli 2004). 2004 - G. Buunk. Cerebral blood flow after cardiac arrest (1 juni 2004). 2002 - K. Smulders. (CP) Nosocomial Infections in a general intensive care unit in the Netherlands (9 oktober 2002). 1999 - A. Bindels. (CP) Intrathoracic volume measurements in critically ill patients (21 januari 1999).
Voordrachten Jaartal 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
Nationaal
Internationaal
6 6 7 13 15 21 26 17 21 23 36 36 22 29 27 25 21 30 22 33
0 0 5 1 2 0 9 7 7 12 6 8 6 0 19 2 0 0 0 5
Bijlage B: Didactische en pedagogische kwaliteiten opleider 1. Opleider heeft in totaal meer dan 400 nationale voordrachten en ± 90 internationale voordrachten verzorgd (zie ook bijlage A) 2. Opleider is gedurende langere tijd voorzitter en lid geweest van de congrescommissie van de NVIC en is (mede) organisator van verschillende nationale- en internationale congressen 3. Opleider heeft verschillende cursussen voor docentprofessionalisering gevolgd
Bijlage C: organisatorische kwaliteiten opleider 1. Opleider is vanaf 2003 afdelingshoofd van de afdeling intensive care en heeft verschillende andere organisatorische functies binnen het UMCN (o.a. patiënt veiligheidsprogramma) waarvoor hij in 2011 de Radboudpenning ontving 2. Opleider is gedurende langere tijd voorzitter geweest van de NVIC en heeft verschillende andere bestuurlijke functies 3. Opleider is gedurende langere tijd voorzitter en lid geweest van de congrescommissie van de NVIC en is (mede) organisator van verschillende nationale- en internationale congressen
Bijlage E: CV waarnemend opleider naam: voornamen: geboren: burg. staat: specialisme: adres: telefoon: pieper UMCN: BIG-nummer:
Verwiel Jeroen Michaël Maria 06-12-1960 te Waalwijk gehuwd, vader van twee kinderen internist-intensivist Broekhoek 19 5384 VP Heesch 0412 – 455356 of 06-21231785 (024-3611111) 1288 99026011201
Opleiding en werkervaring: 1980: 1982: 1985 - 1986: 1987 - 1988: 30 - 03 - 1990: 1990 - 1993: 1993 - 1999: 1998 - 2000: 2000 - heden: 2003 - heden:
Aanvang studie geneeskunde aan de Katholieke Universiteit Nijmegen Aanvang bijvak filosofie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen Bijvak sociaal-politieke wijsbegeerte, doctoraalprogramma Wetenschappelijke stage Research Laboratorium voor Morfologische Neurologie, Afdeling Neurologie, Academisch Ziekenhuis Nijmegen Artsexamen (Summa) Cum Laude AGNIO neurologie (Academisch Ziekenhuis Nijmegen) en AGNIO interne geneeskunde (Ziekenhuis Rijnstate te Arnhem) Opleiding tot internist (Ziekenhuis Rijnstate te Arnhem en UMC St Radboud Nijmegen) Opleiding tot intensivist in het UMC St Radboud Nijmegen, afgesloten met het Europees examen EDIC (European Diploma in Intensive Care Medicine) Staflid Intensive Care UMC St Radboud Nijmegen Waarnemend opleider Intensive Care UMC St Radboud Nijmegen
Aan het werk gerelateerde aktiviteiten: 1993 - 2010: 1998 - heden:
1998 - heden: 1999 - heden: 2000 - heden: 2000 - 2008: 2001 - 2006: 2001 - heden: 2003 - 2008: 2003 - heden: 2005 - heden: 2005 - 2010: 2006 - heden: 2007 - heden: 2007 - heden: 2008 - heden: 2008 - heden: 2008 - heden:
Docent Scholingsinstituut voor de gezondheidszorg ROC Rijn IJssel te Arnhem; lessen aan ICU- en CCU-verpleegkundigen Docent Verpleegkundige Vervolgopleidingen UMC St Radboud: • Cursus Bewaking Vitale Functies • Vervolgopleiding Eerste Hulp Verpleegkundige • Vervolgopleiding Intensive Care Verpleegkundige • Vervolgopleiding Cardiac Care Verpleegkundige Voorzitter Onderwijscommissie Intensive Care UMC St Radboud Voorzitter Beademingscommissie Intensive Care UMC St Radboud Lid Protocollencommissie Intensive Care UMC St Radboud Lid Bibliotheekcommissie IC en anesthesiologie UMC St Radboud Lid Commissie Orgaan-en Weefseldonatie UMCN (ziekenhuisbreed) Lid Apotheekcommissie IC en anesthesiologie UMC St Radboud Lid Disposablescommissie IC en anesthesiologie UMC St Radboud Course Director en instructeur FCCS (Fundamental Critical Care Support) Lid Apparatuurcommissie IC en anesthesiologie UMC St Radboud Docent Verpleegkundige Vervolgopleidingen VUmc Amsterdam Lid landelijke TaskForce MICU (VWS) en regionaal MICU coördinator Lid Commissie Medicatieveiligheid UMCN (ziekenhuisbreed) Vertrouwensarts UMCN (ziekenhuisbreed, inzake euthanasie) SCEN-arts (Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland) regio Nijmegen ALS-instructeur (instructor Advanced Life Support) ALERT-instructeur (Acute Life Threatening Events: Recognition and Treatment)
Publicaties J.M.M. Verwiel: •
Verwiel JMM, Broere CAJ, Keyser A. Quantitative Analysis of Vertical Periodic Arrangements in Neocortical Areas 17 and 18 in the Human Brain. (Abstract) Neuropathol Exp Neurol 1990 Sep;49(5):537
•
Verwiel JMM, Verwey B, Heinis C, Thies JE, Bosch FH. Succesvolle elektroconvulsietherapie bij een zwangere vrouw met het maligne neuroleptica-syndroom. Ned Tijdschr Geneeskd 1994;138(4):196-199
•
Stolk-Engelaar V, Verwiel J, Bongaerts G, Linsen V, Lacquet L, Cox A. Pleural Empyema Due to Clostridium difficile and Clostridium cadaveris. Clinical Infectious Diseases 1997; 25 (July): 160
•
Bult P, Verwiel J, Wobbes T, Kooy-Smits M, Biert J en Holland R. Malignant Adenomyoepithelioma of the Breast with Metastasis in the Thyreoid Gland 12 Years after Excision of the Primary Tumour: a Case Report and a Review of the Literature. Virchows Arch. 2000 Feb;436(2):158-66. Review.
•
Van der Meer W, Verwiel JM, Gidding CE, de Metz M, de Keijzer MH. Bacteria in blood smears: overwhelming sepsis or trivial contamination. Acta Haematol 2002;107(4):220-3.
•
Fikkers BG, Briede IS, Verwiel JMM, Van Den Hoogen FJA. Percutaneous tracheostomy with the Blue Rhino trade mark technique: presentation of 100 consecutive patients. Anaesthesia. 2002 Nov;57(11):1094-7.
•
Fikkers BG, Verwiel JMM, Van Den Hoogen FJA. Complications in Tracheostomy: Minor or Major? Anaesthesia 2003;58:286-289
•
Verwiel JMM. Bloedgassen en zuur-base-evenwicht. Hoofdstuk 8a in Leerboek Intensive Care-verpleegkunde, e deel 1, G.T.W.J. van den Brink, F. Lindsen, Th. Uffink (red.), 4 druk Elsevier Gezondheidszorg 2003
•
Frölke JP, Kamphuisen PW, Geeraedts LM Jr, Eijk RJ, Verwiel JM, Kaasjager HA. “Blind” transfusiebeleid bij patiënten met acuut ernstig bloedverlies. Ned Tijdschr Geneeskd 2004;148(39):1901-6
•
Geeraedts LM Jr, Kamphuisen PW, Kaasjager HA, Verwiel JM, van Vugt AB, Frölke JP. The role of recombinant factor VIIa in the treatment of life-threatening haemorrhage in blunt trauma. Injury 2005 Apr;36(4):495-500
•
Tanase D, Iliev BP, Goosen JFL, Chang Z, Pop GAM, Verwiel JMM, Slager CJ, Trimp PJ, Pakula L, Meijer GCM, French PJ. Investigation of multi-sensor techniques for cardiac-output measurements in intensive care. Microtechnology in Medicine and Biology 2005;5
•
Van der Hoeven JG, Verwiel JMM. Clinical use of eptacog alfa (rFVIIa) in life-threatening bleeding in the ICU. th Posterpresentation at the 8 Novo Nordisk Symposium on Haemostasis Management, Copenhagen, Denmark, May 11-13 2005
•
Van der Hoeven JG, Verwiel JMM. Intensive-care-geneeskunde. Hoofdstuk 15 in de Codex Medicus, 12e druk Elsevier 2005
•
Groenendijk FH, Lemmens JAM, Verwiel JMM. Acute respiratory distress syndrome (I). Ned Tijdschr Geneeskd 2006;9(3):42
•
Verwiel JMM. SSRI’s niet altijd veilig. Mogelijke bijwerkingen van serotonine-re-uptake-remmers. Critical Care 2007;2:26-27
•
Hoofdstuk: “Intensieve geneeskunde” Codex Medicus, 13e druk, Elsevier 2010
•
Mede-auteur “Richtlijn Uitvoering Euthanasie” KNMG en KNMP (WINapp), augustus 2012
•
Hoofdstuk 28 “Een patiënt voor een broncho-alveolaire lavage” in Probleemgeoriënteerd denken in het luchtwegmanagement - een praktijkboek voor de opleiding en de kliniek”, De Tijdstroom 2012
•
“Richtlijn geeft duidelijkheid over middelen en materialen bij euthanasie” Digitale publicatie KNMG-DossiersColumns 11-09-2012
Voordrachten J.M.M. Verwiel, internist-intensivist van oktober 2010 t/m oktober 2012 05-10-2010 07-10-2010 08-10-2010 12-10-2010 14-10-2010 15-10-2010 21-10-2010 22-10-2010 02-11-2010 05-11-2010 10-11-2010 17-10-2010 18-10-2010 19-10-2010 25-10-2010 25-10-2010 02-12-2010 08-12-2010 15-12-2010 20-12-2010 21-10-2010 03-01-2011 04-01-2011 13-01-2011 20-01-2011 26-01-2011 27-01-2011 04-02-2011 14-02-2011 23-02-2011 25-02-2011 08-03-2011 21-03-2011 25-03-2011 25-03-2011 05-04-2011 06-04-2011 07-04-2011
Colleges “respiratie” in blok “Circulatie & ventilatie” voor studenten Technische Geneeskunde TU Twente Voordracht “Casuïstiek: ouderenzorg in de kinderschoenen” in Tweesteden ziekenhuis te Tilburg Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Voordracht “Beademing VC en PC” voor de CEAA in het Atlantic Hotel te Den Haag in het kader van de opleiding voor AIOS tot anesthesioloog Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen AIOS SEH-artsen “Het voeren van een secht nieuwsgesprek” in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Workshops noninvasieve beademing NPPV op de Beademingsdagen van de NVIC te Ede Workshops noninvasieve beademing NPPV op de Beademingsdagen van de NVIC te Ede en voordracht “Kinetische therapie en buikligging” Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Fellowonderwijs “Citraatdialyse” fellows IC UMC Nijmegen Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): ethiek en moreel beraad (Module 4) Zorgacademie Nijmegen Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen over PICCO voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen over PICCO voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): Inleiding Acute Zorg (Module 1) Zorgacademie Nijmegen Fellowonderwijs Evidence Based Journal Club fellows IC UMC Nijmegen Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): ethiek en moreel beraad (Module 4) Zorgacademie Nijmegen Cusrsus Acute Life Threatening Events, Recognition and Therapy (ALERT) voor artsen en verpleegkundigen in UMC Nijmegen Lessen over “Shock” artsen IC IMC Nijmegen Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen over citraatdialyse aan stafleden IC UMC Nijmegen Voordracht over “Noninvasieve beademing (NPPV)” MC-congres VUmc Amsterdam Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Voordracht “wat mag de dokter weigeren?” voor de AAVR en LVAG in de Hippocrateszaal van het UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Spreker congres “Mythen, Missers en Maatwerk Beademing” te Ede, “HFO helpt niet” en “Als geen NIV doet, doe je niet meer mee”
20-04-2011 26-04-2011 27-04-2011 28-04-2011 09-05-2011 23-05-2011 26-05-2011 27-05-2011 30-05-2011 10-06-2011 14-06-2011 16-06-2011 17-06-2011 06-07-2011 08-07-2011 15-07-2011 15-09-2011 20-09-2011 22-09-2011 07-10-2011 13-10-2011 18-10-2011 19-10-2011 19-10-2011 20-10-2011 21-10-2011 21-10-2011 15-11-2011 16-11-2011 18-11-2011 28-11-2011 10-01-2012 18-01-2012 27-01-2012 08-02-2012 15-02-2012 16-02-2012 22-02-2012 24-02-2012 05-03-2012 07-03-2012 08-03-2012 14-03-2012
Lessen “Interne geneeskunde” voor IC-verpleegkundigen (VICV): (Module 2) Zorgacademie UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): Inleiding Acute Zorg (Module 1) Zorgacademie Nijmegen Lessen over citraatdialyse aan stafleden IC UMC Nijmegen Fellowonderwijs Evidence Based Journal Club fellows IC UMC Nijmegen Lessen longfysiologie en -pathofysiologie voor Physician Assistants aan de Hogeschool Arnhem Nijmeegen (HAN) Lessen longfysiologie en -pathofysiologie voor Physician Assistants aan de Hogeschool Arnhem Nijmeegen (HAN) Spreker op VentiCare, congres voor de acute zorg, “Indicaties IPV” en “Casus tetanus” Spreker op VentiCare, congres voor de acute zorg, “Casus epiglottitis” Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Cursus Advanced Life Support (ALS) voor AIOS anesthesiologie in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): ethiek en moreel beraad (Module 4) Zorgacademie Nijmegen Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Cursus Advanced Life Support (ALS) voor AIOS anesthesiologie in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Les “Heatstroke” voor AIOS Anestesiologie UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Colleges “respiratie” in blok “Circulatie & ventilatie” voor studenten Technische Geneeskunde TU Twente Onderwijs PACT-module “Transplantation” fellows IC UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde (2x) aan het UMC Nijmegen Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen “MODS” voor artsen IC UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): Inleiding Acute Zorg (Module 1) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): ethiek en moreel beraad (Module 4) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): Inleiding Acute Zorg (Module 1) Zorgacademie Nijmegen Onderwijsavond “Beademing” artsen en verpleegkundigen IC Kennemer Gasthuis te Haarlem Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): ethiek en moreel beraad (Module 4) Zorgacademie Nijmegen Workshop “Intensive Care” Carrièredag studenten UMC Nijmegen 2012 Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Lessen over beademing voor artsen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Colleges Cursorisch Klinisch Onderwijs 3 (CKO3) voor studenten geneeskunde aan het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Scholing “Beademing” aan artsen en verpleegkundigen Ziekenhuis Bernhoven te Oss (deel 1) Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Course Director en instructeur FCCS-cursus te Lunteren Lessen over beademing voor artsen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum
20-03-2012 28-03-2012 05-04-2012 16-04-2012 17-04-2012 19-04-2012 24-04-2012 11-05-2012 14-05-2012 16-05-2012 23-05-2012 06-06-2012 07-06-2012 07-06-2012 08-06-2012 19-06-2012 22-06-2012 13-09-2012 13-09-2012 19-09-2012 27-09-2012 28-09-2012 02-10-2012 02-10-2012 05-10-2012 09-10-2012 10-09-2012 11-10-2012 16-10-2012 18-10-2012 23-10-2012 24-10-2012
30-10-2012
Scholing “Beademing” aan artsen en verpleegkundigen Ziekenhuis Bernhoven te Oss (deel 2) Lessen over shock voor artsen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Scholing “Beademing” aan artsen en verpleegkundigen Ziekenhuis Bernhoven te Oss (deel 3) Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): Inleiding Acute Zorg (Module 1) Zorgacademie Nijmegen Spreker symposium “Masterclass I Veiligheid” UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Basiscursus Intensive Care voor assistenten IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Cusrsus Acute Life Threatening Events, Recognition and Therapy (ALERT) voor artsen en verpleegkundigen in UMC Nijmegen Lessen longfysiologie en -pathofysiologie voor Physician Assistants aan de Hogeschool Arnhem Nijmeegen (HAN) Lessen longfysiologie en -pathofysiologie voor Physician Assistants aan de Hogeschool Arnhem Nijmeegen (HAN) Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum Spreker op VentiCare, congres voor de acute zorg, voordrachten “Stoppen met reanimeren”, “Van curatief naar palliatief” Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Spreker op VentiCare, congres voor de acute zorg, voordrachten “Hik”, “Maagretentie” en “Jeuk” Spreker symposium “Masterclass II Veiligheid” UMC Nijmegen Spreker symposium “Veiligheid in het ziekenhuis” te Arnhem: voordracht: “Veiligheidsmissers: Wat ging er fout en waarom werden afspraken niet nagekomen?” Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Onderwijs AIOS interne geneeskunde (casuïstiek) UMC Nijmegen Lessen IC-verpleegkundigen (VICV): complexe respiratire stoornissen (Module 3) Zorgacademie Nijmegen Cursus Advanced Life Support (ALS) voor artsen en verpleegkundigen van de IC in het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum (2x) Voordracht “Noninvasieve beademing” op symposium van het Dutch Acute Medicine (DAM) in het VUmc te Amsterdam Voordracht “ARDS” voor LODIN, AIOS interne geneeskunde UMC Nijmegen Workshop: “Nieuwe Richtlijn Uitvoering Euthanasie KNMG/KNMP” op symposium van de KNMG en KNMP voor SCEN-artsen, Domus te Utrecht Colleges “respiratie” in blok “Circulatie & ventilatie” voor studenten Technische Geneeskunde TU Twente Course Director en instructeur FCCS-cursus in De Reehorst te Ede Course Director en instructeur FCCS-cursus in De Reehorst te Ede Voordracht “Massaal bloedverlies” voor LODIN, AIOS interne geneeskunde UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Scholingsdag Beademing voor IC-verpleegkundigen UMC Nijmegen 26-10-2012 Werkgroep Medische Professionele Vorming 4 (MPV4) 3e-jaars sudenten geneeskunde aan het UMC Nijmegen Voordracht “HELLP” voor LODIN, AIOS interne geneeskunde UMC Nijmegen
Bijlage F: Didactische en pedagogische kwaliteiten waarnemend opleider 1. Waarnemend opleider verzorgt jaarlijks een groot aantal voordrachten op verschillende opleidingsinstituten en congressen 2. Waarnemend opleider is gecertificeerd instructeur voor ACLS, ATLS en FCCS en voorzitter voor de onderwijscommissie van de IC 3. Waarnemend opleider heeft professionalisering gevolgd
verschillende
cursussen
voor
docent-
Bijlage G: organisatorische kwaliteiten waarnemend opleider 1. Waarnemend opleider is voorzitter van een groot aantal commissie binnen de intensive care afdeling en heeft verschillende andere organisatorische functies binnen het UMCN (o.a. vertrouwensarts en SCEN arts) 2. Waarnemend opleider is (mede) organisator van verschillende nationale congressen
Bijlage J: Opleidingsgroep
FTE
Intensivisten volwassenen
14.9
Dr. F. Abdo, neuroloog-intensivist Drs. L. Bisschops, internist-intensivist Drs. J. van de Brule, cardioloog-intensivist Dr. B. Fikkers, anesthesioloog-intensivist Dr. T. Frenzel, anesthesioloog-intensivist Drs. A. Hemelaar, anesthesioloog-(kinder-)intensivist Dr. L. Heunks, longarts-intensivist Drs. M. Hilkens, internist-intensivist Dr. A. Hoedemaekers, internist-intensivist Prof. Dr. H. van der Hoeven, internist-intensivist Drs. E. van Leeuwen, internist-intensivist Prof. Dr. P. Pickkers, internist-intensivist Drs. J. Pompe, chirurg-intensivist Drs. A. v Veenendaal, anesthesioloog-intensivist Drs. R. Verhage, anesthesioloog-intensivist Drs. J. Verwiel, internist-intensivist Drs. C. Zimmerman, internist-intensivist
1.0 0.8 1.0 1.0 0.8 0.4 1.0 0.8 1.0 1.0 0.5 1.0 0.8 0.8 0.8 1.0 1.0
Intensivisten kinderen
7.2
Drs. R. Eijk, anesthesioloog-(kinder-)intensivist Drs. L. van ’t Hek, kinderarts-intensivist Drs. A. Hemelaar, anesthesioloog-(kinder-)intensivist Dr. J. Lemson, anesthesioloog-(kinder-)intensivist Dr. C. Neeleman, kinderarts-intensivist Drs. A. Nusmeier, kinderarts-intensivist Drs. R. Petru, kinderarts-intensivist Drs. C. Verlaat, kinderarts-intensivist Drs. T. Walk, kinderarts-intensivist
1.0 1.0 0.4 1.0 1.0 0.8 0.8 0.6 0.6
Bijlage K: Laatste 10 (top)-publicaties 2012 opleidingsgroep 1. van den Boogaard M, Pickkers P, Slooter AJ, Kuiper MA, Spronk PE, van der Voort PH, van der Hoeven JG, Donders R, van Achterberg T, Schoonhoven L. Development and validation of PRE-DELIRIC (PREdiction of DELIRium in ICu patients) delirium prediction model for intensive care patients: observational multicentre study. BMJ. 2012 Feb 9;344:e420. doi: 10.1136/bmj.e420. 2. Leentjens J, Kox M, Koch RM, Preijers F, Joosten LA, van der Hoeven JG, Netea MG, Pickkers P. Reversal of Immunoparalysis in Humans In Vivo: A Double-Blind, Placebo-controlled, Randomized Pilot Study. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Nov 1;186(9):838-45. 3. Doorduin J, Sinderby CA, Beck J, Stegeman DF, van Hees HW, van der Hoeven JG, Heunks LM. The calcium sensitizer levosimendan improves human diaphragm function. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Jan 1;185(1):90-5. 4. Bisschops LL, Hoedemaekers CW, Mollnes TE, van der Hoeven JG. Rewarming after hypothermia after cardiac arrest shifts the inflammatory balance. Crit Care Med. 2012 Apr;40(4):1136-42. 5. Ramakers BP, Wever KE, Kox M, van den Broek PH, Mbuyi F, Rongen G, Masereeuw R, van der Hoeven JG, Smits P, Riksen NP, Pickkers P. How systemic inflammation modulates adenosine metabolism and adenosine receptor expression in humans in vivo. Crit Care Med. 2012 Sep;40(9):2609-16. 6. Bisschops LL, van der Hoeven JG, Hoedemaekers CW. Effects of prolonged mild hypothermia on cerebral blood flow after cardiac arrest. Crit Care Med. 2012 Aug;40(8):2362-7. 7. van den Boogaard M, Schoonhoven L, Evers AW, van der Hoeven JG, van Achterberg T, Pickkers P. Delirium in critically ill patients: impact on long-term health-related quality of life and cognitive functioning. Crit Care Med. 2012 Jan;40(1):112-8. 8. van Hees HW, Schellekens WJ, Andrade Acuña GL, Linkels M, Hafmans T, Ottenheijm CA, Granzier HL, Scheffer GJ, van der Hoeven JG, Dekhuijzen PN, Heunks LM. Titin and diaphragm dysfunction in mechanically ventilated rats. Intensive Care Med. 2012 Apr;38(4):702-9. 9. Schellekens WJ, van Hees HW, Vaneker M, Linkels M, Dekhuijzen PN, Scheffer GJ, van der Hoeven JG, Heunks LM. Toll-like receptor 4 signaling in ventilatorinduced diaphragm atrophy. Anesthesiology. 2012 Aug;117(2):329-38. 10. Lansdorp B, Lemson J, van Putten MJ, de Keijzer A, van der Hoeven JG, Pickkers P. Dynamic indices do not predict volume responsiveness in routine clinical practice. Br J Anaesth. 2012 Mar;108(3):395-401.
Bijlage L: Fellows Intensive Care op 01/01/2013
FTE
M. Casteleijns (Chirurgie) Y. Demir (Anesthesiologie) S. Derksen (Interne Geneeskunde) R. Entjes (Cardiologie) L. van Haaften (Interne Geneeskunde) I. Janssen (Cardiologie) S. Kilwinger (Anesthesiologie) B. Ramakers (Interne Geneeskunde) B. Simons (Interne Geneeskunde) M. Tacken (Anesthesiologie) R. Vromans (Cardiologie) R. van Vugt (Anesthesiologie) R. van de Weyer (Cardiologie)
1 1 1 1 1 1 0.8 1 1 0.8 1 1 1
Bijlage M: opleidingsschema IC
1
ste
de
jaar
2 jaar
Anesthesiologie UMCN
Anesthesiologie ander ZH
Niet anesthesiologie
12 Maanden Assistentenrooster
12 Maanden Assistentenrooster
1 Maand OK/Intubatie 1 Maand C3a/b (CTC) voorwacht 1 Maand C1c (NCH) voorwacht 9 Maanden Fellowrooster
12 Maanden Fellowrooster waarvan ± laatste 3 eigen unit
12 Maanden Fellowrooster waarvan ± laatste 3 eigen unit
12 Maanden Fellowrooster waarvan ± laatste 3 eigen unit
Toelichting •
In principe kunnen alle patiënten verpleegd worden op alle units maar behoud van specifieke expertise wordt gestimuleerd en derhalve: o Unit C1a en C1b: accent op interne geneeskunde en algemene chirurgie o Unit C1c: accent op neurologie/neurochirurgie o Unit C3a en C3b: accent op cardiothoracale chirurgie o Unit C3c: intensive care voor kinderen
•
De fellows in opleiding tot intensivist maken hun eigen rooster met als uitgangspunt minimaal 6 maanden te besteden aan interne geneeskunde en algemene chirurgie, minimaal 3 maanden aan neurologie en neurochirurgie en minimaal 3 maanden aan cardiothoracale chirurgie. Op grond van het portfolio en het gesprek met de opleider kan het schema aangepast worden indien zich specifieke deficiënties voordoen. De stage “intensive care voor kinderen” beslaat 2 of 3 maanden en is facultatief. In ± de laatste 3 maanden van de opleiding is de fellow overdag zelfstandig verantwoordelijk voor een eigen unit (maximaal 8 bedden) met een staflid beschikbaar.
•
Gedurende de gehele opleiding zijn de fellows uit geroosterd tijdens de landelijke GIC dagen.
•
De fellows bezoeken tijden hun opleiding minimaal de Intensivistendagen, het IC congres in Brussel en het jaarlijkse ESICM congres. Daarnaast worden zij niet ingeroosterd op de landelijke NICE dag en tijdens het congres “Masterclass optimale organisatie van intensive care”. Deelname aan het cursorisch onderwijs van de NVIC wordt gestimuleerd.
Bijlage N: programma besprekingen
•
Complicatiebespreking IC
Woensdag
13.30 (1× per maand)
•
Complicatiebespreking IC/CTC
Dinsdag
07.00 (1× per maand)
•
Complicatiebespreking IC/NCH
Woensdag
07.00 (1× per maand)
•
Complicatiebespreking IC/HK
Donderdag 17.00 (1× per maand)
•
PA/obductie bespreking IC
Woensdag
•
Radiologie bespreking IC
Donderdag 13.45 (1× per week)
•
MET bespreking
Maandag
16.30 (1× per 2 maanden)
•
Research bespreking IC
Vrijdag
13.30 (1× per 2 weken)
•
Fellowvergadering
Donderdag 14.00 (1× per maand)
•
Fellowonderwijs
Donderdag 14.30 (1× per week)
•
Arts-assistenten onderwijs
Woensdag
14.00 (1× per week)
•
Refereeravond
Woensdag
18.00 (1× per maand)
13.30 (1× per maand)
Voor actuele inhoud van fellowonderwijs zie website www.intensivistenopleiding.nl
januari 2013 Maandag
Dinsdag
Woensdag 1
NIEUWJAAR
Donderdag 2
13.30 PA bespreking
7
8
Vrijdag 3
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 9
4 13.30 Researchbespreking “upper airway tijdens NIV”
10
11
17
18
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 14
15
16 07.00 Complicatie IC/NCH 13.30 Complicatie IC
21
22 07.00 Complicatie IC/CTC
28
23 18.00 Refereeravond
29 GIC ETHIEK/PROFESSIONALITEIT
ONDERWIJS
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
24/01 VISITATIE IC
13.00 Promotie M. Moviat 24
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 17.00 Complicatie IC/HK 30
25 Researchbespreking
31 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
16/01 SYMPOSIUM Jaarsymposium longziekten Utrecht
30/01 SYMPOSIUM Weer een dag om nooit te vergeten Apeldoorn
februari 2013 Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag 1 13.30 Researchbespreking “mtDNA bij Trauma”
4
5
6 13.30 PA bespreking
11
12
25 16.30 MET bespreking
19
26 07.00 Complicatie IC/CTC GIC NICE registratie
13
ONDERWIJS
15 INTENSIVISTENDAGEN
21 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
27
INTENSIVISTENDAGEN 13 - 15 Februari
14 INTENSIVISTENDAGEN 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
20 07.00 Complicatie IC/NHC 13.30 Complicatie IC
18.00 Refereeravond
8
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
INTENSIVISTENDAGEN
18
7
28 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 17.00 Complicatie IC/HK
22
maart 2013 Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag 1 13.30 Researchbespreking
4
5
6 13.30 PA bespreking
11
12
7
8
14
15 13.30 Researchbespreking
21
22
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 13 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs
18
19 IC symposium Brussel
25
26 07.00 Complicatie IC/CTC GIC INFECTIE
ONDERWIJS
20 07.00 Complicatie IC/NHC 13.30 Complicatie IC IC symposium Brussel
13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs IC symposium Brussel
27 18.00 Refereeravond
IC symposium Brussel 19 - 22 maart
IC symposium Brussel
28 13.45 Radiologie 14.30 Fellowonderwijs 17.00 Complicatie IC/HK
29
Bijlage O: voor lijst beschikbare tijdschriften zie Intranet Opmerking: Van de 26 IC tijdschriften opgenomen in de “Journal Citation Reports” zijn er 19 (waaronder de bovenste 12) full text beschikbaar in de bibliotheek
Bijlage P: specifieke eisen en eindtermen Tot 1 januari 2013 is de opleiding tot intensivist voornamelijk gebaseerd geweest op de eisen en eindtermen zoals vermeld in het COBATRICE programma. De vorderingen in het portfolio worden iedere 3 maanden door de opleidingsgroep besproken en aansluitend door de opleider met de intensivist in opleiding. Hierin komen specifieke eisen en eindtermen expliciet aan bod. Vanaf januari 2013 vind een geleidelijke overgang plaats naar de eisen en eindtermen zoals vermeld in het document “Opleiding tot intensivist - competenties en toetsing” De patiëntenpopulatie van de afdeling intensive care is weergegeven met behulp van de demografische gegevens uit de NICE registratie 2011
Jaarverslag 2011 Ziekenhuis 195 Gemaakt op: 2012-03-07
2011
2-37
2011
Inleiding Voor u ligt de MDS NICE jaarrapportage over het jaar 2011. De cijfers in deze rapportage zijn gebaseerd op de records die zijn opgenomen in de landelijke database. De in dit rapport opgenomen gegevens zijn door de samenstellers met uiterste zorgvuldigheid verwerkt. Voor gegevens die desondanks onvolledig of onjuist mochten zijn, kan de samensteller in generlei opzicht aansprakelijk worden gesteld. Over het jaar 2011 zijn 2397 IC opnamen aangeleverd. Op basis van het aantal IC opnamen per jaar is uw ICU ingedeeld in volumegroep 4. Volumegroep 4 betreft 20 ziekenhuizen met meer dan 1100 IC opnamen per jaar (bepaald op basis van het voorgaande kalenderjaar). Voor de tabellen en figuren waarin gebruik gemaakt wordt van de APACHE II zijn 1216 opnamen geexcludeerd op grond van de APACHE II inclusie criteria. In de onderstaande tabel staat vermeld op grond van welke criteria opnamen zijn geexcludeerd voor de APACHE II gerelateerde overzichten.
Aantal opnamen 63 147 1019 3 7 1216
Minder dan 8 uur op ICU Heropnamen Na cardiochirurgie Brandwonden Ontbrekende ziekenhuisontslag Totaal (zonder dubbeltellingen)
% opnamen 2.6 6.1 42.5 0.1 0.3 50.7
Voor de tabellen en figuren waarin gebruik gemaakt wordt van de SAPS II zijn 1211 opnamen geëxcuseerd op grond van de SAPS II inclusie criteria. In de onderstaande tabel staat vermeld op grond van welke criteria opnamen zijn geëxcuseerd voor de SAPS II gerelateerde overzichten.
Jonger dan 18 Heropnamen Na cardiochirurgie Ontslagen naar CCU/ICU ander ziekenhuis Brandwonden Ontbrekende ziekenhuisontslag Totaal (zonder dubbeltellingen)
Aantal opnamen 33 147 1019 23 3 7 1211
% opnamen 1.4 6.1 42.5 1.0 0.1 0.3 50.5
Voor de tabellen en figuren waarin gebruik gemaakt wordt van de APACHE IV zijn 283 opnamen geëxcuseerd op grond van de APACHE IV inclusie criteria. In de onderstaande tabel staat vermeld op grond van welke criteria opnamen zijn geëxcuseerd voor de APACHE IV gerelateerde overzichten. Aantal opnamen 22 4 147 115 2 3 7 283
Minder dan 4 uur op ICU Langer dan 365 dgn in ziekenhuis Heropnamen Opname vanaf ander CCU/ICU Brandwonden Transplantaties Ontbrekende ziekenhuisontslag Totaal (zonder dubbeltellingen)
3-37
% opnamen 0.9 0.2 6.1 4.8 0.1 0.1 0.3 11.8
2011
Aantal opnamen In de onderstaande tabel staat het aantal opnamen voor de gehele deelname periode zoals deze zijn geregistreerd in de landelijke database van NICE. Aantal opnamen 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
1681 1752 1550 1844 2084 2246 2371 2397
Aantal unieke patiënten 1585 1653 1418 1663 1875 2030 2139 2172
In 2011 bedroeg het gemiddeld aantal opnamen 200 per maand met een standaard deviatie van 15.8. Het minimum aantal opnamen bedroeg 180 opnamen en maximaal waren er 226 opnamen in een maand. De onderstaande grafiek geeft het aantal opnamen per maand weer voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren.
4-37
2011
Heropnamen In het jaar 2011 bedroeg het aantal heropnamen op uw IC 147 (6.1%). In uw volumegroep waren 2562 (7.3%) heropnamen. Nationaal waren er 4863 (6.8%) heropnamen. In de onderstaande grafiek wordt voor uw IC een overzicht gegeven van, indien van toepassing, het aantal keren dat het een 1ste, 2de, 3de of een latere heropname betrof in het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren.
In de onderstaande grafiek wordt voor uw IC een overzicht gegeven van het percentage heropnamen in het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren.
5-37
2011
Herkomst De meeste patiënten komen vanaf de OK van dit ziekenhuis, al dan niet voorafgegaan door een opname op een verpleegafdeling. In totaal werden 146 opnamen vanuit andere ziekenhuizen door uw IC overgenomen. In de onderstaande tabel worden het aantal en percentage opnamen per herkomst-item weergegeven, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
Spoedeisende hulp dit zkh Spoedeisende hulp ander zkh Verpleegafdeling dit zkh Verpleegafdeling ander zkh Huis CCU/ICU dit zkh CCU/ICU ander zkh Special care dit zkh Special care ander zkh OK dit zkh OK ander zkh Recovery dit zkh Recovery ander zkh Elders ander zkh Andere lokatie dit zkh Onbekend Totaal
ICU Aantal opnamen 340 24 281 15 10 32 83 68 4 1503 14 16 3 3 1 2397
% opnamen 14.2 1.0 11.7 0.6 0.4 1.3 3.5 2.8 0.2 62.7 0.6 0.7 0.1 0.1 0.0 100.0
6-37
Volumegroep Aantal % opnamen opnamen 4984 14.2 155 0.4 5686 16.2 485 1.4 104 0.3 820 2.3 764 2.2 218 0.6 5 0.0 20944 59.6 175 0.5 57 0.2 4 0.0 270 0.8 47 0.1 420 1.2 35138 100.0
Nationaal Aantal opnamen 12709 362 16088 894 444 2056 1263 502 36 34893 220 238 6 537 90 1437 71775
% opnamen 17.7 0.5 22.4 1.2 0.6 2.9 1.8 0.7 0.1 48.6 0.3 0.3 0.0 0.7 0.1 2.0 100.0
2011
Inwendige geneeskunde Cardiologie Longziekten Reumatologie Allergologie Gastro-enterologie Anesthesiologie Heelkunde Urologie Orthopedie Neurochirurgie Plastische chirurgie Gynaecologie en verlosk. Kindergeneeskunde Zenuw- en zielsziekten Psychiatrie Neurologie (klin. neurofysiol.) Dermatologie Keel-, neus-, oorheelkunde Oogheelkunde Revalidatie Radiologie Radiodiagnostiek Radiotherapie Cardio-pulmonale chirurgie Klinische geriatrie Klinische genetica Nucleaire geneeskunde Mondziekten en kaakchirurgie Dento-maxillaire orthopedie Vaatchirurgie Endocrinologie Hematologie Hepatologie Kinderchirurgie Nefrologie Oncologie Thorax chirurgie Overige specialismen Specialisme onbekend Specialisme niet aangeleverd Totaal
117 115 72 7 26 6 248 45 36 216 20 3 3 123 44 1 3 1162 14 49 32 2 33 19 1 2397
4.9 4.8 3.0 0.3 1.1 0.3 10.3 1.9 1.5 9.0 0.8 0.1 0.1 5.1 1.8 0.0 0.1 48.5 0.6 2.0 1.3 0.1 1.4 0.8 0.0 100.0
7-37
Nationaal Aantal opnamen
3031 2032 1471 12 1 474 1522 6771 489 461 2896 71 244 63 4 24 1430 4 282 8 5 2 9019 21 133 3 170 3 128 26 2 94 38 3309 678 114 103 35138
8.6 5.8 4.2 0.0 0.0 1.3 4.3 19.3 1.4 1.3 8.2 0.2 0.7 0.2 0.0 0.1 4.1 0.0 0.8 0.0 0.0 0.0 25.7 0.1 0.4 0.0 0.5 0.0 0.4 0.1 0.0 0.3 0.1 9.4 1.9 0.3 0.3 100.0
11926 4281 4588 17 2 940 1942 19118 1852 1399 3078 163 879 173 6 46 2855 5 800 11 7 5 5 1 9025 70 2 2 230 14 461 3 132 26 4 147 82 3348 1191 131 2808 71775
% opnamen
Volumegroep
% opnamen
% opnamen
Aantal opnamen
ICU
Aantal opnamen
In de onderstaande tabel worden het aantal en percentage opnamen per verwijzend specialisme weergegeven, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
16.6 6.0 6.4 0.0 0.0 1.3 2.7 26.6 2.6 1.9 4.3 0.2 1.2 0.2 0.0 0.1 4.0 0.0 1.1 0.0 0.0 0.0 0.0 0.0 12.6 0.1 0.0 0.0 0.3 0.0 0.6 0.0 0.2 0.0 0.0 0.2 0.1 4.7 1.7 0.2 3.9 100.0
2011
Opnametype In de onderstaande grafiek worden het aantal opnamen per opnametype weergegeven voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren.
In de onderstaande grafiek worden het percentage opnamen per opnametype weergegeven voor het jaar 2011, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
8-37
2011
In de onderstaande tabel worden het aantal en percentage opnamen per opnametype weergegeven voor uw IC, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
Medisch Spoed chir Electieve chir Onbekend Totaal
ICU Aantal opnamen 750 304 1343 2397
% opnamen 31.3 12.7 56.0 100.0
Volumegroep Aantal % opnamen opnamen 11993 34.1 4751 13.5 18151 51.7 203 0.6 35098 99.9
Nationaal Aantal opnamen 31695 10173 28294 1545 71707
% opnamen 44.2 14.2 39.4 2.2 99.9
Leeftijd en Geslacht De gemiddelde leeftijd van de opgenomen patiënten over het jaar 2011 bedroeg 61.6 ± 15.7 met een minimum leeftijd van 16 en een maximum van 93 jaar. In uw volumegroep was de gemiddelde leeftijd van IC patiënten 62.4 ± 15.7 jaar. Nationaal was deze 63.2 ± 16.3 jaar. In de onderstaande grafiek wordt het aantal opnamen per leeftijdscategorie weergegeven voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren.
9-37
2011
In de onderstaande grafiek wordt het percentage opnamen per leeftijdscategorie voor het jaar 2011 weergegeven, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
Van de 2397 opnamen waren er 1538 (64.2%) man en 851 (35.5%) vrouw. In uw volumegroep bedroeg het percentage mannen 61.7% en nationaal was dit 58.7%.
Reanimaties In het jaar 2011 vonden 80 (3.3%) opnamen plaats die vlak voor IC opname werden gereanimeerd in of buiten het ziekenhuis. Van deze patiënten overleden er 39 op de IC en 6 na ontslag van de IC tijdens dezelfde ziekenhuis opname. In de onderstaande tabel wordt voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren het percentage opnamen na reanimatie weergegeven, tezamen met het percentage sterfte op de IC en in het ziekenhuis na reanimatie, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
10-37
3202 3432 3190
4.5 4.5 4.5
% ZKH sterfte
51.4 51.4 52.0
% Reanimaties
45.2 46.0 45.0
% IC sterfte
4.3 4.4 4.3
Aantal opnamen
1524 1746 1593
% ZKH sterfte
56.3 49.0 47.3
Nationaal
% IC sterfte
48.8 46.0 38.5
% Reanimaties
Aantal opnamen
3.3 4.2 4.1
% ZKH sterfte
80 100 91
% IC sterfte
2011 2010 2009
Volumegroep % Reanimaties
Aantal opnamen
ICU
47.4 47.7 46.7
54.2 54.5 54.5
2011
Trauma In het jaar 2011 vonden 148 (6.2%) multi-trauma opnamen plaats op de intensive care. Hiervan overleden er 26 op de IC en 6 na ontslag van de IC tijdens dezelfde ziekenhuis opname. In de onderstaande tabel wordt voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren het percentage trauma opnamen weergegeven, tezamen met het percentage sterfte op de IC en in het ziekenhuis onder trauma opnamen, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
5.0 4.6 4.5
3335 3494 3370
4.6 4.6 4.8
% ZKH sterfte
16.1 15.1 15.9
% IC sterfte
12.0 11.8 12.6
% Trauma
Aantal opnamen
1755 1816 1693
% ZKH sterfte
21.6 17.2 15.9
Nationaal
% IC sterfte
17.6 14.2 13.8
% Trauma
Aantal opnamen
6.2 5.7 6.5
% ZKH sterfte
148 134 145
% IC sterfte
2011 2010 2009
Volumegroep
% Trauma
Aantal opnamen
ICU
8.6 8.6 9.3
13.3 13.1 12.9
Beademing In het jaar 2011 werden 1857 (77.5%) patiënten bij opname beademd. In totaal werden 2041 (85.1%) patiënten op enig moment gedurende de eerste opnamedag beademd. In de onderstaande tabel wordt voor het jaar 2011 en de voorgaande twee jaren het aantal en het percentage opnamen met beademing op enig moment gedurende de eerste 24 uur getoond, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
2011 2010 2009
ICU Aantal opnamen 2041 2027 1805
% Opnamen 85.1 85.5 80.4
Volumegroep Aantal opnamen 22969 25967 24485
11-37
% Opnamen 65.4 66.0 65.6
Nationaal Aantal opnamen 35642 38736 36559
% Opnamen 49.7 50.9 51.6
2011
Behandelduur per verwijzend specialisme In onderstaande tabel wordt per verwijzend specialisme een overzicht getoond van het totaal aantal behandeldagen en de mediane behandelduur, gespiegeld met uw volumegroep en nationaal.
Inwendige geneeskunde Cardiologie Longziekten Reumatologie Allergologie Gastro-enterologie Anesthesiologie Heelkunde Urologie Orthopedie Neurochirurgie Plastische chirurgie Gynaecologie en verlosk. Kindergeneeskunde Zenuw- en zielsziekten Psychiatrie Neurologie (klin. neurofysiol.) Dermatologie Keel-, neus-, oorheelkunde Oogheelkunde Revalidatie Radiologie Radiodiagnostiek Radiotherapie Cardio-pulmonale chirurgie Klinische geriatrie Klinische genetica Nucleaire geneeskunde Mondziekten en kaakchirurgie Dento-maxillaire orthopedie Vaatchirurgie Endocrinologie Hematologie Hepatologie Kinderchirurgie Nefrologie Oncologie Thorax chirurgie Overige specialismen Specialisme onbekend Specialisme niet aangeleverd Totaal
886.1 799.7 382.3 47.9 142.6 46.5 1539.5 104.9 199.3 834.3 55.3 5.9 2.1 617.4 304.7 18.1 6.6 2365.1 23.4 167.8 173.8 1.5 285.7 90.8 2.6 9104.1
2.76 3.25 3.78 8.16 2.25 2.95 1.96 1.45 1.36 1.09 0.78 0.70 0.73 2.71 1.88 18.10 1.06 0.95 0.90 1.02 2.22 0.76 1.56 1.34 2.63 1.05 12-37
11545.8 9118.4 7640.6 60.4 0.2 2392.2 5504.0 25849.8 1384.3 1195.7 8623.2 131.8 599.6 91.0 4.1 39.4 6830.9 5.2 967.7 25.3 11.4 1.7 19157.1 48.7 338.7 1.2 616.2 19.3 949.2 190.5 1.5 624.4 174.1 7383.7 1688.6 120.4 396.8 113733.2
1.33 1.99 1.99 4.95 0.22 1.56 0.99 1.05 0.88 0.88 0.91 0.71 0.87 0.47 0.54 0.87 1.76 1.74 0.99 0.88 2.23 0.85 0.93 1.68 0.85 0.59 1.10 1.50 3.17 3.73 0.76 1.75 1.96 0.92 0.99 0.13 1.53 0.97
41720.4 18352.9 21878.1 83.5 0.3 4190.6 6659.8 66739.0 4242.1 2998.2 9239.6 244.2 1433.4 156.1 5.1 80.7 12147.4 15.6 1877.2 29.1 16.7 3.9 6.1 2.7 19201.5 169.1 3.4 1.3 462.2 22.5 1319.5 19.3 981.5 190.5 2.2 738.0 304.4 7442.7 4346.2 190.9 9465.9 236983.6
Mediane IC behandelduur
Aantal IC behandeldagen
Nationaal
Mediane IC behandelduur
Aantal IC behandeldagen
Volumegroep Mediane IC behandelduur
Aantal IC behandeldagen
ICU
1.24 2.14 2.09 4.00 0.14 1.49 0.98 1.03 0.92 0.88 0.92 0.75 0.85 0.21 0.54 0.92 1.44 2.00 0.87 0.92 2.23 0.83 1.03 2.65 0.93 1.68 1.69 0.63 0.85 0.88 0.98 1.50 3.21 3.73 0.56 1.55 1.80 0.92 1.09 0.14 1.02 1.01
2011
Ontslagbestemming per verwijzend specialisme In de onderstaande tabel wordt voor uw IC per insturend specialisme de ontslagbestemming weergegeven.
Inwendige geneeskunde Cardiologie Longziekten Reumatologie Gastro-enterologie Anesthesiologie Heelkunde Urologie Orthopedie Neurochirurgie Gynaecologie en verlosk. Kindergeneeskunde Psychiatrie Neurologie (klin. neurofysiol.) Keel-, neus-, oorheelkunde Oogheelkunde Revalidatie Cardio-pulmonale chirurgie Mondziekten en kaakchirurgie Vaatchirurgie Hematologie Kinderchirurgie Nefrologie Oncologie Specialisme niet aangeleverd Totaal
Verpl.afd dit zkh
CCU/IC dit zkh
Aantal opnamen 67 29 46 4 15 4 140 34 22 96 16 1 3 46 32 1 2 775 13 27 20 2 26 12 1433
Aantal opnamen 1 39 4 2 1 3 51 1 102
Recov/ MC dit zkh Aantal opnamen 14 7 5 3 72 6 5 75 3 46 10 1 319 13 1 3 1 1 585
13-37
Verpl.afd ander zkh
CCU/IC ander zkh
Aantal opnamen 1 3 1 6 1 3 2 1 3 1 2 24
Aantal opnamen 4 3 2 1 1 2 2 3 1 3 1 23
Recov/ MC ander zkh Aantal opnamen 1 1 2 1 5
Huis
Anders
Aantal opnamen 6 1 1 2 1 3 4 1 19
Aantal opnamen 1 1 2 1 1 6
Addendum: schema en inhoud refereeravonden 2012
Journalclub 2012 Intensive Care
Datum:
4e woensdag van de maand
Tijd:
Algemeen 18:00 - 19:30 uur Regionaal 18:00 - 21:30 uur
Plaats:
*Vergaderzaal IC MDO, R-gebouw, zone C, -1, kamer 165, route 709
Afspraken: Uniform format (http://www.umcn.nl/userfiles/other/Powerpointsjabloon_UMC.ppt) Onderling afspraken maken omtrent keuze van artikel e.d. Niet teveel tekst per dia, maximaal 10 dia’s per spreker Artikelen minimaal één week tevoren mailen naar staf en fellows Bespreking artikelen zoveel mogelijk volgens EBM-guidelines Conclusie met “take home message” Schema (onderling ruilen natuurlijk altijd mogelijk, gaarne doorgeven aan BF)
Datum
Plaats
Sprekers
25 januari
*
Regionaal HH LHu
22 februari
*
RE RP CN
28 maart
EL HH RV
9 mei
*
LB CZ JP
23 mei
*
AV TF
27 juni
*
MH AH JL
juli/augustus
Zomerreces
26 september
TF BF AN
24 oktober
*
TW CV
28 november
*
Regionaal HH CH
12 december
*
JV CZ TW
[Geef tekst op]
Versie 1 september 2012
Informatie: tel. (36) 17273.
Regionale Refereeravond Intensive Care Datum: Woensdag 25 januari 2012 Tijd:
18:00 – 21:00 uur
Plaats: Vergaderruimte B, route 709 (C geb, onderverdieping) Coach: Prof. dr. J.G. van der Hoeven, hoofd Intensive Care “Gastro-intestinale problemen” 18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
Gastro-intestinaal falen Prof.dr. J.G. van der Hoeven, internist-intensivist
19:00
Casus: acute buik na mitralisklep chirurgie R. Vromans, fellow Intensive Care
19.20
Pauze
19.40
Klinisch pad en resultaten buismaag reconstructie Drs. M. van de Kolk, chirurg-intensivist
20.10
Circulatie van de tractus digestivus - NOMI Prof.dr. J.G. van der Hoeven, internist-intensivist
20.40
Afsluiting en borrel
Informatie: tel. (36) 17273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 22 februari 2012
Tijd:
18:15 – 19:30 uur
Plaats:
Kamer B, route 709
18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
1. Chris Neeleman •
Safety, efficacy, and tolerability of early initiation of noninvasive positive pressure ventilation in pediatric patients admitted with status asthmaticus: A pilot study Pediatr Crit Care Med. 2012 Jan 5.
2. Ronald Petru •
ICU 2020: Five Interventions to Revolutionize Quality of Care in the ICU. Bauman KA, Hyzy RC. Source Department of Internal Medicine, Division of Pulmonary and Critical Care Medicine, University of Michigan Medical Center, Ann Arbor, MI, USA. J Intensive Care Med. 2012 Feb 11.
3. Ruud Eijk •
Artikel onbekend
19:30
Discussie aan de hand van stellingen
19:40
Take home message
19:45
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 28 maart 2012
Tijd:
18:15 – 19:30 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
1. Hans van der Hoeven •
ECMO criteria for H1N1 associated ARDS. Grasso S. ICM 2012;38:395-403
2. Eric van Leeuwen •
Beroepsgeheim en politie/justitie De herziene KNMG-handleiding; Uitgegeven feb’12
3. Rutger Verhage •
Dexmedetomidine vs Midazolam or Propofol for sedation during prolonged mechanical ventilation JAMA, 21mrt’12,vol.307.nr.11; 1151-60
19:30
Discussie aan de hand van stellingen
19:40
Take home message
19:45
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 25 april 2012
Tijd:
18:15 – 19:30 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
1. Chris Neeleman •
In-line filtration reduces severe complications and length of stay on pediatric intensive care unit: a prospective, randomized, controlled trial Intensive Care Med 2012 April 12 [Epub ahead of print]
2. Cees Zimmerman •
Fever Control Using External Cooling in Septic Shock: a Randomized Controlled Trial. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Feb 23. [Epub ahead of print]
3. Laurens Bisschops •
Association of body temperature and antipyretic treatments with mortality of critically ill patients with and without sepsis: multi-centered prospective observational study et al. Critical Care 2012, 16:R33 http://ccforum.com/content/16/1/R33
19:30
Discussie aan de hand van stellingen
19:40
Take home message
19:45
Sluiting Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 9 mei 2012
Tijd:
18:15 – 19:30 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
1. Jan Pompe •
Artikel volgt
2. Cees Zimmerman •
Fever Control Using External Cooling in Septic Shock: a Randomized Controlled Trial. Am J Respir Crit Care Med. 2012 Feb 23. [Epub ahead of print]
3. Laurens Bisschops •
Association of body temperature and antipyretic treatments with mortality of critically ill patients with and without sepsis: multi-centered prospective observational study et al. Critical Care 2012, 16:R33 http://ccforum.com/content/16/1/R33
19:30
Discussie aan de hand van stellingen
19:40
Take home message
19:45
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 27 juni 2012
Tijd:
18:15 – 19:30 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
1. Murielle Hilkens • Enteral omega-3 Fatty Acid,Linolenic Acid, and antioxidant Supplementation in Acute Lung Injury. T. Rice et al./JAMA oct 2011
2. Anique Hemelaar • Randomized controlled trial of interrupted versus continuous sedative infusions in ventilated children. Pediatric Critical Care Medicine 2012, Vol 13. No 2, 131-135 Gupta, Kunal MD; Gupta, Vipul K. MD, DNB; Muralindharan, Jayashree MD; Singhi, Sunit MD
3. Joris Lemson •
Refusal of Intensive Care Unit Admission Due to a Full Unit. Impact on Mortality
19:30
Discussie aan de hand van stellingen
19:40
Take home message
19:45
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 26 september 2012
Tijd:
17:45 – 19:15 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
Thema:
Pulmonary infections
17:45
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:00
1. Anneliese Nusmeier ⋅
Rahman NM Strategies pleural infections NJEM aug 2011
⋅
Review meta analysis pleural effusions empyema Janda S 2012
2. Bernard Fikkers ⋅
Blot et al. A Clinical Algorithm to Diagnose Invasive Pulmonary Aspergillosis in Critically Ill Patients Am J Respir Crit Care 2012;186:56-64
3. Tim Frenzel ⋅
Point-of-Care Testing. A Prospective, Randomized Clinical Trial of Efficacy in Coagulopathic Cardiac Surgery Patients Anesthesiology 2012 117:531– 47
19:00
Discussie aan de hand van stellingen
19:10
Take home message
19:15
Sluiting Informatie: tel. 024-3617273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 24 oktober 2012
Tijd:
17:45 – 19:15 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
17:45
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:00
1. Twiggy Walk ⋅
Hydroxyethyl Starch 130/0.42 versus Ringer’s Acetate in Severe Sepsis New England Journal of Medicine 367;2 nejm.org july 12, 2012
2. Carin Verlaat ⋅
Fluid balance in critically ill children with acute lung injury Crit Care Med 2012 Vol. 40, No. 10
19:00
Discussie aan de hand van stellingen
19:10
Take home message
19:15
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Regionale Refereeravond Intensive Care Datum: Woensdag 28 november 2012 Tijd:
18:00 – 21:00 uur
Plaats: Vergaderruimte B, route 709 (C geb, onderverdieping) Coach: Prof. dr. J.G. van der Hoeven, hoofd Intensive Care “Ontwennen van de beademing” 18:00
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:30
Rol van NexCOB bij moeilijk te ontwennen patiënten Dr. L. Heunks, longarts-intensivist
19:00
Casus: de onderste steen boven J. Doorduin, technisch geneeskundige
19.30
Pauze
19.50
Hoe kunnen we ontwennen verbeteren? Prof. Dr. H. van der Hoeven, internist-intensivist
20.20
Discussie
20.40
Afsluiting en borrel
Informatie: tel. (36) 17273.
Journalclub Intensive Care Datum:
woensdag 12 december 2012
Tijd:
17:45 – 19:15 uur
Plaats:
M340, -1, Kamer B, route 709
Thema:
Colloïden vs cristalloïden
17:45
Ontvangst met broodjes, soep en koffie/thee
18:00
1. Jeroen Verwiel §
Hydroxyethyl Starch or Saline for Fluid Resuscitation in Intensive Care New England Journal of Medicine 367;20 nejm.org November 15, 2012
2. Twiggy Walk §
Hydroxyethyl Starch 130/0.42 versus Ringer’s Acetate in Severe Sepsis New England Journal of Medicine 367;2 nejm.org July 12, 2012
3. Cees Zimmerman §
Effects of fluid resuscitation with synthetic colloids or crystalloids alone on shock reversal, fluid balance, and patient outcomes in patients with severe sepsis: A prospective sequential analysis Critical Care Medicine: volume 40(9), September 2012, p 2543-2551
19:00
Discussie aan de hand van stellingen
19:10
Take home message
19:15
Sluiting
Informatie: tel. 024-3617273.
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie
Erkenningsaanvraag deel 2 Eisen te stellen aan de opleidingsinrichting volgens minimum opleidingseisen intensive care 2006. TOELICHTING • De erkenningsaanvraag deel 2 is bedoeld om na te gaan of de (beoogde) opleidingsinrichting voldoet aan de eisen voor erkenning. • Pas als aan de erkenningseisen wordt voldaan kan een visitatie plaats vinden. Bij de visitatie wordt nagegaan of in de praktijk aan de eisen wordt voldaan. • Of aan de verplichtingen wordt voldaan kan alleen tijdens de visitatie van een bestaan de opleiding worden nagegaan ( er moeten daadwerkelijk fellows worden opgeleid). • Het deel van de intensive care geneeskunde opleiding dat onder de opleiding van het moederspecialisme valt behoort tot de competentie van de MSRC voor zover het de erkenning van het moederspecialisme betreft. Voor dat deel van de specialistenopleiding conformeren de gezamenlijke wetenschappelijke verenigingen en de GIC zich aan de besluiten van dat orgaan betreffende de opleiding in het moederspecialisme. • De erkenning van de opleider geschiedt door de wetenschappelijke verenigingen gezamenlijk. Deze erkenning vindt plaats op basis van een door de GIC uitgebracht advies aan de wetenschappelijke verenigingen op basis van gegevens van de GIC ad hoc visitatiecommissie. • De Raad van Bestuur wordt verzocht deze aanvraag elektronisch in te vullen en per post naar het secretariaat van de GIC te sturen, tezamen met de door de opleider ingevulde erkenningsaanvraag deel 1. De (beoogde) opleider draagt zorg voor tijdige verzending van de beide erkenningsaanvragen naar de GIC. BEOORDELING ERKENNINGSAANVRAAG BIJ EERSTE AANVRAAG (NIEUWE OPLEIDING) • Door de GIC worden beide aanvragen beoordeeld op volledigheid en getoetst aan de erkenningseisen. • De GIC bericht de ad hoc visitatiecommissie en de opleider binnen vier weken na ontvangst van de erkenningsaanvraag of de geplande visitatie doorgang kan vinden. Deze bevestiging wordt vergezeld van een visitatiewerkdocument, dat een checklist en toelichting voor de visitatiecommissie bevat. Hierdoor is ook de opleider op de hoogte wat en met wie besproken gaat worden. • De visitatiecommissie bereidt de visitatie voor aan de hand van de erkenningsaanvragen deel 1 en 2. BEOORDELING ERKENNINGSAANVRAAG BIJ VERVOLG AANVRAAG • Beide aanvragen worden beoordeeld op volledigheid door de visitatiecommissie ad hoc en getoetst aan de erkenningseisen. • De visitatiecommissie bereidt de visitatie voor aan de hand van de erkenningsaanvragen deel 1 en 2. Bijlagen bij erkenningsaanvraag deel 2 1. Op welke wijze bewaakt de Raad van Bestuur de kwaliteit van de medisch- specialistische opleidingen? 2. Op welke wijze bevordert de Raad van Bestuur het wetenschappelijk onderzoek in de opleidingsinrichting? Tijdens visitatie ter inzage: 1. Opleidingsovereenkomst met medisch specialisten. 2. Reglement van orde Centrale Opleidingscommissie, notulen vergadering. 3. Modelinstructie aios.
erkenningsaanvraag deel 2
pagina 1 van 4
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie VRAGEN TE BEANTWOORDEN DOOR DE RAAD VAN BESTUUR Het betreft een visitatie voor de erkenning van de opleiding in het aandachtsgebied intensive care geneeskunde in het: Hoofdlocatie: UMC St Radboud, Nijmegen Adres: Geert Grooteplein-Zuid 10, Postcode en woonplaats: 6525 GA Nijmegen E-mail adres contactpersoon:
[email protected] Het betreft een: VERVOLGAANVRAAG Bent u op de hoogte van, en akkoord met de aanvraag van de opleiding wat betreft de inhoud, duur en locatie conform deel 1?
ja
*) doorhalen wat van toepassing is
Raad van Bestuur Namen en functie van de leden: - Prof. Dr. M. Samsom, voorzitter - Prof. Dr. P. Smits, decaan - Drs. C. van Beek, lid - Drs. C. Buren, lid Wie beheert de portefeuille opleiding? Prof. Dr. P. Smits
1.
Toelatingscontract Heeft de opleidingsinrichting een toelatingscontract of arbeidsovereenkomst met de medisch specialisten waarin de samenwerking ten behoeve van de opleiding is vastgelegd, alsmede de relatie tussen de opleiders, de aios en andere bij de opleiding betrokken medische specialisten? Gaarne opleidingsovereenkomst tijdens visitatie ter inzage beschikbaar houden.
2.
Centrale Opleidingscommissie • Functioneert in de opleidingsinrichting een centrale opleidingscommissie? • Hoe vaak per jaar komt deze bijeen? Gaarne de taakomschrijving, samenstelling, vergaderfrequentie van de Centrale Opleiding Commissie en notulen van de laatste 4 vergaderingen tijdens de visitatie ter inzage beschikbaar houden.
3.
Rechtspositieregeling aios en fellows • Is de rechtspositie regeling van het ziekenhuis van toepassing op de aios en fellows? • Worden de aios en fellows gehonoreerd volgens de landelijk gangbare salarisnormen?
4.
ja
ja 6 / jaar
ja ja
Modelinstructie aios Verstrekt de opleidingsinrichting de aio voor aanvang van de opleiding een modelinstructie en alle relevante protocollen? Gaarne exemplaar modelinstructie aios ter inzage bij visitatie
erkenningsaanvraag deel 2
ja
pagina 2 van 4
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie 5.
Modelinstructie aios Verstrekt de opleidingsinrichting de aio voor aanvang van de opleiding een modelinstructie en alle relevante protocollen? Gaarne exemplaar modelinstructie aios ter inzage bij visitatie
6.
Co-assistenten Voor hoeveel medische specialismen worden co-assistenten opgeleid?
7.
bijlage 1 bijlage 2
Kwaliteitsvisitatie Draagt de opleidingsinrichting zorg voor deelname van de leden van de opleidingsgroep aan de kwaliteitsvisitatie? Datum laatste kwaliteitsvisitatie: 14 mei 2009 Toelichting: IWKV
9.
27
Bevordering kwaliteit opleidingen en wetenschap (zie visitatierapport hoofdstuk 4.3.1.) • Op welke wijze bewaakt de Raad van Bestuur de kwaliteit van de in de opleidingsinrichting aanwezige opleidingen? Gaarne op bijlage 1 vermelden. • Op welke wijze bevordert de Raad van Bestuur het wetenschappelijk onderzoek in de opleidingsinrichting? Gaarne op bijlage 2 vermelden.
8.
ja
ja
Laboratoria Opgave van aanwezige resp. ter beschikking staande laboratoria Aanwezig Ter beschikking Klinische chemie ja NVT Medische microbiologie ja NVT Klinische pathologie ja NVT Nucleaire geneeskunde ja NVT
10. Centrale bibliotheek en zoekvoorziening literatuur (zie erkenningsaanvraag deel I, hoofdstuk 7 en visitatierapport hoofdstuk 5.4.) • Beschikt de opleidingsinrichting over een centrale bibliotheek? • Is er een bibliotheekbeheerder? Hoeveel fte? • Is de (medische) bibliotheek goed toegankelijk: - tijdens reguliere werkuren? - buiten reguliere werkuren? • Heeft het ziekenhuis een elektronisch of vergelijkbaar informatiesysteem of vergelijkbare moderne middelen tot directe raadpleging van literatuur? Toelichting: • Heeft de (medische) bibliotheek een geautomatiseerd zoeksysteem voor literatuurverwijzingen?
erkenningsaanvraag deel 2
ja ja NVT ja ja ja ja
pagina 3 van 4
Gemeenschappelijke Intensivisten Commissie 10. Overzicht van de aanwezige of te consulteren medisch-specialismen in uw instelling Specialismen
Aantal specialisten
Aantal fte
Aantal bedden
Opleidingsbevoegdheid MSRC
Coassistenten opleiding
Consulent beschikbaar
Anesthesiologie
50
PACU 4
ja
ja
ja
Cardiologie
21
23 7CCU
ja
ja
ja
Cardio-thoracale chirurgie
8
20
ja
ja
ja
Dermato-venereologie
12
19
ja
ja
ja
Heelkunde
28
49
ja
ja
ja
Interne Geneeskunde
27
112
ja
ja
ja
KNO-heelkunde
14
14
ja
ja
ja
Kindergeneeskunde
54
135
ja
ja
ja
Klinische Chemie
6
-
ja
ja
ja
Klinische Genetica
14
-
ja
ja
ja
Klinische Geriatrie
9
22
ja
ja
ja
Longziekten en Tuberculose
7
20
ja
ja
ja
Maag-darm-leverziekten
10
15
ja
ja
ja
Medische Microbiologie
9
-
ja
ja
ja
Neurochirurgie
9
26
ja
ja
ja
Neurologie
26
26
ja
ja
ja
Nucleaire Geneeskunde
5
-
ja
ja
ja
Oogheelkunde
10
ja
ja
ja
Orthopaedie
8
28
ja
ja
ja
Pathologie
21
-
ja
ja
ja
Plastische Chirurgie
5
Zie NCH
ja
ja
ja
Psychiatrie
22
36
ja
ja
ja
Radiologie
23
-
ja
ja
ja
Radiotherapie
11
ja
ja
ja
Reumatologie
7
ja
ja
ja
Revalidatiegeneeskunde
4
ja
ja
ja
Urologie
13
32
ja
ja
ja
Verloskunde & gynaecologie
22
Zie URO
ja
ja
ja
27
27
27
TOTAAL
Zie IG
Aantallen onder voorbehoud erkenningsaanvraag deel 2
pagina 4 van 4
Bijlage I en II
COC125012 februari 2012
Bijlage I
Bevordering wetenschappelijk onderzoek in de opleidingen. Wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke vorming behoren tot de kerntaken van het UMC St Radboud. Het UMC St Radboud is op dit punt een onderdeel van de Radboud Universiteit. In de medische vervolgopleidingen worden de AIOS actief en passief betrokken bij de uitvoering van wetenschappelijk onderzoek en is de wetenschappelijke vorming een integraal onderdeel van het opleidingsprogramma. AIOS worden gestimuleerd en gefaciliteerd om (promotie)onderzoek te verrichten. Als bijlage is aan deze notitie integraal hoofdstuk 4 uit de jaarlijkse verantwoording aan het College van Bestuur van de Radboud universiteit toegevoegd. Uit deze verantwoording brengen wij de paragraven 4.1 en 4.5.4 specifiek onder uw aandacht. Hierna voegen wij een samenvatting van de stand van zaken m.b.t. de kwaliteit van het onderzoek in het UMC St Radboud toe, zoals deze is verwoord in de verantwoording. 4. Onderzoek 4.1Focus Het UMC St Radboud wil met zijn onderzoek tot de beste drie Nederlandse UMC’s te behoren. Na in een voorgaand jaar een Research Status Report te hebben opgesteld met de beschrijving van bestaande onderzoeklijnen, de wijze waarop deze in onderzoekinstituten zijn georganiseerd en een tentatieve weging van de kwaliteit, heeft de Onderzoeksraad in 2011 zijn aandacht gericht op het verder aanbrengen van focus in het onderzoek. De Onderzoeksraad ziet het aanbrengen van een nadere focus als een basisvoorwaarde voor een volgende stap in kwaliteitsbevordering in het onderzoek. Als centraal thema en potentieel kenmerkend voor Nijmegen ziet de Onderzoeksraad personalised medicine, met focus op: • Brain & Cognition • Cancer • Infection & Inflammation • Rare disease • Regenerative medicine • Quality of care Belangrijk hierbij is dat ook de organisatie op de inhoudelijke keuzen in het onderzoek aansluit. De discussie wordt in 2012 voortgezet. 4.5.4 AGIKO Het AGIKO stipendium van ZonMW biedt getalenteerde clinici die een wetenschappelijke carrière ambiëren de mogelijkheid om hun opleiding tot specialist te combineren met een 3-jarig promotieonderzoek. Al vele talentvolle jonge artsen van het UMC hebben in de afgelopen 10 jaar dit stipendium verworven. Ook in 2011 zijn zeven aanvragen doorgeleid naar ZonMw, waarvan er drie 1
COC125012 februari 2012 zijn gehonoreerd. Met grote teleurstelling is dan ook vernomen dat ZonMW de AGIKO-stipendia per 2012 afschaft. Bij het UMC St Radboud is het AGIKO-traject in vrijwel alle gevallen zeer succesvol
gebleken, met veel cum laude promoties. Daarnaast zijn de gepromoveerde artsen ook nadien actief blijven participeren in het (translationeel) onderzoek. Namens het UMC St Radboud is dan ook bezwaar aangetekend tegen dit besluit en wordt naar alternatieven gezocht om, gezien het groot maatschappelijk belang van translationeel onderzoek, deze vorm van subsidie te continueren. Kwaliteit De kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek wordt geborgd middels het Standard Evaluation Protocol. In samenvatting de stand van zaken in het UMC St Radboud. In 2011 zijn de visitaties volgens dit protocol voor de instituten NCMLS en NCEBP afgerond. Het onderzoeksinstituut NCEBP ontving voor de kwantiteit en kwaliteit van zijn vier programma’s scores van driemaal een 5 (excellent), en eenmaal een 4 (very good). Het definitief rapport van de commissie is nog niet ontvangen. De zeven thema’s van NCMLS ontvingen alle een 4, 4-5 of een 5. Het rapport van de commissie is beschikbaar op de website van NCMLS. Voor de instituten Oncology, IGMD en N4i is een tussentijdse zelfevaluatie opgesteld. Voor de beoordeling van onderzoek fungeert de Jury Kwaliteitsbeoordeling Onderzoek, onder voorzitterschap van prof.dr. Bart Kiemeney. Op basis van adviezen van deze commissie worden (junior) PI’s aangewezen, research fellowships verleend, plaatsen voor junior onderzoekers toegekend, technology platforms financieel ondersteund en meer. Ook worden subsidie-aanvragen zoals voor NWO Middelgroot en Groot door de Jury beoordeeld voordat deze worden ingediend. In 2010 is gestart met audits wetenschappelijk onderzoek bij een aantal afdelingen. Het Clinical Research Centrum Nijmegen, het trialbureau van het UMC St Radboud, voert deze audits uit in samenwerking met vertegenwoordigers van de Commissie Mensgebonden Onderzoek om de naleving van de Wet Medisch Wetenschappelijk Onderzoek met Mensen (WMO) en andere relevante wet- en regelgeving en richtlijnen bij de organisatie en uitvoering van mensgebonden onderzoek te toetsen. In 2011 zijn deze audits voortgezet waarbij deze ook deels een educatief karakter hebben.
2
COC125012 februari 2012 Bijlage Verantwoording aan College van Bestuur 2011 4. Onderzoek 4.1Focus Het UMC St Radboud wil met zijn onderzoek tot de beste drie Nederlandse UMC’s te behoren. Na in een voorgaand jaar een Research Status Report te hebben opgesteld met de beschrijving van bestaande onderzoeklijnen, de wijze waarop deze in onderzoekinstituten zijn georganiseerd en een tentatieve weging van de kwaliteit, heeft de Onderzoeksraad in 2011 zijn aandacht gericht op het verder aanbrengen van focus in het onderzoek. De Onderzoeksraad ziet het aanbrengen van een nadere focus als een basisvoorwaarde voor een volgende stap in kwaliteitsbevordering in het onderzoek. Als centraal thema en potentieel kenmerkend voor Nijmegen ziet de Onderzoeksraad personalised medicine, met focus op: • Brain & Cognition • Cancer • Infection & Inflammation • Rare disease • Regenerative medicine • Quality of care Belangrijk hierbij is dat ook de organisatie op de inhoudelijke keuzen in het onderzoek aansluit. De discussie wordt in 2012 voortgezet. 4.2 Topsector Life Science & Health In het najaar van 2011 werd bekend dat een aannemelijk deel van het overheidsbudget voor onderzoek, dat nu via kanalen als NWO en KNAW wordt gedistribueerd, met een sterke invloed van het Ministerie van ELI via het zogenaamde Topsectorenbeleid zal worden verdeeld over onderzoekinstellingen. Een belangrijk element in dit beleid is de samenwerking tussen kennisinstellingen en het bedrijfsleven, internationals maar ook het MKB. Met een forse inspanning is het UMC St Radboud er in geslaagd een stevige invloed te hebben op de beschrijving van de 10 zogenaamde roadmaps (thema’s) van de topsector Life Sciences & Health en zijn onderzoekers naar voren geschoven die in het verder verloop van de roadmaps mede een sleutelrol kunnen vervullen. Bij de inventarisatie van de samenwerking van het UMC St Radboud met het bedrijfsleven werd overduidelijk dat deze zeer intensief is, maar dat dit niet duidelijk wordt gepresenteerd aan de maatschappij, en in het bijzonder de politiek. Begin 2012 is nog niet duidelijk hoeveel onderzoekmiddelen daadwerkelijk nog vrij zijn om te besteden in het Topsectorenbeleid. Duidelijk is in ieder geval dat om een kans te maken op deze subsidies, ook als de subsidies via de provincie zullen komen, het UMC St Radboud zich prominent moet manifesteren in zijn onderzoekskeuzen, de kwaliteit van de onderzoekers en de samenwerking met derden. Via het beleid Dieptestrategie zijn in 1998 door OC&W zes toponderzoekscholen erkend. Een vervolg op dit beleid werd pas medio 2011 in de nota Kwaliteit in Verscheidenheid (Zijlstra/Verhagen, Den Haag, 1 juli 2011) nieuw leven ingeblazen. Dit betekent voor het UMC St Radboud een nieuwe kans op een erkenning van een van onderzoekzwaartepunten als toponderzoekschool met de bijbehorende forse subsidie. De inhoud van de selectiecriteria bleef lang onduidelijk zodat een optimale voorbereiding van een aanvraag lang niet mogelijk was. Pas op 19 januari 2012 werden de criteria officieel bekend. In 3
COC125012 februari 2012 februari 2012 zal vastgesteld kunnen worden of het UMC St Radboud via de Radboud Universiteit een voorstel kan indienen. 4.3 Richtlijn promoties en cum laude Na gebleken behoefte aan meer uitleg over onder meer de omvang van een proefschrift is op advies van de Onderzoeksraad door de decaan een korte uitleg in aansluiting op het universitaire Promotiereglement verspreid. Het memo is ook beschikbaar op internet. Het memo stelt dat voor de eisen te stellen aan een proefschrift het niet uitmaakt om welk type promovendus het gaat. De eisen zijn voor elk proefschrift identiek. Als maatstaf geldt dat het onderzoek dat voor een proefschrift wordt verricht, bij een full time dienstverband in de regel in vier jaar kan worden gedaan. De inhoud van het proefschrift, waarin de output van het onderzoek is vastgelegd, behoort hiermee te corresponderen. Als minimumomvang voor een proefschrift geldt als uitgangspunt: drie artikelen over eigen empirisch onderzoek, waarvan ten minste twee accepted zijn in peer reviewed tijdschriften, bij voorkeur in de bovenste twee kwartielen en bij voorkeur alle drie met de promovendus als eerste auteur. De eigen richtlijn past bij de richting die de NFU heeft opgesteld, aan de opstelling waarvan Nijmegen ook heeft meegewerkt. Deze richtlijn staat op de website van de NFU. De verkrijging van een cum laude is niet slechts een eervolle vermelding voor een gepromoveerde; het predicaat vervult ook een belangrijke waarde in het cv van betrokkene. Een onderzoeker die cum laude is gepromoveerd staat bijvoorbeeld sterker bij de aanvraag van een persoonsgebonden subsidie. Om deze reden wordt bij de instelling van een manuscriptcommissie de promotor standaard gevraagd na te gaan of een cum laude aan de orde zou kunnen zijn. Daarbij worden handvatten aangereikt om tot een oordeel te komen of een aanvraag voor cum laude gerechtvaardigd is. Na ontvangst van een cum laude aanvraag wordt de inhoud van het proefschrift getoetst aan een drempelcriterium. Als dit het geval is vraagt de decaan aan een eigen commissie van drie of instelling van een cum laude commissie gerechtvaardigd is. 4.4 Richtlijn publiceren en auteurschappen Het UMC St Radboud heeft op advies van de Onderzoeksraad een richtlijn opgesteld om de onderzoekers van het UMC St Radboud een handvat te bieden bij het vaststellen wie als auteur van een artikel geldt en positie van de auteur bij de opsomming van auteurs bij een publicatie. Het belang van onderzoekers hierbij is evident; denk aan de criteria die voor het verlenen van het predicaat Principal Investigator worden gehanteerd.
4
COC125012 februari 2012
4.5 Onderzoekers 4.5.1Talentmanagement De Onderzoeksraad heeft in 2011 een bijdrage geleverd aan de inhoud en de doelstelling van het talentmanagementprogramma dat door de sectie HRM van de Concernstaf wordt ontwikkeld. Het belangrijkste uitgangspunt is dat het UMC St Radboud een omgeving biedt waarin onderzoekstalent zich thuis voelt en aangespoord wordt het beste uit zich zelf te halen met als doel de werving èn het behoud van talent. Bouwstenen hiervoor zijn in de afgelopen jaren al gerealiseerd: het PI-beleid, de Radboud Research Fellows, aanscherping in de bekostigingsvoorwaarden voor technology platforms, premies voor vrouwelijk onderzoektalent, premies voor promoties en een toegesneden scouting van potentiële aanvragers van personeelgebonden subsidies, intern maar ook extern, en begeleiding en training bij het doen van aanvragen. Verwacht dat het Talentmanagementprogramma in 2012 daadwerkelijk zijn beslag krijgt. 4.5.2 Promotieplaatsen voor excellente masterstudenten Jonge onderzoekstalenten vormen de basis voor uitstekend onderzoek in de toekomst. Vanuit deze gedachte werden in 2011 vijf promotieplaatsen beschikbaar gesteld voor masterstudenten met een bijzondere belangstelling voor onderzoek. Zij krijgen vier jaar lang een betaalde junioronderzoekerfunctie bij het UMC St Radboud om onderzoek te doen gericht op een academische promotie.In het bijzonder in de werving van studenten voor de research masters MMD en BMS wordt de aanwezigheid van deze promotieplaatsen als aantrekkelijk perspectief na behalen van het mastersdiploma uitgelicht. In het voorjaar van 2011 zijn de resultaten van de toewijzingsronden 2009 en 2010 tussentijds geëvalueerd. In deze jaren zijn elk 3 promotieplaatsen toegewezen. De conclusie van de evaluatie is: alle projecten zijn op tijd gestart en lopen volgens plan. De promovendi doen het goed tot zeer goed. De respondenten zijn alle positief over het programma promotieplaatsen voor master studenten. 4.5.3 Promovendi In een promotietraject vormen - meestal jonge - mensen zich tot zelfstandige onderzoekers. De publicaties van de promovendi vormen een belangrijk deel van de output. Daarnaast is het aantal promoties bepalend voor een deel van de bekostiging van het onderzoek. De werving van promovendi is internationaal en vindt plaats via de website van de onderzoeksinstituten en via het organiseren van dan wel participeren aan events voor kandidaat promovendi. De communicatie met promovendi bij het UMC St Radboud vindt volledig in het Engels plaats. In 2011 heeft het UMC verder geïnvesteerd in promovendi, in het bijzonder: • Hora Est registratie. Stand 1 februari 2012, toegelaten ( promotietraject in gang gezet): 487; aangemeld (verzoek tot toelating): 444. • PhD Student, Introductory Guide for PhD Students at the Radboud University Medical Centre. Eind 2011 is de editie voor 2012 uitgebracht. • De verwerving van een NWO Graduate School subsidie, zie par. 4.9.1 NCMLS. • Mentor. Medio 2011 is de toevoeging van een mentor aan elke promovendus verplicht gesteld. Anders dan de promotor die voor de directe begeleiding zorg draagt, voorziet de mentor in de reflectie om het geheel promotietraject en ondersteunt hij in conflictsituaties. In de PhD Guide 2012 is de functie van de mentor uitgebreid beschreven. • Het contact met de PhD Councils is geïntensiveerd. 4.5.4 AGIKO Het AGIKO stipendium van ZonMW biedt getalenteerde clinici die een wetenschappelijke carrière ambiëren de mogelijkheid om hun opleiding tot specialist te combineren met een 3-jarig promotieonderzoek. Al vele talentvolle jonge artsen van het UMC hebben in de afgelopen 10 jaar dit 5
COC125012 februari 2012 stipendium verworven. Ook in 2011 zijn zeven aanvragen doorgeleid naar ZonMw, waarvan er drie zijn gehonoreerd. Met grote teleurstelling is dan ook vernomen dat ZonMW de AGIKO-stipendia per 2012 afschaft. Bij het UMC St Radboud is het AGIKO-traject in vrijwel alle gevallen zeer succesvol gebleken, met veel cum laude promoties. Daarnaast zijn de gepromoveerde artsen ook nadien actief blijven participeren in het (translationeel) onderzoek. Namens het UMC St Radboud is dan ook bezwaar aangetekend tegen dit besluit en wordt naar alternatieven gezocht om, gezien het groot maatschappelijk belang van translationeel onderzoek, deze vorm van subsidie te continueren. 4.5.5 Postdocs Sinds 2009 zijn postdocs - wetenschappelijke onderzoekers, 5 tot 8 jaar na hun promotie, die wetenschappelijke onderzoek verrichten binnen UMC St Radboud - georganiseerd in Radboud Postdoc Initiative (RPI) . Deze groep vertegenwoordigers van alle zes onderzoeksinstituten van het UMC St Radboud, komen om de week bij elkaar om verschillende activiteiten te organiseren. In 2011 is een informatieve website geopend, zijn succesvolle ‘lunch seminars’ georganiseerd en het programma voor de postdocretreat, gepland voorjaar 2012, in de steigers gezet. Verder is op UMCniveau een start gemaakt met het ontwikkelen van postdocbeleid: een betere omgang met hen en het geven van betere opleidingsmogelijkheden, voor de huidige carrière, maar ook voor de vervolgcarrière om betere kansen op de arbeidsmarkt te creëren. Het UMC wil met dit beleid bereiken dat postdocs een helder toekomstperspectief kunnen hebben, wat naar verwachting ook zal leiden tot een efficiëntere en effectievere inzet. 4.5.7 UMC research fellows Jaarlijks bied het RUNMC een aantal tenure-track posities aan (potentiële) top onderzoekers binnen 8 jaar na hun promotie met doel om hen een eigen onderzoeksgroep te laten op richten (800.000 euro voor 5 jaar). In 2011 zijn er drie posities toegekend: 1) Dr. Teun Bousema: Measuring the community effects of infectious disease interventions: The appropriate tools and trial design for clinical trials with a malaria transmission blocking vaccine. 2) Dr. Leonie M. Kamminga: Epigenetics of zebrafish during germline and early development. 3) Dr. Geert van den Bogaart: Membrane protein sequestering by ionic protein-lipid interactionas. 4.5.8 Principal Investigator PI De eerste maal dat (junior) PI’s werden aangewezen was dit voor de periode 2009 – 2011. Ultimo 2011 vervielen dus de predicaten van de eerste lichting. Velen van hen hebben opnieuw het predicaat aangevraagd. Voor de periode 2012 – 2014 zijn 75 PI’s aangewezen en 22 junior PI’s. Inclusief de lichtingen 2010 – 2012 en 2011 – 2013 maakt dit dat het UMC St Radboud op 1 januari 2012 beschikt over 81 PI’s, 9 PI+ (waaronder de wetenschappelijk directeuren van de onderzoeksinstituten) en 28 junior PI’s. De resultaten van het PI beleid worden geëvalueerd. De resultaten hiervan worden voorjaar 2012 verwacht. 4.5.9 Vernieuwingsimpuls en ERC Grants Om het doen van aanvragen te stimuleren is in 2011 een aanpak vastgelegd met rollen en verantwoordelijkheden voor de onderzoekers en hun omgeving, begeleiders en afdelingshoofden, in instituten en ondersteuning door Valorisatie. De aanpak is opgenomen als bijlage bij de Begroting O&O 2012.
6
COC125012 februari 2012
Figuur 10 Gehonoreerde aanvragen Vernieuwingsimpuls NWO, details in bijlage a. In 2011 zijn een ERC Advanced Grant en twee starting Grants verworven, zie bijlage a. 4.6 Technology Platforms 4.6.1 Biobank Met ingang van 2012 zal, na een lange periode van voorbereiding, de Radboud Biobank van start gaan als een infrastructurele voorziening voor toepast klinisch wetenschappelijk onderzoek van alle afdelingen van het UMC St Radboud. Het Parelsnoer Initiatief (PSI) heeft in NFU verband hiertoe het benodigde modelinstrumentarium ontwikkeld. Dit model vormt de standaard voor de Radboud Biobank. Per afdeling of keten wordt dit model gespecificeerd, in een reglement vastgelegd en ter toetsing voorgelegd aan de Commissie Mensgebonden Onderzoek. De afdelingen dragen zorg voor de inclusie, de afname van het biomateriaal (DNA, plasma, serum en eventueel ander lichaamsmateriaal) en de registratie van de bijbehorende klinische gegevens. Het UMC St Radboud realiseert hiermee een moderne onderzoeksvoorziening die wezenlijk bijdraagt aan het streven naar excellentie en innovatie op de kerntaken onderzoek en patiëntenzorg. De schaalgrootte is zodanig dat het UMC zich hiermee een ferme positie op de onderzoeksmarkt kan veroveren. Er is ook een keerzijde. De Biobank vraagt een forse investering en een verdienmodel dat zich over de komende jaren uitstrekt en onzekerheid in zich draagt. Op advies van de Onderzoeksraad, die van oordeel is dat uit zuiver wetenschappelijk oogpunt de Radboud Biobank ondersteuning verdient, heeft de Raad van Bestuur besloten te investeren met inbouw van tenminste twee beslismoment in de nabije toekomst. Op 1 januari 2013 wordt getoetst of de uniformering van de decentrale biobanken voldoende is doorgevoerd en er voldoende commitment is vanuit de afdelingen en op 1 september 2013 moet er voldoende duidelijkheid zijn over de centralisatie van de Biobank zelf en de financiering van een robot op de centrale locatie. Ook wordt opnieuw nagegaan of landelijke samenwerking tot meer efficiency zal leiden.
7
COC125012 februari 2012
4.6.2 Clinical Research Centre Nijmegen CRCN Het Clinical Research Centre Nijmegen (CRCN) helpt bij het waarborgen van de kwaliteit en veiligheid van al het medisch-wetenschappelijk onderzoek op mensen binnen het UMC St Radboud volgens de normen van Good Clinical Practice (GCP). Het CRCN ondersteunt bij de opzet en uitvoer van klinisch mensgebonden onderzoek. Het CRCN heeft ook expertise op het gebied van datamanagement en kwaliteitsmanagement. De integriteit van onderzoek kan niet zonder een uitstekende administratie, die onder meer omvat de medisch ethische toetsing, projectafspraken, financiële gegevens, voorspelling te verwachten project resultaat, medewerkers op projecten en patiënten betrokken bij klinische trials. In 2011 zijn voorbereidingen getroffen voor de aanschaf van een nieuw en elders beproefd systeem met de naam PaNaMa. Belangrijk om tot deze keuze te komen zijn de voordelen die dit nieuwe systeem biedt: gebruiksvriendelijk, informatie up-to-date en inzichtelijk, integratie met de bestaande systemen, mogelijke prognoses te maken en flexibel. 4.6.3 Centraal Dieren Laboratorium Sinds 2005 heeft het Centraal Dierenlaboratorium (CDL) van het UMC St Radboud zijn proefdiergebruik met 37 procent verminderd. Het aandeel in de wetenschappelijke output is daardoor niet verminderd. Een belangrijke reden voor de vermindering zijn de zogeheten ‘Systematic Reviews’, grondige literatuurstudies die leiden tot minder én meer verantwoord proefdiergebruik. 4.6.4 Preclinical Imaging Centre PRIME Op 21 juni 20111 opende het nieuwe Preclinical Imaging Centrum voor wetenschappelijk onderzoek aan kleine proefdieren, het Nederlands topcentrum voor preklinische beeldvorming. Het centrum biedt onderzoekers de meest moderne apparatuur, waaronder MRI en PET- en SPECT-camera’s, en fluorescentie- en bioluminescentie apparatuur. PRIME is het eerste Nederlandse imaging lab dat zo breed en goed uitgerust is. Ook in Europees verband behoort het centrum tot de top. 4.7 Naam UMC Met ingang van 1 januari 2012 heet het UMC overeenkomstig zijn Structuurregeling officieel Radboud Universitair Medisch Centrum (Radboud University Medical Centre). De nieuwe naam is opgenomen in de PhD Guide 2012 maar overigens niet gecommuniceerd. Correcte vermelding van de affiliatie is essentieel bij publicaties. Voorlopig wordt de naam Radboud University Medical Centre als Radboud University Nijmegen Medical Centre toegestaan bij publicaties van onderzoekers van het UMC. 4.8 Kengetallen Onderzoek Het aantal promoties is in 2011 ten opzichte van het jaar ervoor opnieuw gestegen: van 135 naar 140. Ook de groei in het aantal publicaties is substantieel.
Soort output
2007
2008
2009
2010
2011
Dissertaties
114 (4)
97 (4)
114 (5)
135 (11)
140 (5)
Gerefereerde publicaties
2288
2362
2477
2701
3020
8
COC125012 februari 2012
Figuur 11 Output UMC St Radboud ( ) staat het aantal cum laude
9
COC125012 februari 2012
Aantal dissertaties per onderzoekinstituut 2007 2008 Dissertaties NCMLS 39 32 NCEBP 26 26 NCCTR 37 Neurosciences / DCN 20 16 N4i 23 IGMD 16 Oncology 10 UMC totaal 114 97 Aantal publicaties per onderzoekinstituut 2007 2008 Publicaties NCMLS 626 666 NCEBP 981 1052 DCN 535 564 N4i 507* 526 IGMD 581* 657 Oncology 561* 568 2288 2362 UMC totaal
2009
2010
2011
30 57
58 54
42 69
20 26 14 29 114
30 30 23 30 135
34 20 26 31 135
2009
2010
2011
815 1160 498 485 525 708 2477
686 1184 530 567 532 579 2701
907 1490 598 679 713 802 3020
* berekend ikv SEP tussentijdse evaluatie Figuur 12. Output per onderzoekinstituut (In verband met samenwerkingsverbanden zijn een aantal promoties en publicaties door twee instituten uitgevoerd)
Gedetailleerde informatie over de onderzoekinstituten is opgenomen in de het Research Report 2011 van de Radboud Universiteit. 4.9 De Onderzoekinstituten. 4.9.1 Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences NCMLS Het Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences (NCMLS) is een onderzoekschool op het gebied van de moleculaire levenswetenschap. Een externe site-visit commissie onder voorzitterschap van prof. Hans Clevers, Hubrecht Laboratorium heeft het NCMLS onlangs als zeer goed tot excellent beoordeeld zowel voor wat betreft de productiviteit en kwaliteit van alle zeven NCMLS thema’s conform het SEP 2009-2015 protocol. Verder heeft het NCMLS een subsidie van 800.000 euro ontvangen in het kader van het Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) Graduate Programma 2011. Met dit Graduate Programma stimuleert NWO de ontwikkeling van (inter)nationaal toptalent. Het is een ook bevestiging van de kwaliteit van het onderzoeksinstituut in het algemeen en in het bijzonder van zijn Graduate School met Master- en PhD-opleidingen. Door deze prestigieuze subsidie kan het NCMLS vier extra promotieplaatsen aanbieden aan zijn internationale masterstudenten. Aan het einde van het jaar is bij de KNAW een aanvraag ingediend tot 10
COC125012 februari 2012 hererkenning van het NCMLS. In het afgelopen jaar heeft het NCMLS diverse wetenschappelijke bijeenkomsten georganiseerd zoals seminars, workshops en een internationale ‘New Frontiers’ symposium op het onderzoeksgebied van ionkanalen bij ziekte en gezondheid. Tevens is er een nieuwe serie van lezingen gelanceerd onder de noemer ‘Science at its best’ waarbij topwetenschappers het NCMLS bezoeken voor een lezing en besprekingen met de onderzoekers. De PR activiteiten zijn verder geprofessionaliseerd met een nieuwe website en korte film die het UMC St Radboud en NCMLS als een top onderzoek- en onderwijsinstelling promoten. Het NCMLS kan terugzien op een bijzonder succesvol jaar met veel publicaties in toptijdschriften en prestigieuze subsidies zoals een ERC Advanced grant, twee Vici grants en twee ERC starting grants. Opmerkelijk is een NIH subsidie (zelden buiten VS toegekend) en een 30.000.000 Euro consortium subsidie met prof.dr. Henk Stunnenberg als coördinator. Op de NCMLS website (www.NCMLS.eu) is meer gedetailleerde informatie te vinden. 2011 was een bijzonder succesvol jaar in lijn met NCMLS-ambitie om een leidende Europese onderzoekschool te worden. 4.9.2 Donders Centre for Neuroscience DCN Het interfacultaire Donders Centre for Neuroscience, onderdeel van het Donders Institute for Brain Cognition and Behaviour heeft twee nieuwe directeuren. Voor het deel FNWI is prof. dr. Paul Tiesinga benoemd. Voor het UMC-gedeelte is prof. dr. Guillen Fernandez de nieuwe directeur. Beiden volgen prof. dr. Stan Gielen op, die aftrad toen hij de functie van decaan FNWI aanvaardde. In 2011 heeft het DCN zich ingespannen om meer focus in het onderzoek aan te brengen en om de betrokkenheid en integratie van de onderzoekers uit de medische en bèta-faculteit te vergroten. In samenspraak met de DCN-leden is besloten al het onderzoek binnen DCN onder te brengen in 3 onderzoekseenheden: 1) De Neurophysics unit wordt gekenmerkt door fundamenteel onderzoek dat aansluiting zoekt en vindt bij klinische vraagstelling. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen: 1) machine learning sluit aan bij psychiatrie (decision making)/ brain computer interface/genetica); 2) Experimentele Neurofysica sluit aan bij ophthalmologie/KNO; 3) Neuroinformatica – sluit aan bij psychiatrie (adhd, autisme) 2) De Translational Neuroscience unit maakt gebruik van diermodellen om hersenen en cognitie in ziekte en gezondheid te onderzoeken. 3) De Clinical Neuroscience unit, focust op kwantitatief onderzoek aan eigenschappen van biomarkers die kenmerkend zijn voor patiënten en groepen patienten met aandoeningen gerelateerd aan hersenen en cognitie Focussering van het onderzoek binnen deze 3 units wordt mede ondersteund door het gezamenlijk huisvesten van de onderzoekers binnen de units; en op organisationeel vlak in de vorm van bijeenkomsten en gezamenlijke subsidieaanvragen. De vorming van de 3 units is in lijn met het onderzoek binnen de vier Donders thema’s: 1) language and communication; 2) perception action and control; 3) learning memory and plasticity en 4) brain networks and neuronal communication. 4.9.3Research Institute for Oncology Het Research Institute for Oncology is opgericht in 2008 om onderzoek in het veld van oncologie beter te coördineren en versterken. Omdat klinisch onderzoek is sterk patiëntgebonden werkt Research Institute for Oncology nauw met Radboud Universitair Centrum voor Oncologie (RUCO). In augustus 2011 is een nieuwe directeur van het Research Institute for Oncology benoemd, Prof. Wim Oyen. Vervolgens is er een begin gemaakt van de vernieuwde research raad opstelling en de huidige themaindeling van het instituut staat op dit moment ter discussie. In 2011 is voor het eerste keer de Science day georganiseerd. De Science Day biedt de kans om de verschillende onderzoeksthema’s en de bijbehorende afdelingen bij elkaar te brengen en promovendi hun eigen onderzoek te presenteren in de vorm van laptop presentaties. Deze bijeenkomst met hoog wetenschappelijk (met Prof. Gareth Evans, UK, als keynote speaker) en verbindend karakter is heel positief ontvangen en daarom wordt dit jaarlijks- terugkerende evenement van het Instituut, dat in 2012 verder uitgebreid wordt met themageoriënteerde minisymposia. De onderzoekers binnen Research Institute for Oncology zijn 11
COC125012 februari 2012 actieve leden van verschillende nationale en internationale commissies en adviesraden. De onderzoeksoutput is in kwantitatieve en kwalitatieve zin toegenomen en vernieuwende resultaten zijn gepubliceerd in enkele “topjournals”, zoals in Lancet Oncology, Journal of Clinical Oncology, Jorunal of Clinical Investigation, Nature Review clinical Oncology, Cancer Research, Blood, Leukemia and PNAS. In 2011 is het Research Institute Oncology begonnen met de coördineren van de indiening van subsidieaanvragen bij de KWF Kankerbestrijding vanuit het UMC St Radboud met gebruikmaking van een interne review ronde. Het doel is de toekenningscore te verbeteren. In 2012 wordt deze lijn doorgezet. In samenwerking met twee andere klinische instituten IGMD en N4i, is een overleg ingesteld om specifieke klinische (beleids- en praktische) zaken af te stemmen. Verder hebben klinische Instituten gezamenlijk een nieuwe promovendibeleid gemaakt en in samenwerking met de Clinical PhD Council de cursussen How to write a scientific paper?en How to prepare a poster presentation? ontwikkeld. 4.9.4 Nijmegen Institute for Infection, Inflammation & Immunity N4i N4i heeft in zijn derde jaar van bestaan een eerste (midterm) zelf-evaluatie rapport opgesteld, waarin de onderzoeksprestaties zijn geëvalueerd volgens het Standaard Evaluatie Protocol van de KNAW/VSNU. In vervolg hierop zal in februari 2012 een externe commissie het instituut visiteren en beoordelen. In 2011 is de publicatie-output van N4i verder toegenomen, met daarbij toppublicaties in New England Journal of Medicine (STAT- genmutatie bij Candida infectie) en in Lancet (langdurige bescherming tegen Malaria). De jaarlijkse Scientific New Year’s Meeting en de N4i Science day hadden wederom een hoog wetenschappelijk en verbindend karakter, met Prof. Pierre de Wit (WUR, NL) en Prof. Ramnik Xavier (Harvard, USA), als inspirerende key note speakers. Nieuw promovendibeleid is ontwikkeld in samenwerking met IGMD en Institute for Oncology, resulterend in een model Training- and Supervision plan en mentoraat voor klinische promovendi. Daarnaast is er een succesvolle N4i cursus voor Radboud Honours studenten verzorgd, is een plan voor de oprichting van N4i Clinical Centres opgesteld en het Nijmegen Centrum voor Immuundeficiëntie en Autoinflammatie (NCIA) met een goedbezocht openingssymposium gestart. In Tanzania is in samenwerking met N4i onderzoekers The Kilimanjaro Clinical Research Institute geopend. De afdeling Medische Microbiologie is door het Ministerie van VWS aangewezen als nationaal referentielaboratorium voor schimmelinfecties. Het dagelijks bestuur heeft verder ingezet op uitbreiding en verbetering van de N4i website, op versteviging van de dialoog met themaleiders en op de onderlinge verbinding van N4i onderzoekers door middel van themabijeenkomsten. Met nieuwe laboratoria voor de afdeling AIG en de groep van Dr. J. van der Vlag (Nierziekten), zijn de onderzoeksfaciliteiten structureel verbeterd. 4.9.5 Institute for Genetic and Metabolic Disease IGMD Ook IGMD heeft dit jaar zijn eerste midterm zelf-evaluatie voorbereid met een externe visitatie in januari 2012. De onderzoeksoutput is in kwantitatieve en kwalitatieve zin toegenomen en vernieuwende resultaten -veelal de identificatie van genmutaties, risico-allelen en biomarkers voor zeldzame aandoeningen- zijn gepubliceerd in enkele “topjournals”, zoals in New England Journal of Medicine (3 maal), Nature, Nature Genetics en Lancet Neurology. Naast het nieuw ontwikkelde promovendibeleid is samen met N4i en Institute for Oncology de samenwerking met de Clinical PhD Council geïntensiveerd en zijn enkele cursussen voor deze specifieke groep van promovendi ontwikkeld. Daarnaast is een 3-maandelijks overleg gestart met de directeuren van deze drie klinische instituten en bijbehorende beleidsadviseurs, om specifieke beleids- en praktische zaken af te stemmen. Maandelijkse bijeenkomsten met alle IGMD (j)PIs hebben bijgedragen aan een verdere groei van onderlinge samenwerking, aan informatie-uitwisseling omtrent, bijvoorbeeld over subsidiewerving, (j)PI-aanvragen en technologieplatforms. In de jaarlijkse IGMD plenaire bijeenkomst is de onderlinge interactie versterkt door een programma met speed dates en projectpresentatie door nieuwe promovendi. Door het IGMD bestuur is een plan opgesteld om de interne en externe communicatie verder te versterken, waarbij met name de IGMD website ingezet zal worden, maar ook mogelijkheden in kranten en nieuwe media worden verkend. Het IGMD-NCMLS brede Centre voor 12
COC125012 februari 2012 Systems Biology & Bioenergetics is met aanvullende aanstelling van nieuwe promovendi en postdocs verder vormgegeven en is in een externe visitatie uitstekend beoordeeld. Tot slot hebben het IGMD excellent student program en de IGMD Honours course in 2011 wederom getalenteerde studentonderzoekers verbonden aan IGMD.
4.9.6 Nijmgen Centre for Evidence Based Practice NCEBP Het NCEBP onderzoek is ingedeeld in vier programma’s Epidemiology and Evaluation, Clinical Reserach, Patient-centered Interventions and Quality of Clinical Practice en concentreert zich op onderzoeksmethoden om nieuwe ontdekkingen vanuit het biomedisch onderzoek te vertalen naar de klinische praktijk. Het richt zich daarbij op belangrijke ziekten zoals kanker, hart- en vaatziekten, longziekten, reumatische ziekten, neurologische en orthopedische aandoeningen. De eerste stap hierin is de vertaling van laboratoriumgegevens en proefdieronderzoek naar de mens in vivo (proof of concept studies). Hierbij staat het werkingsmechanisme van de interventie vaak centraal (mechanismbased medicine). De tweede stap is de vertaling naar evidence-based medicine. Daarbij moet blijken wat een bepaalde ontdekking werkelijk betekent voor de morbiditeit en mortaliteit van patiënten via het meten van zogenaamde surrogaateindpunten en/of harde eindpunten. De derde stap betreft de implementatie van nieuwe inzichten in de klinische praktijk. Onderzoek naar deze laatste stap leert hoe bepaalde richtlijnen en protocollen het beste kunnen worden geïmplementeerd binnen de gezondheidszorg. Het ligt dan ook voor de hand dat er vanuit het NCEBP belangrijke samenwerkingsverbanden bestaan met de onderzoeksinstituten Oncology, IGMD, N4i en DCN. In 2011 heeft een externe evaluatiecommissie onder voorzitterschap van Prof. André Knottnerus, hoogleraar Huisartsgeneeskunde Maastricht en voorzitter Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) het NCEBP als excellent beoordeeld voor wat betreft de kwaliteit, de productiviteit en de maatschappelijke relevantie zowel voor het instituut als geheel, als ook voor de 4 afzonderlijke programma’s. Twee van de vier programma’s werden beoordeeld als world leading. In 2011 is de stijgende lijn van de afgelopen jaren in het aantal publicaties en toppublicaties en het aantal promoties verder doorgezet. Met het verwerven van twee UMC fellowships in 2011 worden twee nieuwe onderzoeksgebieden ontwikkeld binnen het NCEBP: een op het gebied van Evidence Based Surgery en een op het gebied van Malaria epidemiologie. Ter gelegenheid van de benoeming van prof.dr. Andrea Evers is het Radboud Expert Centre for Psychology & Medicine geopend. Onderzoekers van het NCEBP werken samen in veel publiek-private organisaties binnen het EU 7e kaderprogramma als coördinator (EuroTARGET, IMPACT, AFRESH, TICD, TACTICS, TLEM-safe) of als participant (EUWISE, NILVAD, V-TIME, ODHIN, Restore). Binnen het ZonMw programma Doelmatigheidsonderzoek zijn vier subsidies verworven voor onderzoek op het gebied van kosteneffectiviteit van medische interventies en implementatie onderzoek. Er is een significante bijdrage geleverd aan het opstellen nationale en internationale richtlijnen en rapporten door participatie in maatschappelijke en wetenschappelijke organisaties of commissies. In 2011 zijn een aantal belangrijke conferenties, symposia en master classes georganiseerd, zoals Methodology and ethics, Beyond usual boundaries en Solidarity versus market. Het jaarlijks NCEBP symposium was georganiseerd over de rol van moleculaire epidemiologie bij translationeel onderzoek.
13
Functies, taken en verantwoordelijkheden (plaatsvervangend) opleider en supervisoren medische vervolgopleidingen
Medische vervolgopleiding UMC St Radboud
8 december 2010
Opleider De opleider is de manager van de opleiding en voert jaarlijks met alle AIOS het periodieke beoordelingsgesprek. De opleider draagt zorg voor een goede kwaliteit van de opleiding en is eindverantwoordelijk voor de organisatie van de opleiding. Daarnaast stelt de opleider zich tot doel het opleidingsaanbod actueel te houden. Plaats in de organisatie • De opleider is verantwoordelijk voor het organisatorische en inhoudelijke beleid van de opleiding; • De opleider geeft leiding aan de opleidingsgroep en ziet erop toe dat de leden van de opleidingsgroep aan hun verplichtingen voldoen; • De opleider adviseert namens de opleidingsgroep het afdelingshoofd en de Raad van Bestuur van het UMC St Radboud. Taken en verantwoordelijkheden • De opleider is verantwoordelijk voor het organisatorische en inhoudelijke opleidingsbeleid; • De opleider bewaakt de continuïteit van de opleiding bij aan/afwezigheid van de stafleden die voor de opleiding werkzaam zijn; • De opleider legt schriftelijk de taken en verplichtingen van de opleidingsgroep vast; • De opleider neemt actief deel aan onderwijsactiviteiten; • De opleider ziet erop toe dat de AIOS een portfolio bijhoudt en controleert of het portfolio voldoet aan de opleidingseisen; • De opleider is verantwoordelijk voor de beoordeling, de vrijstelling en het opleidingsschema; • De opleider onderhandelt met de organisatie over de randvoorwaarden waarbinnen de opleiding plaatsvindt; • De opleider verstrekt de MSRC op haar verzoek te allen tijde alle gevraagde informatie over de opleiding; • De opleider meldt alle relevante wijzigingen in de organisatie of structuur van de opleiding aan de MSRC; • De opleider is betrokken bij alle communicatie naar de MSRC, COC en het opleidingscircuit; • De opleider stelt (mede) jaarplannen op ten aanzien van de opleiding. Taken binnen coördinatie & organisatie van de opleidingsregio Coördinator en organiseert regionaal opleidingsoverleg Organisatie werving & selectieprocedure Plaatsvervangend opleider De plaatsvervangend opleider vervangt de opleider bij diens afwezigheid en zorgt daarmee dat de continuïteit van de opleiding gewaarborgd blijft. Plaats in de organisatie • Bij afwezigheid van de opleider treedt de plaatsvervangend opleider in de rechten en plichten van de opleider; • De plaatsvervangend opleider maakt deel uit van de opleidingsgroep. Opleidingsgroep De opleidingsgroep zorgt voor het creëren en het in stand houden van een gunstig opleidingsklimaat, waarmee wordt bedoeld dat de voorwaarden aanwezig zijn waaronder een opleiding tot stand kan komen en in stand kan blijven met een zo groot mogelijk rendement voor de individuele AIOS. De opleidingsgroep bestaat uit de opleider, plaatsvervangend opleider en alle stafleden die tevens supervisor zijn. Plaats in de organisatie De opleidingsgroep maakt onderdeel uit van de afdelingstructuur.
Taken en verantwoordelijkheden opleidingsgroep Algemeen • Zij dragen zorg voor de dagelijkse begeleiding van de AIOS; • Zij houden tenminste 4 maal per jaar een vergadering met de AIOS uitsluitend ter bespreking van opleidingszaken; • Zij houden regelmatig stafbesprekingen, klinische conferenties en refereerbijeenkomsten waarin in beginsel alle leden van de opleidingsgroep aanwezig zijn; • Zij houden in het kader van onderlinge toetsing probleemoplossende patiëntbesprekingen; • Zij dragen er zorg voor dat de AIOS zijn verplichtingen kan nakomen. Met betrekking tot patiëntenzorg • Zij zien erop toe dat de door de AIOS verzorgde ziektegeschiedenissen en medische correspondentie aan de door de beroepsgroep te stellen eisen voldoet en dat bij belangrijke beslissingsmomenten in de behandeling de aantekening geplaatst wordt dat in overleg met de met name genoemde specialist tot een bepaald beleid is besloten; • Zij geven uitsluitend aanwijzingen die relevant zijn voor en in het belang zijn van de opleiding en van de patiëntenzorg en houden rekening met de vorderingen in de vakbekwaamheid van de AIOS; • Zij zien er regelmatig op toe dat de door de AIOS verrichte werkzaamheden voldoen aan de algemene competenties alsmede de specialisme-gebonden competenties en houden supervisie op de AIOS. Met betrekking tot opleiding en onderwijs • Zij besteden voldoende tijd aan de opleiding en nemen daarmee samenhangend werkzaamheden op zich; • Zij participeren actief in voor de opleiding verplichte onderwijsactiviteiten; • Zij dragen zorg voor voldoende contact tussen de AIOS en andere medisch specialisten. Met betrekking tot bij- en nascholing • Zij houden hun kennis en inzicht als medisch specialist op peil door het regelmatig deelnemen aan geaccrediteerde bij- en nascholingsactiviteiten; • Zij volgen systematisch geaccrediteerde bijscholing met didactische aspecten ten behoeve van de opleiding. Met betrekking tot onderzoek en ontwikkeling • Zij bevorderen klinisch wetenschappelijk onderzoek van de leden van de opleidingsgroep en de AIOS hetgeen blijkt uit publicaties en voordrachten; • Zij waarborgen dat minimaal 1 van de leden van de opleidingsgroep op de lokatie aanwezig en beschikbaar is voor de AIOS. Functie-eisen Specifieke functie-eisen opleider & plaatsvervangend opleider • Tenminste 5 jaar geregistreerd als medisch specialist en actief als medisch specialist werkzaam; • Hij/zij neemt verantwoordelijkheid voor inhoudelijke en organisatorische beleid van de opleiding; • Hij/zij beschikt over een didactische houding zoals blijkt uit respect voor de AIOS en de ruimte die deze krijgt om zijn stijl te ontwikkelen, relativeringsvermogen en flexibiliteit; • Hij/zij beschikt over didactische kwaliteiten herkenbaar in een goede feedback, goede communicatie, aanzetten tot reflectie en in het vermogen vaardigheden over te dragen; • Hij/zij beschikt over didactische kennis ten aanzien van didactische methoden, achterliggende theorieën en over de context waarbinnen de opleiding zich moet afspelen; • Hij/zij heeft aantoonbare interesse in onderwijskundige aspecten, blijkend uit lidmaatschap van onderwijskundige tijdschriften, het bijwonen van onderwijskundige conferenties en het volgen van didactische cursussen; • Hij/zij beschikt over organisatorische kwaliteiten. De opleider dient een goede teamleider en goede onderhandelaar met de organisatie te zijn; • Hij/zij is wetenschappelijk actief en heeft wetenschappelijke interesse; • Hij/zij is bereid coassistenten en AIOS op te leiden;
• • • •
Hij/zij is in een voor het betreffende medisch specialisme erkend opleidingsinrichting werkzaam op een zodanige wijze dat hij/zij eindverantwoordelijk als opleider daadwerkelijk en naar behoren kan dragen; Hij/zij is lid van de wetenschappelijke vereniging; Hij/zij voert gestructureerd overleg met andere relevante hulpverleners; Hij/zij maakt deel uit van en geeft leiding aan de opleidingsgroep en legt de specifieke taken en verplichtingen van de leden van de opleidingsgroep schriftelijk vast.
Specifieke functie-eisen supervisoren • Hij/zij is bereid co-assistenten en AIOS op te leiden; • Hij/zij heeft de “teach the teachers” cursus gevolgd; • Hij/zij beschikt over een didactische houding blijkens uit respect voor de AIOS en de ruimte die deze krijgt om zijn stijl te ontwikkelen, relativeringsvermogen en flexibiliteit; • Hij/zij beschikt over didactische kwaliteiten herkenbaar in een goede feedback, goede communicatie, aanzetten tot reflectie en in het vermogen vaardigheden over te dragen; • Leden van de opleidingsgroep voldoen bij uitoefening van het specialisme aan kwaliteitseisen van de betreffende Wetenschappelijke Medisch Specialisten Vereniging; • Leden hebben elk een gedifferentieerd activiteiten- en belangstellingsterrein binnen het vakgebied van het betreffende specialisme terwijl hun gezamenlijke kennis en vaardigheden elkaar aanvullen; • Zij ondersteunen de opleiding en de aanvraag daarvoor en zijn op de hoogte van de opleidingseisen alsmede de eindtermen van de opleiding; • Hij/zij is lid van de wetenschappelijke vereniging; • Hij/zij voert gestructureerd overleg met andere relevante hulpverleners. Nijmegen, 8 december 2010
Bewaking kwaliteit medische vervolgopleidingen UMC St Radboud
Interne en externe kwaliteitszorg Kwaliteitsbewaking en –verbetering Medische specialistische vervolgopleiding UMC St Radboud 8 december 2010
Afkortingen: CBOG COCmvo DOO DP D-RECT EFFECT IWOO MSRC PDCA
College Beroepen en Opleidingen Gezondheidszorg Centrale OpleidingsCommissie medische vervolgopleidingen Discipline Overstijgend Onderwijs Docent Professionalisering Dutch - Resident Educational Climate Test Evaluation and Feedback For Effective Clinical Teaching Instituut Wetenschappellijk Onderwijs en Opleiding Medisch Specialisten Registratie Commissie Plan – Do – Control - Act
Inleiding De kwaliteit van de medische vervolgopleidingen wordt gemonitoord en geborgd met een reeks van externe en interne procedures. Hierbij wordt gebruik gemaakt van verschillende instrumenten die o.a. zijn aangeleverd door de projectgroep kwaliteitsindicatoren van het CBOG. De interne procedures en de gebruikte instrumenten sluiten zo goed mogelijk aan op het bestaande externe kwaliteitszorgsysteem, zodat beiden elkaar versterken. Binnen de aangereikte toolkit heeft het UMC St Radboud keuzes gemaakt welke zij in welke fase wil gaan invoeren met een doel een PDCA-kwaliteitscyclus op gaan te brengen om zo de opleidingskwaliteit binnen het UMC St Radboud nog verder te verbeteren. Indien specialismen andere instrumenten wensen te gebruiken is dit toegestaan onder de voorwaarde dat hetzelfde resultaat wordt bereikt. Kwaliteitsinstrumenten Binnen de het UMC St Radboud worden de volgende kwaliteitsmetingen uitgevoerd: Jaarlijks: o D-RECT, dit instrument meet het opleidingsklimaat in de medisch specialistische vervolgopleiding. De D-RECT wordt digitaal afgenomen en de resultaten worden geanalyseerd door het IWOO. De rapportages worden besproken met AIOS, medische staf, COCmvo en Raad van Bestuur. o Rondje opleidingen. Op basis van een door de opleider ingevulde zelfevaluatie wordt jaarlijks door een vertegenwoordiging van de COCmvo met alle specialismen een gesprek gevoerd met de (plv) opleider en een vertegenwoordiging van de AIOS. Het resultaat is een overzicht met goede punten en verbeterpunten. De specialismen wordt op basis hiervan gevraagd om concrete actiepunten voor de korte en langere termijn te formuleren. o Enquête deelname DOO. Specialismen wordt jaarlijks gevraagd op welke wijze aandacht wordt gegeven aan DOO en welke cursussen uit het UMC aanbod het komende jaar worden afgenomen. o Overzicht deelname DP. Specialismen wordt gevraagd op welke wijze aandacht wordt gegeven aan DP en hoeveel cursussen uit het UMC aanbod worden afgenomen. Periodiek: o Deelaudit Audit opleiden, De deelaudit opleiden vindt plaats onder regie van het Instituut Waarborg Kwaliteit en Veiligheid. Er wordt gestreefd om de deelaudit opleiden 1 tot 2 jaar na de visitatie te laten plaats vinden. Z.n. kan de COCmvo op indicatie een extra deelaudit opleiden laten uitvoeren. Middels een vast protocol wordt de opleiding doorgelicht. De auditoren zijn een opleider vanuit het bestuur COCmvo en 2 AIOS uit het UMC. Verslaglegging vindt plaats met daarin tips en suggesties ter verbetering van de opleiding.
o
o o o o
Pré -visitatie, Ter voorbereiding op een visitatie kan na overleg tussen opleider, COCmvo en RvB een pré-visitatie worden uitgevoerd. Hierbij kan z.n. een externe opleider worden betrokken. Opleidingsvisitaties uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de MSRC Kwaliteitsvisitaties uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de wetenschappelijke vereniging. Kwartaaloverleg Raad van Bestuur. Opleidingen zijn een vast aandachtspunt bij de kwartaal gesprekken tussen de RvB en het specialisme. EFFECT of SET Q, Deze vragenlijsten bieden informatie over de wijze waarop een supervisor of opleider de AIOS begeleidt. De lijsten worden ingevuld door de AIOS en binnen de assistentengroep besproken. De verzamelde gegevens worden teruggekoppeld aan het afdelingshoofd, de opleider en plaatsvervangend opleider. De wijze waarop de resultaten worden teruggekoppeld aan de supervisoren verschilt per specialisme. Afdelingshoofd / opleider en of vertegenwoordiging AIOS.
Resultaat Op basis van de bevindingen vanuit de verschillende kwaliteitsinstrumenten wordt jaarlijks een kwaliteitsrapport per specialisme bijgehouden. In dit rapport staan 3 concrete verbeterpunten die naast de evt. andere punten versterkt aandacht krijgen. In de volgende kwaliteitscyclus zal op deze punten getoetst worden. De kwaliteitsrapporten worden besproken binnen de opleidingsgroep, de COCmvo en in het kwartaaloverleg met de RvB. Verbeterpunten kunnen betrekking hebben op zowel opleidingsinhoudelijke - en opleidingsvoorwaardelijke aspecten.
D-RECT EFFECT/ SET Q Rondje opleiders Deelaudit opleiding Visitatie opleidingen
Concreet actieplan met daarin punten voor: - jaarplan bedrijfsonderdeel - opleidingsplan - acties staf(leden) - acties COC/RvB