UITGAVE VAN HUIZE ‘VALCKENBOSCH’ MICHAËL 2015
17e jaargang nr. 3
COLOFON: REDACTIE: Jolanda Gevers Leuven Yvonne van de Staaij
KOPIJDATUM KERSTNUMMER: 1 december 2015
REDACTIEADRES: Huize ‘Valckenbosch’ Van Tetslaan 2 3707 VD ZEIST E-mailadres:
[email protected]
1
VAN DE REDACTIE Bijna ongemerkt is de zomer in de herfst overgegaan. Het begint met de geur die je ruikt als je ’s morgens je neus buiten het raam steekt. Ook zijn er plotseling verkleurende bladeren te zien. Het is zaak goed op te letten, de verkleuring gaat niet geleidelijk en de ene boom is sneller klaar met zijn feestdos dan de andere die er de tijd voor neemt. Door de laagstaande zon en de vochtige lucht zie je het zonlicht, dat dóór het gebladerde van de bomen valt, als uiteen waaierende lichtbanen naar beneden stromen. De natuur is goed vertegenwoordigd in ons blad. De bijdrage van Yvonne van de Staaij over De antroposofie en het menselijke gemoed geeft een heel apart aspect van de natuur. De beschrijving van de opening van de tentoonstelling over de koe en de aankondiging van de Opgang-lezingen over de BD-landbouw en veeteelt weer een heel ander. Agatha kijkt voorzichtig naar de toekomst. Corry van Geresteyn – die ging en weer terugkomt – een bewoonster en de nieuwe secretaresse vertellen over wat ze zoal in hun leven deden. Er zijn wat wetenswaardigheden over Sint Michaël en ten slotte is er het Sprookje van de groene slang en de witte Lelie in verkorte vorm waar een groep mensen zich een tijd tekenend en schilderend mee heeft beziggehouden. Het geheel wordt gelardeerd met gedichten en een overpeinzing. Wij wensen u een mooie Michaëlstijd
2
MET HART EN ZIEL Om inspiratie op te doen voor deze bijdrage, leek het me een goed idee om maar eens bij de bron te beginnen. Dus naar de boekenkast met voordrachten van Rudolf Steiner. Het enige rijtje dat zich blijvend kan verheugen in een alfabetische schikking. De andere boeken kan ik blindelings aan de wisselende lengte, breedte en omvang herkennen en te voorschijn halen. Het plankje Antroposofie is meer uniform en vereist concentratie. Ik pakte op gevoel een titel. Meteen raak. Het was een reeks voordrachten over het opnieuw beleven van het feest van Michaël. De ondertitel luidt: De antroposofie en het menselijke gemoed. Of wordt 'hart' of 'ziel' bedoeld? Dat detail liet ik maar even zitten. Het was al moeilijk genoeg. Bij lezing volgde de ene vraag de andere al gauw op. En nog sneller kon ik er geen touw meer aan vastknopen. Totdat ik besefte, dat ik de teksten voortdurend - regel voor regel, zin voor zin – letterlijk probeerde te vertalen en te begrijpen. Hoe meer ik dat deed hoe onbegrijpelijker de inhoud voor me werd. Ik begon opnieuw. Dit moest ik toch kunnen begrijpen... Ik sloot het boekje en liet de titel van de voordrachten nog eens goed tot me doordringen: Die Anthroposophie und das menschliche Gemüt. 3
Daar stond het antwoord op mijn vraag. Het ging dus helemaal niet over het verkrijgen van een begrip op verstandelijk niveau. Het ging om mijn relatie met mijn eigen gevoel, mijn eigen hart en mijn eigen ziel. Daar kon ik wel iets mee. Ik begon opnieuw te lezen, onbevangen en vrij. Niet langer dansten de letters voor mijn ogen. Wat een vreugde bracht een zin als: 'Alles zou erop gericht moeten zijn, dat het menselijk gemoed zich met datgene verbonden voelt wat buiten in de natuur als spiegel van God leeft.' Ik deed het boek dicht. Naar buiten… de natuur in! Al wandelend herhaalde ik de mooie zin. Het gaat dus niet om een rationele of materialistische benadering van het fenomeen 'verbonden zijn', maar puur om de gemoedsbeleving, om een actieve , levendige inzet van de gemoedsziel. Met hart en ziel dus. De Natuur, als spiegel van God... Het werd er niet gemakkelijker op. Weer thuis, pakte ik gauw het vertrouwde, okergele boekje met voordrachten. Ik sloeg het lukraak open. Er staat (in mijn eigen woorden) 'Op drie manieren neemt de mens de uiterlijke natuur in zich op: wanneer hij zich voedt, door adem te halen en door de natuur te aanschouwen met innerlijk, levendig invoelingsvermogen.' Alles wat buiten leeft IS spiegel van God. 4
De bergen, de kristallen, de mineralen, de dieren- en plantenwereld en ten slotte de fysieke menselijke gestalte. Hoe alles daarbuiten zo leeft, vindt Steiner 'blijk geven van een wonderbaarlijke, naïeve onschuld', terwijl het - nota bene- 'een spiegeling is van God, het in wezen zuivere spiegelBEELD'. Dat beeld leren we waar te nemen, niet met ons intellect maar met ons 'gemoed'. Een kans om die impulsen uit de geestelijke wereld te herkennen en op te pakken, op een levendige, eigen manier. Een mooier moment kan er niet zijn: eind september, het begin van de herfst. Dat is voor mij wat het feest van ë wil uitstralen. Een verlangen naar een soort ideaal, een verlangen naar impulsen uit de kosmos. Op zoek gaan naar een nieuwe wending. Een vernieuwde kijk, een vernieuwde zielekracht om ten slotte echt te gaan kunnen gaan voelen wat de Natuur in mij, in ons wil worden. Met Michaël, Met hart en ziel. Yvonne van de Staaij, vrijwilliger
5
VUURROEF Ze had verkozen herfst te zijn dus tegen ’t einde van haar leven heeft ze de zomer prijsgegeven en werd het najaar haar domein Beklaag haar niet – laat haar begaan De herfst is niet zo’n boos getijde: die stempelt ons tot ingewijden als we de stormen maar doorstaan Met elke schrede die ze hoopvol doet Bloeit haar een blijder zomer tegemoet Ank Sijmons oud-bewoner
6
DE VRIJESCHOOL IS ERG IN TREK OOK BIJ NIET ANTROPOSOFISCH VOLK
Dit voorjaar stond deze tekst boven een artikel in de bijlage van de Volkskrant. Het zette me aan het denken over de mogelijkheden van Huize Valckenbosch. Vooral de laatste vijf jaar, zo stond in dit artikel, is het aantal Vrijeschool leerlingen met 16 % gestegen terwijl de leerlingenaantallen in het primair onderwijs landelijk aan het krimpen zijn. Hierbij zitten veel kinderen van nietantroposofische ouders. De Vrijescholen scoren tegenwoordig goed, soms zelfs bovengemiddeld op de cognitieve vakken. Zo zegt een moeder: Op andere scholen worden kinderen voorbereid op een goedbetaalde baan. De Vrijeschool wil kinderen voorbereiden op het leven. Het blindstaren op de economie en van een zo groot mogelijke auto hebben daar komen we toch allemaal van terug?” In de zorg krimpen de aantallen ouderen die nog voor zorg in aanmerking komen op dit moment heel snel. Dus ook de aantallen ouderen met een achtergrond van Christengemeenschap of antroposofie. Is er in deze periode van krimp nog een toekomst voor Huize Valckenbosch? Is een wat ouder gebouw, met éénkamer appartementen, dat wel mooi gelegen is, wel voldoende om hier te gaan wonen? Ik denk dat er zeker een toekomst is voor Huize Valckenbosch. We hebben de kwaliteit van zorg goed op orde, deze voldoet aan de eisen van de inspectie én we hebben de 7
antroposofische onderbouwing van ons werk weten te behouden. Vooral daardoor zal de gemeenschap, zoals wij die in Huize Valckenbosch vormen, de komende jaren, net als de Vrijescholen, een aantrekkelijke woonzorgvoorziening zijn voor ouderen die zich niet blindstaren op de economie van meer, meer en groter. Er komt een groep ouderen aan die gaat voor kwaliteit van leven. Die kiest voor aandachtige zorg, spiritualiteit, biologische maaltijden, duurzame natuurlijke materialen, een omgeving met kunst en muziek en intellectuele medebewoners. Op dit moment hebben ca. 15 % van de bewoners geen achtergrond van Christengemeenschap of antroposofie. Deze groep zal de komende jaren – relatief gezien – misschien groeien als we zo groot willen blijven als we nu zijn. Daarom kijken we ook uit naar senioren, met een intellectuele belangstelling, een gezonde leefstijl, aandacht voor milieu en een duurzame leefstijl, spiritualiteit, kunst, cultuur en muziek. Deze groep senioren zal de komende jaren steeds meer zijn keus laten vallen op Huize Valckenbosch. Niet vanwege de kleine kamers, maar vanwege de aandachtige zorg, de bewoners die een gedeelde interesse hebben in religie, spiritualiteit, gezonde voeding, het ritme van de jaarfeesten, de mooie groene omgeving, de kunst en de verse bloemen. Misschien staat er dan over vijf jaar een artikel in de Volkskrant. “Huize Valckenbosch is erg in trek ook bij niet antroposofisch volk”. De kwaliteit van de verzorging is er bovengemiddeld en voldoet ruimschoots aan de normen van de 8
inspectie, het zorgkantoor en zorgverzekeraars. Ondanks financieel zuinige tijden is er aandachtige zorg, aandacht voor spiritualiteit, kunst en cultuur, wat uitzicht biedt op een interessante oude dag.
Agatha Steenbergen Vestigingsmanager.
9
OPENING TENTOONSTELLING 'DE KOE' Na een korte inleiding over de beleving en waardering van de Kunst in het algemeen, werd het woord gegeven aan mevrouw Marli Hofstra , die de tekeningen maakte van de tentoonstelling over de koe. Omdat zij echt het individu wil benadrukken, praat zij graag in het enkelvoud. Vandaar de titel van de tentoonstelling: 'De Koe.' Dat zegt al veel over haar benadering. Zij heeft deze dieren leren kennen als zelfstandige, unieke wezens, met hun eigen persoonlijke en zeer sociale karakter. Meer dan een half uur vertelde zij de aanwezigen over haar ervaringen met de koeien in de Runderopvang. Roerend waren de verhalen over de belevenissen in de stal, die blijk gaven van een wezenlijke ontmoeting tussen haar en het dier, dat zich maar al te graag aan haar zorg toevertrouwde. Er groeide onmiskenbaar een band, met mooie herinneringen, maar aan de andere kant natuurlijk ook het moment van het onvermijdelijk moeten loslaten. Warm maar tegelijk realistisch kon zij haar ervaringen delen en de zaal ontroeren door haar passie voor dit dier. Zo lang als mogelijk was ontfermde Mevrouw Hofstra zich over de koeien die haar waren toevertrouwd. Zij toonde zich door haar jarenlange verbondenheid in de opvang op 'De 10
Leemweg' een integer en invoelend iemand, die zich oprecht met het wezen van de koe kon en kan verbinden. Haar belevenissen en ervaringen kwamen rechtstreeks uit het hart. Geen wonder dat ze deze dieren zo prachtig heeft kunnen weergeven: de tekeningen zijn een hommage en haar meest persoonlijke getuigenissen. In de vragenronde werd door de zeer betrokken bewoners hartelijk gereageerd op het verhaal en de tekeningen in de gang. Ook klonk er de zorg en afschuw voor de hedendaagse bio-industrie. Die werd alom gedeeld, maar tegelijkertijd afgesloten met een ferme constatering, dat ook wij, als consumenten, zeker ook onze verantwoordelijkheid moeten nemen, met als voornaamste inzet het welzijn van het dier: van hoe de geschapen natuur is bedoeld; van hoe wij, de consument, zouden moeten kijken; van hoe het leven van dit sociale dier ons de richting zou moeten duiden; van hoe om te gaan met de bio- industrie; van hoe open te staan voor diervriendelijke initiatieven; van hoe opnieuw invoelend te leren zijn en leven, met respect voor alle dieren. Met een hartelijk applaus bedankte de zaal mevrouw Hofstra voor haar sprankelende, doorleefde presentatie. Na afloop bleek, dat in de ronde langs de tentoonstelling de tekeningen nog meer zeggingskracht hadden gekregen. 11
Mocht U de Runderopvang in Friesland met een donatie willen ondersteunen, dan kan dat op rekeningnummer NL95 RABO 0310236355 ten name van " Stichting de Leemweg" in Friesland. Zo kan deze bijzondere presentatie nog een mooi koeien-staartje krijgen! Yvonne van de Staaij vrijwilliger
DAGERAAD Ik zag een kalfje bij de moeder drinken Een stille handeling die hier nog mag. Zij stonden in de aanbrekende dag half slapend in dit drinken te verzinken, wazig in nevelen nog haast verborgen. Over het witte gras heen kwam de morgen. Bevreesd waadde ik weg van wat ik zag. Ida Gerhardt
12
Portret door Marli Hofstra
13
AFSCHEID Daar zat ik dan op de ochtend van mijn afscheid van Huize Valckenbosch, aan de grote tafel in de zaal, samen met man, kinderen, schoon- en kleinkinderen. Ik schrok bij binnenkomst een beetje van de grote belangstelling. Het was een bijzonder mooi en warm afscheid. Agatha sprak mooie woorden, gevolgd door Monique. Daarna sprak Philo, waarmee ik in de afgelopen 16 jaar een waardevolle vriendschap heb opgebouwd, mij toe. Hélène vertelde ten slotte het verhaal over het afscheid van ‘de eekhoorn en de mier’ van Toon Tellegen. Anja speelde piano en Peter en zijn medewerkers verzorgden de koffie met gebak. Wat ben ik verwend met al die mooie woorden, lieve kaarten, cadeaus, bloemen, teveel om op te noemen. Dank je wel allemaal. Zelf wilde ik ook iets zeggen,: “In de laatste Nieuwsbrief stond aangekondigd dat op 30 juli mijn afscheid zou zijn. Vandaag is het zover. Het voelt vreemd! Maar ik kan er niet meer onderuit, ik ben nu een 'pensionda'. Ik heb hier 16 jaar met veel plezier gewerkt. Veel mooie mensen ontmoet, veel geleerd en goede gesprekken gevoerd. Veel meegemaakt in rustige en stormachtige tijden.
14
Als ik het goed zie zijn bij dit afscheid een aantal managers aanwezig, heel bijzonder. Het was voor mij wel steeds wennen aan weer iemand anders op de managersstoel maar ik heb ze overleefd. Dat ze weer vertrokken was niet mijn schuld, tenminste dat hoop ik! Dank jullie wel dat je allemaal hier aanwezig bent. Dank voor de mooie woorden en verwennerij. Ik ben er stil van. Ik ga nu genieten van mijn vrije tijd samen met Bert en ons gezin, allemaal hier aan tafel en daar ben ik trots op. In september gaan we een mooie reis door Ierland maken en daarna meld ik me weer begin oktober als vrijwilliger bij de receptie. Ik ga jullie dus nog niet los laten. Ik wens jullie allemaal alle goeds en voor de werkers veel succes en sterkte om Valckenbosch te behouden als het mooiste huis van Nederland. Dank je wel.” Na deze bijzondere bijeenkomst zijn we met de vroegere hoofden van de disciplines gaan lunchen. Ook Wieke, mijn opvolgster was er bij. Het was erg gezellig. Ik wil jullie allemaal bedanken voor het vertrouwen in mij de afgelopen 16 jaar welke ik als zeer waardevol heb ervaren. Nu heb ik tijd om van de mooie zomer te genieten en dat ga ik ook zeker doen! Begin oktober ga ik proberen als vrijwilliger bij de receptie Monique te ondersteunen. Ik heb er nu al zin in. Lieve groet,
Corry van Geresteyn 15
RECTIFICATIE Soms gaan dingen fout. In de Valckenvlucht, Sint-Jan 2015, is een handreiking opgenomen van Zohra Noach. Niet opgenomen is onder haar naam de regel: ©Zohra Noach – Zohra Noach Foundation Uit: Tempelorde voor Universele eenheid. Een liturgie van verbinding. Dit betekent dat niet vrijelijk over deze tekst beschikt mag worden. Jolanda GL
16
WIJ STELLEN AAN U VOOR… Ini Begeer-Schutte. Zij werd in 1928 geboren in Amsterdam, waar ze 25 jaar woonde. Ze bezocht het Instituut voor Kunstnijverheids-onderwijs (later Rietveldacademie) en behaalde haar diploma voor goudsmid. Ze leerde daar haar man kennen, die dezelfde opleiding deed. Zijn grootvader had in Utrecht een juwelierszaak, een echt familiebedrijf, met atelier. Daar konden ze aan de slag, Ini in het atelier als goudsmid. Tijdens haar afsluitende examen in Schoonhoven kreeg ze al een aanbod van een massaproducent, maar dat sloeg ze af: zij was liever zelfstandig kunstenaar en schiep unica, geen serieproducten! Haar mans grootvader gaf de piepjonge Gerrit Rietveld de opdracht de naam C.L.J. Begeer in de gevel onder het raam van het etalageraam uit zandsteen te beitelen, alwaar het nu nog, zij het witgekalkt te zien is! Helaas werd hen het leven zuur gemaakt door de stiefmoeder van haar man, die zich overal mee bemoeide en zich als boekhouder het bedrijf indrong. De situatie werd ten slotte onwerkbaar, ze trokken zich terug en het bedrijf hield op te bestaan.( Hun kinderen, drie dochters en een zoon kozen geen van allen het juweliersvak.)
17
Zij zijn toen in Bilthoven een galerie: Kunst en Ambacht begonnen, met maandelijks een nieuwe tentoonstelling van moderne kunstenaars. Ze bewoonden een mooi huis in De Bildt en hadden ook een huis in Zwitserland, waar ze om en om een half jaar woonden. Toen haar man aan een hersenbloeding was overleden, bleef Ini dit zo doen. Totdat zij een paar jaar later in Zwitserland zelf een hersen-bloeding kreeg. Ze zou net weer naar Nederland vertrekken; vrienden zouden haar om acht uur ’s morgens komen ophalen. Door hard te klepperen met een kacheldeurtje wist ze hun aandacht te trekken, want ze kon de deur niet opendoen, omdat ze verlamd op de grond lag. Via een Zwitsers ziekenhuiskwam ze in het UMC. Een van haar dochters vond op internet Huize Valckenbosch, dat vanwege het culturele aanbod het meest in aanmerking kwam. Zo kwam ze hier en heeft daar gelukkig geen spijt van! Sigrid Brandligt vrijwilliger
18
En een korte introductie van Wieke Dingler, de nieuwe secretaresse: Half juli ben ik bij Huize Valckenbosch gestart, waar ik na een korte inwerkperiode het stokje van Corry van Geresteyn heb overgenomen. Het grootste deel van mijn 32-jarige carrière als secretaresse heb ik in het bedrijfsleven gewerkt, maar nadat ik voor mijn bachelor-scriptie psychologie onderzoek heb gedaan naar werkgeluk, ben ik overgestapt naar de zorg. Een gevoel van zingeving blijkt namelijk een belangrijke factor te zijn voor werkgeluk en de zorg sluit daar voor mij goed op aan. Ik heb het enorm naar mijn zin bij Huize Valckenbosch en fiets drie dagen per week fluitend naar mijn werk.
19
UIT HET DAGBOEKJE VAN EEN VRIENDIN ingebracht door Jip van Stokkum, bewoner
Vertrouw Mij je geliefden toe; geef hen over aan Mijn bescherming en zorg. Ze zijn veel veiliger bij Mij dan in jouw omklemmende handen. Als je een geliefde een afgod laat worden in je hart, breng je zowel die ander als jezelf in gevaar. Denk eens aan de extreme maatregelen die ik nam bij Abraham en Isaac. Ik bracht Isaac op het randje van de dood om Abraham te bevrijden. Abraham en Isaac leden beiden vreselijk onder de ongedisciplineerde emoties van de vader. Ik verafschuw afgoderij, ook in de vorm van ouderliefde. Leer om vanuit je diepste binnenste in Mij te leven. Diep in jou ligt een goudmijn van vrede waar je altijd uit mag putten Je problemen zullen verbleken als je ze in het licht van Mijn nabijheid bekijkt.
Genesis 22:9-12 Efeziers3: 20 Exodus 13:14
20
OPGANG Op 15 oktober beginnen we met de eerste lezing uit een serie van acht over de BD-landbouw, waarvan vier in het najaar van 2015 en vier in het voorjaar van 2016 gehouden worden. Zoals gewoonlijk worden deze lezingen gehouden in de grote zaal. Deze is open om 10.00 uur voor een kopje koffie of thee. De lezingen beginnen om 10.30 uur en zijn rond 11.30 uur afgelopen. 15 oktober Jan Diek van Mansvelt: ‘Wij en de aarde – breng de bodem tot leven'. Mijn verhaal gaat over de ont-aarding van de landbouw in de afgelopen 70 jaar, en de manier waarop dat gebeurd is: wereldbeeld, technologie en ‘economie’. Er zijn vele manieren om de landbouw weer gezond te maken, onder andere door de bodem te voeden met zonne-energie zoals die door planten is vastgelegd. De sleutel tot verandering ligt bij de bewuste burger die zijn of haar verantwoordelijkheid neemt: consumenten die de grond gezond eten, door producten te kopen van boeren die de wormen blij maken. 29 oktober Ellen Winkel: ‘De pioniers van de BD-landbouw’ De Landbouwcursus – die Rudolf Steiner in 1924 gaf - heeft bij een groeiend aantal mensen een vuur ontstoken. De pioniers van de BD-landbouw hebben zich met onvoorstelbaar veel doorzettingsvermogen ingezet om de nieuwe inzichten in 21
praktijk te brengen. Om te zorgen voor een vruchtbare aarde. Na ruim 90 jaar zien steeds meer mensen in hoe enorm belangrijk dit pionierswerk is geweest.
22
12 november Piet van IJzendoorn: ‘Granen, ons dagelijks brood’ Allereerst zal ik ons eigen bedrijf de Zonnehoeve schetsen, vanuit geschiedenis, visie en missie. Mijn verhaal zal verder gaan over het belang van graan in het bedrijfsorganisme en als voedingskwaliteit voor de mens. Ik zal aangeven hoe tarwe zich ontwikkelt, als voedsel voor de bodem en het bodemleven, samen met de mest: de door de koe verteerde gras-klaver. De huidige financieel gestuurde landbouw maakt, om redenen van rendement, de teelt van granen moeilijk. In de biodynamische landbouw stellen we de ecosystemen van de natuur leidend tegen de trend van onze huidige cultuur in. 26 november Jan Dirk van der Voort (Remeker kaas, De Groote Voort):’De natuur heelt’ Onze voedselketen wordt op dit moment gedomineerd door efficiëntie. Op ons bedrijf hebben wij een verdienmodel ontwikkeld op basis van natuurlijke duurzaamheid dat is uitgedraaid op één groot avontuur. Er zijn steeds weer nieuwe uitdagingen en terugkerende problemen die vragen om een natuurlijk antwoord.
23
MICHAËL Een kleine keuze uit het vele wat over hem bekend is
Het werd herfst. Op school zongen we: 'O onverwin’bre sterke held, Sint Michaël! Kom ons te hulp, trek mee in’t veld… en in het instituut waar mijn ouders werkten, werd een middeleeuws Jorisspel opgevoerd: 'O, vermalendijde avonture, wat rouwe gaat ons nu an’t hand? De draak werd in dit spel niet gedood, maar getemd. In het bos stonden de Amerikaanse eiken in vuur en vlam en binnen, op een tafel waarop granen, groenten, noten en vruchten waren uitgestald, glansden allerlei bessen. ’s Avonds werd Het Loflied van Aart van der Leeuw gelezen. Het vertelt over een jonge ridder die met een andere ridder de strijd aanbindt en deze verliest. Zijn tegenstander blijkt Michaël te zijn. Om zijn leven te behouden legt hij de gelofte af iedere avond een lofzang te zingen die dankt voor de dag: 'Maar de eed is gebroken als de ziel niet meejuicht met het lied, de geest in vrees en smart ligt, waar de lippen jubelen.' Prachtige beelden om mee op te groeien.
24
Michaël van Martin Schongauer
25
Pas later komen de vragen en realiseer je je hoe moeilijk, soms haast onmogelijk, die eis van Michaël was en je vraagt je af of het misschien om een inwijdingsweg ging. Ook ga je je afvragen wie deze aartsengel is, hoe het zit met die draak, dat zwaard en de weegschaal en hoe lang de mensen al van zijn bestaan weten? Allerlei verhalen hebben sinds de vroege Middeleeuwen over Michaël de ronde gedaan. Hij is in die tijd meerdere malen in een visioen gezien en altijd vroeg hij om een heiligdom voor hem op te richten. De aangewezen plek was vaak een hoge bergtop, soms op een eilandje dat vlak voor de kust in zee lag, zoals de Mont Saint Michel in Normandië en St. Michaels Mount in Cornwall of in de bergen, zoals Monte Sant Angelo bij Gargano in Italië, vanwaar men toch uitkijkt over de zee. En… heel wonderlijk, in deze drie gevallen gaf een verdwaalde stier of een die zich verstopt had de plek aan waar de kerk gebouwd moest worden. Een bijzondere plek die aan Michaël gewijd werd is Skellig Michael, een steile rotspunt 12 km ten westen van de zuidwestpunt van Ierland. Hoewel ruim 218 meter boven de zeespiegel, spat bij een heftige storm het schuim van de 26
Atlantische golven over de top. Hier werd een klein klooster gebouwd voor een twaalftal monniken en een abt, die er – uiterlijk – een bijzonder hard maar innerlijk een rijk contemplatief leven leidden. Als je ver genoeg zou kunnen kijken, zou je vanaf Skellig Michael langs één rechte lijn de twee andere Michaël-heiligdommen in zee kunnen zien liggen. Trek je die lijn verder door dan stuit je op het vaste land op Bourges, Perugia, Monte Gargano, Delphi, Athene en Delos, de geboorteplaats van Apollo. Dit is de Apollo/St. Michaël-as, een leylijn1 die dwars door Europa loopt en die plaatsen verbindt waar Michaël of Apollo aanbeden werden. In Engeland is een dergelijke leylijn te vinden. Deze loopt van Lands End in het uiterste zuidwesten naar Hopton on Sea in Norfolk aan de oostkust. Op deze lijn liggen vele kerken die alle aan Michaël gewijd zijn.
1
Een rechte lijn door meerdere punten van geografisch en vermeend verband tussen die punten, zoals prehistorische locaties, archeologische vindplaatsen en oude kerken.
27
Het is dus niet alleen de voorstelling die men van hem had, die in talloze beelden en schilderijen werd weergegeven, er zijn ook plaatsen op aarde waar zijn kracht sterk gevoeld werd. In verschillende van die plaatsen word een legende verteld van een dappere jongeling, onder wie ook St. Joris gerekend mag worden, die een draak, slang of ander verschrikkelijk mensenvernietigend wezen doodde of temde en zo het kwaad aan banden legde. De feestdag van Michaël valt op 29 september, omdat in 493, op de plek waar hij in Rome enkele maanden daarvoor verschenen was, op die dag een basiliek aan hem werd gewijd. Zijn naam komt voor in het Oude en Nieuwe Testament en in de Koran. Van oudsher hebben mensen zijn aanwezigheid gevoeld. In het oude India werd hij Indra genoemd, in Egypte Anubis, in Babylonië Mardoek, in Griekenland Apollo en ook de Romeinse Mithras, de godheid die de stier doodde, kan met hem in verband worden gebracht. Michaël betekent volgens de joodse traditie: wie is als God. Hij is een veelzijdige aartsengel: aanvoerder van de engelen
28
en bestrijder van het kwaad. In de Openbaring van Johannes wordt verteld over zijn strijd met de draak, maar ook over zijn begeleiding van de zielen van de gestorvenen. In de Olaf Åsteson rijdt hij aan de zijde van Christus. Michaël werd gewapend met zwaard en speer uitgebeeld. Wanneer hij voor het eerst met de weegschaal verscheen, weet ik niet. De weegschaal geeft een heel ander aspect van hem weer. De weegschaal verbeeldt ons geweten, het afwegen van wat goed of slecht is, waar of niet waar. Misschien lag in dit beeld wel een 'boodschap' besloten: eerst de zaken overzien en nadenken voor je naar het zwaard grijpt! Jolanda GL Vrijwilliger
29
O, onverwinb’re sterke held, Sint Michaël, kom ons te hulp, trek mee in ’t veld! Help ons hier strijden, wil ons bevrijden, Sint Michaël. Gij vaandeldrager van Gods naam, Sint Michaël, de eng’len strijden mee tesaâm. Help ons hier strijden, wil ons bevrijden, Sint Michaël! Groot is uw macht, groot is uw strijd, Sint Michaël, op aard’, in hemel t’ allen tijd. Help ons hier strijden, wil ons bevrijden, Sint Michaël! Uit sterrenlicht smeedt gij uw zwaard, Sint Michaël en werpt daarmee de draak ter aard. Help ons hier strijden, wil ons bevrijden, Sint Michaël!
30
OPROEP De initiatiefgroep Opgang heeft dringend behoefte aan versterking om de lezingen die ieder voor- en najaar in Valckenbosch worden gegeven en de 'tripjes vanuit de luie stoel' te kunnen blijven organiseren. In grote lijnen bestaat de voorbereiding uit enkele bijeenkomsten om het jaarthema vast te stellen en er sprekers bij te zoeken. Vóór een lezing richten wij de grote zaal van Valckenbosch in en wordt de apparatuur voor een eventuele Power Pointpresentatie en het opnemen van de gesproken tekst in orde gemaakt. De 'koffie- en theetafel' moet bemand worden en na afloop de zaal weer in oude staat teruggebracht. De lezingen worden opgenomen, uitgetypt en als tekstbundel aangeboden. Wie interesse en tijd heeft om ons team te komen versterken, kan zich melden bij Jan-Ewout Bourdrez (e-mail:
[email protected]), Louise Kelder (
[email protected]) of Jolanda Gevers Leuven (
[email protected])
31
Enkele maanden hebben we op maandagochtend geschilderd aan het sprookje van Johann Wolfgang von Goethe. Het sprookje speelt zich af in twee werelden, de geest- en aardewereld, die vooralsnog van elkaar gescheiden zijn door een rivier.
DE GROENE SLANG EN DE WITTE LELIE “Deze avond beloof ik u een sprookje, waardoor u aan niets en aan alles herinnerd zult worden.” Goethe In de nacht willen twee dwaallichten door de veerman over een woest kolkende rivier gezet worden. Ze zijn op weg naar het rijk van de witte Lelie. Het zijn onrustige heren, die bij wijze van betaling verkwistend goudstukken uitstrooien in de boot. Verschrikt reageert de veerman 'Als er maar één goudstuk in de rivier terecht komt, gaat die kolken en slaan we om.' In plaats van goud moeten de heren met drie artisjokken, drie uien en drie kolen betalen. De veerman echter verzamelt de goudstukken en werpt ze in een kloof. 32
Tussen de rotsen woont de groene slang. Zij bevindt zich in haar spelonk als de goudstukken naar beneden vallen. Nieuwsgierig als ze is, verteert ze de goudstukken en tot haar verbazing wordt zij doorschijnend en straalt zij licht uit. Dit raakt bij haar een diep verlangen om naar een onderaardse ruimte te gaan waar zij gestaltes in steen heeft gevoeld. Deze wil zij nu in haar licht aanschouwen. Maar haar licht is nog te zwak. Er volgt nu een zoektocht door doornige struiken en moerassen naar de herkomst van de goudstukken. Ze vindt de twee dwaallichten, die goudstukken voor haar uitstrooien. Met haar nieuw verworven licht ontdekt ze dat haar onderaardse ruimte een tempel is met in vier nissen de beelden van een gouden, een zilveren, een bronzen koning en een gemengde koning van metaallagen die chaotisch in elkaar overgaan. Zij representeren drie oude, geheime krachten: wijsheid, schoonheid en macht. De vierde koning is een onharmonische mengeling van deze drie. De standbeelden komen tot leven en beginnen te spreken. 33
Op een vraag van de gouden koning 'Wat is heerlijker dan het licht?' antwoordt de slang: Het gesprek.' Op dat moment opent zich een spleet in de rotsen en treedt een oude man binnen met de wonderlamp die een weldadig licht uitstraalt. Dit licht heeft het vermogen materie te veranderen. De lamp mag echter geen duisternis verlichten, alleen als er al licht is mag ze schijnen. Ondertussen heeft de vrouw van de man met de lamp kennis gemaakt met de twee dwaallichten die hun schulden aan de veerman niet kunnen afbetalen. Zij belooft hem de drie artisjokken, uien en kolen te brengen. Ondertussen likken de dwaallichten het goud van de muren van het hutje en eet Mops, het hondje, een van de goudstukken en wordt tot onyx. Bij zonsopgang gaat ze op pad. Maar een reus steelt met zijn schaduwhand de helft van iedere drie gaven. Met gevolg dat ze haar hand in de rivier moet steken, als teken van borg dat de drie geschenken alsnog worden gebracht. Tot haar grote schrik verschrompeld haar hand en wordt zwart. Tijdens de tocht ontmoet ze een verdrietige jongeling met bruine lokken en een prachtig gelaat. Hij loopt op blote voeten en draagt over een oud harnas een rode mantel. Hij spreekt nauwelijks. Pas als hij merkt dat ze op weg is naar de witte Lelie om haar Mops als geschenk te brengen, is zijn interesse gewekt. Dit is ook zijn doel. Hij heeft door zijn liefde voor haar alles verloren: zijn scepter, zijn zwaard en zijn kroon. 34
De witte Lelie woont eenzaam met drie meisjes en een kanarie aan de andere oever tussen hoge bomen en struiken waaraan geen bloemen en vruchten groeien. Als ze op haar harp speelt en er bij zingt, komen weliswaar de natuur en versteende dieren tot leven, maar haar blik kan tot haar grote verdriet verlammend op levende wezens werken en haar aanraking laat ze sterven. De overkant van de rivier kan alleen bereikt worden op het middaguur als de groene slang met haar lichaam een brug vormt of in de avond over de schaduw van de reus. Die middag gaan de jongeling, de oude vrouw en de dwaallichten over de rug van de slang. Zodra zij aan de overkant zijn wordt de brug weer tot slang en volgt hen. 35
Als de jongeling de witte Lelie terugziet, besluit hij dat hij liever in haar armen sterft dan zo ongelukkig verder te leven. Hij werpt zich in haar armen en valt als dood ter aarde. De slang vormt een gesloten kring om hem heen door in haar staart te bijten om de levenskrachten van de jongeling te behoeden. Dit is mogelijk tot de zon ondergaat. Allen werken nu samen en zijn in afwachting van de man met de lamp, wiens licht de jongeling kan redden. Deze is gewaarschuwd door de valk en arriveert net voor zonsondergang. Met het licht van zijn lamp beschijnt hij de jongeling en de gestorven kanarie van de Lelie die nu in een mand liggen, die boven het hoofd van de oude vrouw zweeft. Zo trekt de hele groep, inclusief de dwaallichten, over de rug van de slang van de Geest naar de aardewereld. In het aardegebied staat de hele groep om de jongeling. De oude man vraagt de knielende Lelie met haar linkerhand de slang aan te raken en met haar rechterhand de jongeling. De slang offert zich en valt in edelstenen uiteen en de jongeling wordt tot leven gewekt. Zijn ziel is echter nog niet teruggekeerd. 36
De tocht wordt door de aarde voortgezet naar de onderaardse tempel. De dwaallichten krijgen hier de opdracht om het gouden slot van de tempelpoort open te likken. Met veel eerbied betreedt het gezelschap de tempel. De koningen geven wat ze representeren, in de vorm van geschenken, aan de jongeling. De bronzen koning reikt hem het zwaard dat hij in de linkerhand moet houden. De scepter van de zilveren koning draagt hij in de rechterhand en de gouden koning plaatst hem zijn eiken krans op het hoofd. Tijdens deze handelingen komt de ziel van de jongeling weer tot leven en straalt nieuwe kracht, schoonheid en wijsheid uit. Op dat moment glijdt de tempel als een schip over het water naar de wereld van de geest. Hij stoot aan de oever van de overkant. Het hutje van de veerman komt door een opening in het dak in de tempel en wordt door het licht van de lamp tot een zilveren altaar. De Lelie werpt haar sluier af en de jongeling en zij omhelzen elkaar. Het vierde geheim van de slang is geopenbaard: de liefde regeert als vierde kracht. Zij worden koning en koningin van het nieuwe rijk. De vrouw van de man met de lamp komt verjongd terug na het baden in de rivier en ook haar man is in haar ogen verjongd en hun huwelijk wordt voor de volgende duizend jaar bezegeld. Tot hun verbazing is er een enorme brug zichtbaar tussen de tempel en de andere oever. Veel verkeer, paarden en wagens, ruiters en voetgangers gaan heen en weer. De edelstenen van de slang hebben de pijlers gevormd en de brug is als vanzelf 37
neergedaald. Een vertroebeling ontstaat nog als de reus slaapdronken de brug op waggelt en met de schaduw van zijn armen, mensen en dieren van de brug af dreigt te werpen. De koning grijpt naar zijn zwaard, bezint zich, kijkt naar de scepter, de lamp en de zilveren roeispaan van de veerman en naar de man met de lamp, die allen verjongd naast hem staan. Het is het laatste optreden van de reus. Als hij vol verbazing de tempel ziet, versteend hij en wordt in de voorhof tot zonnewijzer in een cirkel van wonderbaarlijke beelden die om hem heen zijn ontstaan.
De havik laat met de spiegel het zonlicht in de tempel vallen en in buitengewone schoonheid worden de koningin en koning 38
en hun vrienden aanschouwd. De dwaallichten laten bij hun verdwijning nog eenmaal hun goudstukken op de binnenhof vallen en het volk werpt zich erop. Het goud was afkomstig van de vierde koning wiens era nu heeft afgedaan. Als het volk van verbazing bekomen is, de schoonheid van de tempel en ook de koningen bewonderd heeft, gaat iedereen naar huis, de koning en koningin in grote vreugde over hun nieuwe rijk achterlatend. En de tempel zal de meest bezochte tempel van de aarde zijn met voetgangers die voortdurend over de brug heen en weer gaan. Als je langer met dit sprookje leeft kun je tot het besef komen dat in de beelden een cultus verborgen ligt die de intentie heeft dat eens de liefde in de wereld mag regeren. Ineke Lutters kunstzinnig therapeute
De illustraties bij dit artikel zijn van mevrouw Bos-Maatman. In kleur zijn ze prachtig. Hopelijk komt er een kleine tentoonstelling van!
39
Over zijn stille, vaste rug laat hij ons lopen, heen en terug opdat men keer op keer beleeft dat elke stroom twee overs heeft. Ank Sijmons oud-bewoner
40