S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
STICHTING BEHOUD RELIGIEUS ERFGOED MEERSSEN NOTA Verzoek tot plaatsing van het PROOSDIJKLOOSTER op de gemeentelijke monumentenlijst. Waardestelling van het Proosdijklooster. Er zijn 12 aspecten die van belang zijn om het klooster te behouden: 1. MONUMENTAAL “Het kloostergebouw bezit waarde zowel architectuur historisch en sociaal- historisch op regionaal niveau” . Zie bijlage 1. Geschiedenis van het Proosdijklooster. “Het Proosdijpark en omgeving is een bijzonder ensemble van religieus erfgoed”. (Aldus twee citaten uit het advies van RACM d.d. 21 november 2008) Bijlage 2. Dit religieus ensemble bestaat uit kerk, kapelanie, kapel en klooster met bijbehorend park “Dit draagt bij aan de bijzondere uitstraling van het gebied“. (RACM). Het karakteristieke gebouw is van bovenlokaal religieus belang gelet op zijn functie, in het verleden, voor het gehele Bisdom Roermond. Architect J. Peutz is van mening dat “het een omissie is dat de gemeente het nooit tot gemeentelijk monument heeft verklaard en navrant dat ze dat nu gebruikt als argument om te betogen dat het geen monumentale waarde heeft”. Het staat kadastraal in het rijks-monumentale complex Proosdijpark. Het staat vermeld in het standaard boekwerk “Monumenten in Nederland, deel Limburg”. In het advies van de RACM staat letterlijk: “Samengevat maakt Markt 25 deel uit van een uniek ensemble van religieus erfgoed. Een plaats op de gemeentelijke monumentenlijst zou zondermeer terecht zijn“.
2. RELATIE MET DE OMGEVING Het gebouw heeft een uitstraling naar buiten, want het is niet als een klooster ontworpen maar als een centrum voor het jeugdwerk en apostolaat voor het gehele Bisdom Roermond. “het vormt een schakel tussen de Markt en het Proosdijpark”(RACM) De relatie van het gebouw met het marktplein hangt af van een toekomstige bestemming van het gebouw en de keuze van de vormgeving van het nieuwe plein. Het is de vraag of het plein aan de noordzijde moet worden afgesloten met een “wand”. Een doorkijk naar een engels (open) landschapspark heeft onze voorkeur. De zichtbaarheid van het gebouw vanaf de Markt kan aanzienlijk worden verbeterd door Blz. 2
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
enkele bomen, waaronder een scheve catalpa op de hoek van de Basiliek, te verwijderen. Ook kan bij de noodzakelijke vervanging van de keermuur bij de hoofdingang de insnijding naar het lager gelegen terrein worden verzacht. Oorspronkelijk was hier een talud. Van de parkzijde voegt het gebouw, met de basiliek op de achtergrond, zich in het groene decorbeeld van het park. Het gebouw blijft, zoals het hoort, ondergeschikt aan de basiliek. Vanuit het Proosdijpark en Kerksteeg voldoet het gebouw aan de zichtassen en zichtrelaties van de structuurschets Proosdijpark van het buro v. Heukelom. (Bijlage 3.) Het gebouw is vanuit alle hoeken in het park zichtbaar. De belangrijke zichtlijn vanaf het heuveltje waar de Gloriëtte op staat, gaat juist voorlangs de kopgevel van het klooster naar de hoofdingang van de Basiliek. Ook zittend op de rustieke bank, welke recent vanwege het 50 jarig jubileum van het IVN geplaatst is, heeft men volledig zicht op de Basiliek.
3. ARCHITECTONISCHE KWALITEITEN. Het klooster, de uitbreiding van de Basiliek en de Vredeskapel zijn als een ensemble ontworpen door architect J.T.J. Cuypers, geboren te Roermond in 1861 en overleden in de voormalige pastorie te Meerssen in 1946. Volgens mr. M. Richter van het Cuypersgenootschap is het werk van deze architect onderbedeeld in het monumentenregister. Het van oorsprong voor de catechisatie in Limburg bestemd gebouw is een uniek werk in het oeuvre van hem en in ieder geval is bescherming op gemeentelijk niveau zondermeer terecht zijn. Ook architect J. Peutz is van mening, dat het een mooi gebouw is en dat het werk van Jos Cuypers niet die waardering krijgt die het verdient, mede doordat hij altijd in de schaduw van zijn beroemde vader: Pierre Cuypers stond. De architectonische waarde van het gebouw is gelegen in het mooi spel van de spitse dakvlakken en de bijzondere waarden van de gevels van traditioneel metselwerk. “Het heeft door zijn vrije ligging de allure van een villa”, aldus de RACM. De vormgeving, bouwmassa en situering van het gebouw zijn zorgvuldig afgestemd op het rijksmonumentale complex Proosdijpark en het grootste gebouw de Basiliek. Het gebouw is zodanig geplaatst dat de weerspiegeling van de westgevel in de vijver optimaal is. Het dak het klooster van de noordgevel verspringt in drie trappen en gaat over in het dak van de Basiliek dat wordt ervaren als een vierde trap. Het aanzien van en het zicht op de liftschacht, waarvoor in 1969 bouwvergunning is verleend, behoeft enige verfraaiing van de gevels en aanpassing van de beplanting. Tevens verwijzen wij naar de notitie terzake van architect W. Koot. Zie bijlage 4. Blz. 3
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
4. BIJZONDERE ELEMENTEN. Zie karakteristieke bouwelementen in rapport 07-1489HVN architecten (in uw bezit). Het is betreurenswaardig dat de veertien glas in loodramen reeds voortijdig op grove en ondeskundige wijze zijn verwijderd. Deze ramen zijn gemaakt voor een kapel/sacristie met ramen op de noord en oostzijde. Bij het ontwerp is rekening gehouden met de maat van de raamopeningen, de lichtinval van het noorden of oosten en de sfeer van de religieuze ruimte. Als deze glas in loodramen dus niet op de oorspronkelijke plaats worden teruggezet kunnen zij als verloren beschouwd worden.
5. BOUWKUNDIG. Volgens het rapport van Castermans Engineers d.d. 24-10-2008 maakt het gebouw een zeer solide indruk en vertoont constructief geen zichtbare gebreken van betekenis. Ook hier verwijzen wij naar de notitie van architect W. Koot. (bijlage 4.) Het casco, de dragende constructies zijn dus in perfecte staat en de scheidingswanden zijn veelal niet dragend. Dit maakt op een eenvoudige wijze een herinrichting mogelijk. De gemetselde keermuur bij de hoofdingang verkeert in slechte staat.
6. STEDENBOUWKUNDIG. “Stedenbouwkundig heeft het gebouw waarde vanwege de zorg en precisie waarmee het is ingepast, het vormt een schakel tussen de Markt en het Proosdijpark. Dit gegeven is een bewuste stedenbouwkundige keuze uit het begin van de twintigste eeuw “. (citaat RACM) Architect/ingenieur en stedenbouwkundige Jos Cuypers heeft de bouwmassa, plaats en het uiterlijk zodanig gekozen dat het gebouw bij het stedenbouwkundig en architectonisch ensemble hoort. De rooilijn van de voorgevel aan de oostzijde staat exact in de noord-zuidlijn. Dit strookt met de richting van voorgevel van de kruis basiliek. Zie tekening (O) Basiliek-Gebouw . In de gemeentelijke ontwikkelingsvisie is uitgegaan van de historische situatie van 1813. “Deze keuze is een ontkenning van de latere fases in de historische ontwikkeling c.q. de historische gelaagdheid. Het aanzicht van het gebied wordt echter juist bepaald door latere ontwikkelingen zoals de restauratie en uitbouw van de Basiliek, transformatie van het Proosdijpark tot park in landschapsstijl, de bouw van Markt 25, de kapel etc.” (RACM) Blz. 4
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
Op de gemeentelijke info-avond werd door de gemeentelijke adviseur gesteld dat de ruimte tussen de Basiliek en het klooster versmald kan worden omdat die gereserveerd was voor de bouw van een toren. Dit argument is niet juist want al in 1761 werd de gemeente Meerssen door de Staten Generaal ontheven van de verplichting om een nieuwe toren te bouwen. In het reconstructieplan van het Proosdijpark van buro W. van Heukelom, Tuin- en Landschapsarchitekten, oktober 1998, staat op de kaart zichtrelaties/beeldbepalende gebouwen het klooster als een beeldbepalend gebouw aangegeven. (bijlage 4.) Bij de ontwikkelingsvisie aangegeven nieuwbouw voor de Basiliek (bijlage 5.) wordt de belangrijke zichtlijn van het gemeentelijk symbool, de Gloriëtte, naar de hoofdingang van de Basiliek duidelijk verbroken. Dit lijkt op een onbedoelde scheiding van kerk en staat.
7. HERBESTEMMING. Rijksbouwmeester mevrouw van der Pol: “vaak wordt heel snel besloten tot sloop zonder dat men zich afvraagt waarom is het zoals het is? Is herbestemming geen betere optie?” RACM: “Het is de vraag in hoeverre Markt 25 een volwaardige kans heeft gekregen om herbestemd te worden. Los daarvan is aan te geven dat een haalbaarheidsonderzoek een momentopname is. Het komt vaak voor dat na verloop van tijd zich functies aandienen die op het moment van onderzoek niet voor mogelijk werden geacht”. Wij denken aan: * Een (specialistische) verzorging van langdurig zieken. * Een met de Woningstichting Meerssen of andere Woonzorg te ontwikkelen plan. * De opvang van asielzoekers. Hierbij kan een gespecialiseerde adviesbureau zoals bijvoorbeeld OOM van dienst zijn. Verder verwijzen wij naar de volgende literatuur: * Een rondschrijven van de Provincie Limburg dat pleit voor het behoud van kloosters. * De Volkskrant van 10 december 2008, artikel over kloosters in Limburg. * Het Katholiek Nieuwsblad van 30 maart 2009, Proosdijklooster met sloop bedreigt. * Handreiking Religieus Erfgoed, brief VNG aan gemeenten 14-12-2008 Deze handreiking biedt handvatten voor een weloverwogen lokale afweging van hetgeen aan religieus erfgoed behouden en benut zou moeten worden. * Kloosters religieus erfgoed en herbestemming, dr. ir. J.A. Hendrikx * Geloof in de toekomst, Strategisch Plan voor Religieus Erfgoed, prof dr. N. Nelissen De overheid draagt daadwerkelijk zorg voor behoud van (religieus-) cultureel erfgoed. * Een museum zoals bijvoorbeeld het Poppenspel theater museum Blz. 5
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
8. EMOTIONELE WAARDE. De bevolking is massaal tegen de sloop van het laatste Meerssense klooster. Afkeurende reacties: buurtnetwerk, twee enquêtes, handtekeningen, info-avond, raampamfletten, kranten en weekbladen.
9. ENSEMBLE WAARDE In de redengevende omschrijving de rijksmonumentale Vredeskapel staat: “ensemble waarde ontleent de kapel aan de situering aan de rand van het park van de voormalige proosdij in de onmiddellijke nabijheid van het klooster en de monumentale Basiliek“.
10. ARCHEOLOGISCHE WAARDE De RACM wijst in haar advies “op de mogelijke archeologische waarden die op deze eeuwenoude locatie een rol gaan spelen“. Onder het gebouw van het huidige klooster en aangrenzende tuin bevinden zich resten van gebouwen uit de tijd van het koningsgoed Meerssen. In dit paleis van Karel de Grote is in 780 het Verdrag van Meerssen opgesteld. Daarbij werd het middenrijk van Lotharius verdeeld in wat nu Frankrijk en Duitsland is. In feite is dit verdrag de basis van de vorming van Europa. De ons bekende aanwijzingen voor archeologische resten zijn te vinden: * De historische atlas 1813, onderliggend gebouw met stippels aangegeven. * Litho van J. Germain, +1850, Proostdij Westzijde (bijgebouw met koepel aanwezig) * De tekening van de opgraving in 1936, na de sloop van de Proosdij. * Inventarisatie bouwkunst, Provincie 1988. * De brief van de R.O.B. van 8-2-1994 (zie bijlage 6.) met vermelding bericht uit 1881. * Rapport 1997 i.v.m. parkeergarage. Palts verwacht onder huidige kerk of klooster. * De verwijzing in de beschrijving bij het gemeentelijk monument Proostenkelder. Als die archeologische resten onverstoord blijven dan verdienen ze een plaats op de Wereldmonumentenlijst. De geplande aanleg van een ondergrondse parkeergarage vernielt dit bodemarchief. Blz. 6
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
11. BESTEMMINGSPLAN PROCEDURE Van toepassing is het vigerend bestemmingsplan in hoofdzaken van 1956. “Het moge duidelijk zijn dat een dergelijk verouderd plan van meer dan 50 jaar oud onvoldoende waarborgen biedt voor het behoud van de nationale belangen.”. (RACM). Dit geldt zeker voor religieus erfgoed dat destijds niet in de belangstelling stond. De huidige plannen zijn bovendien op onderdelen strijdig met dit bestemmingsplan. Daarna volgde een Masterplan (1995) uitgaande van het behoud van het klooster. Vervolgens een Ontwikkelingsvisie waarbij van dit Masterplan wordt afgeweken omdat de aankoop van het klooster zich (plotseling) voordeed. Dit is niet juist omdat die aankoop reeds veel eerder mogelijk was: * plan gemeentehuis van burgemeester Breekpot (1954) * bij keuze nieuw bestuurscentrum (1982), * optie bij aankoop deel Proosdijpark (1995) . VROM-Inspectie (bijlage 7.) constateert: “Bij verdere ontwikkeling van de planvorming alleen op basis van de Ontwikkelingsvisie kan dan ook niet worden gesproken van een goede ruimtelijke ordening”. “Het Proosdijpark is een Rijksmonument en nieuwe bebouwing buiten de huidige bebouwingscontour van het klooster is vergunningsplichtig in het kader van de Monumentenwet 1988” (RACM)
VROM-Inspectie adviseert: “eerst een ruimtelijk plan, dat wil zeggen een bestemmingsplan op te stellen voor de herontwikkeling van het Proosdijpark en omgeving, alvorens onomkeerbare werkzaamheden te laten uitvoeren in en om het rijksmonumentale Proosdijpark. Tijdens deze planprocedure kunnen alle in het geding zijnde (nationale en provinciale) ruimtelijke belangen worden afgewogen”. Het is bovendien een verplichting uit de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening om bestemmingsplannen up to date te houden en minstens één keer in de 10 jaar te herzien. Het is evident dat een bestemmingsplan uit 1956 aan herziening toe is.
Blz. 7
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
12. WINSTBEJAG Het klooster is door de gemeente gekocht om na sloop het terrein met een gedeelte van het Proosdijpark als bouwterrein met winst door te verkopen. Een projectontwikkelaar mag dan daar een luxe appartementen flatgebouw met drie bouwlagen en parkeergarage neerzetten. Een bouwcomplex dat qua oppervlakte 4 x zo groot als het klooster en 2 x zo groot als de Basiliek kan zijn. De ook wat richting betreft volstrekt wille keurige “rooilijn” van de voorgevel van de nieuwbouw is op circa 10 meter van de Hoofdingang van de Basiliek getekend. Zie kaart bijlage 5.. Dit is een oneigenlijk economisch motief voor de vernietiging van een zeer hoogwaardig monumentaal, architectonisch, cultureel en religieus erfgoed. P.S.
Laat de geschiedenis van sloop van religieus erfgoed in Meerssen, om economische redenen, zich niet herhalen! Het oudste huis van Meerssen viel onder de slopershamer omdat de gemeente na de herindeling van 1982 subsidie kreeg voor de bouw van een nieuw gemeentehuis. Het was het l’Hopital de Saint Esprit aan de Beekstraat dat omstreeks 1620 door de Augustijner monniken van de Proosdij was ingericht als opvangcentrum voor o.a. zieken en mensen met lichamelijk letsel. Ook dit gebouw was in perfecte staat maar stond helaas niet op de monumentenlijst.
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN
S B R E M
T E E R E
I H L F E
C O I G R
H U G O S
T D I E S
I N G E U S D E N
Blz. 8
BIJLAGEN:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Geschiedenis van het Proosdijklooster Advies RACM, 21 november 2008 Zichtlijnen buro W. van Heukelom. Notitie architect W. Koot. Kaart Ontwikkelingsvisie. Advies R.O.B., 8 februari 1994. Advies VROM-Inspectie, 12 december 2008.
Meerssen, 16 april 2009 Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen,
Luc Koelstra, voorzitter
Stichting Behoud Religieus Erfgoed Meerssen Secretariaat: Burg. L’Ortijestraat 13, 6231 HC MEERSSEN