Stage A
g SS
Leerjaar 3 vmbo Helicon Kesteren 2015-2016 Sta
Naam: Klas:
STAGE-INFO –PAGINA Leerling gegevens: Naam Leerling Adres Woonplaats Telefoon Geboortedatum Klas Bij noodgeval waarschuwen: Naam: ....................................................................... Adres: ....................................................................... Plaats: ...................................................................... Telefoon: .................................................................. Arts: .......................................................................... Medicatie: ................................................................. Gegevens bedrijf: Naam bedrijf Adres Woonplaats Telefoon Contact persoon Soort bedrijf Gegevens school: Helicon VMBO locatie: Adres Plaats Telefoon Naam stagedocent Telefoon privé
Wat wordt er van jou verwacht?
Laat je betrokkenheid zien en toon initiatief
Zorg dat je 10 minuten voor aanvang van de werktijd aanwezig bent
Zorg ervoor dat je er verzorgd uitziet: overleg met het bedrijf wat zij hier onder verstaan.
Wees beleefd en spreek iemand aan in de U vorm
Vraag nooit of je eerder weg mag
Berg de telefoon op
Voor roken gelden dezelfde regels als op school
Gebruik de pauze om te luisteren wat anderen en ervaren werknemers bespreken.
Stageboekje dagelijks invullen.
Zorg ervoor dat je het stageboekje altijd bij je hebt
Zoek tijdig je stagebegeleider als je vast loopt
Bij ziekte meld je dit voor 08.30 uur op school en spreek het tijdstip af wanneer je dit op het bedrijf moet doen
Voorwoord Dit is je stageboekje voor stage A. In dit boekje vul je in:
Opdracht 1: het bedrijf leren kennen. Maak van minimaal zes dagen een dagverslag van welke werkzaamheden je hebt gedaan. Beschrijf wat hoe en waarom je een werkzaamheid doet. (zie voorbeeld pagina… Hoe je het werk uitgevoerd hebt. Eventuele verbeterpunten. Paraaf stagebieder bij dagverslagen en lob opdrachten Lob opdrachten Het aantal uren dat je stage gelopen hebt. Beoordeling stagebieder.
Dit boekje lever je aan het einde van je stage periode in. Zorg ervoor dat het boekje er verzorgd uit blijft zien. Alle informatie over stage kan je vinden op: http://stagehelicon-vk.webklik.nl
PTA Stage is een onderdeel van het PTA. Stage bestaat uit:
1. Opdrachten
-
het ingevulde stageboekje. een keuze–opdracht(achterin het boekje). een ingeleverd competentieformulier. zevensprong. het digitaal verwerken van de competenties.
2. Handelingsdeel
-
het inleveren van de urenverantwoording.
4
Inhoudsopgave
Voorwoord ............................................................................................................................................... 4 PTA................................................................................................................................................... 4 Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 5 Opdracht 1: Het bedrijf leren kennen. ..................................................................................................... 6 Voorbeeld dagverslag .............................................................................................................................. 7 LOB opdracht......................................................................................................................................... 10 Dag: 3 .................................................................................................................................................... 10 LOB opdracht......................................................................................................................................... 12 Dag: 5 .................................................................................................................................................... 12 LOB opdracht......................................................................................................................................... 14 Dag: 7 .................................................................................................................................................... 14 LOB opdracht......................................................................................................................................... 17 Dag: 10 .................................................................................................................................................. 17 Beoordeling persoonlijk functioneren van deelnemer op stagebedrijf: stage A .................................... 19 De stage opdrachten ............................................................................................................................. 20 Stageopdracht 1: vaktaal ....................................................................................................................... 20 Stageopdracht 2: Instructie van een specialistische ............................................................................. 21 handeling ............................................................................................................................................... 21 Stageopdracht 3: PowerPoint of filmpje: bedrijfspresentatie ................................................................. 22 Stageopdracht 4: Fotoserie van een handeling ..................................................................................... 23 De Zevensprong .................................................................................................................................... 24
5
Opdracht 1: Het bedrijf leren kennen. Om het bedrijf beter te leren kennen, ga je vragen opstellen die je voorlegt aan je stagebieder. De eerste twee zijn al genoemd en gaan over Arbo en veiligheid. Bedenk hierbij nog zes vragen. Denk bijvoorbeeld aan; - “Wat wordt er precies gedaan in dit bedrijf”? - “Hoeveel werknemers heeft u in dienst”? 1.
Welke persoonlijke beschermingsmiddelen heb je nodig in het bedrijf?
2.
Welke veiligheidsregels gelden er in het bedrijf?
3.
6
Voorbeeld dagverslag Datum:……………………………………… Dag:1 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan? Ik kreeg eerst een rondleiding door het bedrijf van mijn stagebegeleider. Hij liet mij zien hoe het bedrijf is ingedeeld en vertelde me wat de regels van het bedrijf zijn. De regels zijn dat de tijden van de pauze vast staan en iedereen zich daaraan moet houden. Dat ik niet met de kassa mag werken en als er klanten zijn die wat willen weten, ik ze moet doorsturen naar mijn stagebegeleider. De klant is koning dus ik moet ze altijd vriendelijk begroeten en ze aanspreken met u. Als de klanten weggaan ze gedag zeggen. Na de uitleg ben ik gaan vegen (wat). Omdat het oppervlak van de vloer glad is moet je dit met een ‘zachte’ bezem doen. Mijn stagebegeleider vertelde dat deze bezem is gemaakt van paardenhaar. Bij het vegen is het belangrijk (hoe) dat je met één hand zachtjes op de steel drukt zodat je wat druk op de bezem zet. Dan wordt al het vuil goed meegenomen. Daarnaast moet je systematisch werken zodat je geen stukken overslaat. Vegen (waarom) moet gebeuren omdat de winkel er dan schoon en daardoor aantrekkelijk uitziet. Na de middagpauze mocht ik een biedermeier(wat) maken. Ik moest (hoe) eerst de materialen verzamelen: een bakje, steekschuim, bloemen en groen (roos en hedera), mes en snoeischaar. Het steekschuim in een emmer met water leggen zodat het uit zichzelf vol zuigt. Dus niet onderduwen! Anders ontstaan er droge plekken in het steekschuim en gaan de bloemen dood. Vervolgens het steekschuim op maat snijden en de scherpe kantjes aan de bovenkant schuin afsnijden. Dan de doorsnede van het steekschuim opmeten. Deze doorsnede delen door twee en dat wordt dan de lengte van het bloemwerk. Voor mij was dit zes cm. Toen moest ik tien takjes op zes cm lengte maken en schuin afsnijden. Daarna moest ik zes takjes horizontaal steken, één takje verticaal in het midden en drie takjes tussen de horizontale en verticale takken in (zie foto). Dan moet je eerst de bloemen verdelen en daarna met het groen opvullen.
Dit moet (waarom) je zo doen omdat de biedermeier een ronde vorm moet hebben en je het steekschuim niet mag zien. Mijn biedermeier werd in de winkel gezet en voor € 12,50 te koop gezet. Ik ben benieuwd wanneer het wordt verkocht!
Het werk voerde ik ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken: Bij het vegen moet ik de volgende keer wat nauwkeuriger werken omdat ik soms een stukje had overgeslagen. Bij de biedermeier zag je nog wat steekschuim dus dat moet ik beter opvullen. En een paar takjes zaten wat los. Deze moet ik er de volgende keer wat dieper insteken. Mijn stagebieder was tevreden over wat ik op mijn eerste dag had gedaan.
Paraaf stagebieder: 7
Datum:……………………………………… Dag: 1 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
8
Datum:……………………………………… Dag: 2 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
9
LOB opdracht Dag: 3 Functies binnen jouw bedrijf Sommige bedrijven kennen veel functies. Voorbeeld functies supermarkt: Supermarktmanager Assistent supermarktmanager Afdelingschef/ eerste verantwoordelijke Verkoopmedewerker boetiek/slagerij Verkoopmedewerker AGF Verkoopmedewerker kruidenierswaren Kassamedewerker Hulpkrachten (tot 12 uur per week)
Noem de functies die op jouw bedrijf zijn. -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________
Paraaf stagebieder: 10
Datum:……………………………………… Dag: 4 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
11
LOB opdracht Dag: 5 Keten van bedrijven (over de ‘heg’ kijken): Bij een schoolboek loopt er een keten van: houtplantage → papierfabriek → drukkerij → uitgever → groothandel → boekhandel → de school. Hier horen weer allerlei functies bij zoals: chauffeurs, onderhoudsmonteurs, zetters, redactrice. Schrijf de keten op die binnen jouw stagebedrijf van toepassing is.
__________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ Noem een aantal functies die bij jouw keten horen. -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________ -____________________________________________________
Paraaf stagebieder:
12
Datum:……………………………………… Dag: 6
Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
13
LOB opdracht Dag: 7 Werkzaamheden Noem minimaal twee werkzaamheden doe je met veel plezier doet? En waarom is dat?
__________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ Hoe zou je jouw werk nog leuker kunnen maken? Noem er minimaal twee.
__________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ Wat is de leukste werkzaamheid hier?
__________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________ Welke werkzaamheden maken je enthousiast?
__________________________________________________________ __________________________________________________________ __________________________________________________________
Paraaf stagebieder:
14
Datum:……………………………………… Dag: 8 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
15
Datum:……………………………………… Dag: 9 Welke werkzaamheden heb ik vandaag gedaan?
Het werk voerde ik; ○ Goed uit ○ Matig uit Verbeterpunten. Volgende keer zou ik het op de volgende manier aanpakken:
Paraaf stagebieder:
16
LOB opdracht Dag: 10 Wat waren de verwachtingen voor je aan de stage begon?
Als je terug kijkt op deze stagezijn deze verwachtingen dan uitgekomen? Leg dit uit.
Beschrijf in een paar zinnen wat je van de stageplek vond. Past dit werk bij jou? Zou je in de toekomst bij dit bedrijf willen werken? Waarom wel of niet.
Paraaf stagebieder: 17
Naam bedrijf:……………………………………………………………………………… Naam leerling: …………………………….. Tijdregistratie
Adres:…………………………………………………………………………………….. Klas: …………………… Plaats:…………………………
datum
tijd begin
tijd eind
pauze
totaal v/d dag
handtekening begeleider
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
uren stage
18
Beoordeling persoonlijk functioneren van deelnemer op stagebedrijf: stage A
ethisch en integer handelen formuleren en rapporteren vakdeskundigheid toepassen materialen en middelen inzetten analyseren en problemen oplossen omgang klant druk en tegenslag omgaan bedrijfsmatig handelen
2
toont inzet en motivatie.
2
toont betrokkenheid in het vakgebied.
3
volgt instructies op en luistert naar collega’s
4
correcte omgangsnormen; verwijst zo nodig naar collega’s
4
past zich aan aan de bedrijfscultuur en stelt zich loyaal op
4
betrouwbaar in het nakomen van afspraken
7
stageboekje is ingevuld en afgetekend
8
voert eenvoudige voorbereidende en (product) technische werkzaamheden uit.
9
verzamelt de juiste materialen en gereedschappen
10
stelt vragen en meldt eventuele voorvallen
10
biedt hulp bij het verhelpen van het probleem
14
vraagt naar de wensen en behoeften van de klant
18
kan met druk en tegenslag omgaan
19
gebruikt materialen, apparatuur en gereedschappen op juiste de wijze
Resultaat
de vorderingen van de deelnemer tijdens de stage
Perspectief
de geschiktheid op dit niveau voor het bedrijf / de branche
Ja
/ Nee
Ja
/ Nee
gevorderd
Aandachtsgebieden
geoefend
beslissen en activiteiten ontplooien samenwerken en overleggen
Cmp. nr.
beginner
Criterium
naam stagebedrijf:
starter
naam deelnemer:
Welke vakspecifieke eigenschappen maken van een werknemer een waardevolle en goede werknemer? Geef de twee belangrijkste en geef aan of de leerling er na deze stage aan voldoet. voorbeeld: een caissière moet klantvriendelijk zijn, een hovenier moet willen aanpakken. 1. 2.
Eindoordeel van de stagebegeleider: Hier kun je trots op zijn: ………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………. Hier moet je nog aan werken: …………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………. Ondertekening stagebegeleider bedrijf
datum:
paraaf deelnemer
naam:
handtekening:
gezien:
19
De stage opdrachten Er zijn vier stage opdrachten hiervan moet je er één maken, deze word door de docent Nederlands nagekeken en met je besproken.
Stageopdracht 1: vaktaal WAT GA JE DOEN? Je maakt een lijst met 10 vaktaalwoorden die horen bij jouw stagebedrijf. Vaktaalwoorden zijn woorden die horen tot het specifieke “vakjargon” van jouw bedrijf. Bij een hoveniersbedrijf hoort bijvoorbeeld het woord “mulchen”, bij een boerenbedrijf het woord “uitmesten”. Gebruik geen woorden die op veel bedrijven van toepassing zijn, zoals “bestellingen doen” of “kas opmaken”. Kies niet te makkelijke woorden die iedereen kent. Het is juist de bedoeling dat een buitenstaander iets leert over jouw bedrijf. Je legt elk woord uit in minimaal drie, maximaal zes zinnen. Geef ook een voorbeeld van het woord. Hiermee zet je het woord in de juiste context. Ten slotte zoek je het woord op in een woordenboek en zet je de juiste betekenis erbij.
HOE GA JE DAT DOEN? Je maakt op de computer een nette lijst van de 10 vaktaalwoorden met de omschrijving, een voorbeeld (context) en de woordenboekbetekenis. Beoordeling: maximaal 9 punten Deze lijst wordt beoordeeld bij Nederlands. De docent kijkt dan naar het juiste woordenboekgebruik, de spelling en zinsbouw. Ook de stagedocent beoordeelt de lijst. Hij/zij kijkt naar de geschiktheid van de woorden en de juiste context. 4p
10 geschikte vaktaalwoorden, ieder onjuist woord = -0.5 punt, acht of meer ongeschikte woorden = 1 p
4p
10 juiste voorbeelden, contexten, ieder onjuist voorbeeld = -0.5 punt, acht of meer onjuiste voorbeelden = 1p
1p
nette lay-out
20
Stageopdracht 2: Instructie van een specialistische handeling WAT GA JE DOEN? Je beschrijft een specialistische handeling over iets waar je docent waarschijnlijk niets van afweet. Het moet een handeling zijn die op jouw stagebedrijf regelmatig uitgevoerd wordt en die typisch is voor dat bedrijf. Dus op een plantenteeltbedrijf is een instructie van een oppotmachine een goed voorbeeld, want dat gebeurt alleen daar. Maar het schoonmaken van de gereedschappen is geen goed voorbeeld want dat gebeurt op ieder bedrijf waar met gereedschappen wordt gewerkt. Denk dus goed na over de handeling die je kiest. Je maakt van de handeling een stappenplan: de instructie. Deze instructie moet uit minimaal acht en maximaal 12 stappen bestaan. Vertel in een begeleidend schrijven waar deze handeling voor dient en waarom die nodig is op dat bedrijf. Iemand die geen verstand heeft van deze handeling, moet met jouw geschreven instructie de handeling uit kunnen voeren. Zorg dus voor begrijpelijk taalgebruik.
HOE GA JE DAT DOEN? Je gebruikt het format voor het schrijven van een instructie. Dit format krijg je van je docent Nederlands. Denk goed na over de handeling die je kiest. Kan die in minimaal 8 stappen beschreven worden? Zijn er niet meer dan 12 stappen nodig? In het begeleidend schrijven vertel je waarvoor deze handeling nodig is op jouw bedrijf. Als de handeling niet verricht zou worden, wat dan? Waarvoor zorgt de handeling precies? Maximaal 1 A-4. Beoordeling (max. 9 punten) Je schrijft de handeling aan de hand van het format voor het schrijven van een instructie. Je docent Nederlands beoordeelt dit voor Nederlands. De stagedocent beoordeelt de instructie op inhoud: 1p
is deze handeling typisch voor dit bedrijf?
1p
bestaat het stappenplan uit min. 8 en max. 12 stappen?
2p
is de handeling logisch opgebouwd?
2p
is de handeling te begrijpen voor iemand die er geen verstand van heeft?
Beoordeling begeleidend schrijven: 2p
wordt duidelijk beschreven waar de handeling voor dient?
1p
wordt duidelijk beschreven waarom deze handeling op dit bedrijf nodig is?
21
Stageopdracht 3: PowerPoint of filmpje: bedrijfspresentatie WAT GA JE DOEN? Je maakt een PowerPoint of filmpje voor de website van je bedrijf. Hierin presenteer jij het bedrijf waar je stage loopt op een wervende manier: mensen moeten geïnteresseerd raken in het bedrijf door jouw product. Dus je product moet duidelijk zijn, met een aantrekkelijke lay-out en in foutloos Nederlands! HOE GA JE DAT DOEN? PowerPointpresentatie: Je maakt in minimaal 8 en maximaal 12 dia’s duidelijk:
bedrijfsgegevens: naam en adres van het bedrijf, ligging, soort bedrijf, eigenaar, openingstijden, eventueel een bedrijfslogo. wat doet het bedrijf precies? hoe doen ze dat? waarin onderscheiden ze zich van anderen, wat is hun kracht? waarom zou iemand naar juist dit bedrijf gaan?
Filmpje: Je maakt een filmpje van minimaal 3, maximaal 5 minuten waarin je bovenstaande punten laat zien. Zorg voor verstaanbare tekst in begrijpelijk taal en goed Nederlands! Beoordeling: je docent Nederlands beoordeelt je product op taalgebruik, spelling en zinsbouw. Je stagedocent beoordeelt je product op inhoud: (maximaal 9 punten) 2p
zijn bedrijfsgegevens duidelijk zichtbaar?
1p
wordt de functie van het bedrijf duidelijk? wat voor soort bedrijf is het?
2p
op welke manier wordt hier gewerkt? grootschalig? voor de omgeving? voor import/export? biologisch? enz. enz.
1p
wordt duidelijk wat de kracht van dit bedrijf is?
1p
wordt het bedrijf op een wervende manier onder de aandacht gebracht?
2p
is het product aantrekkelijk gepresenteerd?
22
Stageopdracht 4: Fotoserie van een handeling WAT GA JE DOEN? Door middel van een serie foto’s maak je een handeling zichtbaar die typisch is voor jouw stagebedrijf. De foto’s zijn bestemd voor een folder of brochure die het bedrijf wil verspreiden. Je fotografeert een specialistische handeling over iets waar je docent waarschijnlijk niets van afweet. Het moet een handeling zijn die op jouw stagebedrijf regelmatig uitgevoerd wordt en die typisch is voor dat bedrijf. Dus op een plantenteeltbedrijf is een fotoserie van de werking van een oppotmachine een goed voorbeeld, want dat gebeurt alleen daar. Maar het schoonmaken van de gereedschappen is geen goed voorbeeld want dat gebeurt op ieder bedrijf waar met gereedschappen wordt gewerkt. Denk dus goed na over de handeling die je kiest.
HOE GA JE DAT DOEN? Je maakt duidelijke foto’s. Minimaal 10, maximaal 15. Zorg voor een overzichtsfoto en foto’s die bepaalde details weergeven. Bij elke foto schrijf je kort wat er te zien is en hoe de handeling verloopt. Bijvoorbeeld bij een oppotmachine fotografeer je de loopband met daarop de potjes en vermeld je: de potjes komen nadat ze zijn gevuld terecht op een lopende band. Zorg voor foutloos Nederlands! Een buitenstaander moet uit de foto’s af kunnen leiden hoe de handeling precies verloopt. Je drukt de foto’s in kleur met begeleidende tekst af op A4 (maximaal vijf A4). Zorg voor een titel. Vermeld het logo van het bedrijf. Zorg voor een aantrekkelijke lay-out. Beoordeling (maximaal 9 punten) Je stagedocent beoordeelt je fotoserie op: 1p
is de handeling typerend voor dit bedrijf?
1p
zijn alle foto’s duidelijk?
1p
zijn zowel overzichtsfoto’s als detailfoto’s aanwezig?
1p
klopt de tekst bij de foto?
1p
is de tekst geschreven in foutloos Nederlands?
1p
is de handeling logisch gefotografeerd? begrijpt een buitenstaander de handeling?
1p
is de fotoserie in kleur afgedrukt op max. vijf A4’tjes?
1p
is het geheel aantrekkelijk?
1p
is er een bedrijfslogo afgedrukt?
23
De Zevensprong Nadat je stage hebt gelopen en bent beoordeeld, ga je twee competenties die belangrijk zijn voor jou toekomst verder uitwerken. Dit doe je met behulp van de zevensprong deze vind je op http://stageheliconvk.webklik.nl Je vult de zevensprong digitaal in. Let op volg de aanwijzingen!! De zevensprong bespreek je met je mentor en doe je in je portfolio.
24