20
vrouw met passie & veerkracht
Ze heet Solange Hanssens, maar iedereen kent haar als mevrouw Schwennicke. Toch staat ze vooral bekend als Madame Delvaux, de vrouw achter het luxueuze Belgische lederwarenbedrijf. Over hoe alles begon: 'Ik was achttien en verliefd op een gehuwde man die dertig jaar ouder was dan ik. Dat zegt al iéts over mijn persoonlijkheid.' Over het grote keerpunt in haar leven: 'Ik was een weduwe van net dertig met drie kleine kinderen en een bedrijf in de rode cijfers. Wat kon ik anders doen dan er keihard tegenaan gaan?' Portret van een karaktervaste, eigenzinnige veeartsdochter met haar wortels in le plat pays die het na een leven van hard werken nu geweldig vindt met haar kleinkinderen te koken en te filosoferen. Met etaleren heeft ze nooit hoog opgelopen: ‘Mij zul je nooit zien rondlopen met een handtas waarop het logo van Delvaux groot glittert.' Tekst: MARGOT VANDERSTRAETEN Fotografie: ANOUK VAN DE WAL
Solange Schwennicke van Delvaux
21
‘
Yes, we can mijn motto
‘
is al mijn leven lang
22
‘Ik vertel mijn kleinkinderen dat ze zich vooral niets moeten aantrekken van mensen die zeggen dat je dromen best dromen blijven.
Als ik naar al deze zogenaamde wijze raad had moeten luisteren, had ik de boeken veertig jaar geleden al mogen sluiten
‘
Met haar kleinzoon op de manège.
23
'IK HOU VAN In de ateliers in het Arsenaal in Brussel is het DISCRETIE' een drukte van jewelste. Deze aanstekelijke bedrijvigheid, zowel bij de ambachtslieden als de ontwerpers en het administratief personeel, heeft alles met de nakende feestdagen te maken. Solange Schwennicke: 'In december en januari vieren wij hoogdagen. Maar eigenlijk is het hier nooit rustig. We brengen verschillende collecties per jaar uit. Bovendien maken we niet langer enkel lederwaren voor vrouwen, maar bieden we ook een volwaardige mannenlijn aan. Van reis- en computertassen tot en met portefeuilles en broeksriemen. Deze diversiteit hangt samen met de vernieuwende weg die Delvaux is ingeslagen. Maar waarom vraagt u dit aan mij, en waarom vertel ik u dit allemaal? Het is al meer dan vijftien jaar geleden dat mijn zoon François mijn functies heeft overgenomen. Ik ben de zeventig nabij. Ik ben met pensioen. U moet bij mijn zoon zijn. Je préfère la discrétion, vous savez. Dat is nu zo. En dat was vroeger ook zo. Maar het is natuurlijk waar wat u zegt, al beaam ik uw woorden niet graag omdat ze te pronkerig klinken: zonder mij zou er vandaag inderdaad geen Delvaux zijn. Ik heb het merk en de lederwarenfabriek in de jaren ‘70 nieuw leven ingeblazen. Mijn zoon en zijn partner, de CEO Christian Salez en het hele team medewerkers zetten dat werk vandaag op bewonderenswaardige wijze verder.' 'HET GENOEGEN 'Mijn hart en ziel zitten in dit bedrijf. ZIT IN DE OMWEG' Ik mag me dan al wel teruggetrokken hebben, ik zit nog in de raad van bestuur en tijdens de vergaderingen ventileer ik nog steeds mijn mening én ervaring. Ik doe dat niet omdat ik denk dat ik het altijd beter weet. Ik zeg wat ik denk, omdat ik mijn gedachten wil delen en omdat ik nieuwsgierig ben naar de inbreng van anderen. Je bent nooit te oud om te leren. En ik heb de wisselwerking nodig. Ik weet niet of het er iets mee te maken heeft, maar op het gebied van taal heb ik diezelfde nijpende behoefte aan diversiteit. Ik ben West-Vlaamse. Het West-Vlaams was tot mijn tiende mijn moedertaal. Daarna ging ik in Brugge naar school, naar de Dames de l'Instruction Chrétienne. Van mijn tiende tot mijn achttiende heb ik daar uitsluitend Frans moeten spreken. Toen ik daarna begon te werken, heb ik bewust een Nederlandstalige secretaresse aangesteld. Ik wilde dat ze alleen maar Nederlands met me sprak. Dat linguïstisch pluralisme was en is voor mij vanzelfsprekend. Ik heb verandering nodig in mijn leven. Stagnatie is het begin van het stervensproces, en daar is het, hoe jong of oud je ook mag zijn, altijd te vroeg voor. Ik slaag er zelfs niet in om, letterlijk, altijd dezelfde weg te nemen. Als ik van thuis - in de groene, Brusselse rand - naar de ateliers van Delvaux rijd, neem ik zoveel mogelijk verschillende wegen. Het genoegen zit in de omweg. Omdat daar de verrassingen plaatsvinden. En omdat je daar het leven voelt bewegen.'
'EEN BEDRIJF 'Ik word, in alles wat ik doe, gestuurd door RUNNEN IS ALS een gezonde vorm van rebellie. De grens PAARDRIJDEN' tussen rebellie en creativiteit is vaag. Je moet tegen de wind in durven gaan om te vernieuwen. Maar je hebt ook de traditie nodig om die vernieuwing duurzaam en van hoge kwaliteit te maken. Weet u wat in het leven en in het werk minstens even onontbeerlijk is als een gezonde dosis talent? De lust tot werken. Het vermogen om je handen uit je mouwen te steken en je hoofd bij de zaak te houden. Een mens moet proberen te doen wat hij wilt doen! Uiteraard houdt dit in dat je bepaalde keuzes moet maken. Het maken van de ene keuze betekent vaak het opgeven van een andere. Maar je moet in het leven prioriteiten durven te stellen, en vervolgens voluit voor die prioriteiten gaan. Van twee walletjes eten kan misschien voor een tijdje leuk zijn, maar het levert nooit duurzame kwaliteit op. Ik was verzot op paardrijden, in die mate dat ik me graag meer op die passionele hobby had toegelegd. Maar ik heb voor Delvaux gekozen. Een bedrijf runnen is trouwens een vorm van paardrijden. Je moet de teugels weten aan te trekken als dat nodig is. Je moet de blik altijd ver vooruit richten, omdat je weet dat een paard - net als een bedrijf plots erg kan schrikken van een onverwacht obstakel op de weg. En je moet durven loslaten en galopperen. Het is in de galop dat je de frisse wind voelt, en dat je ervoor kunt zorgen dat een klassiek bedrijf toch vernieuwend blijft. Nooit of nooit mag een oud huis synoniem zijn voor een ouderwets huis. Maar vernieuwing is niet simpel, omdat
▲
'TOPAMBACHTSLUI 'Tegenwoordig bezoek ik de werkZIJN ZELDEN plaats hier in het Arsenaal nog pakweg TOPVERDIENERS' om de twee weken. Ik heb het nodig om de sfeer op te snuiven. Niets is prettiger dan een wandeling in het atelier, een bezoek aan de ontwerpstudio, of een visite aan
de klantendienst of de ‘infirmerie’ waar de lederwaren van Delvaux met de hand hersteld worden, volgens traditionele technieken die al generaties meegaan. Wij passen geen industriële processen toe. Bij ons geen bandwerk. Elk product wordt - op het leer snijden na - van begin tot eind door één enkele vakman of -vrouw vervaardigd. Elk ontwerp, op enkele bestsellers na, wordt in een beperkte oplage vervaardigd. Dat verhoogt de exclusiviteit. Daarom houd ik zo van Delvaux en ben ik met het merk vergroeid. Om die waarden. Om die zeldzame kwaliteit. Om die enorme vakkennis en liefde voor het ambacht. Maar ik hoef het u niet vertellen: omdat onze collectie nog voor een groot deel in België wordt gemaakt, is die uniciteit ook onze achilleshiel. Arbeid - en dan heb ik het over de gouden handen van onze leerspecialisten - is heel duur. Sterker: in deze geglobaliseerde wereld wordt de handenarbeid van onze formidabele Belgische vaklui onbetaalbaar. Dat doet me pijn. Te zien dat wij om economische redenen onze expertise misschien ooit volledig naar het buitenland zullen moeten verhuizen. We vervaardigen nu al bepaalde ontwerpen in ons eigen atelier in Bourg-Argental in Frankrijk. Omdat de loonkosten in Frankrijk twintig procent goedkoper zijn dan in België. Dat scheelt een levensnoodzakelijke slok op een borrel. Iedereen weet dat topchefs niet de grote verdieners zijn. Het is de middenklasse die flinke winst maakt. In de lederwarensector is dat niet anders. In de sector van het ambacht bestaat de topklasse uit vakidioten die vol liefde en passie met hun zaak bezig zijn en voor wie alleen het beste goed genoeg is. Maar de evenwichtsoefeningen die wij en zij hiervoor moeten uithalen, worden met de dag moeilijker.'
24
Solange Schwennicke en Delvaux in een notendop • In 1829 richtte Charles Delvaux een etalage in voor zijn Brusselse werkplaats. De etalage werd een trekpleister: mensen kwamen, met paard en koets, van heel ver om de lederen reistassen en -koffers te bewonderen. • Ruim vijftig jaar later, in 1883, wordt Delvaux Hofleverancier. Als het Belgisch Koningshuis reist, heeft het altijd leren reistassen, - koffers en kisten van Delvaux in het kielzog. Begin 1900 biedt het huis ook exclusieve damestassen aan. • In 1933 doet Franz Schwennicke zijn intrede. Solange Hanssens is dan nog niet geboren; er is niemand die vermoeden kan dat zij een cruciale rol zal spelen in het huis Delvaux. • Want meer dan dertig jaar na de overname trouwt Solange Hanssens met de dertig jaar oudere Franz Schwennicke. En in 1970 neemt ze, gedwongen door zijn vroegtijdige dood, de leiding van het bedrijf over.
Ze maakt van het Belgisch merk een luxe die wereldwijd geproefd wordt. Kwaliteit. Traditie en vernieuwing. Verfijnde vakkennis. Exclusiviteit. Dat zijn de troeven die ze met grote overtuiging - en tot succes - uitspeelt. Ze is een van de weinige zakenvrouwen in dit land. Dat ze bewust voor de naam Schwennicke kiest, en niet naar haar meisjesnaam teruggrijpt, is omdat ze haar man bij alles wil blijven betrekken. Bovendien hebben haar kinderen geen vader meer. Ze wil dat ze zien dat zij achter hem blijft staan. Vandaag zit Solange Schwennicke nog in de raad van bestuur van Delvaux. Het is de oudste zoon van Franz en Solange, François, die aan de leiding van het familiebedrijf Delvaux staat. Solange Schwennicke is ook voorzitster van de Belgische Hofleveranciers.
25
u wat in het leven ‘enWeet in het werk minstens zo
Eerst hebben ze me aan een streng vraaggesprek onderworpen. Daarna hebben ze met Franz gesproken. En toen het duidelijk was dat wij vastbesloten waren, hebben ze onze keuze aanvaard. In tegenstelling tot sommige familieleden die mijn ouders beklaagden: 'Ocharme, wat een miserie moeten die Hanssens toch doorstaan. Met een dochter die het met zo'n oude man gaat zoeken, en dan nog naar Brussel.' Omdat Franz een gescheiden man was, mochten we niet voor de kerk trouwen. Een houding die op mij zo bekrompen en onrechtvaardig overkwam, dat ik het katholicisme meteen de rug heb toegekeerd. Ik had al eerder mijn twijfels over het geloof geuit, hoor. In het Brugs pensionaat werd ik als tiener al geconfronteerd met de hiërarchie onder de zusters. Enerzijds waren er 'les dames'; de 'hogere' zusters van adel die in hun dikke gewaden met lange, zwarte slepen door de gangen stapten. Slepen die vol stof hingen, en me altijd aan het niezen brachten. Vreselijk! Anderzijds waren er 'les petites soeurs', de 'gewone' zusters, dochters van boeren en arbeiders, die al het harde werk moesten verrichten en altijd aan het kuisen waren en met wie we geen woord mochten wisselen. Die ongelijke behandeling vond ik als kind zeer moeilijk om te plaatsen. Ze maakte me ook opstandig. Ik heb er destijds herhaaldelijk vragen over gesteld, maar echte antwoorden kreeg ik daar natuurlijk niet op. Wij hadden thuis ook huispersoneel, maar onze ouders stonden erop dat wij hen vriendelijk en beleefd bejegenden. Neerbuigendheid werd in geen geval geduld. Mijn moeder bracht soms hele namiddagen in het gezelschap van de dienstmeid door, dan zaten ze samen aan de kachel te breien.'
onontbeerlijk is als een gezonde dosis talent?
De lust tot werken
'ALLES IS MOGELIJK, ALS JE MAAR WILT EN 'Mij zul je nooit horen klagen. Mijn DURFT' kinderen evenmin. We volgen het credo: 'Alles is mogelijk, als je maar wilt en durft. Mais il faut du courage, n'est-ce pas! Ik ben grootmoeder van vier kleinkinderen, alle vier jongens. De oudste is al zeventien, de jongste juist vijf. Ik probeer hen ruimdenkendheid door te geven. Ik zou willen dat hun opvatting over de wereld zo breed mogelijk is. Ik wil dat ze zelfstandig leren zijn en denken. Mijn jongste kleinzoon zei onlangs: 'Penser, ce n'est pas savoir.' Als filosofische gedachte kan dat tellen. Nadenken is inderdaad iets totaal anders dan weten. En het kereltje legde me bijster goed uit wat hij bedoelde. Hij zei: 'Als ik kippen zie, dan zijn die kippen er, en weet ik dat ze er zijn. Dat is een feit. Maar als ik de kippen niet zie, betekent dit niet dat ze er niet zijn. Dan weet ik gewoon niet of ze er zijn of er niet zijn.' Dat vind ik geweldig. Die zoektocht naar betekenis. Ik vertel mijn kleinkinderen ook dat ze zich vooral niets moeten aantrekken van mensen die zeggen dat je dromen best dromen blijven. Als ik naar al deze zogenaamde wijze raad had moeten luisteren, had ik de boeken veertig jaar geleden al mogen sluiten. Het zal u niet verbazen dat ik erg opgetogen ben over de overwinning van Obama. 'Yes, we can' is al mijn leven lang mijn motto. Heb ik u al gezegd dat een van mijn kleinzonen een geweldige ruiter is? 's Woensdags ga ik met hem naar de manège. Zo zie je maar dat bepaalde passies in de genen blijven branden en op een bepaald moment toch weer oplaaien.'
'LE DÉSIR, DAAR 'Toch heb ik me als kind vaak DRAAIT ALLES IN HET voor mijn afkomst geschaamd. LEVEN TOCH OM?' Aan de poort van onze hoeve hing een bronzen plakkaat met daarop de woorden: dokter Hanssens, rijksveearts. Maar alle kinderen, en ik ook, lazen dat natuurlijk als 'rijke veearts'. We waren welgesteld, zeer zeker. Maar we waren ook sociaal. Mijn vader liet de grote boeren goed betalen voor zijn diensten, maar als de kleine boeren hem vroegen hoeveel ze hem schuldig waren, antwoordde hij: 'Ach, dat geld zullen we wel vinden'. Voor hen werkte hij gratis. Ik wilde helemaal niet rijk zijn. En dus vond ik het schitterend als ik door Klara, onze dienstmeid, van de lagere school werd afgehaald. Ik zei tegen iedereen dat Klara mijn moeder was, en tot mijn groot plezier speelde Klara dat spel met mij mee. Je zult me nog steeds niet zien rondlopen met een handtas, hoe mooi ook, waarop het logo van Delvaux groot en duidelijk glittert. Ik hou meer van de bescheiden ontwerpen. Ik etaleer niet graag. Sterker nog: ik heb zelfs moeite met snobistische vrouwen die onze handtassen kopen louter en alleen omdat ze met het merk willen dwepen. Ach. Een tijdje geleden hadden we een klant in onze Brusselse winkel, ze was ten einde raad. 'Goh', slaakte ze, 'ik wil zo graag nog een nieuwe tas, maar ik heb al jullie modellen al. Ik weet echt niet wat ik nu moet kiezen.' Waarop ik haar stante pede, en tegen de logica van
▲
'Alles is begonnen toen ik achttien was 'IK WIST WAT IK WILDE, EN HEB en verliefd werd op een gehuwde man VOOR MIJN KEUZES die dertig jaar ouder was dan ik. Ik GEVOCHTEN' ben met deze man, Franz Schwennicke, getrouwd. Deze keuze zegt veel over mijn persoonlijkheid. Ik was vroeg rijp en vond, zeker intellectueel, geen aansluiting met jongens van mijn leeftijd. Ik viel op de cultuur van Franz. Op zijn enorme inhoud en levenswijsheid. Op de manier waarop hij in het leven stond. In het Brusselse leven dan nog wel. Franz - een Franssprekende Duitser - had het Belgische lederwarenbedrijf Delvaux overgenomen. Een bedrijf dat al langer bestaat dan België. Delvaux is in 1829 gesticht en maakte aanvankelijk voornamelijk reiskoffers in alle formaten. Franz was, met mijn steun, van plan om dat bedrijf te laten floreren. Uiteraard stootte de liefde tussen Franz en mij op tegenkanting. Maar ik wist wat ik wilde, en ik heb voor die keuze gevochten. Ik kom uit een katholiek West-Vlaams gezin en ben de derde van vijf kinderen. We woonden in Gistel, een stadje niet ver van Oostende. Dat ik met een man ouder dan mijn vader wilde trouwen, konden mijn ouders moeilijk aanvaarden, maar toch hebben ze mijn wil gerespecteerd.
‘
elke frisse wind ook weer tegenwind krijgt. Het is ons niet altijd gelukt. We hebben onze moeilijke periodes gekend. Maar we zijn er altijd op eigen krachten weer bovenop gekomen.'
26
mijn eigen winkel in, heb geadviseerd om dan maar niets te kopen. Wij zijn zoveel meer dan een gouden merksluiting in de vorm van een letter D. Waarom zou je nog meer kopen, als je al te veel hebt? Delvaux staat voor diepgravende kwaliteit. Je moet naar ons verlangen. Je moet ons kunnen waarderen. Le désir, daar draait alles in het leven toch om? Wie elke dag kaviaar eet, kan de delicatesse niet meer waarderen, en is hem ook niet meer waard.' 'Weet u wat ik als een groot 'IK DRAAL NIET. MIJN LEVEN IS TE DRUK OM ME compliment ervaar? Als MET OPPERVLAKKIG- mensen die me in geen tijHEDEN BEZIG TE HOUDEN' den nog hebben gezien, me tegenkomen en vol verbazing uitroepen: 'Maar, jij bent totaal niet veranderd! Jij bent nog steeds Solange!' Ooit, in de middelbare school, schreef een lerares in een poëzieschrift: 'God schiep de dag, en Solange stapt erdoor'. Zo was het, en zo is het nog steeds. Ik draal niet. Mijn leven was en is te druk om me met oppervlakkigheden bezig te houden. Daarom dat ik altijd op mijn hoede ben voor mensen die me als Barones Schwennicke benaderen. Of voor mensen die heel uitdrukkelijk Madame Delvaux uitnodigen. De kans is groot dat ze zich niet met mij, maar met mijn status willen omringen. Ik ben mijn ouders altijd dankbaar geweest voor hun consequente geest. Al heb ik er, op andere vlakken, ook nadelen van ondervonden. Zo mocht ik absoluut niet naar de universiteit omdat mijn vader vond dat vrouwen daar niet thuis hoorden, en ook omdat hij van mening was dat er op de universiteit geen mannen rondliepen die goed genoeg voor me waren. Kunt u nagaan: hij had zelf aan de universiteit gestudeerd. Ja, ik wilde huisarts worden. Mais oublions. Toen ik voor Franz koos, stonden mijn ouders achter ons. Ik heb hun onderliggende les begrepen. Het heeft geen zin om te sakkeren, en het is niet aan ons om een oordeel te vellen over de weg die sommige mensen bewandelen. Je moet leren om de ander te aanvaarden zoals hij of zij is. Misschien ligt hierin de grote waarde van een mens: in wat hij of zij kan betekenen, niet voor zichzelf, maar voor de ander. Dat klinkt misschien gelovig. Zo bedoel ik het niet. Ik bedoel wel dat ik denk dat de zin van het leven niet in materiële verrijking ligt, maar in het verrijken van je innerlijk. In je relatie met andere mensen. In het streven naar iets hogers. Delvaux is voor mij altijd dat hogere, nobele doel geweest. Ik ben in mijn hele loopbaan nooit bezig geweest met de vergroting van mijn ego. Het enige dat ik altijd voor ogen had, was het bedrijf. Mijn gezin. Onze producten. Onze stiel. De mensen die voor ons werken. De klanten die onze lederwaren kopen.' 'Toen Franz nog leefde, was ik al 'SCHULDGEVOEL TEN OPZICHTE VAN met Delvaux betrokken. Maar ik MIJN KINDEREN HEB stond aan de zijlijn. Toen stierf IK NOOIT GEKEND' mijn man plots. Een hartaanval, op het moment dat hij in het ziekenhuis lag te herstellen van een heupoperatie. We waren ruim tien jaar getrouwd en hadden drie kleine kinderen. Rouwen, in de zin van passief mijn verdriet uitzieken, was niet aan mij besteed. Ik had twee mogelijkheden: Delvaux verkopen, of mijn eigen schouders onder het bedrijf zetten. Ik heb voor dat laatste gekozen. Ook omdat ik dicht bij mijn man wilde blijven en zijn aanwezigheid niet alleen via onze kinderen, maar evenzeer via het bedrijf wilde voortzetten. Dat onze zoon François nu aan het hoofd van Delvaux staat, is een mooie bekroning.
Ik was een prille dertiger toen mijn man overleed. In één klap werd ik weduwe, alleenstaande moeder van drie, en erfgename van een lederwarenbedrijf dat in de rode cijfers zat. Want dat was de droevige, boekhoudkundige realiteit van de jaren zestig. Ik had geen tijd en energie te verspillen. Ik ben er tegenaan gegaan. Ik heb me om mijn kinderen bekommerd. Plus ik heb alle dossiers van Delvaux grondig uitgeplozen. Ik dwong mezelf om inzicht in het bedrijf te krijgen. Ik besefte dat ik mijn plaats aan de zijlijn moest verwisselen voor een hoofdrol midden op het veld. Het heeft me bloed, zweet en tranen gekost. Te meer omdat ik, dat hoort bij het mens-zijn, niet alle personeel mee kreeg. In het begin werd ik vooral aanschouwd als 'de vrouw van' en 'de vrouw die niet moet denken dat ze ons iets moet komen leren'. Tijdens een van mijn prilste interventies - ik wilde een collectie hertekenen -, kwam ik tegenover twee vrouwen te staan die al lang bij Delvaux werkten. Ik zie het nog voor me. Ik droeg een geruite jurk, groen en blauw, met een brede ceintuur. En het eerste wat een van hen opmerkt, is: 'Van het stof van uw jurk heb ik een peignoir'. Waarop ik geantwoord heb: 'Dat moet dan een mooie peignoir zijn'. Dat natuurlijk verzet heb ik op de duur gewonnen. Niet vanzelf. Maar omdat ik hard ben blijven werken. Omdat ik volhield, lichamelijk en geestelijk. En vooral omdat geleidelijk aan duidelijk werd dat mijn ingrepen voor betere cijfers en een positieve sfeer zorgden. Grâce à la persévérence. Schuldgevoel ten opzichte van mijn kinderen heb ik nooit gekend. Wat ik deed, was allemaal vanzelfsprekend. Ze zagen me werken. Ze ontdekten hoe belangrijk het is dat iemand, man of vrouw, zich volledig kan geven. Ze zagen een vrouw die grote voldoening schiep uit alles wat ze deed.' 'FAMILIALE GEZEL- 'Van mij wordt soms gezegd dat LIGHEID IS WEZENLIJK ik een sterke vrouw ben. Ik weet VOOR HET MENS-ZIJN' niet zo goed wat een sterke vrouw is. Ik zie veel vrouwen die hun mannetje kunnen staan, net zo goed als ik vrouwen zie, jong en oud, die financieel en ook intellectueel afhankelijk zijn van hun man. In de winkels van Delvaux kom je veel relatiepsychologie tegen, hoor. Meermaals zie je hoe de vrouw de keuze van haar handtas door haar man laat bepalen. 'Als ik een handtas betaal, zal het een tas zijn die ik graag zie, punt uit'. Akelig. Maar een deel van de realiteit. Volgens mij neemt een sterke vrouw haar beslissingen uiteindelijk zelf, en laat ze zich niet al te zeer dicteren door een rollenpatroon. Sterke vrouwen zijn in mijn ogen ook altijd moeders. Moeders geven blijk van een gevoeligheid die vrouwen zonder kinderen ontberen. Ik heb altijd graag met moeders samengewerkt. Tussen moeders leeft een vorm van solidariteit die geen woorden nodig heeft. Ik voel die warmte en dat begrip graag om me heen. Vandaag ben ik ontzettend graag grootmoeder. Een van mijn allergrootste genoegens bestaat uit het koken voor mijn kinderen en kleinkinderen. Dat zijn momenten om te koesteren. Als we allemaal samen aan tafel zitten. Als iedereen met iedereen praat. Al die meningen die gewisseld worden. Het smullen van lekkere gerechten. Familiale gezelligheid is volgens mij wezenlijk voor het mens-zijn. Deze eindejaarsperiode brengt families weer bij elkaar. Zeer belangrijk vind ik dat. Belangrijker dan de cadeautjes die erbij horen. Al zijn cadeautjes natuurlijk heel fijn!' ■
27
Schoonheid die troost biedt
Wakker worden en de ochtend op te snuiven 'Ik ben een mens van de buiten. Het eerste wat ik doe als ik opsta, is koffie drinken en naar buiten wandelen. Ik woon in een hoeve midden het groen. Mijn buren houden schapen, in de weiden grazen koeien. Ik heb dat platteland nodig, hoezeer ik ook van de stad houd.' Ik zoek ook de zee regelmatig op, het is een drang waaraan ik niet kan ontsnappen 'Als mijn geest ruimte nodig heeft, rijd ik naar Oostende. Vaak zonder het zelf te beseffen. De zee biedt mij troost en rust. De kust van Oostende heeft me geholpen het overlijden van mijn man te verwerken.' Ik kan ontroerd raken door klanten die echt naar een handtas van Delvaux verlangen 'Er schuilt iets heel moois in mensen die vol verlangen uitkijken naar de aankoop van een van onze handtassen. Het is niet altijd gemakkelijk om le vrai désir brandend te houden. Verlangen moet van twee kanten komen. En als het dan van twee kanten komt, ontstaat er vuur.' Ik kan mijn kleinkinderen doelgerichte aandacht schenken 'Ik ben uit de rush van elke dag. Ik heb de tijd om niets te doen, en ik heb de tijd om alles te doen. Dat is een gigantische luxe. En die luxe maakt het mogelijk dat ik me heel bewust met mijn kleinkinderen kan bezighouden. Ik kan het me permitteren om tijd vrij te maken voor hun specifieke persoonlijkheidskenmerken. Ik kan op elk karaktertje inspelen, en dat vind ik heerlijk. Dat is echt het grote voordeel van grootmoeder zijn.'
‘Je moet prioriteiten durven stellen, en er vervolgens voluit voor gaan. Van twee walletjes eten kan misschien voor een tijdje leuk zijn, maar het levert nooit duurzame kwaliteit op
De geboorte van een nieuwe collectie 'Ik heb een grote bewondering voor romanschrijvers. Ze beginnen met een wit blad, en laten daarop hun fantasie de vrije loop. Bij het ontwerpen van een collectie gaat het er ook zo aan toe. Eerst heb je niets. En geleidelijk aan krijgt die leegte vorm. Ik blijf deze creatieve geboortes een van de wonderlijkste ervaringen vinden.' Les petits plaisirs de l'âme 'Groot geluk zit haast altijd schuil in de kleine dingen. In dauw op het gras. In het getjilp van vogels. In een paard in galop. In het zien van vrouw die haar handtas van Delvaux koestert.'
‘