Schoolgids obs de Rolpaal

Schoolgids obs de Rolpaal 2011 – 2012

2

INHOUDSOPGAVE

3

EEN WOORD VOORAF Waarom een schoolgids voor ouders? Wat staat er in deze schoolgids? Wie hebben aan de schoolgids gewerkt? Verzoek aan ouders om te reageren! 1 DE SCHOOL 1.1 Richting 1.2 De naam van de school 1.3 Schoolgrootte 2 WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT De Rolpaal staat open! Op de OBS De Rolpaal werken wij vanuit de volgende visie: 3 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 3.1 De organisatie van de school 3.2 De taakverdeling binnen het team Weekschema Bijzondere activiteiten 3.3 De activiteiten voor de kinderen a. Activiteiten in de onderbouw b. Basisvaardigheden (lezen, taal, rekenen en schrijven) c. Wereldoriëntatie d. Expressie activiteiten e. Lichamelijke opvoeding f. Engels g. Godsdienstonderwijs en Humanistisch Vormings Onderwijs h. Sociale en emotionele ontwikkeling i. Burgerschap j. Verkeer 3.4 Voorzieningen in het schoolgebouw 4 DE ZORG VOOR KINDEREN 4.1 De opvang van nieuwe leerlingen Inschrijving Overdracht van de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf 4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Leerlingvolgsysteem De overgang naar een volgende groep 4.3 De zorg voor het jonge kind Leerling Gebonden Financiering en onze school. Onderwijs tijdens een langdurige ziekteperiode van een leerling. 4.4 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften 4.5 Jeugdgezondheidszorg van de GGD Preventieve Gezondheids Onderzoeken Zorg op maat Screening logopedie Tandheelkundige voorlichting Meer informatie over de Jeugdgezondheidszorg? Activiteiten gericht op de school 4.6 De begeleiding van de kinderen naar het voortgezet onderwijs 5 HET TEAM 5.1 Vervanging 5.2 Stagiaires 5.3 Deskundigheidsbevordering van de leerkrachten 6 OUDERS Medezeggenschapsraad Ouderraad 6.1 Ouderactiviteiten 6.2 Vrijwillige ouderbijdrage

5

6

7 9 10 11

16 17

20

22

23 24

25 26

3

6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10 6.11 6.12 6.13 7 7.1 7.2 8 8.1 8.2 8.3 9 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 10 10.1

10.2

11

12 12.1 12.2 13

Informatievoorziening Overblijfmogelijkheden 27 Buitenschoolse opvang Kerst- en Rommelmarkt 28 Oud papier Huisbezoek Klachtenregeling Verzekeringen 29 Onderwijsgids 30 Vereniging Openbaar Onderwijs Sponsoring DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS 31 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school Zorg voor de relatie school en omgeving DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS 31 Specifieke zorg voor de leerlingen 32 Vorderingen in de basisvaardigheden Waar gaan onze leerlingen naar toe ? 33 REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN 34 Schooltijden Onderwijstijd Ziekmeldingen / aanvragen verlof Verlof aanvragen; wanneer en hoe? Regels in geval van schoolverzuim 35 Gronden van vrijstelling van het onderwijs Regels voor toelating Tussentijdse toelating van nieuwe leerlingen Vakantierooster 36 DE DAGELIJKSE GANG VAN ZAKEN 37 School- en groepsregels Afspraken betreffende het in- en uitgaan van de school De pauze Groepsregels Als het niet zo goed gaat, wat dan ? 38 Regels voor schorsing en verwijdering van leerlingen Time-out Schorsing Verwijdering HET SCHOOL A-B-C 41 Afscheid van groep acht Laatste schooldag Computers Meedoen in de groep Cultuureducatie Op stap met de groep Foto’s en filmmateriaal Schoolfoto’s van leerlingen Schoolreisjes Gymnastiek Schoolsport Hoofdluis Schoonmaken van materialen Jaarlijkse feestavond Sinterklaas Kerstmaaltijd Tuin Kleding Verjaardagen Kunstraad Verkeer NAMEN & ADRESSEN 45 School Overige NOTITIES 48

4

EEN WOORD VOORAF Waarom een schoolgids voor ouders? Deze schoolgids is bestemd voor de ouders en de verzorgers van de leerlingen van de openbare basisschool De Rolpaal, maar ook voor ouders die nog een keuze voor een basisschool moeten maken. Wellicht kan de informatie uit deze gids helpen. Scholen hebben in ons land een zekere vrijheid om te bepalen wat ze belangrijk vinden om uw kind te laten leren en een grote vrijheid in de manier waarop ze dat doen. Mede door het verstrekken van deze schoolgids leggen wij aan u verantwoording af over de manier waarop we met deze inhoudelijke vrijheid omgaan. In deze schoolgids informeren wij u over wat uw kind leert, waarom en op welke manier. Maar de school draait niet dankzij het team alleen. We hebben ouders daar hard bij nodig. Soms vrijwillig, soms is er duidelijke regelgeving. Ook die informatie vindt u in deze gids. Een klein overzicht van welke informatie deze schoolgids bevat -

De organisatie van het onderwijs. De zorg voor de kinderen. Informatie over wat van ouders wordt verwacht en wat de ouders van de school kunnen verwachten. De resultaten van ons onderwijs.

Wie hebben aan de schoolgids gewerkt? Aan deze schoolgids hebben de directie, het team en de medezeggenschapsraad van OBS De Rolpaal gewerkt. Tevens is er overleg geweest met de directies van de openbare scholen binnen de Stichting Op Kop (Steenwijkerland en Zwartewaterland). Verzoek aan ouders om te reageren! Indien u opmerkingen of suggesties heeft over deze schoolgids, kunt u contact opnemen met de directeur van de school.

5

1

DE SCHOOL

Naam: OBS De Rolpaal, Groenestraat 32, 8356 DB Blokzijl. : 0527 - 291627 e-mail: [email protected] www.rolpaal.nl 1.1

Richting

OBS De Rolpaal is een school voor openbaar basisonderwijs. Ieder kind en iedere leerkracht is welkom, ongeacht zijn of haar sociale, culturele of levensbeschouwelijke achtergrond. Wij leren kinderen van jongs af aan respect te hebben voor elkaars mening of overtuiging. Er wordt actief aandacht besteed aan de overeenkomsten en verschillen tussen kinderen, zonder voorkeur voor één bepaalde opvatting. Als je weet wat anderen beweegt, kun je beter met elkaar samenleven. In het openbaar onderwijs leren kinderen door ontmoeting. Ook levensbeschouwing hoort daarbij; het maakt immers deel uit van onze cultuur. De openbare school heeft aandacht voor en biedt ruimte aan ieder kind, alle ouders en elke leerkracht. Niet apart, maar samen. 1.2

De naam van de school

Scheepvaart heeft altijd veel voor Blokzijl betekend. In vroeger tijden, toen de schippers afhankelijk waren van de wind, konden zij niet altijd op de zeilen varen. Het schip werd dan met een lange lijn getrokken. Om te voorkomen dat het schip bij een bocht tegen de kant werd getrokken, stond daar een rolpaal, waar het touw langs werd geleid. Naast het smalle pad op het dijkhoofd buiten Blokzijl heeft een rolpaal gestaan. Nu begeleiden we op de Rolpaal de leerlingen bij hun ontwikkeling. De naam “Rolpaal” is voor de 400 jarige openbare school nog zeer recent. Bij de opening van het nieuwe gebouw in 1978 is deze door de heer G. van Ens bedacht. 1.3

Schoolgrootte

Onze school behoort tot de middelgrote basisscholen van de Stichting Op Kop. Dit jaar start het schooljaar met ongeveer 70 kinderen. Er werken op onze school naast de directeur 6 groepsleerkrachten, een intern begeleidster, een vakleerkracht muziek, gastleerkrachten voor godsdienst en humanistische vorming, een administratief medewerkster en een schoonmaakster.

6

2

WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT

De Rolpaal staat open! Openheid is een belangrijke waarde in onze werkwijze. Wij denken dat dit zorgt voor een grote betrokkenheid van teamleden, kinderen en ouders.  We zijn een openbare school en staan dus open voor iedereen.  Onze deuren staan letterlijk en figuurlijk open.  U kunt bij leerkrachten, directie en Interne Begeleider (IB-er) binnenkomen als u iets wilt bespreken. Leerlingen kunnen dat ook.  Ouders zijn dagelijks welkom in de school.  Ouder kunnen een afspraak maken om mee te draaien in de klassen.  Tijdens veel lessen staan de deuren open. Andere ruimtes worden betrokken bij de lessen. Deuren hoeven niet altijd dicht te zijn voor rust en concentratie.  Wij houden helder zicht op uw kind en bespreken ontwikkelingen op een open manier met ouders.  Ons team, de kinderen en ouders staan open voor ideeën van elkaar; wij leren graag van elkaar. Op de OBS De Rolpaal werken wij vanuit de volgende visie: Wij willen:  elke leerling een veilige en uitdagende leeromgeving bieden  elke leerling begeleiden en stimuleren om de eigen talenten zo goed mogelijk te ontplooien  elke leerling daarbij zoveel mogelijk aanspreken en uitdagen voor wat betreft de ontwikkeling van kennis, creativiteit, sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Wij willen dat doen in een omgeving waar:  ouders, leerkrachten en kinderen elkaar respecteren en accepteren in hun verscheidenheid  leerkrachten een positieve houding hebben naar de leerlingen toe  kinderen ervaren dat leren leuk is  leerkrachten een open communicatie onderhouden met de ouders over de ontwikkeling van hun kind  duidelijkheid is over hoe je met elkaar omgaat. Wij willen een moderne vernieuwingsschool zijn, die zich vooral laat inspireren door het Freinetonderwijs en het Jenaplanonderwijs. De kwaliteitskenmerken (Freinet) en de basisprincipes (Jenaplan) kunt u bekijken op de website van de school. Een aantal werkvormen die samen hangen met het Freinet- en Jenaplanonderwijs worden op de volgende pagina toegelicht. De landelijke taalpilot hebben we afgesloten. Van hieruit hebben we een taalvisie ontwikkeld en op dit moment heeft het werken met teksten onze extra aandacht. Ook de invoering van De Vreedzame School, een methodiek waarbij sociaal-emotionele vorming wordt gekoppeld aan democratisch burgerschap en gemeenschapszin. is voltooid. Mediatoren zijn getraind en het programma heeft een vaste plek in ons onderwijs. De school heeft bij het Inspectiebezoek van april 2009 een positieve beoordeling gekregen. Resultaatgericht werken en goede scores op de basisvaardigheden zijn voor deze beoordeling belangrijke criteria. Een volgend inspectiebezoek is momenteel niet aan de orde.

7

De kring Dagelijks zitten de kinderen in de kring. Dit is de plek waar het democratische burgerschap wordt geoefend, ervaringen worden gedeeld, waar kinderen leren van elkaar, waar praktische zaken met elkaar worden geregeld, en waar uitleg, discussie en overleg plaatsvindt. Bijna alle leergebieden, cognitief en sociaal, komen in de kring aan bod.

De Leerlingenraad Elke 2 weken vergaderen 8 leerlingen over allerlei zaken die de kinderen aangaan. Ina is daar bij. Elke groep is vertegenwoordigd. De leden brengen punten uit de kring in. Eén leerling zit voor, een ander notuleert.

Mediatoren Komen leerlingen er samen niet uit, dan kunnen ze hulp inroepen van onze mediatoren. Zes bovenbouwleerlingen zijn opgeleid om te bemiddelen in een conflict. Dit doen ze volgens een stappenplan en met respect voor beide partijen.

Heterogene groepen

Wereldoriëntatie

Onze heterogene groepen, met leerlingen van verschillende leeftijden en verschillende niveaus, helpen kinderen om te gaan met verschillen. Iedereen levert zijn/haar bijdrage in de groep. Kinderen leren van elkaar en ze krijgen de ene keer de kans om de rol van ‘jongste’ en de andere keer de rol van ‘oudste’ op zich te nemen.

Onze leerlingen staan in de maatschappij. Leren over je eigen omgeving, je regio, je land en de wereld vinden wij belangrijk. Dit is namelijk de belevingswereld van de leerlingen. Natuuronderwijs, geschiedenis, aardrijkskunde en maatschappijleer komen bij ons geïntegreerd aan bod.

De klassenkas Elke klas beheert een eigen potje met geld. De kinderen beslissen zelf, op democratische wijze, wat ze met dit geld doen en hoe ze geld kunnen verdienen voor de klassenkas. Een bal, plantjes, kooklessen of een gift aan een goed doel; ze regelen dit zelf.

Het dagboek Het dagboek staat bij de deur van de klas. Na de kring worden belangrijke gebeurtenissen van die dag in het dagboek geschreven, getekend of er wordt een foto bij geplakt. Ouders en kinderen kunnen het lezen. De volgende dag kan het dagboek worden teruggelezen.

De tekstbespreking Wij maken veel gebruik van de eigen verhalen van kinderen. De kinderen vertellen hun verhaal, schrijven deze op en lezen het voor aan de anderen. Bij de taallessen maken we gebruik van deze teksten. Als een tekst is gekozen voor de tekstbespreking, dan denkt iedereen mee over hoe de tekst nog beter kan worden en waar dan op gelet moeten worden. Ook de kleuters kunnen teksten maken. Zij tekenen hun verhaal, en de juf schrijft de woorden erbij. Zo’n tekst wordt mooi gepresenteerd; echt iets om trots op te zijn! 8

3

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

3.1 De organisatie van de school Onze groepen zijn heterogeen wat betreft leeftijd en niveau. Meerdere jaargroepen zijn samengevoegd en vormen een groep. Leerlingen kunnen wel bepaalde lessen volgen met leerlingen uit een andere groep, afhankelijk van de specifieke onderwijsbehoefte. Dit jaar is de groepsverdeling als volgt : groep 1 en 2 :onderbouw groep 3 en 4 :middenbouw groep 5 en 6 :middenbouw groep 7 en 8 :bovenbouw. De instructietafel staat centraal in ieder lokaal. Tijdens het verwerken van de aangeboden leerstof, wordt er veel zelfstandigheid van de kinderen verwacht. Ter ondersteuning wordt gewerkt met een weektaak. Onder het zelfstandig werken verstaan we dat leerlingen een activiteit uitvoeren van de weektaak. Naast leeractiviteiten kunnen dit ook zaken zijn die met de praktische organisatie van de dag te maken hebben (opruimen, naar het toilet gaan, materialen pakken etc.). Van de leerlingen wordt verwacht dat ze: zelf keuzes maken de opdrachten die ze kiezen om te maken ook voltooien zelf de benodigde materialen pakken de opdrachten zoveel mogelijk zonder hulp van de leerkracht proberen op te maken. Met de leerlingen worden afspraken gemaakt: heb je hulp nodig? lees eerst de opdracht nog een keer vraag eerst een ander kind of hij/zij ook kan helpen kom je er niet uit, ga dan eerst verder met een andere opdracht en wacht tot de leerkracht weer voor jouw groep beschikbaar is. De leerkracht kan tijdens het zelfstandig werken: instructie geven aan een andere groep leerlingen individueel begeleiden, en dus rekening houden met de verschillen tussen kinderen (aanleg en tempo) de zelfstandigheid van de kinderen bevorderen Voor leerlingen met specifieke behoeften wordt een zogenaamd handelingsplan gemaakt. Dit handelingsplan wordt opgesteld door de leerkracht en de interne begeleider. Het plan wordt door de leerkracht in de groep uitgevoerd. Hiernaast hebben we extra formatie beschikbaar voor de ondersteuning van leerlingen met een zogenaamd ‘rugzakje’ in of buiten het lokaal. Ook komt de vaste ambulante begeleider van het cluster Rec-4 en Rec-2 geregeld naar school voor begeleiding, scholing, ondersteuning en gesprekken. Rec-4 is een expertisecentrum voor leerlingen met ernstige gedragsproblemen. Rec-2 biedt ondersteuning aan leerlingen met auditieve of communicatieve beperkingen.

9

3.2

De taakverdeling binnen het team

Directeur Leerkracht groep 1 en 2 Leerkracht groep 3 en 4

Ina Klinkenberg Betty de Haan en Janneke Bakker Karina Hakkers, voorlopig wordt zij vervangen door Rona Kuik. Janny Eissen Francina Potiek Betty de Haan en Ina Klinkenberg Ingrid Neuteboom Ingrid Neuteboom + Rona Kuik Ingrid Neuteboom

Leerkracht groep 5 en 6 Leerkracht groep 7 en 8 Ondersteuning LGF Extra ondersteuning in 7-8 Compensatieverlof Vaste invalleerkracht ICT-coördinatie Taalcoördinatie Rekencoördinatie Interne Begeleiding Contacten met Ouderraad Medezeggenschapraad Gemeenschappelijke MedezeggenschapRaad Schoolcontactpersoon Ambulant begeleiders Ortopedagoge Op Kop LGF-uren (individuele begeleiding) Administratie Bovenschoolse ICT-coördinatie Muziek Godsdienstonderwijs (GVO) Humanistisch Vormend Onderwijs (HVO) Weekschema: mamo Janneke 1-2 Betty lgf Rona/Karina 3-4 Janny Francina Ingrid Ina

5-6 7-8 7-8 dir

mami 1-2-3

dimo 1-2

dimi 1-2-3

3-4 4-5-6 7-8

5-6 7-8

4-5-6 7-8

dir

Janny Eissen Betty de Haan Karina Hakkers Geertje Goedegebure Francina Potiek en Betty de Haan Janneke Bakker en Janny Eissen Janneke Bakker Janneke Bakker Marijke Westrerveld Rec-2 Sitta Bosman Rec-4 Marjolein Meinen Ina Klinkenberg en Betty de Haan Saskia Linthorst Louis Hetterschijt en Bert Schoemaker Marjolein Hessels Grietje de Olde Hennie Vis

womo

domo

domi

vrmo

vrmi

1-2 3-4

1-2 3-4

1-2-3

1-2 3-4

5-6

5-6 7-8* 7-8* dir + lgf

5-6 7-8

4-5-6 7-8

5-6 7-8

7-8

dir

dir + lgf

Geertje IB Saskia adm * Ingrid vult ongeveer 22 woensdagen het compensatieverlof van Francina in. Bijzondere activiteiten:

Maandagmorgen Maandagmiddag Dinsdagmorgen Dinsdagmiddag Woensdagmorgen Donderdagmorgen Donderdagmiddag Vrijdagmorgen Vrijdagmiddag

Wat?

Bijzonderheden:

Gym alle groepen

Begin schooljaar zwemmen gr 4-5 Eind schooljaar zwemmen gr 3-4

Gr 5 t/m 8 HVO of GVO Gym alle groepen Muziekles gr 4-5 10

3.3

De activiteiten voor de kinderen

a. Activiteiten in groep 1 2 Spel, spelen, spelenderwijs In groep 1 en 2 ontwikkelen de kinderen al spelende hun mogelijkheden. Hiervoor zijn veel materialen aanwezig die gericht zijn op de verschillende ontwikkelingsgebieden. Iedere morgen als de kinderen om half 9 op school komen staan er al een aantal van deze materialen op de tafels klaar en mogen de kinderen meteen gaan spelen. In de kring Na de inloop gaan we in de kring, waar we iedere dag veel aandacht besteden aan de verhalen en spullen die de kinderen zelf meebrengen naar school. Ook zingen we liedjes, lezen we voor op verschillende manieren en doen we taal- en rekenactiviteiten. Met name voor groep 2 doen we als voorbereiding op het leren lezen veel auditieve oefeningen en ook besteden we veel aandacht aan de woordenschatontwikkeling. Aan het werk Tijdens de werkles mogen de kinderen in de verschillende hoeken spelen en werken. Er wordt dan geknutseld, getekend, geverfd, gebouwd enz. Voor de spelontwikkeling en het fantasiespel beschikken we over een ruime, uit twee verdiepingen bestaande, huishoek. Vaak worden de hoeken ingericht als themahoek. De kinderen werken tijdens de speel-werkles ook aan hun weektaak. Deze bestaat iedere week uit vier keuze-opdrachten waarvan de jongste kinderen er twee moeten maken en de oudste kinderen drie. In groep twee besteden we aandacht aan het voorbereidend lezen en rekenen en stimuleren we de interesse voor letters en cijfers. Als voorbereiding op het leren schrijven in groep 3, werken we in groep 1 en 2 met de methode Schrijfdans. Hier leren de kinderen eerst de grote bewegingen en gaan van daaruit kleiner werken. We leren de kinderen op de juiste wijze hun eigen naam te schrijven. Buiten spelen & de gymzaal Door veel buiten te spelen en twee keer per week te gymmen in de gymzaal, krijgen de kinderen de gelegenheid zich motorisch te ontwikkelen. Buiten hebben ze dan de beschikking over een prachtige speelboot, een klimrek en diverse fietsen en steppen. Ook is er een ruime zandbak en een grasveld naast de school.

Thema’s We werken met thema’s. Iedere 4-5 weken staat er een thema centraal. Voor deze thema’s gebruiken we de voorloper van de methode Leeslijn en de methode Pluspunt. Andere thema’s zoals de Kinderboekenweek, Sinterklaas en Kerst komen ieder jaar aan bod. Soms komen de thema’s vanuit de kinderen zelf. Het afgelopen jaar hebben we o.a. gewerkt over het circus, hoeden en petten, olifant, water en vakantie.

11

Beredeneerd aanbod De thema’s worden van te voren voorbereid. De leerkrachten beschrijven aan welke doelen in een bepaalde periode wordt gewerkt, op gebied van spelontwikkeling, taalleesactiviteiten, rekenen, tekenontwikkeling, motorische ontwikkeling, muziek, enz. We maken o.a. gebruik van voorlopers van onze lees- en rekenmethode en een map met activiteiten die belangrijk zijn voor de taal-/leesontwikkeling (zogenaamde fonemisch bewustzijn). Binnen elk thema is er voldoende ruimte voor de eigen inbreng van de kinderen, omdat we de betrokkenheid van de kinderen en de ouders heel belangrijk vinden. We laten de kinderen van de onderbouw ook kennis maken met het maken van eigen teksten. De teksten die de kinderen zelf bedenken worden opgeschreven door de leerkracht en besproken in de groep. Observatie en rapportage We maken in de onderbouw gebruik van het observatie- en registratiemodel KIJK. KIJK werkt met ontwikkelingslijnen, waardoor gemakkelijk te zien is hoe een kind zich ontwikkelt ten opzichte van zijn of haar leeftijdsgenoten. Voorbeelden van ontwikkelingslijnen zijn: spelontwikkeling, motorische ontwikkeling, auditieve en visuele waarneming, tekenontwikkeling, logisch denken enz. Een weerslag van de registraties krijgen de kinderen in januari en juni, als rapport mee naar huis. Dit rapport bestaat verder uit een plakboek waar tekeningen, werkjes, foto’s e.d. zitten die het kind de voorgaande maanden gemaakt heeft op school. b. Basisvaardigheden (lezen, taal, rekenen en schrijven) Lezen In groep 3 gaan we verder met het aanvankelijk lezen. Dit gebeurt met de methode “Leeslijn”. Deze methode sluit aan bij het Natuurlijk Leren Lezen, doordat er ruime mogelijkheden zijn tot betekenisvolle toepassingen bij de overige taalactiviteiten. We streven ernaar dat de kinderen in februari kunnen lezen. Leeslijn kent een goede differentiatie, waardoor zowel de betere als de zwakkere lezer goed kan worden begeleid. Regelmatig houden we de voortgang van het aanvankelijk leesproces in de gaten. Vanaf groep 4 oefenen we het voortgezet-technisch lezen met het vervolg van de methode Leeslijn. Voor de leesbeleving en het leesplezier doen we mee met verschillende projecten van de bibliotheek en gaan enkele kinderen o.l.v. een ouder boeken halen bij de bibliotheek, zodat we voor het vrij lezen over de nieuwste uitgaven kunnen beschikken en steeds een gevarieerd aanbod hebben. Voor de onderdelen begrijpend lezen en studerend lezen gebruiken we vanaf groep 5 de methode “Tekstverwerken”. Taal Bij taal maken we gebruik van de taalmethode ”Taaltijd”. We besteden aandacht aan alle aspecten (lezen, spreken, taalschat, taalspel, stellen, spellen, luisteren). Vanaf dit jaar maken we geleidelijk de overgang naar de leerlijnen van Dat’s andere Taal, een taalaanpak die meer uitgaat van de belevingswereld van het kind. Betty heeft de opleiding tot Taalgids afgerond. Wij richten ons momenteel op het structureel benutten van de mogelijkheden rondom het maken van en het werken vanuit eigen kinderteksten. Door het werken met eigen teksten van kinderen worden leerdoelen gehaald op het gebied van o.a. spellen, grammatica, woordenschat, tekstopbouw, lezen en spreken. 12

Rekenen Onze rekenmethode heet “Pluspunt”. Dit is een zogenaamde realistische rekenmethode. Dit houdt in dat er allerlei praktische rekenproblemen door de kinderen opgelost moeten worden. Er wordt gewerkt met thema’s die 3 weken duren. In de 12e les wordt de behandelde stof getoetst. Afhankelijk van de toets kunnen de kinderen herhalings- of verrijkingsstof maken. Goede rekenaars kunnen werken met de uitdagende leerstof vanuit Kien. In alle groepen besteden we aandacht aan het automatiseren en bieden we voldoende oefenstof. Dit kan door het gebruik van het spelmateriaal ‘Met sprongen vooruit’ in de onder- en middenbouw tot extra werkboekjes en software in de bovenbouw. Binnen thema’s en vanuit kringgesprekken proberen we stap voor stap meer vorm te geven aan ‘levend rekenen’ (Freinet), waarbij we rekenstrategieën koppelen aan reële actuele (reken)problemen die kinderen moeten gaan verkennen en oplossen. Schrijven Bij de voorbereiding op het schrijven en het eerste oefenen wordt gebruik gemaakt van de methode ‘Schrijfdans’. Dit oefent op speelse wijze zowel de grove als de fijne motoriek. De methode waarmee de leerlingen vervolgens hun handschrift verder ontwikkelen heet “Schrijven leer je zo”. Dit is een methode voor blokschrift, waar vooral taalzwakke of dyslectische kinderen voordeel bij hebben. Goede schrijvers bieden we incidenteel als verrijking ook het verbonden schrift aan. c. Wereldoriëntatie De leerlingen maken op school werkstukken en verslagen over allerlei onderwerpen. We stimuleren hierbij een onderzoekende houding. Soms gebeurt dit individueel, soms in het kader van een groepsthema. Tijdens het maken van een werkstuk probeert de leerkracht de leerlingen uit te dagen en het onderwerp zo breed mogelijk te benaderen. Leerlingen bouwen door onderlinge presentaties met elkaar hun kennis van de wereld op. We proberen drie keer per jaar samen aan een groot schoolthema te werken, waarbij de kinderen ook leren van kinderen uit de andere groepen. Hiernaast werken we vanaf groep 3 met de aanpak van ‘Topondernemers’. Hierbij worden de kinderen via diverse onderzoeksopdrachten allerlei studievaardigheden en presentatietechnieken aangeboden. Topografie wordt in een aparte leergang aangeboden. d. Expressie activiteiten In de kleutergroepen zijn expressieve activiteiten als knutselen, tekenen, zingen, dansen en drama de hele week door verweven met het werk wat ze doen. Betty en Janneke koppelen dit aan het thema wat ze samen met de leerlingen uitgekozen hebben. Dit jaar krijgen leerlingen in groep 4 en 5 elke week muziekles van een vakleerkracht. Deze werkt namens de muziekschool en leidt de leerlingen op voor het diploma Algemene Muzikale Vorming (AMV). Volgend schooljaar werkt zij verder met dezelfde kinderen. Centraal staat hoe de leerlingen muziek ervaren en ermee bezig zijn: zelf muziek maken, luisteren naar muziek, dans en beweging en erover praten. Beeldvormende vakken hebben op De Rolpaal onze speciale aandacht. Leerlingen kunnen met het maken van een tekening of een schilderij een verhaal vertellen. Dit beeld voegt veel toe aan de tekst die erbij verteld of geschreven wordt. Ze drukken zich hiermee op een niet-verbale wijze uit. De presentatie van beeldend werk vinden wij belangrijk, dat moet mooi en verzorgd zijn. Hiermee draag je uit dat het werk van de kinderen belangrijk is. 13

Met tekenen, schilderen en handvaardigheid brengen de leerlingen hun (fantasie)wereld naar buiten, leren ze verschillende technieken en mogen ze creatief experimenteren met materialen. We gebruiken het Kinderpodium om kinderen regelmatig podiumervaring op te laten doen. Twee keer per jaar is elke groep aan de beurt om een presentatie te verzorgen, waarbij de nadruk ligt op toneel, muziek en dans. Hoogtepunt van het jaar is de grote Feestavond, waarvoor alle groepen een bijdrage leveren. De bovenbouw schrijft vervolgens zelf de ‘rode draad’ in het verhaal. Op school is een uitgebreid cultuureducatieplan aanwezig. Daarin zijn o.a. opgenomen: theaterbezoeken en het uitzoeken van kunstwerken bij de Kunstuitleen door kinderen. e. Lichamelijke opvoeding We maken voor gymnastieklessen, op dinsdag en de donderdag, gebruik van De Ploats (gymzaal). De kinderen krijgen de lessen van de eigen leerkracht. Dit schooljaar krijgen op donderdag de kinderen van groep 1 t/m 3 samen gymles van Janneke. Groep 4 t/m 6 krijgt op donderdag samen les van Janny. Voor de zomervakantie krijgen de kinderen van groep 3 en 4 schoolzwemmen in het zwembad in Blokzijl. Na de zomervakantie wordt dit voortgezet in groep 4 en 5. Deze zwemles wordt door een vakleerkracht gegeven. Het schoolzwemmen kan worden bekostigd door een gemeentelijke subsidie. Ouders tekenen een formulier waardoor de gemeente het geld bestemd voor zwemlessen, aan school overdraagt. Het schoolzwemmen kan alleen worden gerealiseerd indien de betreffende ouders afzien van een eenmalige korting van €65,-. Hiervoor dient een formulier te worden ondertekend waarbij wordt aangegeven dat de eenmalige korting ten goede komt van het schoolzwemmen op De Rolpaal. Het betreffende formulier wordt aan u meegegeven. f. Engels In groep 5 t/m 8 krijgen de leerlingen structureel Engels. In beide groepen wordt gewerkt met een methode die veel gebruik maakt van interactieve werkvormen, zodat de kinderen zelf praktisch bezig zijn met de taal. In de groepen 1 t/m 4 komen de leerlingen ook in aanraking met het Engels. Dit gaat meestal door middel van spelletjes. g. Godsdienstonderwijs en Humanistisch Vormings Onderwijs Voor de leerlingen van de groepen 5 t/m 8 bestaat er de mogelijkheid tot het volgen van godsdienstonderwijs of humanistische vorming. Hiervoor komen opgeleide vakleerkrachten wekelijks bij ons op school. Grietje de Olde geeft godsdienstonderwijs. Het protestants-christelijke geloof staat in deze lessen voorop. Henny Vis geeft humanistisch vormingsonderwijs. Vanuit een niet-religieuze visie word in deze lessen aandacht besteedt aan de omgang met elkaar, menselijke en maatschappelijke verhoudingen. Elk jaar kunnen ouders kiezen welke lessen hun kind zal volgen. Sommige kinderen volgen geen van beide lessen. De groepsleerkracht zorgt dan in die lestijd voor een passende opdracht. Het christelijke cultuurgoed van onze maatschappij komt ook op andere momenten aan de orde. We vinden het belangrijk dat kinderen weten waarom we bijvoorbeeld feesten als Kerst en Pasen vieren en wat de religie is van een groot deel van onze bevolking. Wij hebben in ons team voldoende kennis over levensbeschouwing, alsook teamleden met een christelijke achtergrond of overtuiging. 14

h. Sociale en emotionele ontwikkeling Wij vinden het belangrijk om op goede wijze met elkaar om te gaan en daarbij verschillen te accepteren. We proberen in en om de school een sfeer te scheppen waar ieder kind zich veilig voelt. Kinderen en leerkrachten zijn alert om “vervelend” gedrag te voorkomen. We willen een open communicatie tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en leerkrachten, daarin spelen de kringgesprekken een centrale rol. Sinds enkele jaren gebruiken wij de werkwijze van ‘De Vreedzame School’, waarbij op een structurele manier aandacht wordt besteed aan de sociaal-emotionele ontwikkeling en aan de zogenaamde burgerschapskunde. Het gaat uiteindelijk om het bevorderen van een sterk pedagogisch klimaat. De thema’s die aan bod komen in de lessenserie zijn: Onze groep, Conflicten zelf oplossen, Communicatie, Gevoelens, Anders en toch samen en Mediatie. Tijdens kringgesprekken besteden we aandacht aan de verschillende aspecten. Toch kan het ook op onze school voorkomen dat er wordt geplaagd. Wellicht merkt u dat als ouders thuis eerder dan wij op school. Wij hopen dat u direct contact opneemt met de leerkracht zodat we er gezamenlijk iets aan kunnen doen. Een aantal leerlingen uit groep 6, 7 en 8 krijgen jaarlijks een training voor ‘mediator’. Een mediator bemiddelt op een gestructureerde, voorspelbare manier in een conflict tussen kinderen. Leerkrachten nemen deze taak geregeld op zich, maar soms werkt het juist beter als een kind de mediator is. Dit schooljaar starten we met het leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling dat hoort bij de methode ‘De Vreedzame School’. Hiermee willen we de sociaal-emotionele ontwikkelingen van kinderen en de groep beter in kaart brengen en volgen. i. Burgerschap Burgerschap vormt een wezenlijk onderdeel van het Freinetonderwijs. Keuzevrijheid voor de kinderen schept ook verplichtingen. Iedere klas heeft zijn eigen groepsregels en takenlijst. Kinderen zijn in hoge mate medeverantwoordelijk voor hun schoolomgeving. We stimuleren dit door het bewuste gebruik van de klassenkas in iedere groep en de Leerlingenraad. Vanuit de klassenkas kunnen (kleine) aankopen voor de eigen groep worden gedaan. Er kunnen acties worden gevoerd om de kas extra te vullen. Iedere twee weken komt de leerlingenraad bijeen (2 kinderen uit elke groep), waar alle onderwerpen die door de kinderen (of de leerkrachten) worden ingebracht kunnen worden besproken. Dit kan gaan over het gebruik van het schoolplein, het aanschaffen van een nieuwe voetbal of een trapje voor de tassenkast tot het voorkomen van plagen. De leerlingenraad wordt voorgezeten en genotuleerd door een leerling uit de bovenbouw en ondersteund door Ina Klinkenberg. j. Verkeer Om het jaar nemen we deel aan het landelijke verkeersproject Streetwise, waarbij kinderen risico’s in het verkeer leren inschatten. Ook nemen we om het jaar deel aan het project ‘de dode hoek’, waarbij leerlingen de gevaren leren zien van vrachtwagens in het verkeer. Daarnaast besteden we thematisch aandacht aan verkeersopvoeding. We gebruiken hiervoor o.a. verkeerskranten. De kinderen in groep 7 doen mee aan het landelijke theoretische Verkeersexamen. 15

3.4

Voorzieningen in het schoolgebouw

Het schoolgebouw en de inrichting lenen zich uitstekend voor goed onderwijs in onze visie. We hebben 4 ruime groepslokalen, gesitueerd om een centrale gemeenschapsruimte. De centrale ruimte wordt door alle kinderen gebruikt. Tijdens de lessen in dit een plek om effectief (samen) te werken. Deze ruimte wordt ook gebruikt voor presentaties, vieringen en feesten. Ons schoolgebouw is afgestemd op onze onderwijsvisie, waarin we leerlingen begeleid, leren zelfstandig en verantwoordelijk te zijn en waarin er verbondenheid is tussen alle mensen in de school. Ook ouders zijn onze partners hierin. Zij kunnen hun kinderen wegbrengen tot in de klas en wachten hen bij de centrale ruimte weer op. Het contact tussen ouders en leerkrachten is op deze manier snel gelegd. De groepen 3 t/m 8 beschikken over een digitaal schoolbord en minimaal 4 computers voor de leerlingen. In de gemeenschapsruimte staan ook computers. Verder zijn er in de school een personeelskamer, een kamer voor interne begeleiding / remedial teaching, een directiekamer en verschillende bergingen. Buiten is een ruim schoolplein met leuke speeltoestellen en een groot grasveld.

16

4

DE ZORG VOOR KINDEREN

4.1

De opvang van nieuwe leerlingen in de school

Indien u belangstelling hebt voor onze school, kunt u contact opnemen. U wordt dan uitgenodigd voor een gesprek en kunt uitgebreid de school bekijken. De leerkrachten zijn uiteraard bereid om informatie te geven. Om kennis te maken met de groep waarin uw kind wordt geplaatst, mag de leerling 5 dagdelen meedraaien. De leerkracht neemt daarover tijdig contact op. Voordat een leerling van een nieuw gezin bij ons naar school gaat, komt de leerkracht op huisbezoek om kennis te maken. Ook krijgen de ouders een informatieboekje over het reilen en zeilen in groep 1-2. Omdat de overgang naar groep 1 van de basisschool voor veel leerlingen best zwaar is bezoeken de leerlingen de school de eerste 6 weken alleen op de ochtenden. In overleg met ouders kan dit worden verlengd. Inschrijving Per 1 februari 2006 zijn basisscholen wettelijk verplicht bij inschrijving van nieuwe leerlingen naar het burgerservicenummer (BSN) te vragen. Samen met het inschrijfformulier wordt een kopie gevraagd van de brief waarin het burgerservicenummer staat vermeld. Deze brief krijgen alle ouders van de gemeente na de geboorte van hun kind. Per 1 augustus 2006 wordt stapsgewijs een nieuwe ‘gewichtenregeling’ ingevoerd. In deze regeling is het opleidingsniveau van de ouders van leerlingen bepalend voor het vaststellen van het ‘gewicht’ van leerlingen. Hierdoor worden beschikbare middelen beter verdeeld om onderwijsachterstanden te bestrijden. We vragen u daarom een ouderverklaring in te vullen op het inschrijfformulier. Alle formulieren worden bewaard in de leerlingenadministratie en de privacy is gewaarborgd. Overdracht van de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf Als uw kind op een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf zit voordat het bij ons op school komt, dan krijgt u van die instelling een overdrachtsformulier mee. Wij vragen ouders om een kopie hiervan aan de leerkracht te geven, zodat wij de nodige informatie hebben. 4.2

Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school

Leerlingvolgsysteem Volgens de wet op het basisonderwijs moet de school zorgen voor "een ononderbroken ontwikkeling van ieder kind ". De vorderingen en de prestaties van de leerlingen worden nauwkeurig bijgehouden. In de onderbouw wordt dit door middel van observaties en Cito-toetsen gedaan. In de middenen bovenbouw worden naast de methodegebonden toetsen ook een aantal Cito-toetsen afgenomen. Toetsen en observaties geven ons een beeld van het niveau van uw kind. Al deze gegevens worden door de groepsleerkracht bijgehouden. Deze gegevens zijn, evenals een sociaal emotionele rapportage, onderdeel van het rapport dat 2 keer per jaar wordt uitgegeven voor de groepen 3 t/m 8. in de groepen 1-2 gebeurt de rapportage in de vorm van een portfolio-plakboek en de registratie van de Kijk-observaties. In de rapporten worden de toetsresultaten opgenomen. Dit zijn een aantal door het Cito genormeerde toetsen die 2 keer per jaar worden afgenomen: Ordenen en Taal voor kleuters, Herfstsignalering (lezen groep 3), 17

Drie Minuten Toets (lezen), Woordenschat, Begrijpend lezen, Rekenen , Spelling en AVI (lezen). De resultaten van de citotoetsen worden per groep besproken door de leerkracht en onze Interne Begeleider. Ook worden de resultaten besproken in het hele team om zo van elkaar te leren welke aanpak goed werkt en elkaar tips te geven voor verbeteringen. Aan de hand van deze toetsen en het landelijk gemiddelde kunnen we nagaan of er leerlingen zijn die extra zorg of juist extra uitdaging nodig hebben. Tijdens de leerlingbespreking wordt ook tijd gereserveerd om zorgleerlingen in te brengen. Voor iedere leerling die extra hulp krijgt wordt een handelingsplan gemaakt. Binnen Op Kop is er een orthopedagoge in dienst die ook bij ons op school onderzoek kan verrichten bij zorgleerlingen en advies geeft. De eindopbrengsten van groep 8 worden vastgesteld door de afname van de Cito-toetsen voor rekenen en begrijpend lezen (M8). Zo stellen we vast of de resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode tenminste op het niveau liggen dat op grond van de kenmerken van deze leerlingen mag worden verwacht. De leerling-gegevens worden bewaard in het schoolarchief. Alleen de ouders van het betreffende kind en teamleden hebben inzage in de dossiers. Als ouders het dossier willen inzien, kunnen ze hiervoor een afspraak maken met de IB-er of de directeur. De dossiers blijven op school en worden tot 5 jaar na het verlaten van de school bewaard. Daarna worden ze vernietigd. We vinden een goed contact tussen leerkrachten en ouders van groot belang. Heeft u vragen, problemen, opmerkingen betreffende uw kind, geef het door aan de leerkracht ! Over de vorderingen van alle kinderen houden we 3 x per jaar een contactavond. Deze avonden vinden plaats in : november, februari en juni. De contactavonden in februari en juni zijn gekoppeld aan de rapporten. In november bestaat de mogelijkheid om de tussentijdse ontwikkeling alvast te bespreken. Indien ouders zelf op enig ander moment behoefte hebben aan een gesprek met een leerkracht zijn ze altijd welkom! De overgang naar een volgende groep Tijdens het schooljaar worden bij alle kinderen toetsen afgenomen. Aan de hand van de toetsen, de observaties van de leerkracht en de gesprekken met de ouders wordt een beslissing genomen over het vervolg van de schoolloopbaan van de kinderen. Uitgangspunt zal altijd zijn dat wij als school, in overleg met de ouders en eventuele deskundigen, een goed besluit nemen ten aanzien van de overgang van uw kind naar een volgende groep. De verantwoordelijkheid en de beslissing of uw kind wel of niet naar de volgende groep gaat ligt uiteindelijk bij de school. Wij houden de richtlijnen in ons zorgplan aan, welke hieronder zijn samengevat: De overgang van groep 1 naar 2 Als een leerling in groep 1 voor 31 december geboren is, dan zal het kind na de zomervakantie door gaan naar groep 2, mits het voldoet aan 2 van de hieronder beschreven criteria:  Er zijn voldoende scores op de onderdelen van de Cito-toetsen ‘Taal voor kleuters’ en ‘Rekenen voor kleuters'.  Er zijn geen bijzonderheden m.b.t. de sociaal- emotionele ontwikkeling van de leerling.  Er is sprake van voldoende ontwikkeling naar het oordeel van de verantwoordelijke groepsleerkracht. De overgang van groep 2 naar 3 Een kind dat doorgaat naar groep 2 zal in het daaropvolgende schooljaar niet automatisch doorgaan naar groep 3. Gedurende het 2e schooljaar zal het kind zich

18

blijvend positief moeten ontwikkelen. De volgende criteria worden gehanteerd:  Er zijn voldoende scores op de onderdelen van de Cito-toetsen ‘Taal voor Kleuters’ en ‘Rekenen voor kleuters'.  De leerling voldoet aan de lees- en rekenvoorwaarden die verwacht mogen worden eind groep 2.  Er zijn geen bijzonderheden m.b.t. de sociaal- emotionele ontwikkeling.  Er is sprake van voldoende ontwikkeling naar het oordeel van de verantwoordelijke groepsleerkracht. De leerkrachten bespreken hun verwachtingen ten aanzien van het al dan niet doorstromen naar de volgende groep met de ouders. Verlenging van de kleuterperiode wordt ook in de leerling-bespreking besproken. Versnellen in de kleuterbouw Versnelling in de kleuterbouw wordt spaarzaam toegepast. Vervroegde overgang is mogelijk als:  er zeer goede scores zijn op de onderdelen van de Cito-toetsen ‘Taal voor Kleuters’ en ‘Rekenen voor kleuters' ;  als er naar het oordeel van de verantwoordelijke groepsleerkracht een opvallend vlotte ontwikkeling is. Kleuterversnelling wordt overwogen als het kind ruimschoots voldoet aan de beide criteria. Doubleren in de groepen 3 t/m 8 Ons zorgplan beschrijft de procedure rond besluitvorming en communicatie met betrekking tot het doubleren in de groepen 3 t/m 8. Uitgangspunt is dat de leerlingen niet doubleren. In eerste instantie krijgen leerlingen extra begeleiding en hulp en in een uiterste geval volgen ze een eigen leerlijn. Er kunnen zich echter situaties voordoen dat doubleren in het belang van de leerling overwogen moet worden. Het laten doubleren van een leerling is een besluit dat in overleg met de ouders/verzorgers, groepsleerkracht, directie en zo mogelijk de leerling zelf wordt genomen. De uiteindelijke beslissing wordt genomen door de school. Ten aanzien van de overgang tussen de groepen 3 t/m 8 geeft ons zorgplan concrete richtlijnen die betrekken hebben op de leesvorderingen, de resultaten op de toetsen, de sociaal-emotionele ontwikkeling en de geboden extra hulp. Wanneer er mogelijk sprake is van doubleren, volgen wij dit stappenplan: 1. leerling-bespreking 2. bespreken met ouders 3. aanvullende toetsen afnemen 4. extra hulp bieden 5. extra hulp evalueren 6. in mei/juni beslissen en met ouders bespreken 7. plan van aanpak (ongeacht of de leerling doubleert of doorstroomt) Bij verschil van mening tussen school en ouders kan de school een extern onderzoek aanvragen. Het advies uit dit onderzoek wordt als zwaarwegend verklaard voor beide partijen, maar is niet bindend. De school neemt de beslissing of verlenging zal plaatsvinden. Versnellen in groep 3 t/m 8 Net als bij het doubleren is ook bij versnellen het uitgangspunt dat dit slechts in uitzonderlijke situaties gebeurt. Voor ‘meerbegaafde’ of ‘hoogbegaafde’ leerlingen zal in eerste instantie gewerkt worden met verbredende, verdiepende en verrijkende leerstof. Er kunnen zich echter situaties voordoen dat versnellen in het belang van de leerling 19

overwogen moet worden. De procedure voor versnellen is een onderdeel van het deelzorgplan ‘meerbegaafde en hoogbegaafde leerlingen’. Voor het signaleren, diagnosticeren en de te volgen procedures verwijzen we naar dit deelzorgplan. 4.3

De zorg voor het jonge kind

De ontwikkeling van de jonge kinderen wordt gevolgd door observaties, LVS toetsen (LeerlingVolgSysteem) en het bijhouden van de ontwikkeling in de registratiemap. Als er stagnatie optreedt in de ontwikkeling, kunnen we extra hulp bieden in de vorm van specifieke ontwikkelingsmaterialen of het geven van extra aandacht door de leerkracht binnen de groepssituatie. De deskundigheid van de leerkrachten van de onderbouw wordt vergroot door het volgen van cursussen specifiek gericht op het jonge kind. Bovendien participeren we in het netwerk Peuter-kleuteroverleg en het netwerk voor Jonge Risico Kinderen. Door steeds naar de ontwikkeling van kinderen te kijken, daar waar nodig ons onderwijs bij te stellen en onze deskundigheid te vergroten, trachten we de kwaliteit van het onderwijs aan het jonge kind te waarborgen. 4.4

De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften

Als school vinden we het belangrijk dat elk kind op zijn of haar niveau kan functioneren. Ieder kind krijgt de zorg die het nodig heeft. Wanneer er problemen met kinderen zijn, wordt dat uitgezocht. De groepsleerkracht doet samen met de interne begeleider een onderzoek. Dat kan bestaan uit het afnemen van diagnostische toetsen en het uitvoeren van observaties in de groep. Tijdens een leerlingbespreking wordt besproken welke stappen dienen genomen te worden om de extra zorg te realiseren. Deze stappen worden beschreven in een handelingsplan (HP). Komen we er als school niet uit, dan vragen we de orthopedagoge of deskundigen van de Onderwijsbegeleidingsdienst (IJsselgroep) om een nader onderzoek. Voordat een deelonderzoek taal, rekenen of een intelligentieonderzoek plaatsvindt, wordt dit tijdig met de ouders besproken en dienen zij toestemming te geven. Aan de hand van de uitslagen van het onderzoek wordt dan besloten wat de volgende stappen zijn. Hierbij wordt dan ook gebruik gemaakt van de deskundigheid, die aanwezig is bij de IJsselgroep. U moet hier denken aan bijvoorbeeld een schoolpsycholoog. In sommige gevallen kan het, ondanks alle pogingen om dit te voorkomen, nodig zijn een kind te verwijzen naar een school voor speciaal (basis)onderwijs. In het kader van Weer Samen Naar School (W.S.N.S.) heeft onze school een samenwerkingsverband met de Burgemeester Voetelinkschool in Steenwijk. De gang van zaken betreffende speciale zorg of eventuele verwijzing naar de Burgemeester Voetelinkschool staat beschreven in het zorgplan WSNS Samenwerkingsverband Noordwest Overijssel. De ouders spelen bij een eventuele verwijzing een belangrijke rol. Voor iedere stap volgt overleg. De eventuele aanmelding van een kind op een school voor speciaal onderwijs gebeurt door de ouders. Ook meerbegaafde leerlingen verdienen onze aandacht. Indien nodig zullen we voor deze kinderen ook specifieke programma’s gebruiken en hulp vragen bij de IJsselgroep of andere instanties die deskundig zijn op dit gebied. Leerling Gebonden Financiering en onze school Op 1 augustus 2003 is de Wet op Expertisecentra in werking getreden. De regeling Leerling Gebonden Financiering maakt hier een onderdeel van uit. Deze regeling houdt in dat kinderen met een handicap met een ‘rugzak’ op een gewone basisschool kunnen worden toegelaten. Een speciale indicatiecommissie bepaalt of een leerling voldoet aan de criteria voor het speciaal onderwijs (het onderwijs voor gehandicapte kinderen). Daarmee heeft het kind recht op een rugzak, waarin financiële middelen zitten voor de basisschool en begeleiding vanuit het speciaal onderwijs. De ouders kunnen een basisschool vragen hun kind met deze rugzak toe te laten. 20

Ons beleid is er opgericht om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de verschillen tussen kinderen. Dit geven we binnen onze school op verschillende manieren vorm, zoals een goed zorgsysteem, positief pedagogisch klimaat, zelfstandig werken binnen de groepen en een passend leerstof aanbod. In principe zijn ook kinderen met een handicap welkom op onze school. Wij vinden dat elk kind in beginsel de mogelijkheid moet hebben om samen met de vriendjes en vriendinnetjes uit de eigen leefomgeving naar school te kunnen gaan. De zorg op onze basisschool is over het algemeen voldoende om onze zorgleerlingen op te vangen binnen de eigen school. Voor kinderen met een handicap is deze zorg echter niet toereikend. Hiervoor heeft de overheid een rugzak ter beschikking gesteld met daarin faciliteiten voor extra zorg. Bij elke aanmelding van een leerling met een handicap zullen we opnieuw de afweging maken of onze school met deze extra faciliteiten in staat zal zijn om de extra zorg die dit kind nodig heeft te bieden. Omdat wij enkele kinderen op school hebben met ‘rugzak’ en een zogenaamde afstemmingsbeschikking, hebben wij het volgende aan extra middelen tot onze beschikking: - Extra formatieruimte. Ten behoeve van deze leerlingen wordt dit ingezet in de groepen alsmede voor individuele begeleiding. - Financiële middelen voor aanschaf van ondersteunende materialen. - Eens in de twee weken komt een vaste ambulante begeleider op school voor ondersteuning van de rugzakleerlingen, hun ouders en de leerkrachten. Onderwijs tijdens een langdurige ziekteperiode van een leerling In de wet “Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen” is duidelijk aangegeven dat ook zieke leerlingen recht hebben op onderwijs. Voor kinderen of jongeren die in een ziekenhuis zijn opgenomen- of ziek thuis zijn- is het belangrijk dat het gewone leven zo veel mogelijk door gaat. Onderwijs hoort daar bij. Onderwijs aan zieke leerlingen is o.a. om de volgende redenen van belang: - het leerproces wordt voortgezet (een onnodige leerachterstand wordt zo veel mogelijk voorkomen) - de zieke leerling houdt een belangrijke verbinding met de buitenwereld. Ook tijdens een ziekteperiode van een leerling blijft de eigen school verantwoordelijk voor het onderwijs aan die leerling. De leerkrachten staan er echter niet alleen voor. Zij kunnen voor deze onderwijsbegeleiding aan de zieke leerling een beroep doen op de ondersteuning van een Consulent Onderwijs aan Zieke Leerlingen.

21

4.5

Jeugdgezondheidszorg van de GGD

Onze school is één van de scholen in de regio IJssel-Vecht. Dit betekent dat u te maken krijgt met de Jeugdgezondheidszorg van de GGD IJsselland. Het consultatiebureau heeft het dossier van uw kind aan de GGD overgedragen. De Jeugdgezondheidszorg richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van kinderen van 4 tot 19 jaar. Dit betekent het opsporen, bestrijden en voorkómen van oorzaken die een gezonde groei en ontwikkeling verstoren. De zorg is in handen van Jeugdgezondheidszorgteams. Een team bestaat uit een jeugdarts, doktersassistente, jeugdverpleegkundige, logopedist en een tandheelkundig preventief medewerker. Preventieve Gezondheids Onderzoeken Onderzoek in groep 2 van het basisonderwijs Uw kind wordt in groep 2 uitgebreid op groei en ontwikkeling onderzocht door de jeugdarts en de doktersassistente. Het onderzoek bestaat uit controle van het gehoor en het gezichtsvermogen, meting van de lengte en het gewicht, lichamelijk onderzoek en onderzoek naar de motoriek. Ook wordt met u besproken hoe uw kind functioneert op school, thuis en in de vrije tijd. Onderzoek in groep 7 van het basisonderwijs In groep 7 wordt uw kind onderzocht door de schoolverpleegkundige. Het onderzoek bestaat uit controle van het gezichtsvermogen, kleuren zien en meting van lengte en gewicht. Daarnaast is er aandacht voor het functioneren van uw kind op school, thuis en in de vrije tijd. Indien u vragen heeft over de ontwikkeling of de opvoeding van uw kind, vindt er een onderzoek door of gesprek met de jeugdverpleegkundige plaats. Zorg op maat Bij problemen kunt u altijd vragen om een gesprek of een extra onderzoek. Ook kan de jeugdverpleegkundige een bezoek aan huis brengen om met u dieper in te gaan op bepaalde onderwerpen. Voorbeelden zijn: problemen met de opvoeding en bedplassen. Daarnaast hebben de jeugdverpleegkundige en de Intern Begeleider op school regelmatig contact over leerlingen waarvoor extra zorg nodig is. De Jeugdgezondheidszorg werkt veel samen met bijvoorbeeld de huisarts, schoolbegeleidingsdiensten, thuiszorginstellingen, het RIAGG en het bureau Jeugdzorg. Eventueel wordt u naar één van deze instanties doorverwezen. Screening logopedie Een logopedist doet op school onderzoek naar de spraak-taalontwikkeling van kinderen in groep 1. Tandheelkundige voorlichting De tandheelkundig preventief medewerker verzorgt in groep 2 een gastles over mondgezondheid. Met behulp van een groot gebit en een grote tandenborstel wordt voorgedaan hoe de kinderen hun gebit het beste kunnen poetsen. Ook wordt gepraat over tussendoortjes en het bezoek aan de tandarts. Behalve de poetsles geeft de 22

tandheelkundig preventief medewerker adviezen aan de school over een gezond traktatiebeleid. Meer informatie over de Jeugdgezondheidszorg? Heeft u vragen, wilt u een advies of meer informatie over de Jeugdgezondheidszorg? U kunt altijd bellen, ook als uw kind ‘niet aan de beurt’ is voor een onderzoek. Van maandag tot en met vrijdag kunt u bellen met een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, doktersassistente, logopedist, tandheelkundig preventief medewerker van de GGD Regio IJssel-Vecht, Zeven Alleetjes 1, 8011 CV Zwolle, Postbus 1453, 8001 BL Zwolle. Telefoon: 038-4281500. Activiteiten gericht op de school De school heeft een belangrijke taak in het beschermen en bevorderen van de gezondheid van kinderen. De GGD ondersteunt leerkrachten, leerlingen en ouders hierbij. Bijvoorbeeld door het helpen opzetten van een project over genotmiddelen of veiligheid. Daarnaast biedt de GGD folders aan, bijvoorbeeld over drukke kinderen. Ook leent ze lesmateriaal uit over uiteenlopende thema’s, bijvoorbeeld beweging, gezonde voeding, dood en rouwverwerking. Verder geeft de GGD advies aan de school over de bestrijding van hoofdluis en besmettelijke ziekten zoals hersenvliesontsteking. Tenslotte controleert de GGD de veiligheid en hygiëne op school en adviseert de school hierover. 4.6

De begeleiding van de overgang naar het Voortgezet Onderwijs

Na groep 8 gaan de kinderen naar het voortgezet onderwijs. De leerkracht van groep 8 probeert de leerlingen en de ouders hierbij zo goed mogelijk te begeleiden. Bij de definitieve schoolkeuze spelen een aantal factoren mee:  Resultaten van de Cito-toetsen.  Werkhouding  Zelfstandigheid  Motivatie van de leerling en de ouders  Sociaal-emotionele ontwikkeling  Andere factoren (bijvoorbeeld de thuissituatie) Het proces van advies naar aanmelding in stappen: 1. Eind groep 7 bespreekt de leerkracht tijdens de contactgesprekken welk advies zij verwacht. 2. In oktober/november bespreekt de leerkracht met de IB-er de voorlopige adviezen door. Ook worden deze in een leerling-bespreking besproken door het hele team. 3. In de contactgesprekken van november geeft de leerkracht een voorlopig advies. 4. De leerkracht schakelt bij twijfel deskundigen uit het voortgezet onderwijs in. Tevens kan dan nog gebruik worden gemaakt van de centrale afname van een extra toets. 5. De data van de open dagen van de verschillende VO-scholen, worden door de school bekend gemaakt. 6. In januari vinden de diverse open dagen van de scholen voor voortgezet onderwijs in de regio plaats. Hier kunt u met uw kind naar toe om in de scholen zelf te kijken en te ervaren hoe de scholen werken. Vaak gaan er een paar kinderen tegelijk hierheen, onder leiding van één of meer ouders. Als uw kind een school voor voortgezet onderwijs bezoekt tijdens schooltijd, kunt u dat regelen met de leerkracht. U hoeft hiervoor geen verlofaanvraag voor in te dienen. 7. In januari houdt onze school, samen met De Schutsluis, een informatieavond waarop zo’n 5 scholen voor voortgezet onderwijs uit onze regio zich presenteren. 8. In januari vinden tevens de cito-toetsen voor midden groep 8 plaats. De resultaten van begrijpend lezen en rekenen zijn belangrijk voor het advies en de toelating op het voortgezet onderwijs. 9. Eind januari/begin februari zijn er weer contactgesprekken. Dan wordt het definitieve advies met ouders besproken. 23

10. De leerkracht geeft aan de leerlingen de betreffende aanmeldingsformulieren mee. De ouders bepalen uiteindelijk zelf waar zij hun kind aanmelden en zijn verantwoordelijk voor de inschrijving. 11. De leerkracht stuurt informatie over de leerling naar het voortgezet onderwijs. Wanneer deze informatie in strijd is met de eisen voor dat type onderwijs, zal er extra overleg zijn tussen de leerkracht en ouders over wat de gevolgen hiervan kunnen zijn. In dit proces heeft de leerkracht ook gesprekken met de leerlingen over wat hun wensen en verwachtingen zijn. Zij kan hen informatie geven over verschillende typen van voortgezet onderwijs. Wij werken met veel scholen voor voortgezet onderwijs samen. De meeste leerlingen stromen uit naar verschillende scholen in Emmeloord en Steenwijk, maar ze kunnen ook naar Wolvega, Heerenveen of Zwolle. Elke school heeft een eigen wijze waarop de informatieoverdracht tussen de scholen plaatsvindt. 5

HET TEAM

Veel leerkrachten werken tegenwoordig in deeltijd. Groep 1,2 hebben twee leerkrachten, de groepen 5,6 en 7,8 hebben er één. Groep 3-4 heeft in de ochtenden één leerkracht. Om alles zo soepel mogelijk te laten verlopen, wordt er door de leerkrachten een klassenmap bijgehouden. Hierin wordt alles genoteerd over bijvoorbeeld het werk, de kinderen en andere belangrijke zaken. 5.1

Vervanging

Bij ziekte en/of verlof proberen we voor vervanging te zorgen. Vaak is het mogelijk dit te laten verzorgen door een duo-collega. Ook beschikken we al jarenlang over een vaste invalleerkracht, juf Ingrid, die meestal beschikbaar is. Het grote voordeel hiervan is dat zij de school en de kinderen goed kent. Binnen het bestuur is een invalcoördinator, zij regelt dat er een invaller komt als wij dat nodig hebben. Soms is dat door gebrek aan invallers niet mogelijk. In heel uitzonderlijke gevallen, als wij het intern niet kunnen oplossen, kunnen we een (bovenbouw-)groep naar huis sturen. Dit kom vrijwel niet voor, omdat wij er alles aan doen om het recht op onderwijs te waarborgen. 5.2

Stagiaires

De school biedt stageplaatsen aan voor de studenten van de PABO en de ROC-opleiding voor onderwijs- / klassenassistent. Daarnaast kennen we zgn. snuffelstages VMBO en maatschappelijke stages VO. De bovenschoolse stagecoördinator is Anne Marie Kluitenberg. Zij coördineert alle stages van alle studenten op de scholen van de Stichting Op Kop. 5.3

Deskundigheidsbevordering van de leerkrachten

De nascholing wordt ieder schooljaar beschreven in het schooljaarplan. De belangrijkste ontwikkelpunten voor het schooljaar 2011-2012:  Werken met groepsoverzichten en groepsplannen.  Verder ontwikkelen van ons taalonderwijs m.b.t. het werken met teksen.  Borgen van de werkwijze van De Vreedzame School  Borgen van de werkwijs van Topondernemers Tevens kunnen leerkrachten individueel nog werken aan hun persoonlijke ontwikkelingsplan door het volgen van studiedagen of kortlopende cursussen.

24

6

DE OUDERS

We vinden het belangrijk om de ouders daadwerkelijk zoveel mogelijk bij het schoolgebeuren en de ontwikkeling van hun kinderen te betrekken. Medezeggenschapsraad Voor het “formeel” overleg is aan onze school de medezeggenschapsraad verbonden. De medezeggenschapsraad bestaat uit 4 personen, 2 personen vertegenwoordigen de oudergeleding en 2 personen vertegenwoordigen het personeelsteam. De oudergeleding van de medezeggenschapsraad wordt middels een verkiezing gekozen. De leden namens het personeel nemen d.m.v. het taakbeleid deel aan de medezeggenschapsraad. Samengevat is de taak van de medezeggenschapsraad: Het bevorderen van de openheid, openbaarheid en onderling overleg in de school. De MR heeft zowel instemmings- als adviesrecht. In de Wet op de Medezeggenschap staan de rechten beschreven. De medezeggenschapsraad heeft de bevoegdheid om alle aangelegenheden die de school aangaan te bespreken met het bestuur. In de praktijk loopt dit overleg in eerste instantie via de eigen directeur, met wie de MR intensief contact onderhoudt. Tevens kent de Stichting Op Kop een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, waarin alle bovenschoolse zaken worden besproken. Onze school is via de kiesgroep Kleine Scholen vertegenwoordigd in de GMR. Op de website geeft de MR informatie over de punten die zij behandelen, zie www.rolpaal.nl. Ouderraad Naast de medezeggenschapsraad is ook een ouderraad aan onze school verbonden. Deze bestaat uit ca. 7 ouders en zij worden middels een verkiezing door de ouders gekozen. Jaarlijks wordt er een aantal vergaderingen gepland waarbij ook twee leerkrachten aanwezig zijn. De Ouderraad coördineert en participeert in allerlei activiteiten, die in of buiten de school plaatsvinden. Enkele taken zijn:  Klankbord voor ouders en school  Organisatie van schoolfeesten, sport- en spelactiviteiten  Organisatie van het ophalen van oud papier  Contact onderhouden met de kerstmarktcommissie en de rommelmarktcommissie.  Adviseren van de medezeggenschapsraad De ouderraadskas wordt gevormd door inkomsten verkregen uit de ouderbijdrage, aangevuld met de opbrengst van het oud papier en de kerst- en rommelmarkt. Deze ouderraadskas wordt o.a. gebruikt voor:  kosten van de kerstmaaltijd, kerststukjes, kerstbomen e.d  kosten feestavond, schoolkrant, kooklessen e.d.  sporttoernooien en avondvierdaagse  onkosten van het Sinterklaasfeest  onkosten van de Paasactiviteit  basisbedrag voor in de klassenkas.  aankleding van de school en de lokalen.  enz. Kortom, deze middelen zijn onmisbaar voor vele extra’s die ten goede komen aan de leerlingen. Eén keer per jaar organiseert de ouderraad een ouderavond, waarop zij verslag doet van haar activiteiten en verantwoording aflegt over de financiën.

25

6.1

Ouderactiviteiten

De ouders worden bij een groot aantal zaken ingeschakeld. A. Medezeggenschapsraad / Ouderraad ( zie boven ) B. Ouderhulp Een groot deel van de ouderhulp wordt geregeld door de groepsouders, waar elke groep er 2 van heeft. Zij helpen de leerkracht met allerlei activiteiten en regelen per activiteit de ouderhulp. Zij vormt hierin de schakel tussen de leerkracht en de ouders. De ouderraad heeft één lid die de taak heeft om contacten met de groepsouders te onderhouden. Bij hulp kunt u denken aan: vervoer van/naar activiteiten, het begeleiden van sportactiviteiten, het ondersteunen bij vieringen, projecten, het begeleiden van de schoolreizen, enz. C. Onderwijskundige assistentie Ouders kunnen worden betrokken bij de uitvoering van opdrachten die hun kind thuis moet doen. Tevens kunnen de ouders gericht worden betrokken bij het didactisch ondersteunen van hun kind. 6.2

Vrijwillige Ouderbijdrage

De vrijwillige ouderbijdrage wordt jaarlijks op de zakelijke ouderavond vastgesteld. Na goedkeuring van deze bedragen door de aanwezige ouders, worden deze vervolgens in de nieuwsbrief gepubliceerd. Vervolgens krijgen alle ouders/verzorgers een rekening van de penningmeester van de ouderraad. Deze vrijwillige ouderbijdrage komt ten goede van de leerling. Indien het betalen van de vrijwillige ouderbijdrage financieel niet haalbaar is, kunnen de ouders zich evt. wenden tot de directeur voor een individuele regeling. Voor het schooljaar 2011-2012 is de ouderbijdrage vastgesteld op €20,- per leerling. Hiervan kunnen de activiteiten rond Sinterklaas, Kerst en Pasen worden bekostigd. De andere uitgaven van de OR worden bekostigd uit de inkomsten van het oud papier en de rommelmarkt. De vrijwillige ouderbijdrage kan overgemaakt worden op banknummer: 301822921 t.n.v. Ouderraad de Rolpaal te Blokzijl (Rabobank Steenwijk). Sinds dit schooljaar worden de kosten voor de schoolreisjes apart in rekening gebracht bij de ouders. Lees hierover meer in hoofdstuk 11. 6.3

Informatievoorziening

Jaarplanning: Aan het begin van het schooljaar heeft elk gezin een kalender gekregen met daarin alle belangrijke data. Deze data vindt u terug in de kalender op onze site www.rolpaal.nl. Digitale nieuwsbrief: Elke dinsdag krijgen ouders en andere belangstellenden onze digitale nieuwsbrief. Deze staat dan ook op de site. In sommige gevallen wordt er op een andere dag nog een extra bericht naar uw mailadres gestuurd. Alle ‘oude’ nieuwsbrieven kunt u op de site nalezen. We sturen zoveel mogelijk informatie digitaal. Hiervoor zijn de volgende redenen: 26

  

besparing op papier- en printkosten; besparing voor het milieu; leerlingen kunnen de brieven niet kwijtraken.

Papieren nieuwsbrief: De digitale nieuwsbrief hangt uitgeprint op het ouderprikbord van school. Extra papieren informatie: Soms krijgen de leerlingen informatie op papier mee. Dit doen we als het echt praktischer is om een papieren versie mee te geven. In de digitale nieuwsbrief staat dan vermeld dat de leerlingen een briefje meekrijgen. Agendagebruik in groep 7-8: In groep 7-8 leren de leerlingen een agenda te gebruiken. Bepaalde zaken staan in hun agenda en hoeven dus niet meer in een aparte brief te worden meegegeven. Denk hierbij aan groepsuitjes, sporttoernooien o.i.d. Door een beroep te doen op hun agendagebruik, willen we hun zelfstandigheid stimuleren. Schoolgids: Elk jaar geven we een schoolgids uit. Deze staat op onze site, www.rolpaal.nl, en alle gezinnen krijgen een papieren versie. Face-to-face: Heel veel informatie vindt u niet op papier terug, maar krijgen ouders door op school te kijken en te praten met de teamleden. Ouders zijn welkom in de school. Zij kunnen met de leerkracht, IB-er of directeur praten. We nemen daarvoor direct de tijd of maken een afspraak. Ouders zijn ook welkom om in de klassen een dagdeel mee te draaien om een betere indruk te krijgen van de gang van zaken in de klas van uw kind. 6.4

Overblijfmogelijkheden (tussenschoolse opvang)

Wij bieden op school al jaren de gelegenheid om over te blijven. Momenteel is het overblijftarief vastgesteld op €1.50 per dag per kind voor structureel overblijvende kinderen. Voor incidenteel overblijven kan een strippenkaart aangeschaft worden. Deze bedraagt € 25.00 voor 10 keer overblijven en blijft gedurende de gehele schoolperiode geldig. Er is ook een XL-strippenkaart, waarmee uw kind 20 keer kan overblijven voor €45,-. Als uw kind incidenteel overblijft, of incidenteel afwezig is, wilt u dit dan tijdig doorgeven aan de overblijfkracht van die dag? Als u die niet kunt bereiken, kunt u ook de overblijfcoördinator bellen (Ingrid Neuteboom Spijker). Er zijn dagelijks overblijfouders tussen 12.00 en 13.00 uur die samen met de overblijvers eten en voor spelbegeleiding zorgen. Sinds 1 augustus 2006 is het schoolbestuur verantwoordelijk voor het overblijven op school. Vanuit de overheid worden er eisen gesteld aan de overblijfkrachten, zoals het volgen van een cursus. Het basisreglement voor het overblijven bij ons op school is bij de overblijfouders in te zien. 6.5

Buitenschoolse opvang

Voor en na schooltijd, en tijdens de vakanties, kan uw kind worden opgevangen door ‘De Vuurtoren’. Deze professionele organisatie voor kinderopvang is onderdeel van de Speelwerkgroep. Het is gehuisvest op zeer geschikte locatie bij de sportvelden. Onze school werkt samen met ‘De Vuurtoren’ Voor meer informatie: zie de adresgegevens achterin deze gids.

27

6.6

Kerst- en Rommelmarkt

Eén keer per jaar wordt er een kerstmarkt en een rommelmarkt (juni) georganiseerd. De opbrengst gaat naar de kas van de ouderraad en komt ten goede aan de leerlingen of wordt deels aan een goed doel geschonken. Ouders helpen met de organisatie, lekkernijen maken, verzorging van de muziek, het opzetten en afbreken van de markt, ze staan achter kramen, etc. Ieder jaar zien wij bij deze activiteiten een enorme betrokkenheid, inzet en saamhorigheid van de ouders. 6.7

Oud papier

Het oud papier wordt iedere eerste zaterdag van de maand door de ouders van onze school opgehaald met kraakwagens in samenwerking met mensen van het clubwerk Blokzijl. De gemeente geeft hiervoor een subsidie, wat de kas van de ouderraad weer een aardige cent oplevert. Het papier moet op die zaterdagen voor negen uur bij de stoeptegels gezet worden, daar waar een container op staat. Doe het papier wel even in een kartonnen doos of maak er met touw een stevig pakje van. Als het papier goed samengebonden is, gaat het laden van de kraakwagen veel makkelijker. Bij dit laden heeft de ouderraad hulp nodig. Op een ouderavond is besloten om een rooster samen te stellen, waarop alle ouders ingedeeld zijn. Als een ouder niet kan, zorgt hij zelf voor vervanging. We werken nu al vele jaren met het rooster en zijn zeer tevreden over deze manier van werken. Door het ophalen met kraakwagens, is één van de ouders / verzorgers slechts één zaterdagmorgen om de anderhalf jaar een paar uur bezig. 6.8

Huisbezoek

Als het eerste kind uit een gezin bij ons op school komt, gaat de groepsleerkracht voor de 1e schooldag op huisbezoek om nader kennis te maken. 6.9

Informatie over de klachtenregeling

Een klacht begint meestal met iets waarover u zich zorgen maakt of vraagtekens bij zet. In zo’n situatie kunt u de volgende stappen volgen: 1. 2. 3.

De eerste stap is altijd om met uw zorgen naar de betreffende persoon te stappen. Vaak is de meest aangewezen persoon de groepsleerkracht, maar het kan ook een ander binnen de school zijn. Komt u er samen niet uit, betrek dan de directeur erbij. Zij probeert samen met u, de groepsleerkracht of anderen, voor een oplossing te zorgen. Als het in overleg met de directeur niet tot een bevredigende oplossing komt, kunt u een ander inschakelen om u verder te helpen bij het oplossen van het probleem. U kunt verschillende wegen bewandelen, waarover in de volgende alinea’s meer informatie staat: a) U legt uw probleem neer bij de schoolcontactpersoon. b) Inzake schoolbeleid kunt u contact opnemen met een lid van de MR. c) U schakelt de regionale vertrouwenspersoon in. d) U neemt contact op met het bevoegd gezag van Op Kop. e) U schakelt de klachtencommissie in. f) In geval van seksuele intimidatie kunt u zich ook wenden tot een speciale vertrouwensinspecteur.

Nadere informatie bij bovengenoemde stappen: a) De schoolcontactpersoon is aan de school verbonden en bij haar kunt uw in vertrouwen uw klacht neerleggen. Haar functie is om uw verhaal te horen, anoniem

28

b) c)

d) e)

f)

te registreren u te adviseren bij de vervolgstappen. Zij is niet bevoegd om zelf de klacht te behandelen, maar verwijst door. In het verleden was onze schoolcontactpersoon één van de ouders, maar omdat een ouder niet meldplichtig is bij een strafbaar feit en een leerkracht wel, hebben we besloten om een leerkracht deze taak te geven. Bij ons op school is Janneke Bakker onze schoolcontactpersoon. De MR beperkt zich tot algemene en beleidszaken. Zij bespreekt geen zaken die individuele personen betreffen. U kunt door de schoolcontactpersoon doorverwezen worden naar de vertrouwenspersoon. Een vertrouwenspersoon is wel bevoegd om klachten te behandelen. In onze regio zijn vertrouwenspersonen aangesteld die u verder kunnen begeleiden bij het behandelen van een klacht. Deze vertrouwenspersonen zijn: Voor onderwijskundige zaken: Mw.drs. J.P.M. Snoek-Voorendt (medewerkster IJSSELGROEP) de Esch 1a, 7783 CG Gramsbergen. Tel. 0524-563622 Voor medische zaken: Dhr. W.J. van Essen (medewerker GGD) Zeven Alleetjes 1, 8011 CV Zwolle Tel. 038-4281533 Voor personele zaken: Arbodienst Ardyn tel. 050-5242854 (alleen voor personeelsleden). Achterin deze schoolgids vindt u de contactgegevens van het bevoegd gezag van onze overkoepelende stichting Op Kop en van de bestuursdirecteur. Onze school is aangesloten bij de “Landelijke Klachtencommissie voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs”. De klachtencommissie bestaat uit tenminste drie leden, onder wie een voorzitter die geen deel uitmaakt van het bevoegd gezag of van het team van de school. Scholen zijn verplicht alle ouders te informeren over hun klachtenregeling. U kunt van de directeur van onze school een kopie krijgen van de klachtenregeling. Bij de behandeling van een klacht kunt u zich door een ander laten bijstaan of vertegenwoordigen. Uw klacht zal altijd vertrouwelijk worden behandeld. Op de klacht moet binnen vier weken worden gereageerd. Het adres van de klachtencommissie is Postbus 85191, 3508 AD Utrecht. Tel. 030-2809590. Tot slot zijn er ook nog speciale vertrouwensinspecteurs voor klachten over seksuele intimidatie binnen het basisonderwijs. Het telefoonnummer van de vertrouwensinspecteur is 0900-1113111 (bereikbaar tijdens kantooruren).

6.10

Verzekeringen

De Stichting Op Kop heeft de volgende verzekeringen afgesloten voor de scholen: 1. Wettelijke Aansprakelijkheid Verzekerd is de aansprakelijkheid van medewerkers, vrijwilligers en leerlingen voor de periode waarin zij onder toezicht van de leerkracht staan. De verzekering dekt schade aan personen en aan zaken. Voor schade aan zaken geldt een eigen risico van €250,00 per schade. Er zijn verschillende soorten schades uitgesloten, waaronder de werkgeversaansprakelijkheid t.o.v. werknemers. 2. Schoolongevallenverzekering. Dekking van lichamelijk letsel bij leerlingen, medewerkers en vrijwilligers bij ongevallen tijdens schooltijden/schoolactiviteiten en gedurende de reis van huis naar school v.v. of reis naar een schoolactiviteit. Deze verzekering geeft een uitkering bij overlijden, invaliditeit en geneeskundige kosten. 3. Doorlopende schoolreisverzekering. De doorlopende schoolreisverzekering biedt, als aanvulling op de ongevallenverzekering, dekking van de schade voor alle reisjes en uitstapjes die door de school georganiseerd worden, voor het hele jaar. De verzekering dekt de schade aan of verlies van bagage en ziektekosten voor zover die niet door de eigen ziektekostenverzekeraar worden vergoed.

29

6.11

Onderwijsgids

Elk jaar wordt door de overheid een onderwijsgids uitgereikt aan de ouders van vierjarige kinderen. Hierin staan algemene rechten en plichten van ouders en leerlingen weergegeven. Deze gids moet u niet verwarren met de schoolgids. Indien u niet in het bezit bent van een dergelijke gids, dan zijn ze op school verkrijgbaar. 6.12

Vereniging Openbaar Onderwijs

Het V.O.O. behartigt de belangen van het openbaar onderwijs en geeft o.a. het blad Inzicht uit. Leden zijn vaak de ouders van de school, maar er zijn ook mensen lid van de vereniging, die geen kind(eren) (meer) op school hebben. 6.13

Sponsoring

Sponsoring in het onderwijs is niet nieuw. Op kleine schaal komen vormen van bijdragen aan de school voor, zoals hand- en spandiensten, advertenties in een schoolkrant enz. Wij gaan ervan uit dat sponsoring verenigbaar moet zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs in gevaar brengen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud beïnvloeden en het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. Voorbeelden van sponsoring zijn: Aanbieding van lesmaterialen, aanbieding van producten, het leveren van bijdragen aan sportdagen, reisjes enz. of bijdragen in de bouw, inrichting enz.. Mochten wij sponsoraanbiedingen krijgen, dan betrekken we altijd bovenstaande criteria in onze besluiten daaromtrent. Ook overleggen we met de MR en het bestuur.

30

7

DE ONTWIKKELINGEN VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL

Het onderwijs is steeds in beweging. We leven in een sterk veranderende maatschappij. Dat betekent dat er voortdurend nieuwe eisen en uitdagingen aan het onderwijs worden gesteld. Wij werken elk schooljaar aan een aantal verbeterpunten en invoeringstrajecten. Dit om de goede kwaliteit (zie ook het rapport op de website van de onderwijsinspectie) vast te houden en verder uit te bouwen. 7.1

Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school

In het schoolplan 2011 – 2015 staat beschreven waar we deze periode van vier jaar aan werken en hoe we dat aanpakken. De visie en de grote lijnen zijn besproken met de OR, MR en belangstellende ouders. Het huidige schoolplan is uiteraard goedgekeurd door de MR. Het schooljaarplan 2011-2012 is afgeleid van het schoolplan. De grote lijnen uit het vierjarenplan wordt in het schooljaarplan vertaald naar concrete actiepunten voor dat jaar. 7.2

Zorg voor de relatie school en omgeving

Als school staan we niet op ons zelf. We hebben contacten met de Schoolbegeleidingsdienst (IJsselgroep), de Pedagogische Academie Basis Onderwijs, het voortgezet onderwijs, de peuterspeelzaal, de buitenschoolse opvang, het bijzonder onderwijs, de bibliotheek, de Onderwijsinspectie enz. Onze belangrijkste samenwerkingspartners zijn de overige scholen voor Openbaar Basisonderwijs in Steenwijkerland/Zwartewaterland van onze Stichting Op Kop. We vormen een samenwerkingsverband waarbinnen kleinere netwerken zijn ontstaan. Tijdens deze netwerkbijeenkomsten worden afspraken gemaakt om het onderwijs op elkaar af te stemmen en er wordt wederzijds informatie uitgewisseld, zodat scholen van elkaars ervaringen kunnen leren. Ook is er regelmatig uitwisseling met Freinetscholen en Jenaplanscholen. Op het gebied van de speciale zorg voor de leerling werken we samen met een school voor speciaal basisonderwijs (de Burgemeester Voetelinkschool in Steenwijk) en een organisatie voor speciaal onderwijs (De Ambelt : Steenwijk en Zwolle). Dit gebeurt in het kader van het samenwerkingsverband Weer Samen naar School.

8

DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS

In deze schoolgids geven we ook een indicatie van de kwaliteit van het onderwijs. Het antwoord op vragen als: - hoeveel kinderen gaan er jaarlijks naar het VWO? - hoeveel kinderen blijven er per jaar zitten? - wat is de uitslag van het eindonderzoek van groep 8? is daarvoor alleen niet voldoende. De kwaliteit van het lesgeven is een heel belangrijke factor bij het bepalen van de kwaliteit van het onderwijs. Dit moet echter altijd in relatie gebracht worden met de mogelijkheden van de leerlingen. Het is bekend dat leerlingen onderling enorm verschillen. Niet iedere leerling is even goed in het leren van de basisvaardigheden. Aan het eind van de basisschool gaan de leerlingen dan ook naar verschillende vormen van voortgezet onderwijs. We willen de leerlingen goed voorbereiden op het voortgezet onderwijs, maar van een leerling die naar het VWO gaat, wordt wat anders verwacht dan van een leerling die naar het VMBO gaat. We willen uit elk kind halen wat er in zit en doen ons uiterste best om het juiste vervolgonderwijs voor onze leerlingen te kiezen.

31

8.1

Specifieke zorg voor de leerlingen

Elders in de schoolgids heeft u kunnen lezen, dat we veel zorg bieden aan leerlingen die op een bepaald onderdeel uitvallen. In uitzonderlijke gevallen wordt een leerling verwezen naar een ander type basisonderwijs: het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs. We hebben het doubleren niet helemaal afgeschaft. Een enkele keer vinden we dat een extra (verlengings)jaar een kind wat meer ruimte geeft om zich te ontwikkelen in zijn of haar eigen tempo. Hierbij kan het gaan om cognitieve vaardigheden, maar zeker ook om sociaal-emotionele redenen. Dit kan voorkomen bij de overgang van de onder- naar de middenbouw, van de midden- naar de bovenbouw of bij de overgang naar het voortgezet onderwijs. Deze beslissing wordt natuurlijk in een vroegtijdig stadium met kind en ouders besproken. U kunt hierover in hoofdstuk 4 meer lezen. 8.2

Vorderingen in de basisvaardigheden

We hanteren bij ons op school een toetsrooster. Op vaste tijdstippen worden de basisvaardigheden getoetst met toetsen, die niet bij een bepaalde methode horen. De resultaten kunnen worden vergeleken met landelijke gemiddelden. Dit geeft vaak een heel ander beeld dan het vergelijken met leerlingen uit de eigen groep. We hechten veel waarde aan deze toetsen, omdat we bij ons op school kleine groepen hebben. We hanteren de toetsen ook als middel om ons onderwijs te evalueren : In groep 2 volgen we de ontwikkeling via de “Kijk-kleuterobservatielijst”, Cito ‘Ordenen’ en ‘Taal voor kleuters’. Is de toets onvoldoende gemaakt dan wordt er middels een handelingsplan extra ondersteuning gegeven. Later in het jaar wordt dan de toets nog weer afgenomen. Soms wordt in overleg met de ouders besloten om een leerling een extra jaar te laten ‘kleuteren’. De leerling heeft dan nog behoefte aan speelse ontwikkelingsoefeningen en nog niet aan lezen, rekenen en schrijven. Het technisch lezen wordt getoetst met: 1. Herfst-, winter- en lentesignalering groep 3 2. Drieminutentoets (Cito), woordjes lezen, groep 4 t/m 8 3. A.V.I. toets, het lezen van zinnen, groep 3 t/m 8. We streven ernaar dat alle leerlingen in groep 6 kunnen lezen op het niveau van A.V.I. 9. Leerlingen die ook thuis regelmatig lezen scoren beduidend hoger op beide toetsen. Het begrijpend lezen wordt 1 keer per jaar getoetst in groep 5 t/m 8. Het rekenen wordt 2 keer per jaar getoetst met in groep 3 t/m 8. De spelling wordt 2 keer per jaar getoetst met in groep 3 t/m 8. We gebruiken hiervoor toetsen van Cito. Het eindonderzoek van groep 8 bestaat uit de Cito M-8 toetsen op het gebied van begrijpend lezen en rekenen.

32

8.3

Waar gaan onze leerlingen naar toe?

In deze schoolgids is in hoofdstuk 4.6 beschreven hoe de overgang naar het Voortgezet Onderwijs is geregeld. De afgelopen schooljaren hebben wij kinderen verwezen naar :

VWO/Gymnasium

20052006 1

20062007 1

20072008 1

20082009 1

20092010 3

HAVO/VWO HAVO

20102011 4 1

3

VMBO theoretisch

1 2

1

2

2

5 2

VMBO gemengde leerweg VMBO kader

1

VMBO basis

3

VMBO-LWOO Voortgezet Speciaal Onderwijs

1

1

1

1

1 1 1

33

9

REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN

9.1

Schooltijden

Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag

08.30 08.30 08.30 08.30 08.30

– – – – –

12.00 12.00 12.00 12.00 12.00

13.15 – 15.15 13.15 – 15.15 13.15 – 15.15 13.15 – 15.15*

* De groepen 1 t/m 4 gaan vrijdagmiddag niet naar school. Omdat de kinderen in de onderbouw in de loop van het jaar teveel lesuren draaien hebben de groepen 1 t/m 4 een aantal extra dagen in het schooljaar vrij. Deze dagen worden door de leerkrachten gebruikt voor bijscholing of schooltaken. Dit schooljaar gaat het om een beperkt aantal dagen. U wordt tijdig op de hoogte gesteld van de data. Gelet op het belang van een goede basis bij de start van het leesonderwijs geven we groep 1 t/m 4 structureel extra onderwijstijd. Onderwijstijd Op basis van onze schooltijden is de wettelijke verplichte onderwijstijd als volgt:  de leerlingen van de groepen 1 t/m 4 minimaal 880 onderwijs uren per jaar.  de leerlingen van de groepen 5 t/m 8 krijgen minimaal 1000 onderwijs uren per jaar. Onze vrije dagen zij dusdanig hierop afgestemd, dat wij hieraan voldoen. De groepen 1 t/m 4 moeten in 4 jaar voldoen aan minimaal 3520 uur verplichte onderwijstijd en de groepen 5 t/m 8 moeten in 4 jaar voldoen aan 4000 verplichte lesuren. 9.2

Ziekmeldingen

Wilt u de leerkracht zo spoedig mogelijk laten weten dat uw kind ziek is. Bij voorkeur telefonisch voor aanvang van de lessen. 9.3

Verlof aanvragen; wanneer en hoe?

In heel bijzondere omstandigheden kan een kind buiten de schoolvakanties vrij krijgen. Dit is geregeld in de leerplichtwet. Die bijzondere omstandigheden zijn kort samengevat: - Religieuze feestdagen - Gewichtige omstandigheden (bijvoorbeeld een huwelijksfeest of bij ziekte of overlijden van een naaste) - Beroep van de ouders (als het gezin door de aard van het beroep niet ten minste 2 weken in één van de schoolvakanties met vakantie kan) Wij houden ons aan de leerplichtwet en geven dan ook geen toestemming voor verlof buiten deze regelgeving. Daarvoor hebben wij de volgende redenen: - Het recht van kinderen op onderwijs is ons dierbaar. - Wij willen uitdragen dat we elke schooldag leren en wij dat belangrijk vinden voor iedereen. - Eenduidig omgaan met de afspraken voor iedereen, bevordert de saamhorigheid in de school. Als u verlof wilt aanvragen, wilt u dat dan zo vroeg mogelijk doen? U kunt daarvoor bij de directeur terecht en u krijgt dan een formulier mee. Een uitgebreide beschrijving van de verlofregeling, kunt u bij de directeur opvragen. De school heeft geregeld contact met de leerplichtambtenaar van gemeente Steenwijkerland. U kunt zelf ook met vragen bij haar terecht.

34

9.4

Regels in geval van schoolverzuim

In de klas voeren we een strikte administratie van de aanwezigheid van de kinderen. Als een kind niet aanwezig is, en de reden is bij de groepsleerkracht niet bekend, dan probeert de leerkracht eerst zelf telefonisch contact te krijgen met de ouders. Het verzuim wordt genoteerd en gemeld bij de directeur. Lijkt er sprake te zijn van ongeoorloofd verzuim, dan is de directeur verplicht dat te melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. 9.5

Gronden van vrijstelling van het onderwijs

Het bevoegd gezag kan op verzoek van ouders een leerling vrijstellen van het deelnemen aan bepaalde onderwijsactiviteiten die binnen de schooltijden gegeven worden. De leerlingen die bepaalde onderwijsactiviteiten niet volgen, krijgen vervangende onderwijsactiviteiten aangeboden. 9.6

Regels voor toelating

Leerlingen mogen toegelaten worden op de dag dat ze 4 jaar zijn. Daaraan voorafgaand mogen ze vanaf de dag dat ze de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden hebben bereikt 5 dagdelen op school komen om alvast te wennen. Het hangt van het tijdstip in het schooljaar en van de schoolorganisatie af wat praktisch is in het afspreken van de wendagen. Als leerlingen 4 zijn, gaan zij in de eerste periode alleen de ochtenden naar school. In het gesprek tussen de ouders en de leerkracht van groep 1-2 zullen bovenstaande zaken aan de orde komen en worden er concrete afspraken gemaakt. Tussentijdse toelating van nieuwe leerlingen: Soms willen we eerst een en ander bespreken voordat we besluiten om een kind bij ons op school toe te laten. Meestal gaat het dan om kinderen die specifieke aandacht nodig hebben. Het is dan prettig om over en weer verwachtingen uit te spreken en samen de balans op te maken van wat wij kunnen bieden. Samen kunnen we dan beslissen of wij het betreffende kind voldoende kunnen bieden of dat een andere school misschien beter geschikt is. We vinden het belangrijk om teleurstellingen te voorkomen en willen graag dat al onze leerlingen met plezier en goede leerprestaties hun schooltijd bij ons doorbrengen. Voor kinderen die al op een andere basisschool hebben gezeten volgen wij de volgende procedure (dit geldt niet bij een reguliere verhuizing naar Blokzijl): er is een gesprek met de directeur waarin o.a. de reden van aanmelding wordt besproken. er wordt contact opgenomen met de vorige school en alle relevante gegevens worden opgevraagd. de bevindingen worden gebundeld en daarna besproken in een vergadering. In deze vergadering wordt het besluit genomen of het kind wordt toegelaten. de ouders krijgen bericht over de uitslag van de procedure. Eventueel wordt er een plan van aanpak opgesteld dat door ouders en school ondertekend wordt.

35

9.7

Vakantierooster 2011-2012

Vakantie

Datum

Eerste schooldag

05-09-2011

Herfstvakantie

24-10-2011 t/m 29-10-2011

Kerstvakantie

24-12-2011 t/m 06-01-2012

Voorjaarsvakantie

27-02-2012 t/m 02-03-2012

Paasweekend

06-04-2012 t/m 09-04-2012

Meivakantie

30-04-2012 t/m 04-05-2012

Hemelvaartweekend

17-05-2012 t/m 18-05-2012

Pinksterweekend

28-05-2012

Zomervakantie

23-07-2012 t/m 31-08-2012

We kennen in het jaar twee toetsperioden (januari en juni). We pleiten ervoor in deze perioden geen gebruik te maken van de verlofregelingen, zodat de kinderen ongestoord hun toetsen kunnen maken.

36

10

DE DAGELIJKSE GANG VAN ZAKEN

10.1

School- en groepsregels

Afspraken betreffende het in- en uitgaan van de school Op het schoolplein wordt gelopen (fiets aan de hand!), omdat er ook kinderen aan het spelen zijn die niet steeds opletten of er iemand aankomt. De fietsen van de onder- en middenbouw worden op het tegelplateau rechts van het schuurtje neergezet, en de fietsen van groep 7 en 8 in de fietsenrekken onder het dak. Veel kinderen vinden het fijn om een poosje voor aanvang van de lessen op school te zijn. Ze kunnen dan nog even spelen. Ouders/verzorgers zijn ook binnen van harte welkom. Vaak zijn kinderen trots op hun werk en willen ze dat graag laten zien. We vinden het fijn om ouders geregeld te zien, het verhoogt de betrokkenheid tussen school en thuis. Wel willen we op tijd met de lessen beginnen, dus om 08.30 uur en 13.15 uur ! Tussen de middag zijn de leerlingen vanaf 13.00 uur weer welkom. Tot die tijd is er een overblijfhulp en die heeft alleen verantwoordelijkheid voor de overblijfkinderen. Vanaf 13.00 uur is er een van de leerkrachten op het plein om toezicht te houden. Omdat er maar één leerkracht op het plein toezicht kan houden, wordt er om 13.00 uur niet op het veld gespeeld. Aan het eind van de ochtend of middag gaan de klassendeuren open en is iedereen welkom om een kijkje te komen nemen. De kleuters moeten in de kring blijven zitten totdat ze daadwerkelijk door ouders/verzorgers/oppas uit het lokaal mee naar huis worden genomen. Zowel in de hal voor als achter staan vakkenkasten waarin de leerlingen van groep 3 t/m 8 hun tas kwijt kunnen. De meeste kinderen hebben een eigen vak. Sommige kinderen delen een vak. Voor groep 1-2 is er voldoende ruimte voor de tassen en de jassen aan de kapstok. Aan de kapstokken zijn voldoende haken voor alle jassen. De pauze De pauze is dagelijks van 10.30 uur tot 10.45 uur. Alle groepen zijn dan tegelijk op het plein. We vinden het belangrijk om met zijn allen buiten te zijn, het is fijn om samen te spelen en goed om rekening met elkaar te leren houden. Alleen als het regent blijven we binnen. We zorgen er voor dat er altijd een leerkracht op het plein is. Als iets niet goed gaat kan zij bijspringen en helpen om het op te lossen. Voor de pauze begint, kunnen de leerlingen in de klas hun meegebrachte pauzehapje op eten en drinken. We willen graag dat de leerlingen gezonde dingen mee naar school nemen zoals fruit of een boterham, en geen koeken met chocola en snoep. Groepsregels Elke groep heeft zijn geschreven en ongeschreven regels en gewoonten. Bij ons op school vinden we respect voor elkaar erg belangrijk. We proberen in onze groepen een sfeer te creëren van hulp naar elkaar toe en van acceptatie van verschillen. Iedere leerling heeft sterke en zwakke kanten of die nu op het gebied van sociale omgang, tekenen, rekenen, lezen of sport liggen. Ondanks de verschillen in de groepen trachten we een aantal gelijkluidende afspraken te maken met de leerlingen voor het werken in de klas. Voorbeelden daarvan zijn: * Alle kinderen krijgen een vulpen als hun handschrift daaraan toe is (meestal in groep 4). De pen die de kinderen krijgen is voorzien van een grip om de pen op een juiste manier vast te houden. Als het schrijven met een vulpen niet lukt kunnen we in individuele gevallen afspreken dat een leerling met bijv. potlood of balpen gaat schrijven. Bij verlies of vernieling door onzorgvuldig gebruik van de schoolvulpen, vragen wij een vergoeding voor de aanschaf van een nieuwe vulpen. 37

* In alle groepen werken we met een takenbord. Het gaat hier om taken zoals: schriften uitdelen, vegen, planten water geven, e.d. Daardoor zijn alle kinderen medeverantwoordelijk voor hun eigen groep en de school. Taken worden samen bepaald en door het takenbord heeft iedere leerling regelmatig een bepaalde beurt. * De leerlingen mogen zelf de materialen die ze nodig hebben pakken. Daarom staan in de groepen veel halfopen kasten. Voor of achter in de groep staan bakken of laatjes waar ze het werk dat nagekeken moet worden kunnen inleggen. 10.2

Als het niet zo goed gaat, wat dan?

Op school hechten we veel waarde aan sociale veiligheid voor kinderen, leerkrachten en ouders. Daarom kennen we een Veiligheidsplan en werken we structureel met de aanpak van de Vreedzame School. Binnen het Veiligheidsplan van de Stichting Op Kop staan duidelijke afspraken over preventief en incidentbeleid. Daarnaast zijn afspraken gemaakt over de registratie en evaluatie (bijv. het ongevallenregister). In de bijlagen van het Veiligheidsplan zijn protocollen opgenomen over bijv. agressie en geweld, gebruik van internet en email. Dit Veiligheidsplan geldt voor alle scholen van de Stichting en is vastgesteld door het bestuur en de GMR. Als een kind er moeite mee heeft om zich aan de schoolafspraken te houden dan zal de groepsleerkracht eerst proberen om het gedrag van de leerling te corrigeren. Dat kan gebeuren door nog eens een afspraak te herhalen, met het kind te praten, het even apart te zetten enz. Het kan gebeuren dat een leerling na schooltijd moet blijven, omdat alle andere maatregelen geen effect hadden (dit laatste gaat altijd in overleg met de ouders). Als een leerkracht geen effectieve afspraken meer met een leerling kan maken kan hij of zij de hulp in roepen van de intern begeleider of de directeur. Deze zullen de gebruikelijke afspraken nog eens met de leerling doornemen en ook de ouders van het kind inschakelen om afspraken te maken. Regels voor schorsing en verwijdering van leerlingen Op de openbare basisscholen van de Stichting Op Kop werken we met een protocol. Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er worden kunnen drie vormen van maatregelen genomen worden: *Time-out *Schorsing *Verwijdering Time-out Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:  In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd.  Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out gemotiveerd op de hoogte gebracht. Als de veiligheid voorop staat moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders/verzorgers. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders/verzorgers niet te bereiken zijn. Eventueel is het verwijderen uit de klas en opvang elders een oplossing.  De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal 1 week. In beide gevallen dient de school vooraf of (indien dat niet mogelijk is) zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders/verzorgers.  De ouder/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig. 38



 

Van het incident en het gesprek met de ouders/verzorgers wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend. Time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school: daarom wordt er geen aantekening van de time-out gemaakt in het dossier van de leerling, maar van het incident. De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag.

Schorsing Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het Openbaar onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:  Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd.  Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden. Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren.  De schorsing bedraagt maximaal drie weken en kan hooguit twee maal worden verlengd. Wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag geen verkapte verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.  De ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen.  Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen.  Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: *Het bevoegd gezag *De ambtenaar leerplichtzaken *De inspectie onderwijs  Ouders/verzorgers kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen veertien dagen op het beroep. Verwijdering Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling van het Openbaar onderwijs is hierbij van toepassing Hierbij gelden de volgende voorwaarden:  Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag.  Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders/verzorgers ter kennis wordt gesteld en door de ouders/ verzorgers voor gezien wordt getekend. 39

     

Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar: *De ambtenaar leerplichtzaken *De inspectie onderwijs Het bevoegd gezag informeert de ouders/verzorgers schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders/verzorgers gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.

40

11

HET SCHOOL A-B-C

Afscheid van groep acht Acht jaar basisschool gaan sneller voorbij, dan je aan het begin kon bedenken en soms zou willen. In overleg met de Ouderraad en de schoolverlaters bedenken we iets bijzonders voor de laatste woensdag- of donderdagavond van deze acht schooljaren. Apparaten mee naar school In één van onze leerlingenraadsvergaderingen is besproken dat we niet willen dat kinderen (dure) apparaten meenemen naar school. Denk aan mobiele telefoons, tablets, DS, muziekapparatuur e.d. Als het kwijtraakt of beschadigt, geeft dat problemen. Mocht het toch nodig zijn (uw kind heeft bijvoorbeeld na schooltijd een mobiele telefoon nodig), dan levert hij/zij dit direct in bij de leerkracht en wordt het op een centrale plek bewaard. Het gebruik van mobiele telefoons of spelcomputers is tijdens de schooldag niet toegestaan. Computers ICT past naadloos in onze ontwikkelingen. Het is een hulpmiddel waardoor ons onderwijs nog beter kan worden afgestemd op individuele behoeften en mogelijkheden. Met behulp van computers kunnen leerlingen makkelijker schrijven, corresponderen, werkstukken maken, oefenen en zelfstandig informatie verwerven. Leerkrachten hebben meer tijd om individuele ondersteuning te bieden. Leerlingen zijn over het algemeen ook na schooltijd welkom ons computersysteem te gebruiken. Zij moeten eerst aan hun eigen leerkracht vragen of het op dat moment kan. Tijdens teamvergaderingen laten wij dit bijvoorbeeld niet toe, omdat er dan geen toezicht is. Uiteraard hebben we met de leerlingen afspraken over wat we denken wat wel en niet toelaatbaar is. Meestal is ook bij gebruik in de klas een leerkracht aanwezig. Aangezien leerkrachten na schooltijd hun eigen taken hebben, nemen wij wel afstand van de verantwoordelijkheid voor wat de leerlingen op de computers doen. Cultuureducatie De commissie van kunst op school zorgt er ieder jaar voor dat de leerlingen allemaal naar een voorstelling in een theater gaan of een culturele activiteit op of rondom de eigen school volgen. Foto’s en filmmateriaal van leerlingen Regelmatig worden er op school foto’s gemaakt bij de verschillende activiteiten. Sommige foto’s worden op de website van de school geplaatst. Ouders die daar bezwaar tegen hebben moeten dit zelf kenbaar maken bij de school. Het kan ook gebeuren dat er video-opnamen in de klas worden gemaakt. Dit is altijd voor intern gebruik op school. Ook hiervoor geldt dat ouders zelf kenbaar moeten maken indien ze daar bezwaar tegen hebben. Gymnastiek Alle leerlingen krijgen lessen lichamelijke oefening. Dit gebeurt op dinsdag en donderdag in De Ploats (gymzaal). Voor de binnenlessen zijn gymschoenen verplicht (de gymschoenen van de kinderen in groep 1-2 blijven op school). Vanaf groep 3 dragen de kinderen een gymbroek/T-shirt (of een gympakje). De leerlingen van de bovenbouw hebben ook een handdoek nodig, zodat er na afloop 41

gedoucht kan worden. Uit het oogpunt van hygiëne willen we graag dat de leerlingen hun gymkleren wekelijks mee naar huis nemen om ze te laten wassen. Deodorant wordt alleen toegestaan in de vorm van een roller. Hoofdluis Een groep ouders controleert de leerlingen op school regelmatig op hoofdluis (meestal na een vakantie). Als er hoofdluis wordt aangetroffen worden de ouders van het kind door school geïnformeerd. Voor onze visie op het voorkomen en de behandeling van hoofdluis bestaat een protocol. Dit is op school opvraagbaar en staat op onze site. Jaarlijkse feestavond Elk jaar organiseert de school een avond in 'De Ploats' voor leerlingen, ouders, familie, kennissen en oud-leerlingen. Het grootste deel van de avond wordt gevuld met toneel van de leerlingen. Het lijkt ieder jaar weer een hele toer om iets origineels te bedenken, maar als de leerlingen van groep 7 en 8 eenmaal aan het schrijven gaan, komt er iedere keer weer wat moois uit. Ook dit schooljaar komt er vast en zeker weer een zelfgeschreven toneelstuk waar alle kinderen een bijdrage aan zullen leveren. Kerstmaaltijd In de week voor de kerstvakantie organiseren we op de donderdagavond een feestelijke kerstmaaltijd. We gaan ‘s avonds in de mooiste kleren naar school om samen met elkaar te genieten van een overheerlijke maaltijd. De bereiding van de maaltijd wordt gedaan door leerlingen van groep 7-8. Het kerstdiner is primair bedoeld als feest voor de kinderen. Maar we houden ook graag het gebruik in ere dat er gasten worden uitgenodigd bij een kerstdiner. Om alle ouders de gelegenheid te geven een paar keer aan te schuiven, nodigen we als gasten uit:  Ouders van leerlingen die tussen deze en voorgaande Kerst zijn ingestroomd (meestal groep 1).  Ouders van leerlingen die tussen deze en volgende Kerst zullen uitstromen (meestal groep 8). Kleding Er wordt op school regelmatig gewerkt met verf, ecoline, lijm, stiften enz. Bij de meeste materialen die we kopen wordt aangegeven dat ze uitwasbaar zijn. Daar letten we bij aanschaf op. Ook hebben we schorten die de leerlingen kunnen aantrekken. Toch is dit alles geen garantie en gaat er soms wat mis. Laat uw kind dus niet te kwetsbare kleding aantrekken als ze naar school gaan. Kunstraad Vier keer per jaar gaat de kunstraad, bestaande uit leerlingen uit alle groep, naar de Kunstuitleen in Emmeloord om een kunstwerk voor de school uit te zoeken. Laatste schooldag De laatste dag van het schooljaar geven we altijd een extra feestelijk tintje.

42

Meedoen in de groep Ouders en verzorgers kunnen rustig één of meerdere ochtenden of middagen in een groep meedoen. We vinden dit heel nuttig. Ouders kunnen dan inzicht krijgen in de dagelijkse gang van zaken en hun kind zal het heel fijn vinden. Belangstelling voor hun werk is altijd stimulerend. Niemand hoeft bang te zijn dat het bezoek storend werkt voor de groep. De leerlingen zijn het gewend en werken bijna altijd gewoon verder. Op stap met de groep Natuurlijk komt het regelmatig voor dat we met onze groepen op stap gaan. Denk bijvoorbeeld aan schoolreizen en excursies. We hebben dan een aantal afspraken waar we ons aan trachten te houden: Onderweg verwachten we van de kinderen dat ze rustig lopen en zich verder net zo gedragen als in de klas, dus behulpzaam en met respect voor elkaar. Rookvrije school Onze school natuurlijk rookvrij. Wij vragen u op het schoolplein niet te roken. We zien een rookvrije omgeving als een goed voorbeeld en willen de leerlingen niet confronteren met sigarettenrook. Ook met schoolreisjes en klassenuitjes vragen wij u ons rookbeleid te steunen en niet te roken in het zicht van de kinderen. Schoolfoto’s De ouderraad kiest regelt jaarlijks een schoolfotograaf. Schoolreisjes Groep 1 t/m 6 gaan 1 dag op reis. Groep 7-8 gaat drie dagen op schoolkamp. De bestemmingen van de reisjes wisselen ieder jaar, zodat ze in acht jaar op steeds verschillende plekken komen en heel verschillende ervaringen opdoen. De bestemmingen voor dit schooljaar zijn nog niet bekend. Vorig schooljaar waren de kosten van de schoolreisjes ongeveer als volgt: Groep 1-2: €20,- per leerling Groep 3-6: €40,- per leerling Groep 7-8: €65,- per leerling De school vraag de ouders om de schoolreisjes te betalen. Dit wordt dan niet meer via de ouderbijdrage en de OR geregeld. De bedragen zullen in dezelfde orde van grootte zijn. U kunt in februari/maart de rekening verwachten. Schoolsport  We gaan met onze kinderen meestal naar een aantal sporttoernooien toe. Zowel de jongens als de meisjes doen mee aan het schoolvoetbaltoernooi georganiseerd voor de basisscholen van de voormalige gemeente Brederwiede.  In september doen we met groep 7-8 mee aan de schoolsportdag, per toerbeurt georganiseerd door de Prins Willem Alexanderschool te Blankenham, Burgemeester de Ruiterschool te Kuinre, De Schutsluis te Blokzijl en natuurlijk onze school.  De organiserende school is tevens de ontvangende school. Natuurlijk is ouderhulp van alle deelnemende scholen van harte welkom.  We doen elk jaar mee aan het Sportstimuleringsproject. De leerlingen van de groepen 6, 7 en 8 krijgen daarvoor in januari een keuzeboekje uitgereikt.  Als er de gelegenheid voor is, gaan we met de hele school schaatsen.  In mei of juni kunnen de leerlingen mee doen aan de Avondvierdaagse, afwisselend in Oldemarkt of St. Jansklooster.  Jaarlijks wordt de Schutsluisloop georganiseerd door de CBS De Schutsluis te Blokzijl.  Er wordt per toerbeurt een damtoernooi georganiseerd door De Schutsluis en onze school. Dit jaar is De Schutsluis aan de beurt.

43

Schoonmaken van de materialen Twee keer per jaar worden alle materialen in school een keer extra schoongemaakt. Vanaf groep 5 doen de leerlingen dat zelf. Voor de groepen 1-4 vragen we de hulp van ouders op een avond in de laatste schoolweek. Ook in het midden van het schooljaar is het in de onderbouw vaak nodig om een schoonmaakavond te organiseren. Wie niet op een avond kan krijgt iets mee om thuis schoon te maken of te wassen. Sinterklaas Bij ons op school komt Sinterklaas bij de groepen 1 t/m 4 op bezoek. Zij krijgen een cadeautje van Sinterklaas. In de week voor de Sinterklaasviering is er een werkavond met de ouders van de leerlingen van groep 1 t/m 4. Alle ouders helpen dan mee om de school in Sinterklaasstemming te versieren. De groepen 5 t/m 8 kopen voor elkaar een cadeautje en maken daar een surprise van. Ook is het leuk als er een gedicht bij wordt gemaakt. We gaan ervan uit dat een kind uit groep 5 niet meer gelooft in Sinterklaas. Mocht dit problematisch zijn, wilt u dan bijtijds contact opnemen met de leerkracht? Tuin Voor de school ligt een keurig verzorgd moestuintje. Twee betrokken buren van onze school onderhouden deze tuin en vertellen de kinderen regelmatig over het reilen en zeilen in de tuin en laat ze meehelpen bij het zaaien, planten, onderhoud en oogsten. De opbrengst wordt in de hal aan de ouders / belangstellenden verkocht. De opbrengst wordt toegevoegd aan de klassenkas van groep 7/8 en van de opbrengst worden ook de gereedschappen, zaden e.d. betaald.

Verjaardagen Leerlingen Bij een verjaardag hoort iets lekkers. Wij geven de voorkeur aan ‘gezonde’ traktaties. Voor het maken of opwarmen van een traktatie kan er gebruik gemaakt worden van de keuken. Leerkrachten Om de verjaardagen van de leerkrachten te vieren organiseren we een gezamenlijke juffen- en meesterdag. Via de groepsouders zult u tijdig horen wat hiervoor geregeld wordt. We laten ons graag (een beetje) verrassen.

Verkeer We vragen ouders om kinderen die met de auto worden gebracht, niet recht voor de school af te zetten. Daar is het vaak druk met kinderen. Veiliger is het om van de parkeerplekken gebruik te maken die vlak naast de school zijn. In alle groepen wordt aandacht besteed aan verkeerslessen, soms ook in projectvorm. De kinderen van groep 7 en 8 doen mee aan het theoretische verkeersexamen.

44

12.

NAMEN & ADRESSEN

12.1

School

OBS De Rolpaal Groenestraat 32 8356 DB Blokzijl : 0527 - 291627 @ : [email protected] www.rolpaal.nl

Onder schooltijden is de school bereikbaar via het telefoonnummer van de school, in de avonduren en in de weekeinden kunt u bij calamiteiten de directeur bereiken op het privénummer van de directeur zoals vermeld in de bijlage bij deze schoolgids. Indien de directie niet bereikbaar is, kunt u contact opnemen met een van de andere teamleden. In de vakanties kunt u tijdens kantooruren, bij ernstige gebeurtenissen, het stafbureau van Op Kop bellen op telefoonnummer 0521-362520

Team Hier vindt u de namen van de leden van ons team en commissies. De ouders van onze school krijgen een bijlage waarin ook de adressen en telefoonnummers staan Ina Klinkenberg Janneke Bakker-Kikstra Betty de Haan Karina Hakkers Rona Kuik Janny Eissen Francina Portiek Ingrid Neuteboom Spijker Geertje Goedegebure Marijke Westerveld Sitta Bosman Saskia Linthorst Joke Klinkert

(directeur) (leerkracht groep 1-2) (leerkracht groep 1-2) (leerkracht groep 3-4) (invalleerkracht groep 3-4) (leerkracht groep 5-6) (leerkracht groep 7-8) (extra ondersteuning in groep 7-8 en tevens invalkracht) (intern begeleider) (ambulant begeleider) (ambulant begeleider) (administratie) (interieurverzorgster)

Medezeggenschapsraad Mathilde Boes Annique Rabbinge Janny Eissen Janneke Bakker-Kikstra

(ouder, voorzitter) (ouder) (personeel) (personeel)

Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Onze school wordt hierin via de kieskring `kleine scholen´ vertegenwoordigd door Janneke Bakker Ouderraad Renate Polkerman Dick Koolhof Masja Kielstra Claudia Merschen Mourad Malek Klaas Homme Lijster Ina Knol

(voorzitter) (vice-voorzitter) (secretaris) (penningmeester) (lid) (lid) (lid)

Overblijfcommissie Ingrid Neuteboom Spijker André Neuteboom Spijker Monique Bos Judith Kos Renah Mekkelholt Anneke ter Schure

(coördinator)

45

Groepsouders Groep 1 – 2 Ilona Silverhuis en Manon van Tienhoven

Groep 3 - 4 Silvy Doeven en Marianne Malek

Groep 5 - 6 Jolanda Lijster en Jeannette Klarenbeek

Groep 7 - 8 Monique Bos en Judith Kos

12.2 Overige Bevoegd gezag: Stichting Op Kop Eendrachtsplein 1 8355 DL Giethoorn Postbus 2225 8355 ZJ Giethoorn  0521 – 362520 www.stichtingopkop.nl Algemeen directeur: Mevr. A.Weterings, Eendrachtsplein 1 8355 DL Giethoorn  0521 - 362520 [email protected] Inspectie van het Basisonderwijs: Rijksinspectiekantoor Zwolle, Hanzelaan 310 / Postbus 10048, 8000 GA Zwolle  038 - 4695400 www.owinsp.nl Vertrouwensinspecteur  0900 - 1113111 Landelijke Klachtencommissie Postbus 162, 3440 AD Woerden  0348-405245 www.lgc-lkc.nl Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Postbus 249 7600 AE Almelo  0546 – 537120 Schoolcontactpersoon O.B.S. De Rolpaal Janneke Bakker (leerkracht)  0512-549150

46

Kinderopvang ‘De Vuurtoren’ Kanaalweg 3b 8356 VS Blokzijl  06-21865798 www.speelwerk.net Vertrouwenspersonen namens het bestuur: Mw.drs. J.M.P.C. Snoek-Voorendt Markt 7b 7772 AE Hardenberg  0523-271000 (onderwijskundige zaken) Dhr. W.J. van Essen Zeven Alleetjes 1 8011 CV Zwolle  038-4558961 (medische zaken) GGD IJsselland, afdeling Jeugdgezondheidszorg. Postbus 1453, 8001 BL Zwolle. Mevr. A. Leer : schoolarts Mevr. J. Kwant : assistente Mevr. I. v.d. Wekken : schoolverpleegkundige Mevr. J. Stuurop : tandheelkundig preventief medewerker Mevr. H. Kasper : logopediste Algem. telefoonnummer: 038 – 4281500 IJsselgroep (schoolbegeleidingsdienst) Tukseweg 73, 8331 LB Steenwijk.  0521 – 537400 www.ijsselgroep.nl Freinetbeweging Dhr. Jimke Nicolai  0591-514382 www.freinet.nl Jenaplanvereniging Stafbureau  0575-571868 www.jenaplan.nl Informatie- en advieslijn voor ouders over onderwijs  0800 - 5010

Schoolgids O.B.S. De Rolpaal

pagina 47

13

NOTITIES

Schoolgids O.B.S. De Rolpaal

pagina 48