Samenwerken om sociale participatie te vergroten
Over samenwerking tussen een GGZ, FACT team en WonenPlus, een maatschappelijke organisatie
Inhoudsopgave
Inleiding
pag. 2
Uitgangspunt
pag. 2
Samenwerking en successen
pag. 3
Ontwikkeling Maatschappelijk Steunsysteem
pag. 5
Netwerktafel
pag. 5
Bespreking en knelpunten
pag. 6
Conclusie
pag. 8
Literatuur
pag. 8
Bijlage: schema samenwerking
pag. 9
-1
Inleiding Dit artikel gaat over de samenwerking tussen een maatschappelijke organisatie, het WonenPlus project Alkmaar en een GGZ FACT wijkteam van de instelling Geestelijke Gezondheidszorg Noord-Holland Noord (GGZ NHN) . Het doel van de samenwerking is om de sociale participatie van mensen met een psychiatrische beperking te vergroten. Mensen met psychiatrische beperking hebben een kleiner netwerk, voelen zich eenzamer dan de gemiddelde Nederlander. Daarnaast valt op dat hulpverleners en de cliënten oplossingen vinden die het netwerk beperkt houden. In het artikel wordt stil gestaan bij succes en faalfactoren in de samenwerking. Na een introductie van beide organisaties in de eerste paragraaf, wordt in paragraaf 2 de samenwerking en enkele succesvolle situaties beschreven. De ontwikkeling van samenwerking komt in de derde paragraaf naar voren, in paragraaf 4 worden enkele dilemma’s genoemd. Als laatste worden enkele conclusies genoemd. Uitgangspunt Dat de langdurende zorg meer zichtbaar moet worden in de samenleving wordt geïllustreerd door het volgende stuk van GGZ Nederland: GGZ zet in op meer verbinding met de samenleving. De langdurende ggz wil meer zichtbaar worden in de samenleving. Daarbij wil de ggz zijn maatschappelijke rol versterken om beter op te komen voor de belangen van cliënten. De ggz wil dit doen door zijn brugfunctie naar reguliere maatschappelijke instanties verder uit te bouwen en er zo aan bij te dragen dat de toegankelijkheid van deze instanties voor burgers met een ernstige psychische aandoening wordt vergroot. Het gaat hier om instanties als het welzijnswerk, schuldhulpverlening, gemeentelijke voorzieningen, het verenigingsleven, woningcorporaties, arbeids- en re-integratiebureaus en onderwijs. Deze samenwerking willen we concretiseren in regionale maatschappelijke steunsystemen, onder regie van de gemeente. Kwaliteitsverbetering gericht op samenhang en toegankelijkheid. Investeren in de kwaliteit van zorg is nodig. Behandeling moet beter beschikbaar zijn en continuïteit, flexibiliteit en toegankelijkheid zijn daarbij essentieel. Hiervoor is het noodzakelijk om te investeren in de implementatie van beschikbare richtlijnen, om te werken aan (regionale) zorgprogramma’s en om de zorg in samenhang te organiseren. Dat vraagt om een goede regie op de organisatie en de kwaliteit van zorg door de ggz en zijn stakeholders. Uit: Naar herstel en gelijkwaardig burgerschap, GGZ Nederland, 2008 WonenPlus WonenPlus Alkmaar en een wijkteam van de langdurende psychiatrie van GGZ NHN hebben een verbinding gevonden die resultaten opgeleverd heeft. WonenPlus Alkmaar “helpt alle ouderen, mensen met een beperking en chronisch zieken zodat ze zo plezierig mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen.” Dat doen zij door vrijwilligers in te zetten die mensen kunnen helpen op divers gebied van wonen, welzijn en zorg met praktische dienstverlening en persoonlijke ondersteuning. WonenPlus Alkmaar had enige ervaring met de doelgroep vanuit de psychiatrie. FACT vijfde wijkteam GGZ NHN Het vijfde wijkteam spant zich in voor mensen met een langdurende psychiatrische handicap. Dit wijkteam werkt volgens het FACT model. De zorg wordt op maat geleverd door diverse hulpverleners. Als er meer zorg nodig is, kan er ook meer zorg geleverd worden. Behalve de focus op het behandelen en begeleiden rond de psychiatrische beperking, wordt er met de cliënten ook gekeken hoe zij zo goed mogelijk gebruik kunnen maken van het aanbod in de maatschappij.
-2
Convenant In 2006 sloot WonenPlus een convenant af met diverse instellingen die mensen begeleiden met een handicap, onder andere verstandelijke beperking, lichamelijke beperking en psychiatrische beperking. De verdere invulling van samenwerking werd door de directie van de langdurende zorg van GGZ NHN aan de wijkteams overgelaten. Het vijfde wijkteam, een pas opgezet (juni 2006) wijkteam, zocht al snel de samenwerking met WonenPlus om zich te oriënteren hoe de samenwerking ten gunste kon vallen voor de doelgroep. Het doel van WonenPlus is mede zorg te dragen dat onder andere de doelgroep van mensen met een psychiatrische beperking zo plezierig mogelijk zelfstandig kunnen wonen. Je meldt je aan bij WonenPlus als abonnee. Na een intakegesprek wordt gekeken of degene die zich aanmeldt alleen een dienst vraagt of ook mogelijk een vrijwilligersdienst kan leveren. Het doel van het wijkteam is onder andere het netwerk te vergroten van deze doelgroep. Veel mensen hebben een klein netwerk, zij noemen familie en professionals het vaakst. Samenwerking en successen De samenwerking is in verschillende fasen te beschrijven. Initiatieffase WonenPlus sluit een convenant af met onder andere de GGZ NHN divisie langdurende psychiatrie. Oriëntatiefase – definitiefase - ontwerpfase Na het sluiten van het convenant zochten de auteurs elkaar op om te kijken hoe zij verder het convenant in de praktijk vorm konden geven. De auteurs waren op dat moment respectievelijk consulente bij WonenPlus en sociaal psychiatrisch verpleegkundige bij het vijfde wijkteam. Door een paar gesprekken werd de werkwijze en doelgroep van elkaars veld besproken om een idee te krijgen van mogelijkheden en onmogelijkheden. We keken in elkaars keuken om het zo te zeggen. Er bleken al een paar cliënten van de GGZ zich aangemeld te hebben als abonnee van WonenPlus. Sommigen van hen deden tot ieders tevredenheid werkzaamheden of ontvingen diensten. Het netwerk werd vergroot door vrijwilligers die de cliënten/de abonnees hielpen met hun wensen. Als aanvulling en extra afgestemd op de taken van de hulpverlener. Voorbeeld: Dinette is een 50 jarige vrouw. Vanwege haar psychiatrische ziekte is haar draagkracht niet groot. Toch probeert zij altijd trouw naar het dagactiviteitencentrum te gaan. Haar kwaliteiten, een warme persoonlijkheid, afgestudeerd in Nederlands, liefhebster van honden komen nauwelijks tot uiting. Haar hulpverlener stimuleert Dinette om via WonenPlus te kijken of zij iets kan gaan doen met haar kwaliteiten. Na ongeveer negen maanden meldt Dinette zich aan als actief vrijwilliger bij WonenPlus en wordt gevraagd om de hond van een oudere mevrouw uit te laten. Dat doet ze enkele keren per week. Dinette is dolgelukkig om met de hond te wandelen en erg gelukkig om het vertrouwen dat de eigenares haar geeft om haar hond uit te laten.
-3
Voorbereidingsfase - verdiepingsfase Door kleine successen (zoals van Dinette) is de volgende stap gemaakt naar de teamleden. De consulente maakte kennis met het team en gaf voorlichting over het aanbod, vertelde over de successen zodat het voor de hulpverleners ook makkelijker is om de koudwatervrees te overwinnen. Deze voorlichting is een aantal keren gedaan, waarna we zagen dat de aanmelding langzaam op gang kwam. In een volgende fase hebben we besloten om aan alle cliënten van het wijkteam een informatiefolder en een aanmeldingsbrief te sturen over het aanbod van WonenPlus. De begeleidende brief was met het stempel van beide instellingen. Al snel bleek dat deze brievencampagne veel aanmeldingen (25) opleverde. Bij Wijkteam Vijf werden de brieven rechtstreeks per post naar de cliënten gestuurd, waarbij een flink aantal al zonder betrokkenheid van de hulpverlener besloot om zichzelf in te schrijven. Het initiatief van vele cliënten om zich direct in te schrijven en het rechtstreekse contact dat al met WonenPlus was ontstaan (alle nieuw ingeschrevenen krijgen een huisbezoek) bleek succesvol. Veel mensen besloten uit zichzelf dat zij wel abonnee wilden worden. Bij een ander wijkteam werd Wonen Plus ook geïntroduceerd. Daar werd het voorstel om de brief naar alle cliënten te versturen niet overgenomen. Men besloot om de brief persoonlijk af te geven. Het resultaat was dat er slechts enkele aanmeldingen (5) kwamen. Realisatiefase Een structureel overleg (met vertegenwoordigers van WonenPlus en de drie Alkmaarse GGZ wijkteams) werd opgestart, waarin de samenwerking besproken werd, situaties die lopen en niet lopen, gekeken werd naar mogelijke nieuwe invalshoeken. Gaande de route werden er over en weer andere diensten geleverd. Een GGZ hulpverlener ging met WonenPlus mee toen zij bij de Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland uitleg moest geven over het belang van subsidie voor hun organisatie. De GGZ hulpverlener kon aan de gedeputeerden aangeven welk belang er voor de mens met een psychiatrische beperking in deze is. WonenPlus leverde een consulent bij het project Netwerktafel dat het cluster Alkmaar, langdurende psychiatrie, startte met andere maatschappelijke instellingen. Medewerkers van de GGZ gaven een cursus aan de vrijwilligers van WonenPlus over mensen met een langdurende psychiatrische handicap. Cliënten van de wijkteams wijzen elkaar geregeld op de mogelijkheden van WonenPlus. De samenwerking bestaat nu uit: - Informatie uitwisseling - Contactpersonen wijkteams overleg en WonenPlus - Informatie door WP aan cliëntbegeleiders wijkteams - Onderling contact tussen cliëntbegeleiders en WonenPlus consulenten in de uitvoering over hulpvragen van en ondersteuning aan GGZ cliënten - Trainingen GGZ aan WP vrijwilligers - GGZ neemt deel aan werkbijeenkomsten van WonenPlus met gehandicaptenorganisaties - Presentaties bij onderlinge conferenties - De netwerktafel een onderdeel van het MSS van de GGZ waaraan WonenPlus deelneemt als maatschappelijk organisatie -4
Ontwikkeling maatschappelijk steunsysteem Na ongeveer anderhalf jaar samenwerken blijken beide instellingen projectgelden te ontvangen voor het opzetten van een maatschappelijk steunsysteem. Bij GGZ NHN is dat vanwege een transitieproject om een duurzaam maatschappelijk steunsysteem op te zetten. Bij WonenPlus is er projectgeld om voor een bredere doelgroep (voor de gehele doelgroep waar WonenPlus zich voor inzet) in verschillende regio’s een maatschappelijk steunsysteem op te zetten. Van belang is het voor de GGZ hulpverlener om na te gaan hoe het steunsysteem van de individuele cliënt vergroot kan worden. De mogelijkheden en de wensen kunnen geïnventariseerd worden. WonenPlus kan met haar MSS zich richten op: “vragen die liggen op gebied van praktische ondersteuning, contacten in de buurt, het doen van vrijwilligerswerk, het vinden van een contact om zelfredzaamheid te bevorderen of gevoelens van eenzaamheid, “het er alleen voor staan” terug te dringen.” WonenPlus medewerkers helpen in het bestaande netwerk te activeren, te verbreden en te versterken. Hiermee wordt een ideale situatie gecreëerd waarin het steunsysteem ook door een maatschappelijke instelling verder wordt opgebouwd, zonder al te veel GGZ bemoeienis. Zie ook bijgevoegd schema De Netwerktafel De netwerktafel “is een gestructureerd overleg met als doel cliënten eerder en sneller aan een passende zinvolle dagbesteding te helpen en te zorgen dat organisaties elkaar gemakkelijk weten te vinden en hun kennis van de sociale kaart verbetert.” De cliënt kan hierbij zelf aanwezig zijn. Per 25 mei 2008 is er in Alkmaar Noord een netwerktafel gestart. Bewoners van de beschermde woonvorm kunnen hier hun wensen uiten om hun sociale participatie te vergroten. Bij 15 werktafels zijn 64 bezoekers aanwezig geweest (40 personen, anderen kwamen meerdere keren) en 9 gasten. Er zijn 66 wensen geuit waaronder 25 voor vrijwilligerswerk, 18 op zoek naar een cursus, 4 voor een maatje, 7 betaald werk en 12 anders (informatief en dergelijke). WonenPlus is hierbij ook aanwezig om vooral vragen voor vrijwilligerswerk op te pakken. De kracht van WonenPlus in deze is ook de creativiteit hoe er met bepaalde vragen omgegaan wordt. Zoals: Piet is een 53 jarige man. Hij verveelt zich in de weekenden, vindt ze te leeg. Hij wil gezelschap in de weekenden, of iemand om te schaken, te praten over zijn postzegelverzameling, fietsen of naar muziek te luisteren. Een maatje via het maatjesproject zou een oplossing kunnen zijn. Maar WonenPlus kan in deze kijken of deze vraag omgezet kan worden in een aanbod. Kan Piet zich ook inzetten om een maatje van een ander te worden, die dezelfde vraag heeft? Of kan hij iets (anders) doen voor iemand waardoor hij zijn contacten vergroot. Door zich bij een maatschappelijke organisatie aan te sluiten kan hij meedoen aan cursussen, uitstapjes voor vrijwilligers ea. Hiermee worden zijn kansen op het verbreden van zijn netwerk vergroot. In verschillende situaties is de vraag op deze manier omgezet met zeer veel succes (een win-win gedachte).
-5
Enquête Uit de cijfers van een tevredenheidsonderzoek gehouden in november 2008 door WonenPlus onder de ingeschreven GGZ abonnees blijkt dat de meeste cliënten tevreden zijn over het aanbod, de geboden diensten of het feit dat zij als vrijwilliger werkzaam zijn. Een kwart van de cliënten (25%) heeft gereageerd. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende diensten maar vooral voor hulp bij klussen in en om de woning. Veel cliënten hebben zich preventief ingeschreven met het veilige idee dat het altijd van pas komt als er iets is. Er blijkt behoefte aan hulp bij situaties die zich onverwacht voordoen en nu veelal door de hulpverleners zelf opgelost worden. Cliënten zouden nog meer bekendheid mogen verwerven over de mogelijkheden van WonenPlus.
Bespreking en knelpunten Samenwerken lijkt eenvoudig, zeker zoals hierboven beschreven. Toch blijkt uit ervaring dat dit niet het geval is. Een voorbeeld is dat de samenwerking tussen WonenPlus en de andere organisaties waar het convenant mee afgesloten is, niet zo succesvol bleek te verlopen als die met het vijfde wijkteam. Het aantal aanmeldingen vanuit drie Alkmaarse wijkteams is (peildatum december ’08): 95. Dat is ten opzichte van de totale grootte van de caseload van deze drie wijkteams (443): 21%. Tevens blijkt dat de samenwerking binnen deze drie Alkmaarse teams anders werd opgezet en dat de succesformule het meest leek op de aanpak die beschreven is hoe WonenPlus met het vijfde wijkteam aan de gang is gegaan (kennismaken, teambezoeken over en weer, brieven aan cliënten, successen delen, op zoek naar uitdagingen en nieuwe kansen). De beschreven samenwerking is kwartier maken. Scholtens omschrijft het als:”De invalshoek is de rol van de samenleving versterken bij pogingen van mensen om het leven weer te hernemen. Daarvoor zijn initiatieven nodig die mensen onderling (bijvoorbeeld in een buurt) en mensen en organisaties bij elkaar brengen. Die bemiddeling tot stand brengen tussen wensen en behoeften van cliënten en hun omgeving.” De belangrijkste aspecten in deze gehele samenwerking zijn de volgende factoren: het vertrouwen hebben in elkaars aanbod en mogelijkheden elkaar ondersteunen in het proces op dat moment wars zijn van productieafspraken goede vervolgafspraken maken doorgaan de samenwerking als een proces zien
-6
Er zijn ook knelpunten zoals: Een GGZ cliënt meldt zich aan bij WonenPlus als vrijwilliger. Als aan een aantal oproepen voor inzet als vrijwilliger door deze cliënt niet wordt voldaan, is er in de meeste gevallen geen vervolg. De vrijwilliger haakt zelf af of hij/zij wordt niet meer ingezet door WonenPlus. Ook is meerdere malen voorgekomen dat een vrijwilliger al na het intakegesprek is afgehaakt door niets meer van zich te laten horen. Ander voorbeeld: Aan de netwerktafel komt de vraag voor ondersteuning in de zoektocht naar een cursus. Deze wordt door leden van de netwerktafel opgepakt. Het traject raakt vervolgens uit het zicht. Heeft die persoon deelgenomen, is de cursus afgerond, is hij/zij na twee keer afgehaakt en zo ja waarom. Ondersteuning in het vervolgproces blijkt in een aantal gevallen nodig. Met name zoals in beide praktijkvoorbeelden, is het steunsysteem er om de dagelijkse coördinatie en afstemming op te pakken. Waarom lukt het iemand niet om vrijwilligerswerk te doen? Waarom lukt het de persoon niet om te blijven deelnemen aan die cursus? Wat kunnen we doen om dit wel tot stand te laten komen? De vraag is wie de ondersteuning blijft bieden in het vervolgtraject. In de samenwerking van beide organisaties kunnen hier afspraken over gemaakt worden zoals: wie neemt het voortouw (netwerkcirkel, behoeftepeiling)? Wie gaat de trekkersrol op zich nemen (bewaking van het proces)? Wie gaat actiepunten uitwerken en concretiseren (begeleiding bij ondersteuningstaken)?
-7
Conclusie Door de beschreven uitwerking van het convenant is een effectieve samenwerking tot stand gekomen. Er zijn enige structuren ontwikkeld die een fundament zijn om verder van elkaars kennis, kunde en diensten gebruik te maken. Niet alleen hulpverleners weten een maatschappelijke organisatie als WonenPlus te vinden maar ook al haar cliënten, zij merken dat zij door dit aanbod niet meer alleen afhankelijk zijn van familieleden en/of professionals. Echter, samenwerken en mensen begeleiden in het sociaal participeren kost investering in tijd en energie. Het (mede)organiseren van een sociaal vangnet zal met het wegvallen van ondersteunende begeleiding voor mensen met een beperking onder druk komen te staan. GGZ en WonenPlus zullen nooit de gaten die ontstaan, alleen of met elkaar kunnen dichten. Dan moet er iets gebeuren. Meer onderlinge hulp, grotere betrokkenheid en solidariteit van mensen bij hun buurt en buren en (financiële) ondersteuning van gemeenten en woningcorporaties voor dit soort initiatieven die leefbaarheid en sociale participatie bevorderen. Alleen dan kunnen kwetsbare burgers op een (voor allen) plezierige wijze zelfstandig (blijven) wonen.
Inge Zoet, consulente WonenPlus Alkmaar en projectmedewerker bij WonenPlus Noord-Holland Henk-Willem Klaassen, sociaal psychiatrisch verpleegkundige en projectmedewerker MSS Vijfde wijkteam van GGZ NHN Juni 2009
Literatuur Naar herstel en gelijkwaardig burgerschap, visiedocument langdurende psychiatrie; GGZ Nederland, 2008 Cartoons: Gerrie Hondius, www.inklinks.nl Scholtens. G; Acht keer kwartier maken; een verkennend onderzoek naar de methodische aspecten van kwartiermaken; SWP, 2007
-8
Bijlage: schema samenwerking
Samenwerking
GGZ
WonenPlus
Cliënt
ISS
MSS
Gericht op:
Gericht op:
- Individuele wensen
- Praktische ondersteuning
- Activering deelname als actief burger
- Sociale activering
- Aanmelden bij instanties
- Vrijwilligerswerk / burenhulp
-
-9