Regiocontract 2012-2015 e
e
1 en 2
tranche
Zelfredzaam Aantrekkelijk Welvarend Particeperend Bereikbaar
Inhoudsopgave
2
Partijen
5
Overwegingen
6
Zelfredzaam Rivierenland
10
Aantrekkelijk Rivierenland
22
Welvarend Rivierenland
30
Participerend Rivierenland
40
Bereikbaar Rivierenland
46
Matrix
53
Leeswijzer - legenda
54
Colofon
60
Regiocontract 2012 2015 e
e
1 en 2
tranche
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
3
4
Partijen: Het openbaar lichaam Regio Rivierenland te Tiel en het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam Regio Rivierenland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer R. van Schelven, voorzitter Verder ook te noemen: Regio Rivierenland De provincie Gelderland en Gedeputeerde Staten van Gelderland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. van Dijk, gedeputeerde Verder ook te noemen: Gedeputeerde Staten of provincie Gezamenlijk ook te noemen: partijen Aldus overeengekomen en ondertekend, te Arnhem 26 juni 2013
De provincie
Regio Rivierenland
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
5
Overwegingen: Op 25 april 2012 hebben Provinciale Staten het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 vastgesteld. Op 26 juni 2013 hebben Provinciale Staten het programma gewijzigd door het vaststellen van een tweede tranche van het programma. De tweede tranche is een onderdeel van het programma. Het vaststellen van de tweede tranche laat de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van partijen, zoals die in de Subsidieregelling meerjarenprogramma’s Gelderland 2012 en in deze overeenkomst zijn vastgesteld, ongewijzigd. Over dat programma en de bijdragen die partijen daaraan leveren en over deze overeenkomst, is constructief en intensief tussen partijen overlegd. Partijen willen door middel van het Programma Stad en Regio 2012-2015/2017 actief invulling geven aan de versterking van hun partnerschap. Partijen willen met hun partnerschap ruimte bieden voor maatwerk en concrete resultaten boeken. Waar nodig willen partijen elkaar bestuurlijk en ambtelijk, zowel inhoudelijk als procesmatig, ondersteunen ter bespoediging van de uitvoering van het programma, waarbij zij de bedoeling hebben kennis, inzichten en ervaringen uit te wisselen. Partijen vinden het gewenst in dit stadium een overeenkomst te sluiten die de intenties en afspraken vastlegt, waarbij die overeenkomst tevens kan dienen als een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht. Over programma’s of delen daarvan ten aanzien waarvan thans geen beslissing kan worden genomen over subsidieverlening, willen partijen afspreken op welke wijze daarmee in de toekomst wordt omgegaan. Die afspraken, die preambuleafspraken en procesafspraken zijn genoemd, wensen partijen vast te leggen waarbij van de zijde van de provincie en de Regio Rivierenland sprake is van een inspanningsverplichting waarvan de nakoming mede afhankelijk is van een nadere concretisering van de beschikbaarheid van sectorale middelen. Partijen zien deze afspraken primair als bestuurlijke intenties die niet in rechte afdwingbaar moeten zijn.
Komen overeen: Artikel 1. Algemeen 1. 2. 3.
6
Deze overeenkomst wordt gesloten onder ontbindende voorwaarde van subsidieverstrekking door Gedeputeerde Staten voor de uitvoering van het programma. Onder subsidieverstrekking wordt ook begrepen subsidieverstrekking in het kader van de tweede tranche. Op de subsidieverstrekking zijn de voorwaarden en voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 en de Subsidieregeling meerjarenprogramma’s Gelderland 2012 van toepassing. Deze overeenkomst is een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht behorende bij de in lid i bedoelde subsidieverstrekking.
4. 5. 6. 7. 8.
Deze overeenkomst beoogt geen wijziging in te houden van de afspraken in het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma 2008-2011 ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie hebben verleend. Regio Rivierenland verplicht zich tot volledige en tijdige uitvoering van de activiteiten ten behoeve waarvan Gedeputeerde Staten subsidie verstrekken. Partijen zorgen er voor dat de uitvoering van de activiteiten niet strijdig is met regelgeving en beleid op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau, en evenmin met Europese regelgeving (waaronder staatssteun). Zij bevorderen dat bij beleidswijzigingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met deze overeenkomst en de in het programma beschreven doelstellingen en ambitieniveau. Op alle communicatie-uitingen (zoals website, drukwerk, bouwborden) wordt het logo van de provincie Gelderland vermeld. Daarbij wordt aangegeven dat de activiteit mede tot stand is gekomen dankzij financiering van de provincie Gelderland. Deze overeenkomst is in rechte afdwingbaar, met uitzondering van de preambuleafspraken en de procesafspraken.
Artikel 2. Financiën 1. De uitvoering van de programma’s geschiedt met financiële middelen van Regio Rivierenland, de provincie en derden conform de verdeling zoals opgenomen in de programmafiches die als bijlagen bij deze overeenkomst zijn gevoegd. 2. Indien zich wijzigingen voordoen in de financiering van een programma vindt hierover overleg tussen partijen plaats plaats. Over de verhouding tussen de inzet van provinciale middelen en andere middelen wordt per programma verantwoording afgelegd. 3. Bij subsidieverlening wordt voorschot verleend tot g% van het totale subsidiebedrag. Het voorschot wordt als volgt opgebouwd: - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 mei 2012 - 20% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2013 - 20% van het totale subsidiebedrag per 1 september 2013 - 10% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014 - 35% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 Voor subsidieverlening voor de tweede tranche wordt het voorschot als volgt opgebouwd: - 30% van het totale subsidiebedrag per 1 september 2013 - 50% van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2014 - 15 % van het totale subsidiebedrag per 1 januari 2015 4. Het voorschot zal telkens binnen vier weken na de genoemde data worden uitbetaald. 5. Gedeputeerde Staten kunnen indien nodig de voorschotverlening wijzigen.
Artikel 3. Voortgang
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6 1. 2. 3.
In verband met de subsidieverstrekking zullen voorwaarden gelden ten aanzien van de jaarlijkse voortgangsrapportage. Die rapportage betreft de inhoudelijke en financiële voortgang van de uitvoering van het programma, waarbij gebruik zal worden gemaakt van een door Gedeputeerde Staten vast te stellen model. De voortgangsrapportage over 2013 dient te worden voorzien van een controleverklaring. Tevens zullen voorwaarden gelden met betrekking tot de vaststelling van de subsidie, waartoe het verzoek
7
vóór 1 juni 2016 aan Gedeputeerde Staten zal worden gezonden. Daarbij zal een controleverklaring worden gevraagd die voldoet aan de voorwaarden van het door Gedeputeerde Staten vastgestelde controleprotocol.
Artikel 4. Aanpassing en versnelling 1. 2 3 4 5.
Naar aanleiding van een voortgangsrapportage kan een bestuurlijk gesprek worden gevoerd tussen partijen. Naar aanleiding van dit bestuurlijke gesprek beslissen partijen over eventuele versnelling in de uitvoering van het programma en de daaraan verbonden kosten . Op verzoek van de Regio Rivierenland kunnen Gedeputeerde Staten de subsidieverlening wijzigen. Indien de voortgangsrapportages daartoe aanleiding geven, kunnen Gedeputeerde Staten na overleg met de Regio Rivierenland de subsidieverlening wijzigen of geheel of gedeeltelijk intrekken. De provincie zal daarbij op redelijke wijze rekening houden met eventuele verplichtingen die zijn aangegaan . Indien de voortgangsrapportage over 2013 daartoe aanleiding geeft, zullen Gedeputeerde Staten een herijking van het programma aan Provinciale Staten voorstellen.
Artikel 5. Handelingsvrijheid binnen het programma en budget 1. 2. 3.
Regio Rivierenland is met het oog op het bereiken van de programmadoelen zoals geformuleerd in de fiches bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan het realiseren van andere resultaten dan die, welke zijn genoemd in het programmafiche. Regio Rivierenland is bevoegd om na schriftelijke toestemming van Gedeputeerde Staten de subsidie te besteden aan resultaten van een ander programmafiche. Gedeputeerde Staten geven slechts toestemming indien Provinciale Staten met de wijzigingen als bedoeld in dit artikel hebben ingestemd, indien die toestemming vereist is.
Artikel 6. Regio als betaal- en beheerautoriteit 1. De Regio Rivierenland zal voor de periode 2012-2015, ofzoveellanger als ter uitvoering van de subsidieverlening noodzakelijk is, fungeren als betaal- en beheerautoriteit. 2. Over de inzet van de bij de subsidieverlening toegekende middelen en over de uitvoering van het programma kan de betaal- en beheerautoriteit afspraken maken met de deelnemende gemeenten. 3. De in het vorige lid bedoelde afspraken laten de rechten en verplichtingen van de betaalen beheerautoriteit op grond van de subsidiebeschikking tegenover de provincie onverlet. In elk geval blijft de betaal- en beheerautoriteit verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de programma’s en de voortgang daarvan . 4. De provincie biedt de regio fin anciële ondersteuning voor een bedrag van € so.ooo,- per jaar.
Artikel 7. Procesafspraken 1 De Regio Rivierenland spant zich in om bij de uitvoering van het programma werk te maken van
8
energiebesparing en de opwekking van hernieuwbare energie . 2. Op basis van de voortgangsrapportages evalueren partijen de samenwerking in het kader van deze overeenkomst
Artikel 8. Preambuleafspraken 1. 2.
Voor het programma zelfredzaam is afgesproken dat naast directe financiële bijdrage van de Regio Rivierenland een provinciale bijdrage wordt geleverd via de inzet van de ondersteuningsinstellingen voor een bedrag van € 2oo.ooo. In de fiche zelfredzaam is de wijze van inzet aangegeven. Het provinciale programma Logistiek blijft actief betrokken bij de ontwikkeling en uivoering van de logistiek hotspot Rivierenland uit het programma Welvarend. Het is mogelijk dat de regio voor aanvullende projecten een beroep doet op de bestaande proviniciale regelingen voor logistiek en economie.
Artikel 9. Geschillen 1. 2. 3. 4.
Er is sprake van een geschil als een partij daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partij. Partijen zullen na een zodanige melding terstond met elkaar in overleg treden over een minnelijke oplossing voor het geschil, onverminderd de bevoegdheid van een partij om ter verzekering van zijn rechten rechtsmiddelen in te stellen. Indien één der partijen daarom verzoekt, benoemen partijen in onderling overleg een mediator om het geschil te beslechten. Dit verzoek kan niet eerder worden gedaan dan nadat zes weken zijn verstreken sinds de in het vorige lid bedoelde melding is verzonden. Partijen dragen ieder voor de helft bij in de kosten van de mediator. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing indien zich een onvoorziene omstandigheid voordoet waardoor volgens een der partijen een ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet kan worden verlangd . Indien het niet mogelijk is gebleken een geschil door middel van mediatien op te lossen, staat het partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Arnhem.
Artikel 10. Slotbepalingen 1. Deze overeenkomst treedt in werking nadat deze door partijen is ondertekend en werkt terug tot 25 april 2012. Deze overeenkomst vervangt de overeenkomst van 25 april 2012. 2. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege als alle daaruit voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. 3. De programmafiches maken deel uit van deze overeenkomst. 4. Indien een besluit tot wijziging van de subsidieverlening of een besluit tot het geven van toestemming als bedoeld in artikelsleidt tot wijziging van een programmafiche, stellen Gedeputeerde Staten het gewijzigde fiche na overleg met de subsidieontvanger vast. Het gewijzigde flche wordt geacht vanaf de datum waarop het besluit tot wijziging van de subsidieverlening is genomen onderdeel te zijn van deze overeenkomst als bedoeld in het derde lid.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
9
Zelfredzaam Rivierenland
10
Zelfredzaam Rivierenland
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
11
Rivierenland Programma: Zelfredzaam 1: Maatschappelijke ondersteuning Doel(en) In Regio Rivierenland kan iedereen meedoen. Het bedrijfsleven draagt in belangrijke mate bij aan versterking van de samenleving. Verbinden maatschappelijke en arbeidsparticipatie en daarin bijzondere aandacht besteden aan ondersteuning van kwetsbare groepen gericht op meedoen via betaald werk of anders via vrijwilligerswerk. Mensen die moeite hebben met lezen en schrijven worden gestimuleerd om zich hierin te scholen zodat zij beter aan de samenleving kunnen deelnemen.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1.1
In de programmaperiode zijn voor gemeenten, maatschappelijke partners, burgers en vrijwilligers in de regio ontwikkelprogramma’s uitgevoerd met als centraal thema de kanteling van de Wmo (van aanbod- naar vraaggericht).
1.2
Op basis van bestaande gegevens is er in 2013 een regionaal overzicht van de witte vlekken (kwalitatief en kwantitatief) in de regio ten aanzien van de sectoren wonen, zorg en welzijn. De kwetsbare groepen die worden geconfronteerd met dementie,verstandelijke en lichamelijke beperkingen en psychiatrische problematiek staan daarin centraal. In deze inventarisatie staan de gevolgen van de drie decentralisaties centraal (Awbz, Wwnv en Jeugdzorg). De resultaten van het overzicht leiden tot een voorstel voor de tweede ronde van het regiocontract. Vanaf medio 2013 vindt uitvoering van deelprojecten plaats die zorgvuldig gemanilord zullen worden ( 250.000 + PM).
1.3
In 2014 is ondersteuning van mantelzorgers in de regio versterkt door de ontwikkeling van ondersteuningsaanbod. De volgende twee doelgroepen staan centraal: werknemers die mantelzorg willen combineren met werk en vitale ouderen.
1.4
Beleid en dienstverlening voor werk, inkomen en zorg zijn in 2014 op elkaar aangesloten door een regionale koppeling tussen de lokale loketten Wmo en het regionale klantproces werk en inkomen met als doel een brede intake voor burgers.
1.5
In 2012 is een regionale aanpak voor maatschappelijk betrokken ondernemen in Rivierenland ontwikkeld waarin maatschappelijke vraag en aanbod bij elkaar worden gebracht. In de projecten wordt aandacht gevraagd voor Social Return on lnvestments.
1.6 In 2012 is door gemeenten en partners een gezamenlijke preventieve aanpak ontwikkeld ter voorkoming van schulden problematiek bij kwetsbare groepen. 1.7
12
In de projectperiode (2012- 2015) wordt gewerkt aan het bestrijden van laaggeletterdheid bij 550 inwoners van Regio Rivierenland waardoor zij beter in staat zijn zelfstandig te functioneren en een bijdrage te leveren aan de samenleving. In de eerste helft van 2012 zal een aanbod worden ontwikkeldwaarbij wordt gewerkt met vrijwilligers. Daarna zal op een aantal plekken in de regio uitvoering worden gegeven aan het scholingsaanbod. De ambitie betreft 1100 inwoners. Gezocht wordt naar aanvullende financiering buiten het regiocontract (€125.000).
Beoogde maatschappelijke effecten De samenleving in Rivierenland kan de effecten van de ontgroening en vergrijzing opvangen en speelt in op vermaatschappelijking van de zorg. Er is een regionaal dekkend aanbod aan zorg/ algemene voorzieningen ontwikkeld voor de meest kwetsbare burgers. De kwaliteit van de voorzieningen is verbeterd en sluit aan bij behoeften van de samenleving. Doelgroepen van de Wwnv en de Wmo kunnen optimaal deelnemen aan de samenleving, krijgen lokaal gehoor via een brede intake en ontvangen indien nodig een regionaal samenhangend en afgestemd aanbod. Maatschappelijk betrokken ondernemen in Rivierenland krijgt structureel karakter en vorm. De banden tussen bedrijven/ ondernemingen en vrijwillige maatschappelijke inzet zijn versterkt. De zelfredzaamheid en eigen kracht van vrijwilligersorganisaties zijn gegroeid. Als centrale factor in de gedachte van ‘kanteling’ weten vrijwilligers en mantelzorgers zich gesteund door lokale, regionale en provinciale overheden. Door de samenwerking ten aanzien van schuldhulpverlening zijn inwoners beter in staat om te gaan met -beperkte- financiële middelen. Mensen die functioneel niet of moeilijk kunnen lezen en schrijven kunnen door een alfabetiseringstraject beter deelnemen aan de samenleving.
Toelichting De landelijke aandacht voor de kanteling moet in Rivierenland nu echt gaan landen bij de burgers. De verschillende programma’s binnen zelfredzaam ademen dit uit. Deskundigheidsbevordering voor alle betrokkenen zal leiden tot werkelijke implementatie van de kanteling. Vanaf 2012 staat de gemeenten in Rivierenland een enorme decentralisatiegolf te wachten (Wwnv, AWBZ en jeugdzorg). Het is van belang dat dit breed wordt aangepakt. De verbinding tussen maatschappelijke en arbeidsparticipatie (Wmo en Wwnv) zal op het niveau van beleid en dienstverlening moeten worden doorontwikkeld (instrumentarium en klantproces). Door de demografische ontwikkelingen raken mantelzorgers steeds meer in de knel. Omdat de zorg in het algemeen afneemt zal het beroep op mantelzorgers groter worden. Dit vraagt innovatie van de mantelzorgondersteuning, We willen weten of we met de huidige inzet voldoende mantelzorgers bereiken en welke thema’s om nadere uitwerking vragen. -In het kader van het regiocontract 2008-2011 is succesvol geëxperimenteerd (o.a. beursvloeren) met maatschappelijk betrokken ondernemen. In de evaluatie is de wens voor verdere structurering en verzelfstandiging naar voren gekomen. Uit onderzoek is gebleken dat schuldhulpverlening bij de doelgroep ouderen bij 61% van de ouderen in Rivierenland niet bekend is. Zestien procent van de inwoners in Rivierenland heeft moeite met rondkomen. Voor kwetsbare groepen is het nodig dat een brede aanpak voor schuldhulpverlening wordt ontwikkeld. De dienstverlening van gemeenten is reeds verbeterd naar aanleiding van het regiocontact 2008- 2011. In de nieuwe periode richt het zich vooral op kwetsbare groepen. Een op de tien volwassenen heeft grote moeite met lezen en schrijven (10%). In Rivierenland is het percentage 12%. Hierdoor ervaren deze burgers belemmeringen om deel te nemen aan de samenleving. Er is slechts beperkt aanbod van het ROC en de middelen daarvoor lopen terug. De taalcursussen richten zich vooral op mensen die in willen stromen naar werk. Arbeid staat dus centraal. Voor ongeveer de helft van het genoemde percentage geldt de weg naar arbeid niet (meer). Voor hen is laaggeletterdheid echter een groot probleem. De mate waarin men toegang heeft tot (digitale) informatie is steeds bepalender voor een positie in de samenleving. Gevolg hiervan is dat problemen voor laaggeletterden toenemen en er een groep ontstaat die geen toegang heeft tot de voorzieningen en geen deel kan uitmaken van de civil society.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€795.000*
€ 545.000
€ 350.000
• Niet alle financiële middelen worden door de provincie ingezet. Een van de Gelderse ondersteuningsinstellingen voert een deel van deze taak uit (€ 100.000)
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
13
Rivierenland Programma: Zelfredzaam 2: Gezondheid, sport en bewegen Doel(en) Terugdringen van gezondheidsverschillen door mensen met gezondheidsachterstanden extra aandacht te geven.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 2.1
Er is een regionale en lokale integrale aanpak om gezondheidsproblemen bij jeugdigen te voorkomen op basis van de resultaten van RSP 2008-2011. Belangrijke speerpunten zijn: overgewicht en bewegen, roken en overmatig alcoholgebruik, psychische gezondheid. Voor een deel van de wijk- en kerngerichte uitvoering wordt vanaf 2013 middelen gevraagd vanuit Gelderland Sportland (€100.000).
2.2
Op lokaal en regionaal niveau zijn netwerken met eerstelijns organisaties en welzijnsinstellingen die gebruikt worden om een aanbod te ontwikkelen en uit te voeren voor burgers met verhoogd risico op gezondheidsproblemen zoals diabetes of hartfalen (sluitende keten). Voorbeelden zijn de Beweegkuur, Welzijn op Recept, Door Dik en Dun en Jeugdsportfonds. Hierover zijn convenanten opgesteld en ondertekend.
2.3
De netwerken met het bedrijfsleven worden gebruikt om ondernemers te informeren en te motiveren aandacht te hebben voor vraagstukken m.b.t. mantelzorg (zie ook 1.3) en voor de vitaliteit en fitheid van werknemers. De vitaliteit is voor minstens 20 bedrijven speerpunt van beleid geworden. Dit uit zich onder andere in betrokkenheid bij het regionale netwerk Gelderland Sportland.
2.4
Er is een regionale en lokale aanpak van preventieve gezondheidszorg voor kwetsbare groepen in wijken en kernen vanuit een integrale visie op wonen, welzijn en zorg (o.a. in samenhang met Gelderland Sportland, beweegtuinen).
2.5 In alle gemeenten is gewerkt volgens de integrale benadering van gezondheid op wijk, dorps of gemeente niveau, aan de hand van de ervaringen van het diagnostisch instrument. In de fase die daar aan voorafgaat is in een 5-tal gemeenten gewerkt met de diagnose en is er daarna aan de resultaten van de diagnose concreet uitwerking gegeven.
14
2.6
In samenwerking met het programma Gelderland Sport vindt implementatie plaats van Jongeren Op Gezond Gewicht. De gemeenten die JOGG gemeente worden, worden ondersteund bij de ontwikkeling van een plan k en de uitvoerina daarvan. De andere oerneenten worden ondersteund bij de integrale aanpak van overgewicht.
2.7
Er is een regionaal dekkend aanbod voor aangepast sporten en deze is als algemene voorziening binnen de Wmo ingebed. Minimaal 7 gemeenten hebben afstemming op het gebied van sport en bewegen voor mensen met een beperking en bieden hierin ondersteuning (deskundigheidsbevordering, promotie sportaanbod en begeleiding). Voor de ontwikkeling van een sportevenement/special olympics en de ontwikkeling van specifieke voorzieningen zullen wij een voorstel indienen in het kader van het programma Gelderland Soortland (PM voor soortevenement €70.000 sspecifieke voorziening.
Beoogde maatschappelijke effecten Algemeen doel: gezonde burgers die een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij, aan het arbeidsproces (participatie) en die zelfredzaam zijn. 1. gelijke kansen voor de jeugd. 2. voorkomen dat mensen met verhoogd risico of symptomen ziek worden, of voorkomen van erger. 3. kwetsbare ouderen zijn in staat om zo lang mogelijk gezond en zelfstandig te functioneren. 4. efficiënte en effectieve uitvoering van gezondheidsbeleid. 5. overgewicht terugdringen.
Toelichting Gezondheidsachterstanden kunnen niet alleen vanuit het beleidsterrein volksgezondheid opgelost worden. Daarvoor is een integrale benadering van de problematiek nodig. Investeren in onderwijs, arbeidsmarkt en inkomen zijn van belang om mensen in staat te stellen gezond te leven. Tegelijkertijd zijn gezonde burgers voorwaardelijk voor de ontwikkeling van de arbeidsmarkt en economie. Gezonde burgers zijn zelfredzame burgers. Het creëren van gelijke kansen voor jeugdigen past bij de doelen van de centra voor Jeugd en Gezin. Preventieve gezondheidszorg voor kwetsbare groepen sluit aan bij de ontwikkeling van de Kanteling in de Wmo. In een aantal gemeenten lopen experimenten zoals beweegtuinen of bezoekprojecten. Er zal een Quick scan naar reeds bestaande modellen worden gehouden die door meerdere gemeenten in de regio in te zetten zijn. De dwarsverbanden binnen het programma zelfredzaam en met de programma’s participatie en welvarend zijn dus groot.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 880.000
€ 460.500
€ 264.000
Het terugdringen van gezondheidsachterstanden betekent ook aandacht voor de sociale en fysieke omgeving (fietspaden, verlichting, gezonde werkplek, een gezond opvoedingsklimaat) en aandacht voor leefstijl. Regio Rivierenland, GGD en gemeenten hebben samen een uitgebreid netwerk waarin partners samenwerken: scholen, huisartsen, fysiotherapeuten, Stichting OOGG, welzijnsinstellingen, steunpunten mantelzorg, OM, Halt, STMR, STMG, lriszorg, sportaanbieders, GSF, woonzorginstellingen. De ontwikkeling van sluitende netwerken rondom gezondheid is structuurversterkend en draagt ook bij aan de doelen op andere thema’s. Voor de jeugd streven provincie en gemeenten ernaar om van Regio Rivierenland een JOGG (Jongeren Op Gezond Gewicht) regio te maken. De visie op gezondheid is reeds verwoord in de regionale gezondheidsnota. Door middel van bovenstaande doelen en resultaten wordt aangesloten bij lokale ambities en worden de doelen vertaald in concrete resultaten. Gemeenten worden in staat gesteld uitvoering te geven aan de doelen in samenwerking met partners
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
15
Rivierenland Programma: Zelfredzaam 3: Jeugd Doel(en) Versterken jeugd en gezin: naar een pedagogische civil society.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 3.1 De regionale structuur voor jeugd en gezin is versterkt door het partnerschap van alle deelnemende gemeenten en partners en dient als fundament voor verantwoorde jeugdzorg*. 3.2
De omslag van aanbodgericht naar vraaggericht werken door professionals is gemaakt. De uitvoering vindt lokaal en vindplaatsgericht plaats. Er zijn pilots met gebiedsteams jeugd en gezin ingericht en uitgevoerd.
3.3. Er worden circa 28 jeugdgroepen aangepakt en de reeds ontwikkelde aanpak (2008-2011) wordt verder regionaal uitgerold en ingebed.
Beoogde maatschappelijke effecten Versterking en vereenvoudiging van de structuur van jeugd en gezin. Versterken van informele steun en sociale netwerken. Ouders, scholen en verenigingen zijn in staat de gewone opvoedvragen te kunnen beantwoorden. Vanuit het belang van kinderen en gezinnen is vormgegeven aan het voorkomen van zware zorg. Er is vormgegeven aan lichte steun bij opvoeden en opgroeien, intensieve zorg bij meervoudige problematiek en specialistische zorg. De groei van zware zorg is afgenomen. Versterken van de domein-, groepgerichte en individuele aanpak van jeugdgroepen zorgt voor een afname van overlast, criminaliteit, openbare orde verstoringen en draagt bij aan het verbeteren van de leefomgeving.
Toelichting
16
Er is in 2012 door gemeenten en partners uit de regio en de provincie een regionaal implementatieprogramma voor de structuurversterking jeugd en gezin, voortbouwend op CJG’s en voorbereidend op wetswijzigingen. In de periode na 2012 is het programma uitgevoerd. Er heeft vernieuwing plaatsgevonden in de manier van werken. Ondersteuning en zorg wordt meer gekenmerkt door lokaal en vindplaatsgericht werken, vanuit de informele netwerken en een verhoogde burgerparticipatie op het domein van jeugd (cocreatie met jongeren). lntegraliteit met meerdere leefdomeinen (wonen, werk, scholing, zorg, vrije tijd, zingeving) is tot stand gekomen en het aanbod op deze leefdomeinen is beter afgestemd met de vraag in de regio. De structuur van de reeds ontwikkelde aanpak van de Criminele Jeugdgroep Culemborg effectief versterken en intensiveren naar een Aanpak Jeugdgroepen Rivierenland. Het gaat om hinderlijke, overlastgevende en criminele jeugdgroepen waarin een koppeling van de groeps- en persoonsaanpak middels meer gemeentelijke samenwerking en verbanden naar CJG, JPN en Veiligheidshuis op regionaal niveau versterkt wordt. Vanuit een regionale aanpak gaat een duidelijke preventieve werking uit. Jongeren worden toegeleid naar scholing, werk, de benodigde zorg, sport en recreatie waardoor deze beter in staat zijn zich staande te houden in de samenleving. Belangrijkste partner organisaties die met gemeenten werken aan een pedagogische civil society zijn: kern partners uit het CJG zoals maatschappelijk werk, jeugdgezondheidszorg, ondersteuningsorganisaties en welzijnswerk, cliëntvertegenwoordigers (ouders en jongeren), veiligheidshuis partners, jeugdzorg (zorg, GGZ, LVG, verslavingszorglaanbieders De doelen die bij dit onderwerp worden nagestreefd houden sterk verband met ontwikkelingen rondom partnerschap, leefbaarheid, kanteling van maatschappelijke ondersteuning, versterking van de gezondheid van Rivierenlandse inwoners en met het programma participerend rondom het bestrijden van jeugdwerkloosheid.
• Over het resultaat 3.1 zal met de provincie een procesafspraak worden gemaakt om de noodzakelijke middelen te bekostigen uit het Transitieprogramma Jeugdzorg.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 500.000
€ 250.000
€ 250.000
Rivierenland Programma: Zelfredzaam 4: Bundeling van krachten Doel(en) Gemeenten, maatschappelijke organisaties en leefgemeenschappen en burger (netwerken) dragen bij aan het probleemoplossend vermogen van de samenleving.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 4.1
In 2013 is een samenwerkingsplatform opgericht waardoor in Rivierenland op het terrein van welzijn en zorg structureel wordt samengewerkt tussen 20 maatschappelijke organisaties en 10 gemeenten. Voor de financiering van de werkagenda doen we een beroep in het kader van de tweede tranche (€ 200.000).
4.2
Op het terrein van wonen, welzijn en zorg is in elk van de deelnemende gemeenten minimaal één experiment met financiële en organisatorische ontschotting ontwikkeld en uitgevoerd waarin de gezamenlijke toegang voor kwetsbare burgers centraal staat.
4.3
In elke gemeente in Rivierenland is zichtbaar dat meer structuren en methoden tot stand zijn gekomen waarmee burgers hun verantwoordelijkheden nemen (dorpsraden, wijktafels, social media) (€125.000)
4.4
In 2014 zijn Wmo-raden met elkaar in contact, is het netwerk van cliënten door het samenwerkingsplatform uitgebreid en is een verbinding gelegd tussen de transities Jeugdzorg /Awbz en de cliëntenorganisaties.
4.5
In 2013 is onderzoek gedaan naar de gevolgen van ontgroening en vergrijzing en naar de ontwikkeling van vermaatschappelijking van de zorg in Rivierenland. De uitkomsten geven zicht op de infrastructuur van wonen, welzijn en zorg en investeringen op technologisch, fysiek, ruimtelijk en economisch gebied en zijn vertaald naar de bestaande woningvoorraad van het kwalitatief woonprogramma. Op basis van deze inzichten is een regionale integrale woonzorgmonitor ontwikkeld.
De resultaten van het onderzoek leiden tot een voorstel voor de tweede ronde van het regiocontract (PM).
Beoogde maatschappelijke effecten Meer zelfredzame burgers en gemeenschappen. Maatschappelijke organisaties werken beter (samen) in het belang van de burgers in de regio Rivierenland. Burgers in Rivierenland nemen meer eigen verantwoordelijkheid voor onderlinge steun en hulp. Inclusief beleid is vorm gegeven.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
17
Toelichting In 2012 is bepaald op welke wijze het partnerschap tussen gemeenten en partners op het gebied van wonen, zorg en welzijn in Rivierenland op structurele basis wordt vormgegeven en georganiseerd. Vanuit een gedeelde visie wordt een werkagenda ontwikkeld voor de periode 2012- 2015 met een doorkijk naar 2020. Deze doelen geven inhoud en vorm aan de structuurversterking in het sociale domein in Rivierenland, in relatie tot de andere domeinen. In 2011 is er draagvlak ontstaan tussen de samenwerkende gemeenten en maatschappelijke partners op het gebied van wonen,zorg en welzijn om het partnerschap te versterken en te borgen. Dit platform wordt in de regio opgebouwd en structureel vormgegeven. Daaronder werken wisselende coalities aan innovatie opdrachten en de maatschappelijke opgaven. Dit platform geeft vorm aan de agendering, signalering en innovatie. Ruim twintig professionele partijen op het gebied van wonen zorg en welzijn: woningcorporaties, ziekenhuis, zorgverzekeraar(s), onderwijs, bedrijfsleven cliëntvertegenwoordigers zullen betrokken zijn en werkt inclusief naar organisaties in het gebied. Middelen zijn vooral noodzakelijk voor het proces om te komen tot deze structurele samenwerking. Communicatie met burgers en organisaties staat in dit proces centraal. Hangt samen met programma participerend, aantrekkelijk en welvarend. Brengt samenhang en verbinding tussen stedelijke en plattelands problematiek in het sociale domein in Rivierenland en legt verbinding tussen innovatie op sociaal en economisch domein. Gekeken kan worden of technologische investeringen (zoals glasvezel) bij kunnen dragen aan de toegankelijkheid van de zorg. Het thema “bundeling krachten” is samen met “leefbaarheid”een van de twee ondersteunende thema’s op de centrale inhoudelijke onderwerpen “maatschappelijke ondersteuning”, “gezondheid, sport en bewegen”en “jeugd”. * Niet alle financiële middelen worden door de provincie ingezet. Een van de Gelderse ondersteuningsinstellingen voert een deel van deze taak uit.
18
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 445.000*
€ 145.000
€ 300.000
Rivierenland Programma: Zelfredzaam 5: Leefbaarheid Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
Beoogde maatschappelijke effecten De kernen blijven leefbaar voor alle inwoners.
Het leefbaarheidgevoel in Rivierenland is versterkt omdat inwoners deel uitmaken van een vitale samenleving.
5.1. Er zijn 10 pilots ‘Kern en wijk aan zet’ uitgevoerd waarin de kanteling naar de burger wordt gerealiseerd op een leefbaarheidsgebied dat in die gemeente perspectief biedt. In de pilots staat het zelforganiserend vermogen van burgers centraal en wordt daarnaast nadruk gelegd op structurele inbedding in de lokale samenleving.
De leefbaarheid in kleine kernen is versterkt door een noodzakelijk aanbod van voorzieningen in (de nabijheid van) de kleine kernen.
5.2. In 2013 is een regionale werk- en leerplaats leefbaarheid tot stand gebracht waar burgers en professionals kennis opdoen en ervaringen uitwisselen gericht op leefbaarheid in de kernen. Deze werkplaats vindt plaats in Rivierenland en maakt gebruik van moderne digitale mogelijkheden zoals social media.
Noodzakelijke accommodaties kunnen in stand worden gehouden I tot stand worden gebracht door een nauwere betrokkenheid van de samenleving en meervoudig gebruik. Daardoor wordt de leefbaarheid van de kernen positief beïnvloed en komen diverse doelgroepen met elkaar in contact.
5.3
In vijf kansrijke locaties zijn pilots ontwikkeld en uitgevoerd om maatschappelijke accommodaties in eigen beheer tot stand te brengen. Burgers zijn verantwoordelijk voor ontmoeting, beheer en programmering.
Burgers zijn aan zet doordat zij deze accommodaties beheren, de ontmoetingsfunctie realiseren en het aanbod van activiteiten programmeren.
5.4
Er is een quick scan gemaakt gebracht hoe de leefbaarheid van kleine kernen in Rivierenland zich de afgelopen 5 jaar heeft ontwikkeld, welke spreidingsvraagstukken er zijn met betrekking tot voorzieningen en welke punten van belang zijn voor de leefbaarheid met het oog op 2020.
In de kleine kernen worden voorzieningen ontwikkeld die gedragen worden door de samenleving en die een antwoord zijn op de verschraling.
Kennis, ervaring en aanpakken worden gedeeld door burgernetwerken in Rivierenland.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
19
Toelichting Rivierenland heeft ruim 80 kleine kernen. In de periode 2008-2011 is in de plattelandsgemeenten een leefbaarheidsaanpak ontwikkeld door leefbaarheids-en dorpsplannen en de ontwikkeling van buurtbemiddeling. Door deze aanpak zijn steeds meer burgers in dorpen actief geworden. Ook is de verbinding gelegd met wijkgericht werken in de drie steden. Vanuit deze basis kan in de volgende fase gewerkt worden aan het versterken van het voorzieningenniveau door burgers. Gezien de vergrijzing en krimp in de kleine kernen kan het moeilijk worden om voorzieningen op peil te houden: een update van het leefbaarheidsonderzoek 2006 geeft de belangrijkste ontwikkelingen weer. Multifunctionele accommodaties maken meervoudig gebruik mogelijk. Dit kan in nieuwe en bestaande accommodaties (onderwijs, sport, verenigingsgebouwen, etc). In de aanpak zal de relatie worden gelegd met de Wet Werken naar Vermogen en bestaande klussendiensten waardoor een verbinding ontstaat met re-integratie. Als gevolg van krimp verdwijnen voorzieningen uit de kleine kernen. Het ligt in de verwachting dat de voorzieningen verder onder druk komen te staan. Door met burgers na te denken over nieuwe methoden is te verwachten dat delen van het
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 430.000*
€ 250.000
€ 167.000
Totaal Progr. Totaal Progr. Totaal Progr. Zelfredzaamheid Zelfredzaamheid Zelfredzaamheid € 3.050.000 € 1.331.000 € 1.650.500 + Ureninzet ondersteuningsinstellingen à € 200.000
bestaande aanbod kunnen worden voortgezet. Er is uitwisseling en kennisdeling tussen de steden en plattelandsgemeenten met betrekking tot wijkgericht werken. Sluit aan bij provinciale programma’s gericht op plattelandsvernieuwing. Het thema ‘leefbaarheid’ is samen met ‘bundeling krachten’ een van de twee ondersteunende thema’s op de centrale inhoudelijke onderwerpen ‘maatschappelijke ondersteuning’, ‘gezondheid, sport en bewegen’ en ‘jeugd’. * Niet alle financiële middelen worden door de provincie ingezet. Een van de Gelderse ondersteuningsinstellingen voert een deel van deze taak uit.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 20 4 6
2e tranche Rivierenland Programma: Zelfredzaam Doel(en) Door oprichting van buurtontmoetingspunten, in beheer van bewoners, krijgen burgers instrumenten in handen om volwaardig deel te nemen in het gemeenschap van een buurt of dorp.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1.
Naast de vijf buurtontmoetingspuntendie zijn opgestart in 2012, worden ervaringen hieruit ingezet bij de uitrol van de ontmoetingspunten in 2013, 2014 en 2015 in ten minste 4 andere kernen of wijken.
Toelichting Vanuit een regionale werkconferentie over de gevolgen van de AWBZ pakketmaatregelen, is men verder gaan nadenken over wat bewoners zou helpen om ondersteund en opgevangen te worden in de eigen omgeving. Vanuit principes als zelfredzaamheid, versterken eigen kracht, uitgaan van wat wel nog kan, versterken van de rol van de civil society. Daaruit is het idee ontstaan van sociale café/buurtontmoetingspunten. In 2012 is in vijf kernen/ wijken (Maasbommel, Tiel West, Deil, Ochten en Asperen) geëxperimenteerd met buurtontmoetingspunten. In april 20131oopt dit project af. Er zijn veel elementen die voortkomen uit de experimenten die uitgebouwd kunnen worden. Zo zijn bewoners geïnspireerd door ontwikkelingen in het land, zoals de samenredzaamheid van het Brabantse dorp Eisendorp en is bekend dat ook andere dorpskernen, op eigen wijze, willen ontwikkelen. In ten minste vier andere kernen worden de buurtontmoetingspunten uitgerold. Subsidie wordt ingezet voor: algehele projectleiding en kwartiermaken per ontmoetingspunt, faciliteren van kennisuitwisseling en - bevordering, communicatie en verbreding van het concept.
Beoogde maatschappelijke effecten Burgers ontmoeten elkaar en versterken met elkaar waarden als wederkerigheid, verbondenheid met anderen en inclusie in een kern of wijk.
Middeleninzet Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015)
€ 125.000
€ 50.000
€ 75.000
21
Aantrekkelijk Rivierenland
22
23
Aantrekkelijk Rivierenland
Rivierenland Programma: Aantrekkelijk 1: Landschappelijke kwaliteit en 2. Nieuwe Hollandse Waterlinie Doel(en) 1.
Versterking landschappelijk, cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten in Rivierenland
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1.1 Er zijn gezamenlijk projecten uitgevoerd uit de Landschaps ontwikkelingsplannen (LOP’s). Projecten in de sfeer van groen blauwe diensten zijn uitgevoerd in Rivierenland: - een aantal projecten die het karakteristieke in het Rivierengebied bepalen, zoals wielen, terpen, wandel- en fietspaden, vluchtheuvels, kades en eendenkooien zijn uitgevoerd; - een aantal projecten voor erf beplanting en hoogstamfruit zijn uitgevoerd; - er is een cultuurhistorische waardekaart (CHER) opgesteld voor (een deel) van Rivierenland.
Beoogde maatschaappelijke effecten 1.
Bevorderen van de kwaliteit van het Rivierengebied, zodat het gebied aantrekkelijk is en zich leent voor o.a. recreatief gebruik door inwoners en bezoekers. Versterking van de kenmerken van het landschap, “groenblauwe “ elementen versterken en verbinden.
2.
Inrichting en gebruik van de Nieuwe Hollandse Waterlinie voor de lange termijn realiseren en de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten behouden. Realiseren van betrokkenheid van maatschappelijke partners, regionale publiek, private en sociale partners, zodat ook op lange termijn de NHW in stand blijft en niet alleen fysiek maar ook sociaal maatschappelijk een belangrijk onderdeel van de regio vormt.
1.2 Uitvoering van diverse projecten die kwaliteit en veiligheid langs de rivieren bevorderen: - bevorderen van de realisatie van projecten langs de Waal, Maas, Neder Rijn/Lek en Linge door procesbegeleiding, inpassingplannen en dergelijke. 1.3 De samenwerking in de waterketen is opgepakt doorgemeenten en waterschap in Rivierenland. Dit heeft tot grote kostenbesparingen geleid.
2.
Duurzaam beheer en realiseren economisch duurzaam gebruik Nieuwe Hollandse Waterlinie.
2.1 Er is een gezamenlijk beheerplan opgesteld en in uitvoering voor het geheel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, zowel voor de openbare ruimte als de forten en andere elementen: - het plan zorgt voor het behoud van het geheel als landschappelijk cultuurhistorisch element; - het plan regelt financiering voor duurzaam beheer voor de langere termijn; - het plan bevordert de maatschappelijke betrokkenheid bij de NHW en de inzet van “werk naar vermogen” en vrijwilligers; - het plan wordt door ondernemers, fortgebruikers, maatschappelijke partners, onderwijs, NME en overheden opgesteld en uitgevoerd.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 24 4 6 2.2 Uitvoering van projecten in de laatste fase van herstel van de NHW: - Gemeenten zetten zich in om de grote herstelprojecten in de NHW te bevorderen door een vlotte afwikkeling van de procedures; - diverse projecten op het gebied van inrichting van landschap, toegankelijkheid en kleinere objecten (groepschuilplaatsen, waterwerken, gemalen enz.) worden uitgevoerd; - herstel van forten, gemalen en werken zijn uitgevoerd; - baggeren en herstel van watergangen is opgepakt.
Het totale extra pakket preambule afspraken bedraagt € 8.150.000.
Toelichting
In de Nieuwe Hollandse Waterlinie is de afgelopen periode sterk geïnvesteerd in het herstel, toegankelijkheid en de ontwikkeling van de fysieke structuur, dat zal worden voortgezet met uitvoering van het programmaplan “Doelgericht uitvoeren! In 2011-2020”. Van belang is nu om zowel het beheer en economisch rendabele benutting voor de langere termijn vorm te gaan geven. Subsidiestromen worden minder, er zal creatief gebruik gemaakt moeten worden van andere bronnen voor het in stand houden op lange termijn. Dit geldt ook voor de versterking van het landschap in het algemeen. De economische benutting (toeristische/ recreatief gebruik) en het maatschappelijk gebruik moeten een stevige basis vormen voor duurzaam gebruik op lange termijn. Dwarsverbanden zijn er met de programma’s welvarend (economie, toerisme recreatie) en participerend (werk naar vermogen). Partners zijn onder andere stichtingen, Waterschap, agrariërs en andere ondernemers.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 1.200.000
€ 600.000
€ 200.000
25
Rivierenland Programma: Aantrekkelijk 3. Voldoende woningen van goede kwaliteit en 4. Transformatie en herstructurering Doel(en) 3. Voldoende woningen van goede kwaliteit.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 3.1 Ontwikkelen en bevorderen van flexibiliteit van woninggebruik en doorstroming op de woningmarkt: De huidige situatie op de woningmarkt vraag om creatieve en nieuwe ideeën om doorstroming te bevorderen. Groepen met lage inkomens en aan de onderkant van de markt komen in de knel. De ontwikkelingen in de woningmarkt worden gemonitoord, en kennisuitwisseling wordt gestimuleerd. Resultaat: voldoende sociale woningen beschikbaar voor de doelgroep.
Beoogde maatschaappelijke effecten 3. Bevorderen van aanpassingen in de woningvoorraad en op de vraag toegesneden nieuwbouw, zodat de inwoners van Rivierenland nu en in de toekomst goed kunnen wonen, betaalbaar en van goede kwaliteit.
3.2 Realiseren van goede woningen en voorzieningen voor doelgroepen afgestemd op demografische ontwikkelingen (toename senioren) en wijzigingen in beleid (ontkoppeling wonen en zorg, zelfredzaamheid). Voorbeelden van projecten die uitgevoerd gaan worden: - opplussen van woningen voor ouderen, in een aantal gemeenten zijn projecten in uitvoering. Doel is de projecten te verbreden tot de hele regio. De inwoners (ouderen) worden gestimuleerd opplus maatregelen te nemen, het project is structureel van karakter; - wonen en zorg, stand van zaken is bekend (2011). Project: regionale afstemming van de voorzieningen en monitoring van de ontwikkelingen. Resultaat: realiseren van voldoende voorzieningen voor de regionale behoefte, die ook betaalbaar blijven op langere termijn; - uitvoering andere projecten regionale woonvisie (eind 2011 gereed), bijzondere doelgroepen zoals dak en thuislozen (de woonladder is gerealiseerd), huisvesting buitenlandse arbeidskrachten (uitwerking van beleid). 3.3 Bevorderen van investeringen in duurzaamheid en energiezuinigheid van de woningvoorraad: - in samenwerking met de corporaties investeren in duurzaamheid woningvoorraad/nieuwbouw, bevorderen dat woonlasten daardoor dalen; - stimuleren maatregelen door eigenaar bewoners (woning isolatie subsidie); - ontwikkeling van een aantal nieuwbouwprojecten met bijzondere ambities in duurzaamheid en
3 3 3 3 2 1 1 2 33 66 1 1 33 4 26 4 6 4. Investeren in herstructurering en stedelijke/ dorps vernieuwing
4.
Uitvoeren van een beperkt aantalprojecten voor herstructurering en vernieuwing van steden en dorpen Criteria voor projecten: start binnen looptijd regiocontract periode, bijdragen aan de kwaliteit en leefbaarheid bijvoorbeeld door: realisatie van woon zorgprojecten, multifunctionele centra, woningen passend bij behoefte in dorp of stad. Er is een projecten lijst waarvan een klein deel van de projecten kan worden uitgevoerd binnen het budget dat voor het regio contract is gevraagd. De rest van de projecten moet op andere wijze gefinancierd worden. Het gaat om € 3.550.000.
4. Een goede woon en leefomgeving voor de inwoners van Rivierenland met goede, bereikbare voorzieningen
Toelichting De investering in kwaliteit van woningen en woonomgeving hebben sterke relaties met het programma Zelfredzaam en het grote en kleine steden beleid. Goede kwaliteit van woningen en woonomgeving dragen bij aan het beleid van langer zelfstandig blijven wonen. Partners zijn de woningbouwcorporaties, zorgpartijen en projectontwikkelaars. Met de provincie zijn afspraken gemaakt over de afstemming van de woningbouwprogrammering, deze zijn vastgelegd in een brief van Regio Rivierenland aan de provincie Gelderland van 22 december 2011 (ons kenmerk: 11.0001525). De afspraken in die brief sluiten aan bij dit programma. lnvesteringen in woningen en duurzaamheid van de woningen leveren kansen voor het programma Participerend.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 550.000
€ 350.000
€ 1.000.000
27
Rivierenland Programma: Aantrekkelijk 5. Duurzaam Rivierenland Doel(en) 10% van het energieverbruik in 2020 moet binnen de regio duurzaam opgewekt worden, (subdoelstelling 7.5% in 2015)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) Stimuleren marktinitiatieven gericht op realiseren van benutting zonne-energie, energie uit biomassa, effectieve inzet van warmte (oa geothermie), energie uit de rivieren en daar waar gedragen het gebruik van windenergie: 1. M.b.t. tot zonne-energie worden er viercategorieën onderscheiden. Het organiseren van gezamenlijke inkoop van zonnepanelen door particuliere woningbezitters. Ten tweede het realiseren van zonnepanelen op bedrijfsdaken, Solar Pact is daar een initiatiefnemer van. Het realiseren van zonneparken waar twee initiatiefnemers voor zijn. Aandacht voor realisatie van zonnepanelen op de geluidsschermen van Tiel aan de A15; 2. Met betrekking tot biomassa zijn er projectinitiatieven in He/louw, Bommeierwaard en Ophemert. Het opgewekt biogas kan ingezet worden in het kader van duurzaam vervoer; 3. Gebruik van warmte wordt op meerdere plekken onderzocht en wel bij enkele glastuinbouwers, er wordt nadrukkelijk gekeken naar de afzet van warmte naast het eigen gebruik; 4. Energie uit rivieren wordt vooralsnog vorm gegeven door het hoogte verschil tussen Maas en Waal te benutten in de gemeente West-Maas en Waal.; 5. Windenergie is nog een optie in Zaltbommel en mogelijk ook bij het AVRI terrein. Met de huidige initiatieven wordt circa 6,5% gehaald, dit biedt de mogelijkheid nieuwe initiatieven te stimuleren. 6. Naast de concrete projecten is er ook een aantal strategische projecten/ ontwikkelingen. Concreet zijn dit de duurzame transportcorridor A15, de brandstoftransitie van vrachtverkeer naar bio LNG, bio-based economy en ontwikkeling zonne-energie. De uitvoering en realisatie van de projecten is deels afhankelijk van cofinanciering door derden. De regio zal met de provincie in overleg treden over de mogelijkheden voor aanwending van de gelden uit het provinciale Energietransitieprogramma waaronder ook het provinciaal revolving fund. Tevens zal waar mogelijk afstemming en aansluiting worden aezocht met initiatieven in relatie tot een duurzame A15.
Beoogde maatschaappelijke effecten Bijdrage aan een duurzamere toekomst met minder afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Minder C02 uitstoot. Samenhang met o.a. mobiliteit in de vorm van schoner vervoer, verduurzaming woningbouw, verduurzaming glastuinbouw.
3 3 3 3 2 1 1 2 33 66 1 1 33 4 28 4 6
Toelichting Nagenoeg alle projectinitiatieven worden ondersteund door marktpartijen die daarin willen investeren. Er wordt zoveel mogelijk gekeken naar ketenregie (vraag en aanbod). Er is een stevige versterking in het kader van mobiliteit (logistiek) door het inzetten van groen biogas. Vanuit de warmteafzet is ook nadrukkelijk gekeken naar verduurzaming van nieuwbouw woningen (en mogelijk bestaande bouw) o.a. via de mogelijkheden die ontstaan in het kader van kwalitatieve woningbouw. Vanuit de initiatieven van geothermie is er ook een stevige relatie met het versterken van de land- en tuinbouw. Diezelfde sector wordt ook versterkt door de verwerkina van biomassa. Herstructurerina van bedri jventerreinen biedt kansen voor een hernieuwde kijk op de energieinfrastructuur (maatwerk). In algemene zin geldt dat daar waar (her)ontwikkelingen plaatsvinden zich kansen voor doen voor duurzame energie. Dit speelt met name in de programma’s Welvarend, Bereikbaar en Zelfredzaam. Met betrekking tot de financiën wordt opgemerkt dat de totale investering wordt opgevoerd ten behoeve van realisatie als alle projecten doorgaan. Niet alle projecten zitten in de fase van uitvoering. Binnen de projecten zijn dus nog diverse go/no go-momenten. Op deze manier wordt aan de voorkant helderheid gegeven en wordt voorkomen dat projecten die wel telkens een go-moment hebben in de volgende fase in de problemen komen (versnelling vd realisatie). De cofinanciering wordt in het huidige voorstel grotendeels door derden geleverd. Gemeenten pakken hun rol als ondersteuner en facilitator op.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 500.000
€ 250.000
€ 2.050.000*
Totaal Progr. Aantrekkelijk Rivierenland € 2.250.000
Totaal Progr. Aantrekkelijk Rivierenland € 1.200.000
Totaal Progr. Aantrekkelijk Rivierenland € 3.250.000
• De gelden opgenomen in het regiocontract betreffen financiering voor het organiserend vermogen, die voorwaardelijk zijn om de totaal investering van € 86.000.000 door derden te realiseren.
29
2e tranche Rivierenland Programma: Zelfredzaam Doel(en) Duurzaam Rivierenland.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) Aansluitend op het thema leren en werken en het ontwikkelen van de logistieke hotspot ligt de focus in Duurzame energie op projecten die de transitie naar duurzaam vervoer bevorderen. Daarbij is de omschakeling naar LNG/LBG als brandstof voor het goederenvervoer het uiteindelijke doel. Lokaal en regionaal geproduceerd biogas kan als grondstof voor LBG dienen. Het sluiten van ketens, waarbij producenten (biogas), leveranciers en gebruikers aan elkaar worden gekoppeld is van belang en moet worden gestimuleerd om tot resultaten te komen. Het bevorderen van investeringen aan de vraagkant met als resultaat 15-25 vrachtwagens met LNG als brandstof op de weg. Wat betreft de aanbodkant is het realiseren van 1 vulpunt rondom Tiel/ Geldermalsen doel van dit project. Het inrichten van een LBG “transitie-arena” vanuit het keten perspectief moet de productie van LBG bevorderen. Streven is LBG ten behoeve van 15 vrachtwagens lokaal te produceren eind 2015. Een dergelijke innovatieve en duurzame keten biedt kansen voor werken en leren, waarbij gebruik wordt gemaakt van de kennisinstituten in de omgeving. In het regionale uitvoeringsprogramma voor duurzaamheid staat het inzetten op duurzame energiebronnen voorop. Het bevorderen van duurzaam transport ligt in lijn met deze inzet. Bovendien biedt het de mogelijkheid om logistiek en duurzame energieproductie in de regio met elkaar te verbinden.
Toelichting
Beoogde maatschappelijke effecten De verdere ontwikkeling van de logistieke hotspot zal de verveersbewegingen in Rivierenland en daarbuiten bevorderen, door in te zetten op duurzaam vervoer wordt de kwaliteit van de leefomgeving en de concurrentiepositie van de logistieke sector bevorderd en worden nieuwe kansen gecreëerd voor werken en leren.
Middeleninzet
In dit onderdeel is de focus gelegd op 1 resultaat, dat gekoppeld is aan het centrale thema leren en werken en een van de speerpunten van de regio, namelijk “logistieke hotspot” en “agribusiness” De verdere toelichting en onderbouwing van het project is uitgewerkt op een A4tje separaat beschikbaar
3 3 3 3 2 1 1 2 33 66 1 1 33 4 30 4 6
Provincie (2013-2015) € 320.000
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015) € 650.000
Welvarend Rivierenland
31
32 Welvarend Rivierenland
Rivierenland Programma: Welvarend Buren, Culemborg, Geldermalsen, Lingewaal, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Tiel, West Maas en Waal, Zaltbommel. Doel(en) 1. Land en tuinbouw
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1.1. Innovaties zijn toegenomen door verbetering van samenwerking tussen bedrijfsleven, kennisinstellingen en onderwijs. 1.2. De logistieke positie van het Rivierengebied voor de tuinbouw is beter benut en uitgebouwd. 1.3. De kwaliteit van het ondernemerschap, de arbeid en het arbeidsaanbod is verbeterd via (bij)scholing en opleidingen; 1.4. Het vestigings- en ondernemersklimaat in de regio, met fysieke en hoogwaardige uitbreidingsruimte en met aandacht voor het zoeken naar meer toegevoegde waarde. 1.5. De betrokkenheid en ondersteuning van tuinders en MKB bij de internationalisering, transities en werkgeverschap is vergroot; 1.6. De publiek-private samenwerking binnen en tussen de vijf tuinbouwclusters is versterkt. 1.7. De tuinbouw is verduurzaamd door het verduurzamen van energievoorziening en grondgebruik, C02 neutraal opereren, benutting kansen biobased economy, valorisatie van producten en afvalstromen en terugdringen van milieubelasting. 1.8. De ruimtelijke structuur is verbeterd en de landschappelijke impact beperkt (door herstructurering, concentratie van solitaire glastuinbouwbedrijven, verkaveling etc.). 1.9. Het aantrekkelijke vestigingsklimaat zorgt samen met doelgerichte regiomarketing voor nieuwvestiging van bedrijven die zijn verbonden aan de agrarische sector.
2. Recreatie en Toerisme
2.1. Er is meer inzicht verkregen in de (markt)vraag en het aanbod. Het ruimtelijk) beleid in de regio is daarop afgestemd 2.2. Het recreëren op, aan, in en bij het water is sterk toegenomen door Door toename van toeristisch-recreatieve versterking van de fysieke infrastructuur.
Beoogde maatschaappelijke effecten 1. Regio Rivierenland behoort tot de top 5 van Europese tuinbouwregio’s voor fruit, paddenstoelen, laanbomen en glastuinbouw op het gebied van concurrentiekracht en vernieuwing. De werkgelegenheid in de land- en tuinbouw in Regio Rivierenland is met 10% gegroeid en sluit aan op de in de regio aanwezige beroepsbevolking.
De branches fruit, paddenstoelen, laanbomen en glastuinbouw hebben sterke relaties met andere sectoren, zoals voedingsindustrie, energie, logistiek, mode, zorg, recreatie en toerisme, cultuur.
De bruto toegevoegde waarde van de tuinbouwclusters Betuwse Bloem is verdubbeld tot € 1,5 miljard. Er zijn welvarende ondernemers en er is een gezond vestigings- en ondernemersklimaat
De vier branches binnen Betuwse Bloem zijn voorloper op het gebied van duurzaamheid bij tuinbouw in Nederland. De vier branches binnen Betuwse Bloem zijn leidend op het thema arbeidsmigratie in Rivierenland.
De vier branches binnen Betuwse Bloem zijn leidend op het vlak van co-modaliteit (weg, water, rail), waardoor de logistieke ligging van het Rivierengebied optimaal wordt benut.
De vier branches zijn ingebed in de leefomgeving en hun economische ontwikkeling heeft een breed draagvlak bij regionale partijen en burgers/ maatschappij.
2. De werkgelegenheid in de toeristisch-recreatieve sector in Rivierenland is met 20% toegenomen door groei van de toeristisch-recreatieve bestedingen.
Door toename van toeristisch-recreatieve bestedingen is het draagvlak voor voorzieningen (en dus de leefbaarheid) in Rivierenland toegenomen.
33
Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 2.3 Er zijn innovatieve toeristische concepten ontwikkeld, zoals een bij de regio passend concept als het fruitbelevingscentrum 2.4. Het toeristisch-recreatieve routenetwerk is uitgebreid en versterkt door een uitbreiding en kwaliteitsverbetering van onder meer wandel- en fietsroutes uitbreiding en kwaliteitsverbetering van onder meer wandel- en fietsroutes. Hierdoor worden ook kunst, cultuur en cultuurhistorie, waaronder de Nieuwe Hollandse Waterlinie, beter bereikbaar en beleefbaar. 2.5 Rivierenland is bekender geworden als toeristisch-recreatieve regio door meer en doelgerichtere promotie en marketing, die aansluit op het provinciale programma Gelderse Streken. 2.6. Er is een grootschalig evenement met internationale uitstraling naar Rivierenland gehaald. Het evenement past bij de kernkwaliteiten van de regio. Het is niet eenmalig, maar keer periodiek terug. Er wordt bijvoorbeeld gedacht aan het internationale duursportevenement ‘Iron Man’. 2.7. Het aantal, de bezoeksduur en de bestedingen van bezoekers aan de Nieuwe Hollandse Waterlinie zijn sterk verbeterd doordat nieuwe recreatieve voorzieningen en attracties zijn ontwikkeld, routes zijn verbeterd en doelgerichte promotie is ingezet. 2.8. Het aantal overnachtingen in hotels, pensions, bungalows en op campings en camperplaatsen is toegenomen door o.a. de uitbreiding van de capaciteit die aansluit bij de veranderende vraag. Het aanvullend pakket voor de preambule bedraagt € 3.127.000.
Beoogde maatschaappelijke effecten
De fysieke infrastructuur voor waterrecreatie in Rivierenland is versterkt met minimaal 8 pleisterplaatsen, en met minimaal 10 passantenplaatsen. Versterking van de mogelijkheden voor hengelsport hebben plaatsgevonden in overleg met de hengelsportfederatie.
Er zijn diverse innovatieve toeristische concepten gerealiseerd die aansluiten bij het onderscheidende karakter van het Rivierengebied en die aansluiten bij de veranderende behoefte vanuit de markt.
Er is een uitgebreid aanbod van goede recreatieve routestructuren. Minimaal 15 rustpunten zijn gerealiseerd bij het fietsroutenetwerk. Betere afstemming met fietsroutes buiten de regio heeft plaatsgevonden. Het aantal wandelroutes is uitgebreid met ten minste 200 kilometer.
Het aantal routegebonden buitenrecreatie activiteiten is toegenomen met circa 15% tot ongeveer 1,14 miljoen. Marketing en promotie van het Rivierengebied maakt een belangrijk onderdeel uit van de provinciale promotieactiviteiten Gelderse Streken. Evenals de andere Gelderse Streken, heeft ook Rivierenland een grootschalig evenement met internationale uitstraling.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 34 4 6 3. Werklocaties
3. 1. Er zijn voldoende werklocaties van een goede kwaliteit en op de juiste plek ontwikkeld, gebaseerd op o.a. een visie op commercieel vastgoed in een krimpende markt.
3.2 Het Regionale Programma Bedrijventerreinen wordt uitgevoerd en periodiek gemonitord.
In Rivierenland worden voldoende overnachtings- mogelijkheden aangeboden die kwalitatief goed aansluiten bij de wensen van de consument. Het aanbod aan bedden is met 25% gestegen tot circa 1.750. Het aantal overnachtingen per jaar is toegenomen met 15% tot circa 700.000.
3. Er is voldoende werkgelegenheid die aansluit op Rivierenland aanwezige beroepsbevolking. Er is alleen sprake van frictiewerkloosheid van maximaal 6%. Er is voldoende ruimte voor werklocaties om aan de werkgelegenheid ruimte te bieden. gemonitord.
Rivierenland Programma: Welvarend Buren, Culemborg, Geldermalsen, Lingewaal, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Tiel, West Maas en Waal, Zaltbommel. Doel(en)
v
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
3.3 De kwaliteit van bestaande terreinen is verbeterd door herstructurering van verouderde bedrijventerreinen. 3.4
Het Rivierengebied heeft zich ontwikkeld tot een vooraanstaande Logistieke Hot Spot in Nederland. In Rivierenland zijn locatie(s) ontwikkeld voor een containerterminal, voor milieuhinderlijke bedrijven en voor de overslag van bulkgoederen.
3.5 Er is meer samenwerking en afstemming in de regio ontstaan door de oprichting van een regionaal ontwikkelingsbedrijf. Dit ROB heeft herstructurering als belangrijke taak. 3.6 Het aantrekkelijke vestigingsklimaat zorgt samen met doelgerichte regiomarketing voor nieuwvestiging van bedrijven in Rivierenland. Totaalpakket preambule is € 1.060.000.
4. Kleinschalige economische vitaliteit
4.1 Er zijn goede voorzieningen voor ZZP-ers die aansluiten bij de behoefte van deze groep ondernemers. Deze voorzieningen zijn zowel fysiek als organisatorisch (bijvoorbeeld netwerken). 4.2
De kansen en bedreigingen die ontstaan door de snelle demografische veranderingen zijn ingebracht in dorpsplannen, waarna de juiste keuzes werden gemaakt. Er zijn goede mogelijkheden voor kleinschalige bedrijvigheid en werkgelegenheid in de kleine kernen en het landelijke gebied.
4.3
In diverse centraal gelegen kleine kernen is sprake van commercieel gedragen multifunctionele locaties waar onder meer (commerciële) voorzieningen een geschikte plek hebben gevonden. Deze locaties voorzien in behoeften van kleinschalige bedrijvigheid en dragen bij aan het voorzieningenniveau en dus de leefbaarheid. Totaalpakket preambule bedraagt € 598.000.
Beoogde maatschaappelijke effecten Ondernemers op bedrijventerreinen waarderen hun bedrijfshuisvestingsituatie gemiddeld met een rapportcijfer van minimaal 7,5.
Er zijn voldoende werklocaties om ruimte te bieden aan de gewenste economische ontwikkelingen, waarbij rekening is gehouden met inbedding in het landschap, met zorgvuldig ruimtegebruik en met duurzaamheid. De werklocaties sluiten aan bij de veranderende behoeften van zowel het bedrijfsleven als de maatschappij.
Rivierenland is bekend als goede vestigingslocatie in Nederland.
4. Het jaarlijks aantal startende ondernemers is toegenomen met 15%. Ondernemers met minder dan 5 fte waarderen hun bedrijfshuisvestingsituatie gemiddeld met een rapportcijfer van minimaal 7,5.
Het aantal kleinschalige bedrijfjes in kleinere kernen en het landelijk gebied is toegenomen, zodat de levendigheid van deze gebieden is gegroeid. Ook zijn er gunstige effecten op het gebied van arbeidsmigratie en dus voor verkeersbewegingen. Het binnenlands migratiesaldo in Rivierenland is omgeslagen van negatief (-479 in 2010 in Zuidwest Gelderland) naar nul.
Hoewel verschuivingen tussen sectoren hebben plaatsgevonden, is de werkgelegenheid bij commerciële voorzieningen, ook in kleine kernen, ten minste gelijk gebleven.
Zowel detailhandelsvoorzieningen als zorgvoorzieningen zijn binnen realistische afstanden bereikbaar voor alle inwoners van de regio. Doordoor is er sprake van een aantrekkelijk woonen leefklimaat.
Regio Rivierenland is een aantrekkelijke regio om te wonen en te werken, met voldoende bereikbare voorzieningen. De gemiddelde waarde van koopwoningen is positiever ontwikkeld dan het gemiddelde in Nederland en Gelderland.
35
Toelichting
Middeleninzet
Relaties met andere programma’s
Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 1.540.000
€ 560.000
€ 4.500.000
€ 1.888.000
€ 705.000
€ 1.245.000
Totaal Progr. Welvarend € 3.428.800
Totaal Progr. Welvarend € 1.265.000
Totaal Progr. Welvarend € 5.745.000
Bijna alle doelen uit het programma Welvarend hebben relaties met het programma bereikbaar. Bij de uitvoering van de projecten zal dit meegenomen moeten worden. De relaties met het programma aantrekkelijk liggen vooral op het gebied van de ruimtelijke ordening, duurzaamheid en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De budgetten voor de ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zijn verdeeld over de verschillende programma’s. De relaties met participerend en zelfredzaam liggen vooral op het vlak van de aansluiting onderwijs/arbeidsmarkt respectievelijk de leefbaarheid.
Relaties met GSO en KSB-steden De relaties tussen Welvarend en de GSO en KSB-steden bevinden zich vooral op het vlak van economische structuurversterking en infrastructuur. Met Zaltbommel en Culemborg bestaan daarnaast sterke relaties bij de toeristische ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Preambule Economische ontwikkeling is van groot belang, zeker in deze tijden van grote demografische veranderingen en recessie. De ambities van Regio Rivierenland zijn dan ook groot. Groter dan de financiering die in het kader van het Regiocontract is gevraagd. Aanvullende projecten zijn opgenomen in de preambule. De beoogde resultaten en maatschappelijke effecten worden groter indien meer projecten kunnen worden gerealiseerd.
1. Land- en tuinbouw De Betuwse Bloem (een paraplu met vier onderliggende pacten voor de branches fruit, paddenstoelen, laanbomen en glastuinbouw) heeft in de afgelopen vijf jaar een goede start gemaakt met de versterking van het tuinbouwcluster in het Gelders Rivierengebied. Na het ontstaan van het initiatief in 2005 (opgesteld vanuit private en publieke kennisorganisaties) heeft de Provincie in 2006 het plan omarmd en de rol van aanjager opgepakt, met steun en bijdragen van vele stakeholders. Daarbij zijn inmiddels diverse ondernemers aangehaakt (veelal koplopers). De Provincie heeft de deelnemers opgeroepen om met een -ondernemersgedreven- plan voor 2012-2015 te komen. Aan deze oproep wil Regio Rivierenland invulling geven door middel van een gezamenlijk plan waarin per pact ambitie, inhoud en organisatie is uitgewerkt. Per pact wordt voor de uitvoering aanvullende financiering gezocht.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 36 4 6 2. Recreatie en toerisme
De versterking van de vrijetijdsector wordt gerealiseerd in samenwerking met het Regionaal Bureau voor Toerisme, Recreatiemaatschappij Uiterwaarde, het bedrijfsleven, NORT en de provincie. Afstemming binnen deze sector en tussen de actoren is nodig. Daarom zal de bestaande visie “Kansen tussen de dijken” worden vernieuwd.
In de visie van het Algemeen Bestuur van Regio Rivierenland, maar ook in de kaderbrief van de provincie wordt veel aandacht geschonken aan de versterking van deze sector. De sector groeit nog steeds en biedt nog veel kansen. Ingezet wordt op de uitbreiding en versterking van de toeristische infrastructuur. Dit betekent dat de bestaande routestructuren zullen worden verbeterd, uitgebreid, verfraaid en aangevuld met informatie met behulp van de nieuwste
Toelichting digitale technieken. Op deze manier willen we de verschillende fraaie cultuurhistorische objecten, waaronder die van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, beter toegankelijk en beleefbaar maken.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
Rivierenland is vooral interessant voor dagtoeristen. Dit willen wij versterken door het realiseren van meer attracties en evenementen en het professionaliseren van evenementen. Om het Rivierenland als toeristische regio op de kaart te houden en te versterken zullen nieuwe toeristisch concepten worden ontwikkeld. Gestart is inmiddels met de ontwikkeling van een fruitbelevingscentrum. iets vergelijkbaars zal worden opgezet rond water en Food en Agri Mariënwaerdt. De omzetgroei vanuit het verblijfstoerisme blijft achter, omdat er in het Rivierenland een tekort bestaat aan geschikte verblijfsaccommodaties. Wij willen dit verbeteren door een betere promotie van het Rivierenland, en het bevorderen van nieuwe en alternatieve accommodaties. Versterking van het aanbod van overnachtingsmogelijkheden wordt door overheden gefaciliteerd. Realisatie dient door marktpartijen te worden opgepakt. We willen de vooral kleinschalige toeristisch-recreatieve voorzieningen in Rivierenland aanvullen met een grootschaliger impuls. Daartoe wordt een grootschalig evenement met nationale/internationale uitstraling georganiseerd, passend bij de kernkwaliteiten van de regio. Het evenement dient niet slechts eenmalig te zijn, maar een periodiek of een vast karakter te hebben. Er wordt bijvoorbeeld gedacht aan de ‘Iron Man’: een internationaal duursport evenement. Een dergelijk grootschalig periodiek Uaarlijks) evenement in Rivierenland betekent de invulling van een lacune in het provinciaal programma ‘Gelderse Streken’. Eén van de kernwaarden van het Rivierenland is het rivierenlandschap met zijn dijken, de uiterwaarden, de komgronden en de historische (rivier-)dorpen en steden. Toeristisch gezien doen we hier nog weinig mee. We willen inzetten op meer beleving in , op en aan het water. Een van de cultuurhistorische parels in het Rivierenland is de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Door de hoge landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteit heeft de Waterlinie een grote recreatieve potentie. Om deze te kunnen benutten zijn zowel fysieke als culturele maatregelen wenselijk. Afgelopen jaren is hiervoor al een flinke stap gezet. Zo zijn diverse recreatieve voorzieningen gerealiseerd zoals fiets- en wandelpaden en -routes, parkeerplaatsen, pontjes. Ook organiseren de fortengebruikers culturele manifestaties voor regio- bewoners en -bezoekers en wordt afstemming georganiseerd in het recreatieve aanbod zoals in de Fortenmaand. De toeristische en recreatieve structuur is nog niet klaar. Ruim 30% van de geplande recreatieve voorzieningen moet nog worden aangelegd. Het Programmaplan Nieuwe Hollandse Waterlinie ‘Doelgericht uitvoeren’ geeft hiervan een overzicht. Diverse forten die een museale functie accommoderen kunnen ondersteuning gebruiken voor de inrichting. Het aanbod van recreatieve activiteiten mag diverser. Meer afstemming over inhoud en planning tussen de organisatoren is gewenst, zodat het aanbod aantrekkelijk blijft. De samenwerkende gemeenten, uitvoeringsorganisaties en fortenexploitanten willen de komende jaren een
37
Toelichting stevige stap vooruit maken in de recreatieve, toeristische, culturele en sportieve infrastructuur, zowel in fysieke als samenwerkende zin. Daarbij is ook onderhoud en beheer van de gerealiseerde en nog te realiseren objecten een punt van aandacht voor de komende periode.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Rivierenland wil meer omzet genereren uit de toeristisch-recreatieve functie. Hiervoor zijn toeristen uit binnen- en buitenland nodig, die weten wat de mogelijkheden in het Rivierenland zijn. Veel aandacht zal daarom worden gegeven aan promotie en marketing van de sterke punten van het Rivierenland. Daarbij wordt aangesloten bij het provinciale programma ‘Gelderse Streken’.
3. Werklocaties Bij het realiseren van dit doel zijn vooral de Kamer van Koophandel, het bedrijfsleven, Oost NV, de provincie en Rijkswaterstaat betrokken. De structuurversterking van de regionale economie van Rivierenland is een van de belangrijkste doelen uit de kaderbrief. Hiervoor zijn voldoende, kwalitatief goede, op de juiste plek gelegen en goed ontsloten werklocaties nodig. Daarbij gaat het om gemengde bedrijventerreinen, maar het kan ook gaan om gespecialiseerde locaties voor een bepaalde groep bedrijven of (indien dit aansluit bij de behoefte) om locaties waar werken met andere functies gemengd is waardoor een meerwaarde ontstaat (werklandschap). Een goede afstemming tussen de gemeenten is daarbij een vereiste, evenals goede monitoring van vraag en aanbod. Dit is vastgelegd in het Regionaal Programma Bedrijventerreinen. Rivierenland richt zich speciaal op de logistieke sector. Regio Rivierenland heeft opdracht gegeven om een masterplan en businessplan te ontwikkelen voor de ontwikkeling van Rivierenland als logistieke hotspot. Hiervoor is een goede bereikbaarheid over weg, spoor en water een voorwaarde. Door de toenemende congestie op de weg zal meer gebruik moeten worden gemaakt van vervoer over water. Zowel voor de logistieke sector als de land- en tuinbouw wordt gewerkt aan een tweede (container-)terminal. De samenwerking op economisch terrein wordt geïnstitutionaliseerd door oprichting van het Regionaal Ontwikkelingsbedrijf. De concrete taken van dit bedrijf worden verder uitgewerkt.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 38 4 6 4. Kleinschalige economische vitaliteit
Kleinschalige bedrijvigheid is van oudsher sterk vertegenwoordigd in Rivierenland. Het is een belangrijke motor van de economie in de regio. Het aantal kleinschalige bedrijven en Zelfstandige ondernemers Zonder Personeel (ZZP-ers) groeit hard. Dit zorgt voor grotere flexibiliteit in de economie. Ook draagt deze ontwikkeling bij aan het aanvullen van de kleiner wordende omvang van de beroepsbevolking in het Rivierengebied. Immers: en snel groeiende groep ouderen blijft langer doorwerken, maar kiest daarbij veelal voor kleinschalig zelfstandig ondernemerschap. Doordat de samenstelling van de economie verandert (bijvoorbeeld neemt het aandeel
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
Toelichting dienstverleners sterk toe), is vermenging van kleinschalige werkfuncties met wonen steeds vaker probleemloos mogelijk. Wel moet de ruimtelijke ordening er op de juiste manier ruimte voor bieden. Kleinschalige bedrijvigheid zorgt voor werkgelegenheid, ook in kleinere kernen en draagt bij aan leefbaarheid en vitaliteit van kernen.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
Het in stand houden van leefbaarheid in kleinere kernen is van groot belang, zodat er sprake blijft van een aantrekkelijk woon- en leefklimaat. Onder invloed van de demografische veranderingen (ontgroening, vergrijzing en krimp), neemt voor sommige voorzieningen (zoals winkels, scholen) het draagvlak af, terwijl aan andere voorzieningen (zoals zorg) een snel groeiende behoefte ontstaat. Nu al worden gemeenten, inwoners, aanbieders van voorzieningen en ondernemers geconfronteerd met lastige vraagstukken. Er ontstaan hele nieuwe kansen, maar er zijn ook risico’s. Combineren van functies kan belangrijk bijdragen aan zowel instandhouding als ontwikkeling. De zorgsector wordt een snelgroeiende sector. Tegelijk is er sprake van vergaande commercialisering van zorg, terwijl er tegelijk sprake is van vermaatschappelijking van zorg. Zowel voor de zorgsector als voor detailhandel geldt, dat ze essentieel zijn voor levendigheid en leefbaarheid en dat lokale inbedding erg belangrijk is. Aandacht voor de snelgroeiende kleinschalige bedrijvigheid en voor de gevolgen van de snelle demografische veranderingen in combinatie met de recessie is hard nodig. Kansrijke ontwikkelingen moeten kunnen worden gefaciliteerd en gestimuleerd. Risico’s moeten worden onderkend om ze te kunnen vermijden. In een snel veranderende situatie moeten soms ook moeten harde keuzes gemaakt problemen te voorkomen. Deze aandacht is noodzakelijk voor de economische ontwikkeling van Regio Rivierenland.
39
2e tranche Rivierenland Programma: Welvarend Doel(en) 1. Logistieke Hotspot Rivierenland
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1.2 Een gezamenlijke marketingcampagne is gestart waarbij het gehele gebied Rivierenland wordt gepromoot als Logistieke Hotspot, gefocust op de sectoren Food, Health en op distributiecentra. 75% van het logistieke bedrijfsleven met meer dan 10 fte in rivierenland is bekend met de (marketing)activiteiten van de logistieke hotspot 1.2 Bovenregionale acquisitie gebeurt in afstemming en samenwerking met Provincie Gelderland, Oost NV, Stadsregio en de Liemers binnen het kader ‘Zuid Corridor’. 1.3 De eerste vijf bedrijven (> 5 fte)van buiten Rivierenland zijn naar de regio gehaald. Deze bedrijven passen bij het cluster land- en tuinbouw of het cluster van nationale distributiecentra. 1.4 Bedrijven met interesse voor vestiging in het Rivierenland worden ontvangen in een ‘Warm Bad’ en begeleid bij hun vestigingsproces. Eén persoon is aanspreekpunt voor een bedrijf dat interesse heeft in vestiging in Rivierenland , tot aan het moment van daadwerkelijke vestiging. Een compleet en actueel digitaal overzicht van vraag en aanbod van bedrijfsgrond en bedrijfsruimte is beschikbaar om het bedrijf naar de juiste plek te kunnen begeleiden. 1.5 Er is duidelijkheid over de ontwikkelingsmogelijkheden van een tweede containerterminal op Biezenburg. Ook is er duidelijkheid over de gewenste tijdsplanning en de locatie binnen het zoekgebied Biezenburg. De benodigde ruimtelijke onderzoeken zijn uitgevoerd.
Beoogde maatschappelijke effecten 1. Er is voldoende werkgelegenheid die aansluit op de in Rivierenland aanwezige beroepsbevolking. Er is alleen sprake van frictiewerkloosheid van maximaal 6%. Er is voldoende ruimte voor werklocaties om aan de werkgelegenheid ruimte te bieden. Rivierenland is gestegen naar de top 5 op de Ranglijst Logistieke Hotspots NL.
Samenwerking tussen NDL, Oost NV, CBIN en NFIA’s en overige partijen heeft geleid tot contacten met 50 relevante partijen in binnenen buitenland.
Het aantrekkelijke vestigingsklimaat zorgt samen met doelgerichte regiomarketing en acquisitie voor nieuwvestiging van bedrijven in Rivierenland. De eerste vijf bedrijven (> 5 fte) van buiten Rivierenland zijn naar de regio gehaald. Deze bedrijven passen bij het cluster landen tuinbouw of het cluster van nationale distributiecentra.
Er zijn nieuwe businessopportunities ontstaan voor het gevestigde bedrijfsleven.
1.6 Een Administratief Vliegveld is operationeel geworden, zodat vracht uit vliegtuigen in Rivierenland afgehandeld kan worden en niet per se op Schiphol. 2.1. De logistieke positie van het Rivierengebied voor de tuinbouw is beter benut en uitgebouwd.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 40 4 6 2. land- en tuinbouw
2.2. Het aantrekkelijke vestigingsklimaat zorgt samen met doelgerichte regiomarketing voor nieuwvestiging van bedrijven die zijn verbonden aan de agrarische sector.
2. Regio Rivierenland behoort tot de top 5 van Europese tuinbouwregio ·s voor fruit, laanbomen, enstoelen en alastuinbouw.
2.3 De land- en tuinbouwsector wordt ondersteund door een marketingcampagne, onderdeel van integrale Regiomarketing, gericht op zowel consumenten als bedrijven.
De werkgelegenheid in de land- en tuinbouw in Regio Rivierenland is met 10% gegroeid. De bruto toegevoegde waarde van de tuinbouwclusters Betuwse Bloem is verdubbeld tot € 1,5 miljard.
Doel(en) 3. Recreatie en Toerisme
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 3.1. Het toeristisch-recreatieve routenetwerk is uitgebreid en versterkt door uitbreiding en kwaliteitsverbetering van wandel- en fietsroutes en door de routestructuren tot één compleet netwerk met elkaar te verbinden. Hierdoor worden ook kunst, cultuur en cultuurhistorie, waaronder de Nieuwe Hollandse Waterlinie, beter bereikbaar en beleefbaar. 3.2 Er zijn attracties in Rivierenland aanwezig die ook bij minder mooi weer het bezoeken waard zijn en die aansluiten bij het onderscheidend karakter van Rivierenland. 3.2 Er zijn innovatieve toeristische concepten ontwikkeld, zoals een bij de regio passend concept als het fruitbelevingscentrum.
Toelichting Relaties met andere programma’s Bijna alle doelen uit het programma Welvarend hebben relaties met het programma Bereikbaar. De relaties met het programma Aantrekkelijk liggen vooral op het gebied van de ruimtelijke ordening, duurzaamheid en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De relaties met Participerend en Zelfredzaam liggen vooral op het vlak van de aansluiting onderwijs/arbeidsmarkt respectievelijk de leefbaarheid. Alle programma’s zijn met elkaar verbonden via het onderwerp ‘Regiomarketing’. Dit is ook een verbindende factor tussen de verschillende thema’s binnen het programma Welvarend.
Beoogde maatschappelijke effecten 3. De werkgelegenheid in de toeristisch recreatieve sector in Rivierenland is met 20% toegenomen door groei van de toeristisch recreatieve bestedingen.
Er zijn diverse innovatieve toeristische concepten gerealiseerd die aansluiten bij het onderscheidende karakter van het Rivierengebied en die aansluiten bij de veranderende behoefte vanuit de markt.
Er is een uitgebreid aanbod van goede recreatieve routestructuren. Deze zijn samengesmeed tot een compleet netwerk.
Middeleninzet Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015)
€ 350.000
€ 300.000
€ 1.400.000
Relaties met GSO en KSB-steden De relaties tussen Welvarend en de GSO en KSB-steden bevinden zich vooral op het vlak van economische structuurversterking en infrastructuur.
1. Logistieke Hotspot Rivierenland Rivierenland is aantrekkelijk als vestigingsgebied voor bedrijven die een belangrijke logistieke component hebben. Dit vanwege de centrale ligging en goede, multimodale ontsluiting van het gebied. Rivierenland heeft een sterk, innovatief cluster land- en tuinbouw en vele landelijk opererende distributiecentra. Het aantrekken van bedrijven die raakvlakken hebben met deze clusters, zorgt voor nieuwe werkgelegenheid en voor nieuwe businessopportunities voor het gevestigde bedrijfsleven. Rivierenland is altijd te bescheiden geweest. De vele mogelijkheden in dit gebied zijn onvoldoende onder de aandacht gebracht. Een marketing- en acquisitiecampagne brengt hier verandering in en is een essentieel onderdeel van Logistieke Hotspot Rivierenland. Samenwerking met Provincie Gelderland, Oost NV en andere regio’s aan bovenregionale acquisitie en marketing, draagt bij aan de bekendheid van Rivierenland. Omdat we uitgaan van samenwerking bij de bovenregionale acquisitie, met de werktitel ‘Zuid-as Corridor’, zijn in dit regiocontract alleen middelen opgenomen voor de promotie en marketing die regionaal wordt uitgevoerd.
41
Toelichting
Middeleninzet
Een goed aanbod van (nat) bedrijventerrein, passend bij de behoefte vanuit de markt en de ambities van de regio, is een belangrijk om bedrijven te interesseren om zich in Rivierenland te vestigen. Gebiedsantwikkeling zoals is afgesproken binnen het Regionaal Programma bedrijventerreinen moet worden voorbereid, zodat uitgifte van bedrijventerrein met een (boven)regionale functie mogelijk is zodra er behoefte aan is.
Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015)
Snelle afhandeling van vracht uit vliegtuigen in de regio verbetert het vestigingsklimaat. Dit is mogelijk door realisatie van een ‘administratief vliegveld’. Realisatie gebeurt zoveel mogelijk via het uitvoeringsorgaan Logistieke Hotspot Rivierenland. Alleen bijkomende kosten zijn opgenomen in dit Regiocontract De ambities rond Logistieke Hotspot Rivierenland gaan verder dan in het Regiocontract is opgenomen. Hierover heeft overleg met Provincie Gelderland plaatsgevonden in het kader van het provinciale programma Logistiek als Gelderse Motor. Om een hoogwaardig, hypermodern en duurzaam logistiek voorzieningenniveau met slim, schoon en in time’ transport te realiseren, maken we samen met marktpartijen graag gebruik van het provinciaal instrumentarium van subsidies voor logistiek, innovatie en bedrijfsomgeving. Een andere ambitie van de regio betreft de uitbreiding van de mogelijkheden voor multimedaal transport door realisatie van een spoorterminal binnen de regio. Hierover is reeds contact met een geïnteresseerde marktpartij. Uit het overleg bleek dat deze en andere ambities ronde Logistieke Hotspot Rivierenland mede kunnen worden gefinancierd uit genoemde sectorregelingen van de Provincie Gelderland. Deze zijn niet opgenomen in het Regiocontract Een eerste aanvraag voor sectormiddelen uit het provinciaal programma Logistiek , is op 19 maart 2013 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie.
2. Land- en tuinbouw
€ 50.000
€ 250.000
In de eerste tranche van het regiocontract zijn al veel middelen opgenomen voor projecten om land- en tuinbouw te versterken via Betuwse Bloem (een paraplu met vier onderliggende pacten voor de branches fruit, paddenstoelen, laanbomen en glastuinbouw). Voortschrijdend inzicht leert dat een goede, doelgerichte marketingcampagne een verdere impuls kan geve aan deze sector. Zeker wanneer deze onderdeel uitmaakt van een bredere aanpak van regiomarketing.
3. Recreatie en toerisme
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 42 4 6
€ 300.000
€ 160.000
€ 540.000
Totaal Progr. Welvarend € 460.000
Totaal Progr. Welvarend € 2.190.000
De versterking van de vrijetijdssector wordt gerealiseerd in samenwerking met het Regionaal Bureau voor Toerisme, Recreatiemaatschappij Uiterwaarde, het bedrijfsleven en de provincie. Afstemming binnen deze sector en tussen de actoren is nodig. Daarom is de visie “Versterken en uitbouwen” opgesteld.
Juist in deze tijd van recessie en crisis wil Regio Rivierenland vasthouden aan haar economische doelen. Om deze te kunnen bereiken, is uitbreiding van de projecten nodig en dus een extra inzet van middelen.
De inzet op de uitbreiding en versterking van de toeristische infrastructuur wordt vergroot. Onder meer door de routestructuren tot één compleet netwerk met elkaar te verbinden. Hierdoor willen we potentiële bezoekers aan het Rivierengebied verleiden door het aanbieden van een compleet en verrassend fiets- en wandelroutenetwerk van goede kwaliteit, waardoor de vele fraaie cultuurhistorische ob jecten en het landschap beter t()egankelijk en beleefbaar worden.
Totaal Progr. Welvarend € 700.000
Toelichting Rivierenland is vooral interessant voor dagtoeristen. Dit willen wij versterken door het realiseren van meer attracties, die ook bij minder mooi weer het bezoeken waard zijn en die aansluiten bij het onderscheidende karakter van Rivierenland. Wellicht kunnen initiatieven met elkaar worden gecombineerd om versnippering te voorkomen. Bijvoorbeeld een combinatie van Levend Land met een dagattractie als Fruitrijk.
Middeleninzet Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015)
43
Participerend Rivierenland
44
45
Participerend Rivierenland
Rivierenland Programma: Participerend 1. Regionale Infrastructuur Werk Doel(en) Versterken/ vernieuwen regionale infrastructuur in de sociale zekerheid
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) 1 . één gezamenlijk regionaal beleid werk en inkomen 2. één gezamenlijk regionaal klantproces 3. één gezamenlijk regionale werkgeversbenadering
Toelichting
Beoogde maatschaappelijke effecten Een versterkte en vernieuwde regionale infrastructuur waarmee de samenwerkende gemeenten de komende jaren hun verantwoordelijkheden op het terrein van de sociale zekerheid kunnen waarmaken ten aanzien van werkgevers, werkzoekenden en arbeidsgehandicapten
Middeleninzet
De sociale zekerheid staat aan de vooravond van grootschalige hervormingen. De invoering van de Wet werken naar vermogen, die bovendien gepaard gaat met een enorme bezuiniging. Deze ontwikkeling vindt gelijktijdig plaats met ingrijpende ontwikkelingen op het terrein van de WMO en van de Jeugdzorg. Ontwikkelingen niet alleen met grote implicaties voor de uitvoeringsorganisaties die daar een centrale rol in vervullen, maar ook voor iedereen die van de voorzieningen op deze terreinen afhankelijk zijn. De impact op zowel de mensen als de uitvoeringsorganisaties en mensen die daarin werkzaam zijn is groot. Binnen het programma Participerend vormt het anticiperen op de hervormingen in de sociale zekerheid de grootste uitdaging en opdracht voor de komende jaren. Het vraagt om een ingrijpende vernieuwing van de regionale infrastructuur, terwijl ondertussen de zorg en ondersteuning voor en van de werkzoekenden, arbeidsgehandicapte inwoners, maar ook van werkgevers gewoon moet doorgaan. De gemeenten en POA RAAK, waarin naast de regiogemeenten het gemeentelijke regionaal SW-bedrijf Landeren het UWV Werkbedrijf Tiel-Zaltbommel, ROC Rivor en VNO-NCW Rivierenland deelnemen, hebben dit doel daarom als de meest belangrijke opgave opgenomen in het regionaal programma Particioerend Rivierenland.
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 46 4 6
Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 300.000
€ 150.000
€ 150.000
Rivierenland Programma: Participerend 2. Verbinding maatschappelijke- en arbeidsparticipatie Doel(en) Verbinden maatschappelijke- en arbeidsparticipatie en daarin bijzondere aandacht besteden aan ondersteuning van kwetsbare groepen gericht op meedoen, liefst via betaald werk, volledig dan wel naar vermogen of anders naar vrijwilligerswerk.
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) De gemeenten hebben afspraken gemaakt in een Regionaal Sociaal Akkoord met de vertegenwoordigers van de regionale werkgevers en werknemers, het UWV, Landeren de provincie een overeenkomst gesloten om tot en met 2013 circa 200 nieuwe banen en/of leerwerkbanen te realiseren voor de klanten van UWV, gemeenten en Lander. Een platform van werkgevers en uitvoeringspartijen, ondersteunt door het Rivierenlands werkgeversservicepunt WAPR zorgt voor uitvoering van deze overeenkomst. De gemeenten hebben ook geregeld dat in de uitvoering van hun zorgtaken voor werkzoekenden en arbeidsgehandicapten alle inspanningen er op gericht zijn dat deze burgers zoveel mogelijk gaan “meedoen”, bijvoorkeur via de betaald werk, zo niet dan via werken naar vermogen en anders via vrijwilligerswerk. De gemeenten sturen gezamenlijk op dit doel op de regionale schaal (regie en kennisdeling), de uitvoering ervan vindt sub-regionaal en lokaal plaats.
Toelichting Op initiatief van VNO-NCW is ondersteund doorLandereen Regionaal Sociaal Akkoord ontwikkeld, waarmee gelet op de invoering van de Wwnv, de gemeenten, UWV en Landersamen met werkgevers in Rivierenland vanuit het oogpunt van verantwoord maatschappelijk ondernemen een gezamenlijke bijdrage leveren aan een gezonde regionale arbeidsmarkt. De provincie Gelderland heeft deze overeenkomst mede-ondertekend.
Beoogde maatschaappelijke effecten Een verstrekte regionale infrastructuur gericht op meer uitstroom o.b.v. de Wet werken naar vermogen, waarbij werkgevers hun tekorten aan personeel op een maatschappelijk verantwoorde wijze kunnen aanvullen. Een goede aansluiting tussen de uitvoering van de Wwnv en de WMO, waardoor mensen die een uitkering ontvangen op hun eigen niveau en mogelijkheden stappen zetten gericht op het verwerven van een eigen inkomen en waarbij zij mogelijkheden krijgen zich in te zetten voor de samenleving en daarmee zinvolle dagbestedingsmogelijkheden hebben.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 900.000
€ 450.000
€ 450.000
Algemeen uitgangspunt is dat iedereen die voldoende is gekwalificeerd en niet ziek is of anderszins kampt met ernstige problemen zelf de weg naar een betaalde baan kan vinden. Een deel van de werkzoekenden in de WWB en de meeste arbeidsgehandicapten hebben echter ondersteuning nodig om te kunnen werken naar (hun) vermogen, hetzij in een baan waarbij loondispensatie wordt verstrekt (voor het improductieve deel) of in vormen van vrijwilligerswerk. Hier raken de activiteiten van de sociale werkvoorziening, het welzijnswerk, de zorg en de vrijwilligerscentrales elkaar. Regionaal, subregionale en lokale organisaties hebben binnen deze doelstelling de opgave om door kennisdeling en samenwerking de resultaten binnen deze doelstelling vorm en inhoud te geven. Hoe groter de afstand tot regulier betaald werk, hoe dichter bij huis het (vrijwilligers-) werk georganiseerd moet zijn. Gedacht wordt aan: Projecten in de groene en grijze sector en in de sfeer van de WMO. Projecten voor inzet van WWB-ers en arbeidsgehandicapten bij zorgtaken, oogsttaken, groen onderhoud, etc. Hier ligt ook de verbinding naar de onderhoud en exploitatie van het Nieuwe Hollandse Waterlinie, waarvoor de kosten zijn opgenomen in de programmalijn Aantrekkelijk. Er liggen hier tevens verbindingen naar de KSB en GSO met projecten als de Doenerii en Dynamiek e.d. De uitwerkinq van proiecten in dit kader ziin pas vanaf het najaar 2012 en in 2013 mogelijk. Het is namelijk van belang dat de in doel a. beoogde regionale infrastructuur werk (RIW) in 2012 zijn beslag krijgt. Dat is nodig om een adequate verbinding tussen de arbeids-en maatschappelijke participatie te kunnen ontwikkelen en in regelen. De genoemde budgetten zijn vooralsnog taakstellend.
47
Rivierenland Programma: Participerend 3. Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt Doel(en) Verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt voor de terreinen waar in Rivierenland een tekort aan geschikt personeel wordt verwacht, nl. in de zorg, de logistiek en techniek (ook agrotechniek)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten) Naast het in algemene zin verhogen van de scholingsgraad in Rivierenland zijn er voor de terrein logistiek en transport, zorg, techniek (in brede zin) programma’s ontwikkeld en uitgevoerd met als resultaten: Meer instroom, zowel jongeren als zij-instromers met speciale aandacht voor kwetsbare groepen; lntensieve(re) samenwerking tussen ondernemers, kennisorganisaties en overheid op de terreinen van zorg, logistiek en techniek en krachtenbundeling; Actieve kennisdeling.
Beoogde maatschaappelijke effecten Het aantal voortijdig schoolverlaters in Rivierenland is verder teruggebracht en de verwachtte krapte op de Rivierenlandse arbeidsmarkt is teruggebracht tot een aanvaardbaar niveau.
De mogelijkheden en wenselijkheid voor een dergelijk programma op het terrein van recreatie en toerisme is onderzocht. Voor de preambule bedraagt het totale pakket € 2.270.000.
Toelichting Binnen deze doelstelling wordt gewerkt in meerjarige programma’s met daarin projecten gericht op: het vergroten van de instroom van jongeren het versterken van zij-instroom het boeien, binden en upgraden van werkenden De trekkracht voor deze programma’s ligt steeds in regionale netwerken van ondernemers en onderwijs/kennisinstellingen met ondersteuning van de regio(-gemeenten). Het POA RAAK speelt daarin een verbindende en stimulerende rol. Daarbij zal vanuit de gemeenten ook bijzondere aandacht worden gegeven aan de ondersteuning van “kwetsbare jongeren”, zoals in mentor en coachingsprojecten, lokaal, sub-regionaal en regionaal. De vergrijzing en ontgroening in Rivierenland, die zich sneller ontwikkeld dan het landelijk gemiddelde, maakt het noodzakelijk om op de verwachte tekort sectoren Logistiek&Transport, Zorg en Techniek voortvarend aan de slag te gaan, om meer jongeren en zij-instromers op te leiden. Er liggen op dit moment eerste concept-programma’s, waarvoor meer budget gevraagd wordt dan er beschikbaar zal komen via het Regiocontract. Wij hebben daarom prioriteiten gesteld. De toegekende budgetten zullen in eerste instantie benut worden voor het versterken van de regionale netwerken en uiteraard een aantal concrete projecten per sector. Vervolgens willen wij in deze contractperiode graag in overleg met de provincie zoeken naar extra mogelijkheden om ten behoeve van het gezond houden van onze regionale economie. N.B. voor een programma aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt op het terrein van de logistiek zal in maart een provinciale van € 300.000 uit de sectormiddelen worden aevraaad. Dit is ambteliik met de provincie besproken en voorbereid.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
€ 600.000
€ 50.000
€ 550.000
Totaal Progr. Participerend Rivierenland € 1.800.000
Totaal Progr. Participerend Rivierenland € 650.000
Totaal Progr. Participerend Rivierenland € 1.150.000
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 48 4 6
2e tranche Rivierenland Programma: Zelfredzaam Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
Beoogde maatschappelijke effecten
A. De verbinding tussen maatschappelijke participatie en arbeidsparticipatie verstevigen met bijzondere aandachtvoorde laaggeletterde inwoners.
1.
De werving van deelnemers voor de bestaande projecten op het gebied van laaggeletterdheid is verbeterd ( met als resultaat dat intensief gebruik gemaakt wordt van het cursusaanbod Volwasseneneducatie dat door de ROC’s in Rivierenland wordt geboden). Deze werving van deelnemers vindt professioneel plaats , tijdens de intake bij de organisaties die contact hebben met laaggeletterden (bijv. UWV , Werk en Inkomen, SW). Om de groep laaggeletterden te bereiken die niet in contact komt met deze organisaties, worden extra vrijwilligers geschoold en toegerust.
1. Een groter bereik van de laaggeletterde inwoners die dankzij het gebruiken van de voor hen bestemde activiteiten, beter deelnemen in de samenleving.
B. Door extra activiteiten voorkomen dat bij kinderen vanaf basisschoolleeftijd laaggeletterdheid ontstaat.
2.
De werknemers in Rivierenland die als gevolg van hun laaggeletterdheid niet meer kunnen voldoen aan de hogere eisen die het werk met zich meebrengt, hebben een gerichte bijscholing gekregen (die het mogelijk maakt om gewijzigde schriftelijke instructies te begrijpen en toe te passen).
2. Voorkomen dat werknemers arbeidsongeschikt raken ondanks het feit dat ze over voldoende vakbekwaamheden beschikken.
3.
Een uitbreiding van het scholingsaanbod gericht op laaggeletterde jonge ouders. In samenhang met activiteiten op het terrein van Voor- en Vroegschoolse Educatie, zijn taalachterstanden bij kinderen van 4-12 jaar zijn zo veel mogelijk weggenomen. Op de 160 basisscholen in Rivierenland zijn actuele schoolbibliotheken en zijn lees- en mediacoaches actief voor kinderen met en zonder leesproblemen.
3. Bevorderen dat taalachterstand bij de groep jonge ouders wordt weggenomen en daarmee de participatie toeneemt. Voorkomen dat laaggeletterdheid bij kinderen ontstaat (preventie).
Toelichting In het Regiocontract 2012-2015 is met beperkte middelen en op kleine schaal begonnen om de maatschappelijke participatie van laaggeletterden te bevorderen. De 2e tranche wordt nu benut om de projecten die als pilot van start gegaan zijn, te verstevigen en uit te bouwen. Tegelijkertijd worden projecten ontwikkeld die sterk gericht zijn op preventie van laaggeletterdheid. Bij de realsiering van deze doelen in de 2e tranche van het Regiocontract is de deelname uitgebreid van 4 naar 10 gemeenten. dit geldt ook voor de cofinanciering die nu door 10 gemeenten wordt gedragen. Bovendien wordt nu in een deel van de cofinanciering bijgedragen door derden (2 ROC’s en Bibliotheek Rivierenland)
Middeleninzet Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
€ 225.000
€ 200.000
Derden (2013-2015) € 25.000
49
Bereikbaar Rivierenland
50
51
Bereikbaar Rivierenland
Rivierenland Programma: Bereikbaar 1. Ontwikkeling Stationsgebieden Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
A. Ontwikkelen stationsgebieden 1. Ontwikkelen station Culemborg
A.1 De randstad is beter bereikbaar, verbeterde transferfunctie, meer mogelijkheden voor ketenmobiliteit en een sterk verbeterde toegang tot Culemborg voor toeristen, bewoners en bedrijven. Meer mensen maken gebruik van station en Openbaar Vervoer. Het stationsgebied is van betere kwaliteit (sociaal veiliger, verkeersveiliger, duurzamer, beter toegankelijk) d.m.v: A.1.1 - Een doorbraak reizigerstunnel westzijde; - Een fietstunnel; - Een stationsplein aan de westzijde met buslus, P&R, taxi; A.1.2 - Een fietsfly-over aan de westzijde - P&R verplaatsing naar de westzijde en vergroting van de capaciteit - Extra fietsenstalling west en oostzijde (meer capaciteit); - Extra fietsvoorzieningen aan de oostzijde; - Upgrade van het huidige stationsplein oostzijde.
2. Ontwikkelen station Zaltbommel
A2 Een sterk verbeterde ruimtelijke kwaliteit en structuur van het stationsgebied d.m.v.: 1. Een opnieuw ingericht groter stationsplein met bus/taxi voorziening P&R; Een sterk verbeterde toegang stad-station door aanleg van een fiets- en voetpad en een verbeterde toegang tot de bedrijventerreinen aan de oostzijde door de verbetering van de fiets- en voetgangerstunnel. 2. Aankoop onroerend goed nabij station is gerealiseerd hierdoor is de toegankelijkheid van het stationsplein en het te ontwikkelen werkgebied verbeterd
3. Ontwikkelen station Tiel
A3
4. Ontwikkelen station Opheusden
Beoogde maatschaappelijke effecten A t/m D Een goed ontwikkeld sociaal veilig stationsgebied is structuurversterkend en geeft een positieve uitstraling voor de hele stad en het ommeland voor zowel economie, onderwijs, sociale samenhang als wonen.
Een betere bereikbaarheid van de stationsgebieden voor langzaam verkeer d.m.v. aanpassing van de spoorwegovergang voor langzaam verkeer ter hoogte van Station Tiel Centraal tot volwaardige verbinding;
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 52 4 6 A4 Een verbeterd stationsgebied Opheusden waarbij verbinding wordt gelegd met economische activiteiten in de agro-busines.
5. Doorontwikkelen station Geldermalsen
6. Spoorontwikkeling Tricht
A5 Verbeterde toegang aan oostzijde station Geldermalsen dmv: - het realiseren van een extra fietsenstalling van 1000 plaatsen. A6. Herziening spoorkruising Tricht: A.6.1 Rondweg Tricht;
A6.2 VoetgangersTunnel Tricht.
Rivierenland Programma: Bereikbaar 1. Ontwikkeling Stationsgebieden Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
B. Stimuleren publiek, private samenwerkingsvormen rondom stations
B.
Een afgeronde pilot waarbij markt en private pattijen gezamenlijk tot ontwikkeling van een (deel) van een stationsgebied komen.
C. Publieke samenwerkingsvormen bij stations versterken.
C.
Pilot om publiek, publieke samenwerking bij de ontwikkeling van stations te versterken (1e aanzet hiervoor is gegeven bij de schouw van de stations Culemborg en Zaltbommel op 14 oktober 2011).
0. Aantrekkelijker maken stations
D 1. Onderzoek met uitwerkingsvoorstel op welke wijze de stations in Rivierenland aantrekkelijker kunnen worden. D 2 Implementatie van het voorstel.
E. Uitvoering spoorvisie
E.1 Onderzoek naar frequentieverhoging treinen Utrecht- Den Bosch en Utrecht - Tiel van 2 naar 3x per uur. E.2 Haalbaarheidsonderzoek station Geldermalsen-Zuid E.3 Haalbaarheidsonderzoek station Waardenburg Het totale pakket voorde preambule bedraagt € 11.791.000
Beoogde maatschaappelijke effecten
E .1
Verbeterde bereikbaarheid van grote steden rondom Rivierenland. Kwaliteitsverbetering van het OV (minder staan in treinen)
E2/.3 Verbeteren bereikbaarheid van delen van Rivierenland
53
Rivierenland Programma: Bereikbaar 1. Ontwikkeling Stationsgebieden Toelichting
Middeleninzet
Oe ontwikkelingen van stationsgebieden wordt expliciet genoemd in de kaderbrief.
Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Culemborg
Totaal Progr. Bereikbaar Rivierenland € 2.900.000
Totaal Progr. Bereikbaar Rivierenland € 3.439.000
Het stationsgebied Culemborg wordt ontwikkeld in samenwerking met Prorail, NS en diverse private partijen.
Zaltbommel Het kader voor alle ontwikkelingen rond het station Zaltbommel is de vastgestelde landschappelijke en Stedenbouwkundige Visie Van Station Tot Vestingstad. De ontwikkelingen voor het stationsgebied Zaltbommel liggen de komende jaren voornamelijk op het terrein van het verbeteren van het verblijfsklimaat, de verkeersveiligheid en de toegankelijkheid voor de voetgangers en fietsers en het parkeren van auto’s en stallen van fietsen. Hiervoor wordt samengewerkt met Prorail en NS. De uit te voeren werkzaamheden ziin tevens voorwaardenscheppend voor de verdere herontwikkelinasmogeliikheden van het stationsgebied. Deze herontwikkeling betreft een potentiële private ontwikkeling (locatie houthandel Van de Bosch) en een gemeentelijke planontwikkeling voor de herbestemming van de zogenaamde kantoren/bedrijvenlocatie.
Tiel Het stationsgebied Tiel wordt ontwikkeld in samenwerking met Prorail.
Geldermalsen Het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer maakt onderdeel uit van cluster ‘Openbaar Vervoer voor iedereen’ van het mobiliteitsplan Geldermalsen 2020. De benodigde fietsenstalling blijkt uit berekeningen van Prorail. Tevens fysieke relatie met ontwikkelplan Stationsgebied Oost.
Geldermalsen, aanpassingen Tricht Om de aanpassingen van de spoorkruisingen van Prorail volledig door te voeren op een voldoende kwaliteitsniveau en te laten aansluiten op de bestaande structuur zijn forse investeringen ook van gemeenten nodig. Met deze aanpassingen wordt de sociale samenhang in het dorp Tricht gewaarborgd. De ontwikkeling van stationsgebieden vindt aansluiting bij de volgende andere doelen van het regiocontract • Duurzaamheid uit het programma. aantrekkelijk • Versterken R&T uit het programma. welvarend • Herstructurering bedrijventerreinen programma. Welvarend • Aansluiting onderwijs/arbeid programma. Participerend
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 54 4 6
Derden (2012-2015) Totaal Progr. Bereikbaar Rivierenland € 12.560.000
Rivierenland Programma: Bereikbaar 2. Bereikbare voorzieningen (OV) Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
2A
Versterken huidige voorzieningen met verbeterde afstemming OV.
2A
2B
Waarborgen stedelijke bereikbaarheid t.b.v. economie en sociale samenhang.
2B In samenwerking met provincie Gelderland vorm geven aan stedelijke bereikbaarheid.
De voorzieningen in Rivierenland worden beter benut doordat het OV/particuliere vervoersoplossingen beter aansluiten op de aanwezige voorzieningen. Het resultaat is op te delen in 3 fases: 1. Een inventarisatie voorzieningen en vervoerswijze; 2. Een Inventarisatie verbeteropties 3. Start implementatie van verbeteropties
2C1 Uitvoering van projecten mobiliteitsc onvenant.
2.C.1 De provincie, Regio en gemeenten hebben samen met het bedrijfsleven VNO/NCW en div. individuele bedrijven in 2011 het mobiliteitsconvenant ondertekend met als doel samen te werken aan het bereikbaar houden van Rivierenland door het aantal autokilometers te verminderen. De samenwerking binnen dit convenant is sterk structuurversterkend (publiek/private samenwerkingsvorm). De gelden worden gebruikt om een aantal onderliggende projecten te financieren zoals o.a. kortingacties en stimuleringsacties OV, elektrische fiets, het nieuwe werk, maatwerk bij bedrijventerreinen.
2C2 Verbeterde digitale bereikbaarheid.
2C2 Digitale bereikbaarheid is sterk verbeterd waardoor wegen niet verder zijn dichtgeslibd en onze regio economisch bereikbaar blijft.
Toelichting 2A Met het resultaat worden de steden en dorpen in Rivierenland beter met elkaar verbonden en ontstaat een kwalitatieve structuurverbetering.
Beoogde maatschaappelijke effecten 2A Betere benutting van de bestaande voorzieningen en meer cohesie in de samenleving.
2B De steden bereikbaar houden ten behoeve van economie en sociale samenhang. Bereikbaarheid is een drager voor structuurversterking.
Middeleninzet Provincie (2012-2015)
Gemeente(n) (2012-2015)
Derden (2012-2015)
2B De stedelijke bereikbaarheid komt steeds onder druk te staan. Doel is om in samenwerking met de provincie eerste een analyse uit te voren en vervolgens d.m.v. cocreatie te komen tot verbeteringen. Doel is om de projecten die voortkomen uit de analyse, cocreatie op te nemen in de 29 fase Regiocontract. * Er is in juli 2011 een grondexploitatie (grex) vastgesteld voor het westelijk deelgebied. De bijdragen van de gemeente en private partijen is daar de basis van. Om de ambitie waar te maken en het gewenste kwaliteitsniveau, is een bijdrage van de provincie zeer wenselijk.
55
2e tranche Rivierenland Programma: Bereikbaar Doel(en)
Beoogde resultaten (=voorgenomen uitvoeringsprojecten)
1. Ontwikkelen stationsgebieden
Functionele stations met een prettige uitstraling als poorten van Regio Rivierenland ten behoeve van de ontwikkeling van de Regio als startpunt of finish voor leren, werken en ontmoeten.
1.1 Ontwikkelen station Zaltbommel
1. Aankoop onroerend goed nabij station is gerealiseerd hierdoor is de toegankelijkheid van het stationsplein en het te ontwikkelen werkgebied verbeterd.
1.2 Doorontwikkelen station Geldermalsen
2.
Beoogde maatschappelijke effecten 1. Een goed ontwikkeld sociaal veilig stationsgebied is structuurversterkend en geeft een positieve uitstraling voor de hele stad en het ommeland voor zowel economie, onderwijs, sociale samenhang als wonen.
Voldoende ruimte voor het op een goede manier stallen van alle fietsen ter bevordering van het gebruik van de combinatie Fiets/OV aan de oostzijde van het station Geldermalsen dmv: - het realiseren van een extra fietsenstalling van 500 plaatsen.
Toelichting
Middeleninzet
1.1 / 1.2 Doorontwikkeling stationsgebieden Zaltbommel en Geldermalsen Totaal
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 56 4 6
Provincie (2013-2015)
Gemeente(n) (2013-2015)
Derden (2013-2015)
€ 400.000 € 400.000
€ 400.000 € 400.000
n.b.
57
Matrix
R
2
2
ke Nie kw 5 uw ali eH 1 te oll i an 3 ds 2 eW 3 at er 2 ng en 2 va ng 2 oe 1 d
t
1
1
5
1
2
2
3
1
5
Ver bi
3
2
1
1
2
2
Aa ns lu 3
ru
1
ing rer ctu
nd ing
1
1
3
1
Du Rivi urza ere am nla n 1
1
m aa ts
Re gi
iti ng o
1
d
2
3
1
3
5
1
1
1
2
3
3
2
it lite wa ek
Transf orm atie en he 2 5 rst
nde wo ni
2
Recreatie en toerisme
3
ie lin
2
1
3
5
15 Pa r
Werklocaties
k ij
Voldo e
contracten (KSB- en GSO-contracten).
3
5
1
2
regionale programma's en de 3 stedelijke
20
Land- en tuinbouw 5
nd re pe ci ti
doelen die genoemd zijn binnen de vijf
-
Welvarend
rk we ur ctu 1 atie tru p 1 rtici ras spa inf 3 eid ale arb 2 on en 1 e1 lijk arkt pe 3 idsm ap 2 rb e ch na 1 3 1 js e wi 3 er nd 3
Aan tr ek Lan dsc ke ha pp eli l 2 j
dwarsverbanden weer tussen de thema's/
e
act 2012
ntr
co
o gi
3
ted ns ne Bin
3
2
2
ijke del ste gen um nin ntr zie 2 Ce voor 3 4
2
arheid fba Lee 4
2
1
3
3
ling nde Bu
2
1
1
2
3 2
d Jeug
3
Structuurversterking stad en platteland
1
1 1
3
2
4
3 2
4
3
4
2
3
5
Str v uct stad erste uuren rkin pla g tte lan d 2
5
1
1 3
4
1
3
el Ti keling O wik GS elijke ont
en kracht
2
2 2
1 2
egen en bew 1 port id, s 2 dhe 2 3 2 zon Ge 3
2
, mie no heid Eco baar heid f ig lee veil 3 en 1
2
2
3
1
1
5
2
2
2
a Ma
4 1
2
3
Economie, leefbaarheid en veiligheid
KSB Culemborg
2 3
3 4
2
3
Eco nom ie en , leef vei b ligh aarh eid eid
KS B Zal tb om me l 1
1
2
edelijke ontwikkeling Binnenst
Landschappelijke kwaliteit 5
3
2
3
4
zaam red dersteuning lf on Ze tschappelijke 3 1 1
3 2
3
GSO Tiel
rekkelijk Aant 2
Berei kba ar
2
aangegeven verbanden.
5
nadrukkelijk rekening gehouden worden met de
3
Bij de realisatie van deze thema's/doelen zal
Ontwikke ling s tatio n s g ebie 2 3 den 1 Bereikbaarh eid vo orzie nin gen (OV 2 )
2
2
Leeswijzer
De cirkel geeft de synergetische
3
3
2
2
2
1
5
2
1
2
3
1
1
Duurzaam Rivierenland 2
1
1
3
Zelfredzaam
3
2
1
2
2
3
1
2
2
Economie, leefbaarheid en veiligheid 1
2 4
appelijke ondersteuning Maatsch
3
3
2
1
1
atie en herstructurerin sform g Tran 5
1
Centrumstedelijke voorzieningen
gen van goede kw e wonin alite oend it Vold 2 1 3 3
3
4
3
Hollandse Waterlinie Nieuwe
3
5
3
1
2 3
1
dheid, sport en bewegen Gezon Welvarend
1
Land- en tuinbouw 3
5
1
5
2
4
2
2
3
2
3
2
2
Economie, leefbaarheid en veiligheid
Jeugd
2
1
Werklocaties 3
5
2
1
2
1
1
3 1
5
1
2
5
3
3
1
2
1
2
1
2
3
3
Recreatie en toerisme 2
KSB Culemborg
1
2
2
3
2
gk Bundelin rachten
2
3
4
2
1
2
3
Structuurversterking stad en platteland 2
2
2
3
4
1
5 3
2
Leefbaarheid 1
3
4
1
3
2
2
Bereikbaar
2
KSB Zaltbommel Economie, leefbaarheid en veiligheid
eling stationsgebieden Ontwikk 1
3
2
1
baarheid voorzieningen (OV) Bereik 1
2
3
5
2
3
4
2
3
2
2
2
Bij programma ‘Zelfredzaam’ zijn bij het thema ‘Gezondheid, sport en bewegen’ de dwarsverbanden zichtbaar met: Aantrekkelijk
- Landschappelijke kwaliteit - Nieuwe Hollandes Waterlinie - Transformatie en herstructurering
58
Welvarend
- Recreatie en toerisme
Bereikbaar
- Bereikbaarheid voorzieningen (OV)
GSO - Tiel
- Centrumstedelijke voorzieningen
KSB - Culemborg
- Structuurversterking stad en platteland
KSB - Zaltbommel
- Structuurversterking stad en platteland
3
4
2
1
2
3
3
Structuurversterking stad en platteland 2
4
1
5 3
2
Legenda
Programmaraden
5
Kleur kenmerk programma Zelfredzaam
5
Kleur kenmerk programma Aantrekkelijk
5
Kleur kenmerk programma Welvarend
5
Kleur kenmerk programma Participerend
5
Kleur kenmerk programma Bereikbaar
5
Nummers in driehoek thema’s programma’s
GSO - KSB
5
5
Kleur kenmerk GSO Tiel
5
Kleur kenmerk KSB Culemborg
5
Kleur kenmerk KSB Zaltbommel
5
Nummers in driehoek thema’s programma’s
5
Nummering niet persé prioritering
59
60 Beschikking
61
62
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 4 6
63
H. van Oorschot portefeuille Regiocontract Regio Rivierenland
Stan Herms Programma manager Regiocontract e:
[email protected] t: (0344) 63 85 73
Regio Rivierenland Burg v. Lidth de Jeudestraat 3a, 4001 VK tiel Postbus 137, 4000 AC Tiel (0344) 63 85 55
[email protected] [email protected] Programmamanagement Regiocontract (0344) 63 85 73
Het Regiocontract wordt mede mogelijk gemaakt door de provincie Gelderland.
L.H.M. van Ruijven-van Leeuwen portefeuille Zelfredzaam Rivierenland
Inge-Marie van Klaveren Programmamanager Zelfredzaam Rivierenland e:
[email protected] t: (0344) 63 85 76
A.J. van Hedel portefeuille Aantrekkelijk Rivierenland
Bas de Jong Programmamanager Aantrekkelijk Rivierenland e:
[email protected] t: (0344) 63 85 15
J. Huizinga portefeuille Welvarend Rivierenland
S. van Alfen portefeuille Participerend Rivierenland
3 3 3 3 2 1 3 2 1 3 66 1 1 33 4 64 4 6 M.W.M. de Vries portefeuille Bereikbaar Rivierenland
Gussenhoven Grafische Communicatie
Bart Kennis Programmamanager Welvarend Rivierenland e:
[email protected] t: (0344) 63 85 72
Gert Veenendaal Programmamanager Participerend Rivierenland e:
[email protected] t: (0344) 63 85 19
Bas de Jong Programmamanager Bereikbaar Rivierenland e:
[email protected] t: (0344) 63 85 15