Rapport Aanbesteding gehandicaptenvervoer onderzoek van de Rekenkamercommissie Ridderkerk naar het aanbestedingsproces van het gehandicaptenvervoer 2003/2004
September 2007 Leden van de rekenkamercommissie: De heer M.P. van der Hoek (voorzitter) De heer M. de Bonte Mevrouw C. van Dijl-Garama De heer P. Visser De heer J. Weggeman
Verantwoording Voor u ligt het derde rapport van de Rekenkamercommissie Ridderkerk. Per brief (d.d. 7 februari 2007) bent u geïnformeerd over het niet halen van de oorspronkelijke planning van het onderzoek. Een reden hiervoor was een wisseling van de onderzoeker. Bovendien bleek de omvang van het dossier groter dan verwacht. Niet alle vragen die de Rekenkamercommissie in de onderzoeksopzet had vastgesteld, zijn beantwoord. Het onderzoek is beperkt tot de aanbesteding van het gehandicaptenvervoer Barendrecht en Ridderkerk en het aanbestedingsproces. De vragen over de doelen van het gehandicaptenvervoerbeleid blijven dus buiten beschouwing. Door de omvang van het dossier en de (beperkte) toegankelijkheid ervan weegt de meerwaarde van een diepgaander onderzoek niet op tegen de tijd en kosten die daarmee gemoeid zouden zijn. De Rekenkamercommissie is van mening dat het rapport voldoende leerstof biedt voor toekomstige aanbestedingen in het algemeen en van het gehandicaptenvervoer in het bijzonder. De eerstvolgende aanbesteding van het WVG- en ouderenvervoer stond gepland voor oktober 2007. Inmiddels heeft de Rekenkamercommissie vernomen dat die is uitgesteld en dat de overeenkomst met Taxi Bakker met een jaar is verlengd. Leeswijzer Hoofdstuk 1 bevat de samenvatting, conclusies en aanbevelingen. Een uitgebreid verslag van het onderzoek is te vinden in de hoofdstukken 2 en 3. Hierin staat hoe het onderzoek is uitgevoerd en op basis van welke feiten de Rekenkamercommissie is gekomen tot de conclusies en aanbevelingen.
1
2
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Conclusies en aanbevelingen 1.1 Samenvatting 1.2 Aanpak van het onderzoek 1.3 Conclusies 1.4 Aanbevelingen 1.5 Bestuurlijk wederhoor 1.6 Nawoord
5 6 7 8 9 11
Hoofdstuk 2 Normenkader 2.1 Indeling 2.2 Gehandicaptenvervoer 2.3 Voorschriften aanbesteding gehandicaptenvervoer 2.3.1. Voorschriften aanbesteding 2003 2.3.2. Wijzigingen voorschriften aanbesteding tijdens proces 2.3.3. Huidige voorschriften aanbesteding
15 15 15 15 16 16
Hoofdstuk 3 Bevindingen 3.1 Inleiding 3.2 Voorbereidingen aanbesteding 3.3 Offerte aanbesteding WVG vervoer Ridderkerk 3.4 Bestek WVG- en ouderenvervoer 3.5 De inschrijving 3.6 De beoordeling van de inschrijvingen 3.7 Voorlopige gunning 3.8 Bezwaar Ecorys 3.9 Onderhandelingen Taxi Bakker 3.10 Het definitieve contract 3.11 Verlenging contract Reyertax 3.12 Claim gemeente Barendrecht 3.13 Uitvoeringsproblemen 3.14 Resultaat van de aanbesteding
17 17 17 19 21 22 23 23 24 26 27 28 29 30
Bijlagen Bijlage 1 Tijdbalk Bijlage 2 Lijst van geïnterviewden
3
4
Hoofdstuk 1 Conclusies en aanbevelingen § 1.1 Samenvatting Op 1 september 2003 moet het Wvg-vervoer opnieuw worden aanbesteed. Het college heeft besloten dat hierin ook het ouderenvervoer en de openbaarvervoersontsluiting van Rijsoord moeten worden betrokken. Begin maart 2003 vindt hierover een eerste interne bespreking plaats. Uitgangspunt in het aanbestedingsbeleid is dat daar waar mogelijk regionale samenwerking wordt gezocht. De hele aanbestedingsprocedure wordt begeleid door Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema. In een eerste overleg tussen Ridderkerk, Barendrecht en Verkeeradviesbureau Diepens en Okkema wordt duidelijk dat aanbesteding per 1 september 2003 niet meer mogelijk is. Besloten wordt de aanbesteding uit te stellen tot 1 april 2004. De bestaande contracten met de vervoerders moeten daartoe worden verlengd. Er komt een nieuwe planning die uitgaat van een start in juni 2003 en een afronding in december van dat jaar. De vervoerder kan de tijd tot 1 april 2004 gebruiken voor een gedegen voorbereiding. Op basis van een op 3 juli 2003 verschenen rapport van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema, wordt besloten de openbaarvervoersontsluiting van Rijsoord buiten de aanbesteding te houden. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema schrijft het bestek. De looptijd van de overeenkomst wordt bepaald op 3 jaar. De inschrijving sluit op 27 november 2003. Gunning vindt plaats op basis van prijs en kwaliteit. Zowel voor prijs als kwaliteit worden in het bestek meetbare criteria opgenomen. Aan deze criteria worden scores toegekend. De inschrijver die de hoogste totaalscore haalt, krijgt de opdracht. Inschrijving vindt conform planning op 27 november 2003 plaats. Er zijn 5 inschrijvers. Na inschrijving en voorafgaand aan de beoordeling daarvan wordt een discussie gevoerd over de waardering van de gunningscriteria die betrekking hebben op de prijs. Dit ondanks het feit dat het bestek hierover uitsluitsel geeft. Op 9 januari 2004 wordt gestart met de daadwerkelijke beoordeling. Op 12 februari 2004 tekent de directeur Maatschappelijke Aangelegenheden het besluit tot voorlopige gunning aan Taxi Bakker uit Barendrecht. Binnen de daarvoor gestelde termijn van 15 dagen stelt Ecorys namens één van de andere inschrijvers, te weten Zorgvervoercentrale Nederland, enkele kritische vragen over het aanbestedingsproces. Het komt echter niet tot een formeel bezwaar. Gunning aan Taxi Bakker vindt plaats op grond van de hoogste score. Die hoge score berust met name op de wijze waarop de scores voor de prijs per ritzone tot stand komen. Door de nu gehanteerde methode is de opdracht niet gegund aan de inschrijver met de laagste prijs. De reden is dat niet is uitgegaan van het verwachte aantal declarabele ritzones, maar van een door Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema geadviseerd veel groter aantal. Door een relatief hoge ritprijs voor het verwachte aantal ritzones op te nemen en een zeer lage prijs voor de overige ritzones haalde Taxi Bakker een zeer goede score op het criterium prijs. Indien bij aanbesteding zou zijn uitgegaan van 270.000 per jaar ritzones dan zou de gunning per jaar € 170.000 minder hebben gekost. In het aanbestedingsproces zijn echter ook nog andere vermijdbare kosten gemaakt. De Rekenkamercommissie becijfert het totaal van de vermijdbare kosten in de periode 1 april 2004 - 1 oktober 2007 (alleen voor Ridderkerk) op Є 653.000. Tijdens de eerste contractbesprekingen met Taxi Bakker op 19 maart 2004 wordt duidelijk dat een start op 1 april niet haalbaar is. In eerste instantie stelt Taxi Bakker 1 mei 2004 voor, in een volgend overleg wordt dat doorgeschoven naar 1 juni 2004. In de tussenliggende periode moet het vervoer door de bestaande vervoerders worden voortgezet. In Ridderkerk is dat Reyertax. Deze geeft aan alleen geïnteresseerd te zijn in een verlenging tot 1 oktober 2004. Na overleg tussen Taxi Bakker, Reyertax en Ridderkerk wordt de ingangsdatum van het nieuwe contract voor Ridderkerk bepaald op 1 oktober 2004. Omdat het vervoer in Barendrecht reeds door Taxi Bakker wordt gedaan, gaat daar het nieuwe contract wel op 1 april 2004 in. Afgesproken wordt dat Reyertax op 1 mei aan Taxi Bakker
5
cliëntgegevens beschikbaar stelt, zoals naam, adres, woonplaats (naw)-gegevens en gegevens over de aard van de handicap van een cliënt en de gebruikte hulpmiddelen. Deze gegevens zijn onder andere nodig om de inzet van het juiste vervoermiddel te kunnen bepalen. Uiteindelijk moet Taxi Bakker de gegevens in september 2004 zelf bij de cliënten opvragen. Na de gunning wordt met Taxi Bakker onderhandeld over de opbouw van de prijzen per rit(zone). Uiteindelijk wordt besloten tot een andere wijze van factureren. Op 26 maart is overeenstemming bereikt over het definitieve contract. Taxi Bakker wil echter niet tekenen. Het bedrijf vraagt onder andere aanpassing van het artikel dat handelt over de einddata van het contract. Het contract wordt uiteindelijk op 1 juni 2004 getekend. Op 23 augustus 2004 ontvangt Ridderkerk een brief van Barendrecht, met het verzoek om compensatie betreffende de startdatum van het contract op 1 oktober in plaats van 1 april. Barendrecht is van mening dat door een latere start van Ridderkerk, beide gemeenten pas later in een goedkopere tariefklasse komen. Er vinden vervolgens diverse gesprekken plaats. Uiteindelijk schrijft Ridderkerk dat de oplossing kan worden gevonden in een goede facturering door Taxi Bakker. Hierdoor is er geen schade voor Barendrecht en derhalve wordt verzocht de claim in te trekken. In juni 2006 blijkt uit de programmamonitor dat er door Ridderkerk toch € 25.000 aan Barendrecht is betaald. Direct na de start op 1 oktober 2004 zijn er uitvoeringsproblemen. Er ontstaat discussie over het wel of niet gratis meereizen van begeleiders en er zijn klachten over de aanrijtijden. De gemeenten geven aan de prijsstijging op basis van de zogenaamde NEA-index1 niet te accepteren. Voor het probleem van het gratis meereizen komt geen oplossing. § 1.2 Aanpak van het onderzoek De Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) is in 1994 in werking getreden. Vanaf dat moment zijn gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van de WVG en worden de daarvoor beschikbare financiën naar hen overgeheveld. Gemeenten hebben de zorgplicht om vorm te geven aan het op verantwoorde wijze verstrekken van woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen en rolstoelen ten behoeve van de gehandicapten in hun gemeenten. Gemeenten hebben beleidsvrijheid in de wijze waarop ze de voorzieningen regelen. De doelstelling die voor het onderzoek is geformuleerd, luidt als volgt: Het vormen van een oordeel over de rechtmatigheid, doeltreffendheid en doelmatigheid van de aanbesteding van het gehandicaptenvervoer in 2003, en het mogelijkerwijze formuleren van lessen voor de toekomst. Voor de uitvoering van het onderzoek is genoemde doelstelling vertaald in een centrale vraagstelling: Is de aanbesteding volgens de geldende voorschriften uitgevoerd en heeft deze aanbesteding bijgedragen aan een doeltreffend en doelmatig gehandicaptenvervoer? Zoals in de verantwoording is aangegeven beperkt het rapport zich tot de rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid van het aanbestedingsproces. De vraag of de aanbesteding heeft bijdragen aan een doelmatig en doeltreffend gehandicaptenvervoer wordt niet beantwoord.
1
6
De "NEA-index" is een indexering voor de transport- en vervoersector.
De Rekenkamercommissie heeft besloten voor dit onderzoek gebruik te maken van de aanwezige kennis in het ambtelijke apparaat. Gekozen is voor een medewerker van het team Algemene Ondersteuning dat ingezet wordt bij gemeentelijke projecten. Met de gemeente is met betrekking tot de inhuur een contract gesloten waarin onder meer de onafhankelijkheid van de medewerker ten aanzien van het ambtelijke apparaat is gewaarborgd. De eerste fase van het onderzoek richtte zich op het bepalen van het normenkader. In hoofdstuk 2 is een overzicht opgenomen van de geldende wet- en regelgeving die van toepassing is op het gehandicaptenvervoer en de aanbesteding(sprocedure). De tweede fase van het onderzoek richtte zich op dossieronderzoek. Met betrokkenen in het proces zijn interviews gehouden. (Zie bijlage 2) Het concept eindrapport exclusief de conclusies en aanbevelingen is aan betrokkenen voorgelegd (zogenaamd ambtelijk wederhoor). Gevraagd is of de feiten genoemd in de rapportage volledig en juist zijn. Het concept-eindrapport inclusief conclusies en aanbevelingen is aan het college van burgemeester en wethouders voorgelegd (zogenaamd bestuurlijk wederhoor). De reactie van het college is te vinden in hoofdstuk 1 onder § 1.5. § 1.3 Conclusies De conclusies ten aanzien van de rechtmatigheid van het aanbestedingsproces luiden als volgt: 1. Niet duidelijk was, welke gemeente het penvoerderschap had. Ook was de ondertekeningsbevoegdheid van de ene gemeente voor de andere niet geregeld. 2. Er is tijd verloren door discussies over de waardering van de staffels voor de ritprijzen, terwijl deze methode in het bestek was vastgelegd. Van deze methode mócht dus niet meer afgeweken worden. 3. Ridderkerk heeft naar aanleiding van de ongebruikelijke prijsopgave van Taxi Bakker geen gebruik gemaakt van het recht om het aanbestedingsproces te annuleren. 4. Na de gunning is met Taxi Bakker nog onderhandeld over de wijze waarop de staffels waren ingevuld. Dit had weliswaar geen invloed op de totale prijs, maar wel op het tijdstip waarop het grootste deel van de kosten mag worden gefactureerd. Dit is strijdig met de aanbestedingsregels. De conclusies ten aanzien van de doelmatigheid van het aanbestedingsproces luiden als volgt: 5. De geplande datum van 1 april 2004 is niet gehaald. Dit is in eerste instantie veroorzaakt doordat het proces te laat is gestart. Anderzijds bleek het moeilijk te zijn de vaart in het proces te houden. Een aantal malen is tijd nodeloos verloren gegaan. 6. Het inschakelen van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema heeft niet geleid tot de laagste prijs. 7. De samenwerking tussen Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema en Ridderkerk was niet altijd optimaal. Met name de afdeling inkoop had moeite de inhoudelijke autoriteit van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema te aanvaarden. 8. Door de waarderingsmethode van de staffels is Taxi Bakker als beste uit de bus gekomen. Hierbij was uitgegaan van 600.000 ritzones per jaar. Wanneer de prijs zou zijn berekend voor het tot de aanbesteding werkelijke aantal van 270.000 ritzones zou Taxi Bakker niet de goedkoopste geweest zijn. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema heeft deze methode inmiddels aangepast. 9. Het college heeft gemotiveerd besloten om van gelijktijdige aanbesteding van de openbaarvervoersontsluiting van Rijsoord af te zien. Het formele besluit daartoe is echter pas genomen nadat de inschrijving al was gesloten.
7
10. Ondanks de afspraak, dat mogelijk nadeel voor Barendrecht als gevolg van de te late start door Ridderkerk via de facturering door Taxi Bakker zou worden opgelost, heeft Ridderkerk toch een schadeclaim aan Barendrecht betaald van een kleine € 25.000. 11. De duur van de overeenkomst is voor beide gemeenten 3 jaar. Door de ongelijke start, is ook de einddatum van de overeenkomst voor de beide gemeenten verschillend. Dit maakt opnieuw gezamenlijk aanbesteden lastig. 12. Het nakomen van gemaakte afspraken werd niet goed bewaakt. Afspraken verwaterden hierdoor. 13. De financiële afwikkeling verliep traag. Er is zowel discussie over de wijze van factureren als over de hoogte van de facturen. De conclusies ten aanzien van de doeltreffendheid van het aanbestedingsproces luiden als volgt: 14. Er was binnen de twee gemeenten geen duidelijk aanspreekpunt/projectleider. 15. Bij het vaststellen van dit rapport was er nog steeds geen overeenstemming over het wel of niet gratis meereizen van begeleiders. Gezien de loop van de discussie lijkt het onjuist dat dit niet in het bestek was opgenomen. 16. De overdracht van cliëntgegevens was niet goed geregeld. De bestaande vervoerder heeft deze niet geleverd. 17. De dossiers waren lang niet altijd compleet, zodat sommige zaken niet te constateren waren. § 1.4 Aanbevelingen Op grond van de resultaten van het onderzoek geeft de Rekenkamercommissie de raad de volgende aanbevelingen in overweging: 1. Start het aanbestedingsproces tijdig. Voor het proces van de aanbesteding zelf (dus zonder de voorbereiding) is volgens deskundigen een periode van 10 tot 12 maanden nodig. 2. Geef het aanbestedingsproces (met meerdere gemeenten) projectmatig vorm, regel de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden (door bijv. mandatering) en bekrachtig een en ander door besluiten. Hierdoor worden onder meer de volgende risico’s voorkomen of beperkt: - het ontbreken van draagvlak/begrip bij de projectdeelnemers - het niet en/of onjuist nakomen van afspraken (juistheid en tijdigheid) - het door onbevoegden tekenen van stukken Ook de duidelijkheid richting derden zoals de inschrijvers wordt hierdoor bevorderd. 3. Zorg ervoor dat in het proces “Go No Go” momenten zijn gemarkeerd en zijn voorzien van een risicoanalyse. 4. Ontwikkel een systeem van monitoring van afspraken en de naleving daarvan. 5. Maak van besprekingen met derden altijd een verslag waarin afspraken worden vastgelegd. 6. Regel de overdracht van cliëntgegevens goed, bijvoorbeeld door in het bestek vast te leggen dat de inschrijver verantwoordelijk is voor een goede overdracht van deze gegevens aan een nieuwe vervoerder. 7. Neem het al dan niet gratis meereizen van begeleiders in het bestek op. 8. Houd bij gelijktijdige aanbesteding met andere gemeenten de begin- en einddatum van beide overeenkomsten gelijk. Het verdient tevens aanbeveling voor beide overeenkomsten een apart contract af te sluiten in plaats van beide overeenkomsten in één contract op te nemen. 9. Controleer de juistheid van binnenkomende facturen goed en tijdig. Hiermee kunnen onnodige discussies worden voorkomen. 10. Zorg voor complete dossiers (incl. het email verkeer).
8
§ 1.5 Bestuurlijk wederhoor Van het college van burgemeester en wethouders is op 12 september 2007 de onderstaande reactie in het kader van het bestuurlijk wederhoor ontvangen. Geachte heer Van der Hoek, Met belangstelling hebben wij kennis genomen van het concept-rapport ‘Aanbesteding gehandicaptenvervoer’ van de Rekenkamercommissie Ridderkerk. In het kader van het bestuurlijk wederhoor geven wij u onze reactie op de conclusies en aanbevelingen en enkele correcties op – in onze ogen - feitelijke onjuistheden in de tekst. Het voorliggende rekenkamerrapport geeft een duidelijk overzicht van de gang van zaken rond de aanbesteding van wvg – en ouderenvervoer. We danken u voor uw werk. In uw onderzoek doet u een heel aantal aanbevelingen die wij zeker zullen opnemen in onze uitvoeringspraktijk. Wij kunnen u in ieder geval melden dat enige maanden geleden al een start gemaakt is met de invoering van een monitorsysteem. Uw conclusies ten aanzien van het penvoerderschap, het tijdig starten met de contractbesprekingen en het hanteren van een gelijke start en einddatum van contracten delen wij ook. Bij volgende aanbestedingsprocedures zal hier ook aandacht voor gevraagd worden. Toch zijn er ook diverse onderdelen in uw rapport waar wij ons niet in kunnen vinden of waar wij in ieder geval op willen reageren. Algemeen In de eerste plaats willen wij opmerken dat u met de titel van uw rapport suggereert dat het onderzoek zich beperkt tot de aanbesteding sec. Onder de aanbesteding sec. verstaan wij echter de periode van aanbesteding tot en met de ondertekening van het contract. In uw rapport gaat u echter ook in op de uitvoering van het contract en trekt u zelfs conclusies op basis van deze uitvoering óver de aanbestedingsprocedure. Verder betreuren wij het dat de – onzes inziens - belangrijkste onderzoeksvraag, namelijk de bijdrage van deze aanbestedingsprocedure aan de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gehandicaptenvervoer, onbeantwoord blijft. Ten aanzien van de vermijdbare kosten U stelt in uw samenvatting dat er bij deze aanbesteding sprake zou zijn van € 653.000 vermijdbare kosten. Wij vinden dat u hiermee een verkeerde voorstelling van zaken geeft. U bent tot dit bedrag gekomen door – op basis van de huidige kennis van de uitvoeringspraktijk – een som te maken van de daadwerkelijk verreden zones maal een mogelijk andere uitkomst van de aanbesteding als voor een andere beoordelingsmethode was gekozen minus een onvoorkoombaar overgangstraject etc. Hiermee redeneert u van achteren naar voren. Om bij het eerste te beginnen. Het verwachte aantal te verrijden zones in de contractperiode – en zoals ook opgenomen in het bestek – was gebaseerd op een aantal ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen2 maakten dat wij er destijds vanuit gegaan zijn – en dat was ook volgens verkeersadviesbureau Diepens & Okkema een reële verwachting – dat het gebruik van het Wvg- en ouderenvervoer een grote sprong zou maken. De praktijk heeft echter geleerd – en dat is waar uw berekening op is gebaseerd – dat deze inschatting te hoog is geweest. Onzes inziens zou er sprake zijn geweest van vermijdbare kosten wanneer wij toen al hadden kunnen weten dat dit een niet reële verwachting was. Omdat wij deze verwachting hadden over het vervoersgebruik, is op basis daarvan de staffelopbouw gemaakt. En op basis van deze staffelopbouw, hebben de inschrijvers hun aanbieding gedaan. De verschillende inschrijvers zijn daar verschillend mee om gegaan. En op basis van prijs-kwaliteitverhouding – wat de gekozen beoordelingsmethodiek was – is Taxi Bakker geselecteerd. Daarnaast was een overgangsmaatregel met de ‘oude’ leverancier noodzakelijk omdat door de nieuwe leverancier niet gestart kon worden. De ‘oude’ leverancier continueerde gewoon zijn ‘oude’ contract en gaf ons 5% korting op de ritprijzen. Dus daarmee behaalden wij zelfs een besparing. Met andere woorden; volgens ons is er geen sprake van vermijdbare kosten, aangezien het besluit niet anders kon zijn dan selectie van Taxi Bakker. Bij de berekening van de vermijdbare kosten heeft u ook nog de aanname gehanteerd dat wij uitsluitend op prijs zouden selecteren, dat is absoluut niet het geval geweest. Wij hebben bij deze procedure het 2
Toevoeging van de doelgroep ouderen en (recente) uitbreiding van vervoersmogelijk naar 5 zones voor beide (!) gemeenten.
9
principe ‘economisch meest voordelige’ gehanteerd en dat betekent ‘prijs én kwaliteit’ in de verhouding 70 - 30. Daarom delen wij uw conclusies ten aanzien van vermijdbare kosten ad € 653.000 niet. Ten aanzien van de conclusies Op pagina 9, conclusie 2 stelt u echter dat van de methode van waardering van de staffels niet afgeweken mocht worden. Uw stelling is absoluut terecht, ware het niet dat pas in de fase van beoordeling bleek dat er een verschil in interpretatie bestond tussen de gemeente Ridderkerk en D&O. Dit verschil in interpretatie maakte dat het voeren van een discussie niet te voorkomen was. Natuurlijk moet het voeren van een dergelijke discussie bij volgende procedures voorkomen worden en moet de inhoud van het bestek bij toekomstige aanbestedingen slechts op een manier te interpreteren zijn. Op pagina 9, conclusie 3 stelt u dat wij geen gebruik hebben gemaakt van het recht om – naar aanleiding van de ongebruikelijke prijsopgave van Taxi Bakker - het aanbestedingsproces te annuleren. De prijsopgave van Taxi Bakker was weliswaar ongebruikelijk maar betekende vooral een creatieve input van Taxi Bakker én vormde geen basis voor uitsluiting. Op pagina 9, conclusie 4 stelt u dat – in strijd met de aanbestedingsregels – na gunning nog onderhandeld zou zijn over de prijs per staffel. Deze stelling is niet terecht. Er heeft geen onderhandeling over de prijs plaatsgevonden, dat kunnen en mogen wij ook niet doen. Tijdens het gesprek met Taxi Bakker is wel gesproken over een meer ‘gelijkmatige’ verdeling van de facturatie over het jaar, dit vanwege vooral interne budgettaire afspraken en de loop van het contractjaar. Hierbij zouden de totale kosten van dit contract echter identiek zijn geweest, maar gelijkmatig over het begrotingsjaar verdeeld. Op pagina 10, conclusie 10 stelt u dat (een deel van) de schadeclaim van de gemeente Barendrecht wel zou zijn gehonoreerd. Dit is niet het geval. De betaling die aan de gemeente Barendrecht heeft plaatsgevonden heeft betrekking op de onterechte bevoordeling door Taxi Bakker van de gemeente Ridderkerk door het onterecht vroegtijdig bereiken van een volgende staffel. Vandaar dat het logisch is dat een dergelijk ‘voordeel’ aan de gemeente Barendrecht terugbetaald wordt. Deze betaling staat dus los van een mogelijke claim. De discussie met de gemeente Barendrecht over een claim was wat ons betreft al in 2004/ 2005 afgesloten, maar is recent door de gemeente Barendrecht weer heropend. Het college beraadt zich nog op een reactie. Op pagina 10, conclusie 12/13 stelt u ook dat het nakomen van afspraken niet goed werd of wordt bewaakt. Wij weten dat u tijdens het ambtelijk wederhoor inzage is aangeboden in de verslagen van werkoverleggen met Taxi Bakker. Vanuit deze verslagen blijkt duidelijk, dat er wel degelijk sprake is van verslaglegging en volgen van afspraken. U heeft echter geen gebruik gemaakt van dit aanbod. Ten aanzien van de controle op de facturatie merken wij nog op dat dit op eigen initiatief van de gemeente Ridderkerk heeft plaatsgevonden en dat een dergelijke controle pas zinvol is, nadat het contract voor bepaalde periode gevolgd is. Op een eerder moment controleren wordt derhalve als niet zinvol beschouwd. Ten aanzien van de aanbevelingen Ten aanzien van aanbeveling 7 merken wij op dat het gratis meereizen van begeleiders ook in het bestek geregeld is voor cliënten met een OV-begeleiderspas én cliënten die niet zonder begeleiding mogen reizen. In de praktijk blijkt deze passage echter tot discussie te hebben geleid. Ten aanzien van aanbeveling 8, merken wij nog op dat er niet sprake is van één contract. Taxi Bakker heeft met beide gemeenten een afzonderlijk contract afgesloten. De inhoud van beide contracten is – op de start- en einddatum na – gelijk. Ten aanzien van feitelijke onjuistheden in de tekst • Pagina 7, regel 4; het wordt ‘opnieuw’ dient te vervallen. Er heeft nog niet eerder een aanbesteding van het wvg-vervoer plaatsgevonden. • Pagina 8, regel 23; voor het probleem van het gratis meereizen is wel een oplossing gevonden. Begeleiders (die in het bezit zijn van een officiële begeleiderspas én begeleiders van clienten die niet zonder begeleiding mogen reizen) reizen gratis mee, zoals ook vastgesteld in het bestek. • Pagina 14, regel 35; afwijken was op dat moment wel toegestaan ook omdat het per gemeente over een bedrag van ong. € 7.950 zou gaan.
10
•
Pagina 19, regel 3; het college heeft het formele besluit over de ontsluiting van Rijsoord in een ander verband al ruim daarvoor genomen, met dit laatste besluit is uitsluitend nog besloten dat Rijsoord geen onderdeel van dit aanbestedingstraject meer uitmaakt. • pagina 25, regel 4; dit moet zijn: de gehele contractperiode is de facturatie van Reyertravel ondoorzichtig geweest. • Pagina 27, regel 24; over het meereizen van begeleiders wordt wel overeenstemming bereikt. • Pagina 14, regel 19 het knippen van de opdracht heeft niet plaatsgevonden. Overige opmerkingen zijn verwerkt bij onze reactie op de conclusies en aanbevelingen. Reyertravel/ De heer Riegman en de Stichting Welzijn Ouderen Ridderkerk (SWOR) zijn ook partij geweest in deze aanbestedingsprocedure. Uit uw onderzoeksrapport kunnen wij niet opmaken of zij ook betrokken zijn geweest bij de uitvoering van uw onderzoek. Ter informatie wijzen wij u er nog op dat er in 2005 een landelijke inkoopaudit op dit proces heeft plaatsgevonden en dat deze aanbestedingsprocedure voor de gemeente Ridderkerk – in vergelijking tot 50 grote overheidsinstellingen – als een van de beste uit het onderzoek gekomen is. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende een reactie te hebben gegeven en gaan er van uit dat de inhoud van dit schrijven integraal onderdeel uitmaakt van het rapport. Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ridderkerk, de secretaris, de burgemeester, § 1.6 Nawoord De Rekenkamercommissie dankt het college voor de reactie op dit rapport. De Rekenkamercommissie heeft waardering voor het voornemen van het college om een aantal aanbevelingen op te nemen in de uitvoeringspraktijk en voor het feit dat enige maanden geleden al een start is gemaakt met de invoering van een monitorsysteem. Ook heeft de Rekenkamercommissie waardering voor het feit dat het college de conclusies deelt ten aanzien van het penvoerderschap, het tijdig starten met de contractbesprekingen3 en het hanteren van een gelijke start en einddatum van contracten. Het college geeft aan dat het rapport onderdelen bevat waarin het zich niet kan vinden of waarop het in ieder geval wil reageren. Hieronder volgt het nawoord van de Rekenkamercommissie, waarbij de indeling van de reactie van het college wordt gevolgd. Algemeen Het college stelt dat de titel van het rapport niet de lading van het rapport dekt, omdat het rapport ook ingaat op de uitvoering van het contract en op basis daarvan zelfs conclusies trekt over de aanbestedingsprocedure. De Rekenkamercommissie gaat op één punt in op de uitvoering van het contract (§ 3.13), omdat dit tot een aanbeveling leidt voor de volgende aanbesteding (aanbeveling 7). Verder betreurt het college dat de belangrijkste onderzoeksvraag, namelijk de bijdrage van deze aanbestedingsprocedure aan de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gehandicaptenvervoer, onbeantwoord blijft. Het is juist dat het onderzoek zich beperkt tot de aanbesteding en het aanbestedingsproces. De motivatie voor deze keuze staat in de verantwoording aan het begin van het rapport. Ten aanzien van de vermijdbare kosten Het college stelt dat de Rekenkamercommissie een verkeerde voorstelling van zaken geeft. Het college stelt dat op basis van de huidige kennis van de uitvoeringspraktijk een som is gemaakt van de daadwerkelijk verreden zones maal een mogelijk andere uitkomst van de aanbesteding als voor een andere beoordelingsmethode was gekozen minus een onvoorkoombaar overgangstraject etc. Het 3
Hierbij gaat de commissie ervan uit dat het college doelt op de aanbeveling om tijdig met het aanbestedingsproces te starten.
11
college stelt dat het destijds een grote sprong in het gebruik van het WVG- en ouderenvervoer verwachtte en daarom aan de inschrijvers heeft gevraagd een offerte in te dienen tot 600.000 en meer ritzones. In de stukken heeft de Rekenkamercommissie geen kwantificering van die sprong aangetroffen. De reactie van het college suggereert dat een groei van 270.000 tot 600.000 ritzones volgens de toenmalige verwachting mogelijk was. De Rekenkamercommissie erkent dat elke verwachting over toekomstige ontwikkelingen is omgeven met onzekerheid en dus een risico inhoudt, maar constateert tevens dat hiermee in de waardering van de staffelopbouw onvoldoende rekening is gehouden. Gebleken is dat de verwachte groei niet is verwezenlijkt en dat het risico zich dus heeft voorgedaan. De berekening van vermijdbare kosten in het rapport maakt de gevolgen van het onvoldoende rekening houden met risico’s in de waardering van de staffels duidelijk. Overigens suggereert ook het feit dat Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema de manier van waarderen inmiddels heeft aangepast (conclusie 8), dat de gehanteerde methode minder gelukkig was en dat het dus niet alleen maar gaat om het niet uitkomen van een verwachting op basis van de toenmalige kennis. Tenslotte is het onjuist dat de Rekenkamercommissie de aanname zou hebben gehanteerd dat het college uitsluitend op de prijs zou selecteren. Het commentaar van de Rekenkamercommissie richt zich echter met name op het onderdeel prijs, maar dat betekent niet dat het onderdeel kwaliteit buiten beschouwing wordt gelaten. Ten aanzien van de conclusies Het college maakt een aantal opmerkingen. Ten eerste erkent het ten aanzien van conclusie 2 dat niet mocht worden afgeweken van de manier van waarderen van de staffels en bevestigt het dat het bestek bij volgende aanbestedingen slechts op een manier te interpreteren moet zijn. Ten tweede erkent het college ten aanzien van conclusie 3 dat de prijsopgave van Taxi Bakker ongebruikelijk was, maar gezien moet worden als een creatieve input en daarom geen basis vormde voor uitsluiting. De Rekenkamercommissie heeft echter niet geconcludeerd dat Taxi Bakker had moeten worden uitgesloten. Wel heeft zij geconcludeerd dat Ridderkerk na de ongebruikelijke prijsopgave van Taxi Bakker geen gebruik heeft gemaakt van het recht om het aanbestedingsproces te annuleren. Ten derde stelt het college ten aanzien van conclusie 4 dat na gunning niet is onderhandeld over de prijs per staffel. Omdat de grondslag voor deze conclusie ligt in stukken die het college als vertrouwelijk heeft aangemerkt, moet de Rekenkamercommissie hier volstaan met de mededeling dat uit deze stukken wel degelijk blijkt dat gesproken is over een andere (geëgaliseerde) tariefstelling. Ten vierde is het college het niet eens met conclusie 10. Deze conclusie luidt: “Ondanks de afspraak, dat mogelijk nadeel voor Barendrecht als gevolg van de te late start door Ridderkerk via de facturering door Taxi Bakker zou worden opgelost, heeft Ridderkerk toch een schadeclaim aan Barendrecht betaald van een kleine € 25.000.” Het college stelt dat deze betaling aan Barendrecht los staat van een mogelijke claim van Barendrecht. In de 3de programmamonitor 2006 (pag. 36) staat echter dat met Barendrecht intensief overleg is gevoerd over een mogelijk nadeel van Barendrecht als gevolg van de verschillende contractdata. Het verschil in contractdata ligt dus ten grondslag aan de claim die Barendrecht bij Ridderkerk heeft ingediend. Ten vijfde stelt het college ten aanzien van conclusies 12 en 13 dat wel degelijk sprake is van verslaglegging van werkafspraken en volgen van afspraken. Het college stelt dat daarvoor inzage is geboden in deze verslagen, maar dat de Rekenkamercommissie van dit aanbod geen gebruik heeft gemaakt. De Rekenkamercommissie heeft de verslagen op 2 juli 2007 opgevraagd. De documenten die de Rekenkamercommissie daarop heeft ontvangen, hebben echter betrekking op de periode tot september 2004, dus niet op daarna gemaakte afspraken.
12
Ten aanzien van de aanbevelingen Het college maakt een aantal opmerkingen. Ten eerste merkt het op dat het gratis meereizen van begeleiders van cliënten met en zonder OV-begeleiderspas wel is opgenomen in het bestek, maar in de praktijk heeft geleid tot discussie. De Rekenkamercommissie constateert dat in het bestek wel een bepaling is opgenomen over een medische begeleider, maar niet over een OV-begeleiderspas. Ten tweede stelt het college dat er niet sprake is van één contract, maar dat Taxi Bakker met Ridderkerk en Barendrecht een afzonderlijk contract heeft afgesloten. De Rekenkamercommissie heeft echter in het archief één contract aangetroffen, dat is getekend door Barendrecht en Ridderkerk. Ten aanzien van feitelijke onjuistheden in de tekst Voorafgaand aan het bestuurlijke wederhoor heeft de Rekenkamercommissie het rapport voor ambtelijk wederhoor voorgelegd ter controle op feitelijke onjuistheden. Het college kan niet uit het rapport opmaken of Reyertravel/De heer Riegman en de SWOR ook betrokken zijn geweest bij de uitvoering van ons onderzoek. In de lijst met geïnterviewden (bijlage 2 van het rapport) is Reyertravel/De heer Riegman opgenomen. De SWOR staat niet in deze lijst vermeld. De SWOR is niet geïnterviewd, omdat het onderzoek zich niet richt op de uitvoering van het contract.
13
14
Hoofdstuk 2 Normenkader § 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk staat het normenkader dat is gebruikt gedurende het onderzoek. De normen zijn voornamelijk ontleend aan wet- en regelgeving en aan beleidsdocumenten. Een korte omschrijving van het gehandicaptenvervoer staat beschreven in paragraaf 2.2. In paragraaf 2.3 staan de voorschriften voor het aanbestedingsproces beschreven ten tijde van de aanbesteding, de wijzigingen tijdens het proces en de huidige voorschriften. § 2.2 Gehandicaptenvervoer De Wet Voorziening Gehandicapten (inwerking getreden op 1 april 1994), heeft als doelstelling mensen met beperkingen voorzieningen te verstrekken, zodat zij zo goed mogelijk in staat zijn om zelfstandig aan het maatschappelijke leven deel te nemen. Het gaat hierbij om voorzieningen op het gebied van wonen, vervoer en rolstoelen. De WVG legt de verantwoordelijkheid voor het leveren van deze voorzieningen bij gemeenten. De WVG is een ‘open eind-regeling’, wat inhoudt dat elke aanvraag die voldoet aan de criteria in principe gehonoreerd moet worden. Een tekort aan financiële middelen mag geen reden zijn om een aanvraag af te wijzen. Aan de andere kant krijgt de raad wel bepaalde vrijheid ten aanzien van: • de situaties en de vorm waarin voorzieningen kunnen worden verleend; • de hoogte van de financiële tegemoetkomingen. § 2.3 Voorschriften aanbesteding gehandicaptenvervoer Voor het aanbestedingsproces hebben verschillende bestuurslagen voorschriften vastgesteld. Deze paragraaf geeft daarvan een overzicht zoals ze rond de aanbesteding golden. 2.3.1 Voorschriften aanbesteding 2003 Europa: Europese overheden zijn verplicht opdrachten voor het uitvoeren van werken, het leveren van producten of het verrichten van diensten, welke een drempelbedrag te boven gaan, Europees aan te besteden. Voor het aanbesteden van diensten (zoals gehandicaptenvervoer) gold per 2003 een drempelbedrag van € 249.681 exclusief BTW. Ook meerjarige diensten vallen daaronder. Een wijzigingsrichtlijn 97/52/EG maakt het mogelijk bepaalde landen buiten de EU mee te laten dingen naar overheidsopdrachten. Dit is geregeld in de Europese richtlijnen voor overheidsopdrachten. Voor het gehandicaptenvervoer is de richtlijn Diensten (92/50/EEG) van toepassing. Het doel van deze richtlijn is het openstellen van overheidsopdrachten voor alle bedrijven die zijn ge4 vestigd in de EU . De richtlijnen beogen een vrije en eerlijke concurrentie. De grondbeginselen zijn transparantie, objectiviteit en non-discriminatie. Deze grondbeginselen zijn niet expliciet vastgelegd in de aanbestedingsregels, maar kunnen worden opgemaakt uit de diverse uitspraken van het Europese Hof van Justitie. Opdrachtgevers worden door de regels min of meer gedwongen over te gaan tot een professioneel inkoopproces. Integriteit, transparantie en efficiency (beste product tegen de laagste prijs) zijn de te behalen resultaten. Voor iedere opdrachtverstrekking geldt dat moet worden bezien of Europese aanbesteding aan de orde is. De regelgeving op het gebied van Europees aanbesteden is complex. Voor de beoordeling of 4
Europese richtlijn voor overheidsopdrachten: Diensten (92/50/EEG en 97/52/EG)
15
een opdracht van een gemeente onder de Europese richtlijnen valt, moeten de bepalingen van de richtlijnen kritisch bekeken worden. Daarnaast vormen ook de uitspraken van het Hof van Justitie een belangrijke rechtsbron. Door een ruime interpretatie is de reikwijdte van een aantal aanbestedingsbegrippen in de loop van de jaren steeds groter geworden. Rijk: De Europese aanbestedingsregels voor werken, leveringen, diensten en nutssectoren zijn verbindend ten aanzien van het te bereiken resultaat voor de lidstaat, maar laten aan de nationale instanties de bevoegdheid vorm en middelen te kiezen5. De inhoud van de richtlijn moet dus worden omgezet in nationale wetgeving. Voor de richtlijnen zoals die van kracht waren in 2003 is dat geregeld in de Raamwet EG-voorschriften aanbestedingen. Gemeente: Ridderkerk heeft in haar verplichtingen voorzien door het vaststellen van het inkoop- en aanbestedingsbeleid bij raadsbesluit van 13 november 2001. In dit inkoop- en aanbestedingsbeleid is een aantal uitgangpunten opgenomen. De belangrijkste uitgangspunten voor dit onderzoek zijn het naleven van nationale en internationale wetten en regelingen en het zoveel mogelijk gezamenlijk inkopen met andere gemeenten en instellingen. 2.3.2 Wijzigingen voorschriften aanbesteding tijdens het proces Vanaf 2004 is een accountantscontrole op de naleving van Europese aanbestedingsregels verplicht. De drempelbedragen zijn per 1 januari 2004 aangepast. Het drempelbedrag voor de aanbesteding van diensten - waaronder ook het gehandicaptenvervoer - is niet verhoogd, zodat de drempel per 1 januari 2004 gehandhaafd blijft op € 249.681 exclusief BTW. 2.3.3. Huidige voorschriften aanbesteding De belangrijkste regels op het gebied van aanbestedingen zijn twee Europese aanbestedingsrichtlijnen. Met ingang van 30 maart 2004 stemden het Europese Parlement en de Raad van de Europese Unie in met het nieuwe wetgevend pakket aanbestedingen. Het pakket uniformeert, moderniseert en vereenvoudigt de bestaande situatie en vervangt de vier bestaande aanbestedingsrichtlijnen door één richtlijn voor leveringen, diensten en werken 2004/18/EG en één richtlijn voor de nutssectoren 2004/17/EG. De diverse richtlijnen voor aanbestedingen zijn door de EU inmiddels gebundeld in het Besluit Aanbestedingsregels Opdrachten Overheden. De huidige EG-raamwet wordt daarom vervangen door een aanbestedingswet. Het wetsvoorstel is door de Tweede Kamer aanvaard en is bij het vaststellen van dit rapport in behandeling bij de Eerste Kamer. Op 10 juli 2007 is de Memorie van Antwoord naar aanleiding van het Voorlopig Verslag naar de Eerste Kamer gestuurd.
5
Staatssteun en EG-recht (Prof.Dr.Bart Hessel en Mr. Annelies Neven)
16
Hoofdstuk 3 Bevindingen § 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de vraag hoe de aanbesteding van het gehandicaptenvervoer heeft plaatsgevonden. Gekozen is voor een beschrijving in chronologische volgorde. De delen van het aanbestedingsproces zijn per paragraaf beschreven. Bij elk deel staat het commentaar van de Rekenkamercommissie op het gebied van rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid. § 3.2 Voorbereidingen aanbesteding Op 1 september 2003 loopt het contract met de vervoerder Reyertax af. Het vervoer van gehandicapten op basis van de WVG, moet voor 1 september 2003 opnieuw aanbesteed worden. Begin maart 2003 initieert het hoofd van de afdeling Sociaal Beleid, Participatie en Onderwijs een overleg met een seniormedewerker van deze afdeling en een medewerker van de afdeling Wegen, Verkeer en Riolering. In dit overleg worden de volgende uitgangspunten besproken: 1. Aanbesteding dient voor 1 september 2003 plaats te vinden; 2. Het vervoer van ouderen en gehandicapten moet geïntegreerd worden. 3. Het gebied Rijsoord ook moet worden betrokken in het proces. Punten 2 en 3 vloeien voort uit een besluit van de raad d.d. 14 april 2003 raadsnummer 2003-103. Uitgangspunt in het aanbestedingsbeleid is dat daar waar mogelijk regionale samenwerking wordt gezocht. Voor de aanbesteding van het gehandicaptenvervoer wordt samenwerking gezocht met Barendrecht. Voor de begeleiding van een procedure waarbij meerdere vormen van vervoer worden aanbesteed, hebben Ridderkerk en Barendrecht onvoldoende technische kennis in huis. Daarom wordt Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema gevraagd een offerte uit te brengen voor het begeleiden van de aanbestedingsprocedure van het WVG- en ouderenvervoer. De offerte die is uitgebracht heeft betrekking op de begeleiding van de aanbesteding voor Ridderkerk en Barendrecht en komt uit op €15.900. Aan Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema wordt gevraagd ook de mogelijkheden voor het oplossen van het vervoerprobleem met betrekking tot de ontsluiting van Rijsoord mee te nemen. Naar analogie van Europese aanbestedingsregels kan men de vraag stellen of het “knippen” van de opdracht over de gemeenten Ridderkerk en Barendrecht in de geest van de aanbestedingsregels van het door Ridderkerk vastgestelde inkoopbeleid is. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Het afzien van het vragen van meerdere offertes is op grond van het op 17 december 2001 door de raad vastgestelde inkoopbeleid (tot een bedrag van € 15.000) niet toegestaan. Doelmatigheid: Er is laat gestart met het in gang zetten van het aanbestedingstraject. Er is bij aanvang geen tijdsplanning. De reikwijdte van de opdracht en projectformulering is onduidelijk. Doeltreffendheid: De vraag om de ontsluiting van Rijsoord mee te nemen, komt pas laat in het proces aan de orde. § 3.3 Offerte aanbesteding WVG vervoer Ridderkerk 6 Volgens de offerte van 11 april 2003 hebben vertegenwoordigers van Ridderkerk, Barendrecht en Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema op 28 maart 2003 elkaar gesproken. De afspraken en conclusies zijn vastgelegd in deze offerte. De belangrijkste aspecten zijn het benoemen van de voordelen van het aanbesteden samen met Barendrecht. De voordelen zouden zijn: - een helder regionaal systeem; - een schaalvoordeel, wat mogelijk leidt tot lagere kosten van het vervoer; - het kunnen delen van de kosten van begeleiding en aanbesteding. 6 Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten
17
Als voorwaarde voor een goed verloop van de aanbesteding is afstemming tussen de twee gemeenten belangrijk. Om dit te garanderen wordt voorgesteld de bestaande contracten met de huidige vervoerders te verlengen tot 1 april 2004. Dit uitstel biedt beide gemeenten voldoende tijd om de aanbesteding goed voor te bereiden, de procedure volgens de geldende termijnen te laten verlopen en na de gunning het nieuwe systeem van start te laten gaan. Ridderkerk vraagt Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema om inzicht in de financiële consequenties te geven indien het WVG- en ouderenvervoer worden gebundeld en de vervoersarmoede tussen Rijsoord en Ridderkerk wordt opgelost. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema stelt vervolgens voor te zorgen voor het opstellen van de aanbestedingsdocumenten en voor de procedure, van de publicatie tot en met het openen en het beoordelen van inschrijvers en inschrijvingen. Volgens de offerte wordt o.a. gecontroleerd of alle op grond van het aanbestedingsdocument vereiste documenten aanwezig zijn en of de onderneming aan minimale eisen van financiële en economische draagkracht voldoet. Of voldaan wordt aan het programma van eisen wordt, zoals gebruikelijk, aan de inschrijver zelf gevraagd door middel van een “conformiteitsverklaring”. Pas wanneer dat in orde is, wordt de inschrijving toegelaten. Als laatste vindt de beoordeling van de inschrijvingen plaats op basis van de (sub)gunningscriteria, waarbij niet alleen de prijs bepalend is, maar ook de geoffreerde kwaliteit. Tot slot zullen er nog formele afrondingsdocumenten worden opgesteld. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema geeft aan dat het beschikt over een kwaliteitssysteem. Hiermee waarborgen zij de kwaliteit van hun product in de zin van: - het onderhouden van contacten met de opdrachtgever en derden; - de registratie van alle correspondentie en contracten; - de tijdsplanning en budgetbewaking; - de coördinatie en controle van interne activiteiten. In de tijdsplanning bij de offerte wordt uitgegaan van een start in juni 2003 en een afronding in december 2003. Dit biedt ruimte om de contractonderhandelingen met de gegunde inschrijver af te ronden, zodat het project op 1 april 2004 kan starten. De kosten van de begeleiding van de aanbesteding voor Ridderkerk en Barendrecht bedragen per gemeente € 7.950 exclusief BTW. Dit bedrag is exclusief de reiskosten en eventueel meerwerk, de kosten voor een financiële toetsing van de inschrijvers door een accountant en de kosten van opstelling van een definitieve uitvoeringsovereenkomst met bijbehorende juridische toetsing De afdeling inkoop van Ridderkerk heeft forse kritiek op de offerte van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema. Opvallende opmerkingen zijn: - de afdeling inkoop wil geen voorlichtingsbijeenkomst; - het geplande aantal overlegmomenten is zeer laag in vergelijking met eerdere aanbestedingen; - de prijs is hoog. Verder vraagt de afdeling inkoop zich af wat precies de vraag aan Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema is geweest en of deze wordt beantwoord en waarom geen andere offertes zijn gevraagd. Volgens het dossier leiden deze opmerkingen niet tot een aangepaste offerte. Wel verlaagt Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema de prijs met € 1.375 tot € 6.575 per gemeente. Hierna bestaat ambtelijke instemming met de offerte. Uiteindelijk bedragen de totale kosten ruim € 7.570 inclusief meerwerk en reiskosten.
18
Het college behandelt op 10 juni 2003 het voorstel om in te stemmen met de offerte. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema geeft aan dat de geplande startdatum van 1 september 2003 niet haalbaar is. In het voorstel is aangegeven dat de gemeente zelf moet zorgdragen voor het verlengen van het huidige contract met Reyertax voor de periode 1 september 2003 tot 1 april 2004. Op 1 april 2004 moet alles rond zijn, wat ruimschoots haalbaar is volgens dit voorstel. Na het besluit van het college vindt de opdrachtverlening aan Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema schriftelijk plaats. In de opdrachtverlening wordt een aanscherping van de tekst in de offerte over de vervoersproblematiek Rijsoord verzocht. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Een verslag van de offertebespreking van 28 maart 2003 ontbreekt in het dossier. Derhalve is niet vast te stellen of de offerte conform de vraagstelling is. Doelmatigheid: De kritiek van de afdeling inkoop lijkt weinig effect te hebben. Opvallend is dat in de opdrachtverlening nog een aanscherping wordt gevraagd van de tekst in de offerte. Doeltreffendheid: De samenwerking met Barendrecht zou tot drie voordelen moeten leiden. Alleen het delen van de begeleidingskosten is aantoonbaar gerealiseerd. Van de andere twee voordelen, een helder regionaal systeem en het behalen van een schaalvoordeel, is niet vastgesteld of die werkelijk zijn bereikt. § 3.4 Bestek WVG- en ouderenvervoer De aanbesteding van het WVG- en ouderenvervoer verloopt via een openbare aanbestedingsprocedure, waarbij alle belangstellende dienstverleners direct een offerte indienen naar aanleiding van een publicatie van de betreffende opdracht door het Bureau voor Officiële Publicaties. Op grond van vooraf gepubliceerde objectieve gunningcriteria in het zogenaamde bestek moet een keuze worden gemaakt. Op 9 oktober 2003 is het definitieve bestek voor de aanbesteding van het WVG- en ouderenvervoer Barendrecht en Ridderkerk7 gereed. Het bestek is opgesteld in vijf delen, te weten: 1 beschrijving algemene aspecten met betrekking tot opdracht en aanbesteding, inclusief de voorwaarden en eisen die gesteld worden aan de inschrijvers en de inschrijvingen; 2 selectiecriteria voor de inschrijvers; 3 programma van eisen; 4 beschrijving subgunningscriterium prijs; 5 beschrijving subgunningscriterium kwaliteit. Hieronder worden de verschillende onderdelen van het bestek nader beschreven. Ad 1 Opdracht De opdracht betreft het met ingang van 1 april 2004 operationeel hebben van het WVG- en ouderenvervoer van deur tot deur van de gemeenten Barendrecht en Ridderkerk. De looptijd van de overeenkomst wordt gesteld op drie jaar (1 april 2004 tot 1 april 2007). Bij dit artikel wordt echter alleen het WVG-vervoer genoemd. De inschrijver dient zich volgens dit artikel ook te conformeren aan de concept-overeenkomst, zoals opgenomen in het bestek. Dit conformeren geschiedt door het ondertekenen van de verklaring van conformiteit. Het niet ondertekenen kan leiden tot uitsluiting van verdere deelname aan de aanbesteding.
7
Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten
19
In het bestek worden 14 voorwaarden opgesomd waaraan de inschrijver dient te voldoen. Indien een inschrijver daarvan afwijkt, kan de inschrijving worden afgewezen. Ook bevat het bestek een aantal algemene bepalingen. De voor dit onderzoek van belang zijnde bepalingen zijn: - achteraf in beeld komende onjuistheden en tegenstrijdigheden zijn voor risico van de inschrijver; - de inschrijver accepteert volledige verantwoordelijkheid voor de door hem te leveren diensten; - de inschrijver garandeert dat de inschrijving operationeel is. Indien dit niet het geval is zal door hem op zijn kosten elders worden ingehuurd; - de inschrijving moet gestand worden gedaan binnen 120 dagen na 27 november 2003. Dat betekent dus voor 26 maart 2004. Het besluit tot voornemen van gunning wordt naar verwachting binnen 8 weken na opening van de inschrijvingen bericht aan de inschrijvers. De gunning zelf vindt plaats onder voorbehoud van goedkeuring door de beide colleges van burgemeester en wethouders van Ridderkerk en Barendrecht. Voorafgaand aan de gunning vindt een voorlopige gunning plaats. Dit is een schriftelijke mededeling aan de inschrijvers op het aanbestedingsproces. Deze voorlopige gunning wordt definitief als binnen 15 dagen na dagtekening van de voorlopige gunning geen gerechtelijke procedure aanhangig is gemaakt, dan wel een definitief voornemen daartoe kenbaar is gemaakt aan de aanbestedende dienst en de overeenkomst is ondertekend. Alle vragen over het bestek en de aanbesteding moeten schriftelijk worden ingediend. Telefonische vragen worden niet in behandeling genomen. De inschrijving dient uiterlijk 27 november 2003 om 14.00 uur te worden ingeleverd conform de in het bestek beschreven voorwaarden. De opening van de inschrijvingen vindt aansluitend plaats. Gegevens over prijzen worden niet bekend gemaakt, omdat ook de kwaliteit onderdeel uitmaakt van de gunning. Ad 2 Selectiecriteria voor de inschrijvers In dit hoofdstuk van het bestek staan alle voorwaarden waar de inschrijvende partij aan moet voldoen. De inschrijvende partij moet een aantal recente documenten overleggen. Het niet overleggen kan leiden tot uitsluiting van verdere deelname. De volgende documenten worden gevraagd: - het uitsluitingscriterium. In dit document wordt onder meer verklaard dat de inschrijver niet in staat van faillissement verkeert; - een vervoersvergunning, zoals bedoeld in de Wet personenvervoer 2000; - een CAO-verklaring, waarin de inschrijver verklaart gedurende de looptijd voor het voltallige personeel de geldende CAO na te leven; - een uittreksel uit het handelsregister van na 31 juli 2003; - een aantal financiële gegevens om de financiële en economische draagkracht van het bedrijf aan te tonen; - een beschrijving van de organisatie en de technische uitrusting; - een referentielijst van verrichte werkzaamheden van de afgelopen drie jaren. Ad 3 Programma van eisen. Het programma van eisen bevat de eisen en bepalingen waar de inschrijver aan moet voldoen. Een controle hierop vindt vooraf niet plaats. De opdrachtgever eist via een verklaring van conformiteit dat de inschrijver zelf aangeeft dat deze voldoet aan de eisen. In dit onderdeel wordt alleen gesproken over WVG-vervoer. Alleen bij benoeming van de doelgroep worden ook de ouderen genoemd.
20
Onder het punt evaluatie is de bepaling opgenomen dat de eerste zes maanden na aanvang van de contractperiode minimaal een maal per maand overleg zal plaatsvinden met de vervoerder. Daarna wordt een nieuwe frequentie afgesproken. Met enige regelmaat zullen er van de zijde van de opdrachtgever onderzoeken worden uitgevoerd. Ad 4 Subgunningscriterium prijs. Voor de beoordeling van het subgunningscriterium prijs maakt Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema altijd gebruik van een bepaalde staffel. De inschrijver moet voor elke opvolgende trede van 100.000 ritzones de prijs (exclusief BTW) per declarabele ritzone aangeven. In het bestek staat welke scores per trede maximaal kunnen worden gehaald. Ad 5 Subgunningscriterium kwaliteit. De kwaliteit wordt beoordeeld op grond van een aantal kwaliteitseisen zoals beschreven in het programma van eisen. In het bestek staan de te behalen scores op aspecten zoals deskundigheid van personeel, communicatie met doelgroep en opdrachtgever en de werkwijze van de klachtenregeling. De beoordeling van beide criteria vindt plaats door de ambtelijke werkgroep van de gemeenten, die hierbij wordt ondersteund door Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Het bestek spreekt alleen over het WVG-vervoer. Het wordt door de betrokkenen echter als logisch beschouwd dat ook het ouderenvervoer daar onderdeel van uitmaakt. Doelmatigheid: Bij enkele geïnterviewden leeft het gevoel dat het bestek een standaard document is dat niet is toegesneden op de Ridderkerkse situatie. Er is voor gekozen niet zelf te controleren of de inschrijvers voldoen aan het programma van eisen. In plaats daarvan wordt de inschrijvers gevraagd een “conformiteitsverklaring” te overleggen ten teken dat ze er aan voldoen. Doeltreffendheid: Geen bijzonderheden. § 3.5 De inschrijving Op 13 november 2003 stelt Taxi Bakker enige aanvullende vragen over de inschrijving. Deze vragen zijn geanonimiseerd verzameld in de nota van inlichtingen. De beantwoording heeft de Rekenkamercommissie tijdens het onderzoek niet in het dossier aangetroffen. De op 27 november 2003 geplande inschrijving heeft op dat moment plaatsgevonden. Vijf partijen hebben ingeschreven. Op 30 december 2003 stemt het college van burgemeester en wethouders in met het bestek aanbesteding WVG- en ouderenvervoer Barendrecht en Ridderkerk, terwijl de inschrijving op basis van dit bestek al op 27 november 2003 is gesloten. Gelijktijdig besluit het college om in een separaat traject de openbaarvervoersontsluiting van Rijsoord te onderzoeken en verder uit te werken en buiten het nu lopende aanbestedingstraject te houden. Dit besluit wordt genomen op basis van het door Diepens en Okkema op 3 juli 2003 aangeboden rapport “Vervoersopties ouderen Ridderkerk en inwoners Rijsoord”. De belangrijkste argumenten zijn, dat het te duur is en dat het tot mogelijke precedentwerking kan leiden. Gelet op ontwikkelingen op het gebied van openbaar vervoer zouden andere wijken van Ridderkerk namelijk ook geconfronteerd kunnen worden met beperking of opheffing van openbaarvervoersontsluiting. Commentaar Rekenkamercommissie
21
Rechtmatigheid: Het dossier is op onderdelen niet volledig. Het college stemt pas op 30 december 2003 in met het bestek dus nadat de hierop gebaseerde inschrijving al is gesloten. Ook besluit het college pas op 30 december dat de ontsluiting van Rijsoord niet in het bestek hoeft te worden opgenomen. Doelmatigheid: Geen bijzonderheden. Doeltreffendheid: Geen bijzonderheden. § 3.6 De beoordeling van de inschrijvingen In de periode 27 november 2003 tot 9 januari 2004 overleggen Ridderkerk en Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema over de opbouw van de staffels en de waardering daarvan. Ridderkerk stelt een andere waardering voor. Daarbij zou een andere inschrijver dan Taxi Bakker op basis van 270.000 ritzones goedkoper zijn geweest en zouden het WVG- en ouderenvervoer € 170.000 per jaar minder hebben gekost. Dit blijkt uit vertrouwelijke informatie (staffelscores) waarin de Rekenkamercommissie inzage heeft gehad en die niet in dit het rapport is opgenomen. Uiteindelijk wordt aan de methode van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema vastgehouden, omdat dit in het bestek zo is opgenomen. Hierdoor komt Taxi Bakker als beste uit de bus. Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema gebruikt nu overigens een andere methode om de staffels te waarderen. Begin januari 2004 wordt gestart met de beoordeling van de offertes. Er wordt een aantal vragen om nadere informatie geformuleerd, welke met ondersteuning van Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema voorgelegd worden aan Taxi Bakker. Enkele vragen zijn: - Kan Taxi Bakker garanderen dat het vervoer per 1 april 2004 operationeel is? - Wat gebeurt er indien Taxi Bakker op dat moment niet gereed is? - Hoe denkt Taxi Bakker te communiceren met de cliënten? Hierbij worden een nieuwsbrief en een toegespitste themabijeenkomst genoemd (volgens het bestek is de opdrachtgever echter verantwoordelijk voor de primaire voorlichting aan de cliënten; Taxi Bakker heeft alleen een communicatieve voorlichterrol tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden). - Waarom is Taxi Bakker niet ISO-gecertificeerd? Aan de overige inschrijvers worden geen nadere vragen gesteld. Een medewerker van de gemeente ontvangt via Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema op 19 januari 2004 de antwoorden van Taxi Bakker op de gestelde vragen: - Taxi Bakker garandeert dat het bedrijf per 1 april operationeel zal zijn; - bij eventueel uitstel zijn alle daaruit voortvloeiende kosten voor zijn rekening; - Taxi Bakker geeft aan een nieuwsbrief te willen verspreiden onder cliënten; - Taxi Bakker geeft aan dat een ISO certificering geen doelstelling van het bedrijf is. De heer Bakker acht de kwaliteit van zijn bedrijf wel van vergelijkbaar niveau met een ISOgecertificeerd bedrijf. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Opvallend is dat uitsluitend aan Taxi Bakker vragen worden gesteld. Doelmatigheid: Hoewel de inschrijving op 27 november 2003 plaatsvindt, wordt op 9 januari 2004 pas begonnen met de beoordeling. De tussenliggende tijd is gebruikt om af te stemmen hoe de offertes worden gewaardeerd. Alleen aan Taxi Bakker worden vragen gesteld. Het is onduidelijk of de andere inschrijvers zo helder waren dat vragen overbodig waren of dat uit doelmatigheidsoogpunt alleen naar de, op het eerste oog, beste inschrijver is gekeken. Ridderkerk is zich voor de voorlopige gunning bewust van de ongebruikelijke staffeltarifering in de offerte van Taxi Bakker. Op dat moment had de gemeente het aanbestedingstraject nog kunnen staken. De Rekenkamercommissie heeft niet kunnen vaststellen of Ridderkerk deze mogelijkheid heeft overwogen.
22
Doeltreffendheid: De vraag over het gereed zijn op 1 april 2004 is overbodig, omdat in het bestek de verantwoordelijkheid voor het niet op tijd gereed zijn al bij de inschrijver wordt gelegd. De vraag over ISO-certificering is niet relevant omdat de eis tot certificering niet in het bestek is opgenomen. § 3.7 Voorlopige gunning Op 11 februari 2004 wordt de directeur van de dienst Maatschappelijke Aangelegenheden van Ridderkerk conform de mandaatverordening verzocht in te stemmen met de voorlopige gunning8 aan Taxi Bakker en de overige inschrijvers op de hoogte te brengen van dit besluit. De directeur wordt door het hoofd van de afdeling Sociaal beleid, Participatie & Onderwijs (SPO) van Ridderkerk voorgesteld deze brieven ook namens Barendrecht te ondertekenen. De legitimiteit van de ondertekening namens Barendrecht kan niet worden vastgesteld. In dit voorstel worden ook de beoordelingen van de vijf inschrijvers verwoord. Er is getoetst op de volgende vier punten: - de uitsluitingscriteria; - de financiële positie en overige selectiecriteria; - het programma van eisen; - de gunningscriteria prijs en kwaliteit. Op 12 februari 2004 ondertekent de directeur het besluit. Dit besluit wordt in de vergadering van 24 februari 2004 ter informatie aan het college van burgemeester en wethouders van Ridderkerk aangeboden. Het ter kennisname brengen bij het college van burgemeester en wethouders van Barendrecht vindt niet op het afgesproken tijdstip plaats, maar een week later op 2 maart 2004. De reden daarvan wordt niet nader genoemd. Door de vertraagde behandeling in het college van burgemeester en wethouders van Barendrecht starten de definitieve onderhandelingen met Taxi Bakker een week later. Op 2 maart 2004 wordt de voorlopige gunning van de vervoersopdracht verzonden aan Taxi Bakker. Deze brief wordt namens de colleges van burgemeester en wethouders van Barendrecht en Ridderkerk ondertekend door de directeur Maatschappelijke Aangelegenheden van Ridderkerk. De bezwaartermijn tegen deze voorlopige gunning loopt tot 17 maart 2004. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Ook aangaande dit onderdeel is het dossier niet volledig. De legitimiteit van het meerdere malen ondertekenen namens Barendrecht kan niet worden vastgesteld. Het heeft echter ook niet tot problemen geleid. Doelmatigheid: Door trage besluitvorming gaat een week verloren. Doeltreffendheid: Geen bijzonderheden. § 3.8 Bezwaar Ecorys Uit een antwoord dat op 16 maart 2004 via de e-mail wordt verstuurd, blijkt dat Ecorys namens Zorgvervoercentrale Nederland op 12 maart 2004 een aantal vragen9 heeft gesteld over de voorlopige gunning. De brief (e-mail) met de vragen bevindt zich niet in het Ridderkerkse dossier. Het antwoord is tot stand gekomen via overleg tussen twee beleidsmedewerkers van Ridderkerk en Barendrecht daarbij geadviseerd door Verkeersadviesbureau Diepens en Okkema (dat inmiddels Forseti heet). Er worden volgens het antwoord drie vragen gesteld. De eerste betreft een procedurele vraag over de termijn tussen de inschrijving en de voorlopige gunning. Tevens wordt gevraagd of er vragen zijn ge8 9
Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten
23
steld aan inschrijvers en wat de aard van die vragen was. Het antwoord luidt dat er geen termijn geldt waarbinnen een gunning moet plaatsvinden. Over gestelde vragen en de aard daarvan wordt geen informatie gegeven. De tweede vraag betreft het verzoek om de scores van Taxi Bakker op het gebied van de subgunningscriteria prijs en kwaliteit aan Zorgvervoer Nederland te verstekken. In antwoord hierop worden bij uitzondering de totaalscores verstrekt. De derde vraag luidt of er ongebruikelijke aanbiedingen per staffeltrede zijn gedaan. Hierop wordt geantwoord dat deze vraag niet relevant zou zijn. Tot slot wordt in de e-mail aangegeven dat tot 17 maart 16.00 uur nog definitief bezwaar kan worden ingediend. Op 5 mei 2004 wordt nogmaals een fax ontvangen van Ecorys. Op deze fax staat, dat deze ook per aangetekende post is verzonden. Deze bevindt zich niet in het dossier, vermoedelijk omdat de brief geadresseerd is aan Ridderkerk en Barendrecht, p/a gemeente Barendrecht. Uit deze fax blijkt dat vraag 1 uit het bezwaar van 12 maart 2004 alsnog telefonisch op 17 maart 2004 door een medewerker van Barendrecht is beantwoord. Dit is in strijd met de afspraak dat vragen alleen schriftelijk worden beantwoord. Ecorys vraagt vervolgens hoe de gemeenten denken te handelen nu blijkt dat Taxi Bakker niet op het afgesproken tijdstip kan starten, of de gunning ten onrechte aan Taxi Bakker is verstrekt en of er procedureregels uit het aanbestedingsrecht en het bestek zijn geschonden. Een antwoord op dit schrijven ontbreekt in het Ridderkerkse dossier. Wel bevindt zich in het Ridderkerkse dossier een deel van een print van het vermoedelijke antwoord dat is verzonden aan Ecorys. De print is niet gedateerd en niet ondertekend. Als afzender staat genoemd de directeur van de sector samenlevingszaken van Barendrecht, namens Barendrecht en Ridderkerk. De conclusie van de tekst luidt dat de bezwaartermijn voorbij is, dat er geen formeel bezwaar is ingediend en dat verdere vragen dus niet relevant zijn. Opvallend is dat in dit schrijven wordt aangegeven dat het verstrekken van totaalscores van andere aanbieders niet toegestaan is, terwijl die wel verstrekt zijn. Tot slot bevindt zich in het dossier nog een overzicht met een aantal vragen van Zorgvervoercentrale Nederland en concept-antwoorden. Het is niet duidelijk waar dit stuk betrekking op heeft. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Het dossier is op onderdelen niet volledig. De beantwoording is geschied door Barendrecht. De autorisatie daarvan is niet vast te stellen. Hoewel de afspraak is dat vragen alleen schriftelijk worden behandeld, verstrekt een medewerker van Barendrecht toch mondeling vertrouwelijke gegevens. Dit blijkt uit het tweede schrijven van Ecorys, waarin een aantal zeer kritische vragen wordt gesteld. Terecht wordt er op gewezen dat de bezwaartermijn voorbij is. Ook hier roept de legitimiteit van de ondertekening vragen op. Doelmatigheid: Geen bijzonderheden. Doeltreffendheid: De vraag over een ongebruikelijke staffeltrede in de aanbieding van Taxi Bakker wordt aangemerkt als niet relevant. § 3.9 Onderhandelingen Taxi Bakker Op 19 maart 2004 starten de eerste onderhandelingen. Dit is een gesprek tussen beleidsmedewerkers, inkoopcoördinatoren (Barendrecht ontbreekt) en Taxi Bakker. Het gesprek heeft vier bespreek-
24
punten10. Het opstellen van een sociaal plan voor de overname van chauffeurs van Reyertax, de overdracht van cliëntgegevens van Ridderkerk, de geoffreerde staffelprijzen bij de inschrijving en de te maken vervolgafspraken. De inhoud van dit verslag heeft Ridderkerk als vertrouwelijk aangemerkt. Op 22 maart 2004 vindt het tweede gesprek11 plaats. Ook de inhoud van dit verslag merkt Ridderkerk als vertrouwelijk aan. Het eerste onderwerp is de staffeltarifering. Taxi Bakker heeft een alternatief voorstel gemaakt. De staffels zijn daarbij meer evenredig verdeeld. De lasten voor de gemeenten zijn hierdoor per periode meer geëgaliseerd. Dit leidt echter tot een renteverlies voor Taxi Bakker. Dit wil hij gecompenseerd zien. Dat kan alleen bereikt worden door van hogere tarieven uit te gaan dan bij de inschrijving genoemd. Het tweede betreft de startdatum van het vervoer door Taxi Bakker. Verder geeft Taxi Bakker aan in de overbruggingsperiode een chauffeur ter beschikking te willen stellen voor de SWOR bus. Nogmaals wordt bevestigd dat alle klantgegevens (van WVG-clienten en ouderen) per 1 mei 2004 worden overgedragen aan Taxi Bakker. Mutaties zullen daarna ook rechtstreeks naar Taxi Bakker gaan. Tot slot wordt voor de contractondertekening de datum 14 april afgesproken. In de raadsvergadering van 22 maart 2004 stelt het raadslid Los vragen over de aanbesteding. Hij wil weten of er op 1 april 2004 vervoersmogelijkheden zijn voor de gehandicapten. Wethouder Zwiers antwoordt als volgt: “Het uitgangspunt is dat de cliënten er niets van merken. Er is vanmiddag nog overleg geweest met Taxi Bakker. We zijn er mee bezig. De datum van 1 april 2004 zal niet realiseerbaar zijn, maar we zullen alles zo soepel laten verlopen, zodat de cliënten er niets van merken. Zo is de stand van zaken op dit moment”. De heer Los stelt dat er minder dan tien dagen resten om de problemen op te lossen. Wethouder Zwiers herhaalt dat de startdatum van 1 april 2004 moeilijk wordt en zegt nogmaals toe dat de overgang zo soepel mogelijk zal verlopen. Op 23 maart 2004 wordt overlegd tussen Ridderkerk, Taxi Bakker en Reyertax. Bij dit overleg zijn ook de wethouder en de gemeentesecretaris aanwezig. Onderwerp van gesprek is een tijdelijke verlenging van het contract met Reyertax, dat ophoudt per 1 april 2004, tot Taxi Bakker per 1 juni 2004 het vervoer kan overnemen. Overigens was het contract met Reyertax eerder al een keer verlengd met een periode van 7 maanden tot 1 april 2004. Reyertax geeft aan bereid te zijn het contract te verlengen, echter niet voor twee maanden. Dit zou bedrijfseconomisch niet rendabel zijn. Na onderhandeling is overeengekomen dat Reyertax tot 1 oktober het WVG vervoer blijft verzorgen tegen de voorwaarden van het oude contract, echter met een reductie van de kosten van 5%. Ook wordt afgesproken dat Reyertax zorgt voor een naadloze overgang naar Taxi Bakker per 1 oktober 2004. Tijdens dit gesprek is ook getracht Taxi Bakker toch per 1 april 2004 te laten starten. Enkele dagen later trekt Taxi Bakker het voorstel om een chauffeur voor de SWOR bus te leveren in, zoals blijkt uit een e-mail12 van 25 maart 2004. In deze e-mail - kennelijk gebaseerd op een lijstje met punten van Taxi Bakker, dat zich niet in het dossier bevindt - komen ook andere zaken aan de orde. Het contract met Barendrecht moet met driekwart jaar verlengd worden. Hiervoor wordt een toeslag gevraagd. Het contract voor Barendrecht liep af per 1 januari 2004 en is stilzwijgend gecontinueerd. Taxi Bakker wil een contract voor vijf jaar met mogelijkheid om steeds per half jaar op te zeggen. Dit wijkt af van het bestek en is dus niet mogelijk. Verder wil Taxi Bakker als eerste gesprekspartner worden aangemerkt in geval van uitbreiding van de vervoersdiensten van de gemeenten. Hierop wordt gesteld dat dit alleen mogelijk is als dit vervoer onder de reikwijdte van WVG valt. Taxi Bakker wil nu op 31 maart 2004 het contract al ondertekenen. 10
Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten 12 Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten 11
25
Om duidelijkheid te krijgen over de juridische positie wint de gemeente Ridderkerk juridisch advies in bij het bureau ITS-projects. Op 25 maart 2004 vindt het gesprek met ITS-projects plaats. De belangrijkste conclusies van dit gesprek, opgemaakt uit een niet ondertekend of vastgesteld verslag13, zijn: - dat het ongedaan maken van de resultaten van de aanbesteding niet meer mogelijk is nu de voorlopige gunning al heeft plaatsgevonden; - dat de ongebruikelijke prijsopgave van Taxi Bakker vóór de voorlopige gunning een basis had kunnen vormen om het aanbestedingstraject te staken; - dat Ridderkerk met Taxi Bakker en Reyertax een overeenkomst is aangegaan zonder enig voorbehoud; - dat er nu definitief gegund moet worden. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Na de definitieve gunning vinden nog onderhandelingen plaats, onder ander over de opbouw van de staffels. Dit is in strijd met de aanbestedingsregels. Sommige handelingen vinden telefonisch plaats en zijn niet schriftelijk vastgelegd. De overeenkomst tussen Ridderkerk, Taxi Bakker en Reyertax komt alleen mondeling tot stand. Bij de onderhandelingen wordt aan Taxi Bakker gemeld dat alle klantgegevens per direct beschikbaar zijn. De gegevens worden, ondanks afspraken, niet geleverd. Achteraf blijkt dat Taxi Bakker deze eind september 2004 bij de cliënten zelf moet opvragen. De afspraken die gemaakt worden, zouden een bindend karakter voor beide partijen moeten hebben. Het maken van een concept-verslag biedt weinig houvast. Gemaakte afspraken worden daardoor steeds weer anders ingevuld. Doelmatigheid: Taxi Bakker wordt gevraagd de staffel anders samen te stellen. De afdeling inkoop verwacht anders een onevenredige verdeling van de kosten in de loop van het jaar, waardoor budgettaire problemen ontstaan. Om dit te voorkomen wordt een andere wijze van factureren voorgesteld. Doeltreffendheid: De in het bestek gestelde eisen over de startdatum worden afgezwakt. Het eerste bod om per 1 mei 2004 te starten wordt geaccepteerd, maar niet met harde afspraken geëffectueerd. § 3.10 Het definitieve contract Op vrijdagmiddag 26 maart 2004 worden het concept definitief contract en de aanbiedingsbrief voor het WVG- en het ouderenvervoer verstuurd aan alle betrokken gemeentelijke actoren met uitzondering van de vakdienstcontroller en de concerncontroller. Deze laatste functionarissen zijn niet in het proces betrokken. Tot uiterlijk maandagmorgen 29 maart 2004 om 10.00 uur kunnen nog reacties op het definitieve stuk worden gegeven. Om 12.00 uur zullen de stukken worden verzonden aan Taxi Bakker. Uit het dossier Wet Voorzieningen Gehandicapten blijkt niet dat er enige reactie is geweest op de definitieve stukken. Op 29 maart 2004 wordt dan ook door middel van de aanbiedingsbrief bevestigd dat overgegaan is tot definitieve gunning. Taxi Bakker wordt verzocht het bijgevoegde contract in tweevoud te ondertekenen. Voor beide gemeenten één exemplaar. Deze aanbiedingsbrief wordt ondertekend door de beide burgemeesters. Taxi Bakker tekent het contract niet en maakt opnieuw bezwaar tegen bepaalde formuleringen. Artikel 3 van het contract verwijst naar een bijlage, welke ontbreekt. Artikel 17 handelt over de duur van het contract dat op 3 jaar staat. Doordat het contract pas eindigt per 1 oktober 2007 is de duur 3 jaar en vier maanden. Bovendien wordt er aan toegevoegd dat per 1 juni steeds opnieuw gerekend wordt met de eerste en dus duurste staffel. Dit geldt dus ook voor de periode 1 juni-1 oktober 2007.
13
Archiefdossier 1.844.32 Wet voorzieningen gehandicapten
26
Het contract wordt aangepast en een nieuwe versie wordt op 14 april 2004 door het hoofd van de afdeling Sociale Dienstverlening, verzonden aan Taxi Bakker. Op 21 april 2004 doet Taxi Bakker een tekstvoorstel voor artikel 17 over de duur van het contract omdat de tekst niet juist zou zijn. Dit tekstvoorstel zit echter niet in het archief. Uit een e-mail in het archiefdossier blijkt dat de tekst van artikel 17 wordt aangepast zoals voorgesteld door Taxi Bakker. Als reden wordt daarbij aangegeven dat hij dan misschien eindelijk de contracten tekent. Desondanks wordt op 23 april 2004 een brief verzonden aan Taxi Bakker waarin gesteld wordt dat er geen tekstaanpassing van artikel 17 meer zal plaatsvinden. De totstandkoming van een aangepaste tekst voor artikel 17 in het per 1 juni 2004 getekende contract is onduidelijk. De wijziging behelst een aanpassing van de einddata van het contract. Deze zijn door de niet gelijktijdige start voor Barendrecht en Ridderkerk verschillend, namelijk 1 april 2007 voor Barendrecht en 1 oktober 2007 voor Ridderkerk. Ook bij artikel 3 is met pen en parafering van twee burgemeesters en Taxi Bakker alsnog een wijziging aangebracht in de tekst: bijlage 1 wordt veranderd in PvE (Programma van Eisen). Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: De definitieve gunning is ingegaan per 17 maart 2004, doordat geen bezwaar was ingediend. In de bevestigende brief d.d. 29 maart 2004 staat geen datum van definitieve gunning. Doelmatigheid: Er wordt “een definitief contract” toegezonden, hoewel beide partijen het inhoudelijk nog niet geheel met elkaar eens zijn. Het valt ook op dat meerdere personen de stukken aan Taxi Bakker ondertekenen. De reden van aanpassing van artikel 3 op het laatste moment is niet te achterhalen. Geen van de betrokkenen herinnert zich waarom dit aangepast is. Doeltreffendheid: Geen bijzonderheden. § 3.11 Verlenging contract Reyertax Het oorspronkelijke vervoerscontract met Reyertax loopt af op 31 augustus 2003. Dit contract wordt na telefonisch overleg tussen Reyertax en een medewerker van Ridderkerk verlengd14 tot 1 april 2004, de datum waarop de aanbesteding rond zou moeten zijn. In het dossier is geen schriftelijke bevestiging van de verlenging gevonden. Op 30 maart 2004 wordt door een medewerker van Ridderkerk een brief aan Reyertax gestuurd, waar een brief bijgesloten zou zitten die aan de gebruikers van het WVG- en ouderenvervoer in Ridderkerk is verzonden. Deze bijgevoegde brief zit niet in het dossier. Op 1 april 2004 wordt een bevestiging15 van de verlenging van het contract voor het WVG-vervoer van 1 april 2004 tot 1 oktober 2004 verzonden aan Reyertax. Deze brief is ondertekend door het hoofd van de afdeling Sociale Dienstverlening van Ridderkerk. Volgens deze brief is overeengekomen dat Reyertax het komende jaar het vervoer zal uitvoeren conform het oorspronkelijke contract, echter met een kostenreductie van 5%. Tevens wordt vermeld dat het contract beëindigd zal worden per 1 oktober 2004. Van Reyertax wordt verwacht, conform hun mondelinge toezegging, dat zij per 1 oktober 2004 zullen zorgen voor een probleemloze overgang naar Taxi Bakker en alle medewerking zullen verlenen die daarvoor noodzakelijk is. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Het dossier is op dit onderdeel niet compleet. De eerste verlenging van het contract met Reyertax berust op een mondelinge afspraak. De tweede wordt wel schriftelijk bevestigd. 14 15
Dossier 1.844.32 WVG map verlenging vervoerscontract Reyertax. Dossier 1.844.32 WVG map verlenging vervoerscontract Reyertax
27
Doelmatigheid: Bij de tweede verlenging wordt een kostenreductie van vijf procent afgesproken, maar niets over prestaties. Reyertax stemt er echter wel mee in. De commissie heeft dit aspect niet nader onderzocht omdat het buiten het bestek van het onderzoek valt. Uit interviews is gebleken dat de facturering door Reyertax de gehele periode ondoorzichtig is geweest. Tot meer dan een mondelinge klacht is het echter niet gekomen. Doeltreffendheid: In de brief van de tweede verlenging met Reyertax staat dat verwacht wordt dat Reyertax alle medewerking zal verlenen voor een probleemloze overgang naar Taxi Bakker per 1 oktober 2004. Dit zou mondeling toegezegd zijn. Welke medewerking het betreft blijft onduidelijk. Uit interviews blijkt dat het om klantgegevens gaat. Die zijn echter niet overgekomen en Reyertax is daar niet op aangesproken. Een dwangmiddel was er niet. § 3.12 Claim gemeente Barendrecht16 Op 23 augustus 2004 ontvangt Ridderkerk een brief van Barendrecht over een compensatie betreffende de startdatum van het vervoer. Barendrecht verwijst naar een gesprek tussen wethouders Zwiers en Van Vugt op 29 maart 2004. In dit gesprek zou zijn overeengekomen dat Ridderkerk Barendrecht zal compenseren op basis van werkelijk gereden ritzones in 2004. Dit, omdat Ridderkerk pas per 1 oktober 2004 gebruik gaat maken van het contract met Taxi Bakker, waardoor Barendrecht later in het goedkopere tarief terecht komt. Voor de periode juni 2004 tot en met september 2004 vraagt Barendrecht alvast bij wijze van voorschot een bedrag van € 67.744. In een bijlage bij deze brief wordt gesproken over een claim. Deze term valt niet in goede aarde bij Ridderkerk. Eind september vindt ambtelijk overleg plaats over de wijze van aanpak van de claim. Op 19 oktober 2004 wordt er een antwoordbrief verzonden, waarin Ridderkerk voorstelt bestuurlijk overleg over deze claim te houden. Zowel de burgemeesters als de wethouders overleggen met elkaar. Tussentijds blijkt dat de claim van Barendrecht te hoog is. In een brief van 8 december 2004 wordt het nadeel verlaagd tot € 36.254 inclusief BTW. Op 22 december 2004 vindt een gesprek plaats van de beide wethouders, de beide directeuren en een beleidsmedewerker van Ridderkerk. Het gehele proces wordt doorgenomen, waarbij geconcludeerd wordt dat beide partijen met verschillende veronderstellingen hebben gewerkt. Het gesprek wordt afgesloten met de afspraak dat Barendrecht het compensatieverzoek nogmaals doorneemt en Ridderkerk een eigen berekening maakt over een bijdrage aan het vervoerscontract. Op 19 januari 2005 wordt opnieuw overlegd. Van dit overleg zit geen verslag in het dossier. Een brief van 3 februari 2005, behandeld in de collegevergadering van 1 februari 2005, aan Barendrecht biedt duidelijkheid: er is geen sprake van enig nadeel als Taxi Bakker op de juiste wijze factureert aan beide gemeenten. Hier moeten dan nog wel afspraken over worden gemaakt. De brief geeft niet aan hoe dit met Taxi Bakker wordt kortgesloten. Barendrecht wordt verzocht het compensatieverzoek in te trekken. Op 22 maart 2005 wordt dit verzoek herhaald. Er komt geen antwoord van Barendrecht. Op bladzijde 36 van de 3e programmamonitor 2006 van Ridderkerk, vastgesteld door de raad op 2 november 2006, staat dat wegens deze claim € 25.000 aan Barendrecht is betaald. Dit stemt overeen met gegevens uit de administratie waaruit blijkt op 16 maart 2006 € 24.717 is betaald. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: Het dossier is op dit onderdeel niet compleet. Niet nagegaan kan worden welke afspraken de wethouders met elkaar hebben gemaakt. Ook is niet na te gaan hoe dit gehele probleem
16
Dossier 1.844.32 WVG map compensatieverzoek gemeente Barendrecht.
28
uiteindelijk is afgehandeld. Volgens het dossier zou de oplossing in een aangepaste facturering door Taxi Bakker zitten. Het is niet duidelijk of dit uiteindelijk aangepast is. Doelmatigheid: Uit de interviews is gebleken dat met Barendrecht is afgesproken dat bij een evaluatie zou worden bezien of Barendrecht een nadeel zou ondervinden van het later instappen. Op dat moment zou ook bepaald worden op welke wijze dat nadeel op te lossen is. Van een toezegging tot compensatie was geen sprake. Het is dan ook opmerkelijk dat de claim van Barendrecht wel in behandeling wordt genomen. Doeltreffendheid: Geen bijzonderheden. § 3.13 Uitvoeringsproblemen Na de start door Taxi Bakker in oktober 2004 ontstaat er onduidelijkheid bij Taxi Bakker over hoe om te gaan met de OV-begeleiderspas. Taxi Bakker stelt dat daar in de offerte geen rekening mee was gehouden. Van gratis meerijden, kan dan ook geen sprake zijn. In een brief aan Taxi Bakker van 3 december 2004, wordt geantwoord dat het gebruik van de OV-begeleiderspas algemeen geldend is voor alle vormen van openbaar- of WVG-vervoer en dus ook in dit geval van toepassing is. De brief is ook namens Barendrecht getekend, door de directeur Maatschappelijke Aangelegenheden van Ridderkerk. Op 13 januari 2005 deelt Taxi Bakker mee dat hij het met de in de brief van 3 december 2004 ingenomen stelling niet eens is en een nader gesprek wil. Op 7 februari 2005 wordt een gesprek gearrangeerd. In dat gesprek komen klachten van gebruikers over aanrijtijden en communicatie tussen de klanten en de centralisten van Taxi Bakker aan de orde. Verder vraagt Ridderkerk om een cliënttevredenheidsonderzoek en een toelichting op de niet-gemelde, maar wel doorgevoerde prijsstijging. Op 22 maart 2005 wordt een brief met de gemaakte afspraken uit dit overleg verzonden. Ditmaal is de brief door het college van burgemeester en wethouders ondertekend. Inhoudelijk wordt gesteld dat de beide gemeenten vinden: - dat er geen afwijkingen in de aanrijtijden zouden mogen zijn (een concrete afspraak hierover met consequenties wordt niet vermeld); - dat het cliënttevredenheidsonderzoek binnen enkele weken uitgevoerd zal worden (tevens wordt het bijbehorende proces beschreven); - dat de communicatie met de centralisten objectief moet blijven, discussies over interpretaties vinden daar niet plaats; - dat de doorgevoerde prijsverhoging wordt geacht te worden ingetrokken; - en tot slot dat in juni 2005 de situatie opnieuw wordt bezien. Dan zal worden bepaald of tot voortzetting van het contract wordt overgegaan. Uit het archief en de interviews blijkt niet dat enige actie is ondernomen in juni 2005. Wel wordt op 22 juli 2005 een brief verzonden aan Taxi Bakker, ondertekend door het hoofd Sociale Zaken van Barendrecht. Uit de tekst blijkt dat deze persoon ook namens Ridderkerk schrijft. In de brief wordt bevestigd dat aan één van de vijf gedane toezeggingen voldaan zou zijn namelijk het cliënttevredenheidsonderzoek. De andere vier gemaakte afspraken worden nogmaals samengevat. Deze zijn echter geheel anders geformuleerd dan in de eerdere brief van de gemeente Ridderkerk. - De aanrijtijden hoeven nu nog maar voor 96% aan de norm te voldoen. Dit was eerder 100% omdat de marge ruim voldoende was. - Er wordt gesproken over een NS-begeleiderspas, terwijl dit eerder steeds een OVbegeleiderspas was. - Er wordt gevraagd om een specificatie van de toegepaste NEA-indexering, terwijl deze eerder niet geaccepteerd werd.
29
-
De bejegening van cliënten zou verbeterd moeten worden, terwijl eerder werd afgesproken dat er geen discussies meer zouden plaatsvinden. - Tot slot wordt afgesproken dat in augustus 2005 weer een gesprek plaatsvindt, terwijl afgesproken was dat continuering van het contract ter discussie zou worden gesteld als niet werd voldaan aan de voorwaarden. In het dossier bevinden zich geen stukken over het vervolg van deze brief. Navraag bij de afdeling inkoop heeft geleerd dat Ridderkerk de NEA-indexering heeft moeten accepteren. Er is melding gedaan bij de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA). Deze heeft medegedeeld dat Ridderkerk hierin niet ontvankelijk is. Eind 2005 en begin 2006 is de facturering van Taxi Bakker over de periode juni 2004-mei 2005 gecontroleerd. Uit dit onderzoek blijkt dat Taxi Bakker de staffels onjuist heeft toegepast. Aan de twee gemeenten is over die periode een bedrag van in totaal € 17.000 exclusief BTW teveel in rekening gebracht. Taxi Bakker wordt gevraagd dit bedrag terug te storten. Uit de administratie blijkt dat het deel waarop Ridderkerk recht had ( € 9.643) op 20 maart 2006 is terugbetaald. Commentaar Rekenkamercommissie Rechtmatigheid: De ondertekening van brieven vindt niet eenduidig plaats. Omdat beide gemeenten gebonden zijn aan de inhoud van de brieven is het van groot belang de afstemming en ondertekening eenduidig te laten plaatsvinden. Doelmatigheid: De tijdstippen tussen constatering van een probleem met de OV-begeleiderpas en het gesprek daarover liggen ver uit elkaar. Hier had sneller opgetreden kunnen worden. Over het meereizen van begeleiders wordt geen overeenstemming bereikt. Het is opmerkelijk dat de rekeningen van Taxi Bakker over een deel van 2004 en 2005 pas eind 2005/begin 2006 zijn gecontroleerd en niet eerder. Bovendien blijft dit onderdeel een open eind houden. Doeltreffendheid: Bij het schrijven aan Taxi Bakker ontbreken sancties op het niet-nakomen van afspraken. Door vervolgens niet op het afgesproken tijdstip te reageren verzwakt de positie van beide gemeenten . Ondanks deze brief hebben er geen vervolgacties plaatsgevonden. § 3.14 Resultaat van de aanbesteding Bij de aanbesteding zijn vermijdbare kosten gemaakt. Hieronder verstaat de Rekenkamercommissie de feitelijk gemaakte kosten verminderd met de kosten die zouden zijn gemaakt als a) het WVG- en ouderenvervoer aan de meest gunstige bieder zou zijn gegund en b) op een zodanig moment dat het vervoer tijdig kon worden gerealiseerd. Twee oorzaken liggen aan deze vermijdbare kosten ten grondslag: a) Het WVG- en ouderenvervoer is niet aan de laagste inschrijver gegund (zie voor de uitleg par. 3.6). Was dat wel gedaan, dan zouden de kosten van dit vervoer voor alleen Ridderkerk € 170.000 per jaar lager zijn uitgevallen bij de geraamde 270.000 ritzones per jaar. b) Doordat de nieuwe vervoerder (Taxi Bakker) niet tijdig kon starten, moest het contract met Reyertax voor een half jaar worden verlengd voor een bedrag dat 117.500 euro boven het bedrag van de laagste inschrijver lag. Tevens ontstond hierdoor een schadeclaim van Barendrecht die uiteindelijk neerkwam op 24.700 euro. Bovendien maakte de gemeente kosten voor het bezien van de mogelijkheden om alsnog onder de voorlopige gunning uit te komen door het inschakelen van een juridisch adviesbureau (850 euro). Dit zonder resultaat, omdat het “Go No Go” moment al gepasseerd was.
30
In totaal becijfert de Rekenkamercommissie de vermijdbare kosten bij de aanbesteding voor Ridderkerk op € 653.000.17 Uitgaande van een periode van 3,5 jaar (1 april 2004 - 1 oktober 2007) bedragen de vermijdbare kosten 37 procent van het aan te besteden bedrag van € 1.769.955. Dit bedrag betreft alleen het Ridderkerkse deel (55%) en gaat uit van het bedrag van de laagste inschrijver bij 270.000 ritzones.
17
Voor Ridderkerk en Barendrecht samen bedragen de vermijdbare kosten in totaal € 911.400 of € 303.800 per jaar (uitgaande van 270.000 ritzones per jaar).
31
32
Bijlage 1 Chronologisch overzicht
33
34
Chronologisch overzicht van belangrijkste gebeurtenissen
begin mrt 2003 11-04-03 11-04-03 03-07-03 ? 01-09-03 09-10-03 01-11-03 13-11-03 30-12-03
Bestek Eerste verkenning door ambtelijk apparaat Offerte D&O Voorstel om ingangsdatum nieuw contract op 1 april 2004 te stellen Verschijning rapport "vervoersopties ouderen Ridderkerk en inwoners Rijsoord" Contract met Reyertax wordt o.b.v. een telefoongesprek verlengd tot 1 april 2004 Afloop oorspronkelijk contract Reyertax Definitief bestek aanbestedingsgereed Uiterste inleverdatum voor vragen van inschrijvers Taxi Bakker stelt vragen over bestek Instemming bestek aanbesteding WVG- en ouderenvervoer door B&W
02-03-04
Gunning Sluiting inschrijving Start beoordeling offertes Directeur Dienst M.A. ondertekent (conform mandaatregister) besluit tot voorlopige gunning Besluit tot voorlopige gunning in B&W vergadering Ridderkerk "ter info" besproken Besluit tot voorlopige gunning in B&W vergadering Barendrecht "ter info" besproken Voorlopige gunning vervoersopdracht verzonden aan Taxi Bakker
02-03-04 12-03-04 16-03-04 17-03-04 05-05-04 ?
Bezwaartermijn Ingangsdatum bezwaartermijn voor overige inschrijvers Ecorys stelt namens Zorgvervoercentrale Nederland vragen Beantwoording vragen Ecorys Einddatum bezwaartermijn voor overige inschrijvers Ontvangst fax Ecorys met opnieuw vragen over aanbesteding Beantwoording fax 5-5-04 van Ecorys, dat bezwaartermijn gesloten is
27-11-03 09-01-04 12-02-04 24-02-04 02-03-04
19-03-04 22-03-04 23-03-04 29-03-04 01-04-04 14-04-04 21-04-04 23-04-04 01-06-04
Contactbesprekingen Start contractonderhandelingen Taxi Bakker; start per 1 april 2004 blijkt niet mogelijk 2e bijeenkomst contractonderhandelingen Taxi Bakker; startdatum wordt vastgesteld op 1 juni 2004 Gesprek Gemeente Ridderkerk, Taxi Bakker en Reyertax over tijdelijke verlenging oude contract met Reyertax en vaststelling startdatum op 1 oktober 2004 Concept definitief contract wordt aan Taxi verzonden Schriftelijke bevestiging verlenging contract Reyertax Op verzoek van Taxi Bakker aangepast contract, verzonden Taxi Bakker geeft aan nog een aanpassing van het contract te willen Gemeente geeft aan niets meer aan contract te willen wijzigen Contract wordt door Taxi Bakker ondertekend
35
22-03-05 07-06-06
Claim Barendrecht Ontvangst claim Barendrecht wegens nadeel a.g.v. te late start door Ridderkerk Voorstel tot bestuurlijk overleg over claim Ontvangst verlaagde claim van Barendrecht Overleg Ridderkerk en Barendrecht over claim Opnieuw overleg Ridderkerk en Barendrecht over claim Behandeling claim in B&W vergadering Brief aan Barendrecht dat er geen sprake is van nadeel met verzoek claim in te trekken Herhaling verzoek intrekken claim van Barendrecht Vaststelling 2e programmamonitor waarin staat dat claim is uitbetaald.
01-10-04 03-12-04 13-01-05 07-02-05 22-03-05 eind 05-begin 06 16-03-06 20-03-06
Uitvoering Start nieuwe vervoerder Ridderkerk deelt Taxi Bakker mee dat begeleiders gratis mee mogen reizen Taxi Bakker deelt mee dat begeleiders niet gratis mee mogen reizen Gesprek met Taxi Bakker over meereizen begeleiders en andere klachten Verzending brief aan Taxi Bakker met afspraken uit overleg van 7-02-05 Bij controle facturering door Taxi Bakker wordt fout geconstateerd Er wordt een kleine € 25.000 aan Barendrecht betaald wegens claim Taxi Bakker betaald kleine € 10.000 terug wegens onjuiste facturering
23-08-04 19-10-04 08-12-04 22-12-04 19-01-05 01-02-05 03-02-05
36
Bijlage 2 Lijst geïnterviewden
37
38
Lijst van geïnterviewden
NAAM
FUNCTIE
DATUM
Dhr A. Wennekes Dhr A. den Ouden Mw L. van Urk Dhr M. Stein Mw M. van Doremaele Dhr H. Zwiers Mw H. Koster A. Ouwens Dhr I.A. Riegman Dhr J. Bakker Dhr J. van Pelt
Medewerker inkoop Raadslid Medewerker WVG/ouderen Hoofd afdeling SPO Programmadirecteur Wethouder Medewerker 1e lijn WVG bij GSC Voorzitter gehandicaptenraad Directeur Reyertax Directeur Taxi Bakker Adviseur van Diepens en Okkema
24 juli 2006 7 augustus 2006 14 augustus 2006 17 augustus 2006 25 juli 2006 22 augustus 2006 24 augustus 2006 29 augustus 2006 31 oktober 2006 2 november 2006 8 november 2006
39