DO
29/10/15
20.15 Concertinleiding door Frederic Delmotte
21.00 Concert
Psallentes & The Spirit of Gambo Hendrik Vanden Abeele, artistieke leiding Rob Cuppens, altus (solo) | Jan Caals, tenor (solo) | Jan Van Elsacker, tenor (solo) | Michiel Haspeslagh, tenor | Laurens Wyns, tenor | Greg Skidmore, bariton (solo) | Pieter Stas, bas | Pieter Coene, bas Freek Borstlap, discantgamba | Liam Fenelly, discantgamba | Thomas Baeté, tenorgamba | Ivanka Neeleman, tenorgamba | Jan Insinger, basgamba | Gesina Liedmeier, basgamba & violone
gregoriaans Requiem: Introitus Perotinus (fl. ca. 1200) Viderunt omnes Anoniem In nomine Gavin Bryars (°1943) Cadman Requiem Requiem Caedmon Paraphrase (Bede) Agnus Dei Caedmon’s Creation Hymn In paradisum Orlando Gibbons (1583-1625) Fantasia nr. 9 Perotinus Sederunt principes gregoriaans Requiem: In paradisum
Een concert van AMUZ i.s.m. Festival van Vlaanderen-Vlaams Brabant
Het verdriet van Lockerbie Gavin Bryars: Cadman Requiem Gavin Bryars zette zijn eerste muzikale stappen als contrabassist in de jazz en vooral vrijere vormen van geïmproviseerde muziek, maar ruilde in 1966 zijn bassistencarrière abrupt in voor een bestaan als componist. Bryars was nauw betrokken bij de experimentele Britse muziekscene, waarvan hij zelf een van de meest prominente vertegenwoordigers werd. In de jaren 60 en het begin van de jaren 70 legde hij zich vooral toe op conceptuele werken – Marcel Duchamp was een van zijn grote helden – en op een zeer alternatieve benadering van muzikale mogelijkheden. In de jaren 70 kwam hij, zoals wel meer componisten uit de Britse experimentele scene, onder de invloed van de Amerikaanse ‘minimal music’. Sindsdien doken er repetitieve elementen op in Bryars’ muziek, nog zeer vaak gekoppeld aan een zekere conceptuele benadering: zijn typische werken uit de jaren 70 en zelfs nog het begin van de jaren 80 wemelen van de obscure referenties aan andere muziek en ideeën. Je zou kunnen stellen dat in die werken de herkomst en de betekenissen van de bestaande elementen en niet-muzikale ideeën die Bryars verwerkt, belangrijker zijn dan het concrete muzikale resultaat. Met de repetitieve stijl van de minimalisten kwam er een wending naar muzikale eenvoud in Gavin Bryars’ muziek naar voor. Die eenvoud zou de kern blijven vormen van zijn muzikale stijl, ook wanneer die vanaf het midden van de jaren 80 steeds minder strikt zou aansluiten bij de karakteristieke herhalingsstructuren van de minimal music. Een andere constante in zijn stijl is het melancholische karakter van zijn muziek – een kenmerk dat onverminderd aanwezig bleef door de verschillende fasen van Bryars’ muzikale ontwikkeling heen. Zijn werken zijn relatief eenvoudig en klinken ongekunsteld, al gaan er achter de elegante en toegankelijke façade vaak subtiele technieken en ambigue harmonische wendingen schuil. Het maakt zijn muziek bevattelijk, maar allerminst voorspelbaar. Op 21 december 1988 kwam Bill Cadman samen met 269 andere slachtoffers om het leven bij de hallucinante vliegtuigaanslag boven het Schotse Lockerbie. Bill Cadman was geluidstechnicus en had in de jaren 80 uitgebreid samengewerkt met componist Gavin Bryars en voor hem onder meer de sound design van een aantal ambitieuze en complexe projecten gerealiseerd. De dood van deze man, een artistieke kompaan en een goede vriend, te midden van de zo veel meer omvattende tragiek van het Lockerbie-drama, was wat Gavin Bryars inspireerde voor zijn Cadman Requiem, dat niet enkel is opgedragen aan Bill Cadman, maar ook nadrukkelijk zijn naam in de titel vermeldt. Bryars verbindt het universele van een requiem hier weloverwogen met het particuliere: het Cadman Requiem is tegelijk een abstract ritueel en een zeer persoonlijk grafschrift.
Van de oorspronkelijke requiemtekst houdt Bryars enkel het Introïtus, het Kyrie, het Agnus Dei en het In Paradisum over. Wat opvalt, is dat al deze teksten een boodschap van hoop uitstralen: de vraag naar eeuwige rust, het eeuwige licht en het paradijs. In de traditie van Britten, voegde Bryars wel enkele teksten toe die niet tot de oorspronkelijke requiemliturgie behoren. Meer bepaald twee versies van de zogenaamde Hymne van Cædmon. Deze hymne – een lofzang op God als schepper – geldt als de oudste overgeleverde literaire tekst in het Oudengels en wordt toegeschreven aan Cædmon, een lekenbroeder die in het midden van de 7de eeuw werkte in de abdij van Whitby. Bryars maakt gebruik van twee versies van deze scheppingshymne: de oorspronkelijke versie in het Oudengels, en de parafrase van die tekst in het Latijn zoals die door Beda werd opgetekend. De toon van de verzen sluit inderdaad aan bij de warme, zorgende voorstelling van rust en eeuwig leven die Bryars uit de requiem-teksten heeft geselecteerd. Bovendien verbindt hij er op die manier ook inhoudelijk de thema’s van dood en leven aan (want wat anders is de schepping?). Ten slotte wijst Bryars ook op de opvallende gelijkenis tussen de naam van de middeleeuwse dichter en die van Bill Cadman – die met wat goede wil voor een moderne variant van Cædmon kan worden gehouden. De universele waarde van het inlassen van het gedicht, waardoor het requiem in een nieuwe, deels niet-liturgische maar wel uitgesproken religieuze context terechtkomt, hangt hier dus opnieuw samen met het zeer particuliere: de referentie aan de man aan wie het werk is opgedragen. Vanavond wordt Bryars’ requiem letterlijk tussen enkele van zijn oudere Europese verwanten geplaatst: de sobere gregoriaanse zangkunst, de massieve organum-stijl van Perotinus uit de 13de eeuw en de sombere geslotenheid van de Engelse consortmuziek uit de 17de eeuw. Het concert baadt in een beladen traagheid en een rituele sfeer, die paradoxaal genoeg het resultaat is van een eindeloze hoeveelheid kleine bewegingen. Perotinus: Viderunt omnes / Sederunt principes Een belangrijke mijlpaal in de ontwikkeling van de meerstemmige muziek in de middeleeuwen, zijn de componisten die aan het eind van de 12de en het begin van de 13de eeuw werkten aan de Notre Dame-kathedraal in Parijs. Hun muziek is grotendeels bewaard gebleven in het Magnus Liber Organi. De meeste leden van deze zogenaamde Notre Dame-school zijn anoniem gebleven, maar de twee boegbeelden kennen we bij naam. Leoninus (actief tijdens de tweede helft van de 12de eeuw) wordt beschouwd als de grondlegger van de stijl. Zijn ‘opvolger’ was Perotinus, die in één manuscript zelfs eerbiedig “Magister Perotinus” wordt genoemd: “Meester Perotinus”. De zogenaamde organum-stijl die Leoninus introduceerde, bestond uit fragmenten van bestaande
gregoriaanse gezangen die sterk werden vertraagd, zodat iedere noot plots in zeer lange notenwaarden werd uitvergroot. Bovenop die uiterst langzame gregoriaanse melodie (de cantus firmus, of vaste zangpartij) kwam dan een veel snellere nieuw gecomponeerde tweede stem. Vaak werden daar ook een zestal stereotiepe ritmische patronen aan gekoppeld, die te vergelijken zijn met antieke versvoeten zoals de trochee (lang-kort) of de iambe (kort-lang). Deze starre ritmische modi verlenen de muziek van de Notre Dame-school haar erg herkenbare hoekige ritmiek. De grote eerbied voor Magister Perotinus heeft wellicht te maken met de kwaliteit en de ambitieuze dimensies van zijn muziek. Perotinus beperkte zich niet tot tweestemmigheid, maar dreef het aantal polyfone partijen op. De parel op de kroon zijn de twee vierstemmige werken die aan hem zijn toegeschreven, waarin maar liefst drie nieuw gecomponeerde stemmen zich in hun strakke ritmische patronen boven de uiterst langgerekte noten van de gregoriaanse melodie verstrengelen. Viderunt omnes komt uit de liturgie voor Kerstmis en Sederunt principes uit de liturgie voor de feestdag van de Heilige Stefanus. Orlando Gibbons: Fantasia nr. 9 & Anonieme In nomine Het principe van een bestaande melodie die in lange notenwaarden de basis wordt waarrond andere partijen worden gecomponeerd, blijft tot in de 17de eeuw gangbaar. Een bijzonder voorbeeld van die praktijk is het ‘In nomine’-genre dat in Engeland vanaf de 16de eeuw een enorme bloei kende. Aan het begin van de 16de eeuw componeerde John Taverner een mis gebaseerd op de gregoriaanse melodie Gloria tibi Trinitas. Eén passage daaruit in het Gloria op de tekst ‘In nomine domini’ heeft de cantus firmus in de altpartij en een beperktere vierstemmige textuur. Die passage werd plots populair in instrumentale versies. Dat gaf dan weer aanleiding tot een hele reeks nieuwe instrumentale composities die net als Taverner de ‘Gloria tibi Trinitatis’-melodie in de altpartij plaatsten en daar allerlei nieuw contrapuntisch raffinement omheen weefden. Dat instrumentale genre werd het ‘In nomine’, dat in de late renaissance een van de belangrijkste instrumentale types in Engeland zou blijven en de overgang naar de barok zou overleven. Aan het eind van de 17de eeuw vinden we het nog terug bij Henry Purcell. Het anonieme In nomine van dit concert is een perfect voorbeeld van de conventies van het genre. De bloei van het In nomine-genre valt samen met de opkomst van min of meer vaste combinaties van instrumentale muziek. Die bezettingen (die we nu gewoon kamermuziek zouden noemen) werden in Engeland als ‘consort of instruments’ bestempeld. Het kon gaan om een groepje van dezelfde instrumentenfamilie (bv. vijf blokfluiten), of van gemengd instrumenten (‘broken consort’). Het populairst was echter het ‘consort of viols’, dat bestond uit viola da gamba’s, meestal van verschillende formaten, van de kleine discant-gamba voor de hoogste partij tot de diepe basgamba. De bezetting met meestal
vijf of zes partijen liet de renaissancecomponisten toe eenzelfde soort polyfoon lijnenspel neer te zetten als ze zouden doen in vocale werken. In een periode waarin de instrumentale muziek tot voor kort nog geen zelfstandige functie of autonome artistieke waarde had, is de plotse verschijning van dit repertoire (samen met de klaviermuziek) opvallend, net als het feit dat de meest vooraanstaande (vocale) componisten er uitgebreid voor schreven, zoals William Byrd of Orlando Gibbons. De Fantasia (een genre dat niet aan vaste vormen of regels was gebonden) van Orlando Gibbons toont de beheersing van de grote compositorische vorm, het doorgeven van motieven door de stemmen in een geraffineerd polyfoon kluwen en toch ook de eigenheid van de speelmogelijkheden van de gamba’s. Dit is vroege instrumentale muziek die de kwaliteit van het vocale repertoire koppelt aan de nieuwe impulsen van de instrumentale mogelijkheden. Tegelijk klinkt uit deze muziek vaak een ingetogen, weemoedige sfeer. In een periode waarin de meeste instrumentale muziek op dansen was gebaseerd, geeft de abstracte vorm en de subtiele melancholische toon een bijzondere kwaliteit aan dit Engelse repertoire. Maarten Beirens & Pieter Bergé
Requiem: Introitus Requiem aeternam dona eis Domine, et lux perpetua luceat eis. Exaudi orationem meam, ad te omnis caro veniet.
Geef hun eeuwige rust, Heer, en laat het eeuwige licht over hen schijnen. Verhoor mijn gebed, alle vlees zal U ten deel vallen.
Viderunt omnes Viderunt omnes fines terrae salutare Dei nostri. Jubilate Deo, omnis terra. Notum fecit Dominus salutare suum; ante conspectum gentium revelavit justitiam suam.
Alle hoeken van de wereld zingen de lof van onze God: laat heel de aarde God lofzingen. De Heer maakte Zijn genade bekend en Hij openbaarde Zijn gerechtigheid aan alle volken.
Requiem Requiem aeternam dona eis Domine, et lux perpetua luceat eis. Exaudi orationem meam, ad te omnis caro veniet.
Geef hun eeuwige rust, Heer, en laat het eeuwige licht over hen schijnen. Verhoor mijn gebed, alle vlees zal U ten deel vallen.
Kyrie eleison. Christe eleison.
Heer, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
Caedmon Paraphrase (Bede) Nunc laudare debemus auctorem regni caelestis, potentiam Creatoris et consilium illius, facta Patris gloriae. Quomodo ille, cum sit aeternus Deus, omnium miraculorum auctor extitit, qui primo filiis hominum caelum pro culmine tecti, dehinc terram custos humani generis omnipotens creavit.
Nu moeten we de Hoeder van het hemelse koninkrijk prijzen, de macht van de Schepper en Zijn beleid, de daden van de roemrijke Vader. Want Hij is de eeuwige Heer, de Ontwerper van al het buitengewone. Eerst maakte Hij het hemelgewelf als was het een dak boven de mensenkinderen; daarna schiep Hij, almachtige Hoeder van de mensheid, de aarde.
Agnus Dei Agnus Dei,
Lam Gods,
qui tollis peccata mundi, dona eis requiem. Lux aeterna luceat eis, cum sanctis tuis in aeternum quia pius est. Requiem aeterna dona eis, Domine, et lux perpetua luceat eis.
dat wegneemt de zonden der wereld, geef hun rust. Laat het eeuwige licht over hen schijnen met Uw heiligen in eeuwigheid, omdat Gij goed zijt. Geef hun eeuwige rust, Heer, en laat het eeuwige licht over hen schijnen.
Caedmon’s Creation Hymn Nu scylun hergan hefaenricaes uard, metudaes mecti end his mogdedanc, uerc wuldurfadur sue he wundra gihwaes, eci dryctin, or astelidae; he aerist scop aelda barnum heben til hrofe, haleg scepen, tha middungeard moncynnaes uard; eci dryctin aefter tiadae firum foldu frea allmectig.
Laten we nu de Hoeder van het hemelse koninkrijk prijzen, de macht van God en de wijsheid van Zijn geest, het werk van de Vader der Glorie, aangezien Hij, de eeuwige Heer het begin vastlegde van alles wat wonderlijk is. Hij, de heilige Schepper, maakte eerst de hemel als een dak voor de mensenkinderen; daarna schiep de Hoeder van de mensheid, de eeuwige Heer, almachtige Heerser, de wereld, de midden-aarde, voor de stervelingen.
In paradisum In paradisum deducant te angeli; in tuo adventu suscipiant te martyres et perducant te in civitatem sanctam. Chorus angelorum te suscipiat, et cum Lazaro quondam paupere, aeternam habeas requiem.
Mogen de engelen je naar het paradijs begeleiden; dat de martelaren je bij aankomst mogen onthalen en binnenleiden in de Heilige Stad. Dat het koor van de engelen je mag verwelkomen en dat je samen met Lazarus die er eens zo armzalig aan toe was, eeuwige rust mag genieten.
Sederunt principes Sederunt principes, et adversum me loquebantur: et iniqui persecunti sunt me. Adjuva me, Domine Deus meus: salvum me fac propter misericordiam tuam.
De eersten in rang hielden zitting en naar mij toegekeerd, zegden ze dat tegenstanders het op mij gemunt hadden. Kom mij ter hulp, Heer mijn God: maak vanuit Uw mededogen dat ik ongedeerd blijf.
In paradisum zie boven vertaling: Brigitte Hermans
Hendrik Vanden Abeele Pianist en zanger Hendrik Vanden Abeele richtte in 2000 Psallentes op dat zich specialiseert in het gregoriaans. De cd’s van Psallentes oogstten niet enkel veel lof maar ook diverse prijzen, waaronder een Diapason d’Or en de Caeciliaprijs van de Belgische muziekpers. In 2004 vatte Hendrik Vanden Abeele aan de Academie der Kunsten van de Universiteit Leiden een doctoraat in de kunsten aan, dat zich toespitst op de uitvoeringspraktijk van het gregoriaans in het 15de-eeuwse Gent. In het kader daarvan volgt hij de doctoraatsopleiding docARTES aan het Orpheus Instituut Gent.
Psallentes Psallentes werd in 2000 opgericht door Hendrik Vanden Abeele. Het ensemble gaat met professionele stemmen op zoek naar het wezen van het gregoriaans in verschillende historische stadia, met bijzondere aandacht voor de late middeleeuwen en de renaissance. Inzichten hierover worden gevoed door praktijkgebaseerd onderzoek. Waar Psallentes oorspronkelijk alleen in mannengedaante verscheen, is sinds 2007 ook een vrouwenversie van Psallentes actief. Het is frappant te merken hoe de initieel gelijkaardige intenties inzake uitvoering van laatmiddeleeuws gregoriaans in de twee gedaanten van het ensemble toch in een totaal verschillende (doch compatibele) esthetiek resulteren. Zo dragen beide ensembles op hun manier bij aan het uitdiepen van onze omgang met gregoriaans en aanverwante polyfonie.
The Spirit of Gambo Rond 1985 richtten Freek Borstlap en Gesina Liedmeier The Spirit of Gambo op met het doel de ensemblemuziek voor viola da gamba uit te voeren. Het leeuwendeel van het repertoire van The Spirit of Gambo bestaat uit muziek van de Engelse componisten John Jenkins, Orlando Gibbons, William Byrd en Christopher Simpson. De uitbreiding van het ensemble met de jonge gambisten Ivanka Neeleman en Thomas Baeté heeft het ensemble tot werkelijke bloei gebracht. Hun meest recente cd met composities van John Jenkins oogstte veel lof.
Volgende concerten ZA 07/11/15 - 21.00 uur
deCompagnie & HERMESensemble Een portret van de Belgische componist Wim Henderickx tickets € 20 / € 16 / € 14 / € 5 WO 11/11/15 - 21.00 uur
Stefan Hertmans & Revue Blanche The Great War: Stefan Hertmans leest uit Oorlog & Terpentijn naast muziek uit WO I tickets € 20 / € 16 / € 14 / € 5 DO 12/11/15 - 21.00 uur
Marianne Beate Kielland & Anima Eterna Brugge Schubertiade: liederen, het Forellenkwintet en meer van Franz Schubert tickets € 28 / € 24 / € 20 / € 5 VR 13/11/15 - 21.00 uur
Ensemble Villancico Ecuador Baroque: dansante, kleurrijke barokmuziek uit Latijns-Amerika tickets € 20 / € 16 / € 14 / € 5
ZO 15/11/15 - 11.00 uur
Kaat Haest & deFilharmonie Don Quichot: interactieve voorstelling voor kinderen van 6 tot 10 jaar tickets € 6
Goed om te weten Foyer De foyer van AMUZ is open vanaf een uur voor aanvang van het concert en blijft ook na afloop van het concert nog geruime tijd open. Beeld- en geluidsopnamen Het is absoluut verboden beeld- en geluidsopnamen te maken tijdens de concerten en voorstellingen zonder
Rondleidingen en zaalverhuur Wenst u met een groep een rondleiding in de gebouwen van AMUZ, om zo het fascinerende verhaal te horen van de gerenoveerde kerk en AMUZ als concertgebouw en -organisator, of wenst u meer informatie over de mogelijkheden om de zaal te huren voor concerten, voorstellingen en presentaties? Gelieve dan tijdens de kantooruren contact op te nemen met de administratie
expliciete toelating van de directie van AMUZ.
van AMUZ.
Concertinleidingen, aanvangsuur en duur van de concerten De concerten in AMUZ vangen op zondag steeds aan om 15.00 uur. Op andere dagen starten de concerten om 21.00 uur. Voor de avondconcerten is er steeds een inleiding om 20.15 uur. De concerten in AMUZ hebben in principe geen pauze en duren tussen de 65 en 80 minuten, tenzij anders vermeld.
Medewerkers AMUZ Bart Demuyt, directie & artistieke leiding | Veerle Braem, zakelijke directie | Robin Steins, assistentie programmering & educatie | Frederic Delmotte, assistentie programmering & dramaturgie | Tine Hubrechts, zakelijk medewerker | Klaartje Heiremans, pers & communicatie | Greet Coenegrachts, communicatie | Tine Clevers, eindredactie & ticketing | Mona Heyrman, directieassistentie & productie | Jan Tambuyser, productie & techniek | Evelyne Van Mieghem, productie & zaalhuur | Bart Tambuyser, techniek & gebouwbeheer | Koen Koninkx, foyer & ticketing | Elise Simoens, artistiek adviseur Klavier | Sarah De Rademaeker, medewerker communicatie en onthaal tentoonstelling (tijdelijk) | Katelijne Lindemans, medewerker communicatie en onthaal tentoonstelling (tijdelijk) | Michaela Defever, medewerker productie en onthaal tentoonstelling (tijdelijk)
Programmaboekjes De programmaboekjes bij de concerten van AMUZ zijn downloadbaar van de website www.amuz.be vanaf enkele dagen na het concert. Laatkomers De concerten in AMUZ hebben in principe geen pauze. Laatkomers kunnen dan ook niet meer worden toegelaten in de concertzaal. Op vertoon van hun concertticket kunnen zij het concert volgen op de plasmaschermen in de foyer.
Binnenwerk geprint bij
www.prints-copy.be wettelijk depotnummer: D/2015/0306/114