Programmalijn 1: Samen sterk in bètatechniek Penvoerder: ROC A12
1 Inleiding De ROC’s rond de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen(HAN) hebben al een aantal jaren samen met de HAN een samenwerkingsverband (RxH), waarbinnen de kennisinfrastructuur centraal staat. Het betreft ROC Nijmegen, Rijn IJssel, Graafschap College, ROC Rivor en ROC A12. Dit samenwerkingsverband is op bestuurlijk en op sectoraal niveau vormgegeven. Kenniscentrum Bèta Techniek dient als uitvoeringsorganisatie voor het RxH-overleg van de sector Techniek. Deze aanvraag komt vanuit de ROC’s uit dit RxH verband, samengevoegd met een aantal andere initiatieven waarvoor vanuit deze regio eerste voorstellen zijn ingediend. Op deze manier is een krachtig regionaal programma voor Programmalijn 1 vormgegeven. Zoals uit de regiovisie blijkt is er de komende jaren behoefte aan goed opgeleide technische mensen binnen alle sectoren. Steeds meer leerlingen in de regio kiezen voor vmbo-t / havo in plaats van vmbo b/k. Vanuit het vmbo-t en de havo stromen weinig leerlingen door naar mbo techniek. Het aantal jongeren dat in mbo techniek wordt opgeleid is onvoldoende om aan de vraag vanuit de arbeidsmarkt te voldoen. De aansluiting van vmbo-t en havo naar mbo techniek moet dus worden versterkt. Daar is de technologieroute van de RxH ROC’s op gericht. Het totale inwonertal van de grotere steden in de regio (Ede, Veenendaal, Arnhem, Nijmegen en Doetinchem) ligt ruim boven de 500.000. De regio heeft daardoor ook te maken met grootstedelijke problematiek. In de regio Nijmegen zijn er veel bedrijven actief in de sector maintenance en repair en in de toelevering van de maakindustrie. De Stichting Vakopleiding Techniek is erg actief in deze regio en rondom het nabije Cuijk in Noordoost Brabant en de kop van Noord Limburg. In de genoemde bedrijfstakken is een grote behoefte aan werknemers op niveau 2 en 3. Het stimuleren van deze sector wordt opgenomen in de RxH vakmanschapsroute. In de regio Ede-Wageningen zijn zowel Foodvalley als de zorgsector belangrijke arbeidsmarktsectoren. Vanuit deze sectoren is er een groeiende samenwerking met de high tech richting Mechatronica, met een focus op snijvlakopleidingen in Agrofood (robotica) en Zorgtechnologie (domotica). ICT en technologie dringen steeds verder door in alle andere sectoren. De behoefte ligt hier ook vooral op niveau 2 en 3. Ook deze behoefte wordt opgenomen in de RxH vakmanschapsroute. In dit gezamenlijk programma worden bij drie van de vijf aanvragende ROC’s pilots ontwikkeld en uitgevoerd, enerzijds om de vmbo-t en havo doorstroom naar het mbo te versterken (de technologieroute) en anderzijds om de doorlopende vakmanschapsroute vmbo - mbo te versterken. De instrumenten, kennis en ervaringen die opgedaan worden bij deze pilots komen ter beschikking van de andere ROC’s in het RxH verband en hun aanleverende VO-scholen. Op deze wijze kan in korte tijd veel ervaring worden opgedaan met de verschillende vormen van doorstroomroutes. Binnen het RxH verband staat de voortgang en kennisdeling standaard op de agenda zodat er snel en effectief kan worden doorgebouwd binnen andere opleidingen. Binnen de gezamenlijke aanpak wordt gekozen voor pilots die in de eigen subregio het meeste kans op succes bieden. Daarvoor wordt enerzijds aangesloten bij de kennis van doelgroepen, toeleverend en ontvangend onderwijs en bedrijfsleven. Anderzijds wordt gebruik gemaakt van best practices uit de eigen of uit vergelijkbare regio’s. Hieronder wordt per regio beschreven welke pilot er wordt uitgevoerd. Achterhoek - Graafschap College In de Achterhoek speelt de maakindustrie een zeer belangrijke economische rol. Anders dan in veel andere regio’s kiest een grote groep leerlingen (ruim 35%) in het vmbo b/k voor een technische opleiding. In het mbo worden vooral de ‘traditionele’, ‘harde’ technische opleidingen aangeboden. Daarmee worden in termen van het Bèta Mentality model vooral de Concrete Bèta’s bereikt. Uitbreiding van het aantal techniekleerlingen wordt gezocht in vmbo-t / havo en in de groep van Generalistische Bèta’s. Graafschap College zal geen aparte actie uitvoeren onder programmalijn 1 maar wel delen in de ervaringen die de collega-ROC’s hierin opdoen.
120614 Definitief RxH Programmalijn 1
Pagina 1 van 5
Arnhem - Rijn IJssel In de stadsregio Arnhem ligt de nadruk op duurzaamheid en creativiteit. Het mbo profileert zich daarop in zijn opleidingenaanbod. Daarmee sluit het aan bij de stedelijke of stedelijk georiënteerde groep studenten die in termen van het Bèta Mentality model behoort tot de Mensgerichte Generalisten en tot de Carrière Bèta’s. In de regio is al jaren een verschuiving gaande van vmbo b/k naar vmbo-t en van vmbo-t naar havo. Rivierenland - Rivor Rivor is het kleinste van de Gelderse ROC’s. Het is gevestigd in een gebied waar leerlingen van het vmbo met evenveel gemak ROC’s in Utrecht en Noord Brabant kunnen bereiken als Rivor. Door zijn maat moet Rivor kiezen voor een beperkt aantal opleidingen. Deze opleidingen zijn te kenschetsen als traditionele opleidingen die met name leerlingen op niveau 2 en 3 bereiken. Rivor zal in de komende jaren vooral inzetten op behoud van leerlingen voor de techniek. Rivor zal geen aparte actie uitvoeren onder programmalijn 1 maar wel delen in de ervaringen die de collegaROC’s hierin opdoen. Nijmegen - ROC Nijmegen Het technisch beroepsonderwijs in de stad Nijmegen trekt voor zijn ‘harde’ opleidingen techniek vooral studenten uit de kleinere gemeenten in de verre omgeving. Leerlingen uit de stad zijn vooral te vinden in snijvlakopleidingen , logistieke opleidingen en media-opleidingen. Demografische en economische factoren hebben geleid tot een sterke daling in een aantal ‘harde’ opleidingen. De regio staat voor de uitdaging om andere leerling-groepen aan te trekken. Het beroepsonderwijs weet zich daarbij ondersteund door het regionale bedrijfsleven dat zowel financieel als inhoudelijk wil meewerken aan zogenaamde talentopleidingen in installatietechniek en engineering. Ede – Wageningen – A12 Ede-Wageningen ligt midden in de Food Valley. De regio kenmerkt zich door een gunstig vestigingsklimaat met een goede toegankelijkheid, duurzame ontwikkeling en toenemende samenwerking tussen agro-food, zorg en techniek. Hierbij komen de traditionele beroepen in de techniek in beeld maar ook is een toenemende behoefte aan beroepen in de High Tech waar te nemen. De Kennis-As Food Valley waarin ook de WUR betrokken is speelt in toenemende mate een rol in de regio. De doorlopende onderwijslijn loopt daarmee van vmbo tot WO.
2 Beschrijving van de pilots (zie Bijlage voor een nadere beschrijving) 2.1
Rijn IJssel: Fasttrack Automotive (technologieroute)
De pilot binnen Rijn IJssel is de ontwikkeling van een fast track route van vmbo-t naar het mbo en naar het hbo. Dit is een alternatieve route voor de havo-hbo route. Deelnemers worden in staat gesteld binnen 6 jaar via een mbo - hbo route hun hbo diploma te halen. De voorbereiding op deze route vindt al in het vmbo-t plaats. Het reguliere bedrijfsleven speelt een rol bij de beroepsoriëntatie en keuze en bij de uitvoering van het onderwijs en stages. Dit traject richt zich op het creëren van een doorlopende leerlijn vmbo-t – mbo – hbo voor de sector automotive in Arnhem. De betrokken vmbo scholen, ROC Rijn IJssel en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen hebben het gezamenlijke plan om een doorlopende leerlijn te ontwikkelen voor de automotive branche in de technologieroute. Er wordt een 3-jarige BOL opleiding gevormd met geïntegreerde propedeuse, waarna de 3jarige hbo-opleiding volgt. Doelstelling Het doel van de doorlopende leerlijn vmbo-t – mbo – hbo is om de instroom in de automotive opleidingen op mbo- en hbo-niveau te vergroten. Concrete doelstelling is het aantal studenten voertuigen- en tweewielertechniek in de BOL 4 opleiding te doen stijgen van 120 nu (2011) naar 150 in 2015. Partners en taakverdeling Hieronder staan de betrokken partners weergegeven: Vmbo scholen: Lorentz Lyceum, Candea College, Olympus College Mbo opleiding: Rijn IJssel Hbo opleiding: Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
120614 Definitief RxH Programmalijn 1
Pagina 2 van 5
Innovatieve centra: Garage van de toekomst, Automotive Centre of Expertise (ACE) Bedrijven: Electude, Stichting kiEMT (met daarin 200 participanten) De taakverdeling is gelijkwaardig verdeeld over de betrokken partners. Rijn IJssel en de HAN zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het onderwijs. Zij zullen gedurende het traject docenten uitwisselen en het onderwijs zal op beide locaties plaatsvinden. Beide partijen zorgen voor de promotie van de doorlopende leerlijn. Dit in samenwerking met de betroken vmbo scholen. De innovatiecentra bieden onderwijs met betrekking tot de duurzame automotivebranche en betrekken de leerlingen bij innovatie op dit gebied. De betrokken bedrijven zorgen voor stageplekken, gastlessen en afstudeermogelijkheden. De leerlingen worden zo vanaf het vmbo rechtstreeks afgeleverd bij een geschikt bedrijf in de automotive branche om aan de slag te kunnen. Deze aantrekkelijk leerroute zal veel praktische leerlingen aanspreken die graag hun hbo-opleiding willen halen. Resultaat Door de eenvoudige implementatie van de propedeuse in het mbo programma en de aanwinst om meer studenten te overtuigen van een technische opleiding is er een toename van studenten HTS-A mogelijk met een goede kans van slagen. Daarnaast krijgen zwakke havisten met een relatief kort traject een veilige kans om de HTS-A succesvol af te ronden. Bèta studenten zijn vaak doe-studenten en voor deze doelgroep is dit het ideale traject. Het resultaat is een groter aantal studenten dat naar een hbo-opleiding autotechniek doorstroomt, en uiteindelijk meer werknemers in de automotive branche. Borging Dit traject wordt opgenomen als standaard traject voor vmbo-t en havo leerlingen en zo ingebed in de staande organisaties van Rijn IJssel en HAN.
2.2
ROC A12: Leerwerkteams vmbo – mbo techniek (vakmanschapsroute)
In het vmbo en vo moeten leerlingen al in het tweede leerjaar hun keuze voor een vervolgtraject bepalen. Impliciet wordt hier bepaald of zij voor een technische of niet-technische opleiding en loopbaan kiezen. Om meer leerlingen in technische opleidingen en uiteindelijk in technische beroepen te realiseren is het van belang om hen al in een vroeg stadium in de praktijk op onorthodoxe wijze kennis te laten maken met techniek. Door de vorming van leerwerkteams die bestaan uit vmbo leeringen, mbo studenten en onderwijsassistenten en die werken aan echte bedrijfsopdrachten wordt dit gerealiseerd en wordt een krachtige impuls geven aan techniek in de regio. Doelstelling: Toename van het aantal techniekstudenten bij ROC A12 met 10% (van 1544 in 2011 naar 1700 in 2015). De groei wordt gerealiseerd binnen de speerpunten Agrofood, Creatieve Industrie, Health en Dienstverlenende industrie en is afgestemd op de behoefte van de regionale bedrijven. Verhogen van de aantrekkelijkheid van de opleidingen door een nauwe samenwerking tussen onderwijs, bedrijfsleven en overheid en door jongeren vroegtijdig in contact te brengen met technische praktijksituaties. Concreet starten in 2012-2013 5 leerwerkteams per vmbo, in 2013-2014 10 leerwerkteams per vmbo en in 2014-2015 15 leerwerkteams per vmbo. Na 2015 vindt verdere uitbreiding plaats op basis van de behoefte van de regio. Partners en taakverdeling Vmbo scholen: Het Streek, Pantarijn, CSV, De Meerwaarde, Groenhorst College ROC: ROC A12 Bedrijven: Stichting Vrienden van het Vakcollege Barneveld, BRC Motorvoertuigentechniek, BRC Bouw Infra Groen, BRC Zorg en Welzijn, Revabo, Taskforce Mechatronica, LPI De Vallei, Technetkring Valleiregio, Samenwerkingsverband AAA Overig: Technodiscovery / CHE, OBM (Opleidingsbedrijf Metaal) De taakverdeling is gelijkwaardig verdeeld over de betrokken partners. ROC A12 en de vmbo scholen zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het onderwijs. Het Groenhorst College zal in de tweede fase actief uitvoeren. Onderwijspartners delen kennis gedurende het traject en docenten van de partners werken samen aan de ontwikkeling en uitvoering. Het onderwijs vindt op meerdere locaties plaats. Alle partijen zorgen voor de promotie van de doorlopende leerlijn. De betrokken bedrijven (kenniskringen, samenwerkingsverbanden,
120614 Definitief RxH Programmalijn 1
Pagina 3 van 5
overige partners) en overheden zorgen voor leerwerkopdrachten, kennisdeling en advies. Overheden zijn geïnformeerd over het project en stimuleren bedrijven richting technische opdrachten. De leerlingen en studenten zijn actief betrokken bij de uitvoering van technische projecten en opdrachten. Via onderwijsassistenten en door de inzet van CHE studenten wordt ook versterking van techniek in het primair onderwijs bevorderd. Borging De stimuleringsbijdrage zal uitsluitend voor uitvoerings- en begeleidingskosten worden ingezet. De partners bekostigen alle overige middelen uit eigen budget. Na afloop van het project hebben docenten/begeleiders voldoende ervaring en zijn de activiteiten in de staande organisatie opgenomen.
2.3
ROC Nijmegen: Vakmanschap Techniek (vakmanschapsroute)
Deze pilot richt zich op de vakmanschapsroute van vmbo naar mbo niveau 2 en 3 in de metaal (metaalbewerker, constructiewerker, mechatronica, verspaner, monteur elektrotechnische installaties). De beide technische educatieve centra Stichting Technopromo en Junior Technovium krijgen een belangrijke rol in e de leerjaren 1 en 2 van de vmbo b/k opleidingen en Vakopleiding Techniek gaat zorgen dat leerlingen uit het 3 e en 4 leerjaar van vmbo b/k meer en beter zicht krijgen op hedendaagse techniek. Hiervoor gaan zij specifieke workshops en minicursussen geven en delen van het curriculum invullen. Er zijn ongeveer 70-80 bedrijven in de regio aangesloten bij Vakopleiding Techniek. Door het aanbod van het technische mbo onderwijs te centraliseren op één plek waardoor diepgang, zichtbaarheid en imago van de opleidingen wordt versterkt. Doelstelling Sterke toename van het aantal leerlingen in de technische branche door betere oriëntatie. Het aantal op te leiden jongeren binnen Vakopleiding Techniek verdubbelt van 110 nu naar 220 in 2016. De ontwikkeling start in BBL3 en wordt na twee jaar uitgebreid naar BBL4. Kwaliteitsverbetering: verbetering van de aansluiting tussen vmbo b/k en verbetering van het niveau van de afgestudeerden en de aansluiting op de arbeidsmarkt door centraal up-to-date faciliteiten te bieden. Aantrekkelijkheid verbeteren. Partners en taakverdeling ROC: ROC Nijmegen Vmbo-t scholen: Mondial College Nijmegen, Montesori College Groesbeek, Pax Cristie College Druten Bedrijfsopleidingen: Vakopleiding Techniek Regionale bedrijfsleven aangesloten bij Vakopleiding Techniek. Technische educatieve centra: Technopromo, Junior Technovium De beroepsoriëntatieprogramma’s die de vmbo scholen aanbieden voor hun leerlingen worden gezamenlijk uitgevoerd met ROC Nijmegen en Vakopleiding Techniek. Leerlingen brengen een deel van de tijd fysiek door in het gebouw van het ROC en in de ruimte van het Junior Technovium en bij Vakopleiding Techniek en Technopromo. Er is een aantal geprogrammeerde leseenheden beschikbaar waarmee ze zich een goed beeld van die beroepen kunnen vormen. Docenten uit het vmbo en het mbo ontwikkelen samen nieuwe leseenheden en bespreken deze met vakmensen uit de bedrijven. Daardoor vindt gelijktijdig kennisdeling plaats. Beide groepen docenten verzorgen de lessen voor de leerlingen en studenten aan. Borging Partijen hebben al jarenlang een samenwerkingsrelatie opgebouwd. Hierin worden de trajecten ingebed en verankerd. De beschreven manier van opleiden is voor partijen het model voor de toekomst. Gesprekken over dit model en het concretiseren zijn al begonnen. Door de stimuleringsbijdrage wordt de ontwikkeling versneld en eerder structureel ingebed in de regionale kennisinfrastructuur.
2.4
ROC Nijmegen: Installatiewerk op hoog niveau (technologieroute)
De regio staat voor de uitdaging om andere leerling-groepen aan te trekken. Het beroepsonderwijs weet zich daarbij ondersteund door het regionale bedrijfsleven dat zowel financieel als inhoudelijk wil meewerken aan zogenaamde talentopleidingen in installatietechniek en engineering. Deze pilot richt zich op het creëren van een doorlopende leerlijn vmbo-t – mbo – hbo voor de sector Installatietechniek in Nijmegen.
120614 Definitief RxH Programmalijn 1
Pagina 4 van 5
De betrokken vmbo scholen, ROC Nijmegen en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen hebben het gezamenlijke plan om deze doorlopende leerlijn te ontwikkelen. Er wordt een 3-jarige BOL opleiding gevormd met geïntegreerde propedeuse, waarna de 3-jarige hbo-opleiding volgt. Belangrijk element in de opleiding (en verschil met de Fasttrack van Rijn IJssel) is het buddyschap van mbo en hbo studenten die samenwerken aan bedrijfsopdrachten. Daarnaast wordt een mbo+ opleiding ontwikkeld voor goede studenten die niet naar het hbo willen. Doelstelling Het aantal studenten in de Installatietechnische opleidingen op mbo-niveau te laten stijgen van 160 naar 200 (+25%) Doorstroom naar hbo te vergroten met 15%. Aantrekkelijk alternatief bieden voor de havo - hbo route Mbo+ opleiding bieden voor degenen die niet door willen naar het hbo Partners en taakverdeling Vmbo scholen: Pax Christie College, Druten; Montessori College, Groesbeek; Canisius College, Nijmegen; Mondial College, Nijmegen, Maaswaal College Wijchen ROC: ROC Njmegen Hbo opleiding: Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Bedrijven: Collegiale in- en uitleen van installatietechnische bedrijven (250 aangesloten Gelderse instalatietechnische bedrijven), Vrienden van Elektro (Elektrotechnische bedrijven uit de regio Nijmegen verbonden aan ROC Nijmegen, Vrienden van Mechatronica (Mechatronica bedrijven uit de regio Nijmegen verbonden aan ROC Nijmegen) De taakverdeling is gelijkwaardig verdeeld over de betrokken mbo en hbo partners. ROC Nijmegen en de HAN zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het onderwijs. Zij zullen gedurende het traject docenten uitwisselen en het werken aan bedrijfsopdrachten en het onderwijs zal op beide locaties plaatsvinden. Beide partijen zorgen voor de promotie van de doorlopende leerlijn. De vmbo scholen promoten deze leerroute op hun scholen en werken samen met het mbo om de leerlingen te motiveren voor deze leerroute. De betrokken bedrijven zorgen voor bedrijfsopdrachten, stageplekken, gastlessen en afstudeermogelijkheden. De leerlingen komen zo vanaf het vmbo rechtstreeks in contact met een geschikt bedrijf in de installatiebranche om aan de slag te kunnen. Deze aantrekkelijk leerroute zal veel praktische leerlingen aanspreken die graag hun hbo-opleiding willen halen of net even meer willen dan een mbo diploma maar voor wie een hbo opleiding te hoog gegrepen is. Het groeimodel bestaat uit het uitbreiden van de bij MplusH systematiek naar Installatietechniek. In het eerste jaar wordt een beperkt aantal bedrijfsopdrachten uitgevoerd door mbo – hbo buddy’s. Er wordt intensief gewerkt aan de competentie van docenten om bedrijfsopdrachten bij de bedrijven op te halen en deze te verwerken tot opdrachten waar studenten aan werken. Het voordeel hiervan is dat docenten meer in de bedrijven komen. Het actuele kennisniveau van docenten over de bedrijfsproblematiek wordt op deze manier verhoogd. In het tweede en derde jaar wordt een groeiend aantal bedrijfsopdrachten uitgevoerd tot in 2015 het volledige cohort studenten hier in mee doet. Op dat moment maakt het dan ook deel uit van het reguliere curriculum. Borging Partijen hebben al de nodige ervaring vanuit het MplusH project. Door de werkwijze met bedrijfsopdrachten voor mbo hbo buddy’s in te bedden in het reguliere curriculum wordt het duurzaam ingebed in de staande organisatie. Resultaat Door de eenvoudige implementatie van de propedeuse in het mbo programma en de aanwinst om meer studenten te overtuigen van een technische opleiding is er een toename van mbo en hbo studenten met een goede kans van slagen. Daarnaast krijgen zwakke havisten met een relatief kort traject een veilige kans om het hbo succesvol af te ronden. Bèta studenten zijn vaak doe-studenten en voor deze doelgroep is dit het ideale traject. Het resultaat is een groter aantal studenten welke een hbo-opleiding autotechniek behaald en meer werknemers voor in de installatiebranche. Zie Bijlage voor de Trackrecord van de ROC partners.
120614 Definitief RxH Programmalijn 1
Pagina 5 van 5