Praktijkwerkboek AKA
Voorraadbeheer Inhoud In het onderdeel Voorraadbeheer ga je leren over het beheer van kantoorartikelen, kantoorartikelen bestellen, goederen ontvangen en facturen. Je doet de opdrachten die hieronder vetgedrukt staan aangegeven. Daarna ga je een woordenlijst invullen. Zo kun je zien of je belangrijke woorden die met jouw werk te maken hebben, snapt. Ook kijk je terug hoe het is gegaan. Samen met je praktijkopleider bespreek je hoe het ging en wat je geleerd hebt. Aan het eind schrijft de praktijkopleider zijn opmerkingen op.
De leerdoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Wat moet je leren in jouw opleiding? Kantoorartikelen inventariseren .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 In het magazijn of de repro van het bedrijf worden de kantoorartikelen opgeslagen. Denk dan aan papier, pennen, tabbladen of ordners. Kantoorartikelen uitgeven en registreren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Deze opdracht kun je uitvoeren als iemand kantoorartikelen nodig heeft. Kantoorartikelen bestellen .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 In deze opdracht ga je kantoorartikelen bestellen. Goederen ontvangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Deze opdracht kun je uitvoeren als goederen zijn binnengekomen. Een factuur bekijken .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 In deze opdracht ga je kennismaken met een factuur. Woordenlijst .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Schrijf in je eigen woorden op wat deze woorden betekenen. Terugkijken .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Wat heb je geleerd door al deze opdrachten te doen? De praktijkopleider . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Hoe vindt je praktijkopleider dat het is gegaan?
1
2
Praktijkopdrachten AKA
Leerdoelen In de opleiding werk je aan leerdoelen. Hieronder staan alle leerdoelen waar het in jouw opleiding om gaat. De leerdoelen waar je aan werkt in het onderdeel Voorraadbeheer staan vetgedrukt weergegeven.
1
Je toont bereidheid om instructies en aanwijzingen van leidinggevende/ervaren collega op te volgen, zodat de werkzaamheden volgens regels en procedures worden voorbereid.
2
Je verzamelt op een voorgeschreven wijze materialen en (hulp)middelen die geschikt zijn voor het uitvoeren van de werkzaamheden, zodat met de materialen en middelen verantwoord wordt omgegaan en dat deze heel blijven.
3
Je werkt met materialen en (hulp)middelen die geschikt zijn voor het uitvoeren van werkzaamheden, zodat de materialen en middelen niet stuk gaan, er zo min mogelijk wordt verspild, middelen gedurende de verwachte levensduur te gebruiken zijn en het werk veilig wordt uitgevoerd.
4
Je accepteert dat werkzaamheden kunnen veranderen en je kan flexibel omgaan met wisselende of nieuwe werkomgevingen en/of wisselende of nieuwe opdrachten en richt je op het uit te voeren werk, zodat je je in zo kort mogelijke tijd optimaal kan motiveren om de werkzaamheden voor te bereiden.
5
Je plant op basis van instructies, afspraken en prioriteiten in een logische volgorde voor je werkzaamheden, zodat duidelijk is wanneer je welke werkzaamheden gaat uitvoeren.
6
Je overlegt met de leidinggevende/ervaren collega over het werk dat je moet doen en vraagt om verduidelijking of hulp wanneer je de opdracht/instructie niet begrijpt, zodat je weet wat je moet gaan doen en hoe je dit moet gaan doen.
Voorraadbeheer
7
Je vraagt tijdig extra verduidelijking, tips en hulp van collega’s, zodat je je werk volgens (bedrijfs-)procedures en in een vlot tempo kan uitvoeren. Daarnaast heb je inzicht in de werkzaamheden van collega’s en pas je je daarop aan door hulp te bieden, als je dat gevraagd wordt, voor een goede samenwerking en een vlot verloop van de werkzaamheden.
8
Je schenkt aandacht aan anderen en doet moeite om anderen te begrijpen, zodat je in je werk daarmee rekening kan houden en erop kan reageren, je werk op de juiste wijze kan uitvoeren en een goede verstandhouding met collega’s opbouwt.
9
Je werkt volgens instructies van de leidinggevende/ervaren collega ordelijk en volgt gedisciplineerd instructies, afspraken, planning en bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften op om te voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen.
10 Je houdt het vertrouwen in eigen kunnen als (voor jou onbekende) opdrachten niet in één keer goed uitgevoerd blijken te zijn en vraagt bij opmerkingen/kritiek opnieuw naar de gewenste werkwijze, zodat je in staat bent om alsnog de opdracht met het gewenste resultaat uit te voeren. 11 Je helpt de klant (interne klant, externe klant, cliënt, opdrachtgever) zo veel mogelijk binnen je verantwoordelijkheid, zodat de klant volgens de eisen van de organisatie wordt geïnformeerd of doorverwezen. 12 Je gebruikt passende lichamelijke kracht, snelheid, precisie, coördinatie, hebt uithoudingsvermogen en hanteert hierbij de passende methodiek en/of techniek, zodat de werkzaamheden voldoen aan de afspraken, voorschriften en eisen.
Misschien begrijp je niet alles wat hier staat. Vraag het dan aan je praktijkopleider of een docent van school.
Veel succes!
3
4
Praktijkopdrachten AKA
Kantoorartikelen inventariseren In het magazijn of de repro van het bedrijf worden de kantoorartikelen opgeslagen. Denk dan aan papier, pennen, tabbladen of ordners. In deze opdracht ga je de kantoorartikelen in het magazijn of de repro inventariseren. Welke artikelen zijn bijna op? Vul deze artikelen in de onderstaande tabel in (linker kolom). Vul in de rechter kolom in hoeveel van deze artikelen er nog zijn.
Product
Aantal
……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... …………………………………………………… ……………………………………………………... ……………………………………………………
Voorraadbeheer
Wat ging goed? ……………………………………………………………………………………............... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... En wat kan beter? ……………………………………………………………………………………........... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... …………………………………………………………………………………….........................................
5
6
Praktijkopdrachten AKA
Kantoorartikelen uitgeven en registreren Deze opdracht kun je uitvoeren als iemand kantoorartikelen nodig heeft. Er kan bijvoorbeeld iemand persoonlijk langskomen met een vraag. Je handelt de vraag van deze persoon dan netjes af. Er kan ook een vraag per e-mail binnenkomen. Je moet de kantoorartikelen dan naar de afdeling brengen waar de vraag vandaan is gekomen.
Hoe kunnen collega’s kantoorartikelen aanvragen? ……………………………………………………………………………………................................ Moet iemand goedkeuring geven voordat jij de artikelen uitgeeft? ……………………………………………………………………………………................................
Nu kun je de gevraagde kantoorartikelen gaan uitgeven. Welke artikelen worden gevraagd? ……………………………………………………………………………………................................ Hoe zorg je dat ze bij de juiste persoon aankomen? ……………………………………………………………………………………................................
Verzorg de uitgifte van de gevraagde artikelen. Je moet ook registreren welke kantoorartikelen je hebt uitgegeven.
Hoe worden uitgegeven kantoorartikelen geregistreerd? Kruis aan: digitaal
op papier
Voorraadbeheer
Omschrijf kort op welke manier je de uitgifte van kantoorartikelen moet registreren. ……………………………………………………………………………………................................ ……………………………………………………………………………………................................
Ga volgens dat systeem te werk.
Wat ging goed? ……………………………………………………………………………………............... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... En wat kan beter? ……………………………………………………………………………………........... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... …………………………………………………………………………………….........................................
7
8
Praktijkopdrachten AKA
Kantoorartikelen bestellen In deze opdracht ga je kantoorartikelen bestellen, als dat mag. Eerst ga je de prijzen opvragen van verschillende kantoorartikelen.
Probeer achter de prijzen te komen van onderstaande artikelen. En vul de prijs in de tabel in: Product
Prijs
Kantooragenda’s
………………………………………
Tabbladen (per ........ stuks)
………………………………………
Mappen Vul zelf in het type map bijvoorbeeld
………………………………………
• Ringband, 2 rings
………………………………………
• ………………………………………..............................
………………………………………
• ………………………………………..............................
………………………………………
Andere artikelen (plus het soort):
• ………………………………………..............................
………………………………………
• ………………………………………..............................
………………………………………
• ………………………………………..............................
………………………………………
• ………………………………………..............................
………………………………………
Voorraadbeheer
Vraag aan je praktijkopleider of een collega of er producten zijn die je moet bestellen. Zo ja, welk(e) product(en) zijn dit? ……………………………………………………………………………………................................ ……………………………………………………………………………………................................ Zoek het telefoonnummer of e-mailadres van de leverancier op. ……………………………………………………………………………………................................
Bestel het product of de producten. Laat je praktijkopleider controleren hoe je dit hebt gedaan. Laat je e-mailbericht aan je praktijkopleider zien voordat je het verstuurt. Of: Bereid met je praktijkopleider het telefoongesprek voor.
Wat ging goed? ……………………………………………………………………………………............... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... En wat kan beter? ……………………………………………………………………………………........... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... …………………………………………………………………………………….........................................
9
10
Praktijkopdrachten AKA
Goederen ontvangen Deze opdracht kun je uitvoeren als goederen zijn binnengekomen in het bedrijf. Het gaat bijvoorbeeld om kantoorartikelen die in het magazijn of bij de receptie binnenkomen. Vraag je praktijkopleider of een collega of je mee mag kijken als goederen binnenkomen.
Welke goederen zijn binnengekomen? ……………………………………………………………………………………................................ Waar zijn de goederen binnengekomen? ……………………………………………………………………………………................................ Welke formulieren zijn met deze goederen binnengekomen? ……………………………………………………………………………………................................ ……………………………………………………………………………………................................
Lees de formulieren. Controleer samen met een collega of de binnengekomen bestelling klopt.
Klopt het aantal? ……………………………………………………………………………………................................ Klopt de prijs? ……………………………………………………………………………………................................
Voorraadbeheer
Wat ging goed? ……………………………………………………………………………………............... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... En wat kan beter? ……………………………………………………………………………………........... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... …………………………………………………………………………………….........................................
11
12
Praktijkopdrachten AKA
Een factuur bekijken Een ander woord voor rekening is factuur. In deze opdracht ga je kennismaken met een factuur.
Heb je zelf thuis wel eens een factuur ontvangen? ……………………………………………………………………………………................................ Zo ja, waarvoor? ……………………………………………………………………………………................................
Je gaat nu twee facturen bekijken. Vraag aan een collega of je praktijkopleider of je twee oude facturen mag gebruiken.
Factuur 1: 1. Waarvoor is deze factuur verstuurd? Vul hieronder de naam van het product / de producten in: ……………………………………………………………………………………................................ 2. Wat is de prijs van het eerste product dat op de factuur staat? ……………………………………………………………………………………................................ 3. Wat is de datum van de factuur? ……………………………………………………………………………………................................
Voorraadbeheer
Factuur 2: 1. Waarvoor is deze factuur verstuurd? Vul hieronder de naam van het product / de producten in: ……………………………………………………………………………………................................ 2. Wat is het bedrag dat moet worden betaald? ……………………………………………………………………………………................................ 3. Van welke leverancier komt de factuur? ……………………………………………………………………………………................................
Wat ging goed? ……………………………………………………………………………………............... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... En wat kan beter? ……………………………………………………………………………………........... ……………………………………………………………………………………......................................... ……………………………………………………………………………………......................................... …………………………………………………………………………………….........................................
13
14
Praktijkopdrachten AKA
De woordenlijst Schrijf in je eigen woorden op wat deze woorden betekenen. Factuur
…………………………………………………………………........................
Inventariseren
…………………………………………………………………........................
Ordner
…………………………………………………………………........................
Leverancier
…………………………………………………………………........................
Tabbladen
…………………………………………………………………........................
Registreren
…………………………………………………………………........................
Kantoorartikelen uitgeven ………………………………………………………………........................
Welke nieuwe woorden ben je zelf nog tegengekomen in het leerbedrijf ? Vul in: Woord 1:
…………………………………………………………………........................
Betekenis:
…………………………………………………………………........................
Woord 2:
…………………………………………………………………........................
Betekenis:
…………………………………………………………………........................
Woord 3:
…………………………………………………………………........................
Betekenis:
…………………………………………………………………........................
Woord 4:
…………………………………………………………………........................
Betekenis:
…………………………………………………………………........................
Voorraadbeheer
Terugkijken Aan het eind van dit onderdeel ga je terugkijken. Wat heb je geleerd door al deze opdrachten te doen? Probeer aan te geven, hoe het er nu voor staat met je leerdoelen. Kruis aan:
Leerdoelen
Ging goed
Je werkt met materialen en (hulp)middelen die geschikt zijn voor het uitvoeren van werkzaamheden, zodat de materialen en middelen niet stuk gaan, er zo min mogelijk wordt verspild, middelen gedurende de verwachte levensduur te gebruiken zijn en het werk veilig wordt uigevoerd.
Je accepteert dat werkzaamheden kunnen veranderen en je kan flexibel omgaan met wisselende of nieuwe werk omgevingen en/of wisselende of nieuwe opdrachten en richt je op het uit te voeren werk, zodat je je in zo kort mogelijke tijd optimaal kan motiveren om de werkzaamheden voor te bereiden.
Je schenkt aandacht aan anderen en doet moeite om anderen te begrijpen, zodat je in je werk daarmee rekening kan houden en erop kan reageren, je werk op de juiste wijze kan uitvoeren en een goede verstandhouding met collega’s opbouwt.
Je werkt volgens instructies van de leidinggevende/ervaren collega ordelijk en volgt gedisciplineerd instructies, afspraken, planning en bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften op om te voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen.
Je helpt de klant (interne klant, externe klant, cliënt, opdrachtgever) zo veel mogelijk binnen zijn verantwoor delijkheid, zodat de klant volgens de eisen van de organisatie wordt geïnformeerd of doorverwezen.
Kan beter
15
16
Praktijkopdrachten AKA
De praktijkopleider Hoe vindt je praktijkopleider dat het is gegaan? Bespreek met hem alle punten van het ‘Terugkijken’. Luister goed naar wat hij heeft gezien van jouw werk. Wat vond hij ervan en wat kan volgens hem beter? Dan weet jij beter waar je een volgende keer op moet letten. Vraag ook of hij opmerkingen heeft, die hij hieronder wil invullen.
Opmerkingen van de praktijkopleider: