Binnenstadskrant Horeca
Periodiek voor de Binnenstad van Utrecht, 12de jaargang, nummer 6, november - december 2007
Horeca en de lasten
de lusten
Samenscholingsgebod
A
ls je op zo’n zonovergoten zaterdag in oktober over de Oudegracht loopt, lijkt het of de hele stad is uitgelopen. In korte tijd passeer je duizenden stadgenoten, bezoekers en toeristen. De terrassen zitten vol, in de gracht wemelt het van de pretboten, trapfietsen, kano’s en rondvaartboten. Er glijdt zelfs een gondel door het water alsof de Oudegracht uitkomt op het Canal Grande. Het is een bonte verzameling mensen. Studenten natuurlijk, alleen of in groepen. En winkelende huisvrouwen en shoppende meiden. Mannen in pak en moeders en dochters met hoofddoekjes. Toeristen met camera’s en Marokkaanse jongens met petjes. En natuurlijk ook een enkele bedelaar en een schreeuwende aso. Zoveel mensen op een kluitje. Het lijkt wel of er een samenscholingsgebod van kracht is op de Oudegracht. De mensen wriemelen door elkaar als in een mierenhoop. En het gekke is dat ondanks de beperkte ruimte ieder zijn eigen weg kan gaan, in zijn eigen tempo en naar de gewenste bestemming. En ondanks de drukte blokkeren de mensen elkaar niet, ze botsen niet, maar ontwijken elkaar op de vierkante centimeter zonder dat er een onvertogen woord valt. Af en toe neem ik de
Het dak op I
n 1990 mocht ik drie maanden stukjes schrijven in de Sächsische Zeitung, een krant in Dresden. De DDR was net opgeheven: de Oostduitsers ruilden hun waardeloze spaargeld één op één tegen echte marken en waren heel even rijk en gelukkig. Tot ze van de Westduitsers hoorden dat ze sukkels waren, die veertig jaar lang alles verkeerd hadden gedaan. Langzamerhand zijn ze daaroverheen. Je kon in 1990 naar de opera voor 12 mark. Nu kost een kaartje tachtig euro, en zit de zaal vol met welvarende toeristen. Eén aflevering van ‘Dresden, gezien door een Hollander’ speelde zich af in een nieuw restaurant. Ik schreef dat de radio nauwelijks hoorbaar was en dat de tafels ver uit elkaar stonden. Later hoorde ik dat mijn verhaaltje was opgevat als kritiek. Ze hadden erover vergaderd, met als uitkomst dat er meer tafeltjes kwamen en dat de radio harder werd gezet. Mijn kleinzoon wilde laatst op zondagmiddag chocoladetaart. We liepen tien cafés en restaurants af, maar het enige wat ze
Adressen
Wijk C Komitee www.wijkc.nl Buurtpreventiegroep Wijk C-West tel. 2328076 Buurtpreventiegroep Wijk C-Oost tel. 2315668 Buurtpreventiegroep Lang en Breed tel. 2328591 Buurtpreventiegroep Wolvenroedel tel. 2317601 Bewonersgroep Wolvenbuurt tel. 2310578 Bewonersgroep Vrouwjuttenhof tel. 2322948 Beheergroep A t/m Z tel. 2333147
proef op de som. Dan duik ik met mijn fiets van de Stadhuisbrug de diepte van de Vismarkt in. Rakelings langs de wandelaars en slalommend om tegenliggers. Elk ogenblik bereid om vol in de remmen te gaan, maar ook gebruik makend van elk stukje vrije ruimte. En anders dan je misschien verwacht beginnen de mensen niet te schelden, maar geven je de ruimte, zolang ook jij hen maar de ruimte geeft. Een spannend spel met tolerantie. Wat een wondertje van beschaving is dan zo’n Binnenstad. Allemaal mensen met verschillende achtergronden in cultureel, etnisch en religieus opzicht. En toch zijn ze bereid om samen dat kleine oppervlak te delen, om de ruimte te nemen maar ook om ruimte te geven. En wat is het jammer dat er in de stad buurten zijn met een samenscholingsverbod. Een Kanaleneiland vol mensen op straat, die met elkaar omgaan als op de Oudegracht, dat zou het begin zijn van een prachtwijk.
Gert-Sjoerd Kuperus
te bieden hadden was appelgebak. Ik ben gek op de Utrechtse horeca, maar het valt soms tegen. Het staat bijna overal zo vol met tafels en stoelen dat je in een kramp naar voren moet zitten om een ongemakkelijk contact met je achterbuurman te vermijden. Ik vraagt of de muziek wat zachter kan, maar tien minuten later staat ze weer net zo hard. Ik betaalt acht euro voor een karafje huiswijn, dat in Frankrijk bij een lunchmenu van 11,50 inbegrepen is. Het ergste zijn de gesprekken. Het lijkt wel of sinds de Ipod iedereen harder praat, en dat het niemand wat kan schelen of onbekenden het horen. ‘Ik wil zien dat ik zo’n level bereik dat ik vrede krijg met mezelf’, zegt de vrouw aan het tafeltje naast me. Verderop, maar nog dichtbij genoeg, klagen twee mannen over hun ‘leidinggevende’, die hen niet voldoende ruimte geeft. Doe er wat aan, zou ik zeggen. Weet je wat? Dikke jas aan, sjaal om, en dan het dakterras op van V&D’s La Place. Lekker naar Utrecht kijken. Dick Franssen
Bewonersplatform Centrale Oude Stad tel. 2321533
Werkgroep Pandhof Sinte Marie Visscherssteeg 9, 3511 LW
Twijnstraatcomité tel. 2332664
Zakkendragersvereniging tel. 2317578 Vereniging Grachtstegen Lauwersteeg 11, 3511 JM
[email protected]
De Binnenstadskrant is een initiatief van bewonersgroepen in de Binnenstad van Utrecht. Redactie Marijke Brunt Dick Franssen Inge Keizer Ben Nijssen Arend Odé Jesse Pouw Christa Stigter Jacqueline van Eimeren © Fotografie Humphrey Daniëls Jaap van de Klomp Ben Nijssen Sjaak Ramakers Saar Rypkema Patrick van der Sande Fotoredactie Sjaak Ramakers Vormgeving Communicatieteam x-hoogte Druk: Dijkman Offset, Diemen Verspreiding: Guus Touker Oplage: 10.000
Beheergroep NV-huistuin tel. 2367315
Buurtcomité in oprichting tel. 2313079
Colofon
Bewonersplatform Zuidelijke Oude Stad e-mail:
[email protected] Stichting Beheer Zeven Steegjes tel. 2232036 Stichting Geertebuurt tel. 2317735 Utrecht Weer Omsingeld tel. 2315668
Stichting Behoud Lepelenburg e-mail:
[email protected]
Stichting Werkgroep Herstel Leefbaarheid Oude Stadswijken tel. 2310976
Bewonersgroep Catharijnesingel tel. 2304225
BOCP (Bewonersoverleg plannen stationsgebied) tel. 2522322
Platform Binnenstad Utrecht tel. 2363252 Werkgroep Pandhof van de Dom p.a. Kikkersloot 18 3993 TK Houten Centrum Utrecht (ondernemersvereniging) tel. 2317438 / 2400717, Wijkbureau Binnenstad tel. 2863960, fax 2863966, e-mail:
[email protected] Welzijnsorganisatie Cumulus tel. 2758490; fax 2758499, e-mail:
[email protected] Algemene Hulpdienst (Burenhulp Binnenstad) tel. 2361743 Wijkagenten Binnenstad tel. 0900-8844 Buurtcomité Vaartsebuurt tel. 2316972
Horeca-gebruikers op de Tolsteegbarrière (©Sjaak Ramakers)
Brieven en kopij sturen naar: Binnenstadskrant Nieuwegracht 82 3512 LW Utrecht, tel. 2314555
[email protected] www.binnenstadskrant.nl Deadline volgend nummer: 17 december 2007 Verspreiding: 10 januari 2008 De Binnenstadskrant is mogelijk gemaakt met bijdragen van: • Wijkraad Binnenstad • Bewonersgroepen Binnenstad • Wijkbureau Binnenstad • Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Welzijnszaken • Cumulus • Politie Centrum • Particuliere giften Bedrijven, instellingen en bewoners die de Binnenstadskrant willen ondersteunen met een financiële bijdrage kunnen een bedrag overmaken naar: giro 245122 t.n.v. Binnenstadskrant, Utrecht
Horeca 3
Gemeenteraad ontmoet Binnenstad
Handhaven, handhaven, handhaven Door onze redacteur Ben Nijssen
Het was de bedoeling om een terras buiten te maken bij het stadhuis om daar gemeenteraadsleden in discussie te laten gaan met bewoners van de Binnenstad en horecaondernemers. Maar het weer was zo slecht dat er een terras binnen in het stadhuis was gemaakt.
De belangstelling was er niet minder om. Zo’n zestig mensen deden mee aan de discussies, die werden opgeleukt door accordeonspeler Erik de Reijer. Voor de goede orde: er werd alleen alcoholvrij geschonken en roken was taboe. De aanwezigen konden zelf een stamtafel uitkiezen waaraan reeds een gemeenteraadslid had plaatsgenomen met een bepaalde stelling. Voorzitter van de bijeenkomst was Mirjam Bikker (ChristenUnie), die zich deze avond van haar meest kordate kant liet zien. Stelling: Terrassen staan altijd in de weg De stelling is natuurlijk wat overdreven, maar de deelnemers aan deze discussie weten allen wel een terras te noemen waar je als passant niet fatsoenlijk langs kunt lopen. Als voorbeelden werden genoemd de situaties in de Mariastraat en Lange Jansstraat, op het Ledig Erf, bij Toque Toque op de Oudegracht, Hemingway en Broers op het Janskerkhof en Dikke Dries op het Oudkerkhof. Als er in 2008 inderdaad een markering van de terrassen komt, dan kan dit zeker een verbetering betekenen, mits er
gehandhaafd wordt. Geopperd werd om terrassen met middenpaden te verbieden, omdat dit altijd problemen zal blijven geven. Stelling: Toename horeca buiten de Binnenstad De kern van de reacties hierop was: vol is vol (niet alleen wat betreft horecagelegenheden, maar ook met festivals, pretboten, enz.). Horeca brengt ook meer verkeer (ook fietsen) met zich mee, die het volle gevoel alleen maar versterken. Een andere opstelling was: als handhaving niet betaalbaar is, dan ook geen uitbreiding. Zo mogen stadswachten niet ‘s avonds na 22 uur werken (te onveilig op straat). Een punt van kritiek op de politie was dat deze nu in auto’s rondrijdt; op de fiets zouden ze meer horen en zien. Van een heel andere orde was het commentaar dat terrassen het zicht op monumentale panden vertroebelen. Stelling: De horeca is onderworpen aan teveel regels Hier was men het niet mee eens. Regels zijn er om te worden nageleefd. Dat gebeurt nu niet. Volgens
de bewoners is geluidsoverlast juist ‘s nachts slecht geregeld. Een suggestie om decibelmeters op te hangen op straat vindt weinig gehoor, omdat wellicht juist hierdoor lawaai wordt uitgelokt. De horecabezoekers moeten opgevoed worden, maar door wie en hoe?
Stelling: Horeca houdt de Binnenstad levendig Dat kan zo niet gesteld worden; soms is er teveel levendigheid en op andere momenten te weinig. De discussie leidde verder tot de constatering dat na invoering van het rookverbod in de horeca (juli 2008) de rookverslaafden zich buiten voor een horecavestiging zullen verzamelen, wat zeker tot hinder zal leiden; geluid, stank, peuken op straat, hinderlijk voor voetgangers en verkeer. Ook hier werd geconstateerd dat er teveel evenementen in het centrum worden georganiseerd en dat men zich dan niet aan de sluitingstijden houdt. Stelling: Bewoners moeten niet zeuren Zowel onder bewoners als ondernemers (o.a. Karel V) heerst de mening dat Binnenstadsbewoners niet zeuren, maar juist tolerant zijn. Bewoners vinden dat camera’s niet helpen; handhaving moet gebeuren door politie op straat. Je kunt je er als overheid niet van afmaken met de opmerking dat overlast nu eenmaal bij de Binnenstad
hoort. Ook hier vond men dat evenementen meer over de stad moeten worden gespreid. Vele weken achter elkaar een evenement (Ledig Erf) kan echt niet. Geen terrassen erbij op de Oudegracht zuidzijde, zoals in de gemeenteraad is vastgesteld. Politici moeten maar eens komen logeren op het Ledig Erf en op de Breedstraat. Anderzijds wordt aangedrongen op bestrijding van excessen en meer wederzijdse tolerantie. Sluitingstijden moeten niet algemeen vastgesteld worden, maar het zou wel prettig zijn als de sluitingstijden, zoals de afzonderlijke ondernemers die nu ingevoerd hebben, een uurtje eerder zouden komen te liggen.
Stelling: De horeca houdt te weinig rekening met bewoner Deze discussie werd zowel door ondernemers als bewoners gevoerd. Regels moeten ontzettend duidelijk zijn en ook gehandhaafd worden. Als de politie wordt gealarmeerd dan moet die ook echt komen. Er moeten wijkagenten met kennis van zaken blijven. Bewoners en ondernemers moeten meer contact met elkaar hebben en elkaar wederzijds vertrouwen. Het is belangrijk om te weten wie je kunt aanspreken. Stelling: Het Utrechtse uitgaansleven is veilig genoeg Deze stelling trok geen enkele belangstellende. Een snelle peiling leerde dat de mening over deze stelling verdeeld was: 1/3 voor, 1/3 tegen en 1/3 geen mening. Algemene conclusies na de discussies zijn handhaven, handhaven en nog eens handhaven; actiever politietoezicht; goede verstandhouding tussen ondernemers en bewoners. Richting politici werd opgemerkt: wat valt er nog te bespreken als jullie al hebben besloten tot uitbreiding van de horeca? Opvallend was in feite dat er geen stelling was in de trant van 'er is al horeca genoeg in de Binnenstad'. Het meest duidelijk na de discussies was toch dat Binnenstadsbewoners geen zeurders zijn en zich (wellicht te) meegaand opstellen.
Bijschrift foto: Raadslid Salomé Willemsen in gesprek met Binnenstadsbewoners en horeca-ondernemers (©)Sjaak Ramakers
www.binnenstadskrant.nl
4 Jan Oostermans terrassencode
Een eigen wereld tussen kroeg en stoep Door onze redacteur Jesse Pouw
Het terras is een bijzonder wereldje, weet socioloog Jan Oosterman (1962). Hij ontdekte een stukje stad met een aparte status en eigen gedragsregels. In 1993 promoveerde hij op zijn onderzoek onder de hoede van de Utrechtse ‘caféprofessor’ Gerrit Jansen. Hij bracht het boek ‘Parade der Passanten’ uit en haalde met dat promotieonderzoek de landelijke pers. Oosterman kan nog smakelijk lachen om de persiflage van Koot en Bie in Keek op de Week met een socioloog die onderzoek deed naar bankjes in het bos. ”Onderzoek het gebruik en de betekenis van de openbare ruimte, was mijn opdracht. Ga de stad in en schrijf op wat je ziet, luidde het advies”, vertelt Oosterman. De socioloog toog naar de stad en bekeek waar de mensen elkaar ontmoetten. De aparte functie van ‘het terras’ viel op. “Mensen genieten daar van de openbare ruimte, gebruiken die echt. Het terras heeft een bijzondere sfeer met andere gedragsregels. Het bevindt zich letterlijk en figuurlijk tussen de straat en het café. Op straat spreek je niemand zomaar aan, in de kroeg wel. Het terras houdt het midden. De terrassencode is kijken en bekeken worden.” Goudkust Hij maakte zich de gedragsregels eigen tijdens zijn onderzoek, waarom menig collega-academicus hem benijdde. Maar een fervent terrasganger was hij in eerste instantie niet. Oosterman ontdekte de ‘veilige haven’ die de stoeltjes aan de straat vormen. “Soort zoekt soort, ook op het terras. Mensen voelen zich veilig en kijken naar de bonte mengelmoes die aan ze voorbij trekt, dat vinden ze leuk. Je kunt ook zien dat de stoeltjes in slagorde opgesteld staan richting de straat.” Het terras weerspiegelde de opkomst van het vertier in de openbare ruimte, daarom koos Oosterman het terras als studieobject. Na het bouwen in de naoorlogse decennia brak begin jaren zeventig de ontwikkeling van de terrassen in de Utrechtse Binnenstad los. “Het is opvallend hoe ongelooflijk snel dat ging.” Het aantal vierkante meters terrasoppervlak verdrievoudigde ongeveer in tien jaar tijd. In de jaren zestig schommelde het aantal vierkante meters rond de honderd, dertig jaar later boven de drieduizend. Horeca-ondernemers noemden de Oudegracht tussen Stadhuisbrug en Viebrug ook wel de Goudkust. Spanningsveld Volgens Oosterman was de opkomst van het terras vanaf de jaren zeventig het gevolg van een
omslag in het denken. De Binnenstad moest plaats bieden aan ‘kleinschaliger gezelligheid’; megaprojecten zoals Hoog Catharijne en een achtbaans snelweg door de stad mochten niet langer beeldbepalend zijn. De mentaliteit van de mensen veranderde mee: “Vroeger schaamden velen zich nog voor cafébezoek en gingen het liefst door de achterdeur naar binnen. Nu zit iedereen pontificaal op straat te drinken.” In de Binnenstad bleken alle benodigde ingrediënten voor een terrassencultuur aanwezig. Oosterman: “De ruimtelijke omstandigheden waren gunstig, de overheid werkte mee, er waren exploitanten én mensen om de terrassen te vullen. Ondanks het weer, zijn er in Nederland nu meer terrassen dan in Frankrijk of Italië.” Hij vindt het een goede manier om de openbare ruimte te benutten, mits de regels worden gehandhaafd. Ik begrijp ook dat mensen moeite hebben met het vercommercialiseren van de buitenruimte: op sommige mooie plekken in de stad kun je niet meer zitten zónder iets te moeten consumeren.” Vrijetijdseconomie Toch leveren alle stoelen in slagorde de stad zeker ook wat op, vindt Oosterman. “Door het terras komen mensen van verschillende pluimage elkaar
Jan Oosterman (©) Sjaak Ramakers tegen. Horeca en winkels zorgen ook dat de Binnenstad levendig blijft en zijn een belangrijke bron van werkgelegenheid. “ Op dat gebied richt Oosterman zich tegenwoordig. Als adviseur voor vrijetijdseconomie bij een groot adviesbureau houdt hij zich bezig met de steden en hun ontwikkeling.
Plan verplaatsing coffeeshops Door onze redacteur Ben Nijssen
Chris Pilgram, bewoner van de Breedstraatbuurt, heeft een plan om een deel van de verkoop van cannabis naar de rand van de stad te dirigeren. Het komt in het kort hier op neer dat de thuisgebruikers van cannabis via kleine drive-in shops hun inkopen kunnen doen. Deze shops zouden vrij makkelijk op lokaties waar ze geen overlast veroorzaken kunnen worden neergezet. De eigenaar van coffeeshop Koffiedik zou dit weleens willen uitproberen. Burgemeester Brouwer staat ‘op zichzelf’ wel positief tegenover het plan, omdat dit
een middel zou kunnen zijn om de auto’s van de klanten uit de Binnenstad te weren. Zij vroeg zich echter af of dit wel wettelijk toegestaan is, omdat nu volgens de landelijke regels de koper herkenbaar moet zijn voor de verkoper en dat zou bij een loketfunktie niet het geval kunnen zijn. (Redactie: Je zou denken dat via een drive-in de koper minder anoniem is omdat bijvoorbeeld zijn kenteken dan bekend is). Opmerkelijk is dat volgens Ons Utrecht de burgemeester gezegd zou hebben dat zij voor een spreidingsbeleid van de coffeshops is. Tot nu toe wordt echter uitgegaan van een uitsterfbeleid.
Horeca
5
Wet Milieubeheer:
Na elf uur moet het stil zijn Door Ted Zorn en onze redacteur Ben Nijssen
Veel klachten van bewoners over horeca hebben te maken met geluidsoverlast door harde muziek, lawaaiige terrasbezoekers, vertrekkende bezoekers, afzuiginstallaties, directe geluiden door scheidende muren, enzovoorts. Als je hier als bewoner op wilt reageren, moet je ten eerste weten waar je met je klachten terecht kunt, maar bovenal wat je rechten zijn. Die rechten zijn niet alleen bij de bewoners niet bekend, maar ook niet altijd bij de instanties waar je als klager bij terecht komt. Ted Zorn, lid van het Wijk C-Komitee en werkzaam als adviseur op het gebied van geluidsvragen, heeft de wettelijke regels ten aanzien van geluidsoverlast door horeca op een rijtje gezet.
Regelgeving De wettelijke regels staan in het Besluit horeca, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer (Staatsblad 322:1998). Voor de Wet Milieubeheer is de dag opgedeeld in drie periodes: dag, avond en nacht. In deze drie periodes gelden drie verschillende toegestane geluidniveaus. De meeste klachten zullen ‘s nachts ontstaan, omdat dan het achtergrondgeluid het geringst is en omdat je dan wilt slapen. Daarom ook geldt de strengste eis voor de nacht (na 23.00 uur). Er wordt een onderscheid gemaakt naar muziekgeluid (of wat als zodanig herkend kan worden) en andere geluiden (bijvoorbeeld airco, ventilatoren, etc.). Voor muziekgeluid geldt altijd een 10 dB (deciBell) strengere eis dan voor de overige geluiden. Voor het goede begrip: een geluidstoename van 3 dB betekent een twee keer harder geluid. Buiten Voor lawaai vanaf buiten gelden de normen voor geluidniveaus zoals die gemeten worden aan de gevel van een woning. De woning die het dichtst bij de bron van het lawaai staat bepaalt daarmee in feite de toegestane sterkte van het geluid (omdat dit bij grotere afstanden afneemt). Zo mag na 11 uur ‘s avonds het geluidniveau van muziek uit een café aan de gevel van een woning niet meer dan 30dB bedragen. Oude huizen met kierende gevels en gesloten ramen zullen vaak niet meer dan 10 dB tegenhouden. Dat betekent dat er binnen nog 20 dB overblijft. Dat is een niveau dat voor de meeste mensen nauwelijks waarneembaar is (in feite mag je dus geen muziek binnen horen). Binnen Voor het maximale geluid dat een woning, die naast of boven een horecagelegenheid is gelegen, binnen mag komen gelden aparte eisen. Hiervoor geldt dat er na 11 uur ‘s avonds niet meer mu-
Praten, drinken en - tot juli 2008 - roken (©)Saar Rypkema ziekgeluid mag binnendringen dan 15 dB. Omdat er zelfs geen geluidmeters bestaan die dit lage niveau kunnen meten, betekent dit gewoon dat je niets mag horen. Uitzonderingen Vreemd genoeg vallen stemgeluiden vanaf een open (!) terras aan de openbare weg niet onder de voorschriften. Echter zodra een terras overdekt wordt met bijvoorbeeld parasols of luifels en er bovendien nog verwarming aanwezig is, dan geldt voor stemgeluid weer wel de norm. Dit kan van belang worden als volgend jaar het rookverbod in de horeca ingaat en er naar verwachting voorzieningen getroffen worden om de rokers buiten zo comfortabel mogelijk van hun sigaret te laten genieten. Voor stemgeluid van terrassen op binnenplaatsen gelden weer wel de voorschriften. Het komen en gaan van bezoekers valt (gedeeltelijk) weer niet onder bovengenoemde voorschriften. Hoe ingewikkeld kan de wetgever zijn. Overigens kan de gemeente altijd nadere eisen stellen aan een horecagelegenheid.
Evenementen De gemeente kan een horecagelegenheid voor evenementen maximaal twaalf keer per jaar ontheffing verlenen voor bovenstaande voorschriften. Deze evenementen moeten vooraf aangekondigd
worden in Ons Utrecht. Er kan bezwaar gemaakt worden. Maar dan moet je dus wel Ons Utrecht hebben ontvangen, want anders weet je van niks. Bij deze evenementen wordt doorgaans toegestaan dat het geluid aan de gevel van een woning niet meer bedraagt dan 80 dB. Voor een klein aantal, met name genoemde, evenementen is zelfs 90 dB toegestaan, waar weinig bewoners blij mee zullen zijn. Blootstelling voor langere tijd aan geluid van dit niveau kan schadelijk zijn voor het gehoor. Klachten Met klachten over geluidsoverlast van horecagelegenheden kun je tot 1 januari 2008 terecht bij de politie, afdeling Bijzondere Wetten. De gemeente heeft toegezegd na 1 januari één loket te zullen openen voor alle horecaklachten en van waaruit ook de handhaving zal worden aangestuurd. Dit klinkt veelbelovend. Maar er bestaat zoveel ongenoegen over de huidige handhaving van regels op allerlei gebieden dat twijfels over een goede uitvoering niet direct weggenomen zijn. Onze scheidend burgemeester zei in haar nieuwjaarstoespraak 2007: ‘Laten we maar eens beginnen met het naleven en handhaven van de bestaande regels.’ Indien dit inderdaad op de horeca zou worden toegepast, zouden veel Binnenstadbewoners beter kunnen slapen.
6
Wijkraad zet zich buitenspel
Door onze redacteur Dick Franssen
Klopt het dat de wijkraad Binnenstad was betrokken bij de ontwikkeling van het Ontwikkelingskader Horeca, zoals een persbericht van de gemeente van 9 september zegt? Het is maar wat je onder ‘betrokken’ verstaat. In vergaderingen van de wijkraad was de nota een paar keer kort onderwerp van gesprek. Echt besproken is ze niet. Dat hoefde ook niet, zo was de conclusie. Zinniger was het om te wachten op de discussie over het nieuwe bestemmingsplan voor de Binnenstad, want dan pas kan er wat veranderen. En klopt dat? Helemaal niet. Het nieuwe beleid is sinds 1 oktober van kracht. De wijkraad, doorgaans waakzaam als het gaat om horeca-overlast, heeft het nakijken. Dankzij een inschattingsfout haalden de gemeente en de ondernemers moeiteloos de buit binnen. ‘Wie het eerst komt wie het eerst maalt’, houdt de afdeling Economische Zaken op 26 september plannenmakers voor in een advertentie in het Stadsblad. ‘Utrecht biedt ruimte aan nieuwe horeca!’ staat er boven . Verteld wordt dat het college ‘streeft naar een goede balans tussen een levendige en bruisende stad en een stad waar mensen met plezier kunnen wonen. ‘Daarom zijn er voor de horeca nu meer mogelijkheden. ‘Maar’, zo waarschuwt Economische Zaken, ‘voor een aantal gebieden zit er een maximum aan.’ En dus is het advies: wees er snel bij. In de nota kan die ondernemer lezen dat hij vervolgens ook snel zijn plannen moet realiseren. Iets reserveren voor de verre toekomst mag niet. De vergunning vervalt als je er binnen een half jaar geen gebruik van maakt.
Vergadertijgers Hoe kan het nou dat de wijkraad zichzelf zo op het verkeerde been zette? De meeste leden zijn hoog opgeleid, met een jarenlange ervaring in bestuurskwesties. Echte vergadertijgers. Hun argumentatie was ongeveer als volgt: op het ogenblik zijn er bestemmingsplannen voor alle delen van de Binnenstad. Die plannen hebben rechtskracht tot er een nieuw bestemmingsplan - en dan voor de hele Binnenstad - is. En dus kan er op dit moment niet zo veel. Dat moet nog maar blijken. Komt een ondernemer de komende tijd met een plan dat past in het nieuwe ontwikkelingskader, dan regelt de gemeente via een zogenaamde artikel 19-procedure een vrijstelling van het geldende bestemmingsplan. En de enige mogelijkheid om daartegen als omwonende nog iets te doen is een beroepsprocedure aanspannen bij de bestuursrechter.
Coffeeshop Sarasani is op last van de burgemeester gesloten omdat de eigenaar op veel te grote schaal dealde. (©) Jaap van de Klomp
meenteraad bekrachtigde beleid, of een verouderd bestemmingsplan. Die vraag leeft overigens niet bij de gemeente. Ze is overtuigd dat het van nu af helemaal crescendo gaat met de horeca. Eindelijk verlost van het terughoudende beleid in de Binnenstad van de afgelopen jaren. ‘Conform het Economisch Profiel Utrecht 2010 moet de stad een gastvrije ontmoetingsplaats zijn, met een ruim palet aan voorzieningen voor Utrechters en bezoekers van buiten de stad’. Wat mankeert er op dit moment aan? Volgens de nota is het te weinig, niet gevarieerd genoeg, en te geïsoleerd. De toerist vindt , lopend door de Binnenstad, een heleboel restaurants gewoon niet. Meer kwaliteit, clustering, trendy en vernieuwende concepten, daaraan zou Utrecht behoefde hebben.
Horeca ’Ruim palet’ Dan wordt het de vraag wat de bestuursrechter zwaarder laat wegen: het huidige, door de ge-
Geen inspraak De afdeling Utrecht van Horeca Nederland was de gesprekspartner van de gemeente bij het opstellen van de nota. Bewoners kwamen er niet aan te pas. Er was geen inspraakgelegenheid. De nota werd eind juni openbaar gemaakt, en onmiddellijk na de zomervakantie in de raad behandeld. Er was kennelijk haast, en dat hoewel in het collegeprogramma 2006-2010 het woord ‘horeca’ niet eens voorkomt.
7
bij nota horeca Weliswaar bevat elke vergunning strikte regels voor beperking van geluids- en stankoverlast , maar tot nu toe blinkt Utrecht niet uit in handhavingmaatregelen. Hoe lang al bijvoorbeeld hangt er in de Servetstraat voortdurend een vette, doordringende lucht van Grieks eten, bij zuidwestenwind te ruiken tot ver op het Domplein? Ook de gemeentelijke rekenkamer vindt dat de gemeente tekortschiet als het om de handhaving van de regels voor de horeca gaat. Een radicale verbetering zit er ook niet in, getuige het persbericht van de gemeente op deze pagina.
op een ‘ja,mits ‘.Voor een plan buiten zo’n gebied geldt een ‘nee, tenzij’. De acht zones zijn: Binnenstad Centrum (met Neude ,Oudkerkhof en Ganzenmarkt), het kernwinkelgebied, het Stationsgebied , het gebied tussen schouwburg en Janskerkhof, Twijnstraat/ Tolsteegbrug, Mariaplaats, Oudegracht Noordwest en Oudegracht Zuidoost/ Lange Nieuwstraat. Buiten de zonering vallen de Nieuwegracht en omgeving, een deel van Wijk C en de omgeving Begijnekade, het zuidelijk deel van de Springweg en omgeving en Hoogh Boulandt.
’Ja, mits’ De ontwikkelingsnota geldt voor de hele gemeente Utrecht, maar dat neemt niet weg dat het accent sterk op de Binnenstad ligt, met acht van de in totaal zeventien deelgebieden voor horeca-uitbreiding. Een goed plan in zo’n zone kan rekenen
Van A tot D2 Er is een indeling in vijf categorieën horeca, met disco’s, partycentra en zaalverhuurbedrijven als de zwaarste vorm (A) en lunchrooms en ijssalons (D2) als de lichtste. Horeca A mag er (bij)komen op de Neude, in het Stationsgebied, op het Janskerkhof
en (kleinschalig) op de Tolsteegbrug en op de Oudegracht aan de werf, noordwestzijde. Meer cafés en bars ziet de gemeente graag op/in Korte Jansstraat, Ganzenmarkt, Neude (oostkant), Vredenburg, Stationsgebied, Voorstraat, Wittevrouwenstraat, Nobelstraat, Lucasbolwerk, Twijnstraat, Tolsteegbrug, Mariaplaats, St. Jacobsstraat, Oudegracht aan de werf, Noordwestzijde, Domplein, Wed en hoek Hamburgerstraat-Korte Nieuwstraat . Restaurants zijn in alle gebieden welkom. Over drie jaar wordt het nieuwe beleid geëvalueerd.
Pollman’s Huis winnaar
Persbericht gemeente:
Markering terrassen komt volgend jaar Volgens de gemeente worden de terrassen bij cafés en restaurants volgend jaar gemarkeerd met ‘spijkers’ in de grond (roestvrij stalen noppen met een doorsnede van 5 centimeter). Deze markering maakt duidelijk tot waar een terras mag staan, zodat een horeca-ondernemer daar gemakkelijk op aangesproken kan worden. De markering komt vòòr het begin van het terrasseizoen. De Wijkraad Binnenstad heeft gevraagd om strenger op te treden tegen terrassen die meer ruimte beslaan dan toegestaan. In een reactie zegt het college dat de prioriteit van de handhaving van regels bij andere aspecten ligt, zoals geweld, wa-
pens en drugs. Intensieve handhaving is volgens b. en w. niet haalbaar. Er wordt wel opgetreden tegen grote overschrijdingen van de terrasruimte en in gevallen waarin gevaarlijke situaties ontstaan, bijvoorbeeld als de doorgang van hulpdiensten geblokkeerd wordt. De controle op de terrassen wordt nu nog uitgevoerd door de afdeling Bijzondere Wetten van de politie. Dat verandert met ingang van komend jaar: dan neemt de gemeente deze taak zelf op zich. Er wordt dan opnieuw bekeken welke prioriteit gegeven wordt aan het onderwerp terrassen.
De omvang van terrassen wordt volgend jaar met spijkers gemarkeerd (©)Sjaak Ramakers
(©) Steve Zuijdendorp Pollman’s Huis is winnaar geworden van de enquête van de Binnenstadskrant. In het vorig nummer vroegen we de lezer ons zijn favoriete café of restaurant te noemen. Pollman’s Huis won, onmiddellijk gevolgd door Orloff en De Zaak. De stemmers op het Pollman’s Huis roemden ‘het uitmuntende gastheerschap van Kacem Ghenam. Zou hij elders werken, dan was dat mijn favoriete horecagelegenheid.’ Andere opmerkingen: ‘Fraaie mondiale omgeving, stijlvol, geen last van rook en goed eten met wisselende kaart. 'Omdat ik daar met mijn beste vriend warm ben geworden van de Irisch coffee’s toen zijn studentenkamer lekte en steenkoud was. 'Sfeervol, rustig, uitstekende bediening en een goede keuken.’ Over De Zaak werd onder meer gezegd: ‘Leuk terras, goede sfeer en je mag je eigen lunch gebruiken. 'Veel keus in bier en extra veel zon op het terras.’ ‘Gezellig tentje.' 'Nog een echt (bruin?) café, ondanks een grondige verbouwing is er eigenlijk in jaren weinig veranderd.' 'Een aanzienlijke bierkaart, het mooiste terras van Utrecht voor de deur, wat wil je nog meer?’ Over Orloff: ’Mooi centraal gelegen, mooie lichte en toch knusse kleine ruimte. Goede bediening en rose. 'Goede koffie, ‘s ochtends klassieke muziek, goede bediening, fijne krantjes, lekker dichtbij voor mij.’
8
Horecaman Rob Pieterson:
De disco’s zullen niet komen
Horeca Door onze redacteur Dick Franssen
Dansen in cafés... een jaar of wat geleden was dat de trend. Inmiddels is het helemaal uit. Er is geen kroeg meer waar de tafels en stoelen tegen een uur of elf aan de kant gaan. ‘Misschien hier en daar in kleinere plaatsen nog wel, maar in Utrecht nauwelijks’, zegt Rob Pieterson, voorzitter van de afdeling Utrecht van de Koninklijke Horeca Nederland.
Wie wil dansen doet dat tegenwoordig op grote dance-party’s, zoals bijvoorbeeld de Jaarbeurs ze organiseert. Gewone disco’s moeten er daarom hard aan trekken. Dat geldt ook voor Pietersons disco Storm op de Mariaplaats. Dat er in de Binnenstad nog clubs zouden bijkomen vindt hij buitengewoon ongeloofwaardig. Dankzij een ‘ontwikkelingskader’, door de gemeente in samenwerking met de horeca opgesteld, heeft de horeca vanaf 1 oktober in heel Utrecht ruim baan. Pieterson is daarmee vanzelfsprekend ingenomen, ook al had hij liever gehad dat was afgezien van een indeling in vier catego-
(©)Sjaak Ramakers
rieën. ‘Dat werkt belemmerend, en dat hebben wij liever niet. Maar aan de andere kant is er nu een regeling die geldt voor de hele stad. Tot 1 oktober kon je buiten de Binnenstad elk restaurant zomaar omzetten in een discotheek.’
Barricaden Een tijdlang was hij lid van de Wijkraad Binnenstad, en daar maakte hij mee hoeveel weerstand er was tegen uitbreiding van de horeca. ‘De wijkraad bestaat vrijwel uitsluitend uit bewoners. Ik moest me voortdurend verdedigen.’ Deze zomer, in de periode van de besluitvorming rond het ‘ontwikkelingskader’, heeft de wijkraad niets van zich laten horen. En laatst, op het stadhuis, waar bewoners van de Binnenstad konden discussiëren met gemeenteraadsleden, merkte Pieterson ook weinig van grote weerstand. Hij proefde geen stemming van: ‘we gaan de barricaden op’. Volgens hem is daar ook geen reden voor, in de eerste plaats omdat het wel zal loslopen met het aantal nieuwe vestigingen, en verder omdat wat meer horeca op sommige plaatsen de overlast in de Binnenstad niet vergroot, maar vermindert. ‘Vroeger stonden er soms wel tienduizend mensen op het Wed. Het was een enorm kabaal; je kon er absoluut niet door. Dat heb je helemaal
niet meer, omdat er op allerlei plaatsen - Domplein, Janskerkhof, Neude - cafés zijn bijgekomen. De druk is verminderd. Op dit moment is de situatie heel behoorlijk. De vrije sluitingstijd is ook een sterk punt. Maar Utrecht groeit natuurlijk. Er komen snel inwoners bij.’ Tosti Volgens dagblad Trouw is Utrecht een provinciestad ‘waar alleen studenten wonen en waar een tosti op de menukaart een delicatesse is’. Pieterson: ‘van die tosti, dat onderschrijf ik, maar we gaan de goede kant op. Er is de laatste tijd meer variëteit en meer kwaliteit gekomen. De studentencafés die we nu hebben zullen we houden, maar daarnaast krijgen we andere concepten, gericht op andere publieksgroepen, vooral ook op ouderen. En niet alleen in de Binnenstad, maar ook daarbuiten. En dan ga ik toch ook mezelf noemen: ik vind Vermeulen op de Croeselaan echt een voorbeeld van een goede ontwikkeling. Het is eigentijds, het loopt als een trein, en iedereen voelt zich lekker. (Pieterson heeft op het
www.binnenstadskrant.nl
9 ogenblik vier zaken: Storm, Het Weeshuis op het Domplein, De Vier Balken in Haarzuilens en Vermeulen. ) Gekrakeel Als hij het heeft over kansen buiten de Binnenstad, dan bedoelt hij de oudere wijken, en niet bij voorbeeld Leidsche Rijn. ‘Dat is geen buitenwijk, dat is gewoon een nieuwbouwwijk. Het is erg lastig om daar iets sfeervols te maken’. Hardnekkig is in de Binnenstad het gekrakeel over de terrassen. Nogal wat bewoners vinden het ergerlijk en gevaarlijk als ze van het trottoir af moeten omdat de stoep helemaal wordt ingenomen door mensen die daar zitten. Pieterson: ‘Ook op die avond op het stadhuis ging het daar natuurlijk over. Maar eigenlijk vind ik het een nonissue. In veel gevallen is nagelaten in de vergunning precies aan te geven hoe het terras er moet uitzien. In mijn vergunning staat bijvoorbeeld dat ik veertig vierkante meter terras mag hebben, maar niet welke vierkante meters dat zijn.
Als ze nu snel die spijkers in de grond slaan zijn we van al het gedonder af.’ (De gemeente is al lang van plan met spijkers de buitenlijnen van de terrassen af te bakenen, het college heeft nu besloten dat het volgend jaar gaat gebeuren, red.) Afgelopen zomer vervingen sommige caféhouders op hun terrassen een deel van de gewone stoelen door lounge-meubilair. Pieterson is het er niet mee eens dat het vaak lelijke rotzooi is. ‘Smaken verschillen. Daar moet je je als overheid niet mee bemoeien’. Kader Verwarmde terrassen Als minister Klink voet bij stuk houdt is het op 1 juli 2008 zover, dan mag je niet meer roken in de horeca. Rob Pieterson van Horeca Nederland heeft het er met burgemeester Brouwer al over gehad, ‘en ze is het met me eens dat het een openbare orde-punt is’. Er is allang een trend op gang van binnen naar buiten, dat wil zeggen van de cafézaal naar het terras, en die trend zal als
gevolg van de niet-roken-maatregel zeker sterker worden. Klink heeft in oktober nog eens bevestigd dat hij het roken op terrassen niet wil verbieden. Dat betekent ‘s winters steeds meer verwarmde terrassen. Café De Poort heeft er al één. Wat je verder natuurlijk krijgt, is samenscholingen van rokers bij de deuren van de cafés. Rookhol Ingewikkeld wordt het bij uitgaansgelegenheden die werken met entreegeld en met portiers. Hoe moet dat als mensen elk half uur naar buiten willen om te roken, om dan vervolgens door de portier weer toegelaten te moeten worden? Pieterson gaat bij zijn discotheek Storm het restaurantgedeelte aan de kant van de Springweg verbouwen tot aparte rookruimte. Maar hij wil eerst weten wat de regels zijn. Mag er personeel aanwezig zijn in zo’n rookhol? En zo nee, hoe moet het dan met het toezicht ? En hoe zit het dan met de verantwoordelijkheid?
Terras De Poort buiten proporties Door onze redacteur Marijke Brunt
De gemeente is van plan om de illegale situatie rond het terras van Café De Poort op de Tolsteegbarrière bij het Ledig Erf te legaliseren. Omwonenden zijn daartegen in het geweer gekomen en hebben bezwaar gemaakt tegen de vergunning voor legalisering die De Poort heeft aangevraagd. Het terras waarvoor de vergunning is aangevraagd, overtreedt aan alle kanten het geldende terrassenreglement uit 2005 en geeft overlast. Neem de omvang. Volgens het reglement mag ‘de omvang van het terras (--) de breedte van de gevel van het (gedeelte van het) gebouw waarin het horecabedrijf
wordt gedreven, niet overschrijden’. De tafeltjes en stoelen van De Poort vulden echter het afgelopen terrassenseizoen tot begin oktober het trottoir tot ver op de brug over de Oudegracht en aan de andere kant strekt het terras zich uit voor de aangrenzende kapperszaak. Dat is ook de omvang waarvoor de vergunning is aangevraagd - veel te groot, dus teveel bezoekers, dus overlast voor de omgeving. Dat geldt overigens in het kwadraat tijdens de vele ‘festivals’ met versterkte muziek en extra bierpompen die op de Tolsteegbarrière worden gehouden.
de grond en gasgestookte terrasverwarmingen. De vervanging van het terrasmeubilair door grotere stoelen en loungemeubilair heeft het terras nog omvangrijker gemaakt. Ze staan tot aan de trottoirband. Voor voorbijgangers is er officieel een looppad uitgespaard tussen de stoelen en tafels door, maar het is er het grootste deel van het terrassenseizoen zo vol dat je haast wel over de druk bereden straat moet lopen. Bovendien staan er naast het terras hele kluiten fietsen en overvolle fietsenklemmen en daar kom je ook niet gemakkelijk langs.
Verwarmingen In hun bezwaarschrift wijzen de omwonenden er bovendien op dat het karakter van het terras verder uit zijn verband is gerukt door de constructie van semi-permanente terrasoverkappingen met verankeringen in
Balans Dat het terras al zeker vijftien jaar deze omvang heeft, zoals De Poort zegt, klopt niet. In deze vorm bestaat het terras nog niet lang, aldus de omwonenden in hun bezwaarschrift. Ze zijn zeker niet tegen terrasjes, integendeel. Maar dan wel terrasjes binnen de normale perken van de terrasvoorschriften, die dan natuurlijk ook moeten worden gehandhaafd. In de stad dient er een goede balans zijn tussen bruis en levendigheid en een plezierige woon- en werkomgeving. In de omgeving van de Tolsteegbarrière is de balans doorgeslagen en dat moet worden hersteld. Vreemd overigens dat de gemeentelijke afdeling Bijzondere Wetten, die over terrasvergunningen gaat, niet in staat bleek de oude terrasvergunning van De Poort aan de omwonenden te laten zien. Vreemd ook dat de gemeente pas begin oktober reageerde op hun bezwaarschrift, dat toch al tweeëneenhalve maand eerder was is ingediend. De omwonenden kregen zelfs pas onlangs een bewijs van ontvangst.
Drukte bij café De Poort (©) Sjaak Ramakers
10 In buitenwijken nauwelijks cafés
Horeca-dichtheid in Binnenstad is hoog Door onze redacteur Inge Keizer
Als je op één van de vele terrassen in de Binnenstad zit, kun je je het bijna niet voorstellen: in vergelijking met andere grote steden heeft Utrecht maar weinig horecagelegenheden. Per 10.000 inwoners zijn het ongeveer 28. In Amsterdam is dit aantal bijna 50. Maar wat zeggen deze cijfers eigenlijk? Om dat te weten te komen zijn enkele onderzoeken met elkaar vergeleken. In heel Nederland zijn zo’n 40.000 horecabedrijven: cafés, bars, restaurants, fastfoodketens en hotels, de bedrijfscatering en andere catering niet meegerekend. In de gemeente Utrecht zijn het er iets meer dan 700. Wat dat betreft staat Utrecht niet bovenaan qua horecadichtheid. Steden als Amsterdam en ook veel kustgemeenten tellen meer dan 45 vestigingen per 10.000 inwoners. De locaties van de 700 Utrechtse horecagelegenheden zijn echter sterk gecentreerd. Bijna de helft van alle cafés, fastfoodzaken, restaurants en hotels is in de Binnenstad te vinden. Voor zowel de cafés als de restaurants geldt dat zij elk ongeveer 130 vestigingen hebben binnen de singels. En worden déze aantallen vergeleken met het aantal Binnenstadsbewoners dan is de horecadichtheid fors hoger en gestegen naar tweehonderd horecavestigingen per 10.000 inwoners.
Nu al veel horeca in de Binnenstad (©) Saar Rypkema
Horeca
Terrassen Het aantal terrasvergunningen sluit hierop aan. In 2002 waren er 311 terrasvergunningen verleend met een totale oppervlakte van 8000 vierkante meter. Hiervan waren 174 terrassen gesitueerd in de Binnenstad met een totale oppervlakte van ongeveer 3900 vierkante meter. Overigens is een terrasvergunning in Utrecht een van de duurste in Nederland. Ook de precariobelasting (belasting over het ondergrondse waterleidingnetwerk) is een van de hoogste van het land.
Te weinig variatie De gemeente is van mening dat in Utrecht relatief weinig horeca-aanbod is in de segmenten midden-plus en exclusief, en dat ook het aanbod aan trendy en vernieuwende concepten beperkt is. Een deel van de restaurantbezoekers gaat daarom naar eetgelegenheden in omliggende gemeenten, waar de ligging, de kwaliteit en de parkeergelegenheid beter zijn, aldus de gemeente. Uit onderzoek blijkt dit slechts ten dele te kloppen. Als eerste blijkt de Utrechter graag een patatje te eten. Utrecht heeft in vergelijking met andere grote steden namelijk de hoogste cafetariadichtheid. Op elke 10.000 inwoners heeft
Utrecht ruim vier cafetaria’s. Het gemiddelde in Nederland ligt op drie. In Utrecht is het aantal cafetaria’s de afgelopen tijd zelfs toegenomen, terwijl er in de andere grote steden juist een forse afname te zien is. De bekende drie patatzaken Manneken Pis zijn bovendien dit jaar weer verkozen tot enkele van de beste friettenten van Nederland.
Nederlands-Franse keuken Iets minder goed gaat het met de Utrechtse restaurants. Hoewel Amsterdam en Den Haag een grotere variatie aan buitenlandse keukens bieden, is vooral de traditionele Nederlands-Franse keuken in Utrecht te vinden. In de afgelopen tien jaren is het aantal restaurants met deze traditionele keuken met ruim tien procent gestegen, naar een totaal van trachtig restaurants. Utrecht heeft van alle grote steden echter de minste toprestaurants. Alleen het restaurant van Grand Hotel Karel V heeft een Michelin-ster. In heel de provincie hebben zes restaurants de beroemde ster. De hotels in Utrecht doen het goed. Vooral in het midden- en hoge segment worden veel kamers aangeboden. In de driesterrenhotels zijn dat er 80, in de viersterrenhotels 1350 en in het enige vijfsterrenhotel 91. In de Binnenstad zijn zes hotels. Minder disco’s Drie horecasectoren zijn in aantal in Utrecht gedaald. Als eerste de cafés en bars waarvan het totaal in de afgelopen tien jaar is afgenomen met bijna negen procent. Landelijk gezien nam in grote steden ook het aantal discotheken af. In Utrecht daalde het aantal in tien jaar tijd met
14 procent. In Amsterdam en Den Haag ligt dit percentage hoger, respectievelijk op 35 en 27 procent. De tendens dat het aantal coffeeshops afneemt, is ook merkbaar in Utrecht. Landelijk is de coffeeshopdichtheid 0,9 coffeeshop op elke 10.000 inwoners. In Rotterdam, Den Haag en Utrecht ligt het gemiddelde op bijna twee. Het aantal is in de afgelopen 10 jaar gedaald met zeventien procent
(tussenkop)Beperkte werkgelegenheid Relevant bij deze cijfers is om te melden dat de horeca in Utrecht een werkgelegenheidsverschaffer van beperkt formaat is. Al tien jaar lang is het percentage arbeidsplaatsen in de horeca als onderdeel van het totale aanbod in Utrecht iets meer dan drie. Ter vergelijk, de zakelijke dienstverlening (25%) en de gezondheidszorg (16%) zijn de grootste banenleveranciers in Utrecht. Voor de Binnenstadse werkgelegenheid geldt dat 9,4% van de banen naar de horeca gaat. In totaal werken in Utrecht 6200 personen in de horeca. Niet verwonderlijk is dat daarvan iets meer dan de helft (3400) in de Binnenstad werkt.
Leefbaarheid Elk weekend komen gemiddeld tussen de 50.000 en 100.000 bezoekers in de Utrechtse horeca. De horeca is daarmee goed voor de economie en de levendigheid van de stad. En de gemeente gaat nog meer ruimte creëren voor de horeca. Wat het effect hiervan op de leefbaarheid van de Binnenstad is, zal na de invoering en het verbeteren van de handhaving op het nieuwe Ontwikkelingskader Horeca blijken.
11 Welstandscommissie:
Muziekpaleis steeds mooier De Welstandscommissie is enthousiast over de recente veranderingen die het architectenbureau van Herman Hertzberger in de plannen voor het Muziekpaleis heeft aangebracht. In het ‘oude’ plan ontbrak naar het oordeel van de commissie voldoende helderheid en begrijpelijkheid. Het leek wel of het concept bijna bezweek onder het gewicht van sommige zalen. Hertzberger heeft daar nu iets aan gedaan. Zo bracht hij de zaal voor popmuziek met één verdieping terug. Het gebouw is nu ‘evenwichtiger en spannender’. De zalen scharen zich nu bescheidener onder de matglazen kap, die als een omgekeerde schoenendoos (zonder deksel) over een groot deel van de bovenkant van het gebouw zit. ‘De kap heeft nu duidelijk voorrang gekregen’, zo oordeelde de commissie. ‘Ze omkadert op een goede manier een veelvormige binnenwereld’. Hertzberger vertelde dat het plan nog steeds wordt bijgesteld. ‘Het verandert voortdurend een klein beetje’.
volgend jaar. Vredenburg maakt tot die tijd onder meer gebruik van de Jacobikerk, die uitstekend geschikt is voor bijvoorbeeld orgelmuziek, maar absoluut niet voldoet voor strijkkwartetten, zo bleek direct bij het begin van het seizoen. Bij het eerste concert vertrokken veel bezoekers al in de pauze, gehinderd door de barre akoestiek. Kees van Oosten De procedure tegen de sloop van de kleine zaal is aangespannen door Kees van Oosten, die hoopt te bereiken dat van uitstel afstel komt. De bevolking van Utrecht moet bloeden voor een dwaas, buitengewoon kostbaar prestigeproject, waarvan uitsluitend de rijken profiteren, zo is zijn standpunt. Van Oosten (1945) staat al jaren op de bres voor een naar zijn idee socialer Utrecht. Hij solliciteerde tevergeefs als burgemeester en publiceerde onlangs een boek over de Utrechtse gemeentepolitiek, getiteld Domheid, Hebzucht, Onverschilligheid. Teleurgesteld is hij vooral in de linkse partijen PvdA en GroenLinks. Vrijwel dagelijks levert hij via de e-mail vlijmscherp commentaar op de Utrechtse ontwikkelingen.
Stadje Volgens hem is er geen sprake van een muziekgebouw in de traditionele zin van het woord, maar van een muziekstadje. ‘Het gaat ook een beetje lijken op een vliegveld’. Onmogelijk is het daarom om slechts één entree te maken. Op ongeveer dezelfde plaats als de gang door het ‘oude’ Muziekcentrum komt in het Muziekpaleis een brede semi-openbare straat. De commissie ging akkoord met de expeditietunnel van het Muziekpaleis, die bij de Bergstraat in Wijk C begint. De verwachting is dat per etmaal zeventig vrachtwagens door de tunnel rijden, de meeste tussen 11 uur ‘s avonds en 7 uur ‘s morgens. Muziekcentrum ongebruikt Intussen staat het Muziekcentrum ongebruikt. Het was de bedoeling na de zomervakantie te beginnen met de afbraak van de kleine zaal, maar voorlopig kan daarvan nog geen sprake zijn omdat er geen geldige sloopvergunning is. De vergunning waarmee de gemeente dacht aan de gang te kunnen is door de bestuursrechter geschorst wegens het ontbreken van een monumentenparagraaf. (De kleine zaal staat op resten van het kasteel Vredenburg.) De procedure rond de nieuwe vergunning duurt zeker een maand of drie. Achteraf gezien was het dus onnodig het Muziekcentrum te sluiten voordat de tijdelijke locaties klaar waren. Met één van die twee locaties, Leeuwenbergh, loopt het ook niet naar verwachtingen. Als gevolg van tegenvallers bij de verbouwing is de ingebruikneming inmiddels opgeschoven tot begin
Bomen op werven beschermen Door onze redacteur Ben Nijssen
Nadat in april van dit jaar het kwaliteitshandboek Oudegracht was gepresenteerd aan de bewoners van die gracht, was nu op 25 september het handboek voor de overige grachten in de Binnenstad aan de beurt. Met hulp van deze handboeken wil de gemeente subsidies voor het onderhoud van de werven binnenhalen. (broodtekst)De aanwezige bewoners hoefden misschien nog minder dan in april overtuigd te worden van het nut van dit onderhoud. Deze bewoners, voor een deel actief bij het schoonhouden van de werven van de Nieuwegracht, hebben zelf ook een duidelijke visie hoe het monumentale karakter van de werven in stand dient te worden gehouden. De bomen moeten goed onderhouden en beschermd worden en er dient een visie te komen op eventueel te vervangen bomen. Van halfverhardingen op de werf wilde men niets horen, dit zou misschien wel praktisch zijn, maar zeker niet monumentaal. Het feit dat de werfkelders steeds meer een nuttige bestemming krijgen werd toegejuicht omdat dit het behoud ten goede komt. Tegelijkertijd moet echter in de gaten worden gehouden dat dit niet ten koste van de authentieke uitstraling gaat. Bijvoorbeeld glazen deuren, die als ze aan de binnenzijde van de kelder zijn geplaatst, geen probleem vormen, maar het beeld van de werven aantasten als ze vóór de oorspronkelijke deuren zijn gezet. Overbodige steunen De gemeente zelf kreeg ook kritiek te verduren. Na het trapincident zijn er onder de zogenaamde bordestrappen lelijke ijzeren steunen met een rood lint geplaatst. Dit zou een tijdelijke situatie zijn die niet meer dan een paar maanden zou duren. Maar zo als het er nu naar uitziet, zullen de palen er voorlopig nog wel een tijd blijven staan. Ontsierend en volkomen overbodig. Op deze trappen staat nooit een menigte hossende mensen. Wie waarvoor verantwoordelijk is, bleek toch weer vragen op te roepen. Wie is er bijvoorbeeld (financieel) verantwoordelijk voor de niet openbare stukjes werf die duidelijk bij een bepaald pand horen, zoals op sommige plaatsen op de Kromme Nieuwegracht? Wat betreft de bewoners mag de gemeente morgen beginnen met de uitvoering van het kwaliteitsbeleid, maar het college moet eerst het geld daarvoor zien los te krijgen.
De regels van de werf (©)Ben Nijssen
www.binnenstadskrant.nl
Geertekerk VU-Kamerorkest olv Daan Admiraal; Schubert/ Berio, Rendering (10e Symfonie); Chausson, Poème de l’Amour et de la Mer; Franck, Les Eolides; € 13/10
Het Witte Huis Coen Engelhard, Pieta Gardien en Terry Pratt (gamba’s en violone): 15e en 16e eeuwse vocale muziek; Hoefsmederijstraat 4
Domkerk Koor, orkest en solisten van de Domcantorij olv Remco de Graas; Verdi, Requiem; collecte
Pieterskerk Vocaal ensemble Multiple Voice olv Paul de Kok mmv Marieke Steenhoek (sopraan) en Martijn Cornet (bariton) en Wouter van Belle en Jeroen Snijder (piano); Brahms, Drei Motetten op. 110; Cornelius, Requiem; Brahms, Requiem; € 15/12
Antoniuskerk Collegium Utrecht olv Servaas Schreuders mmv Immanuel van IJzerlooy (cello) en
Vr 2 20.15
Vr 2 20.15
Za 3 15.30
Za 3 20.15
Za 3 20.15
Domkerk Cantores Martini olv Remco de Graas; Gomes, Missa ‘Iste Confessor’; collecte
Lutherse Kerk Ralph Meulenbroeks (gamba): Carte Blanche
Za 10 15.30
Za 10 20.15
Nicolaïkerk Sing-In rond SintMaartensliederen voor kinderen door Vocaal Talent Nederland; € 2,50 incl. aansluitend concert
Nicolaïkerk Vocaal Talent Nederland olv Wilma ten Wolde en Suzanne Verburg mmv Gerrie Meijers (orgel): De legende van Sint Maarten; o.a. Gregoriaans; traditionele Sint Maartensliederen; Britten, Missa Brevis; € 7,50
Zo 11 15.15
Zo 11 16.00
Zo 11 Catharijneconvent 13.00 Kamerkoor Saudade olv Vincent Doek: muzikale begeleiding van rondleidingen langs de expositie “Middeleeuwse Meesterwerken. Topstukken uit Warschau”; € 10/6
UNISONO Workshop Muziek rondom St. Caecilia olv Dirkjan Horringa (vervolg op zondag 11 november); € 35 informatie en inschrijven www.utrecht-muziekstad. net
Za 10 10.00
olv Peter Dijkstra: Dreaming (of flying machines); werken van o.a. Jackson, Whitacre, Ligeti en Salonen; € 15/10
Domkerk Pierre Mak (bariton) en Jan Jansen (orgel); Bach, Amore traditore; Brahms, Vier ernste Gesänge; collecte Geertekerk Het Orkest olv Alexander Vakoulsky; Grieg, Noorse Dansen; Tchaikowsky, Capriccio Italien; Brahms, Hongaarse Dansen 1, 5 en 10; Dvorak, Symfonie nr. 9; Borodin, Polowetzer Dances; € 15/10 Augustinuskerk MUSA olv Peter Dijkstra: Chant d’Amour; De Leeuw, Cinq Hymnes; Howells, Take him, Earth, for Cherishing; Messiaen, Amen des anges, des saints, du chant des oiseaux; Kleppe, Chant d’Amour; € 12/10 Nicolaïkerk Asko Kamerkoor olv Jos Leussink mmv Arnold Marinissen (slagwerk); werken van Finsterer, Van Rossum, Snoei, Feldman, Wolff,
Za 17 20.15
Za 17 20.15
Za 17 20.30
Pieterskerk Monteverdi Kamerkoor olv Wilko Brouwers en The Gents olv Maria van Nieukerken: Voorproefje Europa Cantat; Werken van o.a. Sweelinck en Monteverdi; € 15/10 Nicolaïkerk Holland Baroque Society mmv Cox Habbema (actrice): Tod und Tanz II; Duitse muziek, proza en poëzie in 17de eeuwse oorlogstijd; € 20/15/5
Za 17 15.30
Vr 16 21.30
Vr 16 20.15
St. Catharina Kathedraal Kathedrale Koor Utrecht: koororgelconcert Missa Criolla Pieterskerk Nederlands Kamerkoor olv Paul Van Nevel: Visages de la polyphonie; werken van o.a. Clemens non Papa, Ashewell, Lassus en De Rore; € 15/10
Geertekerk Symfonieorkest De Philharmonie olv Daan Admiraal; Strauss, Tod und Verklärung; Mahler/ Berio, Fünf frühe Lieder; Liszt, Von der Wiege bis zum Grabe; € 15/12,50 Domkerk Domcantorij olv Remco de Graas; Buxtehude, Das jüngste Gericht; collecte
Pieterskerk Vocaal ensemble Trajecti Voces olv Dirkjan Horringa: Albion Tears; Tallis, Lamentations; Howells, Requiem; werken van Byrd, Purcell, Britten en Tavener; € 12/10/6
Zo 2 19.30
Zo 2 14.00
Za 1 15.30
Geertekerk Bachcantatedienst: afscheid van Johan Rooze; BWV 140, Wachet
Willibrordkerk Henk Verhoeff (orgel): Koopzondagconcert; collecte
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte
DECEMBER
Vr 30 20.15
Zo 25 14.30
Za 24 15.30
Vr 23 20.15
Vr 23 20.15
Geertekerk Collegium Musicum Leiden olv Gilles Michels; € 13/10
Di 11 20.15
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte St. Catharina Kathedraal Kathedrale Koor Utrecht: Kerstconcert
Za 15 19.30
Jacobikerk Utrechts Studenten Concert olv Bas Pollard; Glinka, Ouverture Russlan et Ludmilla; Strauss, Also sprach Zarathustra; Janácek, Sinfonietta; € 12/9 Za 15 15.30
Wo 12 20.15
Geertekerk Symfonieorkest Bellitoni olv Alexandru Lascae; Borodin, Polovetser dansen uit de opera ‘Prins Igor’; Strauss, Concert voor hoorn en orkest no. 2; Rachmaninov, Symfonische dansen op. 45; € 15/14
Willibrordkerk Vocaal ensemble Kamerijk: Koopzondagconcert; Ockeghem, Missa l’Homme Armé; Compère, Omnium Bonorum plena; Gregoriaans; collecte
Zo 9 14.00
Wo 12 20.15
Geertekerk Ensemble Pierre Robert olv Frédéric Desenclos: Venite et videte; motetten van Danielis, Couperin en Clérambault; € 17/10
Za 8 20.15
Howells, A spotless Rose; Bassano; Hodie Christus; € 6; Wittevrouwensingel 28
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte
Janskerk Schola Davidica olv Lisette Bernt mmv Gert Oost (orgel): A Festival of Lessons and Carols; collecte; www.scholadavidica.nl
Janskerk Holland Boys Choir olv Pieter Jan Leusink mmv Jan Vayne en Louis van Dijk (piano); € 32,50/27,50 (voorverkoop)
St. Catharina Kathedraal Kathedrale Koor Utrecht: Kerstconcert
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte
Pieterskerk Cantiere Vocale olv Wilko Brouwers mmv Davide Monti (viool) en Klaas Vellinga (orgel): Kerstvespers ‘O Magnum Mysterium’; oude en nieuwe muziek van o.a. Monteverdi, Sweelinck, Lauridsen en Pärt; € 15/12,50
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte Binnenstad Culturele Zondag: Nieuwjaarsduik, zie www.culturelezondagen.nl
Za 5 15.30
Zo 6 12.00
JANUARI
Za 29 15.30
Di 25 15.30
Ma 24 16.00
Zo 23 14.30
Za 22 15.30
Vr 21 20.15
GEND
Pieterskerk Cappella Amsterdam olv Daniel Reuss: Requiem voor... (derde editie); werken van Purcell, Howells en Brown; € 15/10
Vr 2 20.15
NOVEMBER
Città della Musica is een samenwerkingsverband van inmiddels veertien organisaties die concerten organiseren in de Binnenstad, meestal in kerken. De Città-agenda staat in de Binnenstadskrant en op www.utrecht-muziekstad.net.
Parnassos Het Huisorkest olv Anja Oosterbeek; werken van Händel, Grieg, Schubert en Mussorgsky; ook om 20.00 Zo 16 15.00
Singelkerk Koren van zangschool Pyramidalis olv Thea Bakker mmv Sabine van der Heyden (piano); Britten, gedeelten uit A Ceremony of Carols; Rutter, Angels Carol; Za 8 16.00
Pieterskerk Nederlands Kamerkoor Vr 9 20.15
Geertekerk Kamerorkest Pulcinella olv Jussi Jaatinen; Bartok, Suite op. 14; Tsjaikovski, Romeo & Julia; Sibelius, 3e symfonie
Geertekerk Bachcantatedienst olv Johan Rooze: BWV 163, Nur jedem das Seine; BWV 118A, Motet; collecte Zo 4 19.30
Vr 16 20.15
Willibrordkerk René Rolle (orgel): Koopzondagconcert; collecte Zo 4 14.00
Academiegebouw RadioBlazersEnsemble olv Bastiaan Blomhert; Haydn, Feldparthien en arrangementen voor Harmonie van symfonie 97 (Triebensee) en ‘Die Jahreszeiten’ (Družecky); € 18 Ma 13 20.15
Binnenstad Culturele Zondag: De Vuurdoop (KinderKunstdag), zie www.culturelezondagen.nl Zo 4 09.45
Janskerk Schola Davidica olv Lisette Bernt mmv Gert Oost (orgel): Choral Evensong; Oost, St Maartens Cantate; werken van Von Bingen; collecte; www.scholadavidica.nl kleinzoon Julius Röntgen (verteller); liederen van Röntgen, Brahms en Grieg; € 10/8
Zo 11 17.00
Do 22 20.15
Gertrudiskapel Van Dingstee Kwartet; Prokofiev, Strijkkwartet op 92, nr. 2; Strawinsky, Drie Stukken voor strijkkwartet; Tsjaikovsky, Strijkkwartet op 30 nr.3; € 17,50/12,50
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte Za 8 15.30
Ma 19 20.15
Geertekerk Van Swieten Society; Dussek, Pianokwintet op. 41; Chopin/Franchomme, Nocturne op. 9/1; Kalkbrenner, Pianotrio op. 14; Reicha, Vioolsonate op. 44; Chopin, Nocturne op. 9/2; Onslow, Strijkkwintet
Lutherse Kerk Workshop Dynamiek, expressie en karakter olv Sanne Nieuwenhuijsen; deelenemers € 40 / toehoorders € 25 info en aanmelden www.pieterskerkconcerten.nl
In de ban van Caesar
Za 8 10.00
Za 15 20.30
Zo 16 13.00
Utrechtse huiskamers Culturele Zondag: Gluren bij de buren, zie www.culturelezondagen.nl
Domkerk Zaterdagmiddagmuziek; collecte Za 12 15.30 Nicolaïkerk Cappella Sancta Maria olv Enrique Lopez: Een Venetiaanse Kerst; Kerstmuziek uit het 16e- en 17e-eeuwse Venetië; € 10/9
Geertekerk Bachcantatedienst; BWV 248-4, Fallt mit Danken, fallt mit Loben; collecte Zo 6 19.30 Parnassos Het Huisorkest olv Anja Oosterbeek; werken van Händel, Grieg, Schubert en Mussorgsky Za 15 20.15 auf, ruft uns die Stimme; collecte Marinissen en Mâche
Totaal in de ban van Caesar. Tommie Hendriks en Jan van Friesland achter het raam van café De Morgenster op de Oudegracht (©) Humprey Daniëls
Binnenstadsbewoner Tommie Hendriks kan heftig op je inpraten. Als hij je deelgenoot wil maken van wat hem bezighoudt geeft hij niet op. Een jaar of vijf geleden hoopte hij een buurtgenoot, televisiejournalist Jan van Friesland, te interesseren voor een Duits boek met de strekking dat het verhaal over Jezus gebaseerd is op het leven van Julius Caesar. Hendriks bedoeling was dat Van Friesland er een documentaire over zou gaan maken. In tegenstelling tot zijn gewoonte pakte hij het heel voorzichtig aan. Hij praatte eerst een half uur over ditjes en datjes en haalde toen onder zijn trui Francesco Carotta’s ‘War Jesus Caesar?’ vandaan. ‘Ik zal het lezen’, zei Van Friesland. Hij hield woord. En wat nog meer is: hij maakte de documentaire. Vier jaar werkte hij er aan. Op 2 november is in het Louis Hartlooper Complex ‘Het Evangelie van Caesar’ voor het eerst vertoond. Het is een film van bijna twee uur, met als centrale figuren Francesco Carotta en de Spanjaard Pedro García Gonzáles, een priester die elk jaar met jongeren een passiespel opvoert. Samen zoeken zij in diverse landen naar de bronnen van het evangelie. Meer en meer komt ook Gonzales tot de overtuiging dat er erg veel overeenkomsten tussen Jezus en Caesar zijn. Hij voelt zich daar wel wat ongemakkelijk bij. Rouw en razernij Het moest een compleet Caesar-feestje worden , op 2 november. Hendriks zou namelijk die dag ook zijn boek ‘Rouw en razernij om Caesar’ ten doop houden, maar de uitgever haalde het niet. Het komt nu waarschijnlijk half november. De ondertitel van het boek is:’De wraak van het volk voor een politieke moord zonder weerga’. Het behandelt een periode van slechts vier dagen: 14, 15, 16 en 17 maart van het jaar 44 voor Christus, dat wil zeggen van de dag vòòr de moord tot en met de crematie . Hendriks’ boek leest als een spannende, beeldende reportage, met dialogen en kleine, mooie detailtekeningen. Hij maakt goed zichtbaar wat er in die dagen gebeurde. Maar de verbeelding is niet met hem op de loop gegaan. Elke zin uit zijn verhaal verantwoordt hij in een register, dat even lang is - honderd pagina’s - als de tekst van het verhaal. Wie op zo’n manier werkt schiet niet hard op. Soms bleef het bij enkele zinnen op een dag. Het kon hem niet schelen. Biografieën over Caesar eindigen doorgaans bij diens moord. Maar voor Hendriks was het vooral van belang wat er daarna gebeurde. Bij zijn leven werd Caesar al als een god vereerd. Die verering nam mythische proporties aan na zijn crematie, die plaats had op de tweede dag na zijn dood. Tot nu toe wordt algemeen gesteld dat de crematie pas op de derde dag gebeurde. Hendriks ontzenuwt dat, na bestudering van alle bronnen. De overeenkomst is duidelijk: twee dagen zit er ook tussen de dood van Jesus en diens opstanding (vergoddelijking). Al sinds zijn jonge jaren is Hendriks geïnteresseerd in godsdienst. ‘Maar ik wist al snel dat het verhaal over Jezus niet kon kloppen’. In een klein Duits tijdschrift over geschiedenis las hij destijds een stukje over ‘War Jesus Caesar’. Hij kocht het boek, en was meteen verkocht. Hij maakte de Nederlandse vertaling , en is nu samen met Van Friesland de grote Garotta-promoter in Nederland.
14
Kizjakk k edn daa gar! Ko
Frank Kaiser
'De schroefboot ‘Utrecht’ zal feestelijk uitgedoscht de Singels dezer stad rond varen, ter eere van Willem Breepold die zich in 1813, ten tijde der onderdrukking, van welker bevrijding wij heden gedachtenis vieren, voor het vaderland zeer verdienstelijk heeft gedragen en dien dag aan boord der Stoomboot zal bevinden.' Willem Breepold, van wie ik helaas niet heb kunnen achterhalen welke heldendaden hij in het laatste jaar van de Franse bezetting verrichtte, moet al een oude man zijn geweest toen hij in november1863 aan boord van de ‘schroefboot’ Utrecht stapte. Ongetwijfeld was het een mooi tochtje. En dat voor 50 cent per persoon. Aan de bevrijding van de Fransen herinnert het Kozakkenmonument op het uiterste hoekje van het Ledig Erf.
raakte de herdenking op de achtergrond. In 1795 begon de Franse bezetting. De ontevreden Utrechtse bevolking, die meer dan genoeg had van stadhouder Willem V, haalde de Fransen onder luid gejuich binnen, om zo’n twintig jaar later nog harder te juichen toen ze eindelijk uit de stad werden verdreven. Bij hun komst hadden de Franse soldaten voedsel en kleding nodig. Daarvoor moest de toch al arme bevolking opdraaien. Geen wonder dat de mensen er op den duur meer dan genoeg van hadden. Er is in Nederland nog veel dat aan de periode van de Franse bezetting herinnert, zoals de burgerlijke stand, de wetgeving, de dienstplicht en het metriek stelsel. Van de wijkaanduiding met letters resteert alleen de naam Wijk C nog. Ook staan er in Utrecht nog enige gebouwen uit die tijd, zoals het paleis van koning Lodewijk Napoleon in de Wittevrouwenstraat. Bloedbad Nadat de Fransen bij Leipzig verslagen waren, probeerden ze hier nog uit alle macht de baas te blijven. In Woerden eindigt dat dramatisch. Omdat de bevolking zich Terras de te vroeg achter de prins van Oranje schaart (de Fransen zijn op dat moment nog in
16 de stad), nemen de terugtrekkende Franse militairen wraak door op 24 november in een grote plunder- en moordpartij 28 burgers te doden en 37 meer of minder ernstig te verwonden. In Utrecht ging het zonder bloedvergieten. De Fransen verlieten de stad in alle stilte langs de Vaart naar Vreeswijk, om daar de Lek over te steken. Uit strategische overwegingen namen ze tijdens hun vlucht nog enkele belangrijke Utrechters als gijzelaar mee, die ze later weer vrij lieten. Inmiddels trok een groot bevrijdingsleger via de Wittevrouwenpoort binnen, en bleef vervolgens wel de hele maand december in de stad. De militairen hadden hun kamp in de Maliebaan, net buiten de stadsmuren. Het was een nog grotere legermacht dan die van de Fransen; het enthousiasme van de bevolking die opnieuw voor kleding en voedsel moest opdraaien, zwakte dan ook snel af. Intussen moest het stadsbestuur hier de orde handhaven om plunderingen te voorkomen.Dat viel niet mee met 180 Nationale gardisten,
Het Kozakkenmonument ‘De Franschen verlaten Utrecht den 28 november 1813’ staat op de door Begeer gemaakte bronzen gedenkplaat. Dat verlaten zie je daarboven afgebeeld: de Fransen rijden Utrecht uit door de Tolsteegpoort en over de Tolsteegbrug. Op de zijkant van het monument staan de namen van de initiatiefnemers, onder wie H.A. Bosshardt , eigenaar van een zaak in de Twijnstraat. Hij was een voorvader van de bekende Leger des Heilsmajoor. Kozakkendag, de dag waarop de Kozakken samen met andere legereenheden Utrecht binnentrokken, is nog zo’n honderd jaar als bevrijdingsdag gevierd. Door de Eerste Wereldoorlog
Het Ledig Erf
54 geweren en geen patronen. Het schijnt dat de Fransen nog extra wapens ter beschikking hadden gesteld voor ze de stad verlieten. De poorten werden gesloten en in alle wijken liepen rustbewaarders patrouille. Gelukkig vielen de opstootjes mee en werd er niet door de bevolking geplunderd. Terug naar het Ledig Erf. Niet alleen het monument herinnert aan het verleden, maar ook de naam zelf. Hoe kwam het ledig Erf toch zo Ledig? Dat heeft te maken met de oude bolwerken. Willem van Noort bouwde in de 16de eeuw de bastions rond Utrecht. Bij de Tolsteeg stonden die bastions extra dicht bij elkaar omdat dat een kwetsbare plaats was. De kanonnen moesten vanaf Sterrenburg en Manenburg de vijand van de muur kunnen schieten. Het zat er dik in dat er in de ruimte tussen de twee bastions wel eens een kogel naar beneden zou komen. Dat was een goede reden om die ruimte echt ‘ledig’ te houden. Vandaar de naam Ledig Erf.
15
Beddentoren WKZ in maart verdwenen Door onze redacteur Arend Odé
Eindelijk is het dan zover. Nog dit jaar zal de beddentoren van het voormalige WKZ-ziekenhuis worden gesloopt. Dinsdagavond 18 september is de buurt geïnformeerd over de afbraak van het gebouw in de ABC-straat. Tijdens deze bijeenkomst hebben omwonenden vooral technische uitleg over de sloopprocedure gekregen. In januari 2008 wordt de buurt opnieuw bijeengeroepen. Dan wordt de nieuwbouw op dit terrein gepresenteerd. Een kleine veertig belangstellenden hebben zich gemeld in het Universiteitsmuseum. De meeste bezoekers kennen elkaar inmiddels wel. De vele voorlichtingsavonden in het Museumkwartier hebben ervoor gezorgd dat de buurtbewoners elkaar nogal eens tegenkomen. Dit maal staat de sloop van het laatste deel van het WKZ-gebouw op het programma. Over de plannen voor de nieuw te bouwen verslavingskliniek op dit terrein wordt de buurt in een aparte bijeenkomst ingelicht. Zowel directeur Van der Linden van Centrum Maliebaan, als twee technische experts van het sloopbedrijf geven een toelichting op de naderende sloop. Er is zelfs iemand van een communicatiebureau ingehuurd om het geheel in goede banen te leiden.
zal er op de hoogste verdieping een telekraan worden geplaatst. Deze zal het bovenste deel weghalen. Daarna komen er een minikraan en een hoogsloper die de andere verdiepingen zullen weghalen. De huidige liftkoker zal daarbij dienst doen als
stortkoker. Van rondslingerend puin wil het slopersbedrijf dan ook niet weten. Ook zijn er binnenin het gebouw afgeschermde ruimten gecreëerd, waarbinnen de asbest wordt verwijderd. Sproeisystemen zullen de verspreiding van gruis en stof zoveel mogelijk moeten tegengaan. Geen vuiltje aan de lucht, zo wordt keer op keer benadrukt. Goed geheugen De zaal hoort alles met belangstelling aan. Toch zijn er vooral ook vragen over de mogelijke calamiteiten.
In het bijzonder spitsen deze zich toe op het gevaar van vrijgekomen asbest, het risico van vallend puin en de mogelijke overlast bij de sloop. Sommige bewoners hebben een goed geheugen en herinneren het sloopbedrijf eraan dat het afbreken van de lagere gebouwen, enige jaren geleden, ook niet geheel geruisloos is verlopen. Zo werden omwonenden meer dan eens verrast door vallende stenen en brokstukken. Het sloopbedrijf reageert hier laconiek op en stelt dat de techniek sterk verbeterd is de laatste jaren. Voor ‘meteorieten’ hoeft de buurt niet langer bang te zijn. Planning Inmiddels nadert de asbestverwijdering zijn einde en is de voorsloop aan de gang. In de tweede helft van november zal het binnenwerk geheel zijn verwijderd en kan met de sloop van de buitenwanden worden begonnen. Dit zal naar verwachting een kleine vijftien weken in beslag nemen. Volgens planning zal het gehele gebouw in maart 2008 weg zijn. Daarna zal het gebied meteen bouwrijp worden gemaakt voor de nieuwbouw van de verslavingskliniek. Centrum Maliebaan hoopt begin 2010 een nieuw gebouw te hebben gerealiseerd. Maar ook hierover worden de bewoners apart geïnformeerd. Het is duidelijk, Centrum Maliebaan en de omwonenden worden buren, en hierin zal zorgvuldig geïnvesteerd moeten worden.
Politieke besluiteloosheid “We worden buren”, zo vangt Van der Linden aan. Hiermee wordt duidelijk dat aan de vele jaren van leegstand en braakligging een einde lijkt te komen. De aanwezigen krijgen vervolgens een uiteenzetting over hoe het allemaal zo heeft kunnen gebeuren. Aanvankelijk zou de beddentoren namelijk worden gerenoveerd, maar om zowel technische als financiële redenen is Centrum Maliebaan hier later op teruggekomen. Besloten werd om het zeven verdiepingen tellende gebouw te slopen. En toen volgden vele procedures en bezwaarschriften, waardoor er noch een sloopvergunning noch een bouwvergunning kon worden afgegeven. Deze lange periode van bestuurlijke besluiteloosheid is nu eindelijk voorbij. De sloopvergunning is definitief. Telekranen en hoogslopers Vervolgens lichten de vertegenwoordigers van het sloopbedrijf hun plannen tot in detail toe. Geheel volgens de nieuwste technologie zal het gebouw in de ABC-straat worden ‘opgeknabbeld’. Allereerst
Fotobijschrift: Eindelijk activiteit op het WKZ-terrein (©)Sjaak Ramakers
16 Werken aan de wand Spoorverdubbeling leidt tot lange tunnels Als gevolg van de uitbreiding van het aantal sporen veranderen de viaducten in de Bleekstraat en de Albatrosstraat in tunnels van zeker zeventig meter lengte. Wijkraadslid Riemer Bouwmeester maakt zich daarover ongerust. Onderdoorgangen van een dergelijke lengte dragen doorgaans niet bij tot een veilig en aangenaam gevoel. Ter hoogte van de Bleekstraat komt de nieuwe openbaar-vervoerhalte Vaartse Rijn, die van groot belang wordt. Naast de zeven sporen verrijst, aan de Binnenstadskant, de HOV-baan richting Uithof, waarover naar alle waarschijnlijkheid in de toekomst een tram gaat rijden.
Zo nu en dan is straks in de Servetstraat een wonderlijk fenomeen te zien: een verlichte ‘wand’ van nevel en licht, oprijzend uit een sleuf in het wegdek. De ongrijpbare wand verbeeldt de buitenmuur van het Romeinse castellum. Het aanbrengen van de installatie had nogal wat voeten in de aarde. De Servetstraat was heel wat dagen opgebroken. De wand maakt onderdeel uit van het project Domplein 2013.
Derde restaurant Verwacht wordt dat de halte een economische impuls geeft aan de Ooster- en Westerkade, die de laatste tijd trouwens al in de lift zitten. Zo is in de Welstandscommissie positief gereageerd op de plannen van J. en D. Driessen om het karakteristieke pand Oosterkade 29 en 30 aan te pakken. Op de begane grond komt een restaurant (in korte tijd het derde op de twee kades) , met daarboven enkele grote woningen. De loods achter het pand wordt omgebouwd tot kleine bedrijfsruimten en kleine appartementen. Tramlijn Nieuwegein-Uithof? Bij de gemeente is op het ogenblik een grote voorkeur om de buslijn ‘om de zuid’ om te bouwen tot een tramlijn, die de enorme aantallen studenten sneller kan verwerken. Het moet dan zo worden dat passagiers die in IJsselstein of Nieuwegein in de tram stappen kunnen blijven zitten tot de Uithof. In de huidige plannen voor het Stationsgebied wordt de eindhalte van de Nieuwegeintram echter verplaatst van de stadskant van het station naar de westkant. Dat gebeurde ondanks protesten van met name winkeliers in de Binnenstad, die vonden dat de loopafstand naar het oude centrum veel te groot werd. Het begint er nu naar uit te zien dat de tram uit Nieuwegein in Utrecht aan de stadskant van het station blijft. De doortrekking ‘om de zuid’ naar de Uithof kan op die manier een feit worden.
(©)Patrick van der Sande
Wolfsen gaat Utrecht fietsvriendelijk maken Snel voldoende fietsenstallingen bij station, Janskerkhof, Neude en ook elders in de stad, de fietslichten minder lang op rood, en meer, betere en veiliger fietspaden. Daarvoor heeft Aleid Wolfsen, vanaf 1 januari burgemeester van Utrecht, tijdens zijn verkiezingstoernee zijn handtekening gezet in een convenant met de Fietsersbond en studentenorganisaties. Verder staat er in dat de gemeente samen met universiteit, hogeschool en bedrijfsleven goedkope en veilige studentenfietsen zal aanbieden en dat als eerste de fietsroute van het station naar de Uithof wordt aangepakt. ‘Het is mijn vaste voornemen Utrecht fietsvriendelijk te maken. Daar ga ik me dus persoonlijk voor inzetten’, zei Wolfsen. De portefeuille Verkeer berust op het ogenblik bij wethouder De Weger.
Advies wijkraad aan gemeente
Vuilnis niet langer 's avonds naar buiten De wijkraad Binnenstad heeft het college geadviseerd een einde te maken aan de mogelijkheid ‘s avonds na half tien de vuilniszakken buiten te zetten voor de volgende dag. Dat gebeurde nadat in de vergadering van 10 oktober Ron van Hattem van Reinigen en Inzamelen ( R en I) vertelde dat er op een aantal plaatsen in de Binnenstad de laatste tijd ‘s avonds nogal wat zakken worden opengetrapt. Met de bewoners daar probeert R en I te regelen dat op vrijwillige basis zo min mogelijk zakken ‘s avonds al naar buiten gaan, zo zei hij. De wijkraad vond dit een halve maatregel. Om vervuiling tegen te gaan is het gewoon beter om het buiten zetten te beperken van zes
tot acht uur op de dag zelf. Chiel Rotier, één van de wijkraadsleden, was het met het standpunt niet eens. Hij zei dat het sommige mensen bijzonder slecht uitkomt als zij ‘s morgens zo vroeg al paraat moeten zijn.
Commentaar Binnenstadskrant De goeden moeten weer onder de kwaden lijden. Is het nodig dat problemen met wat kapotgetrapte zakken zwaarder wegen dan het ongemak van beperking van de zogenaamde venstertijden? Mensen die tot ‘s avonds laat werken en ‘s morgens niet vroeg hoeven opstaan, worden gedupeerd. De wijkraad gaat er bovendien kennelijk van uit
dat iedereen dezelfde biologische klok heeft. Het zou ook wel eens zo kunnen zijn dat de maatregel, als b. en w. hem overneemt, tot meer in plaats van minder rotzooi op straat leidt, want waar moet je met je afval naartoe als je steeds de vuilnisman mist? En dan de reinigingspolitie.... die kan nu, 's avonds om half tien naar huis. Maar in de andere situatie begint rond die tijd het werk pas. Tot de volgende ochtend zes uur. D.F. ‘s Avonds de zakken buitenzetten komt heel wat bewoners beter uit (©)Humphrey Daniëls www.binnenstadskrant.nl
Wijkbureau Binnenstad
17
gemeente utrecht
Veilig uit je bol gaan Tot in de kleine uurtjes dansen in een club of borrelen in een bruine kroeg. In Utrecht kan het allemaal, en ook veilig. Samen met politie en horecaondernemers zorgt de gemeente Utrecht ervoor dat uitgaan in Utrecht veiliger wordt. Daarvoor komen zij geregeld bij elkaar.
Drugs & alcohol De nieuwe veiligheidsafspraken richten zich meer op de preventie van overmatig alcohol- en drugsgebruik, dan de oude. Deze extra aandacht bleek nodig na de uitkomst van een enquête onder het Utrechts uitgaanspubliek en het horecapersoneel. Acht van de tien bezoekers voelen zich veilig in het uitgaansgebied. De helft van het horecapersoneel voelt zich echter minder veilig door overlast van jongeren en dronkenschap. Overmatig alcohol- en drugsgebruik is daarom een belangrijk nieuw aandachtspunt.
Het Utrechtse uitgaansklimaat is niet alleen sfeervol, maar ook veilig. Dat komt doordat de gemeente, politie en horecaondernemers goede afspraken met elkaar hebben gemaakt. In 2001 stelden zij samen het Convenant Veilig Uitgaan op. Een programma met afspraken over veilig uitgaan. De afgelopen jaren is daar veel mee bereikt. De taxistandplaatsen zijn beter verspreid, de politie draait zogenoemde ‘Uit-diensten’, 43 beweegbare camera’s houden toezicht en het Panel Deurbeleid behandelt klachten over het deurbeleid van uitgaansgelegenheden. Door al deze ontwikkelingen is de veiligheid aanzienlijk verbeterd. Het nieuwe Convenant Veilig Uitgaan van 2007 tot 2010 zet deze lijn voort, maar breidt hier en daar ook uit.
Barcode De regelgeving over het schenken en verkopen van alcohol is duidelijk. Kortingsacties op alcoholverkoop zijn verboden, politie en gemeente raden happy hours sterk af en bij doortappen kan de kroegbaas een flinke boete krijgen. Daarnaast start de gemeente samen met Centrum Maliebaan en Cumulus met preventieve programma’s om overmatig alcohol- en drugsgebruik tegen te gaan. Zoals de cursus Barcode waarin het horecapersoneel aan de hand van rollenspellen leert om te gaan met dronken mensen. Ook bestaat de cursus Uitgaansetiquette die
Spreekuur wijkwethouder
Veilig uitgaan doe je samen!
Wijkwethouder Binnenstad, Cees van Eijk, houdt weer spreekuur op woensdag 28 november (9.0010.00 uur) in het wijkbureau. U kunt tot uiterlijk één week van tevoren een afspraak maken. Tijdens het spreekuur kunt u zaken aan de orde stellen waar extra inspanning of aandacht van het gemeentebestuur voor nodig is.
Cees van Eijk (©Willem Mes Photography)
Veilig uitgaan door goede afspraken tussen gemeente, politie en horecaondernemers (Foto: ©Willem Mes Photography) jongerenwerkers en portiers traint om jongeren de tips en trucs van het uitgaansleven bij te brengen. En ten slotte is er het Peer-preventieproject ‘Unity’ waarbij jongeren leeftijdsgenoten voorlichten over alcohol en drugs. Cameratoezicht en politie op straat voorkomen onveilige situaties en werken preventief. Helaas, zo bleek uit de enquête, zijn weinig mensen zich bewust van deze maatregelen.
In de toekomst wil de gemeente het publiek daar dan ook meer op wijzen. Uitgaan wordt zo nog veiliger, omdat men weet dat de politie op straat en via camerabeelden altijd een oogje in het zeil houdt. Voor alle afspraken in het convenant: www.utrecht.nl > Wijk & buurt > Binnenstad > wijksite > Veiligheid > Convenant Veilig Uitgaan
Zelf is hij ook wel eens geweigerd tijdens het stappen dus hij weet hoe het voelt om niet binnengelaten te worden. Speciaal voor deze jongeren organiseert Anne Jan Odinga, jongerenhulpverlener Cumulus, samen met de gemeente het project Uitgaansetiquette op 11 november in Tivoli De Helling. Het project Uitgaansetiquette is in het leven geroepen om agressie en geweld in het uitgaansleven positief te beïnvloeden. Door jongeren bewust te maken van hun gedrag wil de gemeente uitgaan veiliger maken: ‘Een klein percentage van de jongeren zorgt voor overlast, maar in de media worden die incidenten breed uitgemeten. Het werkt stigmatiserend. Door het organiseren van een feest over veilig uitgaan bieden wij jongeren een plek om in discussie te gaan over deurbeleid, overlast en drankgebruik. Daarnaast is het feest een podium waar zij de gelegenheid krijgen hun talenten te etaleren. Wij werken samen met het Panel Deurbeleid, Centrum Maliebaan en jongerenwerkers uit de wijken waar veel van de jongeren vandaan komen.
Die zijn ook op de avond aanwezig.’ Vijf jongeren van rond de 19 en 20 jaar helpen Anne Jan met het organiseren van de avond. De groep bestaat uit een Bosnische, twee Turkse, een Marokkaanse jongen en een Pools meisje.
v.l.n.r. Anne Jan Odinga, Burak Çarkci, Alen, Rachid Elhadouchi, Anna Bartman. Niet op de foto: Hakan Keskin (Foto: ©Willem Mes Photography)
‘Op deze avond organiseren we een ‘open mic’ (microphone): jongeren rappen over veilig uitgaan. Door jongeren de avond te laten organiseren krijgen zij meer zelfvertrouwen. Ik wil bereiken dat veilig uitgaan iets is waar je samen wat aan kunt doen. Met sketches, rollenspelen en stellingen, waarop bezoekers kunnen reageren, willen we jongeren bewust maken van de spelregels bij het uitgaan.’
18
Wijkbureau Binnenstad
Nieuw beleid voor horeca Burgemeester aan het In delen van de Utrechtse binnenstad wil de gemeente nieuwe horeca toelaten. Ook elders in de stad krijgt de horeca meer kansen. Enkele gebieden zijn aangewezen, waar onder voorwaarden nieuwe zaken mogen komen.
housen tijdens Lief-festival
In september vond het Lief-festival plaats in Leidsche Rijn. Verschillende nationale en internationale dj’s vermaakten op vier podia de vele bezoekers. Er was ook een stand van het preventieproject ‘Unity’ te vinden. Unity is een belangrijk project uit het programma Veilig Uitgaan.
Unity bestaat uit vrijwilligers die allen afkomstig zijn uit de dance-scene. Op grote dance-evenementen en parties geven zij voorlichting over veilig(er) gebruik van alcohol en drugs. Deze zomer zijn zij daarmee van start gegaan. Belangrijkste kernpunten van Unity zijn: • verhogen van kennis (Wat is de werking van een bepaalde drug?) • beïnvloeden van normen en waarden (Less=More) • bevorderen van veiliger druggebruik Deze methode van voorlichten heet de peer-to-peer methode. Jongeren zijn eerder bereid informatie aan te nemen van mensen die hetzelfde zijn als zij. Vandaar dat vrijwilligers van Unity ook wel 'peers' worden genoemd. Eén van de bezoekers van het Lief-festival was Burgemeester Brouwer-Korf. Tijdens een werkbezoek in het voorjaar had zij met vrijwilligers van Unity kennis gemaakt en wilde hen graag een keer aan het werk zien. De burgemeester vond het erg interessant: ‘Alleen stond de muziek wel heel erg hard!’.
Meer horeca in binnenstad: balanceren tussen levendigheid en prettig wonen (Foto: ©Willem Mes Photography) Belangrijkste uitgangspunt van het Terrassen mogen zich alleen verder college: een goede balans vinden ontwikkelen op de Neude, de Gantussen een levendige en bruisende zenmarkt, het Janskerkhof, aan de stad en een stad waar mensen met Oudegracht ten noorden van de Visplezier kunnen wonen en werken. markt, op het Vredenburg en omgeDe bedoeling is om de horeca meer ving, de Tolsteegbrug, het Domplein, mogelijkheden te geven om zich in het Wed en de Vismarkt. Utrecht te vestigen. Dit staat in het Ontwikkelingskader Horeca, dat een U kunt het Ontwikkelingskader perspectief schetst voor de hele stad. Horeca inzien of downloaden vanaf De gemeente vindt het belangrijk www.utrecht.nl/horecaloket. Of opom niet steeds ‘meer van hetzelfde’ vragen bij de balie Bouwen, Wonen in de horeca te krijgen, maar om het en Ondernemen, telefoon 030 - 286 juiste bedrijf op de juiste plek te laten 4802. vestigen. Matthijs de Vries, beleidsBurgemeester Brouwer-Korf tijdens het Lief-festival in gesprek met vrijwilligers van Unity adviseur Economisch Zaken: ‘Voor de (Foto: ©Willem Mes Photography) binnenstad hebben we per deelgebied aangegeven of uitbreiding van horeca Fotoprintjes Café-eigenaar van De Zaak over veiligheid mogelijk is en in welke categorieën. Rien van den Hoek heeft een Daarbij is er nadrukkelijk voor gestilalarmknop die direct in verbinding kozen om in gebieden die alleen de staat met de meldkamer van de Midden in de binnenstad, in de bestemming wonen hebben, geen politie. Daarnaast houden vier beveischaduw van het stadhuis, ligt nieuwe horeca toe te staan.’ ligingscamera’s alle hoeken in en om café De Zaak. Hét café met het het café in de gaten. ‘Die camera’s ‘cheersgevoel’, vindt eigenaar Wat betekent het nieuwe beleid zijn best handig. Van geweigerde Rien van den Hoek. ‘Een zelfgevoor u? klanten maak ik een fotoprintje, dat maakt broodje mag je hier wel Per gebied is aangegeven, welk type ik ophang in het personeelshok. opeten, maar een jointje roken horeca op welke plek wordt toegelaDeze klanten moeten echt consedoe je maar ergens anders.’ ten. De horeca is onderverdeeld in de quent geweigerd worden, anders volgende categorieën: discotheken, blijven ze het proberen.’ Goed opSinds tien jaar is Rien van den Hoek café’s, snackbars en restaurants. Er is geleid personeel voorkomt volgens eigenaar van De Zaak. Incidenten bijvoorbeeld uitbreiding mogelijk van hem veel narigheid. Hij selecteert waarvoor hij de politie moet beldiscotheken rond de Neude, het Statizijn medewerkers dan ook uitvoerig. len, zijn er nauwelijks. ‘Eén of twee onsgebied/Jaarbeursgebied en aan het ‘Zij moeten stevig in hun schoenen keer, denk ik, en dan meestal omdat Janskerkhof. En in het deelgebied Oustaan, mondig zijn, en wat horecaiemand die vervelend was, niet weg degracht Zuidoost/Lange Nieuwstraat en levenservaring hebben.’ Alert zijn wilde gaan.’ Onveilig heeft hij zich voor restaurants en lunchrooms. Oveop de kleine dingen die mis kunnen dan ook nooit gevoeld. ‘Het zit hier rigens wordt uiteindelijk individueel gaan, is belangrijk volgens hem. ‘Een wel goed met de veiligheid. Dat beoordeeld of een nieuwe vestiging kind dat voor papa of mama een komt waarschijnlijk doordat we veel mogelijk is. Belanghebbenden kunnen biertje komt halen stuur ik terug en vaste klanten hebben. Een bepaald tegen een verleende “vrijstelling” op de terrasstoelen houd ik binnen de Rien van den Hoek, café-eigenaar van De type mensen trekt elkaar aan, en wij dat moment bezwaar maken. paaltjes. Zo voorkom je ongelukken.’ Zaak (Foto: ©Willem Mes Photography) hebben de relaxte.’
Letten op de kleine dingen
19
Wijkbureau Binnenstad Gebiedsmanager Veiligheid bij wijkbureau Binnenstad
Leefbaarheidsbudget
Kroegentocht met Iris Koningstein
Wilt u iets organiseren voor uw buurt? Wilt u de straat veiliger maken? Of heeft u een ander idee om leefbaarheid in de binnenstad te verbeteren? Ook u kunt een aanvraag indienen voor het leefbaarheidsbudget. Met dit budget kan het wijkbureau snel inspelen op plannen van bewoners en ondernemers die de leefbaarheid in de binnenstad verbeteren. Neem contact op met wijkbureau Binnenstad of kijk op www. utrecht.nl/binnenstad.
Uit het Utrechtse veiligheidsonderzoek van 2007 blijkt dat geweld in het algemeen iets is toegenomen. In 2006 vonden 24 meer openlijke geweldsdelicten plaats dan in het jaar ervoor. Ook steeg het percentage jongerenoverlast, dat werd ervaren, van 16 in 2004 naar 21 procent in 2006. ‘Bij het uitgaan zijn vaak alcohol en drugs in het spel. Dat vergroot het risico van onveilige situaties. Daarom steken politie, gemeente en horecaondernemers regelmatig de koppen bij elkaar om te bedenken hoe het uitgaan in het vervolg nog veiliger kan.’
Toegekende aanvragen voor bijdrage uit het leefbaarheidsbudget (maand oktober): • restauratie Vredesboom Zocherplantsoen, • bijdrage voor plaatsen speeltoestellen schoolplein De Twijn, Laan van Puntenburg, • bijdrage voor bloembakken Willemstraat, • bijdrage voor Sinterklaasfeest Vaartsebuurt, • herbestraten Nieuwekamp.
Iris Koningstein (Foto: @Willem Mes Photography) Ze kent iedere kroeg. En kent ze er eentje niet, dan baalt ze daar behoorlijk van. De binnenstad is haar territorium. Iris Koningstein onderhoudt als Gebiedsmanager Veiligheid contact met disco- en kroegbazen. ‘Het leukste aan mijn baan vind ik de diversiteit.’ Het Utrechtse uitgaanspubliek voelt zich voor het overgrote deel veilig. Maar het kan nóg beter vindt Iris.
Op stap met politie Zorgen dat iedereen veilig kan uitgaan, is één van de taken van Iris Koningstein. ‘Op het wijkbureau schrijf ik het veiligheidsprogramma en ik ben veel op pad. Ik heb regelmatig gesprekken met horecabedrijfsleiders over veiligheid. En ’s avonds ga ik af en toe op stap met de politie om te kijken, waar verbetering nodig is en om met portiers te praten. Tot slot heb ik ook contact met wijkbewoners. Zij kunnen bij mij aankloppen voor bijvoorbeeld het melden van overlast.’
Rockconcert voor en door jongeren Samen met leeftijdgenoten een rockconcert organiseren. Dat was de opdracht die twaalf binnenstadsjongeren tussen de 17 en 19 jaar kregen van Paul Gleisberg, JOS-coördinator en jongerenwerker van Cumulus. Met geld uit het leefbaarheidsbudget van de gemeente gingen de jongeren aan de slag. Maanden aan voorbereiding gingen eraan vooraf, maar op 30 juni 2007 was het dan eindelijk zover: een rockconcert in Tivoli De Helling met zeven live-bands voor 300 bezoekers! Bijna 6 uur lang rockten de bands de pannen van het dak en zorgden zo voor een geweldige avond. Van begin tot eind: alles deden de jongeren zelf. Een deel hield op de dansvloer een oogje in het zeil, anderen begeleidden de bands, verkochten cd’s en deden de merchandise. Doel was jongeren het hele proces van organiseren en uitvoeren te laten doorlopen.
Concrete maatregelen De aankomende drie jaar gaat wijkbureau Binnenstad verder met voorlichtingsprogramma’s over alcohol en drugs. ‘Daarbij richten wij ons op jongeren en het horecapersoneel. Unity, een vrijwilligersproject voor en door jongeren, loopt pas een jaar en is nu al een groot succes! Op festivals en evenementen geven de jongeren heel open en objectief advies over alcohol- en drugsgebruik. Met moeilijke vragen wijzen ze hen op hun verantwoordelijkheden. En dat werkt; de folders vliegen de deur uit.’ De toezichthouding met camera’s blijft ook een belangrijk aandachtspunt. Naast de registratie voorkomt het ook criminaliteit en geweld. ‘Met de politie volgde ik eens twee jongens die in de fontein van het stadhuis hadden geplast. Tot hun stomme verbazing werden zij later in de stad bekeurd door een agent. Ze hadden de camera’s niet gezien.’
Wijkbureau Binnenstad Heeft u een vraag over zaken die in uw buurt spelen? Of wilt u overlast melden? Dan bent u bij het wijkbureau aan het juiste adres. Het wijkbureau is het aanspraakpunt van de gemeente voor bewoners, ondernemers en bezoekers van de binnenstad van Utrecht. Wijkbureau Binnenstad telefoon: 030 - 286 00 00 (ma t/m vr van 9.00 tot 17.00 uur)
[email protected] www.utrecht.nl/binnenstad
v.l.n.r. Marco en Rex van de “Gangbang Devils”(Foto: @Willem Mes Photography) Brainstormen, plannen uitwerken, taken verdelen en subsidie aanvragen bij de gemeente. Jongeren kregen zo de gelegenheid, vaardigheden als samenwerken en dragen van verantwoordelijkheid te ontwikkelen. De Utrechtse binnenstad is populair. Naast het bruisende uitgaansleven is het ook een gewilde plek om te
wonen. Maar de balans tussen prettig wonen en uitgaan is fragiel. Waar veel mensen op een relatief kleine oppervlakte de ruimte met elkaar delen, is overlast al snel een feit. Daarom organiseert de gemeente samen met Cumulus activiteiten voor jongeren om de leefbaarheid en veiligheid te vergroten.
U kunt natuurlijk ook even binnenlopen bij het Informatie Centrum Gemeente Utrecht. Hier zit de balie van het wijkbureau Binnenstad. Informatie Centrum Gemeente Utrecht Neudeflat, Vinkenburgstraat 26 ma t/m vr van 9.00 tot 17.00 uur do-avond tot 21.00 uur zaterdag van 10.00 tot 13.00 uur
20
Wijkraad
Binnenstad
Haat-liefdeverhouding met horeca De wijkraad heeft een haat-liefde-verhouding met de horeca in de Binnenstad. De wijkraad wil, net als iedereen, een gezellige, levendige en aantrekkelijke Binnenstad, en erkent dat de horeca daar in belangrijke mate aan bijdraagt. Anderzijds ondervinden bewoners van de Binnenstad vaak overlast van de horeca, direct, bijvoorbeeld door lawaai of door terrassen die de doorgang versperren, maar ook indirect, door onaangepast gedrag van bezoekers. Iedereen die in de Binnenstad woont is bekend met nachtelijk geschreeuw, wildplassen, het ‘neerkwakken’ van fietsen en op straat achtergelaten afval. (broodtekst)Omdat het uitbaten van horeca een profijtelijke bezigheid is, en omdat bij de gemeente het idee bestaat dat Utrecht in vergelijking met grote broer Amsterdam te weinig horeca heeft, is er een voortdurende druk om de horeca uit te breiden. De Binnenstadsbewoners hebben hiertegen een lange strijd gevoerd, en met wisselend succes. Reeds in de jaren 80 werd in de zuidelijke oude stad een stilzwijgend moratorium op verdere uitbreiding van de horeca bereikt. Tegen het einde van de vorige eeuw reageerde de gemeente hierop met een plan voor ‘horecadifferentiatie’: er kwamen verschillende categorieën horeca (dancing; café; snackbar; restaurant; lunchroom), en voor de ‘lichtste’ categorie (restaurant en dergelijke) was enige uitbreiding in de zuidelijke oude stad mogelijk. Intussen heeft die uitbreiding deels plaatsgevonden, zonder noemenswaardige toename van de overlast. (tussenkop) Spraakmakende swingcafe �’s Inmiddels ligt er een nieuwe horecanota (voor de volledige tekst: zoek op Ontwikkelingskader Horeca op de gemeentelijke website) die opnieuw uitbreiding van de horeca toestaat. Voor de Binnenstad zijn hierin een aantal ‘profielen’ opgenomen, dat zijn gebiedjes waarin de gemeente ontwikkeling van een bepaald type horeca wil stimuleren. Bijvoorbeeld de Mariaplaats, waar het toekomstvisioen van de gemeente als volgt wordt omschreven: ‘Als je in de late avonduren wil gaan stappen, kun je hier terecht in diverse grotere en spraakmakende swingcafés en discotheken. Je loopt de kans enkele BN’ers tegen het lijf te lopen. In Utrecht is dit de ‘place to be’.
De gemeente heeft grote ambities, ook gezien de juichende advertentie die enige tijd geleden in de Utrechtse huis-aan-huisbladen verscheen, en de terminologie die de horecanota ook voor de andere gebieden hanteert (‘stimuleren van trendy concepten...’ is een veel terugkerende term). (tussenkop)Afwachten Op zichzelf zouden we dit als wijkraad nog niet zo erg vinden, alleen is het wel zo dat er momenteel een nieuw bestemmingplan in voorbereiding is. In het verleden was het altijd zo dat horeca op ongewenste locaties kon worden tegengehouden via het bestemmingsplan, dat per pand (soms zelfs per verdieping) voorschrijft wat er wel en niet mag. Maar in het nieuwe bestemmingsplan wordt dat allemaal veel globaler, er wordt per bouwblok aangegeven welke functies toelaatbaar zijn, en hoeveel (de gemeente kan hier trouwens niets aan doen, deze benadering volgt uit de nieuwe Wet op de
Ruimtelijke Ordening, en die wordt in Den Haag gemaakt). We zullen nog maar moeten afwachten hoe het nieuwe beleid van meer vrijgeven van de horeca zal uitwerken in combinatie met het nieuwe bestemmingsplan! (tussenkop)Voortdurende dreiging Waar de Wijkraad vooral naar streeft is een handhaving van het evenwicht tussen de verschillende functies in de Binnenstad: wonen, winkelen, horeca, bedrijvigheid, zorg. Al die functies moeten een plek hebben in de Binnenstad zonder dat er een te dominant wordt. En naar onze mening is er wel een voortdurende dreiging van een te dominante horeca. Daarvoor zijn twee oplossingen denkbaar: breid de horeca uit buiten de Binnenstad, of breid de Binnenstad zelf uit. Beide zien we momenteel ook wel gebeuren, al zou het misschien wel wat sneller kunnen. De gemeente streeft expliciet naar vestiging van volwaardige horeca in Leidsche Rijn, en ook in het Jaarbeursgebied wordt grootschalige horeca ontwikkeld. Anderzijds zien we dat de Binnenstad zich ‘vanzelf’ aan het uitbreiden is naar de ‘poortgebieden’: de toegangswegen die van alle kanten naar de Binnenstad leiden zoals de Biltstraat, de Nachtegaalstraat, de Ooster- en Westerkade, de ‘kop van Lombok’. Deels wordt deze ontwikkeling gestimuleerd door de toenemende dominantie van het openbaar vervoer. Zo zal, denken wij, het nieuwe station
Vaartserijn de Ooster- en Westerkade verder bij de Binnenstad betrekken. (tussenkop)Beterschap beloofd Tenslotte nog een paar woorden over de ‘randverschijnselen’ van de horeca, zoals terrassen, festivals en ‘bierboten’. Ook dit zijn allemaal legale activiteiten die de gezelligheid en de levendigheid van de stad vergroten. Alleen wordt ook dat soms wat te veel. Het kan niet de bedoeling zijn dat terrassen de doorgang voor rolstoelen en kinderwagens versperren, dat bierboten de grachtbewoners uit de slaap houden, of dat festivals dagenlang de regie over de stad overnemen. Waar het hier vooral op aankomt is handhaving: controle op de omvang van de terrassen, de hoeveelheid geproduceerde decibellen en het tijdstip waarop die geproduceerd worden. En die controle schoot in het verleden nogal eens tekort; deels doordat de prioriteiten elders lagen, deels om bureaucratische redenen. Hierin heeft de gemeente beterschap beloofd, per 1 januari neemt de gemeente taken van de politie over en zal zich dan actiever gaan opstellen. Onder andere door het in de straat markeren van de grenzen van terrassen. We wachten vol belangstelling af... Han van Dobben, voorzitter Wijkraadslid Gert-Sjoerd Kuperus, wijkmanager Els Leicher en Mirjam Bikker (ChristenUnie) tijdens de ontmoeting van de Binnenstad met de gemeenteraad (©)Sjaak Ramakers
Wijkagenten Binnenstad & Niet-spoedeisende zaken: 0900-8844 Alarmnummer: 112
Nieuwe naam bureau Paardenveld:
Utrecht centrum Sommige mensen met besef van historie noemen het nog het hoofdbureau van politie. Wat inmiddels alweer jaren bekend staat als bureau Paardenveld, heet vanaf nu bureau Utrecht centrum. De nieuwe naam is het gevolg van een nieuwe gebiedsindeling die de Politie Utrecht sinds 8 september hanteert in de stad Utrecht. Vanwege de snelle groei van de wijken Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern is aan de westkant van de stad een nieuw politiedistrict ingericht: Utrecht west. Na herverdeling van de politiecapaciteit over de stad wordt nu gewerkt vanuit tien wijken, die organisatorisch zijn ondergebracht in vier districten: Utrecht centrum, Utrecht noord, Utrecht zuid en Utrecht west.
Dit Doen Wij Onder de noemer ‘Dit Doen Wij’ brengt de Politie Utrecht momenteel onder de aandacht van het publiek dat het altijd zin heeft om aangifte te doen als u slachtoffer bent geworden van een misdrijf. Op Bingo FM en Radio M worden in november radiospotjes uitgezonden. In dezelfde periode rijden stadsbussen en streekbussen met reclameboodschappen van de Politie Utrecht. Kijk voor meer informatie op www.ditdoenwij.nl en www.politie.nl/utrecht
Wijkteams Voor de politie gaat de nieuwe indeling samen met een andere manier van werken. Omdat er voorlopig niet meer agenten bij komen, heeft de politie gekeken hoe het werk zo efficiënt mogelijk kan worden uitgevoerd. Het resultaat is dat de politie in de stad Utrecht nu nog meer in een team samenwerkt om problemen in de wijk aan te pakken. Agenten die voorheen vanuit een centrale stadsdienst werden ingezet om incidenten af te handelen, zijn nu gekoppeld aan een wijkteam. Zo zijn zij beter op de hoogte van wat er in een wijk speelt. Verder wordt zoveel mogelijk samenwerking gezocht met andere instanties, zoals de gemeente, het openbaar ministerie, jeugdzorg en welzijnswerk. Wat verandert er? Voor u als inwoner verandert vrijwel niets. U kunt nog steeds bij alle bureaus in de stad terecht voor vragen en aangiften. Het bureau Utrecht
centrum, Kroonstraat 25, is 24 uur per dag geopend. De koppeling van agenten aan één wijk moet wel zorgen voor meer zichtbare en herkenbare politie op straat. De wijkagent krijgt meer een rol als regisseur en blijft het gezicht en aanspreekpunt in de wijk. De wijkagenten in de Binnenstad zijn Peter de Klein, Chris Proveniers en Menno de Groot. Zij krijgen er nog twee collega-wijkagenten bij. Jeroen Groning, Johan Jens en Johan Vermeulen zijn de wijkagenten voor Hoog Catharijne, Sterrenbos en Hooch Boulandt. De wijkagenten zijn aanspreekbaar voor alle deelbuurten. Contact Wilt u de wijkagent spreken, belt u dan tijdens kantooruren het wijksecretariaat: 0900-8844 (lokaal tarief). Het wijksecretariaat beheert de agenda van de wijkagent en neemt boodschappen aan. Voor levensbedreigende zaken of verdachte situaties belt u het alarmnummer 112.
Aangifte doen: onzin of zinvol?
Politie spoort daders op na aangifte De politie Utrecht adverteert op stads- en streekbussen
Als uw fiets wordt gestolen, doet u dan aangifte bij de politie? Veel mensen kiezen ervoor om dat niet te doen, omdat ze ervan uitgaan dat hun fiets en de dief toch niet worden gevonden. Toch is het belangrijk om altijd aangifte te doen als u slachtoffer bent van een strafbaar feit. Een aangifte is een officieel verzoek aan de politie om de mogelijke dader(s) van een misdrijf, zoals een fietsendiefstal of een mishandeling, op te sporen en aan te houden. Bij een melding wordt alleen informatie over een persoon of situatie doorgegeven. Natuurlijk stuiten agenten zelf op situaties waarin zij de dader van een strafbaar feit op heterdaad kunnen aanhouden, maar het leeuwendeel van de opsporing start met een aangifte van een slachtoffer. Een veelgehoorde klacht is dat aangevers niets meer horen na het doen van aangifte. Informeren over de voortgang na een aangifte is een punt waar de Politie Utrecht op dit moment hard aan werkt.
De nieuwe gebiedsindeling van de stad Utrecht. De wijkagent wordt nog belangrijker
Van aangifte naar opsporing Nadat de aangifte is opgenomen, wordt beoordeeld of er genoeg aanknopingspunten zijn om een onderzoek te kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld een signalement of een (deel van een) kenteken. Dit heet ‘opsporingsindicatie’: zijn er sporen van de dader, of zijn er getuigen bekend met wie de politie verder kan om de dader te vinden? Aangifte doen heeft zin Als er geen opsporingsindicatie is, is aangifte doen toch zinvol. Signaleert de politie aan de hand van aangiften bijvoorbeeld een toename van autoinbraken in een wijk, dan kan er extra worden gepost of gesurveilleerd. Met een aangifte kan de politie ook makkelijker gestolen goederen koppelen aan de rechtmatige eigenaar.
22 Duizenden euro’s voor goed idee
Na de behandeling en dan... Het Algemeen Maatschappelijk Werk breidt haar aanbod uit met psychosociale- en materiële begeleiding bij kanker. De diagnose kanker zet de wereld op z’n kop. Niets in het leven lijkt meer vanzelfsprekend. Op lichamelijk, emotioneel en sociaal gebied gebeurt er veel met u en uw naasten. Tijdens de periode van behandelingen en beslissingen nemen, heeft u nauwelijks tijd
om stil te staan bij de betekenis van deze diagnose. En dan..................... Allerlei emoties van verdriet, angst, hoop, wanhoop, boosheid, gevoelens van machteloosheid, kunnen zo heftig en langdurig zijn dat deze u, of uw naasten, belemmeren in het leven van alledag, aangaande bijvoorbeeld uw contacten met anderen, werk of uw financiële zaken.
Het is dan goed om bij het verwerken van deze ervaringen professionele hulp te zoeken. Voor aanmelding en een intakegesprek: contactpersoon: Clasine Smit. Geregistreerd bij de Nederlandse Vereniging Psychosociale Oncologie Telefoon: 030-2758300 ( tot 13.00 uur). Actuele informatie over het aanbod van Cumulus Welzijn vindt u op www.cumuluswelzijn.nl
De Kinderraadsvergadering van 2008 staat weer voor de deur. In de derde week van oktober zijn in de hele stad, en dus ook de Binnenstad, alle scholen weer bezocht door de kinderbegeleiders van de kinderraad. Ze maakten hun ronde om te vertellen wat de bedoeling van de Kinderraadsvergadering is. De Kinderraadsvergadering 2008 is een gemeentelijk initiatief waarbij de kinderen uit de groepen 7 en 8 uit alle tien wijken van Utrecht hun mening kunnen geven over wat zij aan veiligheid en welzijn belangrijk vinden en wat zij willen veranderen in hun wijk. Elke wijk heeft een eigen kinderbegeleider, zo ook de Binnenstad, die de kinderen informeert en begeleidt tijdens dit project. De kinderbegeleiders delen formulieren uit waar de kinderen hun idee voor hun wijk op kunnen schrijven en tekenen. Vervolgens worden al deze tekeningen verzameld en wordt hiernaar kritisch gekeken door een select groepje kinderen uit de scholen van de Binnenstad. Daarna gaan die kinderen het idee in de vorm van een liedje of een toneelstukje uitvoeren tijdens de wijkvoorronde, die gehouden wordt in februari, in speeltuin de Kleine Dom. Hier wordt het beste idee door de kinderen van de Binnenstad uitgekozen dat de wijk gaat vertegenwoordigen bij de finale op 16 april. Daarbij strijden alle wijken tegen elkaar voor het beste idee. Hier kiezen de kinderen zelf op democratische manier, onder leiding van de gemeenteraad, welk plan aanspraak kan maken op de prijs van � 20.000 om dit plan realiseerbaar te krijgen.
23
Politiek
Overlast hooguit af en toe Het blijft waarschijnlijk een eeuwig dilemma: Binnenstad en horeca kunnen niet altijd mét maar ook niet zonder elkaar. De Binnenstad is mede aantrekkelijk omdat er leuke cafétjes zijn, liefst met een terras in de zon. Dat geeft nu juist die extra sfeer aan het wonen. Maar ook de vele kleine restaurants blijven plezierig, zowel voor de bezoekers als voor de bewoners zelf. Hierdoor ontstaat die gezellige sfeer die je blijkbaar alleen in oude centra vindt. Als ik op zondagochtend m’n balkondeuren openzet en de kopjes hoor rinkelen bij het café aan de overkant, dan voel ik me erg thuis. Maar ja, er is altijd een maar. Soms kan het ook teveel zijn. Is de overlast niet meer af en toe, maar regelmatig. En is er over en weer tussen bewoners en bezoekers of tussen bewoners en horecaondernemers geen balans meer. En dat is nu precies wat we woensdagavond 26 september hebben besproken op de halfjaarlijkse raadsbijeenkomst in de Binnenstad. Ik merkte dat er helemaal niet zo’n grote kloof hoeft te ontstaan tussen bewoners en horecamensen. Het is net als in de gewone wereld,
Ruim aanbod horeca belangrijk voor stad Helaas loopt Utrecht op het gebied van horeca-aanbod achter op andere grote steden. Utrecht zal dus snel een inhaalslag moeten maken. In deze raadsperiode heeft de VVD zich vaak hard gemaakt voor een kwaliteitsimpuls voor de Utrechtse Binnenstad. Zo wil de VVD dat de pleinen in de stad snel opgeknapt worden en vinden wij het belangrijk dat er
als je echt met elkaar blijft praten en gezamenlijk naar uitwerkingen en oplossingen zoekt, kom je er vrijwel altijd uit. De bewoners van de Binnenstad zijn echt de beroerdsten niet en kunnen wat hebben. Maar soms is het teveel. En als er dan midden in de nacht toestanden zijn, moet de politie gewoon komen en ingrijpen en niet zeuren dat het niet belangrijk genoeg is! En het is een taak van de gemeente om erop toe te zien dat dat adequaat gebeurt. Ja, ook midden in de nacht. En ook de horeca-exploitant moet daarover geïnformeerd worden en zijn maatregelen nemen overlast te voorkomen. Niet volplempen Wat kan je er als gemeenteraad aan doen? De hele Binnenstad niet willen volplempen met horeca en stukken van die oude stad horecavrij houden, zoals delen van de Oudegracht. Anders kunnen we door de terrasstoeljes onze mooie werven niet eens meer zien. Maar ook erop toezien dat uitbaters van horecavoorzieningen van onbesproken gedrag zijn, door toepassing van de wet Bibob. En, zorgvuldig de mogelijkheden scheppen dat je de lusten en de lasten over de stad verdeelt. Dus ook in andere wijken bestemmingen creëren voor horecavoorzieningen. Dit alles is verwoord in het nieuwe Ontwikkelingskader Horeca, waarvan u met deze link een digitale versie kunt ophalen: www.utrecht.nl/horecaloket Salóme Willemsen een ruim aanbod van horeca is voor een bredere doelgroep dan alleen studenten en winkelend publiek. Dit past ook goed bij de ambitie van de stad om in 2018 culturele hoofdstad te worden. De VVD is erg tevreden dat het Ontwikkelingskader Horeca meer ruimte biedt aan de horeca. Ook wordt een belangrijke stap gezet in een verbeterde samenwerking tussen gemeente en ondernemers. Het wordt horeca-ondernemers makkelijker gemaakt zich te vestigen, doordat de gemeente proactief zal meewerken. De VVD hoopt dat dit initiatief doorzet, zodat er een structureel samenwerkingsverband ontstaat tussen ondernemers en de gemeente. Een samenwerking waar-
Scherp zijn op klachten De ChristenUnie denkt niet dat we de overlast van de horeca helemaal weg kunnen krijgen. Maar inzetten op meer en/of betere handhaving dat willen we. Een stevige aanpak van bezoekers en ondernemers die de regels overtreden. Juist daarom willen we dat Utrecht mee doet aan de pilot Toezicht Drank- en Horecawet. De ministeries van Binnenlandse Zaken en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, zullen binnenkort de gemeentes aanwijzen waar de pilot van start mag gaan. Als Utrecht er bij is, krijgen we extra toezichthouders die bijvoorbeeld de leeftijdsgrenzen bij de horeca controleren. Verscheidene partijen in de raad sloten zich aan bij ons idee. Wij hopen dat we met de pilot een stapje in de goede richting zetten. Bij het drankgebruik van jongeren ligt de verantwoordelijkheid niet alleen bij de overheid. Ouders en ondernemers moeten juist hierin het voortouw nemen. Gelukkig horen we ook met regelmaat van ondernemers die juist wel alles in het werk stellen om overlast te voorkomen. Zij geven aan dat het nog gebeurt dat omwonenden niet vertellen welke klachten ze hebben. Onze conclusie: de raad moet aan de slag blijven met de handhaving, de ondernemers moeten scherp zijn op klachten uit de buurt en de Binnenstadsbewoners moeten de telefoon grijpen als er klachten zijn. binnen ondernemers bijvoorbeeld voor een belangrijk deel bepalen hoe het beheer van de Binnenstad moet worden vormgegeven. Een ruimer aanbod van horecagelegenheden brengt natuurlijk ook verantwoordelijkheden met zich mee. Uitbreiding mag natuurlijk niet gepaard gaan met overmatige overlast, noch voor omwonenden noch voor het uitgaanspubliek zelf. Daarom is het van belang dat de ruimtelijke procedure bij het vestigen van een horecagelegenheid gewoon gevolgd wordt. Ook wordt door maatregelen, zoals het cameratoezicht in de Binnenstad en de aanwezigheid van blauw op straat, de veiligheid vergroot.
Handhaven Op een herfstige woensdagavond tijdens een bijeenkomst ‘gemeenteraad in de wijk‘ was de nieuwe horecanota onderwerp van gesprek met Binnenstadsbewoners en horecaondernemers. GroenLinks was er bij. Uit die bijeenkomst kwam een eenduidig beeld naar voren. De bewoners hebben geen probleem met horeca, maar missen de handhaving. Overlast kan voorkomen, maar bij excessen moet opgetreden worden. Er wordt nu nog te weinig opgetreden tegen: oprukkende (illegale) terrassen, wild plassen en fietsen de gracht ingooien. Vanaf 1 januari zal de controle en handhaving niet meer onder de politie vallen, maar rechtstreeks een taak van de gemeente worden. GroenLinks vindt dat er dan zeker serieus werk van gemaakt moet worden. GroenLinks kiest, net als veel bewoners, voor handhaving die gebeurt door mensen; toezicht met camera’s werkt niet. Hierdoor blijft de Binnenstad bruisend en levendig met vele cafés, restaurants, clubs en terrassen, maar waar ook gehandhaafd wordt als dat nodig is. GroenLinks fractie, telefoon: 030 2861122, email: groenlinks@utrecht. nl, website: www.groenlinksutrecht.nl.
Strikte voorwaarden Het CDA heeft een duidelijke visie op het centrum van Utrecht. Aan de ene kant wil het CDA dat het in de Binnenstad voor bewoners rustig wonen is en aan de andere kant hecht de fractie veel belang aan bedrijvigheid en vitaliteit in het centrum. De Binnenstad moet bewoonbaar blijven, maar ondernemers moeten ook de kans krijgen om te ondernemen. Bij de bespreking van de horecanota stond dit streven voor het CDA voorop. Het CDA wil geen ongecontroleerde uitbreiding van het aantal horecagelegenheden en daarom moeten de criteria voor vestiging en uitbreiding strikt worden toegepast. De fractie heeft daarom het belang van een evaluatiemoment van de ingaande horecanota benadrukt. Bij deze evaluatie kan de fractie dan nog met eventuele wijzigingsvoorstellen komen. Uw genoegens en ongenoegens nemen we uiteraard graag in deze evaluatie mee. Mailt u hiervoor naar
[email protected]
burengroet dagelijks ontrolt de ochtend een eender ritueel opstaan wassen aankleden tassen deur op slot dan buiten lopend kijk ik naar de overkant zwaaiende hand omlijst door erkerrand de overbuurman met een lach begroet hij mij in de nieuwe dag groet vast onderdeel in dagelijks eender kostbaar ritueel Oeke Kruythof
Herenbrug met kerst klaar Stadswerken verwacht dat het groot onderhoud aan de Herenbrug voor de kerst voltooid is. De brug is eind oktober afgesloten voor alle verkeer. Het hekwerk wordt het ogenblik in samenspraak met de monumentendienst hersteld in de smederij. De betonnen laag, die een beetje ‘koekachtig’was, wordt vervangen door een nieuwe met een bitumen afdekking, zoals bij de werfkelders. Tenslotte komt er een klinkerbestrating. Over de pasopgeknapte Maliebrug, die normaal alleen voor fietsers en voetgangers is, mag tijdelijk het autoverkeer stadsinwaarts. Stadswerken heeft vergeten de buurt in te lichten over de afsluiting.
Gedreven hobbyist Nieuwegrachtbewoner Gerard Noordanus is hotelier in ruste, maar stilzitten is niets voor hem. ‘Ik moet altijd wat te doen hebben om van de straat te blijven’. Eén van zijn bezigheden is het aansturen van buurtgenoten, die elke maand de gracht vegen. Hij maakt de dienstroosters, die hij rondzendt met mooie begeleidende brieven. Een andere hobby is restaureren. Jaren geleden, toen hij nog in zijn vorige huis woonde, kocht hij een oude Utrechtse tentwagen, die dringend zeer groot onderhoud nodig had. De wielen gingen er af, en de wagen kwam op balken in de huiskamer te staan. Vrienden werden opgeroepen om te helpen met schuren, want de kar stond wel erg in de weg. Niettemin duurde het project nog acht maanden. Gerards vrouw Puck weet wat het is om een gedreven man te hebben. Half leeggelopen ballon In april kwam hij langs de oude rechtbank in de Hamburgerstraat, juist op
het moment dat een heftruck met zijn schop de lantaren op de rechter pijler bij het hek ramde. De klap kwam hard aan. ‘Hij hing er bij als een half leeggelopen ballon. Het was een droevig gezicht.’ Ook aan de vijf andere lantarens op het voorterrein mankeerde wel het een en ander, zag hij onmiddellijk. ‘Wat gaan jullie doen met die kapotte lampen?’, vroeg hij aan de uitvoerder. Toen bleek dat er nog niet echt over was nagedacht, bood Noordanus aan ze te restaureren. Tot eind september wilde hij het zonder garantie proberen. Alleen de onkosten zou hij in rekening brengen. En zo gingen de zes lantarens in het vrachtautotje van de oud-hotelier naar het Zuidhollandse Langeraar, waar hij tegenwoordig een tweede huis met een grote werkplaats heeft. Acetyleenlassen In het Utrechts Archief vond hij oude tekeningen van het voorterrein van de rechtbank. De twee lantarens bij de ingang van het hek stonden er al in
1853, zag hij. Ze moeten toen op gas of olie hebben gebrand. De andere vier zijn van latere datum. De klus die hij had aangenomen bleek verre van eenvoudig.’Een geluk dat ik in een grijs verleden een cursus acetyleenlassen heb gedaan. Dat kwam nu goed uit. Ik moest het heel voorzichtig doen, want het is materiaal waar je zo doorheen brandt.’ Hij schat dat hij er zo’n veertien dagdelen mee bezig was. De redacteur van de Binnenstadskrant wilde graag het resultaat zien, en daarom gingen de lampen richting Nieuwegracht, waar ze in de huiskamer van het echtpaar Noordanus werden neergelegd. De fotograaf kon ze daar niet goed genoeg naar zijn zin op de foto krijgen. ‘Waar dan wel?, vroeg Noordanus. ‘In mijn studio’, zei de fotograaf, en dus gingen de lantarens opnieuw op transport. Twee zijn er tenslotte voor de foto gebruikt. Straks staan ze weer in volle luister op het rechtbankterrein. Noordanus: ‘Ik vind het lollig. Emotioneel zijn het mijn lampen geworden’. (©)Sjaak Ramakers