PED-bel09
PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BSO ONS HUIS pagina 1 van 5 Interne referentie OHB: PED-bel01 Pedagogisch beleid, PED-bel 33 Handvest Kinderinspraak, PED-pro01 t/m 17, PED-wi10 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Procesverantwoordelijke: locatiehoofd Ons Huis
1.
WIE ZIJN WIJ BIJ BSO ONS HUIS BSO Ons Huis bestaat uit 2 stamgroepen: Binnenstebuiten en Escape. Beide groepen hebben per dag plaats voor 20 kinderen van 7-10 jaar. Er werken 4 pedagogisch medewerkers, eventueel aangevuld met een stagiair(e). De pedagogisch medewerkers van BSO Ons Huis streven ernaar elk kind een plaats te bieden waar het zichzelf kan zijn en sociale contacten kan opbouwen met de andere kinderen. We zorgen voor een warme sfeer zodat kinderen zich veilig voelen en zich thuis op de BSO. Op BSO Ons Huis werken we met een open deuren beleid. Dit wil zeggen dat de kinderen eten, drinken en hun verjaardagen vieren op de eigen stamgroep. Verder zijn de kinderen vrij om overal in het centrum te spelen. De centrale ruimte is de huiskamer, hier is een leeshoek, tv-hoek, bankstellen om lekker op te nestelen en hier wordt op woensdag, vrijdag en in vakanties gegeten. Er wordt niet gerend in de huiskamer, rennen doen we lekker buiten. Buiten hebben wij een groot en een klein plein tot onze beschikking om te spelen. Als het donker wordt, mogen de kinderen alleen nog maar op het kleine plein spelen en wordt het grote plein afgesloten. Op beide groepen werken we met kinderparticipatie. Dit houdt in dat de kinderen mee mogen denken over wat er gedaan wordt op de groep, zoals bedenken van leuke uitjes voor de vakantie. En kinderen denken mee over de regels voor de groep. Op de gang hangt er een ideeënbus voor de kinderen om hun wensen en verlangens bekend kunnen maken. Op de BSO wordt gewerkt volgens het algemeen Pedagogisch Beleid. Belangrijk hieruit vinden wij dat ieder kind uniek is en dat het karakter en persoonlijkheid van een kind mede bepalend voor de manier waarop en het tempo waarin het kind zich ontwikkelt. We vinden het belangrijk dat de kinderen opgroeien als zelfstandige evenwichtige en weerbare mensen, die met respect voor anderen en in staat zijn om keuzes te maken. En we willen dat kinderen met plezier naar de BSO komen.
2.
DE PEDAGOGISCHE PRAKTIJK Kinderopvang moet bijdragen aan een gezonde en goede ontwikkeling van kinderen in een veilige omgeving. In de wet Kinderopvang zijn vier opvoedingsdoelen geformuleerd. De werkwijze van Ons Huis is uitgewerkt aan de hand van deze vier opvoedingsdoelen: emotionele veiligheid, persoonlijke competenties, sociale competenties en het overdragen van waarden en normen. Emotionele veiligheid Het belangrijkste van BSO Ons Huis op dit gebied is dat we een veilige en respectvolle sfeer creëren door kinderen aandacht te geven en duidelijke regels af te spreken. We hebben aandacht voor de ontwikkeling van de kinderen en stimuleren hen hierin. We geven kinderen de ruimte om dat in eigen tempo te doen, binnen het kaders van onze gedragsregels en huisregels. We hebben de gedragsregels samen met de kinderen opgesteld. Deze gedragsregels i.v.m. emotionele veiligheid zijn o.a.: Je maakt geen opmerkingen die anderen kunnen kwetsen. Je hebt en toont respect voor elkaar en elkaars mening. Je laat anderen uitpraten. Je fluistert niet in gezelschap. Je houd je aan de overige huisregels. Je helpt elkaar. Je houdt rekening met elkaar. Je probeert eerst zelf problemen op te lossen, lukt dit niet dan vraag je hulp.
auteur
portefeuillehouder a.vermeulen
autorisatie dir o.bakker
geldig m.i.v. 08-04-2014
versie nr. 3
PED-bel09
PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BSO ONS HUIS pagina 2 van 5 Interne referentie OHB: PED-bel01 Pedagogisch beleid, PED-bel 33 Handvest Kinderinspraak, PED-pro01 t/m 17, PED-wi10 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Procesverantwoordelijke: locatiehoofd Ons Huis
Bijv.: een groepsgenootje doet iets wat jij niet leuk vindt, je zegt dan bijv. ‘stop, hou op. Áls de ander doorgaat, herhaal je dit: stop ermee, ik vind het niet leuk! Als de ander dan nog steeds doorgaat roep je de hulp in van de pedagogisch medewerker Aandacht voor wennen op een nieuwe groep Na een intakegesprek met de ouder nodigen we het kind uit om een middagje mee te draaien op de groep. We maken het kind wegwijs in de BSO: bijv. daar kun je je jas en tas ophangen, daar kun je drinken en een cracker of rijstwafel pakken. Dan introduceren we het kind bij de andere kinderen in de groep. Een aantal kinderen geeft dan een rondleiding. Wij betrekken het nieuwe kind bij de activiteiten. De groepsleiding houdt het kind extra in het oog en zorgt voor aansluiting bij groepjes als het kind daar nog wat moeite meer heeft. Na 3 maanden is er met de ouder(s) een evaluatieen voortgangsgesprek. Identiteit Wij geven kinderen de ruimte om hun eigen identiteit te ontwikkelen. Dit doen wij bijv. door ruimte te geven aan eigen initiatieven van de kinderen, zoals zelfverzonnen toneelstukjes, waar met elkaar naar kijken. We benaderen kinderen positief als ze interesse hebben in een bepaald onderwerp en brengen dit ook zo naar andere kinderen. Bijvoorbeeld: ’leuk dat jij zo veel van natuur af weet’. Wij nemen gevoelens van blijdschap, verdriet, etc. serieus. We verwoorden gevoelens, bijv. ‘wat zie jij er blij uit, heb je een leuke dag gehad?’. Als een kind agressief of verdrietig is kalmeren we het kind door het kind bijv. oogcontact te maken, het kind toe te spreken of te omarmen, maar soms ook door het kind juist even rustig tot zichzelf te laten komen. Dit is afhankelijk van het kind zelf. Wij geven aandacht aan ingrijpende gebeurtenissen in het leven van het kind. Bijv. door een geboortekaartje te maken als er een broertje of zusje is geboren. En we praten met de kinderen als er iets naars of juist iets leuks gebeurd is. Als het iets heel heftigs is nemen we het kind apart en besteden er aandacht aan, als het kind hier voor open staat. Desgewenst kan er een groepsgesprek plaats vinden op verzoek van het kind en/of de ouders. Wij hebben aandacht voor lichaamstaal en het 'lezen' (inleven, invoelen, begrijpen) van kinderen, maar we zijn er alert op dat we niet te snel invullen Individuele aandacht geven we ook door het geven van complimentjes en door kinderen te knuffelen. We streven ernaar dat alle kinderen zich thuis voelen bij ons. Als kinderen teruggetrokken zijn, er erg moe uitzien of ziek zijn, tonen we belangstelling, we vragen wat er is. We staan open voor kinderen als ze met verhalen naar ons toe komen. We veroordelen kinderen niet. Ieder kind moet zichzelf kunnen zijn. Dus we laten hen ook met rust als ze ergens niet over willen praten. Wij hebben aandacht voor de ontwikkeling van het kind en stimuleren hen hierin. Bijvoorbeeld: kan het kind al alleen van school naar de BSO fietsen of moet het door de leiding opgehaald worden? We veroordelen kinderen niet als ze anders zijn. Door het kind te accepteren bieden we het kind veiligheid. We leren ook de kinderen om anderen te accepteren en niet te veroordelen. Pestgedrag accepteren wij niet. Persoonlijke competenties Bij het ontwikkelen van persoonlijke competenties spelen we zo veel mogelijk in op de behoeften van de kinderen. We doen dat door aan te sluiten bij dat wat er bij de kinderen zelf leeft. De belangrijkste punten t.a.v. het ontwikkelen van persoonlijke competenties zijn: een uitdagend activiteitenaanbod realiseren kinderen stimuleren hun eigen interesses te ontwikkelen en kinderen ondersteunen bij het weerbaar worden en conflicten oplossen. Een uitdagend activiteiten aanbod auteur
portefeuillehouder a.vermeulen
autorisatie dir o.bakker
geldig m.i.v. 08-04-2014
versie nr. 3
PED-bel09
PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BSO ONS HUIS pagina 3 van 5 Interne referentie OHB: PED-bel01 Pedagogisch beleid, PED-bel 33 Handvest Kinderinspraak, PED-pro01 t/m 17, PED-wi10 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Procesverantwoordelijke: locatiehoofd Ons Huis
We zorgen bij de inrichting van de binnenruimte dat er verschillende hoeken zijn met verschillende soorten spelmateriaal, zoals een leeshoek, knutselruimte, bouwhoek, enzovoort. Door het zien van het materiaal komen kinderen op ideeën, bijv. dat je met wol kunt vinger-breien,. We stimuleren activiteiten als knutselen, koken, schminken, gezelschapsspelletjes spelen, de Wii, kapla, en toneelspelen. En we maken uitstapjes, bijvoorbeeld naar het Maïsdoolhof, het Watermuseum of naar een boerderij, we gaan zwemmen, bowlen, naar de bioscoop of picknicken in het park. Wij bieden mogelijkheden voor de ontwikkeling van de motoriek en moedigen kinderen aan hun motorische vaardigheden te vergroten. Dit doen we door het aanbieden van activiteiten zoals voetballen, buitenspelen en skaten. Het spelmateriaal is aangepast aan de leeftijd van de kinderen. Taal ontwikkeling Op de BSO spreken we Nederlands, ook met de kinderen van buitenlandse afkomst. Wij tolereren alleen acceptabel woord gebruik. We bevorderen de taalontwikkeling door liedjes te maken, moppen te vertellen, en woordspelletjes. Zo nodig corrigeren we kinderen bij de zinsopbouw of verkeerd uitgesproken of geschreven woorden. Zelfredzaamheid Wij helpen de kinderen om hun zelfvertrouwen te ontwikkelen door hen te stimuleren, te waarderen en te complimenteren. Hierdoor krijgen de kinderen een groter gevoel voor zelfredzaamheid en dragen dit ook uit. Wij leren kinderen zelf conflicten op te lossen en assertief te zijn Wij moedigen kinderen aan dingen uit te spreken, bijvoorbeeld: “heb jij ook tegen Moreen gezegd dat je dat vervelend vindt?” Ons motto hierin is: eerst elkaar aanspreken, en het proberen zelf op te lossen. Als dat niet lukt kom je naar de pedagogisch medewerkers. Wij zijn alert op pestgedrag en maken dit bespreekbaar. Creatieve ontwikkeling Wij luisteren naar wat kinderen willen en spelen hier op in. Kinderen mogen (bijna) alle creatieve materialen zelf pakken en gebruiken op de manier die zij willen en zij krijgen de vrijheid om hun eigen ideeën in een activiteit uit te werken. Als een kind bijvoorbeeld een verjaardagskaart wil maken, gaan wij samen kijken welke materialen we daarvoor hebben. Wij moedigen de kinderen aan om nieuwe interesses en hobby’s te ontwikkelen. Door zoveel mogelijk verschillende activiteiten aan te bieden, kunnen kinderen ontdekken wat ze leuk vinden en waar hun interesses liggen. Er is aandacht voor evenwicht tussen groepsactiviteiten en individuele activiteiten. Feestdagen en speciale evenementen zoals uitstapjes en zwemmen, doen we als groepsactiviteit, maar wij bieden kinderen ook individuele activiteiten aan waar ze uit kunnen kiezen. Seksuele ontwikkeling Voor met name de kinderen van 8 jaar en ouder is dit een heel leuk en ook spannend onderwerp. De kinderen zitten vaak vol vragen en vinden het soms te spannend om deze aan hun ouders te stellen. Hierdoor zijn wij een vraagbaak voor de kinderen. We praten openlijk over seks en hebben boeken met seksuele voorlichting die de kinderen zelf kunnen pakken. Een open houding vinden wij belangrijk. We stellen wel grenzen. We geven uitleg als daar om wordt gevraagd, passend bij de leeftijd van de kinderen. Sociale competenties De speerpunten op het gebied van sociale competenties zijn: Een evenwichtige verdeling van aandacht voor de groep en voor het individuele kind.. Elk kind is uniek en wij houden rekening met de eigenheid van elk kind. auteur
portefeuillehouder a.vermeulen
autorisatie dir o.bakker
geldig m.i.v. 08-04-2014
versie nr. 3
PED-bel09
PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BSO ONS HUIS pagina 4 van 5 Interne referentie OHB: PED-bel01 Pedagogisch beleid, PED-bel 33 Handvest Kinderinspraak, PED-pro01 t/m 17, PED-wi10 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Procesverantwoordelijke: locatiehoofd Ons Huis
Wij stimuleren samen spelen, samen delen, samenwerken en samen praten. Respect en waardering voor ieders mening vinden we belangrijk, ook als je niet met elkaar eens bent. Wij bieden kinderen geborgenheid en gezelligheid. We stimuleren de kinderen om samen dingen te doen en te delen, zowel speelgoed en boeken als plezier en verdriet. Factoren die de groepssfeer kunnen beïnvloeden, zoals het buitensluiten van een kind, pesten of onevenredig machtsverdeling brengen wij ter sprake. We leren kinderen zich in te leven in de ander en begrip te hebben voor de ander. We bespreken de problemen die zich voordoen en laten de kinderen inzien wat de gevolgen kunnen zijn van hun daden en proberen om hen in te laten zien wat het voor een ander kind betekent. We leren de kinderen dat iedereen anders is en dat iedereen gelijkwaardig is. Wij leggen de kinderen uit dat iedereen anders is; mensen zien er verschillend uit, hebben een eigen cultuur, een andere religie, andere normen en waarden. Maar alle kinderen hebben dezelfde rechten en plichten. Iedereen mag zijn eigen gevoelens en mening uitspreken, maar je moet wel rekening houden met de gevoelens van anderen. Bijvoorbeeld: Klaas vindt het heel raar dat Mohammed geen varkensvlees eet en wil hierdoor niet meer met hem spelen. Wij gaan Klaas uitleggen dat Mohammed vanwege zijn religie geen varkensvlees eet. En we vertellen dat dat niet raar of vreemd is omdat Mohammed uit een andere cultuur komt en dat we dat moeten respecteren. Wij organiseren dan bijv. voor de groep een culturele activiteit of we bereiden een (interculturele) maaltijd samen met de kinderen. Kinderen uit alle culturen krijgen de ruimte om te vertellen over hun eigen land, cultuur, geloof etc. -
Socialisatie op BSO Ons Huis
Grensoverschrijdend gedrag: We leggen de nadruk op gewenst gedrag en belonen dit ook. Maar als kinderen duidelijk de regels of grenzen overschrijden, gaan we na of de regels wel duidelijk zijn bij de kinderen. We kijken naar het kind en geven uitleg waarom die regels er zijn en waarom we willen dat ze nageleefd worden. Vaak confronteren we de kinderen ook met de gevolgen van hun eigen gedrag. Kinderen ervaren het als prettig wanneer regels en grenzen duidelijk zijn. We wijzen nooit het kind nooit af, maar zo nodig wel zijn/haar gedrag. We zeggen dan bijvoorbeeld “ik vind het niet goed wat jij nu doet” en geven daarbij uitleg waarom we het niet goed vinden. Soms is het mogelijk en ook beter om het juist even te laten en het negatieve gedrag te negeren. Na afloop volgt er altijd een gesprek met een pedagogisch medewerker. Voorbeelden van ongewenst en grensoverschrijdend gedrag zijn: Gewelddadig of agressief gedrag; als we merken dat er sprake is van gewelddadig of agressief gedrag, komen we tussen beide en praten er vervolgens over. Pesten word bij ons niet getolereerd; wanneer we merken dat er gepest wordt, praten we er met het kind, het groepje of de gehele groep over. Kinderopvang Wageningen hanteert een pestprotocol. Bij ongewenst gedrag geven we eerst uitleg waarom het ongewenst is. Bijv. “Jaap, ik vind het niet fijn dat jij Pien slaat, want je doet haar dan pijn”. We corrigeren het kind op die manier. Alleen als corrigeren niet helpt, kan straf volgen. We leren kinderen om mensen met lichamelijke of verstandelijke beperkingen te respecteren. Dat houdt in dat je kinderen die anders zijn, op welke manier dan ook, niet belachelijk maakt of kwetst. Wij corrigeren kinderen als zij hierover kwetsende opmerkingen maken. Wij gaan met hen in gesprek zodat ze zich beter kunnen inleven in de ander. Privacy auteur
portefeuillehouder a.vermeulen
autorisatie dir o.bakker
geldig m.i.v. 08-04-2014
versie nr. 3
PED-bel09
PEDAGOGISCHE WERKWIJZE BSO ONS HUIS pagina 5 van 5 Interne referentie OHB: PED-bel01 Pedagogisch beleid, PED-bel 33 Handvest Kinderinspraak, PED-pro01 t/m 17, PED-wi10 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Procesverantwoordelijke: locatiehoofd Ons Huis
Kinderen hebben ook behoefte aan privacy, we proberen tegemoet te komen aan die behoefte. In veel ruimtes staan de kinderen niet onder continu toezicht, ze kunnen zich ook eventueel terugtrekken. De pedagogisch medewerkers houden de kinderen wel in de gaten. Zo lopen zij regelmatig ruimten in of kijken even om de hoek van de deur of door het raam om te zien hoe het gaat. Gebruik van computers en Wii In de schoolweken mogen de kinderen 20 minuten per dag achter de computer of de Wii. Zij moeten zich hiervoor inschrijven bij de groepsleiding. Achterwacht regeling. We hanteren een achterwacht regeling wanneer er een kind niet uitschool is gekomen. We controleren de afmeldlijn, bellen naar school om na te gaan of het kind daar geweest is Wanneer dit geen resultaat heeft dan bellen we naar de ouders. Het komt nogal eens voor dat ouders vergeten een kind af te melden. Maar de Pedagogisch medewerker moet altijd nagaan waarom een kind er niet is wanneer het wel wordt verwacht. Ook als er sprake is van een calamiteit wordt er gebruik gemaakt van de achterwacht. Bij BSO Ons Huis is deze als volgt geregeld: Indien dan toepassing wordt er contact gelegd met het wijkcentrum. BSO ’t Melkhuisje wordt verwittigd. Indien van toepassing gaan de kinderen en groepsleiding naar deze locatie. Leidinggevende en assistent leidinggevende worden op de hoogte gebracht. Indien van toepassing wordt het servicebureau gebeld.
3.
EVALUATIE Evaluatie in het team Dit gebeurt tijdens het locatieoverleg en in de werkoverleggen. Het team heeft 1 x per maand locatie overleg. Hierbij zijn alle vaste medewerkers van BSO Ons Huis aanwezig en ook het locatiehoofd. Hierin wordt gesproken over de samenwerking tussen de groepen, met het locatiehoofd en andere locaties. Daarnaast is er 1x per maand werkoverleg. Hier in wordt besproken hoe het gaat op de groepen en met de kinderen in de groepen. In de werkoverleggen vinden ook de individuele kindbesprekingen plaats. De LOC De LOC komt ongeveer 7x per jaar bij elkaar, bespreekt de gang van zaken op de locatie en geeft eventueel adviezen over de gang van zaken. Het locatiehoofd neemt het advies mee naar het teamoverleg. Eventueel neemt het hoofd dit ook mee naar het Hoofdenoverleg en het MT.
auteur
portefeuillehouder a.vermeulen
autorisatie dir o.bakker
geldig m.i.v. 08-04-2014
versie nr. 3