Pedagogische werkwijze op de locatie Locatie: BSO NoordRijk opgemaakt d.d.: 21-01-2015 door: Danielle Alsemgeest, locatiemanager.
Omvang van de BSO en de samenstelling van de groepen Er kunnen maximaal 59 kinderen per dag worden opgevangen op BSO NoordRijk
De samenstelling van de groepen: Naam van de basisgroep De Jupiter De Saturnus De Komeet
Maximaal aantal kinderen op de groep 19 20 20
Horizontale/ verticale/ flexibele groep BSO BSO BSO
Leeftijdsindeling op de groep 4-13 4-13 4-13
Aantal vaste medewerkers op de groep per dag 2 2 2
De BSO groepen bevinden zich boven. De kinderen op de Komeet kunnen daar vijf dagen per week opgevangen worden. Op Jupiter komen de kinderen op dinsdag en donderdag. Saturnus is op maandag, dinsdag en donderdag geopend. Voorafgaand aan de dienst komen de pedagogisch medewerkers bijeen om het activiteitenaanbod te af te stemmen. Vervolgens starten de kinderen op hun eigen basisgroep. De kinderen kunnen op het activiteitenbord aangeven welke activiteit ze gaan doen. Door middel van een pasfoto van ieder kind wordt dit ook inzichtelijk.
Samenvoegen met andere groepen/locaties De kinderen van de BSO worden op vaste basisgroepen opgevangen. Hier hebben ze hun eet- en drinkmomenten. Tijdens het spelen zijn de kinderen vrij om ook op de andere groepen met hun vriendjes en vriendinnetjes te spelen. Er wordt dus gewerkt met een open deuren beleid. Op het verzoek van een ouder kan een kind tijdelijk (periode is vooraf bekend) in twee basisgroepen worden geplaatst. Tijdens de vakanties worden de kinderen van BSO De Banne, BSO Nogalwiedes en BSO uit Landsmeer opgevangen op IKC NoordRijk. Het rooster tijdens de vakanties wordt door de locatiemanagers samen afgestemd. Er wordt voor gezorgd dat er van iedere locatie een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is. Voor ouders en kinderen zorgt dit voor een bekend gezicht. De activiteiten die in de vakanties ondernomen worden, worden door de pedagogisch medewerkers van de 4 locaties, in afstemming met de kinderen samen bedacht en vorm gegeven. Wanneer er nieuwe kinderen komen tijdens de vakantie wordt deze meegenomen door een vaste pedagogisch medewerker om vanuit een veilige basis kennis te maken met de overige kinderen en personeelsleden. De ouders brengen hun kinderen zelf naar BSO NoordRijk.
Dagindeling Op onze locatie wordt er gewerkt met het boek 'Pedagogisch Actief'. In dit boek is het pedagogisch beleid van TintelTuin uitgewerkt in pedagogische acties en activiteiten. Het dagschema in dit boek is als basis gebruikt. Zo kan de pedagogisch medewerker door de dag heen
1
Pedagogische werkwijze op de locatie precies weten wat en hoe zij moet doen om te werken volgens het pedagogisch beleid van TintelTuin. De pedagogisch medewerker wordt hierbij ondersteund door een de locatiemanager. Globaal ziet een middag er als volgt uit: 14:30 uur: kinderen komen binnen 15:00 uur: tijd voor eten en drinken 15:15 uur: tijd voor vrij spel/begeleide activiteit 17:00 uur: tijd voor eten en drinken 18:30 uur: eind van de middag, kinderen worden gehaald In de vakantie is de dagindeling: Tussen 7.30 en 9.30 uur: binnenkomst kinderen Tussen 10.00 en 11.30 uur: vrij spel Tussen 11.30 en 12.30 uur: eten en drinken Tussen 12.30 en 15.30 uur: vrij spel / activiteiten binnen of buiten / uitstapje Tussen 15.30 en 16.30 uur: eten en drinken Tussen 16.30 en 17.30 uur: vrij spel Tussen 17.30 en 18.30 uur: eind van de middag kinderen worden gehaald. In vakanties kan ook de hele dag worden besteed aan een uitstapje. De volgorde van de onderdelen kan per groep of per situatie afwijken, bijvoorbeeld vrij spel/ begeleide activiteit. Bij wisseling in onderdelen wordt er gebruik gemaakt van overgangsmomenten. Rituelen nemen een belangrijke plaats in binnen het dagprogramma. Verder verwijzen wij hier naar de uitgewerkte pedagogische acties en de activiteiten in het boek 'Pedagogisch Actief” dat op elke groep aanwezig is.
Open deuren en groepsoverstijgende activiteiten Kinderen worden dagelijks bij aanvang van de BSO opgevangen op hun eigen basisgroep. Na de gezamenlijke dagopening mogen BSO kinderen zich verplaatsen over de groepen. Per groep bespreken de pedagogisch medewerkers onderling wie verantwoordelijk is voor het toezicht op deze momenten. Op de BSO kunnen de kinderen aangeven in welke ruimte ze willen spelen. De pedagogisch medewerkers en ouders weten in welke ruimte de kinderen aanwezig zijn. Kinderen met een zelfstandigheidscontract mogen zelfstandig buitenspelen. Ze geven dit echter altijd aan bij de pedagogisch medewerkers. De kinderen gaan tijdens de eet- en drinkmomenten terug naar hun basisgroep. Kinderen krijgen op BSO NoordRijk dagelijks een activiteitenaanbod. Dit aanbod wordt op het magneetborden opgehangen. IKC NoordRijk werkt volgens de principes van De Vreedzame School. In De Vreedzame School krijgen leerlingen een stem, mogen ze meedenken over allerlei zaken, krijgen ze verantwoordelijkheden. Bovendien leren kinderen op een positieve en zorgzame manier met elkaar om te gaan, en hoe je conflicten constructief kunt oplossen. Er worden aparte leerling mediatoren opgeleid die helpen bij het oplossen van conflicten.
2
Pedagogische werkwijze op de locatie Door de positieve effecten van De Vreedzame School ontstaat er in veel wijken belangstelling om het succes van De Vreedzame School door te trekken naar de wijk: De Vreedzame Wijk. Met deze verbreding wordt een eenduidige pedagogische aanpak ingevoerd in alle organisaties die in de wijk met kinderen in de basisschoolleeftijd werken. Kinderen leven in sommige wijken teveel van elkaar gescheiden werelden (school, thuis, straat). Door aan te sluiten bij de werkwijze van de scholen (gebruik van dezelfde begrippen, inspelen op de geleerde vaardigheden, zelfde pedagogische aanpak), zelfde wijze van omgaan met conflicten, zichtbaarheid van De Vreedzame School-principes, e.d.) worden de pedagogische milieus ‘aan elkaar geknoopt’, en wordt het voor de kinderen duidelijk dat er overal dezelfde verwachtingen worden gehanteerd en dezelfde regels en afspraken gelden.
Kind op andere groep Wanneer een kind op een andere groep komt, wegens een incidentele extra opvangdag, wordt de emotionele veiligheid geborgd door o.a.: het kind voor te stellen aan de pedagogisch medewerkers, de andere kinderen, de ruimte, de plaats waar spulletjes opgeborgen worden te laten zien en het kind actief uit te nodigen om deel te nemen in het vrije en georganiseerde spel.
Pedagogisch medewerkers en aanvullend personeel De personeelsinzet bij het begin en het einde van de dag en tijdens de pauze Op de BSO starten op maandag 5 pedagogisch medewerkers om 14.15 uur. Op dinsdag en donderdag starten er 6 pedagogisch medewerkers. Op woensdag start 1 BSO medewerker om 12.00 uur. Op vrijdag starten er 2 pedagogisch medewerkers om 14.15 uur. Op de maandag, dinsdag, donderdag voegen de groepen tussen 17.45 en 18.30 uur samen. Er blijven dan 2 pedagogisch medewerkers wanneer de kindbezetting dit toelaat. Om 18.30 uur gaan de pedagogisch medewerkers naar huis. Op de BSO kunnen de diensten tussen 7.30 en 18.30 uur naar gelang het aantal kinderen en pedagogisch medewerkers veranderen. Dit is afhankelijke van het aantal kinderen dat aanwezig is. De verhouding moet altijd zijn dat er een pedagogisch medewerker aanwezig is per 10 kinderen. Tijdens schoolvrije dagen of in de vakanties: 7.30 uur: start van de voorschoolse opvang. 8.30 uur: start 2e BSO dienst. 9.15 uur: start 3e BSO dienst. 16.30 uur: de pedagogisch medewerker van de voorschoolse opvang gaat naar huis. 18.30 uur: de 2e en de 3e BSO medewerker gaan naar huis. De pauze van de medewerkers is tussen 13.00 en 15.00 uur. Tijdens schooldagen op maandag, dinsdag en donderdag: 14.15 uur: 6 pedagogisch medewerkers starten met hun dienst. 17:30 uur: 2 pedagogisch medewerker gaan naar huis. 18.00 uur: 2 pedagogisch medewerkers gaan naar huis. 18.30 uur: 2 pedagogisch medewerkers gaan naar huis. Tijdens schooldagen op woensdag: 12.15 uur: 1 pedagogisch medewerker start met hun dienst.
3
Pedagogische werkwijze op de locatie 18.30 uur:
1 pedagogisch medewerker gaat naar huis.
Tijdens schooldagen op vrijdag: 14.15 uur: 2 pedagogisch medewerkers starten met hun dienst. 18.00 uur: 1 pedagogisch medewerker gaat naar huis. 18.30 uur: 1 pedagogisch medewerker gaat naar huis. De diensten worden aangepast op het aantal kinderen dat aanwezig is, zodat er niet langer dan een half uur wordt afgeweken van de pedagogisch medewerker–kind-ratio (PKR). * Tijdens schoolvrije dagen waarbij het kindaantal het toelaat om met 1 pedagogisch medewerker te werken, kan er gewerkt worden met 2 halve diensten. Hierbij is er geen pauze. * De pauzes van de medewerkers zullen tijdens de vakanties dagelijks worden vastgesteld. Hiermee houden we rekening met de PKR en het feit dat er tussen 12.30 en 15.00 maximaal 2 uur aaneengesloten mag worden afgeweken. Tijdens de pauzes zijn tenminste de helft van het aantal beroepskrachten op de groep aanwezig.
De achterwachtregeling van deze locatie Op BSO NoordRijk start en eindigt er minimaal 1 pedagogisch medewerker. De achterwacht van BSO NoordRijk tijdens de schoolweken is KDV NoordRijk. Dit is gevestigd op de begane grond van het gebouw. Hier zijn aan het begin en eind van de dag minimaal 2 pedagogisch medewerkers aanwezig. Dit geldt ook voor de vakantiedagen of schoolvrije dagen. Daarnaast is op de dinsdag, woensdag en donderdag ook de locatiemanager aanwezig op IKC NoordRijk. Wanneer op de maandag en/of vrijdag een locatiemanager nodig is, kan de BSO contact opnemen met de locatiemanager van KDV Johanna Margaretha. Zij is op deze dagen de achterwacht.
Wijze van informeren bij uitvallen van een vaste medewerker en/of andere medewerkers op de groep Wanneer pedagogisch medewerkers langdurig uitvallen worden ouders hiervan per nieuwsbrief op de hoogte gesteld. Wanneer een pedagogisch medewerker zich op korte termijn ziek meldt en er een medewerker uit de flexpool opgeroepen wordt dan vinden ouders dit terug op het white bord. Deze medewerker wordt aan het begin voorgesteld aan de kinderen. Aan het eind van de middag stelt de invalkracht zich voor aan de ouders. De vaste pedagogisch medewerkers informeren de ouders over de reden dat de invalkracht er is.
Vaste invalkrachten Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met vaste medewerkers uit de flexpool. Zeker voor diensten die langdurig open staan kan er een zogeheten ‘voorziene dienst’ worden aangevraagd. Dan wordt dezelfde medewerker gereserveerd voor deze diensten. Je kunt je voorkeur aangeven bij het aanvragen van een medewerker bij de flexpool.
Risico inventarisatie veiligheid en gezondheid
4
Pedagogische werkwijze op de locatie TintelTuin heeft richtlijnen opgesteld voor de veiligheid en hygiëne. BSO NoordRijk maakt risico-inventarisaties over deze onderwerpen. Vanuit deze inventarisaties maakt de locatiemanager vervolgens actieplannen die jaarlijks (indien nodig) worden aangepast en doorgevoerd in de praktijk. De geïnventariseerde risico’s en de daarbij behorende actieplannen en richtlijnen liggen ter inzage op de locatie. Deze risico’s gebruikt de locatiemanager bij het opstellen van de huisregels. Deze krijgen de ouders mee bij het intakegesprek.
Aanbod van materialen en activiteiten in specifieke ruimtes Binnenruimte en aanbod spelmateriaal en activiteiten Alle groepen beschikken over een eigen groepsruimte. Komeet en Jupiter liggen naast elkaar. De Saturnus ligt aan de overkant. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van de gang. Op de BSO werken we met diverse hoeken waar de kinderen zelfstandig kunnen spelen. Deze hoeken en het materiaal is gelabeld, zodat de kinderen deze zelfstandig kunnen gebruiken. Kinderen geven aan in welk hoek ze gaan spelen. Zo is het inzichtelijk voor ouders en pedagogisch medewerkers in welke ruimte de kinderen aan spelen zijn. Er wordt aandacht besteed aan de kinderparticipatie door de kinderen te betrekken bij de verzorging van de ruimte, het bereiden van de maaltijden, activiteiten, vakantie programma's, bestellijst maken voor nieuw materiaal e.d. Dagelijks worden er activiteiten aangeboden waar de kinderen aan deel kunnen nemen.
Buitenruimte en aanbod spelmateriaal en activiteiten Binnen IKC NoordRijk wordt gewerkt volgens het principe van De Vreedzame Wijk. Vanuit die visie is er een grote buitenruimte voor KDV, school, BSO en de buurt. Voor de BSO is er dus een omheinde speelplaats voor de kinderen in de leeftijd 4-13 jaar. Op het plein is een een klimtoestel, een waterbak met zand erom heen en een natuurspeeltuin gevestigd. Kinderen van het kinderdagverblijf, de school, de buitenschoolse opvang en de buurt worden op deze wijze uitgenodigd met elkaar te spelen. Er zijn op de buitenruimte diverse materialen voor de grove en fijne motoriek aanwezig. Regelmatig worden er groepsactiviteiten in de vorm van bewegingsspelen aangeboden, vaak afgestemd op het Themawerken. De buitenruimte is een open terrein waar de voor iedereen (volwassenen en kinderen van het IKC en uit de buurt) de volgende regels gelden: Iedereen is welkom in de speeltuin en we groeten elkaar. We gaan met een respectvolle manier met elkaar om. Als we ruzie hebben lossen we dat op door te praten met elkaar. We spreken elkaar beleefd aan. We gebruiken nooit geweld of dreigen daarmee. Slaan, schoppen, vechten. Als iemand je lastig valt vraag je hem te stoppen. Stop hou op- Lukt dat niet vraag dan hulp aan de IKC medewerker. We helpen anderen en elkaar om zich aan deze regels te houden. Balspelen doe je op het voetbalveld en niet in de speeltuin. Fietsen doen we op straat en niet in de speeltuin. We gebruiken geen alcohol of drugs en roken doen we buiten de hekken van het speelplein. We zorgen er voor dat de omgeving schoon en heel blijft, afval deponeren we in de prullenbak. We hebben respect voor de natuur.
5
Pedagogische werkwijze op de locatie
Spelen doen we samen, als je ergens mee wilt spelen en het is bezet maken we hier samen afspraken over. Kom je ergens niet uit? Voel je je niet veilig en kun je het niet zelf oplossen? Meld je dan bij de IKC medewerker.
Daarnaast zijn er door de medewerkers van IKC NoordRijk afspraken gemaakt over het gebruik van de speeltoestellen. De kinderen vanaf 4 jaar mogen gebruik maken van alle speeltoestellen. In de klimboom mogen niet meer dan 3 kinderen. Dit kunnen ze alleen proberen. Wanneer kinderen er in hun ontwikkeling niet aan toe zijn, is de ervaring dat ze de boom niet zullen beklimmen. Er mogen niet meer dan drie kinderen in de schommel. Ook dit toestel mogen ze zonder begeleiding gebruiken. Wanneer er kinderen op de fiets zitten en er wil een ander kind op, maken ze samen afspraken over hoeveel rondjes het kind nog gaat fietsen. Dit is 2 of 4 rondjes. Ten alle tijden is het van belang dat pedagogisch medewerkers goed zicht hebben op de verschillende speeltoestellen dit door zich verspreid op te stellen. Verder zijn er afspraken over het helpen en aanspreken van de kinderen die gebruik maken van de buitenruimte door de medewerkers. Er staan algemene regels (zie bovenstaande) bij het kantoor van Spin. De kinderen zijn hiervan op de hoogte. De bezoekers van de buitenruimte worden hier ook van op de hoogte gesteld. Wanneer kinderen en/of bezoekers geholpen willen worden, kan dit bij iedere willekeurige IKC medewerker. Wanneer iemand zich niet aan de regels houdt, wordt diegene daarop aangesproken. Dit kan door iedere IKC medewerker. Het kan dus voorkomen dat een kindje van de BSO aangesproken wordt door een pedagogisch medewerker van het KDV. In het zicht bij de pedagogisch medewerkers met aandacht voor de (emotionele) veiligheid Voor de kinderen naar buiten gaan, maken de pedagogisch medewerkers afspraken over de taken die een ieder heeft. De pedagogisch medewerkers bieden activiteiten aan en houden overzicht over het plein en de kinderen die niet meedoen aan een georganiseerde spelactiviteit. Bij het buitenspelen worden door de pedagogisch medewerkers zoveel mogelijk gerichte activiteiten met de kinderen gedaan, zodat zij betrokken zijn op hun leeftijdsgenootjes tijdens het buitenspelen. Ook zorgt het voor verbinding tussen de kinderen van school en/of de buurt. Veel kinderen komen kijken bij de activiteiten van de pedagogisch medewerkers. De medewerker van Spin kan ook een activiteit organiseren. De kinderen van de BSO kunnen hier ook bij aansluiten. De pedagogisch medewerker van de BSO is hier dan van op de hoogte en weet waar de kinderen zijn. De buitenruimte biedt voor de kinderen een mogelijkheid om hun persoonlijke competenties te ontwikkelen. De kinderen kunnen zich persoonlijk ontwikkelen door de speeltoestellen die er aanwezig zijn. Ze kunnen klimmen op het speelhuis. Dit kan op verschillende manieren waardoor ze hun grenzen kunnen ontdekken en verruimen. Daarnaast zijn er bomen aanwezig waar kinderen in kunnen klimmen. Ook dit biedt kinderen de mogelijkheid om zichzelf te ontwikkelen en uit te dagen. Verder bieden de boomstronkjes mogelijkheden tot de ontwikkeling van hun motorische vaardigheden. Het water uit de waterpomp verruimt de sensopatische vaardigheden. Kortom veel mogelijkheden om zich persoonlijk te ontwikkelen. Naast de persoonlijke competenties is er ook een mogelijkheid om de sociale competenties te ontwikkelen. De buitenspeelplaats is toegankelijk voor iedereen. Dit draagt er toe bij dat de kinderen van de BSO in contact
6
Pedagogische werkwijze op de locatie komen met de kinderen uit de buurt. Zij zullen samen spelen, samen het speelgoed delen en samen naar oplossingen moeten zoeken bij conflicten. Hierbij zijn kinderen zich er van bewust dat ze rekening moeten houden met elkaar. Daarnaast weten ze ook dat er toezicht gehouden wordt door verschillende IKC medewerkers. Kinderen die nog geen zelfstandigheidscontract hebben (de kleinsten) gaan samen met een pedagogisch medewerker naar buiten. Kinderen die een zelfstandigheidscontract hebben mogen zelfstandig naar buiten. Daarbij dragen ook zij een hesje met het NoordRijk logo. Zij hebben afspraken met hun ouders en de pedagogisch medewerkers. Wanneer iedereen buiten is sluiten zij aan bij de activiteiten.
Pedagogisch beleid BSO NoordRijk handelt volgens het pedagogisch beleid van TintelTuin. Het pedagogisch beleid van TintelTuin is in te zien op de locatie, en beschikbaar op de website www.tinteltuin.nl In het pedagogische beleid worden de vier competenties met concrete voorbeelden beschreven, het betreft de competenties: - emotionele veiligheid - persoonlijke competentie - sociale competentie - overdracht van normen en waarden
Pedagogisch Actief Het pedagogisch beleid van TintelTuin is voor pedagogisch medewerkers concreet gemaakt en uitgewerkt in pedagogische acties en activiteiten. Er wordt voor een aantal belangrijke momenten gedurende de dag (zoals binnenkomst, vrij spel, activiteiten) precies beschreven wat je doet, en hoe je dat doet als pedagogisch medewerker. Ook de handelswijze van de pedagogisch medewerkers met betrekking tot het wennen is op deze wijze concreet gemaakt als pedagogische actie. Het boek Pedagogisch Actief is in te zien op de locatie. Belangrijke zaken voor ouders over het wennen kunt u lezen in het informatieboekje. Dit is in te zien op de website tinteltuin.nl onder het kopje Informatie.
Activiteiten We vinden het belangrijk dat onze activiteiten aansluiten bij de interesses en belangstelling van kinderen. Tegelijkertijd willen we ze uitdagen om hun grenzen te verleggen, hun mogelijkheden te leren kennen en kennis te maken met activiteiten of materialen die zij zelf misschien (nog) niet zouden kiezen. We bieden een evenwichtig aanbod aan activiteiten, zodat kinderen de mogelijkheid krijgen om alle competenties te ontwikkelen. De 6 competenties zijn: 1. Emotionele competenties: Kijk, ik mag er zijn! Vertrouwen in jezelf en in anderen, omgaan en herkennen van gevoelens. 2. Sociale competenties: Kijk, we doen het samen! Het gevoel erbij te horen en verbondenheid met de groep, rekening houden met elkaars gevoelens,
7
Pedagogische werkwijze op de locatie samen spelen en elkaar helpen. 3. Expressieve en beeldende competenties: Kijk, ik kan dansen, zingen en iets maken! Het zich uiten in kleur, klank, geur, smaak, vorm of beweging. 4. Motorische en zintuiglijke competenties: Kijk, ik beweeg! / Kijk, ik ervaar en ontdek! Het plezier hebben in bewegen en het leren van vaardigheden. Rollen, lopen, dansen, balanceren, springen, fietsen (de grove motoriek). Tekenen, schrijven, kralen rijgen, oog-handcoördinatie (de fijne motoriek).Het opdoen van ervaring door middel van alle zintuigen: horen, zien, voelen, proeven en ruiken, (zintuiglijke competentie). 5. Cognitieve competenties: Kijk, ik voel, denk en ontdek! Het begrijpen en benoemen, leren van oorzaak-gevolg, ordenen en meten. 6. Taal en communicatieve competenties: Kijk, ik maak contact, luister, praat en begrijp! Het leren begrijpen en genieten van taal, benoemen, praten, zingen, lezen
8