VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 37 NUMMER 3 17 februari 2012
Psychosociale zorg bij kanker Foto: Eric Scholten
Het Radboud wil voor alle patiënten met kanker de psychosociale zorg verbeteren. Via de Lastmeter wordt in kaart gebracht welke praktische, emotionele, spirituele en lichamelijke problemen zij ervaren. Indien gewenst, wordt passende zorg geboden. G i j s M unnic h s
geïntroduceerd. Met deze checklist kun je scoren welke praktische, emotio nele, spirituele en lichamelijke problemen iemand met kanker ervaart. Het Radboud Universitair Centrum voor Oncologie (RUCO) wil voor alle volwassen patiënten met kanker de Lastmeter inzetten. ‘De implementatie is in volle gang’, vertelt Anke Merkx, adviseur PVI. ‘Voor tien soorten kanker is de Lastmeter inmiddels in gebruik, onder meer voor longkanker, sarcomen en lymfomen. Er zijn zo’n vijftig verpleegkundigen uit de verschillende oncologische ketens getraind om dit instrument goed te gebruiken. Zij hebben daarbij een training gespreksvaardigheden gevolgd, om goed uit te diepen welke problemen patiënten precies ervaren.’
Luisterend oor De diagnose kanker is zeer ingrijpend. ‘Ziekenhuizen zijn doorgaans vooral gericht op de medische behandeling. Terwijl iemand met kanker ook allerlei psychosociale problemen ervaart’, vertelt prof. dr. Judith Prins, afdelings hoofd Medische Psychologie. ‘Mensen kunnen er neerslachtig van worden of in een sociaal isolement geraken. Ook op spiritueel vlak heeft kanker invloed. Zo wordt een patiënt geconfronteerd met de eindigheid van het leven. Daarnaast zijn er praktische problemen: hoe zorg je als jonge ouder met kanker bijvoorbeeld voor je kinderen? Hoe hervat je straks je werk na de behandeling?’
Training De Inspectie riep in 2009 ziekenhuizen op om de psychosociale zorg voor oncologische patiënten te verbeteren. In 2010 is als hulpmiddel de Lastmeter
Pagina 5 Interview met nieuwe decaan/vicevoorzitter RvB Paul Smits
Pagina 6 Kindermishandeling altijd melden
De Lastmeter is vooral een hulpmiddel voor het gesprek met de patiënt. Tijdens, maar juist ook na de behandeling. ‘Veel patiënten krijgen dan pas tijd om alles te verwerken’, vervolgt Prins. ‘Tegelijkertijd moeten ze hun leven weer op de rails krijgen. Goede psychosociale zorg is dan heel belangrijk. Zo nodig, kunnen we een patiënt voor aanvullende zorg doorverwijzen naar bijvoorbeeld een psycholoog of maatschappelijk werker. Maar ook naar een seksuoloog of diëtist, als zich op die vlakken problemen voordoen.’ Sinds 2010 is de Lastmeter in het Radboud ruim vierhonderd keer afgeno men. In bijna de helft scoort de patiënt vijf of hoger (op schaal van tien), vanuit de literatuur een indicatie voor verhoogde belasting en mogelijke doorverwijzing. In de praktijk heeft echter ‘slechts’ veertien procent daad werkelijk behoefte aan een verwijzing. ‘Het volstaat vaak als iemand zijn verhaal kwijt kan’, aldus Prins. ‘Met een luisterend oor kun je al zoveel betekenen voor een patiënt.’ n
Pagina 9 Delier op IC betrouwbaar te voorspellen met Nijmeegs model
Pagina 12 Wat is bevlogen topzorg en wie bepaalt dat? RUCO-debat in het kader van Wereldkankerdag
r a dbod e 3 - 2 0 1 2
Verbeterd
En verder...
Goede begeleiding bij borstvoeding De afdeling Neonatologie ontving onlangs het WHOUnicef Borstvoedingscertificaat. De afdeling Verloskunde kreeg een positieve herbeoordeling. Moeders en hun baby’s zijn daarmee verzekerd van goede begeleiding bij borstvoeding. Gezond. Borstvoeding is de beste voeding voor baby’s. ‘Ook als een kindje, vanaf week 24 in de zwangerschap, te vroeg ter wereld is gekomen. Júist dan’, vertelt Sheila van Breemen, verpleegkundig teamleider Neonatologie. ‘Deze baby’s zijn vaak in een kritieke fase. Door het
Een moeder ‘buidelt’ met haar baby.
Foto: Frank Muller
geven van moedermelk geef je ze de best mogelijke start. De kans op infecties is kleiner. Voor deze aller kleinsten extra belangrijk.’
Colofon Keurmerk. De afdeling Neonatologie kreeg op 6 februari het WHO-Unicef Borstvoedingscertificaat, wereldwijd hét keurmerk voor de begeleiding bij borstvoeding. Ook de afdeling Verloskunde, die het certificaat al sinds 2002 heeft, werd positief herbeoordeeld. De Stichting Zorg voor Borstvoeding controleert elke drie jaar wie het borstvoedingscertificaat mag ontvangen dan wel behouden. Sterke band. ‘Omdat moeder apart ligt van haar kind, zorgen we als afdelingen er sámen voor dat de baby moedermelk kan krijgen’, vertelt Vera van Haaren, lac tatiekundige Verloskunde en Neonatologie. ‘Te vroeg geboren kindjes kunnen niet zelf drinken. Rond 32-34 weken kunnen ze hiermee gaan oefenen. Daarvóór krijgen deze baby’s de moedermelk via een sonde. We begeleiden dan de moeder en baby bij het huid-op-huid contact en het buidelen. Dit versterkt de onderlinge band en is een eerste stap om later aan de borst te gaan drinken.’ Extra gemotiveerd. Het certificaat garandeert ouders goede begeleiding rondom borstvoeding. ‘Voor de moeders heeft dit vooral grote emotionele waarde’, zegt Van Breemen. ‘Zij moeten de zorg in deze kritieke fase uit handen geven aan artsen en verpleegkundigen. Deze moeders zijn dan extra gemotiveerd om hun baby moedermelk te geven. Het is heel mooi dat wij ze daarin kunnen ondersteunen.’ GM
kunst
Een van deze Fransen is François Rouan. Zijn werk stelt onder meer de vraag naar wat we nog zien in deze tijd, waarin we permanent met visueel materiaal worden overstelpt. Rouan brengt een ernstig, even complex als sterk beeldend spel van tonen en verbergen teweeg; zowat ieder kunstwerk is letterlijk gevlochten. Want het bestaat feitelijk uit twee werken van zijn hand – hetzij doeken, hetzij foto’s – door hem in repen gesneden om ze daarna door elkaar te vlechten. Het aldus gevormde
Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen, Jannie Meussen, Gijs Munnichs en Marjan Wassenaar. Aan dit nummer werkten mee: Femke van den Berg, Marten Dooper, Flip Franssen, Ad den Held, Aliëtte Jonkers, Evert van Leeuwen, Frank Muller, Eric Scholten, Daan Van Speybroeck, Marc van Teeffelen en Margot Verkuijlen. E-mail:
[email protected], tele foon: 024-3617261 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Productgroep Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof.dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat. Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuws drukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 023 5714745, e-mail:
[email protected] Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van BrückEngelen 024-3615442. De volgende Radbode verschijnt rijdag 9 maart 2012.
AGENDA Algemeen 27 februari: aandachtsfunctionarissen Kindermis handeling organiseren scholing voor verpleegas sistenten over dit thema. Aletta Jacobszaal, route 802, van 16.00 - 18.00 uur. Deelname is gratis. Aanmelden kan tot 10 februari via Kindermishande
[email protected]. 8 maart: Acute Zorgregio Oost organiseert in samenwerking met regionale partners het sympo sium Acute Zorg Anders, over de samenwerking en communicatie in de acute zorg. Voor informatie en aanmelden: www.azo.nl onder het kopje Scholings activiteiten. 21 maart: De Radboud REshape Academy organi seert in 2012 acht interactieve masterclasses over zorg 2.0. De eerste bijeenkomst op 21 maart staat in het teken van ‘De patiënt als partner’. In de andere masterclasses komen onderwerpen aan bod als “ICT voor de zorg, van zelfmanagement naar communitymanagement” en “E-Health is Empowered health”. Het volledige programma is te vinden op www.radboudreshapecenter.com/ reshapeacademy.
Oecumenische vieringen
François Rouan, Sempervirens XIV, 2004-2008 51 x 61 cm De tentoonstelling The French Connection – Kunst collectie UMC St Radboud in Museum Het Valkhof – die op 16 maart 2012 wordt geopend, stelt de Franse kunstwerken uit de collectie centraal. Een tiental wer ken aldus in deze tentoonstelling opgenomen, wordt er aangevuld met kunst van nog eens drie Fransen. Van hen heeft het UMC dan wel geen werk in zijn bezit, toch is hun aanwezigheid meer dan legitiem. Waar de Commissie Beeldende Kunst hen in het verleden op de campus exposeerde, hebben zij het kunstbeleid voort durend geïnspireerd.
Nieuwbouw, Bezoek first lady, OC-verkiezingen, Klanttevredenheid Servicebedrijf Wetenswaardig Mensen HRM-info, Het betoog Ethiek
derde werk, dat evenveel verbergt als laat zien, wordt soms nog verder bewerkt door er afdrukken op aan te brengen: afdrukken van met verf ingesmeerde lichaams delen van een menselijk model. Dit intensiveert het aan de gang zijnde spel van aan- en afwezigheid eens temeer. Vormen de lichaamsdelen de bovenste laag en zijn ze bijgevolg het meest zichtbaar, ze brengen tege lijk ‘leven’ in het kunstwerk, zij het door hun feitelijke afwezigheid, namelijk als achtergelaten spoor. In de twee fotowerken uit de reeks Sempervirens, in de tentoonstelling opgenomen, verdiept François Rouan zijn oeuvre door op transparant materiaal te werken, dat op bepaalde plekken met was wordt beschilderd. Eén van de te vlechten werken die als uitgangspunt dienden, bestaat uit schetsen door de zestiende-eeuwse schil der Francesco Primaticcio voor de beschilderingen van het kasteel van Fontainebleau. Hiermee verankert de kunstenaar zijn werk in de geschiedenis van de kunst, om deze tegelijk op eigentijdse wijze verder te zetten. Daan Van Speybroeck, kunstcoördinator
2
Elke zondag om 10.00 uur in het Personeelsrestau rant. Zondag 19 februari, voorganger: pastor Linda Modderkolk. Zondag 26 februari, voorganger: pastor Anneke de Vries.
PAO-Heyendael Voor programma en nadere info: www.paoheyen dael.nl 9 maart: Nascholingscursus: Acute geneeskunde in de verpleeghuissetting. Voor specialisten oude rengeneeskunde (i.o.). Informatie: Bianca Grem men, tel. 024-3610862, B.Gremmen-vanBergen@ pao.umcn.nl.
Radboud Zorgacademie Sectie Bijscholing van de Radboud Zorgacademie verzorgt bijscholing voor medewerkers en voor externe klanten. Meer informatie: www.radboudzorgacademie.nl ➞ bijscholing.
Soeterbeeck Programma RU Voor informatie/inschrijven: www.ru.nl/soeter beeckprogramma.
4 9 10 11 12
b r e l e id a dbod e 3 - 2 0 1 2
nieuwsladder Prof. Ulrich nieuw afdelingshoofd Plastische Chirurgie Prof.dr. Dietmar Ulrich is per 1 februari benoemd tot hoogleraar Plastische Chirurgie aan het UMC St Radboud en hoofd van de afdeling Plastische en Reconstructieve Chirurgie. De uit Duitsland afkom stige Ulrich studeerde Geneeskunde in Kiel; hij is in Aken en Regensburg opgeleid tot plastisch chirurg. Sinds 2009 is hij bijzonder hoogleraar Plastische Chirurgie in Aken en werkte hij als staf lid Plastische Chirurgie in het Erasmus MC in Rot terdam. Zijn bijzondere aandachtsgebieden zijn microchirurgische reconstructies van complexe oncologische en traumatische defecten van gezicht, borst, vagina en extremiteiten. Daarnaast heeft hij zich ook in handchirurgische en estheti sche operaties gespecialiseerd. Zijn onderzoeksin teresses zijn wondgenezing, gelaatstransplantaties, ischemie-reperfusie problemen en tissue enginee ring.
Radboud Grand Rounds Vanaf maandag 27 februari start het Radboud met Grand Rounds. Inspirerende ontmoetingen voor iedereen die mee wil werken aan innovatie en verbetering in zorg, onderwijs en onderzoek. De Medical Grand Round, ook bekend als de ‘Grote Visite’, wordt organisatiebreed gehouden en heeft altijd een leerdoel. Stond van oudsher de casuïstiek van de patiënt centraal, nu zijn Grand Rounds vooral bedoeld om kennis te delen en te inspireren. In de Mayo Clinic (VS) leiden de Grand Rounds tot verbinding tussen zorgprofessionals. Reden voor Melvin Samsom om in ons UMC dit fenomeen te introduceren.
Innovatie ‘We moeten de ramen open zetten en naar buiten kijken’, zegt Jan Kremer, adviseur Innovatie RvB. ‘Daar gebeurt namelijk veel. Naast bedreigingen, zoals oplopende kosten en het tekort aan personeel, zijn er ook kansen: meer samenwerking in netwerken en een andere inrich ting van de zorg met social media en internet. Innovatie is het sleutelwoord. Dat stimuleert medewerkers om over de grenzen van de afdeling heen te kijken.’ Een Radboud Grand Round is een ontmoetingsplek waar
medewerkers elkaar inspireren en waar nieuwe ideeën ontstaan. Kremer: ‘De Grand Rounds zijn onderdeel van een breder pakket om innovaties te stimuleren. Innova ties, die gaan helpen om beter te worden op het gebied van aantoonbare kwaliteit en doelmatigheid. De bewe ging van patiënt naar partner staat daarbij centraal. We hebben REshape als gatekeeper: zij verkennen kansen in de buitenwereld en brengen die in huis. Met de Grand Rounds gaan we zelf aan de slag met innovatie.’ Met de eerste Radboud Grand Round zet gastheer Mel vin Samsom meteen hoog in. Namens de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) zal voorzitter Theo Langejan het Radboud uitdagen om met de toekomst aan de slag te gaan. Zijn visie: marktregels zijn bedoeld om zieken huizen in beweging te krijgen. Het Radboud is aan zet.
Verschil maken Jan Kremer benadrukt dat iedereen welkom is bij de maandelijkse Grand Rounds. ‘Dat wil zeggen, iedereen die mee wil werken aan innovatie en verbetering in zorg, onderwijs en onderzoek. We zoeken enthousiastelingen die gaan voor de toekomst. Laten we niet vergeten dat wij de grootste kennisorganisatie in Oost-Nederland vertegenwoordigen. We kunnen wereldwijd het verschil maken.’ MW Meer informatie op intranet: http://portal.umcn.nl/ grandrounds
Duurzame zorg Eind vorig jaar ondertekende Cathy van Beek namens het UMC St Radboud het landelijk Manifest voor een gezonde toekomst van de zorgsector. Duurzame zorg krijgt expliciet aandacht binnen het Radboud. ‘Duurzame zorg wil zeggen dat je zo verantwoord mogelijk omgaat met elkaar en de omgeving’, vertelt Harriette Laurijsen, stafmedewerker Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen bij het Servicebedrijf. ‘Een UMC is een maatschappelijke organisatie waarin het draait om de zorg voor mensen. Het UMC St Radboud kiest ervoor om ook maatschappelijke verantwoorde lijkheid te dragen voor de omgeving.’ Bij duurzaamheid draait het om de drie P’s: Planet, People en Profit. ‘In de bedrijfsprocessen van ons UMC houden we rekening met de effecten op het milieu en op de mensen, zowel medewerkers als patiënten. De bedrijfseconomische aspecten zijn hier onlosmakelijk mee verbonden. De zorg moet betaalbaar blijven voor iedereen. Met duur zaamheid investeren we in een gezonde toekomst en in onderscheidend vermogen.’
Beleid
is nog niet voor iedereen even zichtbaar. Veel lopende initiatieven kunnen aanhaken bij duurzame zorg. Denk aan BAS, het Bewust Afval Scheiden, en de verschil lende energiebesparingsacties. Maar ook aan het cre ëren van een gezonde werk- en leefomgeving voor patiënten, bezoekers en medewerkers, bijvoorbeeld door e-plaza of het voeren van een strenger rookbeleid. ‘Voor de toekomst gaan we uitdragen dat we dit vanuit de duurzaamheidsgedachte doen’, zegt Laurijsen. ‘Met de ondertekening van het landelijk manifest hebben we afgesproken om duurzaamheid expliciet in ons beleid op te nemen.’ Samen met Dineke Leeuwma van de Concern staf werkt zij de komende maanden het beleidsplan uit.
Bewustwording Het Radboud heeft zijn maatschappelijke rol hoog in het vaandel staan. In de toekomst bevat mogelijk ieder bedrijfsplan een paragraaf over duurzaamheid. Laurijsen: ‘Ons doel is dat duurzame zorg tussen de oren komt te zitten bij alle medewerkers. We willen dat medewerkers er trots op zijn om hier te werken. Aan de hand van concrete projecten gaan we hen actief bij duurzame zorg betrekken. We nodigen mensen dan ook graag uit om zelf met ideeën te komen. Dus zie je kansen, laat het weten!’ MW
Het Radboud is samen met UMC Utrecht één van de koplopers als het gaat om duurzame zorg, maar dat
3
Inschrijving voor Marikenloop gestart De Stichting Zevenheuvelenloop organiseert op zondag 20 mei weer de grootste ladiesrun van Nederland: de Marikenloop. De afstanden zijn 5 en 10 km. De inschrijving is gestart. Kijk voor meer informatie op de website van de Marikenloop, www.marikenloop.nl.
Symposium prenatale screening De Stichting Prenatale screening regio Nijmegen (SPN) viert op 8 maart haar eerste lustrum met een symposium in de Vereeniging. De SPN is opgericht vanwege een opdracht die de minister van VWS aan het UMC St Radboud en het KGCN heeft gege ven. De SPN coördineert en borgt de kwaliteit van de prenatale screening in de ruime regio rond Nijmegen (van Enschede tot Tilburg). De prenatale screening bestaat uit de counseling, de combina tietest voor bepaling van de kans op downsyn droom, trisomie 13 en 18 en het Structureel Echoscopisch Onderzoek. Deze verrichtingen wor den gedaan in verloskundige praktijken, echocen tra en ziekenhuizen in de regio Nijmegen. Indien er een vermoeden bestaat dat er een afwijking is, dan kan de zwangere verwezen worden naar een centrum voor prenatale diagnostiek. Informatie over het lustrum is te vinden op www.spn-regionij megen.nl, onder het kopje Actueel.
Roeiers gezocht voor Radboudteam Ben je een (ervaren) roeier (m/v) en lijkt het je leuk om samen met Radboudcollega’s te roeien in een nog te formeren UMC St Radboud bedrijfsacht, schrijf je dan nu in! Van mei tot en met september wordt eenmaal per twee weken getraind op het water bij roeivereniging Phocas. De trainingen, met stuur en coach, vinden in principe doordeweeks na werktijd plaats. In overleg wordt bepaald aan welke wedstrijden deelgenomen wordt om de eer van het Radboud hoog te houden. Als je geïnteres seerd bent stuur dan een mail naar Jolt Roukema, afdeling kindergeneeskunde: j.roukema@cukz. umcn.nl.
Foto: Frank Muller
in r b e dri j f a dbod e 3 - 2 0 1 2 ‘Een mooi resultaat is bijvoorbeeld dat de waardering voor de productgroep Financiën is gestegen van 5,8 naar 7,0. Zo is men meer tevreden over de zorgadmi nistratie en over de administratie rond projecten. De afdelingsleiding is echter nog niet tevreden over onze ICT-dienstverlening. Acties, onder andere samen met het projectbureau Beter 2.0, worden ondernomen om dit structureel te verbeteren.’ Aan het medewerkersonderzoek namen 2.953 mensen deel die zelf niet bij het Servicebedrijf werken. Zij beoor delen de producten en diensten van het Servicebedrijf met rapportcijfer 7,1; een lichte stijging ten opzichte van de 6,9 in 2010. Medewerkers zijn met name tevre den over de service- en helpdesks (7,8), waarbij de
servicedesk beveiliging het hoogst scoort (8,6). Minder tevreden is men bijvoorbeeld over de klimaatbeheer sing op de werkplek (5,5) en de zoekfunctie op het bedrijfsportaal (5,4). De uitkomsten zijn inmiddels teruggekoppeld aan de verschillende productgroepen. ‘Er zijn volop plannen om knelpunten aan te pakken en verbeteringen door te voeren’, zegt Van Eijk. ‘Het doel is dat de ingeslagen weg omhoog verder doorgezet wordt. Zodat de mensen in zorg, onderwijs en onderzoek de best mogelijke ondersteuning krijgen bij de uitvoering van hun werk.’ In 2012 wordt de tevredenheid over het Servicebedrijf onder afdelingsleiding opnieuw gemeten. GM
De first lady uit Zambia samen met RvB-voorzitter Melvin Samsom.
First lady Zambia op bezoek De first lady uit Zambia, dr. Christine Kaseba Sata, was op 6 februari op bezoek in het UMC St Rad boud. Ze is de echtgenoot van Michael Sata, de president van Zambia. Kaseba Sata werd welkom geheten door bestuursvoorzitter Melvin Samsom en bezocht daarna TropIQ Health Sciences. Deze nieuwe spin-off van het Radboud zoekt naar geneesmiddelen die de overdracht van de malariaparasiet van mug op mens tegengaan. Malaria komt in Zambia veel voor en heeft zodoende de interesse van Kaseba Sata. TropIQ combineert de unieke faciliteiten van de ‘mug genfabriek’ (het malarialab) van ons UMC met hoog waardige technologie voor farmaceutisch onderzoek en een bedrijfsmatige aanpak. Dit versnelt de ontwikkeling van een nieuw type malariamedicijn. De ochtend werd vervolgd met twee lezingen in Huize Heyendael. Prof.dr. Leon Massuger, hoogleraar Gynae cologische Oncologie, vertelde haar over de strijd in Nederland tegen baarmoederhalskanker. (Kaseba Sata is zelf ook gynaecoloog). Prof.dr. André van de Ven, hoogleraar International Health, sprak over Poverty Related Infection Oriented Research (PRIOR). Dit onder zoekscentrum werkt samen met instituten in Tanzania en Indonesië en richt zich op armoedegerelateerde ziektes, zoals tuberculose, malaria en aids. GM
Klaar voor de nieuwbouw
Samen slimmer
Foto: Flip Franssen
TropIQ
OR/OC verkiezingen
Praat mee, denk mee, doe mee!
De OR en een aantal onderdeelcommissies (OC’s) zoe ken kandidaten. Medewerkers die het belangrijk vinden om mee te praten en de belangen van de organisatie of afdeling te vertegenwoordigen, kunnen zich kandidaat stellen. Belangstelling voor de OR of één van de OC’s? Neem contact op met Marianne Peper, ambtelijk secretaris van Bureau OR: tel. 14882. Of mail
[email protected]. Begin mei vinden de tussentijdse verkiezingen voor de OR en de OC’s plaats. De uitslag is op 24 mei bekend. MW
Klanttevredenheidsonderzoek
Meer tevredenheid over Servicebedrijf Medewerkers geven de dienstverlening van het Ser vicebedrijf een 7,1. Afdelingsleiding waardeert het Servicebedrijf met een 6,3. Beide cijfers laten een stij ging zien ten opzichte van vorig jaar. Dat blijkt uit het Klanttevredenheidsonderzoek 2011, waarvan onlangs de volledige resultaten bekend werden. De waardering van bedrijfsleiders en afdelingshoofden over het Servicebedrijf stijgt van een 5,5 in 2010 naar 6,3 in 2011. Zij gaven hun oordeel over de medewerkers, producten en diensten, service, processen, het imago en de prijs/kwaliteitverhouding van het Servicebedrijf. ‘We scoren nog niet op het gewenste niveau, maar de stij ging geeft wel aan dat we goed op weg zijn’, vertelt Ernst van Eijk, regisseur klantcontact van het Servicebedrijf.
‘Elke verdieping heeft een centraal vuilverzamelpunt voor opslag van afval, textiel en labmonsters.’
De verhuizing naar de nieuwbouw in P-West en R is afgerond. Wat gaat er anders in de nieuwbouw? Dit keer aandacht voor de verbeterde logistiek in gebouw R. Zoals bij elke verhuizing, is het ook nu voor alle partijen wennen aan de nieuwe situatie. Er is min der ruimte op de gang om bedden en karren neer te zetten. Daarentegen heeft wel elke verdieping een centraal vuilverzamelpunt. Medewerkers van de productgroep Logistiek & Services (L&S) stemmen alle logistieke processen zoveel mogelijk af met de afdelingen in de nieuwbouw. Verbeteringen. Hans Joosten is operationeel mana ger en verantwoordelijk voor alle ‘witte’ logistieke stromen in het UMC, zoals kleding, beddengoed en ander textiel. ‘Een nieuw gebouw biedt kansen om slimmer te werken’, legt Joosten uit. ‘Doordat de deuren breder zijn, rollen we de containers met schoon textiel meteen de voorraadkasten in. Dat scheelt overpakken voor ons en voor de verpleegas sistenten.’ Ook de kledingautomaat is aangepast. ‘De automaat herbergt nu zesduizend kledingstukken. En er zijn drie uitgiftepunten gekomen in plaats van twee. De doorstroming is daarmee stukken verbeterd en de uitgifte verloopt sneller.’ Afstemming. Volgens Mathijs Taks, stafmedewer
4
ker Logistiek, is er in de nieuwbouw minder ruimte voor opslag. ‘Bij de bouwtekeningen ging men er bijvoorbeeld van uit dat we bij oplevering papierloos zouden werken. Nu blijkt dat we nog niet zo ver zijn. In overleg met de afdelingen zoeken we dan een loca tie waar we de afvalcontainer voor het vertrouwelijk papier toch kunnen opslaan.’ ‘Die afstemming is cruciaal’, geeft ook Arjan van Sec celen aan. Hij is operationeel manager Logistiek voor alle ‘blauwe’ logistieke stromen. Hieronder vallen het afvalmanagement, de postkamer en het centraal magazijn. ‘We gaan in gesprek met de afdelingen om gezamenlijk tot een oplossing te komen. Wanneer de OK om 16.00 uur klaar is met opereren, komen wij een kwartier later langs om het afval op te halen. Misschien kunnen we meteen ook het vuile textiel meenemen. Hoe minder vaak je met containers over de afdeling hoeft te gaan, hoe beter. ’ Rustige momenten. Waar op de onderverdieping ruimte is voor negen schone bedden, houden de afdelingen in de nieuwbouw niets op voorraad. L&S brengt elk schoon bed rechtstreeks naar de patiën tenkamer en neemt het vuile bed mee terug. ‘We zijn onlangs gestart met een proef voor het decentraal reinigen van bedden’, zegt Joosten. ‘Want met het vervoer naar de beddencentrale leggen we per dag toch gauw zestig kilometer af. Decentraal reinigen scheelt bovendien 120 liftbewegingen per dag. Maatregelen zoals decentraal reinigen, maar ook het verschuiven van werk naar de avonduren, creëren rust op de afdelingen. We proberen zoveel mogelijk mee te bewegen in de zorg.’ MW
int r e rvi e w a dbod e 3 - 2 0 1 2
‘De patiënt als partner’ vertalen naar onderwijs en onderzoek
Paul Smits: ‘De individuele patiënt als centraal uitgangspunt is een mooie kapstok voor onderzoek. “Personalized medicine”: diagnostiek, therapie en zorg Foto: Flip Franssen op maat.’
Paul Smits is sinds 1 januari decaan/vicevoorzitter van de Raad van Bestuur van het UMC St Radboud. Hij schetst de uitdagingen anno 2012 voor het onderzoek en het onderwijs binnen het UMC. M a rt e n D oop e r
Wat is uw band met het UMC St Radboud? ‘Ik heb in Nijmegen één jaar Biologie en daarna Genees kunde gestudeerd. Ik ben er vervolgens opgeleid tot internist en farmacoloog. In 1986 ben ik hier gepromo veerd en in 1995 benoemd tot hoogleraar Farmacologie en afdelingshoofd Farmacologie-Toxicologie. Met uit zondering van een verblijf op Harvard in Boston loop ik al ruim 35 jaar in Nijmegen rond, waardoor ik me zeer verbonden voel met het UMC St Radboud.’ ‘Toen ik gevraagd werd om naar de functie van decaan/ vicevoorzitter te solliciteren, hoefde ik dan ook niet lang na te denken. De kans om op dit niveau iets te betekenen voor het Radboud wil ik niet aan me voorbij laten gaan. Ik vind bestuurstaken bovendien erg leuk. Dat heb ik eerder ervaren als wetenschappelijk directeur van het onderzoeksinstituut NCEBP en als voorzitter van het bestuur van het Instituut voor Waarborging van Kwaliteit en Veiligheid.’ Heeft u een lijst met doelen die u de komende vier jaar wilt bereiken? ‘We stippelen momenteel als Raad van Bestuur in de nieuwe samenstelling met Melvin, Cathy en Cees onze strategie uit. In de patiëntenzorg staat daarin het begrip “participatory medicine” centraal: de patiënt als partner. Dat wil zeggen een actieve rol voor de patiënt in het zorgproces. De patiënt heeft contact met het behandelteam, eventueel via nieuwe media, en ook contact met andere patiënten. Patiënt en behandelaar maken samen keuzes over diagnostiek en behandeling. Voor mij als decaan is het belangrijk om de onderwijsen onderzoeksagenda daar nauw op te laten aansluiten. Optimale integratie van de drie academische kerntaken is immers een belangrijk streven.’
‘Voor het onderwijs betekent dit twee dingen. Ten eerste moeten aankomende artsen snel vertrouwd raken met de principes van participatory medicine. Ten tweede is dit concept ook te vertalen naar de student: “participatory education”. Dat houdt in dat de student een actieve rol heeft in de ontwikkeling en uitvoering van het onderwijs. Onder meer via meer en slim gebruik van moderne communicatiemiddelen. Op internetsi tes van gerenommeerde wetenschappelijke instellin gen is bijvoorbeeld een schat aan onderwijsmateriaal beschikbaar die door onze studenten nauwelijks wordt gebruikt. Deze “lectures on line” vormen een ideale aanvulling op het waardevolle studiemateriaal dat we zelf hebben ontwikkeld. Een meer internationale en wetenschappelijke oriëntatie van de artsenopleiding is mijns inziens een must.’ Wat betekent participatory medicine voor onderzoek? ‘Een eerste uitdaging is om te onderzoeken of deze vorm van zorg daadwerkelijk een gunstig effect heeft op de kwaliteit van de zorg. Hoeveel baat heeft de patiënt hierbij, hoeveel de zorgverlener, wat betekent het voor de zorgkosten? Welke vormen en hulpmid delen zijn effectief, welke niet? Vragen die perfect passen bij onderzoekers van bijvoorbeeld de afdeling IQ healthcare.’ ‘Participatory medicine betreft vooral de vorm, logistiek en organisatie van de zorg. Het lijkt op het eerste gezicht niet veel houvast te bieden voor onderzoek naar mecha nismen van gezondheid en ziekte. Toch is de individuele patiënt als centraal uitgangspunt een mooie kapstok voor onderzoek. Daarbij komt het begrip “personalized medicine” om de hoek kijken. Een geïndividualiseerde aanpak: diagnostiek op maat, therapie op maat, zorg op maat. De sterke genetica in ons UMC past perfect bij deze benadering, juist omdat ieders unieke genetische profiel de basis vormt voor een persoonsgebonden en persoonlijke benadering.’
5
‘Ook vanuit de epidemiologie en de populatiegenees kunde is de tijd rijp voor personalized medicine. Het concept van evidence based medicine heeft op popu latieniveau zijn waarde inmiddels bewezen. Nu wordt het tijd voor een methodologisch verantwoorde verta ling hiervan naar het individu, naar de unieke patiënt. Onze methodologische onderzoeksinstituten zijn hier helemaal op toegerust. Het NCMLS hanteert al jaren de slogan “from molecule to man”; het NCEBP kan daar makkelijk bij aansluiten met de slogan “from population to man”. De klinische instituten - N4i, IGMD, DCN en Oncology - kunnen hierbij sterk richting geven aan de gebieden waarop we dit type onderzoek doen: inflam matie, zeldzame (metabole) ziekten, neurowetenschap pen en oncologie.’ Staat er nog meer op uw lijstje met doelen? ‘Waar ik de komende jaren ook veel aandacht aan wil geven, is het tot stand brengen van een goed functi onerende Graduate School. De wereld is groter dan Nederland. Dat geldt zowel voor het onderwijs als het onderzoek. De inbreng van buitenlands talent, met name in de onderzoeksfase, is goed voor de kwaliteit van onderzoekers. Voor de buitenlandse student of PhD-kandidaat moet er één herkenbaar loket zijn met een sterk imago en een strakke organisatie. Daarbinnen moeten zij vervolgens diverse paden kunnen kiezen. Ook de samenwerking met de Faculteit Natuurweten schappen, Wiskunde en Informatie is hierbij belangrijk. Op onderzoeksniveau is er al veel samenwerking tussen het UMC en FNWI. Daar moeten we in het onderwijs meer gebruik van gaan maken.’ ‘Tot slot zou ik in de opleidingen Geneeskunde, Biome dische Wetenschappen en Tandheelkunde de rol van de onderzoeksinstituten willen versterken. Op zo’n manier kun je verschillende type academici opleiden. Sommigen met meer affiniteit voor de moleculaire en pathofysiologische mechanismen van gezondheid en ziekte, anderen die juist warm worden van gezondheids zorgonderzoek.’ Lees verder op pagina 10.
r r e port a g e
KINDERMISHANDELING ALTIJD MELD
Het signaleren van kindermishandeling krijgt in het UMC St Radboud nu al bijna een jaar extra aandacht. Dringend advies van de Werkgroep Kindermishandeling aan alle afdelingen: meld een vermoeden van kindermishandeling altijd. Bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling én bij de eigen aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling: Melanie Burgers en Marleen Kal van het Radboud. ‘Als dokter ben je verplicht om uit te zoeken of er iets anders gebeurd is dan een ongeluk.’
A D D E N HE L D
Aan het begin van de avond wordt per ambulance de twee maanden oude Anne de Spoedeisende Eerste Hulp van het UMC St Radboud binnengebracht. Samen met haar moeder, die vertelt dat haar dochtertje plotseling met haar ogen begon te draaien en vrijwel meteen daarna bewusteloos raakte. Een CT-scan van de herse nen laat aan beide kanten hersenbloedingen zien. De oogarts stelt bij het onderzoek bovendien bloedingen in het netvlies vast.
Twijfels rond de oorzaak Anne wordt opgenomen op de kinder-Intensive Care. De IC-kinderverpleegkundige weet uit ervaring: ‘Een dub belzijdige hersenbloeding is vrij zeldzaam bij zo’n jong kind. Dan moet je als mogelijke oorzaak al snel denken aan een ongeluk of aan een onderliggend medisch probleem.’ Maar volgens de moeder van Anne is haar dochtertje altijd goed gezond geweest en werd zij – uit het niets – opeens suf, waarna zij al snel bewusteloos raakte. De vader, die met de eigen auto naar het zieken huis is gekomen, vertelt echter een iets ander verhaal. Zijn dochtertje Anne had al dagen achtereen vrijwel onophoudelijk gehuild. Thuis had dat tot onvoorstelbaar veel stress geleid. ‘Mijn vrouw en ik werden allebei op het laatst bijna gék van haar gehuil!’ De onderzoeksresultaten wijzen uit dat er bij de kleine Anne ook moet worden gedacht aan de mogelijk heid van toegebracht letsel. De verschillen tussen de verhalen van de ouders van Anne versterken dit vermoeden. Op zo’n moment ontstaat vaak tijdelijk een soort onrust op een afdeling. Er zijn vragen, zoals: wat zou er gebeurd zijn? Verder krijgt de afdeling opeens te maken met allerlei instanties, bijvoorbeeld het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling, de Raad voor de Kinderbescherming, de officier van justitie… Er zijn nieuwe protocollen in ontwikkeling die houvast bieden aan alle Radboudmedewerkers, zodat de stap pen in dergelijke gevallen via de juiste juridische weg lopen.
Eerlijk communiceren
‘Bij goede zorg hoort dat je iets doet met het vermoeden van kindermishandeling.’
Volgens Petra Bot, kinderarts en voorzitter van de spe ciale Werkgroep Kindermishandeling van het UMC St Radboud, is het belangrijk om in een vroeg stadium alle medische overwegingen met ouders te bespreken. Dus ook de mogelijkheid dat het letsel niet door een ongeluk is ontstaan. ‘Tegenover de ouders probeer ik er altijd zo eerlijk mogelijk over te zijn, wanneer wij de oorzaak van een bepaald soort letsel bij een kind niet goed kunnen verklaren of begrijpen. En dat wij als dokters verplicht zijn er ook aan te denken dat er iets anders is gebeurd dan een ongeluk. En dat we dat moeten uitzoeken. Uiter aard zónder dat je daarbij meteen een beschuldiging op tafel legt. Persoonlijk spreek ik dan ook liever van een
6
vermoeden van toegebracht letsel dan van het meer beschuldigende verdenking van.’ De aandachtsfunctionarissen beamen het belang van zo’n eerlijke en zorgvuldige omgang met de ouders. ‘Juist in zo’n situatie is het belangrijk dat je als zorg verlener náást die ouders blijft staan, zonder aan waarheids(be)vinding te doen. Alleen dan kun je hen het best helpen. Zelf zijn ouders vaak erg geschrokken van wat er is gebeurd. Er is een grotere kans dat zij hierover eerlijk vertellen als artsen dit gesprek vroegtijdig aan gaan. De toon van het gesprek en de manier waarop een arts zich hierin opstelt, zijn daarbij uiteraard essentieel.’
Multidisciplinair team Een vermoeden van toegebracht letsel bij kinderen wordt in het Radboud standaard gemeld bij het Adviesen Meldpunt Kindermishandeling (AMK). Gespeciali seerde AMK-artsen starten vervolgens een uitgebreid onderzoek. ‘Maar je kunt bij het AMK ook eerst anoniem – dus zonder de naam van het kind te noemen – advies inwinnen over wat te doen’, geven de aandachtsfuncti onarissen aan. ‘Bovendien hebben wij in het Radboud een speciale Werkgroep Kindermishandeling, een mul tidisciplinair team dat bereikbaar is via de dienstdoende kinderarts, via sein 1943 van onze aandachtsfunctiona rissen Kindermishandeling of intern via de mail Kinder mishandeling.’ Nieuw is dat er maandelijks röntgenfoto’s van fractu ren bij kinderen, gemaakt op de Spoedeisende Eerste Hulp, opnieuw bekeken worden in combinatie met het bijbehorende verhaal. Daarnaast wordt met behulp van scholing (zie ook elders op deze pagina’s) de communi catie rond en het handelen bij een vermoeden van kin dermishandeling ziekenhuisbreed bekender gemaakt.
Ieders verantwoordelijkheid ‘Soms is een vermoeden van kindermishandeling vrij snel duidelijk en dus ook dat er een melding moet volgen bij het AMK’, vertelt kinderarts Bot. ‘Lastiger is het wanneer je in dat grijze gebied zit. Bijvoorbeeld een jong kind met letsel dat er slecht verzorgd uitziet. De interactie ouders-kind roept twijfels op, na een kwartiertje op de poli krijg je daar geen lekker gevoel bij, maar… wat doe je ermee? Vrijwel iedere medewerker
r a dbod e 3 - 2 0 1 2
DEN Twee aandachtsfunctionarissen, scholing én nieuwe meldcode Melanie Burgers en Marleen Kal zijn de aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling in het Radboud. Zij vormen voor medewerkers en externen het aanspreekpunt als het gaat om kindermishandeling. Maar er gebeurt op dit gebied veel méér. Zoals: een ziekenhuisbrede scholing. Ook wordt dit voorjaar vanuit de overheid de nieuwe meldcode verwacht.
Foto’s: Frank Muller
kan zich vast zo’n patiënt herinneren, waarbij je denkt: hier klopt iets niet. Toch denken we dat er in de meerder heid van die gevallen geen actie is ondernomen. Omdat het vaak zo weinig tastbaar is. Misschien ook uit angst om iemand onterecht te beschuldigen. Maar we vinden dat bij een goede zorgverlening hoort, dat je iets doet met dergelijke zorgen. Omdat je daar als zorgverlener nu eenmaal een verantwoordelijkheid in hebt. En je wilt aan het eind van je werkdag toch niet naar huis gaan met het knagende gevoel dat je misschien iets hebt laten liggen?’ n Het kind op de foto’s komt niet in het verhaal voor.
Bijna een jaar zijn ze inmiddels actief in het Radboud: de aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling Melanie Burgers en Marleen Kal. Twee ervaren verpleegkun digen: Marleen Kal is IC-kinderverpleegkundige en Melanie Burgers werkt als kinderverpleegkundige op de Polikliniek Kinderen en Jeugdigen. Allebei aange steld voor één dag per week in een nieuwe, uitdagende functie.
Intern aanspreekpunt Beide aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling gelden in het Radboud als aanspreekpunt voor alle medewerkers en dragen zorg voor het implementeren van het beleid rondom kindermishandeling. Ook kunnen zij worden opgeroepen bij allerlei praktische problemen die rond een opname kunnen ontstaan, wanneer er sprake is (of het vermoeden bestaat) van toegebracht letsel bij een kind. ‘We zijn één dag in de week aanwe zig, maar iedere dag per mail bereikbaar om vragen te beantwoorden. En we hopen dat alle disciplines daar gebruik van zullen maken’, licht Marleen Kal haar
werkzaamheden toe. ‘Het is echt van belang dat alle afdelingen kindermishandeling, seksueel misbruik en huiselijk geweld waar kinderen bij betrokken zijn bij ons melden’, benadrukt Melanie Burgers. ‘Dat kan via sein 1943 of via de Outlook-mail Kindermishandeling.’
Scholing voor medewerkers Taak van de beide aandachtsfunctionarissen is ook: het stimuleren van ziekenhuisbrede scholing rond het onderwerp Kindermishandeling. Zo hebben zij in het afgelopen jaar op negentien afdelingen in het Radboud – bij in totaal 480 verpleegkundigen, doktersassistenten, arts-assistenten en pedagogisch medewerkers – speci ale e-learning modules over kindermishandeling geïn troduceerd en geïmplementeerd. Vier modules, waarin alles rondom kindermishandeling aan bod komt: signa leren, handelen, communiceren en top-teen onderzoek. Melanie Burgers: ‘Er wordt veel met videocasuïstiek gewerkt, waardoor al het geleerde direct toepasbaar is in de praktijk. De cursus wordt als interessant en leerzaam ervaren. Een groot deel van de kinderartsen volgde al een tweedaagse, landelijke cursus kindermis handeling en de medewerkers van de Spoedeisende Eerste Hulp waren al eerder met de e-learning modules begonnen.’
Nieuwe Meldcode Naar verwachting komt de overheid dit voorjaar ook nog met een nieuwe Meldcode Kindermishandeling. Deze meldcode zal gaan gelden voor alle professionals die met kinderen werken, zodat binnenkort niet alleen artsen (waarvoor al sinds 2008 zo’n meldcode bestaat), maar ook andere beroepsgroepen verplicht worden om bij een vermoeden van bij kinderen toegebracht letsel volgens het vijfstappenplan van deze nieuwe meldcode te werken. Het ziekenhuisbrede protocol zal aan deze nieuwe meldcode worden aangepast. n
Radboud: zestig registraties in 2011 De beide aandachtsfunctionarissen Kindermishan deling die vorig jaar in het Radboud zijn aange steld, registreren nauwgezet alle meldingen van bij kinderen toegebracht letsel. Zo registreerden zij in 2011 (van 15 maart t/m 31 december) in totaal zestig kinderen. De Werkgroep Kindermishande ling is blij met deze verbetering van de registratie van het aantal gesignaleerde gevallen van kinder mishandeling. Maar tegelijkertijd spoort de werk groep alle Radboudcollega’s aan om bij opnames van kinderen nóg alerter te zijn op signalen die mogelijk kunnen wijzen op mishandeling. En alle gevallen van kindermishandeling vervolgens te melden bij de aandachtsfunctionarissen. ‘Want in totaal zestig registraties van kindermishandeling in een jaar tijd is weinig voor een groot ziekenhuis als het Radboud’, stelt werkgroepvoorzitter en algemeen kinderarts Petra Bot. ‘Zeker wanneer je dat afzet tegen het totaalcijfer van 107.000 kinde ren die in ons land jaarlijks te maken krijgen met kindermishandeling. Als gevolg van die mishande ling overlijden er waarschijnlijk vijftig.’ Marleen Kal en Melanie Burgers zijn aanspreekpunt bij vermoeden van kindermishandeling, seksueel misbruik en huiselijk geweld.
7
TE HUUR: MODERN APPARTEMENT IN NIJMEGEN Per direct te huur 3-kamer appartement (88 m2) aan de St. Annastraat te Nijmegen. Gunstig gelegen tussen het Radboudziekenhuis en centrum. Grote woonkamer met open (luxe) keuken, aparte berging en parkeergelegenheid. Huurprijs : € 995,= p.m excl. Servicekosten Info:
[email protected] of 0478-589258 (na 18.00 uur)
w w w. r a d b o u d i n t o l a n g u a g e s . n l
Taal- en communicatietrainingen voorjaar 2012 Chinees • Duits • Engels • Frans • Japans • Italiaans • Marokkaans Arabisch • Nederlands voor anderstaligen • Portugees (nieuw) • Russisch • Spaans • Zweeds Notuleren (met laptop) • Timemanagement • Speedreading • Social media Start trainingen: vanaf 27 februari Ook maatwerk mogelijk: individueel en in groepen. Kijk voor meer informatie over deze of andere trainingen op onze website. e:
[email protected] t: (024) 361 21 59
maakt deel uit van de radboud universiteit nijmegen
KAAIJ ADVOCATEN 1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
Voor de persoonlijke aanpak FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37 Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
We willen meer langdurig zieke en gehandicapte kinderen bereiken! Help ons ook met hen de CliniClowns Klik te maken. Bijna iedereen kent ons, en daarom denken veel mensen dat we álle langdurig zieke en gehandicapte kinderen bezoeken. Maar weet u, we bereiken nu jaarlijks 100.000 van de 375.000 zieke kinderen. We moeten dus veel vaker de CliniClowns Klik maken, dat geweldige moment waarop kinderen even vergeten dat ze ziek zijn. Met uw hulp gaat dat zeker lukken.
Uw steun is hard nodig, word ook donateur! De projecten zijn er. Voor kinderen die langdurig ziek thuis zijn (Neuzenroode.nl), voor kinderen met een meervoudige of verstandelijke handicap (de Theatertour) én voor de momenten dat de CliniClowns niet op bezoek zijn in de ziekenhuizen (de Speelkoffer). Met deze projecten willen we de komende jaren met minstens de helft van alle zieke en gehandicapte kinderen de CliniClowns Klik kunnen maken. U kunt ons daarbij helpen. Al vanaf 3 per maand maakt u de CliniClowns Klik mogelijk.
8
ond r erzoek a dbod e 3 - 2 0 1 2
wetenswaardig Beste proefschrift Hematologie Dr. Walter van der Velden, internist/hematoloog in het Radboud, heeft op 26 januari de Jaap Steen bergen Stipendium ontvangen voor het beste proefschrift 2011 binnen zijn vakgebied. Het stipen dium bedraagt 2.000 euro. Het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Hematologie doet jaarlijks het verzoek aan hoogleraren Hematologie om promovendi te kandideren wiens proefschrift zich kenmerken door originaliteit en kwaliteit.
CCKL-accreditatie Pathologie
Mark van den Boogaard en Peter Pickkers gebruiken de Pre-Deliric app om de kans op delier te beoordelen.
Foto: Frank Muller
Delier op IC betrouwbaar te voorspellen De kans dat een patiënt tijdens opname op de Intensive Care een delier ontwikkelt, is met Pre-Deliric betrouwbaar te voorspellen. Dit in Nijmegen ontwikkeld model maakt succesvolle preventie van het delier mogelijk. Pre-Deliric komt binnenkort als app beschikbaar. M a rt e n D oop e r
‘Je wilt als het even kan voorkomen dat een IC-patiënt een delier ontwikkelt’, stelt IC-onderzoeker/verpleeg kundige Mark van den Boogaard. ‘Allereerst om het menselijk leed dat hiermee gepaard gaat te vermijden. Daarnaast vertraagt het doormaken van een delier het herstel van de patiënt (zie kader) en vergroot het de kans op overlijden. Ook leidt het delier tot extra zorgkosten door het langere verblijf of heropname op de IC. Inmiddels hebben we zelfs aanwijzingen dat een aantal patiënten er later ook nog gevolgen van onder vindt. Geheugen en concentratie zijn anderhalf jaar later nog aantoonbaar slechter.’ ‘Een delier kun je door het toedienen van een lage dosis van het antipsychoticum haloperidol succesvol behandelen’, vult Peter Pickkers, hoogleraar experimentele IC-geneeskunde, aan. ‘Door hiermee tijdig te starten kun je wellicht delier voorko men. Maar zo’n behandeling heeft ook bijwerkingen, je geeft daarom liever niet iedere patiënt haloperidol.’ Van den Boogaard: ‘Dus zijn we op zoek gegaan naar een methode die kan voorspellen hoeveel kans een patiënt heeft op de IC een delier te ontwikkelen.’
Delier Een delier is een toestand van acute verwardheid. Dit kan gepaard gaan met onrust en druk bewegen (bijvoorbeeld losrukken van infusen) of juist met verminderde alertheid en lusteloosheid. Delier komt bij 30 tot 50 procent van de IC-patiënten voor. Het delier verlengt de beade mingsduur, de opnameduur op de IC en in het ziekenhuis en vergroot de kans op overlijden. Mogelijke oorzaken van een delier kunnen zijn: infecties, uitdroging, een verstoorde zouthuishouding en nierfalen.
Voorspellende waarde is hoog ‘Daarvoor hebben we allereerst gegevens van ruim 2000 IC-patiënten geanalyseerd en gekeken welke factoren een voorspellende waarde hebben voor het ontwikkelen van een delier’, vertelt dr. Lisette Schoon hoven, verbonden aan IQ healthcare. ‘Snel beschikbare factoren als leeftijd, gebruikte medicijnen en wel of niet infectie of coma.’ Dit leverde Pre-Deliric op, ’s werelds eerste (en enige) model dat op eenvoudige wijze binnen 24 uur na opname op de IC kan voorspellen hoe groot de kans is dat de patiënt tijdens diens verblijf op de IC een delier zal ontwikkelen. Van den Boogaard: ‘De voorspel lende waarde van Pre-Deliric is hoog. In 86 procent van de gevallen geeft het model correct aan of de kans op een delier hoog of laag is. Als we de behandelend artsen en verpleegkundigen vragen deze kans te schatten, scoren zij veel lager.’ Pickkers: ‘Inmiddels is Pre-Deliric ingebouwd in het patiëntdatamanagementsysteem van onze IC’s. Artsen hoeven maar een paar aanvullende gegevens in te vullen en dan rolt de kans op delier er zo uit.’ Van den Boogaard: ‘Het wetenschappelijk arti kel dat Pre-Deliric beschrijft is recent verschenen in het British Medical Journal. Inspelend op de tijdgeest hebben we bovendien een app laten ontwikkelen van Pre-Deliric. IC-verpleegkundigen en artsen kunnen met hun smartphone of iPad bij hun eigen patiënten in een handomdraai de kans op een delier vaststellen.’
Grens lager leggen Nadat Pre-Deliric ontwikkeld, getest en gevalideerd was, volgde de hoofdvraag. Is het mogelijk precies die IC-patiënten te selecteren die veel baat hebben bij een preventieve behandeling met haloperidol? Pick kers: ‘We hebben de grens voor preventief behandelen eerst op een risico van 50 procent of hoger gelegd. Met profylactische behandeling valt het aantal mensen dat een delier ontwikkelt op de IC 10 procent lager uit. Ook is de overleving verbeterd en is het aantal patiënten bij wie een heropname op de IC nodig blijkt, gedaald ten opzichte van het verleden. Bij deze grens kunnen we delier nog niet bij alle patiënten voorkomen. Mogelijk wel als we de grens lager leggen of de dosis haloperidol verhogen. Dat gaan we verder uitzoeken.’ n Mark van den Boogaard promoveert op 2 april op zijn delieronderzoek.
9
De Stichting Raad van Accreditatie heeft per 26 oktober 2011 de CCKL-accreditatie verleend aan de afdeling Pathologie. De accreditatie is van toe passing op de uitvoering van laboratoriumdiensten binnen de klinische pathologie en cytologie ten behoeve van baarmoederhalskankeronderzoek. Het Radboud heeft hiermee als eerste pathologie afdeling in de regio een CCKL-certificering. RvB-lid Cathy van Beek reikte tijdens de nieuwjaarsbijeen komst het CCKL-certificaat uit aan afdelingshoofd prof.dr. Han van Krieken.
Prostaatonderzoek Radboud geprezen De diagnostiek en behandeling van prostaatkanker in RUCO-verband (Urologie, Radiologie, Radiothe rapie, Pathologie in het bijzonder) staat internati onaal hoog aangeschreven. In het toonaangevende International Journal of Radiation Oncology, Bio logy and Physics zijn de afgelopen maanden twee artikelen van de Nijmeegse groep als ‘issue high lights’ genoemd, vanwege de baanbrekende resul taten. De artikelen gaan over het gebruik van ijzer nano-partikel contrast en MRI (MRL) bij lymfeklier metastasen. Deserno toonde aan dat de MRL de beste methode is om kliermetastasen te ontdek ken. Meijer heeft een nieuwe bestralingsmethode beschreven waarmee die uitzaaiingen selectief en bestraald kunnen worden. Klinische toepassing hiervan is in voorbereiding.
Promoties, oraties, afscheidsredes* · Promotie drs. Loes van der Zanden, vrijdag 17 februari om 12.30 uur. Titel: Aetiology of Hypospadias: from genes to environment and back · Promotie dr. Elisa Garcia Gonzalez, donderdag 23 februari om 15.30 uur. Titel: In search of good motherhood. How prenatal screening shapes women’s views on their moral duties to their family · Promotie drs. Anjo Janssen, woensdag 29 febru ari om 15.30 uur. Titel: Longitudinal motor performance in very preterm infants · Promotie drs. P. Friederich, vrijdag 2 maart om 10.30 uur. Titel: Pathobiological aspects of ileo anal pouch adenomatosis in familial andeno matous polyposis · Oratie prof.dr. Martin Gotthardt, hoogleraar Experimentele Nucleaire Geneeskunde, vrijdag 2 maart om 15.45 uur · Promotie drs. Hans Langenhuijsen, vrijdag 9 maart om 10.30 uur. Titel: Developments in prostate cancer treatment. Improving complica tion rates * Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2. Meer informatie: www. umcn.nl, Research, Science Agenda.
r a dbod e 3 - 2 0 1 2
mensen
‘De patiënt als partner’ vertalen naar onderwijs en onderzoek
Bijdragen voor de rubriek Mensen (maximaal 150 woorden) kunt u tot uiterlijk donderdag 09.00 uur in de week vóór verschijnen mailen naar
[email protected], separaat voorzien van een scherpe digitale foto met een hoge resolutie.
Margriet Klosters Medium Care verpleegkundige Margriet Klosters was op 1 febru ari 25 jaar in dienst. Zij heeft haar opleiding tot verpleegkun dige hier in het UMC gevolgd. De meeste jaren heeft zij gewerkt in het A-gebouw met heelkundepatiënten, later in combinatie met cardio- thoracale patiënten. Vanaf 2003 werkt ze op de MC op A13, vanaf december 2012 op de nieuwe Medium Care van ons ziekenhuis, afdeling CMC. De Medium Care is een werkplek die haar veel werkplezier geeft. Wij kennen Margriet als een verpleegkundige waar de zorg voor patiënten centraal staat. Namens je collega’s: van harte gefeliciteerd met je jubileum. Marie-José Jorna, hoofdverpleegkundige CMC
Vervolg van het interview van pagina 5 met Paul Smits, sinds 1 januari 2012 decaan/vicevoorzitter van de Raad van Bestuur. Om de kwaliteit van het onderzoek en onderwijs te verhogen is de afgelopen jaren het PI/PL-systeem opgezet. Gaat daar nog iets in veranderen? ‘Mijn eerste reactie is: “nee, tenminste niets fun damenteels”. Dit systeem is door mijn voorganger Frans Corstens met veel verve geïntroduceerd en hij kan daar trots op zijn. Het systeem waarin toptalent aan de hand van objectieve criteria de status van Principal Investigator of Principal Lecturer kan ver werven heeft inmiddels zijn waarde bewezen. Wel valt het systeem op punten wellicht nog te verbete ren. Bijvoorbeeld ten aanzien van het criterium van het wervend vermogen van de kandidaat, de hoe veelheid onderzoeksgeld die hij of zij binnen heeft gehaald. Er is door sommige onderzoekers terecht opgemerkt dat dit een moeilijk controleerbaar en valideerbaar punt is. Met name is heel moeilijk aan te geven wat de relatieve bijdrage is van de afzon
Henny Giesbers
Foto: Flip Franssen
derlijke onderzoekers bij het binnenhalen van een gemeenschappelijk project. Het huidige systeem zou ook de samenwerking onvoldoende stimuleren, en dat is uiteraard het laatste wat we willen. Juist de interactie tussen verschillende disciplines en onderzoekers is een gouden formule tot succes. Samenwerken én met plezier werken staan hoog in mijn vaandel. Ze komen de kwaliteit van alle drie de kerntaken zeker ten goede.’ MD
Na ruim 37 jaar dienstverband neemt Henny Giesbers, projectleider Instru mentele Dienst, afscheid van het UMC St Radboud. Hij gaat op 1 maart met pensioen. 1 december 1973 kwam hij als technicus in dienst bij de Instru mentele Dienst. Na verloop van tijd groeide Henny uit tot pacemakertech nicus. Een functie waarin hij geruime tijd met veel plezier en grote betrokkenheid vanuit zijn techni sche expertise patiënten heeft ondersteund en begeleid met onder andere het instellen en inregelen van pacemakers. Aan getrokken door de werkzaamheden binnen de ontwikkelgroep van de Instrumentele Dienst maakte Henny in 2004 de overstap naar de functie van projectleider. Vanuit een proactieve, klant gerichte houding heeft hij menig product met succes weten af te leveren bij de klant. Wij wensen Henny alle goeds voor de toekomst en willen hem bedanken voor de fijne en collegiale samenwerking. Namens alle collega’s van de Instrumentele Dienst, Ernest Prins, hoofd Instrumentele Dienst
l w w w. r a d b o u d i n t o l a n g u a g e s . n l Surviving your supervisor? Dealing with time-consuming affairs? Learning to do Prezi presentations?
PhD Survival kit Communication workshops and English language courses for UMC PhDs • Help you manage your PhD career • Will benefit your research project and beyond • Special PhD rates Check out our website at www.ru.nl/survivalkit or call (024) 361 21 59 We start in March. Register now!
is part of radboud university nijmegen
10
r a dbod e 3 - 2 0 1 2
HRM-info Vakantieverlofbeleid UMC St Radboud Na instemming van de Ondernemingsraad heeft de Raad van Bestuur besloten dat het vakantieverlof beleid per 1 januari 2012 van kracht is. Doel van dit beleid is dat leidinggevenden sturen op het zoveel mogelijk opnemen van verlof in het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan. De grootste veranderingen hebben te maken met het maximaal mee mogen nemen van een week vakantie naar een volgend jaar en de opbouw en opname van vakantie bij ziekte. Het volledige beleid vind je op Intranetportaal ➞ Services ➞ Vakantie.
Wijziging belastingtabellen per 01-01-2012 De belastingdienst heeft per 2012 een aanpassing in de belastingtabellen doorgevoerd. Ben je gebo ren vóór 1954, dan golden tot 2012 gereduceerde belastingtarieven. Per januari 2012 is dit komen te vervallen en geldt voor alle medewerkers die nog geen 65 jaar zijn één belastingtarief. Dit heeft consequenties voor de in te houden loonheffing en dus je netto salaris: er wordt meer loonheffing ingehouden dan voorheen.
Margot Verkuijlen: 'De overgang van de curatieve naar de palliatieve fase vereist maatwerk.'
Praat tijdig over palliatieve zorg Alle artsen zouden meer en eerder het gesprek kunnen aangaan met de patiënt over het levenseinde en de gewenste zorg in de palliatieve fase. Een betoog van Margot Verkuijlen, specialist ouderengeneeskunde.
Reiskosten OV Als deelnemer van de fiscale regeling reiskosten krijg je een extra toelage OV als je minsten twee maanden 70 procent van je werkdagen met het openbaar vervoer reist. Je moet dan wel voor 1 mei van die twee maanden vervoersbewijzen inleveren over de reisperiode juni tot en met mei. Voorheen moest dat met het formulier ‘verklaring OV’ met ondertekening van de leidinggevende. Dat laatste hoeft niet meer. Het formulier heet nu ‘Indienen vervoersbewijzen’ en is te vinden op het Intranet portaal ➞ Services ➞ Reiskosten woon-werkver keer. Reis je vaak met het openbaar vervoer, dan kan het aantrekkelijk zijn een abonnement te nemen. UMC St Radboud heeft een overeenkomst met TC&O Mobydesk voor de aanschaf van jaarabonnemen ten met korting voor trein en bus.
HET BETOOG Het blijkt dat 71 procent van de burgers heeft nagedacht over medische behandelingen in de laatste levensfase, reanimatie, euthanasie of wie zou moeten beslissen, indien de persoon daartoe zelf niet meer in staat is. 41 procent heeft hierover ook wel eens gesproken met naasten, maar slechts vier procent met een arts. Alle art sen zouden meer en eerder het initiatief kunnen nemen om het gesprek aan te gaan over het levenseinde. De arts kan uitleggen welke scenario’s te voorzien zijn, zodat de patiënt eigen keuzes kan maken. Hierdoor worden crisissituaties in de laatste fase voorkomen en kunnen zorgverleners de zorg afstemmen.
Advance Care Planning Andere voordelen zijn dat de jaarkaart in maande lijkse termijnen via het salaris betaald wordt en dat je voor de extra toelage reiskosten niet alsnog vervoersbewijzen hoeft in te dienen. Meer infor matie en een aanvraagformulier staan op het Intranetportaal ➞ Services ➞ Openbaar Vervoer.
HRM INFO is van Servicebedrijf, productgroep HRM
Foto: Flip Franssen
Uit onderzoek komt naar voren dat Advance Care Planning de kwaliteit van leven en zorg rondom het levenseinde verbetert en stress, angst en depressie bij nabestaanden vermindert. Advance Care Planning is een proces waarbij patiënten, geholpen door de zorgverlener, plannen maken voor de toekomstige (medische) zorg voor het moment dat zij daar zelf min der goed toe in staat zijn. Zo kunnen patiënten zelf invulling geven aan het laatste stuk van hun leven en daarbij eigen keuzes maken. Dat is belangrijk voor zorgverleners, zodat zij weten wat er verwacht wordt en de zorg goed kunnen afstemmen op die verwachtingen.
Wat is het juiste moment? Het afgelopen jaar is er vanuit de artsenfederatie KNMG veel aandacht geweest voor de rol van de arts rondom het levenseinde. Zo verscheen de handreiking “Tijdig praten over overlijden”. Regelmatig hoor ik van AIOS en collega’s de vraag: ‘Op welk moment moet ik over het levenseinde in gesprek gaan?’ Het vaststellen van de overgang van de curatieve naar de palliatieve fase vereist maatwerk. Vooral bij kwetsbare ouderen en (chronisch) zieken met kanker, neurologische aandoeningen, dementie, hartfalen en longlijden komt er een moment dat ze het meest gebaat zijn bij palliatieve zorg. Er kunnen diverse redenen zijn om de invulling van de palliatieve fase met de patiënt
11
te bespreken. Bijvoorbeeld, als zijn vooruitzichten verslechteren of na meerdere ziekenhuisopnamen. Een nieuw gestelde diagnose, verandering van behandelop ties of het overlijden van een familielid kunnen hiertoe aanleiding geven. En natuurlijk signalen die de patiënt zelf geeft. Als specialist ouderengeneeskunde bespreek ik bij opname van een patiënt in het verpleeghuis of hospice de wensen én zinvolheid ten aanzien van medische behandelingen rond het levenseinde. De beroepsver eniging heeft hiervoor in 2006 een handreiking uitge geven. Afspraken ten aanzien van behandelingen zijn onderdeel van het multidisciplinaire zorgplan en worden regelmatig geëvalueerd. Ook het onderwijs levert een belangrijke bijdrage. Zo is er al jaren op de Vervolgopleiding tot Specialist Oude rengeneeskunde Nijmegen (VOSON) aandacht voor palliatieve zorg. Aan bod komen symptoombehandeling, medische beslissingen rond het levenseinde, commu nicatie, denken in scenario’s, spirituele zorg en multi disciplinaire samenwerking. Vakdocenten van het UMC St Radboud leveren hieraan enthousiast hun bijdrage. In 2011 is een workshop georganiseerd waarin AIOS ouderengeneeskunde en huisartsgeneeskunde samen de genoemde KNMG-handreiking en de mogelijkheden tot samenwerking bespraken. Naar aanleiding van het KNMG-standpunt “De rol van de arts bij het zelfgeko zen levenseinde” en het burgerinitiatief “Uit vrije wil” heeft de VOSON, in samenwerking met een ethicus van het Radboud, een onderwijsprogramma ontwikkeld, waarin dilemma’s rond het levenseinde en de commu nicatie hierover met de patiënt, besproken werden. Dit onderwijsprogramma werd door de AIOS met een 9,4 gewaardeerd!
Samenwerken Ik zou graag zien, en wil daaraan ook een bijdrage leveren, dat artsen rondom het levenseinde hun behan deling nog beter afstemmen op de wensen van de patiënt en daarin beter samenwerken. In verschillende ziekenhuizen zijn palliatieve teams actief. Zowel huis artsen als specialisten ouderengeneeskunde zijn hierbij betrokken. Een prachtige ontwikkeling. Ook binnen de opleidingen weten we elkaar steeds beter te vinden! Dit draagt er allemaal aan bij dat we beter kunnen voldoen aan de wensen van patiënten in de laatste levensfase. Margot Verkuijlen is docent/specialist ouderengeneeskunde VOSON (UMC St Radboud) en werkzaam in hospice de Duinsche Hoeve en Surplus. Ze is op 8 maart een van de sprekers op de PAO-scholing Palliatieve zorg: Intuïtie, wijsheid of wetenschap?
a r ctu e e l a dbod e 3 - 2 0 1 2
Debat over oncologische topzorg Het UMC St Radboud staat voor bevlogen topzorg. Maar wat is dat eigenlijk? En wie bepaalt de kwaliteit ervan? Daarover organiseerde het Radboud Universitair Centrum voor Oncologie (RUCO) een congres. Ali ë tt e Jonk e rs
Onder leiding van journaliste en presentatrice Inge Diepman bogen de deelnemers aan het tafelgesprek zich over het onderwerp ‘bevlogen topzorg’. Patiënte en theaterdocente Kitty van Mil vertelde dat zij het advies kreeg haar borst te amputeren toen zij borstkanker had. Dat leidde bij haar tot hevig verzet. Ze wilde geen ver minkende operatie ondergaan. Van Mil werd intensief begeleid. De oncoloog, anesthesist en chirurg voerden urenlange gesprekken met haar. Medisch psychologe Esther Meijer van het Radboud stond op de meest ongebruikelijke tijden klaar om hulp en steun te bieden. Uiteindelijk werd Van Mil wel geopereerd, hoewel ze vlak voor aanvang van de ingreep nog ernstig twijfelde. Nu is ze blij er nog te zijn en bereidt ze een theatervoor stelling voor: Vals Plat. Inge Diepman in gesprek met prof. dr. Peter Mulders en Kitty van Mil over bevlogen topzorg.
Foto: Marc van Teeffelen
Overdaad aan informatie ‘Is dit een voorbeeld van bevlogen topzorg?’ vraagt Inge Diepman. Ja, zeggen de inmiddels aangeschoven prof.dr. Peter Mulders (uroloog en portefeuillehouder patiëntenzorg bestuur RUCO), Jos Werner (voormalig bestuursvoorzitter UMC St Radboud en oud-Eerste Kamerlid voor het CDA, nu voorzitter van de Neder landse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties), Michel Rudolphie (directeur KWF Kankerbestrijding) en Esther Meijer. ‘Psychosociale zorg wordt steeds belang rijker in de oncologie’, zegt Michel Rudolphie. ‘Maar die staat wel onder druk: de zorg is versnipperd, er zijn veel organisaties met eigen normen en richtlijnen.’ Jos Werner valt hem bij: ‘Een overdaad aan informatie kan óók schaden!’
In de kofferbak Het gesprek gaat verder over nieuwe trends in de zorg: de patiënt centraal stellen en een actieve rol geven. Kitty van Mil meldt dat niet elke patiënt daarop zit te wachten: ‘Je wilt als patiënt vooral dat de arts moeite doet om jou te begrijpen. Ze zeggen wel eens: vroeger bestuurde de dokter de auto met de patiënt op de ach terbank, nu zit de patiënt náást de dokter en wil hij af en toe zelfs meedraaien aan het stuur. Nou, in mijn situatie was het meer: doe mij maar in de kofferbak met de deur
ethiek Kennis, kunde: kassa De ontwikkeling van het Nederlandse zorgstelsel lijkt koersvast te gaan in de richting van ondernemerschap en winstbejag. Vorige week maakte de minister bekend dat zij toestaat dat ziekenhuizen winst uitkeren aan aandeelhouders. Uitgezonderd de academische ziekenhuizen dan. Voorbeelden van ziekenhuizen die al aan het model voldoen, staan in Lelystad en de Amsterdamse wijk Slotervaart. Beide ziekenhuizen waren tot voor kort zeer verliesgevend en eigenlijk failliet. Zorgverzekeraars en overheid moesten bijspringen met veel geld en het is de vraag waarom zij nu een voorbeeld zouden zijn voor de rest. Ook in de VS was de privatisering van de ziekenhuiszorg niet direct een succes. Daar zijn heel wat ziekenhuizen failliet gegaan en weer tot leven gebracht op een wijze die de Grieken hoop zou geven.
goed dicht. Waarom zou ik moeten meebeslissen? Ik heb geen geneeskunde gestudeerd.’
Concentratie van zorg Er wordt een filmpje getoond, waarin orthopedisch chirurg Bart Schreuder pleit voor het uitvoeren van bepaalde specialistische operaties in erkende oncologi sche centra, zoals het UMC St Radboud. Door de huidige verdeling van geld gebeurt het nu soms dat hij patiënten moet weigeren die vanuit andere ziekenhuizen worden doorverwezen. Of dat hij ze moet terugsturen, terwijl alle kennis en kunde in Nijmegen aanwezig zijn. Dat zou inderdaad anders geregeld moeten worden, beaamt Martin Bontje (lid RvB Coöperatie VGZ), die aan de gesprekstafel komt zitten. Waarop Cathy van Beek (lid RvB van het UMC St Radboud) vanuit het publiek aangeeft dat ‘er dan onmiddellijk zaken gedaan kunnen worden’, zodat de operaties voortaan in het Radboud uitgevoerd worden. Het publiek lacht; ook Bontje knikt en glimlacht welwillend mee. ‘Het is vanzelfsprekend dat het anders moet en dat de prijsstelling niet deugt’, erkent hij. Rudolphie kantelt de discussie: ‘Belangrijker dan wie nu de kwaliteit van zorg bepaalt – de overheid, de zorgver
Wat is er gaande achter deze ontwikkeling? Welk geloof leidt tot deze ingrijpende veranderingen en welke hoop heeft men voor de toekomst? Is er een morele rechtvaardiging te geven voor de idee dat ziekenhuizen winst maken met hun hulp aan patiënten? Moeilijke vragen waarop twee partijen een antwoord lijken te hebben. De ene pleit voor kostenbesparing en effectiviteit.
Daarop zou een ziekenhuis meer gaan letten wanneer er winst mag worden gemaakt. De andere partij pleit voor meer vernieuwing. Mensen worden mondiger, willen zelf controleren welke zorg zij nodig hebben. Meesturen betekent dan ook meebetalen. De tijd van gratis zorg voor iedereen die het nodig denkt te hebben, is
12
zekeraars, de instellingen zelf of de patiëntenorganisa ties – vind ik de vraag: wie is er verantwóórdelijk voor? Ik vind: de zorgverleners zelf, maar ook de Raden van Bestuur van ziekenhuizen. Communiceer wat je doet, wees transparant. Dat is ook lef tonen.’ n
Over het RUCO Het Radboud Universitair Centrum voor Oncologie (RUCO) is een in kanker gespecialiseerd centrum waar alle oncologische expertise van het UMC St Radboud samenkomt. In de nabije toekomst ook letterlijk, in een nieuw gebouw. Vanaf dat moment heeft de patiënt slechts één ingang voor het hele traject van preventie, diagnostiek, behandeling, ondersteunende en palliatieve zorg, ongeacht de tumorsoort. In het kader van de Wereldkankerdag (4 februari) hield het RUCO op vrijdag 3 februari het congres ‘Zeker van bevlogen topzorg’ in De Vereeniging in Nijmegen.
voorbij. Beide partijen gaan uit van een economische dienst, niet van een nood die uit menselijk oogpunt moet worden gelenigd. Daar zit een moeilijk punt. Wanneer een zorgteam iemands leven met veel zorg en inspanning weet te redden, dan wordt daaraan meestal meer dan economische waarde gegeven. Zorg geeft dan uitdrukking aan echt mens en medemens zijn. Dat is een meerwaarde die boven kosten en effectiviteit uitstijgt. Nederland kent traditioneel twee geesten, die van de koopman en die van de dominee of pastoor. De laatste jaren is de koopman veel en vaak aan het woord. Dominee en pastoor zwijgen bedremmeld, terwijl de zorg door de koopman wordt overgenomen. Dat geldt ook voor de academische zorg. Onderzoek moet voortaan betaalbaar zijn en iets opleveren, academische zorg wordt dan rendabel. Met andere woorden: na de gewone ziekenhuizen volgen de academische. Kennis, kunde: kassa. Dat is de denkwijze. Maar vergeet niet: de echte waarde van de zorg heeft een andere dimensie. Evert van Leeuwen