Pagina 1 Oogvereniging Nederland, Regiogroep Amsterdam en omstreken. Werkplan voor het jaar 2013.
Inhoudsopgave: 1. Inleiding. ................................................................................................................. 2 2. Doelstelling en hoofdactiviteiten. ............................................................................ 3 Deelname aan de samenleving. .............................................................................. 3 Belangenbehartiging regionaal. .............................................................................. 3 Groeien van het ledental. ........................................................................................ 4 3. Wat kunnen we en wat kunnen we niet. ................................................................. 5 Leden welkom heten. .............................................................................................. 5 Kader en vrijwilligers. .............................................................................................. 5 Onze reputatie ........................................................................................................ 6 Voorlichting en advies. ............................................................................................ 6 Financiële positie. ................................................................................................... 7 Vernieuwing bestuur. .............................................................................................. 7 4. Samenwerking in- en extern. .................................................................................. 8 Interne samenwerking. ............................................................................................ 8 Werkgroep Mobiliteit. .............................................................................................. 8 Externe samenwerking............................................................................................ 9 5. Activiteiten. ........................................................................................................... 10 Terugkomende activiteiten. ................................................................................... 10 Incidentele activiteiten ........................................................................................... 11 6. Interne organisatie. ............................................................................................... 12 Bestuur.................................................................................................................. 12 Werkgroep, commissie en team. ........................................................................... 12 7. Communicatie. ...................................................................................................... 14 Ledenblad. ............................................................................................................ 14 Het Alternatiefje. ................................................................................................... 15 Website. ................................................................................................................ 16 Mailgroepen. ......................................................................................................... 16 Folders. ................................................................................................................. 16 Telefoon. ............................................................................................................... 17 8. Planning................................................................................................................ 18 9. Financiën. ............................................................................................................. 19 10. Evaluatie. ............................................................................................................ 20
Pagina 2
1. Inleiding. Een geslaagd einde en een goed begin, zo zou je het willen, maar dat gaat niet vanzelf. Dat geslaagde einde hebben we, op het moment dat dit werkplan wordt geschreven, dat is begin november 2012, bijna bereikt. Aan het goede begin gaan we vanaf nu werken. We doelen hierbij op het beëindigen per 31 december 2012, van het bestaan van de NVBS, de Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden en het verder gaan van de NVBS onderdelen binnen de nieuwe Oogvereniging Nederland, per 1 januari 2013. Daarbinnen zal onze afdeling een regiogroep gaan vormen, de regiogroep Amsterdam en omstreken. Die nieuwe vereniging komt door een fusie tot stand, we komen dus in gezelschap te verkeren, dat zal verschillen van het oude, of misschien toch niet? De keuze voor die fusie is bewust gemaakt en zal een einde maken aan een groot deel van de versnippering, waar onze doelgroep al veel te lang last van had. Veel beter is het om de handen ineen te slaan en samen te werken, naast en met elkaar. Wij zullen daaraan ons steentje bijdragen, dat doen we binnen onze regio en waar het kan verlenen we ook landelijk steun aan activiteiten, in het kader van belangenbehartiging. Daarnaast zullen wij ons inzetten voor het ondersteunen van de patiënten- en themagroepen, als zij daar binnen onze regio behoefte aan hebben. Zover dat tot onze mogelijkheden behoort, zullen wij ook trachten om regionaal de goede band met onze leden te behouden, door het organiseren van activiteiten, gericht op ontmoeting, ontspanning en plezier. Dit alles zullen wij in dit werkplan nader uitwerken. We richten ons daarbij op de landelijk vastgestelde missie, die als volgt luidt: “Blinden en slechtzienden ondersteunen en versterken, om ervoor te zorgen dat zij gelijke kansen krijgen binnen de maatschappij in relatie tot de ziende medemens.” Als regiogroep zullen wij onze doelen daarvan afleiden. Namens het regiobestuur, Henk Nobel, secretaris.
Pagina 3
2. Doelstelling en hoofdactiviteiten. De doelen die wij voor ogen hebben, zijn dezelfde als die van de landelijke vereniging en bevatten de volgende punten: - Deelname van blinden en slechtzienden aan de samenleving. - Belangenbehartiging in de breedste zin op regionaal niveau. - Groeien van het ledental. Zoals reeds in de inleiding vermeld, worden die doelen niet vanzelf bereikt, wij zullen ons ervoor moeten inzetten. We nemen ze daarom apart onder de loep, waarbij we de beoogde doelen vergelijken met de situatie met die bij de oude afdeling van de NVBS, een andere referentie hebben wij niet. Per onderwerp geven wij meteen aan, op welke wijze wij dat doel willen nastreven of zelfs bereiken in 2013:
Doel 1. Deelname aan de samenleving. Dit doel wordt alleen bereikt door mensen uit onze doelgroep gelijke kansen te geven. Zij moeten dus, net als ieder ander, kans maken op goede scholing, studie, werk en inkomen, sociale wetgeving, mobiliteit, hulpmiddelen, lectuur en informatievoorziening. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Bij onze inzet zullen wij telkens testen of die deelname daarmee wordt gediend.
Belangenbehartiging regionaal. Realisatie van dit doel streven wij na, door waar mogelijk in te haken op lokaal of regionaal actieve platforms voor lichamelijk gehandicapten. Waar dat niet kan, gaan wij op eigen kracht aan de gang. Het motto daarbij is: “Regulier waar het kan, specifiek waar het moet”. Wij nemen al sinds jaar en dag deel aan de platforms voor mensen met een beperking. Het gaat daarbij om Cliëntenbelang Amsterdam, om OLGA (Overleg Lichamelijk Gehandicapten Amstelland) en om de BGH (Belangengroep Gehandicapten Haarlemmermeer). Vanuit die organisaties nemen wij weer deel aan allerlei werkgroepen en meer specifieke groepen, zoals die in de Amsterdamse stadsdelen en in Amstelveen bij de lokale Participatiegroep Gehandicapten. De platforms onderhouden ook contacten met de plaatselijke politiek, wat het voor ons mogelijk maakt om ook daar een netwerk in stand te houden. Waar dat gewenst is (“specifiek waar het moet”) onderhouden wij intensieve contacten met gemeentelijke diensten, OV-bedrijven, enz. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen deze contacten in stand houden en zo mogelijk uitbreiden, wat afhankelijk is van de beschikbaarheid van kader, dat hopelijk uit de fusiepartners overkomt.
Pagina 4
Groeien van het ledental. Dit doel maakt meer kans om te bereiken door de fusie die per 1 januari wordt gerealiseerd. Ten eerste komen er dan de leden bij die alleen lid waren van fusiepartners anders dan de NVBS. Zij sluiten zich hopelijk bij onze afdeling aan, maar zijn daar niet toe verplicht. De mogelijkheden moeten we verder zoeken in de door de fusie grotere kracht van de vereniging en de uitstraling daarvan op mensen, die wel tot de doelgroep behoren, maar tot nu niet georganiseerd waren. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen de tot dan niet bij ons bekende leden, die binnen onze regio wonen, stimuleren om zich zover zij dat nog niet deden, bij onze regiogroep aan te sluiten. Wij zullen verder zoveel mogelijk inhaken op landelijke publicitaire acties, om de nieuwe Oogvereniging onder de aandacht van het grote publiek te brengen. Daarbij zal werving van nieuwe leden het doel zijn. De doelgroep is vele malen groter dan het aantal georganiseerden, er is dus vooralsnog veel mogelijk. Daarnaast zal het nieuwe contact met tot dan onbekende leden, afkomstig van de fusiepartners, veel aandacht verdienen.
Pagina 5
3. Wat kunnen we en wat kunnen we niet. Leden welkom heten. We kunnen ons als regiogroep, voortkomend uit de NVBS afdeling Amsterdam e.o., bij het kijken naar de toekomst, baseren op een sterke positie: We hebben een flink ledental van tegen de 500 vanuit de oude NVBS en daar komen ongetwijfeld leden bij uit de kring van de andere fusiepartners. Met meer leden kunnen wij ook met nog meer gezag spreken, want getallen tellen nu eenmaal sterk mee. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen eraan werken dat tot dan onbekende leden, zich welkom en zo snel mogelijk thuis gaan voelen binnen onze regiogroep. Naar de vorm waarin dat gebeurt moet nog worden gezocht, omdat we nog geen idee hebben van de aantallen waar het om gaat en de spreiding over onze regio.
Kader en vrijwilligers. Als regiogroep denken we ook te mogen blijven rekenen op de grote groep kaderleden, tussen de 50 en 60 personen, die de oude NVBS afdeling altijd zo trouw heeft gesteund. In het bedrijfsleven zou men in deze positie zelfs spreken over “kapitaal” en zo moeten wij het eigenlijk ook beschouwen. Op kapitaal moet je zuinig zijn en dat zijn we zeker. Ons kapitaal, om maar even bij die vergelijking te blijven, is in staat om zelfstandig zijn gang te gaan, want dat heeft de ervaring ons geleerd. Die zelfstandigheid is te danken aan het feit, dat wij vanuit het bestuur al onze kaderleden altijd heel veel vrijheid hebben gelaten, wat slechts zeer sporadisch tot problemen heeft geleid en dan in die paar gevallen vrij eenvoudig corrigeerbaar was. Het bestuur is er echter altijd voor ze, om ze waar dan ook te steunen. Het bestuur is al die kaderleden ook reuze dankbaar voor hun belangeloze inzet, wat met geen goud te betalen zou zijn. Om die dankbaarheid te tonen, krijgen onze kaderleden jaarlijks een gezamenlijk diner aangeboden, waar altijd veel belangstelling voor bestaat en hoog wordt gewaardeerd. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen nagaan of de reeds bij ons bekende kaderleden, ook binnen de nieuwe vereniging die status willen voortzetten. Wij zullen zo snel mogelijk na de fusie, onderzoeken welke tot dan onbekende leden tot het kader behoorden en of zij die positie ook binnen de nieuwe regiogroep willen behouden. Noot: Het is mogelijk dat die kaderleden zich bijvoorbeeld alleen voor een patiënten- of themagroep willen inzetten. Verder moeten we onderzoeken of bij de fusiepartners ook gewerkt werd met vrijwilligers, die dus geen lid zijn. Op die wijze zullen wij ons kader en de groep vrijwilligers zo breed en sterk mogelijk maken. Vrijwillig is niet vrijblijvend: Als je je ergens voor inzet dan kun je dat niet zomaar laten vallen op het moment dat het je uitkomt. Binnen de Oogvereniging wordt daarom gedacht over het enigermate formaliseren, door met vrijwilligers (dus ook kaderleden) een vrijwilligerscontract te sluiten, waarin wat afspraken worden gemaakt die de positie wederzijds verduidelijken.
Pagina 6 Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen de ontwikkelingen die zich landelijk voordoen bij het gebruik van een vrijwilligerscontract, zoveel mogelijk volgen. Wij willen dit wel een vriendelijk karakter geven. In dit verband denken wij ook aan een VOG, dat is een Verklaring van Goed Gedrag, ook daarbij volgen wij wat er landelijk aan beleid wordt ontwikkeld.
Onze reputatie Ook van grote waarde is, de reputatie die wij, zowel intern als buiten de deur, in de loop der jaren hebben opgebouwd: Men acht ons als bestuur en kader, ter zake kundig, betrouwbaar, loyaal en prettig in de omgang. Die status is niet in geld uit te drukken, maar toch zeer waardevol en moet dus gehandhaafd blijven. Wij hebben er alle vertrouwen in dat wij in dit handhaven zullen slagen. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij moeten trachten om de tot dan onbekende leden en met name het kader en de vrijwilligers, bekend te maken met onze manier van omgaan met de buitenwereld: Geen gedram, maar overtuigingskracht, niet de ander de wil opleggen, maar openstaan voor de mening van die ander. Onze kracht moet komen uit kennis, waarbij onze ervaringsdeskundigheid ons sterkste wapen is. Die kennis moeten wij niet opdringen, maar wel laten gelden tijdens overleg dat in goede sfeer plaatsvindt.
Voorlichting en advies. Onze kracht zit met name in het geven van voorlichting en advies, zowel gevraagd als ongevraagd. Door daarin altijd eerlijk te zijn en onze mening te kunnen beargumenteren, wordt die mening zowel in- als extern altijd gewaardeerd. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Onze activiteiten op het gebied van voorlichting, zoals tijdens de zo succesvolle open dagen (wij spreken van Ontmoetingsdagen) in de grote ziekenhuizen, zullen wij zoveel mogelijk voortzetten. Reeds nu wordt het plan opgesteld voor de te organiseren Ontmoetingsdagen in 2013. Veel meer dan tot nu toe, zullen wij dat gaan doen in goede samenwerking met de patiëntengroepen. Hoewel de MD-vereniging niet aan de fusie deelneemt, zullen wij ook die vereniging steeds bij deze open dagen betrekken, hetzelfde geldt voor de Diabetes Vereniging, waarmee wij uitstekende banden hebben. Daarnaast zullen wij de regionale activiteiten die de patiëntengroepen willen gaan organiseren, moeten faciliteren. Hoe dat in zijn werk moet gaan zal de tijd leren. Voorlichting op individuele basis, zoals telefonisch, zullen wij als het om oogaandoeningen gaat, moeten verleggen naar de betrokken patiëntengroep, wij moeten onze inzet beperken tot algemene belangenbehartiging. Bij de Ontmoetingsdagen in de ziekenhuizen, maken wij het liefst gebruik van de ruimte, die meestal kort bij de ingang ligt. Er is voor een opstelling met 24 meter tafel ook wel veel ruimte nodig. De ziekenhuizen richten in die ruimtes echter meer en meer eigen voorzieningen in, zoals een apotheek, waardoor men ons niet meer van dienst kan zijn. Het dan maar laten vervallen van die gelegenheid om ons te
Pagina 7 presenteren, is het begin van het einde van deze activiteit. We zullen ons dus moeten aanpassen, bijvoorbeeld door met een kleinere opstelling te komen. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Waar in een ziekenhuis geen ruimte meer is voor een groot opgezette Ontmoetingsdag, zullen wij trachten ons met een kleinere opzet toch te blijven manifesteren.
Financiële positie. Wat ons zorgen baart is onze financiële positie: Wij konden ons tot eind 2012 financieel goed redden, maar hebben geen zekerheid over onze inkomsten in 2013 en nog minder over de periode daarna. Die inkomsten bestaan namelijk vooral uit subsidies uit slechts enkele bronnen. Vanuit die bronnen klinken signalen die niet gunstig zijn. Een andere inkomstenbron vormt de bijdrage die wij vanuit de landelijke vereniging ontvangen: Nu is reeds duidelijk dat wij straks meer leden zullen mogen bedienen, maar het totaal van de bijdrage zal daarmee niet hoger worden. Dat betekent een verschraling die wij naar we vrezen, in de uitgaven moeten compenseren. Het ziet er gelukkig naar uit dat dit geen directe gevolgen zal hebben voor activiteiten voor onze leden, maar zekerheid op langere termijn kunnen wij, wat dat betreft, niet geven. De financiële begroting voor 2013 is reeds opgesteld en vormt een bijlage bij dit werkplan. Die begroting moest worden gebaseerd op de gegevens uit de financiële administratie van de oude NVBS afdeling. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen onze financiële mogelijkheden nauwlettend moeten volgen, verder moeten we mogelijkheden aangrijpen om meer inkomsten te verwerven. Daar waar wij facilitair optreden voor andere ledengroepen, moet bekeken worden welke vergoeding of bijdrage daar tegenover moet komen te staan.
Vernieuwing bestuur. Zorgelijk is ook de situatie, dat ons bestuur aan het vergrijzen is. Vele pogingen die zijn gedaan om nieuwe bestuursleden aan te trekken voor functies binnen het dagelijks bestuur, met name die van secretaris, zijn tot nu zonder resultaat gebleven. Onze hoop is daarom gevestigd op de groep leden die per 1 januari bekend wordt. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij moeten al vroeg in het nieuwe jaar trachten om kandidaten voor het bestuur en met name het dagelijks bestuur, te werven. Tijdens de ledenvergadering in het voorjaar moet een nieuw bestuur worden gekozen, hopelijk kunnen daarvoor nieuwe krachten worden gevonden.
Pagina 8
4. Samenwerking in- en extern. Interne samenwerking. Bij het vorige onderwerp schreven we over onze goede reputatie, die zo waardevol is. Dat komt tot uiting in de prettige samenwerking die wij tot nu altijd hebben gehad met diverse partijen. Intern betreft dat de landelijke vereniging; zowel met het Hoofdbestuur als met het landelijk bureau van de NVBS en de verschillende andere groeperingen, hebben wij een uitstekende band. Hetzelfde geldt voor onze samenwerking met Viziris en eigenlijk ook met de andere fusiepartners, zoals Retina Nederland, de Glaucoomvereniging, enzovoort. Ook met de lokale vertegenwoordigers van de MD-vereniging. die niet aan de fusie deelneemt, onderhouden wij prettige contacten en vaak werken we met ze samen. Dan is er nog het contact met de Diabetesvereniging, afdeling Amsterdam, die onder meer, net als de zojuist genoemde organisaties, graag deelneemt aan onze Ontmoetingsdagen in de grote ziekenhuizen. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij moeten ons instellen op de nieuwe situatie in de Oogvereniging, waarbij we de reeds bestaande samenwerking met enkele patiëntengroepen moeten voortzetten en die met de overige tot stand moeten brengen. Hetzelfde geldt voor de MD- en de Diabetesvereniging in onze regio.
Werkgroep Mobiliteit. Onze afdeling beschikt over een eigen Werkgroep Mobiliteit, die zeer actief is. De groep bestaat uit 8 leden, er maken zowel blinden als slechtzienden deel van uit. Deze werkgroep volgt alle ontwikkelingen rond onze mobiliteit op de voet, is zeer alert op alles wat er gebeurt en op alles wat verbeterd kan worden. Uitwisseling van informatie vindt plaats tijdens bijeenkomsten van de werkgroep, maar veel wordt ook per e-mail uitgewisseld. Het bestuur wordt voortdurend op de hoogte gehouden van het doen en laten van de werkgroep. Het kan daarbij gaan om de buitenruimte, met rotondes, verkeerslichten, rateltikkers en (de aanleg van) geleidelijnen, maar ook waar onze veiligheid in het geding is. Een punt van grote zorg is de jongste ontwikkeling bij “shared space” (dit betekent “gedeelde ruimte”), dus gebieden op straat waar geen voelbaar of duidelijk herkenbaar onderscheid is tussen gebieden voor voetgangers, fietsers en auto’s. Maar ook de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid van openbare gebouwen vergt veel aandacht. De werkgroep wordt gesteund door professionele medewerkers van Cliëntenbelang Amsterdam, deze organisatie werd al eerder in dit werkplan genoemd. Zeer veel aandacht vergt ook het openbaar vervoer, in de zin van toegankelijkheid en bruikbaarheid van haltes, perrons en dergelijke, maar ook het gebruik van de OVchipkaart en de moeilijkheden die onze doelgroep daarmee ondervindt. Bij veel van deze zaken moeten wij ons richten op landelijke regelgeving, maar ook bij het overleg daarover trachten wij nauw betrokken te blijven. Het is daarom dat de inzet van deze werkgroep zich zowel op interne als externe contacten richt, dat is ook
Pagina 9 de reden dat de activiteiten van deze werkgroep in dit werkplan, tussen het vorige en het volgende onderwerp werden geplaatst.. De werkgroep neemt deel aan het landelijk overleg, dat tot nu bij en onder aansturing van Viziris plaatsvindt. Wij nemen aan dat dergelijk overleg ook in de toekomst zal worden voortgezet, waaraan wij dan graag weer onze steun en inbreng zullen leveren. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Ook in het komende jaar zal het hele pakket dat de werkgroep tot haar werkgebied rekent, volop in de aandacht staan. Met name (landelijke) ontwikkelingen bij het gebruik van de OV-chipkaart zullen veel inspanning en tijd vergen.
Externe samenwerking. Konden we hierboven nog over min of meer interne contacten spreken, ook onze externe contacten zijn goed. Hiervoor werd reeds geschreven bij het onderwerp “Regionale Belangenbehartiging”, kortheidshalve wordt daarnaar verwezen. Samenwerking vindt verder plaats met - Bartiméus, afdeling Amsterdam en - Koninklijke Visio, regio Noordwest, beide organisaties zetten zich professioneel in voor onze doelgroep, met ondersteuning, advies en revalidatie. - Stichting Blinden-Penning, optredend als fonds waaruit men onder meer enkele van onze activiteiten financiert. Maar men organiseert ook zelf veel activiteiten, die aanvullend zijn op de onze en voor veel mensen uit onze doelgroep heel veel betekenen. - Cormeta, een sportvereniging die hun leden die dat willen, wekelijks laat zwemmen, maandelijks laat wandelen en in het daarvoor geschikte seizoen laat tandem rijden. - ASSV, wat staat voor de Amsterdamse Spoorwegen Sportvereniging, die de deelnemers in staat stelt om wekelijks showdown te spelen. Showdown is een soort tafeltennis voor blinden. Wie niet blind is zet er tijdelijk een zwarte bril bij op. - Running Blind Amsterdam, een organisatie die nog in oprichting is en zijn juiste vorm nog niet heeft bereikt. Het gaat hierbij om hardlopen door blinden en slechtzienden, waarbij van een buddy gebruik wordt gemaakt. Met al deze organisaties onderhouden wij zeer goede banden, wij stimuleren onze leden om aan hun activiteiten deel te nemen. Ons standpunt is dat, wat anderen goed doen, moeten wij niet ook willen doen, maar van harte steunen Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Na de fusie zal in de huidige situatie geen verandering komen, wij kunnen ons contact en onze inzet continueren.
Pagina 10
5. Activiteiten. Terugkomende activiteiten. Onze afdeling organiseert activiteiten voor de leden. Voor een deel zijn dat min of meer terugkerende activiteiten, waarvan we noemen: - maandelijkse bijeenkomsten met het karakter van een soos, in Zorgcentrum Nieuw Vredenburgh in Amsterdam, waaraan per keer tussen de 20 en 35 bezoekers deelnemen. In december en januari maken deze bijeenkomsten, die al tientallen jaren bestaan, plaats voor respectievelijk de Kerst- en de Nieuwjaarsviering, - huiskamerbijeenkomsten, zo om de zes weken, in Amsterdam, op initiatief van de MD-vereniging. Aan deze reeds lang bestaande activiteit doen per keer 8 tot 12 personen mee. Er worden ervaringen en informatie uitgewisseld, gezelligheid speelt zeker een rol, - maandelijkse bijeenkomsten in een wijkgebouw in Hoofddorp, vergelijkbaar met de huiskamerbijeenkomsten in Amsterdam, maar niet gekoppeld aan een bepaalde vereniging. Deze activiteit is nog vrij jong, per keer doen er 5 tot 8 personen aan mee, - tweewekelijks een handwerkgroep bij één van de leden in de huiskamer, met een betrekkelijk klein maar zeer hecht groepje vrouwen, waar het nuttige en gezellige worden verenigd, - maandelijks een eetgroep, in de aula van de Comeniusschool in Amsterdam, met gebruikmaking van de mooie keuken daar, met rond de 20 deelnemers per keer, Het gezamenlijk eten wordt voorafgegaan door het ter plaatse voorbereiden en koken door enkele vrijwilligers, gezelligheid is er troef, - maandelijkse bijeenkomsten van onze computerclub Escape, in een zaaltje van Ziekenomroep Domino in het Slotervaartziekenhuis in Amsterdam, waaraan per keer 15 tot 20 personen deelnemen. Deze succesvolle activiteit gaat al haar 15-jarig bestaan tegemoet. Hier worden ervaringen met computers en allerlei andere technische apparaten uitgewisseld, af en toe geeft een leverancier er voorlichting over een product, - jaarlijks wordt een bustocht georganiseerd, waarvoor zoveel belangstelling bestaat dat de bus voor 50 personen eigenlijk te klein is. Het is een dagtocht, met de gebruikelijke koffiestop, een lunch en tot slot een diner. In de ochtend wordt meestal een excursie gemaakt naar een interessant project, in de middag meestal een tocht per boot, huifkar of toch met de bus, door of langs mooie gebieden in ons land. - eveneens jaarlijks wordt een diner georganiseerd, waarbij we nu geen gebruik meer kunnen maken van de Hotelschool in de Da Costastraat. Er is echter al een andere locatie gevonden. Ook aan deze activiteit doen veel mensen mee, meestal 30 tot 35 personen. - er wordt verder onderzocht, of kan worden ingehaakt op een groep die in Haarlem bridge speelt en daar graag slechtzienden bij wil betrekken. Deze activiteit moet van onze kant nog helemaal van de grond komen. Opmerking: Naast al deze activiteiten zijn er voor onze leden dus ook de reeds genoemde vele leuke en interessante mogelijkheden die de Stichting BlindenPenning biedt.
Pagina 11
Incidentele activiteiten Onze afdeling kent een Activiteitencommissie bestaande uit vier zeer enthousiaste leden die, aanvullend op de reeds genoemde, ook incidenteel activiteiten organiseert. Daarbij kan het gaan om een bezoek aan een museum of tentoonstelling, een rondvaart, een tochtje met sloepen of roeiboten, klauteren in een klimwand, duiken in een zwembad, een bezoek aan een bijzonder adres of een bijzondere attractie, deelname aan een bijeenkomst over Tupperware, brandpreventie, eerste hulp, enzovoort. De commissie organiseert ook het reeds genoemde jaarlijkse diner. Het aantal deelnemers wisselt per activiteit, omdat vaak niet meer dan een bepaald aantal personen mee kan, maar per gelegenheid zitten we meestal “vol”. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel. Bij de hierboven genoemde activiteiten mogen we over het algemeen zeer tevreden zijn met het aantal deelnemers. Als ons ledental groeit, dan zou het kunnen zijn dat de beschikbare accommodatie te krap wordt. Wij zullen dan naar nieuwe mogelijkheden moeten zoeken, of bepaalde activiteiten moeten herhalen voor een tweede groep. De onzekerheid over het aantal leden en het niet kennen van de belangstelling van tot dan onbekende leden, maakt het onmogelijk om de plannen voor 2013 nu al te concretiseren.
Pagina 12
6. Interne organisatie. Bestuur. Hiervoor drukten wij al onze bezorgdheid uit over de vergrijzing binnen ons bestuur. Met name onze secretaris zou graag een flinke stap terug doen, maar in zijn opvolging kon, ondanks intensieve pogingen daartoe, nog niet worden voorzien. Waar mogelijk wordt wel getracht om deeltaken bij anderen onder te brengen. Wij kennen een dagelijks bestuur, bestaande uit voorzitter, penningmeester en secretaris. Daarnaast kennen wij nog algemene bestuursleden, het totale bestuur bestaat uit 9 personen. De dagelijkse gang van zaken ligt in handen van het dagelijks bestuur, de overige bestuursleden besturen “op afstand”. Het dagelijks bestuur vergadert in principe maandelijks, maar in de praktijk komt dat neer op zes tot acht keer per jaar. Dat kan door die vergadering te combineren met die van het algemeen bestuur, waarbij alle bestuursleden aanwezig zijn. Het algemeen bestuur komt minimaal drie keer per jaar bijeen. Van alle vergaderingen worden verslagen gemaakt. Door die verslagen steeds aan alle bestuursleden te sturen, blijft iedereen steeds op de hoogte. Daarnaast is er veelvuldig e-mail verkeer. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Voor 30 juni 2013 moet een nieuw bestuur worden gekozen, tot dan blijft het oude bestuur op zijn post. Wij zullen nastreven dat reeds tijdens de ledenvergadering in het voorjaar dat nieuwe bestuur wordt gekozen, wij moeten trachten om voor die tijd nieuwe kandidaten te vinden. Tot nu hebben wij ernaar gestreefd, onze bestuursleden bij de activiteiten te integreren, zodat de communicatie naar het bestuur daarmee meteen is verzekerd. Ook aan dat nuttige aspect moet aandacht worden besteed, of er moeten ten behoeve van de communicatie andere zekerheden worden ingebouwd. Bijzondere aandacht moet worden besteed aan de samenwerking met onze buurafdeling Noordwest: Wij zullen samen een zetel bezetten in de landelijke Ledenraad. De keuze wie ons vertegenwoordigd en de mening die door die afgevaardigden zal worden uitgedragen, vergt meer van ons dan in het verleden, toen wij alleen met onze eigen afdeling van doen hadden. De contacten met Noordwest zijn echter goed, wij verwachten dan ook dat die samenwerking geen problemen zal opleveren.
Werkgroep, commissie en team. Eerder in dit werkplan kwam de Werkgroep Mobiliteit al aan de orde, evenals de Activiteitencommissie, wij hoeven daaraan hier dus geen aandacht meer te besteden. Bij de NVBS is al vanaf de oprichting een Felicitatieteam actief, een groepje van drie enthousiaste dames, die de leden op of rond hun verjaardag telefonisch feliciteren. Zij doen dat aan de hand van een lijst, die zij maandelijks van de secretaris ontvangen. Hij richt die lijsten zo in, dat iemand telkens door een ander wordt gebeld.
Pagina 13 Er zijn leden die er geen prijs op stellen dat ze gebeld worden, daarvan maakt de secretaris dan een notitie in zijn gegevens. Verreweg de meeste leden stellen dit echter zeer op prijs, zo zelfs dat een dergelijk telefonisch contact nog wel eens langdurig kan zijn, maar dat wordt dan aan beide zijden van de lijn als prettig ervaren. Via deze contacten worden ook vaak bijzonderheden geconstateerd; een niet doorgegeven adreswijziging, een foutje in de gegevens, een huwelijksjubileum, een droevige gebeurtenis, enzovoort. Als dit aan de secretaris wordt gemeld en het om administratieve zaken gaat, dan kan hij die meteen vastleggen. Bij lief en leed dat hem ter ore komt, omdat er echt iets bijzonders aan de hand is, neemt hij nog wel eens vervolgstappen. Hij kan daarbij terugvallen op een zeer betrouwbaar kaderlid met een warmvoelend hart, zij komt dan in actie om extra aandacht aan de situatie te schenken, ook dit wordt altijd hoog gewaardeerd. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Er is geen reden om deze activiteit aan te passen, wel zullen we aandacht moeten schenken aan het feit dat een groter ledental op dit punt ook meer actie vergt, het team zal dan moeten worden uitgebreid.
Pagina 14
7. Communicatie. Ledenblad. Er is op dit moment nog niets bekend over de toekomstige communicatie binnen de nieuwe vereniging. Er zal ongetwijfeld een landelijk ledenblad komen, waarbij men denkt aan een bijlage van en voor de leden van de eigen ledengroep. Het oude ledenblad van de landelijke NVBS, kende een verschijningsfrequentie van elf uitgaven per jaar, alleen in augustus verscheen het niet. Onze afdeling, straks regiogroep, heeft altijd een eigen ledenblad uitgegeven, getiteld Mededelingenblad. Dit blad verscheen altijd zes keer per jaar, in de even maanden. Dat verschil in het aantal uitgaven per jaar, maakte het onmogelijk om tot een goede afstemming te komen over wat er in de verschillende publicaties werd opgenomen. In de praktijk bleek die inhoud ook sterk te verschillen.
Pagina 15 Gezien dat verschil in het aantal uitgaven per jaar en het totaal verschillen van de inhoud, kan voor de toekomst ook een andere keuze worden gemaakt: De regiogroep kan als voorheen een eigen blad uitgeven en daarin de patiënten- en themagroepen ruimte bieden voor lokaal of regionaal nieuws. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Afhankelijk van wat de landelijke werkgroep, die zich daarmee bezighoudt voor koers kiest, zullen wij voor ons ledenblad, dat in ieder geval blijft bestaan, de meest gewenste oplossing kiezen. Ons ledenblad verschijnt in verschillende leesvormen. Wij huldigen het eerder ingenomen standpunt dat ieder lid het blad in, zoals dat heet, de eigen leesvorm ontvangt. Het verschijnt nu in grootletter, in braille, per email en in gesproken vorm, over die laatste vorm straks meer. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Zover dat ons ook financieel mogelijk is, zullen wij ons ledenblad in de eigen leesvorm blijven verstrekken.
Het Alternatiefje. Onze afdeling geeft nog een tweede periodiek uit, getiteld Het Alternatiefje. Dit is een magazine op cd, dat even vaak en vrijwel gelijk met het Mededelingenblad verschijnt. Op die cd wordt heel veel informatie verstrekt. Het gaat daarbij om studiogesprekken, interviews en reportages. Verder is er een column, een muziekrubriek, het bespreken van technische hulpmiddelen en tips en een rubriek over onbekende religies. Tussen iedere rubriek plaatst de redactie passende muziekjes en af en toe is er een korte reclameboodschap. Het blad wordt afgesloten met het voorlezen van het Mededelingenblad, wat meteen voorziet in de behoefte aan een gesproken versie van deze uitgave. Alle leden van onze afdeling en nog enkele belangstellende niet-leden, ontvangen deze cd, voor het afspelen daarvan moeten ze over een Daisyspeler beschikken. De redactie bestaat uit vijf leden en wordt versterkt door twee technici. Voor de opname van de uitgave mogen wij gebruikmaken van de studio’s van Radio Domino, dat is de ziekenomroep van onder meer het Slotervaart Ziekenhuis in Amsterdam. De cd wordt vermenigvuldigd bij Dedicon in Grave en van daaruit rechtstreeks naar de abonnees verzonden. De uitgave wordt geheel gefinancierd door de S.A.G.N., dat is de Stichting Amsterdams Gesproken Nieuws. Deze stichting is ooit door ons bestuur in het leven geroepen, enkele van onze bestuursleden maken ook deel uit van het bestuur van de stichting. De stichting ontvangt geld van donateurs en uit schenkingen. verder brengen de reclames wat geld op.
Pagina 16
Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Het gaat bijzonder goed met Het Alternatiefje, wij zien dan ook geen reden voor het aanbrengen van wijzigingen. Wel zullen wij voor hogere kosten komen te staan, als we meer leden hebben. Aan dat probleem zullen we het hoofd trachten te bieden als er meer duidelijkheid over bestaat.
Website. De landelijke NVBS beschikte over een website, waarop ruimte werd geboden voor de ondergroeperingen (dat zijn afdelingen en contactgroepen). Die ruimte kon worden benut door middel van een “content management system”, dus beheren van de inhoud. Bij het gebruik van die voorziening stuitten wij op bezwaren die niet ondervangen konden worden. Om die reden hebben wij op de landelijke site slechts een enkele pagina, waarop wordt verwezen naar onze eigen website www.nvbs-amsterdam.nl. Op die site trachten wij zoveel mogelijk informatie te verschaffen aan bezoekers van internet, voor willekeurige bezoekers zowel als voor hen die gericht op zoek zijn. Het is een zogenaamd onderhoudsarme site; veel gegevens staan er en hebben geen onderhoud nodig. Wat wel actueel moet blijven vergt echter veel aandacht. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Afhankelijk van wat de landelijke vereniging straks te bieden heeft, zullen wij graag inhaken op de mogelijkheid om op hun site aan te haken. Werkt dat niet, of niet zoals wij willen, dan zullen wij opnieuw een eigen website lanceren. Omdat er veel foldermateriaal in omloop is, zie hierna, waarop onze website wordt genoemd, zullen wij in ieder geval nog langere tijd onze oude website “in de lucht” moeten houden.
Mailgroepen. Voor de communicatie met onze leden, maken wij gebruik van een eigen mailgroep, dat is een Yahoo-groep. Deze biedt de mogelijkheid om actuele zaken onder de aandacht van onze leden te brengen, maar ons bereik is daarmee beperkt tot deelnemers aan die mailgroep, wie niet over internet beschikt kunnen wij langs die weg dus niet bereiken. Deze mailgroep wordt ook door de deelnemers gebruikt; lokale of regionale kwesties worden er nogal eens ter discussie gesteld, wat het tot een levendig geheel maakt. Ook onze computerclub Escape beschikt over een eigen mailgroep en ook daarvan wordt intensief gebruik gemaakt. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Wij zullen trachten om alle gebruikers van een computer, zowel onder de bekende als onder de tot nu onbekende leden, tot deelnemer van de mailgroep van onze regiogroep te maken.
Folders. Onze afdeling beschikt over een ruim assortiment folders, over tal van onderwerpen. De meeste folders bestaan al langer, maar moeten up-to-date worden gehouden en
Pagina 17 soms moet er een nieuwe folder bij komen. Het is daarom dat wij geen grote voorraden aanleggen, maar steeds genoeg voor enige tijd. Dat kan, omdat wij die folders zelf ontwikkelen en produceren, één van onze kaderleden zet zich daarvoor in. Folders en brochures over oogaandoeningen en de mogelijke behandeling daarvan, maken wij niet zelf. Daarvoor gebruiken wij de folders die zijn ontwikkeld door de patiëntenverenigingen en bijvoorbeeld de farmaceutische industrie. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Al onze folders zullen door ons moeten worden aangepast aan logo en huisstijl van de nieuwe vereniging, maar daarvan is tot nu nog niets bekend. Onze folders vinden hun weg via de reeds besproken Ontmoetingsdagen, per keer worden wel enkele honderden folders uitgegeven. De folders worden vaak opgevraagd door derden, ook de MD-vereniging maakt er gretig gebruik van. Ze zijn ook te vinden in de folderrekken van een aantal ziekenhuizen. Het spreekt vanzelf dat dit geregeld moet worden gecontroleerd, geordend en aangevuld. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Al het uitstaande foldermateriaal moet, als het gereed is, overal worden vervangen door het nieuwe. Het onderhoud gaat gewoon door.
Telefoon. De NVBS afdeling beschikt niet over kantoorruimte, maar wel over een eigen telefoonaansluiting, het toestel staat bij de secretaris thuis. Van de mogelijkheid om naar dat nummer te bellen, wordt veel gebruik gemaakt, ook al omdat het nummer op al onze publicaties staat. De bellers zijn vaak leden van de afdeling/regiogroep, voor het stellen van allerlei vragen of het doen van mededelingen. Maar ook derden weten ons langs die weg goed te vinden, vaak gaat het daarbij om familieleden van mensen met beginnende of zelfs al gevorderde oogproblemen. De gesprekken variëren van lengte, maar vaak duren ze heel lang, waar dan blijkbaar behoefte aan is. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: De tenaamstelling van de telefoonaansluiting moet vroeg in het nieuwe jaar worden aangepast. Zeker kort na de fusie zullen tot dan onbekende leden de weg naar de regiogroep nog moeten vinden. Wij moeten ervoor zorgen dat de bereikbaarheid per telefoon geen drempels kent.
Pagina 18
8. Planning. In dit werkplan is op vele plaatsen opgenomen wat er volgens plan in 2013 moet gebeuren of onze aandacht verdient. Sommige zaken komen al heel snel aan de orde en zijn dan eenmalig, andere kunnen over het jaar worden verspreid. Langer vooruitkijken dan het komende jaar is bijna niet mogelijk, wel is zeker dat veel aandacht niet alleen in 2013, maar ook in de jaren daarna nodig zal zijn.
Pagina 19
9. Financiën. Bij het opstellen van de begroting voor 2013, die een bijlage vormt bij dit werkplan, kon de penningmeester zich alleen richten op het materiaal van de oude NVBS afdeling. In het werkplan staat op veel plaatsen, dat er zich ontwikkelingen kunnen voordoen die tot bijstelling van de begroting zou moeten leiden, maar vaak zal dat niet kunnen zonder andere zaken daardoor te treffen. Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Het zal voor onze penningmeester noodzakelijk zijn de financiën zorgvuldig te bewaken. Waar nodig zal hij het bestuur moeten melden of ingegrepen moet worden en zo ja, hoe dat zou moeten gebeuren. Intussen kan worden uitgezien naar mogelijkheden om onze inkomsten te verhogen.
Pagina 20
10. Evaluatie. Het bestuur zal in 2013 attent moeten zijn op de realisatie van alle plannen die voor dat jaar zijn gemaakt: Wordt alles gedaan en gaat dat zoals we konden verwachten? Waar moet worden bijgestuurd? Welke nieuwe zaken dienen zich aan, of welke nog niet bedachte mogelijkheden doen zich voor? Ons plan voor 2013 voor dit onderdeel: Bij elke vergadering van het dagelijks bestuur, zal de lijst met uit te voeren plannen, op voortgang worden bekeken. Waar nodig zal bijsturing in gang worden gezet en zullen nieuwe activiteiten worden ingepland. 2013 zal een jaar worden, waarin veel van ons wordt gevraagd, maar dat we vol vertrouwen tegemoet kunnen zien! Namens het bestuur, Henk Nobel, secretaris.