Ouderinfokrant
Een krant vóór ouders, dóór ouders! Voorjaar 2012
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave
3
Voorwoord
4
Beste Ouders
5
Even voorstellen
7
Vanuit de Ouderraad
8
De betekenis van Pasen
9
Heel speciaal is heel normaal: Obesitas
11
Seksuele opvoeding
13
Kookrubriek “En Garde!”
16
Hoogsensitieve kinderen verdienen een plek op school!
18
De Boekensteun
21
Meertalig opgroeien
23
Eropuit!
25
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 3
Voorwoord De vogeltjes fluiten je ’s morgens tegemoet, de dagen beginnen te lengen, we hoeven niet al om 5 uur ’s middags het licht aan te doen en de supermarkten bieden een ruim assortiment aan paaseieren aan; kortom de lente is begonnen! Heerlijk om na – slechts 2 ijskoude weken – de kinderen ’s morgens niet meer in een das, muts, wanten etc. te wikkelen voordat zij de deur uitgaan! Voor de groepen 8 is het belangrijkste “evenement” van het jaar al voorbij; de CITO eindtoets en zij kunnen zich gaan verheugen op het schoolkamp en de eindmusical. Verder zijn er de nodige verschuivingen en vernieuwingen in het leerkrachtenbestand geweest en verwelkomen we een “nieuw” gezicht in groep 5, Geert-Jan Grosfeld, en helaas hebben we ook afscheid moeten nemen van een “oud” gezicht, Lonneke Broers, jammer! We hebben tijdelijk Lissa uitgezwaaid en tevens her-verwelkomen we Yvette Mathijssen die voorheen al als stagiaire op de Bolster heeft gewerkt. Helaas neemt Paul van Enckevort na circa 3 jaar afscheid als lid van de OIK. "Ik heb het erg leuk gevonden om stukjes te schrijven voor collega-ouders over actuele onderwerpen. Graag wil ik, als enig mannelijk lid van de OIK-redactie, vooral vaders uitnodigen om mijn plek in de OIK-redactie over te nemen." Paul, bedankt voor je inzet en creatieve bijdragen en wij sluiten ons helemaal aan bij jouw oproep! Naast de bekende rubrieken Heel Speciaal = Heel Normaal, dat deze keer over obesitas gaat, En Garde, Erop Uit en De Boekensteun hebben we een gastredactrice uitgenodigd om een artikel te schrijven voor de Ouder Info Krant. Dit is Sandra Lamberts met een artikel over meertaligheid. Ook Arnoldine Sterks is nieuw in de redactie; zij is de afgevaardigde vanuit de Ouderraad en heeft ook het artikel over Pasen verzorgd. Verder ook een interessant artikel over hoogsensitieve kinderen, ingezonden door Corina Patings. Dames, bij deze bedankt voor jullie bijdragen! Dit brengt ons tevens op de vraag: “wie lijkt het leuk om net als Sandra een keer als gastredacteur/-trice op te treden en een artikel te schrijven voor de volgende OIK, die tegen het eind van het schooljaar zal verschijnen?” Je kunt je aanmelden door een mailtje te sturen naar:
[email protected].
Schroom niet en ontdek je schrijverstalent! Namens de redactie een prettig voorjaar gewenst! Marjolein van Gaal Yolanthe van Hoof Sandra Lamberts (gastredacteur) Lianne van Rooij Josette Stas Arnoldine Sterks (namens de Ouderraad) Susan Zant e-mail:
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 4
Beste ouders, De lente staat weer voor de deur. In de maand maart soms moeilijk voor te stellen omdat dan de natuur nog kaal is en het weer vaak grijs. Toch hoor ik in de ochtend de vogels al fluiten, is er in mijn tuin een duif die al een nest probeert te bouwen en zie ik de krokussen en de sneeuwklokjes bloeien. Tegen de tijd dat deze krant bij u binnen is komt het eerste groen al tevoorschijn. Passend onderwijs Maart is ook de maand geweest waarin er veel protesten zijn tegen de bezuinigingen op het passend onderwijs. In de media is veel belicht dat leerlingen met meer zorg minder begeleiding krijgen en in het reguliere basisonderwijs blijven. Moeilijk is om voor te stellen hoe dit dadelijk in de praktijk gaat werken. Passend onderwijs is namelijk een stelselwijziging dat veel groter is dan veel mensen denken. Iedere school maakt nu deel uit van een samenwerkingsverband waarbinnen de zorg voor alle leerlingen geregeld wordt (WSNS). Het gaat dan ook over algemene ondersteuning van school, de financiën om een gedeelte IB’ers en RT’ers te betalen, de zorgcontracten, DOEN groepen, ondersteuning ouders, training voor het voortgezet onderwijs en tal van andere zaken. Wij zijn aangesloten bij Vught en omstreken. Het ministerie heeft besloten dat de verbanden veel groter worden en moeten fuseren. Voor onze regio geldt dat Den Bosch, Boxtel, Vught en omstreken, Schijndel, Zaltbommel en Maasdriel samen gaan. Een verband waar 32.000 kinderen onder vallen. Deze verbanden hebben nu allemaal hun eigen werkwijze en worden nu binnen één jaar samengevoegd. U zal begrijpen dat dit een enorme operatie is waar zoveel nieuwe zaken geregeld moeten worden dat er in eerste instantie veel onduidelijk zal zijn. Het is de intentie dat dit verband regelt dat ieder kind, ook uw zoon of dochter, een passende plek krijgt op een school waardoor de verwachting is dat het beste van uw kind naar boven komt. Achter dit streven staan wij als Bolster. We houden u op de hoogte van alle ontwikkelingen.
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 5
Dans Gelukkig merken de kinderen niets van bovenstaande perikelen en gaat het dagelijkse leven gewoon door. Met alle kinderen doen wij mee aan het project DANS dat gemeentebreed is opgezet. Tijdens de gymlessen worden er workshops gegeven over dans. Groepen 1-2 gaan volksdansen, 3 en 4 streetdancen, 5 en 6 breakdancen en 7 en 8 popping. Bij dat laatste kan ik mij niets voorstellen maar u weet natuurlijk direct over welke dansvorm het gaat. Plaza Cultura heeft dit opgezet en er samen met de werkgroep veel werk van gemaakt. De resultaten kunt u thuis zien als uw zoon of dochter een presentatie geeft.
Schoolplein Eind april is de laatste fase van ons schoolplein gereed. Na de nieuwe bestrating, de kunstgrasvelden en opening van het groengebied achter de school worden nu de toestellen en speelelementen geplaatst. Dit gebeurt eind april. Dan is na de meivakantie de hele bouw en herinrichting klaar. We zorgen er voor dat er dit jaar een feestelijke opening is zodat we officieel het gebouw en de speelplaats in gebruik nemen. Ik wens u allemaal veel plezier met het lezen van de ouderinfokrant en kinderkrant. Er is weer veel werk van gemaakt. Met vriendelijke groeten, Pieter-Jan van Hoof
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 6
Even voorstellen Gastredacteur: Sandra Lamberts Graag wil ik mij even voorstellen: ik ben Sandra Lamberts, getrouwd met Silvio en moeder van Floris en Veerle van Eunen uit groep 5 en groep 3. Ik ben gevraagd om gastredacteur te zijn voor de Ouderinfokrant. Het is erg leuk en gezellig om samen met andere ouders te brainstormen over de onderwerpen en het uiterlijk van deze krant. Samen met twee collega’s ben ik werkzaam in mijn praktijk “Logopedie Sint-Michielsgestel”. Naast mijn gezin en werk, volg ik ook Franse les samen met een vriendin. Als ik nog tijd over heb, lees ik graag een goed boek, luister ik naar muziek, sport ik (te weinig) of kijk ik graag naar een goede film of een Engelse detective.
Een nieuw redactielid, dus even voorstellen: Arnoldine Sterks Sinds dit schooljaar maak ik deel uit van de Ouderraad. Omdat er een aantal leden afscheid hadden genomen, was er een vacature en daar heb ik direct na de eerste oproep op gereageerd. Waarom ik en niet jullie? Geen idee, maar mij leek het erg leuk om op deze manier meer betrokken te zijn bij de nieuwe school van onze dochter. Lisa is dit schooljaar met veel enthousiasme begonnen in groep 1, dus dat betekent ook voor ons een nieuwe fase. De school is voor ons nieuw. Na een goede indruk en een leuke kennismaking kozen we voor De Bolster. Hoe dat uiteindelijk allemaal gaat uitpakken weet je natuurlijk nog niet, maar nu we bijna een schooljaar onderweg zijn, zijn we erg blij met de keuze voor deze school. Natuurlijk omdat onze dochter met veel plezier naar school gaat, maar vooral ook om te zien hoe de school zich heeft georganiseerd. Deelname aan de Ouderraad betekent voor mij op een leuke manier betrokken zijn bij de school en weten wat er speelt. Iedereen in de Ouderraad heeft zijn eigen “taak” en zo maak ik dus deel uit van de schoolkrantredactie. Dat sluit wel aan bij mijn werk als medewerker Marketing & Communicatie bij een accountantskantoor in Tilburg. Ik werk daar parttime, dus heb daarnaast lekker veel tijd voor de kinderen. In mijn vrije tijd ben ik regelmatig te vinden in de sporthal voor een partijtje basketbal en verder vind ik het leuk om te wandelen en te fotograferen.
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 7
Vanuit de Ouderraad Met ingang van deze Ouderinfokrant sluit Arnoldine Sterks aan vanuit de Ouderraad. Zij zal ook steeds een stukje “vanuit de Ouderraad” verzorgen. Op pagina 6 heb je al meer kunnen lezen over Arnoldine. De Ouderraad is weer op volle sterkte. Zoals jullie al hebben kunnen lezen in de vorige edities van deze Ouderinfokrant, hebben we onlangs afscheid genomen van een paar leden in verband met het bereiken van de maximale termijn. Het team bestaat nu uit 6 personen (Michiel Kuijs (voorzitter), Cynthia Leus (penningmeester), Shirley Wouters, Jacky Immens, Arnoldine Sterks en Marijke Du Long (vanuit het team). Vanuit de Ouderraad doet Arnoldine regelmatig verslag van de activiteiten die vanuit de Ouderraad worden georganiseerd. Hierbij een aantal highlights: De Evenementencommissie heeft dit schooljaar al verschillende evenementen georganiseerd en feestelijk aangekleed. Tijdens de vergaderingen bespreken en evalueren we deze activiteiten die met veel enthousiasme worden gevierd. De Paasviering is natuurlijk aan niemand voorbij gegaan en ook de komst van de schoolfotograaf staat weer gepland. De Luizencommissie werkt volgens een nieuw protocol dat vanuit de GGD is aangereikt. Daarnaast werken we met een vaste groep ouders die iedere maandag na de vakantie present is om alle kinderen te controleren op hoofdluis. We kunnen altijd extra ouders gebruiken die ons hierbij willen helpen, dus aarzel niet en meld je alvast aan bij de Ouderraad. De vrijwillige ouderbijdrage wordt o.a. besteed aan de evenementen zoals Sinterklaas, Kerst, Carnaval etc., het schoolreisje van groep 8 en eventueel investeringen in schoolspullen voor de kinderen. Tijdens de ouderavond in november heeft de penningmeester aangegeven dat er een bedrag van € 1.500 is vrijgemaakt als bijdrage voor het schoolplein. Dit bedrag wordt besteed aan het klimtoestel “de stelten” waarvan er twee op het plein komen te staan. Eén in de schooltuin naast de lokale van de groepen 5-6 en één op het kleuterplein in de hoek Ericastraat – Laurierstraat. Zoals de naam al zegt, is het een soort klimtoestel dat lijkt op een paar stelten, waarin/-op de kinderen kunnen klimmen. Daarnaast kan het gebruikt worden om doeken aan op te hangen om er tenten van te maken. Op het raam van de teamkamer hangt een plattegrond van het speelplein zoals het eruit komt te zien. Loop gerust even langs als je nieuwsgierig bent geworden! Heb je vragen aan de leden van de Ouderraad? Aarzel dan niet om één van ons aan te spreken op het schoolplein of om een mailtje te sturen naar
[email protected].
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 8
De betekenis van Pasen De Paashaas, paaseitjes, paasvuren, kerkdiensten: wat vieren we nou precies met Pasen? Waarom is Pasen elk jaar op een andere dag en wat hebben eieren en hazen er mee te maken? In dit artikel geven we antwoord op al deze vragen. Pasen in de kerk Pasen is een combinatie van verschillende feesten en godsdienstige gebruiken. Pasen is één van de belangrijkste christelijke feesten. Er zijn zelfs speciale kerkdiensten. Met Pasen vieren de christenen dat Jezus dood was, dat hij drie dagen in het graf lag en weer is herrezen. Dat hij weer levend is geworden. Jezus leefde ongeveer 2000 jaar geleden in het land Israel. In het jaar dat hij geboren werd (het jaar nul) begon onze jaartelling. Hij vertelde dat hij de zoon van God was en ze moesten luisteren naar zijn verhalen over goedheid en liefde. Hij zei dat hij de redder van het volk was, en dat hij de leider zou worden. Jezus Christus kreeg veel volgelingen die in hem geloofden. Ze werden christenen genoemd. Nog altijd zijn er miljarden christenen op de wereld, maar er waren ook mensen die niet in hem geloofden. Ze waren zo boos op hem, dat ze hem wilde kruisigen. Wat er die dagen gebeurde wordt nog steeds herdacht met Pasen. De paastijd begint op Palmzondag. Dat is de zondag voor Pasen, precies een week voor Paaszondag. Op die dag wordt in de kerk herdacht dat Jezus de heilige stad Jeruzalem binnenkwam. Zijn volgelingen wuifden hem toe met palmtakken. Hier hebben we geen palmtakken. Mensen in de kerk krijgen nu buxustakjes als herinnering aan die intocht. Op de donderdag daarna hield Jezus met zijn trouwste volgelingen een feestmaal. Later zijn ze dat het laatste avondmaal gaan noemen. Jezus zei tegen zijn volgelingen dat hij waarschijnlijk binnenkort opgepakt zou worden en zou sterven. In de kerk wordt nog steeds witte donderdag gevierd als herinnering aan dat laatste avondmaal. Op vrijdag werd Jezus inderdaad opgepakt door de mensen die niet in hem geloofden. Ze waren zo boos dat ze hem de ergste straf gaven die er in die tijd bestond. Aan het kruis spijkeren, totdat je daaraan zou sterven. Die kruisiging van Jezus kom je nu nog in allerlei afbeeldingen tegen. En op goede vrijdag herdenken de christenen nog steeds dat hun goede leider in het jaar 33 op vrijdag stierf. In de grootste kaars in de kerk steekt de priester een paar spijkers. Dit is ter nagedachtenis aan de kruisiging. De trouwe volgelingen haalden de gestorven Jezus van het kruis. Ze legden hem daarna in een graftombe en ze rolden er een zware steen voor. Een paar dagen later gingen ze terug naar de graftombe, maar de steen ervoor was weg en het lichaam van Jezus Christus was verdwenen. Zijn volgelingen noemden dit een wonder, en zeiden hij is opgestaan uit de dood. Ze noemden het een wederopstanding of herrijzenis. En nog steeds ruim 2000 jaar later wordt die gebeurtenis met Pasen door de christenen gevierd. Jezus is de eerste mens die uit de dood is opgestaan en daarom geloven de christenen dat ook wij door de dood heen zullen verder leven, en dat we zullen verrijzen in een nieuw en ander leven en dat noemen de christenen het eeuwige leven. In de Paasdienst krijgen de kerkgangers kaarsen die ze laten branden. Het licht straalt de vreugde uit. Het is om te herdenken dat Jezus uit de dood is opgestaan. Met Pasen worden de klokken in de katholieke kerk voor het eerst in het jaar weer geluid. Het is een teken dat een nieuwe tijd is aangebroken. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 9
Datum van Pasen Pasen wordt ieder jaar op een andere datum gevierd, dus het is niet zo zoals Kerst dat ieder jaar op 25 december is. De afspraak over de datum van Pasen is nogal ingewikkeld. • Ten eerste moet de lente zijn begonnen. Dat is altijd op 21 maart. • Ten tweede moet het een keer volle maan zijn geweest, en dat is ieder jaar op een andere datum. • En dan de eerste zondag na die volle maan, dat is dan paaszondag, en die datum heeft dus deels te maken met het christelijke paasfeest, maar ook een groot deel met de start van de lente. Pasen, lente, een nieuwe begin Er zijn ook allerlei gebruiken rondom Pasen die vooral met de lente te maken hebben. Soms zijn die al honderden jaren geleden uit bijgeloof ontstaan. Paasvuren bijvoorbeeld. In sommige delen van ons land worden die nog steeds met Pasen aangestoken. Boeren ruimden vroeger dorre takken en bladeren uit de winter op door ze op het land te verbranden. Sommigen zeiden dat het was om de kwade geesten van de winter weg te jagen. Dat het met Pasen om de lente gaat en aan een nieuw begin, dat zie je aan nog meer dingen. Veel mensen houden namelijk rond die tijd een grote schoonmaak. Na de lange muffe winter gaan alle ramen en deuren open en zorgen de mensen dat alles er op zijn paasbest uitziet. Eieren en kuikens Ook de vogels gaan in de lente weer eieren leggen en die eieren worden al eeuwenlang gezien als teken van vruchtbaarheid, want in die eieren groeit weer nieuw leven, de kuikentjes en daarom kom je met Pasen ook overal eieren en kuikens tegen. Vroeger waren mensen in de winter wat zwakker geworden omdat ze dan niet zoveel eten hadden en daarom was het ook heel goed om weer verse eieren te gaan eten, zodat de mensen weer gezond en sterk werden. Eieren verstoppen Vroeger verstopten de boeren uit bijgeloof eieren in hun akkers en hoopten daarmee dat de grond extra vruchtbaar zou worden en dat de gewassen ook beter zouden groeien. Dat verstoppen van eieren dat doen sommige mensen nog steeds, maar dan gewoon voor de lol. Altijd leuk om ze daarna weer te gaan zoeken. Paashaas Maar waar komt die Paashaas nou eigenlijk vandaan? Ook dat schijnt een oud bijgeloof te zijn. Sommige vogels leggen hun eieren namelijk in een weiland, maar hazen hebben hun nesten ook in een weiland. Die nesten noemen we hazenlegers, en nu was het wel eens zo dat vogels hun eieren legden in een verlaten hazenleger, en daar is dat bijgeloof ontstaan, want de mensen dachten dat die haas eigenlijk een gestrafte vogel was die maar 1x per jaar eieren mocht leggen, met Pasen. Iedereen weet dat dat natuurlijk niet klopt, want hazen krijgen gewoon jonkies en leggen geen eieren, maar ja zo zijn we wel aan de Paashaas gekomen. Bron: Het klokhuis
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 10
Heel speciaal is heel normaal Iedereen is verschillend. En dat is heel gewoon. Toch zijn er kinderen die net even anders zijn dan de anderen. Door een probleem of beperking. Dat maakt hen speciaal. Deze kinderen kom je tegen op de basisschool. Het zijn de klasgenootjes, vriendjes en vriendinnetjes. Of misschien betreft het wel jouw kind. De Ouderinfokrant brengt een aantal keren normale en toch speciale kinderen in beeld. Voor een beetje inzicht en begrip.
Obesitas, een zwaarwichtig probleem Ontstaan Het ontstaan van overgewicht is eenvoudig uit te leggen: Als de hoeveelheid calorieën die je inneemt systematisch groter is dan het aantal calorieën dat je verbruikt, word je te zwaar. Zo'n onevenwicht kan tot stand komen doordat je teveel of te vet eet, of doordat je te weinig beweegt. Meestal spelen beide factoren een rol. Erfelijkheid of hormonale problemen kunnen meespelen bij het ontstaan van overgewicht, maar vormen zelden de belangrijkste verklaring. Bij ongeveer 30 tot 40 procent van de zwaarlijvigen blijkt het om een familiale kwaal te gaan. Maar de vraag is of dat wel met genetische factoren te maken heeft. Heel vaak worden ook slechte eetgewoontes van ouder op kind doorgegeven. Ook schildklierproblemen zijn zelden de oorzaak van zwaarlijvigheid. Je spreekt dan over hooguit één patiënt op de honderd. Vanaf wanneer te zwaar? Een vaak gebruikte maatstaf voor zwaarlijvigheid, is de Body Mass Index (BMI) (gewicht in kg gedeeld door lengte maal lengte in m). Heb je een BMI tussen 25 en 30, dan heb je overgewicht. Is je BMI 30 of hoger dan is er sprake van obesitas en loop je gevoelig meer risico op een aantal ziektes. De belangrijkste daarvan zijn hart- en vaatziektes en diabetes. Ook bepaalde kankers - voornamelijk borst-, baarmoeder-, darm- en prostaatkanker - worden in verband gebracht met obesitas. 'Toch is de BMI geen zaligmakend criterium voor overgewicht. Want eigenlijk gaat het niet om kilo's, maar om een teveel aan vet. Ook de plaats van het overtollige vet is belangrijk. Bevindt het zich voornamelijk op de armen en de dijen, dan is het risico minder groot. Situeert het zich vooral op de buik, dan behoort die persoon waarschijnlijk wel tot de risicogroep. Daarom wordt bij een patiënt ook altijd de omvang van het middel gemeten. Toenemend probleem Het aantal zwaarlijvigen is de laatste jaren fors toegenomen. Mensen eten vetter en sporten minder, zitten alsmaar langer voor hun televisie- of computerscherm, laten zich verleiden door de oprukkende fastfoodcultuur. Zwaarlijvigheid komt voor in alle leeftijdscategorieën en bevolkingsgroepen. Terminologie: zwaarlijvigheid, overgewicht en obesitas Als je te zwaar bent, moet je beseffen dat je gezondheid in gevaar is. Maar wat is dat, 'te zwaar'? Heel vaak worden de termen zwaarlijvigheid, overgewicht en obesitas door elkaar gebruikt. Toch zijn het geen synoniemen. Overgewicht is wat het woord zegt. Je zit 'over je gewicht'. Je weegt meer dan wat normaal is in verhouding tot je lengte. Zwaarlijvigheid en overgewicht betekenen hetzelfde. Wanneer de term obesitas valt, kan je stellen dat het gaat om een ziekte. Een chronische ziekte zelfs, waarbij je gewicht levensbedreigend wordt. Het zit blijkbaar in de genen en de wetenschap weet nog lang niet alles over deze aandoening. Er spelen bovendien nog tal van andere factoren van sociale, culturele, economische en psychologische aard mee. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 11
BMI berekenen Een eenvoudige manier om na te gaan of je een gezond gewicht hebt, is het berekenen van je Body Mass Index (BMI). Dat doe je door je gewicht in kilogram te delen door het kwadraat van je lengte (lengte maal lengte) in meter. Een paar voorbeelden: • 1,58 m en 50 kg = BMI 20 • 1,72 m en 83 kg = BMI 28 • 1,68 m en 105 kg = BMI 39
Een BMI tussen 20 en 25 is normaal. Een BMI tussen 25 en 30 duidt op overgewicht. Vanaf een BMI van 30 is er sprake van obesitas, wat gepaard gaat met belangrijke gezondheidsrisico's.
Obesitas bij kinderen Wat is kinderobesitas? Kinderobesitas wordt net als obesitas bij volwassenen gedefinieerd als het hebben van te veel lichaamsvet. Volwassenen hebben een gezond gewicht wanneer het BMI tussen de 20 en 25 ligt. Bij kinderen gelden echter andere afkapwaarden voor BMI; ze verschillen per geslacht en leeftijd. In de onderstaande tabel staan de afkapwaarden voor kinderen. Leeftijd 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Overgewicht BMI meisjes BMI jongens 18,02 18,41 17,56 17,89 17,28 17,55 17,15 17,42 17,34 17,55 17,75 17,92 18,35 18,44 19,07 19,10 19,86 19,84 20,74 20,55 21,68 21,22
Obesitas BMI meisjes BMI jongens 19,81 20,09 19,36 19,57 19,15 19,29 19,17 19,30 19,65 19,78 20,51 20,63 21,57 21,60 22,81 22,77 24,11 20,00 25,42 25,10 26,67 26,02
Hoe vaak komt kinderobesitas voor in Nederland? Op dit moment heeft 13% van de kinderen tussen 5 en 16 jaar in Nederland overgewicht. Daarvan heeft 7% kinderobesitas. Dit betekent dus dat ongeveer 1 op 8 Nederlandse kinderen te zwaar is. De prevalentie van overgewicht bij kinderen steeg in de afgelopen 25 jaar met 50%. Verwacht wordt dat er steeds meer kinderen overgewicht zullen ontwikkelen. Wat zijn de gevolgen van kinderobesitas? De gevolgen van kinderobesitas kunnen zowel lichamelijk (orthopedische klachten, hoog cholesterolgehalte, hoge bloeddruk, verhoogd risico op diabetes, ademhalingsproblemen tijdens de slaap, obesitas als volwassene, etc.) als psychologisch (lage zelfwaardering, negatief zelfbeeld, depressieve symptomen, stigmatisatie, discriminatie, leerproblemen, etc.) van aard zijn. Wat zijn de oorzaken van obesitas? Natuurlijk kent obesitas verschillende oorzaken, maar simpel gezegd ontstaat obesitas door een (langdurige) onevenwichtigheid tussen energie-inname en energieverbruik. Wat kunnen we aan kinderobesitas doen? Het is erg belangrijk om obesitas al op jonge leeftijd aan te pakken. Voor volwassenen met obesitas is er namelijk nog geen effectieve behandeling. Kinderen hebben nog minder vastgeroeste gedragspatronen, waardoor deze dus makkelijker te veranderen zijn. Tot slot hoeven kinderen geen absoluut gewicht kwijt te raken om slanker te worden. Door lengtegroei, en het constant houden van gewicht vermindert de obesitas. Voor kinderen met obesitas is bewezen dat gedragstherapie, gericht op het veranderen van eet- en beweegpatroon, het beste resultaat geeft. Daarnaast is de betrokkenheid van ouders erg belangrijk in de behandeling. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 12
Seksuele opvoeding Het is lente! De tijd voor bloemetjes en bijtjes. De 'bloemetjes en bijtjes-veranderingen' in de mens zijn minder snel en opvallend dan die van de groei en bloei in de natuur om ons heen. Maar de veranderingen in je kind gaan geleidelijk maar gestaag door. En om te voorkomen dat er een moment komt dat je denkt; ik moet je nog het een en ander uitleggen… schudden we je even wakker. Let's talk about sex. Voor je er te laat mee bent. Hoe pak je zoiets nou het beste aan? Wat moet een kind weten en wanneer? Sommige ouders hopen dat de school een groot aandeel in de seksuele opvoeding voor zijn rekening neemt. Maar de hoofdverantwoordelijkheid ligt natuurlijk bij ouders/opvoeders zelf. De brochure van de Rutgers Nisso groep geeft hierover duidelijke informatie. De brochure was de belangrijkste bron voor dit artikel, en is op internet te downloaden/bekijken, en heet: “Praten met je kind over relaties en seksualiteit”. Het bevat info en tips voor ouders met kinderen van 0 tot en met 12 jaar. Waarom is seksuele opvoeding belangrijk? Seksuele opvoeding is belangrijk omdat kinderen dagelijks op straat, via de media, via internet en op school informatie krijgen over seksualiteit. Ze krijgen informatie van vriendjes en vriendinnetjes. Deze informatie klopt niet altijd. Wanneer je kind de eerste tekenen van puber worden vertoont dan moet hij of zij al uitgebreid voorgelicht zijn. Ten eerste is het van belang dat het kind weet wat er met zijn of haar lichaam gaat gebeuren. De lichamelijke veranderingen zijn groot en kinderen kunnen zich ongerust maken over de plotselinge groei van lichaamsdelen, wanneer ze niet goed op de hoogte zijn van wat hen te wachten staat. Vanzelfsprekend leg je je dochters op tijd uit wat ongesteld worden inhoudt en wat zij moeten doen wanneer het zo ver is. Wanneer je kind in groep 7 van de lagere school zit, dan hoort hij of zij al te weten wat hem of haar te wachten staat. Als je zelf met je kind praat over seksualiteit, weet je zeker dat je kind ook de informatie krijgt die jij belangrijk vindt. Naast de juiste informatie kun je je kind ook de waarden en normen meegeven die jij belangrijk vindt. In bepaalde culturen en religies is het bijvoorbeeld belangrijk om geen seks te hebben voor het huwelijk. Ook dan is het goed om met je kind te praten over seksualiteit. Seksuele opvoeding, wat is dat? Veel ouders denken dat seksuele opvoeding alleen gaat over de voortplanting. Maar seksuele opvoeding gaat over veel meer, bijvoorbeeld: • • • • • • • •
lichamelijke verschillen tussen jongens en meisjes; lichamelijke veranderingen in de puberteit; seksuele voorkeur; seksuele gevoelens; verliefdheid; seksuele normen en waarden; het aangeven van eigen grenzen; respect hebben voor de grenzen van anderen.
Allemaal onderwerpen waarover je met je kind kunt praten.
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 13
Hoe pak je het aan? Seksuele opvoeding geven aan je kind, wanneer doe je dat? Seksuele opvoeding doe je niet op één moment. Dat doe je vanaf de babytijd totdat je kind volwassen is. Informatie geven, knuffelen, het goede voorbeeld geven, al die dingen kun je doen vanaf dat je kind jong is totdat je kind volwassen is. Vaak is het makkelijker om met jonge kinderen te praten over relaties en seksualiteit omdat het onderwerp bij hen nog niet zo gevoelig ligt als bij oudere kinderen. Begin daarom zo vroeg mogelijk. De informatie die je dan geeft kun je steeds verder uitbreiden. Je hoeft niet bang te zijn dat je je kind te veel informatie geeft. Een kind onthoudt alleen wat het interessant vindt en waar het aan toe is. Vanaf een jaar of 2 beginnen kinderen nieuwsgierig te worden naar hun eigen geslachtsdelen. Je kunt je kind al vroeg vertellen hoe de geslachtsdelen heten en waarvoor ze dienen. Gebruik hiervoor woorden die voor jou prettig klinken. Aan een kind van 3 kun je al op een eenvoudige manier het verhaal van de voortplanting uitleggen. Aan een kind tussen 4 en 7 jaar kun je vertellen hoe de zaadcel bij de eicel komt. Vanaf ongeveer 3 jaar kunnen kinderen regels leren rondom seksualiteit en seksueel gedrag. Zo kun je je kind leren dat het niet netjes is om in het openbaar aan geslachtsdelen te zitten. Het is dan belangrijk dat je duidelijk maakt dat niet je kind of zijn gedrag verkeerd is, maar de plek of de situatie waar het dit gedrag vertoont. Ook kun je je kind leren welke woorden je wel en niet acceptabel vindt. Kinderen vanaf 4 jaar zijn in staat om met andere kinderen te spelen. Zij kunnen dan ook vriendschappen ontwikkelen. Het is goed om je kind uit te leggen dat vriendschap aan bepaalde regels gebonden is zoals: aardig zijn voor elkaar, eerlijk zijn, elkaar niet uitlachen, elkaar geen pijn doen en elkaar helpen. Het leren van deze regels komt ook latere seksuele relaties ten goede. Vanaf een jaar of 4 kun je je kind leren dat het zijn of haar eigen grenzen kan aangeven en dat het de grenzen van anderen moet respecteren. Je kunt je kind leren dat mensen hem/haar niet zomaar mogen aanraken als hij/zij dat niet wil. Ook mensen die het kind kent, mogen dat niet. Je kunt met je kind oefenen wat hij/zij kan doen als iemand dat toch doet. Ook kun je je kind het verschil uitleggen tussen leuke geheimen en vervelende geheimen. Leuke geheimen mag het kind voor zichzelf houden, maar vervelende geheimen moet hij/zij vertellen. Vanaf een jaar of 6 kan verliefdheid een steeds grotere rol gaan spelen bij kinderen. In het boek Kinderen en seksualiteit lees je over de seksuele ontwikkeling van kinderen en over hoe je als ouder kunt reageren op bijvoorbeeld seksuele spelletjes. Kinderen van een jaar of 7 beseffen steeds meer dat ze een jongen of meisje zijn en gaan zich dan vaak ook zo gedragen. Binnen de groep is het soms belangrijk om te laten zien hoe groot, sterk en slim je bent. Seksuele kennis en seksueel taalgebruik kunnen dan gebruikt worden als competitie. Zo wisselen kinderen bijvoorbeeld schuine moppen uit (die ze zelf lang niet altijd begrijpen). Het is goed om kinderen vanaf een jaar of 8 vast iets te vertellen over de menstruatie en zaadlozing. Sommige kinderen komen al vroeg in de pubertijd. Voor de meeste ouders is masturbatie geen gemakkelijk onderwerp om over te praten. Hoe ouder je kind is, hoe moeilijker het is om hier over te praten. Als kinderen begrijpen wat verliefdheid is, kun je uitleggen dat mensen verliefd kunnen worden op iemand van het eigen geslacht. Als kinderen wat ouder zijn kun je daar de termen homoseksualiteit of lesbisch voor gebruiken. Aan kinderen rond de leeftijd van 7 tot en met 9 jaar kun je uitleggen dat twee mensen die met elkaar vrijen ervoor kunnen zorgen dat er niet altijd een kindje gemaakt wordt. Je kunt dan vertellen over de pil en een condoom. Je kunt ook vertellen dat een condoom ook beschermt tegen soa's en aids. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 14
In de leeftijd van 10 tot en met 12 jaar begint voor de meeste kinderen de pubertijd. De start van de pubertijd hangt samen met de ontwikkeling van de geslachtshormonen. Hierdoor gaat deze leeftijdsfase soms gepaard met (sterke) stemmingswisselingen. Kinderen kunnen ook onzeker zijn over hun eigen lichaam. Voor het zelfbeeld is het belangrijk dat een ouder extra positief en bevestigend is. Sommige kinderen ontdekken nu hun seksuele voorkeur. Het hangt van hun omgeving af wat zij met deze gevoelens doen. Verliefde gevoelens nemen toe maar gaan nog niet of nauwelijks gepaard met lichamelijk gedrag. Het is vooral belangrijk dat je kind bij je terecht kan met vragen en problemen. Het is niet vreemd dat kinderen op internet seksplaatjes tegenkomen of opzoeken. Op internet zijn echter veel extreme en heftige beelden te vinden. Deze kunnen ervoor zorgen dat kinderen een vreemd beeld krijgen van (de volwassen) seksualiteit. Je kunt je kind uitleggen dat veel van deze beelden niet passen bij het seksuele gedrag van de meeste volwassenen. Seksueel misbruik is vaak een moeilijk onderwerp om te bespreken met kinderen. Het is belangrijk om altijd eerst de positieve kant te benadrukken als je het hebt over seksualiteit. Maar de negatieve kanten mogen niet verzwegen worden. Het is belangrijk om uit te leggen dat er bij seksueel misbruik dingen gebeuren die het kind niet wil. Leg ook uit dat dit niet hoeft te gebeuren door iemand die het kind niet kent, het kan ook een bekende zijn. Als een kind tegen zijn zin wordt betast of dingen moet doen bij het lichaam van een ander, moet het kind dat altijd vertellen aan iemand die hij/zij vertrouwt. Tenslotte een aantal tips bij het praten over liefde en seks met je kind. • •
• • •
Praat met je kind terwijl jullie iets anders doen (de afwas, autorijden, tanden poetsen). Als je elkaar niet aankijkt, kun je er vaak makkelijker met elkaar over praten. Gebruik een verhaal van tv of van school en vraag wat je kind daarvan vindt. Dan kun je meteen voorlichting geven. Bijvoorbeeld als een meisje uit de klas ongesteld is geworden. Dan kun je ook iets vertellen over ongesteldheid. Of als de buren getrouwd zijn. Dan kun je iets vertellen over trouwen en kinderen krijgen. Heeft je kind een vraag? Gebruik dan niet te moeilijke woorden. Pas je aan bij wat je kind al weet. Je hoeft niet alles te weten. Zoek het antwoord op. Of misschien kan iemand anders de vragen van je kind wel beantwoorden. Lees een boek voor of leg het neer. Als je kind nieuwsgierig is pakt hij het zelf wel.
Behoefte aan meer informatie?
Voor kinderen Ik vind jou lief – Een informatief prentenboek voor peuters en kleuters, door Sanderijn van der Doef, Uitgeverij Ploegsma, Amsterdam, 1997, ISBN 90 2161 150 3 Puberkwartet, kwartetspel over onderwerpen als verliefdheid, verkering en lichamelijke veranderingen in de puberteit. Met leuke illustraties. Te bestellen op www.rng.nl. Ben jij ook op mij?, door Sanderijn van der Doef, Uitgeverij Ploegsma, Amsterdam, 2005, ISBN 90 2161 498 7 (zie De Boekensteun op pagina 20) Het puberboek – over zoenen, zeuren, veranderen en verliefd zijn, door Sanderijn van der Doef, Uitgeverij Ploegsma, Amsterdam, 2005, ISBN 90 2161 606 8
Over seksuele opvoeding Kleine mensen, grote gevoelens, door Sanderijn van der Doef, Uitgeverij de Brink, Amsterdam, 1994, ISBN 90 2167 161 1 Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 15
Kookrubriek “En Garde!” Galettes Hoofdgerecht, 4 personen, bereiden 30 minuten Ingrediënten • • • • • • • •
1/2 pak pannenkoekenmix meergranen (400 g) 500 ml halfvolle melk 5 eieren 100 g boter 1 bakje champignons (250 g), in plakjes 2 x 4 plakken achterham 200 g Gruyère (kaas), geraspt 6 tomaten, in plakken
Materialen •
bakpapier
Bereiden 1. Meng de pannenkoekmix met de melk en 1 ei. Gebruik 2 grote koekenpannen met antiaanbaklaag om snel te werken. Verhit 2 klontjes boter. Bak in elke pan 1 dun pannenkoekje (galette) in 3 min. Keer halverwege. Bak er zo nog 6. Verhit 25 g boter in een koekenpan en bak de champignons 4 min. op hoog vuur. Breng op smaak met peper en zout. Neem uit de pan. 2. Verwarm de oven voor op 100 °C. Verhit de rest van de boter in een koekenpan en bak 4 spiegeleieren. Leg 1 galette terug in een koekenpan op laag vuur en leg 1 plak ham in het midden. Bestrooi met wat kaas, beleg met plakken tomaat en schep er wat champignons op. Leg er 1 spiegelei op en vouw aan 4 kanten de galette naar binnen. 3. Leg de galette op een met bakpapier beklede bakplaat en houd warm in de oven. Maak zo nog 3 galettes en maak er ook 4 zonder spiegelei.
2x Fruitsalade Hapje, 1 persoon, bereiden 10 minuten Ingrediënten • • • • • • • •
2 el rozijnen 10 pitloze witte druiven, gehalveerd 5 aardbeien, in stukjes 1 kiwi, in stukjes 1/2 handpeer, in stukjes 2 el blauwe bessen 1 el gemalen kokos (bakje 55 g) 1 banaan, in plakjes
Bereiden 1. Maak een kleine fruitsalade van de rozijnen, druiven, aardbeien en de kiwi. 2. Maak nog een kleine fruitsalade van de stukjes peer, bessen, kokos en de banaan. Besprenkel met citroensap om verkleuring van de banaan en peer tegen te gaan. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 16
Paasbrood Hapje, 20 stuks, bereiden 10 minuten, wachten 35 minuten Ingrediënten • • • •
• • • •
350 g cakemeel 2 tl bakpoeder 75 g rozijnen 50 g bigarreaux, fijngehakt (gekonfijte groene en rode vruchtjes; verkrijgbaar in de supermarkt) 1 tl citroenschil, geraspt 4 el suiker 1 ei, losgeklopt 200 ml karnemelk
Materialen •
cakevorm inhoud ca. 1 1/2 liter, handmixer met deeghaken
Bereiden 1. Verwarm de oven voor op 175 °C. Zeef het cakemeel met het bakpoeder en een 1/2 tl zout boven een kom. Roer de rozijnen, bigarreaux, citroenschil en suiker erdoor. Maak een kuiltje in het midden en schenk hier het ei en de karnemelk in. Kneed dit met de mixer met kneedhaken door elkaar. 2. Neem het deeg uit de kom en kneed het met de handen, die eerst met bloem zijn bestrooid, nog een minuut door. Druk het deeg in de ingevette vorm. 3. Bak het brood in ca. 30 min. goudbruin en gaar. Laat het brood op een taartrooster afkoelen. Pak het brood in folie en bewaar het tot gebruik.
Gevulde eitjes Brunch, 4 personen, bereiden 10 minuten Ingrediënten • • • • • •
2 saffraandraadjes (zakje 0,05 g) 2 eieren, hardgekookt en afgekoeld 1 el mayonaise 1/2 tl paprikapoeder + extra voor garnering 1 el peterselie, fijngesneden grof zeezout
Bereiden Week de saffraan in 1 el warm water. Snijd de eieren in de lengte doormidden, doe de eierdooiers in een kom en prak ze fijn. Roer de saffraan met aanhangend vocht, de mayonaise en het paprikapoeder erdoor. Breng op smaak met (versgemalen) peper en zout. Vul de eiwithelften met het saffraan-eimengsel: maak met 2 warme theelepels een bolletje dat lijkt op de oorspronkelijke dooier of stop het mengsel in een spuitzak en maak er een mooi rozetje van. Garneer met een beetje paprikapoeder, peterselie en zeezout naar smaak. Lekker met een geroosterde witte boterham, bijvoorbeeld gesneden of gestanst (met een koekjesmal) in de vorm van een konijn.
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 17
Hoogsensitieve kinderen verdienen een plek op school! Ingezonden stuk door Corina Patings. Op deze manier wil ik de aandacht vragen voor de plek die hoog sensitieve kinderen verdienen op school. Door mijn ervaring als verpleegkundige in de kinder- en jeugdpsychiatrie kwam ik in aanraking met kinderen die op allerlei manieren “vastliepen” en hulp nodig hadden. Ik zag verschillende kinderen met heel veel verschillende problemen. Ik had te maken met diagnoses zoals AD(H)D en PDD-NOS (aan autisme verwante stoornissen), etc. Op die plek, maar ook later in mijn eigen gezin leerde ik dat ieder kind uniek is en om een andere benadering vraagt. De manier waarop je naar je kind kijkt bepaalt o.a. hoe je met je kind omgaat. Ik werd uitgedaagd toen bij ons kind het leren niet vanzelf ging, of de momenten dat hij helemaal overprikkeld thuis kwam. Er zijn talloze voorbeelden te noemen die ik steeds beter ga herkennen. Nog niet zolang geleden kwam onze zoon op een vrijdagmiddag thuis, op een of andere manier bezeerde hij zich en er volgde een heftige en langdurige huilbui. Toen ik vroeg wat er met hem aan de hand was, antwoordde hij; “Mama, ik huil niet alleen omdat ik gevallen ben, maar ik huil de hele dag eruit want het was vanmiddag zo druk in de klas en vanmorgen waren de sommen zo verschrikkelijk moeilijk”. Voor mij is inmiddels duidelijk dat ik in mijn gezin te maken heb met hoog sensitieve personen en dat ik daar in ieder geval zelf ook bij hoor. Dat is niet altijd makkelijk, vraagt om rekening houden met, maar is ook prachtig om te mogen beleven!
Wat is hoogsensitiviteit? Hoogsensitiviteit wordt door onderzoekers gezien als een eigenschap van het zenuwstelsel. Zij denken dat informatie die binnenkomt moeilijk gefilterd kan worden waardoor veel prikkels binnendringen. Er wordt ook wel gezegd dat er een diepere verwerking plaatsvindt. Iemand die hoogsensitief is, heeft dus geen ziekte! Bij ongeveer 15-20% van de mensen is het zenuwstelsel extra gevoelig, Hun zintuigen nemen meer prikkels op; ze zijn hoogsensitief voor de wereld om zich heen (80 tot 85% van de mensen zijn gemiddeld sensitief). In dit artikel beperk ik me tot kinderen die hoog sensitief zijn.
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 18
Kenmerken van het hoogsensitieve kind; • • • • • • • • • • • • • • • •
Heeft een grote opmerkingsgave; het kind ziet details, hoort zachte geluiden, kan schrikken van harde geluiden, heeft een fijne neus en een goed ontwikkelde tastzin Heeft een groot empathisch vermogen; het voelt de emoties en de spanningen van anderen aan. Stelt veel vragen. Kan last hebben van kleren die kriebelen, naden in sokken, of kledingmerkjes tegen de huid. Heeft een rijke innerlijke belevingswereld; het beleeft zijn eigen ervaringen en emoties op een intense manier. Is intuïtief; denken en handelen op basis van innerlijk weten. Is stressgevoelig; prestaties die terug lopen bij een ander dan de eigen leerkracht en onder druk van een toets of van de tijd. Heeft de neiging tot perfectionisme; het stelt hoge eisen aan zichzelf wat kan leiden tot faalangst. Heeft behoefte aan structuur en ordening; moeite met veranderingen en onverwachte variaties, bijv. de indeling en/of de inhoud van het dagprogramma. Houdt niet van verrassingen. Is filosofisch; het kind stelt veel, vaak diepzinnige vragen. Is individualistisch; heeft een voorkeur voor een rustige activiteit alleen of met één ander kind. Voelt een diepe verbondenheid met andere kinderen, dieren en de natuur, wat zich kan uiten in zorgzaamheid. Ziet op tegen evenementen en de voorbereidingen daarop, zoals schoolreisjes, het bezoek van Sinterklaas en grootschalige bijeenkomsten. Is zeer gevoelig voor pijn. Gebruikt moeilijke woorden voor de leeftijd.
Herken je deze eigenschappen bij je kind? En wil je er graag meer over lezen dan is het boek van Elaine N. Aron (Het hoog sensitieve kind) een aanrader! In dit boek vind je ook een vragenlijst die je kunt invullen om te kijken of je kind hoog sensitief is. Daarnaast geeft ze tips en adviezen bij het opvoeden.
Het hoogsensitieve kind op school De school is een omgeving waar veel prikkels op kinderen af komen. Als gevolg hiervan raken kinderen overprikkeld. Het lichaam reageert hierop door stresshormoon aan te maken, er ontstaat een reeks van fysiologische reacties. Het lichaam wordt klaargemaakt voor een vecht- of vluchtreactie. Dit gaat gepaard met gevoelens van angst. Hoogsensitieve kinderen kunnen daar verschillend op reageren. Sommigen proberen nieuwe indrukken buiten zich te houden door zich terug te trekken in zichzelf en zich af te sluiten voor hun omgeving. Het is dan moeilijk om contact met ze te krijgen. Dit gedrag kan lijken op het gedrag van kinderen met een aan autisme verwante stoornis. Het verschil zit hem in het feit dat hoogsensitieve kinderen dit gedrag alleen laten zien als gevolg van overprikkeling. Een andere groep hoogsensitieve kinderen zal juist zijn/haar emoties naar buiten richten. Ze reageren impulsief en met heftig gedrag. Ze kunnen zich niet meer concentreren en zijn weinig of niet aanspreekbaar. Dit gedrag kan lijken op het gedrag van kinderen met ADHD. Maar ook voor deze strategie geldt dat hoogsensitieve kinderen dit gedrag alleen vertonen als gevolg van overprikkeling. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 19
Op dit moment krijgen veel kinderen een diagnose en komen in de hulpverlening terecht. Vaak terecht, soms misschien ook onterecht. Ik vind het van belang om kritisch, aandachtig en met open vizier te blijven kijken en luisteren naar deze kinderen. Zie hoe kwetsbaar ze zijn! Heb je het idee dat je kind op een of andere manier vastloopt op school en/of thuis? Dan zou het de moeite waard kunnen zijn om je als ouder af te vragen of je kind misschien hoogsensitief is.
Stichting WijzeMoeders.nu De stichting WijzeMoeders.nu is een stichting die is opgericht met als doel een bijdrage te leveren om een veilige ruimte aan te bieden aan hoogsensitieve kinderen in het gezin en in het onderwijs. De manier van werken van deze stichting spreekt mij aan omdat zij ervan uitgaan dat jij als ouder je kind het beste kent! Naast het feit dat ik veel geleerd heb over mezelf en mijn kinderen ben ik ook erg enthousiast over deze manier van werken omdat ze uitgaan van kwaliteiten van kinderen en niet van de beperkingen. Op de website www.wijzemoeders.nu vind je veel informatie over oudercursussen, kinder speel/praatgroepen en individuele begeleiding, zoals bijvoorbeeld de “Ik ben oké” training! In deze training, die aangeboden wordt aan kinderen in de basisschool leeftijd leer je; - je te ontspannen - je te concentreren - handige oplossingen te bedenken - om hulp te durven vragen - te weten wat je voelt - je plekje innemen
In de training leert het kind ook een aantal (eenvoudige) lichaamsgerichte oefeningen die heel makkelijk toe te passen zijn in de klas zoals ademhalingsoefeningen, kruisloop en “in de knoop/ uit de knoop”. Bij de ‘in de knoop/uit de knoop” oefening worden de linker en de rechter hersenhelft gestimuleerd samen te werken. Op de website www.braingym.nl vind je meer informatie over materialen en deze oefeningen. Wanneer je (in de klas) de dag zou beginnen met een aantal van deze oefeningen zal dat effect hebben op de concentratie en het welbevinden van alle kinderen, dus ook de gemiddeld sensitieve kinderen!
Op dit moment is de stichting actief in het opzetten van lesbrieven voor het onderwijs. Het doel is om ook daar een breed draagvlak te vinden voor het hoogsensitieve kind. Vorig jaar heb ik trainingen gevolgd om kinderen en hun ouders te kunnen begeleiden. In mijn eigen praktijk bied ik de “Ik ben oké!” training aan. Voor meer informatie kun je me bellen of mailen. Corina Patings Tel. (06) 51 77 85 28 E-mail
[email protected]
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 20
De Boekensteun De kat met de hoed / leeskoffer Lezen gaat goed met de kat met de hoed! Daarom zijn nu vier belangrijke Dr. Seuss-titels van oplopend niveau (van AVI E3 tot en met E4) in één leeskoffertje verzameld: 'Er zit een knak in mijn zak' 'Het voetenboek' 'De kat met de hoed' 'Groene eieren met ham' De verhalen zijn nog steeds enorm populair onder kinderen. De taalgrapjes en de herhalingen, waarmee de spanning wordt opgevoerd, spreken nog altijd aan. Ze zijn als leesboekjes voor beginnende lezers gepresenteerd. De boekjes zijn echter ook heel geschikt om voor te lezen. Er staan veel meerlettergrepige woorden in en er komen erg veel verzonnen woorden in voor, vooral in het boekje 'Er zit een knak in mijn zak' (AVI-M4). Door de vele herhalingen, vooral in 'Groene eieren met ham', komt er bij meting een opvallend laag AVI-niveau uit, AVI-M3. De verhalen op rijm bevatten geluidseffecten en ook weer door de herhalingen kun je als voorlezer het onderste uit de kan halen. Als het lezen iets vlotter gaat, kunnen kinderen de verhaaltjes zelf lezen. Ze blijven namelijk leuk! Bij de vier boekjes is een werkboekje gevoegd. Via officiële meting krijgt 'De kat met de hoed' AVI-M3 en 'Het voetenboek' AVI-E3. Voor goede lezers vanaf ca. 6 jaar. Titel: Auteur: Uitgever: ISBN: Leeftijd:
De kat met de hoed/leeskoffer Dr. Seuss Gottmer Uitgevers Groep B.V.
9789025748463
Prijs: Aantal pagina's: AVI-niveau: Formaat:
€ 16,95 192 M3-E3 210 x 165 x 42 mm
6-9 jaar (voorlezen: 3+)
Lang geleden De geschiedenis van Nederland in 50 voorleesverhalen De Nederlandse geschiedenis bevat veel mooie en spannende verhalen, maar vaak zijn ze te moeilijk voor jonge kinderen. Arend van Dam heeft de belangrijkste gebeurtenissen toegankelijk gemaakt voor kinderen vanaf zeven jaar. LANG GELEDEN... bevat verhalen over jagers en verzamelaars, boeren en vissers, koningen en koninginnen. Maar ook over beroemde figuren als Rembrandt van Rijn, Jacoba van Beieren en Michiel de Ruyter. Sommige verhalen klinken bijna te sprookjesachtig om waar te zijn, maar ze zijn allemaal echt gebeurd!
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 21
Voor de nieuwsgierige lezer is achter in het boek een geïllustreerde tijdbalk en een korte toelichting per verhaal opgenomen. Alex de Wolf wekt de verhalen tot leven in kleurrijke schilderijen. In vijftig korte verhaaltjes wordt een selectief beeld van de Nederlandse geschiedenis gegeven, vanaf de tijd van de hunebedden tot heden. De verhalen zijn hooguit drie bladzijden lang. De vele, goed bij de tekst aansluitende, illustraties in aquareltechniek vormen hierbij een belangrijk onderdeel. Elk verhaal begint met 'Lang geleden...' en eindigt met: 'En zo... is het echt gebeurd'. Dit verbindt de op zichzelf staande verhalen en benadrukt ondanks de sprookjesachtige uitstraling de historische achtergrond. Taalgebruik en vorm en inhoud van de verhalen zijn goed afgestemd op de doelgroep. Misschien zijn sommige verhalen daardoor wat sterk versimpeld. Bovendien leent niet elke gebeurtenis zich voor een spannend verhaal. Ze vormen echter een goede kennismaking met de geschiedenis van Nederland. Achterin is een tijdbalk toegevoegd om de verhalen makkelijk in de tijd te kunnen plaatsen. Het laatste hoofdstuk wijst erop dat op het moment dat de lezer het boek leest, het begin van een nieuwe geschiedenis aanvangt. Bekroond met een Zilveren Griffel 2008. Voorlezen vanaf ca. 7 jaar. Titel: Auteurs: Uitgever: ISBN: Leeftijd:
Lang geleden… Arend van Dam & Alex de Wolf Van Holkema & Warendorf 9789047500254 10-12 jaar (voorlezen: 7+)
Prijs: Aantal pagina's: Formaat: Bijlage:
€ 17,50 143 246 x 228 x 17 mm los bijgestoken
Ben jij ook op mij? Als kinderen niet precies weten wat seks is of als ze er meer over willen weten, kan dit boek uitkomst bieden. Op openhartige wijze komen zaken aan de orde als zoenen, vrijen, verliefdheid, kinderen maken en lichamelijkheid. Op het eind van het boek is er ook kort aandacht voor erfelijkheid, adoptie, leefvormen en ongewenste aanrakingen. Uitgelegd wordt hoe een lichaam werkt en verandert van kind tot puber tot bejaarde. De bij de tekst geplaatste schematische kleurentekeningen zijn verhelderend. De tekst is 'to the point' en 'huiselijk'. Het directe taalgebruik in korte zinnen en begrijpelijke taal is prima afgestemd op de doelgroep. De stripachtige kleurenillustraties zijn geestig en ondersteunen de tekst; zij zijn merendeels in pastelkleuren uitgevoerd. Een lijstje met schuttingwoorden en een verklarende woordenlijst over alle woorden die met seks te maken hebben, completeren het boek. De auteur, psychologe en seksuologe, schreef al diverse boeken over seksualiteit. Deze enigszins herziene heruitgave heeft een nieuw aantrekkelijk omslag. Bedoeld voor kinderen om zelf te lezen, plaatjes te kijken of samen met ouders of verzorgers te lezen en in gesprek te raken. Titel: Auteur: Uitgever: ISBN:
Ben jij ook op mij? Sanderijn van der Doef Uitgeverij Ploegsma 9789021669571
Leeftijd: Prijs: Aantal pagina's: Formaat:
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 22
vanaf ca. 9 t/m 12 jaar € 17,95 64 270 x 198 x 12 mm
Meertalig opgroeien Het komt steeds vaker voor dat kinderen meertalig opgroeien. Leerkrachten vragen zich vaak af wat het beste is voor het kind: • moet het kind het Nederlands zo snel mogelijk buiten én binnen het gezin leren, • of volstaat het leren van het Nederlands buiten het gezin? Hiervoor is helaas geen kant-en-klaar advies te geven. Er zijn twee soorten meertaligheid te onderscheiden: • de simultane meertalige ontwikkeling: het kind leert twee of meer talen vanaf de geboorte. Het ontwikkelingsproces in alle talen komt sterk overeen met dat van eentalige kinderen, maar verloopt vaak in een of meer talen trager; • de successieve meertalige ontwikkeling: het kind leert aanvankelijk één taal en later nog een of meer talen. De ontwikkeling van de eerste taal verloopt op dezelfde wijze als die van eentalige kinderen, maar de ontwikkeling van de andere talen verloopt gedeeltelijk anders. Het taalbegrip ontwikkelt zich bijvoorbeeld sneller dan de taalproductie en ook is er een zogenoemde ‘stille periode’ mogelijk. Meestal geen probleem Veel anderstalige kinderen worden pas geconfronteerd met de tweede taal als ze naar school gaan. Dat men thuis een andere taal spreekt dan op school, hoeft geen probleem te zijn. Integendeel zelfs, het kan juist goed zijn voor de taalontwikkeling. Veel kinderen die op jonge leeftijd verschillende talen leren, kunnen al vroeg met taal en taalverschillen omgaan. Bij een tweetalige opvoeding is het van belang dat u uw kind in beide talen ongeveer evenveel aanspreekt. Ook activiteiten als voorlezen kunnen dan beter in beide talen gebeuren. Kinderen zijn namelijk geneigd om de taal te gaan spreken die ze het beste onder de knie hebben Strategieën voor een meertalige opvoeding Het is niet zo dat in een meertalige situatie slechts één manier van opvoeden de beste is. Ouders doen er wel goed aan om een keuze te maken en deze consequent vol te houden. Onduidelijkheid kan nadelig zijn voor de taalontwikkeling van het kind. één-persoon-één-taal strategie De bekendste manier van meertalig opvoeden is de éénpersoon-één-taal- strategie. Hierbij spreekt dezelfde persoon consequent dezelfde taal met het kind. Omdat de taal die het kind te horen krijgt van goede kwaliteit moet zijn, is het aan te raden dat iedere betrokkene zijn of haar moedertaal spreekt. één-situatie-één-taal strategie Is de één-persoon-één-taal-strategie niet mogelijk omdat beide ouders dezelfde taal spreken, dan kan de één-situatie één-taal-strategie de nodige duidelijkheid brengen. Hierbij wordt thuis alleen de moedertaal van de ouders gesproken en is Nederlands de voertaal op school.
BELANGRIJKSTE ADVIES: ouders spreken thuis bij voorkeur die taal tegen hun kind die zij zelf het beste beheersen. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 23
Meertaligheid in Sint-Michielsgestel
• In Sint-Michielsgestel zijn naar verhouding weinig kinderen anderstalig of meertalig. Het percentage allochtonen van niet-westerse landen ligt onder het landelijk gemiddelde in Sint-Michielsgestel: 2.2% (bron: CBS).
• Dit in tegenstelling tot de steden: daar zijn veel meer meertalige allochtone kinderen (bijvoorbeeld ’s-Hertogenbosch 10,1%). Veel allochtonen in steden zijn van Turkse, Marokkaanse afkomst of van de Nederlandse Antillen, Aruba of Suriname.
• In Sint-Michielsgestel kom je daarentegen meestal meertalige kinderen tegen waarvan één van de ouders uit het buitenland komt (bv. Frankrijk, Groot-Brittannië, Portugal, USA) of waarvan de ouders gevlucht zijn uit door oorlogen bedreigde gebieden zoals Tsjetsjenië, Bosnië, Somalië en Burundi. Tips voor ouders • Spreek met uw kind die taal waarin u zich het best kunt uiten. Als u zelf Nederlands spreekt met veel fouten, leert uw kind het ook fout. • Laat uw kind zoveel mogelijk met goed Nederlands taalaanbod in contact komen, bijvoorbeeld spelen met Nederlandse kinderen/ buren; lid worden van een club(je) of een vereniging. • Als u met uw kind spreekt, betrek het dan bij uw onderwerp en geef het de mogelijkheid hierop in te gaan. • Lees samen boekjes en praat daarover in de taal die u het best beheerst. Lidmaatschap van de bibliotheek is voor kinderen gratis. • Doe samen spelletjes, zing liedjes en vertel verhaaltjes, ook uit uw eigen cultuur en in uw eigen taal. Betrek ook oudere kinderen hierbij. • Kijk samen naar kinderprogramma’s op de televisie en praat met uw kind over wat u ziet. • U kunt contact opnemen met een logopedist, als u vragen heeft of meer advies wenst. Informeer of hij/zij gespecialiseerd is in meertaligheid. Tips voor leerkrachten • Neem een positieve houding aan ten opzichte van ‘de andere taal’. Zie meertaligheid als feit, niet als fout.
• Probeer ouders te betrekken bij pre-teaching. Leg de ouders uit wat je gaat doen in de klas en vraag of zij dit vooraf thuis willen oefenen. Denk hierbij aan het voorbereiden van een thema of het voorlezen van een prentenboek. Eis niet te snel dat het kind zelf al taal produceert. Accepteer ook non-verbale reacties. Verwoord steeds wat je doet. Maak het visueel: ondersteun je uitingen door gebaren en handelingen. Gebruik korte, correcte zinnen.
• • • • • Noem zoveel mogelijk het bepaalde lidwoord (de/het) bij een zelfstandig naamwoord. • Geef het kind de tijd om te reageren; voorkom dat taalvaardige kinderen de beurt • • •
afnemen. Geef de onvolledige uiting van het kind in de goede vorm terug. Ontmoedig het kind niet door alle fouten te corrigeren. Probeer de bedoeling van het kind te achterhalen door dóór te vragen, zodat het kind zich begrepen voelt. Of herhaal een woord dat je wèl hebt verstaan en ga daarop in.
Websites: • http://www.logopedisten.nu • http://www.ouders.nl/ltaal.htm • http://www.kindentaal.nl Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 24
bron: GGD Rivierenland
Eropuit! Kamelenmelkerij Een exotisch uitstapje Wat dacht je van een dagje op kamelensafari? Geen gedoe met lange vluchten naar tropische oorden, maar gewoon in Noord-Brabant. In Berlicum zit namelijk de enige kamelenmelkerij van Europa met zo’n 60 kamelen. En daar kun je een kijkje nemen! Samen met je familie, vrienden of collega’s, de kamelenmelkerij is leuk en leerzaam voor iedereen, jong en oud.
Er zijn verschillende mogelijkheden om de melkerij te bezoeken, zoals excursies, groepssafari’s, kinderfeestjes of speciale kamelenkijkdagen. Afhankelijk van het gekozen programma komen de volgende onderdelen aan bod: een presentatie over het ontstaan van het bedrijf, het leven van de één bultige kamelen en de eigenschappen van de melk, een rondleiding in de stallen, training van jonge kamelen, het melken van een oefenkameel en andere spellen en een fles geven aan de kalfjes. Mocht dat nog niet exotisch genoeg voor je zijn, dan mag je zelf ook even plaatsnemen op een kameel. Ten slotte wordt er een welverdiend glaasje kamelenmelk gedronken en bij een aantal programma’s worden pannenkoeken gebakken. Het programma kan uitgebreid worden met een lunch, borrel en/of barbecue. Barbecueën is het gehele jaar door mogelijk, ook binnen. Kun je geen groep bij elkaar krijgen? Dan zijn er om de week kijkdagen waar iedereen welkom is. Reserveren is wel aan te raden om zeker te zijn van een plekje. Kijk voor de data van de kijkdagen op de website. Adres: Werstkant 16 5258 TC Berlicum telefoon (073) 707 80 87 Mobiel: (0)6 50 29 67 09 e-mail:
[email protected] Internet: www.kamelenmelk.nl
Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 25
Klein Duimpje De Musical in Park Theater Eindhoven In een vergeten dorpje, ergens ver weg woont Klein Duimpje met zijn vader en moeder. Het leven gaat zijn gang en er gebeurt weinig bijzonders. Tot er op een dag bericht van het Koninklijk Kasteel het dorp bereikt. De dochter van de Koning is gevangen door een gevaarlijke reus en de koning roept alle mannen uit het land op om haar te bevrijden. Wie het lukt, zal met de prinses mogen trouwen en de rest van zijn leven mogen wonen in het kasteel. Klein Duimpje twijfelt geen moment en gaat het grote avontuur tegemoet. Maar lukt het hem om de reus te verslaan, en zijn de beroemde Zeven Mijlslaarzen wel echt zo snel als men beweert… Gespeeld door o.a. Geert Hoes en Sita Vermeulen Datum voorstelling: zondag 10 juni 2012, om 14:00 uur Prijzen: Volwassenen: € 17,50 - € 22,50 Kinderen: € 14,50 – € 19,50 Leeftijd: 4 - 14 jaar Adres: Elzentlaan 50 5615 CN Eindhoven tel. (040) 211 11 22 website: www.schouwburgeindhoven.nl
DAF Museum Het DAF museum is er voor jong en oud. Het geeft in woord en beeld een overzicht van het ontstaan en de groei van het bedrijf DAF. Het bedrijf DAF bevond zich in het pand waar nu dit museum is gevestigd. In het DAF museum kun je uren lang plezier beleven. Openingstijden Dinsdag t/m zondag van 10.00 tot 17.00 uur. Tijdens de schoolvakantie alle dagen open. Prijzen Volwassenen : Euro 7,00 Kinderen 0 t/m 4 : Euro 0,00 Kinderen 5 t/m 15 : Euro 2,50 Leeftijd: 4 - 99 jaar Adres Tongelresestraat 27 5613 DA Eindhoven tel. 040-2444364 website: www.dafmuseum.nl Opmerkingen De originele constructiewerkplaats waar meneer Hub gestart is en zijn kantoor op DAF 2 zijn in het museum te bezichtigen. In de historiezaal wordt het complete verhaal DAF in beeld weergegeven. Ouderinfokrant voorjaar 2012, pagina 26