NOVA
REGIO
IN DE
Harrie Bemelmans:
Pas op de plaats
HET MBO VERANDERT
>
pagina 4
pagina 2
Architect Anouk Vermeulen dacht mee over keuzedeel > pagina 6
KINDEROPVANG LES PETITS:
‘Ontwikkelingen in het werkveld vragen meer bagage van medewerkers’ > pagina 8
‘Een kans om opnieuw ons onderwijs tegen het licht te houden’, zegt Harrie Bemelmans, unitdirecteur Gezondheidszorg, Welzijn en Laboratoriumtechniek over de wijziging van de opleidingsstructuur. Om deze verandering goed door te voeren, delen vertegenwoordigers van alle opleidingen kennis en ervaringen in een Novabreed platform. Als voorzitter daarvan vertelt Harrie hoe dit een flexibeler en actueler opleidingsaanbod moet opleveren. Hoe beleven jullie deze wijziging? ‘We leiden op voor de regionale arbeidsmarkt en over de aansluiting daarop, de in- en doorstroom van studenten, zijn we eigenlijk altijd in gesprek met werkgevers, branches, het voortgezet onderwijs, omliggende roc’s en het hbo. Dit is een moment van reflectie waarbij we ons afvragen: Doen we de goede dingen en doen we ze goed? Het levert in ieder geval enthousiasme op bij iedereen.’ Waar gaan studenten van profiteren? ‘Studenten krijgen een geactualiseerd opleidingsaanbod dat zo is georganiseerd dat wij ook daadwerkelijk kunnen inspelen op recente ontwikkelingen in het werkveld of op de arbeidsmarkt. Keuzedelen bieden die mogelijkheid, want die mag je vervangen, actualiseren en zelfs bedenken.’
‘Keuzedelen mag je vervangen, actualiseren en zelfs bedenken’ 2
Harrie Bemelmans:
‘Doen we de goede dingen en doen we ze goed?’ En werkgevers? ‘Werkgevers praten mee over keuzedelen en krijgen straks gediplomeerden met de kennis waar zij om vragen. Die samenwerking is een langetermijnrelatie die hopelijk leidt tot meer dan alleen meepraten over keuzedelen. Logisch, als ik een werkgever zou zijn met bbl’ers in dienst –studenten die werk en opleiding combineren– dan wil ik ook zeggenschap over wat ze leren bij het Nova College.’ Welke dilemma’s ondervinden jullie bij de invoering? ‘De diploma’s zien er straks anders uit. Stel je bent werkgever met een vacature en daarop ontvang je reacties van gediplomeerden.
Zij hebben straks allemaal verschillende keuzedelen gevolgd. Hoe herken je dan de geschikte kandidaat? En beseft de gediplomeerde hoe hij zichzelf met keuzedelen positioneert op de arbeidsmarkt? Spannende vragen waarmee we nog ervaringen moeten opdoen.’ Zeg je dat studenten begeleid moeten worden bij het kiezen? ‘Ja, al suggereert het woord anders, keuzedelen zijn verplicht. Ze zijn specifiek en erop gericht om het diploma, het paspoort voor de arbeidsmarkt, te versterken. Studenten gaan hun keuzedelen dus zorgvuldig selecteren. Dit geeft flexibiliteit en motiveert jongeren tijdens de opleiding scherper na te denken over hun toekomst. Voordat een student Verpleegkunde klaar is, moet hij zichzelf afvragen of hij met gehandicapten wil werken of in een ziekenhuis, met kinderen of volwassenen. Bij studieloopbaanbegeleiding zullen we nog meer nadruk leggen op de toekomstige baan.’ Met deze verandering wil de minister meer efficiëntie in het mbo. ‘Dat zie je ook ontstaan. Laatst werd ik gebeld door de branchevereniging van apothekers. Zij vreesden dat geen enkel roc meer het keuzedeel medicijnen bereiden zou opnemen in het opleidingsaanbod. Daarop hebben wij alle omliggende roc’s uitgenodigd om dit te bespreken. Samen hebben we besloten dat twee roc’s in de regio dit keuzedeel organiseren, en dat alle roc’s hun studenten de kans bieden daar dit keuzedeel te volgen. Door deze verandering vinden niet alleen onderwijs en bedrijfsleven elkaar, ook roc’s onderling dus steeds meer.’
‘Diploma’s zien er straks anders uit’
‘Keuzedelen maken de opleidingen interessanter en uitdagender’
Razendsnel veranderen Eric Jongepier (56) is van huis uit scheepsbouwkundige. Inmiddels werkt hij al twintig jaar als organisatie-adviseur. Hij ondersteunt met een team van medewerkers de minister bij de implementatie van de herziening kwalificatiestructuur. Nogal een koerswijziging! ‘Het bedrijfsleven en de arbeidsmarkt veranderen razendsnel. Om de kennis en vaardigheden van jonge mensen met een mbo-diploma daarop te laten aansluiten, is de herziening kwalificatiestructuur noodzakelijk. De aansluiting van het mbo op het beroepenveld is niet het enige speerpunt van de herziening. Ook de factor ‘levenslang leren’ krijgt aandacht. Vakmensen moeten weten hoe ze zich blijven aanpassen aan die bewegende arbeidsmarkt. Een belangrijk onderdeel van de herziening is dat roc’s zogenaamde keuzedelen –een soort keuzevakken– gaan aanbieden. Die kunnen ook op initiatief van het bedrijfsleven worden ontwikkeld.
Roc’s en het bedrijfsleven gaan intensiever samenwerken. Voor studenten worden de opleidingen daardoor interessanter en uitdagender. Het gevolg van de herziening voor leerbedrijven is tweeledig. Het curriculum van de studenten wijzigt, ze komen dus met een iets andere bagage binnen. Maar het grootste effect zit ’m in de keuzedelen. Dat is een nieuw fenomeen. Concreet houdt het in dat iemand die voor timmerman leert, een keuzedeel autotechniek zal kunnen volgen. Vaak zal dat niet voorkomen, maar het kán. Aan het leerbedrijf dan de vraag om een stageplek. De kans is niet denkbeeldig dat het bedrijf denkt: wat heb ik aan een aspirant timmerman in opleiding in een autogarage? En wat heeft mijn beroepsgroep daar later aan? Wat vaker zal voorkomen: een timmerman in opleiding die kiest voor een keuzedeel metselen, vanuit de gedachte dat die kruisbestuiving van kennis later handig uitkomt. Daar zal een leerbedrijf op den duur profijt van hebben: je leidt een timmerman op die later wat breder inzetbaar is. Wellicht een reden om in te stemmen met zo’n stageverzoek; iets dat uiteraard niet verplicht is.’ 3
HET MBO VERANDERT
WAT MERKT U ER VAN? 4
Alle mbo-opleidingen veranderen vanaf 1 augustus 2016. Scholen en bedrijven hebben samen een flexibelere diploma- en opleidingenstructuur ontwikkeld, want: • de maatschappij verandert zo snel dat mbo-scholen hun opleidingen eenvoudiger en sneller moeten kunnen bijstellen; • het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) moet beter kunnen inspelen op de vragen vanuit de arbeidsmarkt.
Wat verandert er? • De opleidings- en exameneisen zijn beknopter en algemener beschreven. Het aantal mbo-opleidingen neemt hierdoor af. Daarnaast is er meer aandacht voor vakkennis en vaardigheden. • Nieuw in mbo-opleidingen zijn keuzedelen. Dit zijn flexibele onderdelen binnen de opleiding voor verdieping, verbreding of doorstroom naar een vervolgopleiding. Keuzedelen maken regionale kleuring mogelijk en bestaan uit verschillende tijdseenheden (240, 480, 720 en 960 studielasturen). Studenten kiezen zelf welke keuzedelen ze willen volgen. Scholen bieden keuzedelen op school aan, in samenwerking met leerbedrijven en/of als zelfstudie. Dit geldt zowel voor opleidingen in de beroeps-opleidende (bol) als beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Wat blijft hetzelfde? • Voor de beroepspraktijkvorming (stage/bpv) blijft het bpvprotocol van toepassing. Hierin staan de verantwoordelijkheden van de student, de school en het leerbedrijf beschreven. Wat betekenen deze veranderingen voor uw leerbedrijf? • In bpv-overeenkomsten en in de opdrachten voor de studenten staan nieuwe termen, zoals ‘keuzedeel’. • Sommige mbo-opleidingen zijn verdwenen, hebben een andere naam of zijn in de nieuwe situatie een keuzedeel geworden. • Uw leerbedrijf kan ook bpv-studenten uit andere opleidingen krijgen, omdat de studenten als keuzedeel een onderwerp uit uw branche hebben gekozen. Ook kan het voorkomen dat een student keuzedelen bij een ander stage- of leerbedrijf uitvoert. • Studenten kunnen andere opdrachten of examentaken hebben dan voorheen.
Wat zijn de kansen van deze veranderingen voor leerbedrijven? Uw leerbedrijf kan direct invloed uitoefenen op het aanbod bij de mbo-school in de regio. Dit kan bijvoorbeeld door samen met de school een keuzedeel te ontwikkelen. Hiermee spelen mbo-scholen en het bedrijfsleven snel in op actuele behoeftes van de arbeidsmarkt en dragen zij samen bij aan beter geschoolde medewerkers in de toekomst. Wilt u precies weten wat de inhoudelijke veranderingen voor uw leerbedrijf betekenen? Neem dan contact op met uw contactpersoon van het Nova College. Meer weten? Wat er allemaal verandert, leest u op: www.herzieningmbo.nl en www.ihks.nl. Informatie over de erkenning van leerbedrijven en wijzigingen in kwalificaties vindt u op: www.s-bb.nl/bedrijven.
5
Anouk Vermeulen:
‘Vormgeving trekt misschien meer vrouwen in dit vak’
Anouk Vermeulen en George Polman runnen al zevenentwintig jaar een architectenbureau in Haarlem en zo’n vijftien jaar daarvan begeleiden zij stagiairs, ook van de opleiding Middenkader Bouw vormgeving en architectuur. ‘Een prachtig vak om over te dragen’, zegt Anouk, ‘maar vrouwen zijn daarin zwaar ondervertegenwoordigd. Na al die jaren zit ik nog steeds met vrijwel alleen mannen om tafel.’ Het keuzedeel architectuur trainee trekt meer meiden naar de opleiding, verwacht ze. Toen docent Aston McMurtha haar polste over een keuzedeel architectuur trainee reageerde Anouk direct positief. ‘Het maakt de opleiding 6
aantrekkelijker voor alle studenten en voor meiden in het bijzonder.’ Technische bouwkunde vormt de basis van de mbo-opleiding, en het
keuzedeel gaat in op vormgeving en tekenen, en juist dat –hoopt ze– trekt meer meisjes. Combinatie ‘Studenten met technisch inzicht én gevoel voor vormgeving kunnen wij goed gebruiken.’ Anouk plaatst direct de kanttekening dat architect een beschermde titel is, maar merkt op dat er ook mbo’ers zijn met deze ambitie. ‘Zij kunnen met dit keuzedeel ontdekken of ze willen doorstromen
naar het hbo. En voor wie dit niet wil, maar wel op een architectenbureau wil werken, is het een goede voorbereiding.’ Durf Na Anouks instemming keerde Aston bij haar terug met een conceptontwerp van het keuzedeel. ‘Hij en zijn collega’s hebben dit zelf ontwikkeld. Daar komt nogal wat bij kijken, en ik vind het stoer dat ze dit hebben aangedurfd.
Goedgekeurd Inmiddels is het –samen met het bedrijfsleven ontwikkelde– keuzedeel architectuur trainee goedgekeurd door Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Studenten van onze opleiding Middenkader Bouw vormgeving en architectuur kunnen straks dit keuzedeel daadwerkelijk volgen.
Sowieso is het onderwijsteam ontzettend enthousiast en betrokken; het was dus gewoon leuk om hier samen aan te werken.’ Naam ‘In eerste instantie heette het keuzedeel architect trainee, maar architect is een beschermde titel. Deze titel mag je voeren als je bent ingeschreven in het architectenregister en een studie hebt gevolgd aan bijvoorbeeld de Technische Universiteit of de Academie voor Bouwkunst. Om geen valse verwachtingen te wekken, heb ik daarom voorgesteld de naam te veranderen in architectuur trainee.’
Roc’s kunnen zelf een keuzedeel ontwikkelen of kiezen uit het register van keuzedelen. Architectuur trainee wordt opgenomen in het register van keuzedelen zodat ook andere roc’s dit keuzedeel kunnen aanbieden.
Kennismaken Anouk heeft het onderwijsteam geadviseerd het onderwijsprogramma inhoudelijk te vereenvoudigen en het accent te verleggen van beheersen naar kennismaken met het bouwkundig ontwerp. ‘Kun je dit vragen van een mbo’er? Met die blik heb ik steeds het opleidingsprogramma gelezen. Het is niet realistisch om te verwachten dat mbo-studenten meteen een volledig programma van eisen schrijven. Maar je kunt ze prima een kant-en-klaar programma geven en vragen om daarvan een schetsontwerp te maken.’ Draagvlak Nadat het onderwijsteam het keuzedeel voor goedkeuring heeft ingediend bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) komen alle betrokkenen bijeen op
‘Ze wilden weten of er voldoende draagvlak voor is’
het architectenbureau. ‘Aan deze tafel hebben we het ontwerp nog eens doorgenomen met de afgevaardigde van SBB. Die wilde van mij weten of er voldoende draagvlak voor zou zijn. Daarvan ben ik overtuigd, het is echt een verdieping van de opleiding. Zeker in vergelijking met de stage die meer een kennismaking is met het gehele bouwkundig proces. Het keuzedeel zoomt in en zet studenten voorzichtig aan het (schets) ontwerpen.’
Generatie ‘Als architecten willen we midden in de samenleving staan, daarom hebben we graag jonge mensen over de vloer. Het is goed voor de sfeer in je bedrijf en we leren van deze generatie hoe zij denken over wonen en werken.’ Moeiteloos somt Anouk voorbeelden op waaruit blijkt dat ze graag contact houdt met het onderwijs. ‘We hoorden dat het onderwijs ook mbo’ers met Revit wil laten werken. Eerlijk gezegd had
ik daar twijfels over, want het is een complex 3D-tekenprogramma. Tot mijn verrassing pakken ze dit goed op. Handig om te weten als we stagiairs of personeel willen aannemen.’
‘Stoer dat ze dit hebben aangedurfd’ 7
‘Je denkt aan elkaar als er iets speelt’ Voor Sandra Vlaar en Carolien Libert van kinderopvang Les Petits was meepraten over het nieuwe opleidingsprogramma meer een logisch gevolg dan een verplichting. Zij zijn al jarenlang intensief betrokken bij het opleiden van pedagogische medewerkers voor de kinderopvang. ‘We blijven investeren omdat we resultaat zien.’ Sandra is mededirecteur van Les Petits in ZuidKennemerland en op landelijk en regionaal niveau zeer betrokken bij ontwikkelingen binnen de kinderopvang. Zo vertegenwoordigt ze de branche in de adviesraad van de opleidingen
‘Ontwikkelingen in het werkveld vragen meer bagage van medewerkers’ 8
Gezondheidszorg, Welzijn en Laboratoriumtechniek van het Nova College. En samen met haar stafmedewerker Pedagogiek & Personeel Carolien geeft ze invulling aan het regionaal convenant, een samenwerkingsverband tussen kinderopvangorganisaties en het Nova College. De samenwerking Sandra: ‘Wij hebben behoefte aan personeel dat met kinderen wil werken, hun ontwikkeling ondersteunt. Dit gaat dus verder dan het zorgen voor kinderen. Personeel is ons belangrijkste kapitaal. Zij dragen onze pedagogische waarden uit zoals respect, geborgenheid en creativiteit. Dit, in combinatie met liefde voor je werk hebben, bepaalt onze kwaliteit. Kwaliteit begint bij opleiden en daarom spelen we daarin een actieve rol.’ Carolien: ‘Overal zie je onze samenwerking terug: in de stagiairs die hier rondlopen, de studenten die we op onze locaties ontvangen
voor een oriëntatiebezoek, de gastlessen die we geven, en in de workshops die het Nova College organiseert en die onze medewerkers bijwonen.’ De relatie Sandra: ‘Ieders tijd is beperkt dus als je elkaar spreekt, wil je er iets uithalen. We discussiëren soms op het scherpst van de snede, maar met pappen en nathouden schiet je niks op. Met goede argumenten komen we er altijd samen uit.’ Carolien: ‘Alleen door elkaar scherp te houden, haal je meer uit een relatie. Gewoon de telefoon pakken en zeggen wat er anders had gekund.’ Sandra: ‘We steken er energie in, en daar willen we ook iets voor terugzien. Dat we erin blijven investeren, komt omdat we resultaat zien.’ Het resultaat Sandra: ‘In de adviesraad zitten meerdere beroepsgroepen aan tafel. Hun verhalen en ervaringen verruimen mijn denkbeelden, ik leer daarvan. Het zijn bovendien disciplines waarmee onze doelgroepen –ouders en hun kinderen– ook te maken hebben. En ik merk dat ik via de adviesraad nog beter geïnformeerd ben over wat er speelt bij het Nova.’ Carolien: ‘We zien ook dat studenten meer worden voorbereid op de stageperiode, en dat de communicatie tussen student, school en stagebedrijf is verbeterd.’ De nieuwe kwalificatiestructuur Carolien: ‘De keuzedelen zijn afgestemd op wat de branche vraagt. Dat vind ik het mooie ervan.
‘We zien dat studenten meer worden voorbereid op de stageperiode’
Ze geven studenten een breder beeld van het vak en de kans om min of meer te specialiseren.’ Sandra: ‘Beslist, studenten kiezen bijvoorbeeld uit keuzedelen zoals werken in een Integraal KindCentrum (IKC), expressief talent en baby’s en jonge kinderen.’ Carolien: ‘Nieuw is dat de scheidslijn tussen niveau 3 en 4 groter wordt. Dat, en de specialisaties, vragen van ons dat wij nog zorgvuldiger kijken waar we een stagiair plaatsen.’
Regionaal convenant Vijf jaar geleden sloten kinderopvangorganisaties en het Nova College een regionaal convenant om werkveld en onderwijs dichterbij elkaar te brengen. Deze partners komen twee keer per jaar bijeen op bestuurlijk en uitvoerend niveau. De inbreng Sandra: ‘De brede school, IKC’s en de vooren vroegschoolse educatie (VVE) zijn actuele ontwikkelingen die ons werkveld aantrekkelijker maken, maar meer bagage van medewerkers vragen. Bij de ontwikkeling van het nieuwe onderwijsprogramma hebben we die ingebracht zodat ook de volgende generatie dit meekrijgt.’ Carolien: ‘Eigenlijk is het een continu proces. Op dit moment praten we weer met een docent van het CIOS en een docent van de opleiding Pedagogisch werk omdat wij pedagogische medewerkers nodig hebben met kennis van sport- en spelactiviteiten.’ Sandra: ‘Laatst hoorde ik nieuws over een interne opleiding voor IKC-medewerkers. Misschien ook iets voor ons samenwerkingsverband, dacht ik nog. Een dag later ontving ik van Esther van Gog van het Nova College de vraag voor dit interview. Dat je aan elkaar denkt als er iets speelt, dat is het hoogst haalbare in een samenwerking.’ 9
HERZIENING BIJ MARITIEM
De maritieme opleidingen van het Nova College zijn onderdeel van het samenwerkingsverband Maritieme Academie Holland. Logisch dat Nova nauw heeft samengewerkt met ROC Friese Poort en Noorderpoort College, de andere roc’s van de Maritieme Academie. We zijn begonnen met een gezamenlijke visie op examinering en daaruit volgend het examenplan. Hermien Bouwknegt, opleidingsmanager van het Nova College: ‘Het was heel leuk en leerzaam om hierin samen op te trekken. Je loopt toch tegen dezelfde dingen aan. We zijn nu gezamenlijk de voortgangstoetsen aan het ontwikkelen.’ 10
De examens moeten allemaal extern gevalideerd worden. Dat vraagt nogal wat financiële middelen, dus om dat gezamenlijk aan te pakken is efficiënt, maar ook het werkveld profiteert. Reders weten waar ze aan toe zijn en wat ze van onze studenten mogen verwachten. We leggen het examenplan ook aan hen voor.
We hebben nu state-of-the-art simulatoren en praktijklokalen in IJmuiden. Vorig jaar is nog het high voltage lokaal geopend en voor 2017 staat een praktijkstraat met motoren gepland. En ook in Harlingen investeren we flink. Deze faciliteiten gebruiken we zowel voor de lessen als voor de examens.’
De belangrijkste verandering van de herziening is meer integratie van de praktijk en de theorie. Zowel in het onderwijs als in de examens, de proeven van bekwaamheid. Hermien: ‘Op deze manier komen de studenten beter toegerust aan boord. Ook dat is natuurlijk prettig voor de reders. De theorie zakt minder snel weg, nu studenten die direct in de praktijk moeten toepassen.
We zijn al gestart met nauwer samenwerken met het werkveld en daar gaan we in de herziene kwalificatiestructuur mee door. ‘Onze studenten zitten de eerste twee jaar vooral op school, maar ze gaan nu op excursie naar bijvoorbeeld het loodswezen, Vroon en Spliethoff om zo snel mogelijk een schip te bezoeken.
Ook nodigen we vaker gastdocenten uit. De internationale wet- en regelgeving (STCW) verandert niet. Dus inhoudelijk blijft het programma ongeveer gelijk. Het gaat erom dat studenten kunnen laten zien wat ze kunnen en daarop reflecteren en dat kunnen verantwoorden. Het blijft een opleiding waar de veiligheid centraal staat.’ De keuzedelen gaan plaatsvinden in de bpv, de stage. ‘Onze studenten moeten 365 dagen varen om hun vaarbevoegdheid te halen. We hebben dus relatief veel bpv.’ De keuzedelen zijn nog niet vastgesteld. Studenten die komend schooljaar beginnen, gaan over twee jaar stage lopen. ‘Op dit moment heeft dat dus nog geen prioriteit.’
Sociaal werk al gestart volgens nieuwe structuur De opleiding Sociaal werk is als een van de weinige opleidingen binnen Nova al gestart volgens de nieuwe kwalificatiestructuur. Studenten volgen het basisdeel en kiezen daarna welk profieldeel ze willen doen. Deze terminologie komen ze in de praktijk niet tegen. Wel wordt de leerstof projectmatig aangeboden en is er veel contact tussen studenten en stagebedrijven. Student Sandra Isho zit in haar eerste jaar: ‘In mijn omgeving ben ik vaak degene die mensen met problemen helpt. Dat vind ik interessant om te doen. Helpen kan soms met iets kleins: gewoon luisteren naar iemands verhaal, en wat praten. Het geeft me voldoening als iemand zich dan beter voelt. Ik wil later van hulpverlenen mijn beroep maken. Onderdeel van deze opleiding is dat we ons nu al oriënteren op de bpv (stage) in het tweede jaar. Eerst komen er gastsprekers op school: mensen die werken bij de stagebedrijven. Ook tweedejaarsstudenten die al stage hebben gelopen komen erover vertellen. Daarna gaan we zelf langs bij de bedrijven en instellingen. Ik ben bijvoorbeeld –samen met zes medestudenten– bij een Exodushuis in Rotterdam geweest. Exodus is een instelling die exgedetineerden helpt en begeleidt bij hun
terugkeer in de maatschappij. We kregen een rondleiding en spraken met bewoners en hulpverleners. Ik wist meteen: hier wil ik volgend jaar stagelopen. Werken met gedetineerden lijkt me een enorme uitdaging en heel interessant. Ik ben ook bij het Leger des Heils geweest en bij Only Friends, een sportclub voor kinderen en jongeren met een beperking. De daklozen bij het Leger des Heils waren in het begin een beetje bot tegen me. Ik zag ze denken: daar heb je weer een student. Maar toen ik met ze ging kletsen moesten ze toch lachen, en was het eigenlijk heel gezellig. ‘Je moet vaker komen’, zeiden ze. Op de opleiding werken we veel zelfstandig, op projectbasis. Per blok werken we zelf aan vier verschillende onderwerpen, zoals enquêteren: hoe schrijf je een enquête, hoe vind je een onderzoeksgroep, wat doe je met de resultaten. Op het eind houden we een presentatie over het onderwerp. Vooral van het presenteren leer ik veel. Die projecten helpen me bij het kiezen van een studierichting in het tweede jaar. Ik kan kiezen tussen twee profielen, cultureel sociaal werk of maatschappelijk werk. Het wordt maatschappelijk.’
BIJNA 30 KEUZEDELEN BIJ CIOS De CIOS-studenten van het Nova College hebben veel te kiezen. Het werkveld van sport en bewegen is immers breed. Aan het begin van de opleiding maken studenten kennis met zoveel mogelijk takken van sport. Vanaf het tweede jaar kiezen ze een uitstroomprofiel en volgen ze een serie keuzedelen. Hierover krijgen ze uitgebreide informatie om te helpen bij het kiezen, onder andere in de vorm van korte filmpjes. Totaal zijn er bijna 30 keuzedelen. Naast doorstroom hbo, kunnen studenten bijvoorbeeld kiezen uit hockeytrainer, sportmassage, duikspecialist, maar ook bewegingsleider aangepaste sporten en brede trainer coach 3. Brede trainer coach 3 Dit laatste keuzedeel is ontwikkeld voor de opleiding Sportspecialisatie instructeur op niveau 3
door een aantal roc’s, waaronder het CIOS Haarlem samen met NOC-NSF. Het keuzedeel komt voort uit de behoefte van de markt. Studenten worden opgeleid tot trainer coach bij hun eigen sportvereniging. Ze krijgen na afloop een branchediploma bij een groot aantal sportbonden. Het keuzedeel bestaat uit 16 workshops, die vooral in de avonduren plaatsvinden. Verder lopen de studenten stage bij hun eigen sportclub en voeren ze daar een aantal praktijkopdrachten uit. Cynthia Mink, student CIOS: ‘Het leuke van dit keuzedeel is dat je het volgt met veel mensen die verschillende sporten beoefenen. Daar leer je heel veel van. Iedereen heeft toch zo zijn eigen manier van lesgeven.’ Alle films van de keuzedelen staan op novacollege.nl/keuzevakken-cios-haarlem. 11
BASIS-, PROFIEL- EN KEUZEDEEL Alle mbo-opleidingen bestaan straks uit een basisdeel, een profieldeel en keuzedelen.
Basis- en profieldeel In het basisdeel volgt de student vakken zoals rekenen, Nederlands, loopbaan en burgerschap. Aangevuld met vakken die erop gericht zijn de student de vakkennis, vaardigheden en houdingsaspecten aan te leren die bij alle beginnende beroepsbeoefenaren in het betreffende werkveld horen. Het profieldeel is gericht op het aanleren van beroepsgerichte taken. Het basis- en profieldeel samen vormen de kwalificatie. Keuzedeel Daarnaast volgen studenten verplicht een keuzedeel.
Soorten keuzedelen Johan Sloesen leidt het Ondernemershuis van het Nova College en is docent aan de tweetalige opleiding Junior accountmanager (IVS). Hij noemt een aantal voorbeelden van soorten keuzedelen binnen de Economieopleidingen. Verdiepende keuzedelen ‘De opleiding Schoonheidsverzorging biedt de keuzedelen visagie, coaching naar een gezonde leefstijl, en wellness aan.’ Verbredende keuzedelen ‘De commerciële opleidingen bieden de keuzedelen entre12
Keuzedelen zijn een verrijking van de kwalificatie, een aanvulling op het basis- en profieldeel. Studenten kunnen hun kennis verbreden, verdiepen, zich richten op internationalisering of voorbereiden op een vervolgstudie. Examen Studenten doen examen voor het keuzedeel, maar kunnen hier (nog) niet op zakken. Dit geldt niet voor studenten die in 2018 starten met hun opleiding, zij moeten vanaf dan ook voor het keuzedeel voldoen aan de slaagregeling om het diploma te ontvangen.
preneur (ondernemende werknemer), Duits en Spaans aan.’
bereiden met het keuzedeel doorstroom hbo-kunsten.’
Internationaal keuzedeel ‘Studenten van de opleiding Beveiliging kunnen, rekening houdend met onze multiculturele samenleving, kiezen voor internationaal I, een keuzedeel gericht op interculturele communicatie.’
Cross-over ‘Zo’n doorstroomkeuzedeel is bijvoorbeeld ontwikkeld in overleg met het hbo. Andere keuzedelen komen tot stand in samenwerking met het bedrijfsleven en ook met opleidingen binnen ons eigen roc. Ik kan mij voorstellen dat het vak Ondernemerschap van de commerciële opleiding ook interessant is voor studenten van de opleiding haarverzorging die een eigen zaak willen starten.’
Doorstroomkeuzedeel ‘Studenten van de opleiding Media & Marketing, Dans & Theater en de opleiding Interieuradviseur die een hbo-studie willen volgen, kunnen zich daarop voor-
Niemand tussen wal en schip Entree in voorhoede Afgelopen schooljaar is het Nova College al gestart met de entreeopleiding volgens de nieuwe structuur. De entreeopleiding (mbo-niveau 1) is er voor jongeren die geen diploma hebben. Het is een heel praktijkgerichte opleiding. Belangrijke onderdelen zijn, naast vaktechnische vaardigheden en taal en rekenen: op tijd zijn, samenwerken, omgaan met gezag, omgaan met kritiek, werk plannen en afspraken maken en nakomen. Masterdocent Lida Fokker: ‘Nieuw is dat we studenten opleiden in een studierichting, een uitstroomprofiel. Zo’n profiel is een versterking van de praktijkcomponent waaruit onze opleiding grotendeels bestaat. We zijn blij met die hernieuwde aandacht voor vakmanschap, het nieuwe kwalificatiedossier is een steun in de rug. Uitstroomprofielen entreeopleiding binnen Nova • Bouwen en wonen • Mobiliteitsbranche • Installatie- en constructietechniek • Dienstverlening en Zorg • Horeca/voeding/voedingsindustrie • Verkoop/retail Meer weten? Heb je nog vragen? Dan kun je terecht op onze website novacollege.nl/HKS, bij de bpv-coördinator van het Nova College of bel het Nova Informatiepunt via 023 530 2010.
Juni 2016 – novacollege.nl/HKS