MOW
MAG
Nieuws uit het ministerie mow • Verschijnt driemaandelijks • # 12 • 30 januari 2010
Tunnels, wegen, sluizen…
Minister Crevits doet rondgang van beleidsdomein
Dynamisch verkeersmanagement Nu ook in Gent
Het Afscheid Chris Caestecker met pensioen
Nieuwe Vlimpers komt eraan
Beste collega’s W
ellicht houden we 2009 nog lang in het geheugen. Het was een zeer moeilijk jaar dat beheerst werd door de financiële en economische crisis. Denk bijvoorbeeld maar aan de vele bedrijfssluitingen en de stijgende werkloosheidscijfers. Ook de Vlaamse overheid heeft de gevolgen van de crisis ondervonden: haar begrotingstekort is in amper één jaar tijd van nul tot meer dan een miljard euro gegroeid, ondanks de besparingen die aan de verschillende beleidsdomeinen zijn opgelegd. Het is ondertussen duidelijk dat ook 2010 een moeilijk jaar blijft met verdere besparingen op de agenda. Maar met besparen alleen zullen we het niet halen. Voor het herstel van de werkgelegenheid en de vrijwaring van ons sociaal systeem is ook nieuwe economische groei nodig. En economische groei is pas mogelijk als privésector en overheid blijven investeren. Bij de Vlaamse overheid levert het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken alvast zijn bijdrage door in nieuwe infrastructuur te voorzien of bestaande infrastructuur te optimaliseren: wegen, bruggen, tunnels, havenuitrusting, enzovoort. Daarbij zorgen we ook voor goede mobiliteitsnetwerken. Beide zijn van levensbelang voor de economische activiteit in Vlaanderen. We merken trouwens dat alle ons omringende landen fors blijven investeren in infrastructuur, ook in deze tijden van crisis. We stellen echter vast dat het bij ons de laatste jaren maar moeizaam lukt om de hoogst noodzakelijke infrastructuurprojecten tijdig te realiseren. De lange en complexe procedures zijn daar niet vreemd aan. Maar er is ook moed nodig om maatschappelijk en economisch belangrijke beslissingen te nemen en er zich aan te houden. In 2009 is een nieuwe legislatuur van start gegaan. Dat Mobiliteit en Openbare Werken nu onder de bevoegdheid van één enkele minister valt was voor ons beleidsdomein uitstekend nieuws. Mevrouw Hilde Crevits was in de vorige legislatuur onder meer al bevoegd voor Openbare Werken en is goed vertrouwd met de materie. Zij heeft dus heel wat ervaring - een niet te onderschatten pluspunt. Ook bij het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken willen we de ervaring en de kennis van iedereen, jong en oud, optimaal inzetten om het beleid te realiseren. Wij wensen u alvast een inspirerend 2010 toe waarin uw inzet en uw creativiteit meer dan ooit de doorslag mogen geven! De redactie
Colofon
MOWmag brengt informatie over actuele thema’s en activiteiten van het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken. Ons adres: MOWmag , Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. Redactiecontacten: Ilse Luypaerts, Agentschap Wegen en Verkeer,
[email protected], 02 553 75 57, Suzan Van Hoof, Departement Mobiliteit en Openbare Werken,
[email protected], 02 553 71 04, coördinatie: Nancy De Ceuleneer, Departement Mobiliteit en Openbare Werken,
[email protected], 02 553 71 53, Tom Moortgat, Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust,
[email protected], 02 553 77 12. Ideeën en suggesties kunt u ook mailen naar
[email protected]. MOWmag verschijnt driemaandelijks. Redactie en realisatie: Jansen & Janssen, www.jaja.be. Verantwoordelijke uitgever: ir. Fernand Desmyter, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. © 2010 MOWmag
2
MOW
MAG
In dit nummer 06
10
Om voeling te blijven houden met haar beleidsdomein, heeft minister Crevits besloten tot een aantal werkbezoeken. Het werd een boeiende ontdekkingstocht voor alle betrokkenen.
De vallei van de Zwarte Beek (Beringen) is een van de meest natuurlijke valleigebieden van Vlaanderen. De afdeling Algemene Technische Ondersteuning (ATO) voerde voorbereidende metingen uit voor ecologisch beekherstel.
Hoog bezoek
14
22
Chris Caestecker: het afscheidsinterview
Chris Caestecker, administrateur-generaal van AWV, is bij de jaarwisseling met pensioen gegaan. Een terugblik op een rijkgevulde loopbaan.
Bezoek van minister Crevits
06
Ecologisch beekherstel voor Zwarte Beek
Zwarte Beek wordt groen
10
MOW Privé
Francis Verreth is diensthoofd van de DAB Vloot in Vlissingen. In zijn vrije tijd gaat hij zeilen. ‘Als je op volle zee zit met alleen het geluid van de golven om je heen: dat is toch iets speciaals.’
Chris Caestecker op pensioen
18
En verder…
Vlimpers in het nieuw
20
MOW Privé
22
09 Vrachtwagensluis maakt Rieme leefbaar 12 D ynamisch verkeersmanagement breidt uit 16 De Lichtenlijn valt in de prijzen 23 Lippenbroek laat natuur herleven
3
???? GEFLITST Enkele maanden geleden kreeg het Antwerpse Sint-Annastrand een wat lugubere attractie te verwerken. De afdeling Maritieme Toegang liet er een dode vinvis op het droge slepen die was aangespoeld in de Beren drechtsluis, in de Antwerpse haven. De vinvis was bijna 20 meter lang en woog ongeveer 30 ton.
Zware jongen op Sint-Anneke
‘H
et dier was aangevaren door het fruitschip Summer Flower en daarna opgeschept op de bulb van het schip: de uitstulping van de boeg onder de waterlijn’, zegt Yi-bin Shan, celhoofd maritieme werken. ‘Omdat de afdeling Maritieme Toegang de toegankelijkheid van de haven moet vrijwaren, stonden wij in voor de berging.’ Omdat het dier te zwaar was voor de kaai, werd de vinvis voor onderzoek naar het Sint-Annastrand getrokken. Daar werd het kadaver door wetenschappers onderzocht. De gewone vinvis is, zoals we allemaal nog weten uit de biologielessen, geen vis maar een zoogdier. Na de blauwe vinvis is dit het grootste dier dat ooit op aarde leefde, met een maximumlengte van 27 meter. Normaal komt het dier niet in onze streken voor: de dichtste vindplaats is de Golf van Biskaje, tussen Bretagne en de Spaanse Noordkust.
4
MOW
MAG
GEFLITST
Luchthaven Antwerpen
beperkt terugval In 2009 maakten 169.446 passagiers gebruik van de Luchthaven Antwerpen. Met die kleine daling van 4,3 % blijft de terugval beperkt in vergelijking met andere luchthavens. Bovendien tonen de statistieken van het laatste kwartaal een duidelijke heropleving. Terwijl de eerste jaarhelft gekenmerkt werd door een terugloop van de passagiersaantallen met bijna 9 %, doet de tweede jaarhelft het dus duidelijk beter met zelfs stijgende passagiersaantallen in de 3 laatste maanden. Op de verbinding Antwerpen-London City werden de laatste 3 maanden van 2009 evenveel passagiers vervoerd als in 2008. De vlucht naar Manchester kende van oktober tot en met december zelfs een toename van het aantal passagiers met ruim 17 %. Ook de zakenvluchten kennen een heropleving sinds oktober 2009, met een toename van 4,5 % in passagiersaantallen tijdens het laatste kwartaal. Ondanks de winterse weersomstandigheden van de voorbije weken bleef de luchthaven open en kon het vliegverkeer doorgaan.
17 auditoren erbij
Eind oktober en begin november werden bij de Technische Ondersteunende Diensten (TOD) acht mensen opgeleid tot lead auditor. Begin december kwamen daar nog negen auditoren bij. De extra (lead) auditoren moeten de huidige ploeg versterken om in te spelen op de geplande uitbreiding van het ISO-certificaat. Het is de bedoeling dat ook het volledige Waterbouwkundig Laboratorium en het Verkeerscentrum binnenkort onder het ISO-certificaat vallen. Ook de afdeling ATO (Algemene Technische Ondersteuning) plant een uitbreiding van zijn scope met de cel IT-Ondersteuning en de cel Ondersteuning Overheidsopdrachten.
Het bedrijf Amelior stond in voor de opleiding. Voor de lead auditoren duurde die vijf dagen, inclusief een live audit bij de afdelingen ABS-AMS Brussel (Beton- en metaalstructuren) en een afsluitend examen. De opleiding voor auditoren duurde vier dagen, inclusief live audit bij ATO. ‘Na de opleiding zijn de deelnemers in staat om interne audits uit te voeren bij de afdelingen van de Technische Ondersteunende Diensten’, zegt Elke De Smedt, directievertegenwoordiger kwaliteit, afdeling ATO. ‘De interne audits zijn een eis om de ISO-norm te behalen en te behouden, maar TOD ziet ze vooral als een kans om de huidige werking blijvend te verbeteren.’
Vloot
bouwt bij
De overheidsrederij DAB Vloot levert al een aantal jaren grote inspanningen om haar vaartuigen te vernieuwen. Ook de komende jaren komen er nog een aantal bij. In primeur voor MOWmag (foto): de tewaterlating van de Ravelingen-redeboot die binnenkort vanuit Oostende zal worden ingezet voor het transport van loodsen. De Ravelingen is 18,55 meter lang en 6,14 meter breed en haalt een snelheid van 25 knopen. Het lijstje met de andere projecten die opgestart of in aanbouw zijn, oogt indrukwekkend: • 3 nieuwe veerboten voor Nieuwpoort en Oostende, • een nieuwe veerboot voor het kanaal GentTerneuzen (2010), • een nieuwe veerboot voor de Schelde (2010), • een nieuw peilvaartuig voor de Schelde (Vlaamse hydrografie, 2010), • een nieuwe boeienlegger voor Oostende (eind 2010), • 3 kleine SWATHS (2011/2012), • een beloodsingplatform van het SWATH-type dat de huidige loodskotter in Oostende zal vervangen (2012), • een nieuw zeewetenschappelijk vaartuig (Oostende, eind 2011– 2012), • een nieuwe reddingsboot in te zetten vanuit Oostende (2011), • een multifunctioneel redevaartuig (2011). Andere projecten die nog worden opgestart: • de vervanging van een hydrografisch vaartuig voor de Schelde, • de vervanging van een boeienlegger op de Schelde, • de vervanging van 2 redeboten in Vlissingen, • de vervanging van een redeboot op de Schelde, • de vervanging van een hydrografisch vaartuig voor de Kust.
5
Om voeling te blijven houden met haar beleidsdomein, heeft minister Hilde Crevits besloten tot een aantal werkbezoeken. Het werd een boeiende ontdekkingstocht voor alle betrokkenen! In november en december werd de eerste lichting afgewerkt; dit voorjaar volgt het agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust en komt er een bijkomend bezoek aan VVM De Lijn en nv De Scheepvaart.
Hoog be Minister Crevits doet rondgang van
9
Departement MOW
november
In het Vlaams Verkeerscentrum kreeg de minister een toelichting over het dynamisch verkeersbeheer op de autosnelwegen. Ook werden de ontwikkelingstrajecten belicht om in grootstedelijke gebieden over te gaan naar een systeem van dynamisch mobiliteitsmanagement. Het bezoek werd afgesloten met een rondleiding in het Traffic Control Center.
6
MOW
MAG
Bij het Waterbouwkundig Laboratorium stonden diverse schaalmodellen in het zonnetje: de haven van Zeebrugge, het sedimentologisch laboratorium, de sleeptank en het Panamakanaal. In de 360° simulator keek de minister geboeid toe op de loodssimulatie voor het binnenvaren van de tweede sluis Waaslandhaven.
Nv De Scheepvaart en
10 Waterwegen & Zeekanaal NV
november
zoek beleidsdomein
Het baggerschip Alexander von Humboldt wordt momenteel ingezet voor de Belgische kant van de Scheldeverdieping. De minister kreeg een demonstratie van het digitale Bagger Informatie Systeem, en van de sleephopperzuiger die het slib wegzuigt.
De minister werd met een ontbijt verwelkomd aan boord van de President Boereboom van nv De Scheepvaart, voor een tochtje naar de Kaaimuur Vandebosch in Oelegem.
De Blauwe Reiger van Waterwegen & Zeekanaal NV legde aan bij de containerterminal TCT in Willebroek. Aan de Zeesluis van Wintam kondigde de minister tijdens een persconferentie de bouw aan van de pompinstallaties en waterkrachtcentrales op de sluizencomplexen van Ham en Olen. Dat project is een prachtig voorbeeld van integraal waterbeleid. Door water terug te pompen, komt de watervoorziening van de verschillende kanaalfuncties tijdens extreme droogte niet in het gedrang. De zes waterkrachtcentrales zullen duurzame elektriciteit produceren voor omgerekend 10.000 gezinnen.
7
Agentschap Wegen en Verkeer
30 en VVM De Lijn Vlaams-Brabant
november
Het AWV – wegendistrict Vilvoorde toonde in een overzichtelijke opstelling de belangrijkste activiteiten. Een greep uit de thema’s die werden toegelicht: FAST, geluidsmetingen en geluidskaarten, ARAN (automatic road analyser) en valgewicht, afstandscontrole vrachtwagens, tellussen, signalisatie bij wegenwerken en botsproeven, verkeerslichtenbeïnvloeding en winterdienst.
Gewapend met laarzen, helm en fluovest bezocht de minister het Diaboloproject. Dit is de spoorwegtunnel die de luchthaven via de Haachtsesteenweg en de Luchthavenlaan verbindt met de middenberm van de E19. Daar sluit de tunnel aan op de nieuwe spoorlijn 25N, zowel in de richting van Brussel als in de richting van Antwerpen. Het Diaboloproject maakt eveneens deel uit van het project ‘De Noordelijke Ontsluiting van de Luchthaven van Zaventem’.
8
MOW
MAG
De minister opende de 200 meter lange fietsbrug over de E19 in Machelen: de langste fietsbrug in België. De brug past in de fietslus die de luchthaven beter bereikbaar moet maken voor de fietsers uit Brussel en de gemeenten in de luchthavenregio. De fietslus maakt deel uit van De Noordelijke Ontsluiting van de Luchthaven van Zaventem.
Na een toelichting van de mobiliteitsvisie 2020 door De Lijn Vlaams-Brabant en de resultaten van START (het Strategisch Actieplan voor Reconversie en Tewerkstelling in de luchthavenregio) stapte de minister aan boord van een hybride bus van De Lijn. Daarmee bezocht ze het cargo- en luchthavengebied, en het nieuwe multimodale knooppunt (trein- en busstation) van de luchthaven van Zaventem. Onderweg kreeg de minister toelichting bij de busbanen op de N26 Haachtsesteenweg, waarvan de werken weldra starten.
Vrachtwagensluis De dorpskernen in en rond Evergem en Oostakker worden elke dag doorkruist door vrachtwagenverkeer dat het aangrenzende havengebied wil bereiken. Dat zware verkeer tast de leefbaarheid van de kanaaldorpen ernstig aan. Om dat te voorkomen, heeft het Agentschap Wegen en Verkeer een innovatief systeem ontwikkeld: een vrachtwagensluis.
maakt Rieme leefbaar D
e vrachtwagensluis is er gekomen om het dorp alleen toegankelijk te maken voor lokaal vrachtverkeer, zonder de toegankelijkheid en bereikbaarheid van de haven in het gedrang te brengen. Lokaal vrachtverkeer moet wel nog in de dorpen terechtkunnen, doorgaand verkeer niet. In die optiek heeft het Projectbureau Gentse Kanaalzone in samenwerking met vele andere partners, waaronder het Agentschap Wegen en Verkeer, een studie uitgevoerd waarbij de verkeerssituatie van de dorpen en de mogelijke oplossingen grondig werden onderzocht. Dat resulteerde in een vrachtwagenrouteplan en een reeks
maatregelen zoals verbodsborden, een aangepaste bewegwijzering en afspraken met gps-operatoren. De opmerkelijkste maatregel is de implementatie van digitale vrachtwagensluizen.
Proefproject Rieme
In de gemeente Rieme is een proefproject opgezet met een dubbelpolige digitale vrachtwagensluis (zie schema). Vrachtwagens die de dorpskern als sluikweg gebruiken, zullen een boete krijgen. Eind oktober 2009 is de proefopstelling van start gegaan. Een dergelijk systeem is nooit eerder in België toegepast. De Gentse Kanaalzone krijgt dus een primeur!
Twee sluizen Door de detectielussen in het wegdek en de lasers naast de weg kan een vrachtwagen of bus worden gedetecteerd. Gewone personenwagens worden wel opgemerkt, maar zijn te laag om de laserstraal te doorbreken. Als een hoog voertuig wordt gedetecteerd, neemt de camera een digitale foto van de num-
merplaat. Daar wordt dan kentekenherkenning op toegepast. Voertuigen die de camera triggerden maar toch zijn toegelaten, zoals hulpdiensten, bussen en leverdiensten, worden in een ‘white list’ opgenomen, en krijgen geen boete. Een dubbelpolige digitale sluis bestaat uit één poort bij
het binnenrijden van het dorp en één bij het buitenrijden. Van een vrachtwagen die door beide poorten rijdt, wordt nagegaan hoeveel tijd is verstreken tussen de eerste en de tweede poort. Doorgaand verkeer, met een korte tijd tussen de twee detecties, kan zo van bestemmingsverkeer worden onderscheiden.
Een onbemande digitale camera die de nummerplaat registreert.
Lasers die detecteren of het voertuig hoger is dan 3 meter.
Lussen in de weg die een voertuig detecteren.
9
fietsinfrastructuur
Zwarte Beek wordt groen
ATO voert metingen uit voor ecologisch beekherstel Anders dan de naam doet vermoeden, is de vallei van Herstel de Zwarte Beek (Beringen) een van de meest natuur- ATO werkt nu op vraag van de VMM mee aan het ecologisch beekherstel in het gebied. Het doel van het lijke valleigebieden van Vlaanderen. Toch zijn hier en project is om de Zwarte Beek tussen Beringen en de daar nog storende ingrepen van de mens merkbaar. In spoorweg van Zelem te herstellen. Er wordt gestreefd naar een zo natuurlijk mogelijke inrichting door oude opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) meanders uit te graven en weer aan te sluiten op de heeft de afdeling Algemene Technische Ondersteubeek, en door vismigratieknelpunten weg te werken. ning (ATO) voorbereidende metingen uitgevoerd voor Door aarden dijken weg te nemen, wordt ook een overstromingsvlakte gecreëerd met extra waterberging om ecologisch beekherstel.
T
ypisch aan de vallei van de Zwarte Beek is de snelle afwisseling van het landschap. De vallei loopt langs natte moerassen, akkers, kleurrijke weiden en graslanden, naaldbossen, landduinen en heide. Het bijzonder waardevolle beekdallandschap werd in 1992 aangeduid als ecologisch impulsgebied. Een gericht natuurbeleid zorgt ervoor dat niet alle gebieden verbossen. Daarvoor worden onder meer fjordenpaarden en Schotse Angus-Aberdeenrunderen ingezet.
10
MOW
MAG
de stad Diest te beschermen. De afdeling Algemene Technische Ondersteuning heeft in opdracht van de VMM de voorbereidende metingen uitgevoerd. Wijnand Vanhille, landmeter-topograaf: ‘Op een traject van ongeveer 8 kilometer werden in totaal 25 locaties opgemeten. Aan de hand van oude kaarten werd het tracé van de oorspronkelijke meanders theoretisch bepaald. Die meanders hebben we dan met een gps-ontvanger op terrein uitgezet. Vervolgens werd in een zone van 25 meter rondom de uitgezette meander een raster van hoogtepunten gemeten, met daarbij ook de bomen en afsluitingen binnen de zones.’
Waar Waarom Zwart? Als mensen naar een ‘zwarte’ beek verwijzen, betekent dat meestal niet veel goeds. In dit geval heeft de naam echter niets met industriële vervuiling te maken. Al in 1771–1778 duidt de kaart van graaf de Ferraris (waarnaar ook ons Ferrarisgebouw is vernoemd) de waterloop aan als Swert Beeck. Vanwaar die naam? Vanwege de ijzerzandsteen in de bodem, wordt beweerd: die zou de beek vuil, in de volksmond ‘zwart’ maken. Anderen verwijzen naar de (vroeger jaarlijkse) overstromingsperioden tijdens de hooitijd in juni. Het hooi in de moerassige valleigronden kwam dan onder water te staan en begon te gisten, wat het water inktzwart zou hebben gekleurd. Volgens sommige buurtbewoners komt die verkleuring sporadisch nog altijd voor.
‘Met die meetgegevens is het mogelijk om per zone een digitaal terreinmodel te maken waarin de nieuwe meander kan worden ontworpen. Dankzij de metingen kunnen we ook het grondverzet voor het project zeer nauwkeurig ramen. Bovendien kunnen de gegevens nu worden ingevoerd in modelleringprogramma’s die simuleren wat er gebeurt bij verschillende water standen.’
Integraal waterbeheer
Koen Martens van de VMM: ‘In de afgelopen decennia betekende waterbeheer voornamelijk een snelle waterafvoer. In de jaren 60 werden vooral ingrepen uitgevoerd als het rechttrekken van beken, het verbreden en verdiepen van de oorspronkelijke loop, het dempen van meanders, de drooglegging van moerassen en de aanleg van allerhande kunstwerken zoals duikers, stuwen of sifons.’ ‘De voorbije jaren besteedt het beleid meer en meer aandacht aan het herstel van watersystemen. De Europese Kaderrichtlijn Water legt ook een meer integrale aanpak van waterbeheer en -gebruik op, en een meer ecologische benadering van de waterproblematiek. Dit project is daar een mooi voorbeeld van.’
gaan we naartoe?
De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) telt dertig leden, waaronder België. De Oeso wil werken aan duurzame economische groei, tewerkstelling, hogere levensstandaarden, financiële stabiliteit, groei van de wereldhandel en ondersteuning van economische ontwikkeling van andere staten.
B
ij de Oeso loopt momenteel het Futures Project on Transcontinental Infrastructure Needs 2030/2050. Dat project moet meer inzicht verschaffen in de uitdagingen en kansen op lange termijn voor de uitbouw van transcontinentale infrastructuur. Het wil een aantal beleidsaanbevelingen formuleren die ervoor kunnen zorgen dat de infrastructuur optimaal bijdraagt aan de verdere economische en sociale ontwikkeling. De Oeso heeft het Departement Mobiliteit en Openbare Werken gevraagd om mee te werken aan het tweede deel van het project, dat zich richt op havens, luchthavens en andere transcontinentale infrastructuur (zoals spoorwegen of pijplijnen). Pieter Lenaers van de afdeling Haven-en Waterbeleid is naar de vergaderingen afgevaardigd. ‘De studie is interessant omdat zij een groot aantal facts and figures verzamelt over infrastructuur en de effecten onderzoekt van ontwikkelingen als de recente crisis, immigratie, CO², bevolkingstoename en mobiliteitsevoluties op onze infrastructuurnoden’, zegt hij. ‘Uiteindelijk moeten we komen tot een voorspelling van de wereldwijde infrastructuurbehoeften tegen 2030 en moeten we betere inzichten krijgen in de nieuwe financieringsmechanismen die zullen moeten worden ingezet om de infrastructuur te bouwen.’ Op 19 november is de stuurgroep een eerste keer bijeengekomen. De studie zou volledig moeten worden afgerond in het eerste kwartaal van 2011.
11
Verkeer & infrastructuur
Dynamisch verkeersmanagement is een methode om weggebruikers sneller te waarschuwen voor files en andere hindernissen, en om routes aan te duiden waar ze minder hinder ondervinden. Het systeem werkt al een tijdje in de regio rond Antwerpen, en nu is ook Gent aan de beurt.
Nu ook in Gent
Dynamisch verkeersmanagement breidt uit D
ynamisch verkeersmanagement moet zorgen voor een betere verkeerssturing, in eerste instantie langs de hoofdwegen in Vlaanderen. Het systeem is gebaseerd op camera’s en inductielussen in het wegdek en dynamische borden boven en naast de weg. Met behulp van het systeem kunnen we: • de verkeersstromen op de weg verstandig geleiden (door snelheidsharmonisatie: een tijdelijke lagere snelheid die voor een vlottere doorstroming op piekmomenten zorgt), • ongevallen vermijden (door lokaal te waarschuwen voor files via informatie op dynamische borden), • de weggebruiker tijdig waarschuwen voor hindernissen (via verkeersinformatie), • alternatieven aanreiken (dankzij dynamisch routeadvies).
Het Dynamisch Verkeersmanagement bestaat ook uit een aantal organisatiemethodes die de files op de weg bestrijden en de verkeersveiligheid verhogen. Twee voor-
12
MOW
MAG
beelden daarvan zijn: • het verminderen van het aantal geplande hindernissen (door werkzaamheden beter op elkaar af te stemmen), • het snel vrij maken van de weg na incidenten (incident management).
8 panelen
Dynamisch verkeersmanagement is in de eerste plaats bedoeld voor het hoofdwegennet in en rond de drie grootstedelijke gebieden: Antwerpen, Gent en Brussel. In het grootstedelijke gebied rond Antwerpen werd de voorbije jaren al fors geïnvesteerd in het dynamische verkeersmanagement op de autosnelwegen. Onlangs is nu ook de Gentse regio voorzien van acht nieuwe dynamische route-informatiepanelen boven de weg. De panelen zijn gericht op de grote keuzepunten van het wegennetwerk rond Gent: Zelzate-West, Zelzate-Oost, Destelbergen, Zwijnaarde, Merelbeke en Expo. Momenteel wordt daar ook het glasvezelnetwerk uitgebreid voor de detectie- en wegkantsys-
temen (camerabeelden) die in de volgende fasen zullen worden geplaatst. Samen met de eerder geplaatste instrumenten op de E40 in Aalter bestrijken de panelen een gebied van de Franse grens en de haven van Zeebrugge in het westen, tot de Brusselse en Antwerpse agglomeraties in het oosten. Intussen zijn ook de eerste 20 meetcamera’s geplaatst die het verkeersverloop op het snelwegnet nauwkeurig kunnen registreren.
Nieuw verkeerscentrum
De nieuwe panelen passen in de uitbouw van een volwaardig nieuw regionaal Verkeerscentrum (Traffic Control Center) in Gent. Over een periode van 3 jaar wordt 20 miljoen euro geïnvesteerd in dat nieuwe Verkeerscentrum. In 2009 ging een eerste investering van 6 miljoen euro naar bekabelinginfrastructuur, nuts- en elektronische voorzieningen. In 2010 worden de budgetten besteed aan de plaatsing van camera’s en dynamische panelen op de hoofdwegen rond Gent.
E313
krijgt nieuwe brug Begin november werd de onderbrug O14 van de E313 afgebroken en vervangen door een nieuw exemplaar. Om de werken te kunnen uitvoeren, werd de E313 in Zandhoven een heel weekend in beide richtingen volledig afgesloten.
Prijs!
O
nder ruime belangstelling werd de bestaande brug in de nacht van vrijdag op zaterdag met behulp van zes kranen geknipt, afgebroken en opgeruimd. Veel stof en puin later bleef alleen een groot gat in de autosnelweg achter. De nieuwe brug stond intussen klaar: die werd in de voorafgaande maanden naast de autosnelweg gebouwd. De 2 delen – elk 20 bij 17 meter en 900 ton zwaar – werden zaterdagmiddag op hun plaats gereden. Daarvoor werd een beroep gedaan op Self Propelled Module Trailers: twee trailers van elk 18 assen, ofwel 72 wielen. Als de nieuwe brug eenmaal op zijn plaats
stond, kon worden gestart met opvullingen, het aanbrengen van asfalt, nieuwe brugleuningen, beveiligingsconstructies (vangrails en aanverwanten) en markeringen. Het was een huzarenstukje om dat alles vlot te laten verlopen: op de werf waren dat weekend 1 aannemer en 8 onderaannemers aan het werk.
Project Gentse Kanaalzone krijgt eervolle vermelding
De Europese Vereniging van verschillende partijen informeren elkaar voortdurend. Zeehavens ESPO, die alle Het project leidde tot de gezamenlijke zeehavens van de Europese opmaak van een streefbeeld voor de GentUnie vertegenwoordigt, reikte se Kanaalzone. Dit leidde dan weer tot een dit jaar voor de eerste keer de strategisch plan, dat in april 2007 aan de Vlaamse Regering werd overhandigd. ESPO-award uit. Het project Netwerk Gentse KanaalAward De ESPO-award wordt toegekend aan prozone kreeg een eervolle jecten die op uitzonderlijke wijze bijdragen vermelding. tot de maatschappelijke integratie van zee-
H
et project Netwerk Gentse Kanaalzone kreeg de eervolle vermelding voor het doorgedreven stakeholdersmanagement dat centraal staat in de ontwikkeling van de haven. Sinds 1993 wordt op permanente basis overleg gepleegd met alle publieke en privébetrokkenen om de Gentse Kanaalzone duurzaam verder te ontwikkelen. Het project wil ruimtelijke ordening, milieu en economie evenwichtig op elkaar afstemmen. Alle betrokkenen kunnen daarbij hun inbreng leveren en de
havens, in het bijzonder met de stad of de nabije omgeving. Dit jaar werd de prijs voor de eerste keer uitgereikt. Een kleine dertig havens namen deel. De haven van het Noord-Spaanse Gijon won de award – een houten sculptuur van de Belgische kunstenaar François Schuiten – voor haar volgehouden initiatieven om de belangen van stad en haven op elkaar af te stemmen en te integreren. Daarnaast was er ook een eervolle vermelding voor Genua én voor Gent. En daar mogen we best trots op zijn!
Sinds 1993 wordt permanent overleg gepleegd met alle publieke en privébetrokkenen om de Gentse Kanaalzone duurzaam verder te ontwikkelen.
13
Interview
‘Mijn deur stond Administrateur-generaal Caestecker Een brug op 1 weekend
14
MOW
MAG
In een rijkgevulde carrière zijn er veel dingen om trots op te zijn. ‘Maar er is toch één specialleke dat eruitschiet’, zegt Chris Caestecker: het viaduct van Bangkok. ‘Dat was eigenlijk het viaduct van Koekelberg, dat in het begin van de jaren tachtig werd afgebroken en aan Bangkok geschonken. Er is zelfs nog kunst- en vliegwerk in het Parlement aan te pas gekomen om het mogelijk te maken dat wij als binnenlandse dienst in Bangkok zouden gaan werken. Net als Fernand Desmyter stond ik toen ongeveer halfweg mijn carrière, en samen hebben we die werken begeleid.’ De brug werd uiteindelijk in één weekend gemonteerd om het verkeer in de miljoenenstad Bangkok zo weinig mogelijk te hinderen. Meer dan 3.000 arbeiders waren bij het project betrokken. ‘En vandaag staat ze er nog. Met nog altijd het opschrift Thai Belgian bridge.’
Er is een tijd van komen en een tijd van gaan: Chris Caestecker, administrateur-generaal van AWV, is bij de jaarwisseling met pensioen gegaan. ‘Maar het beruchte Zwarte Gat dreigt niet. Alleen al met de paperassen om mijn pensioen te regelen ben ik vandaag al de hele dag bezig geweest.’ Gelukkig zijn er nog andere bezigheden.
C
hris Caestecker zat al in de wegenbouw toen de dienst nog nationaal was georganiseerd en Bruggen en Wegen heette. ‘Ik heb de hele evolutie van op de eerste rij meegemaakt, te beginnen met de bouw van de eerste autosnelwegen tot nu.’ Dat is tegelijk ook de evolutie weg van Koning Auto. ‘In het begin kon een weg niet recht en breed genoeg zijn. Langzamerhand is er meer plaats gekomen voor de zachte weggebruiker en het openbaar vervoer. Ook voor de veiligheid hebben we zeker de jongste jaren veel gedaan, onder meer door de zwarte punten op onze wegen versneld aan te pakken.’ ‘Ik ben er nog altijd trots op dat we in Brugge, waar ik mijn carrière ben begonnen, op die gebieden een voorloper waren. Dat was onder meer dankzij Frank Van Acker, een van de grote burgemeesters van Brugge. In samenwerking met hem hebben
nen. Met heel veel tegenwerking, trouwens. En mocht je nu de auto’s weer op die pleinen toelaten, de mensen zouden opnieuw kwaad zijn.’
Draagvlak
Nog een verschil met vroeger: als overheid moet je nu een draagvlak weten te vinden voor je projecten. ‘Je kunt je als ambtenaar niet meer permitteren om klachten te negeren, vandaar dat we bij AWV ook een hele procedure voor klachtenmanagement hebben opgesteld. Maar anderzijds moet het natuurlijk ook vooruitgaan.’ ‘Op dat gebied zijn we misschien wat te ver doorgeschoten binnen de Vlaamse overheid zelf. Geïntegreerd werken is moeilijker geworden, want AWV moet nu rekening houden met de afdeling Ruimtelijke Planning, Milieu, Monumenten en Landschappen, enzovoort. Die hebben allemaal
altijd open’
gaat met pensioen we ’t Zand ondertunneld, waar toen nog alle verkeer van en naar de kust passeerde. Dat was een eerste poging om de auto uit de stad te weren, en het was de eerste tunnel in België die werd gecombineerd met een ondergrondse parkeergarage. Een voorbeeld dat veel andere steden naderhand hebben gevolgd.’ ‘In die periode hebben we de auto van veel pleinen en straten in Brugge geban-
eigen belangen en invalshoeken, en zo kan het dus gebeuren dat de ene Vlaamse overheidsdienst de andere gaat tegenwerken. Dat kan toch ook de bedoeling niet zijn.’ ‘Anderzijds ben ik toch blij dat ik de voorbije jaren dingen in beweging heb gekregen. We komen van een heel hiërarchisch gestructureerde organisatie, bijna zoals het leger. Dat is toch geëvolueerd naar minder strakke structuren en meer onderlinge communi-
‘Ik heb de hele evolutie van op de eerste rij meegemaakt’ catie. Ik ben er trots op dat mijn deur altijd open stond – ook letterlijk. Ook naar buiten uit is de communicatie sterk verbeterd, met in elke provincie een woordvoerder.’ ‘We besteden de laatste jaren ook meer aandacht aan kennisuitwisseling – onderling, maar ook internationaal. Zo hebben we met Nederland een heel intensieve samenwerking inzake publiek-private samenwerking, omdat zij daar al een stuk verder staan dan wij. Zo kun je leren uit hun fouten en anticiperen op mogelijke problemen.’
Blauw-zwart
Chris Caestecker vindt het duidelijk een beetje jammer dat hij met pensioen moet gaan. ‘Bij de overheid moet je op je vijfenzestigste vertrekken, zo is dat nu eenmaal. Maar goed, het is ook niet alsof ik hierna niets ga doen. Ik kan me bijvoorbeeld meer bezighouden met Club Brugge, waar ik bestuurslid ben. Heel interessant werk, trouwens: ik ben bezig met de sociale projecten. Dat is een trend die komt overwaaien uit Engeland, waar clubs als Manchester en Chelsea een heel sterk uitgebouwde community service hebben, vanuit de idee dat die rijke vedetten ook wat mogen teruggeven aan de gemeenschap.’ ‘Club is in België een van de pioniers op dat gebied, samen met onder meer Jos Vaessen van Racing Genk. In Brugge werken we met de Voetbalkraks, jongeren met leer- of karaktermoeilijkheden die op onze terreinen komen voetballen. Nu mijn leven niet langer gedicteerd wordt door mijn agenda, kan ik voor dergelijke zaken meer tijd maken.’
15
De Lichtenlijn valt in de prijzen
M
et de tweejaarlijkse prijs wil de Vlaamse Bouwmeester hoogstaand stedenbouwkundig, landschappelijk en architecturaal kwaliteitsbeleid bij overheidsopdrachten aanmoedigen en belonen. De deelnemers konden dossiers indienen in 5 categorieën. De MDK-afdeling Kust stuurde de brug De Lichtenlijn in voor de categorie Publieke ruimte.
Ranke brug
De Lichtenlijn is een ontwerp van het ingenieursbureau Ney & Partners. De fietsers- en voetgangersbrug overspant de drukke kustweg en de route van de kusttram. De ontwerper wilde een vloeiende overgang realiseren tussen het duinlandschap aan de zeezijde en het natuurgebied aan de landzijde. Het resultaat is een ranke brug die de gebruikers het gevoel geeft dat ze boven het landschap zweven. De brug verhoogt de
16
MOW
MAG
De eigentijdse voetgangersen fietsersbrug De Lichtenlijn in Knokke-Heist heeft de tweede prijs Publieke Ruimte gekregen in de Prijs Bouwheer 2009 van de Vlaamse Bouwmeester. MDK was het enige agentschap van de Vlaamse overheid dat werd genomineerd.
veiligheid en de kustbeleving voor de talloze zachte recreanten. De brug vormt de verbinding tussen de geklasseerde vuurtorens Laag Licht en Hoog Licht, die decennialang een lichtenlijn vormden. Vaartuigen die de havengeul binnenliepen door de vaargeul Pas van ’t Zand zaten op de goede koers van 136° als de lichtbundels van het laag en hoog geleidelicht zich op één lijn bevonden.
Tweede prijs
Als enig agentschap van de Vlaamse overheid slaagde het MDK erin te worden genomineerd. De brug De Lichtenlijn sleepte de tweede prijs in de wacht. Eind oktober overhandigde het team van de Vlaamse Bouwmeester de twee kunstwerken die bij de prijs horen aan administrateur-generaal kapt. Jacques D’Havé en de projectverantwoordelijken van de afdeling Kust.
Concessie voor Wetteren toegekend De autosnelwegparkings aan beide zijden van de E40 in Wetteren werden na raadpleging van de concurrentie opnieuw aan Shell Belgium in concessie gegeven voor een periode van 20 jaar. Aan de concessie zijn nieuwe voorwaarden verbonden, waaronder de volledige herinrichting van de dienstenzone en een bewaakte parking voor vrachtwagens.
W
etteren heeft uiteraard de basisdiensten, zoals tanken, een parkeerplaats met rustbanken en picknickmogelijkheden, sanitaire voorzieningen, een winkel en een restaurant. Daar komt nu ook een bewaakte parking voor 80 vrachtwagens bij aan elke zijde van de autosnelweg, uitbreidbaar tot 115 plaatsen elk. Wetteren wordt daarmee de eerste bewaakte parking die de Vlaamse overheid in concessie geeft.
Extra faciliteiten
De bewaakte parking voor vrachtwagens zal van de personenwagens gescheiden zijn door een omheining. De toegang tot de afgesloten parking wordt verzekerd via automatische slagbomen en zal worden gecontroleerd met een elektronisch identificatiesysteem met badge. De parking wordt betalend, behalve voor wie minder
dan 20 minuten blijft stilstaan. Een aantal parkeerplaatsen wordt uitgerust met elektriciteitsaansluitingen. Het beheer van de bewaakte parking is volledig toevertrouwd aan concessiehouder Shell Belgium. Voorts worden extra was-, douche- en toiletfaciliteiten voorzien voor de vrachtwagenchauffeurs. Truckers zullen via het internet of sms de bezettingsgraad van de parking kunnen opvragen of een parkeerplaats kunnen reserveren. De nodige maatregelen worden genomen om met deze parking het Europese SETPOS-certificaat voor beveiligde parkings te halen. SETPOS staat voor Secured Truck Parking Operational Systems. Het gebouw waar de winkel, het restaurant en de sanitaire voorzieningen zijn ondergebracht, wordt extra milieuvriendelijk. In het project wordt bijzondere aandacht besteed aan zuinig watergebruik, een hoge
isolatiewaarde en een vermindering van het energieverbruik en de CO²-uitstoot met 40 % tegenover de huidige gebouwen. Het gebouw is consequent ontworpen voor een laag materiaalgebruik en voor eenvoudige recyclage op het einde van de concessie (binnen 20 jaar). Bijzondere aandacht gaat ook naar een efficiënte waterzuivering en een duurzaam beheer van de groen inrichting.
Andere concessies
Wetteren is de eerste concessie in zijn soort. Andere concessies volgen binnenkort. Zo is de autosnelwegparking aan de E19 in Minderhout, richting Breda, onlangs in concurrentie gesteld met vergelijkbare concessievoorwaarden, in het bijzonder een bewaakte parking voor 80 vrachtwagens. Die gunningsprocedure is nog lopende.
17
KORT
Projecten
Ontwikkelingssamenwerking In 2000 besliste de Vlaamse Regering dat ieder departement jaarlijks 10 % van zijn middelen voor internationale werking moest besteden aan een beleid van internationale solidariteit. Voor MOW komt dat neer op jaarlijks een zevental ontwikkelingsprojecten. Veel daarvan bevinden zich in Zuidoost-Azië, omdat er nogal wat overeenkomsten zijn tussen Schelde en
Stu
Ketenb
Mekong. Maar er zijn bijvoorbeeld ook projecten in India en Zuid-Afrika. Ongeveer de helft van het budget wordt gebruikt om jaarlijks een tachtigtal beurzen toe te kennen voor: • havenverwante korte cursussen, gegeven door het Antwerp / Flanders Port Training Center (APEC), • Mastercursussen, gegeven door het International Transport and Maritime Management Antwerpen (UIA – ITMMA). De andere helft van het budget gaat naar projecten op het gebied van lokale capaciteitsopbouw, haalbaarheidsstudies, de opwaardering van lokale maritieme en binnenvaartscholen, en naar beurzen voor het vierjaarlijkse congres Coastal and Port Engineering in Developing Countries. Ten slotte werkte MOW ook mee aan verscheidene Belgische Technische Coöperatieprojecten en aan een Vlaams – Europees Asia pro Eco-project voor het oprichten van een windturbine in de haven van Sihanoukville, Cambodja, die volgende maand officieel zal worden ingehuldigd.
Leesvoer voor waterratten
Onlangs rolden bij de MDK-afdeling Kust enkele nieuwe publicaties van het team Vlaamse Hydrografie van de persen. Naast de voor de scheepvaart onmisbare getijtafels en lichtenlijst zijn er ook getijboekjes voor de kust beschikbaar, voor recreatief gebruik. Het Getijboekje Kust is alleen geschikt voor niet-varenden. Het is gratis verkrijgbaar in de toerismekantoren van elke Vlaamse kustgemeente. Beide andere publicaties zijn te bestellen via www.vlaamsehydrografie.be. Doorklikken op Hydrowinkel.
De Lichtenlijst geeft een opsomming
In het nieuwe Getijboekje
en beschrijving van de lichten en
voor de kust 2010 vindt men
mistseinen die gebruikt worden
de waterstanden voor de
door de scheepvaart.
kuststeden Nieuwpoort, Oostende, Blankenberge en (Brugge) Zeebrugge.
18
MOW
MAG
udie
benadering Het Gemeenschappelijk Nautisch Beheer van de Schelde (met als partners Nederland en België) is sinds enige tijd gebaseerd op de ketenbenadering: een optimale samenwerking en afstemming tussen alle actoren, zodat schepen op geen enkel moment onnodige wachttijden hebben bij het binnen- en buitenvaren van de haven en de periode daartussen. Een volgende stap is nu een studie om de ketenwerking te optimaliseren door de operationele werking te verbeteren en de procedures op elkaar af te stemmen. Deel A van de studie, de probleemanalyse, is intussen afgerond. Deel B behandelt onder meer het juridische kader, en zal aanbevelingen en adviezen bevatten om de ketenwerking te optimaliseren.
Meer info: www.vts-scheldt.net. Klik op Documentatie, en dan op Presentaties Infodagen.
De gedrukte versie van de getijtafels 2010 bevat de voorspelde getijhoogten voor Nieuwpoort, Oostende, Blankenberge, Zeebrugge, Vlissingen, Prosperpolder, Antwerpen en Wintam. Alle informatie uit de publicatie is ook vrij beschikbaar op het internet onder de rubriek Getijtafels van de site www.vlaamsehydrografie.be.
Sleeptank nu ook in volgmodus
Om schepen vlot de Vlaamse Havens binnen te loodsen, moeten we eerst en vooral weten hoe ze zich onder bepaalde omstandigheden gedragen. Die kennis kan dan worden gebruikt om te oefenen met een scheepsmanoeuvreersimulator en om nieuwe waterbouwkundige infrastructuur te beoordelen. Experimenteel onderzoek is nog altijd de vlotste en nauwkeurigste manier om inzicht te krijgen in het scheepsgedrag. Het Waterbouwkundig Laboratorium heeft in samenwerking met de Universiteit Gent een sleeptank gebouwd waarin schaalmodellen van schepen worden voortgesleept door een sleepwagen. Er is ook een golfgenerator en een hulpwagen voor interactieproeven in de sleeptank. Tijdens de bewegingen die de modellen maken, worden de krachten opgemeten die ze ondergaan. Daarmee kunnen dan wiskundige modellen worden opgesteld die als input dienen voor scheepsmanoeuvreersimulatoren. Sinds kort is het ook mogelijk om de sleepwagen te laten werken in volgmodus. Het scheepsmodel wordt dan autonoom aangedreven en kan bijvoorbeeld een zigzagbeweging uitvoeren in de tank. De sleepwagen volgt het scheepsmodel en registreert continu de posities. Die resultaten kunnen dan dienen als ondersteuning van de wiskundige modellering.
19
Nieuwe Vlimp
komt eraan Begin februari wordt een nieuwe versie van het personeelssysteem Vlimpers gelanceerd. Verschillende MOW-afdelingen waren nauw betrokken bij de ontwikkeling van de vernieuwde software.
V
limpers is het personeelssysteem van de Vlaamse overheid. Wat is er nu precies nieuw aan? ‘Alles en niets’, zeggen Sven Pletinckx, teamverantwoordelijke IT & Rapportering en Wim Verheyen, afdelingshoofd van de afdeling Personeel en Logistiek. ‘Vlimpers is gebaseerd op de
Feiten & cijfers • Lancering: 1 februari 2010. • Beheert de gegevens van zo’n 15.000 Vlaamse ambtenaren. • De volledige brutolast aan lonen, vergoedingen etc. bedraagt maandelijks bijna 55 miljoen euro. • Elk jaar bespaart Vlimpers de overheid meer dan 440.000 euro aan verzendings-
20
MOW
MAG
kosten, dankzij de elektronische loonbrief en fiscale fiche. • Het voorbije jaar registreerde Vlimpers: 213.821 meldingen van jaarlijks verlof, 37.852 meldingen van ziektes, In totaal 440.000 meldingen van verschillende types afwezigheden.
standaardsoftware Peoplesoft. Momenteel maken we nog gebruik van een verouderde versie, wat voor een aantal ongemakken, beperkingen en ook risico’s zorgt. We gaan dus alle gegevens in Vlimpers overtanken naar een nieuwere versie van de software. En die nieuwe versie biedt uiteraard ook een aantal nieuwe mogelijkheden.’ ‘Een van de grootste verschillen voor personeelsleden is dat je via de helpfunctie demonstraties kunt oproepen die je tonen hoe je een scherm moet invullen. Via die helpfunctie krijg je hier en daar ook extra achtergrondinformatie. Maar als gewoon personeelslid ga je niet veel spectaculaire veranderingen zien. Het is vooral achter de schermen dat er veel verandert. De manier waarop de gegevens voor de lonen doorstromen naar de bank, bijvoorbeeld. Daar hebben we nu een veel robuustere oplossing voor. Ook het goedkeuren van afwezigheden door managers zou voortaan vlotter moeten verlopen.’
ers
‘De nieuwe versie van Vlimpers is vooral ook een goede basis voor de toekomst. Als de vernieuwing eenmaal is afgerond, gaan we meteen door met nieuwe projecten. Zowel in Vlimpers zelf als door de vereenvoudigde integratie met andere systemen zal een aantal nieuwe mogelijkheden ontstaan, maar daarover later meer.’
MOW
De bijdrage van MOW in het vernieuwingsproject van Vlimpers was niet gering. ‘Om het werk te verdelen, hebben we de verschillende onderdelen van Vlimpers in stukjes gehakt’, zegt Sven. ‘Eén stuk gaat over het beheren van afwezigheden, een ander over het invoeren, doorstromen en uitstromen van medewerkers. Voorts is er het stuk vacatures en er is uiteraard een belangrijk financieel luik, aangezien Vlimpers de lonen berekent en beheert. Ik was trekker voor de Vlaamse overheid voor de ontwikkeling van dat laatste stuk.’ ‘Een trekker moet aan het begin van het vernieuwingsproject duidelijk maken wat het nieuwe systeem moet kunnen en daarna blijven bewaken dat het er ook uitkomt. Dat is niet alleen mijn werk geweest: ik kon rekenen op heel wat medewerking van collega’s uit de eigen afdeling, maar ook uit de andere beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid. Een van de grote verbeteringen is dat voor elke medewerker nu een loondossier kan worden geconsulteerd. Het nieuwe Vlimpers werd gedurende meer dan vier maanden getest, een proces waaraan meer dan 80 MOD-medewerkers uit de hele Vlaamse overheid meewerkten die ik bij deze nog eens wil bedanken voor hun grote inzet.’
Dertienuursmetingen in het Schelde-estuarium Om het Schelde-estuarium goed te kunnen beheren, is het noodzakelijk om de ontwikkelingen in het fysische systeem te monitoren. Nederland en België hebben een gezamenlijk monitoringprogramma uitgewerkt, onder meer inzake sedimenttransport.
S
edimenttransport is de hoeveelheid zand en slib die tijdens een bepaalde periode op een bepaalde plaats wordt verplaatst. Dat heeft invloed op de vorm van de geulen en de platen in het estuarium, en de manier waarop ze zich ontwikkelen. Het sedimenttransport is echter niet gemakkelijk in kaart te brengen: het varieert naargelang de getijfase en de plaats van meting. Er is bijvoorbeeld meer sedimenttransport nabij de bodem dan aan het wateroppervlak. Om de optimale combinatie van meettoestellen te vinden, heeft het Waterbouwkundig Laboratorium, in samenwerking met DAB Vloot en Rijkswaterstaat Zeeland, in oktober twee dertienuursmetingen uitgevoerd op de Westerschelde. In een periode van 13 uur (een volledige getijcyclus) werden continu om de 10 à 15 minuten metingen uitgevoerd.
Tijdens de meetcampagne werden verschillende (vaak arbeidsintensieve) technieken ingezet. De ongeveer 500 genomen stalen werden uiteindelijk geanalyseerd op korrelgrootte in het sedimentologisch laboratorium van het Waterbouwkundig Laboratorium. De resultaten van het onderzoek zullen worden gebruikt om onze kennis op het vlak van sedimenttransport en morfologie te verbeteren.
Concreet
Concreet zal iedereen die voor het eerst bij het nieuwe Vlimpers inlogt, een boodschap krijgen die duidelijk maakt wat er verandert. Daarna kan elke medewerker het systeem gewoon als tevoren gebruiken, maar dan met de nieuwe mogelijkheden. In de tweede helft van januari worden alle MOD-medewerkers die met Vlimpers werken, opgeleid om het nieuwe systeem te gebruiken. En dan volgt er nog een hele nazorgperiode, zegt Wim. ‘We zullen extra alert moeten zijn dat alles correct verloopt en proberen de gevolgen van eventuele kinderziektes zo goed mogelijk te beperken.’
21
MOW Privé
‘Het water heeft mij altijd getrokk Francis Verreth is diensthoofd van de DAB Vloot in Vlissingen. Vanuit zijn kantoor heeft hij een magnifiek uitzicht op de Westerschelde. Je zou dus denken dat hij al genoeg water te zien krijgt in zijn leven, maar nee: in zijn vrije tijd gaat hij ook nog eens zeilen.
H
et water heeft mij altijd getrokken’, zegt Francis. ‘Van thuis uit hebben we nochtans niets met de zee. Ik heb in mijn jeugd ook nooit leren zeilen of zo. Maar ik was wel geïnteresseerd, en een paar collega’s hebben die interesse aangewakkerd. In 1992 heb ik mijn eerste schip gekocht.’ Een schip kopen zonder ooit te hebben gezeild: het ligt niet voor de hand. ‘Het was in principe wel de bedoeling om een vijfdaagse cursus te volgen, en de eerste cursusdag heb ik ook effectief volgemaakt. Maar de volgende dagen zijn erbij ingeschoten, en uiteindelijk ben ik zonder brevet beginnen te zeilen. Raar dat dat kan, eigenlijk. Ik zou het achteraf gezien ook niemand aanraden. De eerste keer stond ik toch maar met een bonkend hart aan het roer.’ ‘Nog een geluk dat ik die eerste cursusdag had meegemaakt, want de basisbeginselen had de lesgever duidelijk uitgelegd. De rest heb ik geleerd met vallen en opstaan, en veel stommiteiten in het begin. En achteraf heb ik toch nog mijn brevet behaald.’
Mee met de elementen
Wat is er nu zo leuk aan zeilen? ‘In de eerste plaats de rust. Als je op volle zee zit met alleen het geluid van de golven om je heen: dat is toch iets speciaals. Bijna vervelend soms (lacht). Mijn schip gaat 6 knopen, ongeveer 12 km per uur: een jogger die goed doorloopt, kan mij voorbijsteken.’ ‘Anderzijds moet je toch alert blijven, zeker op de Noordzee. Je kunt wel eens een boek lezen, maar na tien minuten wordt het toch tijd om te kijken waar je bent, en of er geen mammoettankers in de buurt va-
22
MOW
MAG
Francis Verreth • 51 jaar oud • DAB Vloot
en’ ren. Soms is het zelfs best stresserend, bijvoorbeeld bij zwaar weer. Maar het is positieve stress – heel anders dan op het werk.’ ‘Typisch aan zeilen is ook dat je je moet aanpassen aan de elementen. Zo ben ik in de vakantie ooit eens naar Denemarken willen varen. Ik ben niet verder geraakt dan de Duitse Waddeneilanden. Eerst had ik materiaalpech, en toen de reparatie eenmaal gedaan was, kreeg ik dagen na elkaar een zware storm te verwerken waardoor het niet verantwoord was om verder te varen. En hup, de vakantie zat erop.’
Badkuip
‘Ik zeil vaak alleen. Mijn vriendin gaat wel mee zeilen, maar zeker de langere tochten doet ze liever niet. Al moet je je bij die langere tochten ook geen wereldreizen voorstellen. Ik blijf meestal in de buurt van de kust. De oversteek naar Engeland heb ik enkele keren gedaan, en ook Duitsland, maar veel verder ga ik niet. En ik probeer telkens bij daglicht de haven binnen te varen. Ik heb geen radar, en met alle lichten op de wal is de havengeul vaak moeilijk te zien.’ ‘Of ik er al aan heb gedacht om rond de wereld te zeilen? Toch wel. Maar zoals bij iedereen zal het waarschijnlijk wel bij een droom blijven. En met mijn huidige schip zou ik het sowieso niet wagen. Het kan wel, hoor: er zijn al mensen mee rond de wereld gegaan. Maar het lijkt me toch veiliger om een metalen romp te hebben. In vergelijking met oceaanschepen is dit tenslotte maar een badkuip.’
Antwerp Race
‘Waar ik wel al een aantal keer aan heb deelgenomen, is de Antwerp Race. Veel Belgen liggen ’s zomers met hun schip in Terneuzen of Breskens, maar laten het overwinteren in Antwerpen. Uit die traditie is de Antwerp Race ontstaan. Zeilen is meestal een rustig gebeuren, maar dan wordt er echt wel op het scherp van de snee gestreden. En het is ook een indrukwekkend zicht, met die 250 zeilschepen op de Schelde. Ik kan me voorstellen dat je als kapitein van een groot containerschip toch even schrikt als je die armada ziet aankomen.’
Lippenbroek
laat natuur herleven MOW werkt al een tijdje mee aan een proefproject in Lippenbroek waarbij in een gecontroleerd overstromingsgebied geleidelijk een slikken- en schorrenlandschap ontstaat. Het project past binnen een duurzamer en ecologischer aanpak van het Schelde-estuarium.
B
innen het Geactualiseerde Sigmaplan Veiligheid + Natuurlijkheid zijn verschillende duurzame maatregelen uitgewerkt die veiligheid combineren met rivierherstel, zoals dijkverstevigingen, meer ruimte voor de rivier, de aanleg van overstromingsgebieden, de inrichting van wetlands, enzovoort.
gen als het Waterbouwkundig Laboratorium, tonen het potentieel van die aanpak. Voormalig akkerland evolueert naar een slik-schor-ecosysteem. De vegetatie toont een opeenvolging van pioniersplanten tot typische wetlandsoorten. Ook de fauna evolueert in die richting.
Sluissysteem
Sedimentatie is vaak een heikel punt bij schorherstel. Enerzijds is sedimentatie gewenst, zowel voor de waterkwaliteit als vanuit ecologisch oogpunt. De aanvoer van vers sediment staat mee in voor de opbouw van de typische kreekruggen en schorbodem. Onvoldoende sedimentaanvoer leidt tot slikken zonder schorren. Anderzijds dienen gecontroleerde overstromingsgebieden uiteraard in de eerste plaats de veiligheid. Al te sterke sedimentatie moet dus worden vermeden, want die leidt immers tot een verlies aan waterbergend vermogen. Daarom meet MOW regelmatig het debiet en de sedimentstromen aan de in- en uitwateringssluizen. Op die manier krijgt de natuur alle kansen terwijl ook de veiligheid verzekerd blijft.
Proefproject Lippenbroek is een gecontroleerd overstromingsgebied met een gecontroleerd gereduceerd getij. Tijdens stormvloeden (gemiddeld één keer per jaar) wordt het overstromingsgebied gevuld via een verlaagde overloopdijk. Daarnaast zorgt een ingenieus sluissysteem voor een beperkte wateruitwisseling tussen het overstromingsgebied en de Schelde. Tweemaal per dag stroomt het water bij hoogtij binnen. Bij laagwater stroomt het terug via de uitlaat. Zo benadert het gebied de overstromingspercentages van natuurlijke schorren en wordt de springtij-doodtijvariatie behouden. In 2006 begon Lippenbroek te functioneren als een zoetwaterslikken en -schorrenhabitat. Twee jaar van intensieve monitoring door Vlaamse universiteiten en onderzoeksinstellin-
Sedimentatie
Meer info: www.lippenbroek.be.
23
2010 © Vilda, Ludo Goossens
De redactie wenst alle MOW’ers een prachtig nieuw jaar, met professioneel succes, veel privégeluk – en heel veel leesplezier!