Maandag 1 januari 1945 Nieuwjaarsdag en tevens jubileumfeest van de firma Holt & Straathof. Het is mooi weer, doch vinnig koud.’s Morgens vroeg gingen vader, moeder en Kees naar het Kraaijennest, alwaar door Bart een H. Mis werd opgedragen om God te danken voor de zegeningen die Hij de afgelopen vijfentwintig jaar aan vader en de zaak heeft geschonken. Tevens worden Zijn nieuwe zegeningen over de komende vijfentwintig jaar afgesmeekt. Piet was van de partij als misdienaar. Na de H. Mis werd de familie door den Eerwaarde Moeder een ontbijtje verstrekt. Thuis werd het feest in familiekring voortgezet; op tafel prijkten enkele bloemstukken. Ook waren er een aantal pakjes voor vader. Van de kinderen ontving vader een “Eternakalender” voor op zijn bureau. Een pracht cadeau, moge het vele jaren van voorspoed geven voor Holt & Straathof. Van de firma Langemeijer en Stocker uit Amsterdam was er een compleet schrijftafel-garnituur, hetwelk een hele opsiering van het zakelijke gedeelte kan uitmaken. Ook nog een bloemstuk van de familie Stammeijer, Jansweg en van W. de Heij. Hoe gedrukt de tijden ook zijn, het doet toch altijd goed wanneer men blijken van medeleven ondervindt. Des te meer valt het dan op dat er ook familieleden zijn die, ondanks dat ze van de feiten op de hoogte zijn, toch altijd dergelijke gelegenheden negeeren en zelfs een bericht van verhindering overbodig achten. Het zijn altijd dezelfden die mankeeren. Tante Joh Holt was door ziekte verhinderd, doch liet zulks weten. Van tante Van Kessel ontvingen wij een schriftelijke gelukswensch en dat is begrijpelijk want op zulk een leeftijd blijft men in dezen tijd thuis. We kregen dus geen visite en waren gedwongen de tulbanden dan maar alleen op te peuzelen. Dit was geen strop, want ze smaakten overheerlijk. Een extra pluim voor onze bakker. Het was feest dus kregen de heeren een borrel voor het eten, ook weer een premie die Kees met zijn werk verdiend heeft. Bij deze gelegenheid meende hij even te moeten gedenken wat er alzoo in de afgelopen vijfentwintig jaar gepasseerd is. Zulk een fijngevoelde dankbaarheid doet weldadig aan. Het verhoogde het ouderlijke geluk op dezen dag. Vader dankte Kees voor zijn woorden en wenschte hem een minder zorgvolle toekomst in de zaak. De stemming zat er in en geheel den dag werd het een fijn intiem familiefeest, waarop fijn gesmuld werd en de zorgvolle tijden die wij ongetwijfeld nog zullen moeten medemaken, even uit de gedachten werden gezet. Dinsdag 2 januari Met verschen moed treden wij onze dagelijksche bezigheden nader. Wat zal dit jaar ons brengen? We beginnen vandaag met ongesmeerde boterhammen. Moeders zuinige hand van brood smeren heeft het tot op heden weten te rekken, doch nu is het uit. Er komt geen boter meer in huis, eens moest het zoover komen. Moeder wil ook voor de zon- en feestdagen nog een klein beetje boter achterhouden om dan tenminste nog een fijne jus te kunnen opdienen. De afwezige boter heeft enkelen op het idee gebracht hun boterhammen op de kachel te roosteren. Het blijkt een goed idee gevonden te worden, want steeds meer knabbelaars scharen zich rond den vuurpot. Om een uur krijgen wij nogmaals een brooddiner en het boterloze brood gaat er geroosterd in als koek. Omdat het maandag waschdag is, kookt de vuurpot ’s middags water.
’s Avonds is er weer een soepvariatie, ditmaal van allerhande ingrediënten. De soep was zoo lekker dat tijdens het diner niet meer op de kachel werd gelet, zoodat deze was leeggebrand voor wij het wisten. Van de kou gingen wij toen al voor half negen naar bed. Woensdag 3 januari Heeroom komt op een fiets met “non-plof” banden uit Warmond naar Haarlem gepeddeld. “Non-plof” banden zijn van massief rubber en veren dus niet. Het is dan ook begrijpelijk dat het zitvlak van de berijder op zwaren proef wordt gesteld. Het reisje is Heeroom echter goed bekomen, waaruit blijkt dat hij de nasleep van zijn breukoperatie alweer te boven is. Hij kwam vader nog met zijn jubileum feliciteren, hetgeen dezen middag ook nog door W. de Heij persoonlijk werd gedaan. Donderdag 4 januari Heden werd de officieele oproep voor de aanmelding arbeidsinzet aangeplakt. Tusschen 5 en 9 januari moeten alle mannen van zeventien tot veertig jaar zich melden aan de arbeidsbureaux. Om het aanlokkelijker te maken is er een belofte van meer en beter eten aan toegevoegd. Zullen er velen zijn die zich in de luren laten leggen? Hoe meer er gaan, des te langer de oorlog nog gerekt kan worden. Vandaag wilde vader naar de IJpolder gaan om te fourageren. Dit tochtje stond al lang op de nominatie, doch moest wegens het slechte weer steeds worden uitgesteld. Vandaag is het prachtweer, doch nu kunnen wij geen fietstassen te leen krijgen. De reis wordt uitgesteld tot morgen en zal dan met het bekende kruidenierswagentje worden gemaakt. Verder verloopt de dag normaal en gaan wij weer vroeg in de kooi. De muziek van het Concertgebouworkest op de radio was veel te ernstig om in het pikdonker van te kunnen genieten en als wij er licht bij willen hebben moet het wiel gedraaid worden met alle herrie van dien. Vrijdag 5 januari Met de aanmelding voor de arbeidsinzet schijnt het niet hard te loopen. Er waren meer kijklustigen dan aanmelders. Over den Duitschen tekst had men ’s nachts een gestencilde waarschuwing geplakt om zich niet te melden. Natuurlijk werd dezen schennis in den loop van den dag weer verwijderd, doch niet voor zowat alle belanghebbende ze gelezen hadden. Het was een witte wereld vandaag, er lag hagel en het was glad op straat, de fourageexpeditie viel hierdoor weer in duigen. Wel knapte het weer tegen twee uur weer op en begon de zon zelfs te schijnen, doch het was reeds te laat, want de rit zou zeker vijf uur in beslag nemen. Zaterdag 6 januari De eerste zaterdag van het jaar geen gebeurtenissen van ingrijpende aard. Het blijft bij opstaan, eten, werken, eten en naar bed gaan. Er zijn weer levensmiddelen-bonnen aangewezen voor een heele week. Op het eerste gezicht lijkt zo’n bonnenlijst een vol menu. Practisch is er maar heel weinig te koop. Zoo is er voor de verlengde bonnen in de winkels nog steeds geen voorraad, terwijl de Rbonnen alleen voor zuigelingen zijn. Ook is het aangewezen rantsoen kaas voor velen niet verkrijgbaar. Er wordt reeds in vele gezinnen honger geleden, terwijl de zwarte handel steeds hoogere
prijzen vraagt en krijgt. Een liter clandestiene melk kost reeds vijf á zes gulden, een eitje doet drie gulden vijftig! Zondag 7 januari Om kwart voor twaalf is er weer eens luchtalarm. Vader werd er de dupe van want hij moest op de Groote Markt blijven wachten tot er “vrij” gegeven werd, zoodoende kwam hij een kwartier te laat in de H. Mis. Rika en haar man gaan naar het ziekenhuis om Jan te bezoeken. Er zijn foto’s van hem gemaakt en hij is doorgelicht. De uitslag zou 6 januari bekend worden. Het blijkt nu dat er bij Jan T.B.C. is geconstateerd, weliswaar in een beginstadium. Toch zal er wel een goed half jaar rust mee gepaard gaan. Jan was erg onder den indruk. Enfin wij hebben weer een kruisje meer te dragen. Gelukkig wordt hij goed verzorgd bij de Eerwaarde Broeders. Hij ligt daar nu op een klasse kamer. Zoo zien wij dat O.L. Heer bij elk kruisje toch weer een zalfje op de wonde weet te leggen. Vader en Kees zijn eens bij Tollenaar wezen praten over de mogelijkheid om over enkele weken levensmiddelen te gaan halen in Kolhorn. De zaak kwam niet voor elkaar, dus zal er wat anders op gevonden moeten worden. Rika en Jan waren op stap geweest en kwamen pas om kwart voor zes thuis. Rika met een flink pak babyuitzet en Jan met een cadeau voor ons allen; twee emmers dierenbeenen om soepbouillon van te trekken. Voor alle aanwezigen dus een feestelijk eind aan deze zondag. Maandag 8 januari Vandaag zijn er velen die zich gaan melden. Hopelijk hebben zij een ausweis die geldig blijft, anders worden zij den een of andere tijd wel de dupe van hun aangifte. Echter, voor velen zal ook de noodzaak om te blijven werken of tenminste voor hun gezin het bestaan mogelijk te houden wel de aanleiding zijn geweest voor een gang naar de Kleine Houtweg. Toch hadden ze o.i. consequent moeten wegblijven en elke hulp aan den vijand moeten weigeren. De inkomsten van hun gezin zouden wellicht van den andere kant zijn bekomen. Ook de spoorwegstakers derven al sinds maanden hun maandloon, maar staken door. Enfin, gedane zaken nemen geen keer.
Alvorens een definitieve duik te nemen zijn Kees en Jaap bij Jan op bezoek geweest. Jan had 40,5 graden koorts en sprak niet veel tijdens het bezoek. Hij lag maar rustig te kijken en knikte zoo nu en dan eens. Verder geen bijzonderheden, d.w.z. wij kregen op tijd ons natje en droogje. ’s Avonds nog zitten luisteren naar een radiorede van Seyss over den toestand in Noord en Zuid-Holland. Als je het gelooven wilde, waren de Nederlanders zelf oorzaak van de hongersnood en de razzia’s. Moeder en de meisjes vertrokken reeds voor deze kletskoek naar bed, vader en Jan Verhappen hielden het uit totdat de radio het opgaf wegens electra-afsluiting.
Dinsdag 9 januari Vandaag is het verhuizen geblazen. Er is onvoldoende brandstof om de werkruimte te verwarmen. Het is nu zoo koud in het atelier, dat de atelierwerkers tijdelijk thuis zijn gaan werken. Kees probeerde het nog uit te houden met de verbindingsdeur naar de huiskamer open. En hoewel er in de kamer gekookt wordt, bleek de warmte te gering voor twee vertrekken. Ten einde raad is Kees toen maar met tafel en machine in het woonvertrek geïnstalleerd. Het was wel even passen en meten, om in een vertrek tien man, een kook-kachel-oven, een kleermakerstafel plus naaimachine te herbergen. Er gaan echter veel makke schapen in een hok. Om tien uur was Kees aan de slag, kookte de snert, bakte Gerard brood, schilde Annie piepers, herstelde Corrie haar kleeding en hield vader dit dagboek bij. Straks gaat Jaap nog zitten studeren en zal Piet misschien huiswerk maken. Verder marcheerde alles gewoon, dat wil zeggen: eten, drinken en vroeg naar bed. Wat zullen wij uitgeslapen zijn als er weer vrede is. Woensdag 10 januari Een van de thuiswerkers legde er vandaag reeds het bijltje bij neer, omdat ook hij geen brandstof had. Aangezien wij hem op zijn vroegst pas vrijdag wat hout kunnen bezorgen, is zijn werkkracht voor de verdere week uitgeschakeld. Vandaag zijn de laatste suikerbieten door den stampot verwerkt, om zoodoende aardappels te sparen. Het smaakte best en zal wel meer toepassing vinden, mochten wij weer suikerbieten weten binnen te halen. Met de aardappelvoorziening loopt het nu helemaal mis. Velen hebben al in twee weken geen aardappels meer op den bon kunnen koopen. De clandestiene prijs is thans tweehonderd gulden per mud, onbetaalbaar dus voor hen die van een normaal inkomen leven. Men probeert dan om door ruil van kleeding of sieraden wat machtig te worden, maar ook dat valt niet mee. Zoo kon vandaag een nieuwe stofjas van voor-oorlogsche kwaliteit niet geruild worden tegen een half mud aardappels. Naar onze waardering zou een mud niet onredelijk geweest zijn. Donderdag 11 januari Jan Verhappen meldt zich heden ochtend kwart over acht bij het Kraaijennest om met zijn Eerwaarde zwager naar Heemstede te gaan. Ze belanden in het Heeren- en Philosophenbosch van Hageveld. Bart is gewapend met een tirailleurfluit en zijn partner heeft een scherpe zaag aan zijn broekriem hangen. De fluit dient om bij eventueel onraad direct alarm te kunnen blazen, terwijl de zaag er op wijst dat hun belangstelling uitgaat naar hout.
Hout is in deze winter een bijna net zoo onmisbaar artikel als eten. Vandaar dat het door vrijwel iedereen gesprokkeld en gestolen wordt. Geen bosch of boom is nog veilig, zoowel in als buiten de stad. In vele straten ontdekt men ’s morgens in plaats van boomen nog slechts vijfentwintig centimeter hoge stompjes. De boomen worden tot brandhout verwerkt. De Haarlemmerhout (voor zooverre ze niet door de Duitschers is omgewoeld) is onherstelbaar verwoest. Het is dus niet vreemd dat een bosch in Heemstede onze belangstelling heeft gewekt, ondanks kap- en vervoersverbod. De directie van Seminarie Hageveld zou echter ook graag een houtje uit haar eigen bosch ontvangen en deed daarom een aanvraag bij de Duitsche bezetting om het doode en zieke deel van haar bosch te mogen kappen. De aanvraag werd afgewimpeld, er mocht niet worden gekapt, want daar Hageveld nog steeds niet door de Duitschers was prijsgeven, beschouwden zij het hout als hun eigendom. Bart had ons ook een houtje beloofd en daar het nu niet goedschiks kon, probeerde hij op een andere wijze zijn doel te bereiken. Beide heeren sprokkelden en zaagden plus minus 550 kilo eikenhout bij elkaar, in stammen van tien tot vijfendertig centimeter middellijn. De lengte was gemiddeld een meter. De lading werd achter de woning van een employé van het Seminarie opgestapeld om later opgehaald te worden. Voor twaalf uur was de expeditie door het oerwoud ten einde en gingen de mannen naar huis om een stevige maaltijd te gebruiken. Daar het zaak was het spul zoo spoedig mogelijk binnen te halen, gingen vader en Jan Verhappen er des middag weer op uit met een à la Daumont bespannen vervoermiddel.
Op deze wijze kon eenderde van de buit worden vervoerd. Deze middag werden er twee ritten gemaakt. De eerste rit verliep niet geheel gesmeerd. Toen het transport midden in de Spanjaardslaan aangekomen was, liep er een wiel van de wagen en daar deze op één wiel niet bleef rijden, tuimelde het geheele geval over zijn kant en rolden zeven boomstammen eruit.
Gelukkig kon Jan de wagen repareeren. Er was niets kapot of verbogen, er was slechts een moer van de as losgeraakt. De moer werd op vijftig meter afstand teruggevonden. Na een kwartiertje reed het geval weer en spoedig werd het perceel Zijlweg bereikt. De tweede rit verliep vlekkeloos en tegen half zes stond de wagen weer in de vestibule van huize Straathof, wachtende op de derde rit, die morgen gemaakt zal worden. De sleepers hadden een stevig maal verdiend. Het werd gestampte snijboonen met groene erwten en dat smaakte best. Vrijdag 12 januari Vanochtend werd het restant hout opgehaald. Een extra bedankje voor de gulle gever is hier op zijn plaats. Kees sloot vandaag wederom een voordeelige overeenkomst met een klant. Voor deze klant had hij anderhalve maand geleden ook een extra haastwerkje tot stand gebracht. De toen gemaakte jas was dien klant ontstolen met inhoud, zijnde vijfduizend gulden. Ondanks deze strop, had hij toch weer een lap stof op den kop weten te tikken en wenschte wederom binnen enkele dagen een jas. Ons gebrek aan brandstof en nu ook aan electra maakt de klus er niet gemakkelijker op, maar de klant had een oplossing. Hij leende ons twee carbidlampen en bracht een half mud antraciet voor de verwarming van het atelier en de ijzers. Bovendien betaalt hij driehonderd gulden voor maakloon en voering. Om de “fik” er in te houden vroeg Kees ook nog wat te rooken en kreeg hij een toezegging van vijftig cigaretten. Bij zulke condities komt de jas natuurlijk voor elkaar. Voor het geld kunnen wij weer wat levensmiddelen koopen, want die kon deze klant niet verstrekken. Vader is bij Jan in het ziekenhuis geweest. De hooge koorts (40 graden) is nog niet geweken. Zaterdag 13 januari Vanochtend om zeven uur ging Kees per fiets naar Kolhorn om er de maat te gaan opnemen bij Spaans en af te spreken wanneer wij de piepers en de tarwe kunnen halen. Hij kwam niet verder dan de grens van Alkmaar. Er waren aldaar wederom razzia’s en er kwam geen mensch in of uit de stad. Kees probeerde toen via een omweg Heerhugowaard binnen te komen, doch ook daar was
de weg afgezet. Na nog een poging om via Egmond in het Noorden te komen, moest hij het tenslotte toch opgeven, want de omgeving van Egmond was spergebied en het risico om aldaar aangehouden te worden, wilde hij in verband met zijn leeftijd niet loopen. Na een rit van zeventig kilometer in het koude gure weer kwam Kees om kwart voor twee weer thuis. Deze tocht viel dus jammergenoeg in het water en moet dus later nog eens ondernomen worden, want levensmiddelen gaan op het oogenblik voor alles. Toch een hoera voor die werkzame Kees. Zonder zijn zorg zouden wij er raar aan toe zijn. Of allen dat beseffen? Wellicht later wel, wanneer alles achter de rug is. In elk geval rust Gods zegen zichtbaar op hem. Want al lijkt deze reis een strop, voor hem is het toch een gelukswensch waard, dat hij niet gegrepen werd door de klauwen van onze vijanden. Na de inspanning genoot Kees van de stampot van roode kool, die vandaag op het menu stond. De radio gaf weer niets bijzonders, dus om half negen lagen wij weer onder de lappen met de vaste mening om bijna een wijzerplaat rond te maffen. Zondag 14 januari Het koude gure weer hield allen tot circa half acht in bed. Kees ging naar de Mis van half acht, om daarna de kachel aan te maken. Corrie verbaasde hem bij zij thuiskomst met een brandende kachel. Wij hadden met ons werk ook nog een fijne Verkade koek verdiend, dus was er koek bij de zondagsche koffie. Het middagmaal smaakte best, ondanks dat er ook ditmaal geen vleesch kon worden opgediend. Er was wel een vleeschbon aangewezen, doch dat wil niet zeggen dat men het dan ook krijgen kan. Vleesch is nu bijna alleen nog maar op speciale bonnen voor zieke menschen te koop. Vader ging om drie uur Jan bezoeken, deze had wat minder koorts, doch hoestte nog steeds erg. Tijdens de wandeling naar de Deo constateerde vader dat de Duitschers weer aan een razzia waren begonnen; er passeerden acht jonge mannen onder geleide. Toen vader thuis kwam en zijn bevinding meedeelde, ging Rika er terstond op uit om haar man, die om twee uur boodschappen was gaan doen, te waarschuwen. Inmiddels kregen wij bericht dat hij veilig bij de dames Sangster op de Hemonylaan was ondergedoken. Toen Rika zonder resultaat thuis kwam, konden wij haar geruststellen en tegen zes uur ging ze haar man ophalen. Dit voorval illustreert de saamhoorigheid van het onderdrukte Nederlandsche volk. Tijdens de onrust buiten, heerste er binnen een gezellige huiselijkheid. Moeder zat met Hans de Heij en Jan Heeremans het monpolyspel te beoefenen, de rest zat kalm bij de kachel. Hans de Heij mocht blijven slapen, tot groot vermaak van groot en klein. Maandag 15 januari Veiligheidshalve blijven de duikelaars vandaag binnen en gaat vader om half acht alleen naar de kerk. De kookkachel wordt weer eens verbouwd. Rooster en vuurpot worden omhoog gebracht, zoodat het vuur nu tegen de pan aan zit. Het blijkt een verbetering en een verslechtering. Het kookpunt van de spijzen wordt sneller bereikt, maar er is minder warmte in de kamer. Hoe het met het houtverbruik zit is nog onduidelijk, maar al doende leert men. Jaap en Jan Verhappen houden zich onledig met houtzagen, Kees werkt aan zijn buitenkansjes en heeft al een aantal cigaretten ontvangen. Tegen drie uur in de middag werden de bruggen over het Spaarne door de Duitschers afgesloten voor verkeer. Het doel was het opvangen van mannen tusschen de zeventien en veertig jaar uit de Amsterdamsche buurt. Tegen zes uur werden de bruggen weer vrij gegeven, doch om zeven uur waren de “Herren” nog in actie. Of er veel slachtoffers waren? Bij de razzia van afgeloopen zondag was het getal vijfhonderd. Ook zijn er velen direct naar
de Ripperda kazerne gebracht. Er moet zelfs in de Cronjéstraat ook weer huis aan huis naar menschen zijn gezocht. Volgens de BNO hebben wij het hier toch maar stukken beter dan de menschen in bevrijd Nederland. Wie gelooft dat? De bewoners van de steden in Noord en Zuid-Holland zeker niet. Als de radio ons vertelt dat in bevrijd Brabant voor een brood vijftig gulden wordt gevraagd, wordt er echter geen gewicht vermeld. De brabantsche brooden wegen zes tot acht pond! Vergelijkt men dus de toestand aldaar met die van ons en hoort men dat een Hollandsch broodje van acht ons voor vijftien tot twintig gulden verkocht wordt, dan weet men ook waar de toestand wel meevalt. Een flinke portie capucijners vormde de avondkost, waarna nog een kopje thee in het duister werd gedronken. De radio verschafte onze smaak weer niet, zoodat wij om half negen alweer in onze kooitjes lagen. Dinsdag 16 januari Het gebrek aan een paar flinke rijwieltasschen om te fourageeren heeft Kees op het idee gebracht deze van een oud vloerkleed te maken. Vandaag is er dus een afdeeling zadelmakerij in de firma Holt & Straathof werkzaam. Het resultaat is denderend. Ook heden worden er mannen van de straat opgepikt. Men is nergens meer zeker en veilig. Woensdag 17 januari De rijwieltasschen zijn gereed en zullen vandaag worden ingewijd. Vader gaat eerst in den ochtend een klant passen, die in verband met de razzia’s ook zijn neus liever niet buiten de deur steekt. Na dit klusje gaat hij ’s middags fourageeren met Corrie. Beiden hebben een tasch aan hun bagagedrager en zoo peddelen ze naar Gehrels in de IJpolder onder Sloterdijk. Om kwart over zes zijn ze terug met twintig kilo tarwe en dertig kilo suikerbieten. Deze fijne aanvulling van ons voedselrantsoen kostte zeven gulden. Er zijn dus ook boeren die geen “zwarte” prijzen vragen. Na dit tochtje smaakte de soep die moeder opdiende extra goed en vonden wij het lang niet gek om voor half negen in bed te kruipen. Ook vandaag waren er razzia’s, voornamelijk in de Meer, Vijfhuizen en Haarlem-noord. Donderdag 18 januari Aangezien wij Bart, in verband met de razzia’s in geen vijf dagen gesproken hebben, ging vader eens kijken hoe hij het maakte en tegelijkertijd eens informeeren naar de aankomst van de roode bietjes, waar hij misschien voor kan zorgen. De professor maakte het best, maar bleef uit het oog der moffen. De bieten waren aangekomen en de fietstasschen werden volgepropt met vijfentwintig kilogram smakelijke groenten. Vader had ook een leege emmer meegenomen om die bij gelegenheid eens te vullen met boonen uit het Kraaijennest. Wat in het vat zit verzuurt niet, dus over enkele dagen krijgen wij deze inmaak ook wel eens te proeven. Die Bart zorgt er toch maar prima voor dat wij geen gebrek lijden. Het is vandaag weer eens bar slecht weer. Vader is blij dat hij zijn tocht naar de IJpolder niet heeft uitgesteld tot heden. Haarlem zal voorloopig nog wel niet van de razzia’s af zijn. De gebouwen waarin de
opgepakte mannen worden vastgehouden zijn voor een periode van drie weken weer op electra aangesloten. Of wij zoolang van de Duitsche belangstelling te genieten zullen hebben, moeten wij afwachten. Er gaan ook geruchten dat ze het met de leeftijdsgrens van veertig jaar niet al te nauw nemen, en dat morgen voor Haarlem een critieke dag zal worden. We zullen afwachten. Na het avondgebed bood de radio ons een uitvoering van Beethovens negende met slotkoor en waren de liefhebbers tot negen uur aandachtig luisterend rond de vuurpot geschaard. Hierna gingen wij droomen om ons te prepareeren op de dingen die kunnen komen. Vrijdag 19 januari Veiligheidshalve ging niemand vandaag naar de kerk, wij kijken de kat uit de boom. Het stormt en misschien vinden de Duitschers hierin een bezwaar voor hun strooptochten, bij ons blijft het rustig. In de binnenstad echter ontbrandt de slavenjacht weer in volle hevigheid. De drijvers zijn jongens van zestien tot achtien jaar, die hun overmacht ontleenen aan automatische vuurwapenen. Er schijnen weer heel wat mannen te zijn gevangen. De afgeloopen dagen zouden ongeveer vierduizend mannen opgepakt zijn in Haarlem en omstreken. Piet ging vanmiddag voor een boodschap naar Bart en kreeg toen van de Eerwaarde Moeder een emmertje mede, gevuld met ongeveer vijf liter gezouten heerenboonen. Deze Moeder put zich steeds weer uit in hartelijkheid en medeleven; echte Christelijke charitas en roomsche blijdschap. Hier blijkt dus dat het Duitsche ras wel te verbeteren zou zijn, als het in plaats van te zwetsen over godsdienst en Gods voorzienigheid, wat meer leefde naar Gods wetten. Zaterdag 20 januari Er is vannacht wat sneeuw gevallen, dus wij zagen een witte wereld toen wij uit ons bed kwamen. Voor vaders aanstaande reis naar het Noorden moet er niet veel sneeuw meer bij komen, anders zal deze weer uitgesteld moeten worden. Gerard vertoonde vandaag weer eens zijn talenten. Hij vormde luxe broodjes in tweeëntwintig verschillende soorten. Tengevolge van de sneeuw die nog in de lucht zat wilde de oven echter niet op goede temperatuur komen, zodat bij onze bakker geduld en lijdzaamheid op zwaren proef werden gesteld. Hoewel het dus tegenliep en de broodjes geen fijne bruine kleur kregen, smaakten ze toch maar wat best. Vader moest hedenmiddag naar Heemstede om over een eventuele hout levering te spreken. Hij slaagde bij Cristiaanse (oud collectant der Jozefkerk). Er werd tot ruilhandel besloten. Vader gaat een mantel en twee jongensjassen maken en een mantel en een jas keeren en vermaken. Hij krijgt daarvoor hout á veertig gulden per ton, indien ook hij zijn prijs berekende op den koers van 1940. Mooier kan het niet! Mocht dit hout binnen komen, dan zijn wij voor de eerste maanden gedekt en kunnen de kleermakers weer op het atelier komen werken. In de namiddag begon het te sneeuwen van jewelste, dus moest de reis van vader uitgesteld worden totdat het weer verbetert en de wegen weer begaanbaar zijn. Dit is reeds de vierde keer dat er wat tusschen komt. Het zal wel ergens goed voor zijn, dat Onze Lieve Heer deze onderneming tegenhoudt
Zondag 21 januari Piet werd om half zeven als misdienaar in de kerk verwacht. Rika gaat met hem mee. De rest maakt weinig haast en blijft lang in bed. Kees zorgt zoals gewoonlijk voor een warme kachel, snijdt brood en zet thee. Hij kwijt zich best van deze vrijwillig op zich genomen taak en verwent ons zelfs met een kopje thee en luxe broodjes op bed. Beter kun je het niet hebben. Moeder gaat vandaag met vader naar de mis van elf uur in de Jansstraat, daarna gaan ze tante Marie Stammeijer feliciteeren met haar verjaardag. Maar het is koud want het heeft hard gevroren, zoodat na deze visite een warme hachee fijn smaakte. Moeder was gelukkig geweest en kon nog een paar lapjes vleesch en wat beentjes bij onze slager krijgen. Vandaag werden de Haarlemsche mannen met rust gelaten en bemerkten wij dus niets van de razzia’s. Maandag 22 januari De temperatuur was ’s morgens nog rond het vriespunt. Gedurende de middag dooide het licht en onze hoop was er nu op gevestigd dat het warm water zou gaan regenen. Deze wensch kwam hoofdzakelijk voort uit onzen drang de reis naar Kolhorn te kunnen maken. Het gaat er met de levensmiddelen voorraad bedenkelijk uit zien, aanvulling is dringend gewenscht. Het bleef echter bij wenschen, want tegen de avond was de dooi uit de lucht en begon het weer te vriezen. Dinsdag 23 januari ’s Ochtends bij het ontwaken waren de ramen weer bevroren. Nadat vader en Piet naar de kerk waren geweest en dus over temperatuur en wegen konden beslissen, werd het volgende besloten: bij bestendiging van het weer zal de tocht naar het Noorden aanstaande donderdag plaats hebben. Vandaag testen wij de bieten, welke wij door Bart’s tusschenkomst ontvingen. Ter besparing van aardappels gaan er ook weer een paar suikerbieten door de stampot. Het smaakte goed en is altijd nog goedkooper dan tulpenbollen, die tegenwoordig ook per mud als voedsel aangeboden worden. Tulpenbollen kosten vandaag de dag reeds een gulden veertig per kilo. Groente is vrijwel niet te koop. Wel moeten wij onze groentebonnen bij de groenteboer inleveren, doch aanvoer is en komt er niet. Onze groenteboer had nog wel wat voorraad, maar die is bestemd voor hen die wat boonen of erwten hebben te ruilen! Wij zullen dit onthouden voor straks, als de tijden weer normaal zijn. Dan hebben wij hem ook niet meer noodig. Vader tracteerde op een appeltje vanwege zijn tweeëndertigste huwelijksdag. Piet is weer naar het Kraaijennest geweest en kwam thuis met een emmertje snijboonen en een portie boerenkool. Onze evacué Rika was maandag met een flinke verkoudheid naar bed vertrokken en hoewel ze probeerde om er vandaag uit te komen, viel het haar niet mee. Ze bleef dus onder de wol met een warme kruik. ’s Avonds omstreeks zeven uur had ze zoo’n buikpijn dat ze een dokter wenschte. Daar haar dokter een half uur ver woont, riepen wij onze goede buur er maar even bij. Om even over acht kwam dokter Segaar ons en haar geruststellen. Rika had een flinke griep en moest die met warme doeken en kruiken uitbroeien. Jan Verhappen is nu naast timmerman en houthakker ook ziekenverpleger. De eetlust van de patiënte laat gelukkig niets te wenschen over. De maan verschafte ons avondverlichting en de radio had een aardig programma. Buiten vroor het nog steeds lekker. ’s Nachts genoot het toilet buitengewoon veel belangstelling. Of het waterballet zijn oorsprong had in de koude, de middagsoep of iets anders, weten wij niet.
Woensdag 24 januari Toen vader en Piet om kwart over zeven naar de kerk trokken, vroor het nog zes graden. Er was weinig wind. Als het zoo blijft, gaat vader morgen op pad. In de ochtend zal er dan waarschijnlijk nog wat lichte sneeuw vallen, doch dat neemt hij dan op koop toe. Van razzia’s bemerken wij hier niet veel, doch het blijft oppassen. Elke dag worden er dan hier en dan weer daar enkelen van de straat opgepikt. Eenieder die uit de handen van de moffen wil blijven kan zich dus beter niet buiten vertoonen. Ook Bart houdt huisarrest en weet niet of hij aanstaande zondag zijn verjaardag in ons midden komt vieren. Gerard is weer aan het bakken. De oven doet het vandaag goed en daarom neemt hij de gelegenheid te baat om naast de brooden die hij voor de fourage-tocht moet bakken ook wat extra’s te maken voor de verjaardag van zijn oudste broer. Als Bart onverhoopt verhinderd zou zijn, dan eten wij op zijn welzijn een Haarlemmer Halletje in zakformaat. Vanmiddag smulden wij weer eens van bruine boonen met stroop. Moeder, vader en Jan Verhappen namen in plaats van stroop het restantje hachee als jus bij de boonen. Niets gaat verloren, dus staan andere restanten nu al weer te koken tot zogenaamde “schildpadsoep” voor vanavond. Vader heeft Jan bezocht. Jan heeft nog steeds koorts (38.4) maar ziet er niet slecht uit en hoest ook niet meer zoo erg als voorheen. De radio was knudde dus lagen wij om acht uur reeds in bed. ’s Nachts hoorden wij weer eens schieten, er vielen negen schoten. Vermoedelijk gaat het om houtstroopers of dieven. Inbraken in kruidenierszaken zijn schering en inslag. De dieven komen dikwijls gewapend en in Duitsche uniformen. De buit gaat in den zwarte handel of wordt bestemd voor het zogenaamde illegale front. Men staat verbaasd wat er zooal gestolen kan worden, doch meestal gaat het om levensmiddelen. Donderdag 25 januari Vaders reis valt weer in duigen. Er is meer sneeuw gevallen, zoodat het te zwaar trappen zou worden. Bovendien zit er nog meer sneeuw in de lucht en om half tien komt die reeds aardig los. Rika probeerde weer uit bed te komen, maar om kwart voor tien moest ze de zeilen alweer strijken. Jan Verhappen deponeerde haar snel in haar mandje en belde vervolgens hun eigen dokter. Deze kwam ’s avonds tegen zessen en ook hij vond het beter dat ze het maar in bed moest uitvieren. De volgend week komt hij dan wel weer eens kijken. Bij het koude weer is zulk een bedarrest wel uit te houden, vooral als de eetlust goed is en er zoo nu en dan een verpleger beschikbaar is als gezelschap. Vandaag is er weer eens razzia in Overveen. Bij een onzer klanten aan den Militairenweg zijn ze ook huiszoeking wezen doen. Het is dus officieel en niet langer “Men zegt …” Toen vader vanmiddag in Santpoort was om een “duikelaar” te passen, vernam hij aldaar dat ze woensdag op menschenroof waren geweest en dat er zelfs twee mannen bij een vluchtpoging waren dood geschoten. De dag verliep verder normaal; ’s middags soep, ’s avonds een steviger pot, nog een kopje thee en om kwart over acht onder de wol. Vrijdag 26 januari De vensters waren vanmorgen extra bevroren, koning winter had er een schepje bovenop gedaan. Toen vader om kwart over zeven uur naar de kerk ging, wees de thermometer tien graden vorst aan. Gelukkig deed de kachel het prima, dus toen hij thuis kwam lagen de boterhammen al te
roosteren. Alleen jammer dat de porties niet dubbel zoo groot zijn, want het brood is op, voor men er goed en wel aan begonnen is. De potage welke moeder hedenmiddag zal opdienen wordt een experiment. Ze wordt samengesteld uit suikerbieten, winterwortelen en tarwe om het wat te binden. Het wordt dus een zoet gerecht, maar wij weten nog niet of wij het soep of pap moeten noemen. Het smaakte best en daar het een uitvinding van moeder was, zullen wij het in het vervolg “potage á la mère” noemen. Vanavond krijgen wij boerenkool en groene erwten met aardappels gestampt. Dat beloofde weer volle buikjes, en zoo was het. Het sneeuwde weer en daar de radio ons niet kon bewegen om langer op te blijven, gingen wij na een kopje thee om half negen onder de wol. Zaterdag 27 januari Moeder heeft een pietsie bronchitis. Ze hoestte, zaagde en piepte zoowat den geheelen nacht. De kinderen hebben haar kamerarrest opgelegd. Aangezien zij vier huisknechten ter beschikking heeft, werd direct na de boterham den kamer een zaterdagsche beurt gegeven. Vader was hierbij overbodig en nam dus de beenen. Hij ging naar het Kraaijennest alwaar zijn oudste zoon zijn eenendertigste verjaardag viert. Onderweg bleken de razzia’s weer begonnen. Er zijn vanmiddag vrij veel slachtoffers gevallen. Voor zooverre dit jongens zijn die zich zonder reden buiten den deur vertoonden, is het eigen schuld. Er vallen echter ook slachtoffers onder hen die beslist buiten moeten zijn om bijvoorbeeld boodschappen te gaan halen voor hun zieke vrouw, welke zonder hulp en vaak met kleine kinderen thuis moet blijven. Dezulken werden hedenochtend uit de rijen wachtende klanten voor een kruidenierswinkel geplukt. Terwijl ze daar met een pannetje of emmertje reeds een paar uur in de kou in de rij hadden gestaan om wat spijsolie machtig te worden, werden ze gegrepen en weggevoerd. Thuis wachtte het gezin tevergeefs op hen, zonder te weten wat en hoe hun situatie was. Toen vader tegen tien uur bij Bart aankwam, vond hij deze bij de kachel. Vandaag was hij stoker en leverde een prestatie door met nat hout toch nog wat warmte te houden in een vertrek met twee buitenmuren. De kamerbewoners liepen echter allen in toog en overjas, zoodat van overdadige warmte niet kon worden gesproken. Een kopje koffie met een plak cake verwarmde al spoedig den inwendige mensch. Het is dus wel verklaarbaar dat vader het aanbod om te blijven dineeren gretig aannam. Ook hij wilde wel eens kennis maken met den kookkunsten van den keukenzuster. Om kwart over twaalf kwamen den Hoog Eerwaarde Heer Regent, de Eerwaarde Heeren De Jong, Diepenbrock en Zwartkruis onze jarige geluk wenschen en werd er op zijn verjaardag een “piepertje” gepakt. Thuis was men inmiddels ongerust geworden over vaders uitblijven (hij had laatst ook al eens last van de kou gehad), dus werd Piet er op uitgezonden om eens te gaan informeeren. Met de geruststellende mededeeling dat alles okay was, keerde hij terug en konden wij vaders portie roode kool verdelen. In de eetzaal waar Bart’s diner werd opgediend was geen kachel, zoodat vader zijn winterjas aan hield. Voor een goede eetlust en dito spijsverteering was dit echter geen bezwaar. Na het tafelen bracht Bart vader een eindje weg. Via de kapper kwam deze uiteindelijk om vier uur thuis. Moeder was juist pulp-pannekoeken aan het bakken voor straks bij den boterham. De stapel werd steeds grooter en toen wij gingen eten waren het er zeker vijfenveertig. Ze gingen echter schoon op bij de drie sneetjes brood. Ook vanavond hoefden wij dus niet met een leege maag naar bed. Het rantsoen is weer verlaagd. Vanaf vandaag zullen wij het met een snee brood per keer moeten rooien. En aan een kilo aardappels zullen wij ons ook niet verhappen. Toch hebben wij het hier niet slecht zegt de BNO, in bevrijd gebied is het zelfs slechter, zegt men.
Zondag 28 januari
De jongste kraai uit het Kraaijennest was reeds vroeg uitgevlogen om in het ouderlijk huis zijn verjaardag te vieren. Even voor negen uur streek hij op de Zijlweg neer. Het grootste deel der bewoners lag toen nog in bed. Corrie en Annie waren naar de Kerk. Kees, onze trouwe butler, was reeds om half acht in de weer met kachel stoken, thee zetten, brood snijden, roosteren en beleggen. Hij bezorgde de luilakken zelfs hun kopje surrogaatthee met luxebroodje op bed. Voor zooiets moet men bij Kees zijn, dat spelen zij zusters niet voor elkaar. Vader en Piet moesten om tien uur hun plichten gaan vervullen, zoodat er van onze tien man sterke ploeg slechts vier naar de H. Mis gingen. De rest was gedispenseerd wegens ziekte of “duiken”. Ondanks de magere tijden heeft Gerard toch nog iets fijns weten bruin te bakken en hebben wij ons, zooals het hoort op een verjaardag, in huiselijke kring weer eens tegoed gedaan. Onze slager heeft ervoor gezorgd dat moeder een lekkere hachee kon opdienen bij een stampot van zuurkool, spikkelboonen en aardappelen. Tot slot nog de laatste goudreinetten, welke wij destijds van Bart ontvingen. Het was een reuze diner geworden, zeker wanneer wij verklappen dat Kees dankzij het kleermaken ook nog op een borreltje kon tracteeren. Het was een knal verjaardag geworden! We moeten God toch wel dankbaar zijn, want wij zijn niet veel beter dan anderen, die arm zijn en van honger sterven. In de stad schijnen er vandaag weer mannen te zijn opgepakt, wij hebben er niets van gemerkt. Toch ging de jarige veiligheidshalve omstreeks vijf uur naar huis. De radio gaf geen muziek, zoodat de feeststemming als een nachtkaarsje uitging en wij om half acht in bed lagen. Maandag 29 januari ’s Morgen om zes uur: Krrrak … en weer lag er een boom in de sneeuw op de Zijlweg. De boom verdween richting Zijlbrug. Dit is in een week tijd reeds de vijftiende tusschen de brug en het viaduct. Binnenkort zullen er niet veel meer over zijn. Moeder heeft vannacht met haar piep-en-zaag concert vader uit zijn slaap gehouden. Enfin, gedeelde smart is halve smart. Hoewel moeder het liefst zichzelf geneest, hebben wij er toch maar een deskundige bijgehaald. Onze buurman stopte haar voor een weekje onder de wol en zoo hebben wij nu op elke verdieping een patiënte. Ze kunnen nu een wedloop houden met als inzet wie het eerste weer fit is. Annie en haar vier broers zorgen nu dat alles op tijd klaar en gaar is. Dat komt best voor elkaar, want de directrice ligt vlak om de hoek op dezelfde verdieping en houdt alles in de gaten. Jaap is reeds kroten en suikerbieten aan het schoonmaken voor het diner van morgen. Vanmorgen schilde hij de piepers; een mooie afwisseling voor zijn philosophiestudie. Het resultaat van de mannelijke keukenreserve mag er zijn en smaakt naar meer, doch daar is in dezen tijd geen kans op. Aangezien onze voorbidster is uitgeschakeld, gaat Jaap ons voor in het avondgebed, een
goede oefening voor zijn toekomstige waardigheid. Om half negen gaan wij naar bed, want zelfs het concertgebouworkest kan ons vanavond niet in den smaak vallen. Dinsdag 30 januari Gisteren dooide het, vannacht vroor het en vanochtend kwam daar nog een flink pak sneeuw bij. Gerard is weer aan het bakken, zijn gezicht verraadt dat de brooden goed rijzen. Ook wij glunderen bij het vooruitzicht op een smakelijke aanvulling van ons rantsoen. Jaap heeft volgens moeders bekende recept de grondstoffen voor den middagsoep reeds ter voorverwarming in de oven geplaatst en zit nu met Annie piepers te schillen. Hij kookt graag, vooral als er zoo nu en dan eens geproefd moet worden. Dat hoort bij het vak en is hem van harte gegund.
Hedenavond, even over zeven, deed een geheel nieuw soort voedingsmiddel zijn entree in huize Straathof. Om het tekort aan aardappelen en suikerbieten aan te vullen, wordt er reeds sedert weken door diverse menschen tulpenbollen gegeten. Men hoort beweeren dat ze heerlijk smaken, weinig gewicht verliezen bij het schoonmaken en zelfs dat het een eenigzins machtig eten zou zijn. In de verhouding een op drie vormen ze een goede aanvulling voor het beschikbare aardappel-rantsoen. Dus driekwart piepers met een kwart bollen. Ze worden zelfs gegeten door doktoren in ziekenhuizen. Kortom door hen die het betalen kunnen. In den beginne stonden wij er wat sceptisch tegenover en werd er menig grap over gelanceerd. Tenslotte is het er toch van gekomen en werden er door bemiddeling van den heer Tollenaar twintig manden van vijfentwintig kilo bij ons naar binnen gedragen. Aangezien het al laat was en de vervoerder nog elders moest zijn, werd door alle beschikbare krachten aangepakt en was de buit met een kwartiertje geborgen. De tulpenbollen kosten ons een gulden vijfentwintig per kilo. Nu er steeds meer vraag naar komt doen ze in Lisse al twee vijfenzeventig per kilo en worden ze per uur duurder.
Natuurlijk zijn deze vijfhonderd kilo niet alleen voor ons. Ze worden als volgt verdeeld; tweehondervijftig kilo voor het Kraaijennest, vijfentwintig kilo voor Kraay, vijfentwintig kilo voor Woerde, vijftien kilo voor de kapper, vijftig kilo voor een klant en honderdvijfendertig kilo voor Straathof. Voor ons alleen zou het portie te groot zijn, want tegen maart moeten ze verwerkt zijn. Na deze krachttoer genoten wij nog een uurtje van de clandestiene radio, om daarna te gaan dromen van … bloeiende tulpen. Woensdag 31 januari Vandaag wordt de eerste maand van het jaar 1945 afgezaagd. Vannacht is ook de laatste boom aan de Zijlweg omgezaagd. Het is een kale boel geworden. Gelukkig is het ook hard aan het dooien. Weliswaar zijn de wegen nog onbegaanbaar, doch als het zoo doorgaat zijn wij daar binnen twee dagen van af. De dooi veroorzaakt wel een stagnatie bij het vervoer van de tulpenbollen naar de respectievelijke adressen. We hadden namelijk een flink groote slee in elkaar getimmerd … Enfin, dan nog maar even wat geduld tot wij weer met het bekende karretje op stap kunnen. Er kon vandaag spijsolie gehaald worden, Annie heeft er een half dagje mee zoek gemaakt. Ze stond om kwart over acht in de rij voor den winkel van Demmers. De verkoop zou om tien uur beginnen. Om tien voor half een kwam ze thuis met vier liter ongeraffineerde olie voor tien persoonen. Zoo gaat het tegenwoordig bij de levensmiddelen aankoop. Eerst ga je een paar maal kijken of er wat te koop is, dan sta je een paar uur in de rij en met een klein beetje pech is de voorraad juist uitverkocht als je aan de beurt bent. Onze patiënte van twee hoog achter kwam het vanochtend weer eens proberen. Aan den disch nam ze de honneurs van moeder waar en schepte dus op. Die opschepperij viel niet mee, want na het eten trok Rika zich weer in haar kabinet terug. Bij de thee hoopt ze weer present te zijn. Zoo kalmpjes aan zal ze wel van haar hoest genezen en weer haar eigen peultjes kunnen gaan doppen. Nu moeder van de vloer is, kunnen wij er best een vrouwelijke hulp bij gebruiken. Bij de avondpot schepte Rika wederom op. Hierna nog een kopje thee en tusschen half negen en negen uur verdwenen allen naar hun koffer. Terug naar de website.