Beleidsplan Veiligheid Leeuwarden 2010 t/m 2014.
VOORWOORD
De lokale driehoek, bestaande uit de burgemeester, de teamchef van politie Leeuwarden en de officier van justitie, heeft de burgers in 2007 beloofd dat Leeuwarden eind 2009 de veiligste stad van Noord Nederland zou zijn. We zijn aardig op de goede weg met een tweede plaats volgens de AD misdaadmeter 2008 1, maar het doel is nog niet bereikt. Zwolle Leeuwarden: Alkmaar Groningen
53e 36e 23e 18e
We streven onverminderd naar de titel: “veiligste stad in Noord Nederland”. Niet zozeer voor de titel als wel onze hoge inzet voor de veiligheid die wij willen garanderen aan burgers en bezoekers van Leeuwarden. De nieuwe beleidsperiode zal geen omwenteling in beleid betekenen. We hebben kritisch gekeken naar activiteiten en middelen en hebben (lastige) keuzes moeten maken, immers de ons ter beschikking staande middelen zijn afgeslankt. Ondanks dat, zijn we er toch in geslaagd om, naast het continueren van goedlopende zaken, nieuw beleid te formuleren, zodat we nog efficiënter en effectiever kunnen opereren. De beleidsnota is in 2009 samen met onze partners gemaakt en vol vertrouwen gaan we dan ook de komende jaren met elkaar aan de slag.
1
Hoe lager het cijfer, des te onveiliger de stad
VOORWOORD SAMENVATTING INHOUDSOPGAVE 1.Inleiding 1.1 Gemeentelijk kader 1.2 Kader rijksoverheid 1.3 Bestuurlijke verplichtingen en afspraken 1.4 Beleidskaders Openbaar Ministerie en Politie 1.5 bijlagen bij beleidsplan
1 1 1 2 2 3
2.Werkwijze en organisatie 2.1 Een Actiejaarprogramma 2.2 Gecoördineerde aanpak en regie 2.3 Monitoring/resultaatmeting
4 4 4 5
3.Veiligheidsbeleid in de periode 2010 t/m 2014
6
4.Persoonsgerichte aanpak 4.1 Onverminderde aanpak voor de veelplegers 4.2 Blijvende inzet op criminele en overlastgevende risicojongeren, etnisch gerelateerd. 4.3 Overlastgevende dak- en thuislozen 4.4 Jeugdoverlast en Jeugdcriminaliteit 4.5 Huiselijk geweld 4.6 Voetbal gerelateerd geweld
7 7 7 8 10 11 12
5.Gebiedsgerichte aanpak 5.1 Binnenstad en Veiligheid 5.2 Woonwijken en Veiligheid 5.3 Woonoverlast 5.4 Bedrijventerreinen en Veiligheid 5.5 Aanpak fietsendiefstal
13 13 14 15 16 16
6.Overstijgend veiligheidsbeleid 6.1 Terrorismebestrijding 6.2 Rampen- en crisisbeheersing en veiligheidsregio 6.3 Inzet burgemeesters bevoegdheden APV 6.4 Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit 6.5 Bijzondere wetten 6.6 Burgernet
17 17 17 18 19 20 20
7.Financiën
21
8.Communicatie
23
Bijlage 1:
24
beleidsterreinen en verantwoordelijke bestuurders
Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
SAMENVATTING
We staan aan de vooravond van een nieuwe beleidsperiode Integrale Veiligheid. Deze nieuwe periode zal geen omwenteling van beleid behelzen. De afgelopen jaren hebben we met onze partners veel zaken ontwikkeld die ertoe hebben geleid dat Leeuwarden veiliger is geworden. Het spreekt voor zich dat we deze goede activiteiten koesteren en voortzetten. We doelen hierbij op de inzet van het Straat talentteam van het Buro Saris, de straatwerkers van Verslavingszorg Noord Nederland, de inspanningen van het Meldpunt Overlast en de wijze waarop de gezamenlijke inzet in het veiligheidshuis Fryslân gewaarborgd wordt. Dit alles in de persoonsgerichte en gebiedsgerichte aanpak gericht op overlast en verloedering. Wat ons prikkelt is dat het ons de afgelopen jaren niet is gelukt de jeugdoverlast te beteugelen. Dit moet anders en niet zozeer op gebied van beleid als wel op gebied van de uitvoering. We gaan op terrein van de jeugdoverlast de uitvoering meer naar ons toe trekken en daarmee wordt de dagelijkse praktijk wel wezenlijk anders dan voorgaande jaren. De Taskforce Jeugdoverlast blijft bestaan, echter met een uitbreiding van bevoegdheden, taken en activiteiten in de vorm van een team van straatcoaches waarover we dagelijks kunnen beschikken. Hiermee zullen wij adequaat en bovendien snel op overlastsituaties reageren. Uiteraard met het doel de jeugdoverlast binnen twee jaar al fors te doen afnemen. U zult ook meer van ons zien en horen op terrein van de zogenaamde bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. Prioriteit hierbij is de patseraanpak, de vastgoedsector waar sprake is van ongeoorloofde transacties, de hennepteelt en de vrouwenhandel. Samen met politie Fryslân, het Openbaar Ministerie en de Belastingdienst zijn de voorbereidingen van deze aanpak al in 2009 gestart. De activiteiten die we uitvoeren in de komende vijf jaar realiseren we met minder geld dan voorheen. Hierbij gaan we uit van de bedragen die ons thans structureel en incidenteel ter beschikking zijn gesteld door de rijksoverheid en de gemeenteraad. Op gebied van “veiligheid en terrorisme” moet de rijksoverheid structureel 2 miljard bezuinigen. Medio 2010 zal hierover meer duidelijkheid zijn.
Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
1. INLEIDING Voor u ligt alweer het derde beleidsplan veiligheid. Met recht spreken we van integrale veiligheid, want vrijwel alle veiligheidsactiviteiten worden met vele partners bedacht, opgezet en uitgevoerd. Het afgelopen decennium hebben we de beschikking gehad over de Brede Doeluitkering (BDU) Leefbaarheid en veiligheid vanuit het Grote Steden Beleid, waarmee een grote hoeveelheid aan programma’s en activiteiten is gerealiseerd. De rijksmiddelen voor leefbaarheid en veiligheid voor de komende 2 jaar zijn geslonken met een kleine € 400.000,- per jaar. Ook ondervinden we directe hinder van de herverdeling van de rijksmiddelen Maatschappelijke Opvang, hetgeen voor Leeuwaren betekent dat we flink hebben ingeleverd. De gemeenteraad van Leeuwarden heeft aangegeven dat het veiligheidsbeleid op het huidige peil dient te blijven en heeft daarom eenmalig (2010) een extra budget beschikbaar gesteld. Bij de collegeonderhandelingen in 2010 zal dit onderwerp opnieuw op de agenda staan. We hebben in 2009 alle projecten en activiteiten kritisch tegen het licht gehouden en getoetst op de beoogde doelstellingen en uiteindelijk behaalde resultaten. We zijn de discussie aangegaan met vele externe partners, onder meer op 2 juni met een veiligheidsdebat en presenteren hier het resultaat: het veiligheidbeleid voor de komende jaren, dat kan rekenen op een groot draagvlak. Omdat veiligheid begint bij voorkomen, besteden we in het nieuwe programma zowel aandacht aan (gerichte) preventie als repressie. 1.1 Gemeentelijk kader In het collegeprogramma 2006-2010 staat dat “ingezet wordt op de verdere implementatie van de integrale aanpak en dat de uitvoering van de kadernota IV 2005-2009 uitgevoerd wordt”. Het college wenst meer in de wijken te investeren waarbij de buurtagent een cruciale rol speelt. Voorts wordt ingezet op cameratoezicht en de ontwikkeling van stadstoezicht. 1.2 Kader rijksoverheid Eind 2009 loopt het beleidskader GSB/MOP 2 en de daarbij behorende financiering af. Het merendeel van de Leeuwarder veiligheidsactiviteiten is de afgelopen jaren gefinancierd uit dit budget van ca. 1.2 miljoen euro op jaarbasis. In 2010 verantwoorden we onze resultaten aan de rijksoverheid. In 2009 zijn de onderhandelingen gestart met het rijk over de inhoud en financiën van het stedenbeleid veiligheid 2010 en 2011. In tegenstelling tot vorige periodes is het nieuwe beleidskader slechts twee jaar geldig. De bijbehorende financiering zal opgenomen worden in een Decentralisatie-uitkering (DU) die in het gemeentefonds wordt gestort. In het landelijk Strategisch Beraad Veiligheid van 9 juli 2009 is afgesproken dat gemeenten en rijksoverheid de uitdaging aangaan om overlast en verloedering terug te dringen. De afspraken luiden:
2
Grote stedenbeleid/Meer jaren Ontwikkelingsprogramma 2005-2010
1 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Veertig deelnemende gemeenten en Rijk spannen zich voor 2010 en 2011 maximaal in om de veiligheidsdoelstellingen uit het Bestuursakkoord te realiseren met een focus op de reductie van sociale overlast en fysieke verloedering. Afgesproken is dat elk van de gemeenten bij de rijksoverheid aangeeft welke vijf specifieke maatregelen zij in 2010 en 2011 inzet om overlast en verloedering te verminderen. Daarnaast zullen de 40 gemeenten in het voorjaar 2010 én 2011 een gezamenlijke schoonmaakdag houden in het kader van de aanpak van de fysieke verloedering. Het kabinet en de 40 gemeenten zullen alle andere gemeenten oproepen te participeren.
1.3 Bestuurlijke verplichtingen en afspraken De prestatieafspraken met het rijk worden gemaakt voor de periode 2010 en 2011. Van belang is dat Rijk en steden zich gezamenlijk inspannen om de doelstellingen te realiseren. Het Rijk levert daarvoor een de decentralisatie-uitkering en overige faciliteiten, zoals kennisoverdracht en -uitwisseling. De steden zijn verantwoordelijk voor de uitvoering en zetten daarbij mensen, budget en andere instrumenten in. In het verlengde van de doelstelling om ultimo 2010 criminaliteit en overlast te verminderen met 25% zet dit kabinet in op een verdere afname van overlast en criminaliteit in de periode na 2010. Het kabinet verwacht dat de inzet van gemeenten ook al deze kabinetsperiode effect sorteert De afspraken zijn op 7 september 2009 tijdens het VNG Flitscongres bekrachtigd. Betrokken zijn: de ministeries van Justitie, BZK en VROM/WWI, de G31, de Ortegagemeenten (Almere, Apeldoorn, Ede, Haarlemmermeer, Zoetermeer) en 4 gemeenten met ernstige problematiek inzake overlastgevende Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren (Culemborg, Gouda, Veenendaal en Zeist). Het beschikbare budget wordt in de nieuwe periode verdeeld over 40 gemeenten (in de voorgaande GSB periode waren dat 31 gemeenten). Dit betekent voor Leeuwarden dat in 2010 € 1.047.466,- 3 en in 2011 € 739.171,beschikbaar wordt gesteld. Dit is gemiddeld € 893.319,- per jaar en impliceert een teruggang van ca. € 350.000,- per jaar. De verwachting is dat wij vanaf 2012 jaarlijks € 739.171,- ontvangen in het gemeentefonds voor veiligheid. In de tweede helft van 2009 is de landelijke lobby gestart om de bovengenoemde korting ongedaan te maken. Het Leeuwarder college van B&W participeert actief in deze lobby. Bij de presentatie van de miljoenennota in september 2009 is afgesproken dat elk departement onderzoekt hoe jaarlijks 2 miljard euro bezuinigd kan worden om het landelijke begrotingstekort van jaarlijks 34 miljard op te vangen. Ook veiligheid en terrorisme is aangewezen als onderwerp van de bezuinigingen. 1.4 Beleidskaders Openbaar Ministerie en Politie De beleidscyclus van politie Fryslân geeft aan dat in maart van het lopende jaar de Kaderbrief voor het jaar daarop wordt vastgesteld in het Regionaal College. In maart is de Kaderbrief voor 2010 vastgesteld. Beleidsvorming en –uitvoering van het politiekorps zijn meer en meer gericht op het, binnen een beperkt aantal landelijke en regionale kaders, bieden van maximale ruimte
3 In 2010 was nog eenmalig een extra budget beschikbaar voor de G31, vandaar dat dit bedrag hoger uitvalt.
2 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
aan de teams om in overleg met de gemeente en andere lokale partners lokaal veiligheidsbeleid vorm te geven en uit te voeren met de beschikbare capaciteit. Het regionaal meerjaren beleidsplan 2009- 2011 bevat de 5 landelijke speerpunten. Deze speerpunten zijn sowieso in het teamjaarplan verwerkt. De 5 landelijke speerpunten zijn: • Geweld • Veilige wijken • Jeugdcriminaliteit en risicojeugd • Kwantiteit en kwaliteit aanpak criminaliteit • Diversiteit Voor het teamplan 2010 van Leeuwarden zijn op 21 september 2009 in goed overleg met gemeenteraad, politie en het Openbaar Ministerie de volgende speerpunten benoemd: 1. Jeugd 2. Geweld 3. Straatroof 4. Woninginbraken 5. Diefstal van / vanaf motorvoertuigen 1.5 Bijlagen bij beleidsplan Als bijlagen bij dit beleidsplan zijn gevoegd: 1. Overzicht bestuurlijke portefeuilleverdeling veiligheidsitems. 2. Wijkveiligheidsindex, veiligheidsscore (rapportcijfers) naar indicator en wijk.
3 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
2
WERKWIJZE EN ORGANISATIE
2.1 Eén actiejaarprogramma In de afgelopen periode hebben wij verschillende actieprogramma’s opgesteld naar aanleiding van de kadernota IV 2005 t/m 2009. Deze behelsden de praktische uitwerking van het beleid. Aangezien er nogal wat overlappingen ontstonden tussen de verschillende doelgroepen naarmate de integraliteit in de persoonsgerichte en de gebiedsgerichte aanpak vorderde, hebben we besloten dat we in de nieuwe periode gaan werken met één actieprogramma voor één jaar. In dit programma, voortvloeiende uit het beleidsplan Veiligheid, staan doelstellingen en de bijbehorende activiteiten beschreven alsmede de uitvoerder(s) en bijbehorende budgetten. We beogen met dit totaalactieprogramma slagvaardiger te kunnen inspringen op nieuwe ontwikkelingen die aandacht en actie vragen. 2.2. Gecoördineerde aanpak en regie De ‘last’ van de veiligheidsproblemen kan niet uitsluitend op de schouders van politie, justitie en brandweer worden gelegd. Het veiligheidsbeleid vereist bestuurlijke regie op lokaal niveau. Veiligheid is immers een kerntaak van het openbaar bestuur. De gemeente neemt bij knelpunten of tegenstellingen het initiatief om in samenspraak het probleem op te lossen. In de (vele) gevallen dat de gemeente coördinator is, heeft zij eveneens tot taak om de algehele voortgang te volgen en te bewaken. Bij een integraal samenwerkingsverband is het van belang dat de partners elkaar aanspreken op doelen, verantwoordelijkheden en al dan niet uitgevoerde werkzaamheden, evenals dat het afbreken van ‘schuttingen’ rond organisaties. De burgemeester is coördinerend portefeuillehouder veiligheid. Hij maakt in het college met de wethouders afspraken over de invulling van hun verantwoordelijkheid om bij de vormgeving en uitvoering van beleid het aspect veiligheid mee te nemen en daar waar nodig de betreffende partijen in een vroegtijdig stadium te betrekken. Dit geldt natuurlijk ook omgekeerd. Per prioritaire doelgroep en gebied wordt een verantwoordelijke wethouder of de burgemeester aangewezen. Een uitwerking hiervan is opgenomen in bijlage. De interne gemeentelijke coördinatie is gericht op het bieden van overzicht en inzicht, voortgangsbewaking, monitoring, rapportage, evaluatie en waar nodig interventie in bestaand beleid en het uitzetten van nieuwe lijnen. Onder leiding van de directeur Algemene Zaken is in 2007 de Kerngroep Veiligheid in het leven geroepen. Dit kernteam is het breed gemeentelijke platform waar de meer algemene ontwikkelingen op het gebied van veiligheid besproken worden. Het kernteam is klankbord voor de sector JVZ en aanjager van de gemeentebrede ontwikkeling van veiligheid als facetbeleid. In dit kernteam nemen in ieder geval zitting de sectoren Juridische- en Veiligheidszaken, Wijkzaken, Zorg, Hulpverlening, Wijkzaken, Bouwen&Wonen en Sport ,Onderwijs en Stadstoezicht.
4 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
2.3 Monitoring/Resultaatmeting De resultaten van het beleid worden op verschillende manieren gemonitord, zowel op micro- als macroniveau 1. de wijkveiligheidsindex (een mix van politiecijfers incidenten en beleving van burgers), reeds in 2004 gestart, levert jaarlijks cijfers en geeft daarmee de trends weer op wijkniveau; 2. de (landelijke) veiligheidsmonitor (voormalige GSB monitor). In 2009 wordt deze voor het eerst afgenomen en zal tweejaarlijks terugkeren. Benchmark is mogelijk met andere gemeenten. Naast Leeuwarden doen ook 17 andere Friese gemeenten mee aan deze monitor; 3. eigen verantwoordingsstructuur van de activiteit in de subsidiebeschikkingen en contracten. Dit betreft vooral de controle op (voortgang van)de outputafspraken en de rechtmatigheid van de subsidieaanvraag en -besteding. Daarnaast wordt periodiek verantwoording afgelegd over de resultaten in de jaarrekening van de gemeente Leeuwarden. De door ons geformuleerde doelstellingen die u in de volgende paragrafen zult tegenkomen, zijn zoveel mogelijk SMART geformuleerd. Het is en blijft lastig bij de doelgroepen die wij bereiken om de outcome (bijvoorbeeld het percentage overlastvermindering) toe te schrijven aan één bepaalde activiteit of inzet. Het is vaak het collectief aan activiteiten en middelen die wij onverminderd inzetten op de doelgroep die leidt tot de gewenste afname van ongewenst gedrag resulterend in de beoogde afname van de overlast, criminaliteit etc.
5 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
3. VEILIGHEIDSBELEID IN DE PERIODE 2010-T/M 2014 leeswijzer Het Leeuwarder veiligheidsbeleid kenmerkt zich in hoofdlijnen door de persoonsgerichte en de gebiedsgerichte aanpak. Dit zijn de majeure pijlers van ons beleid. In de persoonsgerichte aanpak wordt door middel van activiteiten en projecten gefocust op de persoon/cliënt en zijn sociaal systeem en wordt een traject afgestemd op de situatie van deze persoon. Deze aanpak is vooral gericht op de bestrijding van overlast en geweld of criminaliteit. De gebiedsgerichte aanpak richt zich op wijken of buurten waar zich op meerdere fronten knelpunten voordoen. Uiteraard gebeurt dit in nauw overleg met de dienst Stadsontwikkeling (ISV en wijkzaken) en de dienst Welzijn. Daarnaast kent het veiligheidsbeleid activiteiten die niet direct toe te schrijven zijn aan bovengenoemde pijlers en noemen we beleidsoverstijgend. Een aantal activiteiten die hieronder vallen hebben hun eigen beleidscyclus en – nota’s, zoals Bijzondere wetten en cameratoezicht. In onderhavige nota wordt volstaan met een verwijzing. De strategische doelstelling van het veiligheidsbeleid is: - De aanpak van overlast en verloedering - Een afname van de criminaliteit met 25% ten opzichte van 2002. In de afzonderlijke paragrafen treft u de operationele doelstellingen aan gerelateerd aan het specifieke beleid.
6 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
4
Persoonsgerichte aanpak
De persoonsgerichte aanpak die wij voor ogen hebben is een arbeidsintensieve aanpak. Overlastgevende of criminele personen worden allemaal besproken in diverse casusoverleggen. Aangezien veel partijen betrokken zijn bij dit intensieve proces, is het een grote efficiencyslag geweest dat het veiligheidshuis Fryslan in januari 2008 haar deuren heeft geopend. De casusoverleggen gerelateerd aan criminaliteit en overlast vinden allen daar plaats. Wij beschouwen dit als het ultieme samenwerkingsverband in de veiligheidsketen. De komende jaren zetten wij in op de volgende (groepen/categorieën) personen. 4.1 Onverminderde aandacht voor de veelplegers De aanpak van de afgelopen jaren heeft opgeleverd dat er in 2008 in Fryslan 30 veelplegers positief zijn uitgestroomd, d.w.z. al een jaar delictvrij. Hiervan kwamen er 15 uit Leeuwarden. Dit heeft effect op de incidenten diefstal- en inbraak die door politie geregistreerd worden, die vanaf 2005 een gestage daling kennen. De instrumenten die wij hebben ingezet om dit met onze partners te bereiken zijn: het casusoverleg in het veiligheidshuis en de inzet van extra straatwerkers van verslavingszorg Noord Nederland die de genoemde personen in hun “habitat” opzoeken en begeleiden. Dit alles onder het motto “kennen en gekend worden”. De ketenaanpak kenmerkt zich door een harde en/of zachte lijn. Personen die in resocialisatietraject willen, krijgen alle hulp en ondersteuning. Personen die op het ”slechte” pad blijven, ondervinden de harde lijn, die vaak uitmondt in een ISD 4 maatregel, hetgeen twee jaar detentie oplevert en de stad blijft daarmee verschoond van de criminele activiteiten van de persoon. In het veiligheidshuis worden daarnaast de activiteiten van de veelplegers dagelijks gevolgd in de briefing en worden indien nodig dagelijks afspraken gemaakt over vervolgstappen. De coördinator ex-gedetineerden, die volledig zitting heeft in het veiligheidshuis draagt zeker bij aan het slagen van de aanpak, nu uitkeringen, voorschotten, ID bewijzen en woonruimte snel en goed worden geregeld. Doelstelling: in 2014 zijn weer 15 Leeuwarder veelplegers 1 jaar delictvrij. Bovendien zit elke veelpleger in een traject. 4.2 Blijvende inzet op criminele en overlastgevende risicojongeren, etnisch gerelateerd De aanpak van de afgelopen 5 jaar heeft opgeleverd dat zo’n 400 jongeren en jongvolwassenen zijn opgespoord door het Straattalentteam en alle personen hebben trajecten aangeboden gekregen. Dit heeft er onder meer in geresulteerd dat het aantal criminele Antilliaanse jongeren in de leeftijd 17 tot 24 jaar is afgenomen van 68 naar 27. In verhouding tot het totaal aantal Antilliaanse jongeren in deze doelgroep is dit een daling van 37%. Een mooi resultaat voor deze leeftijdscategorie. De oververtegenwoordiging van Antillianen in de criminaliteit is hiermee teruggelopen met 54%. Maar we zijn er nog niet! De categorie boven de 24 jaar is nog oververtegenwoordigd in de criminaliteit. Bij voortduring veroorzaakt zij veel drugsgerelateerde overlast op de Weaze, intimideert bewoners en bedrijven en er wordt onderling veel ruzie gemaakt. Een hardnekkige problematiek waar we de komende jaren op inzetten. 4 ISD = Inrichting voor Stelselmatige daders , waar de meest notoire veelplegers 2 jaar in detentie doorbrengen.
7 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Daarnaast werden in de zomer van 2009 veel criminele activiteiten gepleegd door een kleine groep Marokkaanse minderjarigen. Dit zijn signalen waar we alert op moeten blijven. De aanpak van personen in de bovengenoemde categorieën behelsde dat het Straat talentteam, veelal in nauwe samenwerking met politie de personen in kwestie op straat hebben opgezocht en gevolgd. We kennen ze allemaal. De ontwikkelingen rondom genoemde groeperingen worden elke week besproken in het veiligheidshuis en een keer per maand uitputtend in het brede casusoverleg 5. Ook hier geldt dat de partners in het casusoverleg met elkaar bepalen wie de harde of zachte lijn krijgt voorgeschoteld en wie wanneer intervenieert. Op basis van grondige analyse kwamen we tot de ontdekking dat het gros van de besproken cliënten en hun gezinnen kampt met een veelheid aan problemen hetgeen de resocialisatie in de weg staat. Bij deze gezinnen/huishoudens wordt specifieke intensieve gezinscoaching ingezet (24 uur per dag en 7 dagen per week indien nodig), waarbij alle leden van het gezin structuur en toekomstperspectief wordt geboden. Zo wordt recidive bij de cliënt en criminaliteit en overlast bij de andere leden van het gezin voorkomen. De gezinscoach wordt vaak ingezet op basis van dwang (uitkering of OTS 6 jeugdzorg) als de cliënt niet wil meewerken. Doelstelling: jaarlijks worden 60 personen uit de doelgroep tussen de 18-28 jaar opgespoord en allen krijgen een traject aangeboden richting werk, scholing, zorg etc. De personen die te kampen hebben met sociale problematiek en delinquent gedrag vertonen worden besproken in het casusoverleg in het veiligheidshuis Fryslân.
4.3 Overlastgevende dak-en thuislozen (veelal verslaafd) Deze doelgroep verheugt zich al zo’n 8 jaar in de gemeentelijke belangstelling. Personen uit de groep veroorzaken relatief veel overlast en dan met name op straat. De meeste overlast van deze groep wordt in de binnenstad ervaren en de directe omgeving hiervan (Stationsgebied en Schrans). Bedelen, onaangepast gedrag, dronkenschap en overmatig drugsgebruik zijn een aantal in het oogspringende gedragskenmerken. De afgelopen jaren is intensief ingezet op het verbeteren van de opvangvoorzieningen voor de doelgroep; een dagopvang met gebruiksruimte, een pension voor personen met een verslaving en psychiatrische aandoening, een unit voor medische heroïneverstrekking en een pension voor personen die kampen met een verslaving en psychiatrische problemen. Voor de personen die vanwege hun gedrag niet in de opvangvoorzieningen zijn te handhaven of zich hier niet thuis voelen is gestart met experiment onconventioneel wonen waarbij vier caravans beschikbaar zijn gesteld voor deze personen. De dak- en thuislozen die de meeste overlast veroorzaken en waar het niet goed mee gaat worden besproken in het Veiligheidshuis. Ook wordt gebruikt gemaakt van Drang op Maat: een maatregel die wordt opgelegd waarbij de cliënt de keuze heeft: naar de kliniek of anders in detentie. Een welkome aanvulling op het palet aan activiteiten in Leeuwarden.
5
In het casusoverleg Antillianen hebben zitting: politie, OM (OVJ en informatiemakelaar veiligheidshuis), Reclassering, MO Zienn, Sociaal Team, GGZ, gemeente Leeuwarden (RMC, JVZ en J&O), het Buro Saris (Steam) 6 OTS= Onder Toezicht Stelling
8 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Een aantal cijfers: Cijfers bedrijfsprocessensysteem BVH van politie Fryslan Incidenten overlast zwervers Incidenten E38 (overlast i.v.m. drugs) Incidenten F46 ( aantreffen drugs) Incidenten F47 (overige drugsdelicten) Totaal drugsoverlast Incidenten E33 (overlast gestoord / overspannen persoon)
2002
2003
X
X
2004 31
2005 134
2006 82
2007
2008
Medio 2009
120
135
41 49
135
105
72
77
67
74
132
5
12
12
12
6
10
9
14
13
14
7
10
11
20
154 320
130 390
98 437
96 420
83 325
95 390
161 431
6 18 71 183
NB: Incidenten E38 betreft overlastmeldingen (dealen / gebruik) en geen eigen constateringen politie. Incidenten F47 betreft een combinatie van aantreffen, dealen en gebruik van drugs. VAV 7
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
Personen op VAV-lijst Personen actief Aantal bekeuringen Aantal aanhoudingen Uitgezeten strafdagen Caseload VNN Meldingen MOL
X
138
227
294
188
149
159
Medio 2009 61
X 416
X 319
114 495
94 483
88 295
61 340
83 420
30 75
X
X
47
72
91
66
61
23
X
X
1789
1136
1093
829
861
X X
X 76
39 35
47 26
50 48
48 66
58 59
359
Uit de beschikbare gegevens blijkt dat een klein percentage (gemiddeld top 10) VAVcliënten verantwoordelijk is voor 40% van de uitgeschreven bekeuringen en voor 50% van de overlastmeldingen zwervers. Het aantal actieve VAV’ers is de afgelopen jaren afgenomen, met een lichte toename in 2008. De cijfers van de eerste 6 maanden van 2009 laten een zeer positief beeld zien, al is de praktijk wel dat wanneer het met een aantal dak- en thuislozen even wat minder goed gaat, het aantal bekeuringen en overlastmeldingen in korte tijd weer kan stijgen. Vanuit het Veiligheidshuis wordt hier direct op ingespeeld. Met het Zorgkantoor (beheerder AWBZ-middelen) en de regionale zorgaanbieders wordt overlegd over een passend aanbod van voorzieningen voor de categorie ‘zorgmijders’. Op langere termijn is verbreding van het assortiment aan voorzieningen te verwachten. Voorbeelden hiervan zijn:
7 VAV is versnelde Afhandeling Verslaafden, een bekende |Leeuwarder aanpak die al 8 jaar tot tevredenheid loopt.
9 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
• de uitbreiding van pension Willemstate van 16 naar 24 plaatsen. Inmiddels is hiervoor een geschikte locatie gevonden in het voormalig pand van de Bel nabij de Bonefatiuskerk. • een behandelkliniek voor alcoholisten met een psychische stoornis (financiering op basis van de AWBZ is beschikbaar); • individuele woonunits, beheerd door de GGZ (vanaf 2009 zijn zes plaatsen beschikbaar); • een zeer laagdrempelige woonvoorziening voor ernstig verslaafden. Het Zorgkantoor heeft medewerking toegezegd. Het vinden van een locatie zal bepalend zijn voor de start. Het onconventioneel wonen dient te worden beschouwd als een ‘tussenoplossing’. Het is wenselijk om op (middel)langere termijn meer permanente huisvesting te realiseren voor de personen die zich niet weten te handhaven in de opvangvoorzieningen en in een woonwijk. Hierbij kan gedacht worden aan structurele kleinschalige individuele woonunits die voldoen aan het bouwbesluit en zich bevinden aan de onderkant van de woonmarkt, zoals containerwoningen of blokhutten. In 2010 wordt ten behoeve hiervan een plan van aanpak aan de raad aangeboden. Uitbreiding van bestaande voorziening vindt plaats in Leeuwarden. Voor nieuwe voorzieningen kunnen ook locaties in andere gemeenten worden gezocht, waaronder op het terrein van het psychiatrisch ziekenhuis in Franeker.
Doelstelling: Vermindering van overlast en verloedering in de eigen woonomgeving door drugs, alcohol e.d. met 25% ten opzichte van 2002.
4.4 Jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit Niet alles is hosanna! De jeugdoverlast is gestegen in de voorbije jaren zo leert ons het aantal overlastmeldingen dat bij politie is geregistreerd: meldingen
500 450 400 350 300 250 meldingen
200 150 100 50 0 2006
2007
2008
jaar
In een paar wijken, zoals Camminghaburen en Aldlân zijn jeugdgroepen hardnekkig vervelend. De ernstige jongerenoverlast die we in 2007 en 2008 in Huizum West ondervonden, is de afgelopen jaren weer afgenomen. Onlangs bleek de jeugdoverlast ook in de nieuwe wijk Zuiderburen ernstige vormen te krijgen. De Taskforce jeugdoverlast, onder regie van de gemeente, brengt jaarlijks de hinderlijke, overlastgevende of criminele jeugdgroep in beeld en maakt per groep een plan van aanpak. Het plan van aanpak bleek de afgelopen jaren niet altijd snel en efficiënt te realiseren omdat extra geld nodig was om het additioneel jongerenwerk in de wijk te financieren. Hierdoor konden we niet altijd even slagvaardig te werk gaan als we beoogden. Omdat de jeugdoverlast jaarlijks toeneemt nemen wij de regie op de uitvoering strakker in handen.
10 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
De Taskforce krijgt vanaf 2010 de beschikking over het instrument “straatcoach”. Deze gaat de jeugd actief opzoeken, benadert ouders en leidt probleemjongeren door voor een aanpak in het veiligheidshuis en wordt ingezet op de meest ongebruikelijke tijdstippen. De Taskforce, verder bestaande uit politie, beide jongerenwerkorganisaties en het meldpunt Overlast en het OM als agendalid, bepaalt waar en hoe de straatcoach wordt ingezet. Zeker is in ieder geval dat we ook hier de systeembenadering voor ogen hebben die bij de aanpak met het Straattalentteam voor goede resultaten zorgt. In meerdere steden is al eerder dit jaar gestart met straatcoaches en dit voldoet prima; de overlast daalt. Naast de strikte aanpak van jeugdoverlast is het noodzakelijk om gericht preventief te werken. Dit kan uitmonden in fysieke ingrepen op wijkniveau, maar ook proberen we met het zakgeldproject, gericht op jongeren tot 18 jaar, het verveeld rondhangen te voorkomen. Bovendien verdienen de jongeren een zakcentje. Het zakgeldproject kende in 2005 een glorieuze start maar leek in 2008 in te zakken. De stichting Welzijn Leeuwarden heeft het project overgenomen en weer nieuw leven ingeblazen met als gevolg dat medio 2009 er weer voornamelijk allochtone en Antilliaanse jongeren, aan de slag zijn bij allerhande bedrijven. Een goede zaak, temeer omdat deze jongeren vaak problemen ondervinden met het krijgen van een bijbaan of stageplaats. We gaan dus door met deze aanpak. Een andere gericht preventieve aanpak is “Veilig en Gezond Opgroeien”. Dit behelst wijkgerichte inzet in preventie programma’s, direct gerelateerd aan terugdringen van probleemgedrag en ongezond gedrag van kinderen en jongeren. De aanpak is gerelateerd aan Centra voor Jeugd en Gezin en de Brede Scholen. Voorts vinden we de veiligheid op scholen van belang. In de kadernota Jongerenwerk hebben we al vastgelegd dat jongerenwerk op alle scholen voor Voortgezet Onderwijs geregeld is of wordt. De schoolveiligheid wordt periodiek besproken in de stuurgroep met scholen in het VO en MBO. Aan de hand van de uitkomsten nemen de scholen maatregelen. Het budget wordt aangewend om scholen te faciliteren t.b.v. trainingen weerbaarheid, de uitvoering van de veiligheidsthermometer HALT en het geven van voorlichting (preventie). Een categorie jongeren waar specifieke aandacht voor nodig is zijn de zwerfjongeren. Leeuwarden heeft een specifiek opvanghuis voor deze jeugd. Problemen van de zwerfjongeren zijn: schooluitval, geen startbewijs, geen perspectief op werk door detentieverleden en bovenal geen huisvesting. Problemen die alleen maar groter worden als er geen laagdrempelige hulp en huisvesting wordt aangeboden omdat ze er op eigen kracht vaak niet komen of de wegen niet kennen. Hulp en opvang nu vergroot kansen op toekomst en vermindert recidive c.q. problemen op latere leeftijd. Ook leidt het tot een verlaging overlast op straat (doelstelling rijk). Samenwerking met het Huis voor Jongeren vindt plaats in het veiligheidshuis. Doelstelling: Doelstelling: In 2014 heeft Leeuwarden geen criminele groepen en het aantal hinderlijke en overlastgevende groepen is maximaal 10. Het aantal bij politie geregistreerde meldingen jeugdoverlast is dan gedaald met 25% ten opzichte van 2009.
4.5 Huiselijk geweld
11 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
De aanpak van Huiselijk geweld behoudt een hoge prioriteit, immers 1 op de 9 Friezen heeft te maken met een vorm van huiselijk geweld. Hoewel het aantal meldingen toeneemt ligt er nog steeds een zeer groot taboe op het melden van huiselijk geweld. Voorlichting kan helpen dit taboe te doorbreken. Het snel ontdekken en aanpakken van huiselijk geweld kan aan de achterkant veel opleveren in de vorm van lagere kosten voor lichamelijke en psychische zorg. De opvang van slachtoffers van huiselijk geweld ligt bij de dienst Welzijn. Veiligheid is nauw verwant met de aanpak omdat de burgemeester de bevoegdheid heeft om een tijdelijk huisverbod aan de dader op te leggen van minimaal 10 dagen en maximaal 28 dagen. Tijdens deze rustperiode wordt getracht de dader en het slachtoffer in de hulpverlening te krijgen en de dreiging te verminderen. De procedures voor de toepassing van het huisverbod zijn vastgelegd. Het instrument lijkt tot nu toe effectief. In november 2009 worden de eerste resultaten gepresenteerd. Alle cases huiselijk geweld worden in het veiligheidshuis besproken.. 4.6 Voetbalgerelateerd geweld Het voetbalgeweld is de afgelopen jaren meer en meer verplaatst naar het gebied buiten het stadion, zoals de aan- en af voerwegen waar bezoekende supporters langs rijden. Naarmate het seizoen 2008/2009 vorderde namen de ongeregeldheden toe. Reden voor de driehoek om in 2009 snel van start te gaan met de aanpak Hooligans in beeld (HiB). Dit is een persoonsgerichte aanpak van de hooligans, die overigens is opgezet voor Leeuwarden en Heerenveen. De aanpak HiB vindt plaats vanuit het veiligheidshuis Fryslân met een maandelijks casusoverleg. Naast het casusoverleg willen politie en Openbaar Ministerie een duidelijk signaal afgegeven aan de relschoppers. Zo is naar aanleiding van de rellen op 3 juni 2009 een snelrechtzitting gehouden. Ook tracht de gemeente Leeuwarden de door de relschoppers veroorzaakte schade te verhalen. In overleg met de driehoek en sc Cambuur zijn heldere afspraken gemaakt over de strengere aanpak van het alcoholen drugsgebruik en een strikter toelatingsbeleid. Het landelijke auditteam voetbalvandalisme heeft in haar rapport van bevindingen (november 2009) waardevolle aanbevelingen gegeven voor de toekomst. Zo wordt door ons op korte termijn de verlichting in het gebied rondom het stadion aangepakt en zullen we ook mobiele camera’s gaan inzetten. Daarnaast gaan we aan de slag met gerichte preventieve activiteiten voor de diverse supportersgroepen. Cambuur heeft voorts een commissie opgericht die zich buigt over door de sc Cambuur opgelegde stadionverboden, zodat het beleid daarin transparanter is geworden. De gemeente Leeuwarden participeert in deze commissie. Indien nodig zal de burgemeester stadionomgevingsverboden opleggen aan personen die voor, tijdens of na de voetbalwedstrijden van Cambuur de openbare orde ernstig verstoren. Ook landelijk wordt onderkend dat voetbalgerelateerd geweld een maatschappelijk probleem is. Om meer grip op dit verschijnsel te krijgen, is de wet aanpak voetbalvandalisme en ernstige overlast opgesteld. Naar verwachting treedt deze wet begin 2010 in werking. Meer over deze wet vindt u in paragraaf 5.3. Indien nodig, zal de burgemeester gebruik maken van de aan hem toebedeelde bevoegdheden.
12 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Heel voorzichtig concluderen we dat de eerste 9 thuiswedstrijden rustig zijn verlopen. We doen er alles aan dit te continueren.. Doelstelling: De veiligheid rondom het voetbalstadion van sc Cambuur neemt toe en de politie-inzet bij wedstrijden betaald voetbal sc Cambuur is gehalveerd in 2014 (ten opzichte van 2009).
13 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
5. GEBIEDSGERICHTE AANPAK Leeuwarden is veiliger geworden zowel qua incidenten als in de beleving van burgers. In 2005 zijn we begonnen met het monitoren van de veiligheid in de wijkveiligheidsindex. Leeuwarden startte destijds met het (rapport)cijfer 6,7. Dat cijfer steeg naar een ruime 7 eind 2008. We hadden in 2005 twee zogenaamde code rood wijken: de Binnenstad en de Vrijheidswijk. Anno 2009 is alleen de Binnenstad nog (licht)rood gekleurd. De doelstelling om in 2009 nog maar 1 code rood wijk te hebben, is behaald. Verder moest de situatie in de code rood wijken Binnenstad en Vrijheidswijk met 0,5 % zijn verbeterd. Ook deze opzet is geslaagd. Naast de veiligheidsmaatregelen zijn beide gebieden inzet van een brede fysieke renovatie geweest. De resultaten zijn terug te zien in een hoog indexcijfer voor schoon/heel en leefbaarheid. 5.1
Binnenstad en veiligheid
Cijfers wijkveiligheidsindex Binnenstad
2004
2005
2006
2007
2008
3,71
4,18
4,25
4,58
4,53
De Binnenstad is een specifieke wijk die relatief weinig bewoners heeft maar daarentegen een belangrijke centrumfunctie heeft. Culturele, maatschappelijke en recreatievoorzieningen zijn te vinden in de Binnenstad. Dit trekt vele mensen naar dit gebied, helaas ook personen en groepen die voor overlast en criminaliteit veroorzaken. De ontwikkelingen in het Weazegebied zijn een punt van zorg. Dit gebied toont tekenen van verloedering, zowel fysiek als op gebied van veiligheid. Er is straatprostitutie, drugs gerelateerde overlast en er vinden veel geweldsdelicten plaats. We blijven hier inzetten op maatregelen als preventief fouilleren, cameratoezicht, en continuering van het samenscholingsverbod. Daarnaast wordt de persoonsgerichte aanpak geïntensiveerd op de straatprostituees en overlastgevende Antillianen. Het toezichts- en handhavingsmodel wordt geïmplementeerd in de binnenstad, hetgeen extra toezicht van intensief samenwerkende politiebeambten en gemeentelijke oezichthouders impliceert. Ook straatcoaches worden actief ingezet in dit gebied. In 2008 en 2009 is hard gewerkt aan de realisatie van collectieve horeca- en winkelverboden onder de vlag van het Keurmerk Veilig Uitgaan/Ondernemen. In 2010 wordt het Collectief Horecaverbod uitgebreid naar andere horecagebieden. Deze prima samenwerking met horecaondernemers en winkelbedrijven leverde bijvoorbeeld in 2009 een daling op van het aantal winkeldiefstallen. Deze aanpak wordt eveneens gecontinueerd in de komende jaren. In het najaar van 2009 zijn we van start gegaan met het zogenaamde weekendarrangement: daders die gewelddadig gedrag vertonen worden onmiddellijk in verzekering gesteld met een weekendje cel. Met deze aanvulling op het reeds bestaande pakket aan maatregelen om uitgaansgeweld in te dammen beogen we dit geweld verder terug te dringen. Dankzij het cameratoezicht kan vroegtijdig worden ingegrepen bij incidenten, zodat escalaties kunnen worden voorkomen. Uit de evaluatie van het cameratoezicht blijkt dat het veiligheidsgevoel is gestegen met 14%, waarmee de doelstelling van het verhogen van het veiligheidsgevoel met 10% in ieder geval is behaald. Het cameratoezicht is een zodanig belangrijk ondersteunend middel in het pakket van maatregelen tegen uitgaansgeweld, dat deze in de komende periode niet gemist kan
14 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
worden. Hierbij kan wel, als de situatie erom vraagt, sprake zijn van verplaatsing van een camera. Naast genoemde maatregelen nemen we ook in overleg met de dienst Stadsontwikkeling en het wijkpanel de fysieke toestand in de Binnenstad onder de loep met het oog op veiligheid. Te denken valt aan onder andere betere (veiliger) verlichting en de aanpak van bossages. Doelstelling: de binnenstad scoort thans 4,53 op de wijkveiligheidsindex. We willen eind 2014 minimaal de score 5.5 halen.
5.2 Woonwijken en veiligheid De onveiligheid in woonwijken is van een andere categorie dan die in de Binnenstad. De wijkveiligheidsindex geeft een gedifferentieerd karakter. Over het algemeen is de situatie “schoon, heel en veilig”, dus de fysieke kant van veiligheid is aardig op orde, ook in de ISV wijken. De problemen concentreren zich in de ene wijk op jeugdoverlast, in een andere wijk weer op drugsgerelateerde overlast, woonoverlast of verkeersveiligheid of een combinatie van factoren. Dit betekent dat wij kiezen voor de gedifferentieerde aanpak. We richten ons speciaal op veiligheidsmaatregelen in de wijken die thans code “geel” hebben in de veiligheidindex. Dit zijn de Vrijheidswijk (score wvi 5,49), de Mondriaanbuurt (score wvi bilgaard 6,58), Heechterp/Schieringen (score wvi 5,92) en de prioritaire ISV wijken vanaf 2010: • Vlietzone (score wvi 8 5,35) • Valeriuskwartier (score wvi 7,31) • Tjerk Hiddes Cambuursterhoek (score wvi 6,35) • Schepenbuurt (score wvi 6,29) • Oldegalileën & Bloemenbuurt (score wvi 6,45) • Nylân (score wvi 7,20) Bij deze laatstgenoemde wijken ligt de prioriteit in de aanpak van de Vlietzone vanuit het veiligheidsbeleid, waar op alle overlastgebieden slecht gescoord wordt. In dit gebied ligt het Cambuurstadion. Zoals reeds gemeld bij de persoonsgerichte aanpak nemen we dit gebied kritisch onder de loep met oog op de veiligheidaspecten en gaan we waar nodig we fysieke maatregelen nemen om de veiligheid voor bewoners en bezoekers te vergroten. Op basis van de wijkveiligheidsindex maken de buurtagenten voor de probleemwijken een nadere analyse van de probleemsituatie, zodat maatregelen efficiënt kunnen worden ingezet. Ook spelen de bewoners en panels een belangrijke rol in de analyse en oplossingen voor onveilige situaties. Conform afspraken met de rijksoverheid pakken we de verloedering en overlast aan in de genoemde wijken met een scala aan maatregelen. Het Meldpunt Overlast speelt een cruciale rol in deze aanpak. Om de wijkveiligheid te verbeteren beschikken we thans onder meer over de volgende instrumenten: * buurtbemiddeling. Dit is effectief gebleken, zo blijkt uit de jaarrapportages in Leeuwarden. Ook landelijk is deze effectiviteit gebleken. Het aantal zaken dat Buurtbemiddeling in behandeling heeft stijgt nog steeds explosief, dus concluderen we 8
Wvi = wijkveiligheidsindex
15 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
dat dit instrument voorziet in een duidelijke behoefte. Beide woningbouwcorporaties financieren overigens mee. * Taskforce jeugdoverlast. Voor wat betreft de aanpak van jeugdoverlast wordt verwezen naar de beschrijving van de werkzaamheden van de Taskforce Jeugdoverlast en de inzet van straatcoaches in paragraaf 3.1.4. * extra inzet toezichthouders * extra interventies van Omrin * inzet preventieteam * inzet buurtconciërges * opstellen van buurtregels * burgernet (directe opsporing) * toezicht- en handhavingsmodel Deze activiteiten hebben de afgelopen jaren hun effectiviteit bewezen en worden gecontinueerd. Daarnaast zullen, waar nodig, nieuwe maatregelen worden ontwikkeld. Doelstelling: de wijken met omvangrijke en meervoudige veiligheidsproblemen (Vlietzone, Vrijheidswijk, Mondriaanbuurt, Heechterp/Schieringen) zullen allen in 2014 1 punt beter scoren op de wijkveiligheidsindex ten opzichte van 2009.
5.3 Woonoverlast De aanpak van woonoverlast is vastgelegd in een notitie uit 2005. Deze notitie is op de meeste punten actueel. De genoemde actiepunten zijn grotendeels uitgevoerd. Zo is er sinds 2003 een centraal meldpunt overlast waar burgers met hun overlastmeldingen terecht kunnen en van waaruit de aanpak gecoördineerd en gevolgd wordt. Buurtbemiddeling draait op volle kracht, het aantal aanmeldingen stijgt nog steeds. In het Sociaal team worden de complexe gevallen besproken en ook het Veiligheidshuis heeft in een aantal gevallen een rol bij de persoongerichte aanpak van overlastveroorzakers waaronder Antillianen en veelplegers. Corporaties hebben een tweede-/laatste kansbeleid vastgesteld. Deze wordt in samenwerking met het Sociaal Team uitgevoerd. De burgemeester heeft de mogelijkheid om artikel 174a van de gemeentewet toe te passen in extreme overlastgevallen en artikel 13b van de opiumwet als het gaat om drugsgerelateerde overlast. In dit laatste geval is het niet noodzakelijk dat er een uitgebreid overlastdossier ligt. Er is een brochure Woonoverlast, “Daar kunnen we wat aan doen!” gemaakt, waarin staat wat bewoners kunnen doen om overlast aan te pakken/bij wie zij terecht kunnen (als bijlage bijgevoegd). Er is een convenant afgesloten tussen gemeente, politie, OM en Belastingdienst in relatie tot integrale overheidshandhaving. Dit convenant maakt het mede mogelijk om informatie uit te wisselen en te komen tot een gezamenlijke aanpak. Als één van de prioriteiten is de aanpak van malafide huiseigenaren benoemd. Corporaties vragen altijd een huurderverklaring en houden een intake met aspirant huurders. Zij voeren een stringent overlastbeleid. Een aantal aandachtspunten voor de toekomst zijn: - Onderzoeken mogelijkheden om op een verantwoorde manier mensen in kwetsbare wijken te huisvesten. Welke maatregelen kunnen worden genomen om te voorkomen dat kwetsbare wijken (verder) afglijden mede gelet op de bewoners die in een wijk (komen) wonen. - Artikel 13b Opiumwet is tot op heden nog niet toegepast. Hierover worden herziene afspraken met de politie gemaakt. - Gele/rode kaart: de burgemeester kan een gele kaart uitdelen als het overlast vanuit een pand betreft, dat in eigendom is van een particulier. Dit gebeurt door een waarschuwingsbrief en/of gesprek. Knelpunt is echter dat het de
16 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
burgemeester aan juridische middelen ontbreekt om bij aanhoudende overlast door te pakken als deze overlast wel als zeer vervelend door buren wordt ervaren, maar niet dermate ernstig is dat toepassing van artikel 174a van de gemeentewetgerechtvaardigd is. In dit opzicht is sprake van een ‘grijs’ gebied en is het wenselijk dat hier op landelijk niveau aandacht voor komt. Het traject gele – rode kaart zal nader worden uitgewerkt.
Doelstelling: het aantal overlastmeldingen uit woningen daalt met 20% in 2014 ten opzichte van 2009. 5.4 Bedrijventerreinen en veiligheid In 2007 heeft het bedrijventerrein De Hemrik een eerste ster Keurmerk Veilig Ondernemen Bedrijventerreinen gekregen. Er is een plan van aanpak gemaakt waarin acties zijn opgenomen om het bedrijventerrein schoon, heel en veilig te houden. Deze acties worden gefaseerd uitgevoerd door de bedrijvenvereniging, gemeente, politie en brandweer. De gemeente is net als de andere partijen een partner en heeft een adviserende rol in het KVO-project. In 2009 is gestart met hercertificering voor het bedrijventerrein. Hiervoor wordt het plan van aanpak met acties geëvalueerd en worden vervolgacties uitgezet voor de jaren 2010 en volgende. Ook andere bedrijventerreinen hebben al aangegeven geïnteresseerd te zijn in KVOcertificering. 5.5 Aanpak fietsdiefstal Fietsendiefstal blijft een van de grootste maatschappelijk ergernissen. In 2010 komen wij tot een voorstel om een AFAC (Algemene fietsen afhandel centrale) te realiseren. Daarnaast hebben wij sinds eind 2009 een “tagreader”, waarmee fietsen gescand kunnen worden om zo te kunnen controleren of deze uit diefstal afkomstig zijn. De tagreader wordt de komende jaren ingezet en maakt onderdeel uit van de totaalaanpak.
17 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
6.
OVERSTIJGEND VEILIGHEIDSBELEID
Niet alle aspecten van het veiligheidsbeleid zijn te plaatsen onder de persoonsgerichte of gebiedsgerichte aanpak. In dit hoofdstuk worden deze onderdelen van het Leeuwarder veiligheidsbeleid nader besproken. 6.1 Terrorismebestrijding De terrorismebestrijding met als onderdeel daarvan het tegen gaan van radicalisering en polarisatie staat al jaren hoog op de landelijke politieke agenda. Gelukkig hebben zich tot op heden in Leeuwarden geen aanslagen voorgedaan en lijkt de kans daarop beperkt. Bij het maken van algemene risicoanalyses en in bij de invulling van het rampenplan is met (de dreiging van) terroristische aanslagen wel rekening gehouden. Daarnaast is uit analyses van de politie (door de jaren heen en ook nog recentelijk) gebleken dat er nauwelijks sprake is van radicalisering en polarisatie onder de Leeuwarder bevolking. Voor de komende periode is er geen directe aanleiding tot het treffen van maatregelen, maar blijft waakzaamheid geboden. 6.2.Rampenbestrijding en Brandweer en veiligheidsregio Regionale ontwikkelingen Het onderwerp rampenbestrijding is volop in ontwikkeling door de komst van de nieuwe Wet Veiligheidsregio (WVR), met als doel een kwaliteitsverbetering te realiseren voor de crisisbeheersing en rampenbestrijding. Ook voor de gemeenten vloeien er plichten voort uit de nieuwe wet. Regionale samenwerking is een belangrijk aspect uit de WVR, daarom zijn er binnen de Veiligheidsregio Fryslân diverse deelprojecten gestart, waarin ook de gemeente Leeuwarden participeert. In het komende jaar worden er drie projecten afgerond, die naar verwachting in de eerste helft van 2010 bij de gemeenteraden worden aangeboden. Het gaat dan om: - Het Risicoprofiel Regio Fryslân - Het Beleidsplan Veiligheidsregio (visie en missie vanuit de regio) - Het Crisisplan (modelplan, toe te passen voor iedere afzonderlijke gemeente) Gemeente Leeuwarden In 2009 heeft het college van burgemeester en wethouders het Rampenplan 20092013 vastgesteld. Dit plan is grotendeels toegeschreven op de nieuwe WVR. In 2009 is begonnen met het verder uitwerken van diverse aspecten uit het rampenplan en de komende de jaren krijgt dit een vervolg, een voorbeeld is het onderdeel Opleiden, Oefenen en Trainen. De kosten worden gedekt uit de reguliere sectormiddelen. Tevens wordt nieuw foldermateriaal vervaardigd omdat de voorhanden zijn de schriftelijke informatie gedateerd is. Naast de rampenbestrijding maakt de openbare orde en veiligheid bij evenementen ook onderdeel uit van dit taakveld. In de afgelopen jaren hebben zich veel grote en risicovolle evenementen voorgedaan. De verwachting is dat deze lijn zich de komende jaren gaat voortzetten, wat de nodig capaciteit vergt (opstellen van risicoanalyses, organisatorische voorbereidingen treffen etc.). Brandweer Leeuwarden Uit de WVR vloeit voort dat de gemeente de keus heeft om een eigen brandweer in stand te houden of deze taak over te hevelen naar de regio. Uit onderzoek blijkt dat er in algemene zin regiobrede steun is voor een regionale brandweer. Er is echter nog geen exacte duidelijkheid over de manier waarop dit georganiseerd wordt. Op het
18 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
moment van schrijven (oktober 2009) wordt er per gemeente onderzoek gedaan naar het huidige kwaliteitsniveau en bijbehorende financiën. Op basis van de conclusies en aanbevelingen uit dit onderzoek kunnen gemeenteraden een uitspraak doen over de regionalisering van de brandweer. Doelstelling: Rampenbestrijding: Op adequate wijze incidenten, zware ongevallen en rampen in de gemeente Leeuwarden en de effecten daarvan te bestrijden door de samenwerkende hulpverleningsdiensten en de gemeente Leeuwarden. Brandweer: Voorbereiden en uitvoeren besluit Regionalisering Brandweer. Veiligheidsregio: Ondersteuning bij de regionale samenwerking met betrekking tot de nieuwe Wet Veiligheidsregio. Voorbereiden en implementeren van regionale instrumenten (risicoprofiel, beleidsplan en crisisplan).
6.3 Inzet bevoegdheden burgemeester Maatschappelijke problemen worden steeds complexer. Om deze problemen aan te kunnen pakken en op te lossen is regie nodig. De regie rond handhaving van de openbare orde en veiligheid is neergelegd bij de burgemeester (uiteraard naast de verantwoordelijkheden die het Openbaar Ministerie heeft voor strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde). Om problemen aan te kunnen pakken is er een tendens zichtbaar dat veel nieuwe bevoegdheden bij de burgemeester worden neergelegd. De uitoefening van deze bevoegdheden zijn uiteraard met waarborgen omkleed: besluiten van de burgemeester zijn toetsbaar voor de bestuursrechter en de burgemeester moet verantwoording afleggen aan de gemeenteraad over de uitoefening van de bevoegdheden. Overigens is de burgemeester niet verplicht de bevoegdheden uit te oefenen. De wet reikt de instrumenten aan die nodig zijn om maatwerk te leveren. Het is aan de burgemeester te beoordelen wanneer de inzet hiervan nodig is. Nu de bevoegdheden van de burgemeester steeds verder uitgebreid worden, is het goed de verantwoording aan de gemeenteraad over de toepassing hiervan ook meer aandacht te geven. Hierbij is de reguliere planning en control cyclus het meest aangewezen instrument. Op dit moment wordt in een aantal gevallen (zoals bijvoorbeeld het opleggen van stadionomgevingsverboden) al verantwoording afgelegd. In de komende jaren zal dit op een meer expliciete manier gaan gebeuren. De meer concrete bevoegdheden die de burgemeester de komende periode op het gebied van openbare orde en veiligheid mogelijk kan toepassen zijn:
Sluiting van woningen na verstoring van de openbare orde (art. 174a Gemeentewet) Sluiting illegale verkooppunten drugs (zowel woningen als voor publiek toegankelijke woningen) (artikel 13b Opiumwet) Noodbevel ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar (artikel 175 gemeentewet) Noodverordening, bekrachtigd door de raad (176 Gemeentewet) Bevelen met het oog op de bescherming van veiligheid en gezondheid (artikel 174 Gemeentewet) Bestuurlijke ophouding van groepen personen (176a en 154a Gemeentewet)
19 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Aanwijzen Veiligheidsrisicogebied (waar bijvoorbeeld gedurende maximaal 12 uur op last van de Officier van Justitie) preventief kan worden gefouilleerd. Uitschrijven van een inbewaringstelling op grond van de wet BOPZ Voorschriften en beperking of verbod op uitoefening grondrechten: vrijheid van godsdienst en levenovertuiging en recht tot vergadering en betoging. Bevoegdheden zijn met name ten behoeve van handhaving openbare orde (Wet openbare Manifestaties, Zondagswet) Machtiging tot binnentreding (wet op het binnentreden) Opleggen tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld (wet tijdelijk huisverbod) Samenscholingsverbod (apv 9) Verblijfsverbod (apv) Stadionomgevingsverbod (apv) Cameratoezicht (apv)
Volgens de notitie Burgemeester & Veiligheid van het ministerie van BZK zijn of worden de volgende bevoegdheden aan de burgemeester toebedeeld. De wet aanpak voetbalvandalisme en ernstige overlast zal naar verwachting begin 2010 in werking treden. De burgemeester krijgt hiermee de bevoegdheid gebiedsverboden met meldingsplicht of groepsverboden aan de veroorzakers van overlast op te leggen. Ook kan de burgemeester het bevel opleggen aan de ouders om hun kind onder de 12 jaar om hun kind niet zonder begeleiding (van een meerjarige) zich te laten bevinden in bepaalde gebieden of niet op een openbare plek tussen 20.00 en 06.00 uur. Dit als het kind herhaaldelijk de openbare orde heeft verstoord. Leeuwarden participeert in een pilot waarbij de burgemeester wordt geïnformeerde over de terugkeer van ex (zeden)delinquenten in de maatschappij. De pilot kan in de toekomst leiden tot een landelijk geldende regeling. Verder kan hier worden gewezen op plannen om de burgemeester de bevoegdheid te geven een jeugd-zorgcoördinator aan te stellen in die gevallen waarin zorginstellingen in een patstelling zijn geraakt. Voorts krijgt de burgemeester wellicht een aparte bevoegdheid om de Raad voor de Kinderbescherming te verzoeken om een maatregel te nemen tot gedwongen opvoedingsondersteuning. Tenslotte is er onderzoek gedaan naar de mogelijkheden tot tijdelijke uithuisplaatsing en herhuisvesting van ernstig overlastgevende gezinnen. Er wordt nog onderzocht of er (en zo ja welke) aanvullende bevoegdheden nodig zijn. 6.4. Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit De gemeente Leeuwarden doet volop mee aan de aanpak van georganiseerde criminaliteit. De gemeente heeft het regionaal convenant geïntegreerde decentrale aanpak georganiseerde misdaad regio Noord ondertekend en levert actief casussen aan bij het Regionaal Informatie en Expertisecentrum (RIEC) aan dat in het leven is geroepen om de gemeente te ondersteunen bij haar bestuurlijke aanpak. De eerste grote klus waarbij de diverse partners intensief samenwerken is de proeftuin Bulgaarse mensenhandel, waarvan het Openbaar Ministerie trekker is. Onderdeel hiervan is het komen tot een interventieadvies waarin ondermeer wordt aangegeven welke barrières de gemeente kan opwerpen teneinde (Bulgaarse) mensenhandel in de prostitutie te voorkomen. Naast samenwerking met het RIEC werkt de gemeente, als het gaat om wat minder complexe zaken, nauw samen met de politie, het openbaar 9
Apv = de Algemene Plaatselijke Verordening
20 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
ministerie en de belastingdienst onder de vlag van het convenant Integrale Overheidshaving. In deze opzet werken de gemeentelijke juristen en veiligheidsadviseurs nauw met elkaar samen. In een periodiek overleg leveren betrokken partijen casussen aan waarbij informatie bij elkaar wordt gelegd en afspraken worden gemaakt over wie welke acties al dan niet onderneemt om de betreffende persoon/personen op de meest effectieve manier(en) te 'pakken'. Als prioriteiten zijn benoemd: vastgoed, weetteelt, patseraanpak, mensenhandel. 6.5 Bijzondere wetten In 2010 is de nota bijzondere wetten gereed, waarin coffeeshop, kansspelen en horeca wordt beschreven. Deze integrale nota vervangt allerlei deelnota's op dit gebied met verschillende ingangsdata en speelt in op actuele thema's op dit terrein. 6.6 Burgernet De Politie Fryslân heeft een subsidie van het ministerie van BZK gekregen voor het uitvoeren van het project ‘directe opsporing’. Landelijk namen vijf regio’s deel aan de pilot, waaronder de gemeente Leeuwarden en de gemeente Dantumadeel. Belangrijkste onderdeel hiervan betreft Burgernet. Burgernet is een telefonische netwerktechniek tussen burgers en politie die wordt ingezet als de politie concreet en direct hulp vraagt bij een heterdaad-incident of urgente hulpverlening. Bij burgernet wordt naar aanleiding van een melding direct spraakcontact gelegd tussen politie (centralist) en burgers (deelnemers). Met Burgernet wordt de kans op heterdaad aanhoudingen vergroot, evenals de kans om vermiste kinderen of gestolen auto’s terug te vinden. Eind augustus 2009 deden er 4250 inwoners van Leeuwarden mee aan Burgernet. Dit is net geen 5% van het inwonertal en voldoet hiermee ruim aan de landelijke doelstelling van 2,7%. Tijdens de pilot zijn 55 Burgernetacties uitgevoerd. Door Burgernet zijn er 15 verdachten op heterdaad aangehouden. Conform het regeerakkoord wordt burgernet landelijk uitgerold. Leeuwarden gaat de in de komende beleidsperiode structureel gebruik maken van het instrument burgernet.
21 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
7. FINANCIËN Het Leeuwarder veiligheidsbeleid wordt deels betaald uit rijksmiddelen en deels uit eigen gemeentelijk budget. In onderstaand schema wordt aangegeven welke budgetten structureel en incidenteel beschikbaar zijn gesteld om het veiligheidsbeleid uit te kunnen voeren. In het actieprogramma veiligheid 2010 worden de middelen per jaar expliciet aan activiteiten cq projecten toegeschreven. Rijksmiddelen structureel tot 2012 Decentralisatie-uitkering, vanaf 2012 in gemeentefonds: Persoonsgerichte aanpak: € 500.000,00 € 239.000,00 Gebiedsgerichte aanpak Totaal € 739.000,00 Deze structurele middelen worden aangewend voor de volgende activiteiten: Persoonsgericht: gerichte preventie op wijkniveau op kinderen en gezinnen € 45.000 Taksforce jeugdoverlast € 30.000 Straat talentteam op Antillianen en Marokkanen € 170.000 outreachende aanpak VNN € 150.000 intensieve gezinscoaching € 80.000 huiselijk geweld € 10.000 schoolveiligheid (HALT thermometer) € 15.000 gebiedsgericht Meldpunt Overlast Burgernet totaalaanpak prioritaire wijken verloedering/toezicht-handhaving Buurtbemiddeling Cameratoezicht Rijksmiddelen incidenteel Totaal
€ 45.000 € 20.000 € 134.000 € 24.000 € 16.000
€ 308.000,00
Deze incidentele middelen voor worden in 2010 voor een bedrag ad € 204.000,aangewend voor de volgende activiteiten. In 2011 is hiervoor € 105.000,beschikbaar straatcoach bij taskforce jeugdoverlast € 70.000 landelijke veiligheidsmonitor € 13.000 intensieve gezinscoaching € 40.000 tijdelijke uitbreiding MOL € 30.000 wijkaanpak en toezicht handhaving € 30.000 bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit € 20.000
22 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
Gemeentelijk budget incidenteel door de gemeenteraad beschikbaar gesteld voor 2010 10 Totaal € 219.000,00 Deze gemeentelijke incidentele middelen worden aangewend voor de volgende activiteiten: Drang op Maat (co financiering noordelijk IMC) € 54.000 Zakgeldproject € 55.000 beveiliging bevrijdingsfestival € 10.000 extra jongerenwerk SW/WL € 100.000 Gemeentelijk budget incidenteel door de gemeenteraad beschikbaar gesteld voor 2010 en 2011 Totaal € 194.000,00 Deze gemeentelijke incidentele middelen worden aangewend voor de volgende activiteiten: Brochure rampenplan Flexibel camerasysteem tbv evenementen: Verbetering verlichting rond Cambuurstadion: uit regulier budget te dekken Preventieve aanpak overlast en Voetbalvandalisme (fancoach) Budget fysieke maatregelen ter verhoging van de veiligheid
€ 15.000 € 30.000 PM € 60.000 € 89.000
Bovengenoemde bedragen kunnen wijzigen als door de rijksoverheid medio 2010 het besluit wordt genomen inzake de in 2009 opgelegde taakstelling om jaarlijks structureel 2 miljard euro te bezuinigen op gebied van veiligheid.
10 Budget is beschikbaar gesteld door de raad om het vigerende veiligheidsbeleid op peil te houden van niveau 2005 t/m 2009
23 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
8. COMMUNICATIE Wat doet de gemeente om de stad Leeuwarden en de dorpen veiliger te maken? Wie voeren het beleid uit en met welk resultaat? Voorbeelden van vragen die de beeldvorming over de gemeente beïnvloeden. Actieve voorlichting geeft hier een antwoord op. Het succes van het veiligheidsbeleid is mede afhankelijk van de bekendheid ervan bij de burgers, de samenwerkingspartners en de media. De gemeente moet daarom communiceren wat zij tegen criminaliteit, onveiligheidsgevoelens en overlast onderneemt, wat de resultaten zijn en wat nog in de planning staat. Daarom presenteert de burgemeester samen met de teamchef van politie en de officier van justitie jaarlijks de wijkveiligheidscijfers aan burgers en media. Deze cijfers zijn eveneens op de gemeentelijke website te vinden: www.veiligleeuwarden.nl De wijkmanagers gebruiken deze cijfers eveneens in hun wijkplannen die samen met de wijk- en dorpspanels worden gemaakt. Ook het gemeentelijke veiligheidsbeleid en laatste nieuws op gebied van veiligheidsactiviteiten en -projecten is te vinden op deze website. Voorts publiceerden wij maandelijkse in Liwwadders een pagina over veiligheid. Het heeft wat tijd gekost, maar in 2010 gaan we van start met de publicatie van een digitale versie van de wijkveiligheidscijfers op internet, die meerdere malen per jaar geactualiseerd wordt. Overigens worden daar ook andere gemeentelijke wijkcijfers op vermeld, waardoor burgers in één oogopslag kunnen zien hoe het ervoor staat met de sociale, veilige of fysieke gesteldheid van hun woongebied. Communicatie gaat echter verder dan voorlichting. Door meldingen van onraad en onveilige situaties in de wijk of het treffen van inbraakwerende voorzieningen kunnen burgers de gemeente, politie en justitie helpen bij de bestrijding van criminaliteit en overlast. Daarom betrekken wij burgers actief bij het veiligheidsbeleid en stimuleren wij de informele sociale controle van burgers onderling. Dit beleid ziet u onder andere terug in activiteiten als het Meldpunt Overlast Leeuwarden en in het project Directe Opsporing, beter bekend als Burgernet. Ook het belang van interne communicatie is niet te onderschatten, met name als diverse bij veiligheid betrokken organisaties de neuzen dezelfde kant op moeten krijgen. Men moet van elkaar weten welke bijdragen de ander aan veiligheid levert en wat er van elkaar wordt verwacht. Ook kan gerichte communicatie de omvang en intensiteit van onveiligheidsgevoelens beïnvloeden. De gemeente Leeuwarden wil burgers en maatschappelijke organisaties actief betrekken bij de realisatie van veiligheidsbeleid op wijkniveau. Daarmee bevordert en stimuleert zij ten eerste dat juist de door hen ervaren problemen worden aangepakt (probleem- en vraaggericht werken). Vanuit de betrokkenheid van burgers zullen zij eerder bereid zijn te participeren in het meedenken en meewerken aan oplossingen. Informatie over het Leeuwarder veiligheidsbeleid is te vinden op de volgende weblinks: www.veiligleeuwarden.nl http://www.veiligheidshuizen.nl/veiligheidshuizen/veiligheidshuis_leeuwarden http://www.politie.nl/Friesland www.burgernet.nl
24 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
bijlage 1 Beleidsterreinen en verantwoordelijk bestuurders:
Persoonsgerichte aanpak Onverminderde aanpak voor de veelplegers Blijvende inzet op criminele en overlastgevende risicojongeren, etnisch gerelateerd Overlastgevende dak- en thuislozen Jeugdoverlast en Jeugdcriminaliteit Huiselijk geweld (huisverbod) Voetbal gerelateerd geweld
Gebiedsgerichte aanpak Binnenstad en Veiligheid Woonwijken en Veiligheid Woonoverlast Bedrijventerreinen en Veiligheid Aanpak fietsendiefstal
Overstijgend veiligheidsbeleid Terrorismebestrijding rampen- en crisisbeheersing en veiligheidsregio inzet burgemeesters bevoegdheden APV bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit bijzondere wetten Burgernet
1e verantwoordelijke Burgemeester Crone Weth. Sluiter
2e verantwoordelijke Weth. Integratie en MO Burgemeester Crone
Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone
Weth. MO Weth jeugd en Onderwijs Loco bgm Loco bgm
Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone
wijkwethouder
Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone Burgemeester Crone
Loco bgm
25 Meerjaren beleidsplan integrale veiligheid 2010-2014
wijkwethouder Loco bgm Weth. economie Loco bgm
Loco bgm Loco bgm Loco bgm Loco bgm Loco bgm