LEREN LEREN
WAT? Bij leren leren ondersteunt de school je schoolse leren en biedt de school je methodieken om toe te passen in leersituaties buiten de school.
HOE? Als school hebben we gekozen voor het VELOO-programma, opgebouwd uit bouwstenen en goede leerhoudingen. Het biedt je concrete stappenplannen om zelfstandiger te leren. Het is geen vak apart, maar houdingen / gewoonten die we je aanleren in verschillende situaties / lessen.
ONZE SCHOOLAGENDA De verschillende bouwstenen en goede leerhoudingen worden ondersteund door een prent en een slogan. Voor je ouders is er ook telkens één blaadje met uitleg over de bouwsteen of goede leerhouding.
BOUWSTENEN EN Aanpakgedrag Aandacht richten Taalvaardigheid
GOEDE LEERHOUDINGEN Bekwaamheidsgevoel Zelfsturing
Ik kijk, lees, luister goed als ik iets doen moet !
Je plant goed als je het in stapjes doet !
Eerst zeg ik het antwoord stil voor ik het geven wil !
AANPAKGEDRAG WAT? De wijze waarop je een taak aanpakt. Aanpakgedrag bestaat uit 3 delen. - hoe je begint : opname - hoe je ermee bezig bent : verwerking - en hoe je de taak beëindigt : weergave
HOE? - Ik weet hoe ik moet beginnen. - Ik tracht goed informatie op te nemen. - Ik maak een plan voor ik aan iets begin - Een groot probleem verdeel ik in delen. - Ik pak deel per deel aan. - Ik denk over de verschillende deelstappen na. - Ik controleer mijn taak.
WAAROM? Aanpakgedrag verwijst naar de systematische manier waarmee een taak wordt aangepakt. Impulsiviteit, gissen en missen wordt hierdoor afgebouwd. Door systematisch info te verzamelen, krijgen kinderen meer inzicht tijdens de opname en verwerking. Ze selecteren de juiste stapjes om een doel te bereiken of plaatsen de stapjes in de juiste volgorde. Bij de weergave kunnen kinderen gerichter controle uitvoeren over hun werk.
WAAR / WANNEER GEBRUIKEN WE HET NOG? ° OP SCHOOL
: - stappenplannen volgen - taakgericht werken - een algoritme ontwikkelen of gebruiken
° THUIS : - een (tuin)plan ontwerpen en uitwerken - een recept kiezen en maken - huiswerk en lessen plannen en maken ° IN DE SAMENLEVING :
- aanbieden van ontwikkelingshulp op een gestructureerde manier - aanleggen van een nieuwe weg
Hou je aandacht bij wat je doet, dan gaat het goed !
AANDACHT RICHTEN WAT? Aandachtig zijn voor datgene wat je moet doen of kunnen en dit een tijdje volhouden om zo je doel te bereiken.
HOE? -
-
Ik werk op een goed tempo en verlies geen tijd om mijn taak nauwkeurig af te werken. Ik werk in alle rust en stilte. Ik zet door, ook al is het moeilijk.
WAAROM? -
Het begrip beter leren begrijpen, het is niet aandachtig zijn voor alles, maar wel aandachtig zijn voor datgene wat we moeten doen of kunnen. Zelf verantwoordelijk leren zijn voor je aandachtig zijn.
WAT KAN JE HELPEN? ° OP SCHOOL / THUIS / SAMENLEVING -
:
Een duidelijke omschrijving van de verwachting geeft je de kans om in te schatten hoelang je je aandacht moet richten. Stimuleer dat je tijdens je opdracht voor jezelf de opdracht ‘innerlijk’ verwoordt. Gebruik afbeeldingen als steunpunt om je aandacht erbij te houden. Maak een lijstje van wat/wie je afleidt van je opdracht. Vermijd deze prikkels tijdens het afwerken van je taak. Het tijdstip van de dag kan bepalen of je je opdracht aandachtig kan afwerken.
Als ik ieder woordje juist gebruik, wordt mijn taaltje puik !
TAALVAARDIGHEID : precisie &
nauwkeurigheid WAT? Weten dat het belangrijk is om woorden zo precies mogelijk te begrijpen. Zo nauwkeurig mogelijk zijn in het gebruik van woorden.
HOE? - Ik oefen in het nauwkeurig verwoorden van opdrachten, taken en gevoelens. - Ik oefen het precies begrijpen van opdrachten, taken en gevoelens. - Ik gebruik andere hulpmiddelen wanneer iets niet duidelijk is. - Ik zorg voor een gunstig klimaat, anders durven kinderen niets vragen. - Ik bied voldoende nieuwe woordenschat aan. - Ik kan mijn ideeën, woorden en gevoelens zo verwoorden dat de boodschap juist overkomt. - Ik zoek zelf hoe ik me beter kan uitdrukken. - Ik ervaar dat het belangrijk is dat mijn boodschap juist overkomt. - Ik moet geregeld nieuwe woorden bijleren om me nauwkeuriger uit te drukken.
WAAROM? Kinderen worden getraind in het precies begrijpen van begrippen, van wat een ander zegt, van een opdracht. Kinderen leren zelf nauwkeurig gebruik maken van woorden en begrippen. Wanneer een opdracht gegeven wordt, vragen we ons spontaan af wat de opdrachtgever precies bedoelt. Wanneer we een antwoord geven, gebruiken we woorden in de juiste context en houden we rekening met de kennis van de luisteraar.
WAAR / WANNEER GEBRUIKEN WE HET NOG? ° OP SCHOOL
:- het gebruik van de juiste spellingsregels en woordenschat tijdens het schrijven. - een oplossingsstrategie aan een medeleerling uitleggen - een woordenboek raadplegen - exact kunnen verwoorden en een duidelijk taalgebruik hanteren ° THUIS : - het verloop van een schooldag navertellen - aangeleerde woordenschat functioneel kunnen toepassen - opzoeken van woorden of begrippen wanneer we de betekenis niet kennen. ° IN DE SAMENLEVING : slogans op een reclamepaneel kunnen interpreteren transparantie van bestuur
Ik kan dat goed, ik voel me goed !
BEKWAAMHEIDSGEVOEL WAT? Een realistisch beeld van jezelf hebben, waardoor je meer zelfvertrouwen en motivatie krijgt om bij te leren.
HOE? -
Ik weet wat ik alleen kan en waarbij ik hulp nodig heb. Ik werk goed voor mezelf en niet ALLEEN om de punten. Niet iedereen kan elke opdracht even gemakkelijk uitvoeren. In een positief klimaat voel ik me veilig om toe te geven dat ik iets niet kan.
WAAROM? Successen en mislukkingen zijn belangrijk voor je persoonlijkheidsontwikkeling en voor de houding die je aanneemt in probleemsituaties. Soms mis je omwille van vroegere faalervaringen de minimale zekerheid om een opdracht aan te durven. Het zijn de positieve ervaringen die je bekwaamheidsgevoel verhogen.
WAT KAN JE HELPEN? ° OP SCHOOL / THUIS / SAMENLEVING -
:
Een optimistische visie op wat je kan, helpt je vooruit bij een opdracht. Durven zeggen dat je iets niet kan of durft . Ervaren dat iedereen zich soms niet bekwaam voelt. Een geheel in delen verdelen, zodat je ziet dat je van een moeilijk geheel soms toch al heel wat delen kent.
Zeg niet te snel: ‘Ik weet het wel’ !
ZELFSTURING WAT? Jezelf kunnen sturen, door planmatig te werken, tot het gewenste resultaat proberen te komen
HOE? - Ik - Ik - Ik - Ik - Ik - Ik
stuur mezelf en volg mijn vooropgestelde planning. houd me aan mijn eigen plan. bedenk een strategie om mijn taak uit te voeren. pak een taak zelfstandig aan. oefen, train mijn aanpakgedrag. reflecteer op mijn gedrag en werk.
WAAROM? Zelfsturing is erop gericht om je aanpakgedrag te stimuleren. Het is een houding die wordt meegegeven zodat je zelfstandig een doel leert aanpakken en tot een goed einde wil brengen. De interne motivatie is heel belangrijk, kunnen leren in betekenisvolle situaties is daarbij erg belangrijk.
WAAR / WANNEER GEBRUIKEN WE HET NOG? ° OP SCHOOL
: - een toets voorbereiden - je bank opruimen - studiekeuze maken - spontaan een plan maken bij een nieuwe opdracht
° THUIS : - werk zien zonder dat het gevraagd wordt - zich niet vervelen, altijd weten wat te doen ° IN DE SAMENLEVING :
- opkomen voor het milieu - informatie opnemen via de media om er daarna iets mee te doen - gericht surfen op het internet